Download - MVO Plan Rolf Van Den Boogaart
COÖPERATIE EERSTE DIVISIE
MVO plan Voor de ontwikkeling van een maatschappelijk
project
Rolf van den Boogaart 2205067
3C Marc Boele & Martijn Musters
1-9-2014
Voetbal is meer dan voetbal. De maatschappelijke kant van de sport wordt steeds belangrijker. De Coöperatie Eerste Divisie onderscheidt vier maatschappelijke pijlers namelijk: Opleiden, Gezondheid & Vitaliteit, Kennis & Innovatie en MKB & ZZP. Dit MVO plan geeft invulling aan de maatschappelijke pijler opleiden in de vorm van een maatschappelijk project.
2
Titelpagina
MVO plan: Coöperatie Eerste Divisie
Student:
Rolf van den Boogaart 3C 2205067
Opleiding:
SPECO Sport Marketing & Management
Fontys Economische Hogeschool Tilburg
Prof. Goossenslaan 1-02
5022 DM Tilburg
Beoordelende docent:
Martijn Musters
Telefoonnummer: 06 52 54 02 54
Email: [email protected]
Bedrijf:
Coöperatie Eerste Divisie
Woudenbergseweg 21
3707 HW Zeist
Contactpersoon Coöperatie Eerste Divisie:
Marc Boele, algemeen directeur CED
Telefoonnummer: 06 10 21 03 63
Email: [email protected]
Dit onderzoek is uitgevoerd in de periode van september tot en met
december 2014.
Gereedgekomen; 16 januari 2015 te Zeist
3
Samenvatting
4
Voorwoord
Voor u ligt mijn MVO plan geschreven voor de Coöperatie Eerste Divisie.
Coöperatie Eerste Divisie
Voor de opleiding Marketing & Communicatie MBO niveau 4 ben ik afgestudeerd bij de Betaald
Voetbal Organisatie FC Den Bosch. Hierna heb ik voor de vervolgopleiding SPECO Sport &
Marketing/Management in Tilburg gekozen.
Ik moest en zou mijn derdejaarsstage op SPECO wederom in de voetbalwereld volbrengen. Niet voor
een BVO, maar een andere uitdaging. Via KNVB Talent Team kwam ik bij de Coöperatie Eerste Divisie
terecht. Ik was verkocht, dagelijks werken in de inspirerende voetbalomgeving van het voetbalhuis in
Zeist.
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Voetbal is meer dan voetbal. In de huidige tijd zijn sportorganisaties op zoek naar maatschappelijke
commerciële verdienmodellen en moeten sponsoren anno nu hun sponsorschap kunnen
verantwoorden. Vanuit die optiek is een maatschappelijk ingevuld sponsorschap enorm trending op
het moment. De maatschappelijke invulling is veelal in de vorm van een maatschappelijk project. Het
proces voor de ontwikkeling van een maatschappelijk project was een leuk en vooral leerzaam
traject.
Dankwoord
Graag wil ik een aantal mensen bedankten. Allereerst gaat mijn dank uit naar de heer M. Musters
voor de fijne begeleiding, goede tips en de feedback op mijn rapport. In het begin vond ik het lastig
om richting te geven aan mijn onderzoek. Hij heeft mij daar enorm mee geholpen. Daarnaast wil ik
graag de heer M. Boele bedanken. Natuurlijk voor de kans om mijn derdejaarsstage in deze
inspirerende voetbalomgeving bij de Coöperatie Eerste Divisie te mogen volbrengen. Ook stond hij
altijd voor mij klaar bij vragen en heeft hij mij geholpen om de MVO uitdaging van de Coöperatie
Eerste Divisie helder voor ogen te krijgen. Verder wil ik ook graag de heer M. Vreuls bedanken voor
de prettige samenwerking. Zowel voor dit MVO plan als andere werkactiviteiten heb ik aan de heer
M. Vreuls altijd een steunpilaar gehad. Ten slotte bedank ik alle respondenten van mijn onderzoek,
want zonder deze respondenten had mijn onderzoek geen vorm kunnen krijgen.
Ik wens u veel plezier toe bij het lezen van dit MVO plan.
Rolf van den Boogaart
Zeist, 16 januari 2015.
5
Inhoudsopgave
Samenvatting ........................................................................................................................................... 3
Voorwoord .............................................................................................................................................. 4
Inhoudsopgave ........................................................................................................................................ 5
H1. Inleiding ....................................................................................................................................... 7
1.1 Aanleiding ................................................................................................................................ 7
1.2 Probleemstelling ...................................................................................................................... 7
1.3 Onderzoeksdoelstelling ........................................................................................................... 7
1.4 Onderzoeksvragen ................................................................................................................... 7
1.5 Onderzoeksmethode ............................................................................................................... 8
H2. Interne analyse ............................................................................................................................ 9
2.1 Historie .................................................................................................................................... 9
2.2 Coöperatie Eerste Divisie ........................................................................................................ 9
2.3 Huidige waardestrategie ....................................................................................................... 11
2.4 Marketingaudit ...................................................................................................................... 11
2.5 Organisatieaudit .................................................................................................................... 13
2.6 Conclusie ............................................................................................................................... 14
H3. Maatschappelijke issues onderwijs ........................................................................................... 15
3.1 Ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ..................................................................... 15
3.2 Benchmark ............................................................................................................................. 18
3.3 Conclusie ............................................................................................................................... 20
H4. Jupiler League clubs................................................................................................................... 21
4.1 Roda JC .................................................................................................................................. 21
4.2 SC Telstar ............................................................................................................................... 22
4.3 FC Oss .................................................................................................................................... 23
4.4 Sparta Rotterdam .................................................................................................................. 24
4.5 RKC Waalwijk ......................................................................................................................... 25
4.6 Conclusie ............................................................................................................................... 26
H5. Onderwijsinstellingen ................................................................................................................ 27
5.1 SG de Overlaat ....................................................................................................................... 27
5.2 Zadkine college ...................................................................................................................... 28
5.3 De Toermalijn ........................................................................................................................ 29
5.4 Conclusie ............................................................................................................................... 29
H6. Conclusies .................................................................................................................................. 30
6
6.1 Coöperatie Eerste Divisie / Jupiler League ............................................................................ 30
6.2 Maatschappelijke issues onderwijs ....................................................................................... 30
6.3 Stakeholders .......................................................................................................................... 30
Adviesplan ............................................................................................................................................. 32
Project Techniek Experience ............................................................................................................. 32
Partners ............................................................................................................................................. 33
Next steps .......................................................................................................................................... 34
Bibliografie ............................................................................................................................................ 35
Bijlagen .................................................................................................................................................. 37
Stagedossier .......................................................................................................................................... 64
7
H1. Inleiding
1.1 Aanleiding Sinds 6 juli 1999 hebben alle Eerste Divisie (Jupiler League) clubs zich verenigd in de overkoepelende
organisatie Coöperatie Eerste Divisie (CED). De CED behartigt de belangen van alle clubs uitkomend
in de Jupiler League in het algemeen en de gemeenschappelijke commerciële belangen in het
bijzonder, waaronder het sluiten van overeenkomsten met derden. De CED is eveneens de
gesprekspartner van alle stakeholders rondom de zestien (individuele) clubs plus Achilles’29.
Achilles’29 is officieel geen lid van de CED, maar doet wel mee aan alle commerciële rechten en
plichten.
Voetbal is meer dan voetbal. De maatschappelijke kant van de sport wordt steeds belangrijker. De
Coöperatie Eerste Divisie onderscheidt vier maatschappelijke pijlers namelijk: Opleiden, Gezondheid
& Vitaliteit, Kennis & Innovatie en MKB & ZZP. De Jupiler League is een tussenstap voor het hoogste
niveau. Een proces waarin jongetjes man worden. De maatschappelijke pijler opleiden kenmerkt de
Jupiler League. Om dit kenmerk verder uit te bouwen wil de Jupiler League niet alleen op het veld
maar ook daarbuiten actief opleiden. Dit onderzoek staat in het teken van de maatschappelijke pijler
opleiden en geeft invulling aan een maatschappelijk opleidingsproject.
1.2 Probleemstelling “Op welke wijze kan de Coöperatie Eerste Divisie een maatschappelijk opleidingsproject creëren in
samenwerking met publieke private partijen?”
1.3 Onderzoeksdoelstelling “Inzicht krijgen in wat er mogelijk/interessant is op maatschappelijk gebied en wie zich vervolgens wil
binden aan deze maatschappelijke visie van de Coöperatie Eerste Divisie onder onderwijsinstellingen
en challengers om vervolgens tot een maatschappelijk opleidingsproject te komen.”
1.4 Onderzoeksvragen
De onderzoeksvragen ondersteunen de probleemstelling en geven richting aan het onderzoek.
Hiervoor zijn de volgende onderzoeksvragen opgesteld:
1. Hoe ziet de organisatie van de Coöperatie Eerste Divisie eruit?
a. Over welke (unieke) middelen en competenties beschikt de Jupiler League?
2. Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen binnen de maatschappij?
a. Welke maatschappelijke issues spelen er op het gebied van opleiden?
3. Hoe ziet de aanbodkant op maatschappelijk gebied er bij de Jupiler League clubs uit?
a. Wat voor maatschappelijke projecten organiseert de club?
b. Zijn er op dit moment samenwerkingsverbanden?
c. Welke activiteiten onderneemt de club die in het teken staan van opleiden?
4. Wat zijn de belangrijkste wensen en actuele issues bij onderwijsinstellingen?
a. Waar hebben onderwijsinstellingen behoefte aan?
b. Hoe ziet de samenwerking met een BVO eruit?
8
1.5 Onderzoeksmethode
Onderzoeksvraag Onderzoeksmethode
Hoe ziet de organisatie van de Coöperatie Eerste
Divisie eruit?
Deskresearch; Interne analyse
Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen binnen
de maatschappij?
Deskresearch; Documenten en Publicaties
Ministerie OCW
Hoe ziet de aanbodkant op maatschappelijk
gebied er bij de Jupiler League clubs uit?
Field research; Interview clubs
Wat zijn de belangrijkste wensen en actuele
issues bij onderwijsinstellingen?
Field research; Interview onderwijsinstellingen
9
H2. Interne analyse
Het doel van de interne analyse is om de sterkten en zwakten van de organisatie in kaart te brengen.
2.1 Historie
In 1956 werd de Eerste Divisie tegelijkertijd met de Eredivisie en Tweede Divisie opgericht. Sinds
1956 zijn er dertig verschillende kampioenen geweest. Het gemiddelde aantal goals per wedstrijd ligt
rond de 3,26. In het seizoen 1962-1963 wordt de Eerste Divisie een competitie met zestien clubs. Dr.
Ab Wit introduceerde het periodesysteem in de Eerste Divisie om de competitie spannender te
maken. In het seizoen 1982-1983 werd shirtsponsoring geïntroduceerd in het betaalde voetbal. In
1990 kreeg de competitie voor de eerste keer een commerciële naam: de TOTO Divisie. In 1995 is de
Coöperatie Eerste Divisie (CED) opgericht. De CED behartigt de belangen van clubs uitkomend in de
Eerste Divisie. In 2000 kwam de kernwaarden toegankelijk tot leven. Er is een lage drempel om een
Eerste Divisie wedstrijd te bezoeken.
Op 6 mei 200 kwam een recordaantal
toeschouwers naar een wedstrijd
uit de Eerste Divisie. Gouden Gids
werd de nieuwe divisiepartner in
2001 van de Eerste Divisie. De nieuwe
naam werd Gouden Gids Divisie. In
2004 werd Stichting Meer dan Voetbal
opgericht door de KNVB, de Eredivisie,
en de CED zelf. Door Meer Dan Voet-
bal zijn clubs zeer bewust van hun
rol in de omgeving. De derde
naamgever van de Eerste Divisie werd
het biermerk Jupiler.
