zilverblad jaargang 13 nr.2

48
Zilverstraat 26 8000 Brugge Tel. 050 33 19 43 Fax 050 34 30 51 [email protected] www.sintjozefbrugge.be ZILVERBLAD 4 Interview met Marijke Vanhoutte, inspecteur-adviseur rooms-katholieke godsdienst 38 Wedstrijd: Raad-je-plaatje 26 Ondernemingshoek 18 12 Dilemma’s voor Reinhilde Debruyne 9 Merhaba Türkiye! Welkom in Turkije! 17 Het internaat... door de ogen van onze oudste internen HANDEL EN TOERISME BRUGGE SINT-JOZEFSINSTITUUT TRIMESTRIEEL TIJDSCHRIFT Jaargang 13

Upload: sint-jozefsinstituut-handel-en-toerisme

Post on 06-Mar-2016

236 views

Category:

Documents


8 download

DESCRIPTION

Tijdschrift van het Sint-Jozefsinstituut Handel en Toerisme in Brugge

TRANSCRIPT

Page 1: Zilverblad jaargang 13 nr.2

Zilverstraat 268000 BruggeTel. 050 33 19 43Fax 050 34 30 [email protected]

www.sintjozefbrugge.be

ZIL

VE

RB

LA

D

4 Interview met Marijke Vanhoutte,

inspecteur-adviseur rooms-katholieke godsdienst

38 Wedstrijd:Raad-je-plaatje26 Ondernemingshoek

18 12 Dilemma’s voor Reinhilde Debruyne

9 Merhaba Türkiye! Welkom in Turkije!

17 Het internaat...door de ogen van onze oudste internen

HANDEL EN TOERISME BRUGGESINT-JOZEFSINSTITUUT

TRIMESTRIEEL TIJDSCHRIFT

22Jaargang 13

Page 2: Zilverblad jaargang 13 nr.2

Inh

ou

d

Co

lofo

n

3 Woordje van de directeur

4 Interview met Marijke Vanhoutte,inspecteur-adviseur rooms-katholieke godsdienst

6 Op de sofa: Christel Snauwaert (4HT1)

7 Oortjes

8 Verborgen hoekjes op de school: de keuken

9 Merhaba Türkiye! Welkom in Turkije!

10 Dorpsgenoten: Jabbeke

12 Interview met adjunct-directeur Birgit Anseeuw

14 Mijn naam is... Maxim

16 Het leerlingenpresidium haat... / houdt van...

17 Het internaat... door de ogen van onze oudste internen

18 12 dilemma’s voor Reinhilde Debruyne

20 Buiten de zone: Hilde Jaspaert, oud-leerkracht

22 Stille Ruimte: De Liefde

24 Familienieuws

24 Activiteitenkalender

26 Ondernemershoek

29 Enkel op de schoolbanken: niet meer van deze tijd ...

31 Vroege vogels op school: Tibo Deprest

32 Ruach: Valentijn

33 Like or dislike: BYOD

34 Toneel op school: Spel van liefde en toeval

35 Sport kort

36 Welkom: Kiara Dane (6OP2) & James Sarushi Satare

38 Wedstrijd: Raad-je-plaatje

39 Ventiel - Ad constructionem scientiam et dexteritatem adiuvi

40 In vogelvlucht

TRIMESTRIEELTIJDSCHRIFT VAN HETSINT-JOZEFSINSTITUUTHANDEL EN TOERISME BRUGGE

RedactieadresZilverstraat 268000 Brugge Tel. 050 33 19 43Fax 050 34 30 [email protected]

WebsiteKoen Verscheldewww.sintjozefbrugge.be

RedactieBirgit AnseeuwManu CouckeAnn VerhofstadtFilip DegraevePeter SymaeysPascal Vanden EyndeLaurie KuperusSofi e De SpiegelaereLien D’hooreDieter Verstraete

PubliciteitPeter [email protected]

Abonnementen9 eurorek. nr. 471-5372881-54vermelding: Zilverblad, jaargang 2012-2013

AdministratieRik Deketelaere

HoofdredacteurJohan Verstraete

Verantwoordelijke uitgeverMichaël Vandorpe

RealisatieDrukkerij Jobert

Jongeren (en mensen

in het algemeen) hebben

immers veel nood

aan zingeving.

Maar ook voor een

serieuze babbel kunnen

we bij elkaar terecht.

Aan mijn laatste schilderij

werkte ik bijvoorbeeld

meer dan zestig uur.

Het werd op 24 januari een buiten gewoon

interessante voormiddag.

Raad-je-plaatje

Niettemin zal ze de Belgische

frietjes en chocolade missen

als ze terug naar Turkije gaat.

18

4

17

26

38

9

Page 3: Zilverblad jaargang 13 nr.2

Beste lezer U kent ze wel, de verhalen over de economische crisis, de uitputting van de olievoorraden, de opwarming van de aarde, enz... Uiteraard zijn dat ernstige problemen. En dat ze een im-pact hebben op ons dagelijks leven beseffen we soms te weinig maar dat hebben ze wel degelijk.

Een pessimist ziet een probleem in elke kans, een optimist ziet een kans in elk probleem. De wereld verkeert niet in crisis zoals de nieuwsberichten ons al jaren doen geloven, maar in een transformatie naar de volgende fase in onze beschaving. En zoals bij alle grote transformaties volstrekt ook deze zich langzaam. Politiek, bedrijfsleven en actiegroepen zijn het eens: de huidige economie, gegrondvest op de vervuilende verbran-ding van fossiele brandstoffen, moet worden opgevolgd door een economie die draait op waterstof. Waterstof is een schone, veilige en eerlijke energiebron. Het is schoon omdat er geen afvalstoffen worden geproduceerd, het is veilig omdat de we-reld veel minder afhankelijk wordt van de olie uit het Midden-Oosten, en het is eerlijk omdat er genoeg waterstof is voor iedereen.

Daarom is het belangrijk dat we de jongeren voorbereiden op die veranderingen en hen weerbaar maken door hen de nodige kennis bij te brengen en door hen tot ‘padvinders’ op te leiden.We zijn ook permanent bezig met onze opleidingen aan te pas-sen aan de evoluties op de arbeidsmarkt. In ons handelson-derwijs zullen we vanaf volgend jaar een richting ‘logistiek’ programmeren want in onze regio zal die sector door de nabij-heid van de haven sterk aan belang toenemen. Ook met een bij-sturing van de opleidingen in retail en in visual merchandising zullen we beter aansluiten bij wat de bedrijfswereld van onze afgestudeerden verwacht. Binnenkort zullen we die nieuwe op-leidingen uitgebreid aan het brede publiek voorstellen. Dat zijn maar enkele van de vele zaken waarmee we op school bezig zijn. Andere kan u lezen in dit behoorlijk gevulde Zilverblad. Het redactieteam verdient andermaal een pluim. Maar daar kan u ook zelf over oordelen.

Veel leesgenot!

Woordje van de

directeur

Co

lofo

n

Michaël Vandorpe

“ Het is belangrijk dat we

de jongeren voorbereiden

op die veranderingen en

hen weerbaar maken.

3

Page 4: Zilverblad jaargang 13 nr.2

4

Interview met Marijke Vanhoutte

Filip Degraeve

Marijke Vanhoutte: “Jongeren kritisch leren nadenken over de eigenheid van de christelijke geloofstraditie in dialoog met andere levensbeschouwingen”

Op haar visitekaartje van de Onderwijsinspectie van de Vlaamse overheid staat: “Marijke Vanhoutte, inspecteur-adviseur rooms-katholieke godsdienst”. Mevrouw Vanhoutte kwam al eerder op onze school langs om onze godsdienstleerkrachten te ontmoe-ten. Ons schoolblad Zilverblad kent ze als geen ander – ze is im-mers gehuwd met de hoofdredacteur – en ze zit nu zelf op de praatstoel omdat ze intussen anderhalf jaar inspecteur-adviseur is. Een gesprek…

Zilverblad: Kostte het veel moeite om na 30 jaar uit de onder-wijspraktijk te stappen ?

M. Vanhoutte: “Dat ging niet zonder slag of stoot, dat moet ik toegeven maar ik voelde me voldoende ondersteund om de stap te zetten. Na drie decennia aan de slag te zijn in het Onze-Lie-

ve-Vrouw-ter-Duineninstituut in Zeebrugge heb ik – op aanraden van verschillende mensen uit mijn omgeving – een carrièrewending genomen waarvan ik nog geen spijt gehad heb. Mijn toenmalige directeur, de heer Luc Devloo-Ca-sier wil ik hierbij bijzonder danken omdat hij een bemoedigende aan-bevelingsbrief meegaf naar Brus-sel. Mijn twee laatste lesmaanden in het begin van het 1ste trimester 2011-’12 waren effenaf onverge-

telijk. Het was niet gemakkelijk mijn vele leerlingen in de 3de graad bso achter te laten. Ook de vakwerkgroep godsdienst, de pastoraal dragende groep, de GOK-werking en de leerlingenbe-geleiding lagen me in Zeebrugge nauw aan het hart. Ik heb altijd graag het vak godsdienst gegeven. Een vaste wegwijzer daarbij was zeker: ‘Wie het vak godsdienst bij de tijd brengt, brengt ook

de tijd bij het vak godsdienst.’ Maar eigenlijk heb ik de onderwijs-praktijk niet echt verlaten, integendeel zelfs, ik sta er – meer dan ooit – middenin.”

Hoe ziet de concrete werkdag van een inspecteur-adviseur ‘middenin de onderwijspraktijk’ - er uit?

“In principe probeer ik zo veel als mogelijk op klasbezoek te gaan. Ik deel het werkveld met mijn collega Francis Jacobs met wie ik stevig samenwerk. Ik bezoek zowel scholen in het gewoon vrij gesubsidieerd secundair onderwijs als het gewoon secundair gemeenschapsonderwijs. Daarnaast ga ik ook langs in het vrij gesubsidieerd katholiek buitengewoon onderwijs en in de lera-renopleidingen van de hogescholen. Ik moet wel opmerken dat mijn agenda wekelijks ‘dichtslibt’ met vergaderingen op allerlei niveaus. Die ontmoetingen met collega’s en beleidsmensen moe-ten – net als de klasbezoeken – ook voorbereid worden. Omdat ik geen kantoorruimte heb (behalve een spreekkamer in het D.P.B. in Assebroek) werk ik dus vaak thuis waar ik documenten door-neem, lees, mail, telefoneer ... Dit alles maakt mijn nieuwe job zo aantrekkelijk: de vrijheid en afwisseling van taken enerzijds en de kansen om creatief te zijn anderzijds.”

Is er naast uw veeleisende job nog ruimte voor voldoende ont-spanning en privéleven?

“Daar probeer ik consequent over te waken, hoor. Het gevaar be-staat dat je ook in je vrije tijd te veel energie stopt in het oppikken van ideeën om als inspecteur-adviseur in een of andere visie-of

“ Het was niet

gemakkelijk

mijn vele leerlingen

in de 3de graad

bso achter te

laten.“

“ Wie het vak godsdienst bij de tijd brengt,

brengt ook de tijd bij het vak

godsdienst.“

inspecteur-adviseur rooms-katholieke godsdienst

Page 5: Zilverblad jaargang 13 nr.2

5

speechtekst te verwerken. Waar eindigt dat? Natuurlijk word je permanent geïnspireerd door allerlei zaken die je leest, hoort tij-dens ontmoetingen, ja, zelfs op reis. Gelukkig maak ik voldoende tijd vrij voor mijn persoonlijk en gezinsleven: mijn gelukkig leven als echtgenote en moeder, mijn werk als huisvrouw, tuinieren, op reis gaan ... maar ook mijn engagementen in het Loppemse parochiaal team, de werkgroep rouwzorg of gezinsvieringen ver-dienen verder aandacht, vind ik. Als ik voor de parochie naar de startavond van Broederlijk Delen trek, heeft dat ook beroeps-halve zijn voordelen, uiteraard. Onze laatste digitale nieuwsbrief ‘Goal 36’ draagt de sporen van de vele linken die we dagelijks kunnen leggen.

Wat is voor u anno 2013 een ‘goede godsdienstleerkracht’?

“Dat is iemand die over heel wat kennis, competenties en vaar-digheden beschikt maar die ook sterk èn kwetsbaar getuigt van het eigen geloof! Zich kwetsbaar opstellen, kan een teken van kracht zijn waardoor leerlingen plots beseffen welke goede weg zij in het leven kunnen inslaan. De eigenheid van het gods-dienstonderwijs bestaat er namelijk in dat jongeren voorbereid worden om eigen keuzes te kunnen maken via een gedegen ken-nismaking met de rijkdom van het christelijke geloof in dialoog met andere levensbeschouwingen. Daar ligt de exclusieve maar verantwoordelijke opdracht van een goede godsdienstleerkracht: jongeren leren kritisch nadenken over de eigenheid van de chris-telijke geloofstraditie, telkens weer vanuit de dialoog met andere levensbeschouwingen. Dat authentieke en oprechte voorleven van een christelijke levenshouding kan jonge mensen inspireren voor hun latere leven als volwassene en/of ouder van kinderen. Mensen van hoop zijn voor jongeren die hen zijn toevertrouwd, daar komt het op aan, denk ik. Intussen ontdekte ik dat het gros van de godsdienstleerkrachten zijn/haar best doet om het voor-geschreven ‘raamplan’ in klas te realiseren. Dat is een open leerplan dat enerzijds veel vrijheid aan de leerkracht geeft maar hen anderzijds ook een grote verantwoordelijkheid toekent. Het vraagt ook vele vaardigheden en competenties om jonge mensen vandaag een levensbeschouwelijk vak aan te bieden. Jongeren

stellen immers vele vragen en zijn – terecht – kritisch tegenover Kerk en geloof. Alleen al het juist inschatten van de beginsitu-atie van leerlingen is een kunst: hoe denken jongens en meisjes vandaag over bidden, bijvoorbeeld? Wat is hun mening en erva-ring rond actuele vraagstukken zoals huwelijk, euthanasie, ter-rorisme ... Eens je dat met respect voor hun leefwereld in kaart bracht, kan je beginnen lesgeven.”

Hoe ziet u het godsdienstonderwijs in Vlaanderen evolueren?

