LIJST PIM FORTUYNAT YOUR SERVICE

De Praetor interviewt de laatste LPF van Nederland

HET KANDIDAATSBESTUURDE PRAETOR ANALYSEERT

Wat voor vlees hebben we in de kuip?

p5-10

p19-20

Justin van Heelp13-14

Oud-Hoofdredacteur!

De vrienden van Eindhovenp21-22

Friese delinquent!

nr. 1-2014

Beste lezer,

De gevestigde politieke orde geniet steeds minder aanzien onder het ‘’gewone volk’’: het populisme is in opmars. De laatste Lijst Pim Fortuyn-fractie van Nederland is in Eindhoven gevestigd. De Praetor interviewde lijsttrekker Rudy Reker en tweede man Charles Stroek en zij denken dat de geest van Fortuyn weleens helemaal terug kan komen. Is dat slecht nieuws voor JOVD’ers, die toch vooral de VVD steunen? Misschien, maar de LPF staat dichter bij onze principes dan velen misschien beseffen. Hoe dat precies zit kun je lezen in het uitgebreide interview, vanaf pagina 5.

Dan een woord van afscheid: dit is de laatste Praetor waarvan ik hoofdredacteur ben. Ik hoop dat jij, de lezer, er evenveel van hebt genoten als ik. Speciale dank voor Eddy Donkers, die mij als auditor altijd gesteund heeft en voor dit tijdschrift eigenlijk even belangrijk was als ik. Ten slotte een woord van aanmoediging: ons redactielid Marloes van Gent zal mij opvolgen als hoofdredacteur (of is het hoofdredactrice?). Ik ben trots op haar en ik hoop dat zij een even mooie tijd als hoofdredacteur zal beleven als ik.

Zonder verder oponthoud: veel leesplezier!

Met liberale groet,

Lex CornelissenHoofdredacteur

1 Voorwoorden

2 Voorwoorden

Beste lezer,

2014 wordt het jaar van veel veranderingen: niet alleen binnen onze vereniging, maar ook binnen het land en zelfs binnen Europa staan er verkiezingen op het programma. Het bestuur is druk bezig met het voorbereiden van de Jaarlijkse

Afdelingsvergadering.

Tijdens deze vergadering zullen we onder andere een nieuwe Raad van Advies gaan kiezen. Zij is erg belangrijk in het scouten naar en ondersteunen van bestuursleden. Ook zal de bestuurssamenstelling veranderen en daardoor gaan we helaas afscheid nemen van een aantal

bestuursleden. Het is altijd jammer om mensen te zien vertrekken, maar het is ook

tegelijkertijd een kans om aan de slag te gaan met een nieuw team.

Veel leesplezier bij deze Praetor!

Met liberale groet,

Lex JanssenVoorzitter

3 Inhoud en colofon

inhoud

ColofonHoofd- en eindredactieLex Cornelissen

Grafisch designLex Cornelissen

RedactieMarloes van Gent

Wil jij ook redacteur worden?Meld je nu aan via praetor@jovdeindhoven.nlAuditor

Eddy Donkers

Interview: LPF EindhovenDe LPF praat met ons over politiek, liberalisme en actualiteiten. Naast het interview nog een kort commentaar.

‘‘Gelukkig hoefden we het niet met elkaar eens te worden‘‘22 januari jongstleden was er weer een discussieavond bij onze afdeling.

Onderwijs 2040: nu of nooit!Oud-hoofdredacteur Justin van Heel geeft zijn visie op de toekomst van het onderwijssysteem.

De afdeling in beeldDe afgelopen activiteiten zijn erweer mooie foto’s gemaakt.

p5-10

p15

p13-14

p11-12

4 Inhoud en colofon

Met dank aanLex JanssenRudy RekerCharles StroekJustin van HeelGijs OpheijMarit Golverdingen

Interview met een nieuw lidDit nummer: Gijs Opheij. Na een paar weken lidmaatschap kandideerde hij zich al voor het bestuur. Wie is Gijs precies?

De OnderwijsavondMark, Linda en Eline vertelden over hun leven in het onderwijs. De Praetor deed verslag.

Analyse van het kandidaatsbestuurKomende JAV zijn er weer flink wat sollicitanten voor het bestuur. De Praetor velt een oordeel.

De vrienden van EindhovenDit nummer: Marit Golverdingen. Marit vertelt over haar schoolperikelen en haar liberaal-zijn.

p21-22

p19-20

p18

p16-17

5 Interview: LPF Eindhoven

‘‘Het zou me niet verwonderen als we dit jaar gaan verdubbelen’’Veel mensen voelen zich verweesd als het om politiek gaat. De man die dit sentiment definitief op de kaarte zette was wijlen Pim Fortuyn. Zijn erfenis leeft voort, in de vele lokale splinters die na het uiteenvallen van de Lijst Pim Fortuyn toch bleven bestaan. De laatste van deze splinters die ook echt de naam van Fortuyn draagt is te vinden in ons eigen Eindhoven. Wij interviewden Rudy Reker en Charles Stroek, die de partij vertegenwoordigen in de gemeenteraad.Door de redactie.

Rudy Reker, fractievoorzitter

Hoe bent u betrokken geraakt bij de LPF?RR: Door Pim Fortuyn uiteraard. Ik bleef er ’s morgens voor thuis als Pim Fortuyn bij Harry Mens was. Het was altijd boeiend wat die man te vertellen had, die zat wel een beetje op onze lijn. Ik kom, net als jullie, van de VVD af. Ik ben heel lang VVD-lid geweest, tot halverwege de jaren ’90 toe. Op een gegeven moment kon ik mezelf niet meer met de VVD vinden: met name in Eindhoven vond ik de VVD links afslaan.

Dat is een veelgehoorde klacht.RR: Ja, wij hebben altijd gelijk, zo zie je maar weer eens!CS: Is dat landelijk ook zo? In Eindhoven constateren we dat, in ieder geval.

