wat moeten gemeenten weten over het ocmw-decreet

11

Click here to load reader

Upload: duongthien

Post on 11-Jan-2017

214 views

Category:

Documents


1 download

TRANSCRIPT

Page 1: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 1/11

Het OCMW-decreet en de gemeente

Hieronder kan u een lijst vinden van de bepalingen uit het OCMW-decreet die relevant zijn voor de gemeente. Opmerkingen en aanvullingen mag u mailen naar [email protected].

Bestuurlijk:

Samenstelling en verkiezing OCMW-raad:

o De gemeenteraadsleden kiezen op hun installatievergadering de OCMW-raadsleden (met uitzondering van de zes randgemeenten en Voeren). De wijze van stemmen staat beschreven in artikel 11 van het decreet. (Art. 6, §1 en art. 11)

o De kandidaat-werkende leden en de kandidaat-opvolgers van de OCMW-raad worden door middel van een voordrachtsakte schriftelijk voorgedragen door de verkozen gemeenteraadsleden. Nieuw is dat de voordrachtsakte nu ook een einddatum van het mandaat van OCMW-raadslid kan bevatten en de naam van de persoon die het raadslid zal opvolgen. De voordrachtsakten moeten aan bepaalde voorwaarden voldoen en worden uiterlijk acht dagen voor de installatievergadering van de gemeenteraad intweevoud aan de gemeentesecretaris overhandigd. Later ingediende akten zijn onontvankelijk. De gemeenteraad kijkt na of de voordrachtsakten ontvankelijk zijn. (Art. 10)

o Gemeenteraadsleden en personen die voorkomen op een voordrachtsakte, kunnen binnen vijf dagen na de afkondiging van de uitslag bezwaar indienen tegen de verkiezing van de OCMW-raad. Voor het indienen van dit bezwaar moet een strikte procedure gevolgd worden. (Art. 15)

o Vanaf de volgende legislatuur zal in de OCMW’s van de gemeenten waar het aantal leden van de gemeenteraad minder bedraagt dan het aantal leden van de OCMW-raad, het aantal OCMW-raadsleden teruggebracht worden tot het aantal gemeenteraadsleden. Bij de verkiezing van de OCMW-raad in 2013 zal er in die gemeenten rekening mee gehouden moeten worden. (Art. 5, §1)

o Nog steeds mag maximum een derde van de OCMW-raad bestaan uit leden van de gemeenteraad. (Art. 8 en art. 12)

o Vanaf de volgende legislatuur in 2013 mag maximaal een derde van de OCMW-raad bestaan uit gemeentepersoneel, dit exclusief het gemeentelijk onderwijzend personeel, leden van de vrijwillige ambulancediensten en vrijwillige brandweerlieden. (Art. 8 en art. 12)

o Kunnen geen lid zijn van de OCMW-raad: met behoud van de toepassing van artikel 24, 3°, de burgemeesters en de schepenen, met uitzondering van de voorzitter van de OCMW-raad, en de leden van de colleges van federaties van gemeenten en

Page 2: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 2/11

agglomeraties. Deze bepaling heeft echter geen uitwerking tussen de installatievergadering van de gemeenteraad en die van de OCMW-raad. (Art. 20)

o Kan geen lid zijn van de OCMW-raad: de gemeentesecretaris van de gemeente die door het OCMW wordt bediend. (Art. 20)

o De gemeentesecretaris brengt ten minste acht dagen voor de installatievergadering van de OCMW-raad de voorgedragen kandidaat-leden en -opvolgers op de hoogte van de datum, het uur en de plaats van de installatievergadering. De memorie vraagt de gemeentesecretaris om de kandidaat-raadsleden en -opvolgers te informeren over de punten die volgens het OCMW-decreet behandeld moeten worden op de installatievergadering. Deze punten kunnen volgens de memorie het best publiek gemaakt worden zoals dit gebeurt voor de agenda. (Art. 16)

o In afwachting van de verkiezing van een voorzitter van de OCMW-raad, zit de voorzitter van de gemeenteraad de installatievergadering voor. Indien de voorzitter van de gemeenteraad nalaat de eed af te leggen, wordt hij vervangen door een lid van het college van burgemeester en schepenen. De burgemeester wordt geacht hiervoor een hogere rang in te nemen dan de schepenen, die vervolgens in aanmerking komen volgens hun rang. De OCMW-secretaris noteert deze vervanging in de notulen. Vanaf het ogenblik dat een raadslid tot voorzitter van de OCMW-raad verkozen wordt, zit deze persoon de installatievergadering verder voor.( Art. 16, §3 en art. 17)