“Dat is natuurlijk onvoorspelbaar maar ik heb er wel vertrouwen in dat het vak an sich overeind blijft. Jongeren (en mensen in het algemeen) hebben immers veel nood aan zingeving. Binnen het vak godsdienst blijft het zin hebben om de dialoog met jonge-ren te voeren. Zo blijft ons vak maatschappelijk relevant voor de volgende decennia, in en buiten het katholieke onderwijs. Jonge mensen op een goed denk- en leefspoor brengen over wat ze met hun leven zullen aanvatten, is een boeiende en specifieke op-dracht van de godsdienstleerkracht. Een vraag voor de toekomst is zeker ook: hoe sterk is de geloofsbetrokkenheid van de leer-kracht die godsdienst geeft? Waar er vroeger verwacht werd dat je elke week naar de eucharistie ging, vragen directies vandaag eerst naar de authentieke geloofsbetrokkenheid en geloofsbele-ving van de leerkracht.

Mevrouw Vanhoutte, dank u wel voor deze toelichting en nog veel arbeidsvreugde in uw nieuwe jobinvulling.

“ Jongeren (en mensen

in het algemeen) hebben

immers veel nood

aan zingeving.“

Page 6: Zilverblad jaargang 13 nr.2

6

Op de sofa: Christel Snauwaert (4HT1)

Johan Verstraete

Waar lig jij wakker van?Van de oorlog in de wereld. Ik vind dat alle mensen met elkaar moeten overeenkomen. Er mag geen onderscheid zijn tussen de soorten mensen.

Welke fi lm is je bijgebleven?Ice Age 4 omdat dit een 3D-fi lm was… en ik pas in het midden van de fi lm doorhad dat mijn 3D-brilletje niet werkte! Alle mensen in de zaal keken me aan natuurlijk! Ik moest dan op de koop toe terug naar de balie, want ze waren al weg met de 3D brilletjes. Daar waren ze dan ook nog eens aan het lachen met mij. Al bij al was het toch een toffe fi lm.

Wat is je favoriete muziek?Alle soorten muziek, behalve klassieke muziek. Nu met carnaval in het vooruitzicht kan een streepje carnavalsmuziek me ook wel bekoren.

Naar wie kijk je op? En waarom?Naar mijn beste vriendin, omdat zij me altijd steunt. Ook al heeft ze het zelf soms heel moeilijk, toch staat ze altijd voor mij klaar. Ik mag altijd bellen: zelfs om drie uur ’s nachts zou ze nog klaar-staan voor mij. Daarom kijk ik op naar haar.

Kun je iets vertellen over het verdrietigste moment van je le-ven?Heb ik nog niet gehad. Ik hoop dit nog een eindje zo blijft duren, want voorlopig is alles positief. Ik ben uiteindelijk ook altijd positief ingesteld en ik probeer zelfs tijdens een verdrietig moment toch een stukje het positieve te zoeken.

Wat kan jou gelukkig maken? Meter worden van mijn broers tweede kindje. Dat zou pas iets speciaals zijn: dat is eigenlijk ook mijn grote droom.

Waar ben je trots op? Het kindje van mijn broer, omdat dat het eerste kindje is van wie ik tante ben. Dat geeft natuurlijk ook een speciaal gevoel.

Wat vind je belangrijk in een vriendschappelijke relatie?Dat je elkaar kunt vertrouwen en elkaar steunt in goede en slech-te tijden. Je moet ook veel plezier kunnen maken en zeker ge-heimen met elkaar kunnen delen en natuurlijk elkaars negatieve kanten kunnen accepteren. Dat maakt pas echt vriendschap.

Als je kon toveren, wat zou het eerste zijn dat je zou verande-ren?Een België met hogere temperaturen in de zomer, zodat we beter van de zomer kunnen genieten.Voor de mensen die in België blijven tijdens zomer en niet op va-kantie gaan, is dat immers geen pretje als het voortdurend slecht weer is. Dus dat is iets wat ik zeker zou veranderen als ik kon toveren.

Ben je al eens bang geweest? Vertel...Toen ik voor de eerste keer geopereerd moest worden. Ik was bang dat ik niet meer zou wakker worden van de verdoving. Ik had ook schrik voor de pijn achteraf. Ik wist niet hoe dat zou zijn. Uiteindelijk was dat niet zo super eng: alles is goed meegevallen.

Als je van leeftijd zou kunnen veranderen, hoe oud zou je dan willen zijn en waarom? Ik zou niet willen veranderen van leeftijd: ik vind deze leeftijd per-fect. Ik heb nu de beste tijd van mijn leven. Ik heb nog niet te veel zorgen: ik moet me enkel zorgen maken over mijn rapport, maar daar trek ik me op dit moment niet zoveel van aan.

Ik was bang dat ik

niet meer zou

wakker worden van

de verdoving.

Christel Snauwaert (4HT1)

Page 7: Zilverblad jaargang 13 nr.2

7Oortjes Door Laurie Kuperus

en Lien D’hoore

Iulia Fortu

en Enya Bucataru

4HT2Reggaeton

Brecht Tournoij

5IBRadio: Top radio

of MNM

Julia D’Haenen en Beatrijs Vanhoutte1LA2PassengerLet her go

Harry Stroobandt 6TO2Foo Fighters Times like these

OortjesOortjesOortjesOortjes

Page 8: Zilverblad jaargang 13 nr.2

8

Iedereen weet dat we een keuken hebben op school en iedereen weet ook dat die zich in de kelder naast de zelfbediening bevindt. Maar wie is er eigenlijk al eens geweest? Slechts enkele perso-neelsleden en zo goed als geen enkele leerling zetten er ooit een voet binnen.

De keuken van onze school is bereikbaar via de trap van de zelf-bediening, via de dienstlift of via het kleine personenliftje vlak-bij het bureau van de directeur. Eigenlijk is de keuken dus best goed bereikbaar. Toch zijn het enkel Jaques, onze kok met 31 jaar dienst, en zijn trouwe keukenteam die iedere weekdag terug te vinden zijn in dit ondergronds, verborgen hoekje, om daar het beste van zichzelf te geven en keihard te werken aan de verse maaltijden.

Sinds 1983 bevindt de schoolkeuken zich in de kelder van het C-gebouw. Voorheen bevond die zich op de plaats van het huidige secretariaat en de toiletten van de kleine speelplaats. De kelder werd vóór 1983 vooral gebruikt als voorraadplaats en was toen verdeeld in kleinere compartimenten.Wanneer je er nu binnenstapt, kom je er terecht in een ruime in-dustriële grootkeuken. Witte muren en blinkend inox zorgen voor een toch wel moderne uitstraling. Van braadslede tot vleessnij-machine, van frigo tot steamer, je vindt er gewoon alle keuken-apparatuur die je maar kan bedenken. Dat is ook nodig, want op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag wordt er voor ongeveer 380 personen gekookt. Daarnaast staat het keukenteam ook in voor de maaltijden van ons internaat en ook onze zusters wor-den tijdens het weekend verwend met het lekkere eten van kok Jaques.

Dit schooljaar wordt de zelfbediening in een nieuw kleedje ge-stoken en dat bracht natuurlijk ook voor het keukenpersoneel de nodige veranderingen met zich mee. Iedere middag wordt het warme eten op een karretje verhuisd naar de kapel. Die is sinds 1 september omgetoverd tot zelfbediening waar de leerlingen hun warme maaltijd kunnen nuttigen.

In de keuken zelf verandert er eigenlijk niets. Het systeem van maaltijden aanbieden blijft na de verbouwingen dan ook dezelfde. Maar natuurlijk zal het interieur er een stuk aangenamer en fris-ser uitzien. Jullie zullen er vast en zeker nog wel over lezen in ons Zilverblad…

de keuken

Verborgen hoekjes op school

“ Wanneer je er nu binnenstapt, kom je er terecht in een ruime industriële grootkeuken. “

Laurie Kuperus

“Dit schooljaar wordt de zelfbediening in een nieuw

kleedje gestoken.“

Page 9: Zilverblad jaargang 13 nr.2

9

Merhaba Türkiye!

Welkom in Turkije!

Leerlingen 5TO1 en 5TO2

Op elf januari liet Nilisah Akray, een meisje van Turkse afkomst, ons in de lessen toerisme proeven van Turkije. Als net afgestu-deerde lerares Engels, vertelde ze over haar ervaringen in haar thuisland en in België. Ze is hier namelijk voor haar stage bin-nen het Comeniusproject. Het was de ideale introductie voor onze toerismelessen over Turkije. Toen Nilisah naar België kwam, moest ze zich aan veel aanpas-sen. Het Belgisch ontbijt bijvoorbeeld leek helemaal niet op haar traditioneel Turks ontbijt (een omelet met olijven, verschillende kazen en Turkse thee). Daarnaast vertelde ze dat het eten in het algemeen meer gekruid is en toch wel sterk verschilt van onze maaltijden. Niettemin zal ze de Belgische frietjes en chocolade missen als ze terug naar Turkije gaat.

Nilisah verbaasde ons meermaals waardoor ons beeld over Tur-kije volledig veranderde: er zijn nauwelijks nog gesluierde vrou-wen, de chirurgen moet niet onderdoen voor de Westerse, het zonnetje schijnt daar niet altijd, de technologie is verder ontwik-keld dan in sommige Westerse landen … Het contrast tussen de zomer en de winter viel ons zeker op: we dachten dat het er ’s winters warmer was. In Cappadocië is het in de winter ook mo-gelijk om te skiën, terwijl het er in de zomer tot 45°C is. Turkije is dus echt een toeristische trekpleister in elk seizoen!

Tot onze verbazing stelden wij vast dat de Turken die in België wonen vaak conservatiever zijn dan de Turken in hun vaderland. Nilisah wist ons te vertellen dat de Turken hier niet altijd open-staan voor de vernieuwingen in de maatschappij. In België bij-

voorbeeld willen ze dat het dragen van een hoofddoek overal toe-gelaten wordt, terwijl dit in Turkije zelf verboden is in openbare scholen en gebouwen.

De nieuwe generatie verschilt bovendien niet zoveel van ons. Ze zetten ook graag eens een stapje in de wereld. De Turkse jonge-ren hebben relaties net als wij en hebben ook een vrije studie-keuze. Onze visie werd dus ook op dit vlak genuanceerder.

We vonden het heel interessant en relevant: we zullen deze in-formatie zeker kunnen gebruiken in onze lessen toerisme en we kijken nu ook op een andere manier naar Turkije. Dit initiatief is volgend jaar zeker voor herhaling vatbaar!

“ Niettemin zal ze de Belgische frietjes en chocolade missen als ze

terug naar Turkije gaat.

“ Tot onze verbazing stelden wij

vast dat de Turken die in België

wonen vaak conservatiever zijn dan

de Turken in hun vaderland. “

Page 10: Zilverblad jaargang 13 nr.2

10

Ann Verhofstadt

Carla Kerkhofs (lerares): Een viertal jaar geleden beslisten we te bouwen en Brugge achter ons te laten. We von-den een mooi perceel bouwgrond in Jabbeke en tot op vandaag genieten wij hier van elk moment. We wonen vlakbij het natuur-gebied De Hoge Dijken, waar we zelfs bij moessonregens op het

droge blijven. Als dat geen pluspunt is! Tevens zijn we nu offi cieel mededorps-genoten van een groot, Vlaams kunstenaar ‘Con-

stant Permeke’. Het moet gezegd, de man is al een tijdje dood, maar desalniettemin zijn we fi er dat er zo’n groot man in ons dorp gewoond heeft. Zijn huis is nu een museum en zeker een bezoekje waard. Wist je dat hij zelfs de plaatselijke zuivelboer-derij en banketbakkers inspireerde? Zo vind je hier overheerlijke permekekaas, - taarten en –koekjes! Smullen maar!

Lies Van Poucke (lerares): Ik ben wel niet geboren in Jabbeke, maar heb er wel gewoond vanaf mijn 2e levensjaar.

Na in totaal 12 jaar uitge-vlogen te zijn (7 jaar op kot en 5 jaar buitenland), ben ik teruggekeerd naar wat ik noem ‘mijn roots’. Jabbeke

is in al die tijd niet veel veranderd. Het is wel zo dat er een aantal nieuwe wijken bijgekomen zijn (waar niet?) en dat zelfs winkel-

ketens zoals Aldi, Zeb en Torfs hun weg gevonden hebben naar Jabbeke City. Maar, alle gekheid op een stokje, Jabbeke blijft wel een echt dorp. Mijn favoriete plaats zijn de Maskobossen. Je kan er heerlijk wandelen en na een drukke werkdag op school kan ik dan ook genieten van een fi kse wandeling met mijn hondje.

Nele Van der Plaetse (lerares): Sinds 29 juli 2008 mogen wij ons ‘Jabbekenaars’ noemen. Jabbeke is niet zo’n grote gemeente, het telt zo’n 13 500 inwoners, maar je zou zweren dat ze elkaar allemaal persoonlijk kennen! Mijn man en ik zijn ge-boren Bruggelingen en in het begin vonden wij het best lastig om als ‘outsiders’ bekeken te worden… Ook al is Jabbeke niet zo groot, toch heeft het alles wat je nodig hebt. Er is een heus vrijetijdscentrum, waarin een bibliotheek gevestigd is en waar je ook aan tennis en badminton kan doen. Je kan er zelfs iets

Deze keer trek ik naar Jabbeke en ik heb geluk! Jabbeke is vlot en goed bereikbaar (E40) en heeft nogal wat natuurlijk schoon. Van een groen landschap is echter geen sprake als ik aankom, wel van een feeëriek winters sneeuwtapijt. Jabbe-ke ziet er fantastisch uit in de sneeuw! Een romantischer tafereel kan ik mij op dit moment niet inbeelden. Waar is cupido?

Dorpsgenoten: Jabbeke

“ Tot op vandaag genieten

wij hier van elk moment. “

“ Mijn favoriete plaats

zijn de Maskobossen. “

Page 11: Zilverblad jaargang 13 nr.2

11

drinken. Maar, wil je ten volle genieten van een lekker pintje of een tas koffi e dan moet je bij Marie-Jeanne zijn! Zij is de trotse eigenares van een bruine kroeg waar niet alleen de tijd heeft stil gestaan, maar ook de prijzen. Een pintje kost hier €1! Mede door

Marie-Jeanne en door onze buren (die de sneeuw voor ons huis wegruimen in barre en koude tijden) beginnen we ons toch thuis te voelen. At last!

