verrijkingsstof 2 hv thema 1 verbranding en … opdrachten/t1... · © malmberg ‘s-hertogenbosch...

2
© Malmberg ‘s-Hertogenbosch 1 VERRIJKINGSSTOF 2 HV THEMA 1 VERBRANDING EN ADEMHALING In de basisstof heb je geleerd hoe de longen van de mens zijn gebouwd. De longen van andere zoogieren zijn op een vergelijkbare manier gebouwd. Door de borstholte groter te maken, stroomt lucht de longen in; door vervol- gens de borstholte te verkleinen stroomt lucht de longen uit. De longen van vogels werken anders. In deze verrij- kingsstof leer je hoe de longen van vogels zijn gebouwd en hoe ze werken. DE BOUW VAN DE LONGEN VAN VOGELS Aan de bovenkant van de snavel bevinden zich bij vogels twee neusopeningen (zie afbeelding 1). Achter deze neusopeningen ligt een soort neusholte. Bij vogels wordt dit de neuskamer genoemd. In de neuskamer wordt de lucht verwarmd en vochtig gemaakt. Ook ligt hier het reukzintuig. De neuskamer staat in verbinding met de keelholte. Vanaf de keelholte gaat de luchtpijp naar de longen. De longen zijn kleiner dan de longen van zoogdieren en bevatten geen longblaasjes. De longen bestaan uit allemaal kleine buisjes. Om de buisjes heen liggen kleine bloedvaatjes. Aan de longen zitten luchtzak- ken vast (zie afbeelding 2). DE WERKING VAN DE LONGEN VAN VOGELS Het ademhalingsstel van vogels werkt anders dan dat van zoogdieren. De longen van een vogel worden niet groter en kleiner. De luchtzakken om de longen heen wel. Een aantal luchtzakken ligt aan de voorkant van de longen, een aantal ligt meer aan de achterkant. Tijdens een inademing worden de luchtzakken groter. Vanuit de luchtpijp stroomt verse lucht naar de achterste luchtzakken, en vanuit de longen stroomt lucht naar de voorste luchtzakken (zie afbeelding 3.1). Bij een uitade- ming stroomt lucht vanuit de voorste luchtzakken via de luchtpijp naar buiten en stroomt lucht van de achterste luchtzakken de longen in (zie afbeelding 3.2). Doordat de luchtzakken werken als een soort blaasbalg stroomt er steeds lucht met veel zuurstof langs de bloedvaatjes in de longen. Hierdoor gaat de uitwisseling van zuurstof en koolstofdioxide sneller dan bij zoogdieren. WB . OPDRACHT 1 EN 2 5. De ademhaling bij vogels Afb. 1 Neusopeningen bij een vogel. Afb. 3 De werking van de longen van vogels (schematisch). neusopening neuskamer luchtpijp luchtzakken longen Afb. 2 Ademhalingsstelsel van een vogel. voorste luchtzak longen uchtpijp achterste luchtzak de longen van een vogel na een inademing 1 l 2 de longen van een vogel na een uitademing achterste luchtzak luchtpijp voorste luchtzak longen

Upload: phamkhanh

Post on 03-Feb-2018

218 views

Category:

Documents


1 download

TRANSCRIPT

Page 1: VERRIJKINGSSTOF 2 HV THEMA 1 VERBRANDING EN … OPDRACHTEN/T1... · © Malmberg ‘s-Hertogenbosch 2 HV THEMA 1 VERBRANDING EN ADEMHALING VERRIJKINGSSTOF WERKBLAD 1 1 OPDRACHT Beantwoord

© Malmberg ‘s-Hertogenbosch1

VERRIJKINGSSTOF 2 HV THEMA 1 VERBRANDING EN ADEMHALING

In de basisstof heb je geleerd hoe de longen van de mens zijn gebouwd. De longen van andere zoogieren zijn op een vergelijkbare manier gebouwd. Door de borstholte groter te maken, stroomt lucht de longen in; door vervol-gens de borstholte te verkleinen stroomt lucht de longen uit. De longen van vogels werken anders. In deze verrij-kingsstof leer je hoe de longen van vogels zijn gebouwd en hoe ze werken.

