web viewdin. a. tie. c. entrum. 43. werkingstoelagen per divisie. b. asisonde. r. wijs. s. ecundair....

103
1 Inspiratie voor ‘t leven JAARVERSLAG 2011

Upload: donhu

Post on 30-Jan-2018

214 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

1

Inspiratie voor ‘t levenJAARVERSLAG 2011

AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STEDELIJK ONDERWIJS

JAARVERSLAG 2011

InleIdIng ............................................................................................................................................................................................ 4

Voorwoord door Frank noten

......................................................................................................................................................... 6

kwalIteIt maakt talent

...............................................................................................................................................................

...... 8 talent VernIeuwt

...............................................................................................................................................................

............. 20

Iedereen welkom ............................................................................................................................................................................. 32

FInancIële transparantIe ................................................................................................................................................................ 38

Focus op de werknemer

...............................................................................................................................................................

... 44 we werken eraan

...............................................................................................................................................................

............. 54 ondersteunIng In woord en daad

.................................................................................................................................................. 66

organIsatIe In bewegIng

...............................................................................................................................................................

.. 72

JaarrekenIng 2011 ........................................................................................................................................................................... 82

5RAAD VAN BESTUUR AG STEDELIJK ONDERWIJS

inleiDing

Amper een jaar geleden ging het AG Stedelijk Onderwijs echt van start. Het lijkt al een eeuwig- heid geleden. Dat gevoel heb je altijd wanneer er veel gebeurt op korte tijd. In 2011 maakte het Stedelijk Onderwijs vordering op tal van domeinen. Het Masterplan schoolgebouwen werd vertaald naar de praktijk. Door de capaciteitsdruk springen de bijkomende plaatsen in onze basisscholen misschien wel het meest in het oog. Het Masterplan gaat echter om veel meer dan de uitbreiding van capaciteit, het staat ook voor duurzame, innovatieve en brede scholen. Samen met Eandis werden opnieuw energiezuinige ingrepen uitgevoerd, maar te- gelijkertijd werd dit jaar ingezet op het betrekken en sensibiliseren van de schoolteams en leerlingen. Er werd eveneens vooruitgang geboekt in een aantal grote bouwdossiers zoals de Topsportschool, de kinder- en jongerencampus Hardenvoort en de Berenschool. De ontwer- pen werden voorgesteld aan het grote publiek.

De uitdaging van de demografische evolutie in de stad is geen zaak van het Stedelijk Onder- wijs alleen, ook niet van de divisie Basisonderwijs alleen. Ook andere divisies denken creatief na over de capaciteitsuitbreiding en dragen hun steentje bij.

Het bouwen van nieuwe scholen gebeurt zoveel mogelijk volgens het concept van de school van de toekomst. Dat betekent dat er rekening gehouden wordt met de heterogeniteit in de klassen. Het digitaliseren van de scholen is daarbij een belangrijk onderdeel. De eerste stap- pen werden gezet met digitale schoolplatformen en leernetwerken. De digitalisering is een uitdaging die ons nog enkele jaren zal bezig houden.

In 2011 werd eveneens gewerkt rond de onderwijskwaliteit. Op basis van de doorlichtings- verslagen kregen sommige schoolteams sterke begeleiding om samen de kwaliteit te verbe- teren. Twee scholen slaagden erin om het ESF-kwaliteitslabel te behalen. Ook kwaliteit en de transparante informatie hierover zullen in de toekomst een groot aandachtspunt blijven.

Dit jaarverslag is slechts een beperkte weergave van de realisaties en vorderingen die het Stedelijk Onderwijs maakte. Het is onbegonnen werk om de inspanningen van de duizenden personeelsleden in beeld te

brengen.groot

raad

“De Digitalisering is één vanDe uitDagingen van De school

van De toekomst.”

7FRANK NOTEN - Bedrijfsdirecteur Autonoom Gemeentebedrijf Stedelijk Onderwijs Antwerpen / voorzitter Directiecomité

een verhaal van mensenvoorwoord door Frank noten

Het eerste werkjaar2011 is het jaar van de grote realisaties. We plukten de vruchten van de nieuwe structuur die in 2010 in het leven werd geroepen, dankzij de vele in- spanningen van de gedreven en competente medewerkers die onze organi- satie rijk is. Net daarom getuigen in dit jaarverslag directeurs, leerkrachten en coördinatoren over wat de koerswijziging voor hen persoonlijk betekent.

In 2011 is veel op ons afgekomen. Het was immers het eerste volledig werkjaar van het Stedelijk Onderwijs als autonoom gemeentebedrijf, en op veel sporen tegelijk scheerden we hoge toppen. Zo hebben wij als eerste in Vlaanderen een Topcultuurschool, en ook de plannen voor de nieuwe Topsportschool zien er schitterend uit! Iedereen heeft hard gewerkt om alle nieuwe leerlingen goed op te vangen en de geplande projecten uit het Mas- terplan te realiseren. In september 2011 hebben we maar liefs 608 extra plaatsen gecreëerd om het stijgende aantal leerlingen in het basisonder- wijs op te vangen. We moeten elk jaar blijven bijbouwen en renoveren om die bijkomende capaciteit te voorzien. In 2012 zullen we dus blijven inves- teren in onderwijspatrimonium, maar we kunnen het capaciteitstekort niet alleen aanpakken. Samen met de andere onderwijsnetten besloten we om tot een gemeenschappelijke beheersmaatschappij te komen die in principe voor alle netten zal instaan voor de bouw van scholen. Dit Nederlands mo- del houdt in grote lijnen in dat AG Vespa, het vastgoedbedrijf van de stad, hier optreedt als bouwheer voor elke nieuwe school. De uitdaging voor de toekomst? Dat is één allesomvattend Masterplan dat de noden en de per- spectieven van alle netten bundelt. Daarvoor moeten ook wij onze krachten bundelen. Het is immers dankzij de inbreng van u en alle anderen dat we dit verhaal kunnen schrijven.

Versie twee van ons eigen Masterplan speelt nog beter en

adequater in op de vele uitdagingen en nieuwe maatsch

appelijke noden in onze stad. Er is veel aandacht voor in

novatie, duurzaamheid en nieuwe partnerships. Als we ge- bouwen o

pknappen houden we ook rekening met het creëren van een meer- waarde voor de buurt. We willen de scholen na de lesuren ter beschikking stellen van buurtbewoners, organisaties en verenigingen. Zo zetten we meer in op het concept van de brede school dat we in nieuwe projecten verder wil- len uitbouwen.

Het Masterplan is een complex gegeven waarbij heel wat factoren meespelen. Dit verhaal gaat immers over meer dan stenen en centen. Het gaat in de eerste plaats om mensen: vooreerst om de kinderen zelf, en uiteraard de ouders, de leer- krachten, het ondersteunend personeel, de directies en de buurtbewoners. Het is essentieel om al deze rechtstreeks be- trokkenen duidelijk te informeren over de projecten. Om daar- naast het brede kader te duiden, pakten we in 2011 de interne en externe communicatie van de realisaties van het Master- plan aan. Scholen zoals De Kameleon en De Bijenkorf verhuis- den tijdelijk naar een andere locatie in de stad. De kleuters en leerlingen hebben mooie vooruitzichten op een volledig gere- noveerde school voorzien van technische vernieuwingen. Maar een verhuis betekent in de eerste plaats een extra inspanning. Daarom streven we ernaar tijdig, transparant en duidelijk te in- formeren. Evident is dat niet aangezien de realiteit vaak maakt dat we plannen moeten aanpassen, bijvoorbeeld omwille van externe factoren waar we als organisatie niet rechtstreeks een impact op hebben.

Voor de leerkrachten is er het vernieuwde intranet dat lang- zaam maar zeker een gevestigde waarde wordt. Voor de ex- terne communicatie krijgen de scholen ondersteuning van de afdeling Marketing & Communicatie die in 2011 volledig ope- rationeel werd en voortaan verbindingsofficieren heeft in elke divisie.

Kwaliteit in de organisatie, kwaliteit in de klasIn 2011 was het adagium ‘temporiseren en consolideren’. We hebben verankerd wat we in 2010 in gang hebben gezet. We hebben solide funderingen en een krachtige organisatie voor de toekomst gecreëerd. Vanaf 2012 stellen we scherp op het onderwijs zelf, op de activiteiten in de klas. In 2011 is de door- lichting van het basisonderwijs door de Vlaamse onderwijs- inspectie opgestart. Samen met de betrokken schoolteams bereidden onze pedagogische begeleiders deze diepgaande or- ganisatiescans voor. Directies en leerkrachten kunnen na zo’n doorlichting ook rekenen op extra ondersteuning

van deze pe- dagogische begeleiders. En met het nieuwe CIPO-instrument houden scholen op een uniforme wijze het hele schooljaar

door de vinger aan de pols. Door deze ondersteuning willen we kwaliteitsonderwijs garanderen volgens ons pedagogisch project. In 2012 en 2013 krijgen ook de andere divisies een doorlichting.

Het afgelopen jaar behaalden weer twee scholen het ESF-kwa- liteitslabel en we legden met andere scholen de basis om het label in 2012 te behalen. We rollen onze interne kwaliteitszorg verder uit, met meer collegiale visitaties en hecht teamwork. Leiderschap en teamwork vormen voor mij zelfs de hefboom naar de toekomst. Het is mijn wens dat we elkaar blijven in- spireren, goede voorbeelden uitwisselen, en die opnieuw toe- passen. Dat we met z’n allen mee op de kar van de School van de Toekomst springen. Zo verschuift de rol van de leerkracht steeds meer naar die van leercoach, waarbinnen zelfsturend leren en geïndividualiseerde leertrajecten hun plaats hebben. Om de onderwijsvernieuwing mogelijk te maken is een digitali- sering van het onderwijs nodig. Op dit vlak hebben we in 2011 dan ook sterk geïnvesteerd.

Meten is weten. In 2011 zijn we met de monitoring van ma- nagementinformatie gestart via het project SOMII – Stedelijk Onderwijs Management Informatie Implementatie. Dit project verzamelt managementinformatie die nu verspreid zit in uit- eenlopende gegevensbanken in een datawarehouse. Het luik informatie over leerlingen, studierichtingen en organisatie is klaar. De scholen zullen hier niet langer te pas en te onpas over bevraagd worden, en wij kunnen de trends op de voet volgen en ons beleid aftoetsen aan de realiteit. We willen de komende jaren hetzelfde doen voor de cijfers over personeel, financiën en gebouwen.

De vele realisaties in 2011 zetten ons alweer op de goede weg om de onderwijsreferentie in Vlaanderen te worden. En als het ons lukt, dan is het dankzij onze mensen, dankzij hun harde werk en inzet van elke dag.

Frank noten

“het aDagium voor 2012? leiDerschap en teamwork

als heFboom voor De toekomst!”

9

12 3 4 5 6 7 8 9

kwaliteitmaakt talent

Samen school maken

elke divisie, elke scholengemeenschap en elke school streeft naar maximale

topkwaliteit. Hiervoor kunnen zij rekenen op de permanente ondersteuning van de

nieu- we stuurgroep Integrale kwaliteitszorg. dit leernetwerk en

kenniscentrum staat in voor begeleiding voor, tijdens en na de doorlichtingen en

helpt de scholen onder meer bij het behalen van het europese esF-

kwaliteitslabel.

11Stedelijk Onderwijs Antwerpen

kwalIteItsonderwIJs door kwalIteItszorg

een betere ondersteuning voor meer kwaliteitDe zorg voor kwaliteit is voor het Stedelijk Onderwijs een actieve bekommernis. De nieuwe stuurgroep Integrale Kwaliteitszorg (IKZ) werkte een elektronisch kwaliteits- handboek uit, samen met een methodiek voor zelfevaluatie en collegiale visitatie. Binnen de stuurgroep IKZ zetelt voor elke divisie een kwaliteitscoördinator, en de di- visiedirecteur vervult een regisserende rol. Dit leernetwerk en kenniscentrum vormt de basis voor de ontwikkeling van een organi- satiebreed kwaliteitssysteem, gebaseerd op de principes van het Europees Sociaal Fonds (ESF).

Integrale kwaliteitszorg binnen elke divisie Om de onderwijskwaliteit verder te verbe- teren, nam het Stedelijk Basisonderwijs in2011 meerdere maatregelen. De personeels- leden vulden

kwaliteitsenquêtes in, een nieuwe adviesraad met zowel interne als externe stakeholders komt op regelmatige tijdstippen samen, en het procedurehand- boek ‘den ABC’, dat in 2012 wordt uitge- bracht, krijgt vorm. De scholengemeenschap West ging in de eerste helft van 2011 op het

intranet van start met het pilootproject‘Digitaal Schoolwerkplan’, dat in de tweede helft van het jaar uitgerold werd naar alle scholengemeenschappen binnen de divisie. Het volwassenenonderwijs en het deeltijds kunstonderwijs brachten hun sterktes en zwaktes in kaart, en in de Academies krijgen de leerkrachten voortaan meer inspraak in het beleid.

Ook het Centrum voor Leerlingenbegelei- ding (CLB) zette een belangrijke stap naar verdere kwaliteitsverbetering door zichzelf uitgebreid te evalueren. De resultaten van die evaluatie worden mee opgenomen in de strategische planning voor de periode 2012-2018. Daarnaast werd bij de scholen een tevredenheidsenquête gelanceerd die regel- matig zal herhaald worden en

moet leiden tot een optimale dienstverlening.

Van doorlIcHtIngtot kwalIteItsonderwIJsScholen worden in principe om de zes jaar doorgelicht. Elke school krijgt ondersteu- ning bij de voorbereiding van de doorlich- ting, bij de bespreking en verwerking van het doorlichtingsverslag én bij de opvolging van de aanbevelingen. Deze ondersteuning gebeurt door de coördinerend directeur van de scholengemeenschap, een pedago-

Nieuw analyse-instrument helpt scholen

Elke school moet actief aan de slag met de aanbevelingen van een doorlichtingsver- slag. Dat is mogelijk dankzij hetCIPO-instrument (Context Input Proces Output), waarmee scholen en scholenge- meenschappen op een uniforme wijze de vinger aan de pols houden. Zij kunnen met dit nieuwe systeem gegevens uit het doorlichtingsverslag isoleren en visuali- seren, en dus de aanbevelingen beter opvolgen en implementeren. Scholen kunnen de tool bovendien tussen doorlich- tingen door gebruiken voor zelfevaluatie, interne audits en visitaties. Op een overleg op het departement Onderwijs en Vorming van de Vlaamse overheid was er grote interesse voor de werkwijze van het Stedelijk Onderwijs. Momenteel is er een afgewerkt instrument voor het basisonder- wijs, het buitengewoon onderwijs en het secundair onderwijs. Voor volwassenenon- derwijs en het deeltijds kunstonderwijs wordt gemikt op 2012.

Naast het CIPO-instrument werd de basis gelegd voor een opvolgtool. In 2012 zullen de coördinerend directeurs deze opvolgtool kunnen gebruiken om samen met de schooldirecties de punten uit het door- lichtingsverslag op te volgen en te rapporteren.

gisch begeleider van het Service- en Coör- dinatiecentrum (SCC) en een pedagogisch begeleider van OVSG op onderwijskundig vlak. De schoolteams krijgen daarnaast ook ondersteuning van de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming (IDPB) of de afde- ling Patrimoniumbeheer van het SCC bij de voorbereiding van de doorlichting en bij de opvolging van de aanbevelingen wanneer het gaat om doorlichtingen met een focus op bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne.

aanpak op maat van elke schoolIn 2011 werden vijftien scholen van het ba- sisonderwijs doorgelicht. Tien scholen kre- gen een gunstig advies op onderwijskundig vlak. Acht scholen kregen een gunstige be- oordeling voor bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne. Scholen met een gunstige be- oordeling beperkt in tijd, of met een ongun- stige beoordeling, krijgen begeleiding.

Een verbeterplan helpt scholen met een gunstige beoordeling beperkt in tijd, of met een ongunstige beoordeling. Het ver- beterplan voor scholen met een ongunstig advies wordt gecoördineerd door de afdeling Onderwijskwaliteit, Onderwijsvernieuwing en Organisatieontwikkeling (KWOROV) als het om een onderwijskundig advies gaat, en door de Interne Dienst voor Preventie en

Bescherming of de afdeling Patrimonium- beheer als het een advies van veiligheid en gezondheid betreft. Met een gespecifieerd verbetertraject krijgt de school tijd om de werking aan te pakken. Daarbij worden bin- nen bepaalde thema’s de positieve punten zoveel mogelijk versterkt, en de verbeter- punten gelinkt aan concrete doelstellingen. Er ligt een sterke focus op de beleidskeuzes die de scholen maken, aangezien die een onmiddellijke impact hebben op de kwaliteit van het onderwijs.

begeleiding op maat van de schoolIn 2011 vond ook begeleiding plaats die niet verbonden was aan de doorlichting van de inspectie. Zo begeleidde de afdeling KWOROV tien scholen en een externe bege- leidingsdienst zorgde voor de begeleiding van twee scholen. Vijf van de tien intern be- geleide scholen kwamen uit het basisonder- wijs, vier uit het buitengewoon basisonder- wijs en een uit het buitengewoon secundair onderwijs. Vier van deze tien begeleidingen kwamen er op vraag van de divisiedirecteur, en zes op

vraag van de school. Alle trajecten zijn telkens op maat uitgewerkt.

Twee van de tien begeleidingen hebben betrekking op het project ‘Draagkracht in Balans’. Voor dit project werden er vijf piloot-

13

KATHy MERTENS - Directeur kleuterschool De Bijtjes

15 ScHOLEN DOORGELIcHT IN 2011

gunstig gunstig met beperking in tijd ongunstig

Onderwijskundig Bewoonbaarheid / Hygiëne / Veiligheid

een voorbeelDschool voor vlaanDeren

10 2 3 8 5 2

Kleuterschool De Bijtjes kreeg na zes jaar op- nieuw bezoek van de Vlaamse onderwijsin- spectie. Voor Kathy Mertens die hier al zeven jaar directeur is, was dit haar tweede door- lichting. De Bijtjes is een hoofdschool met een vestigingsschool genaamd De Krekel, goed voor 15 kleuterklassen en 27 leerkrach- ten. Het zeer lovende verslag noemt De Bij- tjes een voorbeeldschool voor Vlaanderen.

Transparant en professioneelVolgens de directeur is het succes vooral te danken aan een transparant beleid en zeer professionele leerkrachten. “Dat zijn de be- langrijkste twee zaken. Als directeur heb je een visie geënt op de visie van het Stedelijk Onderwijs. Voor De Bijtjes is dat ‘Samen leven in een school’, waarbij ieder met z’n eigen talenten op een veilige en uitdagende manier samen moet leven. Wij hebben leer- lingen die heel specifieke zorgen vragen. Ons beleid

daartoe is uitgestippeld in een school- werkpla

n. Maar dat beleid moet gedragen worden door d

e hele school, zichtbaar op elk niveau, tot bij

de kleuters. Zoiets bereiken, kan enkel via een transparant beleid, waar- bij je steeds zorgt voor de juiste communica- tie op het juiste moment.

Daarnaast zijn de leerkrachten natuurlijk heel belangrijk. Professionele

leerkrachten, die kwaliteit willen leveren. Dat betekent ook de juiste nascholingen om die kwa- liteit op de werkvloer te versterken. Elke leerkracht heeft eigen talenten, en het is aan de directie om de juiste mensen op de juiste plaats te zetten en te investeren in kwaliteitsverbetering. Uit het verslag bleek duidelijk dat de schoolvisie goed werd door- gezet in de beleidslijnen en de acties van de leerkrachten en het zorgteam.

Gezonde adrenalineElke doorlichting geeft extra aandacht aan twee leerdomeinen; één waar de school sterk in staat, en een tweede waar ze het moeilij- ker mee heeft. Vanwege onze zeer diverse schoolpopulatie werken wij al dagelijks aan taal, en daarom kozen de inspecteurs voor andere domeinen. Muzische vorming werd tijdens de doorlichting getoetst als sterkte- punt. Uit de functioneringsgesprekken van het vooronderzoek bleek dat onze leerkrach- ten dat heel graag geven. Wiskunde werd het tweede focusdomein. Ook al is dat voor een kleuterschool geen evident leergebied om effecten aan te tonen, toch hebben we het er prima van afgebracht. Het was na- tuurlijk wel spannend: twee externe inspec- teurs die drie dagen lang alles nauwlettend in het oog houden, dat zorgt wel voor wat stress. Maar iedereen heeft zijn beste been-

tje voorgezet en de daarbij horende adrena- line positief aangewend.

Boost op schoolNa de doorlichting volgt een gesprek waarbij het voorlopige verslag wordt toegelicht. Ik vond het zeer positief dat wij ook daar nog de kans kregen om iets ter discussie te stel- len, met ondersteuning van het onderwijs- secretariaat en een coördinator.

Na een maand volgt dan het officiële rap- port, dat ik persoonlijk heb gecommuni- ceerd naar alle leerkrachten, per graad. Daaruit heb ik de werkpunten gehaald die onze uitdagingen voor de komende zeven jaar vormen. Iedereen was heel enthousiast om met dat rapport aan de slag te gaan, er zijn meteen werkgroepen gevormd. We heb- ben er dus zin in, je merkt echt dat er na zo’n positieve doorlichting een echte boost is in de school!”

“HET SUccES IS VOORAL TE DANKEN AAN

EEN TRANSpARANT BELEID EN DE JUISTE cOMMUNIcATIE.”

scholen ondersteund in 2011. De pedagogi- sche begeleiders van het SCC begeleidden twee van deze scholen en de pedagogische cel van het basisonderwijs nam drie begelei- dingen voor haar rekening. De pedagogische begeleiders ondersteunden de scholen ook op andere domeinen, zoals het uitwerken van een zorgbeleid, overleg- en communica- tiestructuur, gelijkgerichte onderwijsvisie en een gedragen actieplan.

Een schoolgerichte begeleiding volgt een duidelijk stappenplan. Het Directiecomité keurde in 2011 vier procedurehandboeken goed die dit stappenplan beschreven.

europese kwalIteItsmeter: Het esF-labelHet ESF-Kwaliteitslabel is een officiële erken- ning die het Europees Sociaal Fonds toekent aan organisaties die aan de minimumvereis- ten van kwalitatief bedrijfsbeleid voldoen. Het Fonds geeft onder andere subsidies aan projecten die de Vlaamse arbeidsmarkt ver- sterken, en ook scholen kunnen het label behalen. Hiervoor moeten ze slagen voor de kwaliteitsaudit, een diepgaand onderzoek dat nagaat of de school voldoet aan de Euro- pese kwaliteitsnormen. Het label is drie jaar geldig, daarna volgt een opvolgaudit. Vier

scholen van het Stedelijk Onderwijs behaal- den het label tot nu toe.

een organisatiebrede auditChris Derboven, coördinator Integrale Kwa- liteitszorg bij het Stedelijk Secundair Onder- wijs, legt uit hoe de procedure in zijn werk gaat: “Op basis van een vooronderzoek beschrijft de school haar eigen sterktes en zwaktes op vlak van ‘leiderschap’, ‘beleid en strategie’, ‘mensen’, ‘middelen en partner- schappen’ en ‘processen’ in een kwaliteits-

cHRIS DERBOVEN - Coördinator Integrale Kwaliteitszorg

15Stedelijk Onderwijs Antwerpen

paper. Daarin worden ook de resultaten rond‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’ geëvalueerd, samen met de ‘tevredenheid van medewerkers en klanten’ – wat voor de scholen in de eerste plaats leerlingen, cur- sisten en ouders zijn, maar bijvoorbeeld ook werkgevers die stages aanbieden.”

Op basis van feedback van het ESF zet de school zoveel mogelijk verbeteringen in gang. Daarna volgt een zelfevaluatie waarbij de school zichzelf voor elk aandachtsgebied moet plaatsen op één van de vijf opeenvol- gende kwaliteitsniveaus gaande van zeer slecht tot zeer goed. Tijdens de audit zelf onderzoeken de auditoren alle resultaten aan de hand van gesprekken, interviews en eventueel bewijsmateriaal. Een school krijgt het ESF-Kwaliteitslabel wanneer ze voor alle organisatiegebieden een score van niveau twee of meer behaalt. Na de audit komt er een nieuwe beoordeling, gevolgd door bijko- mende verbeteringen.

professionele scholenHet grote voordeel van het ESF-

label is dat het schoolteam dankzij de externe feedback van auditoren en de begeleiding van de IKZ- coördinator de juiste omkadering krijgt om zichzelf grondig te professionaliseren. Daar-

“Het schoolteam krijgt de juiste omkadering

om zichzelf grondig te professionaliseren.”

naast kunnen scholen met het label partner of promotor worden van Europese projecten.

Tijdens het hele ESF-proces wordt het ma- nagement van de school uitgebouwd. Aan- gezien er geen standaardformule is, gebeurt dit telkens volledig op maat van elke school en is het hele schoolteam er zoveel moge- lijk bij betrokken. Zo wordt bijvoorbeeld omschreven wat het onderwijsdoel van de school is en waar ze binnen vijf jaar wil staan. De visie staat dus voorop, de sterktes

JEANNINE pEETERS - Directeur buitengewoon secundaire school Stuivenberg

Stuivenberg behaalt kwaliteitslabel

Buitengewoon secundaire school Stuivenberg verkreeg op 23 juni 2011 als eerste school voor buitengewoon onderwijs in Vlaanderen het ESF-label. Directeur Jeannine Peeters spreekt van een organisatiebrede inspanning: “Ons hele team heeft meegewerkt: de leerkrachten, de technisch adviseur-coördinator, de technisch adviseur, de ABO-coördinator (Alternerend Beroepsonderwijs), het personeelssecretariaat en zelfs de schoolortho- pedagoog. De positieve effecten van dit label reiken ver. Doordat we voor ESF sterk hebben ingezet op kwaliteitszorg en management, scoorden we ook goed voor de doorlichting. Daarnaast gaan we onze stagebedrijven bevragen op een manier die beter aansluit bij de arbeidsmarkt. Met het kwaliteitsgroeimodel dat werd opgesteld voor ESF legden we ook doelstellingen vast rond samenwerkingscontracten met de buurt. Zo staat het dienstencen- trum mee in voor feestelijke gebeurtenissen en komen bejaarden turnen bij ons op school. Bovendien konden we dankzij dit label instappen in het gesubsidieerde Europese project‘Alternerend Beroepsonderwijs’ en zo meer kansen creëren voor onze leerlingen.”

worden versterkt, de zwaktes opgelost of gecompen- seerd.

De scholen staan er niet alleen voor: om de nieuwe doel- stellingen te halen krijgen ze ondersteuning via allerhan- de tools en workshops. Leren werken met een manage- mentinformatiesysteem is voor scholen bijvoorbeeld vaak een hele openbaring; ze kunnen daarmee hun doel- stellingen gemakkelijker opvolgen en bijsturen. Nieuwe opportuniteiten om zinvol te innoveren worden zo snel- ler herkend. Hier wordt duidelijk dat een goed school- beleid echt de kwaliteit van het onderwijs verbetert.

toekomstLeonardo Lyceum/Topsport en Leonardo Lyceum/SITO 5 behaalden als eerste in Vlaanderen het ESF-label in 2008. In 2011 kwamen daar CDO Noord en buitengewoon se- cundaire school Stuivenberg bij. Er werd ook een project gelanceerd voor acht nieuwe scholen om het ESF-label te halen. Zij krijgen hiervoor

drie jaar de tijd, aangezien het label behalen veel inspanningen en intensieve begelei- ding op maat vraagt. Toch hopen verschillende scholen het label al in 2012 te verkrijgen. De voorbereidingen voor de scholen De Wereldreiziger, Leonardo Lyceum/ SITO 7 Campus Stuivenberg en Campus Harmonie-Mer- cator, Leonardo Lyceum/Pierenberg, Leonardo Lyceum/ Quellinstraat, Leonardo Lyceum/CDO Berchem zijn volop aan de gang.