o Voor de installatievergadering onderzoekt de gemeenteraad de geloofsbrieven van de verkozen OCMW-raadsleden en hun opvolgers. De gemeenteraad zal zich dus moeten uitspreken over de eventuele bezwaren i.v.m. de verkiesbaarheidsvoorwaarden. (Art. 16, §4)

o Het is de voorzitter van de gemeenteraad die de eed afneemt van de verkozen leden van de OCMW-raad. (Art. 16, §4)

o de voorzitter van de gemeenteraad neemt indien nodig kennis van het feit dat een lid afstand wil doen van zijn mandaat. De afstand wordt op dat moment definitief. (Art. 18)

Verkiezing (onder)voorzitter raad

o Verkiezing voorzitter: Personeelsleden van de gemeente die door het OCMW wordt bediend, kunnen geen voorzitter worden. Personeelsleden van de gemeente die door het OCMW wordt bediend, kunnen geen voorzitter worden. Dit met uitzondering van de vrijwillige brandweerlieden en de leden van de vrijwillige ambulancediensten. Personeelsleden van het gemeentelijk onderwijs worden dus uitgesloten van het voorzitterschap, behalve in de OCMW’s waar de voorzitter geen lid is van het CBS. (Art. 53, §1)

o Verkiezing ondervoorzitter:Indien de OCMW-raad gemachtigd werd via een verklaring op een ontvankelijke akte van voordracht van schepenen, of door een beslissing van de gemeenteraad, genomen op zijn installatievergadering, dan kan de raad een of twee ondervoorzitters aanduiden. (Art. 56)

Page 3: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 3/11

Einde mandaat OCMW-raadslid

o Indien een OCMW-raadslid zijn ontslag wil geven, moet hij dit schriftelijk meedelen aan de voorzitter van de gemeenteraad. Het ontslag is definitief en kan niet meer worden ingetrokken na de ontvangst van die kennisgeving door de voorzitter van de gemeenteraad. (Art. 25)

o Een raadslid is van rechtswege ontslagnemend als hij lid wordt van de gemeenteraad en door dit lidmaatschap het maximaal aantal (een derde) gemeenteraadsleden in de OCMW-raad wordt overschreden. Dit geldt vanaf de volgende legislatuur in 2013 ook als een raadslid personeelslid van de gemeente wordt en hierdoor het maximale aantal gemeentelijke personeelsleden in de OCMW-raad overschreden wordt. (Art. 19)

o Wordt een gemeenteraadslid als opvolger lid van de OCMW-raad en wordt daardoor het maximale aantal gemeenteraadsleden in de OCMW-raad overschreden, dan kan het gemeenteraadslid niet worden geïnstalleerd. Ook hier gelden vanaf 2013 soortgelijke regels voor gemeentepersoneel. (Art. 19)

Nieuw OCMW-raadslid

o Indien er geen opvolgers meer zijn of ze allen verzaakt hebben, kunnen alle gemeenteraadsleden die nog in functie zijn en die de voordracht van het te vervangen lid hadden ondertekend, een nieuw kandidaat-werkend lid en een of meer kandidaat-opvolgers voordragen. De memorie verduidelijkt dat de handtekeningen van alle gemeenteraadsleden van dezelfde voordrachtsakte als het te vervangen lid nodig zijn.Ook hier wordt weer met een voordrachtsakte gewerkt, die aan de gemeentesecretaris moet worden overhandigd. De gemeenteraad moet de geloofsbrieven van het nieuwe raadslid en de opvolger(s) onderzoeken. Wanneer binnen zestig dagen nog steeds geen vervanger werd voorgedragen, wordt tot een nieuwe verkiezing overgegaan door alle gemeenteraadsleden. Het aantal stemmen dat een gemeenteraadslid heeft, is afhankelijk van het aantal te verkiezen OCMW-raadsleden. Ook hier wordt weer met een voordrachtsakte gewerkt.( Art. 10, art. 14 en Art. 26)