Charlotte Mares (lerares): Ik ben opgegroeid in Mid-delkerke en vond het maar wat sneu om deze kustgemeente in te ruilen voor een plattelandsdorp. Maar, wat moet, moet: mijn vriend en ik wilden gaan samenwonen en in april 2012 verhuis-den we naar Jabbeke. Als strandredder en fervent surfer was ik bang deze activiteiten aan de haak te moeten hangen, maar niets is minder waar. Ook al is Jabbeke geen kustgemeente, het heeft wel degelijk een strand. Het klein strand is eigenlijk een camping

gecombineerd met een recreatiepark dat rond een heus meer gebouwd is. Op de camping kan je terecht met je caravan of tent en wil je iets groter huizen tijdens je vakantie, dan kan je er een chalet huren. De zwemvijver is voorzien van een waterglijcom-plex. Echt de max voor wie van waterpret houdt! Je kan er ook leren waterskiën of in een band achter een speedboot hangen. Iets te avontuurlijk en te nat? Dan kan je ook nog paintballen, tennissen … Ook ’s avonds kom je er aan je trekken: er worden avondmarkten georganiseerd, optredens, een waterskishow … Op die manier heb ik, net als alle Jabbekenaren, steeds een beetje vakantiegevoel in eigen gemeente. Tof, toch?

Liesa Verschuere (7KA1): Ik woon al heel mijn leven in Jabbeke en wil er eigenlijk nooit weg. De ligging van ons dorp is perfect: het ligt tus-sen Brugge en Oostende en is gemakkelijk bereikbaar via de E40. Voor mij is dit enorm belangrijk aangezien ik school loop in Brugge en voetbal in Oostende. Aanvankelijk voet-balde ik bij ksv Jabbeke, maar een jaar geleden ben ik overge-

stapt naar Oostende. Het allerleukste aan Jabbeke vind ik het feit dat iedereen iedereen kent. Je komt altijd wel iemand tegen

met wie je een praatje kan maken. Wat minder leuk is, is dat het jeugdhuis ‘Utopia’ plaats heeft moeten maken voor een andere activiteit. Hierdoor is de jeugd wel wat uit elkaar gevallen. We zien elkaar minder vaak omdat we geen ontmoetingscentrum meer hebben. Dat is echt balen! Nu resten enkel nog de mooie herinneringen aan leuke tijden samen … Sinds kort is er wel een nieuwe sporthal gebouwd met daaraan pa-lend een compleet vernieuwde bib en een fi tness! Jammer dat ik door mijn druk le-ven nog geen tijd gehad heb om een kijkje te gaan nemen. Staat zeker op mijn to do-lijstje!

Lies Devriendt (6HA): Ik woon al heel mijn leven in Jabbeke en kan mij moeilijk voorstellen hoe het zou zijn, mocht ik ergens anders wonen. Mijn hele familie woont hier en aangezien ik een echt familiemens ben, is dit heel belangrijk voor mij! Na een lange dag school ben ik altijd blij terug te zijn in Jabbeke, ook al is het een klein dorp. In het weekend vind je me terug in de supermarkt waar ik werk en als ik vrij ben, kuier ik graag door de gemeente en spreek ik af met mijn vriendinnen. Ik zou zeggen: ‘Jabbeke boven’ want later wil ik hier met mijn eigen gezin wonen!

Silke Vanslambrouck (5KA1): Ik ben niet oorspronkelijk van Jabbeke, maar van Oudenburg. Het is raar om zeggen, maar als je niet geboren en getogen bent in Jabbeke, reageren de mensen nogal koel en afstandelijk. Op zo’n momenten mis ik Oudenburg. Het is wel zo dat Jabbeke veel te bieden heeft: het heeft verschillende winkels, het is goed gele-gen en je kan er naar het strand (Het Klein Strand). Het is ook een wandel- en fi etsgemeente. Sportievelingen komen hier ze-ker aan hun trekken! Daarbij is Brugge niet veraf en dat is mooi meegenomen.

“ In barre en koude tijden beginnen

we ons toch thuis te voelen. “

“ Ook ’s avonds kom je er aan je trekken. “

“ Sportie-

velingen komen

hier zeker aan hun

trekken! “

dorp is perfect: het ligt tus-sen Brugge en Oostende en is gemakkelijk bereikbaar via de E40. Voor mij is dit enorm belangrijk aangezien ik school loop in Brugge en voetbal in Oostende. Aanvankelijk voet-balde ik bij ksv Jabbeke, maar een jaar geleden ben ik overge-

nieuwe sporthal gebouwd met daaraan pa-lend een compleet vernieuwde bib en een fi tness! Jammer dat ik door mijn druk le-ven nog geen tijd gehad heb om een kijkje te gaan nemen. Staat zeker op mijn to do-

Ik woon al heel mijn leven in Jabbeke en kan mij

velingen komen

hier zeker aan hun

trekken!

“ Nu resten enkel nog de mooie

herinneringen aan leuke tijden samen … “

“ Later wil ik hier

met mijn eigen gezin

wonen! “

Page 12: Zilverblad jaargang 13 nr.2

12

Birgit AnseeuwInterview met adjunct-directeur

Johan Verstraete

Mevrouw Anseeuw, ik las onlangs het interview dat collega Filip Degraeve met u had in 2009, toen u net adjunct geworden was. Daarin vielen me enkele passages op. U bent ondertussen bezig aan uw vierde jaar als directielid. Tijd dus om samen eens de voorbije jaren te evalueren, vond ik ...

Een drietal jaar geleden vond u hobby’s heel belangrijk. Hebt u nog altijd tijd om naar muziek te luisteren, te gaan spinnen, een fi lmpje te gaan zien of te gaan supporteren voor Telindus Oostende?

Spinning is alvast geschrapt van mijn lijstje. Ik ben ’s avonds vaak laat thuis en dan kan ik het nog moeilijk opbrengen om nog de deur uit te gaan. Ik ga wel nog geregeld naar een basketbalwed-strijd zien, met mijn echtgenoot en soms met de kinderen. Ook de bioscoop heeft stand gehouden: ik ga graag naar de fi lm. Wel minder vaak dan vroeger: toen ging ik bijna maandelijks naar La-dies @the movies. Eigenlijk besteed ik mijn (schaarse) vrije tijd bij voorkeur aan quality time met mijn gezin. Ik kan ook heel erg ge-nieten van het gezellig samenzijn met vrienden: samen op stap, samen uit eten, samen koken, samen gezellig keuvelen …

Spinning is uit de boot gevallen, hoor ik. Vindt u een goede con-ditie dan niet meer zo belangrijk als toen?

Toch wel, ik geloof in het motto ‘een gezonde geest in een gezond lichaam’. Een combinatie van intellectuele en sportieve bezighe-den draagt hiertoe sterk bij, vind ik. Maar ik moet toegeven dat ik er niet zoveel tijd meer voor maak. (Verontschuldigend) Alhoe-wel, ik heb dagelijks wel heel wat beweging op school: van klas naar klas, trap op trap af ... En … mijn echtgenoot doet veel aan sport in mijn plaats ;-)

U startte in 2009 als verantwoordelijke van het zorgbeleid op school. Welke accenten hebt u de voorbije jaren gelegd?

Vooreerst: het team van de leerlingenbegeleiding was toen al goed georganiseerd en leverde prima werk. Ik voelde me ook onmiddellijk gesteund door die mensen. Samen mét het team heb ik de laatste drie jaar speciale aandacht geschonken aan een aantal zorgpunten ...

Er kwam een duidelijker structuur in onze werking; denk bv. aan het meer verfi jnde systeem van volgkaarten en begeleidings-plannen. De manier waarop we leerlingen opvolgden werd ef-fi ciënter, met duidelijke stappen en procedures. We probeerden de leraars nog meer te betrekken bij de evaluatie van volgkaar-ten en begeleidingsplannen. Ook de aanpak van laatkomers is fl ink bijgestuurd (ook in samenwerking met leerlingenbegelei-ders en secretariaatsmedewerkers). Het aantal laatkomers is gedaald, maar dit is en blijft een werkpunt. We besteedden ook extra aandacht aan ons spijbelbeleid. Ook de leerlingenpartici-patie kreeg een nieuwe adem. Ons leerlingenparlement (met 1 vertegenwoordiger per klas) en ons leerlingenpresidium (12-tal gemotiveerde leerlingen verkozen uit het leerlingenparlement) draait nu op volle toeren. Participatie komt een goede zorgwer-king steeds ten goede. Ten slotte hadden we blijvend aandacht voor het welbevinden van onze leerlingen: in samenwerking met CLB pakten we persoon-lijke problemen, pestgevallen e.d. snel aan.

Is het zorgbeleid op school nog voor verbetering vatbaar? Inte-ressant om weten voor de huidige zorgcoördinator ...Alles is altijd voor verbetering vatbaar ... Door de maatschappe-lijke veranderingen moeten we blijven bijsturen. Denk bv. maar aan het cyberpesten, daar hadden we vroeger geen last van. Ik wil toch ook opmerken dat we de naam hebben een goede ‘zorg-school’ te zijn. Iets waar we toch trots op mogen zijn! We moeten attent blijven voor jongeren met psycho-sociale problemen. In de media lezen we immers vaker over zelfdoding, ook bij de jeugd. Momenteel is een werkgroep bezig om initiatieven uit te werken die een preventieve rol zullen spelen. Ook willen we in de toe-komst verder werk maken van handelingsgericht werken.Bovendien refl ecteren we tweemaandelijks samen met het team van leerlingenbegeleiding en CLB over ons zorgbeleid en sturen we systematisch bij waar nodig.

“ Wie zich goed voelt, presteert automatisch

beter.“

Page 13: Zilverblad jaargang 13 nr.2

13

Nog een markante uitspraak van toen: ‘Een zorgverantwoor-delijke moet ervoor zorgen dat iedereen zich goed voelt op school.’ Is dat wel mogelijk?

Eerst wil ik benadrukken dat ik met ‘iedereen’ niet enkel leer-lingen bedoel, maar ook leerkrachten, opvoeders, secretari-aatsmedewerkers. Is het mogelijk ervoor te zorgen dat iedereen zich goed voelt? Waarschijnlijk niet, maar we moeten er wel naar streven. Wie zich goed voelt, presteert automatisch beter. We moeten proberen om alle problemen ernstig te nemen, altijd proberen steun te geven waar dit mogelijk en nodig is. Dit lukt inderdaad niet altijd. Je hebt immers niet altijd vat op gebeurte-nissen die zich buiten de school afspelen.

‘Ik hecht heel veel belang aan orde en discipline’, is een laatste citaat. Hoe zit het bij ons op school met die discipline?

Regels zijn inderdaad heel belangrijk, ze brengen rust en orde op school. Waar mensen samen werken, samen iets ondernemen, samen zijn … moeten spelregels worden opgesteld. De afspraken moeten echter weldoordacht en transparant zijn. Je moet ze ook consequent toepassen, vind ik. Dat laatste is niet altijd gemakke-lijk: je moet ook rekening houden met de omstandigheden. Het is ook belangrijk dat iedereen de regels toepast en laat toepassen. We hebben op school onze ‘tien geboden’, dit zijn onze belang-rijkste leefregels. Die moeten we nog meer opvolgen.Is de discipline bij ons goed? Globaal wel, daar ben ik van over-tuigd. Hier en daar zijn er uiteraard nog werkpunten die we pro-beren aan te pakken.

Sedert dit schooljaar kreeg uw functie een andere invulling. Vindt u dat niet jammer? Hebt u voor uzelf nieuwe doelen ge-steld? Nieuwe uitdagingen?

Het is inderdaad een andere manier van werken nu. De zorgcoör-dinator neemt nu veel van mijn taken over. Toch ben ik nog altijd met zorg bezig, hoor.Mijn taken liggen nu meer op het organisatorische vlak: beleid uitstippelen, organiseren, opvolgen. Ik behartig nu ook meer ad-ministratieve aspecten van de school. Maar door de nauwe sa-menwerking met zorgcoördinator, leerlingenbegeleiders en het GOK-team blijf ik uiteraard van zeer nabij betrokken bij het zorg-beleid op onze school. En daar ben ik blij om.

Hebt u zich uw keuze om adjunct-directeur te worden nooit be-klaagd? Mist u het lesgeven niet?

Ik doe heel graag wat ik nu doe. Vooral de variatie en de uitda-gingen binnen de job spreken me aan. Al moet ik toegeven dat ik het lesgeven soms mis. Wat is er mooier dan jongeren voor-bereiden op hun grote sprong naar de toekomst? Als ik in een klas binnenkom, kriebelt het wel eens. Zeker in klassen waar ik vroeger economie gaf ... Ook heb ik nog leuke herinneringen aan de mini ondernemingen die ik begeleidde. Maar ik heb me mijn beslissing zeker niet beklaagd. Bovendien staat het secundair onderwijs in de toekomst voor nog heel wat uitdagingen en wil ik vanuit mijn huidige job mijn steentje bijdragen door het mee helpen uitstippelen van het pedagogisch en inhoudelijk beleid op school.

Ten slotte ... is het uw ambitie om later directeur te worden, hier of in een andere school?

Ik zei al dat ik me goed voel in mijn huidige functie. Ik zou echter liegen als ik zou zeggen dat ik er nog nooit eens over nagedacht heb om directeur te worden, maar momenteel is dit niet aan de orde. Het hangt immers van zoveel af: welke kansen komen er, in welke school ...? Laat mij als volgt eindigen: ik hou wel van uitdagingen!

Mevrouw Anseeuw, van harte bedankt voor dit gesprek!

“ Ik hou wel van

uitdagingen!“

Page 14: Zilverblad jaargang 13 nr.2

14

Dat doet deugd te

weten altijd op

je vrienden te kunnen

rekenen.

MaximMijn naam is…

Sofi e De Spiegelaere

Dit keer kozen we voor de naam Maxim. De naam Maxim is af-geleid van het Latijnse maximus dat “grootste” betekent. Deze betekenis verklaart waarom de namen Maximus of Maximiliaan populaire namen waren van vorsten en legeraanvoerders. Maxi-me is zowel een meisjes- als een jongensnaam, terwijl Maxim (zonder “e”) enkel gegeven wordt aan jongens.

Maxim Declerck6 KA 1Hallo, mijn naam is Maxim. Dit is eigenlijk afkomstig van het Frans ‘Maxime’ en betekent ‘beste’. Mijn

ouders kozen voor deze naam omdat ze mij beschouwen als ‘het beste’ wat hen kon overkomen: een mooi en groot wonder, een nieuw mensje, dat ze op-nieuw kunnen zien opgroeien naast

mijn 2 broers.

Ik ben afkomstig van Brugge en ben nu 17 jaar. Ik studeer aan het Sint-Jozefs-instituut in Brugge. Momenteel volg ik

het 6e jaar Kantoor (na 4 jaar Handel te hebben gevolgd). Mijn droom is het ooit

te maken in de verzekerings- of immobiliënwereld. Het zal hard werken worden, maar ik hoop dat ik hier mag in slagen samen met de hulp van thuis en school.