17

koninklijkeballetschool antwerpentoptalent op een ‘topcultuurschool’

De omschakeling van de Koninklijke Ballet- school Antwerpen is nog in volle ontwik- keling. De school zal als secundaire school beroep kunnen doen op dansleerkrachten en ondersteunend artistiek personeel vanuit een nieuwe juridische structuur in de vorm van een vzw. Hierin participeren zowel het AG Stedelijk Onderwijs als het Koninklijk Bal- let Vlaanderen en het Conservatorium van de Artesis Hogeschool.

Klassiek balletDe nieuw uitgetekende structuur laat een

pline modern ballet. Er worden nog wel een aantal uren modern ballet gegeven zodat de leerlingen kennismaken met de verschil- lende hedendaagse choreografen. Wie hoge toppen scheert in klassiek, heeft immers au- tomatisch een stevige basis voor modern”, besluit Michael Shannon.

Toptalent aantrekkenAnnick Liesenborghs: “Met de omschake- ling verwachten we ook van de leerkrachten meer flexibiliteit. Als ambassadeur van de KBA hebben zij zich ertoe geëngageerd om

ANNIcK LIESENBORGHS - Algemeen directeur Topcultuurschool

Na de Topsportschool Leonardo Lyceum in Wilrijk, heeft het Stedelijk Onderwijs de eerste Topcultuurschool van het land. Die primeur is weggelegd voor de Koninklijke Balletschool Antwerpen. “We willen onze school uitbouwen tot een opleidingsinstituut dat uitmunt op wereldniveau en de leerlingen zoveel mogelijk dans- en podiumerva- ring laten opdoen met deelnames aan

wedstrijden in binnen-Omdat we professioneafleveren, beperken weleerlingen met eencon- centreren wetoptalenten. Dat isnieuwe statuut van

onstoegedirzoafhanleerlingenpiani

het schooljaarmaximaalleertrajectenZo kunnencombineacademische vorming.heb- ben

en krijge

n buitenlandse studenten ex- tra taalondersteuning.” WAAR KOMEN LEERLINGEN VAN DE KONINKLIJKEBALLETScHOOL ANTWERpEN TEREcHT?

flexibeler beleid naar leerlingen en leer- krachten toe, wat onmisbaar is in een we- relddiscipline als ballet. Artistiek directeur Michael Shannon licht toe: “Onze negentig leerlingen hebben een grotere garantie op doorstroming naar de professionele dans- wereld, kunnen veertig dagen per jaar deel- nemen aan internationale projecten, en ge- nieten van een versterkt individueel traject.” De grootste verandering is ongetwijfeld de stijging van het aantal uren ballet – voor de lagere jaren zijn dat er met twintig lesuren per week dubbel zoveel. “Terwijl leerlingen van topsportscholen vele uren trainen bin- nen de federaties, vinden onze trainingen plaats binnen de Koninklijke Balletschool zelf, omdat onze sector geen erkende fe- deratie kent. Bovendien verdwijnt de disci-

de visie en de doelstellingen van de Topcul- tuurschool mee uit te dragen. Hiertoe wil- len we de samenwerking met het Koninklijk Ballet Vlaanderen en het Conservatorium optimaliseren, net als de uitwisselingspro- gramma’s met internationale balletscholen en balletgezelschappen, de fondsenwerving en de dansinfrastructuur. Dankzij het statuut van Topcultuurschool kunnen we ook sneller inspelen op danstechnologische evoluties. We hebben alles in huis om toptalent binnen het team van leerlingen én leerkrachten aan te trekken.”

MIcHAEL SHANNON - Artistiek directeur Topcultuurschool

19Stedelijk Onderwijs Antwerpen

internationale projecten

in 2011

Het Stedelijk Onderwijs werkt aan verdraagzaam- heid en solidariteit over de landsgrenzen heen. Schoolteams en leerlingen moeten de kans krijgen om via projecten aan internationale uitwisseling te doen. Zo kunnen ze uitgroeien tot verantwoordelijke wereldburgers die mee bouwen aan de stad van mor- gen.

Naast de al bestaande initiatieven rond internatio- nalisering, gingen in 2011 tal van nieuwe projecten van start.

Europese samenwerkingWat internationalisering betreft, staat het Stede- lijk Onderwijs in voor

verschillende, voornamelijk Europese uitwisselingsprojecten. Het Europese pro- gramma ‘levenslang leren’ biedt verschillende subsi- dielijnen via projecten zoals het Leonardo da Vinci-, Comenius- en Grundtvigprogramma.

Het leonardo da Vinciprogramma is een stagepro- gramma waarbij de nadruk vooral ligt op beroeps- opleidingen. In 2011 liepen er binnen het Stedelijk Onderwijs 7 Leonardo Da Vinci-projecten. Daarnaast liepen er in 2011 elf multilaterale schoolpartner- schappen en vijf individuele studiereizen binnen het

comeniusprogramma. Eén multilateraal schoolpart- nerschap waarin het Stedelijk Onderwijs betrokken is, is ‘Tick-tock! Tick-Tock! Klik, de momentopnamen van het dagelijks leven van de kinderen in heel Euro- pa’, een samenwerking tussen vijf Europese scholen rond culturele gewoontes. Binnen dit project stre- ven ruim zeshonderd leerlingen en vijftig leerkrach- ten naar meer verdraagzaamheid, samenhorigheid, technologiebeheersing en participatie van leerlin- gen. Het belangrijkste concept van het hele project is de analyse van het dagelijkse leven van kinderen in

verschillende Europese landen.

SolidariteitIn 2011 ondernam het Stedelijk Onderwijs verschil- lende initiatieven om solidariteit bij zowel leerlingen als cursisten en personeel te stimuleren. De belang- rijkste zijn Projecten in het Zuiden, Twinning en Scholenbanden.

Voor projecten in het zuiden ondersteunt de stad Antwerpen organisaties die projecten opzetten in het Zuiden. De voorwaarde is dat het initiatief plaats- vindt in een ontwikkelingsland en gekoppeld is aan een sensibiliserende activiteit in Antwerpen. Partner- landen zijn Congo, Marokko en Ghana. In 2011 trok-

ken opnieuw twaalf leerkrachten naar Ghana in het kader van het IMPAKT-project om de samenwerking met de lokale leerkrachten verder uit te bouwen. twinning heeft tot doel schoolpartnerschappen tus- sen Vlaanderen en Marokko te ontwikkelen, onder- steund door de Vlaamse overheid. In 2011 werden in partnerschap met Marokkaanse vzw’s uit Antwerpen verschillende samenwerkingen met Marokkaanse scholen aangegaan. Tot slot moedigen de diverse scholenbanden relaties aan tussen scholen uit het Noorden en het Zuiden. In mei 2011 vond samen met Green vzw een werkbezoek in Suriname plaats rond klimaatverandering. Naast de activiteiten voor leerlingen rond vriendschap, respect, vrede, afval- beheer en vredeseducatie, konden de Belgische en Surinaamse leerkrachten ook onderwijsexpertise uit- wisselen en een educatief pakket, een rondreizende tentoonstelling en workshops ontwikkelen.

De scholen maakten nog gebruik van andere sub- sidies om internationale ervaring op te doen. Zo vonden onder meer een leiderschapstraining plaats in Istanbul en een bijscholing in Engeland rond ver- nieuwend ICT-gebruik in het onderwijs.

p

R

O

J

E

c

T

E

N

comenius

(16)

leonardo

da

Vinci

(7)

grundtvig

(2)

twinning en schole

nbanden (7)projecten in het zuiden (3)andere subsidies (12)

21

1 23 4 5 6 7 8 9

talentvernieuwt

De digitale koerswijziging

naarmate de maatschappij verandert, veranderen ook de onderwijs- noden. scholen moeten leerlingen de kennis en vaardigheden meege- ven die ze later

zullen nodig hebben. Het stedelijk onderwijs wil hierin een voortrekkersrol opnemen, en zette

daartoe in 2011 nadrukkelijk in op onderwijsvernieuwing. die vernieuwing tekende zich onder meer af op het vlak van onderwijsaanbod en de digitalisering van de scholen. de digitale school stelt leerkrachten niet alleen in staat beter zicht te

krijgen op de uiteenlopende talenten van hun leerlingen, maar laat hen ook toe op het vlak van

lesniveau te differentiëren.

dertien prentenboeken met digitale toepassingen beschikt. Fundels brengt

groepjes aan de slag, en dat met een minimum aan begeleiding”, aldus Peter

fotobewerkers Pictoselector en Fotoflexer, de digitale schoolplatformen Symbaloo,

nascholingen georganiseerd. Daaraan kon een leerkracht per vestigingsplaats en

Digitale leerplatFormen - Leerkrachten en leerlingen krijgen via de digitale

Louiza als pilootschool aan de slag gegaan met het betalend online leerplatformbestaande prentenboekenverhalen tot H

aazen.Yurls en Webpaden, Skype, het online per niveau deelnemen. “Van de ruim

120leerplatformen Symbaloo en Yurls toegang

Gynzy. Een grote meerwaarde is datleven op de computer en stimuleert daarbij toetsprogramma WRTS, veilig

internettenleerkrachten die zich inschreven, kregen we

tot een soort van mini-internet aangepast

Gynzy eenvoudige en leuke digibord-toolsde algemene vaardigheden van het kind peDagogische nascholingen -

Welkeen stop-motion filmpjes. “Stop-motion is

uitermate positieve feedback. Meer en meer

aan de noden van de klas. “De afdeling ICT

ontwikkelt die de leerkracht dagelijks kanzoals spreken, luisteren, tekenen, schrijven mogelijkheden biedt ICT nog meer in

deeen techniek waarbij de film beeld per beeld

vinden deze verschillende toepassingen hun

maakte in 2011 een handige startpagina

gebruiken in de klas. Daarom zullen ween lezen. Elke Fundel bestaat uit zes klas? Daarop krijgen de leerkrachten

eenwordt opgenomen. Met een fotocamera

weg in alle divisies. De ICT-coördinatoren

voor beide platformen, op maat van de

Gynzy geleidelijk aan introduceren in alleinteractieve hoeken, die elk een uitbreiding antwoord via intensieve

pedagogischeen Playmobile maak je heel leuke cinema,

gaven daarnaast een aantal pedagogische

lagere scholen. Steeds meer leerkrachten

scholen.”vormen op het digitale boek: de kijkhoek, nascholingen. De mogelijkheden en waarbij de kinderen leren plannen en studiedagen op vraag van de scholen

zelf. Zomaken hier gebruik van, omdat het zeerleeshoek, spelletjeshoek, activiteitenhoek, programma’s die aan bod komen zijn hun ruimtelijk inzicht, ICT-

vaardighedenmaakten alle leerkrachten van die scholen

gebruiksvriendelijk is en zij van thuis uittekenhoek en auteurshoek. Hiermee legio: Fundels, digitale schoolborden, en verhaaltechnieken ontwikkelen.” In kennis met de mogelijkheden van

ICT.”toegang hebben tot Symbaloo en Yurls. Inkunnen de kinderen zelfstandig of in kleine het tekenprogramma Tux Paint, de 2011 werden in totaal 24

pedagogischehet najaar van 2011 is de basisschool Via

23

pETER HAAzEN - Pedagogisch ICT-coördinator basis- en buitengewoon onderwijs

De digitale koerswijziging

“De tijd dat de kinderen enkel een half uurtje op de computer mochten als tussendoortje, is voorbij. ICT is een gelijkwaardige en nieuwe werkmethode voor alle leerkrachten en leerlingen, met ongelooflijk veel toepassingen”, aldus Peter Haazen, overkoepelend pedagogisch ICT-coördinator van het Stedelijk Basis- en Buitengewoon Onderwijs. “Elke scholengemeenschap telt 1 ICT-coördinator. Ieder van hen staat in voor 15 à 20 scholen, goed voor minimum 500 computers, 10 tot15 servers en 50 tot 150 digitale borden. Zij worden bijgestaan door een team van4 technische ICT-coördinatoren. In alle leergebieden integreren we stelselmatig nieuwe technologieën volgens het Ontwikkelingsplan ICT. Dat geeft scholen de mogelijkheid om te werken aan een innovatief ICT-beleid waarbij het leren van de leerling centraal staat.”

onderwIJsVernIeuwIng

onderwijsaanb

odDe centra voor volwassenenonderwijs pas- sen hun opleidingsaanbod continu aan op maat van wat de samenleving vraagt. Op die manier waken ze permanent over een klantvriendelijk en logisch opgebouwd aan- bod. De verschillende opleidingen en centra werken ook steeds meer samen om een toe- komstige schaalvergroting voor te bereiden.

nieuwe media

Steeds meer investeert het Stedelijk Onder- wijs in de ontwikkeling van digitale school- platformen. Het secundair onderwijs werkt intensief met een elektronisch rapport en een uitgebreid communicatiekanaal tussen leerkrachten, ouders en leerlingen. Leer- krachten gebruiken dit platform om activi-

nieuwe Digitale toepassingen in 20

11Digitaal prentenboek - Een van de veelgebruikte toepassingen is Fundels (bundels vol fun). “Om en bij de tachtig proc

ent van de leerkrachten uit het kleuteronderwijs werkt reeds met Fundels. Ook in 2011 werden enkele nieuwe Fundels aangek

ocht, waardoor het Stedelijk Onderwijs in totaal over

teiten te plannen, oefeningen aan te bieden en leervorderingen van de leerlingen op te volgen.

Het secundair onderwijs maakt voortaan ook toetsen op via Smartschool. Het doel van al die projecten is nieuwe technologieën in de klas te gebruiken en al doende te evalu- eren en te implementeren. Er zijn daarnaast herstructureringsdossiers voorbereid om het aanbod te verfijnen en aan te passen aan nieuwe onderwijsbehoeften, zoals omgaan met sociale media.

Het basisonderwijs en het buitengewoon onderwijs hebben een project uitgewerkt om een eigen digitaal schoolplatform te ont- wikkelen, volledig in functie van hun speci- fieke noden en eisen. Dit platform zal binnen twee jaar volledig operationeel zijn.

Het buitengewoon onderwijs moderniseerde verder met smartboards, een digitale leerlin- genkrant en het vernieuwingsproject ‘Klas van Morgen’.

Er zullen de volgende schooljaren in alle divi- sies steeds meer nieuwe media geïntegreerd worden om traditionele klassen om te bou- wen naar moderne, inspirerende leeromge- vingen.

It voor de toekomstBegin 2011 legde het Stedelijk Onderwijs een investeringsfonds netwerkinfrastruc- tuur en telefonie aan van 3 miljoen euro, over een periode van drie jaar, voor de im- plementatie van een stabiel en performant basisnetwerk voor alle scholen. Dat zorgt voor een optimale connectiviteit naar het internet, wat essentieel is om de gewenste

onderwijsvernieuwing en -digitalisering te realiseren. Het maakt het ook mogelijk om andere diensten zoals toegangscontrole en gebouwenbeheer verder uit te bouwen.

In samenwerking met Digipolis, het Enter- prise Architectuurbureau van het Stedelijk Onderwijs en de verschillende divisies be- paalde de afdeling ICT een gedifferentieerde standaard waaraan alle scholen op termijn moeten voldoen. De stuurgroep ICT bracht de huidige situatie in kaart en stelde per divisie een pilootschool aan om te kijken welke standaardvereisten er voor elke divi- sie zijn. Aan de hand van een uitgeschreven blauwdruk voor een gestandaardiseerde netwerkinfrastructuur werden de werken in deze pilootscholen opgestart.

“we bouwen

traditionele klassen om naar

inspirerend

e l

eeromgevingen.”

l

Stedelijk Onderwijs Antwerpen

Digitaleklasse

in hetsteDelijk onDerwijs

JEAN-pAUL GOVAERT - Directeur Lyceum Deurne smartschoolLyceum Deurne introduceerde dit jaar iPads, iPods, en Apple computers in de klassen, met allerlei bijhorende pedagogische apps. De leerlingen en leerkrachten verkennen in zoveel

mogelijk lessen dedigitale leermiddelGovaert zag in devier van de kernprojecten verenigen en ‘competentiege- richtleertrajecten’, ‘sa- men en ‘gelijke onderwijin het digitale verhaal de link met de kennis

en leefwereld van de kinderen zelf, als de di- dactische mogelijkheden voor de leerkrach- ten, overtuigen Lyceum Deurne ervan zich volop te profileren als ‘smartschool’.

competentiegericht op de ipod“We begonnen eerst met de iPods omdat die het dichtste aanleunen bij de smartphones waar de leerlingen al mee werken. Er zit een heleboel kennis bij de leerlingen zelf: hoe ze met die technologie om moeten gaan, hoe ze informatie moeten opzoeken. Dit is hun leefwereld als digital natives. De leerlingen echter informatiebekwaam maken, bijvoor- beeld om de waarde van internetbronnen in te schatten, daar is een belangrijke taak voor de school weggelegd. Ook om de creativiteit van leerkrachten en leerlingen te stimuleren is het gebruik van interactieve apparatuur heel geschikt. We lanceerden bijvoorbeeld een poëzieproject waarbij actuele teksten opgezocht en omgezet werden in gedichten via sms-taal. Kennisverwerving gekoppeld aan het vermogen informatie kritisch te ver- werken tot iets nieuws, dat is competentie- gericht onderwijs in een notendop.”

Leren op eigen tempo“Veel aandacht gaat ook uit naar de mo- gelijkheden die de digitale leermiddelen bieden tot het differentiëren van het leer- proces. Iedereen kan binnen bepaalde leer- software bijvoorbeeld oefeningen maken op zijn of haar eigen tempo. We proberen als school klassiek onderwijs te combineren met vernieuwende, leerlinggebonden leertrajec- ten. Onderwijs kan zo beter afgestemd wor-

den op de individuele noden en kenmerken van iedere lerende, waarbij de leerkracht eerder een coach in het geheel wordt. Tegelijk merken we natuurlijk dat er differentiatie en variatie moet zijn in de lesmethodes: frontaal lesgeven is één methode en geïndividualiseerd lesgeven via digi- tale toepassingen een totaal andere manier die ernaast kan. Wij streven er immers naar onze leerlingen zelfstandig en zelfsturend te leren wer- ken als voorbereiding op verdere studie- en ontwikkelingsmogelijkheden in universiteiten, hogescholen en de beroepswereld.”

Samen tot aan de meet“Dankzij digitale en interactieve toepassingen zijn de leerlingen veel ge- interesseerder in de leerstof. Wanneer we ze bijvoorbeeld korte spreek- beurten en interviews laten filmen, merken we dat leerlingen zichzelf echt willen verbeteren. Ze voelen zich uitgedaagd en zetten die filmpjes op facebook, op de schoolsite, of verdelen ze zelfs onder elkaar. Een leer- ling met spreekangst kan zo iets vier à vijf keer opnieuw opnemen, tot hij zelf tevreden is over het resultaat. Bij die leerlingen merken we dat ze hierdoor veel meer zelf praten. Bovendien zitten belangrijke didactische elementen als herhaling, reflectie en correctie als het ware ingebouwd in digitale leermiddelen.”

Ieder kind een ipad?“Op onze school zitten ook leerlingen met een zwakkere socio-econo- misch achtergrond. Als

school geloven wij dat dit soort ICT-vernieuwin- gen vanuit de school moet kunnen starten, omdat deze leerlingen anders gemakkelijk uit de boot vallen terwijl juist zij extra ondersteuning kun- nen gebruiken. We zijn bijvoorbeeld aan het uitzoeken of we leasingcon- tracten kunnen afsluiten waarbij een leerling een iPad kan gebruiken en over een periode van drie jaar eigenaar wordt. Doordat we kosten zoals schoolboeken laten vallen, kan de maximumfactuur behouden blijven. Hierbij zou de school een stuk mee investeren zodat elke leerling, los van de sociaal-economische achtergrond, mee zou kunnen instappen. Na- tuurlijk is dat niet gemakkelijk, maar we willen wel nadenken over wat er mogelijk is.” In januari 2012 begint alvast een proefproject waarbij de school twintig nieuwe iPads kan gebruiken voor vijf weken, om de voor- delen en mogelijkheden van een klas vol iPadleerlingen te verkennen.

25

yVES LIBOT - Directeur De Wegwijzer

De klasvan morgenYves Libot is directeur van de buitengewoon lagere school De Wegwijzer en volgt ook het ICT-beleid van de divisie Buitengewoon On- derwijs op. Hij legt uit dat digitale leermid- delen zeker voor kinderen met een beperking een bijzondere meerwaarde kunnen beteke- nen: “Toegankelijkheid en interactiviteit zijn voor

deze kinderen heel belangrijk. Digitale tools geven hen meer kans tot initiatief en verhogen echt hun betrokkenheid. Boven- dien is heel veel software naar verschillende niveaus aanpasbaar, zodat je veel beter op maat van elk kind kan werken. Daarnaast weten we dat deze kinderen ook buiten het onderwijs met digitale middelen in aanra- king komen, en vinden we het de taak van de school om hen te leren die op een juiste manier te gebruiken.”

Smartboards en ipadsIn 2011 won De Wegwijzer de wedstrijd‘deklasvanmorgen’. De leerlingen maakten een filmpje waarin ze hun visie toonden van onderwijs in de toekomst, waarvoor ze uit papier en karton tablets, smartphones en

27Stedelijk Onderwijs Antwerpen

een smartboard knutselden. Ze zagen de klas dus di- gitaal, maar ook heel creatief en interactief.

De toekomst bleek voor deze leerlingen dichterbij dan gedacht, want vandaag heeft hun school al vier echte smartboards en twintig iPads in de klassen. De directeur licht toe hoe verschillende projecten hiervoor samenkwamen: “Het eerste smartboard wonnen we als hoofdprijs voor ‘deklasvanmorgen’. Tegelijk liep echter ook al een aankoopplan van de school voor drie eigen smartboards en meer vaste pc’s in de klassen. De bedoeling is dat op termijn al onze klassen zo’n digitaal bord krijgen.”

“Daarnaast wonnen we een project rond iPads bij Telenet Foundation, waardoor de leerlingen van de middengroep nu minimaal één maal per week een iPad mee naar huis kunnen nemen voor huiswerk en zelfstudie. We hebben ook de ouders mee betrokken in een opleiding over het gebruik van digitale mid- delen en internetgebruik thuis, en hoe je daar duide- lijke afspraken rond kan maken.”

De inzet van leerkrachten en leerlingenWanneer een school initiatief neemt tot digitale on- derwijsvernieuwing, gebeurt dat altijd in wisselwer- king met de leerkrachten. “Enerzijds heb je immers

AANTAL AANGEKOcHTE IpADS EN SMARTBOARDS IN 2011

een aantal mensen nodig die sterk zijn in ICT en in de vertaling naar onderwijstoepassingen, maar an- derzijds moet de school ook alle leerkrachten onder- steunen met extra opleidingen. Daarom hebben we op school bijna fulltime iemand in dienst voor het pe- dagogische ICT-luik, om zoveel mogelijk goede prak- tijkvoorbeelden en begeleiding te geven. De directie faciliteert hier dus zoveel mogelijk, door een beleid uit te stippelen of middelen te voorzien, maar je hebt uiteindelijk vooral leerkrachten en klassen nodig die er actief en enthousiast mee aan de slag gaan.”

Toekomstdromen“We dromen binnen de divisie Buitengewoon Onder- wijs van een echte ‘Klas van de Toekomst’, wat een open leercentrum zou kunnen zijn voor al onze scho- len. Klassen kunnen dan de voordelen komen onder- zoeken van een klaslokaal waar de technische mo- gelijkheden van vandaag volledig zijn geïntegreerd. De introductie van gaming in het onderwijs zou bijvoorbeeld onze kinesisten toelaten psychomotori- sche therapie te geven via Wii-toestellen. Natuurlijk is dat voorlopig allemaal nog toekomstmuziek, maar binnen de sterke tendens naar digitalisering in bui- tengewoon onderwijs denken we graag na hoe we met het Stedelijk Onderwijs voorop kunnen blijven.”

leernetwerkenOm de kennis binnen het Stedelijk Onderwijs beter uit te wisselen en te versterken, zijn in 2011 een aantal leernetwerken opgestart. Door die netwerken hebben scholen, divisies en afdelingen toegang tot meer interne ex- pertise. Dat levert leerwinst, tijdwinst en extra professionalisering op.

Binnen het vernieuwde leernetwerk voor technisch adviseurs delen alle technisch leidinggevenden kennis en ervaringen, en zoeken ze samen oplossingen voor ge- meenschappelijke problemen. Het volwas- senenonderwijs richtte leernetwerken op rond personeelsadministratie, financiën en marketing. De kwaliteitscoördinatoren bin- nen de stuurgroep Integrale Kwaliteitszorg (IKZ) focussen hun leernetwerk op de rea-

gestart. Naast een nieuw aanbod voor kleu- ters en cross-overs binnen de hogere graad, zijn de belangrijkste leernetwerkprojecten de oprichting van Joepik en ‘Art in a Box’.

automatIserIng en proFessIonalIserIng Om de realisatie van de strategische en tac- tische doelstellingen te optimaliseren, auto- matiseerde het Stedelijk Onderwijs in 2011 stapsgewijs verschillende kernprocessen. Dat gebeurde door de verdere configuratie van het bestaande intranet en door de imple- mentatie van nieuwe systemen. Enkele voor- beelden van geautomatiseerde processen:

• Aanvraag van een vaste benoeming via het intranet

• Ontwikkelen van een servicedesk om

een computerprobleem te melden

competentIegerIcHt leren

de krachtlijnen van de visietekst competen-

Divisie ipads Smartboards

secundair 13 29

Volwassenenonderwijs

0 3 basisonderwijs 7 79 buitengewoon

onderwijs 0 21 centrum voor

leerlingenbegeleiding 0 0 deeltijds

kunstonderwijs 1 2

Eindtotaal 21 134 lisatie van een uniform kwaliteitssysteem voor heel het Stedelijk Onderwijs. De basis-

scholen startten leernetwerken met de se- cundaire scholen voor meer samenwerking en afstemming. Daarnaast organiseerden ze een pedagogische studiedag met overschrij- dende workshops voor alle personeelsleden van SG Noord 1. Het deeltijds kunstonderwijs

heeft meerdere vernieuwende projecten op- • Registreren van inkomende en uitgaande zendingen

• Systeem voor interne bestellingen en aanvragen

• Systeem om auto’s en vergaderzalen te reserveren

• Efias, een elektronisch systeem voor het verwerken van inkomende facturen

• Hr-rekruteringsplatform

symposiumHet symposium ‘SO-competent: competen- tiegericht onderwijs in de klas’ van 18 okto- ber 2011 was een groot succes. Maar liefst249 leerkrachten en directies schreven zich in om inspiratie op te doen tijdens verschil- lende lezingen en tien workshops. Elke work- shop was inhoudelijk gekoppeld aan één van

tiegericht onderwijs. Het symposium zette de v

ernieuwingsbeweging van competentie- leren voor alle divisies in gang.

kansrijk onderwijs voor elk kind Competentiegericht leren en onderwijzen streeft naar maximale ontplooiingskan- sen voor iedere lerende, op basis van diens kennis en vaardigheden. Er wordt expliciet

29Stedelijk Onderwijs Antwerpen

art in a box

“de l

eerachterstand van de

leerlingen werd

teruggebracht van 50 naar

21 procent.”

gewerkt aan de ontwikkeling en de (h)er- kenning van competenties door enerzijds kennis, vaardigheden en attitudes geïnte- greerd te verwerven en anderzijds door over de eigen competenties te reflecteren, eva- lueren en rapporteren. De lerende zelf staat dus centraal. Door te focussen op de kennis en vaardigheden die leerlingen nodig heb- ben om de uitdagingen van de hedendaagse maatschappij aan te gaan, werkt deze leer- vorm als hefboom om tot kansrijk onderwijs voor iedere lerende te komen. Individuele competenties en talenten worden immers op maat ontwikkeld.

de brede tweede graadEen mooi voorbeeld van competentiegericht onderwijs is de brede tweede graad KSO/ TSO van het Stedelijk Instituut voor Sierkun- sten en Ambachten (SISA). Het programma Kunst-Woord-Media is er voor de eerste en tweede leerjaren van de tweede graad. Het combineert de voormalige eerste leerjaren van de tweede graad audiovisuele vorming, beeldende en architecturale kunsten, fo- tografie en woordkunst-drama. Het breder gemeenschappelijk aanbod Kunst-

Woord- Media maakt het mogelijk om via uitstel van studiekeuze de eigenlijke talenten van de leerling tijdens het eerste leerjaar van de tweede graad te ontdekken. Op het einde

van dat eerste leerjaar kan de studiekeuze dan gebeuren op basis van die individuele talenten. De resultaten van het project zijn duidelijk: de leerachterstand van de leerlin- gen werd teruggebracht van 50 procent mis- lukking naar 21 procent. Het aangepast pro- gramma kon rekenen op heel wat positieve reacties van ouders en leerlingen.

meer opvolgingSinds 1 september 2011 gebruiken alle basis- scholen in het vijfde en zesde jaar de Baso- fiche. Deze persoonlijke informatiefiche werd uitgewerkt in functie van competentie- ontwikkelend onderwijs en evaluatie, en wordt ingevuld in dialoog tussen de school en de ouders. De leerling is eigenaar van de fiche en neemt die mee wanneer hij of zij van klas of school verandert met het oog op een vlotte doorstart en de voortzetting van zorg op maat. De fiche wordt in juni2012 voor de eerste keer meegegeven met de leerlingen die de basisschool verlaten. De meeste scholen van het Stedelijk Onderwijs zijn aan de slag gegaan met werkvormen die

competentieontwikkeling ondersteunen.