o De opvolger kan pas geïnstalleerd worden nadat de geloofsbrieven onderzocht en goedgekeurd werden door de gemeenteraad. Indien de geloofsbrieven van de opvolgers reeds goedgekeurd werden bij de installatie van de OCMW-raad, moet de voorzitter van de gemeenteraad deze geloofsbrieven opnieuw onderzoeken. De memorie zegt dat het onderzoek van de geloofsbrieven reeds kan gebeuren voor de officiële kennisgeving van het ontslag aan de voorzitter van de gemeenteraad. Het ontslag is immers pas definitief zodra de voorzitter van de gemeenteraad het heeft ontvangen.De eedaflegging van de opvolger die tijdens de legislatuur lid wordt van de OCMW-raad, gebeurt ten overstaan van de voorzitter van de gemeenteraad en in aanwezigheid van de gemeentesecretaris. Er wordt van deze eedaflegging een proces-verbaal opgemaakt dat opgestuurd wordt naar de voorzitter van het OCMW. (Art. 17 en art. 26)

Page 4: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 4/11

Werking van de raad

o De rol van de burgemeester als de voorzitter toegevoegd is aan het college:

De burgemeester kan alle vergaderingen van de raad bijwonen, dus ook het besloten gedeelte. Indien hij vooraf schriftelijk zijn afwezigheid gemotiveerd heeft, kan hij zich laten vertegenwoordigen door een schepen. (Art. 41)

De burgemeester (of de schepen die hem vervangt) heeft het recht om tijdens de zitting de stemming omtrent elk agendapunt te verdagen, behalve wanneer het gaat om persoonlijke dossiers van cliënten en onderhoudsplichtigen. De redenen van de verdaging door de burgemeester of zijn vervanger worden opgenomen in de notulen van de vergadering. De burgemeester kan dit recht maar één keer uitoefenen voor eenzelfde punt. Het punt kan ten vroegste dertig dagen later opnieuw behandeld worden, tenzij het college van burgemeester en schepenen er eerder een advies over uitbrengt. (Art. 42)

o De rol van de burgmeester als de voorzitter NIET toegevoegd is aan het college:

De burgemeester kan de vergaderingen van de raad bijwonen met raadgevende stem en kan de vergadering ook voorzitten. Hij kan zich voor langere duur laten vervangen door een schepen. (Art. 26, §1 OCMW-wet)

De burgemeester kan verdagen. De schepen die de burgemeester vertegenwoordigt heeft geen verdagingsrecht. De verdaging kan niet enkel tijdens de zitting maar ook vóór de zitting vanaf de ontvangst van de agenda van de OCMW-raad. De verdaging kan naast de stemming ook slaan op de bespreking. Het overlegcomité moet samenkomen binnen een termijn van vijftien dagen, om uitspraak te doen over het verdaagde punt. (Art. 33Bis OCMW-wet)

o de burgemeester kan de vergaderingen van het vast bureau en de bijzondere comités niet bijwonen.

o De burgemeester kan de OCMW-raad samenroepen. (Art. 30)

Verbodsbepalingen:

o OCMW-raadsleden mogen niet optreden als afgevaardigde of deskundige van een vakorganisatie, in het bijzonder een onderhandelingscomité of het hoog overlegcomité van de gemeente. (Art. 37)

Voorzitter in CBS:

o De OCMW-voorzitter kan lid worden van het college van burgemeester en schepenen, maar het is nog geen verplichting. De gemeenteraad kon in het begin van de huidige gemeentelijke legislatuur (die loopt van 1 januari 2007 tot 31 december 2012) op de installatievergadering beslissen dat de OCMW-voorzitter de volgende zes jaar geen deel

Page 5: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 5/11

zou uitmaken van het college van burgemeester en schepenen. Als de gemeenteraad dat niet deed, werd de OCMW-voorzitter van rechtswege toegevoegd aan het college en kwam hij bovenop het maximumaantal schepenen. Vanaf 2013 wordt dit de regel en kunnen de gemeenteraden er niet meer van afwijken. (art. 44 en 312 van het Gemeentedecreet)

o Als de voorzitter niet opgenomen is, kan hij op zijn verzoek of op uitnodiging wel de vergaderingen van het CBS bijwonen. (Art. 28, §4 OCMW-wet)

Relatie OCMW-gemeente:

o Als de voorzitter lid is van het college, is er voorafgaand advies nodig van het college van burgemeester en schepenen vooraleer het OCMW kan beslissen over:

