les 2 cbs onderbouw havo/vwo
TRANSCRIPT
Verdien jij meer zakgeld?Havo/Vwo-onderbouw
Les 2
1
InleidingDe vraag waar we mee zijn begonnen was:
“Krijg jij genoeg zakgeld?”
De prijzen dalen en stijgen continu, maar stijgt jouw zakgeld wel mee?
In deze les ga je dit verder onderzoeken.
Aan het einde van deze les weet jij of je meerzakgeld verdient!
2
InleidingJe gaat de zaak nog heel even op een rijtjezetten met behulp van wat je in de vorige les hebt geleerd.
Je krijgt een paar nieuwe vragen die je op dezelfde manier moet oplossen als in de vorigeles.
3
Welk product staat op de vierde plaats van de lijst met de grootste prijsverandering?
4
Verklaar
In oktober 2010 kostte een pak koffie € 1,89. Hoeveel kost het product in oktober 2011?
____________________________
5
Heb jij het ook zo gedaan?Procenten kan je op verschillende manieren berekenen.
Zo kan je een verhoudingstabel, een kruistabel of een formule gebruiken.
Welke methode heb jij toegepast?
_______________________________________
6
Jij weet…Je weet dat producten in prijs kunnen stijgen en dalen. Stijgen de prijzen dan noemen we dat inflatie. Dalen de prijzen dan noemen we het deflatie. En je weet dat je voor het kopen van een pakket aan goederen een budget nodig hebt.
Het CBS meet de prijsstijgingen en dalingen van de producten.
7
Inflatiecalculator
Op de website van het CBS kun je zien wat er gebeurt met de prijzen van de producten waar jij je geld aan uitgeeft
8
http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/prijzen/cijfers/extra/pci.htm
Inflatiecalculator
Om even te oefen ga je de inflatiecalculator invullen van Anne
9
http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/prijzen/cijfers/extra/pci.htm
Inflatiecalculator
Bekijk het filmpje en vul in de inflatiecalculator in wat Anne uitgeeft.
10
http://www.youtube.com/watch?v=sP-7z_NXy8Y
Heb jij ook eerst omgerekend naar een jaar?Je weet dat er in een jaar 365 dagen zitten, maar ook 12 maanden en 52 weken.
Om van week naar maand te berekenen moet je eerst van week naar jaar berekenen. Daarna kan je het jaar delen door 12 en dan weet je het per maand.
11
Inflatiecalculator
Welk verband geeft de lijn aan in de grafiek?
_____________________
12
Inflatiecalculator
Welke stappen heb je gemaakt bij het lezen van de grafiek?
1. _________________
2. _________________
3. _________________
4. _________________
13
Heb jij het ook zo gedaan?
14
Stappenplan:1. Kijk naar de titel
15
Stappenplan:1. Kijk naar de titel
In de titel staat het resultaatop de vraag “waar gaat deze
grafiek over?”
16
Stappenplan:1. Kijk naar de titel
2. Kijk wat er staat op de verticale as
Het aantal procenten inflatie
17
Stappenplan:1. Kijk naar de titel
2. Kijk wat er staat op de verticale as
3. Kijk naar de horizontale as
18
Stappenplan:1. Kijk naar de titel
2. Kijk wat er staat op de verticale as
3. Kijk naar de horizontale as
De jaartallen
19
Stappenplan:1. Kijk naar de titel
2. Kijk wat er staat op de verticale as
3. Kijk naar de horizontale as
4. Kijk naar het verband
20
Stappenplan:1. Kijk naar de titel
2. Kijk wat er staat op de verticale as
3. Kijk naar de horizontale as
4. Kijk naar het verband
Het aantal procenten inflatieper jaar
21
Stappenplan:1. Kijk naar de titel
2. Kijk wat er staat op de verticale as
3. Kijk naar de horizontale as
4. Kijk naar het verband
Het aantal procenten inflatieper jaar voor Anne
22
Stappenplan:1. Kijk naar de titel
2. Kijk wat er staat op de verticale as
3. Kijk naar de horizontale as
4. Kijk naar het verband
Het aantal procenten inflatiegemiddeld per jaar
23
Verdient Anne nu meer zakgeld?Stel dat Anne al een jaar hetzelfde bedrag aan zakgeld krijgt. Zou zij naar haar vader toe kunnen stappen om meer zakgeld te vragen?
________________________________
24
Verdient Anne nu meer zakgeld?Hoeveel zakgeld zou Anne moeten krijgen om hetzelfde te kunnen kopen als een jaar geleden met zijn budget?
____________________________________
25
Inflatiecalculator
Vul voor jezelf de inflatiecalculator in.
26
http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/prijzen/cijfers/extra/pci.htm
Inflatiecalculator
Hoe groot is het budget dat jij kunt besteden?
_____________________
27
http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/prijzen/cijfers/extra/pci.htm
Inflatiecalculator
Hoe groot is jouw persoonlijke inflatie?
_____________________
28
Inflatiecalculator
Hoeveel zou jouw zakgeld moeten zijn?
_____________________
29
Terugblik
Wat heb jij in de laatste twee lessen geleerd?
________________________
________________________
30
http://www.youtube.com/watch?v=8aFkpFIKhFc&feature=youtu.be
TerugblikHeb jij het volgende genoteerd:1. Je weet wat budget, inflatie en
deflatie is2. Je weet wat het CBS doet3. Je kan met procenten rekenen4. Je kan een tabel en grafiek lezen5. Je weet of je meer zakgeld verdient
en hoe je dit moet berekenen6. Je kan verklaren waarom je meer
zakgeld verdient
31