In 2011 is het project ‘Art in a Box’ opgestart. Dit is een ver- nieuwende samenwerking tus- sen de divisies Basisonderwijs en

Deeltijds Kunstonderwijs. Met ‘Art in a Box’ biedt de divisie Deeltijds Kunstonderwijs workshops aan die betrekking hebben opéén of meerdere van de vijf disciplines: mu- ziek, drama, beeld, beweging en media. De workshops worden via de website www.art- in-a-box.be aangeboden aan de basisscholen van het Stedelijk Onderwijs.

Het hoofddoel van deze samenwerking be- staat erin de muzische vorming binnen het basisonderwijs te stimuleren en te onder- steunen. Daarnaast streeft ‘Art in a Box’ ernaar de relatie tussen basisonderwijs en kunstonderwijs verder te ontwikkelen en te verdiepen, om op een efficiënte manier de kennis en expertise van leerkrachten uit te wisselen. In de toekomst zal het project ook samenwerkingsverbanden ontwikkelen met externe culturele partners zoals musea, the- ater, culturele centra... De drempelverlagen- de functie van ‘Art in a Box’ moet zo bijdra- gen aan de culturele emancipatie van alle kinderen binnen het Stedelijk Onderwijs.

Sien Michiels, leerkracht in basisschool De Zwemschool, vertelt over de workshop die ze volgde met het derde leerjaar: “We kozen samen met de kinderen voor een workshop‘animatiefilm’. In de voormiddag kregen we

les over de verschillende soorten tekenfilms e

n hoe die gemaakt worden. In de namiddag kond

en de kinderen en ikzelf vervolgens aan de sl

ag met plasticine, camera’s en compu- ters om onze eigen stop-motion filmpjes te maken. De kinderen waren erg enthousiast om iets volledig nieuws te kunnen doen. Ze kregen zo de kans een talent te ontdekken waar ze nog geen weet van hadden. Boven- dien kunnen ze op die manier zien of deel- tijds kunstonderwijs iets voor hen is. Door de workshop kon ik als leerkracht dan weer zelf kennismaken met deze vernieuwende en creatieve lesmogelijkheid.”

“Art in a Box is zeker een nuttige aanvulling en ondersteuning voor de lessen muzische vorming. Aangezien ik ook een hele dag mee kon draaien, heb ik bovendien zelf veel bijgeleerd. Sommige dingen kan ik volgend jaar toepassen in mijn eigen klas - of ik zal in ieder geval minder angstig zijn om het te proberen!”

“Ook de sterke organisatie van Art in a Box is een pluspunt: de website is heel eenvoudig en gebruiksvriendelijk. De zoektocht naar workshops kan bijvoorbeeld per leerjaar én per discipline. De workshop die ik koos werd ook volledig automatisch doorgestuurd naar de directie voor goedkeuring, en vervolgens terug naar mij. Je merkt echt dat Art in a Box voor kwaliteit staat, zowel voor de leerlin- gen als voor de school.”

Stedelijk Onderwijs Antwerpen

joepieik kan

ietskruisbestuiving acaDemie en basisschoolJoepik staat voor ‘Joepie ik kan iets’ en is een geza- menlijk initiatief van de Stedelijke Academies voor Muziek, Woord, Dans en Beeldende Kunsten Merk- sem. Met Joepik wil de wijkafdeling van de Acade- mies Merksem kinderen vanaf een heel jonge leeftijd al de kans geven om hun ‘creatieve ik’ te verkennen. “Met dit vernieuwende concept kunnen kinderen al vanaf vier jaar proeven van diverse disciplines”, ver- telt Rebecca De Clerc, de nieuwe stafmedewerker die in 2011 samen met zes andere stafmedewerkers van start is gegaan. De functie van stafmedewerker werd in 2011 gecreëerd om de directies te ondersteunen bij de realisatie van

diverse projecten.

Op woensdagnamiddag is er het creatief bad voor vier- tot zevenjarigen. Zowel muziek, woord, dans, media als beeldende kunst staan op het programma. plaats aan zestig kinderen.

Elke leerkracht is gespeci- aliseerd in een discipline, wat niet wil zeggen dat de kinderen zich moeten beperken tot een welbepaalde discipline. Integendeel, het vernieuwende aan Joe- pik is nu net dat zij de mogelijkheid krijgen om van alles te proeven, waardoor ze spelenderwijs datgene vinden wat het beste bij hen past. Zo krijgen de kin- deren tijdens het instrumentenbad van de herfstva- kantie tot de kerstvakantie begeleiding in hun zoek- tocht naar het instrument dat hen goed ligt. Na de kerstvakantie gaan ze daarmee aan de slag.”

Samenwerking rond muzische vormingIn de nieuwe wijkafdeling Joepik werkt de Academie Merksem nauw samen met de vlakbij gelegen school Het Groene Eilandje die vorig schooljaar de deuren opende. Gedurende twee momenten per week krij- gen de kinderen uit de eerste twee leerjaren muzi- sche vorming van de leraars-kunstenaars uit de Aca- demie samen met hun eigen klasleerkracht. “Deze kruisbestuiving tussen de leerkrachten van de basis-

school met hun pedagogische expertise, en de aca- demieleerkrachten met hun muzische expertise, is een schot in de roos. Het Masterplan voorziet tegen september 2015 trouwens een kinder- en jongeren- campus op Hardenvoort, waar Het Groene Eilandje een nieuwe plaats zal krijgen als volwaardige basis- school. We voorzien een nog nauwere samenwer- king tussen de basisschool en de Academie, waar- door de kinderen gemakkelijker en meer gebruik kunnen maken van de specifieke infrastructuur van Joepik. Samen met buitenschoolse kinderopvang,

INGEBORG DE GRAUWE - Moeder leerling Joepik

31

een artistieke zoektocht voor

elk kinDIngeborg De Grauwe schreef haar dochter Linde in voor het allereerste creatieve bad van Joepik. “Wij wonen hier op een boogscheut vandaan. In de Academie voor Muziek, Woord en Dans van Merksem waar mijn man lessen contrabas volgt, kreeg hij een folder over Joepik mee. Dit nieuwe concept sprak ons

meteen aan. Sinds september volgt onze dochter van vier, Linde, al viool- les. Maar Linde is een bezige, creatieve bij en wij vinden het echt belangrijk dat zij zichzelf in meerdere disciplines kan ontplooien. Tijdens het creatieve bad kan ze knutse- len, dansen, boetseren, artistiek werken rond verhalen… het is leuk om te zien waar haar interesses naar uitgaan. Dat is een zoektocht voor haar en een grote verrassing voor ons als ouders. De groep wordt vaak gesplitst zodat de kinderen kunnen kiezen uit twee totaal verschillende activiteiten.” Met kleinere groepen is er ook meer ruimte voor individuele begeleiding. Linde startte samen met een buurmeisje en een vriendinnetje uit haar klas met Joepik. “Tijdens de eerste woensdagnamiddag bleek al dat er ook twee andere kleuters uit de Koeienschool zich hadden ingeschreven. In deze buurt is geen groot aan- bod aan creatieve opleidingen voor kinderen, daarom is Joepik voor veel kinderen en gezinnen een mooi ini- tiatief. Ik ben echt blij dat kinderen vanaf vier jaar in de

REBEccA DE cLERc - Stafmedewerker Aanvullend kunnen kinderen van zes tot

zeven jaar kiezen voor het instrumentenbad en in kleine groep- jes klarinet, viool of piano leren spelen. “Joepik biedt

die daar reeds gehuisvest is, en de toekomstige mid- denschool, zullen de twee gebouwen de eerste Ant- werpse kindercampus vormen.”

Academie terecht kunnen, want dat is niet evident. Ter- wijl je toch nooit te jong bent om creatief bezig te zijn?”, aldus Ingeborg De Grauwe.

33

1 2 34 5 6 7 8 9

ieDereen welkomSociale ondersteuning voor scholen en ouders

Het stedelijk onderwijs wil eerlijke ontplooiingskansen bieden met aandacht

voor elk individu. Het bieden van onderwijs op maat van elk kind vergt enorm veel inspan- ningen van een

schoolteam. daarnaast is het essentieel elk kind gelijke kansen te bieden. enkel

zo kunnen ze uitgroeien tot verantwoordelijke wereldburgers die mee

bouwen aan de stad van morgen.

Stedelijk Onderwijs Antwerpen

“Vijf piloot- scholen

krijgen drie jaar tijd en

extra middelen.”

draagkracHt In balansHet project ‘Draagkracht in Balans’ wil de draagkracht van de scholen versterken en in balans brengen met de specifieke grootste- delijke problemen waarmee ze geconfron- teerd worden. Het gaat daarbij vooral om kinderen met specifieke onderwijsbehoeften– die bijvoorbeeld niet het Nederlands als thuistaal hebben, uit een sociaal bedreigde situatie komen of die later dan gebruikelijk instromen in het onderwijssysteem. Binnen dit project krijgen vijf pilootscholen drie jaar tijd en extra middelen om opnieuw een evenwicht te brengen tussen de draaglast en draagkracht van een school. De scholen zijn Villa Stuivenberg, De Vlinders, De Kan- goeroe, Fruithof en De Luchtballon. De ver- worven ervaring en kennis

kunnen in een later stadium vertaald worden naar andere scholen. Aangezien het de doelstelling van het Stedelijk Onderwijs is om maximale

pETER VINKEN - Directeur basisschool De Luchtballon

meer Draagkracht voor mensenEen sterk veranderde schoolcontext

“De eerste stap binnen het project ‘Draagkracht in Balans’,” zo vertelt Peter Vinken van basisschool De Luchtballon, “is identificeren wat de redenen zijn voor de overschrijding van die draagkracht. Op onze school verdubbelde bijvoorbeeld het leerlin- genaantal op vijf jaar tijd, met een grote instroom van leerlingen die een bepaalde extra onderwijsbe- hoefte hebben. Dat kan zijn omdat ze bijvoorbeeld kampen met leerstoornissen, een taalachterstand, of omdat ze uit een kansarm gezin komen… Voor de school is het belangrijk dat we in staat zijn extra zorg en begeleiding aan die leerlingen te bieden, maar tegelijk voor elk individueel kind onderwijs op maat kunnen blijven garanderen.

Interne werkgroepEenmaal de problemen in kaart waren gebracht, hebben we met het team bepaald welke acties er al lopen, en wat de school nog graag wil doen. De eerste taak van onze werkgroep, met begeleiding van de pedagogische cel, was prioriteiten stellen en doelstellingen uitwerken. Aangezien we als ambitieus team op verschillende domeinen aan verschillende projecten willen werken, moesten we een

meerjarenplanning opstellen. Dat maakte de interne werking van de school meteen vlotter, omdat we niet alleen zicht krijgen op wat we willen doen, maar ook op wat we kunnen doen en wan- neer.

BrugfigurenVanuit de pedagogische cel is een driejarig initiatief gelanceerd waarbij drie van de scholen (Villa Stui- venberg, De Luchtballon en De Vlinders) een eigen brugfiguur krijgen. Dat is een fulltime schakelper-

soon tussen de school enerzijds en de ouders en de buurt anderzijds, gefinancierd met middelen van de divisie Basisonderwijs. Een brugfiguur kanali- seert onder andere sociale vragen van ouders waar de school graag antwoord op wil bieden, maar die niet tot de kernwerking van onderwijs behoren. Daarnaast zet de brugfiguur ook initiatieven op in de buurt om een actieve, brede schoolwerking te optimaliseren en te blijven garanderen. Zo zijn er bijvoorbeeld sportactiviteiten, buurtpoetsprojec- ten, initiatieven met Kinderwerking rond opvoe- dingsondersteuning, en nauwe banden met het dienstencentrum. Op die manier helpt de brug- figuur ons te blijven focussen op het pedagogische aspect zonder de sociale banden met de ouders en de buurt te verliezen.

Leerlingen centraalAls je op de zorgvragen van meer individuele leer- lingen een antwoord wil geven, moet je daar als school ook het pedagogisch-didactisch kader op af- stemmen. Alles wat je als school doet is uiteindelijk bedoeld om leerlingen meer leer- en gedragswinst te bezorgen. Wanneer de brugfiguur bij een aan- tal taken van GOK-leerkrachten, zorgleerkrachten en directie assisteert, of de stuurgroep geeft mee vorm aan een beter klasmanagement, dan komt er gewoon meer tijd vrij voor het kernteam om de klasvloer meer te gaan ondersteunen. Dat komt ten goede van de kinderen. Het is niet de vraag: ‘wie wat doet op een school?’, maar wel of je op die manier een beter antwoord kan geven op de zorg- behoeften van een individueel kind. Als leerkrach- ten daarin terug sterker staan, dan is het project geslaagd.”

ontplooiingskansen voor elk kind na te stre- ven, wordt de draagkracht van een school als overschreden beschouwd wanneer leer- krachten door een te grote draaglast niet meer voldoende hulp op maat van individu- ele leerlingen kunnen bieden.

twee soorten pilootscholenOnderzoek binnen het project wees uit dat er twee soorten pilootscholen zijn. Bij scho- len van de eerste categorie is het een com- binatie van heel veel factoren die extra druk creëert, en dus zijn specifieke projecten en een oplossing op maat noodzakelijk.

Scholen van de tweede categorie zijn niet mee geëvolueerd met hun gewijzigde in- stroom van leerlingen. Hier wordt het team een andere kijk op hedendaags onderwijs en zorg aangeboden vanuit meerdere invals- hoeken, zoals diversiteit, klasmanagement, onderwijsmethodiek, zorgbegeleiding, par- ticipatie, en professionalisering.

beleidsondersteuningOm de scholen ondersteuning te bieden bij de uitvoering van de verschillende projec- ten, werd een overkoepelende stuurgroep opgericht binnen de pedagogische cel. Die werkt in een sturende en regisserende functie samen met lokale werkgroepen die

35

binnen de scholen zelf aan de sla

g gaan. Daarnaast kunnen de scholen ook rekene

n op ondersteuning van de onderwijssecreta- ri

aten.

Focus op resultaten op de klasvloerIn het eerste projectjaar werd de ‘Index voor Inclusie’ hertaald, een instrument waarmee de omgang van scholen met diversiteit in kaart wordt gebracht. Vanuit een analyse van de beginsituatie van de pilootscholen werden doelgerichte acties voorzien zoals geïnte- greerd zelfstandig werken en het gebruik van coöperatieve werkvormen.

De projectgroep heeft daarnaast een ad- viestekst opgesteld waarin regelgeving werd opgenomen over personeelsbeleid en anderstalige nieuwkomers. Ook werden de mogelijkheden bekeken om de ‘Draagkracht in Balans’-scholen buiten de capaciteitspro- blematiek te houden. In september 2011 startte de uitvoering van de actieplannen en de selectieprocedure van brugfiguren, die in scholen uit de eerste categorie worden aan- gesteld om de draagkracht van de school te verhogen.

socIale rolHet Stedelijk Onderwijs heeft een project- groep opgezet om kinderarmoede in de scho-

Stedelijk Onderwijs Antwerpen

37MARIJKE cASSIERS - Beleidsadviseur OCMW Antwerpen

actieve Detectie van kinDerarmoeDe

“ruim negentig

gezinnen die voor

preventieve begeleiding in

aanmerking komen, werden

bezocht.”

len actief te detecteren, te remediëren en te voorkomen, om zo op een sociaal verantwoor- de manier met onbetaalde schoolrekeningen om te gaan. Hiervoor is er sinds begin 2011 een actieve samenwerking tussen de scholen, de afdeling Financiën en het OCMW.

Het Stedelijk Onderwijs heeft een substan- tieel bedrag aan openstaande rekeningen van ouders en leerlingen. Bij de opstart van het project werd een top tien samengesteld van scholen waar de grootste bedragen openstonden. Vaak zijn dit ook scholen met

Marijke Cassiers, beleidsadviseur bij OCMW Antwerpen, wijst erop dat een huisbezoek niet alleen met betrekking tot de openstaande schuld een positief effect kan hebben, maar dat vooral ook een aantal andere zaken in gang worden gezet.

Breder dan onbetaalde rekeningen“Je merkt dat een aantal communicatieprocessen tussen school en ouders niet altijd goed verlopen. De gezinnen zijn vaak heel dankbaar dat dit opgepikt wordt en dat ze voor hun eigen situatie hulp krijgen aangeboden. Ouders kun- nen bijvoorbeeld worden verwezen naar het OCMW om een inkomen te krijgen of er kan schuldbemiddeling opgestart worden, waardoor de situatie in het gezin stabiliseert en ze op langere termijn uit de armoede kunnen raken.”Voor de selectie van gezinnen wordt vaak naar meer inhou- delijke doelen gekeken dan louter naar rekeningen. Marijke Cassiers merkt op dat hier een belangrijke rol is weggelegd voor het schoolpersoneel: “Onbetaalde schoolrekeningen kunnen een indicatie zijn, maar er zijn ook andere signalen voor kinderarmoede. Kinderen hebben bijvoorbeeld geen

boterhammen mee, hebben in de winter kapotte schoenen of sandalen aan, kunnen niet mee op schoolreis, of ouders komen nooit naar oudercontacten. Een school moet altijd breed blijven kijken naar zijn leerlingen om dat soort dingen op te pikken. Daarom bieden we ook vorming voor leerkrach- ten aan. We merken soms dat het schoolteam niet getraind is om met armoede om te gaan, terwijl dat in een grootstad wel nodig is. Wij kaderen dan wat armoede is, hoe zich dat vertaalt in een scholencontext, en hoe leerkrachten daar op een positieve manier mee aan de slag kunnen.”

BeleidsadviesDaarnaast is het OCMW ook gevraagd beleidsadvies voor scholen te verstrekken, wat heel breed kan gaan. Het kan bijvoorbeeld zijn dat de facturatie niet klantvriendelijk is waardoor die voor iemand uit een ander land niet duidelijk is. Of misschien is het drankenbeleid op een bepaalde school niet democratisch genoeg, waardoor onnodige kosten ver- oorzaakt worden. We zien wel dat er heel wat maatregelen zijn die maken dat kinderen gemakkelijker op schoolreis mee-

kunnen. De grote kosten zitten vaak in andere zaken, zoals opvang en middagblijven. Aangezien kansarme gezinnen vaak ook grote gezinnen zijn, loopt dat vaak ontzettend op.”

Een maatschappelijke langetermijnvisieDe conclusie is voor beide partijen, het Stedelijk Onderwijs en het OCMW, heel duidelijk: er moeten meer bruggen ge- slagen worden tussen welzijn en onderwijs. Het is een sa- menwerking die cruciaal is als het om kinderen gaat: “Als die kinderen niet goed presteren en op straat komen, verhoogt het risico op werkloosheid, armoede, moeilijkheden met zin- geving en identiteit, straatjongeren, criminaliteit en minder economische slagkracht. Dit raakt mensen, het gaat over het leefbaar maken en houden van een maatschappij. We kun- nen dus zeker spreken van preventie, want als je hier goed werk levert, maak je de stad leefbaarder op lange termijn.”

een grote sociale diversiteit en veel armoe- decriteria. De eerste helft van het jaar is vooronderzoek gevoerd en zijn een aantal conclusies geformuleerd. Op basis van die conclusies werken vier pilootscholen sinds september samen met het OCMW om gezin- nen met een achterstal van

minsns een jaaprentive

begeleiding en ondersteu- ning te

geven. In 2011 werden zo meer dan

negentig gezinnen bezocht. Daarnaast wer- den de voorbereidingen voor een secundaire school met dertig dossiers al opgestart.

Het ocmw in een bemiddelingsrolWanneer een school een gezin doorgeeft, gaat het OCMW op huisbezoek om te onder- zoeken welke sociale problemen aan de oor- zaak liggen van de onbetaalde rekeningen. Vervolgens wordt advies gegeven aan de school, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen gezinnen die niet kunnen betalen en gezinnen die niet willen betalen. Voor de grootste groep, de gezinnen die niet kun- nen betalen, wordt de juridische procedure vermeden, en stelt het OCMW alternatieven

voor. De uiteindelijke keuze om met dat ge- zin een bepaalde piste te nemen, gaande van een afbetalingsplan tot het aanspreken van sociale fondsen of een kwijtschelding, ligt dan bij de school.

Hefbomen voor gelijke kansenKinderen kunnen nooit het slachtoffer zijn van de financieel-maatschappelijke situatie van hun ouders. Om deze kinderen te on- dersteunen, werkt het Stedelijk Onderwijs ook samen met de organisaties Diesterweg’s

Hulpkas en Koninklijk Kledingwerk. Diesterweg’s hulpkas levert sinds 1894 financiële hulp aan leerlingen uit het stedelijk leerplichtonderwijs voor bijvoorbeeld deelna- me aan openluchtuitstappen. Elke vraag wordt met zorg en in overleg met de betrokken schooldirecteur bekeken en behandeld. Koninklijk Kledingwerk of kortweg ‘Het Kledingwerk’ zorgt ervoor dat minder gegoede leerlin- gen uit het Stedelijk Onderwijs voorzien zijn van dege- lijke nieuwe kledingstukken en schoenen. Het Stedelijk Onderwijs is beide organisaties bijzonder dankbaar voor de inspanningen die zij reeds jaren leveren.

“dit raakt mensen,

het gaat

over het leefbaar maken van

een m

aat schappij.”

1 2 3 439

5 6 7 8 9

Financiële tran

sparantie Een antwoord op de noden

de financiële verzelfstandiging is een feit. de factura- tie van de

nutsvoorziening is volledig gescheiden van de stad antwerpen en het stedelijk

onderwijs inves- teerde sterk in capaciteitsuitbreiding, modernisering

van de onderwijsinfrastructuur en energiebesparen- de maatregelen. de

scholen evalueerden het nieuwe financiële organisatiemodel, en de registratie en fac- turatie van het

leerlingenverbruik kent voortaan een vereenvoudigde webapplicatie.

Stedelijk Onderwijs Antwerpen

41GERT RAATS - Directeur Scholengroep Burchtse Weel

een transparant en gemeenschappelijk verhaal

2011, de FInancIële VerzelFstandIgIngHet Stedelijk Onderwijs legde voor de eerste keer een geïntegreerde jaarrekening neer over een volledig boek- jaar van 1 januari 2011 tot 31 december 2011. Deze jaar- rekening vormt de vergelijkingsbasis voor de komende boekjaren.

De jaarrekening is de consolidatie van zowat 150 indivi- duele boekhoudingen. Alle scholen voeren de boekhou- ding nu op een uniforme manier. De boekhouddossiers van de scholen werden bottom-up geconsolideerd totéén jaarrekening per divisie, om vervolgens tot één ge- consolideerde jaarrekening op het niveau van het Stede- lijk Onderwijs te komen.

De budgetwijziging 2011 en de budgetopmaak 2012 werden bottom-up samengesteld en tijdig ingediend en goedgekeurd door de bevoegde organen. Ook hier wor- den ruim 150 individuele budgetten samengevoegd totéén budget per divisie om vervolgens tot één budget op niveau van het AG Stedelijk

Onderwijs te komen. Bij de budgetwijziging en -opmaak werden

alle scholen gesti- muleerd om gedetailleerde investeringsplanne

n op te stellen, met als doel gerealiseerde financiële ruimte uit het verleden aan te wenden voor eigenaarsonderhoud,

Gert Raats is directeur van de Scholen- groep Burchtse Weel en zetelt voor de divisie Buitengewoon Onderwijs in de stuurgroep Financiën, die maandelijks bijeenkomt. “Het is uitermate belangrijk dat informatie en beslissingen doorstro- men naar de werkvloer. Een conditio sine qua non voor een geslaagde werking”, aldus de directeur. Daarom nam hij het initiatief om binnen de divisieraad Bui- tengewoon Onderwijs een uiteenzetting te organiseren over het budgetterings- proces 2011. Financieel directeur Gonda Verhaert gaf tekst en uitleg, en die trans- parantie werd zeer positief onthaald. “In de stuurgroep zetelen een à twee direc- teurs per divisie. Maar in de divisieraad van het Buitengewoon Onderwijs zijn achttien scholen vertegenwoordigd, die allemaal baat hebben bij een totaalover- zicht van de beschikbare middelen en uitgaven van het AG Stedelijk Onderwijs. Dat zorgt voor openheid en binding met de realiteit. Dankzij de verzelfstandiging krijgen de directeurs immers eindelijk zicht op het totaalplaatje: we kennen de beschikbare budgetten, hebben onze zeg in de uitgaven en dragen er mee de verantwoordelijkheid voor. Zo heeft de Scholengroep Burchtse Weel zelf de be- slissing genomen om geld uit zijn spaar-

pot te investeren in een nieuwe laag verf voor de schoolmuren en nieuwe speel- tuigen voor de kleuters. Dat was vroeger ondenkbaar.” De divisie Buitengewoon Onderwijs heeft in 2011 ook drie beleids- voorbereidende werkgroepen opgericht: Financiën, ICT en Onderwijskwaliteit. “Hiermee willen we nog meer werkne- mers betrekken bij de beleidsbeslissin- gen. De divisie brengt deze werkgroepen op de hoogte en zij leveren op hun beurt advies vanuit de praktijk van alledag. Daarnaast hebben we ook een school- overschrijdend overleg gelanceerd, voor thema’s zoals communicatie en taalbe- leid. Beide vormen een brug tussen de directeurs en de scholen. Deze ingrepen moeten uiteindelijk leiden tot een over- koepelende visie die door iedereen maxi- maal gedragen wordt.”

“HET IS UITERMATE BELANGRIJK DAT INFORMATIE EN BESLISSINGEN

DOORSTROMEN NAAR DE WERKVLOER.”

modernisering van de onderwijsinfrastructuur en capa- citeitsuitbreiding. Elke divisie wordt op maat begeleid in het budgetproces. Via bilaterale gesprekken worden de ingediende budgetten gemotiveerd en verantwoord. De boekhoudcoördinatoren vervullen hier een belangrijke brugfunctie tussen het Service- en Coördinatiecentrum (SCC) en de divisies.

