woordenboek nederlands met gebaren
DESCRIPTION
woordenboek gebarenTRANSCRIPT
-
Woordenboek Nederlands
met Gebaren
-
Woordenboek Nederlands met Gebaren
Colofon
Uitgegeven in 2011 Auri Signum Mani | DSW Rijswijk en omstrekenwww.gebaren.nl | www.dswrijswijk.nl
Dit boekje is bedoeld voor de medewerkers van DSW. Niets uit deze uitgave mag worden gekopieerd en/of verspreid zonder schriftelijke toestemming. Teksten Auri Signum Mani (Nienke Fluitman & Janneke Biesbroek) DSW (quotes van verschillende medewerkers)Ontwerp Lint. grafisch ontwerpFotografie Femke van Gorkum
-
4 5
Inhoudsopgave 5
Verantwoording 6
Inleiding 6
Gebruiksaanwijzing 7
Voorwoord: Laat zien wat je zegt! 8 - 9
Handalfabet 10 - 13
Getallen 14 - 21
Woordenboek Conversatie 22 - 23
Eten & drinken 24 - 25
Projecten en diensten 26 - 29
Familie 30 - 33
Groen en milieu 34 - 37
Het weer 38 - 39
Kleuren 40 - 41
Tegenstellingen 42 - 43
Tijdswoorden 1 44 - 45
Tijdswoorden 2 46 - 49
Vraagwoorden 50 - 51
Werk algemeen 52 - 55
Werkwoorden 1 56 - 57
Werkwoorden 2 58 - 59
RegisterOp thema 60 - 63
Op alfabet 64 - 66
Inhoudsopgave
-
6 7
Verantwoording
Gebarentaal ontstaat op een natuurlijke manier
en overal waar dove mensen elkaar ontmoeten.
Gebarentaal is een levende taal die zich net als
iedere andere taal ontwikkelt. Dus nog steeds
zien we nieuwe gebaren verschijnen en oude
gebaren verdwijnen.
In dit gebarenwoordenboek is zoveel mogelijk
uitgegaan van de gebaren zoals die nu door het
Nederlands gebarencentrum zijn vast gelegd,
als zijnde het standaard gebaar.
Nog lang niet alle gebaren zijn door dit
expertisecentrum vast gelegd in woordenboeken
op papier of digitaal. Dit proces is al vele jaren
gaande en zal nog vele jaren in beslag nemen.
Hierdoor hebben wij af en toe zelf de keus gemaakt
uit de verschillende mogelijkheden die er zijn
voor n woord. Wij hebben dan altijd getracht
het in onze ogen meest gebruikte gebaar onder
dove mensen op dit moment, te kiezen en vast
te leggen. Dit wil niet zeggen dat de eventuele
andere gebaren niet goed zouden zijn. Soms zijn
er meerdere mogelijkheden mogelijk voor n
woord en dan zijn ze allemaal goed.
In dit gebarenwoordenboek geven wij nooit
meerdere mogelijkheden voor n woord.
Wij laten je altijd maar n gebaar voor het
woord zien.
Nienke Fluitman, directie Auri Signum Mani,
docent Nederlandse gebarentaal
Maart 2011
Inleiding
Dit gebarenwoordenboek is bedoeld voor
de medewerkers van DSW en allen die een
werkrelatie hebben met medewerkers van DSW.
Voor iedereen die gebaren wil leren gebruiken
op de werkvloer.
Dit gebarenwoordenboek laat gebaren zien op
foto met hieronder een beschrijving in tekst.
Soms is het niet makkelijk een gebaar van
een foto af te lezen, daarom hoort er bij dit
gebarenwoordenboek ook een gebaren dvd.
Hierop worden alle gebaren rustig voorgedaan.
De gebaren die in dit woordenboek staan zijn
gekozen door de deelnemers van de werkgroep
drempels weg van DSW. Alle gebaren zijn
ingedeeld op thema.
Auri Signum Mani heeft alle gebaren uitgewerkt in
dit gebarenwoordenboek met de bijbehorende dvd.
Heel veel plezier en succes met het leren van de
gebaren!
Gebruiksaanwijzing
Hoe moet ik het gebaar aflezen?
In dit gebarenwoordenboek is gekozen voor het
vastleggen van de gebaren op fotos. De foto
geeft altijd de beginpositie van de handen aan.
Op de foto kun je goed zien hoe je je handen
moet houden, welke vorm de handen moeten
hebben en waar de handen beginnen om het
gebaar te gaan maken. Onder de foto staat zo
duidelijk mogelijk beschreven hoe je het gebaar
moet gaan uitvoeren: hoe de beweging precies
is, in welke richting de handen bewegen en waar
de handen stoppen.
Spreek altijd het woord uit bij het gebaar. Dit
maakt het nog duidelijker voor de persoon die
het gebaar moet begrijpen.
Hoe vind ik een gebaar terug in dit
gebarenwoordenboek?
Alle gebaren staan gesorteerd op thema.
Achterin het gebarenwoordenboek vind je alle
themas terug in een lijst. Daar kun je onder
de naam van het thema alle woorden vinden,
gerangschikt op alfabet. Achter het woord
staat op welke bladzijde je het gebaar kunt
terugvinden.