In Beek en Donk is de VVD dan weer wel rechts. Het is de enige partij die voor de Ruit

6 Interview: LPF Eindhoven

‘‘Het zou me niet verwonderen als we dit jaar gaan verdubbelen’’

Charles Stroek, vice-fractievoorzitter

van Eindhoven is.RR: Wij zijn ook voor de Ruit, alleen wij willen wel dat het echt goed wordt aangelegd. We moeten niet gaan knippen op geld en zeggen ‘’dit is goedkoper’’, als we daarmee heel veel natuur vernielen of mensen lawaai bezorgen. Doe het dan goed, want die weg ligt er niet voor honderd jaar, die ligt er over 200-300 jaar nog.

Hoe ziet u de toekomst van de LPF in Eindhoven?RR: De toekomst… Wij zijn begonnen in 2004, in 2006 hebben we meegedaan aan de gemeenteraadsverkiezingen, toen haalden we één zetel. De vorige periode is Charles erbij gekomen, toen hadden we er twee. En het zou me niet verwonderen als

we dit jaar gaan verdubbelen.

Je ziet dat in de rest van Nederland lokale partijen flink in de plus staan.RR: Dat speelt natuurlijk ook mee, samen met het feit dat we in Eindhoven goed aan de weg getimmerd hebben. Als je in Eindhoven woont moet je hebben meegekregen dat wij niet achteraan staan, ons mondje laten horen. Landelijk speelt natuurlijk de rol dat heel veel mensen neigen naar lokaal bestuur. Daar kunnen wij van meeprofiteren. Daarom durf ik best te zeggen: drie-vier zetels moet er toch in kunnen zitten. Het zou me zelfs niet verwonderen als we naar vijf, misschien zes kunnen stijgen! Want laten we eerlijk zijn: de PvdA krijgt ongenadig op z’n sodemieter en de VVD ook.

7 Interview LPF Eindhoven

Tot in hoeverre denkt u dat de LPF een goed alternatief is voor JOVD’ers die ontevreden zijn met de VVD?RR: Dat kan ik alleen maar beamen. CS: De LPF zou een goed alternatief kunnen zijn voor die JOVD’ers die echt aan de rechterkant van de VVD zitten, en zeggen: ‘’we vinden dat de VVD teveel naar links is opgeschoven.’’

Wat zijn de de grootste verschillen tussen de LPF en de VVD?RR: Wij zijn eerlijker. Wij hebben geen verantwoording af te leggen aan het landelijke bestuur, dus wij kiezen onze eigen richting. Wij zij ook nog een échte volkspartij, zoals ik net gezegd heb, dus we luisteren heel goed naar de burgers. En dat mis ik toch wel bij de VVD. Wat we ook zien is waar de VVD bij moties van ons tegenstemt, ze daar later met v e r g e l i j k b a r e voorstellen komen. Wij hebben bijvoorbeeld ooit voorgesteld om afbeeldingen van winkeldieven op posters in de stad te hangen. De VVD stemde tegen, maar nu staat het in hun programma.

Ferry van den Broek is een prominent lid van de JOVD Eindhoven. Wat vindt u van hem als politicus?RR: Ferry is een heel aardige jongen, dat vooropgesteld. Toch vind ik hem een beetje een betwetertje. Zeg ik dat goed?CS: Dat heb je heel netjes gezegd.RR: Ik vind hem een beetje jong. Natuurlijk, hij moet leren, hij zal ook een hele goede

politicus worden denk ik, dat heeft hij wel in zich. Maar met alle respect, ik weet veel meer op mijn leeftijd dan toen ik zijn leeftijd had. CS: Je hebt natuurlijk een referentiekader opgebouwd in de loop der jaren. In het bedrijfsleven, in de maatschappij… dat zijn toch dingen waar je zaken aan toetst. Ferry is nog een jonge hond, die jaagt overal achteraan. Als je ergens in het wilde achteraan jaagt wil dat echter niet zeggen dat je ook iets vangt. Hij is af en toe wat te kort door de bocht. Op zich goed dat hij enthousiast is, maar ik vind dat er dan altijd iemand moet zijn binnen de partij die zegt: ‘’wacht nou even Ferry, zo ver even en nou niet verder’’.

Wordt u serieus genomen als kleine fractie in de Eindhovense gemeenteraad?RR: Nu wel, maar dat hebben we op moeten bouwen. Men heeft gezien dat we toch een serieuze partij zijn. We zijn altijd netjes, we

zullen nooit termen gebruiken die de PVV gebruikt. Maar we zijn wel duidelijk. In het begin noemde ik ooit het woordje ‘’Marokkanen’’. We hadden tegen een subsidieregeling voor marokkanen gestemd, omdat dat een doelgroepsubsidie was. Dat is discriminerend. Bij alleen dat woordje ‘’Marokkanen’’ stonden de andere partijen echter al in de steigers.CS: Ook dat is een standpunt geweest van de VVD, ook in de coalitie: geen doelgroepenbeleid.

Onlangs was Rob van Gijzel bij ons op bezoek. Hij stelde dat Eindhoven in de Haagse politiek achtergesteld wordt.

‘‘De LPF zou een goed al-ternatief kunnen zijn voor die JOVD’ers die echt aan

de rechterkant van de VVD zitten, en zeggen: we vin-

den dat de VVD teveel naar links is opgeschoven.’’

8 Interview: LPF Eindhoven

Bent u het daarmee eens?RR: Rob is een echte PvdA-man. Aan de andere kant weet hij de weg in Den Haag, hij weet de weg in Europa en hij weet de weg in de wereld. Ze zeggen weleens: hij is de burgemeester van de wereld in plaats van Eindhoven. Hij probeert Eindhoven als tweede economie van Nederland op een hoger plan te trekken, en dan moet je op die manier reageren naar Den Haag toe. Als wij bij het grote-stedenbeleid horen krijgen we bijvoorbeeld veel meer politieagenten. Rob van Gijzel wil meegeteld worden, en die ambitie is niet verkeerd.CS: Eindhoven heeft met de burgemeesters die hier hebben gezeten nooit een goede lobby in Den Haag gehad. Rob van Gijzel is de eerste die dat wel heeft. Het is alleen jammer dat hij van die PvdA is!