Meerjarenplan, aanpassingen aan het meerjarenplan, budget en budget van de ziekenhuizen (zie hoger);

Personeelsformatie;

Rechtspositie voor zover die een financiële weerslag kan hebben of er een afwijking is van die van de gemeente;

Indienstneming van extra personeel (behalve bij hoogdringendheid of voor ziekenhuispersoneel);

Oprichten van nieuwe diensten en uitbreiden of inkrimpen van bestaande diensten;

Budgetwijzigingen die de gemeentelijke bijdrage beïnvloeden of het gevolg zijn van het oprichten of afschaffen van dienstverlening;

Wijzigingen aan investeringsprojecten van zodra de totale financiering verhoogt of verandert.

Het collegeadvies moet worden uitgebracht binnen de dertig dagen na het ontvangen van de ontwerpbeslissing. Gebeurt dat niet, dan kan het OCMW de adviesverplichting negeren. Het advies moet worden gevoegd bij het dossier dat naar de toezichthoudende overheid wordt gestuurd. (art. 270)

o Maar is er in dat geval ook voorafgaand advies van de OCMW-raad vereist vooraleer de gemeente ken beslissen over:

De rechtspositieregeling, voor zover dit een weerslag heeft op de budgetten en het beheer van het OCMW.

De oprichting van nieuwe diensten of instellingen met een sociale doelstelling en de uitbreiding van bestaande.

Page 6: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 6/11

Het advies van de OCMW-raad moet worden uitgebracht binnen de dertig dagen na het ontvangen van de ontwerpbeslissing. Gebeurt dat niet, dan kan de gemeente de adviesverplichting negeren. Het advies moet worden gevoegd bij het dossier dat naar de toezichthoudende overheid wordt gestuurd. (art. 270 Gemeentedecreet)

o Als de voorzitter geen lid is van het college, dan blijven de vergaderingen van het overlegcomité tussen de gemeente en het OCMW bestaan. (art. 26BIS OCMW-wet)

o Beheersovereenkomsten:Tussen de gemeente en het OCMW kunnen beheersovereenkomsten worden afgesloten over het gemeenschappelijke gebruik van elkaars diensten. Ze kunnen daarin bepalen dat ze voor bepaalde functies een beroep doen op elkaars personeelsleden. (art. 271 en art. 271 Gemeentedecreet)

Statuut mandataris

o Een OCMW-voorzitter die ook schepen is, krijgt geen bijkomende wedde als schepen noch een presentiegeld als raadslid (als hij dat is). Is hij gewoon gemeenteraadslid, maar geen schepen, dan krijgt hij wel een presentiegeld. (art. 38 BVR 5 juni 2009) Merk ook art. 44, §3 GD op, een bepaling over de OCMW-voorzitter/schepen. Naar dit artikel wordt ook verwezen in art. 45 van het BVR van 19 januari 2007: de gemeente moet dus ook een verzekering BA en rechtsbijstand afsluiten voor de voorzitter/schepen.

Toezicht

Goedkeuringstoezicht door gemeenteraad:

o Bij een vereniging titel VIII, hfst, I:Het met redenen omklede oprichtingsbesluit, de statuten en hun bijlagen van een vereniging titel VIII, hfst. I, moeten goedgekeurd worden door de gemeenteraad. Ook om als OCMW te kunnen toetreden tot een vereniging Titel VIII, Hoofdstuk I, moet de gemeenteraad deze toetredingsbeslissing goedkeuren. Het decreet bepaalt dat er eveneens een dubbel goedkeuringstoezicht (ge-meenteraad en Vlaamse Regering) is voor de volgende beslissingen: statutenwijziging, toelating van privaatrechtelijke personen als deelgenoot, verlenging van de duur, vrijwillige ontbinding. (art. 220, 224 en 228)

o Bij een vereniging titel VIII, hfst. II:Het met redenen omklede oprichtingsbesluit, de statuten en hun bijlagen moeten goedgekeurd worden door de gemeenteraad van elk betrokken OCMW en gemachtigd worden door de Vlaamse Regering. Ook om als OCMW te kunnen toetreden tot een vereniging Titel VIII, Hoofdstuk II, moet de gemeenteraad deze toetredingsbeslissing goedkeuren. In tegenstelling tot een oprichtingsbeslissing, moet de Vlaamse Regering geen machtiging geven. Het decreet bepaalt dat een goedkeuring door de gemeenteraad en een machtiging van de Vlaamse Regering nodig is voor de volgende beslissingen: statutenwijziging; toetreding van leden; uitsluiting van leden; verlenging van de duur; vrijwillige ontbinding. (art. 237 en 239)

