leerstoel gommaar van oosterwyck academiejaar 2008-2009 vertegenwoordigingsperikelen prof. dr....

19
LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Upload: saskia-bakker

Post on 08-Jun-2015

216 views

Category:

Documents


1 download

TRANSCRIPT

Page 1: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

LEERSTOELGOMMAAR VAN OOSTERWYCK

Academiejaar 2008-2009

VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN

Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Page 2: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

I. Het algemeen rechtsbeginsel dat de vertegenwoordiger verbiedt om als wederpartij van de vertegenwoordigde op te treden

= uitgebreide toepassing van art. 1596 B.W.

algemeen rechtsbeginsel ?

voor het eerst uitdrukkelijk bevestigd :Cass. 18 maart 2004

Page 3: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

context :

betekening vonnis door C aan A en B

daarbij woonstkeuze door C bij gerechtsdeurwaarder X op zijn kantoor

=> gerechtsdeurwaarder = lasthebber van C

A en B geven gerechtsdeurwaarder X opdracht beroep aan te tekenen

→ gerechtsdeurwaarder ook lasthebber van A en B

gerechtsdeurwaarder X betekent aan A op haar zetel (niet aan hemzelf)

Hof van beroep Antwerpen : akte hoger beroep is nietig

Page 4: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Cass. 18 maart 2004 :

Het is een algemeen rechtsbeginsel dat degene die voor rekening van een ander rechtshandelingen moet stellen, daarbij niet mag optreden als tegenpartij van die andere.

Sanctie = nietigheid

Doch hier niet van toepassing, want

gerechtsdeurwaarder X betekende niet aan zichzelf maar wel aan partij A op haar zetel

zodat gerechtsdeurwaarder X niet handelde in de uitoefening van zijn mandaat

Page 5: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Belangwekkend discussiepunt moest niet beantwoord worden :

proceshandelingen zijn eenzijdige rechtshandelingen

bij een eenzijdige rechtshandeling is er geen tegenpartij

dus geldt dit algemeen rechtsbeginsel hier niet

Is deze stelling juist ?

Zo ja, kon de gerechtsdeurwaarder dan betekenen aan zichzelf ?

Page 6: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

De materieelrechtelijke rechtsverhouding tussen partijen

is zeer verschillend van

de procesverhouding tussen partijen.

Niet zomaar algemene rechtsbeginselen uit de materieelrechtelijke sfeer toepassen in het procesrecht

Page 7: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

in de procesverhouding : ontdubbeling van de beoordelingsniveaus

nl.

niveau 1 : uitoefening van het vorderingsrecht en van het recht van verdediging (= eerder inhoudelijk)

=> optreden voor partij én tegenpartij = strijdig met de rechten van de verdediging

niveau 2 : niveau van de formele proceshandelingen (= vorm)

→ enkel nietigheidsregeling van het Gerechtelijk Wetboek geldt voor de vorm zelf→ een absolute nietigheid geldt voor overtreding

van regels van rechterlijke organisatie (o.a. optreden van gerechtsdeurwaarders)

Page 8: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

art. 517 Ger.W. belet de gerechtsdeurwaarder te betekenen aan zichzelf

= regel van rechterlijke organisatie

Dat de gerechtsdeurwaarder terecht niet betekende aan zichzelf, heeft alles met deze regel te maken

Niet met het voormeld algemeen rechtsbeginsel

Page 9: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Conclusie :

algemene rechtsbeginselen m.b.t. een materieelrechtelijke rechtsverhouding kan men niet onverkort toepassen op de procesverhouding tussen de partijen

Page 10: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

sanctie :

relatieve nietigheid

→ enkel de lastgever beoordeelt of de schending van het algemeen rechtsbeginsel moet leiden tot de vernietiging van de voor hem gestelde rechtshandeling

bevestiging van de rechtshandeling, ook stilzwijgende, is mogelijk en verhindert dan de nietigverklaring

Page 11: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Draagwijdte van dit algemeen rechtsbeginsel

Merkwaardige toepassing in het kader van het voorlopig bewind in geval van tegenstrijdigheid van belangen tussen voorlopige bewindvoerder en beschermde persoon

Is een voorlopige bewindvoerder ad hoc nodig ?

Zeer formalistisch standpunt in de rechtsleer en rechtspraak

Page 12: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Ten onrechte, want :

verwarring tussen negotium en instrumentum

én

verwarring tussen tegenstrijdigheid van belangen bij een meerzijdige rechtshandeling en conflict van belangen in een procedure tussen voorlopige bewindvoerder en beschermde persoon

Page 13: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

conclusie :

in het licht van de draagwijdte van het algemeen rechtsbeginsel (sanctieregeling) is het niet onmogelijk om bij een meerzijdige rechtshandeling als wederpartij van de lastgever op te treden

(dus met zichzelf in één akte)

vereiste : de lastgever is op de hoogte en heeft geen bezwaar

Page 14: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

II. de houding van de lasthebber bij het gebruik van de volmacht tot hypotheekvestiging

Situering : instrument van commerciële aard in de sector van de kredietverlening

Zeer kostenbesparend voor de cliënt

Zeer precaire zekerheidsfunctie

Page 15: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Cass. 23 maart 2006 :

het gebruik van de hypothecaire volmacht en de goede trouw

verplicht de uitvoering te goeder trouw van de kredietovereenkomst de bank tot kennisgeving en motivering van het gebruik van de hypothecaire volmacht ?

Hof van beroep te Brussel : ja

Hof van Cassatie : nee

Page 16: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Cass. :

er zijn grenzen aan de interpretatieve werking van de goede trouw

→ de rechter mag een overeenkomst niet derwijze uitleggen en er de gevolgen van bepalen in het licht van de plicht tot uitvoering te goeder trouw

dat aan de partijen verplichtingen opgelegd worden die onverenigbaar zijn met de aard en de strekking van de overeenkomst

Page 17: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Dit neemt niet weg dat de beperkende werking van de goede trouw ook een rol blijft spelen :

de rechter kan achteraf nagaan of het gebruik van de hypothecaire volmacht geen misbruik van recht oplevert

dus nauwgezette belangenafweging nodig bij het gebruik van de hypothecaire volmacht om een daadwerkelijke hypotheek te vestigen

Page 18: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

De bank zelf hier als lasthebber ?

Dit wordt in de praktijk niet gedaan om reden van een onjuiste opvatting van de fiscale administratie m.b.t. de registratierechten

Zou dit kunnen ?

Vormt het algemeen rechtsbeginsel dat de vertegenwoordiger verbiedt als wederpartij van de vertegenwoordigde op te treden, een hinderpaal ?

m.a.w. kan de lastgever met voldoende kennis zijn akkoord daartoe gegeven hebben, zodat een eventuele nietigheid bevestigd is ?

Page 19: LEERSTOEL GOMMAAR VAN OOSTERWYCK Academiejaar 2008-2009 VERTEGENWOORDIGINGSPERIKELEN Prof. Dr. Annelies WYLLEMAN

Conclusie :

in het licht van de cassatierechtspraak toch de huidige praktijk handhaven waarbij de bank zelf niet de lasthebber is van de kredietnemer.