kwaliteitsreeks nr. 91 jaarverslag kdd 2002

Upload: hpapapdvpw

Post on 08-Mar-2016

221 views

Category:

Documents


0 download

DESCRIPTION

Kwaliteitsreeks Nr. 91 Jaarverslag Kdd 2002

TRANSCRIPT

  • Jaarverslag KDD 2002

    Kwaliteitsreeks nr. 91 Juni 2003

    Productschap Diervoeder

  • Jaarverslag KDD 2002

    Kwaliteitsreeks nr. 91 Juni 2003

    Productschap Diervoeder Stadhoudersplantsoen 12 2517 JL Den Haag Telefoon 070 370 85 03 [email protected] www.pdv.nl Oplage: 100

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 1 van 28

    INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING .......................................................................................................................2

    2.2 Taakstelling en werkwijze.............................................................................................3 2.2.1 Toezicht op de wettelijke regelgeving...............................................................3 2.2.2 Toezicht op de vrijwillige regelingen .................................................................4

    2.3 Relaties met derden .....................................................................................................6 2.3.1 Algemene Inspectiedienst (AID) .......................................................................6 2.3.3 Rijksdienst voor de Keuring van Vee en Vlees (RVV) ......................................6 2.3.3 Laboratoria........................................................................................................6 2.3.4 LNV...................................................................................................................6

    3 DOELSTELLINGEN 2002 EN REALISATIE ...................................................................7 3.1 Personeel, middelen.....................................................................................................7 3.2 Verdeling van beschikbare capaciteit ...........................................................................7 3.3 Inschakeling derden .....................................................................................................7

    3.3.1 SGS Internationale Controle Maatschappij (I.C.M.) B.V. ..................................7 3.3.2 PRECON ..........................................................................................................8

    3.4 Erkenning van Raad voor Accreditatie .........................................................................8 4 CONTROLERESULTATEN BASISKWALITEIT..............................................................9

    4.1 Tekortkomingen basiskwaliteit: afwijkingen..................................................................9 4.1.1 Afwijkingen naar aanleiding van Verordening PDV diervoeders 1998..............9 4.1.2 Afwijkingen naar aanleiding van Verordening Vvr erkenningsregeling MINAS leveranciers diervoeders 1997....................................................................................10

    4.2 Tekortkomingen basiskwaliteit: meldingen .................................................................10 4.2.1 Meldingen aan de AID ....................................................................................10 4.2.2 Meldingen aan de RVV...................................................................................10 4.2.3 Overige meldingen aan het Productschap Diervoeder ...................................11

    4.3 Monsteronderzoek......................................................................................................11 4.3.1 Salmonella ......................................................................................................11 4.3.2 Aanwezigheid van dierlijke eiwitten in herkauwervoer....................................11 4.3.3 Weenderanalyse.............................................................................................12 4.3.4 Toevoegmiddelen ...........................................................................................12 4.3.5 Dioxine, PCB en andere parameters in vetstoffen..........................................12 4.3.6 Monsteronderzoek VVR hygienische productie en handel huisdiervoeders 1997 (HPH).................................................................................................................12 4.3.7 Zware metalen ................................................................................................12 4.3.8 Incidentele acties ............................................................................................12

    5 CONTROLERESULTATEN AUTONOME (VRIJWILLIGE) KWALITEITSREGELINGEN..........................................................................................13

    5.1 Controle op GMP+ ........................................................................................................13 5.1.1 HACCP ...........................................................................................................14

    5.2 Labcode toets .............................................................................................................14 6 RESULTATEN OVERIGE ACTIVITEITEN ....................................................................15

    6.1 Monitoring bedrijfseigen onderzoek............................................................................15 6.1.1 Salmonella ......................................................................................................15 6.1.2 Diermeel in diervoeders..................................................................................15

    6.2 Acties naar aanleiding van meldingen........................................................................16 6.3 Certificerende instellingen ..........................................................................................16

    SAMENVATTING...................................................................................................................17

    CONTROLE OP DE BASISKWALITEIT ...............................................................................17

    BIJLAGE 1: TABELLEN. ......................................................................................................18

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 2 van 28

    1 INLEIDING De KDD is reeds in 1992 door het bestuur van het Productschap ingesteld en ziet voor het Productschap Diervoeder (PDV) toe op de toepassing van de door het Productschapsbestuur vastgestelde diervoederregelgeving (EEG en nationaal), via controles en inspecties in Nederland. Daarnaast werden in Nederland en aangrenzende landen audits uitgevoerd ten behoeve van, door het Productschap Diervoeder opgestelde en beheerde (vrijwillige) kwaliteitsregelingen, zoals de GMP- en Labcode kwaliteitssystemen. De controles zijn gericht op de diervoederketen: - productiebedrijven voor mengvoeder, voormengsels, toevoegingsmiddelen,

    grondstoffen, huisdiervoeders, - handelsbedrijven, - inzamelaars van vetstoffen, - veehouders met erkenningen, - laboratoria. In november 2001 heeft het bestuur de nota Verdere ontwikkeling uitvoering autonome controle en toezicht diervoedersector vastgesteld. Dit heeft in 2002 geleid tot een verdere orintatie op de optimalisatie van en het meest geigende uitvoeringsmodel voor controle- en toezichtwerkzaamheden vanwege het productschap. In juni 2002 heeft het bestuur van het PDV de nota Orintatie optimalisatie uitvoeringsmodel Diervoedercontrole vastgesteld. Daarbij is in principe gekozen voor de scheiding van:

    - het beheer van kwaliteitsstandaarden en regelingen en het controlebeleid enerzijds en

    - de uitvoering van de controle door certificatie en inspectie instellingen anderzijds. Deze scheiding tussen beleid en uitvoering moet worden gerealiseerd door de inschakeling van geaccrediteerde certificatie- en inspectie-instellingen voor de uitvoering van de certificatie en monitoring. De keuze voor een ander uitvoeringsmodel heeft consequenties gehad voor het KDD-personeel. Reeds in 2002 hebben KDD-medewerkers een functie elders aanvaard. Bij het inschakelen van externe verificatie- en certificatie-instellingen is meer aandacht nodig is voor de cordinatie en harmonisatie van de uitvoering van de controle-werkzaamheden, teneinde de uniformiteit te waarborgen en in staat te zijn door rapportage over de resultaten transparantie te kunnen waarborgen. De voorbereidende werkzaamheden voor de acceptatie van certificatie instellingen en de opzet van een Bureau Coordinatie Cdiervoedercertificatie en controle zijn reeds in 2002 gestart. Dit verslag geeft een overzicht van de KDD werkzaamheden over het kalenderjaar 2002. Tevens zullen de controleresultaten diervoeder gerapporteerd worden in de tabellen. Dit jaarverslag zal het laatste van de KDD zijn. De voorbereidende werkzaamheden van het BCD zijn ook in dit verslag beschreven.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 3 van 28

    2. ORGANISATIE, TAAKSTELLING EN WERKWIJZE 2.1 Organisatie De taken en bevoegdheden van de KDD zijn vastgelegd in artikel 10 van Verordening PDV bevoegdheden en werkwijze organen en inrichting secretariaat 1999 en in Verordening PDV controle diervoedersector 1998. Volgens laatstgenoemde verordening vindt de aansturing van de Keuringsdienst Diervoedersector plaats door het bestuur van het Productschap Diervoedersector. In 2000 is het College van Toezicht en Advies Diervoedercontrole ingesteld, dat begin 2001 operationeel is geworden. Het college heeft tot taak: - het bestuur gevraagd en ongevraagd van advies te dienen in zake

    controlewerkzaamheden door of vanwege het productschap, in het bijzonder door de KDD,

    - toezicht te houden op de uitvoering van de controle werkzaamheden door of vanwege het productschap, in het bijzonder door de KDD.

    2.2 Taakstelling en werkwijze Een doelstelling in het kader van het kwaliteitsbeleid dat door het Productschap Diervoeder is vastgesteld en wordt uitgevoerd, is om door middel van toezicht en controle onafhankelijk vast te stellen dat bedrijven diervoeders en voedermiddelen produceren en verhandelen die veilig zijn voor mens, dier en milieu. Tevens dienen deze producten te voldoen aan wettelijke eisen en aan de afspraken die in de dierlijke productieketen zijn gemaakt. De controletaken van de KDD zijn onder te verdelen in twee aandachtsgebieden: diervoederwetgeving (verplichte basiskwaliteit) en kwaliteits-/veiligheidsregelingen (vrijwillig, autonoom), beide gericht op de veiligheid van diervoeder voor mens, dier en milieu en een eerlijke handel.