Ik ben een sportief iemand. Ik hou van schaatsen, zwemmen en tennis. Ik heb vroeger nog geroeid maar ben hiermee gestopt door tijdsgebrek, wat ik heel jammer vond. In het gezelschap vertoeven van mijn vrienden vind ik heel tof. Samen gaan we dan naar het voetbal kijken (Cercle Brugge), een pint pakken in Brug-ge, maar ook eens een serieus gesprek kan deugd doen. Het doet deugd te weten altijd op je vrienden te kunnen rekenen. Ook de computer is voor mij onontbeerlijk. Urenlang kan ik genieten van gamen met vrienden via het internet.Ik voel mij momenteel heel goed in mijn vel en wens dit ook aan jullie toe.

Maxime de Hainaut3 VEMijn naam is Maxime de Hai-naut. Ik woon in het Gentse en kom elke dag met de trein. Mijn hobby’s zijn voetbal en golf. Mijn naam is afkom-stig uit Frankrijk, de keuze heeft ook iets te maken met mijn Franstalige familie. De meesten noemen mij toch Max. Velen maken de schrijffout om mijn naam op de Belgische wijze te noteren zogenaamd ‘Maxim’.

Maxim Vandecasteele4 HT 2Mijn naam is Vandecasteele Maxim. Ik zit in het 4de middelbaar. Mijn hobby’s zijn: origami, manga lezen, anime kijken, skeeleren en zwemmen. Ik speel ook zeer graag videogames. Mijn lieve-lingseten is pizza, héérlijk! Ik lach graag en vaak is dat met de domste dingen eerst. Mijn grootste droom momenteel is op reis gaan naar Italië. Hoewel … dat zal waarschijnlijk snel veranderen want ik ben nogal wisselvallig!

MaximiliaanVan Aerde 5 HA 1Ik ben Van Aerde Maximiliaan en zit in het 5de Handel. Mijn ou-ders hebben mij Maximiliaan genoemd omdat ze vonden dat Max eerder een hondennaam was. Doordat ze me Maximiliaan noem-den, kan ik zelf kiezen hoe ik genoemd wil worden: Maxim, Max of Maximiliaan.

‘Maxime’ en betekent ‘beste’. Mijn ouders kozen voor deze naam omdat ze mij beschouwen als ‘het beste’ wat hen kon overkomen: een mooi en groot wonder, een nieuw mensje, dat ze op-nieuw kunnen zien opgroeien naast

mijn 2 broers.

Ik ben afkomstig van Brugge en ben nu 17 jaar. Ik studeer aan het Sint-Jozefs-instituut in Brugge. Momenteel volg ik

het 6e jaar Kantoor (na 4 jaar Handel te hebben gevolgd). Mijn droom is het ooit

De meesten noemen

mij toch Max.

Ik ben nogal

wisselvallig!

Mijn ouders hebben mij

Maximiliaan genoemd

omdat ze vonden dat

Max eerder een

hondennaam was.

Page 15: Zilverblad jaargang 13 nr.2

15

Lichtstudio elektro Crappé BVBAKeizer - Karelstraat 338000 BruggeFax 050 31 60 71Tel. 050 31 70 11

email [email protected]

JC

Alle elektriciteitswerken voor nieuwbouw en verbouwingen

Page 16: Zilverblad jaargang 13 nr.2

16

Het presidium

haat ... houdt van ...

Dieter Verstraete

Preses Tessa Demuynck (5TO2)

Ik haat zware deuren op school, wortels en onder dwang

staan.

pizza, muziek en dansen, mijn klasje.

Raisa De Vooght (5KA2)

Ik haat spruitjes en mensen die liegen.Ik haat mijn vrienden, mijn familie, plezier maken en sla-

pen.

Michèle Paque (3HT2)

Ik haat achtste lesuren, maandagen, examens, mensen met

een groot ego en slechte grappen.

weekenden, mijn hobby’s, mijn familie en vrienden.

Gaetan Albrecht (7TR)

Ik haat mensen die zagen en stress.Ik haat weggaan met vrienden en crossen in de sneeuw.

Jolien Detavernier (2HA1)

Ik haat maandagen, egoïstische mensen, witloof en asperges,

vroeg opstaan en verrassingen.

het weekend, pizza, weggaan met vriendinnen,

snoepen, cadeautjes, babbelen en plezier maken.

Florian Araïb (6HA2)

Ik haat het als ik me moet haasten.Ik haat uitgaan op ’t Zand met mijn vrienden.

Paulien Vanderbeken (5TO1)

Ik haat regen, het openbaar vervoer, vuile en gladde sneeuw

en mensen die zich moeien.

pasta, eerlijkheid, een onbelopen sneeuwvlakte

onder een lekker zonnetje, op reis gaan naar een land waar veel

te zien is en een heldere zee.

Glenn Degroote (6IB)

Ik haat maandagen, het geduw tegen m’n rugzak op de speel-

plaats en matchen die Club Brugge verliest.

pizza, slapen, muziek en hiphop-streetdance, ga-

men en lekker eten.

Axel Vermeulen (1LA1)

Ik haat moppen van leerkrachten, ruzie en pesten, lezen en

lastige mensen.

Chiro Zuienkerke, mijn klas, respect, sushi en to-

neel.

Defi ne Vanhulle (6OP1)

Ik haat maandagen, ruzies en de vele trappen naar lokaal

E701 en E702.

uitgaan met vrienden, winkelen en nieuwe uitda-

gingen.

Delano Demuynck (3TO)

Ik haat schooldagen en avondstudie.Ik haat pizza, broodjes, mijn computer, reizen, slapen, het

weekend en de woensdagmiddag.

Al vele jaren vormt het presidium de motor van de leerlingenparticipatie op onze school. Deze groep leerlingen komt driewekelijks samen om hun bijdrage te leveren aan het reilen en zeilen op onze school. Zo zorgen ze ervoor dat Sinterklaas elk jaar nog langskomt bij brave en minder brave klassen. Maar evenzeer doen ze praktische voorstellen (zoals een perforator in alle klassen) en geven ze hun eerlijke en constructieve mening over verschillende activiteiten op school (zoals de ontmoetingsdag en de JoZi-Kick Off).

Halverwege ons werkjaar werd het bovendien tijd om eens na te gaan wat deze geëngageerde leerlingen haten en waar ze van houden. Maar zoals vaak waren niet alle Jozefi enen thuis: door stages en uitwisselingsprojecten ontbreken enkele gewaardeerde leden op de foto. Hun antwoorden kan je wel hieronder ontdekken.

Page 17: Zilverblad jaargang 13 nr.2

17Het internaat ...door de ogen van onze oudste internen

Myriam Geerts

De interne meisjes van de derde graad verblijven niet op school maar wel op een locatie nabij het Visartpark. Deze vestiging in de Karel De Stoute Laan biedt plaats aan 15 internen en ligt op slechts enkele minuten fi etsen van school. De ruime kamers worden door elke interne aangekleed en krijgen zo een persoon-lijke touch! We willen hier een aangenaam studieklimaat aan-bieden, een plaats waar elke persoonlijkheid tot zijn recht komt, waar iederéén zichzelf mag en kan zijn. Sommige meisjes heb-ben meer studie nodig dan andere meisjes, we moeten hiervoor voldoende respect opbrengen. Elke avond komen de meisjes sa-men in de gezellige leefruimte: Er wordt tv gekeken, gespeeld en vooral veel gepraat. Tijdens de zomermaanden wordt er heel wat afgelachen in de tuin!

Delfi ne PietersIk ben al vijf jaar intern. Ik ben het hier al zo ge-woon, het is mijn tweede thuis geworden. De week-ends zijn zo extra leuk om naar huis te gaan! Mocht ik geen interne zijn, ik zou mijn vriendinnen heel hard missen.

Laura VannesteAls vijfdejaars nieuw op school en op het internaat had ik het

moeilijk de eerste dag. Maar toen leerde ik Del-fi ne kennen, het klikte onmiddellijk en

toen bleek ze ook nog een interne te zijn. Wat later kwam ook Mar-got erbij en sindsdien voel ik mij hier al helemaal op mijn plaats.

Margot DetavernierToen ik op het internaat kwam, was ik heel be-

nieuwd naar de nieuwe mensen. Ondertussen zit ik hier al voor het tweede jaar en weet ik al goed hoe het hier in elkaar zit. Ik heb hier goede vriendinnen die er altijd voor me zijn als ik ze nodig heb. Ook als we op woensdagnamiddag in de stad mo-gen, maken we telkens veel plezier. Omdat we internet hebben op onze kamer, kunnen we heel regelmatig contact houden met onze familie en vrienden buiten het internaat. Het feit dat je dag en nacht samenleeft, maakt de vriendschapsband heel speciaal en ook wel sterker.

Joséphine Leterme en Aline LecotWij zitten al een tijdje op het internaat hier op school. Omdat wij in de derde graad zitten, verblijven wij in een apart gebouw. Wat opvallend is, is dat wij een zeer hechte groep zijn en we iedereen aanvaarden. Dat merken we vooral ’s avonds tijdens de ontspanning waar we keer op keer veel plezier hebben. Normaal duurt de ontspanning een uurtje, maar de donderdagavond mogen we een fi lmavondje houden. Elke woensdagnamiddag mogen wij als leerlin-gen van de 3de graad in de stad, wij zijn blij dat we deze vrijheid krijgen. Onze opvoedsters, Jessica en Nele, staan dag en nacht voor ons klaar. Als we problemen hebben, kunnen we altijd met hen praten. Vooral het feit dat we zo een leuke groep hebben maakt het internaat een leuke plaats waar we ons thuis voelen.

Annelies Jonckheere en JessicaopvoedsterVijf jaar geleden kwamen wij hier als nieuwe gezichten toe. Vijf jaar later zit-ten we ’s avonds samen op de kamer dit tekstje te schrijven. Als interne van het vijfde jaar én als opvoedster bij de oudste meisjes. Het schept een band! Wat ons zeker kenmerkt, is de gezellige sfeer op het internaat en de goeie onderlinge band tussen de meisjes en de opvoedsters. We maken hier veel plezier maar ook voor een se-rieuze babbel kunnen we bij elkaar terecht. We hebben hier een thuisgevoel en dat is toch wel belangrijk als je hier zoveel uurtjes samen doorbrengt.

Het is mijn tweede

thuis geworden.

Op het internaat had

ik het moeilijk

de eerste dag.

Jessica en Nele,

staan dag en nacht

voor ons klaar.

Maar ook voor een

serieuze babbel kunnen

we bij elkaar terecht.

Ik heb hier goede

vriendinnen die er altijd voor

me zijn als ik ze nodig heb.

Page 18: Zilverblad jaargang 13 nr.2

18

Dilemma’s voor Reinhilde Debruyne

1. Vechtsport of dans?Dans is me vaak te eenzijdig, geef mij maar een vechtsport zoals capoeira. Daarbij komen immers meer spiergroepen aan bod en het is ook veel acrobatischer. Vechtsport leunt bovendien dichter aan bij mijn vorige passie turnen. Dat turnen zoek ik in alles wat ik doe: zo wil ik bijvoorbeeld dezelfde afwisseling ook in mijn job. Een hele dag aan een bureau gekluisterd zitten, zou niets voor mij zijn. Ik heb echt wel voldoende afwisseling nodig en dat biedt de vechtsport ook.

2. Duizendpoot of bulldog?Ik kan me wel vastbijten in één iets zoals een bulldog, maar toch moet er voldoende afwisseling zijn. Daarom zie ik mezelf liever als een duizendpoot. Er is heel veel wat mij kan boeien, maar als ik me lang met hetzelfde moet bezighouden, verveel ik me. Als een dag bijvoorbeeld niet gevarieerd genoeg is, word ik toch wat stiller en is de dag minder geslaagd. Ik haal mijn energie dus uit het afwisselend en het verrassende van elke dag.

3. Internet of boeken?Ik lees heel graag boeken, maar dat zijn dan wel allemaal e-books. Ik heb thuis heel veel boeken staan in de kast. Zo heb ik een grote verzameling Engelse boeken want ik geef ook Engels, al is dat nu niet het geval. Maar met mijn Kindle op de trein kom ik dus veel meer tot lezen toe. Lezen ... Eigenlijk is het luisteren want het zijn meestal audioboeken. Het tastbare van een echt boek mis ik niet. Ik was dus heel tevreden met mijn verjaardags-cadeau: een abonnement voor e-books.

4. Zelf leren of aanleren?Dat is moeilijk. Enerzijds geef ik met veel plezier les en vind ik de interactie met leerlingen erg leuk, maar anderzijds leer ik ook echt graag bij. Ik heb zonet mijn tweede bacheloropleiding af-gerond omtrent zorgverbreding. Leren doe ik immers vaak om anderen te kunnen helpen. Zo wil ik de zorg voor leerlingen op-timaliseren en geef ik bijvoorbeeld mijn EHBO-kennis door aan collega’s. In de toekomst wil ik graag nog gebarentaal of Marok-kaans leren, zodat de communicatie met nog meer mensen op-timaal kan verlopen.

5. Pester: straffen of helpen?Zonder twijfel: helpen. Als je iemand straft, los je de echte pro-blemen vaak niet op. Je loopt bovendien ook het risico dat die persoon dan weer ‘wraak’ wil nemen op de persoon die al gepest wordt. Ik heb voor mijn eindwerk een heus Pestactieplan uitge-werkt. Daarin benadruk ik dat je de oorzaak van het pesten bij alle betrokken partijen moet aanpakken en niet alleen de gevol-gen van die problematische relatie. Bovendien geldt vooral dat voorkomen nog beter is dan genezen.

6. Pietje-precies of vrolijke frans?Ik probeer elke dag met een glimlach te starten. Het is zo ook makkelijker om op een positieve manier erin te vliegen: in plaats van te stressen, probeer ik te relativeren. En op school lukt dat zeker: ik kom hier echt graag.

7. Kers op de taart of neusje van de zalm?De kers op de taart: ik ben echt wel een zoetebek. Mijn grootste verslaving is chocolade en dan zeker witte met nootjes. Zo krijg ik van Sinterklaas elk jaar een kilo zeevruchten en die zijn altijd in een paar dagen op. Veel te lekker! Taart vind ik niet zo lekker, maar alles met chocolade lust ik heel graag. Breng dus gerust een chocolademousse naar het secretariaat.

8. Tablet of smartphone?Ik heb absoluut geen nood aan een tablet. Om boeken te lezen, gebruik ik mijn eReader. Bovendien speel ik geen spelletjes en wil ik vooral kunnen bellen, dus ik kies voor de smartphone. Omdat ik wat bekendheid wil krijgen als illustrator, ben ik actief op Facebook, Twitter en LinkedIn. Ook het up-to-date houden van mijn website (www.reinhildedebruyne.be), doe ik vooral onder-weg. Eigenlijk hebben we thuis nog een Wii, maar de tijd om er-mee te spelen, ontbreekt. (lacht) En ’s avonds zul je me ook maar zelden met m’n smartphone betrappen.