Mocht je niet weten onder welk thema je moet
zoeken, kijk dan in de extra lijst waarin alle
gebaren uit het hele boek op alfabet staan. Dus
alle woorden die beginnen met de A staan onder
de A, alle woorden die beginnen met de B staan
onder de B enzovoort. Achter het woord staat
op welke bladzijde het woord terug te vinden is.
Let op: Een stukje van het gebaar staat NIET op de
foto! Wat moet je dan doen?
1. Soms staat er onder de foto dat er op de dvd
eerst nog een gebaar gemaakt wordt voor het
stukje van het gebaar dat je op de foto ziet
staan. Dat kan komen doordat een woord uit
twee woorden is opgebouwd bijvoorbeeld:
vuilniszak. Het woord VUILNIS staat niet op
de foto, het woord ZAK wel. Op de dvd staan
wel allebei de woorden samen achter elkaar
als n samengesteld gebaar.
Als dit bij een foto staat beschreven, dan is
het ook altijd goed om alleen het tweede
stukje van het woord te gebaren (bv ZAK) .
Het eerste stukje (bv VUILNIS) hoef je dan
alleen maar duidelijk uit te spreken. Doordat
je het duidelijk uitspreekt kan de dove of
slechthorende persoon in combinatie met
het stukje van het gebaar dat je er wel bij
gebaart jou goed aflezen en begrijpen.
2. Het kan ook gebeuren dat er een stukje van
het gebaar niet op de foto staat, omdat dat
stuk van het gebaar al ergens anders in het
woordenboek staat afgebeeld en uitgelegd.
Bijvoorbeeld alle woorden waar het woord
WERK(EN) in voorkomt als stukje van het hele
woord, zoals bij WERKBROEK. Dan staat het
stukje BROEK op de foto met uitleg daaronder
en erbij staat ook beschreven waar je het
gebaar voor WERK kunt terugvinden. Er staat
dan (zie blz 59). Als je naar die bladzijde gaat,
vind je daar het gebaar voor WERK op de foto.
Zo kun je zelf de twee stukjes samenvoegen
tot n gebaar.
-
8 9
Voorwoord
Laat zien wat je zegt!
Bij DSW werken ruim vijftig dove en
slechthorende collegas. Zij hebben het niet
altijd even gemakkelijk. Want hoe kunnen zij
communiceren met horende collegas die geen
gebarentaal beheersen? Hoe krijgen zij te
horen wat er binnen het bedrijf aan de hand is?
Hetzelfde geldt voor de horende medewerkers
van DSW. Zij weten niet altijd goed hoe ze met
hun dove en slechthorende collegas om moeten
gaan. Want hoe kunnen zij een gesprek met hun
dove en slechthorende collegas voeren? Hoe
kunnen zij hen vertellen welke werkzaamheden
er gepland staan?
Daarom ben ik ontzettend trots op het DSW
Woordenboek Nederlands met Gebaren. Dit
woordenboek bevat een flinke verzameling
veelgebruikte gebaren. Zoals vergadering, pauze
en controleren. Met fotos en een korte omschrijving
legt het boek uit hoe elk gebaar eruitziet. De
gebaren zijn uitgebreid te zien op de dvd.
Twee partijen hebben het woordenboek
gemaakt. Ten eerste onze eigen werkgroep
Drempels Weg. Deze werkgroep heeft n
belangrijk doel: de communicatie tussen dove/
slechthorende en horende collegas verbeteren.
En ten tweede Auri Signum Mani, het bedrijf
van Nienke Fluitman, docent Nederlandse
gebarentaal.
Bij deze wil ik beide partijen hartelijk bedanken
voor hun inspanningen en dit prachtige
resultaat!
Ik hoop dat jullie net zo enthousiast zijn als ik.
En dat we met zn allen enorm veel gebruik van
het woordenboek gaan maken. Zodat straks
iedereen zich naar elkaar toe verstaanbaar kan
maken. Zodat we nog meer begrip voor elkaar
krijgen. En zodat DSW voor alle medewerkers
een nog fijnere werkplek wordt.
Laat zien wat je zegt!
Remco Wijnia
Algemeen Directeur
Ik ben ontzettend trots
op het DSW Woordenboek!
-
10 11
Handalfabet
A J
D
G N
B
KE M
H O
C
LF
I
PBeweeg van boven naar beneden.
Maak met de pink een J.
-
12 13
Handalfabet
W
Z
X Y
Schrijf een Z in de lucht.
Beweeg je hand van boven naar beneden vanuit de pols.Q
T
R
U
S
V
Vingerspellen doe je met de
hand waarmee je schrijft. Houd
je hand op schouderhoogte
met de rug van de hand naar
je toe. Vorm de letters n voor
n vloeiend na elkaar. Bij een
dubbele letter beweeg je de hand
naar buiten, naast je lichaam.
Tip!
Draai je hand vanuit de pols om.
-
14 15
Getallen 1 t/m 10
10
1
4
72
5
83
6
9
Tellen doen we in de Nederland-
se gebarentaal met n hand.
Maar voor extra duidelijkheid
kun je de getallen 6 t/m
10 ook met twee handen
gebaren. Bijvoorbeeld: als je 6
wilt gebaren, kun je in plaats
van alleen je duim omhoog te
steken ook met je andere hand
het gebaar 5 erbij laten zien.