De Eerste Divisie heet vanaf 2006 Jupiler League. De Gouden en Bronzen Stier werden in 2009
geïntroduceerd. In de categorieën Beste Trainer en Speler, Grootste Talent en Topscorer. De
ontknoping in het seizoen 2010-2011 is misschien wel de meest spectaculaire ontknoping in de
geschiedenis van de Eerste Divisie. Vorig seizoen (2013-2014) deden Achilles’29 en de drie beloften
teams van Ajax, PSV en FC Twente hun intrede in de Jupiler League (Vreuls, Brandbook, 2013/'14).
2.2 Coöperatie Eerste Divisie
2.2.1 Missie
“De CED creëert in samenwerking met alle Eerste Divisie clubs een podium waarbij sportieve,
financieel strategische, maatschappelijke en commerciële belangen bij elkaar komen om de
voetballiefhebber als supporters of sponsor te binden aan de voetbalclubs en de competitie.”
(Molenaar, Bram, 2013/'14)
2.2.2 Visie
“Collectief gedragen. Midden in de samenleving: ambitieus, aantrekkelijk en toegankelijk.”
Figuur 1 Ruud van Nistelrooy 1996-1997
10
Figuur 2 Midden in de samenleving
De Jupiler League heeft op vele wijzen een positie midden in de samenleving. Het is een plek van
ontwikkeling. De perfecte omgeving voor sport spel activiteiten. Een gemeenschap waar ook de
zakelijke markt contacten onderhoudt.
Concreter is de visie uitgewerkt in twee motiverende ambities. Een sportieve ambitie en een
maatschappelijke ambitie.
Figuur 3 Ambities
Voor de maatschappelijke ambitie is een commercieel voorstel gedaan:
“We zijn niet de grootste, maar kunnen wel de slimste en meest innovatieve zijn! We willen ons doel
bereiken door samen te werken met (lokale) overheden en challengers die inhoud willen geven aan
onze gezamenlijke richting.” (Berger, 2013)
11
2.3 Huidige waardestrategie
2.3.1 Waardedisciplinemodel Treacy & Wiersema
De rol van de CED wordt uitgelegd aan de hand van het waardedisciplinemodel Treacy & Wiersema.
Het waardedisciplinemodel is onderverdeeld in drie segmenten. Operational excellence: concurreren
op lage prijs en probleemloze service. Product leadership: concurreren op hoogst wenselijke.
Customer intimacy: leveren wat de klant nodig heeft en relatie aangaan. Welke toegevoegde waarde
levert de CED?
Customer intimacy is het segment waar de CED zich op focust. De CED is belangenbehartiger van
zestien individuele clubs plus Achilles’29. Een recent voorbeeld is het Beleven & Binden project.
Figuur 4 Cyclus binnen het voetbal
Zoals figuur 4 aangeeft denken veel clubs gelden te ontvangen door voetbaltechnisch te denken. Veel
geld investeren in voetbal, de sportieve resultaten zullen stijgen wat vervolgens zal leiden tot meer
inkomsten van o.a. supporters, sponsoren etc. Maar er is meer. De CED stelt hoge eisen aan
draagvlak creëren en dus maatschappelijk actief zijn. Deze pijler moet onderdeel zijn van wat de
organisatie doet. Hier helpt het Beleven & Binden project bij. Er zijn vijf stappen opgesteld die helpen
bij het creëren van beleving. Deze vijf stappen worden grondig uitgelegd, waarnaar de clubs kunnen
kijken of ze hieraan voldoen (Molenaar, Bram, 2013/'14).
Daarnaast heeft de CED een sterke samenwerking met landelijke partners in de vorm van
sponsordeals. Deze sponsoren leveren financiële middelen, producten/diensten etc. waar de
individuele clubs weer gebruik van kunnen maken (Maarten Vreuls, 2013/'14 ).
2.4 Marketingaudit
2.4.1 Positionering
De Jupiler League positioneert zichzelf ten opzichte van andere sportcompetities in Nederland, met
name de Eredivisie. De Eerste Divisie wordt gepositioneerd als ‘Altijd Verrassend’ richting de
voetballiefhebber. Altijd Verrassend kan zowel positief als negatief opgevat worden. De Jupiler
League moet anders gepositioneerd worden. De League en de clubs staan garant voor
talentontwikkeling en opleiden, hier liggen mogelijkheden (Molenaar, Bram, 2013/'14).
“De Jupiler League biedt de voetballiefhebber ambitie, innovatie, sensatie en toegankelijkheid en
onderscheidt zich van de concurrent door het bestaansrecht als enorme kweekvijver.”
12
Door gericht in te spelen op deze kernwaarden wordt de gewenste positionering een actuele
positionering. Zo werd er vorig seizoen (2013-2014) ingespeeld op de kernwaarden toegankelijk. Een
nieuwe competitiestructuur zorgde ervoor dat Achilles’29 en de beloftenteams van Ajax, PSV en FC
Twente hun intrede deden in de Jupiler League. Met name dit laatste onderstreept het bestaansrecht
als kweekvijver (Vreuls, Maarten, 2013/'14).
2.4.2 Jupiler League
Het product van de KNVB is voetbal, waaronder de Jupiler League. Na de Eredivisie is de Jupiler
League de grootste sportcompetitie van Nederland. De Jupiler League is een kweekvijver van jong
talent. Met ruim 1,2 miljoen bezoekers in de stadions per seizoen, aandacht via televisie, radio en
internet heeft de Jupiler League een groot bereik en dus een mooi landelijk platform met een
regionale lokale worteling. De Jupiler league bestaat uit twintig individuele clubs, waarvan zestien
individuele clubs plus Achilles’29 aangesloten zijn bij de CED.
Figuur 5 Geografische ligging clubs
Figuur 5 laat zien dat de Jupiler League vrijwel over het hele land verspreidt zit met een regionale
lokale worteling.
De Jupiler League is: Ambitieus, Inventief, Spectaculair en Toegankelijk.
Ambitieus
De Eerste Divisie is ambitieus. Alle clubs in de Jupiler League hebben een positie midden in de
samenleving en kan deze ten volste benutten. De League heeft de MVO ambitie om van elke club een
regionale plaats van ontwikkeling te maken.
13
Inventief
De Eerste Divisie is een verzameling van inventieve en sociale clubs. FC Oss bijvoorbeeld verbouwt
het hele stadion voor een talentencampus in samenwerking met scholen. Hier kunnen studenten in
de omgeving inventieve projecten uitvoeren, denk aan onderzoek doen naar doellijntechnologie in
de Jupiler League. De Jupiler League was ook de eerste voetbalcompetitie met kunstgras.
Spectaculair
Attractief voetbal, veel doelpunten, grote jonge talenten zijn sportieve voorbeelden. Maar
maatschappelijk is de Jupiler League ook spectaculair. Het voorbeeld bij Helmond Sport waar de A-
selectie een spelers wasstraat hadden geopend voor de trouwe supporters. Er valt altijd wat te
beleven in de Jupiler League.
Toegankelijk
De League is op het veld een ideaal platform voor jonge talenten, maar ook worden de stadions elk
jaar meer toegankelijk voor jong & oud en het bedrijfsleven. De Jupiler League is voor iedereen, er is
voor een ieder wat wils (Molenaar, Bram, 2013/'14).
2.5 Organisatieaudit De Coöperatie Eerste heeft vier leden verdeeld over drie functies. PR & Communicatie, zender en
ontvanger richt media: kranten, website, FOX Sports etc. Accountmanagement, aanspreekpunt en
belangen behartiger richting alle individuele clubs. Algemeen directeur, werven van nieuwe
partnerships en eind verantwoordelijke voor alle werkzaamheden.
De organisatiestructuur van de Coöperatie Eerste Divisie:
Figuur 6 Organogram
De RvC bestaat uit drie leden die commercieel sterk zijn en een grote uitstraling hebben binnen het
voetbal. Vier keer in het jaar komen zij bij elkaar om o.a. de jaarrekening en de onderwerpen te
bespreken die van belang zijn tijdens de ALV. De ALV zijn alle voorzitters van de individuele clubs.
Eens per jaar komen alle voorzitters bij elkaar om het technisch, commercieel en financieel platform
door te nemen, maar ook andere zaken als doorstroom voetbalpiramide en het verdeelmodel
mediabaten (Berger, 2013).
14
2.6 Conclusie
De Jupiler League is de op één na grootste sportcompetitie van Nederland met 16 individuele clubs
plus Achilles’29 en claimt nadrukkelijk de thema’s voetbal en opleiden. De Jupiler League is een
proces waarin jongetjes man worden: op het veld, in het stadion en in de wijk. De Jupiler League is
een landelijk platform te volgen via televisie, radio en internet evenals in het stadion en heeft een
viertal merkwaarden: toegankelijk, ambitieus, spectaculair en inventief. De visie van de League
luidt: “Collectief gedragen. Midden in de samenleving: ambitieus, aantrekkelijk en toegankelijk.”
Voor de positie midden in de samenleving is een maatschappelijke ambitie opgesteld; regionale
plaats van ontwikkeling. De Coöperatie Eerste Divisie heeft een groot zakelijk netwerk met sterke
samenwerkingsverbanden. Om de ambitie te verwezenlijken wil de Coöperatie Eerste Divisie
samenwerken met (lokale) overheden en commerciële partijen die inhoud willen geven aan de
gezamenlijke richting.
15
H3. Maatschappelijke issues onderwijs
Het doel van dit hoofdstuk is om de issues in het onderwijs in kaart te brengen die spelen in de
maatschappij. Vanuit deze optiek is er gekeken naar het ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap.
De externe omgeving kan worden onderverdeeld in drie niveaus. De micro omgeving is de
organisatie. In de meso omgeving zitten de stakeholders en de macro omgeving is alles wat daar
buiten speelt (de buitenste ring in figuur 9).
Figuur 7 Externe omgevingen
3.1 Ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Het Ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) werkt aan een slim, vaardig en creatief
Nederland. Daarbij streeft OCW de volgende doelen na:
- Iedereen volgt goed onderwijs
- Iedereen bereidt zich voor op zelfstandigheid en verantwoordelijkheid
- Iedereen kan cultuur beleven
- Leraren, kunstenaars en wetenschappers kunnen hun werk doen
Het OCW werkt dus voor leerlingen, studenten en hun ouders, maar ook voor onderwijzers en
docenten van primair tot hoger onderwijs (Organisatie).
3.1.1 Beleidsagenda 2014
In de beleidsagenda 2014 worden de belangrijkste ambities en beleidsdoelen van het Ministerie
OCW gepresenteerd. Het Ministerie OCW streeft naar een onderwijs dat een leerklimaat biedt
waarin ambitie wordt aangemoedigd en mensen hun talenten ten volle benutten.
De ambities voor het onderwijs:
1) De prestaties van leerlingen en studenten gaan omhoog
Aan de hand van ‘gemiddelde score/eindcijfer omhoog’ worden de scores in het primair onderwijs en
voortgezet onderwijs gemeten. In 2012 is de gemiddelde score op de CITO-toets 535,5. De ambitie is
om deze score in 2015 naar 537 te verhogen.
Het Ministerie OCW wil in 2015 van goed onderwijs naar excellent onderwijs. Het is belangrijk dat
topprestaties worden erkend en aangemoedigd, leraren beter zijn aangegord en leerlingen meer dan
16
voldoende keuzemogelijkheden hebben. Het gemiddelde eindcijfer in het voortgezet onderwijs in
2015 moet met 0,2 punt omhoog.
Het slagingspercentage van het MBO ligt nu onder de 65%. De ambitie in 2015 is dat 70% van alle
MBO’ers de school verlaat met een diploma. De hogescholen en universiteiten hebben ook
ambitieuze doelen gesteld voor onder meer studiesucces en studietevredenheid.