Lien D’hoore en Dieter Verstraete

12

✔ ✔

“ Ik heb echt wel voldoende afwisseling

nodig en dat biedt de vechtsport ook. “

Page 19: Zilverblad jaargang 13 nr.2

19

9. Ver op reis of lekker dichtbij?

Liefst ver: ik wil zoveel mogelijk culturen ontdekken. Als voorbe-reiding lees ik er dan graag over: de kunst, de geschiedenis, de cultuur ... het boeit me allemaal. Op reis ben ik meestal ook de gids van het gezelschap. Begrijp me niet verkeerd: het is hier ook mooi, maar een andere cultuur ontdekken vind ik toffer. Zo herin-ner ik me nog een uitwisseling met Rusland in het zesde middel-baar. Er staat nog heel wat op mijn verlanglijstje: Azië, Afrika, het verre en koude noorden, Amerika, Marokko ...

10. Harde of zachte hand?

Als het over opvoeden gaat, een zachte hand. Voor mezelf ben ik echter vaak ongeduldig en dan kies ik wel voor de harde hand. Ik ben veeleisend voor mezelf. Bij het tekenen bijvoorbeeld heb ik niet veel geduld: het moet direct juist zijn. Daardoor zijn er vaak tekeningen onafgewerkt. Maar ik moet zeggen dat ik al wat geduldiger leer zijn. Aan mijn laatste schilderij werkte ik bij voorbeeld meer dan zestig uur. Dan moet je wel wat discipline hebben.

12. Tekenen: zomaar of in opdracht?

Liefst zomaar want de opdrachtgever heeft meestal een heel specifi ek idee dat je toch niet helemaal snapt. Je kan immers niet in zijn of haar hoofd kruipen om te weten en voelen wat die persoon precies voor ogen heeft. Ik vind het leuker als je je ding mag doen, waar je dan ook helemaal achter staat. En ik ben dan wel fi er als ik m’n werk zie.

12. Voor de klas of in het secretariaat?Moeilijk. Met mijn tweede opleiding heb ik gekozen voor ‘zorg voor leerlingen’. Iets waar je via het secretariaat zeker kan toe bijdragen. In de les PO zie je en merk je wel één en ander, maar louter als leerkracht voel je dat minder aan. Ik geef wel nog altijd zeer graag les. Ik moet dat creatieve kwijt kunnen. Bovendien is het contact in de klas positief. In het secretariaat kennen de leerlingen me vooral op een ‘negatieve’ manier omdat ik de strafstudies moet uitdelen. Anderzijds vind ik wel de rust en de ruimte (die ik ook zeker zoek in een job) terug in het secretariaat. Ideaal is een combinatie van beide!

✔ ✔

✔ ✔

“ Aan mijn laatste schilderij werkte ik bij

voorbeeld meer dan zestig uur. “

Page 20: Zilverblad jaargang 13 nr.2

20

Buiten de zone:Hilde Jaspaert,oud-leerkracht

Robin Maekelbergh

Hilde Jaspaert was in de jaren ’80 en ‘90 bij ons leerkracht Frans in het 5e en 6e jaar. Une fi gure, geen blad voor de mond, betrok-ken met leerlingen, met als levensleuze ‘nothing ventured no-thing gained’. Een lerares Frans met een zwak voor Engels, dat ze van haar vader niet mocht studeren. Die vaders toch … In 1997 begon ze in verschillende scholen opleidingen ‘Leren le-ren’ te geven i.s.m. Paul Maes. Ze wou de wereld van de coaching leren kennen en kleine stapjes buiten het onderwijs, werden grote stappen. In 2001 zei ze defi nitief vaarwel aan de Jozefi enen. Via tussenstappen bij Target Point Consult van Willy Wastyn en na een partnership met Bernard Lernout (ja, broer van) en Inge Provost lanceerde Hilde zichzelf als coach en trainer voor indivi-duen, kleine en grote groepen tot ze recent op een cruiseschip in de Stille Oceaan met een detachement van het FBI mocht trainen.

Hilde, jij verliet het lesgeven bij ons … om elders les te gaan geven, vooral in de bedrijfswereld. Wat deed jou precies die niet alledaagse beslissing maken? Mijn interesse in leerprocessen en hoe die de hele mens beïn-vloeden was een drive voor die verandering. Een andere was dat ik loon naar werken wou. In het onderwijs ergerde ik mij aan het feit dat iedereen – ongeacht de inzet – hetzelfde verdient. En wat zeker ook meespeelde was dat ik wou reizen én mijn Engels ge-bruiken.

Vertel ons even wat jouw taakomschrijving was en of die nu nog zo is. Ik heb ondertussen samen met David DeHaven, mijn Amerikaan-se collega, een eigen bedrijf Inter-Active Minds en daar geef ik vooral training, coaching, mindmapping, body language, NLP of voluit neurolinguïstisch programmeren …

Neuro … wat?Neurolinguïstisch programmeren … NLP onderzoekt het verband tussen hoe wij denken (neurologie), hoe we communiceren (lin-guïstiek) en onze gedragspatronen en emoties (programma’s in onszelf). Als je mensen het verband tussen die drie aspecten kan leren beheersen en sturen, leer je hen meteen ook een stuk ef-fi ciënter en gezonder omgaan met zichzelf en met anderen, leven dus.

Jij leert mensen dus iets om te leven, meer dan om te leren?Jij toch ook! Dat moet iedere leerkracht toch doen? Niet alleen de kennis op zich is belangrijk, maar de creativiteit die in men-sen – jong of minder jong – zit en hoe die mensen met zichzelf en met anderen omgaan. Hoe ze hun talenten leren gebruiken, hoe ze hun zwaktes in sterktes helpen ombuigen, hoe ze leren om hun ideeën vorm te geven en die ideeën zo effi ciënt mogelijk met anderen uit te werken.

Als je lesgeven in het onderwijs vergelijkt met lesgeven in be-drijven, wat zijn dan de plus- en minpunten bij beide volgens jou? Het onderwijs focust op input (wat wil ik als leerkracht) en is ken-nisgericht. In het bedrijf focust men op output (wat moet mijn groep na de training (beter) kunnen) en is doelgericht. Dat is zo-wel een voordeel als een nadeel. In een bedrijf moet er resultaat

“ In het onderwijs ergerde ik mij aan het feit dat

iedereen – ongeacht de inzet – hetzelfde verdient. “

Page 21: Zilverblad jaargang 13 nr.2

21

merkbaar zijn, op korte termijn. Daardoor word je als trainer ook meer ‘uitgedaagd’ om het bijna letterlijk van minuut tot minuut waar te maken.

Wat mis je het meest uit je periode in het reguliere onderwijs? De collega’s en hun feedback. De leraarskamer dus.

Hoe kijk je na die dikke 10 jaar terug op De Jozefi enen? Niet met weemoed, maar alles wat ik nu aanleer, heb ik eigenlijk geleerd in het onderwijs: leerprocessen, confl icthantering, as-sertiviteit …

Een leerkracht anno 2013, hoe en wat moet die zijn volgens jou?Emotioneel intelligent, met veel empathie en vooral in balans met zichzelf. Wie kinderen of jongeren iets moet leren, moet hen graag zien. Het komt erop neer hun ‘knopjes met zelfvertrouwen’ steeds aan te zetten. Elke leerkracht zou ook een tijdlang ver-plicht in de bedrijfswereld moeten meedraaien om te leren rela-tiveren, vakoverschrijdend denken én om gerichter over compe-tenties te leren denken.

Je vertoeft ook in het buitenland – anders zou je niet in deze rubriek geïnterviewd worden – wat heeft jou dat bijgebracht? Ik heb gemerkt dat overal ter wereld alle mensen op dezelfde manier leren, nl. door te doen. Echter, niet iedereen geeft zichzelf de toestemming om dat te doen. Wij mogen onze pollekes kussen dat we in België of bij uitbreiding in West-Europa leven. In Rus-land bijvoorbeeld en – wees niet verrast – ook in de VSA durven mensen minder zichzelf zijn. Onder vier ogen wel, maar in groep is daar veel meer angst dan in West-Europa.

Welke landen of steden dragen jouw voorkeur weg en waarom? En welke niet?Goh, verschillende, maar zeker San Francisco, dé plaats in de VSA waar het meest vrijheid heerst en de grootste variatie. En van op de heuvels is de blik op de Golden Gate Bridge onvergetelijk. Telkens weer. In Europa vind ik Bremen de gezelligste stad die mij ook altijd weer een beetje in mijn kindertijd terugwerpt met de Bremer Stadsmuzikanten … Moskou hoeft dan weer niet voor mij: het Russisch is volstrekt onbegrijpelijk en de mensen doen er weinig of geen inspanning voor jou als buitenlander. Er valt in de stad weinig te beleven, je wordt er aan je lot overgelaten, het eten is er vettig en ongezond …

Wat is de treffendste ervaring die je buiten onze grenzen mee-maakte? In Singapore mocht ik als laatste gastspreker op een 3-daagse sessie de vrijdagnamiddag proberen om mijn publiek van 1000

man te boeien voor mijn topic. Maar ik héb ze toen wakker ge-maakt en een laaiend enthousiaste zaal meegekregen, dat was om nooit meer te vergeten.

Op welke uitheemse situatie blik je niet graag terug? Meestal op het eten. Ik eet graag gezond en vind het eten in Bel-gië overheerlijk op alle vlakken. Dat niveau vind je nergens in de wereld terug.

Welke raad kan je geven aan leerlingen die hun toekomst vol-ledig of gedeeltelijk buiten België zoeken? Doe het vóór je aan een gezinsleven begint, zoniet ben je de hele tijd bezig je work-life balance aan het zoeken. Een internationale carrière combineren met een bestaand gezinsleven in België is erg moeilijk. Dan moet het gezin eigenlijk bereid zijn om samen naar het buitenland te gaan.

Hilde, voor je weggaat om straks een sessie in Budapest te geven, nog een laatste vraag: welke andere job zou je ooit nog graag uitvoeren? Hoe gek het misschien ook klinkt, ik zou graag directeur van een school zijn, mét de know how die ik in de bedrijfswereld opdeed om die naar een unieke visie op onderwijs om te zetten.

“ Ik eet graag gezond en vind het eten in België

overheerlijk op alle vlakken. “

Page 22: Zilverblad jaargang 13 nr.2

22

De Liefde is open, is openhartig.De Liefde is niet loslippig.Soms spreekt zij alleenmet handen van zilver,vertelt zij je allesmet zwijgende ogen van goud.

De Liefde is geven, gave,is altijd maar schenken, genadig.Zij schijnt niet te wetenwat nemen isde Liefde,de Liefde.

De Liefde herhaalt zich voortdurend, en tochis zij altijd nieuw, opnieuw: de Liefde.

In groot geduld is zij geduldigen in der daad.Zij heeft haar tijd, de Liefde,zij beidt.Zij haast zich niet in haar haastom te bloeien, elk seizoen,om op vleugels te vliegen, door wat voor weer.

En ja, zij is blind. Zij is blindelings ‘ja’.En ‘nee’, zo zienderogen ‘nee’, is zij nooitis zij nooit: de Liefde.Haar hart zoekt de andere, onverdeeld.En haar voet volgt haar hartop de voet.

Zij loopt tijdeloos jongde Liefde te zijn.Zij draagt de blijdschap vande bron: de Liefde.Waar zij vrouw is, is zij man,waar zij man is vrouw…Hoe kàn dat nou?En wie zei daar, wie zeidat zij God is, de Liefde?

Roger Verkarre

Stille ruimteDe Liefde

Page 23: Zilverblad jaargang 13 nr.2

23

Tratsaert MarinaLouis Delhaize

Dorpsstraat 28200 Sint-Michiels

050 38 45 48

Open op zondag heel de dag.Gesloten op dinsdagnamiddag

en woensdag

Cuisine Tinguett bvbaGeneraal Lemanlaan 101

8310 Assebroek050 37 38 46

[email protected]

__

Traiteur TinguettWagnerstraat 818310 Assebroek

050 37 38 [email protected]

Groeten Nico en Dave

CT

Page 24: Zilverblad jaargang 13 nr.2

24

Activiteiten-kalender

Familie- nieuws

Maart 201313.03 Bezoek van Zweedse school (tot en met 20.03)14.03 5OR Eco-design14.03 6BI Pitching-event Plankgas15.03 6HA Bedrijfsbezoek Modular17.03 7KA Studiereis naar Praag (tot en met 22.03)18.03 6HA Bezoek aan Breendonk en de Westhoek18.03 6OP Blokstage (tot en met 29.03)18.03 6BI Blokstage (tot en met 29.03)19.03 5HA Kennismaking met Zweden19.03 6HA Afscheidsbarbecue met Zweden20.03 6HA Ontbijt en evaluatie uitwisselingsproject met Zweedse school

April 201316.04 7TR Bezoek Berufskolleg Aken17.04 5HA Bezoek van Zweedse school18.04 5OR Gastspreker EHBO18.04 5OR+5TO Toneelwerkwinkel ‘Vel tegen vel’ 19.04 5TO Toneelvoorstelling ‘Vel tegen vel’20.04 5OR Toneelvoorstelling ‘Vel tegen vel’23.04 5TO Toneelwerkwinkel ‘Vel tegen vel’23.04 4TO Studiereis naar York (tot en met 26.04)25.04 5OR Gastspreker EHBO25.04 Schooltoneel ‘Spel van liefde en toeval’25.04 6BI+6IB Avondvoorstelling Alex Agnew25.04 5OR Toneelwerkwinkel ‘Vel tegen vel’26.04 Schooltoneel ‘Spel van liefde en toeval’26.04 Avondvoorstelling ‘Spel van liefde en toeval’

Mei 201302.05 allen Sportdag03.05 Finales TOP-X06.05 5OP+6OP Bezoek aan de Elzas (tot en met 07.05)06.05 3TO Studiereis Limburgse Kempen en Maasland (tot en met 08.05)06.05 7TR Stage (tot en met 31.05)07.05 7BSO Bezoek aan Loca Labora in Wingene14.05 6HA MVO-markt (Howest)15.05 1ste graad Film ‘Briefgeheim’16.05 2de graad Film ‘L’enfant d’en haut’16.05 6TO Excursie naar Turkije (tot en met 23.05)22.05 6des Film ‘Tot altijd’22.05 internen Ouderfeest internaat23.05 5des Film ‘Tot altijd’23.05 3des Multiculturele dag23.05 Excursie winnaars Top-X naar Bellewaarde31.05 Apotheose 20 jaar Top-X

Juni 201301.06 7TR Stage (tot en met 21.06)14.06 5OR Plopsaland (voorbereiding stage)

Overlijden21 oktober Carlos Le Comte, opa van Lore Le Comte (5ST)8 november Frans De Nil, opa van Thomas De Nil (6IB)9 november Gilbert Vercruysse, opa van Kevin Vercruysse (3HA1)23 november Roger Roose, opa van Yasmine Delacourt (5HA2)5 december Esther Claeys, oma van An-Sofi e Lefevere (7KA1)8 dember Dympha Uleyn, moeder van Liesbet Boudens (oud-collega)27 december Ivonna Van de Walle, overgrootmoeder van Cedric De Smet15 januari Roger Maes, opa van Elisabeth Maes (5ST)16 januari Guido Vanbecelaere, papa van Grace Vanbecelaere (4HA1)23 januari Gerard Vandenbroucke, opa van Ansje Verlinde (5KA1)31 januari Joseph Boterman, opa van vriendin van Pascal Vanden Eynde (leraar)

Geboorte14 januari Jinte, dochtertje van Jonas en Melissa De Brouwer-Vanquathem (lerares) Hannes, zoontje van Simon en Neeltje Mouton -Verhaeghen (lerares)31 januari Evelien, dochtertje van Kelly en David Bonte (secretariaat)

Je sterft,wat wil je,

leven is leven.Maar niet compleet

sterf je,iets houdt stand,

iets heeft toekomst,

iets,het hart van je bestaan.Niet compleetsterf je,leven is leven,liefde is liefde.