    2.2.1 Toezicht op de wettelijke regelgeving Het juridisch kader voor de uitvoering van de controles is voorzien in Verordening PDV controle diervoedersector 1998. Daarmee is een invulling gegeven aan de gewenste toezicht-/controlestructuur, zoals vastgelegd in Kwaliteitsbeleidsplan diervoedersector 1991 (oktober 1991). De controle op de verplichte regelgeving wordt vaak aangeduid met de term Controle basiskwaliteit. Hieronder vallen ook de niet aangekondigde controles op het voldoen aan de vergunnings- en erkenningsvoorwaarden, de etiketteringseisen en andere wettelijke voorschriften. In bijlage 1, tabel 12 en 13 staat vermeld hoeveel bedrijven een bepaalde erkenning of registratie bezitten. De wijze van controle vindt plaats door middel van: ! administratieve controle: de controle van de bedrijfstechnische boekhouding en de

    administratie; ! monstername en -onderzoek: het nemen en (laten) onderzoeken van monsters

    grondstoffen, toevoegingsmiddelen, voormengsels, diervoeders etc; ! visuele dan wel instrumentele inspectie en controle; ! controle en inspectie van bedrijfsinrichting en apparatuur. De controle vindt in principe plaats bij alle bedrijven waarvoor het Productschap is ingesteld. Hierbij ligt de nadruk bij de bedrijven die enkelvoudige voedermiddelen of mengvoeders, voormengsels en toevoegingsmiddelen produceren en verhandelen. Het uitgangspunt van de KDD is om ieder productiebedrijf nmaal per jaar te bezoeken. De bevindingen worden aan

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 4 van 28

    het bedrijf gerapporteerd. Ernstige tekortkomingen worden gemeld aan het Productschap en de AID.

    2.2.2 Toezicht op de vrijwillige regelingen

    2.2.2.1 Algemeen Het toezicht van de KDD op de vrijwillige regelingen heeft betrekking op de GMP+ -regeling, de Labcode-regeling, de MINAS-regeling en andere regelingen zoals Japanstandaard, Scharreldieren-regeling en Graskippen-regeling. De GMP-regeling heeft hierin door de omvang van het eisenpakket en het steeds groter aantal bedrijven dat deelneemt, veruit het belangrijkste aandeel. Sinds 2001 is hieraan ihet toezicht op certificerende instellingen volgens het QC-protocol en GMP-gelijkwaardigheid (GMP-EQ) toegevoegd. Dit betreft verificatieaudits bij buitenlandse leveranciers van diervoedergrondstoffen (QC) en audits bij levensmiddelenbedrijven die een bijstroom naar de diervoedersector afzetten.

    2.2.2.2 GMP+-regeling De KDD oefent het toezicht uit op het voldoen aan de GMP+-regeling, zoals vastgelegd in de verordening PDV erkenningsregeling GMP diervoedersector 1992. De doelstelling van genoemde regeling is de borging van de gewenste veiligheid van diervoeders voor mens, dier en milieu. De deelnemende bedrijven dienen aan te tonen dat zij hiermee de basiskwaliteit en veiligheid borgen en voldoen aan wettelijke en bovenwettelijke normen via beheersmaatregelen. Het GMP+ systeem omvat de volgende elementen: - De structuur van het ISO 9002-1994 kwaliteitsysteem heeft als kapstok gediend voor

    de GMP-code. - HACCP veiligheidsysteem voor beheersing van risicos van gevaren. - Basiskwaliteit; het geheel aan wettelijke regelgeving (H4). - Voorgeschreven aanvullende sectorale GMP- (en GHP-)beheersmaatregelen en

    normen. - Het tenminste voldoen aan Labcode kwaliteitsnormen voor het voorgeschreven

    laboratoriumonderzoek (zie paragraaf 5.2). - Uitvoeren van bedrijfsinterne inspecties en controles en rapportage van overschrijding

    van kritische parameters aan de KDD. - Externe verificatie van het systeem door de KDD via audits en monsternames. Bedrijven kunnen vrijwillig deelnemen aan de GMP- regeling. De ketenbewaking KKM (melk) en IKB (vlees en eieren) sluiten op GMP-diervoeder aan. Toezicht op de GMP-erkenningsregeling betreft controle op naleving van de eisen uit de GMP-code. Deze eisen hebben betrekking op het aantoonbaar borgen van de kwaliteit en veiligheid van voedermiddelen. Een deelnemend bedrijf dient onder meer een kwaliteitssysteem op te zetten, vast te leggen, te onderhouden en uit te voeren. Ondernemingen maken op deze wijze zelf aantoonbaar dat de basiskwaliteit is geborgd. Het uitgangspunt van de KDD is om ieder GMP-bedrijf jaarlijks te bezoeken voor de GMP-audit. Tijdens de audit wordt het bedrijf getoetst op het voldoen aan de voorwaarden van de GMP-regeling en de diervoederwetgeving.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 5 van 28

    Bij haar toezicht verifieert de KDD middels steekproeven en audits of de in de GMP-regeling vereiste kwaliteitszorg middels een compleet, actueel en operationeel kwaliteitssysteem effectief wordt uitgevoerd. Het toezicht vindt plaats bij de bedrijven die deelnemen aan de desbetreffende (kwaliteits)regeling. Rapportage van de bevindingen vindt plaats aan het bedrijf en het Productschap Diervoeder. De KDD adviseert de secretaris van het Productschap Diervoeder met betrekking tot verlenen of verlengen van de GMP-erkenning.

    2.2.2.3 Labcode-regeling De KDD is tevens toezichthouder op de Labcode-regeling. Dit is vastgelegd in het besluit PDV erkenningsregeling laboratoria bedrijfsinterne controle diervoedersector 1996. De Labcode-regeling heeft als uitgangspunt het borgen van het kwaliteitsniveau van analysewerkzaamheden van laboratoria die deze werkzaamheden uitvoeren ten behoeve van bedrijfsinterne controles. Het gaat hierbij om bedrijfsinterne controles in het kader van de GMP-regeling. Het toezicht op het aantoonbaar borgen van de laboratoriumwerkzaamheden (Labcode-erkenningsregeling) wordt op vergelijkbare wijze uitgevoerd zoals bij de GMP-regeling gebruikelijk is.

    2.2.2.4 MINAS-regeling De KDD bezoekt de bedrijven die deelnemen aan de MINAS-regeling (841 bedrijven). De controle wordt meestal gecombineerd met de Controle Basiskwaliteit uitgevoerd.

    2.2.2.5 Aanvullende erkenningen en regelingen Tijdens de GMP-audit worden de erkenningsvoorwaarden van de regelingen getoetst. Tussen haakjes zijn het aantal deelnemers vermeld. Bedrijven die beschikken over een GMP-erkenning kunnen aanvullend erkend worden voor de volgende regelingen/besluiten: Verordening Vvr regeling diervoeders voor de productie van varkensvlees volgens

    Japanstandaard 1995 (167 bedrijven) Besluit Vvr regeling leveranciers voeders voor scharreldieren 1995 (27 bedrijven) Besluit Vvr regeling leveranciers voeders onder graskeurmerk voor graskippen 1995 (10

    bedrijven).