2) Scholen en instellingen werken met goed opgeleide en professionele leraren, docenten en
schoolleiders, die samen zorgen voor een veilig en ambitieus leerklimaat
Vakmanschap staat centraal in het beleid van het Ministerie OCW. Het aantal (hoger) gekwalificeerde
docenten mag nog hoger de komende jaren.
3) Scholen en instellingen maken resultaten inzichtelijk en worden aangesproken op hun
prestaties, waarvoor door de overheid heldere normen zijn geformuleerd
Primaire en voortgezet onderwijsinstellingen moeten opbrengstgerichte scholen worden. Voor het
voortgezet onderwijs geldt dat 50% in 2015 en 90% in 2018 opbrengstgericht moet zijn. Voor het
primair onderijs geldt dat 60% in 2015 en 90% in 2018 opbrengstgericht moet zijn. In het voortgezet
en middelbaar beroepsonderwijs moet het aantal voortijdige schoolverlaters flink worden
teruggedrongen.
4) Aansluiting van het onderwijs op de behoefte van de arbeidsmarkt.
Het is een feit dat de (jeugd)werkloosheid stijgt en dat de aansluiting tussen onderwijs en
arbeidsmarkt prioriteit heeft. De arbeidsmarkt heeft weer behoefte aan technisch geschoold
personeel. Het is de bedoeling dat in 2016 30% van de studenten op het MBO een technische
opleiding kiest. Op het hoger onderwijs moet in 2016 19% van de studenten afstuderen op het vak
bètatechniek met snijvlakopleidingen (kennis, 2013).
Kortom, de basisvaardigheden van leerlingen moeten omhoog.
3.1.2 Onderwijsbegroting 2015
Veel leerlingen en docenten halen niet alles eruit wat erin zit en niet elke student zit op de juiste
plek. Daarom wil het Ministerie OCW een beter onderwijs voor iedereen.
Om het onderwijs toekomstbestendig te maken is er een bedrag van maar liefst 1,2 miljard euro
beschikbaar gesteld. Er wordt voornamelijk aandacht besteed aan de top. Het uitdagen en belonen
van toptalenten op alle niveaus. Studenten krijgen de mogelijkheid om hun opleidingen eerder af te
ronden en individuele vakken te volgen op een hoger niveau. Leraren en scholen geven aan dat het
huidig onderwijs niet ambitieus is en dat studenten onvoldoende worden voorbereid op verdere
uitdagingen. Vanaf 2015 gaat het mbo op de schop. Er is een fix bedrag gereserveerd voor een
excellentieprogramma, technische opleidingen en er komen kwaliteitsafspraken.
Onderwijsinstellingen worden afgerekend op hun prestaties. De arbeidsmarkt verandert in een rap
tempo. Het kabinet vergroot daarom de mogelijkheden voor bij-, na-, en omscholing. Voor
werknemers in het bedrijfsleven en de Rijksoverheid wordt het aantrekkelijker om te promoveren.
Het kabinet stelt het doel om tussen 2015 en 2025 het aantal promovendi sterk te verhogen.
17
Kortom, het Ministerie OCW streeft naar maximale ontwikkeling van talenten en het bevorderen van
excellentie (Nieuws, 2014).
3.1.3 Alleen jij bepaalt wie je bent
Het project ‘alleen jij bepaalt wie je bent’ is een initiatief van Ministerie Veiligheid en Justitie. De
komende jaren wordt het project uitgebouwd. Het project richt zich op kwetsbare, schoolgaande
jongeren die deelnemen aan een programma, waarbij zinvolle vrijetijdsbesteding met de inzet van
teamsport wordt gerealiseerd. Er worden clinics gegeven door drie voetballers, één honkballer, één
basketballer en één scheidsrechter. Het thema van de clinics bestaat uit de samenhang tussen succes
en discipline. Jongeren krijgen de kans om langere tijd begeleid te worden door speciaal opgeleide
trainers en via deze weg lid te worden van een sportclub. De gedachte achter het project is dat
teamsport onder deskundige begeleiding als een goede manier wordt gezien, om te zorgen dat
jongeren positieve keuzes maken in hun leven (Nieuws, 2014).
3.1.4 Stimuleringsregeling
Ministerie OCW stelt geld beschikbaar voor de stimuleringregeling, open en online onderwijs. Open
en online onderwijs biedt kansen voor innovatie & kwaliteitsverbetering van het onderwijs en hoger
studiesucces. Open en online onderwijs helpt bij een Leven Lang Leren en kenmerkt zich door
toegankelijkheid.
Binnen de stimuleringregeling is een budget beschikbaar van €100 000,- per project en wordt door
de instelling gematcht met tenminste 50% eigen middelen. De regeling is er expliciet voor
Nederlandse instellingen van het hoger onderwijs. Het doel van de regeling is om met open en online
onderwijs de kwaliteit, de toegankelijkheid en de doelmatigheid van het onderwijs te verbeteren en
dus hogere studiesuccessen te behalen. In een tijdperk van 2015 t/m 2018 stimuleert het Ministerie
open en online hoger onderwijs in Nederland. Op verzoek van OCW draagt SURF bij aan de uitvoering
van dit programma. SURF is een samenwerkingsorganisatie voor ICT in het Nederlandse hoger
onderwijs.
In de projecten kunnen instellingen ervaring opdoen met de toepassing van open en online
onderwijs. De projecten delen hun ervaringen met elkaar en met het hoger onderwijs als geheel. De
projecten moeten zich richten op online onderwijs dat gebruik maakt van leermateriaal met een
creative commons licentie. Dit houdt in dat anderen toestemming hebben om het werk te
verspreiden, te delen en soms ook te bewerken. Daarnaast is het project open in tijd, plaats, toegang
en wordt gratis aangeboden (Nieuws, 2014).
3.1.5 Innovatiever beroepsonderwijs
Uit een onderzoek van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) blijkt dat er op
termijn jaarlijks 30 000 extra technici nodig zijn om in de groeiende behoefte aan technisch
personeel te voorzien. Daarom is er in 2013 een techniekpact afgesloten. Het techniekpact moet de
aansluiting tussen onderwijs en de arbeidsmarkt in de technieksector verbeteren, hiervoor zijn 22
landelijke acties opgesteld die in 2020 gerealiseerd moeten zijn (Over techniekpact, 2013).
Het Ministerie OCW heeft een investeringsfonds opgericht, als onderdeel van het techniekpact.
Vanaf 2014 tot en met 2017 is er in het totaal 100 miljoen euro subsidie beschikbaar gesteld voor
publiekprivate samenwerking in het beroepsonderwijs (Officiële bekendmakingen). Deze moet
echter aangevuld worden door bedrijven en de regionale overheid. Het fonds moet mbo scholen en
18
bedrijfsleven stimuleren om samen te werken met de regio en te investeren in onderwijs, zodat
studenten beter worden opgeleid voor de toekomstige praktijk. Zo zegt Minister Bussemaker: “We
willen dat onze mbo studenten straks goed beslagen ten ijs komen op de arbeidsmarkt, dan moeten
we zorgen dat de plek waar zij onderwijs krijgen zoveel mogelijk lijkt op hun toekomstige werkvloer.
Dat zij tijdens hun opleiding leren werken met de nieuwste apparatuur. Daarvoor zijn vaak flinke
investeringen nodig, die zonder hulp van het regionaal bedrijfsleven niet mogelijk zijn. Als het gaat
om voldoende vakmensen dan is dat een gedeelde verantwoordelijkheid, die vraagt om een
gezamenlijke investering van onderwijs, ondernemers, regionale overheden en rijksoverheid.”
(Nieuws, 2014).
3.1.6 Bewegingsonderwijs
Het Ministerie OCW constateert dat er een gebrek is aan kwaliteit en omvang van de gymlessen. Uit
een recentelijk onderzoek van GFK wordt dit ook bevestigd door de Nederlandse bevolking. Dit
onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het NOC*NSF en Achmea. Erik Lenselink, manager
sportontwikkeling bij NOC*NSF: “Dit zijn cijfers die er niet om liegen. Schoolsport is onmisbaar, leert
kinderen gezond en gedisciplineerd te leven, en leidt tot meer doelgericht leren. Wat zou je nog
meer wensen van een school?” Bewegingsonderwijs dient een belangrijk kernvak te worden op de
Nederlandse basisscholen. Uit de brief ‘Aanpak bewegingsonderwijs primair onderwijs’ van
staatssecretaris Sander Dekkers aan de Tweede Kamer kwam naar voren dat maar liefst de helft van
de basisscholen alleen groepsleerkrachten inzetten voor het geven van bewegingsonderwijs.
Uit onderzoek van het Mulier instituut komt ook naar voren dat de kwaliteit en het aantal van de
gymlessen niet naar behoren is. Tot slot zeggen de scholen zelf ook een tekort te hebben aan
gymzalen en sportvelden (Meerderheid Nederlandse bevolking wil bewegingsonderwijs als kernvak
op de basisschool, 2014).
3.1.7 Sport & Bewegen heeft een upgrade nodig
Met ingang van 2016 komt er een nieuwe kwalificatiestructuur Sport & Bewegen op het mbo. Omdat
het een behoorlijke verandering betreft pakken het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen
(NISB) en Stichting CIOSNL dit nu al op. Het onderwijs aan mbo studenten Sport & Bewegen kan
beter en innovatiever. Nieuwe producten, materialen en methoden zijn nodig om studenten goed op
te leiden en dus voor te bereiden om na hun opleiding ook daadwerkelijk aan de slag te gaan. De
samenwerking is vooral opzoek naar een verbinding tussen zorg en sport. Het NISB is opzoek naar
cocreatie lesmodules samen met het onderwijs en partners uit de omgeving (Zijl, 2014).
3.2 Benchmark
Door andere programma’s in kaart te brengen wordt er een eerste indruk verkregen van hoe een
programma in elkaar steekt en waar een programma uit bestaat.
3.2.1 ‘The School’
The School is de combinatie van sport en huiswerkbegeleiding voor schooljeugd in de leeftijd van de
middelbare school, opgericht door de jonge ondernemer Olivier Wijnen. Olivier Wijnen: “Ik had
redelijk snel het besef dat school belangrijk was. Maar veel vrienden dachten er anders over. Ze
hadden het idee dat het door het voetbal vanzelf wel goed zou komen en ze namen hun opleiding
niet serieus. Ik ben nu 26 jaar. Vrienden van mij, met dezelfde leeftijd, stromen nu pas in bij mbo of
hbo. Dan heb je dus al een achterstand.” Met deze reden is The School van start gegaan. De
19
lesmethode speelt vooral in op motiveren en structuur. Het is een bewezen methode zegt hij. Het
gewenste resultaat en kwaliteit wordt behaald en door het zogeheten sneeuwbaleffect worden de
klasjes alsmaar groter. Tevreden ouders vertellen dit door. Tussen het leren door wordt er ook aan
recreatie gedaan. Lekker het hoofd even legen. The School is op zoek naar ondernemende mensen
die deze methode in hun omgeving op willen zetten (Hoeben, 2014).
3.2.2 Playing For Success
Playing For Success is een naschools opleidingsprogramma gericht op de sociaal-emotionele
ontwikkeling van kinderen in de leeftijdscategorie 9 tot 14 jaar. Het is een samenwerking tussen
onderwijsinstellingen, sportclubs, gemeenten en gemeentelijke instanties.
Onderwijsinstellingen hebben behoefte aan het verbeteren van de leeropbrengsten. BVO’s geven
een maatschappelijk statement af richting de omgeving en het stadion wordt multifunctioneel
ingezet. MBO en HBO bieden studenten een uitdagende leerwerkplek en voor de gemeenten
betekent het een hoger level in allerlei facetten.