Droom je zijn dromen,kijk je met zijn ogen,

voel je met zijn handen,

wel kleiner, steeds kleiner word je.

Maar ook groter,steeds groter.

Een weergaloze wereldgaat voor je open.

Page 25: Zilverblad jaargang 13 nr.2

25

Page 26: Zilverblad jaargang 13 nr.2

26

Ondernemershoek

6 Handel op bedrijfsbezoek in ZwedenHans Decock

Jaarlijks bezoeken leerlingen van het Sint-Jozefsinstituut uit veel verschillende klassen heel wat bedrijven in Vlaanderen. De 46 leerlingen van 6 Handel maakten tijdens hun bezoek aan Tibro in Zweden kennis met enkele plaatselijke bedrijven. Het werd op 24 januari een buitengewoon interessante voormiddag.De helft van de leerlingen was te gast bij Prisma Teknik, het hoogst merkwaardige bedrijf van de ondertussen 66-jarige maar nog steeds strijdlustige Jan Lund. Prisma Teknik is met één van

zijn vier belangrijke producten zeker ook gekend in België: de oversteeksignalen voor blinden aan de zebrapaden. De blauwgele bakjes met het indringend tikkend signaal zijn niet alleen aanwe-

zig in Brussel maar in zo maar eventjes 89 andere landen. Bij dit bezoek wordt onmmiddellijk jouw aandacht getrokken door de non-confor-mistische inrichting van het bedrijf. Een grote hoeveelheid van planten met daartussen een riviertje wekt de nieuwsgierigheid. Ook de aanwezig-

heid van een heuse kapel in het bedrijf wijst erop dat er in Prisma Teknik niet op de gewone manier aan ondernemen wordt gedaan.

Inderdaad, vrij snel in de geschiedenis van het bedrijf duikt het geloof in een God die alles stuurt, op. Toen het bedrijf in 1994 op de rand na bankroet was, dook een exentrieke klant op die ervoor zorgde dat de omzet plots naar buitengewone proporties steeg. Sinds deze voor Jan Lund onverklaarbare ommekeer vaart het bedrijf een totaal andere koers. Prisma Teknik heeft drie men-sen in dienst die alleen als opdracht hebben te bidden. Bovendien

wordt een deel van de winst gereserveerd voor een project in de hoogst gevaarlijke gevangenis van Medelin in Colombia. Ook een aantal sociale projecten buiten de gevangenis kunnen op fi nan-ciële steun rekenen van dit bedrijf uit Tibro. Het volgende project van Jan Lund wordt de ondersteuning van waterprojecten in het noodlijdende Tanzania. Maar ook dichter bij huis is Prisma Teknik

meer dan gewone sponsor: een tiental sportclubs in Tibro zien hun kas gespijst door het bedrijf van Jan Lund. De ondernemer gelooft stellig dat hij op die manier de jongeren van straat weg houdt en hen een zinvolle bezighouding geeft.

Het hoeft hier nauwelijks gezegd dat heel wat leerlingen heel diep onder de indruk waren van deze bijzonder boeiende man. Een beter voorbeeld van maatschappellijk verantwoord onder-nemen bestaat er wellicht niet. Voor wie meer wil weten of zien: www.prismateknik.se

Ondertussen was de andere helft van de groep te gast bij Inredia, de nieuwe parel in het ondernemersnetwerk van Tibro. In een oude hemdenfabriek werd een soort ontmoetingspunt opgericht voor al wie nadenkt of werkt in de wereld van design en interieur.Tibro heeft net als alle andere steden in Zweden en de hele Wes-terse wereld te lijden onder de delokalisering. Bedrijven brengen hun productie onder in lageloonlanden in Azië. Een recent pijnlijk voorbeeld was de sluiting van Swedwood, een bedrijf in Tibro dat alleen voor Ikea produceerde. 213 mensen, waaronder 150 uit Ti-bro, werden van vandaag op morgen werkloos.

Als stad kan je bij de pakken blijven zitten of proberen het roer om te gooien. Tibro heeft als meubelstad wel nog uitzicht op de toekomst indien het focust op kwaliteitsmeubelen die vaak heel prijzig zijn. In Inredia (wat in het Zweeds interieur betekent) brengt Tibro al het beste van wat het te bieden heeft, samen. In een hypermarketingomgeving denken designers en binnenhuis-architecten van over heel Zweden en ook het buitenland na over nieuwe projecten. Maar Inredia wil meer zijn dan interieurpro-motor. Het wil Tibro, het kleine stadje in Zuid-Zweden met 10 600

zig in Brussel maar in zo maar eventjes 89 andere landen. Bij dit bezoek wordt onmmiddellijk jouw aandacht getrokken door de non-confor-mistische inrichting van het bedrijf. Een grote hoeveelheid van planten met

heid van een heuse kapel in het bedrijf wijst erop dat er in Prisma

“ Het werd op 24 januari een buiten-

gewoon interessante voormiddag. “

“ Een beter voorbeeld van maatschappellijk

verantwoord ondernemen bestaat er wellicht niet. “

Page 27: Zilverblad jaargang 13 nr.2

27inwoners, op de kaart houden. Het feit dat Tibro op vier plaatsen na de fi jnste plek om te leven is in Zweden, sterkt de bedenkers van Inredia in hun gedachte. Voor wie ooit eens in Tibro komt, een aanrader van formaat! Iedereen van over heel de wereld is immers welkom. Website: www.inredia.se

4 Handel verkoopt fairtrade en biologische producten ten voordele van Oranje?

Sara Demeyer

Vlajo (Vlaamse Jonge Ondernemingen) wil jongeren warm ma-ken voor ondernemend gedrag. Jieha! staat voor Jong Initiatief Ethische handel en speelt dus in het op steeds stijgende belang van ethisch ondernemen. Door het bedrijfsbezoek aan BioVita kon 4 Handel kennismaken met biologische producten.

Na het opmaken van de sollicitatiebrief en het toekennen van de functies ont-

werpen de marketingmedewerkers een creatief logo (zie foto) passend bij de bedrijfsnamen ONE4YOU en RED&YELLOW. De aankopers en verkopers brainstormen over het assortiment, be-palen de strategie voor de verkoopsprijzen, analyseren de con-currentie (The Box!) en de fi nanciële en boekhoudkundige mede-werkers volgen de kasstromen en boekhouding op.

De 3 p’s staan centraal in ons project: er moet aandacht besteed worden aan de mens (people), winst (profi t) en milieu en maat-schappij (planet). Door de keuze voor fairtrade en biologische producten hebben de medewerkers rekening gehouden met de eerlijke werkomstandigheden en het milieu. Anderzijds worden deze producten met winst verkocht om te schenken aan het goe-de doel ‘Oranje vzw’. Op 10 januari 2013 kregen we door 2 mede-

werkers uitleg over de activiteiten van deze vrijwilligersorganisa-tie. Hun visie ‘Vér gaan met mensen met beperkingen’ nemen ze heel letterlijk. Niets is onmogelijk en ze willen proberen ieders droom te verwezenlijken.

Tijdens de speelpleinwerking worden kinderen en jongeren in-gedeeld in leeftijdsgroepen en worden er activiteiten georgani-seerd voor kinderen met en zonder beperking. Vaak is er ook nood aan individuele begeleiding en de mobiele snoezelruimte zorgt voor een rustige, ontspannen sfeer waar één animator zich bezighoudt met één kindje. Deze ruimte werd ingericht in samenwerking met de Kunstacademie en wil vooral de kinderen hun zintuigen prikkelen om een band te creëren met de animator. De verkopers zullen hun beste verkoopargumenten moeten bo-venhalen om de aankoop van de 3 extra snoezelruimtes te fi nan-cieren!

De mini-ondernemingen draaien op volle toeren!Hans Decock

Na de openingsshow in oktober zijn de leerlingen van 6 HA de verkoopmomenten voor hun minionderneming beginnen plan-nen. Zo hadden zij in december de ‘Mini Christmas Market’ en de verkoop op het oudercontact. Het 2e trimester was nog maar juist gestart en de leerlingen konden zich al voorbereiden op hun verkoopmoment in Zweden! Niet alleen de prijzen moesten omgezet worden naar Zweedse Kronen maar er moest ook wat

4 Handel verkoopt fairtrade

“ Jieha! speelt in het op steeds stijgende

belang van ethisch ondernemen. “

Page 28: Zilverblad jaargang 13 nr.2

28

Zweedse verkooptaal ingeoefend worden. Na hun terugkomst van Zweden werd de stock zo snel mogelijk opnieuw aangevuld want het volgende verkoopmoment (2 februari) in het winkelcen-trum Ring Shopping Kortrijk Noord kwam er al snel aan. Verder op het jaar volgen nog een lenteverkoop en Paasacties en voor enkele miniondernemingen homeparty’s of verkoop op de zater-dagmarkt.

The Boxleerlingen 4VE

Wij zijn 4 VE en runnen het “schoolwinkeltje” The Box. Misschien sta je er niet bij stil, maar achter de schermen gebeurt heel wat: bestellingen doorgeven, leveringen controleren, aanvullen, de kassa tellen … maar ook elke voormiddag in de pauze paraat staan en de leerlingen snel bedienen en correct afrekenen is een opgave. We maken ook wel eens een foutje, maar daar leren we uit en al doende leren we het meest! Het is leuk om de the-orie te kunnen toepassen en ook tegemoet te komen aan jullie wensen: een warm drankje in de koude wintermaanden, een fris sapje in de zomer of voor de snoepers iets lekker “bio” van de wereldwinkel!

“ Na hun terugkomst van Zweden werd de

stock zo snel mogelijk opnieuw aangevuld. “

Trattoria Trium

Academiestraat 23

8000 Brugge

Tel. 050 33 30 60

Fax 050 61 15 66

[email protected]

www.trattoriatrium.be

Page 29: Zilverblad jaargang 13 nr.2

29Enkel op de schoolbanken:

niet meer van deze tijd

Peter Symaeys

Onze minister van onderwijs Pascal Smet lokte heel wat reacties uit met een nieuw voorstel: iedere leerling uit het tso zou een maand stage moeten lopen. Dit lijkt voor sommigen onmogelijk, maar in bijvoorbeeld de afdeling Onthaal en Public Relations is het al jaren een gewoonte. Een moment om eventjes met enkele leerlingen te refl ecteren. Wat vind jij van de kans die je krijgt om ook op een stage bij te leren?

We zien ongeloofl ijk uit naar de Horecabeurs en Magical Winter Moments. Het is een stapje moeilijker dan onze vorige stages. We zullen meer vreemde talen moeten spreken en we zitten ook niet meer in onze vertrouwde omgeving. Benieuwd wat het wordt!

Nicholas en Nele 5OP1

We hadden maandag een onthaalstage voor alle leerkrachten van een zestal scholen. Als je een glimlach op je gezicht zet, krijg je een glimlach terug.

Sylvia 5OP1

De stage brengt je helemaal in de wereld van de richting die je volgt. De stage in het vijfde jaar is ook een ideale opstap naar de ‘grote’ stage in het zesde. Je leert stipt te zijn en je verbetert je contact met mensen.

Lore en Aline 6OP1

Wat heb je aan boeken vol theorie als je ze niet kan gebruiken of toepassen in je later beroepsleven? Niets! Ik prijs mezelf ge-lukkig dat ik in OPR de kans krijg om stage te lopen en zo ook persoonlijk verder te ontwikkelen. Je moet er ook echt staan! Je bent geen passant of leek maar een goed voorbereide student die zijn mannetje kan staan in de echte wereld.

Axelle 6OP1

Tijdens een stage leer je vaak je eigen persoonlijkheid beter ken-nen en ga je die soms veranderen. Daarnaast is een stage ideaal om te zien of dit echt wel de droomjob is die je wil vervullen na je studentenleven.

Flore en Matthias 6OP1

Die weken in een dienstencentrum voor oudere mensen bevie-len me echt. M’n collega’s daar hebben me een juiste kijk op werken in de sociale sector gegeven en hun oprechte feedback deed deugd en is leerrijk. Op stage leer je meer dan leerkrachten je kunnen leren op school. Je krijgt veel krediet, waardoor een blunder snel wordt vergeten.

Kiara 6OP2

Je stage is iets waar je je kennis kan uitbreiden: nieuwe ter-men, specifi eke taken … Je leert diverse zaken waarvan je vooraf dacht: “Dat lukt nooit!” Daarnaast leg je contacten die je goed kan gebruiken om te netwerken.

Kristen en Helena 6OP2Kristen en Helena 6OP2

Page 30: Zilverblad jaargang 13 nr.2

30

Page 31: Zilverblad jaargang 13 nr.2

31Vroege vogels op school:

Tibo Deprest

Peter Symaeys

Als je om 7.30 u op school komt, zitten ze er al: de vroege vogels. Als het koud is ergens in een gang. Bij warm weer op de bankjes. Enkele groepjes leerlingen. Welk verhaal zou daar nu achter zit-ten? Een antwoord vond ik bij Tibo Deprest.