    2.2.2.6 Toezicht op Certificatie Instellingen De KDD beoordeelt de Certificerende Instellingen die zich hebben aangemeld voor erkenning door het Productschap voor het uitvoeren van verificatie audits bij buitenlandse bedrijven die zich hebben aangemeld voor een erkenning (QC). Het gaat hierbij om buitenlandse bedrijven die grondstoffen leveren aan GMP-erkende bedrijven. In 2002 zijn er 26 dossiers van Certificerende Instellingen beoordeeld. Dit betrof 16 eerste beoordelingen en 10 aanvullende of herbeoordelingen. Tevens is er een harmonisatie-overleg georganiseerd waaraan 27 auditoren van 20 certificatie-instellingen hebben deelgenomen. Daarnaast zijn 8 aanvragen van Certificatie Instellingen voor de toetsing van GMP-gelijkwaardigheid bij levensmiddelenbedrijven beoordeeld. Voor deze Certificatie Instellingen is in het verslagjaar twee maal een technisch overleg georganiseerd.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 6 van 28

    2.3 Relaties met derden

    2.3.1 Algemene Inspectiedienst (AID) De overschrijdingen van de wettelijke grenzen zijn gemeld aan de AID.

    2.3.3 Rijksdienst voor de Keuring van Vee en Vlees (RVV) In het kader van de regelgeving met betrekking tot de aanwezigheid van diermeel in herkauwervoeder zijn de werkafspraken zoals vastgelegd in het Controlememorandum verbod diermeel in diervoeders uitgevoerd. De RVV ziet toe op de controles van KDD van diermeelregelgeving.

    2.3.3 Laboratoria In 2002 heeft een aantal laboratoria analysewerkzaamheden voor de KDD verricht, te weten: - LabCo B.V. Laboratory Services te Europoort - De Nederlandse Organisatie voor toegepast natuurwetenschappelijk onderzoek, TNO Voeding te Zeist - Rijkskwaliteitsinstituut voor Land- en Tuinbouwproducten (Rikilt) te Wageningen - SGS Internationale Controle Maatschappij (I.C.M.) B.V. te Spijkenisse. - TLR Laboratoria te Europoort. Genescan te Bremen(D). De reguliere laboratoria zijn vastgelegd in Besluit PDV bemonsterings- en keuringsprocedure diervoedersector 1998 (bijlage III: onderzoekslaboratoria) en moeten aan Sterlab, Labcode eisen of aantoonbaar aan vergelijkbare kwaliteitseisen voldoen. Genescan is een van de laboratoria die door de OVOCOM zijn geaccrediteerd voor de uitvoering van de non-GGO analyses.

    2.3.4 LNV Het gezamenlijke overleg over de organisatie en afstemming van diervoedercontrole met AID (opsporing), VWA-RVV (vleesverwerking; toezicht op diermeel en vetbesluit), VWA-Keuringsdienst van Waren (voeding toezicht) en KDD onder cordinatie van LNV (ministerie van Landbouw) is in 2002 voortgezet. Verder is er overleg geweest ter voorbereiding van de rapportage van de wettelijke controlepunten aan de EEG over 2001.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 7 van 28

    3 DOELSTELLINGEN 2002 EN REALISATIE

    3.1 Personeel, middelen Het personeelsbestand in de binnendienst is verder uitgebreid met een technisch stafmedewerker en twee ondersteunend technisch stafmedewerkers. En inspecteur/auditor heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid om vervroegd uit te treden. De ontstane vacature is met een externe kandidaat ingevuld. In de loop van 2002 hebben drie medewerkers (hoofd, 1 inspecteur/auditor, 1 technisch stafmedewerker) de KDD verlaten en elders een functie aanvaard. In het kader van beindiging werkzaamheden van het KDD is er een sociaal plan opgesteld. In dit Sociaal Plan zijn regels, procedures en financile voorzieningen vastgelegd voor de opvang van de gevolgen van de beindiging van de werkzaamheden van de KDD. Dit sociaal plan is op 1 september 2002 in werking getreden en eindigt op 31 augustus 2003. In de praktijk is er nog regelmatig een achterstand in de werkzaamheden als gevolg van uitbreiding van de regelgeving, het toegenomen aantal controlepunten, de groei van het aantal deelnemers aan de GMP-regeling en de opleiding van de nieuwe medewerkers. Verder is door de toegenomen eisen het aantal tekortkomingen en afkeuringen vergroot, waardoor de tijdsbesteding per audit is toegenomen.

    3.2 Verdeling van beschikbare capaciteit In bijlage 1, tabel 2 is een overzicht opgenomen waarin per bedrijfstype, het totaal aantal bedrijven en het aantal uitgevoerde bezoeken is aangegeven. De geplande bezoeken zijn in 2002 niet volledig afgelegd. Dit komt mede door de onzekere situatie met betrekking tot het voortbestaan van de KDD Het aantal bezoeken ten behoeve van basiskwaliteit specifiek is aanzienlijk hoger dan in 2001. Dit betreft niet uitsluitend extra bezoeken ten behoeve van monstername, maar ook bezoek ten behoeve van basiskwaliteit waarbij niet alle controle-punten zijn beoordeel (niet volledig). Zie voor het aantal uitgevoerde bezoeken en de realisatie ten opzichte van het aantal geplande bezoeken, bijlage 1, tabellen 3 en 4. Ook in 2002 is veel aandacht en tijd besteed aan de verdere opleiding van de medewerkers.

    3.3 Inschakeling derden Voor eenvoudige controle-activiteiten bij wederverkopers en bemonsteringsbezoeken is in 2002 weer gebruik gemaakt van twee externe krachten. Voor de deskbeoordeling van de HACCP-documenten is in 2002 zoals gepland, opnieuw gebruik gemaakt van een extern bureau.

    3.3.1 SGS Internationale Controle Maatschappij (I.C.M.) B.V. In 2002 hebben twee medewerkers van SGS hun werkzaamheden ter ondersteuning van inspecteurs van de KDD bj de controle op de basiskwaliteit voortgezet.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 8 van 28

    3.3.2 PRECON Beoordelaars van Precon hebben hun werkzaamheden voor de KDD met betrekking tot deskbeoordelingen van de HACCP-handboeken voortgezet.

    3.4 Erkenning van Raad voor Accreditatie In mei 2002 is de KDD geaudit door de Raad voor Accreditatie. Het ging hier om een verlengingsaudit. Deze audit omvatte een integrale beoordeling van het systeem op kantoor en de beoordeling van een drietal inspecteurs. Bij het onderzoek zijn in totaal 15 afwijkingen geconstateerd, waarvan 4 van categorie A en 11 van categorie B. De belangrijkste afwijkingen tijdens inspecties zijn geweest: - niet steriel monstername - het onbeheerd laten van het verzamelmonster - het zich mengen in de oplossing van een afwijking - het niet opmerken van het niet aanwezig zijn van een verplicht weegapparaat - kennis van een deel van de regelgeving - niet volledige inspectie - niet voorhanden zijn van de gegevens van de vorige inspectie. Het kwaliteitssysteem voldeed grotendeels aan de eisen van NEN-EN 45004. De geconstateerde afwijkingen hadden betrekking op - procedures ten aanzien van vertrouwelijkheid - vastelgging beleid - procedures corrigerende maatregelen - procedure beoordeling bekwaamheid van laboratoria.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 9 van 28

    4 CONTROLERESULTATEN BASISKWALITEIT Bij de controle wordt de bedrijfssituatie beoordeeld en worden tekortkomingen geregistreerd en gerapporteerd. Tekortkomingen worden geclassificeerd in 'opmerkingen' (aandachtspunten) en 'afwijkingen'. Opgemerkt wordt dat een herhaalde 'opmerking' zonder enige verbetering als 'afwijking' wordt geclassificeerd. Herhaalde 'afwijkingen' of ernstige en/of kritische overtredingen (meldingen) worden gerapporteerd aan de AID (opsporing, sanctionering), RVV (toezicht op toezicht) en/of het Productschap (beleidsinformatie). In 2002 is 615 keer een bezoek gebracht in het kader van de Controle basiskwaliteit. Daarnaast is de basiskwaliteit 593 keer gecontroleerd tijdens een GMP-audit en is 576 keer een bedrijf bezocht voor monstername. In 2002 zijn er 42 (2001: 35) dossiers gemeld aan de AID, zes aan de RVV (waarvan alle dossiers ook aan de AID is gemeld) en 64 (2001: 91) keer is een dossier gemeld bij de secretaris van het Productschap (hiervan zijn er 37 ook aan de AID gemeld). In 2002 is elke overtreding afzonderlijk gemeld, met uitzondering van meldingen aan het Productschap Diervoeder in het kader van de MINAS-regelgeving. Opgemerkt wordt dat toezicht op de MINAS-regeling gentegreerd is in de 'Controle basiskwaliteit'. Overtredingen worden aan het Productschap gemeld. In bijlage 1, tabel 7 zijn de 'Controle basiskwaliteit' cijfermatig samengevat.