Wat is uw mening over de gemeentelijke herindeling?CS: Voor.RR: Een o n o m k o m e l i j k iets. Eindhoven is ook opgebouwd uit allerlei kleine gemeentes. Er komt zoveel op huidige kleine gemeentes af dat je daar de wijsheid niet in pacht moet nemen. Ik snap de weerstand van de inwoners van randgemeentes. Maar als je die weerstand nou weg probeert te nemen door te

zeggen: jullie behouden je adviesrecht, in de vorm van een stadsdeelraad? CS: De inwoners zijn voor twee dingen bang: zeggenschap en verlies van identiteit. Een voorbeeld van jaren geleden was dat Rosmalen bij Den Bosch zou komen. Er waren allerlei actiegroepen tegen: het zou ten koste gaan van Rosmalen.

De eigen identiteit zou verdwijnen, samen met de zeggenschap. Het is toch doorgegaan, en het draait gewoon goed.RR: Daar komt nog eens bij: als de dorpen geannexeerd worden

heeft Eindhoven geen 220 000 inwoners, maar 400 000. Dan tel je meer mee en krijg je ook meer geld.

Wat vindt u verbeterpunten voor de Eindhovense politiek?RR: Het mag wel wat zakelijker. Er wordt ontzettend veel afgezeverd. Vergaderingen duren ontzettend lang, iedereen blijft maar vragen stellen. Het

‘‘Dat doet de overheid wel: die verhoogt de

prijzen, de belastingen. En dat is geen bezuinigen.’’

9 Interview: LPF Eindhoven

duurt een uur,

terwijl het ook in vijf minuten kan.

Wat vindt u van de gang van zaken landelijk, op dit moment?RR: Bedroevend. Er moet bezuinigd worden, maar als er in het bedrijfsleven bezuinigd wordt ga je kijken of het uurloon omlaag kan, of doe je het licht eerder uit, of kijk je of het met iets minder personeel kan. We gaan niet de prijzen verhogen. Dat doet de overheid wel: die verhoogt de prijzen, de belastingen. En dat is geen bezuinigen. Dan kom ik bij Europa terecht: kunnen we daar niet op bezuinigen? We geven alles uit handen. De Europese Unie, prima: handel drijven met iedereen, met alle landen in de wereld willen we handel drijven. Maar zij hebben niks te vertellen over Nederland. Toch doet de EU dat, en hoe bureaucratisch dat is hoef ik jullie niet te vertellen.

CS: Het is uit

de hand gelopen. Een verenigd Europa als

één grote handelsnatie is prima, dat is noodzakelijk om te concurreren. Zo is het eigenlijk ook begonnen.

Hoeveel lijkt Geert Wilders op Pim Fortuyn?RR: Geert heeft een aantal ideeën van Pim Fortuyn gepakt, maar je kunt ze eigenlijk niet vergelijken. Geert deelt erg veel beelden, maar hij doet ongenuanceerde uitspraken die ook wij nooit zullen gebruiken, zoals kopvoddentax, waar ook de meeste PVV’ers een hekel aan hebben. Als Wilders zijn programma normaal naar voren zou brengen zou hij veel meer aanhang krijgen.

Gaat het gedachtegoed van Pim Fortuyn in de toekomst nog prominenter terugkomen in Nederland?RR: Ik hoop van wel. In Eindhoven doen wij dat al.CS: Veel dingen die hij toen riep zijn nu realiteit geworden.RR: Het is een visionair geweest. Heel veel mensen vinden nu toch dat Pim Fortuyn

10 Interview: LPF Eindhoven en commentaar

wel een punt had. CS: Het is natuurlijk ook een groot deel de invloed van de media, die overwegend links zijn georiënteerd.RR: Vijftig procent van de media is links. Die hebben destijds een soort karakituur van Pim Fortuyn gemaakt als de man die het eigenlijk alleen had over allochtonen, en dat hij daar tegen was. En dat is natuurlijk niet waar. Als je zijn boeken ook

leest is het niet alsof het doorspekt is met zaken die over allochtonen gaan. Het was een onderdeel, maar dat werd er wel uitgehaald iedere keer.

De Praetor bedankt Rudy Reker en Charles Stroek voor het mooie interview!

In bijna alle gemeentes van Nederland staan de lokale politieke partijen op winst. Het vertrouwen in de landelijke partijen is ontzettend laag, net als het vertrouwen in de traditionele middenpartijen. Maurice de Hond zei hierover van de week: ‘‘We koersen af op gemeenteraadsverkiezingen met de laagste opkomst ooit, de laagste score voor PvdA, CDA en VVD ooit en de hoogste score voor lokale partijen ooit.’’

Dit is niet alleen een geval van het verschuiven van de politieke smaak van het land naar decentralisatie en politieke polarisatie, maar ook een teken dat bij veel mensen het geloof in de democratie in haar huidige vorm afneemt. Dit is terug te zien op een paar verschillende manieren. Ten eerste is er een tegenovergestelde beweging tussen de Haagse politiek en een groot deel van de bevolking. Waar het Nederlandse electoraat steeds meer verankerd raakt in een links blok en een rechts blok met een groepje onafhankelijke kiezers, zoals in de VS bijvoorbeeld al eeuwen het geval is, neigen politici steeds meer naar allerlei nuances en ‘‘verantwoordelijkheid nemen’’, oftewel het innemen van gematigde standpunten

om compromissen te sluiten. Ten tweede, en dat is gedeeltelijk het gevolg van het gebrek aan clashende meningen in de politiek, hebben mensen het idee dat politici hen niet meer vertegenwoordigen. De politici lijken een groot deel van het Nederlandse electoraat niet te begrijpen als het bezorgd is om bureaucratisering en bijvoorbeeld de groeiende macht van de EU.