Eigenlijk is het niet zo moeilijk: Tibo wordt samen met z’n zus afgezet aan school door z’n moeder. Ze komen van Beernem en zoon- en dochterlief rekenen dus maar al te graag op de lift naar school. Dat ze wat vroeg zijn omdat hun moeder moet gaan wer-ken, nemen ze er graag bij. Eenmaal op school, zoekt Tibo z’n vrienden uit andere klassen op. Thibault, Bert en Francis zijn im-mers ook van de partij.Ze vinden het leuk samen en kunnen rustig wakker worden voor de les begint. Eigenlijk vragen ze niks speciaals. De rust is hen heilig. Ze keuvelen wat over voetbal of andere sporten. Kijken wat het weer zal brengen. Wat ze gezien hebben op tv komt ook eens aan bod. Kortom, laat hen maar op het gemak hun ding doen. Het gedoe rond laatkomers is aan hen niet besteed.

Waarschijnlijk hebben ze het ook wel eens over cruiseschepen. Tibo heeft immers een uit de hand gelopen hobby. Hij ontwik-kelde http://www.cruiseschepeninzeebrugge.be en ontving er ondertussen de Gold Site Maritime Award voor. Hij mocht al prachtige schepen bezoeken en heeft heel wat contacten in de maritieme wereld.Als je hem aanspreekt, zal hij zeker enthousiast vertellen over z’n vrienden uit Noorwegen, Engeland en de ervaringen die hij mocht meemaken. Als je zelf geen vroege vogel bent, kan je hem eens aanspreken in de pauzes gedurende de dag.

Of misschien wil jij ook wel eens de rust van de ochtend ont-dekken? Waag de kans, maar gedenk: de rust verstoren op een (vroege) ochtend op school is verboden.

“ Ondertussen de

Gold Site Maritime Award “

“ De rust verstoren op een

(vroege) ochtend op school is verboden. “

Page 32: Zilverblad jaargang 13 nr.2

32

Ruach: Valentijn

Geert Sagaert

Deze morgen al heel vroeg op school toegekomen. Het was me onmiddellijk duidelijk: GEDICHTENDAG! (nvdr. Top-X Challenge) Allerlei gedichten sierden de klassen, de gangen en de speel-plaats. Gedichten geverfd op doeken, gedichten op papier en wat er me het meest opviel, bijna allemaal gedichten over de LIEFDE.Februari is de liefdesmaand. Kijk op het internet, kijk in de etala-ges, verwenaanbiedingen, bloemen, veel rood en roze, veel hart-vormen en mooie lieve woorden. Romantiek troef! De kerstsfeer nog maar net op de achtergrond verdreven en iedereen en alles heeft plots wel iets met liefde te maken: 14 februari nadert ... 14 februari, Valentijnsdag! Een dag om bloemen te geven, een kaartje te sturen en geschenkjes te kopen voor mensen die je dierbaar zijn of op wie men bijzonder gesteld of zelfs verliefd is.

In Engeland en de Verenigde Staten kent Valentijnsdag een tradi-tie van enkele eeuwen oud. In andere Europese landen is Valen-tijnsdag pas bekend sinds midden vorige eeuw.

14 februari gold als de dag waarop in de derde eeuw twee heili-gen met dezelfde naam Valentinus om hun geloof gedood waren en daarom op deze dag vereerd werden. De een was een priester in Rome die veel deed voor martelaren en uiteindelijk door de Romeinse keizer werd onthoofd en zo zelf een martelaar werd. De ander was bisschop van Terni die ook in Rome werd vereerd en er ook de marteldood stierf. Niet uitgesloten is dat het toch één en dezelfde heilige betreft. Tot aan de hervorming van de heiligenkalender van de rooms-katholieke kerk in 1969 kon op 14 februari Sint-Valentijn vereerd worden. Daarna is Valentijn als heilige van de kalender afgevoerd. Achteraf is, om in een leemte te voorzien, de ‘oude legende van broeder Valentijn’ bedacht. Zo zou Valentijn in ‘de middeleeuwen’ monnik zijn geweest van een Italiaans klooster. Stelletjes die hem bezochten, schonk hij ge-luksbloemen, die hij zelf kweekte in zijn kloostertuin.

Valentijn is ook een patroonheilige. Patroonheiligen worden ge-kozen als speciale beschermers of bewakers voor bepaalde le-vensdomeinen zoals bezigheden, ziektes, kerken, landen … alles

wat belangrijk kan zijn. Zo werd Sint-Valentijn patroonheilige van de verliefden en verloofden. Voor de liefde zelf moet je je tot Sint-Anna keren, wil je steun in de liefde dan is Antonius van Padue de patroon en loopt het uiteindelijk toch nog mis, keer je dan bij liefdesverdriet tot de heilige Wilgefortis de Baard. Maar laat het best zo ver niet komen: geniet van Valentijnsdag! Laat het uiter-aard niet bij deze ene dag, liefde moet er altijd zijn!

“ Laat het uiteraard

niet bij deze ene dag,

liefde moet er altijd zijn!

“Ik geef jullie een nieuw

gebod: dat je elkaar liefhebt.

Met de liefde die Ik jullie heb

toegedragen, moeten jullie

ook elkaar liefhebben”

(Joh. 13,34)

Page 33: Zilverblad jaargang 13 nr.2

33

Manu Coucke

BYOD! Neen, het is niet de obscure naam voor één of andere nieuwe popformatie maar de afkorting voor Bring Your Own De-vice of “Breng je eigen toestel mee”! Het is het systeem waarbij het dit jaar bij wijze van test toegelaten is om je eigen tablet of laptop mee te brengen naar school en er ook mee op het draad-loze netwerk van de school te werken. Het BYOD-systeem wordt uitgetest in de richting Onthaal en Public Relations. Zilverblad vroeg aan de leerlingen van 5OP2 hoe zij erover denken. Ze zijn opvallend unaniem: BYOD verdient een dikke “Like”. Een greep uit hun reacties.

Bo Warlop – Like“Het is handig en gemakkelijk dat je je eigen laptop of tablet kan gebruiken. Zo moet je niet altijd de documenten waaraan je in school werkt doorsturen. Je hebt alles altijd bij de hand. Het is ook bijzonder handig als je iets moet opzoeken. Het grote nadeel is dat het voorlopig alleen werkt in het E-gebouw en niet in de rest van de school.”

Lisa Schmidt – Like“Vooral de draagbaarheid vind ik handig. On-danks de kostprijs is het op termijn een goede investering omdat je al je cursussen erop kan zetten. Het is praktisch, effi ciënt en ge-bruiksvriendelijk. Toch vind ik niet dat het een verplichting zou mogen worden voor de hele school. Ik denk dat velen namelijk zouden af-haken door het prijskaartje.”

Mégane Callewaert – Like“ Het is veel makkelijker. Je notities blijven al-tijd goed bewaard en je kan ze eventueel later nog printen. Balpennen, stiften, meetlatjes … ze worden allemaal overbodig.”

Frederic Tibergyn – Like “Gedaan met papierverspilling, alles digitaal! Testen, cursussen, rapporten. Dat zou echt een grote stap voorwaarts betekenen voor onze Business School. In plaats van die zware boekentas mee te sleuren moeten we nu enkel een toestel meenemen van 499 gram. Omdat al onze cursussen en notities erop staan, moe-ten we ook niet meer naar ons kastje.”

Jordy Lambrecht – Like“Ik ben absoluut voor het gebruik van digitale middelen. Het is veel praktischer en effi ciënter, tenminste zolang er zich geen problemen voordoen. Al die apparaten werken op batterijen, dus die moeten we ook kunnen opladen. Er moet ook over worden nagedacht hoe misbruiken kunnen worden tegengegaan, zoals mensen die zitten te gamen of naar ‘foute’ sites surfen.”

of DislikeLike

BYOD

“ Je hebt alles altijd bij de hand. “

“ Het is praktisch, effi ciënt

en gebruiksvriendelijk. “

“ Je notities blijven

altijd goed bewaard. “

“ Gedaan met papierverspilling,

alles digitaal! “

“ Er moet ook over worden nagedacht hoe

misbruiken kunnen worden tegengegaan “

Page 34: Zilverblad jaargang 13 nr.2

Interview twee!

Is er weer toneel, meneer? Ja!Wanneer gaat dat dan door, meneer? Op donderdag 25 en vrijdag 26 april geven we vier schoolvoorstel-lingen en één voorstelling voor algemeen publiek op vrijdagavond om 20 u.Wat spelen jullie dit jaar, meneer?Spel van liefde en toeval.Ken ik niet, wat is dat meneer?Een Franse komedie die ik bewerkt heb.Een komedie? Om te lachen dus, meneer?Neen, niet om te lachen.Niet om te lachen, meneer?Neen om je te bescheuren, om dubbel toe te plooien, om op je dijen te kletsen, om te glimlachen en te schaterlachen, om er nog lang over te blijven naschokken, om buikpijn van te krijgen, om de lachkramp te krijgen, om nooit meer te vergeten.Is dat niet moeilijk, meneer?Dat is aartsmoeilijk! De repetities zijn hilarisch, doldwaas, ab-surd, knotsgek. Maar de spelers, ikzelf als regisseur en mijn onvolprezen assistent, Kristof Punie, moeten dringend leren hun lach in te houden. Lachen moet het publiek doen. Dat is met-een de moeilijkheid van een komedie: je mag als speler zelf niet lachen. Hoe doe je de mensen zo lachen, meneer?Door alle registers open te trekken: situatiehumor, taalhumor, karakterhumor, slapstick, parodie, overdrijving, schlagers …Slagers, meneer?Neen, levensliederen, al zingen slagers die misschien ook wel terwijl ze hun worsten draaien. Maar wij brengen meer dan eenheidsworst. Wij brengen ‘en plus’ fl ikkerende lichten, play-backende spelers, accordeon, plastic tulpen die zorgen voor een verrassingsact, kaders waar leven in zit, cabaret, circus, ver-vreemding, inleving, twee larmoyante lakeien, humpapa, maske-rade, vermomming, persoonsverwisseling, snode plannetjes die vooral mislukken …Is er iets dat er ‘niet’ inzit, meneer?Alles zit erin, zelfs wat je niet denkt dat er zou inzitten. Er zitten zelfs zetels in en in die zetels zit ook iets … of iemand. En wie speelt mee, meneer?Er spelen negen leerlingen en twee leerkrachten mee.Mogen we weten wie dat zijn, meneer?Neen, dat mag niet, maar ik ga het toch vertellen. Er doen vijf oudgedienden mee die eerder al op het podium stonden in een productie van mij en er doet ook jong en nieuw talent mee. Namen graag, meneer!Nicolas Floréal uit 6 Handel, Jason Reubens uit 6 OPR, Kyleen Roose , Emma Lien Van Vynckt en Isabelle Wittevrongel alle drie uit 5 Handel, Raisa De Vooght uit 5 Kantoor, Margot Detavernier uit 5 OPR, Axelle Cauwelier uit 4 Kantoor, Axel Vermeulen uit 1LA1 en de collega’s Manu Coucke en Dennis Berens. 34

Toneel op school:Spel van liefde en toeval

Robin Maekelbergh

34

Page 35: Zilverblad jaargang 13 nr.2

35

De minivoetbalcompetitie op maandagmiddag in Tabigha is on-dertussen aan haar vierentwintigste jaargang toe. Ook dit jaar dingen een achttal ploegen naar de Jozefi enentitel onder het waakzame oog van H. Decock en J. Maes.

Net als ieder jaar zijn ook de leerkrachten terug van de partij. Met D. Galle, R. Maekelbergh, G. Missinne en H. Decock zijn nog vier spelers actief die in het schooljaar 1989-1990 voor het eerst de leerlingen uitdaagden. P. Claeys vervoegde enkele schoolja-ren later het team. Met enkele jonge krachten erbij is het leer-krachtenteam vandaag de dag voor veel leerlingenploegen nog altijd een moeilijk inneembare vesting. De ploeg uit 6 HA 1 nam in de slotminuut wel de maat van het leraarsteam en riep zichzelf daarmee uit tot favoriet van dit schooljaar.

6 HA boven in Zweden – Hans Decock

Tijdens de uitwisseling met het Fågelviksgymnasiet in het Zweedse Tibro, als onderdeel van de jaarlijkse minionderneming in 6 Handel, is een zaalvoetbaltornooi een vast onderdeel van het programma. Op 23 januari streden twee Brugse en twee Zweedse ploegen voor tornooiwinst. De A-ploeg van 6 Handel bleek een maatje te groot. Met een overduidelijk saldo van 11-0 walste de mixploeg van de sterkste spelers van 6 HA 1 en 2 over de tegen-stand heen. Met 3-0 tegen de Zweedse uitwisselingsploeg, 4-0 tegen de Brugse B-ploeg en 4-0 in de fi nale tegen de sterkste Zweedse ploeg nam de A-ploeg alle twijfels weg. Eén kantteke-ning: langs Belgische zijde kwam geen enkel meisje in actie ter-wijl de twee Skandinavische ploegen altijd minstens twee dames op het veld hielden. Voetbal is in het hoge Noorden zeker ook een vrouwensport.

Sport kortHans Decock

“ Voetbal is in het hoge Noorden

zeker ook een vrouwensport. “

Page 36: Zilverblad jaargang 13 nr.2

36

Als je haar ziet, merk je het niet snel. Maar eenmaal je met haar spreekt, wordt het duidelijk.Nederlanders hebben een andere cultuur. Kiara Dane uit 6OP2 is niet alleen Nederlandse, ze kwam op de wereld in de Verenigde Staten. Van een meisje met internationale roots gesproken. Nu zit ze bij ons op school. Dat ze een eerder ongewoon parcours heeft afgelegd vooraleer bij ons te komen, vertel ik straks wel. Eerst eventjes haar bevragen hoe ze het ervaart om als Neder-landse tussen de Vlamingen te leven.

Ze krijgt nog vaak het oordeel dat ze agressief is. Belgen hebben de neiging alles omfl oerst over te brengen. In Nederland zeg je waar het op staat. Hier wordt zoiets als bedreigend ervaren. Ze moet zich dus aanpassen aan haar vrienden en leerkrach-ten.Ze merkt dat er uiteindelijk toch gezegd wordt hoe het moet maar het duurt haar toch te lang. Je moet doorvragen om de eerlijke mening te krijgen.Voor haar taak van psychologie, waar je moet vragen aan men-sen die je kennen hoe je overkomt, sprak ze met haar opa uit België en haar oma van Nederland.

Oma overliep alles in puntjes en in 5 minuten wist Kiara wat oma over haar dacht. Het gesprek met opa duurde een uur ...