Dus met je linkerhand gebaar
je 5 en met je rechterhand
gebaar je 6.
Tip!
-
16 17
Getallen 11 t/m 20
16
1917
20
18
Draai rondjes met de hand naar voren.
Draai rondjes met de hand naar voren.
Draai rondjes met de hand naar voren.
Beweeg de hand vanuit de pols naar voren en doe alsof je een vliegje wegslaat.
Draai rondjes met de hand naar voren.
13
14
11
15
12
Draai rondjes met de hand naar voren.
Draai rondjes met de hand naar voren.
Beweeg de hand in een draaibeweging vanuit de pols naar boven.
Draai rondjes met de hand naar voren.
Beweeg de hand in een draaibeweging vanuit de pols naar boven.
Doof, maar niet dom!
-
18 19
Getallen 22 & 33 t/m 99
99
Wiebel heen en weer met de hand.
33
66 77
4422 88
55
Wiebel heen en weer met de hand.
Wiebel heen en weer met de hand.
Wiebel heen en weer met de hand.
Wiebel heen en weer met de hand.
Wiebel heen en weer met de hand.
Wiebel heen en weer met de hand.
Wiebel heen en weer met de hand.
-
20 21
Getallen 10, 20, 30, 40, 50, 60, 70, 80, 90, 100
8050
3010 20
60 9040 100
Beweeg de hand vanuit de pols naar voren en doe alsof je een vliegje wegslaat.
Beweeg de hand vanuit de pols naar voren en doe alsof je een vliegje wegslaat.
Beweeg de hand vanuit de pols naar voren en doe alsof je een vliegje wegslaat.
Beweeg de hand vanuit de pols naar voren en doe alsof je een vliegje wegslaat.
Beweeg de hand vanuit de pols naar voren en doe alsof je een vliegje wegslaat.
Beweeg de hand vanuit de pols naar voren en doe alsof je een vliegje wegslaat.
70
Beweeg de hand vanuit de pols naar voren en doe alsof je een vliegje wegslaat.
Sluit de hand terwijl je naar rechts beweegt.
Beweeg de hand vanuit de pols naar voren en doe alsof je een vliegje wegslaat.
-
22 23
Woordenboek
Conversatie
ALSTUBLIEFT HOE GAAT HET?
GOEDEMORGEN SORRY
DANK U WEL
GOEDEMIDDAG STERKTE
GEFELICITEERD
GOEDENAVOND TOT ZIENS
Met de hand wordt er over de rechterwang gestreken van achter naar voor.
De ringvinger en de duim tikken twee keer tegen elkaar, waarna je de handen opent. De handpalmen wijzen naar boven.
Na het gebaar goed (zie blz 42), gaat de rechterhand met een boog van beneden naar boven voor het gezicht langs.
De rechterhand maakt in een vuist enkele rondjes over de borst.
Met de hand wordt er vanaf de kin kort naar voren bewogen.
Na het gebaar goed (zie blz 42), draait de rechterhand een kwart naar links, maar blijft onder de kin.
De beide vuisten bewegen n keer kort naar voren.
De linkerhand houdt de rechterhand in het midden vast. De handen schudden elkaar de hand.
Na het gebaar goed (zie blz 42), gaat de rechterhand met een boog van boven naar beneden voor het gezicht langs.
De rechterhand met de wijs- en middelvinger uitgestoken voor de ogen kort naar voren bewegen. Daarna met de rechter- en linkerhand met de wijs- en middelvinger uitgestoken naar elkaar toe bewegen.
Benader een dove of slechthorende
collega niet van achteren, maar van
opzij of van voren. Zo laat je hem of
haar niet schrikken.
Tip!
-
24 25
Woordenboek
Eten & drinken
DORST KOFFIE
ETEN SUIKER
DRINKEN
HONGER THEE
MELKEET SMAKELIJK
KANTINE WATER
PAUZE
De hand beweegt naar voren en sluit zich, herhaal dit drie keer.
Met de rechtervuist wordt er twee keer over de linkervuist een kleine draaibeweging gemaakt.
Met de rechterhand wordt er kort voor de mond van voor naar achter bewogen.
De vingers wiebelen van voor naar achter terwijl de hand voor de kin van rechts naar links beweegt.
Met de rechterhand wordt er gedaan alsof er een glas vastgehouden wordt en er gedronken wordt.
De handen bewegen voor de buik, om de beurt, kort van boven naar beneden.
De rechterhand beweegt een aantal keer kort van boven naar beneden boven, de linkerhand.
Beweeg de handen om de beurt van boven naar beneden voor de borst.
Met de hand wordt er kort voor de mond van voor naar achter bewogen, daarna wordt het bij iedereen bekende gebaar voor lekker gemaakt.
Na het gebaar drinken wordt er met de hand voor de borst een cirkel gemaakt. De handpalm blijft naar beneden gericht.
De rechterhand beweegt vanuit de pols van rechts naar links, terwijl de ringvinger op de wang blijft.
De twee handen bewegen n keer kort naar beneden.