    4.1 Tekortkomingen basiskwaliteit: afwijkingen De tekortkomingen die zijn geclassificeerd als afwijking hadden betrekking op de volgende onderwerpen:

    4.1.1 Afwijkingen naar aanleiding van Verordening PDV diervoeders 1998 - Geen vermelding van het woord voedermiddel op afleverdocumenten (herhaling). - Geen handboek met procedures voor bereiding van mengvoeder

    (vergunningvoorwaarden). - Vermelding van minimale datum van houdbaarheid op etiket ontbreekt (herhaling) - Geen etikettering op zakgoed. - Etikettering ureum voldoet niet aan diervoederwetgeving. - Wettelijke vermeldingen op afleverdocumenten van vleesbeendermeel en kanenmeel

    zijn niet vermeld. - Houdbaarheidsdatum van zakken rundveevoer, schapenkorrle, kalverkorrel, geplette

    haver en euromel verlopen. - Geen erkenning of registratie voor het handelen in voormengsels waarin vitaminen zijn

    verwerkt. - Onderbouwing van gedeclareerde waarden is niet aantoonbaar. - Geen vermelding erkenningsnummer op etiketten. - Nog geen monsters onderzocht op ongewenste stoffen.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 10 van 28

    4.1.2 Afwijkingen naar aanleiding van Verordening Vvr erkenningsregeling MINAS leveranciers diervoeders 1997

    - Gegevens op kwartaaloverzichten komen niet overeen met optimalisatie. - Geen onderbouwing van gehaltes op factuur - Gehaltes ruw eiwit en fosfor niet vermeld op etiket. - Kwartaaloverzichten worden niet tijdig opgestuurd. - Geen corrigerende maatregelen naar aanleiding van afwijkende analyse resultaten. - Op kwartaaloverzichten zijn afwijkende gehaltes ingevoerd. - Geen juiste berekening van gehaltes op kwartaaloverzichten. - De gewijzigde gehalten voor MINAS zijn niet in de MINAS-administratie doorgevoerd. - Er is geen MINAS-procedure. - Gehaltes uit de CVB-tabel van 2000 worden gebruikt voor de MINAS-administratie

    4.2 Tekortkomingen basiskwaliteit: meldingen De tekortkomingen die gemeld zijn, hadden betrekking op de volgende onderwerpen:

    4.2.1 Meldingen aan de AID - Meerdere afwijkende analyse resultaten in het kader van de Diervoederwetgeving (n=11) - Extra controle in samenwerking met AID i.v.m. fysieke scheiding - Nitrofen in graan - Mogelijke verontreiniging met CAP - Bedrijf wil geen controle van de KDD (n=2) - Gehalten Re en P vallen buiten de tolerantie zoals opgegeven in de

    diervoederwetgeving. - Mogelijke verontreiniging met MPA (n=2) (eenmaal is ook gemeld aan LNV) - Mogelijke verkoop van MPA besmette producten - Bedrijf niet gehandeld volgens instructie PDV: recall van melasse - Aan een inspecteur is de toegang geweigerd - Geen basisregistratie van een bedrijf - Tekortkomingen met betrekking tot de houdbaarheidsdatum (n=4) - Bedrijf wil samenstelling niet vrijgeven aan klant - Geen analyse-certificaten CAP - Geen juiste vermelding van de gehalten aan vitaminen op de etiketten - Van een bedrijf waren de erkenningen verlopen en bedrijf had niet op brief gereageerd - Bedrijf heeft onvolledige etikettering en voldoet aan de HPH-verordening - Inspecteur is tijdens een controle uit een bedrijf gezet - Inspecteur kreeg geen inzage in documenten

    4.2.2 Meldingen aan de RVV - Transport verboden lading voorafgaande aan transport vismeel - Geen erkenning voor de verwerking van vismeel (n=2) - Positieve analyse op diermeel - Vismeel aangetroffen in rundveebrok - Dierlijke eiwitten aangetroffen in vismeel

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 11 van 28

    4.2.3 Overige meldingen aan het Productschap Diervoeder - Onvolkomenheden in de MINAS-administratie (n=7). - Meerdere afwijkende analyse resultaten in het kader van MINAS (n=10). - Transport bij een niet-GMP-erkend bedrijf. - Bedrijf laat geen microbiologische bepalingen meer uitvoeren - Mogelijke besmetting varkensvoer met sulfamethoxypyridazine in Belgie - Wijzigingen van adres van productielocatie niet doorgegeven - Voor analyses geen gebruik maken van Ladcode-erkend laboratorium - Aantal bedrijven hebben niet gereageerd op Terbeschikkingshoudingsbrief MPA afzet in

    buitenland - MPA aanwezig in bedrijfsmonsters - MPA aangetoond in monster en afwijkende analyseresultaten in het kader van de

    MINAS - Onterecht gebruik van GMP-logo - Mogelijk inkoop van niet GMP-mais

    4.3 Monsteronderzoek In 2002 zijn in totaal 872 monsters diervoeder, grondstoffen, natte bijproducten en premixen genomen. Dit aantal ligt op een lager niveau dan in 2001 (totaal 1262 monsters). Het aantal monsters ligt op 61% van het beoogde aantal (1430 monsters) zoals in het werkplan KDD 2002 is opgenomen. De gereserveerde monstercapaciteit voor een eventuele recall en de verschillende monstercategorien "diversen" zijn niet gebruikt. Daarnaast is het beoogde aantal monsters natte bijproducten, HPH-hygine en grasmonsters niet volledig gerealiseerd. Alle bedrijven hebben individueel een rapport over de bevindingen van het bezoek en (eventu-eel) de uitslag van het monsteronderzoek ontvangen. In bijlage 1, tabel 9, 10 en 11 zijn de belangrijkste gegevens met betrekking tot het aantal genomen monsters en het aantal geconstateerde tekortkomingen samengevat. De belangrijkste conclusies zijn:

    4.3.1 Salmonella Er zijn 539 (streefaantal 300) monsters pluimveevoer onderzocht op de aanwezigheid van Salmonella. Twee van de monsters zijn positief bevonden. Het betreft een leghennenvoer en een vleeskuikenvoer. De uitslagen zijn direct gemeld aan de desbetreffende bedrijven. De bedrijven hebben vervolgens een onderzoek ingesteld naar de oorzaak en verbetermaatregelen getroffen.

    4.3.2 Aanwezigheid van dierlijke eiwitten in herkauwervoer Er zijn 151 (streefaantal 150) monsters herkauwervoer onderzocht op de aanwezigheid van dierlijke eiwitten (diermeel), waarvan alle monsters negatief zijn bevonden.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 12 van 28

    4.3.3 Weenderanalyse Er zijn 402 monsters mengvoer (streefaantal 300) onderzocht op ruw eiwit. Van deze uitslagen vielen er 29 buiten de toegestane tolerantie. Van de aangegeven monsters mengvoer zijn er 397 onderzocht op fosfor. Van deze monsters zijn er 16 afwijkend. Daarnaast zijn er 200 natte bijproducten (streefaantal 200) onderzocht op ruw eiwit. Hiervan vielen 104 monsters buiten de toegestane tolerantie. Van de aangegeven monsters natte bijproducten zijn 199 monsters onderzocht op de aanwezigheid van fosfor. Van deze monsters hadden er 54 een afwijkende uitslag.

    4.3.4 Toevoegmiddelen Bij onderzoek naar ADJ-stoffen moet in aanmerking worden genomen dat van een groot aantal ADJ-stoffen (met name de antibiotica) nog geen goedgekeurde onderzoeksmethoden zijn vastgesteld. Hiermee is bij het monsteronderzoek rekening gehouden. Er zijn in totaal 135 monsters onderzocht op A, D- en J stoffen (streefaantal 105). Hiervan waren 36 uitslagen afwijkend.

    4.3.5 Dioxine, PCB en andere parameters in vetstoffen In 2002 zijn 7 monsters onderzocht op dioxine. In geen van de monsters is een tekortkoming geconstateerd. Op PCB's werden 10 monsters onderzocht. Hierbij zijn geen tekortkomingen aangetoond. Voor gedetailleerde informatie zie bijlage 1, tabel 11.