Page 7: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 7/11

o Bij een vereniging titel VIII, hfst. III:Het met redenen omklede besluit tot oprichting of toetreding, de statuten en hun bijlagen moeten goedgekeurd worden door de gemeenteraad van elk betrokken OCMW. (art. 243)

o Nog enkele zaken ivm de financiële regels moeten worden goedgekeurd. (zie hieronder)

Bestuurlijk toezicht, algemene bepalingen

o Het college van burgemeester en schepenen kijkt na of de beslissingen van het OCMW het gemeentelijk belang en inzonderheid de financiële belangen van de gemeente niet schaden. Bovendien oefent het college een algemene controle uit op het OCMW en heeft het college het recht alle OCMW-instellingen te bezoeken en ter plaatse kennis te nemen van alle stukken en dossiers of die op te vragen. Dit controlerecht slaat niet op dossiers die betrekking hebben op de persoonlijke levenssfeer van de OCMW-cliënten of hun onderhoudsplichtigen. Het college waakt er bovendien over dat het OCMW de wettelijk gevestigde lasten in de wilsbeschikking van de schenkers en erflaters respecteert. (art. 248-253)

Algemeen bestuurlijk toezicht (art. 254 e.v.)

o We maken het onderscheid tussen: lijstbesluiten, kopiebesluiten en het ambtshalve opvragen van besluiten.

Binnen twintig dagen na het nemen van de besluiten:– van de raad voor maatschappelijk welzijn;– van de raad van bestuur van de publieke OCMW-verenigingenwordt een lijst met een beknopte omschrijving van de daarin geregelde aangelegenheden verzonden naar de provinciegouverneur en naar het college van burgemeester en schepenen. Dit geldt niet voor de besluiten die betrekking hebben op de persoonlijke levenssfeer van de OCMW-cliënten of van hun onderhoudsplichtigen.

Binnen twintig dagen na het nemen van het besluit wordt naar de gouverneur en naar het college van burgemeester en schepenen een kopie verzonden van:– de besluiten van de OCMW-raad betreffende de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel, de vaststellingen en wijzigingen van de personeelsformatie;– de besluiten van de OCMW-raad waardoor de financiële lasten van de opgenomen leningen worden herschikt;– de besluiten van de OCMW-raad waarbij er in plaats van en tegen het standpunt van de financieel beheerder in een visum wordt verleend aan een voorgenomen verbintenis van een budgethouder en waarbij er in plaats van en tegen het standpunt van de secretaris in een betalingsopdracht aan een financiële instelling wordt gegeven;– de besluiten van de OCMW-raad betreffende het budget, de budgetwijzigingen, het meerjarenplan en zijn aanpassingen;

Page 8: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 8/11

– de besluiten van de OCMW-raad betreffende de kosten die door dwingende en onvoorziene omstandigheden worden vereist;– de besluiten van de OCMW-raad tot oprichting van intern verzelfstandigde agentschappen;– de rekeningen van het OCMW;– de besluiten van de OCMW-raad genomen op basis van het rapport van de externe-auditcommissie;– de besluiten betreffende de deelname aan intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, bedoeld in het Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking;– de besluiten van de OCMW-raad tot toetreding in een gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm;– de notulen van de algemene vergadering van een publieke OCMW-vereniging.

Deze verzendingsplicht geldt ook voor de gelijkluidende besluiten van de raad van bestuur van een publieke OCMW-vereniging.

Het CBS kan besluiten van een OCMW ambtshalve opvragen

Schorsend beroep:Als het college van burgemeester en schepenen van oordeel is dat een besluit van het OCMW het gemeentelijk belang en inzonderheid de financiële belangen van de gemeente schaadt, kan het tegen dit besluit beroep aantekenen bij de gouverneur, behalve indien dit besluit al goedgekeurd of vastgesteld is door de gemeenteraad (bv. het OCMW-meerjarenplan). Dit beroep moet binnen twintig dagen ingesteld worden en schorst de uitvoerbaarheid van het besluit. Als de OCMW-voorzitter lid is van het college, mag hij niet aanwezig zijn bij de stemming over het besluit om beroep in te stellen.Voor de verdere procedure: zie het decreet zelf