-
26 27
Woordenboek
Projecten en diensten
BESCHRIJVING KABELBREUK
DOSERING / HOEVEELHEID NETJES
BETEKENIS
DWEIL / DWEILEN PICTOGRAM
MOP / MOPPENDEUR
ETIKET RAAM
MUUR
De rechterhand maakt schrijfbewegingen op de linkerhand.
Wijs de kabel aan en gebaar met twee vuisten alsof je iets door midden breekt.
De linkerhand blijft stil. De rechterhand beweegt de wijsvinger van de duim omhoog tot het einde van de linker wijsvinger.
De twee handen bewegen tegelijkertijd van achter naar voren over de wangen.
De rechterhand beweegt een paar keer kort van links naar rechts.
Eerst doen alsof je de dweil uitwringt, daarna de twee vuisten bewegen alsof je de steel van de dweil vast hebt.
De twee handen bewegen kort naar voren.
De handen bewegen alsof je de steel van de mop vast hebt en aan het moppen bent.
De rechterhand beweegt n keer alsof de deur open gaat. Blijf contact houden met de vingertoppen van de linkerhand.
De wijsvingers geven de contouren van een klein etiket aan. De wijsvingers eindigen op de duimen.
Maak met je vingers de vorm van een vierkant.
De rechterhand beweegt van beneden recht naar boven.
-
28 29
Woordenboek
Projecten en diensten
RESERVE VOLGORDE WERKWAGEN
STOFZUIGERZAK
SCHOONMAAKPRODUCT
UITPERSEN / UITWRINGEN
WERKDOEKSTOFZUIGER
VOL
Maak met je handen een stapel van klein naar groot.
De linkerhand blijft op zijn plek, de rechterhand beweegt met gesloten vingers van links naar rechts, een hakbeweging.
Na het gebaar werken (zie blz 59) duw je met twee handen de wagen voor je uit.
Na het gebaar stofzuiger, beweeg je met twee handen alsof je van onder naar boven een zak dicht doet.
De handen openen zich en maken beiden een halve boog naar buiten. Op de DVD wordt na dit gebaar ook nog het gebaar voor product gemaakt.
Doe alsof je een dweil of doek uitwringt.
Na het gebaar werken (zie blz 59) de handen heen en weer bewegen als of je de doek uitslaat.
De handen bewegen heen en weer als of je stofzuigt.
De rechterhand beweegt omhoog tegen de linkerhand aan. Op de dvd ziet u het gebaar alleen met de rechterhand gemaakt. De rechterhand beweegt dan omhoog tegen de onderkant van de kin.
Een gebaar en iedereen weet genoeg!
-
30 31
Woordenboek
Familie
BROER MEISJE
JONGEN OPA
DOCHTER
KINDEREN PARTNER (m/v)
MOEDERFAMILIE
MAN VADER
OMA
De hand tikt twee keer tegen de linkerschouder.
De rechterhand beweegt zich van rechtop naast het gezicht naar liggend net boven de schouder, in een vloeiende beweging.
De hand opent en sluit zich twee keer voor het voorhoofd.
Met de rechterhand maak je met uitgestrekte wijsvinger eerst een cirkel voor je gezicht. Daarna beweeg je de rechterhand met uitgestrekte wijsvinger vanaf de kin naar voren.
De hand beweegt zich naar voren en terwijl deze naar voren gaat sluit de hand zich. Herhaal dit twee keer.
De rechterhand gaat van links naar rechts, de hand tikt drie keer naar beneden alsof je met een bal stuitert.
De rechterhand draait vanuit de pols een half slag.
De rechterhand beweegt zich van links naar rechts over de kin.
Met de vingers in elkaar maak je een klein rondje voor de borst.
De rechterhand sluit zich n keer voor het voorhoofd.
De rechterhand beweegt kort van boven naar beneden.
Met de rechterhand maak je eerst een cirkel voor je gezicht. Daarna raak je de wang aan (de plek van aanraken zie je op de foto) beweeg nu de hand naar voren.
-
32 33
Woordenboek
Familie
VROUW ZOON ZUS
De rechterhand naast het oor, de wijsvinger beweegt twee keer naar de duim toe en raakt de duim.
De hand beweegt zich naar voren en terwijl deze naar voren gaat sluit de hand zich.
De wijsvinger beweegt twee keer naar de duim toe en raakt de duim.
Veel doven en slechthorenden
kunnen goed liplezen.
Neem altijd de moeite om zelf met een dove of
slechthorende collega te praten. Geef vragen of
opmerkingen liever niet via een ander door.
Tip!
-
34 35
Woordenboek
Groen en milieu
BEZEM OPEN AUTO
BOSMAAIER
BLADBLAZER
HARK(EN)
PAPIERPRIKKERBORSTEL
LEERVET
PION
Doe alsof je met twee handen de bezemsteel vasthoudt en twee keer de bezem van je afduwt.
Twee handen draaien vanuit de pols een halve draai naar voren alsof de deuren open gaan, daarna gebaar je auto. Dit doe je door te doen als of je met twee handen een autostuur vast hebt en stuurt. Op de dvd wordt het gebaar open op een andere manier gemaakt, beide mogelijkheden zijn goed.
De hand beweegt een paar keer van boven naar beneden, je maait of hakt iets.Op de dvd wordt voor dit gebaar eerst nog het gebaar voor bos gemaakt.