De kwaliteit wordt gewaarborgd door een KPC groep. De KPC groep is een landelijk opererend
onderwijsadviesbureau. De core business van de groep is het tot stand brengen van duurzame
verbeteringen op het gebied van leren en opleiden (KPC groep). Elk leercentrum maakt een
jaarrapport met de behaalde resultaten.
De deelnemers worden geselecteerd via school en het programma wordt geleid door gekwalificeerde
leerkrachten en enthousiaste stagiairs en stagiaires. Spelers van de club dragen zo nu en dan ook een
steentje bij (PFS Nederland, 2009).
3.2.3 Oldstars
Oldstars is een programma dat 60-plussers bewust maakt van een gezonde leefstijl en sociale
contacten tussen deze doelgroep bevordert.
Elke week, gedurende 20 weken worden er trainingen gegeven bij BVO’s. De training start met
gezellig koffie drinken en het bespreken van actueel voetbalnieuws. Het sportieve deel is een
voetbaltraining gegeven door professionals. Na deze 20 weken wordt het Oldstars kampioenschap
gespeeld.
Ouderen kunnen zich opgeven via het Nationaal Ouderenfonds, via de club of binnenkort via de
website van Oldstars. De training wordt verzorgd door het sport uitvoeringsbureau, Sciandri.
Oldstars is een samenwerking tussen het Nationaal Ouderenfonds, de Vriendenloterij en het
ministerie VWS (Meer dan Voetbal, 2014).
20
3.3 Conclusie
Een aantal maatschappelijke issues in het onderwijs in Nederland. De issues zijn bepalend voor het
thema van het maatschappelijk project.
- De basisvaardigheden van leerlingen liggen te laag
- Het is een feit dat (jeugd)werkloosheid stijgt
- Voortijdige schoolverlaters is een enorm probleem in Nederland
- Studenten worden onvoldoende voorbereid op verdere uitdagingen
- In Nederland zijn veel kwetsbare schoolgaande jongeren. Het ministerie heeft een project
opgericht om dit probleem aan te pakken en wil dit gaan uitbreiden
- Er is jaarlijks een tekort van 30.000 aan technisch personeel in Nederland, voornamelijk
ambacht. Er zijn 22 landelijke acties opgesteld die in 2020 gerealiseerd moeten zijn.
- Er is gebrek aan kwaliteit in het Nederlandse bewegingsonderwijs
- De doelmatigheid en toegankelijkheid van het onderwijs ligt niet op optimaal niveau
Het is duidelijk dat er met elk maatschappelijk project een maatschappelijk probleem wordt
aangepakt. Er wordt goed gekeken naar wat er in de omgeving speelt. Bij projecten op landelijk
niveau is het belangrijk dat de basis, ‘het verhaal’ staat. In het vervolg kunnen clubs hier individueel
een eigen draai aangeven. In de meeste gevallen gaat het om een samenwerking tussen een
publieke (overheid) partij, een maatschappelijke organisatie en het bedrijfsleven die het mogelijk
maken.
21
H4. Jupiler League clubs
In deze analyse wordt er naar de belangrijkste stakeholders gekeken. Jupiler League clubs en
onderwijsinstellingen. De tweede ring in figuur 7, de meso omgeving.
De analyse wordt gehouden om de aanbodkant van vijf clubs uit de Jupiler League en de vraagkant
van drie onderwijsinstellingen op verschillende niveaus in kaart te brengen.
Er worden vijf clubs uit de Jupiler League ondervraagd. Twee kleinere clubs, FC Oss en Telstar. Één
grotere club die sinds seizoen 2014/’15 actief is in de Jupiler League, Roda JC en twee middelgrote
clubs uitkomend in de Jupiler League, Sparta Rotterdam en RKC Waalwijk. Zie bijlagen I met daarin de
interviewvragen voor de BVO's.
4.1 Roda JC
Roda JC wordt beschreven als een Limburgse familie club, maatschappelijk betrokken waarvan de
bedoeling is dat de club op Eredivisie niveau acteert op alle fronten. Door de degradatie naar de
Jupiler League is de begroting van de club gehalveerd. Met het gevolg dat er een aantal banen zijn
geschrapt. Desondanks is Roda JC één van de grootste clubs uit de Jupiler League. Het is een must om
zo snel mogelijk terug te keren naar de Eredivisie en langzaam op te krabbelen naar een stevige
middenmoter. Zowel sportief als organisatorisch en met een stadioncapaciteit van ruim 20.000 hoort
een club als Roda JC niet thuis in de Jupiler League.
4.1.1 Maatschappelijke projecten
Sinds 24 maart 2012 heeft Roda JC een maatschappelijke stichting, Stichting Roda JC Midden in de
Maatschappij. De stichting heeft een achttal projecten: Amateurpartnership, Dutch Career Cup,
Buurtbattle, Old Stars, Roda-On-Tour, Schooltoer, TVMuzycap en X-Change Project. De projecten
richten zich op drie pijlers: Participatie, Gezondheid en Respect. Roda JC Midden in de Maatschappij
wil als platform een structurele bijdrage leveren aan de omgeving. De projecten worden het hele jaar
door georganiseerd afhankelijk van de financiering. De doelgroep is voornamelijk basisscholen,
kinderen (4 t/m 15 jaar) en ouderen (65+). Over het algemeen benadert Roda JC de doelgroep. De
maatschappelijke projecten worden in en om het stadion georganiseerd, maar ook op plaats van
bestemming. De media die worden ingezet zijn: Lokale en regionale middelen (free publicity), ClubTV
en Social media. De stichting heeft als ambitie om eerst de huidige projecten verder door te
ontwikkelen, voordat er nieuwe worden aangenomen.
4.1.2 Publiekprivate samenwerking
De stichting heeft stichtingpartners & projectpartners en ontvangt geen subsidies van de gemeente
voor haar projecten. De subsidies die zij ontvangen komen uit fondsen, op het moment Het
Oranjefonds. Met deze samenwerkingen wil de stichting een structurele bijdrage leveren aan de
omgeving. De stichting gaat altijd voor een minimale drie jarige samenwerking om continuïteit te
waarborgen. Er wordt één keer per jaar een evaluatie gehouden om te kijken hoe het gaat en wat er
beter kan. De partner heeft ook inspraak om haar doelstellingen te bereiken.
4.1.3 Opleiden
Voor het project Schooltoer bezoekt Roda JC scholen om een gezondheidskrant uit te delen.
Aansluitend worden de groepen 7 uitgenodigd in het stadion en daar krijgen zij vier lessen vanuit
Virenze over pesten en respect, van een voedingscoach over gezonde voeding, vanuit de Rabobank
22
over financiële gezondheid en krijgen ze voetballes van de jeugdopleiding op het veld. Het andere
project wat enige verband heeft met de pijler opleiden is Roda-On-Tour. Dit is een project voor de
eigen jeugdspelers, waarbij de spelers worden ingezet om bijvoorbeeld een kinderafdeling in het
ziekenhuis te bezoeken of een wedstrijd te spelen tegen een zorginstelling. Het doel is om
maatschappelijk bewustzijn te creëren bij de profvoetballers van de toekomst. De spelers krijgen
geen trainingen (Keulers, 2014).
4.2 SC Telstar
Telstar is een vijftigjarige club die al vanaf 1963 probeert te overleven in het betaald voetbal. Het is
een mooie karakteristieke, een beetje tegendraads clubje met een hele kleinte trouwe achterban in
IJmond. De club heeft een Algemeen Directeur en Commercieel Directeur en er zit een Raad van
Commissarissen boven. Het is een traditionele organisatie waar 8 a 10 man rondloopt, maar veel ook
in part time of oproepbasis.
4.2.1 Maatschappelijke projecten
Sinds 3 jaar heeft Telstar een maatschappelijke stichting, Telstar Thuis In De Wijk. De projecten die
de stichting onder zijn hoede heeft zijn: Telstar Assist, School’s Cool, Playing For Success, Street
League en Techniek Experience. Op het moment focust Telstar zich vooral op: Onderwijs, Toekomst
en Techniek. De Street League is dan wel weer gericht op gezondheid en leefbaarheid, maar over het
algemeen op de eerste drie. Telstar Thuis In De Wijk wil haar maatschappelijke betrokkenheid en
verantwoordelijkheid nemen. De stichting wil een rolmodel zijn en toegevoegde waarde leveren.
Kortom, de uitstraling van voetbal (Telstar) in zetten voor de omgeving. Alle projecten worden
tegelijkertijd ingezet met het voetbalseizoen. De doelgroep is vooral jongeren. Het begint bij groep 7
en 8 en eindigt bij jong volwassenen. Bij de projecten School’s Cool en Playing For Success loopt de
inschrijving voor 90% via de school zelf. De Street League loopt via jongerenwerk en
combinatiefunctionarissen, mensen die een netwerk hebben met de jongeren. Voor de Techniek
Experience worden scholen benaderd. De projecten van Telstar worden vooral op plek van
bestemming gehouden. Telstar wil wel alles linken aan het stadion. Met de Techniek Experience
willen ze ook iets doen in het stadion. Voor de promotie van de projecten worden lokale media zoals
dag- en weekbladen, de lokale omroep en nieuwssites ingezet. Er wordt ook sterk gecommuniceerd
met de eigen kanalen social media en de website. Telstar Thuis In De Wijk wil projecten opzetten die
aansluiten bij de behoefte en daardoor ook kans hebben om duurzaam te worden.
4.2.2 Publiekprivate samenwerking
Ieder project wordt georganiseerd met andere partijen. Het bedrijfsleven, de provincie en gemeente,
onderwijs- en gezondheidsinstellingen etc. Er is sprake van stichtingpartners en projectpartners. De
stichting en alle betrokkenen willen maatschappelijk verantwoord bezig zijn en natuurlijk resultaat
boeken. De Street League heeft meer deelnemers, voorrondes en de wijkbijdrage komt van de grond.
Positieve berichten van buurtbewoners is het meetinstrument. Bij de Techniek Experience valt op dat
technische scholen in Velsen veel leerlingen trekken.
4.2.3 Opleiden
Telstar heeft drie projecten die zich richten op opleiden: School’s Cool, Playing For Success en de
Techniek Experience. School’s Cool biedt mentorbegeleiding aan kinderen die extra risico lopen op
schooluitval in het voortgezet onderwijs. De mentor en de leerling maken één keer in de week een
afspraak en gaan dan samen werken aan datgene waar de leerling ondersteuning bij nodig heeft.
23
Playing For Success is erg populair. Het project vangt kinderen op die dreigen een achterstand op te
lopen op school. De kinderen worden ontvangen in een leercentrum in het stadion, waar ze op een
leuke manier bijles krijgen. De lessen worden gegeven door een gekwalificeerde leerkracht en/of
stagiair(e)s. De Techniek Experience is een excursie voor basisschoolleerlingen in groep 7 en 8. Het
doel is om kinderen zelf te laten voelen, ruiken proeven en zien wat techniek is. De excursies worden
gehouden bij technische bedrijven in de omgeving, waar de kinderen ook echt zelf aan de slag gaan
(Huijbens, 2014). Zie bijlagen IV voor het transcript.
4.3 FC Oss FC Oss is een hele verantwoorde, financieel goed ingerichte club en is vooral een publieke
organisatie. Het publiek moet ons leuker vinden dan dat ze ons vandaag vinden. FC Oss is een kleine
organisatie met vier FTE’s. De club heeft een krappe operationele bezetting en stelt dus vraag de
hulpvraag naar buiten. Met de nodige inventiviteit weet de club naast de kerntaken ook extra taken
te vervullen. In de toekomst staat FC Oss bekend als een club die op innovatieve wijze de deuren en
ramen wijd open heeft staan zodat zij het lef heeft om zaken op een vernieuwende en betere manier
aan te pakken.