Bij veel kiezers uit dit zich op twee manieren. Of ze stemmen tégen Den Haag, ook bij verkiezingen die niet over Den Haag gaan: de lokale partijen gaan erg groot worden volgende maand. Of ze stemmen überhaupt niet meer. Iemand die niet stemt zegt in feite zijn of haar vertrouwen in de democratie op. De politiek móet dit probleem erkennen en er iets aan doen, door bijvoorbeeld meer directe democratie in de vorm van referenda toe te staan. Als er niks aan gedaan wordt kunnen er weleens hele enge dingen gebeuren. Een daadkrachtige dictatuur zal in de ogen van velen beter zijn dan een ondemocratische ‘‘democratie’’.

Lex Cornelissen

De democratie in gevaarCOMMENTAAR:

De afdeling in beeld11

De afdeling in beeld12

13 Onderwijs 2040: nu of nooit!

Een van de enkele dingen waar Nederland zich in onderscheidt, is het onderwijs. Volgens onderzoek van het CPB liggen de kansen voor de Nederlandse economie in de toekomst hier en kunnen we alleen een toonaangevend land blijven als kenniseconomie. De grote vraag is natuurlijk hoe die economie te bereiken is. Werkt het huidige systeem? Hoe doen we het ten opzichte van de rest van de wereld? Is ons systeem wel toekomstbestendig? Door Justin van Heel.

Om een beeld te krijgen van hoe goed ons systeem het doet ten opzichte van de rest van de wereld, zijn er verschillende prestatievergelijkingen. Als eerste is er het driejaarlijkse PISA-onderzoek, dat kijkt naar de wiskundige, taalkundige en exact wetenschappelijke resultaten van 15-jarige leerlingen. De eerste zeven plekken bestaan uit 5 Chinese delen, Korea en Japan. Nederland is de nummer 10 en scoort hoog vanwege het algehele gemiddelde. Daarnaast zijn er veel verschillende vergelijkingen om de kwaliteit van universiteiten te meten. In bijna alle ranglijsten voeren de Amerikaanse universiteiten de boventoon,

Onderwijs 2040: nu of nooit!

Over de schrijver:Justin van Heel was tijdens de eerste jaargang van de nieuwe Praetor, in het bestuursjaar Aardoom I, de hoofdredacteur van dit mooie tijdschrift. Na zijn hoofdredacteurschap werd Justin

voorzitter van de afdeling. Nu hij (alweer een half jaar) geen voorzitter meer is klimt hij dit nummer

weer als vanouds in de

Reageren op Justin’s artikel? Spreek hem een keer aan op één van de activiteiten of mail naar praetor@jovdeindhoven.

14 Onderwijs 2040: nu of nooit!

waarbij ook Zwitserse en Engelse universiteiten het vaak goed doen. Onze universiteiten staan in de subtop en doen het aardig.

Als er gekeken wordt naar de twee koplopers, is er allereerst China, het land waar het basis- en middelbaar onderwijs uitmuntend is. Chinese kinderen moeten zich onderscheiden, door bijvoorbeeld goed te presteren op school. Het gevolg hiervan is dat Chinezen slim zijn, maar Chinese volwassenen vaak een gebrek aan creativiteit hebben, naast het gebrek aan een sociaal leven tijdens hun jeugd. In de Verenigde Staten daarentegen is er tot en met de High School over het algemeen weinig differentiatie qua niveau. Hierna kunnen leerlingen naar staatsuniversiteiten, die over het algemeen mindere goed zijn, en privé-universiteiten, die behoren tot de besten ter wereld. Het Amerikaanse onderwijs levert in de breedte geen extreem slimme volwassenen af, maar onderscheidt zich wel door een zeer sterke toplaag. China en de Verenigde Staten zijn compleet anders, maar zijn beiden op een bepaalde manier succesvol.

Terug kijken naar Nederland is de trend in het lager en middelbaar onderwijs de laatste jaren tweeledig. Enerzijds komt de nadruk te liggen op het in grote klassen leren, terwijl er anderzijds steeds meer aparte scholen voor hoog- en laagbegaafde mensen komen. In het hoger onderwijs ligt de nadruk steeds meer op het snel afstuderen, met als meest extreme gevolg het wegstrepen van moeilijke tegen makkelijke vakken op de Erasmus Universiteit. Dit zal logischerwijs niet gaan leiden tot een verbetering van die “mindere” toplaag.

In mijn opinie heeft ons systeem de potentie om tot de excellente systemen te behoren, op alle gebieden, maar dan moeten we er beter mee omgaan zoals de laatste jaren. We doen mee in de subtop op elk gebied, maar onderscheiden ons nergens en dreigen overal te dalen. Het hoger onderwijs dient nog meer samen te werken met het bedrijfsleven, dat gestimuleerd zou moeten worden om meer geld in onderwijs te investeren. Met dit geld zouden niet meer mensen moeten gaan studeren, maar moet het niveau van de huidige studies en studenten verhoogd worden. Snel is niet beter, integendeel. In het lager en middelbaar onderwijs zou er meer aandacht voor de leerling moeten komen. Tevens kan dit onderwijs nog een stuk liberaler, laat scholen zichzelf onderscheiden en zich profileren binnen een bepaald gebied. Zolang de leerlingen het beoogde minimale intellectuele niveau halen, moet er de mogelijkheid te zijn voor bijvoorbeeld sportieve mensen zich te onderscheiden. Dit moet niet alleen mogelijk zijn voor hoog- en laagbegaafden.