In 2011 kreeg het SCC een geoptimaliseerde financiële werking. Zo maakt men voortaan analytische boekhoud- plannen van de transversale processen op, waarbij uitga- ven gekoppeld worden aan doelstellingen en specifieke projecten. De afdeling Financiën zal deze performantie nog verder verfijnen. Verder werden er deelbegrotingen per transversaal proces opgemaakt en opgevolgd.

patrImonI

um In cIJFersEen financiële opvolgingstool voor de meerjarenplan- ning van het onderwijspatrimonium maakt het moge- lijk dat sinds 2011 elk project in detail wordt opgevolgd. Van de 156 projecten toont de tool het type investering

– er wordt een onderscheid gemaakt tussen permanente capaciteit, tijdelijke capaciteit, onderhoud en herstel- lingen, tijdelijke huisvesting, campus – de geraamde kostprijs, de goedgekeurde budgetten en de effectieve uitgaven, de doorlooptermijn, en de financieringsbron (AG Stedelijk Onderwijs, Stad Antwerpen, Vlaamse over- heid). De afdeling Financiën werkt hiervoor intensief samen met de afdeling Patrimoniumbeheer. Bij de bud- getwijziging van 2011 werden 83 projecten gelanceerd.

Stedelijk Onderwijs Antwerpen

VERDELING WERKINGSOpBRENGSTEN

leerlingenbijdragen toelagen en subsidies van

de stad antwerpen en de Vlaamse overheid andere

INVESTERINGEN 2011 pER DIVISIE

stedelijk clb deeltijds kunstonderwijs Volwassenenonderwijs buitengewoon onderwijs secundair onderwijs basisonderwijs service- en coördinatiecentrum

43

WERKINGSTOELAGEN pER DIVISIE

basisonderwijs secundair onderwijsbuitengewoon onderwijs deeltijds kunstonderwijsstedelijk clb

12 86% % 2 0 2 3 3 8 12 72

% % % % % % % %56 31% %

10 1 2% % %

kwartaalrapporterIng als knIpperlIcHtDe divisies rapporteren sinds 2011 per kwar- taal. Dat vormt de basis voor de externe half- jaarlijkse rapportering, en heeft bovendien een knipperlichtfunctie: wanneer budget- ten dreigen overschreden te worden, kan op tijd worden ingegrepen. Idealiter sluiten de geraamde financiële middelen nauw aan bij de realisaties. De financiële uitdaging voor het Stedelijk Onderwijs is om zoveel mo- gelijk financiële marge te creëren voor de realisatie van het Masterplan, extra capaci- teit en andere noden. Daaronder vallen de modernisering van de schoolinfrastructuur en -uitrusting, het eigenaarsonderhoud en tijdelijke extra loonkosten.

onaFHankelIJke egwDe facturatie van de nutsvoorzieningen werd uitgezuiverd en volledig gescheiden van de facturen voor elektriciteit, gas en water (EGW) van de Stad Antwerpen. Maar liefst867 meterstanden verspreid over al onze schoolgebouwen werden geïnventariseerd en overgedragen.

De afgemoniOnde

beschikt voor de REG-investeringen over een enveloppe van 40 miljoen euro in de periode2010 tot en met 2013. In 2011 werd een eer- ste schijf van 2,3 miljoen euro geïnjecteerd in grote energieprojecten van Eandis. De lening, verschaft door de Stad Antwerpen, wordt afbetaald met de lagere uitgaven aan energie door deze REG-investeringen.

Feedback Van de scHolenHet project Opti-fin is het nieuwe financiële organisatiemodel met uniforme en gebruiks- vriendelijke procedures, een consequente toepassing van de boekhoudprincipes en een beleidsrapportering in functie van de behoeften op elk niveau. Opti-fin werd in2011 geëvalueerd door de eindgebruiker: de scholen. Aan de hand van focusgroepen stel- den alle divisies verbeteringen voor. Die wer- den uiteengezet in een Actieplan. Sommige actiepunten, waaronder de aanpassing van de goedkeuringsmatrix, werden in datzelfde jaar reeds gerealiseerd. Er is voortaan één aankoopproces,

ongeacht of het gaat om aankopen van dagelijkse werking of investe- ringen. Dat laat de divisiedirecteuren toe om efficiënter aankopen te doen.

optImale Inzet Van mIddelenHet volwassenenonderwijs heeft het advi- seursbedrijf PwC onder de arm genomen om naast de financiële middelen ook de besteding van lestijden en omkadering te analyseren en aanbevelingen te doen voor een nieuwe financiële structuur. De divisie investeerde onder meer in de corporate branding van het volwassenenonderwijs, omdat de centra met een merk naar buiten willen treden. En dus hebben zij baat bij een gemeenschappelijk beheer van de financiële middelen. Er werden bovendien stappen ge- zet om de begrotingen van de verschillende centra transparanter te maken en op elkaar af te stemmen.

Factuur per kIndBinnen de divisie Basisonderwijs werd het pilootproject rond de webapplicatie leerlin- genfacturatie goed ontvangen. Dankzij deze applicatie wordt de individuele debiteurenop- volging uniform voor alle basisscholen. Door een gebruiksvriendelijke registratie en factu- ratie van het leerlingenverbruik, waaronder drankjes en voor- en nabewaking, is een ge- detailleerd overzicht per kind mogelijk.

InVesterIngsFondsen op dIVIsIenIVeau De uitbouw van de divisiewerking laat zich ook voelen op financieel vlak. In 2011 be- slisten de divisies om fondsen voor gemeen- schappelijke investeringen aan te leggen waaraan alle scholen en centra een bijdrage leveren. Hierdoor is de divisie in staat om grotere investeringen te doen en de gereser- veerde middelen gericht in te zetten waar de nood het hoogst is. In deze fondsen wor- den investeringen voor huurdersonderhoud, eigenaarsonderhoud, energiebesparende maatregelen en databekabeling aangelegd. Zo werd er in 2011 bijvoorbeeld het investe- ringsfonds DIVINVEST van de divisie Secun- dair Onderwijs in het leven geroepen.

“In 2011 werd

2.300.000 euro

geïnjecteerd

in g

rote

energieprojec

ten.”

45

1 2 3 4 5 6 7 8 9

Focus opDe werknemer

De kracht van samenwerken

de kracht van het stedelijk onderwijs zijn de mensen die de organisa- tie dag in dag uit vorm geven – leerkrachten en directeurs, maar ook poetspersoneel, projectleiders, kinesisten, administratief assistenten… een zeer diverse organisatie die er dagelijks voor zorgt dat de ruim

52.000 leerlingen en cursisten in de beste omstandigheden les kun- nen volgen. om de

medewerkers alle kansen te geven, zijn er tal van welzijnsinitiatieven, specifieke trajecten en

coaching.

Stedelijk Onderwijs Antwerpen47

FREIA NUIJTEN - Directeur basisschool Het Baronneke

inlooptraject leiDinggevenDenNadat ze elf jaar als leerkracht werkte in basisschool Het Baronneke werd Freia Nuijten er in 2011 directeur. Daar- toe doorliep ze het nieuwe opleidingstraject voor begin- nende leidinggevenden.

de samenstellIng Van Het personeelEind 2011 telde het Stedelijk Onderwijs 6.291 medewerkers. Die worden opgedeeld in twee categorieën: het gesubsidieerd en niet-ge- subsidieerd personeel. De eerste groep telde5.548 medewerkers in 2011, de tweede groep743. Eind 2010 waren er 578,5 voltijdse func- ties (VTE), tegenover 525,95 in 2011. In ver- gelijking met 2010 is er dus een daling van het aantal VTE’s. De verklaring hiervoor is enerzijds de overheveling van poetspersoneel, dat na natuurlijke uitstroom vervangen wordt door een externe partner. Anderzijds is de da- ling toe te wijzen aan de overzetting van de contractuelen (administratief personeel van het basisonderwijs dat op contractuele basis werd

aangesteld) op werkingsmiddelen naar een gesubsidieerde functie. Door de overzet- ting van deze laatste categorie hebben deze collega’s nu ook een duidelijker stelsel en meer zekerheid gekregen. Tegelijk was er een verschuiving zichtbaar naar hogere profielen.

een Jaar Van proFessIonalIserIngHuman Resources investeerde in 2011 sterk in de professionalisering van online rekrutering,

arbeidsmarkt zal zorgen voor meer jobmo- biliteit tussen het AG Stedelijk Onderwijs en de Stad Antwerpen. Er werd met NGA-Acerta (North Gate Arinso) een partner gevonden die in de toekomst als sociaal secretariaat dienst zal doen en er werd een Externe Dienst voor Preventie en Bescherming (IDEWE) aange- steld. IDEWE zal onder meer optreden als ver-

trouwenspersoon en psychische en medische hulp bieden.

Fase twee Van e-recruItmentNa de succesvolle proef vorig jaar werd in 2011 via de online rekruterings het sollicitatiepro- ces verder geautomatiseerd en geprofessiona- liseerd voor zowel de kandidaten als voor de rekruteerders. Voor sollicitanten biedt dit een heel eenduidige manier

van solliciteren, omdat het hele proces nu binnen één online omgeving plaatsvindt, of je nu spontaan wil solliciteren of reageren op een vacature, documenten verzen- den of de status van een sollicitatie wil contro- leren. De rekruteerder kan dankzij de nieuwe database ook gemakkelijker kandidaten zoeken, en heeft via de personeelssoftware WIS@ toe- gang tot alle relevante gegevens. Er is ook een

5.548gesubsidieerd personeel

743niet-gesubsidieerd personeel

Dit hele systeem levert bovendien veel meer informatie en gegevens op, zodat er nu snel- ler kan worden bijgestuurd.

rekruterIngen beoordelIng dIrectIe Competentiegericht rekruteren heeft in 2011 heel wat draagvlak gewonnen. Binnen de cel Rekrutering en Selectie worden alle leiding- gevenden nu door twee certified assessors geselecteerd. Het

uitgangspunt is het beste in mensen naar boven te halen, en zoveel mogelijk overeenstemming tussen de vaar- digheden en gedragskenmerken van een kandidaat en het vooropgestelde competen- tieprofiel te vinden. Dat wil eigenlijk zeggen dat de juiste man of vrouw steeds vaker op de juiste plaats belandt.

In de permanente zoektocht naar leidingge- venden slaagden het afgelopen jaar 22 kan- didaten in de selectieprocedure. Wie binnen het Stedelijk Onderwijs intern wil groeien naar een leidinggevende functie wordt via

een nieuw traject voor leidinggevenden be- geleid en voorbereid op een assessment. Dit traject geeft bijvoorbeeld leerkrachten

“Ik speelde al langer met het idee misschien ooit direc- teur te worden, maar zonder concrete plannen. Uit inte- resse had ik zelf al een cursus coaching van nieuwe leer- krachten gevolgd, georganiseerd door de mentorencel. Daardoor was ik naast leerkracht ook halftijds beleidson- dersteuner en zorgcoördinator. Toen onze directeur Rudi Van Oostveldt vorig jaar coördinerend directeur werd, vroeg hij me of ik hem wilde opvolgen. Het was ook hij die me aanraadde deel te nemen aan het inlooptraject voor leidinggevenden.”

Een brede, duidelijke voorbereiding“Het inlooptraject kan je opdelen in drie delen, die je in groep doorloopt. Een eerste deel bereidt je voor op het assessment zelf. Je leert er bijvoorbeeld wat de bedoe- ling van een postvakoefening is, welke leiderschapsken- merken er getest zullen worden, en wat de formele voor- waarden zijn. Het schept dus duidelijke verwachtingen en je weet wat er gebeurt als je niet slaagt.”

“Een tweede deel gaat over schoolvernieuwing en het pedagogisch project van het Stedelijk Onderwijs, over de waarden waar je als directeur met je school voor staat. Dat vind ik zelf heel positief, omdat er echt getoond wordt wat de visie is die je moet kunnen meegeven en uitstralen. Als kandidaat ga je daar zelf over nadenken, wat heel zinvol is.”

“Het laatste deel volg je als startende directeur en gaat

functioneringsbegeleiding en in de uitbouw van de interne jobmarkt. De intern verruimde

link gelegd met de website van de VDAB, zodat een vacature automatisch wordt doorgestuurd.

1.446mannen

4.102vrouwen

168mannen

575vrouwen

de kans om te ontdekken wat de job van di- recteur precies inhoudt. In een parcours van

over administratieve zaken zoals de wetgeving rond per- soneelsbeleid, maar geeft ook competentietraining. Het

49Stedelijk Onderwijs Antwerpen

was echt heel nuttig te leren hoe je een productief functioneringsgesprek

duidelijk naar voren kwam en waaraan je nog moet werken. Ik kon mezelf ze-

cURSUSTRAJEcT VOOR BEGINNENDE LEIDINGGEVENDEN

secundair onderwijs basisonderwijs stedelijk clb buitengewoon onderwijs deeltijds kunstonderwijs Volwassenenonderwijs

SINDS DE REKRUTERINGSWEBSITE ONLINE IS GEGAAN IN 2011

voert, of hoe je mensen goed kancoachen.”

ker in dat rapport herkennen en heb erveel uit geleerd.”

Totaal aantal directeurs per divisie 353 1.033“Achteraf kan ik zeker zeggen dat het cursustraject een hele goede voorbe-

Een persoonlijke coach en een hechte scholengemeenschap

36 76 5 19 12 16 vacatures geplaatst

spontane sollicitaties

reiding vormt. Er is natuurlijk een ver-

“Het is gelukkig niet zo dat je voor-

Aantal deelnemende directeurs per divisie 5.426 75%schil tussen zo’n cursus en de realiteit, maar je weet in ieder geval veel beter waar je aan begint.”

Een assessment gericht op de

bereid wordt op een job als directeur 9

16

en je vervolgens zomaar losgelaten wordt. Meteen nadat je aan de slag gaat, begint immers een individueel coachingtraject. Zo krijg je als begin-

2 7 3 3 gerichte sollicitaties

jonger dan 35 jaar

praktijk“Het assessment zelf duurt twee da- gen. Naast enkele algemene testen zo- als een postvakoefening, krijg je op de eerste dag twee praktijkgerichte cases. Eerst moest ik een les op video bekij- ken en daarrond een coachinggesprek voorbereiden voor die leerkracht. Daarna word je gebrieft over een moei- lijk gesprek – een slechtnieuwsgesprek– dat je moet voeren met een ouder of een leerkracht. Zeker een levensechte oefening dus, ook al is de persoon in kwestie een acteur.”

“Wanneer je slaagt voor de eerste ronde moet je op de tweede dag een personeelsvergadering

voorbereiden en voorzitten. Daar zitten dan mensen van HR, een coördinerend directeur en de divisiedirecteur, die collega’s spe- len in een rollenspel. Het is natuurlijk weer hun taak om de opdracht zo uit- dagend mogelijk te maken.”

“Na afloop krijg je een rapport waarin per geteste competentie staat wat er

nend directeur tijdens het eerste jaar vijf keer persoonlijke begeleiding die focust op de werkpunten uit het as- sessmentrapport. Met je coach kan je ook bespreken wat er tijdens dat jaar concrete knelpunten zijn en waar je ondersteuning kan vinden.”

“Bovendien kan je ook altijd terugval- len op andere ervaren directeurs in de scholengemeenschap, je kan altijd ie- mand bellen met je vragen. En om de twee weken is er een vergadering met alle directeurs, ook daar kan je ervarin- gen uitwisselen. Je staat dus eigenlijk nooit alleen.”

“DANKzIJ HET cURSUSTRAJEcT WEET

JE VEEL BETER WAAR JE AAN BEGINT.”

vier dagen komen alle gewenste competen- ties en leiderschapskenmerken aan bod en kunnen kandidaten zelf nagaan waar hun sterke en minder sterke punten liggen. Door dit voorbereidingstraject weten potentiële kandidaten beter waar ze aan toe zijn.

Eenmaal aan de slag krijgen beginnende lei- dinggevenden sinds 2011 één jaar individue- le coaching, waarbij op basis van het assess- mentrapport ondersteuning op maat wordt geboden. Er werden zo vijtien coaching- trajecten opgestart. Meer ervaren leiding- gevenden kunnen al sinds 2010 via inter- visiegroepen ervaringen uitwisselen. Het buitengewoon onderwijs beschikt sinds kort ook over een Draaiboek dat verplichtingen, aanwijzingen en tips geeft voor beginnende leidinggevenden.

JobmobIlIteItIn 2011 stroomde 17 procent van het per- soneel van het Stedelijk Onderwijs, dat deelnam aan het assessment voor leiding- gevende functies, effectief door naar een leidinggevende functie. De selectieproce- dure voor leidinggevenden is aangepast om

doorstroming te stimuleren. Om tot een vol- waardig loopbaantraject te komen, wordt in2012 bovendien een loopbaancel opgericht. Dat moet ertoe leiden dat mensen hun job in onderwijs nog diverser en boeiender zul- len kunnen invullen. Zeker tussen scholen onderling liggen daar nog heel wat oppor- tuniteiten.

De interne jobmobiliteit verbeterde in 2011 ook doordat het personeel van het Stedelijk Onderwijs kon deelnemen aan vacatures van de stad en omgekeerd.

De divisie Basisonderwijs ging van zeven naar vijf scholengemeenschappen zodat het personeel gemakkelijker anciënniteit kan op- bouwen, wat belangrijk is voor een vaste be- noeming. De vijf scholengemeenschappen zijn: Noord 1, Noord 2, Oost, Zuid en West.

socIale tewerkstellIngHet Stedelijk Onderwijs heeft in 2011 con- venanten afgesloten met het OCMW en het Vlaams Subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie om 25 mensen die moei- lijk werk vinden in een leertraject van een

jaar op te nemen. Een jobcoach zorgt voor begele

iding en een maximale doorstroming naar de regul

iere arbeidsmarkt.

procedure eValuatIe personeel

stedelIJk onderwIJs (pepso)In de vernieuwde PEPSO is de evaluatiepro- cedure voor het Directiecomité en de coör- dinerende directie een pak transparanter en gelijkvormiger gemaakt. De regels zijn bo- vendien een stuk strikter geworden dan bij- voorbeeld voor leerkrachten, die om de vier jaar worden geëvalueerd, terwijl er voor de managementfuncties is gekozen om jaarlijks een 360° evaluatie te doen. Dat betekent dat voor zo’n evaluatie alle medewerkers worden geconsulteerd. Zo wordt er korter op de bal gespeeld om mensen gerichter en sneller te kunnen helpen bij het uitvoeren van hun job.

elektronIscHe loonbrIeFVoor honderd werknemers met administra- tieve profielen startte er een pilootproject dat de loonbrief en alle attesten digitaal beschikbaar maakt. De bedoeling is dat dit met ondersteuning vanuit de schoolsecreta-

51Stedelijk Onderwijs Antwerpen

Stedelijk Onderwijs brengt mensen samen

riaten wordt uitgebreid naar alle profielen, zodat alle niet- gesubsidieerde medewerkers hun loonbrief in 2012 online kunnen raadplegen.

VakbondsoVerlegstructuurVooraleer het Stedelijk Onderwijs een beslissing neemt over bijvoorbeeld de vakantie- en verlofregeling, de bezol- digingsregeling, de pensioenregeling of de organisatie van de sociale diensten, wordt steeds met de vakorganisaties on- derhandeld in het Bijzonder Comité (BC) en het Afzonderlijk Bijzonder Comité (ABC). Voor andere materies is er overleg in de organen Hoog Overlegcomité (HOC) en Afzonderlijk Hoog Overlegcomité (AHOC). Het BC en het HOC richtte het Ste- delijk Onderwijs als Autonoom Gemeentebedrijf op voor zijn niet-gesubsidieerd personeel. Het ABC en AHOC richten zich op het gesubsidieerd personeel van het Stedelijk Onderwijs. Om het vakbondsoverleg beter te structureren, besliste het

Stedelijk Onderwijs samen met de representatieve vakor- ganisaties om deze vier organen samen te voegen tot twee organen: het ABC en het HOC. In het SOC, het Speciaal Over- legcomité, overlegt het Stedelijk Onderwijs ten slotte met IDEWE en met alle vakorganisaties die zowel het gesubsidi- eerd als niet-gesubsidieerd personeel vertegenwoordigen, over materies als veiligheid, milieu en preventie.

Volgende vakorganisaties zijn vertegenwoordigd in het ABC en het HOC: de Christelijke Onderwijscentrale (COC), het Christelijk Onderwijzersverbond (COV), het Algemeen Chris- telijk Vakverbond (ACV), de Algemene Centrale der Openbare Diensten (ACOD) en het Vrij Syndicaat voor het Openbaar Ambt (VSOA) en de sector Onderwijs van deze laatste twee (ACOD Onderwijs, VSOA Onderwijs). In de protocollen staat of de vakorganisaties akkoord zijn dan wel of zij een afwij- kend standpunt innemen. In 2011 waren er 31 protocollen

In 2011 organiseerde het Stedelijk Onderwijs verschillende events voor interne netwerking. Op14 januari werd een feestelijke nieuwjaarsreceptie‘glansrijk in wit en zwart’ gehouden in ‘den Bosuil’. Daarnaast werd een familiedag georgani- seerd op het domein Diesterweg op 28 augustus, voor alle personeelsleden van het Stedelijk Onderwijs. In een ontspannen vakantiesetting maakten zij kennis met elkaars families. Ook het symposium ‘competentiegericht onderwijs’ op18 oktober kon rekenen op veel belangstelling; tien workshops en verschillende lezingen gaven leerkrachten de inspiratie om competentieleren in hun eigen klassen te integreren. Tijdens de ‘dag van het dko: lof der zotheid’ sloegen de leer- krachten van de Academies de handen in elkaar, met als afsluiter een ‘nacht van het dko’. De centra van het volwassenenonderwijs zetten tijdens de week van het VWO samen hun deuren open voor potentiële cursisten. Op events als de‘dag van de directeur’, ‘dag van de leerkracht’ en‘week van het stedelijk Volwassenenonderwijs’ werden de collega’s in de bloemetjes gezet en konden ouders, leerlingen en cursisten een kijkje achter de schermen nemen.

personeel. Na de staking werden meerdere openbare hoorzittingen georganiseerd over het wegwerken van de verschillen op de werkvloer.

gelIJkHeId Voor alle personeelsleden Het Stedelijk Onderwijs is van mening dat ie- dereen die eenzelfde opdracht vervult, gelijk behandeld moet worden. Concreet wil het Stedelijk Onderwijs de drie volgende punten opnemen in de arbeidsvoorwaarden: het op elkaar afstemmen van de prestaties van de klasvrije gesubsidieerde personeelsleden die vanuit een verschillend statuut dezelfde opdracht uitoefenen als niet-gesubsidieerde personeelsleden. Daarnaast zijn ook duidelij- ke afspraken over de werkuren noodzakelijk: de school kan haar personeelsleden vragen om deel te nemen aan schoolgebonden ac- tiviteiten.

INSTROOM VAN LEIDINGGEVENDEN

Vacature Divisie # kandidaten# geslaagden op werfreserve

UITSTROOM VAN LEIDINGGEVENDEN

Uitstroom Divisie # directies

NIVEAU & VTE IN ONDERSTEUNENDE DIENSTEN

Opleidingsniveau Instroom VTE Uitstroom VTE

LEEFTIJDScATEGORIEëN GESUBSIDIEERD pERSONEEL

Leeftijd Aantal medewerkers

LEEFTIJDScATEGORIEëNIN ONDERSTEUNENDE DIENSTEN

Leeftijd Aantal medewerkers

voor akkoord in het ABC en acht in het HOC, waaronder aanpassing van het PEPSO (met opmerking van de vakbonden), bijkomende functiebeschrijvingen in het secundair on-

Tot slot wenst het Stedelijk Onderwijs dat collega’s bereid zijn een bijdrage te leve- ren om de klassen klaar te maken voor een nieuw schooljaar, zoals de meesten reeds doen.

directeur en adjunct-directeur sec 20 8 directeur dko

13 3 directeur basIs - bubao 36 6 directeur en

adjunct-directeur Vwo 21 4 coördinerend directeur sec

1 0 divisiedirecteur clb 5 1

directeur sec

1 directeur dko 0 directeur basIs -

bubao 6 directeur buso 1 coördinerend

directeur sec 1 divisiedirecteur clb

1

a 17,35

6,00 b 12,66 7,84 c

10,05 8,09 d 0,95 6,41 e

27,75 23,17Eindtotaal 68,76 51,50

<= 30

1.318

31 - 40

1.568

41 - 50

1.271

51 - 64

1.379

65 + 12Eindtotaal 5.548

< 30 49

31 - 40

111

41 - 50

219

51 - 65

363

65 + 1

Totaal 743

derwijs, de car policy en herstructureringen in de scholengemeenschappen van het basis- onderwijs. Er waren ook meningsverschillen. Eén dispuut resulteerde in een staking op 23 maart 2011. Aanleiding voor de staking wa- ren de vastgelopen onderhandelingen over de prestatieregeling voor het gesubsidieerd

tweede pensioenpijlerHet verschil tussen het wettelijk pensioen na een loopbaan als statutair (gesubsidieerd personeel) of als contractueel medewerker (niet-gesubsidieerd personeel) is groot. Om- dat het Stedelijk Onderwijs voor alle perso- neelsleden meer gelijkheid nastreeft, wil het

Stedelijk Onderwijs Antwerpen

pERSONEELSBUDGETTEN pER pROcES

Operationele Eenheid Omschrijving Bedrag Kost percentage kost Referentiejaar

basisonderwijs 140.777,97

0,56% 2011 buitengewoon onderwijs

26.774,02 0,11% 2011 secundair onderwijs

286.750,73 1,14% 2011Volwassenenonderwijs 268.115,78 1,07% 2011

deeltijds kunstonderwijs 944.033,91 3,75% 2011 buitengewoon onderwijs/busbegeleiders 828.682,07 3,29% 2011 koninlijke balletschool 620.381,84 2,47% 2011 mpI (medisch pedagogisch Instituut)/auticant 240.073,15 0,95% 2011 mpI (medisch pedagogisch Instituut)/mytyl 1.703.036,75 6,77% 2011 patrimoniumbeheer/administratie&exploitatie 510.344,33 2,03% 2011 patrimoniumbeheer/administratie&exploitatie/poets 10.222.883,29 40,64% 2011 patrimoniumbeheer/administratie&exploitatie/poets/ploegleiders 614.475,27 2,44% 2011 patrimoniumbeheer/onderhoud 4.637.451,72 18,44% 2011 patrimoniumbeheer/Vastgoed&projecten 635.731,96 2,53% 2011 scc/beleidsondersteuning 533.774,60 2,12% 2011 scc/Financiën 608.441,35 2,42% 2011 scc/Human resources 763.642,86 3,04% 2011 scc/Human resources/pensioenen 88.296,99 0,35% 2011 scc/Ict 71.874,78 0,29% 2011 scc/Idbp 64.529,78 0,26% 2011 scc/kworoV 529.179,65 2,10% 2011 scc/marketing & communicatie 162.144,98 0,64% 2011 scc/onthaal 59.989 0,24% 2011 tijdelijke dienstverlening

590.363,16 2,35% 2011Eindtotaal 25.151.749,94 100%

Stedelijk Onderwijs dit verschil

verkleinen. Daarom werd beslist voor de niet-g

esubsidieerde medewerkers een tweede pensioenpijler op te zetten, aanvullend op het pensioen betaald door de werkgever. Dit aanvullend pensioen wordt opgebouwd met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2010.

De opstart van de tweede pensioenpijler wordt het komende jaar uitgevoerd.

dIVersIteItHet Stedelijk Onderwijs kijkt samen met de Stad Antwerpen hoe onderwijs nog beter kan scoren op diversiteit. Als antwoord op de oefening met de diversiteitstool Diversoscoop in 2010 is dit jaar de aanstelling van een diversiteitsmanager binnen de afdeling Kwali- teitszorg en Onderwijsvernieuwing goedgekeurd. In 2012 zal die het diversiteitsbeleid verder verfijnen en lokale projecten in scholen uit- bouwen.