4.3.1 Maatschappelijke projecten
FC Oss heeft geen maatschappelijke stichting, maar organiseert wel maatschappelijke projecten.
Cruyff Court FC Oss, FC Oss sportief tour, Street League, Fonds gehandicaptensport, Leven als een
prof dag en Oldstars. De projecten zijn erop gericht om doelgroepen een podium te geven en een
connectie te maken tussen de voetbalclub FC Oss en de maatschappij. In 9 van de 10 gevallen zijn de
projecten op participatie gericht. FC Oss is een publieke organisatie en dat zijn maatschappelijke
organisaties. Er moet publiek zijn wat ons waardeert, leuk vindt en ons bestaansrecht gunt en geeft.
De projecten worden breed aangeboden. Ouderen, jongeren, gehandicapten, mensen met een
achterstand tot de arbeidsmarkt, maar ook sportende en niet sportende jongeren. Kortom,
maatschappelijke activiteiten voor het hele publiek. Doordeweeks en rondom wedstrijden worden in
en om het stadion of ter plekke, dat kan zijn op bijvoorbeeld het Cruyff Court of op een school de
projecten gehouden. Deelnemers kunnen voor sommige projecten zichzelf inschrijven, maar in de
meeste gevallen is FC Oss actief in het vragen. Projecten worden gepromoot met eigen media. Via de
website en social media. Er is een overeenkomst met het Brabants Dagblad, dus er worden ook
persberichten verstuurd en binnenkort komt er een eigen clubkanaal. FC Oss wil op maatschappelijk
gebied daadwerkelijk laten zien dat midden in de maatschappij staan nog belangrijker is dan goed
voetbal.
4.3.2 Publiekprivate samenwerking
FC Oss heeft geen eigen stichting, maar heeft wel iemand in dienst die puur op maatschappelijk
gebied actief is. Er wordt te allen tijde samengewerkt met het SEC. FC Oss en SEC zoeken samen
nieuwe samenwerkingsverbanden met derde, wat resulteert in nieuwe projecten. Er zijn
werkafspraken rondom maatschappelijk ondernemen vastgelegd. Elke thuiswedstrijd is er een
rustactiviteit met de club van de week en is er een goed doel aanwezig. Minimaal vijf keer per jaar
wordt er een activiteit op het Cruyff Court gehouden etc. Voorafgaand elk seizoen wordt het
ambitieuze programma structureel vastgelegd. Het programma ligt al klaar en hoeft nu alleen nog
maar uitgerold te worden.
24
4.3.3 Opleiden
Opleiden buiten het veld wordt bij FC Oss verdeeld in twee delen. Één, de talentencampus en twee,
een initiatief vanuit de eigen opleidingsgedachte. De talentencampus is een project waarbij leren,
werken en sporten de basis vormt. De campus wordt tegen het FC Oss stadion aangebouwd en
daardoor wordt de club het middelpunt van de campus. Er komt een Fitland XL in het stadion en
naast hat stadion komt het Hooghuis college en het ROC. Het doel van deze campus is dat er allerlei
projecten op het gebied van opleiden, talentontwikkeling en innovatie in en om het stadion
plaatsvinden. Dat betekent dat FC Oss in samenwerking met bedrijven stagiair(e)s de mogelijkheid
geven om innovatieve projecten te doen. Het volgende initiatief is een initiatief voor de eigen
spelers. De spelers van FC Oss hebben allemaal de mogelijkheid om buiten het voetbal aan projecten
deel te nemen die door de sponsors van de club worden georganiseerd (Bijvelds, 2014). Zie bijlagen
III voor het transcript.
4.4 Sparta Rotterdam
4.4.1 Maatschappelijke projecten
Sparta Rotterdam heeft een eigen maatschappelijke stichting, De Betrokken Spartaan. Er zijn een
paar hele grote projecten die eruit springen namelijk: Alleen jij bepaalt, Van Leerling Naar Prof, Game
On, Rugdekking en de Dutch Street Cup. Stichting De Betrokken Spartaan kent vijf pijlers: Sport &
bewegen, Gezondheid, Onderwijs, Veiligheid en Werk & Inkomen. Onder elke pijler hangt minimaal
één groot project. Het hoofddoel van de stichting is: Maatschappelijke betrokkenheid tonen vanuit
Sparta Rotterdam, echt iets betekenen in de maatschappij. Verder heeft ieder project een
doelstelling gericht op de doelgroep. De doelgroepen voor de vijf grotere projecten zijn: Dak- en
thuislozen vanaf 16 jaar, Jongens en meisjes van 12 t/m 18 jaar en D-Junioren tot eerstejaars
senioren uit de jeugdopleiding. De projecten worden door heel de week gehouden, voornamelijk in
en om het stadion, maar ook in de omgeving. De projecten worden onder de aandacht gebracht door
o.a. Facebook en Twitter, de website en publieke omroepen. De partners spelen hier de belangrijkste
rol in. De Betrokken Spartaan wil zoveel mogelijk maatschappelijke problemen, die ontstaan in de
wijk, oplossen door middel van sport.
4.4.2 Publiekprivate samenwerking
Alle projecten worden in samenwerking met de overheid en/of gemeente, het bedrijfsleven en een
maatschappelijke instelling georganiseerd. De ene partij stopt er geld in en met de andere partij
wordt er samengewerkt. Grotendeels worden alle projecten door de samenwerkende partij
uitgevoerd en door de club gecoördineerd.
4.4.3 Opleiden
Onder de pijler onderwijs hangt één project, Van Leerling Naar Prof. Van Leerling Naar Prof is een
project in samenwerking met een MBO school en richt zich op de eigen jeugdopleiding (17 t/m 20
jaar). De spelers hebben de mogelijkheid om een interne MBO niveau 3 of 4 opleiding te volgen in
twee jaar. De jeugdspelers gaan meelopen met de maatschappelijke stichting van de club en leren zo
de maatschappelijke betekenis van sport. Er worden drie verschillende teams opgesteld: een niveau
4 (coördinerend), een niveau 3 (coördinerend en uitvoerend) en een niveau 2 (volledig uitvoerend).
De taken bestaan uit het bezoeken van partners, werkdagen op de stichting en het begeleiden van
activiteiten. Op het moment zijn het nog vooral activiteiten die worden georganiseerd voor het
basisonderwijs, maar de stichting streeft naar structurele invulling (Veldman, 2014).
25
4.5 RKC Waalwijk
4.5.1 Maatschappelijke projecten
Samen RKC is de maatschappelijke stichting van RKC Waalwijk. De stichting organiseert verschillende
projecten: De Voorzet, Scoren voor gezondheid, Verlenging, RKC Waalwijk battle, Oldstars, RKC
Street League, Samen RKC wijkgericht, Ieder1gelijk en Jong RKSAFE. Samen RKC focust zich op drie
thema’s: respect & samenleven, educatie & talentontwikkeling en gezondheid & bewegen. De
stichting is erop gericht om samen te werken aan een respectvol samenleven, talentontwikkeling en
gezond leven in de regio Langstraat. De maatschappelijke projecten worden gehouden in de
Langstraat. Dit is het gebied in en om Waalwijk. De projecten zijn voor jong en oud, van
basisschoolleerlingen t/m 65-plussers. Alle dagen in de week worden projecten georganiseerd, vooral
overdag. Samen RKC heeft een volle agenda. In de meeste gevallen benadert Samen RKC de scholen
die vervolgens de kinderen benaderen. Via school kunnen de kinderen deelnemen, daar zijn ze ten
slotte iedere dag.
4.5.2 Publiekprivate samenwerking
Er participeren een zevental organisaties in de stichting Samen RKC: Casade, RKC Waalwijk, SG de
Overlaat, Baanbrekers, Contour de Twern, WML en de Gemeente Waalwijk. Dit zijn de oprichters. In
het bestuur van de stichting zitten de directeuren van Casade, SG de Overlaat en RKC Waalwijk. In
het jaarbestuur zitten Baanbrekers, Contour de Twern, WML en de Gemeente Waalwijk. Casade is
een woningcorporatie. SG de Overlaat is en VMBO school. Baanbrekers & Contour de Twern zijn
jongerenwelzijn organisaties en WML is een sociale dienstverlener.
4.5.3 Opleiden
Het thema educatie & talentontwikkeling heeft alles te maken met opleiden. Voor dit thema wordt
de enthousiasmerende omgeving van het stadion gebruikt, waar doelgroepen hun talenten kunnen
ontwikkelen. Er vallen drie projecten onder dit thema. De Voorzet, met als doel in de eerste helft
werkervaring opdoen in de werkomgeving van het stadion en in de tweede helft het begeleiden van
kandidaten naar betaald werk. Voor bijvoorbeeld mensen met een lichamelijke of psychische
beperking die moeilijk aan werk komen. Jong RKSAFE, met als doel het werken aan sociale
vaardigheden. Voor leerlingen van het VMBO, SG de Overlaat. De Verlenging, waarbij coaches en
begeleiders de pauzes coördineren van het basisonderwijs (Nassau, 2014).
26
4.6 Conclusie
De aanbodkant van Jupiler League clubs. Vier van de vijf clubs hebben een eigen maatschappelijke
stichting opgericht. Onder deze maatschappelijke stichting vallen de verschillende maatschappelijke
projecten. Het hoofddoel bij het Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen is om als voetbalclub
midden in de samenleving te staan en iets terug te doen voor het publiek. De veel voorkomende
thema’s zijn: gezondheid, onderwijs en participatie. De gemeenschappelijke ambitie is om de
positie van de club midden in de samenleving nog sterker te benadrukken.
Uit het aanbod van de maatschappelijke stichtingen zijn er een tweetal projecten en één initiatief
op het gebied van opleiden die door de divisie (landelijk) uitgerold zouden kunnen worden.
De Techniek Experience bij SC Telstar. De doelgroep zijn leerlingen uit het basisonderwijs groep 7
en 8 en de doelstelling is om de leerlingen te laten voelen, ruiken, proeven, horen en zien wat
techniek is. Het project bestaat uit excursies bij technische bedrijven in de regio. Telstar Thuis In De
Wijk probeert alle maatschappelijke activiteiten enigszins te linken aan het stadion. In de nabije
toekomst liggen hier kansen voor het project de Techniek Experience.
Het volgende maatschappelijke project van Sparta Rotterdam en het initiatief van FC Oss zouden
gecombineerd kunnen worden. Beide activiteiten richten zich op de eigen spelers en talenten.
Van Leerling Naar Prof bij Sparta Rotterdam. De doelgroep is de eigen jeugdopleiding en de
doelstelling is door middel van een interne opleiding bij de maatschappelijke stichting, jeugdspelers
een MBO diploma te laten behalen.
En een initiatief voor de A-selectie bij FC Oss. De doelgroep is de eigen A-selectie en de doelstelling
is om de spelers de mogelijkheid te geven om naast het voetbal ook aan een maatschappelijke
carrière te laten werken op de club.
Tot slot viel het op dat bij de vier clubs met een maatschappelijke stichting de plaatselijke
Rabobank partner/sponsor is.
27
H5. Onderwijsinstellingen
Er worden drie onderwijsinstellingen op verschillende niveaus ondervraagd, waarvan bekend is dat
de school samenwerkt met een club uit de Jupiler League; een basisschool, een VMBO school en een
MBO school. Zie bijlagen II met daarin de interviewvragen voor de onderwijsinstellingen.
5.1 SG de Overlaat De Overlaat is een VMBO school in Waalwijk met ontzettend veel vakrichtingen. Het eerste en het
tweede jaar is de onderbouw en krijgt iedereen dezelfde lessen, maar wel op drie verschillende
niveaus: basis, kader en gemengd theoretisch. Daarna wordt er gekozen voor een vakrichting
bestaande uit: SDV, Techniek/Bouw, Zorg & Welzijn of Administratie. De vakrichting wordt gevolgd in
jaar 3 en 4, de bovenbouw.