Doe alsof je een bladblazer vasthebt. Op de dvd wordt voor dit gebaar eerst nog het gebaar voor blaadje gemaakt.
Doe alsof je hand de hark is en maak een harkbeweging naar je toe.
Doe als of je dingen opprikt.Op de dvd wordt eerst nog het gebaar voor papier gemaakt.
Doe alsof je een borstel vasthebt en borstelt.
Doe alsof je iets vets op je vingers hebt. Je duim wrijft over je vingers heen.Op de dvd wordt dit gebaar met n hand gemaakt, beide mogelijkheden zijn goed.
De handen beelden de pion uit, de handen bewegen niet.
Ik wil graag horende en dove collegas helpen
met elkaar te communiceren.
-
36 37
Woordenboek
Groen en milieu
PRULLENBAK
VERKEERSBORD
SCHEP
VORKSCHEP
SCHOFFEL
VUILNISZAK
Doe alsof je iets weggooit, maak daarna met je handen een bak.
Beweeg eerst om en om je handen naast je hoofd. Maak daarna met je vingers in de lucht de vorm van het verkeersbord.
Prik eerst naar beneden en maak dan een schepbeweging over je schouder.
Doe alsof je schept. Doe alsof je schoffelt.
Doe alsof je een zak dichtknoopt.Op de dvd wordt eerst nog het gebaar voor afval gemaakt.
Zorg dat je mond leeg is als je
met een dove of slechthorende
collega praat. Dit maakt het
liplezen makkelijker.
Tip!
-
38 39
Woordenboek
Het weer
DROOG SNEEUW
MOOI WARM
GLAD
NAT WEER
KOUD
REGEN ZON
De handen bewegen zich naar buiten toe terwijl zij zich sluiten.
De handen bewegen vloeiend zigzaggend van links naar rechts naar beneden.
De hand beweegt kort naar voren.
De handen bewegen vanuit de pols een paar keer kort naar je lichaam toe.
De rechterhand glijdt van achter naar voor over de linkerhand.
De vingers tikken twee keer op de duim wanneer de handen zich openen en sluiten.
De rechterhand beweegt van links naar rechts, met een grote boog omhoog. Beginnend halverwege de borst, eindigend net naast het hoofd.
De beide vuisten bibberen een paar keer van buiten naar binnen.
De handen bewegen met uitgestrekte vingers een aantal keer van boven naar beneden.
De rechterhand beweegt rechts hoog boven het hoofd enkele keren kort van boven naar beneden, richting het gezicht.
Onze horende collegas hebben baat bij de gebaren die wij
hen leren.
-
40 41
Woordenboek
Kleuren
BLAUW ORANJE
GRIJS ROZE
BRUIN
GROEN WIT
PAARSGEEL
KLEUR ZWART
ROOD
Terwijl de rechterhand vanuit de pols naar je toe draait, vouw je de pink, ringvinger en middelvinger naar binnen. Ondertussen steek je de duim uit, de wijsvinger blijft uitgestrekt. (van letter B naar letter L).
De rechterhand beweegt vanuit de pols heen en weer, terwijl de hele hand schuin omhoog van het gezicht af beweegt.
De rechterwijsvinger wrijft een aantal keer kort over de linker wijsvinger.
Raak de onderlip een paar keer aan door met de hele hand een draaibeweging naar de mond toe te maken, de draai wordt naar boven gericht gemaakt.
De rechterhand beweegt in een cirkel naast de slaap, herhaal deze beweging.Op de dvd wordt de wang aangeraakt met de vingers, beide mogelijkheden zijn goed.
De wijs- en middelvinger van de rechterhand wrijven een aantal keer kort over de wijs- en middelvinger van de linkerhand.
Raak met de wijsvinger de hals aan.
De rechter wijsvinger slaat op de linker wijsvingernagel. Waarna de rechterwijsvinger nog even verder beweegt naar beneden.
De rechterhand beweegt in een halve boog terwijl de hand zich opent.
De wijs- en middelvinger de rechterhand wrijven een aantal keer kort over de wijs- en middelvinger van de linkerhand.
De rechterhand maakt met de wijsvinger een grote Z in de lucht.
Raak de onderlip een paar keer aan door met de hele hand een draaibeweging naar de mond toe te maken, de draai wordt naar beneden gericht gemaakt.
-
42 43
Woordenboek
Tegenstellingen
JA LICHT
FOUT RECHTS(AF)
NEE
LANGZAAM RECHTDOOR
DONKERGOED
SNEL
LINKS(AF)
De rechterhand maakt vanuit de pols een halve draai heen en weer.
De hand beweegt van onder naar boven in een kleine boog voor het gezicht.
De rechterwijsvinger beweegt n keer over de linkerhand.
De hand beweegt naar rechts kijk mee met het gebaar.
De rechterhand beweegt in een boog voor het lichaam.
De handen bewegen een aantal keer rustig, van boven naar beneden.
De hand beweegt recht naar voren.Op de dvd wordt dit gebaar recht voor het gezicht gemaakt, beide mogelijkheden zijn goed.
De hand beweegt van boven naar onder in een kleine boog voor het gezicht.
Steek je duim op.
De rechterhand beweegt vanuit de elleboog en pols snel van rechts naar links in een boog die naar beneden gaat. Je eindigt het gebaar met je handpalm omhoog.