DE BOUW VAN DE LONGEN VAN VOGELSAan de bovenkant van de snavel bevinden zich bij vogels twee neusopeningen (zie afbeelding 1). Achter deze neusopeningen ligt een soort neusholte. Bij vogels wordt dit de neuskamer genoemd. In de neuskamer wordt de lucht verwarmd en vochtig gemaakt. Ook ligt hier het reukzintuig. De neuskamer staat in verbinding met de keelholte. Vanaf de keelholte gaat de luchtpijp naar de longen. De longen zijn kleiner dan de longen van zoogdieren en bevatten geen longblaasjes. De longen bestaan uit allemaal kleine buisjes. Om de buisjes heen liggen kleine bloedvaatjes. Aan de longen zitten luchtzak-ken vast (zie afbeelding 2).

DE WERKING VAN DE LONGEN VAN VOGELSHet ademhalingsstel van vogels werkt anders dan dat van zoogdieren. De longen van een vogel worden niet groter en kleiner. De luchtzakken om de longen heen wel. Een aantal luchtzakken ligt aan de voorkant van de longen, een aantal ligt meer aan de achterkant.

Tijdens een inademing worden de luchtzakken groter. Vanuit de luchtpijp stroomt verse lucht naar de achterste luchtzakken, en vanuit de longen stroomt lucht naar de voorste luchtzakken (zie afbeelding 3.1). Bij een uitade-ming stroomt lucht vanuit de voorste luchtzakken via de luchtpijp naar buiten en stroomt lucht van de achterste luchtzakken de longen in (zie afbeelding 3.2). Doordat de luchtzakken werken als een soort blaasbalg stroomt er steeds lucht met veel zuurstof langs de bloedvaatjes in de longen. Hierdoor gaat de uitwisseling van zuurstof en koolstofdioxide sneller dan bij zoogdieren.

WB . OPDRACHT 1 EN 2

5. De ademhaling bij vogels

Afb. 1 Neusopeningen bij een vogel. Afb. 3 De werking van de longen van vogels (schematisch).

neusopening

neuskamer

luchtpijp

luchtzakken

longen

Afb. 2 Ademhalingsstelsel van een vogel.

voorste luchtzak longen

uchtpijp

achterste luchtzak

de longen van een vogel na een inademing1

l

2 de longen van een vogel na een uitademing

achterste luchtzak

luchtpijp

voorste luchtzak longen

Page 2: VERRIJKINGSSTOF 2 HV THEMA 1 VERBRANDING EN … OPDRACHTEN/T1... · © Malmberg ‘s-Hertogenbosch 2 HV THEMA 1 VERBRANDING EN ADEMHALING VERRIJKINGSSTOF WERKBLAD 1 1 OPDRACHT Beantwoord

© Malmberg ‘s-Hertogenbosch

2 HV THEMA 1 VERBRANDING EN ADEMHALING VERRIJKINGSSTOF WERKBLAD

1

1 OPDRACHT

Beantwoord de volgende vragen.1 Welke luchtzakken bevatten na een

inademing de meeste zuurstof?

2 Welke luchtzakken bevatten na een uitademing de meeste zuurstof?

3 De lucht die bij vogels langs de bloedvaten in de longen stroomt, bevat per mL meer zuurstof dan de lucht die bij zoogdieren in de longblaasje zit. Leg uit waardoor dit komt.

5. De ademhaling bij vogels

2 OPDRACHT

In afbeelding 1 zie je een schematische tekening van de longen van een vogel.– Geef met rode pijlen aan hoe de lucht

stroomt tijdens een inademing.– Geef met blauwe pijlen aan hoe de lucht

stroomt tijdens een uitademing.

Afb. 1

Controleer met het antwoordenblad of je de verrijkingsstofopdrachten goed hebt gemaakt.