RKC Waalwijk is een grote, doelgerichte organisatie die veel leerlingen aanspreekt. De afdeling SDV
laat de leerlingen hier dan ook al te graag praktijk ervaring opdoen.
5.1.1 Actuele issues
- Talenten die bij een BVO spelen missen vaak een aantal vakken doordat ze eerder weg
moeten. In grote lijnen is dit geen probleem en krijgt de leerling de ruimte om zich bij alle
twee de organisaties te ontwikkelen.
- Het aantal leerlingen is flink gestegen. Meer stageplaatsen zijn daarom altijd welkom. Alle
leerlingen moeten geplaatst worden in de praktijk om ervaring op te kunnen doen.
- De doorlopende leerlijnen zouden wat beter kunnen zijn. Nauwere samenwerking met
ROC’s. Het aanbod op elkaar afstemmen, zodat het vervolg ook wat makkelijker is.
Bijvoorbeeld lesprogramma’s op elkaar leggen. Dat het VMBO de voorloper is en dat het
MBO er specifieker op in gaat. Zo zou het met alles kunnen.
5.1.2 Samenwerking RKC Waalwijk
Leerlingen van de Overlaat begeleiden zondagochtend verschillende voetbalwedstrijden in de wijken,
RKC Waalwijk battle. Bij thuiswedstrijden draaien ze mee voor het project RKSAFE als bijvoorbeeld
hulpsteward. Het grootste project waar ze mee, mee draaien is het scoren voor gezondheid project.
De leerlingen van de Overlaat zijn helpende handen en begeleiden een aantal projecten. Alle
projecten die zij begeleiden worden georganiseerd voor het basisonderwijs. Het doel is om leerlingen
praktijk ervaring op te laten doen. Dat ze weten hoe ze zich moeten gedragen buiten school, de
beroepshouding. De samenwerking verloopt prima ondanks de magere bezitting van RKC Waalwijk.
Op het moment dat er projecten zijn worden leerlingen ingezet. Één hele klas begeleid 2 of 3 keer
een project dit zijn 36 leerlingen die dus allemaal 2 of 3 keer een spel of een groep begeleiden.
5.1.3 Behoefte
De Overlaat en RKC Waalwijk kunnen elkaar nog ondersteunen. De Overlaat heeft altijd behoefte aan
nog meer projecten en nog meer praktisch handelbare opdrachten. Één, door (nog) meer leerlingen
praktijk ervaring op te laten doen en twee, als De Overlaat zijnde actief aanwezig te zijn op
basisscholen voor reclame richting potentiële leerlingen. De bedoeling is dat er in de toekomst ook
projecten worden gericht op het voortgezet onderwijs, De Overlaat. Dat de leerlingen geen
begeleider zijn, maar zelf uitvoerend (Verschut, 2014).
28
5.2 Zadkine college
Het Zadkine college is een grote MBO school in Rotterdam. Op het moment zit de school in een groot
veranderingsproces. Het Zadkine college wil gaan fuseren met een andere grote MBO school in
Rotterdam, het Albeda college. In de toekomst willen de twee scholen samen vijf herkenbare mbo
colleges gaan aanbieden, dus één gebouw per opleiding verspreid over de stad.
Het Zadkine college heeft geen mogelijkheid om topsporters passend onderwijs te bieden. De
samenwerking met Sparta Rotterdam betreffende het project Van Leerling Naar Prof is super. Op
deze manier krijgen de voetballers het onderwijs wat nodig is en kunnen zij zich bij één organisatie
ontwikkelen.
5.2.1 Actuele issues
- Veel topsporters zijn niet in staat om aan de verplichte lesuren te voldoen.
- Het Zadkine college heeft een overvloed aan stageplekken. Daar ligt het probleem dus niet,
maar topsporters moeten ook 16 uur per week stagelopen. Dit in combinatie met onderwijs,
de sport en een privé leven is niet te doen. Ze komen dus niet aan de stageuren.
- Het is echter wel verplicht om aan de stageuren te voldoen. Vaak resulteert het in een
studievertraging. Het is een lastig op te lossen probleem voor topsporters.
- De afstemming vraag en aanbod tussen het onderwijs en het bedrijfsleven kan ook beter.
Doordat het Zadkine college gebonden zit aan regels en wetgeving is hier lastig invulling aan
te geven.
- Vandaar het project Van Leerling Naar Prof in samenwerking met Sparta Rotterdam,
waardoor veel voetballers bij Sparta nu wel aan het juiste aantal lesuren en stageuren
voldoen.
- De trainingsuren van topsporters staan vast. De Stichting De Betrokken Spartaan is de
stageplek en het Zadkine college verzorgd het onderwijs er tussendoor. Het is een BBL
deeltijd traject, waarbij de school één dag in de week op de club les komt geven.
- De betrokkenheid van de ouders is zeer laag 30% komt opdagen op bijvoorbeeld de
ouderavonden. De geloofwaardigheid van de docenten wordt in twijfel genomen.
5.2.2 Samenwerking Sparta Rotterdam
Op het moment loopt alleen het project Van Leerling Naar Prof in samenwerking met Sparta
Rotterdam. Er staan wel flinke plannen op het programma om het project uit te breiden. De
bedoeling is dat Sparta een leerwerklandschap is met hele nauwe banden met het Zadkine college. Er
wordt gekeken of de samenwerking breder getrokken kan worden. Niet alleen de opleiding Sport &
Bewegen, maar ook andere opleidingen. Voor het project Van Leerling Naar Prof wordt er ook
gekeken om andere takken van sport in dit traject te zetten. Bijvoorbeeld een honkballer die bij
Sparta zijn onderwijs gaat volgen. Het doel is om topsporters (met dit project voetballers van Sparta)
een opleiding aan te bieden die ze echt kunnen volgen zonder te veel inbreuk te doen op de
aandacht en energie die ze in de topsportcarrière willen steken. Het project Van Leerling Naar Prof
bestaat uit: Onderwijs, hetzelfde vakkenpakket als op de reguliere opleiding. Stage, de studenten zijn
onderdeel van De Betrokken Spartaan en er wordt een TC3 cursus van de KNVB gevolgd. De
samenwerking en het project Van Leerling Naar Prof loopt heel goed, maar er is ook zeker behoefte
aan uitbreiding. Schaalvergroting met andere takken van sport, maar ook reguliere studenten laten
deelnemen. Er wordt gezocht naar overeenkomsten, zodat er een soort vermenging ontstaat. De
29
ambities van beide partijen zitten op één lijn en de behoeftes lopen momenteel in het
ontwikkelproces.
5.2.3 Behoefte
Alle behoeften zijn samen uitgesproken. Er wordt nu onderzocht in hoeverre de behoeften ook
daadwerkelijk behaald kunnen worden. Sparta heeft de deuren wijd openstaan en wil dit ook erg
graag. Het ideaal plaatje zou zijn als Sparta een dynamische plek is waar van alles plaatsvindt.
Studenten uit allerlei disciplines die iets bij Sparta doen zoals: onderwijs, stages en projecten
(Quinten, 2014).
5.3 De Toermalijn
De Toermalijn is een basisschool in de regio Rijnmond en heeft deelgenomen aan het
maatschappelijk project Techniek Experience van SC Telstar. De techniek sector loopt de laatste jaren
wat stroef in Nederland, vooral in de techniek regio Rijnmond. Alle reden dus om hier als regio
verandering in te brengen. De Techniek Experience bestaat uit een aantal excursies bij technische
bedrijven in de regio georganiseerd voor basisscholen. De technische bedrijven ontvangen
basisschoolleerlingen graag op locatie en de workshops worden mede verzorgd door de regionale
bouwopleiding, Bouwmensen Kennemerland. De taak van SC Telstar hierin is het verbinden. De taak
van de basisschool is om leerlingen in de basis zo breed mogelijk op te leiden. De basisschool is
daarom ook voorstander van basistechniek in de schoolprogramma’s. Het heeft toegevoegde waarde
dat dit mede mogelijk gemaakt wordt door SC Telstar, leerlingen raken extra enthousiast en
gemotiveerd door de toevoeging van een Betaald Voetbal Organisatie (Schoen, 2014).
5.4 Conclusie
De vraagkant van onderwijsinstellingen op verschillende niveaus. Onderwijsinstellingen hebben
behoefte aan een nauwere onderlinge samenwerking. Dit bevordert de doorstroom, waardoor een
keuze maken voor studenten makkelijker wordt. Scholen en het bedrijfsleven werken graag samen.
De school laat de leerling graag praktijk ervaring opdoen en bedrijven hebben vaak behoefte aan
enthousiaste studenten en laten graag het bedrijf zien.
Basisscholen willen leerlingen graag zo breed mogelijk opleiden en zoveel mogelijk basiskennis
meegeven. Dit is echter niet altijd mogelijk door een gebrek aan gekwalificeerde leraren. Zo wordt
het vak gym verslonsd en is basistechniek amper in de schoolprogramma’s opgenomen.
Kortom, scholen hebben behoefte aan een nog breder getrokken samenwerking met clubs. Het
ideaal plaatje zou zijn als de club een dynamische plek is waar alles plaatsvindt. Studenten uit
allerlei disciplines die iets op de club doen.
30
H6. Conclusies
In dit hoofdstuk worden de belangrijkste bevindingen inzichtelijk gemaakt die leiden tot advies voor
een maatschappelijk project; de interne analyse, de maatschappelijke issues in het onderwijs, de
aanbodkant van vijf clubs uit de Jupiler League en de vraagkant van drie onderwijsinstelling op
verschillende niveaus.
6.1 Coöperatie Eerste Divisie / Jupiler League
6.1.1 Commercieel voorstel
“We zijn niet de grootste, maar kunnen wel de slimste en meest innovatieve zijn! We willen ons doel
bereiken door samen te werken met (lokale) overheden en challengers die inhoud willen geven aan
onze gezamenlijke richting.”
6.1.2 Kernwaarden
- Toegankelijk
- Inventief
- Spectaculair
- Ambitieus
6.1.3 Assets
- Unieke communicatiemiddelen
- Groot netwerk (fans, sponsors)
- 16 individuele clubs plus Achilles’29 (landelijk platform)
- Sterk merk (communicatiekracht)
- Claimt de thema’s voetbal en opleiden
6.1.4 MVO Ambitie
Alle clubs uit de Jupiler League zijn een regionale plaats van ontwikkeling; ontwikkeling van de jeugd
en andere maatschappelijk betrokkenen.
6.2 Maatschappelijke issues onderwijs
Met het inzetten van een maatschappelijk project worden maatschappelijk problemen aangepakt.
Op het maatschappelijke issue 'jaarlijks een tekort van 30.000 aan technisch personeel in
Nederland, voornamelijk ambacht' kan de Jupiler League een belangrijke bijdrage leveren. Dit
maatschappelijke issue heeft echt betekenis/inhoud en is geen praktisch puntje.
Een maatschappelijk project betreft een samenwerking tussen een publieke (overheid) partij, een
maatschappelijke organisatie en het bedrijfsleven die het mogelijk maken.
6.3 Stakeholders
Samenwerking met verschillende stakeholders is de sleutel tot succes. Er wordt nu specifiek gekeken
naar de stakeholders. Zijn er specifieke wensen/behoeften en wat is de relevantie van de stakeholder
voor de Jupiler League.
31
6.3.1 Ministerie OCW
De relevantie van het Ministerie OCW voor de Jupiler League zijn de publieke gelden, ook wel
subsidie. Maatschappelijke projecten dragen bij aan een betere maatschappij door in te spelen op
maatschappelijke issues. Het Ministerie OCW bepaalt als het ware het thema van het
maatschappelijk project. De overheid is continu op zoek naar middelen om (maatschappelijke)
doelstellingen te bereiken.