De hand beweegt naar links kijk mee met het gebaar.
-
44 45
Woordenboek
Tijdswoorden 1
DE DAG VORIGE
JAAR MORGEN / OCHTEND
WEEK
NU MIDDAG AVOND
VOLGENDEMAAND
STRAKS
REGELMATIG
De vinger raakt kort het gezicht aan.
De hand beweegt zich naar achter over de schouder.
De handen bewegen zich naar elkaar toe. Op de foto ziet u de eindpositie van de handen.
De rechterhand maakt een boog van beneden naar boven voor het gezicht langs.
De hand beweegt recht naar beneden.
De hand beweegt naar beneden. Draait de rechterhand een kwart naar links maar blijft onder de kin.
De rechterhand maakt een boog van boven naar beneden voor het gezicht langs.
De rechterhand beweegt zich recht naar voren in een boog. Je linkerhand blijft op dezelfde plek.
De vinger raakt kort het gezicht aan.
De hand beweegt een aantal keer kort heen en weer van uit de pols.
De rechterhand beweegt zich recht naar voren in kleine boogjes.
-
46 47
Woordenboek
Tijdswoorden 2
VANDAAG WOENSDAG
WEEKEND ZATERDAG
MORGEN
MAANDAG ZONDAG
DONDERDAGGISTEREN
DINSDAG
VRIJDAG
De hand beweegt een aantal keren kort naar beneden.
De rechterhand tikt een aantal keer de linkerhand.
De handen raken elkaar een paar keer kort.
De handen raken elkaar een aantal keer kort.
De hand beweegt met een boogje naar voren.
De hand beweegt zich in een boogje voor het gezicht langs tot op de kin.
De handen bewegen kort naar beneden.
De hand beweegt zich in een rechte lijn naar voren terwijl deze wiebelt.
De hand beweegt met een boogje over de schouder naar achter.
De hand beweegt zich op de borst naar beneden.
De hand maakt een aantal rondjes over de borst.
Drempels weg: doven n horenden samen aan de slag!
-
48 49
Woordenboek
Tijdswoorden 2
JANUARI JULI AUGUSTUS SEPTEMBER
APRIL OKTOBER
FEBRUARI
MEI NOVEMBER
MAART
JUNI DECEMBER
De handen houden elkaar vast en schudden elkaar de hand.
De hand beweegt zich met een kleine boog recht naar voren.
De vingers wapperen voor het gezicht.
De vingers wapperen voor de borst.
De vingertoppen tikken enkele keren tegen elkaar.
De hand beweegt zich van rechtsboven schuin naar linksonder. Eindig voor de borst.
De handen bewegen om de beurt van voor naar achter in een harkbeweging.
De hand beweegt zich van rechtsboven schuin naar linksonder. Eindig voor de borst.
Doe alsof je een lampion vasthoud.
De handen bewegen zich naar buiten terwijl zij zich sluiten.
De hand beweegt zich naar de rechterschouder.
Maak een kleine draaibeweging voor het voorhoofd.
-
50 51
Woordenboek
Vraagwoorden
HOE
WAAROM
HOEVEEL
WANNEER
WAAR
WIEWAT
De ringvinger en de duim tikken twee keer tegen elkaar waarna je de handen opent. De handpalmen wijzen naar boven.
Beweeg de handen een aantal keer kort naar het lichaam toe.
De vingers wiebelen terwijl de handen een klein beetje naar buiten gaan.
De handen gaan naar buiten toe, terwijl de vingers wiebelen.
De handen schudden een aantal keer kort heen en weer.
De vinger tikt een aantal keer kort op de kin.
De hand beweegt een aantal keer kort heen en weer.
-
52 53
Woordenboek
Werk algemeen
ALARM
LEIDINGGEVENDE WC
VEILIGHEIDSBRILCOLLEGA
OORDOPPEN WERKBROEK
VERGADERINGHELM
VAKANTIE WERKJAS
VRIJ
Schud de vinger wild heen en weer met de onderarm.
De handen bewegen zich samen naar voren. Maak hierna het gebaar voor persoon met de rechterhand, dit is hetzelfde als het gebaar week (zie blz. 44). Voor het hele gebaar kijk op de dvd.
Krom een aantal keer kort de vingers en duim.
De handen bewegen kort naar voren. Doe daarna alsof je een bril opzet.
De hand tikt een aantal keer kort op de schouder.
De handen bewegen zich naar de oren toe.
Maak eerst het gebaar voor werk (zie blz. 59) Doe alsof je een broek ophijst.
Beweeg de handen een aantal keer kort naar elkaar.
Maak om het hoofd de vorm van een helm.
De hand tikt een aantal keer kort op het gezicht.
Maak eerst het gebaar voor werk (zie blz. 59) Doe alsof je een jas aantrekt.
Beweeg de handen met een boog naar voren.
-
54 55
Woordenboek
Werk algemeen
WERKSCHOEN ZIEK
Maak eerst het gebaar voor werk (zie blz. 59) Doe als of je een schoen aantrekt.
Beweeg de handen kort naar beneden.
ZWAAILICHT
Draai je hand alsof hij het zwaailicht is. De hand gaat in de draaibeweging open en dicht.