De vraag is welke kant we op willen met ons eigen systeem. Het systeem is momenteel niet slecht, we hangen een beetje tussen China en de VS in. We leveren goede mensen af, maar schieten tekort in de toplaag. Er zijn heel veel mogelijke verbeteringen voor het onderwijsstelsel, maar er is echter één veel belangrijker aspect. We moeten eens een keer die discussie aan gaan en überhaupt eens nadenken over al die verbeteringen en waar we naar toe willen met het onderwijs. Zo kunnen we proberen om het beste van zowel het Chinese als het Amerikaanse systeem samen te brengen. We zullen moeten kiezen, het is nu of nooit!

‘‘Gelukkig hoefden we het niet met elkaar eens te worden’’ Een verslag van de discussieavondWoensdag 22 januari was het weer zo ver: een heuse discussieavond van de JOVD in de Oude Rechtbank. De opkomst was helaas een beetje teleurstellend, maar er waren wel aanwezigen van het bestuur en de Praetorredactie. Aan een lage opkomst zitten natuurlijk niet alleen maar nadelen: er was veel persoonlijk contact tussen de aanwezigen en voor iedereen de kans om zijn of haar mening te verkondigen. Door de redactie.

Het was de bedoeling dat iedereen tijdens de bijeenkomst zelf een of meerdere stellingen zou bedenken. Dat was lastiger dan je in eerste instantie zou zeggen. Uiteindelijk kwamen wij uit bij stellingen over het beruchte polsbandje bij uitgaansgelegenheden op Stratumseind, de verhoging van de alcoholleeftijd en de zware delegatie naar Sotsji.

Het polsbandje had al eerder voor ophef binnen de JOVD gezorgd. We waren het nog steeds niet allemaal met elkaar eens: sommigen vinden dat zo’n bandje geen kans van slagen heeft terwijl anderen juist denken dat een goede oplossing is, zolang persoonlijke gegevens maar niet verzameld worden. Gelukkig hoefden we het niet met elkaar eens te worden.

Over de nieuwe alcoholleeftijd hadden de serveersters van de Oude Rechtbank ook

een mening. Is deze nieuwe alcoholleeftijd nu ook de nieuwe uitgaansleeftijd? Of hoeven de jongeren en de clubs de grens niet op die manier te interpreteren? Er was bij deze discussie in elk geval niemand het oneens met de nieuwe alcoholleeftijd. Later met alcohol beginnen is immers beter voor de gezondheid en de ontwikkeling van de hersenen.

Het laatste onderwerp waar we ons zeer intensief mee bezig hielden was de Nederlandse delegatie naar Sotsji voor de Olympische Spelen. Sommigen aanwezigen waren van mening dat de delegatie te zwaar was en dat dit een verkeerd teken zou afgeven. De mensenrechten in Rusland kunnen immers niet altijd gegarandeerd worden en vooral het anti-homo geweld dat overduidelijk aanwezig is, baarde sommigen zorgen. Anderen hadden weer een heel andere visie: de Olympische Spelen zijn er voor de sporters. Onze koning en koningin zijn fanatieke sportsupporters, waarom zouden de Nederlanders hen dit plezier afnemen? Naar de Olympische Spelen in China is ook een Nederlandse delegatie geweest, terwijl de Chinezen de mensenrechten ook nog weleens schenden. Verschillende meningen werden dus binnen ons kleine groepje vertegenwoordigd.

Al met al was het een zeer gezellige en geslaagde avond waar behalve serieuze onderwerpen ook nog tijd was om elkaar iets beter te leren kennen.

15 ‘‘Gelukkig hoefden we het niet met elkaar eens te worden’’

16 Interview met een nieuw lid

Interview met een nieuw lidElk nummer interviewt de Praetor een nieuw lid. Hoe is hij of zij bij de JOVDuitgekomen? Wat is zijn of haar achtergrond? Dit nummer: Gijs Opheij.

Welkom bij het interview, Gijs. Kun je iets over jezelf vertellen?Ik ben Gijs Opheij, 18 jaar oud. Ik woon in Erp, gemeente Veghel, bij mijn ouders, achteraf op een boerderij. Ik studeer nu accountancy aan de Avans Hogeschool in Den Bosch, ik zit in het tweede jaar, en dat bevalt me goed.

Waarom heb je accountancy gekozen?Vroeger op de middelbare school was ik wel van de cijfers en accountancy leek mij wel een leuk

beroep. Dat je een ondernemer kan helpen en met ondernemers kan sparren over bepaalde zaken. Je

mag ondernemers adviseren en dat lijkt me leuk om te doen later.

Zou je ook je eigen bedrijf willen starten?Het liefst wel. Ik wil mijn opleiding afronden zodat ik nog

ergens op terug kan vallen en wie weet zit er ooit nog iets leuks in. Ik ben nu bezig met een paar projecten en ik ben

benieuwd wat daar uit komt.

Hoe ben je bij politiek in het algemeen uitgekomen, en bij de JOVD specifiek?

Om bij het begin te beginnen: vorig jaar heb ik een feest georganiseerd. Ik zat

daarbij in het bestuur, waar ik de financiën bijhield. Ik vond het leuk om buiten school met dingen om te gaan en daarvan te leren, dus jezelf te ontwikkelen. Toen ik klaar was heb ik ook onderzocht of ik ergens anders bij kon, bijvoorbeeld een

17 Interview met een nieuw lid

voetbalclub of een jongerenpartij. Toen kwam ik uit bij de JOVD, maar de drempel om er naartoe te gaan was te groot. Ik woon met het openbaar vervoer een uur van Eindhoven en Den Bosch af, dus het was een redelijke stap om te maken. Ik was er wel in geïnteresseerd om mezelf te ontwikkelen.

Je bent wel geïnteresseerd in een bestuursfunctie bij de JOVD, hadden wij meegekregen! Nu al, als nieuw lid?Ik heb gesolliciteerd naar de functie van Penningmeester. Vanuit mijn achtergrond van cijfers en accountancy. Toen ik erachter kwam dat die bestuursfunctie beschikbaar kwam dacht ik: waarom ook niet? Misschien is het wel wat voor mij.