In 2011 is binnen het volwassenenonderwijs een bijzonder grote inspanning geleverd om de wachtlijsten voor ‘Nederlands voor an- derstaligen’ weg te werken. Voor het studiegebied NT2 hebben een vijfduizendtal cursisten uit meer dan honderdveertig landen zich aangemeld. Er is daartoe extra personeel aangeworven, en er zijn ruim vijftig extra klassen ingericht.

‘goed bezIg?’‘Goed bezig?’ is de overkoepelende titel voor alle initiatieven in ver- band met welzijn. Het moet een merknaam worden waar het Stede- lijk Onderwijs allerlei welzijnsonderdelen in kan bundelen, zoals het alcohol- en drugsbeleid, het aanwezigheids- en het attentiebeleid.

53

“5.632 cursisten

uit 142 landen volgende nt2

opleidingin a

ntwerpen.”

Voor het aanwezigheidsbeleid en ziekteverzuim zijn er procedures ontwikkeld die focussen op re-integratie van langdurig zieken. Daarvoor is er steeds multidiscipli- nair overleg tussen een externe arbeidsgeneeskundige dienst, HR en de betrokken leidinggevende waar het pro- bleem zich voordoet.

Er werd ook een beleid rond alcohol en drugs ontwik- keld en uitgerold, met onder andere een visietekst en een procedurehandboek. Dat legt uit hoe je met die pro- blematiek om kan gaan, wat je moet doen, en waar je terecht kan als je ermee te

maken krijgt.

Dit jaar is ook de aftrap gegeven voor het attentiebeleid, waarbij het Stedelijk Onderwijs er echt voor wil zorgen dat de belangrijke momenten in iemands leven niet on- opgemerkt voorbijgaan. Een geboorte, overlijden, of een andere grootse gebeurtenis in iemands leven verdient immers passende aandacht.

55

1 2 3 4 5 67 8 9

we werkeneraan

Masterplan: matrix voor de toekomst

Het stedelijk onderwijs wil met het masterplan meer dan zesduizend extra

plaatsen creëren in het basis- onderwijs. dit masterplan gaat echter

om veel meer dan uitbreiding van capaciteit. Het staat ook garant voor

duurzame, innovatieve en brede scholen. In 2011 kwamen er 608

plaatsen bij, en werd de fundering gelegd van zeer innovatieve

projecten waaronder de

topsportschool.

57Stedelijk Onderwijs Antwerpen

Het masterplanHet Stedelijk Onderwijs wil met het Master- plan een gestructureerd antwoord bieden op de spectaculaire aangroei van de Antwerpse bevolking van de jongste jaren en de achter- stand in het onderhoud van zijn gebouwen. De cel Vastgoed en Projecten van de afde- ling Patrimoniumbeheer leidt de uitvoering van dit plan in goede banen en wierf hier- voor in 2011 drie bijkomende projectleiders aan. Alle grote projecten voor de periode2010-2025 zijn opgenomen in een meer- jarenplanning.

Stedelijk Onderwijs evalueert en actualiseert het plan om de zes maanden in functie van nieuwe inzichten en financiële middelen.

aFdelIng patrImonIumbeHeer:een nIeuwe structuurHet organogram van de afdeling Patrimoni- umbeheer kreeg in 2011 met drie aparte cel- len definitief vorm: naast de cel Vastgoed & Projecten staat de cel Onderhoud die verant- woordelijk is voor het technische onderhoud van de gebouwen; de cel Exploitatie ont- fermt zich hoofdzakelijk over breed gebruik, energiebeheer en -monitoring, logistiek en

problemen snel en efficiënt op. Daarnaast bieden vijf technische experten ondersteu- ning in hun vakterrein.

De cel Onderhoud verrichtte in 2011 in to- taal 8.300 interventies in diverse schoolge- bouwen. Buiten de technische interventies voert de cel Onderhoud eveneens kleinere aanpassingswerken en verbeteringsprojec- ten uit. Zo zullen tegen eind 2012 alle scho-

len vrij zijn van loden leidingen en wordt ge- start met de plaatsing van rookdedectoren. Beide projecten werden in 2011 versneld opgestart. Alle onderwijsniveaus inves- teerden ook in kleine energiebesparende maatregelen, waarvoor de cel Onderhoud in samenwerking met Werkhaven in eerste instantie een inventaris opmaakte. Reeds in 46 scholen werden energiebesparende maatregelen uitgevoerd, zoals het plaatsen

van thermostatische kranen, het vervangen van energievretende apparaten en het aan- brengen van folie achter de radiatoren. In2011 bedacht de cel Onderhoud samen met Marketing & Communicatie en partner Ea- ndis de sensibiliseringscampagne ‘Energie- coole school’. Die campagne gaf scholen tips over zuinig omgaan met energie. Begin 2012 staat de uitrol van de campagne gepland.

actualisering van het planHet Masterplan vormt een coherent en

schoonmaak. De afdeling Patrimoniumbe- heer wordt sinds maart 2011 geleid door

MASTERpLAN: FAcTS & FIGURES 2011

consistent plan om de huisvestingsproble- matiek aan te pakken. Het is echter nog niet alomvattend. Het is gebaseerd op een denkoefening voor alle schoolgebouwen in functie van capaciteit en mogelijkheden. Bijsturingen en aanpassingen op regelma- tige basis zijn nodig. In het vierde kwartaal van 2011 keurde het Directiecomité de eer-

ste review

goed. Het M

asterplan v

oorziet in

een investe

ring van 500 miljoen euro voor nieuwbouw, uitbreiding, grondige renova- tiewerken, beperkte renovatie- en opfris- singswerken en renovaties rond Rationeel Energieverbuik (REG). Het Masterplan biedt dus een strategie op lange termijn, maar het

een directeur, Karl Cools, die eveneens ze- telt in het Directiecomité. Niet onbelangrijk, gezien het hier gaat om een patrimonium van meer dan 250 gebouwen met een ge- middelde projectinvestering van 25 miljoen euro per jaar.

cel onderhoudZes gebouwbeheerders hebben in 2011 het team van de cel Onderhoud vervoegd. Voor de schooldirecties vormen zij een uniek aan- spreekpunt voor alle vragen en opmerkingen over het technische onderhoud van de ves- tigingen. Elke gebouwbeheerder is verant- woordelijk voor een bepaalde regio, en lost

608extra plaatsen in hetbasisonderwijs

16projectenreeds opgeleverd

59projecten opgestartdoor patrimoniumbeheer

9afgerondereg-projecten

8nieuwbouwprojectenopgestart

18,6afgesloten contracten voorgroene investeringen(in miljoen euro)

20grote renovatiesopgestart

369 co2-reductie (aantal ton)

basisschool berendrecht

so creëert extra capaciteit

so innoveert

so gaat breed

so wordt duurzaam

so bouwt

scholen & c

ampusse

kleuter + lager +kinderdagverblijf

Oplevering 2014

Campus 3.000 m²

Uitbreiding functionaliteit

Eerste nieuwe school SO volgens

passiefhuisstandaard

so renoveert

sogaat

groen

sozoekt

partners

SamenwerkingAG Kinderopvang

Brede school voor DKO, Kinderopvang, sportverenigingen,

andere partners

topsportschool

so creëert extra capaciteit

so innoveert

so gaat breed

so wordt duurzaam

so bouwt

scholen & c

+ 116 leerlingen

Gevolg: extra capaciteit

basisonderwijs Merksem

Oplevering 2014

Flexibele ruimtes

Flexibel gebruik

Passiefhuisstandaard

Natuurlijke lichtinval

so renoveert

sogaat

groen

sozoekt

partners

Complex toegankelijk voor

universiteit Antwerpen,

sportclubs en publiek

59Stedelijk Onderwijs Antwerpen

matrixHet matrixmodel combineert vier maat- schappelijke doelstellingen – het Stedelijk Onderwijs (SO) innoveert, wordt duurzaam, creëert capaciteit, gaat breed – met vier technische pijlers – het Stedelijk Onderwijs bouwt campussen & scholen, renoveert, gaat groen, zoekt partners. Alle projecten binnen het Masterplan zijn een weloverwo- gen en bewuste keuze en moeten een oplos- sing bieden voor twee acute problemen: het capaciteitsprobleem en de verslechterende staat van de schoolgebouwen. In het plan is ook een toekomstgerichte visie op onderwijs verweven, met een vernieuwende pedagogi- sche

aanpak en een efficiëntere onderwijsor- ganisatie. Dankzij het Masterplan is het Ste- delijk Onderwijs ondertussen uitgegroeid tot dé onderwijsreferentie in Vlaanderen.

2

61Stedelijk Onderwijs Antwerpen

cel Vastgoed & projectenDe belangrijkste activiteit van de cel Vast- goed & Projecten is de uitrol van de projec- ten en de actualisatie van het Masterplan. Daarbij coördineert deze cel de grote ener- giebesparende maatregelen met onze part- ner Eandis.

Het Stedelijk Onderwijs wil evolueren naar een minimaal energieverbruik in haar patri- monium. Dit door sensibiliseringscampag- nes en kleine ingrepen, maar ook door grote energiebesparende maatregelen. Hiervoor

9 UITGEVOERDE REG-pROJEcTEN

sloot het Stedelijk Onderwijs in 2011 een sa- menwerkingscontract af met netbeheerder Eandis. Dit partnership omvat 92 projecten, met een totale investeringskost van 18,6 miljoen euro. Dat geld wordt geïnvesteerd in zonnepanelen, relighting, dakisolatie, stook- plaatsrenovatie en vervanging van stoomin- stallaties, buitenschrijnwerk en beglazing. Negen projecten werden al afgerond. De jaar- lijkse energiebesparing bedraagt minstens89.263 euro en de bijhorende CO -uitstoot is met maar liefst 369 ton per jaar gedaald, wat overeenstemt met de jaarlijkse uitstoot

van 36 huishoudens. In het vierde kwartaal van 2011 sloot het Stedelijk Onderwijs een bijkomende overeenkomst met Eandis af voor de plaatsing van fotovoltaïsche pane- len en dakisolatie in 26 schoolgebouwen. De investeringskost bedraagt minstens 5,8 mil- joen euro. Er werden reeds twee projecten uitgevoerd, namelijk in het Leonardo Lyce- um Esemnegen aan de Boomsesteenweg en de scholencampus aan de Grote Steenweg. Hier werden in totaal 1.133 vierkante meter zonnepanelen geplaatst, die samen jaarlijks141.000 kWh besparen.

“Het stedelijk

onderwijs wil een minimaal

energie- verbruik in

haar p

atrimonium.”

cel exploitatieDe cel Exploitatie groepeert buiten een aan- tal bestaande opdrachten

zoals de schoon-

capaciteitsprojecten

kleuters

leerlingen

van 99 jaar en heeft daardoor recht op subsidies van het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs. Aan- sluitend bij deze overdracht wordt een gebruikersconve- nant opgemaakt met afspraken over de exploitatie van het gebouwenonderhoud. De convenant schept duide- lijkheid tussen gebruikers van een gebouw, hun rolver- deling en wie de factuur betaalt.

De cel Exploitatie startte in 2011 ook met een reorgani- satie van de schoonmaakafdeling; die bestaat uit zowel personeel van een schoonmaakbedrijf als eigen perso- neel. Voortaan zal het eigen personeel schoonmaken in alle basis- en kleuterscholen, ook die van het buiten- gewoon basisonderwijs. Het schoonmaakbedrijf staat in voor de resterende gebouwen. Er vielen geen naakte ontslagen, wel zal een gedeelte van het schoonmaak- personeel op andere locaties ingezet worden. De nieuwe

Stookplaatsrenovatie &stoomvervangingen (5 projecten) zonnepanelen (2 projecten) Relighting (2 projecten) maak van de scholen en de

opvolging van de energiekosten, ook een aantal nieuwe

de kleine muze (+72 plaatsen) overeenkomst voor het schoonmaakbedrijf is

een resul- taatsverbintenis waarbij het schoonmaakbedrijf het Ste-

co2-reductie(ton/jaar)

gemiddelde

terugverdientijd (jaar)

totale energie- besparing (kwh/jaar)

326 394 18,88

21,533,75

1.785.268

141.000

13.732

als ‘brede scholen’ – de scholen maximaal inzetten voor activiteiten buiten de school- uren door andere partijen – werden nieuwe voltijdse medewerkers aangetrokken. De cel is nog in opstartfase, maar boekte reeds en- kele belangrijke resultaten.

De overdracht van de schoolgebouwen kwam in 2011 in een stroomversnelling: het Autonoom Gemeentebedrijf heeft erfpacht op 156 schoolgebouwen voor een periode

de kleine beer (+100 plaatsen)

lamolientje en alberreke (+34 plaatsen)

Het Vosje (+50 plaatsen )

VerscHIllende metHodesVoor extra capacIteIt

608 plaatsen erbijHet Masterplan wil tegen 2018 meer dan 6.200 extra plaatsen in het basisonderwijs creëren. Op 1 september2011 werden nog eens 608 nieuwe plaatsen gecreëerd:•

Onrechtstreeks ontstonden er 253 plaatsen doordat alle administratieve diensten van het basisonderwijs verhuisden naar ‘Het Anker’. Ook alle vergaderingen

63Stedelijk Onderwijs Antwerpen

vinden voortaan plaats in dit kantoorgebouw in de Lamorinièrestraat. Dankzij deze hele operatie kwamen er in verschillende scholen lokalen vrij die vandaag plaats bieden aan nieuwe klassen.

• Rechtstreeks kwamen er op zes verschillende

locaties 355 extra plaatsen bij. In bestaande kleuter- en lagere scholen werden vijf verbouwingsprojecten uitgevoerd. Tevens werd een opstartschool gecreëerd, De Kleine Muze, die in 2012 zaluitgroeien tot een autonome school.

Met de herstructurering van dertien scholen, creëerde het basisonderwijs bovendien een betere doorstroming, zodat ouders die hun kinderen in de kleuterschool in- schrijven, verzekerd zijn van een plaats in de lagere school.

complementaire methodesNet zoals vorig schooljaar gebruikte het Stedelijk Onder- wijs complementaire methodes voor extra capaciteit. Dat gaat van uitbreiding in bestaande lokalen over extra klas- sen creëren tot de uitbreiding via mobiele klasunits, gro- te verbouwings- en uitbreidingswerken en de creatie van

De kleine muze: opening van een nieuwe schoolBasisschool De Kleine Muze open- de in 2011 de deuren. Het nieuwe schoolteam geeft er les volgens de Daltonprincipes van zelfredzaamheid, zelfwerkzaamheid en participatief leren, en schenkt veel aandacht aan ouderparticipatie. Het is de tweede basismethodeschool van het Stedelijk Onderwijs.

Extra klassenDe Kleine Muze startte op 1 september2011 met twee kleuterklasjes en een eerste leerjaarklas, goed voor 72 nieu- we plaatsen. De komende vier jaar zul- len er jaarlijks twee klassen bij komen, waardoor er op termijn 240 plaatsen bij gecreëerd worden. De renovatie

Een nieuw teamDirecteur Willy Tysmans kon voor de samenstelling van het nieuwe school- team op veel enthousiasme rekenen: “Elke leerkracht van het Stedelijk Onderwijs kon zich kandidaat stellen. Het is leuk om in een nieuwe schoolte starten: als leerkracht kan je vanaf nul de klas inrichten, een aantallijnen mee uitzetten, en een stuk mee de visie van de school bepalen. Uit de kandidaten hebben we uiteindelijk drie uitstekende leerkrachten gese- lecteerd.Daarnaast zijn er ook nieuweleerkrachten voor levensbeschouwelij- ke vakken en een turnleerkracht voor zowel de lagere als de kleuterschool gestart. Alleen de onderhoudsploeg die al in de gebouwen werkte, is dezelfde gebleven.

positief domino-effectWe bieden niet alleen plaats aan nieuwe kleutertjes, maar geven met onze nieuwe klassen de naburige scholen meer ademruimte. Er was in deze buurt echt behoefte aan meer capaciteit voor basisonderwijs, vooral

mobiele klasunits: een tijdelijke oplossing voor de kameleonOmwille van een grondige renovatie verhuis- den alle kleuterklassen van de kleuterschool De Kameleon, goed voor 320 kleuters, naar een tijdelijke locatie. Het Stedelijk Onderwijs vond in de lokalen van de basisschool Pieren- bergstraat een oplossing voor twee klassen. De overige tien kleuterklassen kregen een tijdelijk onderkomen in de tuin van het Ly- ceum Esemnegen aan de Boomsesteenweg. De tijdelijke schoolinfrastuur voor deze kleu- terklassen, de slaapklas, de administratie

EVOLUTIE cApAcITEIT LEERLINGEN BASISONDERWIJS

en de leraarskamer bestaat uit 51 mobiele klasunits: 36 klasunits werden herplaatst en15 nieuwe werden aangekocht. De kostprijs bedroeg 677.534 euro.

winterthurgebouwHet Stedelijk Onderwijs kocht voor de divisie Volwassenenonderwijs in januari 2011 het voormalige Winterthurgebouw voor 6,5 mil- joen euro. In afwachting van een volledige renovatie van dit gebouw trokken in septem- ber al de eerste gebruikers in. Naast de di- recties en back office-diensten van de centra

nieuwe scholen. De cel Vastgoed & Projecten ontfermde zich in 2011 over 59 effectieve

bouwprojecten, waarvan er zestien werden opgeleverd.

Acht nieuwbouwprojecten werden opgestart. Hieronder

vallen de opstart van het project kindercampus Berenschool,

thematische

campus Topsportschool, en

11.610

11.329

de aankoop van het Winterthurge- bouw in Berchem op 14 januari 2011 voor de divisie Vol- wassenenonderwijs.

van dit gebouw, voorheen onderdeel van het Stedelijk Handelsinstituut Merksem, verloopt in twee fasen. De eerste fase werd afgerond vóór de ope- ning en omvat een gloednieuwe turn- zaal en nieuwe vloeren, verwarming en verlichting. De klaslokalen werden opnieuw bepleisterd en geschilderd. De totale investering bedraagt hier

omdat het voor jonge kinderen lastig is om zich ver te verplaatsen. Dankzij onze vernieuwde gebouwen konden we bovendien tijdelijk plaats verschaf- fen aan de kleuterschool en het kin- derdagverblijf van basisschool Crea16, die zelf momenteel haar gebouwen renoveert. Je ziet dat één nieuweschool al snel positieve effecten heeft

De grafieken geven de evolutie weer van het aantal kin- deren dat binnen het Stedelijk Onderwijs wordt opgevan- gen. Het startpunt van deze evolutie is september 2010. Dankzij de aanmelding van in te schrijven kleuters en kinderen in een centraal computersysteem (CAR) werdde omvang van het capaciteitsprobleem in Antwerpen in alle ernst duidelijk. Tegen 1 september 2010 creëerden we 760 nieuwe plaatsen. In 2011 (CAR2 2011) werd deze inspanning verdergezet met 715 extra plaatsen. Tegen1 september realiseerden we 608 nieuwe plaatsen door verhuisbewegingen en verbouwingsprojecten. Daarna breidden we de bestaande capaciteit nog uit met 107 plaatsen. Ook in 2012 zullen extra inspanningen moeten

kleuteronderwijs

11.735

lager onderwijs

11.919

430.000 euro. voor een pak andere scholen.”

leiden tot een verdere uitbreiding van onze opvangcapa-citeit voor het schooljaar 2012-2013.

Schooljaar2010-2011

Schooljaar2011-2012

Schooljaar2010-2011

Schooljaar2011-2012

Stedelijk Onderwijs Antwerpen

FRANS VAN DEN WyNGAERT - Directeur Topsportschool 65

Pestalozzi en Nijverheidsschool, is hier ook de divisiewerking gecentraliseerd die voor- dien op drie verschillende locaties zat. Na de renovatiewerken zal het Winterthurgebouw ruimtelijk verbonden zijn met het aanpa- lende schoolgebouw aan de Grote Steenweg

dat al langer eigendom van het Stedelijk Onderwijs was en dat, naast deeltijdse be- roepsopleidingen, vooral opleidingen van het volwassenenonderwijs huisvest. Zo zal op termijn één grote campus van het Ste- delijk Volwassenenonderwijs ontstaan. De

divisie Volwassenenonderwijs peilde zowel bij cursisten als personeel naar de gewenste voorzieningen op deze nieuwe campus. De renovatiewerken moeten de campus voorbe- reiden op nog meer cursisten en opleidingen voor deze divisie die vandaag al de grootste aanbieder van opleidingen voor volwasse- nen in Antwerpen is.

op vraag van de oudersDe Montréalstraat heeft er een midden- school bij sinds september 2011. Deze Dal- tonschool biedt de opleiding Wetenschap- Techniek aan voor het eerste middelbaar, en

De nieuwe Berenschool

komt hiermee tegemoet aan een jarenlange vraag van ouders, leerlingen, leerkrachten en directies. De nieuwe middenschool zal met de naburige Zwemschool een kinderen- en jongerencampus vormen. Met deze ver- nieuwing krijgen kinderen uit de wijk Lucht- bal de mogelijkheid om rechtstreeks door te stromen van het lager naar het secundair onderwijs. En dat is wenselijk: de komst van jonge gezinnen in de buurt is duidelijk merk- baar aan het stijgende aantal leerlingen in De Zwemschool, Sportomundo en Willem Tell.

een ultramoDerne topsportschool“Wij hebben de knoop doorgehakt: de architect en het ontwerp voor de nieuwe Topsportschool zijn bekend. Op de site van Fort VI in Wilrijk verrijst in het najaar van2014 een ultramoderne topsportschool. We zetten de deuren open voor onze huidige en nieuwe federaties, voor lokale sportclubs en studenten van de Universiteit Antwerpen. Met de allernieuwste sportaccommodatie, flexibele zalen, een fitness, ruimtes voor kinesitherapie en zelfstudie… is dit een ontwerp om U tegen te zeggen, volledig volgens de duurzame principes van het passief- huis”, aldus directeur Frans Van Den Wyngaert.

Iedereen welkomHet Leonardo Lyceum Topsportschool telt 116 leerlingen in de tweede en derde graad van het secundair onderwijs die reeds zes jaar gehuisvest zijn in modulaire klasunits op de gronden van de Universiteit Antwerpen. Voor de leerlingen, ouders en leerkrachten zijn er echter mooie vooruitzichten: in 2014 komt op deze zelfde locatie een hypermodern complex waar talentvolle jongeren kun- nen uitgroeien tot echte topsporters. “We creëren een Topsportschool waar de acht federaties (judo, taekwon- do, tennis, badminton, voetbal, zwemmen, ski, snow- boarden) heel het jaar door, ook in de vakanties en de

Alles in 1 huisHoe ziet de Topsportschool van de toekomst eruit? “Op de benedenverdieping heb je kleedkamers, een uitgekiende sporthal en twee gevechtssporthallen – voor judo en taikwando – die tot één grote trainingszaal omgevormd kunnen worden. De leerlingen beschikken op de eerste verdieping over een grote fitnessruimte en een cafetaria. Voorlopig eten we nog in de klassen, dus deze vernieuwing wordt met open armen ontvangen.We voorzien ook zalen voor kinesitherapie waar de sporters kunnen revalideren. Een verdieping hoger tref je een open studeerruimte, waar de leerlingen vrij ophun laptop kunnen werken. Het grootste voordeel is dat we niet langer op verplaatsing moeten naar de sporthal Kattenbroek in Edegem. Elke twintig minuten die een topsporter in de bus zit, betekent twintig minuten minder lang trainen”, weet Frans Van Den Wyngaert,zelf gewezen Belgische voetbalscheidsrechter. Hij werd in 1997, ’98 en ’99 uitgeroepen tot Scheidsrechter van het Jaar.

De keuze van de jury“Het was belangrijk dat het ontwerp van hoogstaand niveau zou zijn. Daarom hebben we gekozen voor een open oproep via de Vlaamse Bouwmeester. De jury koos het ontwerp van Compagnie O als winnaar, onder meer omdat de architect naast de ideale sportaccommoda- tie en de zeer lage energiebehoefte, ook een antwoord biedt op tal van randvoorwaarden zoals de hoge grond-

Architectenvennootschap Planners won in 2011 de ontwerpwedstrijd voorde bouw van de unieke kinder- en jongerencampus

Be2014 de

154 leerlingen uit het onderwijs.

concept krijgen het deeltijds kunstonderwijs en het kinderdagverblijf Neuze Neuze een vaste plek. Na de schooluren zullen Kind & Gezin en enkele buurt- en sportverenigingen toegangkrijgen tot de turnzaal en enkele lokalen waaronder het crea- en het computerlokaal. De architect houdt rekening met een capaciteitsuitbrei- ding van zes extra klassen die plaats bieden aan zo’n 150 leerlingen.

De nieuwe Berenschool is de eerste school in Antwerpen volgens de passiefhuisstandaard en verbruikt dertien keer minder energie. Voor de bouw van de nieuwe basisschool, met een oppervlakte van drieduizend vierkante meter, is een budget van 6,8 miljoen euro voorzien.

weekends, terecht kunnen voor trainingen, wedstrijden, vergaderingen… in een ultramoderne accommodatie. We mikken ook op nieuwe federaties, zoals die voor bas- ketbal, hockey of golf. In het nieuwe ontwerp is immers ruimte voorzien voor maar liefst tweehonderd leerlingen met een topsportstatuut, en de oefenvelden van deze drie laatste federaties liggen op een boogscheut hier- vandaan.”

waterstand, het militaire erfgoed, de vleermuizenbio- toop en de aanwezige vliegroute. De totale kost van het project bedraagt 12.733.979 euro. Hierin zijn zowel de investeringskost en eerste uitrusting inbegrepen, als de studiekosten en erelonen, en de begeleidingskost van de bouwheer.” De mobiele klasunits waar de leerlingen voorlopig nog les krijgen, gaan niet verloren. Zij zullen na 2014 extra capaciteit creëren voor het kleuter- en basisonderwijs. “We investeren met dit project niet in slechts één school, maar in de toekomst van meerdere scholen.”

67

1 2 3 4 5 6 7 8 9

onDersteuningin woorD en DaaD

Correct, snel en transparant

de afdeling marketing & communicatie staat met zijn vernieuwde werking de scholen in woord en daad bij in zowel hun interne commu- nicatie,

externe communicatie als perswerking. dankzij de noodplan- procedure van het stedelijk onderwijs worden de directeurs voortaan van een zware

verantwoordelijkheid ontlast tijdens crisissituaties. daarnaast is 2011 ook het jaar van de nieuwe

merkenarchitectuur en de nieuwe huisstijl.

69Stedelijk Onderwijs Antwerpen

IVO DAVIDS - Procescoördinator Interne Dienst voor Preventie en Bescherming

In 2011 kreeg de afdeling Marketing & Com- municatie een gloednieuwe werking, met aan het hoofd een marketing- & communica- tiemanager, Frederik Picard. Hij legde de ba- sis voor een daadkrachtige strategie die een antwoord biedt op de vraag: wat kan deze af- deling extra aanbieden aan het communica- tie- en marketingproces van de scholen? Hier- voor slaat een heel team de handen in elkaar. Elke divisie kreeg één of twee marketing- & communicatiemedewerkers. Zij worden on- dersteund door drie centrale marketing- & communicatiemedewerkers, die over divisies heen projecten uitwerken. Daarnaast werd de afdeling uitgebreid met een archief- en infor- matiebeheerder en een ‘runner’ die de prakti- sche opvolging van acties doet.