Niet alle doven en slecht-
horenden gebruiken dezelfde
gebaren. Neem de tijd om elkaar
te begrijpen.
Tip!
-
56 57
Woordenboek
Werkwoorden 1
AFGELOPEN KIJKEN
CONTROLEREN MAKEN
ANTWOORDEN
DOEN
KLAARBEGINNEN
GEBRUIKEN
LEZEN
De handen bewegen zich naar beneden.
Beweeg de hand naar voren.
De handen bewegen zich naar beneden terwijl de vingers zich een aantal keer krommen.
Beweeg de rechtervuist een aantal keer kort op de linker.
De hand beweegt zich naar beneden in een boog naar voren.
Sluit de handen.
De handen bewegen zich naar buiten.
De duimen draaien zich vanuit de pols naar boven.
Aai met de rechterwijsvinger over de linkerhand in een herhalende beweging.
De rechtervingers bewegen in een zigzagbeweging net boven de linkerhandpalm.
Zorg dat je dove of slechthorende
collegas je goed kunnen zien
als je praat. Kijk ze aan en zorg
voor helder licht.
Tip!
-
58 59
Woordenboek
Werkwoorden 2
NAAR BINNEN GAAN VRAGEN
VEGEN WERKEN
OPLETTEN
VERGETEN
WACHTENTWIJFELEN
VOORKOMEN
WEG ZIJN
Beweeg de rechterhand onder de linkerhand door naar voren.
De hand beweegt zich met de vingers naar voren gericht in een boog naar voren.
Doe alsof je veegt met een bezem.
De rechterhand beweegt een aantal keer kort op de linkerhand.
Tik met je vinger een aantal keer kort op het gezicht.
De hand opent zich terwijl je deze van je hoofd af beweegt.
Beweeg de handen een aantal keer kort naar beneden.
De handen draaien vanuit de pols enkele keren een halve slag heen en weer.
Beweeg de handen om en om in een draaiende beweging naar je lichaam toe.
De hand zwaait de vingers naar buiten. Op de dvd staat het andere gebaar. Beide mogelijkheden zijn goed.
Doof zijn is geen enkel bezwaar!
-
60 61
Registerop thema
Handalfabet blz 10 t/m 13A t/m H
I t/m P
Q t/m W
X t /m Z
Getallen blz 14 t/m 211 t/m 6
7 t/m 10
11 t/m 16
17 t/m 20
22 & 33 t/m 77
88 & 99
10 t/m 60
70 t/m 100
Conversatie blz 22 & 231. Alstublieft
2. Dankuwel
3. Gefeliciteerd
4. Goedenavond
5. Goedenmiddag
6. Goedenmorgen
7. Hoe gaat het?
8. Sorry
9. Sterkte
10. Tot ziens
Familieblz 30 t/m 331. Broer
2. Dochter
3. Familie
4. Jongen
5. Kinderen
6. Man
7. Meisje
8. Moeder
9. Oma
10. Opa
11. Partner (man, vrouw)
12. Vader
13. Vrouw
14. Zoon
15. Zus
Groen en milieublz 34 t/m 371. Bezem
2. Bladblazer
3. Borstel
4. Bosmaaier
5. Hark (en)
6. Leervet
7. Open auto
8. Papierprikker
9. Pion
10. Prullenbak
11. Schep
12. Schoffel
13. Verkeersbord
14. Vorkschep
15. Vuilniszak
Het weerblz 38 & 391. Droog
2. Glad
3. Koud
4. Mooi
5. Nat
6. Regen
7. Sneeuw
8. Warm
9. Weer
10. Zon
Kleuren
blz 40 & 411. Blauw
2. Bruin
3. Geel
4. Grijs
5. Groen
6. Kleur
7. Oranje
8. Paars
9. Rood
10. Roze
11. Wit
12. Zwart
Eten en drinkenblz 24 & 251. Dorst
2. Drinken
3. Eet smakelijk
4. Eten
5. Honger
6. Kantine
7. Koffie
8. Melk
9. Pauze
10. Suiker
11. Thee
12. Water
Projecten en dienstenblz 26 t/m 291. Beschrijving
2. Betekenis
3. Deur
4. Dosering/ hoeveelheid
5. Dweil (en)
6. Etiket
7. Kabelbreuk
8. Mop (moppen)
9. Muur
10. Netjes
11. Pictogram
12. Raam
13. Reserve
14. Schoonmaakproduct
15. Stofzuigen
16. Stofzuigerzak
17. Uitpersen/ wringen
18. Vol
19. Volgorde
20. Werkdoek
21. Werkwagen
-
62 63
Tijdswoorden 2blz 46 t/m 4913. Vandaag
14. Morgen
15. Gisteren
16. Weekend
17. Maandag
18. Dinsdag
19. Woensdag
20. Donderdag
21. Vrijdag
22. Zaterdag
23. Zondag
24. Januari
25. Februari
26. Maart
27. April
28. Mei
29. Juni
30. Juli
31. Augustus
32. September
33. Oktober
34. November
35. December
Tegenstellingenblz 42 & 431. Ja