Hoe denk je dat het zal gaan in het bestuur?Ik denk dat ik nog relatief jong ben, echt jong vergeleken met de rest. Ik kan me er niet echt iets bij voorstellen, we zien wel hoe het gaat!

Wat vind je van de afdeling tot nu toe? Wat vind je van de mensen, vind je het gezellig?Ik ben pas één keer langs geweest, maar die ene keer vond ik het gezellig. Veel nieuwe mensen leren kennen, lekker sociaal bezig geweest. Bij een voetbalclub ben je dan sportief bezig, maar ik ben liever sportief bezig met mijn brein om nieuwe dingen te leren kennen. Ik ben van plan om snel weer langs te komen.

Waar zie je jezelf staan over 10 jaar?Eén van mijn doelen is natuurlijk dat ik ooit in de Quote 500 kom te staan! Dromen mag, daarna is het nog een

kwestie van doen. Ik denk dat ik over tien jaar óf bij accountants- kantoor werk óf dat ik mede-eigenaar ben van een accountantskantoor. Ik ga in ieder geval hard werken de komende tien jaar. Natuurlijk zou het heel mooi zijn als ik iets moois kan uitvinden of iet heel moois kan neerzetten, een eigen bedrijf bijvoorbeeld.

De Praetor bedankt Gijs voor het mooie interview!

18 De Onderwijsavond

De OnderwijsavondPlotselinge veranderingen komen altijd op de momenten dat ze niet verwacht worden, zo ook een paar dagen voor de wekelijkse activiteit: VN-jongerenvertegenwoordiger Jilt van Schaiyk moest helaas afzeggen. Gelukkig zijn wij in het bezit van een flexibel bestuur en van flexibele leden. Binnen een avond werd een nieuwe activiteit in elkaar gezet en zeker niet de minste: het onderwijs zou besproken worden onder leiding van Eline van Delft en Mark en Linda Schroemges, allemaal mensen die nauw betrokken zijn met het onderwijs. Eline geeft les op een basisschool en studeert dit jaar af, Mark geeft les op een vmbo-school en Linda zit in het eerste jaar van haar opleiding tot vmbo-lerares maatschappijleer. Door de redactie.

Allemaal maken ze zich zorgen over de toekomst van het onderwijs. Hun reden: de overheid maakt plannen om het passend onderwijs te laten verdwijnen. Dit heeft als gevolg dat het ‘normale’ onderwijs verandert en er meer van leraren geëist gaat worden. Onze drie leraren vragen zich af hoe rechtvaardig dit is. ‘’Ik heb maar twee oren en dat vergeten de leerlingen vaak‘’, zegt Eline meerdere malen. Als het passend onderwijs verdwijnt krijgt zij het nog drukker. Mark maakt zich zorgen om een ander aspect: leerlingen zonder label zouden minder aandacht krijgen omdat daar simpelweg geen tijd voor is binnen een les. Dat is zonde voor de ‘gewone’ leerling en ook niet geheel rechtvaardig :alle leerlingen hebben immers recht op gelijkwaardig onderwijs.

Leerlingen met labeltjes zijn er

tegenwoordig steeds meer. Hier zijn voor- en nadelen aan verbonden. Er zijn nu veel leerlingen die extra aandacht nodig hebben en dat kost veel tijd en energie van de leraar. Aan de andere kant weet een docent doordat een kind een labeltje opgeplakt heeft gekregen ook beter hoe hij of zij met deze leerling om moet gaan. Dat zien onze leraren vooral als een voordeel: ‘’Vooral op de middelbare school is het handig om te weten op welke leerlingen je extra moet letten. Als docent heb je immers meerdere klassen en daardoor vaak ook meer dan honderd leerlingen. Het zorgt ervoor dat zelf de bijzonderheden uitzoeken moeilijker is’’, stelt Linda. Eline vindt dat dit op de basisschool toch anders is. ‘’Ik heb liever dat een kind van tevoren geen labeltje heeft. Ik kom er zelf wel achter en dan weet ik hoe ik met zo’n leerling om moet gaan. ‘’Het onderwijs is de afgelopen jaren veel veranderd. De grote verandering komt niet alleen door de labels, het zijn ook de technologische ontwikkelingen die voor problemen zorgen. Leerlingen, zelfs op de basisschool, zijn helemaal verslaafd aan hun mobieltjes en dat zorgt voor storingen tijdens de lessen.

Toch leiden al deze problemen niet tot wanhoop bij onze leraren. ‘’We krijgen er zoveel voor terug’’ is de boodschap die Eline, Mark en Linda aan het einde van hun verhaal heel duidelijk laten horen. Wat er ook in de toekomst zal gebeuren, zij blijven trouw aan hun leerlingen!

19 Analyse van het kandidaatbestuur

Sinds 16 oktober 2013 heeft de JOVD Eindhoven een nieuw bestuur. De Praetor doet verslag van haar prestaties tot nu toe, en van de plannen die dit nieuwe bestuur heeft gedurende de rest van het bestuursjaar. Door de redactie.

De Praetor is teleurgesteld in de gang van zaken. Eddy Donkers, Secretaris en Auditor van de Praetor, is onlangs per direct afgetreden en Mark Schroemges heeft aangekondigd voortijdig zijn functie als Algemeen Bestuurslid Promotie & Ledenwerving naast zich neer te leggen. Sindsdien hebben ook veel kandidaat-bestuursleden hun (voornemen tot) kandidaatstelling ingetrokken. Kortom, het rommelt. Rest de Praetor niets anders dan een beoordeling van de overgebleven (kandidaat-)bestuursleden te presenteren.