De nooDplan- proceDure in De praktijkMet dagelijks bijna meer dan vijftigdui- zend leerlingen en cursisten en meer dan zesduizend werknemers op de scholen van het Stedelijk Onderwijs, kan er al eens iets mislopen. Kleine in- cidenten worden snel opgevangen en rechtgezet. Maar wat doet een school als er een brand uitbreekt, kinderen onwel worden na het middageten, of een schoolbus bij een ongeval betrok-

stappenplannen uitgewerkt voor wat de leerkrachten en directies moeten doen bij bijvoorbeeld brand, nood- weer, geweld of voedselvergiftiging. Via een centraal noodnummer kan de school onze hulp inroepen. Wij nemen dan zoveel mogelijk van de zorgen over en bieden ondersteuning waar nodig. Bij kleine en grotere incidenten raden we aan om preventief de cel Marketing& Communicatie op de hoogte te stel- len, zodat zij de communicatie kunnen voorbereiden. Wanneer het incident vervolgens de pers bereikt, zijn er in dat geval al teksten en instructies be- schikbaar over wat er best wel en nietwordt gezegd, bijvoorbeeld om rede-

meentelijk nood- en interventieplan in. Voor de school in kwestie creëert zo’n situatie enorm veel druk.”

“Gelukkig werd via de noodprocedure onze Interne Dienst voor Preventie en Bescherming meteen gewaarschuwd, en contacteerde die de school, de di- visiedirecteur en de cel Marketing & Communicatie. Hierdoor konden we tijdig informatie verzamelen en be- schikbaar maken. We vermeden paniek en foute informatie bij de ouders en de pers, en verminderden de druk voor de school. Daarnaast vingen we de ou- ders persoonlijk op in het ziekenhuis, en werd de dag nadien het incident

Marketing & Communicatie staat voortaan in voor alle interne en externe communicatie bij crisissituaties. De communicatiespecialis- ten beschikken over heel wat expertise rond crisiscommunicatie, onder meer met de pers, en ontlasten de directeurs van een zware verantwoordelijkheid. Zij hebben samen met de afdeling Interne Dienst voor Preventie en Bescherming (IDPB), het noodnummer 049999 99 10 gelanceerd en de perswerking gepro- fessionaliseerd.

INTERVENTIES EN OpLEIDINGEN IDEWE

opgeleverde bedrijfsbezoeken

preVentIe en bescHermIngDe afdeling IDPB ondersteunde de scholen en het Service- en Coördinatiecentrum (SCC) in2011 op verschillende domeinen. Ze kregen daarbij hulp van de Externe Dienst voor Pre- ventie en Bescherming op het Werk (IDEWE).

De milieucoördinator van IDPB hielp drie scholen aan nieuwe milieuvergunningen, be- geleidde twee scholen met aanpassingen aan hun milieuvergunningen en werkte een rol- lend milieuprogramma uit voor vier scholen.

54

In 2011 vonden binnen het Stedelijk Onder- wijs drie ernstige arbeidsongevallen plaats in praktijklokalen hout en metaal. Hierbij waren twee personeelsleden en een cursist betrokken. Naar aanleiding daarvan nam het Stedelijk Onderwijs aanvullende verbeter- initiatieven voor het machinepark. Daarnaast werden in 2011 de voorbereidingen opgestart voor een sensibiliseringscampagne rond een veilige werkhouding in praktijklokalen.

merkarcHItectuurMet een doordachte merkarchitectuur dra- gen de scholen een gemeenschappelijk ver- haal, dat evenwel divisie-eigen is, onder de overkoepelende structuur van het Stedelijk Onderwijs. Deze positionering en de verfij- ning van de architectuur per divisie, heeft

vervangen door kleuterschool, lagere school of kleuter- en lagere school. Voor ouders is het zo onmiddellijk duidelijk over welke soort school het gaat. Intern gebruikt het personeel nog steeds de termen DKO en BAO, en dus zijn deze benamingen ook in dit jaarverslag zo opgenomen. Ook het volwassenenonderwijs investeerde in 2011 sterk in communicatie, met een herstructurering van het opleidings- aanbod, de aanwerving van een halftijdse marketing- & communicatiemedewerker en de zoektocht naar een gemeenschappelijke naam en branding. De verdere uitrol van de nieuwe merkarchitectuur, de nieuwe identi- teit en naamgeving van het volwassenenon- derwijs staat gepland in 2012.

Interne communIcatIe

Eén van de centrale marketing- & communi- catiemedewerkers werkt uitsluitend rond de uitvoering van het Masterplan. Een goedecommunicatie is hierbij van cruciaal belang,

ken raakt? Directies en leerkrachten handelen naar eigen inzicht, maar zij hebben geen specifieke opleiding ge- kregen om pers en ouders te woord te

nen van privacy of veiligheid.”

Ivo Davids vertelt hoe de noodplanpro- cedure werd uitgerold bij een busonge-

uitgelegd en besproken in de klas. Tot slot verstuurden we brieven naar de ouders van de betrokken leerlingen,en ook naar alle andere ouders. Cri-

medische onderzoeken

1.825 psychosociaal welzijnInterventies stressbeleid 49

een grote invloed op alle organisatorische en marketingcommunicatie.

Een eerste toepassing is de nieuwe huisstijl

Met een goede interne communicatie zorgt het Stedelijk Onderwijs voor een transparant beleid en verhoogt het de betrokkenheid vanalle scholen en personeelsleden. In 2011

en zorgt ervoor dat directies, leerkrachten en ouders tijdig en

correct geïnformeerd wordenover bijvoorbeeld een verhuis,

renovatiewer- staan. De nagelnieuwe noodplanproce- dure brengt raad. val: “Toen een schoolbus met 24 kinde- ren van het buitengewoon

onderwijsniet tijdig kon remmen, kwam het tot

siscommunicatie trekken we dus door tot in de nazorg. Dankzij dit noodplanwerden vijf interventies en een bom-

Interventies ongewenst en grensoverschrijdend gedrag op het werk

Interventies verzuimbeleid

Interventies alcohol/drugsbeleid 12

6

6

van het Stedelijk Onderwijs, zichtbaar op alle gedrukte communicatiedragers, websites engevelsignalisaties. Daarnaast zorgt een her-

kre

eg het intranet een eerste facelift met een e-loket met elektronische

formulieren, Web-shop, IT-service platform… Aanvragen voor

ken en de bouw van nieuwe scholen.

crIsIscommunIcatIeDe belangrijkste realisatie in 2011 is de pro-

“Onze noodprocedure was te globaal en onvoldoende aangepast aan de snelle media van vandaag,” vertelt Ivo Davids, procescoördinator bij de

een kop-staartbotsing. Drie kinderen hadden een bloedneus en de chauffeur en de busbegeleider waren zeer licht verwond. De schade viel mee, maar

melding in 2011 snel en correct opge- volgd. We houden van alle incidenten een logboek bij, zodat we de procedure nog verder kunnen verfijnen.”

Vaccinaties

1.824 opgemaakte brandverslagen

54 geslaagde deelnemers opleiding preventiemedewerker

85

werking van de merkarchitectuur voor een logischer verhaal over de organisatie aan de buitenwereld. Het deeltijds kunstonderwijs (DKO) werd naar de buitenwereld toe omge-

opleidingen en het plaatsen van bestellingen kan heel eenvoudig via het e-loket. Via het ser- viceportaal kan de surfer problemen melden, verzoeken indienen en eventueel een klacht

cedure voor crisiscommunicatie in het nood- plan van het Stedelijk Onderwijs. De afdeling

Interne Dienst voor Preventie en Be- scherming (IDPB). “We hebben in 2011

omdat het om een schoolbus ging, schakelde de stad Antwerpen het Ge-

deelnemers opleiding kleine blusmiddelen

begeleidingen ter voorbereiding van de doorlichtingen in het basisonderwijs

198

25

doopt tot de Academies en in de externe com- municatie is de term basisonderwijs (BAO)

formuleren. Voor acute computerproblemen is er een nieuwe telefonische helpdesk.

Stedelijk Onderwijs Antwerpen

pETRA VAN DE VELDE - Directeur buitengewoon lagere school De Bijenkorf 71

hoe laat je ouDers weten Dat een school verhuist?

Deeltijds kunstonderwijs:informatiecampagnes 2011

De divisie Deeltijds Kunstonderwijs maakte in 2011 de verschillende Academies meer kenbaar en zichtbaar met events, brochures, websites en gadgets.

• De campagne ‘goesting’, die erop gericht was volwassenen kennis te laten maken met de Academies, was een schot in de roos. De aftrap gebeurde door een flashmob in de Stadsfeestzaal op de Meir, waar maar liefst 120 leerkrachten, cursisten en sympathisanten aan deelnamen. Met de actie konden geïnteresseerden, wanneer ze de flashmob via de website www.kunstdatkanikook. be deelden op Facebook, een gratis inschrijving winnen in de Academie van hun keuze.

• De affichecampagne ‘kunst… dat kan ik ook’ had voor de derde maal met succes plaats. Alle zes- en achtjarige inwoners (instapleeftijd in de Academies) van Antwerpen kregen een affiche in de bus en de kinderen van het Stedelijk Basisonderwijs gingen er in de klas mee aan de slag. Op de affiche konden ze hun artistiek talent loslaten. De hoofdprijzen van deze kindercam- pagne waren gratis opleidingen en knutselkoffers.

• Tijdens de ‘dag van het dko: lof der zotheid’ zetten meer dan 1.600 leerlingen en tweehonderd leerkrachten de creativiteit van de Academies in de kijker voor een groot publiek. Aansluitend vond de eerste Nacht van het DKO plaats als slotfeest voor alle medewerkers van het DKO die elkaar zo op een informele manier beter konden leren kennen.

• Voor de derde keer op rij namen alle elf Academies gezamenlijk deel aan de

cultuurmarkt in Antwerpen. Om het publiek warm te maken vooréén van de v

ele kunstopleidingen, was er een artistiek programma met

muziek, dansoptje deelnemen aan veworkshops.Geïntekregenaanbod,gadget.

De interne nieuwsbrief ‘De Optimist’ heet nu ‘Sonar’, en de scholen bepalen mee de inhoudstafel. Deze nieuwsbrief vervijfvoudigde zijn le- zersbereik. Er zijn ook divisiespecifieke nieuwsbrieven. Daarin schrijven de leerlingen al eens mee een verhaal van hun school. Zo kunnen bin- nen de divisie Buitengewoon Onderwijs alle leerlingen artikels, video’s of foto’s indienen voor de digitale leerlingenkrant ’t Buitengewoontje. Deze krant evolueerde van een periodieke oplage naar een interactieve krant waar de leerlingen dagelijks nieuwtjes op posten. Zo weten zij meer over de eigen school, maar ook over de andere scholen binnen de divisie, en verbeteren zij tegelijkertijd hun taal- en ICT-vaardigheden.

externe communIcatIeInformatie moet relevant zijn, correct en op maat van de doelgroep. Dat is het uitgangspunt van de afdeling Marketing & Communicatie, en die lijn trekt ze door in al haar communicatiecampagnes. De divisie Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB) stelde de folder ‘Het CLB in vijftien vragen’ samen, en verdeelde die onder alle ouders van leerlin- gen in het Stedelijk Onderwijs. In de online communicatie werden de eerste

stappen gezet voor de ontwikkeling van een corporate website van het Stedelijk Onderwijs waarbinnen alle scholen hun eigen school- website krijgen, aangepast aan de informatienoden van de ouders of leerlingen. In 2011 maakte een publieksonderzoek duidelijk welke in- formatie ouders prioritair vinden, zoals bijvoorbeeld het aanbod van de scholen en de mogelijkheden tot voor- en nabewaking. Op basis van die resultaten worden de websites opgebouwd. Een project dat in fasen loopt, en dat volgend schooljaar van start gaat.

In de persDe perswerking is in 2011 verder geprofessionaliseerd. Een nieuwe uitgebreide database van 650 perscontacten en een contract met de digitale persdatabank Mediargus zorgt voor een goede opvolging van de persberichten. De interne communicatie van de persacties verloopt via een dagelijkse knipselkrant op de homepage van het intranet. De afdeling Marketing & Communicatie verstuurde 43 pers- berichten, wat resulteerde in minstens 295 artikels over het Stedelijk Onderwijs of haar scholen in de algemene pers.

AANTAL DOOR AG SO VERSTUURDE pERSBERIcHTEN VOLGENS THEMA

activiteiten en eenmalige events in scholen 9 solidariteit

5 kwaliteitsvol onderwijs 5 goede prestaties scholen en leerlingen

4 diversiteit 4 capaciteitsprobleem

3 energie en duurzaamheid 2

Internationalisering 2 creativiteit in het stedelijk onderwijs

2Veilige en propere schoolomgeving

2 crisiscommunicatie 2 competentiegericht onderwijs

2 opleidingen in de kijker 1

De kinderen van de buitengewoon lagere school De Bijenkorf verhuisden na de kerst- vakantie naar een voorlopige school, toen de renovatie van hun vertrouwde school begon. Om de ouders stapsgewijs bij de hele opera- tie te betrekken, werkte De Bijenkorf samen met de afdeling Marketing & Communicatie. Resultaat: een reeks van persoonlijke bro- chures, tevreden ouders en trotse kinderen.

professionelere communicatieDirecteur Petra Van de Velde vertelt: “Onze school telt ongeveer dertig verschillende nationaliteiten. Dat betekent natuurlijk dat we altijd al heel alert omspringen met com- municatie, om taalbarrières te overbruggen. Omdat de verhuis van één school naar een andere school sowieso geen eenvoudige zaak is, werkten we deze keer intensief sa- men met de afdeling Marketing & Communi- catie. Voor elke fase van ons avontuur lieten we een folder drukken. De eerste ‘De Bijen- korf Verhuist’ kreeg een vervolgverhaal met‘De Bijenkorf Verbouwt’. Als afsluiter komt er binnenkort ‘De Bijenkorf: Een nieuwe school’. Het zijn allemaal zeer visuele fol- ders met helder, aangepast taalgebruik en veel pictogrammen. Op de achterkant zet- ten we telkens een aantal vertalingen. Om de puntjes op de i te zetten, laten we de folders steeds nalezen door de cel Diversiteit van de stad.

Een sterkere band tussen ouders en school “Duidelijke en correcte informatie was onze prioriteit, maar tegelijkertijd zagen we de kans de band met de ouders te versterken. Zo plaatsten we bij de eerste folder foto’s van al onze veertig medewerkers en de directie. Kinderen toonden fier de folderaan hun ouders om hun juf aan te duiden.Die betrokkenheid zorgde voor een sterkere communicatie. Zelf merk ik bijvoorbeelddat mensen uit de buurt mij sindsdien veel beter herkennen en aanspreken.”

“Op de tweede folder plaatsten we de kinde- ren zelf. Die hangt bij veel ouders nog steeds aan de muur om andere ouders te tonen waar hun kind naar school gaat. Ouders voe- len zich actiever betrokken bij de communi- catie, en daardoor bij de school. We waren blij met de extra ondersteuning en expertise van de afdeling Marketing & Communicatie. Want samen creëerden we een persoonlij- kere en kwaliteitsvollere communicatiecam- pagne, waardoor de boodschap veel beter aankwam. Een echte meerwaarde dus!”

“KINDEREN TOONDEN FIER DE FOLDER AAN

HUN OUDERS”

73

1 2 3 4 5 6 7 89

organisatiein beweging

Trendsetter in Vlaanderen

de private stichting stedelijk onderwijs maakt sinds2011 deel uit van het autonoom

gemeentebedrijf. de organisatiestructuur blijft evolueren,

en brengt meer autonomie en bewegingsruimte voor de scho- len.

Het stedelijk onderwijs gaat hierover in dialoog met alle stakeholders: van

leerkrachten over ouders tot de burgers van antwerpen.

75Stedelijk Onderwijs Antwerpen

een zelFstandIge en FlexIbele organIsatIeHet Antwerpse onderwijsbeleid is met de verzelfstandi- ging van het Stedelijk Onderwijs ingrijpend veranderd, en geldt als een trendsetter in Vlaanderen. Het Auto- noom Gemeentebedrijf Stedelijk Onderwijs Antwerpen kreeg een flexibele en moderne structuur, en is in staat om haar toekomst in eigen handen te nemen. Een auto- nome structuur geeft meer bewegingsruimte, en biedt de organisatie tal van voordelen zodat ze haar scholen kan blijven versterken. Minder bureaucratie, sneller en efficiënter inspelen op kansen die zich voordoen, meer ruimte om gebouwen te renoveren, meer mogelijkhe- den om een sterk en vernieuwend onderwijs uit te bou- wen, efficiënter en voordeliger materiaal aankopen... Uiteindelijk komen die – en dat is ook het doel – zowel de leerlingen en cursisten als het onderwijzend en on- dersteunend personeel ten goede.

prIVate stIcHtIng stedelIJk onderwIJsHet AG Stedelijk Onderwijs heeft in 2011 de Private Stichting Stedelijk Onderwijs opgericht, om ook de vzw’s en de feitelijke verenigingen waarvan de wer- kingen verband hielden met het Stedelijk Onderwijs, een plaats te geven in de nieuwe structuur van het autonoom gemeentebedrijf. Alle entiteiten werden ge- screend en ofwel werden ze vereffend, ofwel

werden ze ondergebracht in het AG

SO zelf, ofwel in deze nieuwe s

tructuur: de Private Stichting.

De

ze quasi holdingstructuur brengt

een aantal voor- delen met zich mee. Vooreerst is er een grotere flexi-

biliteit mogelijk op vlak van personeel, commerciële activiteiten en subsidies. Bovendien wordt de organisatie an sich meer transparant en beter beheersbaar. De Raad van Bestuur van de Private Stichting bestaat uit de bedrijfsdirecteur AG SO, de financieel directeur AG SO en de voorzitter van de Raad van Bestuur van het AG SO. Er kunnen evenwel geen beslissingen geno- men worden vanuit deze Private Stichting of de onderliggende structuren zonder dat de volledige Raad van Bestuur van het AG Stedelijk Onderwijs zijn goedkeuring geeft.

Eén voormalige vzw werd omgevormd tot Stedelijk Onderwijs Creaties Antwerpen (SoCRA), het nieuwe kenniscentrum van het Stedelijk Onderwijs. In deze nieuwe struc- tuur zijn vijf activiteiten gehuisvest die niet tot de kernactiviteiten van het Stedelijk Onderwijs behoren: het contractonderwijs dat op vraag van derden leertrajecten en leermiddelen ontwikkelt; het project Art in a Box; de ESF-fondsenwerving; opleidin- gen, seminaries en congressen voor eigen personeel en derden; en de uitgeverij van het AG SO.

De Raad van Bestuur van de Private Stich- ting SoCRA bestaat uit de bedrijfsdirecteur AG SO, de financieel directeur AG SO en de

divisiedirecteurs van het volwassenen- en deeltijds kunstonderwijs. In 2012 zal de werking ook naar secundair onderwijs wor- den uitgebreid en zal de divisiedirecteur secundair onderwijs ook in de Raad van Be- stuur worden opgenomen.

SoCRA maakt nu deel uit van de Private Stichting, maar deze Stichting kan op ter- mijn ook participaties nemen in andere structuren, zoals publiekprivate samenwer- king, kortweg PPS. Eén van de doelstellin- gen voor het schooljaar 2012-2013 is im- mers inzetten op strategische partnerships. De Private Stichting Stedelijk Onderwijs legt hiervoor de basis.

In 2011 werden ook voorbereidingen getrof- fen om een vzw Ballet Institute of Flanders (BIF) op te richten en te integreren in de Private Stichting Stedelijk Onderwijs. Me- destichters hier zijn het Koninklijk Ballet Vlaanderen en de Artesis Hogeschool.

raad Van bestuurDe Raad van Bestuur van het AG Stedelijk Onderwijs neemt strategische beslissingen met betrekking tot de organisatie. De be- voegdheden werden onderverdeeld volgens twee parameters, namelijk de inhoud van de bevoegdheid en de financiële gevolgen

van elke beslissing. De Raad van Bestuur be- slist onder meer over de strategische doel- stellingen op het niveau van de organisatie; de principiële beslissingen over het Master- plan en grote investeringsdossiers (boven de 250.000 euro); de beheersovereenkomst, het financieel plan en het jaarverslag. En ook over de goedkeuring van school-, cen- trum- en academiereglementen; het oprich- ten, sluiten of fusioneren van instellingen en programmaties van studierichtingen; structurele samenwerkingsverbanden met derden; alle collectieve regelingen inzake personeel en de aanstelling en het ontslag van de bedrijfsdirecteur, alsook de leden van het Directiecomité.

De Raad van Bestuur is een onmisbare scha- kel tussen het stadsbestuur en het Stede- lijk Onderwijs, en is dan ook samengesteld uit vertegenwoordigers van de Antwerpse meerderheidspartijen en van de opposi- tie. De Raad bestaat uit elf leden: Robert Voorhamme, Arthur Vandervee, Guy Lau- wers, Leen Verbist, Fauzaya Talhaoui, Freya Piryns, David Dogge, Kristof Waterschoot, Caroline Drieghe, Peggy Pooters en Staf Wouters.

Eind 2011 werden Freek Van Looveren(Groen) en Güler Turan (sp.a) aangesteld

NIEUWE pRIVATE STIcHTING STEDELIJK ONDERWIJS

AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF

STEDELIJK ONDERWIJS

PRIVATE STICHTING STEDELIJK ONDERWIJS

BIF VZW

SOCRA VZW

77Stedelijk Onderwijs Antwerpen

ter vervanging van Freya Piryns en LeenVerbist. Zij nemen hun functie op vanaf1 januari 2012.

Het dIrectIecomItéHet Directiecomité is verantwoordelijk voor alles wat er in het Stedelijk Onderwijs gebeurt en zorgt er samen met de proces- coördinatoren en stuurgroepen voor dat de hele organisatie dezelfde koers vaart. Het Directiecomité heeft beslissingsbevoegd- heid over alle elementen van het dagelijks bestuur zoals de goedkeuring en opvolging van de strategische doelenboom, de trans- versale processen en projecten, en de inter- ne organisatiestructuur; het opstellen en opvolgen van het budget op organisatieni-

veau; allerlei aanstellingen, bevorderingen en ontslagen en andere personeelsgebon- den materies; en de uitvoering van princi- piële beslissingen inzake Masterplanning, nieuwbouwprojecten en renovatieprojec- ten. Het Directiecomité van het Stedelijk Onderwijs bestaat uit de directeurs van de zes divisies, financieel directeur Gonda Ver- haert, directeur Patrimoniumbeheer Karl Cools en bedrijfsdirecteur Frank Noten, die tevens voorzitter is.

Het serVIce- en coördInatIecentrum Het Service- en Coördinatiecentrum (SCC) staat in voor alles wat gemeenschappelijk is over de divisies heen. Specifiek gaat het hier om human resources, financiën, marketing

& communicatie, informatie- en communica- tietechnologie, patrimoniumbeheer, interne dienst preventie en bescherming, en ook onderwijskwaliteit, onderwijsvernieuwing en organisatieontwikkeling. Aan het hoofd van elke afdeling staat een procescoördina- tor die ondersteuning krijgt van een bijbeho- rende stuurgroep. In die stuurgroep zijn dan weer alle divisies vertegenwoordigd. Deze structuur over de divisies heen zorgt voor een efficiënte en slagvaardige organisatie.

opVolgen strategIscHe doelenboom Het Stedelijk Onderwijs werkt met een doelenboom om alle strategische en tac- tische doelstellingen geïntegreerd aan te pakken. Dat resulteert in meer divisie- en

afdelingsoverschrijdend samenwerken om onderwijskundige uitdagingen doeltref- fend aan te pakken. Elke divisie of afdeling werkt met een eigen operationeel plan dat alle doelstellingen, projecten, processen, audits en verbeterprojecten bevat. Deze plannen worden ter goedkeuring voorge- legd aan het Directiecomité en de Raad van Bestuur. De opvolging en bijsturing van de operationele planning gebeurt via een rapporteringsproces. Het projectbureau begeleidt en ondersteunt de werking hier- van. Het bureau bracht in 2011 voor het eerst de samenwerking tussen de diverse divisies, cellen en projecten in kaart. Het bureau zorgt ervoor dat het Stedelijk On- derwijs zich aansluit op de regelgeving over

de beleids- en beheercyclus van de stad Antwerpen en de Vlaamse overheid. Daar- naast zorgt het voor meer expertise rond proces- en projectmanagement in de orga- nisatie. In 2011 werden diverse opleidingen PRINCE2™ projectmethodiek georganiseerd. Een veertigtal medewerkers behaalden de Europees erkende APMG-accreditatie als PRINCE2™ Foundation projectleider.

organIsatIebeHeersIngen organIsatIeontwIkkelIngEen significant onderdeel van het organisa- tiebeheersings- en ontwikkelingsmodel is het adequate klanten- en stakeholdersma-

nagement. Het komt erop neer dat het Ste- delijk Onderwijs een continue kwaliteit in zijn dienstverlening wil bewaken. En dat in dialoog met alle stakeholders: ouders, leer- lingen, leerkrachten, gemeenteraadsleden, burgers van Antwerpen, de stedelijke en Vlaamse overheden… Het Stedelijk Onder- wijs wil tegemoetkomen aan de behoeften van deze klanten, en schenkt hoge priori- teit aan zijn servicebeleid, samenwerking en klanttevredenheid. De ambitie hierin is dat de duizenden medewerkers zich hier- door betrokken voelen, met plezier gaan werken en trots zijn op de organisatie.

klacHtenbeHandelIng: Het Vraag- en meldpuntBinnen deze constructieve dialoog is ruim- te voor alle klachten, meldingen, vragen en suggesties. Die worden nauwkeurig geregistreerd en behandeld via het Vraag- en Meldpunt. Naast het bewaken van de doorlooptijd en het borgen voor uniforme behandeling, staat dit systeem in voor het verzamelen van voorstellen tot verbete- ring. Op die manier kan de organisatie zich blijven moderniseren door de signalen van alle stakeholders.

“de structuur over de

divisies heen zorgt voor

een slagvaardige

organisatie.”

LEDEN VAN DE RAAD VAN BESTUUR MET HUN EIGEN FUNcTIE DE pROcESSEN EN DE BIJHORENDE AFDELINGEN BINNEN HET SERVIcE- EN cOöRDINATIEcENTRUM

MANNEN EN VROUWEN IN HET BESTUUR

Raad van Bestuur Directiecomité

DE LEDEN VAN HET DIREcTIEcOMITé MET HUN EIGEN FUNcTIE EN HUN BIJKOMENDE FUNcTIE ALS REGISSEREND DIREcTEUR

Frank noten bedrijfsdirecteur, voorzitter directiecomité regisserend directeur voor strategisch

management gonda Verhaert Financieel directeurrobert scheltjens divisiedirecteur basisonderwijs

regisserend directeur voor Human resources mark wouters divisiedirecteur

secundair onderwijs

patrick Huygen divisiedirecteur buitengewoon onderwijs regisserend directeur voor patrimoniumbeheer

patrick mariën divisiedirecteur

Volwassenenonderwijs Interne dienst preventie en bescherming marc de

Hertogh divisiedirecteur deeltijds kunstonderwijs regisserend directeur voor marketing & communicatie

wim Van rompu divisiedirecteur centrum voor leerlingenbegeleiding regisserend directeur voor kwaliteitsmanagement karl cools directeur patrimoniumbeheer

carine sneyers

secretaris ag so robert Voorhamme

Voorzitter sp.a

david dogge bestuurder cd&V / n-Va leen Verbist bestuurder sp.a

guy lauwers

bestuurder sp.a arthur Vandervee bestuurder open Vld Fauzaya talhaoui

bestuurder sp.akristof waterschoot bestuurder cd&V / n-Va staf wouters

bestuurder Vlaams belangFreya piryns bestuurder groencaroline drieghe bestuurder Vlaams belang

peggy pooters bestuurder Vlaams belang

procesgebied Afdeling procescoördinator Human resources

Hr Jan torfs Informatie- en communicatietechnologie

Ict tom bombeke

kwaliteit, organisatie en onderwijsvernieuwing,uitgebreid met beleidsinformatie en internationalisering kworoV piet Van den bussche

preventie en bescherming Idpb Ivo davids patrimoniumbeheer exploitatie tarik Van ballaer

onderhoud rony lenaerts

Vastgoed en projecten Ilse Verlegh

Juridische ondersteuning

beleidsondersteuning karolien naert marketing & communicatie marketing & communicatie Frederik picard

SCH

OLE

NG

EMEE

NSCH

APPE

N

TRAN

SVER

SALE

PR

OCES

SEN

79Stedelijk Onderwijs Antwerpen

RAADVAN BESTUUR

BELEIDS- ONDERSTEUNING

DIRECTIECOMITÉ

In 2011 kwamen er 64 klachten en 23 mel- dingen binnen, tegenover 43 klachten en

In totaal kwamen 62% van deze meldingen en klachten van ouders, leerlingen of cur-

Meldingen werden behandeld binnen de termijn van gemiddeld twaalf werkdagen,

SERVICE- EN COÖRDINATIECENTRUM

20 meldingen in 2010. In 2011 waren er opvallend minder signalen rond financiën.

sisten. Ze signaleerden vooral situaties over hun school, centrum of academie (41%).

voor klachten bedroeg dit achttien werkda- gen.

