het ontstaan der dingen th.a.c. colenbrander
TRANSCRIPT
In de collectie van het Museum Boijmans Van
Beuningen bevindt zich het archief D.J. Hulsbergen
(1894-1965), dat vee I inzicht biedt in de activiteiten
van Colenbrander. Het bestaat uit twee kisten uit 1922
met geglazuurde tegels. Deze dienden als kleurstaal bij
het samenstellen van het palet dat voor elk decor werd
gedeflnieerd. Uit dit totaal van 73 kleuren koos en
gebruikte Colen brander er uiteindelijk 36. Verder zijn
er twee stookproeven. Bovendien is er een grote groep
modeltekeningen en decorontwerpen en een
omvangrijke correspondentie tussen Hulsbergen en
Colenbrander over allerlei heikele kwesties als
flnanciering van de nieuwe fabriek, het ontwikkelen
van nieuwe modellen, de samenstelling van de gietklei,
de werkplek, de assistenten, de stookproeven en wat
dies meer zij.
01 Olijfgroen
02 5troogeel
03 Bios
04Wit
05 Gloedrood
06 Donkerblauw
07 Goudgeel
08 Violet
09 Malva
10 Lila
11 Lentegroen
12 Wintergroen
13 Koperrood
14 Kopergeel
1 5 Kopergroen
16 Kastanjegeel
17 Loodblauw
18 Waterblauw
19 Turquoise
20 Rose
21 Oranje
22 Bessennat
23 Donkerblauw
24 Blauw
25 Geel
26 Winter
27 Vermiljoen
28 Korenblauw
29 Turkoise
30 Don kerpaars
31 Don kerrood
32 Lila (vorst)
33 Zomergroen
34 Gloedrood
35 Goud
36 Brons
37 Vleesch kleu r
38 Malve
39 Lentegroen
40 Bleekgroen
41 Aurora
42 Zand
43 Vleeschkleur (rozenrood)
44 Korenblauw
45 Bleekgroen
46 Wintergroen
47 Grijs
48 Brons
49 Donkergroen
50 Blauw
51 Zwart
52 Bloedrood
53 Turquoise
54 Matgoud
55 Rood
56 Helgroen
57 Groen
58 Rood
59 Rood
60 Donkerrood
61 Rood
62 Mosgroen
63 Mosgroen (donker)
64 Rood (Iicht)
65 Groen (blauw)
66 Vermillioen
67 Rood
68 Turquoise (donker)
69 Napelsgeel
70 Bleekgeel
71 Blauw (Turquoise)
72 Brons
73 Licht Brons
literatuur
Verwonderd en bewonderend
zit ik nu met de doosjes naast
mij die een kleine nieuwe
wereld bevatten waaraan
het leven moet worden
ingeblazen, De ziel zit er
wei in; maar heeft de juiste
uitdrukkingsmiddelen nog
niet.
Colenbrander, 29 juli 1923
Tent,cat, TAC Co/enbrander (1841-1930), Plateelbakkerij 'RAM' te Amhem, Arnhem (Gemeentemuseum) 1987
R, Mills, 'Motif and Variations: A study of Dutch Art Nouveau Ceramic and Carpet Designs by
TA,C Colenbrander', Studies in the Decorative Arts, IV (1996-1997) I, p, 85-117
T,M, Eliens, TA,C Co/enbrander (1841-1930) ontwerper van de Haagse Plateelbakkerij Rozenburg, Zwolle 1999
Doel en streven:
de menschheid in hare
ontwikkeling ten goede
komende. Vrede op aarde
moet worden bereikt.
Ik geloof, dat de stoffelijke
werkelijke schoonheid
steeds in die richting zal
steunen, maar ijdele
pronk en praal is uit den
booze. Weg met de
prullen en modeartikelen :
Colenbrander, 28 februari 1919
Het is bijna onvoorstelbaar om de tomeloze productie van ruim zestig keramische
modellen en zevenhonderd verschillende decors in zeven jaar voor Plateelbakkerij
de Ram in Arnhem toe te dichten aan een bijna tachtigjarige. Toch slaagde Colen
brander erin om op deze hoge leeftijd een dergelijke uiterst omvangrijke collectie
samen te stellen en de productie van gedecoreerde industriele keramiek in Neder
land nieuwe impulsen te geven.
Colenbrander, opgeleid als architect, wist tegen het eind van de negentiende eeuw
internationale roem te vergaren met zijn hoogst persoonlijke keramiek die hij tussen
1884 en 1889 voor Rozenburg ontwikkeld had. In de jaren erna legde hij zich vooral
toe op het ontwerpen van vloerkleden voor diverse weverijen. Omstreeks 1914
werkte hij aan nieuwe modellen voor de Plateelbakkerij Zuid-Holland. Zowel zijn
twee- als driedimensionale werk getuigt van een zeer sterke individualiteit en oor
spronkelijkheid. Vooral natuur- en in een enkel geval ook architectuurmotieven wist
hij tot een zinderend geheel van welhaast hallucinerende, geabstraheerde motieven
sam en te smeden, veelal uitgevoerd in opvallende kleurcombinaties.