    4.3.6 Monsteronderzoek VVR hygienische productie en handel huisdiervoeders 1997 (HPH)

    Voor de controle op de HPH zijn 53 monsters onderzocht op enteros (streefaantal 50). De uitslagen voldeden, op n na (20 kve/kg), aan de norm (aantal enteros

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 13 van 28

    5 CONTROLERESULTATEN AUTONOME (VRIJWILLIGE) KWALITEITSREGELINGEN

    In de navolgende paragrafen worden de resultaten van de vrijwillige kwaliteitsregelingen weergegeven.

    5.1 Controle op GMP+

    In 2002 zijn 868 GMP-bezoeken gebracht. Dit is een afname van 7,5% ten opzichte van 2001.( Reden: door MPA en onzekerheid KDD zijn in met name de laatste maanden veel audits pas in 2003 uitgevoerd) De GMP erkende bedrijven worden tenminste jaarlijks geaudit. In totaal zijn 850 bedrijven bezocht waarvan circa 640 in Nederland. In Belgi, Duitsland, Frankrijk, Polen, Denemarken en Spanje zijn in totaal circa 210 bedrijven bezocht. Van deze GMP-erkende bedrijven hebben eind 2002 circa 800 bedrijven (92%) een HACCP- erkenning. Een bedrijf krijgt bericht dat de GMP-erkenning niet verlengd of ingetrokken zal worden op het moment dat het bedrijf niet of onvoldoende reageert op de door PDV verstuurde aanwijzing of waarschuwing. Een bedrijf krijgt een aanwijzing naar aanleiding van 1 of meerdere geconstateerde afwijkingen tijdens de GMP-audit. Na een tussentijdse audit heeft de KDD bij 112 bedrijven (2001: 56) geadviseerd een aanwijzing te sturen op basis van in totaal 184 afwijkingen. PDV heeft 71 bedrijven (2001: 8) een waarschuwing gestuurd, omdat zij niet aan de voorwaarden voldeden. Na een eerste of verlengingsaudit voldeden 116 bedrijven (2001: 23) niet aan de criteria voor een GMP-erkenning. Bij 18 bedrijven (2000: 22) zijn n of meerdere betaalde hercontroles uitgevoerd. De afwijkingen hadden betrekking op: - het HACCP-systeem (20%);

    - geen HACCP-systeem aanwezig - onvolledig HACCP-systeem aanwezig - aanpassingen naar aanleiding van de deskstudie zijn niet (voldoende) gemplementeerd

    - de inkoop (40%); - leveranciers zijn niet GMP-erkend , - het Plan van Aanpak ontbreekt , - geen kwaliteitsovereenkomst afgesloten met leveranciers

    - leveranciersbeoordeling is niet aantoonbaar uitgevoerd . - overige (40%). In de tabellen 5 en 6 van bijlage 1 zijn enkele gegevens over het certificeringsproces en de werkvoorraad opgenomen. Van de reguliere GMP-audits is geen specifieke statistiek op onderdelen beschikbaar, omdat de gegevensverwerking nog niet is geautomatiseerd.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 14 van 28

    5.1.1 HACCP In 2002 zijn van de GMP-erkende bedrijven in totaal 511 (2001: 264) handboeken ter beoordeling bij de KDD binnengekomen. Na beoordeling zijn 408 (80%) GMP-erkende bedrijven goedgekeurd. Van de ontvangen handboeken voldeden er 98 (20%) (2001: 17 %) niet aan de gestelde criteria. Na een herbeoordeling van de verbeterde documentatie voldeden 55 bedrijven alsnog aan de eisen voor HACCP. Nog 7 bedrijven voldeden niet aan de criteria. De herbeoordeling van 36 handboeken was per 31-12-2002 nog niet voltooid.

    5.2 Labcode toets In 2002 zijn er 32 labcode-audits uitgevoerd. De resultaten met daarbij een advies worden gerapporteerd aan de bedrijven en de secretaris van het Productschap Diervoeder. De achterstand bij de administratieve beoordeling de bedrijven en van de laboratoria met een Sterlaberkenning van de RvA is ingelopen.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 15 van 28

    6 RESULTATEN OVERIGE ACTIVITEITEN

    6.1 Monitoring bedrijfseigen onderzoek De KDD heeft van alle bedrijven de beschikking over de resultaten van bedrijfseigen onderzoek op het gebied van hyginebeheersing (Salmonella/Enteros) en verwerking van diermeel (microscopische analyse). Zij worden door de beleidsafdeling van het Productschap periodiek met de belanghebbenden besproken. Sinds het 3e kwartaal van 2000 worden de gegevens door de PDV-databank 'Ongewenste stoffen en producten' opgevraagd.

    6.1.1 Salmonella In het kader van het Besluit PDV bedrijfsinterne inspecties en controles GMP diervoedersector 1998, zijn bedrijven verplicht om regelmatig de bedrijfshygine te controleren door het laten onderzoeken van monsters op Salmonella. De KDD bemonstert alleen pluimveevoeders voor analyses op Salmonella. Bedrijfsinterne inspecties op pluimveevoeders die positief zijn, moeten door het bedrijf aan de KDD gemeld worden. De KDD ontving in 2002 33 keer een melding van bedrijven die positieve pluimveevoeders aangetoond hadden. De KDD beoordeelt de door het bedrijf aangegeven verbetermaatregelen en rapporteert de gegevens met betrekking tot de Salmonellameldingen halfjaarlijks aan PDV. De PDV-databank 'Ongewenste stoffen en producten' verzamelt de gegevens van alle Salmonella-analyses (incl. grondstof-, proces- en overige diervoedermonster) die door het bedrijfsleven worden uitgevoerd. Alle positieve monsters worden door de PDV-databank 'Ongewenste stoffen en producten' aan de KDD gerapporteerd. Tabel a: Overzicht aantal uitgevoerde salmonella-analyses bedrijven en KDD Aantal

    analyses 1e halfjaar 2002

    Aantal positief bevonden analyses

    Aantal analyses 2e halfjaar 2002

    Aantal positief bevonden analyses

    Totaal aantal analyses 2002

    Aantal positief bevonden analyses

    Salmonella-analyses bedrijven *)

    9143 140 11338 308 20481 448

    Salmonella-analyses KDD 248 0 291 2 539 2 *) Bron: PDV-databank 'Ongewenste stoffen en producten'.

    6.1.2 Diermeel in diervoeders Met ingang van 15 december 2000 is de Regeling verbod diermelen in diervoeders en de Tijdelijke Regeling verbod dierlijke eiwitten in alle diervoeders landbouwhuisdieren van kracht. Alleen op productiebedrijven waar geen rundveevoeders worden geproduceerd, is het nog mogelijk vismeel, dicalciumfosfaat en gehydroliseerde eiwitten te verwerken. Hiervoor is ontheffing nodig van de RVV.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 16 van 28

    Tabel b: Overzicht aantal uitgevoerde diermeel analyses bedrijven en KDD Aantal

    analyses 1e halfjaar 2002

    Aantal positief bevonden analyses

    Aantal analyses 2e halfjaar 2002

    Aantal positief bevonden analyses

    Totaal aantal analyses 2002

    Aantal positief bevonden analyses

    Diermeel analyses bedrijven *)

    157 0 140 0 297 0 (0%)

    Diermeel analyses KDD 107 0 156 2 (vismeel) 263 2 (0,7%) *) Bron: PDV-databank 'Ongewenste stoffen en producten, peildatum 15-04-2003'. De eerste lijnscontroles op de regelgeving worden door de KDD verricht, waarbij de RVV toezicht op de KDD uitvoert. Hiervoor zijn met de RVV werkafspraken gemaakt, welke zijn vastgelegd in het controlememorandum verbod diermeel in diervoeders. Via continue evaluatie en bijstelling van deze werkafspraken (mede o.b.v. ontwikkelingen in de sector) is gewerkt aan een permanente toezichtstructuur. De RVV woont jaarlijks 25 basiscontroles van mengvoederbedrijven bij, waarbij over de schouder wordt meegekeken.