Kandidaat Algemeen Bestuurslid Promotie & Ledenwerving en Kandidaat Algemeen Bestuurslid Organisatie: Lex CornelissenDe Praetor is van mening dat onze hoofdredacteur zijn sporen ruimschoots verdient heeft. Zo heeft hij niet alleen vier Praetors uitgebracht, maar heeft hij ook een goed, doordacht en professioneel persbericht over De Ruit geschreven. Helaas haalde dit persbericht het Eindhovens Dagblad niet, maar wat wil je met een duidelijke rechtse mening? Deze jongen pleast niet, en zo ziet de Praetor het graag. Lex wil leden werven binnen verenigingen van jonge ondernemers en wil hij een

koppeling maken tussen de activiteiten die hij organiseert en (de wijze van) promotie. “Zo ga ik bijvoorbeeld sprekers uitnodigen die interessant zijn voor economiestudenten, zodat ik deze studenten enthousiasmeer om lid te worden van de JOVD Eindhoven.” Toch moet de Praetor kritisch zijn. De Praetor adviseert Lex om niet te veel hooi op zijn vork te nemen; zeker gezien zijn beoogde dubbelfunctie. Niet alle goede ideeën en enthousiasme laten zich omzetten in tastbare resultaten. Tevens kan dit een onevenredige verdeling van de werklast tussen de bestuursleden in de hand werken, met alle problemen van dien. Lex moet leren dat besturen niet rozengeur en maneschijn is.

Kandidaat Penningmeester: Jeroen DasbachJeroen doet wat hij moet doen; niet méér en niet minder. Hij beheert de schatkist, zorgt dat financiële verplichtingen nagekomen worden en brengt verslag uit aan de Algemene Ledenvergadering. De Praetor gelooft Jeroen op zijn woord en heeft er het volste vertrouwen in dat hij de zaakjes goed op orde heeft. De Praetor moet echter ook kritisch zijn. Zo heeft de Praetor uit betrouwbare bron vernomen dat Jeroen het bekritiseerde persbericht over het polsbandjessysteem van Stratumseind geschreven heeft. De Praetor telde meer dan twintig spel- en grammaticafouten in een bericht van nog geen één pagina lang; blijkbaar is hij onbekend met, of vindt hij het onnodig, om zijn eigen werk eens kritisch na te kijken. Tevens deelt de Praetor de kritiek van de Algemene Ledenvergadering

Analyse van het kandidaatbestuurLex Jeroen Gijs Martie Lex

20 Analyse van het kandidaatbestuur

als het gaat om zijn denigrerende houding ten opzichte van anderen: “Ik ben lekker unaniem verkozen! Hahaha!!”, en gaat er ook nu klakkeloos vanuit dat hij herkozen gaat worden. Bescheidenheid siert de mens, Jeroen.

Kandidaat Penningmeester: Gijs OpheijGijs is nog niet eens twee maanden lid van de JOVD Eindhoven en heeft zich nu al kandidaat gesteld voor de functie van Penningmeester. “De beste stuurlui staan NIET aan wal”, moet hij gedacht hebben; deze jongen wil direct de handen uit de mouwen steken. Hij piekerde er niet over om zijn kandidaatstelling in te trekken toen hij hoorde dat Jeroen wel door zal gaan. Wij kunnen als liberalen toch niet anders doen dan hier veel respect voor hebben? Klasse Gijs! Enfin, nu de meer inhoudelijke analyse: Gijs studeert Accountancy. De Praetor ziet in hem dan ook Penningmeester die inhoudelijk zeker niet onderdoet voor Jeroen. Gijs zal in tegenstelling tot Jeroen wel bekend zijn met de Accountancylingo. Helaas deelt het kandidaatsbestuur de mening van de Praetor niet en sluit Gijs buiten. Toch vreemd als je bedenkt dat onze Voorzitter dezelfde opleiding volgt als Gijs. Het kandidaatsbestuur neemt een minachtende pose aan jegens competitie in het algemeen en Gijs in het bijzonder. De Praetor wenst Gijs alle wijsheid en doorzettingsvermogen toe, en hoopt hem wat vaker te zien. LAST MINUTE UPDATE: Gijs heeft helaas zijn kandidatuur ingetrokken wegens een teleurstellend advies van de Raad van Advies. De Praetor betreurt deze gang van zaken en vraagt zich af of het wel onpartijdig is gegaan.

Kandidaat Secretaris: Martie VerhoevenMartie is een oudgediende; we hebben hem al eens gezien in de hoedanigheid van Algemeen Bestuurslid Promotie & Ledenwerving en Algemeen Bestuurslid Organisatie. Nu gaat hij voor een nieuwe

uitdaging: het Secretarisschap. De Praetor weet zeker dat Martie zich zo goed als mogelijk zal inzetten. Een goede Secretaris is iemand die rustig, consciëntieus en betrouwbaar is. De Praetor vraagt zich af of Martie zijn aandacht er wel bij kan houden; waarom is hij plotseling uit de JOVD en de VVD gestapt? De Praetor kent de reden niet, maar heeft het donkerbruine vermoeden dat de leden dit graag willen weten; dit is belangrijk. De Praetor wil Martie er op wijzen dat hij niet te aanwezig moet zijn binnen het bestuur; Martie is geneigd, met ongetwijfeld de beste bedoelingen, om het zwaartepunt van het bestuur naar zich toe te trekken.

Voorzitter: Lex JanssenOp Lex mogen we niet stemmen, maar toch een kritische analyse van zijn functioneren tot dusver. Lex moet als Voorzitter de afdeling vertegenwoordigen. Dit heeft hij proberen te doen met het beruchte persbericht over het polsbandjessysteem van Stratumseind. De Praetor deelt de mening van veel leden dat dit een erg linkse en (dus) slecht onderbouwde mening was. De Praetor wil de Voorzitter herinneren aan zijn belofte: “Ik ga geen persberichten uitbrengen om alleen maar in het nieuws te komen; het moet iets bijdragen.” Lex moet leren om beter met kritiek om te gaan; de kritiek was volkomen terecht. Leden van de Politieke Commissie hebben de Praetor getipt over het gebrek aan activiteit binnen deze commissie. Geen vergaderingen, geen WhatsAppgroep, laat staan persberichten. Verder rekent de Praetor de Weekers-taferelen hem sterk aan; hij geniet duidelijk niet van veel vertrouwen en loyaliteit van zijn (voormalige) (kandidaat-)bestuursleden. Last but not least wil Lex ook ons logo met het bijltje opgeven, omdat een paar Randstedelijke HB-bemoeiallen hem dit vragen. De Praetor zweert echter trouw aan het bijltje!