2. Nee
3. Goed
4. Fout
5. Langzaam
6. Snel
7. Licht
8. Donker
9. Links(af)
10. Rechts(af)
11. Rechtdoor
Tijdswoorden 1blz 44 & 451. Dag
2. Week
3. Maand
4. Jaar
5. Nu
6. Straks
7. Vorige
8. Volgende
9. Regelmatig
10. Morgen/ ochtend
11. Middag
12. Avond
Vraagwoorden blz 50 & 511. Hoe
2. Hoeveel
3. Waar
4. Waarom
5. Wanneer
6. Wat
7. Wie
Werk algemeen blz 52 t/m 551. Alarm
2. Collega
3. Helm
4. Leidinggevend
5. Oordoppen
6. Vakantie
7. Veiligheidsbril
8. Vergadering
9. Vrij
10. WC
11. Werkbroek
12. Werkjas
13. Werkschoen
14. Ziek
15. Zwaailicht
Werkwoorden 1blz 56 & 571. Afgelopen
2. Antwoorden
3. Beginnen
4. Controleren
5. Doen
6. Gebruiken
7. Kijken
8. Klaar
9. Lezen
10. Maken
Werkwoorden 2blz 58 & 5911. Naar binnen gaan
12. Opletten
13. Twijfelen
14. Vegen
15. Vergeten
16. Voorkomen
17. Vragen
18. Wachten
19. Weg zijn
20. Werken
Registerop thema
-
64 65
Cijfers blz
1 14
2 14
3 14
4 14
5 14
6 14
7 15
8 15
9 15
10 15/20
11 16
12 16
13 16
14 16
15 16
16 16
17 17
18 17
19 17
20 17/20
22 18
30 20
33 18
40 20
44 18
50 20
55 18
60 20
66 18
70 21
77 18
80 21
88 19
90 21
99 19
100 21
dochter 30
doen 56
donderdag 47
donker 43
dorst 24
dosering 26
drinken 24
droog 38
dweil 26
dweilen 26
E blz
E 10
eet smakelijk 24
eten 24
etiket 26
F blz
F 10
familie 30
februari 48
fout 42
G blz
G 10
gebruiken 56
geel 40
gefeliciteerd 22
gisteren 46
glad 38
goed 42
goedemiddag 22
goedemorgen 22
goedenavond 22
grijs 40
groen 40
H blz
H 10
hark 34
harken 34
helm 52
hoe 50
hoe gaat het? 23
hoeveel 50
hoeveelheid 26
honger 24
I blz
I 11
J blz
J 11
ja 42
jaar 44
januari 48
jongen 30
juli 49
juni 48
K blz
K 11
kabelbreuk 27
kantine 24
kijken 57
kinderen 30
klaar 57
kleur 40
koffie 25
koud 38
L blz
L 11
langzaam 42
leervet 34
leidinggevende 52
lezen 57
licht 43
links 41
links(af) 43
M blz
M 11
maand 44
maandag 46
maart 48
maken 57
man 30
mei 48
meisje 31
melk 25
middag 45
moeder 31
mooi 38
mop 27
moppen 27
morgen 45/46
muur 27
N blz
N 11
naar binnen gaan 58
nat 38
nee 42
netjes 27
november 49
nu 44
O blz
O 11
ochtend 45
oktober 49
oma 31
oordoppen 52
opa 31
open auto 35
opletten 58
oranje 41
P blz
P 11
paars 41
papierprikker 35
partner 31
pauze 25
pictogram 27
pion 35
prullenbak 36
Q blz
Q 12
A blz
A 10
afgelopen 56
alarm 52
alstublieft 22
antwoorden 56
april 48
augustus 49
avond 45
B blz
B 10
beginnen 56
beschrijving 26
betekenis 26
bezem 34
bladblazer 34
blauw 40
borstel 34
bosmaaier 34
broer 30
bruin 40
C blz
C 10
collega 52
controleren 56
D blz
D 10
dank u wel 22
december 49
de dag 44
deur 26
dinsdag 46
Registerop alfabet
-
66 67
R blz
R 12
raam 27
rechts 41
rechts(af) 43
rechtdoor 43
regelmatig 45
regen 38
reserve 28
rood 41
roze 41
S blz
S 12
schep 36
schoffel 36
schoonmaakproduct 28
september 49
sneeuw 39
snel 42
sorry 23
sterkte 23
stofzuiger 28
stofzuigerzak 28
straks 44
suiker 25
T blz
T 12
thee 25
tot ziens 23
twijfelen 58
wat 50
water 25
wc 53
week 44
weekend 46
weer 39
weg zijn 59
werkbroek 53
werkdoek 29
werken 59
werkjas 53
werkschoen 54
werkwagen 29
wie 51
wit 41
woensdag 47
X blz
X 13
Y blz
Y 13
Z blz
Z 13
zaterdag 47
ziek 54
zon 39
zondag 47
zoon 32
zus 32
zwaailicht 54
zwart 41
U blz
U 12
uitpersen 28
uitwringen 28
V blz
V 12
vader 31
vakantie 52
vandaag 46
vegen 58
veiligheidsbril 53
vergadering 53
vergeten 58
verkeersbord 36
vol 28
volgende 45
voorkomen 58
vorige 45
vorkschep 36
vragen 59
vrij 53
vrijdag 47
vrouw 32
vuilniszak 36
W blz
W 12
waar 50
waarom 50
wachten 59
wanneer 50
warm 39