    6.2 Acties naar aanleiding van meldingen Er zijn extra controlebezoeken gebracht op basis van meldingen of klachten die betrekking hadden op onder andere: - Lood in mineralenmengsel - Mogelijke besmetting varkensvoer met sulfamethoxypyridazine in Belgi - Klacht over huisdiervoeders, het zou geen volledig voeder zijn - Melding dat er gebruik gemaakt zou worden van niet GMP-erkende transport - Nitrofen in tarwe - Bezoeken i.v.m. mogelijke MPA besmetting - Mogelijke CAP-besmetting in magere meldpoeder (n=3)?

    6.3 Certificerende instellingen In 2002 zijn er 26 dossiers van Certificerende Instellingen beoordeeld. Dit betrof 16 eerste beoordelingen en 10 aanvullende of herbeoordelingen. Tevens is er een harmonisatie-overleg georganiseerd waaraan 27 auditoren van 20 certificatie-instellingen hebben deelgenomen. Daarnaast zijn 8 aanvragen van Certificatie Instellingen voor de toetsing van GMP-gelijkwaardigheid bij levensmiddelenbedrijven beoordeeld. Voor deze Certificatie Instellingen is in het verslagjaar twee maal een technisch overleg georganiseerd. Als deelnemer heeft de KDD twee maal geparticipeerd in harmonisatie-overleg voor certificatie instellingen die GMP-transport audits uitvoeren. SCHOLING In 2002 heeft de KDD twee maal een GMP-scholing voor Duitse auditoren georganiseerd. Deze scholing bestond uit een twee-daags theoretisch gedeelte en het bijwonen van praktijk-audits. In totaal hebben12 auditoren aan deze scholing deelgenomen.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 17 van 28

    SAMENVATTING De Keuringsdienst Diervoedersector (KDD) is in 1992 van start gegaan. De taak van de KDD is het toezicht op de naleving van verordeningen en regelingen van het Productschap Diervoeder bij de productie en handel in Diervoeders en grondstoffen. Veiligheid van diervoeders voor mens dier en milieu is hierbij het toetsingskader. De KDD is voor de uitvoering van controles geaccrediteerd volgens EN 45004 door de Raad van Accreditatie. Het jaar 2002 heeft voor de KDD in het teken gestaan van de reorganisatie van de diervoedercertificatie en controle. Aan het eind van 2002 zijn de voorbereiden werkzaamheden voor de acceptatie van certifcatie instellingen gestart. Controle op de basiskwaliteit Het toezicht op de verordeningen van het Productschap wordt de controle op basiskwaliteit genoemd. Deze korte bezoeken vinden onaangekondigd plaats, waarbij administratieve, visuele controles en monsternames plaatsvinden op naleving van MINAS- regeling, gebruik toevoegings- en diergeneesmiddelen, etiketteringseisen, hyginische productie huisdiervoeder en BSE-regelgeving. Per bezoek vindt een rapportage plaats met verslaglegging van de waarnemingen, conclusies en verbetermaatregelen. Monsternames vinden plaats ter verificatie van bedrijfszelfcontrole, monitoring, factfinding en controle op wettelijke normen Er zijn bij de verificatie van pluimveevoeders twee afwijkende (positieve) Salmonella-resultaten gevonden. Er zijn 872 monsters (2001: 1262) genomen. Hiervan ontvangen de bedrijven een rapportage. Bij zware of herhaalde overtredingen vindt een melding aan AID, RVV (diermeel/BSE) en Productschap plaats voor verdere sanctionering. Controle GMP en HACCP (GMP+) In 2002 zijn 868 GMP-bezoeken gebracht. Dit is een afname van 7,5% ten opzichte van 2001. De GMP erkende bedrijven worden tenminste jaarlijks geaudit. In totaal zijn 850 bedrijven bezocht waarvan circa 640 in Nederland. In Belgi, Duitsland, Frankrijk, Polen, Denemarken en Spanje zijn in totaal circa 210 bedrijven bezocht. Geconstateerde afwijkingen zijn gemeld aan het Productschap voor verdere sanctionering. In het verslagjaar zijn 238 dossiers als onvoldoende beoordeeld. Deze zeer sterke toename ten opzichte van 2001 (87 dossiers) is grotendeels veroorzaakt door tekortkomingen op het gebied van inkoop en HACCP. Dit heeft geleid tot een grote toename aan herbeoordelingen en stagnatie van het normale werkproces.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 18 van 28

    BIJLAGE 1: TABELLEN. Tabel 1: Medewerkers KDD. Persoon FunctieF. Mink Hoofd (tot 1 december 2002) R. Kempenaar Cordinerend technisch stafmedewerker mw. M.M. van Kuijen Ondersteunend stafmedewerker E.A. van Hartevelt Ondersteunend stafmedewerker mw. C.C.C.M. van Oers Cordinerend inspecteur/auditor mw. S.G. Willems-van Zadelhoff Inspecteur/auditor/technisch stafmedewerkerMw. A.M. Vader Technisch stafmedewerker (tot 1 september 2002) Mw M. Rossewij Ondersteunend stafmedewerker vanaf 1 maart 2002 J. van Gestel Ondersteunend stafmedewerker vanaf 18 april 2002 E.C.M. van Bussel Inspecteur/auditor M.Th. Frieling Inspecteur/auditor J.P. van Middelaar Inspecteur/auditor uit dienst 1 april 2002 mw. A. Poppe Inspecteur/auditor L.P. Sintnicolaas Inspecteur/auditor J. Tersteeg Inspecteur/auditor (tot 1 december 2002) H. Verrips Inspecteur/auditor mw. R. Wilting Inspecteur/auditor R. Goossen Inspecteur/auditor vanaf 15 maart 2002 P. Janssen Plaatsvervangend hoofd KDD( interim) per 18 november 2002 Voor het afhandelen van de GMP-administratie is regelmatig een beroep gedaan op een vaste oproepkracht. De inzet bedroeg ca. 12 uur per week. Overige administratieve werkzaamheden werden verricht door het administratieve secretariaat van het Productschap Diervoeder. Externe capaciteit is ingeleend voor de HACCP-deskbeoordelingen en voor eenvoudige controle-activiteiten en bemonsteringsbezoeken bij handelaren.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 19 van 28

    Tabel 2: Aantal bedrijven in Nederland (op 08-04-2003) en het aantal bezoeken door de KDD in het kader van de wettelijke basiscontrole1) (=BC-bezoeken). Bedrijfstype Totaal aantal

    bedrijven in Nederland

    Aantal Nederlandse bedrijven met

    GMP en/of GMP+HACCP

    Aantal uitgevoerde BC- bezoeken

    (incl. bezoeken voor monsternamen)

    Productie (incl. handel) - Mengvoeders 256 181 583 - Voormengsel 15 7 29 - Toevoeginsmiddelen 21 2 19 3) - Grondstoffen 2) 140 126 79- Huisdiervoeders 32 0 28 3)

    Totaal productie 464 316 738

    Handel - Mengvoeders 555 101 459 - Voormengsels 16 3 Niet beschikbaar - Toevoegingsmiddelen 25 3 3) - Grondstoffen / EV 227 218 500 - Op- en overslag 54 44 24 - Transport 462 2 7 - Huisdiervoeders 12 0 3)

    Totaal handel 1351 371 990

    Inzameling vet 7 7 10

    Zelfmengende veehouderij-bedrijven

    10 0 8

    Laboratoria 26 26 nvt

    1) inclusief de 'Controle Basiskwaliteit' tijdens de GMP-audit. 2) Inclusief bedrijven die actief zijn in vetgrondstoffen. nvt = niet van toepassing 3) Er is voor de toevoegingsmiddelen en huisdiervoeders geen onderscheid te maken tussen productie en handel. Opmerking: Bij het aantal bedrijven per bedrijfstype is uitgegaan van n bedrijfstype (bedrijven kunnen meerdere activiteiten uitvoeren) per vestiging waarbij het type is toegewezen op basis van de hoofdactiviteit. Het streven is dat alle productiebedrijven 1 maal worden bezocht voor de GMP-erkenning en 1 maal onverwacht voor de controle op Basiskwaliteit. Alleen de vetveredelings- en -productiebedrijven zijn in 2001 tweemaal bezocht voor GMP.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 20 van 28

    Tabel 3: Aantal afgelegde bezoeken in 2002.