~ wijze waarop hij de teekeningen van bloemen maakte,
: bloemen herleidend tot haar primitive vormen, ze lospluizend,
tschuivend, verwijdend al naar de vorm der vazen of schotels
:t eischte, altijd de vorm consequent volgehouden en het weeke
lppen van uitgeplozen bloembladeren behoudend, innig
:dendaagsch van opvatting, niet geserreed als b.v. de lotosbloem
later de Iys de France, die dan ook meer als oneindig herhaald
:coratief gebruikt werden, is bewonderenswaardig.
emporaine anonieme recensie
Herhalingen, rotaties en spiegelingen van patronen zette hij bij zijn ontwerpproces
in, voor die tijd gebruikelijke methodes bij het toepassen van vlakornamentiek. Op
bekers en vazen herhaalde Colen brander een asymmetrisch patroon vier, zes of
twaalf maal. In een enkel geval spiegelde hij een patroon drie keer, waardoor een
symmetrisch decor ontstond. Ook waren er modellen met een asymmetrisch motief
dat de hele vaas omsloot. Op schotels en kommen bracht hij een asymmetrisch
vlakvullend patroon aan of herhaalde een motief drie, vier of vijf maal.
In 1919 begon hij aan de moeizame taak om nieuwe keramische vormen en decors
te ontwikkelen onder technisch de best mogelijk denkbare omstandigheden: in een
eigen fabriekje, gefinancierd door toegewijde vrienden en ondersteund door de
beste vaklui . Ongekend veel tijd stak hij in de ontwikkeling van nieuwe glazuren.
De werkwijze van Colen brander was als voigt. Allereerst ontwierp hij op papier
profielen voor de modellen . Op basis hiervan werd een moedervorm gedraaid uit
een blok gips. Deze diende als basis voor een lossende meerdelige gipsen mal, waar
in klei gegoten kon worden. Deze gegoten modellen worden na droging gestookt.
Dit noemt men het biscuitmodel, dat vervolgens geglazuurd kon worden.
Voor de vormen ontwierp Colenbrander patronen, in eerste instantie op papier en
vervolgens op een biscuitmodel. Colen brander tekende de decors met potlood en
kleurde deze met verf in. Op een model konden, omdat de patronen zich op een
dergel ijke vorm herhaalden, op uiterst efficiente wijze meerdere decors in segmenten
" 3
60
En toen vlogen er zoveel visioenen en losse bloemtekeningen op
mij los, dat ik mij er bepaald doorheen moest slaan.
Colenbrande r aan Hulsbergen, 1 1 jun; 1919
worden aangebracht. Deze werkmodellen waren het voorbeeld voor de decorateur.
Hij nam het patroon op een unieke, gepatenteerde wijze over op de te glazuren
modellen. Voor het overbrengen van patronen werden niet de gebruikelijke geper
foreerde papieren mallen gebruikt, waarmee je met houtskool stippen op de kera
miek kon aanbrengen. De Ram ontwikkelde een soepel doorschijnend vlies op basis
van cellulose, dat een afdruk was van het biscuitmodel. Eerst zette hij de contouren
in zwart neer om het daarna met emailglazuren als een kleurplaat in te kleuren .
Deze werden dekkend gebruikt en konden direct tegen elkaar worden geplaatst. Er
was geen penseelstreek zichtbaar. Nadeel was dat de dikke verf zich moeizaam op het
biscuit liet overbrengen. Het geglazuurde model kon vervolgens voor de tweede
keer in de oven gestookt worden.
... Gisteren heb ik de
teekenkamer [ ... ]
betrokken met Willem de
Schilder. [ .. ] Het zal nog
wei een goede veertien
dagen duren eer dat
gestookt kan worden,
omdat Willem tevens eerst
al mijn patronen (die nu
op de modelvazen staan)
over moet brengen op een
gelijk getal modellen die
ik dan weer met waterverf
beschilderde die, gevernist
zijnde, voortaan als model
dienen voor capie de
stukken die in den oven
gaan. Het is een heel werk;
maar alles gaat even vlug.
Mijn oerpatronen op de
modelvazen, gaan dan in
het archief en kunnen
weer gecopieerd worden
als de tegenwoordige
copiemodellen wat slijtage
hebben ondervonden ...
Colenbrander aan Hulsbergen,
31 maart 1921
Colen brander was zeer ingenomen met het resultaat dat hij bij de Ram had weten te
bereiken. Zijn zoektocht naar de beste combinatie van klei, glazuur en stookproces
had met het werk voor de Ram tot een hoogtepunt geleid.ln de laatst bekende brief,
kort voor zijn overlijden concludeerde hij, niet wars van enige pathos:
Alles is bereikt. Colen brander aan Hulsbergen, 30 juli 1929
Geheel ~ae-::::
verven ve c-
De oxyd
worden
Geheel tegen de wens van Colenbrander in gaat men bij de Ram ook met oxide
verven werken.
De oxydeverven[ ... ] kunnen dunner worden opgestreken dan de mijne, maar zij
worden altijd ongelijk - aquarelgewijze. Dat is iets wat mijn patronen niet kunnen
verdragen; 't is prutswerk.
Colen brander aan Hulsbergen, ongedateerd, na 1924