Personeel:

Delen secretaris/ontvanger:

o In een gemeente tot 20 000 inwoners kan het ambt van OCMW-secretaris uitgeoefend worden door de gemeentesecretaris van dezelfde gemeente, op voorwaarde dat er een volstrekte meerderheid is in de gemeenteraad en een tweederdemeerderheid binnen de OCMW-raad. Het omgekeerde (de OCMW-secretaris die als secretaris ook de gemeente bedient) is in die gemeenten eveneens mogelijk. Het OCMW en de gemeente sluiten een beheersovereenkomst (zie hiervoor artikel 271 OCMW-decreet). In diezelfde gemeenten kan het ambt van ontvanger van het OCMW uitgeoefend worden door de gemeenteontvanger (zelfde voorwaarden/regeling). (Artikel 75 §3, 1° en 2°)

Page 9: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 9/11

vaststellen of wijzigen personeelsformatie:

o De financiële haalbaarheid moet worden aangetoond door middel van de financiële nota van het meerjarenplan of door middel van een beslissing van de gemeenteraad waarmee de gemeente zich verbindt om de meerkosten van de nieuwe personeelsformatie te dragen. (Artikel 116 §1)

Financiën en administratieve organisatie:

Meerjarenplan en aanpassingen aan meerjarenplan:

o Advies door college van burgemeester en schepenen voorafgaand aan goedkeuring door OCMW-raad. Advies wordt gegeven binnen 30 dagen. (art. 270, §1)OCMW’s waarvan voorzitter niet in college van burgemeester en schepenen zit: ontwerp meerjarenplan voorleggen aan overlegcomité (art. 26bis OCMW-wet).

o OCMW moet het goedgekeurde meerjarenplan (en aanpassingen) bezorgen aan de gemeenteraad. De OCMW-voorzitter licht meerjarenplan (of aanpassingen) toe op de gemeenteraad. Als de OCMW-voorzitter geen lid is van de gemeenteraad, moet hij daartoe ten minste acht dagen vooraf door gemeente worden uitgenodigd. Verder:

Meerjarenplan: gemeenteraad keurt goed, keurt niet goed of past aan.

Aanpassingen aan meerjarenplan: alleen goedkeuring door gemeenteraad vereist als de gemeentelijke bijdrage wordt verhoogd of bij een inhoudelijke wijziging van de strategische nota.

Bovenstaande beslissingen van gemeenteraad moeten vallen binnen 50 dagen na toezending. Indien geen beslissing gemeenteraad: wordt geacht positief te zijn.Gemeenteraad moet beslissing bezorgen aan OCMW en gouverneur. OCMW-raad kan in beroep gaan tegen beslissing van gemeenteraad. (art. 148).

Gemeentelijke bijdrage:

o Gemeente moet verschil dekken tussen de middelen van het OCMW en de uitgaven noodzakelijk voor de vervulling van de opdracht van het OCMW. Gemeente is verplicht die bedragen in het eigen meerjarenplan en budghet in te schrijven. Tenzij gemeente en OCMW anders beslissen, wordt maandelijks ten minste één twaalfde van de gemeentelijke bijdrage betaald.Gemeente en OCMW kunnen overeenkomen dat het OCMW bepaalde overschotten van de gemeentelijke bijdrage houdt voor latere bestedingen. (art. 145).

Budget:

o Advies door college van burgemeester en schepenen voorafgaand aan goedkeuring door OCMW-raad. Advies wordt gegeven binnen 30 dagen. (art. 270, §1)OCMW’s waarvan voorzitter niet in college van burgemeester en schepenen zit: ontwerp budget voorleggen aan overlegcomité (art. 26bis OCMW-wet).

Page 10: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 10/11

o OCMW moet het goedgekeurde budget bezorgen aan de gemeenteraad. De OCMW-voorzitter licht het budget toe op de gemeenteraad. Als de OCMW-voorzitter geen lid is van de gemeenteraad, moet hij daartoe ten minste acht dagen vooraf door gemeente worden uitgenodigd. Als OCMW-budget past binnen OCMW-meerjarenplan: kennisname door gemeenteraad.Als OCMW-budget niet past binnen OCMW-meerjarenplan (en dus ook als er geen meerjarenplan is): beslissing door gemeenteraad. Als het OCMW geen budget of meerjarenplan heeft vastgesteld, stelt de gemeenteraad eenzijdig het OCMW-budget vast.Bovenstaande beslissingen van gemeenteraad moeten vallen binnen 50 dagen na toezending. Indien geen beslissing gemeenteraad: wordt geacht positief te zijn.Gemeenteraad moet beslissing bezorgen aan OCMW en gouverneur. OCMW-raad kan in beroep gaan tegen beslissing van gemeenteraad. (art. 150).