    Bezoeken Totaal aantal2001

    Verschil 2002 t.o.v. 2001 Totaal aantal 2002

    GMP-audits (totaal) 938 868 -70 (= -7,5 %)

    Basiskwaliteit/GMP1) (in NL) 658 593 -65 (= -10%)

    Basiskwaliteit (in NL) 957 615 -342 (= -35%)

    Basiskwaliteit specifiek2) (in NL) 359 576 +217 (= +60%)

    Labcode-audits (totaal) 28 32 4 (= 14%)

    Vergunning HPH (in NL) 28 13 -15 (= -53%)

    1) Bij bedrijven die een GMP-erkenning hebben worden tijdens het bezoek in het kader van de Controle op basiskwaliteit ook een aantal GMP-uitvoeringsaspecten meegenomen. Andersom vindt sinds 1 februari 2001 ook bij GMP-audits vastlegging van de controle op de basiskwaliteit plaats. In beide gevallen wordt het bezoek aangemerkt als een gecombineerd bezoek, aangeduid als Basiskwaliteit/GMP. Indien geen GMP-aspecten (kunnen) worden gecontroleerd, wordt het bezoek geregistreerd als Basiskwaliteit.

    2) Betreft extra bezoeken voor monstername.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 21 van 28

    Tabel 4: Geplande en gerealiseerde bezoeken in van 2002.

    Bezoek Gerealiseerdin 2001 (ten opzichte van de planning voor 2001)

    Planning voor 2002

    Gerealiseerd in 2002 (ten opzichte van de planning voor 2002)

    Totaal aantal Nederlandse bedrijven in 2002

    Percentage bezochte bedrijven.

    GMP/Labcode-audits (totaal) Volledig gerealiseerd1

    ) 714 640 714 90%

    Controle op basiskwaliteit bij productiebedrijven (in NL) 796 (114%) 547 738 (135%) 515 143%

    Controle op basiskwaliteit bij handelsbedrijven (in NL) 1101 (81%) 1166 1016 (87%) 1077 94%

    Extra bezoeken voor monstername 359 - 576 - -

    1) Het aantal bezoeken is vooraf nooit in te schatten. Dit hangt af van deelname van (nieuwe) bedrijven. De deelname aan deze regelingen is vrijwillig. Bedrijven die zich aanmelden voor een erkenning worden bezocht. Tabel 5: Enkele gegevens m.b.t. de GMP-regeling en erkenningenrichtlijn (Nederland en buitenland). Parameter eind 1999 eind 2000 eind 2001 eind 2002 Totaal aantal bedrijven met GMP-erkenningen 541 683 903 976 Totaal aantal verleende GMP-erkenningen 808 1330 2321 2270 Totaal aantal beoordeelde HACCP bedrijven -- 121 397 782 Totaal aantal verleende erkenningen in kader bijzondere regelingen1)

    239 270 253 204

    Totaal aantal verleende Labcode-erkenningen 39 37 38 32 Totaal aantal erkenningen m.b.t. MINAS-regeling 977 937 857 841

    1) Zoals voor voeders voor scharreldieren, Graskippen, Japanstandaard

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 22 van 28

    Tabel 6: Enkele gegevens m.b.t. de workflow tot peildatum. Parameter 2000 2001 2002Aantal aanvragen voor GMP-certificaat 889 768 870 Aantal ontvangen GMP-handboeken Waarvan: - Productiebedrijven - Vetten - Handelsbedrijven

    253

    140 70 43

    175

    99 6 70

    511

    284 22 227

    Aantal verleende GMP-certificaten, waarvan: - aantal nieuw verleende GMP-erkenningen in 2001 - aantal verlengde GMP-certificaten in 2001

    1330 598 403

    2321 945 1327

    2270 807

    1463 Aantal erkenningen getoetst tijdens audit in 2001 529 2654 2406

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 23 van 28

    Tabel 7: Aantal administratieve controles op Basiskwaliteit en de resultaten van deze controles verdeeld over de te controleren richtlijnen, nationale regelingen en verordeningen. Aantal

    controles Aantal

    meldingenAantal tekort-

    komingen

    Aantal afwijking

    Aantal controles

    Aantal tekort-

    komingen

    Aantal afwijking

    Aantal meldingen

    Verordening PDV diervoeders 1998 Totaal 2001 Totaal 2002 Hoofdstuk 2: Erkenningen en registraties 95/69/EG, voorwaarden erkenningen en registraties

    1404 62 11 3 1130 37 5 2

    Hoofdstuk 3: Verkeer voedermiddelen (Verordening handel enkelvoudige diervoeders 1980) 96/25/EG, verkeer van voedermiddelen

    1307 248 14 1 1189 151 17 1

    Hoofdstuk 4: Bijzondere N-houdende producten (Verordening Vvr bijzondere N-houdende producten 1985) 82/471/EEG, bijzondere producten in diervoeders

    155 14 1 0 85 14 1 0

    Hoofdstuk 5 en 6: Toevoegingsmiddelen en voormengsels (nieuw per 1-7-1998)70/524/EEG, toevoegmiddelen en voormengsels

    145 14 2 1 97 15 2 0

    Hoofdstuk 7.1t/m 7.4 Mengvoeders Algemeen (Verordening Handel in mengvoeders 1991) 79/373/EEG, handel in mengvoeders

    737 90 9 2 697 90 10 2

    Hoofdstuk 7.5 Mengvoeders met toevoegingsmiddelen (Diervoeder 1986) 70/524/EEG, mengvoeders met toevoegingsmiddelen

    422 31 6 0 333 29 2 1

    Hoofdstuk 8: Ongewenste Stoffen en producten (Verordening Vvr ongewenste stoffen en producten 1998) 1999/29/EG, ongewenste stoffen en producten

    859 28 7 3 1080 34 8 2

    Overige verordeningen en regelingen Verordening VVR hyginische productie en handel in Huisdiervoeders 1997 39 11 3 3 32 11 4 0

    Verordening Vvr erkenningsregeling MINAS leveranciers diervoeders 1997 802 256 40 24 585 112 66 6

    Verordening Vvr gemedicineerd voeder 1993 237 23 1 0 176 27 5 0

    Verordening PDV voedervetten 1999 508 19 4 2 213 2 0 0

    Regeling verbod voedsel- en slachtafvallen (varkens) en Regeling verbod voedsel- en slachtafvallen (pluimvee)

    268 0 0 0 51 0 0 0

    Regeling verbod diermelen in diervoeders en tijdelijke regeling verbod dierlijke eiwitten in alle diervoeders Beschikking 94/381/EG, verbod diermelen in diervoeders

    505 40 10 14 259 22 7 2

    Verordening VVR handel in dierlijke eiwitten 1997 209 4 0 0 54 3 3 0

    Totaal 7875 840 108 53 5981 547 130 16

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 24 van 28

    Tabel 8: Resultaten van de registraties in het kader van GMP-controle in 2002. Onderwerp Totaal aantal

    controles 2001

    Aantal tekort-komingen

    Aantal afwijking

    Aantal meldingen

    Totaal aantal controles

    2002

    Aantal tekort-komingen

    Aantal afwijking

    Aantal meldingen

    ADJ-stoffen 211 27 6 0 122 18 3 0Ongewenste stoffen 299 5 1 0 133 11 3 2Hygiene/microbiologie 358 54 14 0 162 19 3 0BSE-regelgeving 235 11 0 0 109 11 2 0

    Ov. Regelingen , w.o. Japan 169 9 5 0 92 1 1 0 Tabel 9: Resultaten van de monstersonderzoek.