6.3.2 Jupiler League clubs
De relevantie van de clubs voor de Jupiler League. Clubs in de Jupiler League zijn maatschappelijk
betrokken bij zijn of haar omgeving met verschillende maatschappelijke projecten. Er is gekeken
naar het aanbod van vijf clubs uit de Jupiler League. SC Telstar heeft een project lopen gericht op
techniek, de Techniek Experience. Door dit project op te pakken wordt het landelijke issue, landelijk
aangepakt door bij de basis te beginnen. Kinderen laten voelen, ruiken, proeven, horen en zien wat
techniek (ambacht) is.
Telstar probeert alle maatschappelijke activiteiten te linken aan het stadion. De maatschappelijke
stichting wil ook techniek naar het stadion halen. Het hoofddoel bij het Maatschappelijk
Verantwoord Ondernemen is om als voetbalclub midden in de samenleving te staan en iets terug te
doen voor het publiek. De rol die de club in de omgeving kan betekenen voor supporters en/of
potentiële supporters.
6.3.3 Onderwijsinstellingen
De relevantie van een onderwijsinstelling voor de Jupiler League. Een onderwijsinstelling is vaak de
aanbieder van mankracht en/of de doelgroep van een maatschappelijk project. De projecten van de
clubs worden vaak in en om het stadion georganiseerd. Dit betekent dat leerlingen en ouders vaak
op de club zijn en dus betrokken raken (potentiële supporters).
De doorlopende leerlijnen in het onderwijs zouden wat beter op elkaar afgestemd kunnen zijn.
Nauwere samenwerking met scholen onderling, zodat de ene voorloper is en de andere er
specifieker op in gaat. Op deze manier wordt het vervolg voor de leerling ook wat makkelijker en
maken de scholen reclame voor de eigen school/opleiding. Daarnaast laten onderwijsinstellingen,
leerlingen altijd graag praktijk ervaring opdoen. Zowel de basisschool die aan de Techniek
Experience bij Telstar heeft deelgenomen, als de landelijke actie 1 in het techniekpact geven aan dat
techniek als kernvak in het basisonderwijs geïmplementeerd moet worden.
6.3.4 Commerciële partijen
De relevantie van een commerciële partij voor de Jupiler League zijn natuurlijk financiële middelen,
maar ook producten en diensten. In deze tijd willen sponsoren met hun sponsorschap een zichtbare
bijdrage leveren aan de maatschappij. Sponsoren hebben dus behoefte aan een maatschappelijk
ingevuld sponsorschap.
32
Adviesplan
In het adviesplan wordt advies gegeven over het op te pakken maatschappelijk project inclusief
eventuele toevoegingen, de strategische uitgangspunten en de interne communicatie. Er worden
mogelijke partners aanbevolen, waarmee het project opgezet kan gaan worden en tot slot de laatste
stappen voor implementatie.
Project Techniek Experience
De Techniek Experience is een combinatie van:
1. Excursies op locatie bij technische (ambacht) bedrijven uit het sponsornetwerk van de club
2. Techniek (ambacht) lessen/workshops in de technische omgeving van het stadion begeleid
door MBO studenten
Doelgroep: Basisonderwijs groep 7 & 8
Doelstelling: Leerlingen laten voelen, ruiken, proeven, horen en zien wat techniek (ambacht) is
Naast de projectdoelstelling worden er natuurlijk ook hogere doelen nagestreefd met het project.
Hiervoor stellen we een aantal strategische uitgangspunten op:
- Basisschoolleerlingen structureel in aanraking laten komen met techniek
- Meer kinderen kiezen in de nabije toekomst voor een vervolgopleiding in de techniek
- Tekort technisch personeel in de techniek sector terugdringen
- De Jupiler League verbindt, faciliteert en maakt gebruik van het zakelijk netwerk van de clubs
Figuur 8 Techniekles basisonderwijs
Om intern iedereen op de hoogte te brengen en enthousiast te maken van de Techniek Experience
als invulling op de maatschappelijke ambitie, wordt er een intern stuk geschreven, het MVO verhaal.
Het MVO verhaal bestaat uit een aaneenrijging van de verschillinde elementen van het MVO plan.
De Jupiler League heeft een enorme maatschappelijke kracht en staat midden in de samenleving.
Met het thema volwassen worden is de League een proces waarin jongetjes man worden op het veld,
in het stadion en in de wijk. De individuele clubs bezitten een belangrijke maatschappelijke rol in
haar omgeving en hebben de ramen en deuren wijd openstaan voor iedereen. De Jupiler League
33
heeft als maatschappelijke ambitie om een regionale plaats van ontwikkeling te zijn voor jeugd en
andere maatschappelijke betrokken, zoals mensen met een beperking, 65-plussers etc.
Om een relevante maatschappelijke bijdrage te leveren en invulling te geven aan de
maatschappelijke pijler opleiden, heeft de Jupiler League gekeken naar maatschappelijke issues in
Nederland.
Met deze issues in het achterhoofd is er gesproken met een aantal van de twee belangrijkste
stakeholders, namelijk vijf Jupiler League clubs en drie onderwijsinstellingen.
De centrale vraag daarbij was of er op dit moment projecten zijn die één of meerdere van deze
maatschappelijke issues kan verbeteren. De Jupiler League wil en heeft alles in zich om een
waardevolle bijdrage te leveren aan de maatschappij.
Na dit vastgesteld te hebben zijn er nog een aantal behoeftes opgedoken van onderwijsinstellingen
die nauw samenwerken met een club uit de Jupiler League of die de doelgroep zijn van een
maatschappelijk project. Een aantal constateringen:
- De Jupiler League is een landelijk platform met een groot zakelijk netwerk
- Jaarlijks is er een tekort van 30.000 aan technisch personeel in Nederland, voornamelijk
ambacht
- De Techniek Experience is een lopend project bij SC Telstar die dit maatschappelijke issue
aanpakt
- Zowel het Ministerie OCW als de basisschool geven aan dat techniek als kernvak in het
basisonderwijs moet worden geïntegreerd
- De sector bouwnijverheid is sterk vertegenwoordigd in het business netwerk van de clubs
Kortom, De Jupiler League wil als landelijk platform met een groot zakelijk netwerk samenwerken
met het Ministerie OCW, een bouwmarkt, een bouwopleiding en de clubs om het jaarlijks tekort aan
technisch personeel terug te dringen. Met een collectief maatschappelijk project de Techniek
Experience, waarbij techniek (ambacht) als kernvak in het basisonderwijs wordt geïntegreerd, is dit
gezamenlijk te realiseren.
Partners
De Techniek Experience is een samenwerking tussen het Ministerie OCW, een bouwmarkt (bijv.
Bouwmaat), een bouwopleiding (bijv. Bouwmensen) en de clubs uit de Jupiler League.
34
Next steps
De aanzet voor implementatie.
STAP 1
Betrokkene: Stichting Telstar Thuis In De Wijk
Activiteit: Presentatie MVO plan aan Telstar Thuis In De Wijk, gevolgd door gezamenlijke
concretisering project.
STAP 2
Betrokkene: De maatschappelijke stichting van de clubs
Activiteit: Persoonlijk telefoontje als uitnodiging met korte uitleg, gevolgd door kick-off presentatie.
STAP 3
Betrokkene: Corporatie Bouwmensen
Activiteit: Presentatie visie en MVO plan + concreet maatschappelijk project, gevolgd door
gezamenlijke concretisering doelstellingen en samenwerking.
STAP 4
Betrokkene: Ministerie OCW
Activiteit: Subsidieaanvraag, contactpersoon landelijke actie 1 techniekpact; Jos Olsthoorn (OCW)
[email protected] (Actie 1). Voordat er contact wordt openomen check de database op de
doelgroep van het project, zodoende kan er een bereik worden aangetoond.
STAP 5
Betrokkene: Bouwmaat
Activiteit: Sponsorpresentatie. Voor de potentiële commerciële partner (Bouwmaat) is een tailor
made sponsorpresentatie gemaakt, zie bijlagen VI.
Bouwmaat is een speler uit de markt. Om de markt op een inspirerende manier te benaderen kan er
een persoonlijke videoboodschap gemaakt worden met (ex)-spelers uit de Jupiler League met een
bouwpak aan die de managers van de bouwmarkt persoonlijk uitnodigen voor een gesprek.
35
Bibliografie
(sd). Opgehaald van Jupiler: http://jupiler.nl/nl/
Actie 1. (sd). Opgehaald van www.techniekpact.nl: http://techniekpact.nl/acties/actie-1/
Artikelen. (sd). Opgehaald van www.meerdanvoetbal.nl: http://meerdanvoetbal.nl/artikelen/1699
Berger, R. (2013). Toekomstplan. Roland Berger.
Bevolking. (2012). Opgehaald van www.cbs.nl:
http://www.youtube.com/watch?v=5yqwDwisiCI&feature=youtu.be
Bijvelds, P. (2014, oktober). MVO aanbod. (R. v. Boogaart, Interviewer)
Hoeben, M. (2014). 'The School'. Sport Knowhow XL .
Huijbens, G. (2014, oktober). MVO aanbod. (R. v. Boogaart, Interviewer)
kennis, D. (2013). Trends in beeld OCW.
Keulers, Y. (2014, oktober). MVO aanbod. (R. v. Boogaart, Interviewer)
KPC groep. (sd). Opgehaald van kpcgroep.nl: http://www.kpcgroep.nl/
Lesmodules voor het onderwijs. (sd). Opgehaald van www.nisb.nl:
http://www.nisb.nl/academie/lesmodules-voor-het-onderwijs.html
Maarten Vreuls. (2013/'14 ). Wie zijn wij. Opgehaald van Jupiler League:
http://www.jupilerleague.nl/page/wie-zijn-wij
Meer dan Voetbal. (2014). Artikel. Opgehaald van meerdanvoetbal.nl:
http://meerdanvoetbal.nl/artikelen/1687
Meerderheid Nederlandse bevolking wil bewegingsonderwijs als kernvak op de basisschool. (2014).
Sport Knowhow XL .
Molenaar, Bram. (2013/'14). Beleven & Binden. Zeist: Coöperatie Eerste Divisie.
Nassau, J. v. (2014, oktober). MVO aanbod. (R. v. Boogaart, Interviewer)
Nieuws. (sd). Opgehaald van www.jupilerleague.nl: http://www.jupilerleague.nl/nieuws/688
Nieuws. (2014, 09 08). Opgehaald van www.mkb.nl:
http://www.mkb.nl/index.php?pageID=4&messageID=9865&ss=
Nieuws. (2014, 09 16). Opgehaald van www.rijksoverheid.nl:
http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ocw/nieuws/2014/09/16/onderwijsbegroting-2015-beter-
onderwijs-voor-iedereen.html
36
Nieuws. (2014, 09 10). Opgehaald van www.reiksoverheid.nl:
http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ocw/nieuws/2014/09/10/succesvol-project-alleen-jij-
bepaalt-wie-je-bent-uitgebreid.html
Nieuws. (2014, 09 09). Opgehaald van www.reiksoverheid.nl:
http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ocw/nieuws/2014/09/09/stimuleringsregeling-open-en-
online-onderwijs-in-november-van-start.html
Nieuws. (2014, 09 01). Opgehaald van www.rijksoverheid.nl:
http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ocw/nieuws/2014/09/01/42-miljoen-naar-innovatiever-
beroepsonderwijs.html
Officiële bekendmakingen. (sd). Opgehaald van www.overheid.nl:
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2014-11234.html
Oosterhout, B. v. (2013, 09). Jupiler League op de schop. (B. Schnater, Interviewer)
Organisatie. (sd). Opgehaald van www.rijksoverheid.nl:
http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ocw/organisatie
Over techniekpact. (2013). Opgehaald van www.techniekpact.nl: http://techniekpact.nl/nationaal-
techniekpact-2020/
PFS Nederland. (2009). Over PfS. Opgehaald van playingforsuccess.nl:
http://www.playingforsuccess.nl/Paginas/default.aspx
Quinten, L. (2014, november). Vraagkant onderwijsinstellingen. (R. v. Boogaart, Interviewer)
Schoen, I. (2014, november). Vraagkant onderwijsinstellingen . (R. v. Boogaart, Interviewer)
(2014). Sectorprognoses . Rabobank.