ONDERWIJSKWALITEIT,

ONDERWIJS-

VERNIEUWING EN ORGANISTIE-

ONTWIKKELING

HUMANRESOURCES

INFORMATIE ENCOMMUNI

CATIE- TECHNOLOGIE

MARKETING &

COMMUNICATIE

FINANCIËN

PATRIMONIUMBEHEER

INTERNE DIENSTPREVENTIE EN BESCHERMING

klachten over gedrag en functioneren van personeel. Een derde van alle klachten bleek na behandeling evenwel ongegrond. Een klacht is een signaal van een stakehol- der waaruit blijkt dat het Stedelijk Onder- wijs niet aan de verwachtingen heeft vol- daan, terwijl een melding betrekking heeft

van opvang, vragen over begeleiding van leerlingen, als de manier waarop gecom- municeerd wordt. In 22% van de gevallen was de werking van de medewerkers van hun school, academie of centrum het on- derwerp van de melding of klacht.

Dit onderscheid valt te verklaren door het feit dat er bij meldingen vaak een onder- zoek van de situatie gebeurt, en er bijge- volg minder bemiddeling en opeenvolging van acties nodig is voor een adequate af- handeling. DIVISIE

BASISONDERWIJS

(KWOROV)

DIVISIE BUITENGEWOON

(HR)

(ICT)

DIVISIE SECUNDAIR

(MC)

(FIN)

DIVISIE CENTRUM VOOR

LEERLINGEN-

(PB)

(IDPB)

DIVISIE VOLWASSEN

DIVISIE DEELTIJDS

op elk signaal van een stakeholder over het functioneren van de organisatie – er is geen sprake van ontevredenheid of schuld.

Van externen (buurtbewoners, comités…) kwamen 12 signalen (of 14% van het totaal). Zij stelden zich vragen bij het algemeen be-leid, bij het beleid van een specifieke instel-

beoordelIng klacHten en meldIngenOpvallend in deze cijfers is:• Dat 31% van de klachten

ongegrond bleek na een analyse van de situatie.

NOORD 1

ONDERWIJS

BUITENGEWOON

SECUNDAIR

ONDERWIJS

LEONARDO

BEGELEIDING (CLB) ONDERWIJS KUNSTONDERWIJS

BEELDENDE KUNSTEN

Waarover gaande klachten en meldingen?

meldingen:• inrichting van de infrastructuur (9%)

In totaal kwamen 41 meldingen en klach-ten bij het Stedelijk Onderwijs terecht via externe partners: 11 via de Ombudsvrouw (27%), 7 via het kabinet Onderwijs (17%),

ling of bij de staat en het onderhoud van de gebouwen. BEOORDELING KLAcHTEN EN MELDINGEN

Het eigen personeel uitte 21 signalen (of

NOORD 2

O

OST

ZUI

D

BUITENGEWOON LAGER

NOORD

MUZIEK / WOORD / DANS

• onderhoud van het patrimonium en

kleine werken, zoals de staat van sanitaire voorzieningen,

verwarmings- problemen… (39%)

klachten:• gedrag van personeel in

scholen, academies en centra (33%)

• beleid, procedures of reglementen.Voorbeelden zijn aflevering van

fiscale attesten, regeling rond opvang… (14%)

• integriteit: het vermoeden van schending van psychische of

fysiek

e integriteit of discriminatie (14%)

en de overige via het klachtenmanagement van de Stad Antwerpen, het meldpunt dis- criminatie of een vakorganisatie. De ove- rige 46 meldingen en klachten werden bin- nen de organisatie gemeld via e-mail (54%), telefoon (26%), brief (13%) of persoonlijk bezoek (7%). Ofwel rechtstreeks bij de be- drijfsdirecteur (26%), bij de coördinator vraag- en meldpunt op organisatieniveau (19%) of binnen de divisies en het SCC (8%).

24% van het totaal) en ging net iets vaker ten rade bij de vakbond, kabinetten of om- budsvrouw dan binnen de eigen organisatie. Van die klachten en meldingen handelden er 8 over het personeelsbeleid (evaluaties, opvolging van procedures, regelingen rond pensioen…), 6 over het functioneren van collega’s of hiërarchisch oversten, en 4 over het onderhoud, de schoonmaak en de voor- zieningen van het patrimonium.

Beoordeling Klacht Melding

gegrond 5 1 gegrond, gecorrigeerd

6 0 terechte opmerking 11 14 ongegrond

20 6 betwist 14 0 stopgezet

6 0 onbevoegd 2 2Eindtotaal 64 23

WESTWERKING VANUIT CLB

SCHOLEN / CENTRA / ACADEMIES

Schooljaar Schooljaar2010-2011 2011-2012

81Stedelijk Onderwijs Antwerpen

114 INSTELLINGEN IN 2011 BUITENGEWOON ONDERWIJS

Dit toont aan dat er vaak grote onduidelijkheid heerst, diedoor een duiding van de procedures of regelgeving kon worden opgehelderd.

• Dat in 22% van de meldingen het resultaat betwist wordt: gevallen waarbij de melder niet tevreden was met het oordeel van de inrichtende macht; in deze gevallen de school, het centrum, de academie of de dienst.

• Dat 61% van de meldingen terechte opmerkingen zijn, waar het AG SO effectief verbeteringen moest aanbrengen. Vaak waren deze wel al opgenomen in bestaande planningen.

Aantal instellingen BasisonderwijsAantal instellingen Buitengewoon Onderwijs Aantal instellingen Secundair Onderwijs Aantal instellingen Volwassenenonderwijs Aantal instellingen Deeltijds Kunstonderwijs

62

18 1711

6

Aantal instellingen waar leerlingen of cursis- ten les volgen (toestand op 1 februari 2012). Voor het buitengewoon onderwijs zijn er twee

839

1.114

78

Aantal kleutersAantal lagere schoolkinderen

Aantal leerlingen secundair

2.049

2.031

853

1.117

79

1.835

Aantal cursisten beeldende kunsten

Totaal: 3.224

787

378

95 123

6

1.973

85

Totaal: 3.372

788

387

1336

THEMATIScH OVERzIcHT KLAcHTEN EN MELDINGENMPI’s bijgeteld die sinds 2009 geen leerlingenmeer in het systeem WIS@ hebben staan.

Schooljaar

Schooljaar

0-18 18-24 25-39 40-64 65-79 +80

0-18 18-24 25-39 40-64 65-79 +80

2010-2011 2011-2012 Schooljaar 2010-2011 Schooljaar 2011-2012

Klacht Melding

beleid, reglementen en procedures 9 5LEERpLIcHTONDERWIJS VOLWASSENENONDERWIJS DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS

orde- en tuchtmaatregelen 1 2

Integriteit

9 0 resultaten leerlingen/cursisten 2 0 begeleiding en ondersteuning

leerlingen/cursisten 3 0 communicatie van school/centrum/academie

5 0 capaciteitsproblematiek 2 0 patrimonium - infrastructuur

4 2 patrimonium - onderhoud en kleine werken 2 9

Financiën (facturen/wedde)

1 2

F

u

n

c

ti

o

n

e

r

e

n

en

ge

dr

ag

p

er

so

ne

el

21

0

personeelsbeleid

7 3

samenwerking

sch

olen/stadsdiensten/externe

n 2

0 9.551

9.887

19.438

Aantal kleutersAantal lagere schoolkinderen

Aantal leerlingen Buitengewoon OnderwijsAantal leerlingen Secundair Onderwijs

20.114

9.934

7.661

1

0.180

2.0492

.031

7.597

Alle leerlingenaantallen geven volgens de officiële norm de

situatie weer op 1 februari van het betreffende schooljaar, behalve voor het volwassenenonderwijs, waar als norm de referteperiode van 1 april tot en met 31 maart geldt. In 2011 besliste het Directiecomité over deze uniforme wijze van normering voor leer- lingenaantallen. De cijfers

verschillen in dat opzicht van de cijfers uit het eerste jaarver- slag van het

AG SO. Voor het buitengewoon onderwijs worden de dubbele inschrijvingen van GON-leerlingen en leerlingen van de ziekenhuisschool nu niet meer meegeteld. Verder wordt voor het deeltijds kunstonder- wijs niet langer het aantal unieke leerlingen voor de hele divisie geteld, maar wordt het aantal unieke leerlingen per scholengemeen- schap opgeteld. Voor het volwassenenonder- wijs wordt als norm de officiële referteperiode

169

Aantal cursisten

6.500

3.111

Totaal: 13.727

3.678

2618

2.901

93

6.819

Totaal: 14.301

4.199

27910

4.005

Aantal cursisten woord-muziek-

dans

Totaal: 5.929

797

518 556

5

1 2

4.183

Totaal: 6.197

851

579523

60

Totaal 68 23 Schooljaar Schooljaar2010-2011 2011-2012

Schooljaar Schooljaar2010-2011 2011-2012

van 1 april tot en met 31 maart genomen en niet langer het schooljaar.

18 18-24 25-39 40-64 65-79

80+ Schooljaar 2010-2011

18 18-24 25-39 40-64 65-79

80+ Schooljaar 2011-2012

0-18 18-24 25-39 40-64 65-79 +80 0-18 18-24 25-39 40-64 65-79 +80

Schooljaar 2010-2011 Schooljaar 2011-2012

Stedelijk Onderwijs Antwerpen 83

1 2 3 4 5 6 7 8 9jaarrekening 2011

Financieel jaarverslag AG SOvan de Raad van Bestuur aan de Gemeenteraad

Het stedelijk onderwijs wil zoveel mogelijk financiële marge creëren om haar voortrekkersrol in het Vlaamse

onderwijslandschap op te nemen en mee het hoofd te bieden aan de uitdagingen

voor de toekomst. perma- nent wordt gezocht naar manieren om mensen en

mid- delen efficiënter en effectiever in te zetten. 2011 is het eerste jaar waarin er een geconsolideerde jaarrekening wordt voorgelegd die twaalf maanden bestrijkt en zowat alle financiële processen van ag so bevat. 2011 is de ver- gelijkingsbasis

voor de toekomst.

85Stedelijk Onderwijs Antwerpen

rek. nr. naam rekenIng ag so basis secunDair buo Dko vwo clb scc

balans na wInstVerdelIng (31/12/2011)

actIVa

21/28 Vaste actIVa 35.740.329,77

5.793.485,69

3.771.920,42

1.110.855,68

808.088,49

1.235.174,60

140.908,56

22.879.896,3321 II ImmaterIële Vaste actIVa (toelIcHtIng I) 91.230,01 3.255,33 16.922,21 16.804,67 13.137,16 14.537,18 204,07 26.369,39

22/27 III materIële Vaste actIVa (toelIcHtIng II) 35.642.402,26 5.790.230,36

3.754.998,21

1.094.051,01

794.951,33 1.220.637,42

140.704,49 22.846.829,4422 A. TERREINEN EN GEBOUWEN 11.472.398,96 228.156,28 373.385,04 22.439,58 48.740,99 17.281,67 10.782.395,401. TERREINEN EN GEBOUWEN IN EIGENDOM 8.553.326,62 8.553.326,622. TERREINEN EN GEBOUWEN IN ERFPACHT 2.919.072,34 228.156,28 373.385,04 22.439,58 48.740,99 17.281,67 2.229.068,7823 B. INSTALLATIES, MACHINES EN UITRUSTING 8.269.157,76 2.535.421,75 2.317.842,4

4605.816,57 606.821,99 780.407,71 64.346,81 1.358.500,4

924 C. MEUBILAIR EN ROLLEND MATERIEEL 5.184.066,85 3.013.894,87 1.062.739,63

465.794,86 139.388,35 422.599,92 76.357,68 3.291,5425 D. ERFPACHT, LEASING EN SOORTGELIJKE RECHTEN26 E. OVERIGE MATERIëLE VASTE ACTIVA 14.136,68 12.757,46 1.031,10 348,1227 F. ACTIVA IN AANBOUW EN VOORUITBETALINGEN 10.702.642,01 10.702.642,0

128 IV FInancIële Vaste actIVa (toelIcHtIng III) 6.697,50 6.697,50280 A. DEELNEMINGEN (TOELICHTING III.A.1. EN III.B)281 B. VORDERINGEN (TOELICHTING III.A.2.)

284/8 C. OVERIGE 6.697,50 6.697,50

29/58 Vlottende actIVa 39.061.156,53 8.949.840,76 5.232.871,00 2.767.421,93 1.121.820,79 3.465.377,99 298.348,83 21.656.654,0029 V VorderIngen op meer dan één Jaar 2.303.321,

13290 A. WERKINGSVORDERINGEN291 B. OVERIGE VORDERINGEN 2.303.321,13

3 VI Voorraden en bestellIngen In uItVoerIng 79.273,37 45.073,37 34.200,0040/41 VII VorderIngen op ten Hoogste één Jaar 13.077.956,10 1.054.113,

46807.083,72 163.305,41 44.293,86 583.058,87 2.673,60 14.834.024,

7940 A. WERKINGSVORDERINGEN 6.342.005,24 763.195,34 655.448,85 123.147,05 12.031,67 369.701,30 4.418.481,0341 B. OVERIGE VORDERINGEN 6.735.950,86 290.918,12 151.634,87 40.158,36 32.262,19 213.357,57 2.673,60 10.415.543,7

651/53 VIII geldbeleggIngen (toelIcHtIng IV)54/58 Ix lIquIde mIddelen 24.914.157,33 5.437.210,

594.219.056,78

2.555.752,60

1.046.320,50

2.828.913,18

282.793,58 6.261.370,13490/1 x oVerlopende rekenIngen (toelIcHtIng V) 989.769,73 155.195,58 161.657,13 48.363,92 31.206,43 19.205,94 12.881,65 561.259,08

21/58 totaal actIVa 74.801.486,30 14.743.326,45 9.004.791,42 3.878.277,61 1.929.909,28 4.700.552,59 439.257,39 44.536.550,33

87Stedelijk Onderwijs Antwerpen

rek. nr. naam rekenIng ag so basis secunDair buo Dko vwo clb scc

balans na wInstVerdelIng (31/12/2011)

passIVa

10/15 eIgen Vermogen 52.560.995,41 12.843.490,70 7.460.100,71 3.545.700,96 1.660.805,56 2.966.049,40 417.350,65 23.667.497,4310 I Fondsen Van Het scHoolbestuur 5.165.531,49 1.814.388,22 1.658.021,5

2646.218,6

6350.424,5

5576.293,0

1120.185,5

312 III HerwaarderIngsmeerwaarden13 IV reserVes 22.916.864,61 9.097.392,06 4.273.698,0

52.157.731,33 786.230,2

02.666.346,40 214.592,9

74.084.694,96130 RESERVE CONFORM ART. 46 VAN DE STATUTEN 1.030.422,12 397.990,37 213.751,01 107.886,56 34.267,40 133.317,32 10.729,64 132.479,8

2133 BESCHIKBARE RESERVES 21.886.442,49 8.699.401,69 4.059.947,04 2.049.844,77 751.962,80 2.533.029,08 203.863,33 3.952.215,1414 V oVergedragen resultaat (-)(+) (363.821,3

6)15 VI InVesterIngssubsIdIes (toelIcHtIng VI) 24.478.599,31 1.931.710,42 1.528.381,14

741.750,97

524.150,81

87.231,35

82.572,15

19.582.802,47

16 VoorzIenIngen160/5 VII a. VoorzIenIngen Voor rIsIco’s en kosten

160 1. PENSIOENEN EN SOORTGELIJKE VERPLICHTINGEN162 2. GROTE HERSTELLINGS- EN ONDERHOUDSWERKEN163 3. OVERIGE RISICO’S EN KOSTEN (TOELICHTING. VII)168 b. VoorzIenIngen Voor scHenkIngen en legaten met terugnemIngsrecHt (toelIcHtIng VII)

17/49 scHulden 22.240.490,89 1.899.835,75 1.544.690,71 332.576,65 269.103,72 1.734.503,19 21.906,74 20.869.052,9017 VIII scHulden op meer dan één Jaar (toelIcHtIng VIII) 2.131.838,49 1.281,1

84.433.878,44170/4 A. FINANCIëLE SCHULDEN 2.130.557,31 2.130.557,31170 1. ACHTERGESTELDE LENINGEN

172 2. ERFPACHT, LEASING EN SOORTGELIJKE SCHULDEN173 3. KREDIETINSTELLINGEN174 4. OVERIGE LENINGEN 2.130.557,31 2.130.557,3

1175 B. WERKINGSSCHULDEN178/9 D. OVERIGE SCHULDEN 1.281,18 1.281,18 2.303.321,1

342/48 Ix scHulden op ten Hoogste één Jaar (toelIcHtIng VIII) 18.792.726,40 1.894.339,97 674.247,75

272.736,71

181.277,08

1.655.072,18 20.491,52

16.222.418,8342 A. SCHULDEN OP MEER DAN ééN JAAR DIE BINNEN HET JAAR VERVALLEN 664.182,66 664.182,6

643 B. FINANCIëLE SCHULDEN430/8 1. KREDIETINSTELLINGEN

439 2. OVERIGE LENINGEN44 C. WERKINGSSCHULDEN 11.508.142,39 1.822.773,90 487.137,23 246.218,62 123.938,33 1.474.349,36 20.491,52 9.018.924,2

445 E. SCHULDEN MET BETREKKING TOT BELASTINGEN, BEZOLDIGINGEN EN SOCIALE LASTEN 4.407.031,01 4.407.031,01450/3 1. BELASTINGEN 115.131,81 115.131,8

1454/9 2. BEZOLDIGINGEN EN SOCIALE LASTEN 4.291.899,20 4.291.899,2046/48 F. OVERIGE SCHULDEN 2.213.370,34 71.566,07 187.110,52 26.518,09 57.338,75 180.722,82 2.132.280,92492/3 x oVerlopende rekenIngen (toelIcHtIng Ix) 1.315.926,00 5.495,78 870.442,9

659.839,9

487.826,6

479.431,0

1134,04 212.755,

63

10/49 totaal passIVa 74.801.486,30 14.743.326,45 9.004.791,42 3.878.277,61 1.929.909,28 4.700.552,59 439.257,39 44.536.550,33

89Stedelijk Onderwijs Antwerpen

rek. nr. naam rekenIng ag so basis secunDair buo Dko vwo clb scc

resultatenrekenIng (van 01/07/2011 tot 31/12/2011)

70/74 I werkIngsopbrengsten 75.199.625,92 12.169.573,97

7.484.477,75

2.254.891,69

1.297.394,48

1.257.111,50

250.921,18 51.066.909,4370 A. LEERLINGENBIJDRAGEN 8.656.614,50 3.773.324,23 2.128.229,29 377.782,76 244.262,66 961.240,45 15.320,51 1.157.066,37

71 B. VOORRAADWIJZIGINGEN (TOENAME +, AFNAME -)72 C. GEPRODUCEERDE VASTE ACTIVA73 D. TOELAGEN, SUBSIDIES EN SOORTGELIJKE VAN OVERHEIDSWEGE (TOELICHTING X, A) 64.775.615,40 8.193.638,83 4.798.975,61 1.755.110,18 902.334,13 169.340,53 235.550,53 48.829.257,5

174 E. ANDERE WERKINGSOPBRENGSTEN (TOELICHTING X, B) 1.767.396,02 202.610,91 557.272,85 121.998,75 150.797,69 126.530,52 50,14 1.080.585,5560/64 II werkIngskosten (-) 73.359.225,79 11.302.400,6

76.905.194,82

1.902.971,96

909.831,67 1.535.718,48

247.841,26 51.137.611,2360 A. VERBRUIKTE GOEDEREN 2.617.474,36 626.620,02 1.718.602,80 91.804,89 65.935,16 114.511,49

61 B. DIENSTEN EN DIVERSE GOEDEREN 34.793.958,09 8.754.315,53 3.318.221,32 1.339.948,48 534.341,42 874.675,09 209.581,74 20.191.471,28610 HUUR 1.442.520,61 33.348,68 93.788,87 8.789,10 48.467,86 17.138,36 1.240.987,74

611 ONDERHOUD EN HERSTELLINGEN 1.026.111,10 375.159,82 372.921,98 129.762,31 81.294,77 58.936,20 11.330,83 402.651,96612 NUTSVOORZIENINGEN 8.662.799,61 9.898,34 45.273,41 4.058,62 8.603.569,24613 ADMINISTRATIEKOSTEN 1.597.188,48 417.432,52 506.122,72 161.703,14 57.274,31 153.506,45 44.020,38 257.128,96614 VERZEKERINGEN 145.206,96 1.119,38 17.874,04 4.288,78 376,00 82,55 121.466,21615 GEREEDSCHAPPEN, MATERIALEN EN BENODIGDHEDEN 5.073.045,00 2.893.867,48 543.062,41 475.616,60 129.470,48 215.417,03 15.065,65 800.545,35616 OVERIGE LEVERINGEN EN DIENSTEN 11.413.664,44 2.402.795,08 611.187,73 309.790,82 148.150,19 265.958,41 86.626,81 7.611.805,40617 UITZENDKRACHTEN EN TER BESCHIKKING STELLINGEN 2.560.303,86 1.199.101,71 62.332,53 32.362,34 48.884,08 41.688,34 51.925,32 1.124.009,54619 LEERLINGENACTIVITEITEN EN PROJECTEN 2.873.118,03 1.421.592,52 1.065.657,63 213.576,77 20.423,73 121.947,75 612,75 29.306,8862 C. BEZOLDIGINGEN, SOCIALE LASTEN EN PENSIOENEN 30.025.697,25 30.025.697,2

5630 D. AFSCHRIJVINGEN EN WAARDEVERMINDERINGEN OP VASTE ACTIVA 4.685.654,74 1.496.509,71 1.438.485,19 367.845,91 212.398,96 465.407,62 37.073,22 667.934,13E. WAARDEVERMINDERINGEN OP VOORRADEN, BESTELLINGEN IN UITVOERING EN WERKINGSVORDERINGEN

631/4 (TOEVOEGINGEN +, TERUGNEMINGEN -) (TOELICHTING X,C) 3.877,17 3.597,17 280,00635/8 (TOEVOEGINGEN +, BESTEDINGEN EN TERUGNEMINGEN -) (TOELICHTING X, D)

64 G. ANDERE WERKINGSKOSTEN 1.232.564,18 424.955,41 429.885,51 99.775,51 97.156,13 80.844,28 1.186,30 252.508,5770/64 III werkIngsoVerscHot (+) 1.840.400,13 867.173,30 579.282,93 351.919,73 387.562,81 (278.606,9

8)3.079,92 (70.701,80)

64/70 (+) werkIngstekort (-)75 IV FInancIële opbrengsten 2.450.633,90 634.221,38 749.455,82 294.759,45 147.098,62 68.542,89 29.497,18 537.072,5565 V FInancIële kosten (-) 39.784,74 2.318,03 2.099,08 108,86 93,74 1.784,45 3,00 33.377,58

70/65 VI oVerscHot uIt de gewone actIVIteIten (+) 4.251.249,29 1.499.076,65

1.326.639,67

646.570,32 534.567,69 (211.848,54)

32.574,10 432.993,1765/70 tekort uIt de gewone actIVIteIten (-)

76 VII uItzonderlIJke opbrengsten (toelIcHtIng xI) 4.650.752,58 142.979,35 263.264,12 15.107,61 43.413,17 58.879,22 817,20 4.126.982,1366 VIII uItzonderlIJke kosten (toelIcHtIng xI) 2.539.322,25 142.987,01 242.641,51 3.720,34 38.756,36 210.852,04 1.910.378,9870/66 Ix oVerscHot Van Het boekJaar (+) 6.362.679,62 1.499.068,9

91.347.262,28

657.957,59 539.224,50 (363.821,36)

33.391,30 2.649.596,3266/70 tekort Van Het boekJaar (-)

91Stedelijk Onderwijs Antwerpen

rek. nr. naam rekenIng ag so basis secunDair buo Dko vwo clb scc

resultatenrekenIng (van 01/07/2011 tot 31/12/2011)

te bestemmen wInst/VerlIes

a te bestemmen oVerscHot te bestemmen tekort

70/66 1. TE BESTEMMEN OVERSCHOT VAN HET BOEKJAAR 6.362.679,62 1.499.068,99 1.347.262,28 657.957,59 539.224,50 -363.821,36 33.391,30 2.649.596,3266/70 TE VERWERKEN TEKORT VAN HET BOEKJAAR (-)

790/690 2. GECUMULEERD OVERSCHOT VAN HET VORIGE BOEKJAAR

690/790 GECUMULEERD TEKORT VAN HET VORIGE BOEKJAAR (-)

b reserVebewegIngen (6.362.679,62) (1.499.068,99) (1.347.262,28) (657.957,59) (539.224,50) (33.391,30) (2.649.596,32)792 1. ONTTREKKING AAN DE RESERVES692 2. TOEVOEGING AAN DE RESERVES (-) (6.362.679,62) (1.499.068,99) (1.347.262,28) (657.957,59) (539.224,50) (33.391,30) (2.649.596,32)

c oVer te dragen resultaat 363.821,36693 1. OVER TE DRAGEN OVERSCHOT (-)793 2. OVER TE DRAGEN TEKORT 363.821,36794 d tussenkomst In Het VerlIes Van Het boekJaar

Stedelijk Onderwijs Antwerpen

74,8miljoen euro

2miljoen euro

2,3miljoen euro

93

UITGEVOERDE INVESTERINGEN DOOR DE DIVISIES

grote schilderwerken, bezettings- en renovatiewerkenInrichting en uitrusting van klaslokalencomputers, smartboards en toebehorenschoolmeubilair

2011

balanstotaal, waarvan de helft bestaat uit vaste activa

activa

tijdelijke capaciteit

t

oomvervanging

en

geïnvesteerd in energiebesparende(reg) investeringen

700.0000EUR

1.400.000EUR

1.600.000EUR

1.2000.000EUR

is devergelijkings-

basisvoor

de toekoms t.

b

a

l

a

nsAG SO heeft een balanstotaal van 74,8 miljoen euro.

De vaste activa bedragen zowat de helft van het balanstotaal en ver- tegenwoordigen de waarde van alle investeringen. In 2011 werd in totaal voor 21,5 miljoen euro geïnvesteerd. De helft daarvan zijn op- gestarte investeringen in uitvoering van het Masterplan onderwijs-

patrimonium zoals:• 4,3 miljoen euro grote renovatieprojecten zoals Gloriantlaan,

Eikenstraat, Constant Permekestraat, Speerstraat…• 2,7 miljoen euro investeringen in campussen zoals Masterplan Wilrijk,

Kunstencampus Hardenvoort, Campus VWO Grote Steenweg.• 2 miljoen euro tijdelijke capaciteit zoals Bredastraat,

Durletstraat, J. Grietenstraat, Krugerstraat, M. Montgomeryplein.• 0,8 miljoen euro in permanente capaciteit zoals Albertstraat,

Biekorfstraat, Constitutiestraat.• 0,9 overige

In 2011 werd tussen AG SO en IMEA een kaderovereenkomst geslo- ten, gericht op hernieuwbare energie, energie-efficiëntie en energie- besparingen. Hier vloeiden twee projectovereenkomsten uit voort. De eerste overeenkomst heeft betrekking op energie-efficiëntie in vijftig gebouwen. De tweede overeenkomst regelt de plaatsing van fotovoltaïsche panelen en dakisolatie.