    Parameter Aantalanalyses

    1e halfjaar 2002

    Aantal tekortkomingen

    Aantal analyses 2e halfjaar

    2002

    Aantal tekortkomingen

    Totaal aantal

    analyses 2002

    Tekortkomingen

    aantal % Ruw eiwit mengvoer 152 14 250 15 402 29 7Fosfor mengvoer 149 6 248 10 397 16 4 Ruw eiwit ruwvoer en natte bijproducten 61 28 139 76 200 104 52 Fosfor ruwvoer en natte bijproducten 60 20 139 34 199 54 27 Aflatoxine 38 0 6 0 44 0 0 ADJ-stoffen/medicijnen 51 14 84 22 135 36 27Salmonella in pluimveevoeders 248 0 291 2 539 2 0.4 Hyginische productie en handel Huisdiervoeders (entro's)

    30 0 23 0 53 0 0

    Diermeel in rundveevoer 80 0 64 0 144 0 0 Diermeel in schapen en geitenvoeders 2 0 5 0 7 0 0 Diermeel in vetten 0 0 0 0 0 0 0Diermeel in overige voeders voor landbouwhuisdieren

    25 0 87 2 112 2 1.8

    Totaal diermeel 107 0 156 2 263 2 0.7

    n.b. = niet bekend; deze getallen zijn alleen per jaar gerapporteerd en niet per halfjaar opgesplitst.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 25 van 28

    Tabel 10: Aantal uitgevoerde analyses (n) op aanwezigheid van schadelijke elementen en het aantal geconstateerde tekortkomingen (tkk).

    Arseen Cadmium Fluor Kwik Lood NikkelVoedermiddel n tkk n tkk n tkk n tkk n tkk n tkk

    Voedermiddelen 1 0 2 0 0 0 2 0 3 0 0 0Volledige diervoeders (mengvoeders)

    0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

    Aanvullend diervoeder

    0 0 0 0 0 0 0 0 6 4 0 0

    Premixen 1 0 1 0 0 0 0 0 1 0 0 0Vetten en olin 1 0 1 0 0 0 1 0 1 0 1 0Fosfaten 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0Mineralen en spoorelementen

    8 1 8 0 0 0 5 0 26 8 0 0

    Kaolinietachtige 2 1 2 0 0 0 2 0 11 1 0 0Totaal 13 2 14 0 0 0 10 0 48 13 1 0 Tabel 11: Aantal analyses van voedermiddelen en diervoeders die zijn gecontroleerd op aanwezigheid van dioxine en PCBs en het aantal tekortkomingen. Dioxine PCBsVoedermiddel / diervoeder Aantal

    analyses Aantal

    tekortkomingen Aantal

    analyses Aantal

    tekortkomingen Vetten en olin 1 0 10 0 Mineralen 5 0 0 0Kaolinietachtige 1 0 0 0Overige voedermiddelen 0 0 0 0Volledige diervoeders (mengvoeders)

    0 0 0 0

    Premixen 0 0 0 0Totaal 7 0 10 0

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 26 van 28

    Tabel 12: Overzicht van het aantal bedrijven die producten bereiden of in het verkeer brengen waarvoor een erkenning nodig is. Producten Erkenning Bereiden Erkenning In het verkeer brengen Toevoegingsmiddelen A 34 I1 30 Bijzondere N-houdende producten A 34 I1 30 Voormengsels met toevoegingsmiddelen B 42 I2 36 Mengvoeders met voormengsels C en E 174 -- nvt Mengvoeders met voedermiddelen, met gehaltes aan ongewenste stoffen of producten die maximumgehalten overschrijden

    D 203 -- nvt

    Totaal 487 96 nvt = niet van toepassing Opmerking: Bij punt 1 en 2 (in de kolom bereiden) wordt tweemaal het aantal A erkenningen vermeld. De A erkenning is zowel van toepassing op bedrijven die toevoegingsmiddelen bereiden, als op bedrijven die bijzondere stikstofhoudende producten bereiden. Onder punt 1 en 2 (in de kolom In het verkeer brengen) wordt tweemaal het aantal I1 erkenningen vermeld. De I1 erkenningen is zowel van toepassing op bedrijven die toevoegingsmiddelen verhandelen, als op bedrijven die bijzondere stikstofhoudende producten verhandelen. Het totaal aantal dat is aangegeven onderaan beide kolommen bevat dus een dubbeltelling.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 27 van 28

    Tabel 13: Overzicht van het aantal bedrijven die producten bereiden of in het verkeer brengen waarvoor een registratie nodig is. Producten Registratie Bereiden Registratie In het verkeer brengen Toevoegingsmiddelen A 39 I1 48Voormengsels met toevoegingsmiddelen B 44 I2 39 Mengvoeders met voormengsels C en D 214 -- nvt

    Mengvoeders met toevoegingsmiddelen C en D 214 -- nvt

    Mengvoeders voor gezelschapsdieren met voedermiddelen, behorende tot de groepen vitamine A en D, koper en selenium

    C(2) 29 -- nvt

    Totaal 540 87 nvt = niet van toepassing Opmerking: Bij punt 8 en 9 (in de kolom bereiden) wordt tweemaal het aantal C en D registraties vermeld. Deze registraties zijn van toepassing op bedrijven die mengvoeders met zowel voormengsels als toevoegingsmiddelen bereiden. Het totaal aantal dat is aangegeven onderaan de kolom bereiden bevat dus een dubbeltelling.

  • Jaarverslag Keuringsdienst Diervoedersector 2002 Pagina 28 van 28

    Tabel 14 Aantal administratieve controles en afwijkingen ten behoeve van etikettering, aantal onderzochte monsters en afwijkingen ten behoeve van declaratie. Bedrijfstype Etikettering Declaratie controles tekortkomingen monsters tekortkomingenVoormengselbedrijf 19 1 28 11Mengvoerbedrijf 240 16 553 52Veehouderijbedrijf 3 0 4 4Overige 87 3 162 56Totaal 349 20 747 123

    Opmerking: Tekortkomingen worden geclassificeerd in een drietal categorien ,te weten: Opmerkingen (aandachtspunten), Afwijkingen en Meldingen. Herhaalde afwijkingen of ernstige en/of kritische overtredingen worden gemeld (Meldingen) aan de AID (opsporing, sanctionering), RVV (toezicht op toezicht) en/of de secretaris van het Productschap (sanctionering).

    2.2Taakstelling en werkwijze2.2.1Toezicht op de wettelijke regelgeving2.2.2Toezicht op de vrijwillige regelingen2.2.2.1 Algemeen2.2.2.2 GMP+-regeling2.2.2.3 Labcode-regeling2.2.2.4 MINAS-regeling2.2.2.5 Aanvullende erkenningen en regelingen2.2.2.6 Toezicht op Certificatie Instellingen

    2.3Relaties met derden2.3.1Algemene Inspectiedienst (AID)Rijksdienst voor de Keuring van Vee en Vlees (RVV)LaboratoriaLNV

    3 DOELSTELLINGEN 2002 EN REALISATIE3.1Personeel, middelen3.2 Verdeling van beschikbare capaciteit3.3 Inschakeling derden3.3.1SGS Internationale Controle Maatschappij (I.C.M.) B.V.PRECON

    Erkenning van Raad voor Accreditatie

    4 CONTROLERESULTATEN BASISKWALITEIT4.1Tekortkomingen basiskwaliteit: afwijkingen4.1.1 Afwijkingen naar aanleiding van Verordening PDV diervoeders 1998Afwijkingen naar aanleiding van Verordening Vvr erkenningsregeling MINAS leveranciers diervoeders 1997

    4.2Tekortkomingen basiskwaliteit: meldingenMeldingen aan de AID4.2.2 Meldingen aan de RVV4.2.3Overige meldingen aan het Productschap Diervoeder

    4.3Monsteronderzoek4.3.1Salmonella4.3.2Aanwezigheid van dierlijke eiwitten in herkauwervoer4.3.3Weenderanalyse4.3.4ToevoegmiddelenDioxine, PCB en andere parameters in vetstoffenMonsteronderzoek VVR hygienische productie en handel huisdiervoeders 1997 (HPH)Zware metalenIncidentele acties

    5 CONTROLERESULTATEN AUTONOME (VRIJWILLIGE) KWALITEITSREGELINGEN5.1 Controle op GMP+5.1.1HACCP

    Labcode toets

    6RESULTATEN OVERIGE ACTIVITEITEN6.1 Monitoring bedrijfseigen onderzoekSalmonellaDiermeel in diervoeders

    6.2Acties naar aanleiding van meldingen6.3Certificerende instellingen

    SAMENVATTINGControle op de basiskwaliteitBIJLAGE 1: TABELLEN.Overige verordeningen en regelingen

    Totaal