Iets wat haar ook opvalt is het verschil in smaak. Hoe moet je je kleden? Hoe moet je je verzorgen? Ze is blij dat ze in Brugge al wat opgepikt heeft. Eigenlijk wil ze er niet bijlopen zoals de meisjes uit Nederland. Ook de mannen daar kunnen van de Bel-gen iets leren. Haar toekomstige partner zal ze waarschijnlijk hier zoeken. Is het niet, Kiara?

Ook zijn er praktische verschillen. Zo kan je al met een auto rij-den op je 17e. Dat moet je een jaar doen met een familielid in je auto. Maar op je 18e kan je volwaardig rijden en heb je al heel wat lessen en ervaring achter de rug.

Dit jaar moet Kiara een belangrijke beslissing nemen: zal ze Ne-derlandse blijven of Belg worden? Ze weet eigenlijk nog niet wat ze zal beslissen. Misschien doet ze wel zoals haar vader. Neder-lander blijven en in België komen werken.

Hij leerde een Belgische kennen en verhuisde naar de VS omdat het bedrijf waarvoor hij hier werkte dat vroeg. Na vier jaar kwa-men ze terug met een dochter van 9 maand oud. Daarna volgde een korte tussenstop in Maldegem. Toen het huis klaar was, ver-huisden ze naar het Nederlandse Aardenburg.Kiara werd zo een kind van verschillende landen. Als kleuter ging ze al naar Maldegem. Ze bleef de Maricolen trouw tot ze naar Brugge kwam. Sinds vorig jaar zit ze immers bij ons in de rich-ting Onthaal en Public Relations ... En zo hadden we eens een Nederlandse in klas.

Welkom Kiara Dane, een Nederlandse

in de Jozefi enenPeter Symaeys

“ In Nederland zeg je waarop het staat. “

“ Ook de mannen daar kunnen van de Belgen iets leren. “

de neiging alles omfl oerst over te brengen. In Nederland zeg je

gen iets leren. Haar toekomstige partner zal ze waarschijnlijk

Ook zijn er praktische verschillen. Zo kan je al met een auto rij-den op je 17e. Dat moet je een jaar doen met een familielid in je

Page 37: Zilverblad jaargang 13 nr.2

37

James Sarushi Gatare (18) is geboren in Rwanda, maar woont al de helft van zijn leven in België. Hij volgt bij ons de opleiding toerisme. Het is zijn eerste jaar bij de Jozefi enen en het bevalt hem prima! Zijn klasgenoten zijn super en de richting is precies wat hij ervan verwachtte.

Ik ben maar wat blij dat James tijd voor me wil vrijmaken want hij is, zoals ik al vermoedde, een open en vriendelijke jongen. Zo

eentje waar je gewoonweg heel vrolijk van wordt. Mijn dag kan niet meer stuk!

James: ‘Ik ben geboren in Rwanda, maar doordat ik al lang in België woon, voel ik mij niet op en top Rwandees. Als ik naar mijn land terugga (dat doe ik om de zoveel jaren), voel ik me eerder een toerist. De drang om ooit voorgoed terug te keren, is zo goed als onbestaand. Mijn vader en nog heel wat familie wonen daar, maar zelfs dat kan mij niet overtuigen …

Ik heb enorm veel bewondering voor mijn moeder, die de moed had te kiezen voor een beter leven voor zichzelf en haar kinderen. Ik zal haar daar eeuwig dankbaar om zijn. De toekomstmogelijk-heden in België zijn veel groter en beter dan in Rwanda. Ook al ben ik na de genocide geboren, toch is Rwanda nog niet helemaal op en top. Ik hoop dat het land de goeie weg opgaat, maar ik zie mezelf er nooit wonen en leven.

Ik herinner mij mijn aankomst in België nog alsof het gisteren was. Daar stond ik dan, in korte broek en sandalen, in een land waar de kou mij enorm hard trof. Tja, de zon had ik duidelijk achtergelaten … In het begin was alles zo anders, zo moeilijk en lastig. Ik sprak de taal niet en dat zorgde voor veel problemen. Het voelde alsof niemand bevriend met me wou zijn … Ook mijn huidskleur zat niet mee. Weet je dat een blanke in Afrika vereerd wordt? Het zou zo leuk geweest zijn, mocht dat ook omgekeerd het geval zijn …

Ik vind het nog steeds moeilijk om contacten te leggen en hechte vriendschappen uit te bouwen. Ik ben een heel vrolijk iemand, Vlamingen daarentegen hebben vaak een ochtendhumeur en zijn soms een dag lang nukkig. Zoiets kan ik mij niet voorstellen, laat staan begrijpen. De Afrikaanse mentaliteit staat soms loodrecht

op de Europese en dat is jammer. Het is toch fi jn als je elke dag lachend wakker wordt en dankbaar bent voor een nieuwe dag?

Ik blijf optimistisch en hoop echte vrienden te kunnen maken. Oppervlakkige vriendschappen heb ik, zoals iedereen, maar voor mij mag het iets dieper gaan. Ook een vaste vriendin staat op mijn verlanglijstje, maar het blijft momenteel bij ‘verlangen’. Mama wil dat ik later een Rwandees meisje huw om eventuele culturele problemen te vermijden. Ik kan dat best begrijpen, maar waar vind ik die hier in België? Zelfs als ik in Rwanda ben, zie ik geen mooie meisjes. De mooiste Rwandese dames zijn mijn mama, mijn zus en mijn tante en met geen van hen kan ik trouwen! De zoektocht zal dus waarschijnlijk eventjes duren, maar ik ben jong en heb nog ongeloofl ijk veel tijd, toch?

Ik hou enorm veel van muziek en zoals het elke Afrikaan be-taamt, heb ik veel gevoel voor ritme. Momenteel volg ik dansles om mijn techniek te verbeteren én voor de lol én om indruk te maken op de meisjes! Wie weet, sla ik op deze manier iemand aan de haak! I keep my fi ngers crossed!

Welkom

“ De drang om ooit voorgoed terug te keren, is zo goed als

onbestaand. “

James Sarushi Satare

Ann Verhofstadt

Page 38: Zilverblad jaargang 13 nr.2

38

Raad-je-plaatjeBij vele mensen is hun eerste communie een van de vroegste herinneringen uit hun kindertijd. Voor leerkrachten is dat niet anders. Getuige daarvan zijn ook de negen foto’s die je hier-onder ziet. Maar herken jij de leerkrachten? Een tip: het zijn allemaal vrouwen.

Probeer er zoveel mogelijk te raden en stuur je antwoorden via SmartSchool naar Dieter Verstraete voor 15 april 2013. De leerling die de meeste foto’s als eerste juist kan identi-fi ceren, wordt beloond met een Fnacbon. Alvast veel succes!

Diet

er V

erst

raet

e

1

23

5

8

6 9

7

4

Page 39: Zilverblad jaargang 13 nr.2

39Ventiel:

Ad constructionem scientiam et dexteritatem adiuvi

Manu Coucke

“Koning Albert II vindt dat we wat meer ‘nationale trots’ aan de dag mogen leggen over de realisaties van ons land” (De Stan-daard). Wel sire, ik heb goed nieuws: de Westvleteren 12 is op-nieuw verkozen tot beste bier van de wereld. Wij trots, natuurlijk! Lange tijd konden we hier naadloos aan toevoegen dat we ook het beste onderwijs ter wereld hadden (wij leraren nog trotser!), maar door deze vertrouwde boutade mogen we jammer genoeg een streep trekken. Vorig jaar was het nog alle hens aan dek toen uit studies bleek dat de kwaliteit van ons onderwijs achteruit liep. Minister Pascal Smet vuurde zijn banbliksems af op al wie het durfde te beweren maar het hielp weinig. Nu blijkt bovendien dat het droevig gesteld is met de algemene kennis van onze toekom-stige leerkrachten en laten het nu juist die mensen zijn die hun kennis aan jongeren moeten doorgeven. Resultaat: weg kopposi-tie in het internationaal onderwijscriterium.

Verontwaardiging alom, niet in het minst bij de geviseerde leer-krachten in spe, maar voor wie dag in dag uit met beide voeten in de onderwijsrealiteit staat, komt dit nauwelijks nog als een ver-rassing. Kennis, zo stellen beleidsmakers, onderwijsinspecties, leerplannen, didactici en pedagogen, is van ondergeschikt be-lang. Belangrijk zijn de vaardigheden. We moeten jonge mensen “wegwijs maken” in deze “multimediale kennismaatschappij”, hen de nodige “tools” aanreiken om hen te “vormen” tot “mon-dige wereldburgers”. Hierbij werken we bij voorkeur met authen-tiek materiaal, inspelend op de leefwereld van de jongeren, met werkvormen die actueel en flitsend zijn. Iedereen een tablet en een smartphone! Googelen, downloaden, uploaden en sharen die handel. De vernieuwing regeert de klas, we juichen ze met z’n allen toe en omarmen ze. Natuurlijk, maar mag het soms wat meer genuanceerd?

Soms rijzen me de (weinige) haren ten berge wanneer ik op Face-book verhalen lees uit het basisonderwijs. Leerlingen moeten er bijvoorbeeld niet meer weten wat de buurlanden van België zijn. Ze moeten wel weten dat ze het kunnen opzoeken op het internet. Of nog beter: dat ze het kunnen vragen aan iemand die het wel weet. Ze moeten Frans kunnen spreken, maar niet echt kunnen schrijven. Het Franse “oui” als “wie” schrijven mag dus blijkbaar niet als een fout worden aangerekend. We zijn bijzonder goed be-zig als we onze kinderen fouten gaan aanleren! Dat is voor mij een brug te ver.

Toegegeven, veel kennis is nutteloos, hooguit fijn om de tegen-stand op ruime achterstand te zetten in een quiz of te gebruiken

als leuk “wist-je-datje” wanneer een gesprek dreigt stil te vallen. Maar laat ons kennis zien als fundament. Laat ons ervan uitgaan dat een uit het hoofd geblokte grammaticaregel helpt om een taal vlotter te doorgronden. Dat een prachtig wiskundig bewijs leidt tot een logische en gestructureerde oplossing van een vraagstuk. Kennis over onze geschiedenis verschaft ons inzicht in de poli-tieke actualiteit.

Laat ons inderdaad voluit gaan voor een vernieuwend onderwijs dat jonge mensen vaardig maakt in de ruimste zin van het woord. Maar laat ons dat ook doen met respect voor de kennis. Laat ons ook nog altijd blijven eisen dat onze leerlingen dingen echt ken-nen. Laat hen op de iPad zoeken naar de buurlanden van België, maar zorg ervoor dat ze die buurlanden daarna ook kennen. Dan zullen we weer trots kunnen zijn op ons onderwijs! Dan kunnen we na een lange carrière als leerkracht terecht uitpakken met een De Weveriaanse uitspraak: “Ad constructionem scientiam et dexteritatem adiuvi”. Zou dat niet mooi staan op een Six(tus)pack Westvleteren 12? Googelt u maar eens de vertaling. Dat heb ik ook gedaan!

Page 40: Zilverblad jaargang 13 nr.2

40

In vogelvlucht

3HT tijdens communicatietechnieken

4HA in Biovita

Page 41: Zilverblad jaargang 13 nr.2

41

5OPR op Agrifl anders

5OPR op horecabeurs

Page 42: Zilverblad jaargang 13 nr.2

42

5OR krijgt skiles

5OPR op Magical Winter

Page 43: Zilverblad jaargang 13 nr.2

43

5OR op stagein Plopsaland

5OR op zwemmeeting

Page 44: Zilverblad jaargang 13 nr.2

445VE tijdens inpakstage

5ST en 6ST op bezoek in Brussel

Page 45: Zilverblad jaargang 13 nr.2

5VE-6VE-7WE in Londen

7TR alles met de bal

45

Kerstmarkt in Aken

7TR alles met de bal

Page 46: Zilverblad jaargang 13 nr.2

46

bedrijfsstages 6ST

Top-X Challenge met 1LA kerst

pedagogische studiedag 12/11

Page 47: Zilverblad jaargang 13 nr.2

4747

3TO-4TO-5OR tijdens langlauf

5TO tijdens wintersport

5OR viert carnaval met de basisschool

6ST op stage

Page 48: Zilverblad jaargang 13 nr.2

48

Luchtvaartopleidingen: ook in het Vlaams Luchtvaart-opleidingscentrum (VLOC), Nieuwpoortsesteenweg 945C,8400 Oostende (www.vloc.eu).

Professionele bachelor in de: Bouw (NIEUW!) Elektromechanica (elektromechanica, automatisering) Elektronica-ICT (elektronica, ICT) Luchtvaart (luchtvaarttechnologie, aspirant-lijnpiloot)

Academische bachelor in de: Bouwkunde Elektromechanica Elektronica-ICT Kunststofverwerking

Master in de: Bouwkunde Elektromechanica (elektromechanica, luchtvaarttechnologie) Elektronica – ICT (elektronica, ICT) Energie (hernieuwbare energie, automatisering) Kunststofverwerking

Professionele bachelor in de: Biomedische laboratoriumtechnologie

(medische laboratoriumtechnologie) Ergotherapie Logopedie en audiologie

(logopedie, audiologie) Verpleegkunde Voedings- en dieetkunde Vroedkunde

Academische bachelor in de: Revalidatiewetenschappen en kinesitherapie

(1ste 2 jaar i.s.m. K.U.Leuven)

Gezondheidszorg Xaverianenstraat 10, 8200 Brugge

Handelswetenschappen & Bedrijfskunde Xaverianenstraat 10, 8200 Brugge

Professionele bachelor in het: Bedrijfsmanagement

(accountancy-fiscaliteit, rechtspraktijk, sportmanage-ment, cultuurmanagement) Office management (management assistant, bedrijfs-vertaler-tolk, HR Officer) Toerisme en recreatiemanagement (specialisaties: reisbureau, touroperator, toeristische diensten & evenementen) Hotelmanagement

Industriële Wetenschappen & Technologie Zeedijk 101, 8400 Oostende

Lerarenopleiding Xaverianenstraat 10, 8200 Brugge

Professionele bachelor in het onderwijs: Leraar kleuteronderwijs Leraar lager onderwijs (ook via avondtraject) Leraar secundair onderwijs

Opm.: de afstudeerrichtingen/keuzetrajecten binnen de opleiding zijn tussen haakjes vermeld, tenzij anders aangegeven.

talent@work

bel gratis 0800 96 322 [email protected] www.khbo.be

INFODAGEN 2013Zaterdag 2 maart 10-17 uur

Woensdag 24 april 16-19 uurZaterdag 29 juni 10-13 uur

Zaterdag 7 september 10-13 uur

123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1123460_A4_Sint-Jozefsinstituut.indd 1 18/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:4918/09/12 16:49