In 2011 werd voor 2,3 miljoen euro geïnvesteerd in

energie-besparende (REG) investeringen:• 1,7 miljoen euro in stookplaatsrenovatie

en s• 0,5 miljoen euro in fotovoltaïsche panelen• 0,1 miljoen euro in nieuwe verlichting

en buitenschrijnwerk

Deze REG-investeringen worden met een REG-lening met een looptijd van vijftien jaar gefinancierd. Het doel is de aflossing van de lening volledig te financieren met de besparing op de energiefactuur. In totaal is een investeringslening van 40 miljoen euro voorzien voor energiebesparende maatregelen voor de komende jaren.

De divisies hebben in de loop van 2011 investeringsplannen opgemaakt in kader van huurders- en eigenaarsonderhoud, netwerkinfrastructuur, kleine energiebesparende maatrege- len en modernisering van de schooluitrusting. Deze investe- ringsplannen werden in 2011 opgestart en worden in de ko- mende jaren systematisch uitgevoerd. In 2011 investeerden de divisies onder meer:• 0,7 miljoen euro in grote schilderwerken,

bezettings- en renovatiewerken• 1,4 miljoen euro in inrichting en uitrusting

van klaslokalen

• 1,6 miljoen euro in computers,

smartboards entoebehoren

• 1,2 miljoen euro in schoolmeubilair

De vlottende activa bestaan hoofdzakelijk uit vorderingen op ten hoogste één jaar en liquide middelen. De vorderingen op ten hoogste één jaar bedragen 13 miljoen euro. Het gaat hier hoofdzakelijk over:• 10,2 miljoen euro nog te ontvangen

subsidies, voornamelijk dotaties van de stad (8,7 miljoen euro) waarvan de betaling vertraging kende. Voor de aankoop van het gebouw in de Lamorinièrestraat ontving AG SO een principiële subsidietoezegging van AGION voor1,5 miljoen euro.

• 1,8 miljoen euro vorderingen op leerlingenrekeningen en vorderingen op het Fonds voor inschrijvingsgelden (VWO)

• 1 miljoen euro overige

AG SO heeft een hoge liquiditeitspositie, wat toelaat om de uitvoering van de investeringsplannen van de divisies en het masterplan deels met eigen middelen te financieren. Dit zal in de toekomst de verhouding vaste activa ten opzichte van het balanstotaal doen stijgen.

p

a

s

s

i

v

aAG SO heeft een solvabiliteit (eigen vermogen/balanstotaal)van 70 procent.

Het eigen vermogen bestaat uit het startkapitaal van de voormalige gewone gemeentebedrijven, de reserves op- gebouwd vanuit de resultaten van het huidige en de voor- gaande boekjaren en de investeringssubsidies. De toename van de investeringssubsidies heeft betrekking op de investe- ringen 2011 in het masterplan en extra capaciteit. De stad Antwerpen financierde 12 miljoen euro, AGION beperkte zich voorlopig tot een tegemoetkoming in de aankoop van het administratief centrum van basisonderwijs. AG SO kan enkel AGION-subsidies indienen voor investeringen aan gebouwen waarvan AG SO eigenaar of erfpachthouder is. De overdracht van de gebouwen in

erfpacht heeft vertraging opgelopen en kon pas eind 2011 voor de eerste gebouwen gebeuren.

30 procent van het balanstotaal bestaat uit schulden. De schulden op meer dan één jaar hebben betrekking op de doorgeeflening van de stad Antwerpen voor de REG-inves- teringen. Deze lening wordt over vijftien jaar gespreid. Het aandeel dat in 2012 wordt betaald staat onder de post ver- vallen schulden. Meer dan 50 procent van de schulden zijn werkingsschulden, voor een bedrag van 11 miljoen euro openstaande en nog te ontvangen facturen eind 2012. De gemiddelde betalingstermijn (leverancierskrediet) bedraagt42 dagen. Dit betekent dat AG SO gemiddeld binnen de voor-

75,2 64,8 8,6 1,8 73,3 1,8 6,4miljoen euro miljoen euro miljoen euro miljoen euro miljoen euro miljoen euro miljoen eurowerkingsopbrengsten toelage en dotatie leerlingenbijdragen andere

werkingsopbrengstenwerkingskosten werkingsresultaat resultaat van het

boekjaar

95Stedelijk Onderwijs Antwerpen

70%solvabiliteit

(eigen vermogen/balanstotaal)

gestelde betalingstermijn van 45 dagen blijft. De sociale en fiscale schulden bestaan hoofdzakelijk uit de voorziening va- kantiegeld die moet worden aangelegd, de nog te betalen functioneringstoelage en de tweede pensioenpijler voor het contractueel personeel. De overige schulden zijn schulden ten aanzien van de stad Antwerpen door te veel opgevraagde

• 1,7 miljoen euro werkingstoelagen medisch pedagogische instellingen

• 1,5 miljoen euro voor busbegeleiding en sociaal abonnement gesubsidieerd personeel

• 0,8 miljoen euro nascholingsgelden, ICT-coördinatie…• 194 miljoen euro loonkost gesubsidieerd

kost van het gesubsidieerd personeel verhoogt het aandeel bezoldigingen tot 84 procent. Diensten en diverse goederen vertegenwoordigen dan 13 procent van de totale werkings- kosten. De belangrijkste uitgaven voor diverse leveringen en diensten zijn:• 8,7 miljoen euro nutsvoorzieningen

De afschrijvingen bedragen 4,7 miljoen euro. De andere werkingskosten zijn kosten voor opendeurdagen, feestelijk- heden, roerende voorheffing, afvalstickers en diverse activi- teiten.

werkingsresultaat

uitzonderlijk resultaatDe uitzonderlijke opbrengsten en kosten zijn hoofdzakelijk vergoedingen en uitgaven voor gedane engagementen vóór de verzelfstandiging. Daarnaast is een rechtzetting op het Fonds voor inschrijvingsgelden 2010 van het volwassenen- onderwijs geboekt.

kwijtingDe bestuurders en het college van commissarissen vragen aan de gemeenteraad om kwijting te verlenen over de uitoe- fening van de mandaten gedurende dit boekjaar.

Antwerpen, 25 mei met de werkingsvorderingen.De werkingsdotatie van de stad is 34 miljoen euro voor perso-

• 3,3 miljoen euro didactisch materiaal• 2,9 miljoen euro leerlingenactiviteiten (schoolreizen en

1,8 miljoen euro. Alle divisies met uitzondering van het vol- wassenenonderwijs en het Service- en Coördinatiecentrum

resultaat van het boekjaarAG SO sluit het boekjaar met een positief resultaat van

Robert VoorhammeVoorzitter

Arthur VanderveeOndervoorzitter

resultatenrekenIng neel, energie, patrimonium, verzekeringen en andere.

uitstappen, projecten…)• 2,5 miljoen euro detacheringen departement onderwijs

(SCC) hebben een positief resultaat. 6,4 miljoen euro af. Enkel de divisie Volwassenonderwijs sluit af met een negatief resultaat. Bij de budgetrondes 2011 werdw

erkingsopbrengstenAG SO heeft in 2011 75,2 miljoen euro werkingsopbrengsten.

86 procent van de werkingsopbrengsten zijn afkomstig van subsidies en toelagen van de Vlaamse en stedelijke overheid. De lonen van het

De leerlingenbijdragen bedragen 8,5 miljoen euro, bestaan- de uit 2,3 miljoen euro opbrengst van inschrijvingsgelden van het volwassenenonderwijs, secundair en deeltijds kunst- onderwijs, 4,4 miljoen euro uit leerlingenactiviteiten en -ver- bruik en 1,8 miljoen euro uit voor- en naschoolse opvang.

De andere werkingsopbrengsten van 1,8 miljoen euro zijn opbrengsten uit onderwijsactiviteiten,

en interimpersoneel• 3,7 miljoen euro onderhoud en

herstellingen, onderhoudscontracten, ploeg energiesnoeiers, gereedschappen, materialen, werkkledij…

• 1,6 miljoen euro administratie- en communicatiekosten• 1,2 miljoen euro vrijwilligers• 0,9 miljoen euro leerlingenvervoer• 0,7 miljoen vorming en nascholing

Financieel resultaatDe financiële opbrengsten bedragen 2,5 miljoen euro, waar- van 2,2 miljoen euro betrekking heeft op de investeringssub- sidies. De financiële kosten zijn bankkosten en kosten van verwijlintresten ten gevolge van de vertraging in overname van facturen nutsvoorzieningen. Meer dan achthonderd energiemeters moesten van de stad

een tekort gebudgetteerd. Het volwassenenonderwijs heeft voldoende reserves om dit tekort op te vangen. In 2012 en2013 worden alle financiële stromen in kaart gebracht en ge- analyseerd met als doel het tekort structureel aan te pakken.

bestemming van het overschotHet overschot van AG SO wordt naar de rekening genomen, dan bedraagt het aandeel

subsidies en toelagen 96 procent.huuropbrengsten en overige.

De bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen bedragen resultaat uit de gewone activiteitenrealisatie van het masterplan onderwijsinfrastructuur, de inhaalbeweging eigenaarsonderhoud en de modernisering

De toelagen van de Vlaamse overheid bedragen 29,8 miljoen

werkingskostenDe werkingskosten bedragen 73,3 miljoen euro.

30 miljoen euro (224 miljoen euro inclusief gesubsidieerd personeel):

Het resultaat uit de gewone activiteiten bedraagt 4,2 mil- joen euro. Enkel de divisie Volwassenenonderwijs heeft een

van de bestaande schoolinfrastructuur en –uitrusting en spe- cifieke noden met betrekking tot de capaciteitsuitbreiding eneuro. Inclusief de loonkost van het gesubsidieerd

personeel is dat 205,8 miljoen euro. Zowat 90 procent van de uitgaven zijn uitgaven voor bezol-

• 29,3 miljoen euro niet-gesubsidieerd personeel• 0,7 miljoen euro sociaal abonnement gesubsidieerd

negatief resultaat. Dit is onder meer te verklaren door de hoge afschrijvingen van investeringen waar geen investe-

voor het divisieoverschrijdend solidariteitsfonds.

• 25,8 miljoen euro werkingstoelagen basis-, secundair en

digingen, diensten en diverse goederen. De verdeling moet

personeel ringssubsidies tegenover staan en de hogere afdrachten voorbuitengewoon onderwijs, deeltijds kunstonderwijs

engenuanceerd worden omdat de loonkost van het gesubsidi-

werking en personeel aan het SCC.centrum voor leerlingenbegeleiding eerd personeel niet is opgenomen. Met inbegrip van

de loon-

97Stedelijk Onderwijs Antwerpen

Verslag Van Het college Van commIssarIssen aan de gemeenteraad Van de stad antwerpenoVer de JaarrekenIng oVer Het boekJaar aFgesloten op 31 december 2011 Van Het autonoom gemeentebedrIJF stedelIJk onderwIJs antwerpen

Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen, brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaat van commissaris. Dit verslag omvat ons oordeel over jaarreke- ning, evenals over de vereiste bijkomende vermeldingen.

Verklaring over de jaarrekening zonder voorbehoudWij hebben de controle uitgevoerd van de jaarrekening over het boekjaar afgesloten op 31 december 2011, opgesteld overeenkomstig het in België van toepassing zijnde boek- houdkundig referentiestelsel, met een balanstotaal van€ 74.801.486,30 en waarvan de resultatenrekening afsluit met een overschot van het boekjaar van € 6.362.679,62.

Verantwoordelijkheid voor het opstellen en de getrouwe

weergave van de jaarrekeningHet opstellen van de jaarrekening valt onder de verant- woordelijkheid van de Raad van Bestuur. Deze verantwoor- delijkheid omvat: het opzetten, implementeren en in stand houden van een interne controle met betrekking tot het opstellen en de getrouwe weergave van de jaarrekening die geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of het maken van fouten bevat; het kiezen en toepassen van

geschikte waarderingsregels; en het maken van boekhoud- kundige schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn.

Verantwoordelijkheid van het college van commissarissen Het is onze verantwoordelijkheid een oordeel over deze jaar- rekening tot uitdrukking te brengen op basis van onze con- trole. Wij hebben onze controle uitgevoerd overeenkomstig de wettelijke bepalingen en volgens de in België geldende controlenormen, zoals uitgevaardigd door het Instituut van de Bedrijfsrevisoren. Deze controlenormen vereisen dat onze controle zo wordt georganiseerd en uitgevoerd dat een rede- lijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.

Overeenkomstig deze controlenormen hebben wij controle- werkzaamheden uitgevoerd ter verkrijging van controle-in- formatie over de in de jaarrekening opgenomen bedragen en toelichtingen. De keuze van deze controlewerkzaamheden hangt af van onze beoordeling alsook van onze inschatting van het risico dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fraude of het maken van fouten.

Bij het maken van onze risico-inschatting

houden wij reke- ning met de bestaande interne controle van het autonoom gemeentebedrijf met betrekking tot het opstellen en de ge- trouwe weergave van de jaarrekening ten einde in de gege- ven omstandigheden de gepaste werkzaamheden te bepa-

len, maar niet om een oordeel te geven over de effectiviteit van de interne controle van het autonoom gemeentebedrijf. Wij hebben tevens de gegrondheid van de waarderingsre- gels, de redelijkheid van de betekenisvolle boekhoudkundige schattingen gemaakt door het autonoom gemeentebedrijf, alsook de voorstelling van de jaarrekening, als geheel beoor- deeld. Ten slotte hebben wij van de Raad van Bestuur de voor onze controlewerkzaamheden vereiste ophelderingen en in- lichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie een redelijke basis vormt voor het uitbrengen van ons oordeel.

oordeelNaar ons oordeel geeft de jaarrekening afgesloten op 31 de- cember 2011 een getrouw beeld van het vermogen, de finan- ciële toestand en de resultaten van het autonoom gemeen- tebedrijf, overeenkomstig het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel.

bijkomende vermeldingenHet naleven door het autonoom gemeentebedrijf van de wetten en decreten die op haar van toepassing zijn, alsmede van de statuten, vallen onder de verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur.

Het is onze verantwoordelijkheid om in ons ver

slag de volgende bijkomende ver- meldingen op

te nemen die niet van aard zijn om de draagwijdte van onze verkla- ring over de jaarrekening te wijzigen:• Onverminderd formele aspecten van ondergeschikt belang

wordt de boekhouding gevoerd overeenkomstig de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften.

• Wij dienen u geen verrichtingen of beslissingen mede te delen die in overtreding zijn met met de statuten of de wetgeving van toepassing op de Autonome Gemeentebedrijven.

Antwerpen, 1 juni 2012

College van commissarissen

Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BCVBA Commissarissen Gemeenteraadsleden vertegenwoordigd door

Ömer Turna Suzette Verhoeven Eva MangelschotsVennoot

99Stedelijk Onderwijs Antwerpen

rek. nr. naam rekenIng ag so consoliDatie basis secunDair buo Dko vwo clb scc rek. nr. naam rekenIng ag so consoliDatie basis secunDair buo Dko vwo clb scc

boekHoudkundIg resultaat budget 2012bedrIJFsopbrengsten 77.006.104 11.556.040 7.445.520 2.209.795 1.231.452 1.200.371 254.671

53.108.255700 OPBRENGSTEN UIT LEERLINGENACTIVITEITEN 1.632.644 888.329 594.655 132.000 1.000 2.660 14.000 -701 INSCHRIJVINGSGELDEN 2.219.477 - 150.000 - 151.578 655.144 -

1.262.755702 MIDDAGSTUDIE 1.102.581 1.030.803 6.428 65.350 - - - -703 VOOR- EN NASCHOOLSE OPVANG 664.336 663.836 - 500 - - - -704 VERK. VAN GOEDEREN & MATERIALEN BESTEMD VR VERKOOP 2.855.401 985.059 1.592.220 186.420 33.202 58.500 - -705 VERKOPEN VAN BOEKEN EN CURSUSSEN 224.093 1.245 85.448 - 36.000 101.400 - -706 OVERIGE LEERLINGENBIJDRAGEN 45.301 20.771 8.000 - 180 16.350 - -730 WERKINGSTOELAGEN 29.346.886 6.866.134 3.674.140 1.298.083 158.622 - 230.071

17.119.835731 BIJZONDERE WERKINGSMIDDELEN 712.247 89.506 163.169 248.872 13.632 191.567 5.500 -732 PROJECTMATIGE SUBSIDIES 534.249 138.031 261.149 26.170 36.400 57.500 -

15.000733 DOTATIE VAN DE STAD 35.103.582 500.900 322.500 122.100 690.248 50.900 5.100

33.411.835739 OVERIGE TOELAGEN EN SUBSIDIES 301.462 223.812 38.200 31.950 - - - 7.500743 VERKOPEN GOEDEREN & DIENSTEN UIT DE ONDERWIJSACT. 506.705 - 392.855 53.850 - 60.000 - -744 OMZET NEVENACTIVITEITEN 342.173 141.522 77.111 42.900 63.290 2.350 -

15.000745 SPONSORS, GIFTEN, SCHENKINGEN EN LEGATEN 379.915 3.995 24.560 1.600 21.000 - -

328.760746 HUUROPBRENGSTEN GEBOUW, TERREINEN, LOKALEN & MATERIALEN 343.630 - 4.560 - 26.300 - -

312.770749 DIVERSE WERKINGSOPBRENGSTEN 691.421 2.096 50.525 - - 4.000 -

634.800

bedrIJFskosten 78.616.268 11.903.186 7.172.018 2.313.278 1.022.493 1.629.082 284.745 54.291.466

600 AANKOPEN VAN GRONDSTOFFEN 378.158 26.279 323.879 - - 28.000 - -601 AANKOPEN VAN HULPSTOFFEN 443.665 124.349 212.086 69.200 - 38.030 - -604 AANKOPEN VAN GOEDEREN EN MATERIALEN VOOR VERKOOP 1.562.495 445.580 1.023.837 40.300 29.700 23.078 - -605 AANKOPEN BOEKEN EN CURSUS VOOR VERKOOP 332.126 700 226.526 - 36.000 68.900 - -610 HUURLASTEN 1.834.935 31.470 74.165 9.380 20.460 16.960 -

1.682.500611 ONDERHOUD EN HERSTELLINGEN 2.163.297 639.276 391.169 225.290 92.401 84.862 9.000

721.300612 NUTSVOORZIENINGEN 9.104.253 41.190 36.823 4.540 - - -

9.021.700613 ADMINISTRATIEKOSTEN 1.811.654 391.544 547.609 250.700 67.697 150.479 64.000

339.625

boekHoudkundIg resultaat budget 2012614 VERZEKERINGEN 258.800 1.030 24.344 5.500 926 - - 227.000615 GEREEDSCHAPPEN, MATERIALEN EN BENODIGDHEDEN 5.173.591 3.028.404 520.672 527.960 108.800 243.455 10.000 734.300616 OVERIGE LEVERINGEN EN DIENSTEN 12.365.670 2.466.735 576.266 334.195 194.509 189.634 93.000 8.511.330

6160 DIENSTVERLENING, BIJDRAGEN EN LIDGELDEN 344.193 65.255 22.387 3.805 29.116 2.100 15.000 206.5306161 ERELONEN (REVISOR, JURIST, EXTERNE EXPERTISE, ETC) 2.227.987 1.128.590 37.117 43.500 25.280 12.000 3.500 978.0006162 VERGOEDINGEN (INTELLECTUELE EN BUITENLANDSE PRESTATIES) 113.480 2.500 - - 24.480 - - 86.5006163 NASCHOLING 826.225 256.770 153.157 78.100 54.813 52.184 30.000 201.2006164 DIENSTVERPLAATSING 170.932 14.900 49.592 49.590 1.000 17.850 14.000 24.0006165 LEERLINGENVERVOER 961.105 808.155 - 124.150 3.800 - 25.000 -6166 VEILIGHEID & EHBO 433.041 9.955 12.876 6.400 5.960 5.850 2.000 390.0006167 PUBLICITEIT 459.797 14.950 176.947 3.100 26.100 70.700 500 167.5006168 RECEPTIE & REPRESENTATIEKOSTEN 161.750 48.020 32.320 6.750 15.460 19.200 500 39.5006169 OVERIGE 6.667.160 117.640 91.870 18.800 8.500 9.750 2.500 6.418.100617 UITZENDKRACHTEN EN TER BESCHIKK. GESTELDE PERSONEN 2.932.134 1.683.250 86.800 159.700 54.350 227.850 50.000 670.184619 KOSTEN VAN LEERLINGENACTIVITEITEN 2.734.690 1.241.324 1.162.971 200.900 56.700 46.795 6.000 20.000620 BEZOLDIGINGEN EN RECHTSTREEKSE SOC. VOORDELEN 19.916.360 - - - - - - 19.916.360621 WERKGEVERSBIJDRAGEN VOOR SOCIALE VERZEKERINGEN 3.593.000 - - - - - - 3.593.000622 WERKGEVERSPREMIES VR BOVENWETTELIJKE VERZEKERINGEN 185.460 - - - - - - 185.460623 ANDERE PERSONEELSKOSTEN 2.031.480 - - - - - - 2.031.480624 OUDERDOMS- EN OVERLEVINGSPENSIOENEN 3.336.400 - - - - - - 3.336.400630 AFSCHRIJVINGEN,WAARDEVERMINDERINGEN VASTE ACTIVA 7.404.110 1.538.025 1.608.827 394.788 233.387 435.912 47.245 3.145.927637 VOORZIENINGEN VOOR ANDERE RISICO'S EN KOSTEN - - - - - - - -640 WERKINGSBELASTINGEN 189.475 67.140 56.806 26.900 7.712 6.717 500 23.700643 GIFTEN EN SCHENKINGEN 43.260 23.170 15.180 300 1.200 1.910 - 1.500644 DIVERSE WERKINGSKOSTEN 821.256 153.722 284.059 63.625 118.650 66.500 5.000 129.700

VerwacHt bedrIJFsresultaat Van Het kalenderJaar -1.610.165 -347.146 273.502 -103.483 208.960 -428.711 -30.074 -1.183.211

101Stedelijk Onderwijs Antwerpen

rek. nr. naam rekenIng ag so consoliDatie basis secunDair buo Dko vwo clb scc rek. nr. naam rekenIng ag so consoliDatie basis secunDair buo Dko vwo clb scc

boekHoudkundIg resultaat budget 2012FInancIële opbrengsten 3.416.077 630.088 520.157 200.546 106.678 56.228 24.483

1.877.898751 OPBRENGSTEN UIT VLOTTENDE ACTIVA 115.760 6.940 23.102 13.750 6.193 19.775 1.000

45.000753 INVESTERINGS- EN INTRESTSUBSIDIES 3.297.401 621.432 497.055 186.596 100.485 35.453 23.483

1.832.898757 DIVERSE FINANCIëLE OPBRENGSTEN 2.916 1.716 - 200 - 1.000 - -

FInancIële kosten 123.219 1.218 1.406 200 - 345 - 120.050

650 KOSTEN VAN SCHULDEN 118.050 - - - - - - 118.050

657 DIVERSE FINANCIëLE KOSTEN 5.169 1.218 1.406 200 - 345 - 2.000

VerwacHt FInancIeel resultaat Van Het kalenderJaar 3.292.858 628.870 518.751 200.346 106.678 55.883 24.483

1.757.848 uItzonderlIJke opbrengsten 184.735 70.435 3.000 -

- 104.800 6.500 -

764 ANDERE UITZONDERLIJKE OPBRENGSTEN 184.735 70.435 3.000 - - 104.800 6.500 -

uItzonderlIJke kosten 39.796 - 27.296 - - 7500 - 5.000

664 ANDERE UITZONDERLIJKE KOSTEN 39.796 - 27.296 - - 7.500 - 5.000

VerwacHt uItzonderlIJk resultaat Van Het boekJaar 2012 144.939 70.435 -24.296 - - 97.300 6.500 -5.000

verwachte winst/verlies van het boekjaar 2012 voor resultaatverwerking 1.827.632 352.158 767.957 96.863 315.638 -275.528 908 569.637

InVesterIngsbudget 2012InVesterIngsubsIdIes 38.324.080 - - - - - - 38.324.080

150 INVESTERINGSDOTATIE 2011 STAD ANTWERPEN 13.412.108 - - - - - - 13.412.108150 SCHULDVORDERINGSSTAAT < 2011 STAD ANTWERPEN 9.123.543 - - - - - - 9.123.543153 AGION 15.788.429 - - - - - - 15.788.429

InVesterIngsbudget 50.414.559 3.881.563 3.937.522 918.150 729.900 534.875 123.800 40.288.750210 KOSTEN VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING 433.500 - - - - - - 433.500218 SOFTWARELICENTIES 120.694 1.960 31.434 5.800 26.500 9.500 - 45.500220 TERREINEN - - - - - - - -221 GEBOUWEN - - - - - - - -222 BEBOUWDE TERREINEN - - - - - - - -223 VA IN ERFPACHT: GEBOUWEN 20.173.766 173.766 - - - - - 20.000.000224 VA IN ERFPACHT: ONROEREND DOOR BESTEMMING 17.529.900 179.000 711.000 75.000 44.900 - - 16.520.000225 VA IN ERFPACHT: ONDERHOUDS- EN INVESTERINGSWERKEN 3.551.758 994.058 449.000 93.000 45.000 5.000 20.000 1.945.700230 INSTALLATIES 2.844.195 481.300 825.795 289.100 154.200 - 81.300 1.012.500231 MACHINES EN GEREEDSCHAPPEN 765.400 48.250 617.200 76.350 3.600 20.000 - -232 UITRUSTING EN INRICHTING 1.955.189 944.022 614.717 119.800 63.450 193.000 1.000 19.200233 COMPUTERS 791.173 189.493 324.530 66.900 27.650 163.500 3.500 15.600234 BOEKEN BESTEMD VOOR VERHUUR 53.346 - 51.346 - 2.000 - - -236 MUZISCH MATERIEEL 91.000 - - - 91.000 - - -240 MEUBILAIR 1.880.488 843.313 279.000 175.700 271.600 131.875 18.000 161.000241 ROLLEND MATERIEEL 174.700 12.700 22.000 10.000 - - - 130.000242 KANTOORUITRUSTING 48.950 13.200 11.500 6.500 - 12.000 - 5.750251 INSTALLATIES, MACHINES EN UITRUSTING LEASING - - - - - - - -252 MEUBILAIR EN ROLLEND MATERIEEL LEASING - - - - - - - -260 OVERIGE MATERIëLE VASTE ACTIVA 500 500 - - - - - -

coloFonDe teksten van dit jaarverslag zijn geredigeerd door Cantilis (Sybil Van Torre, Debby Burssens en Pascal Van Wambeke) en het Stedelijk Onderwijs Antwerpen (Sacha Jennis). Cantilis stond eveneens in voor het concept en de vormgeving. De coördinatie van het geheel gebeurde door Cantilis in samenwerking met het Stedelijk Onderwijs Antwerpen (Sacha Jennis).

Verantwoordelijke uitgever: Frank Noten, Bedrijfsdirecteur Stedelijk Onderwijs

Antwerpen. Fotografie door Elisabeth Verwaest, Cantilis en het Stedelijk

Onderwijs, met dank aan debereidwillige medewerking van alle leerlingen, leerkrachten, directies en het ondersteunendpersoneel.

Het Stedelijk Onderwijs Antwerpen dankt alle betrokken divisies en ondersteunende diensten voor hun medewerking bij de totstandkoming van dit verslag.

Wettelijk depot: D/2012/0306/140

STAD ANTWERPEN0800 23019

www.stedeli jkonderwijs.be

[email protected]