21 De vrienden van Eindhoven

De vrienden van EindhovenDit nummer: ‘‘Het dagboek van een liberale delinquent’’Door Marit Golverdingen, JOVD Friesland

‘’Met een slaperig hoofd strompel ik de economieles in. Zoals bij iedere les neem ik een plaats bij het raam in. Doe ik mijn oortjes in en ga genieten van mijn uurtje muziek luisteren, en wellicht wat slaap inhalen van de vorige nacht. Gewoon net als altijd.‘‘

‘‘Er komt iemand naast me zitten. De les begint en de docent doet zijn ding, terwijl ik het mijne doe. Na ongeveer twintig minuten komt de docent naast mij staan, kijkt me met een strenge blik aan en zegt: “Ga maar vooraan zitten.” Aangezien ik nog steeds vrij moe ben heb ik niet zoveel zin om die zware boekentas weer te verplaatsen dus zeg ik: “Ik doe niets anders dan normaal. Normaal gesproken zou ik al alleen zitten en had ik precies hetzelfde gedaan, maar dan had u me niet vooraan kunnen zetten want dat had geen nut gehad, net als het nu geen nut zal hebben. Het is namelijk niet het geval dat

ik u tot last ben doordat ik door de klas aan het schreeuwen ben. Bovendien staat u zelf niet eens vooraan dus in de gaten houden wordt hem ook niet.” De docent zucht diep en antwoord: ‘’Maakt me niks uit, ga vooraan zitten.” Hij keert zich om en loopt weg terwijl ik hem na schreeuw “ DIT IS MACHTSMISBRUIK!”. Wat er de rest van de les is gebeurd zou ik niet weten want ik zat er niet meer.’’

‘‘Terwijl ik nukkig m’n koffie zit te drinken denk ik erover na. Ik was niet tot last, ik deed gewoon wat ik wou doen. Hij wordt betaald om les te geven, ik word verplicht om er te zijn. Ik was niet tot last voor de leerlingen die het wel wilden leren. Het enige punt is dat ik wellicht een slecht cijfer kreeg op mijn toets, maar goed, zoals er ooit tegen mij is gezegd: “Als jij op het atheneum wilt blijven moet jij het doen, niet ik.”’’

Zoals mijzelf heb je vele anderen leerlingen. Leerlingen die echt ontzettend goed zijn in bepaalde vakken en daarbij dus absoluut geen hulp bij nodig hebben maar op ander gebied wel. Daardoor zie je vaak dat ze anderen gaan afleiden of zoals ik, de les benutten als rustuurtje. Dit levert irritatie op bij zowel de docent als leerling. De leerling heeft het gevoel alsof hij of zij niets leert en de docent heeft een ongemotiveerde leerling in zijn les. Waarom gooien we dan toch het niveau van alle vakken op de zelfde hoogte? Het is toch eigenlijk absurd dat door één of twee vakken een leerling op bijvoorbeeld

22 De vrienden van Eindhoven

het vmbo komt te zitten terwijl diezelfde leerling makkelijk havo kan? Ik stel voor: we geven voortaan individuele vakken op het niveau dat een leerling zelf aankan in plaats van één niveau voor alle vakken. Hierdoor komt er meer specialisatie op bepaalde vakgebieden, wat vast en zeker goed zal zijn voor onze kenniseconomie.Hetzelfde gaat op voor de leerling die weinig aandacht wil. Geef die leerling de kans om het op zijn eigen manier te doen. Geef de leerling de zelfstandigheid die hij wil. Wil een leerling uitleg, zorg ervoor dat hij uitleg krijgt, wil een leerling het zelf doen, laat die leerling het dan zelf doen. En laat hem dan niet luisteren naar iets wat hij al weet of wat hij niet wil weten. Het is de leerling die het uiteindelijk moet doen. Ik hoorde laatst een docent zeggen: “Het maakt niet uit of jouw methode goed of slecht is, dit is welke ik geef en die leer je.” Dat is toch eigenlijk belachelijk. Ieder persoon is anders en werkt dus anders. Het is natuurlijk niet de bedoeling om voor iedere leerling een privédocent te regelen, maar om iets meer diversiteit te krijgen en meer als individu gezien te worden in plaats van als lid van een groep zou fijn zijn.

‘‘Pak ze jong.’’

‘‘Dit persbericht is een gateway-drug.’’

‘‘Een vrouw

die praat

over haar ex,

is een heks.’’

‘‘Als jij weggaat zie ik dat gat niet snel gevuld worden .’’

‘‘Nou, bij de JOVD zie ik dagelijks gaten gevuld worden!’’

‘‘Ik zou willen

dat al die bots

op Tinder echte

robotvrouwen

waren , van die

androids.’’

‘‘Nu houd ik de deur voor je open , maar dan moet jij straks je deur voor mij open-doen .’’

‘‘De Randstad.. Dat ken ik.. Da’s toch bij Veldhoven de Dommel over?’’

‘‘Er wordt tegen je gepraat, asociale hond.’’

‘‘Hij is

zo lek als een

vergiet: dat krijg

je ervan als je zo

vaak gepenetreerd

wordt.’’

‘‘Viagra is

eigenlijk best

Keynesiaans:

je helpt de

boel op kun-

stmatige wijze

omhoog.’’

‘‘Daar kunt u raadsleden zien , horen .. Soms zelfs aanraken ..’’

DUBIEUS

Dub

ieuz

e op

mer

king

en v

an le

den

van

de a

fdel

ing,

bez

oeke

rs o

f an

dere

n