Budgetwijzigingen:

o Advies door college van burgemeester en schepenen voorafgaand aan goedkeuring door OCMW-raad indien het gaat om een budgetwijziging die de geconsolideerde gemeentelijke bijdrage verhoogt of vermindert of die het gevolg is van het oprichten of afschaffen van dienstverlening. Advies wordt gegeven binnen 30 dagen. (art. 270, §1)OCMW’s waarvan voorzitter niet in college van burgemeester en schepenen zit: ontwerp van budgetwijziging voorleggen aan overlegcomité indien die de gemeentelijke bijdrage verhoogt of vermindert (art. 26bis OCMW-wet).

o OCMW moet de goedgekeurde budgetwijziging bezorgen aan de gemeenteraad. De OCMW-voorzitter licht de budgetwijziging toe op de gemeenteraad. Als de OCMW-voorzitter geen lid is van de gemeenteraad, moet hij daartoe ten minste acht dagen vooraf door gemeente worden uitgenodigd.Als de budgetwijziging past binnen OCMW-meerjarenplan: kennisname door gemeenteraad.Als de budgetwijziging niet past binnen OCMW-meerjarenplan (en dus ook als er geen meerjarenplan is): beslissing door gemeenteraad. Bovenstaande beslissingen van gemeenteraad moeten vallen binnen 50 dagen na toezending. Indien geen beslissing gemeenteraad: wordt geacht positief te zijn.Gemeenteraad moet beslissing bezorgen aan OCMW en gouverneur. OCMW-raad kan in beroep gaan tegen beslissing van gemeenteraad. (art. 150 en art. 156).

Dwingende en onvoorziene uitgaven:

o Wanneer de raad of de voorzitter zonder budgetwijziging over uitgaven beslissen die door dwingende en onvoorziene omstandigheden zijn vereist, moet de gemeente daarover worden geïnformeerd. (art. 159)

Page 11: Wat moeten gemeenten weten over het OCMW-decreet

25 maart 2010 - 11/11

Jaarrekening:

o Huidige regeling:Vóór 1 mei stuurt het OCMW de door de OCMW-raad vastgestelde jaarrekening naar de gouverneur en naar de gemeenteraad. De gemeenteraad kan binnen de vijftig dagen na ontvangst van de OCMW-jaarrekening opmerkingen formuleren aan de gouverneur. (art. 89, §2 OCMW-wet)

o Toekomstige regeling (ingangsdatum onbekend):In de loop van het eerste semester stelt de OCMW-raad de jaarrekening vast. Daarna bezorgt het OCMW de jaarrekening en het auditverslag (de externe audit op de jaarrekening zal in de toekomst plaats vinden alvorens de OCMW-raad de rekening vaststelt) aan de gemeenteraad. Die kan binnen de vijftig dagen na ontvangst van de OCMW-jaarrekening opmerkingen formuleren aan de gouverneur. Als de gemeenteraad geen opmerkingen heeft geformuleerd en de OCMW-raad geen verrichtingen heeft verworpen en de externe audit niet aangeeft dat er geen rekening werd gehouden met zijn bemerkingen, is de vaststelling van de jaarrekening door de OCMW-raad definitief. In het andere geval gebeurt er nog een goedkeuring door de gouverneur. (art. 174 en art. 176)

Externe audit:

o Het geconsolideerde auditrapport dat de externe-auditcommissie vanaf een nog te bepalen moment in de toekomst jaarlijks zal maken over het OCMW, wordt bezorgd aan de gemeente.De OCMW-raad beslist over de gevolgen die hij geeft aan de aanbevelingen van de externe-auditcommissie en meldt dit aan de gemeenteraad. (art. 266)

o Vanaf een nog te bepalen moment in de toekomst zullen de gemeenten of de OCMW’s moeten bijdragen in de kosten van de externe audit op het OCMW. (art. 268)