Veldman, P. (2014, oktober). MVO aanbod. (R. v. Boogaart, Interviewer)
Verschut, E. (2014, november). Vraagkant onderwijsinstellingen. (R. v. Boogaart, Interviewer)
Vreuls, M. (2013/'14). Brandbook. CED.
Vreuls, M. (2014). Kantoor gesprek . (R. v. Boogaart, Interviewer)
Vreuls, Maarten. (2013/'14). Sportief Verslag. Zeist: Cooperatie Eerste Divisie .
Zijl, T. v. (2014). Onderwijs voor MBO-studenten Sport & Bewegen heeft upgrade nodig. Sport
Knowhow XL .
37
Bijlagen
In de bijlagen worden alle documenten geplaatst die niet in het onderzoek horen, maar wel degelijk
van belang zijn geweest bij het onderzoek.
I. Interview BVO’s
Inleiding Het doel van het interview is om de aanbodkant en actuele issues van de BVO’s op maatschappelijk
gebied in het algemeen en opleiden in het bijzonder in kaart te brengen. De bevindingen uit het
interview is nuttige input voor mijn stageopdracht om uiteindelijk tot geïmplementeerd advies te
komen voor een maatschappelijk opleidingsprogramma.
De thema’s die aanbod gaan komen zijn: Algemene informatie, BVO en MVO, Publiekprivate samenwerkingsverbanden en BVO en opleiden. Algemeen Hoe ziet de BVO er kort en krachtig uit en wat is de missie en visie van de BVO.
Beschrijving
Organisatie(schema)
Toekomstbeeld BVO en MVO BVO’s hechtte veel waarde aan haar positie in de samenleving. Door middel van deze positie kan de BVO invloed uitoefenen op haar omgeving en de BVO doet dit onder andere met eigen maatschappelijke projecten.
Eigen maatschappelijke projecten
Thema’s
Hoofddoel
Wanneer gehouden
Doelgroepen
Hoe deelnemen
Waar gehouden
Media
Ambitie Publiekprivate samenwerkingen Publiekprivate samenwerkingen zijn samenwerkingsverbanden tussen de overheid en het bedrijfsleven.
38
Partijen
Doel
Afspraken
Behaalde resultaten BVO en opleiden De Jupiler League staat in het teken van opleiden en wordt ook wel de kweekvijver van talent genoemd, niet alleen op het veld maar ook daarnaast.
Opleiden momenteel
Inhoudelijk en doelgroep
Opleiden mogelijkheden
Opleidingsinstituten Hartelijk dank voor uw aandacht en tijd!
39
II. Interview onderwijsinstellingen
Inleiding Het doel van het interview is om de behoeftekant en actuele issues van onderwijsinstellingen in kaart
te brengen. De thema’s die aanbod gaan komen zijn: Algemene informatie, Actuele Issues,
Samenwerking BVO en Behoefte tussen de samenwerking.
Algemeen
Beschrijving
Opleidingen
Niveaus
Visie (talent)ontwikkeling Actuele issues
Talentontwikkeling
Stages
Techniek
Sport & Bewegen Samenwerking BVO
Samenwerkingsactiviteit
Inhoudelijk
Taken studenten
Doel
Verloop
Afspraken
Behaalde resultaten Behoefte samenwerking
Behoefte
Waarom deze behoefte
Vooruitzicht Hartelijk dank voor uw aandacht en tijd!
40
III. Transcript FC Oss
Een goedemorgen Peter, een goede morgen Rolf. Bedankt dat u tijd heeft vrijgemaakt om met mij
te praten over de maatschappelijke projecten van FC Oss. Het doel van het gesprek is om de
aanbodkant van FC Oss op maatschappelijke gebied in het algemeen en opleiden in het bijzonder
in kaart te brengen. De thema’s die aanbod gaan komen zijn: Algemene informatie over de club, FC
Oss en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen, de samenwerkingsverbanden van FC Oss en
een stukje over FC Oss en opleiden.
Het algemene gedeelte
Hoe beschrijft u FC Oss kort en krachtig? Zoals je weet ben ik pas relatief kort directeur, enkele
maanden dus ik heb niet alle historische besef over de club en ook nog niet wat er in het verleden is
gebeurt dus ik heb eigenlijk nog geen heel sterk beeld van voor mijn periode. Oké. Hoe zie ik FC Oss?
Als een hele verantwoordde, financieel goed ingerichte club. Ja. Die eigenlijk een voorbeeldfunctie
heeft in de Jupiler League wat dat betreft. En prestatief, mede gezien het feit dat de begroting één
van de laagste begrotingen is uit de Jupiler League, prestatief een club is voor het rechterrijtje. Ik
vind dat wij als club en dat is eigenlijk de doelstelling die ik heb, heel simpel, wij zijn met name een
publieke organisatie, natuurlijk een voetbalorganisatie maar met name een publieke organisatie. Het
publiek moet ons leuker vinden dan dat ze ons vandaag vinden. Dus met andere woorden onze
deuren en ramen moeten wijd open staan om en goed naar buiten te kunnen kijken maar ook het
publiek goed naar binnen te laten kijken. Het moet ze bevallen wat ze zien op alle fronten, meer dan
vandaag. Dat is mijn opgave. Oké duidelijk. U loopt nu een tijdje rond bij FC Oss. Ja. Hoe ziet de
organisatie er precies uit? Het is zoals in heel veel Betaal Voetbal Organisaties op Jupiler League
niveau, is het een hele kleine organisatie. Oké. Met vier FTE’s dus wij zijn een kleine organisatie met
een hele grote omgeving want iedereen vindt iets van ons en iedereen heeft een mening. Zoals ik het
nu kan beoordelen zitten wij heel krap in de operationele bezitting en dat betekent dat we ook heel
vaak de hulpvraag moeten stellen. En gek genoeg gebeurt dat nog niet altijd dus dat zullen we vaker
moeten doen. Dat we andere inschakelen om deeltaken te kunnen doen. Met de nodige inventiviteit
zijn wij in staat om alle operationele zaken te regelen en ook onze extra taken, zeg maar de
servicegraad die we hebben, om die toch te verhogen. En met hulpvragen aan de buitenwereld
bedoel je daar mee vrijwilligers of stagiair(e)s? Op elk gebied eigenlijk. Dat kan zijn mensen die ons
commercieel kunnen ondersteunen, inderdaad op vrijwillig gebied. Of misschien wel ingehuurd op
basis van commissie. Dat betekent wedstrijddagen. Dan wordt er niet alleen een wedstrijd op het
veld gespeeld want die kan je nog verliezen, maar om de wedstrijd heen wordt ook een wedstrijd
gespeeld. Alle mensen die komen moeten het gevoel hebben dat ondanks een mogelijke nederlaag,
dat ze toch bij een goede club terecht komen waar dingen goed en leuk geregeld zijn. Oké duidelijk.
Waar wil FC Oss in de toekomst staan? Ja. Wat is uw ambitie, uw doelstelling daarin? Ja, ik wil dat
FC Oss in heel Nederland bekend staat als een club die op innovatieve wijze de functie van publieke
organisatie invult dus dat FC Oss bekend staat als een club die op heel innovatieve wijze de deuren
en ramen wijd open heeft staan zodat zij kennis naar binnen haalt, dat zij het lef heeft om zaken op
een vernieuwende en betere manier aan te pakken en dat gecombineerd met een club die bekend
staat als ‘daar worden talenten c.q. voetballers in zijn algemeenheid beter.’ Ze worden beter dan ze
voorheen waren omdat de omgeving sterk en veilig is. Dus beter binnen en buiten het veld? Ja klopt.
Ja dat klopt. Van zaken die we regelen voor onze supporters, de omgeving die we creëren voor onze
voetballers, als ook de omgeving die we creëren voor sponsors. Het moet een omgeving zijn die op
41
innovatieve wijze ervoor zorgt dat mensen er heel graag bij willen horen. Oké, dan gaan we nu naar
het volgende onderwerp en dat is FC Oss en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Ja.
FC Oss en MVO
Welke eigen maatschappelijke projecten organiseert FC Oss? Je vraagt het nu aan mij op het gevaar
af dat ik er enkele vergeet want het zijn er nogal wat. Ja dat begrijp ik. Ik heb hier het lijstje nu niet
bij me, Camiel van Hoogstraten regelt dat, maar ik kan het lijstje altijd later nog laten toekomen.
Oké. Als je dat wil want ik vergeet er ongetwijfeld enkele. We doen er sowieso heel veel. We hebben
Cruyff Courts, we hebben de Osse Battle of iets vergeef me de naam. We hebben diverse
voetbalclinics die we overal houden. We hebben een club van de week die bij elke thuiswedstrijd
wordt uitgenodigd en waarvoor allerlei activiteiten rondom de wedstrijd voor georganiseerd wordt.
We doen met meer dan voetbal, doen we het een en ander. Ja van alles dus. Ja ik moet je die lijst toe
laten komen want dat weet ik zo echt niet Rolf. Ik vergeet er ontgetwijfeld een paar. Ja dat is geen
probleem. Dan iets meer over maatschappelijk in zijn algemeenheid. Oldstars vergeet ik te melden.
Met ouderen seniorengym en ook een rondleiding door het stadion doen we een paar keer per jaar.
Oké ja. Op welke thema’s spelen de maatschappelijke projecten, activiteiten dan allemaal in? Ja,
nou eigenlijk zijn ze er allemaal op toe gespitst om (bijzondere) doelgroepen. Ja. Kennis te laten
maken en verder nog zich welkom te laten voelen bij FC Oss want één ding is voor ons overduidelijk.
Afgezien van het feit dat onze kernactiviteit is goed voetballen hè op een manier die mensen
aanspreekt. Is het vooral onze taak dat, wij staan midden in de maatschappij, midden tussen de
mensen, midden tussen al die doelgroepen in. Als die doelgroepen ons niet kennen of niet leuk
vinden of sterker nog ons geen bestaansrecht gunnen of geven dan hebben we ook geen
bestaansrecht. Dus wij bestaan, wij hebben bestaansrecht omdat (bijzondere) doelgroepen de
maatschappij met name in en om Oss ons waardeert. Dus alle maatschappelijke projecten zijn erop
gericht om die doelgroepen een podium te geven. Ja. En de connectie te maken tussen ons als
voetbalclub en de maatschappij. Oké. En bied je die doelgroepen dan vooral bijvoorbeeld een
programma waarin zij kunnen participeren dus vooral op participatie gericht of een programma
wat vooral op gezondheid is gericht of ja. Breed. Dat is ook in onderlinge afstemming, dat is toch
een stukje maatwerk. Wij kunnen eigenlijk, ik zeg altijd zo een voetbalclub heeft nooit geld maar
heeft altijd een podium en heeft altijd de mogelijkheid om maatwerk op dat gebied te leveren. Dus in
feiten kan dat heel veel verschillende thema’s hebben. Oké. Ik weet dat we binnenkort weer een
thema gezondheid hebben maar het is heel vaak wel op basis van participatie. Eigenlijk in 9 van de 10
gevallen. Oké. Ja. Ja, oké. Wat is het, nee die hebben we gehad. Wat is het hoofddoel bij het
inzetten van maatschappelijke projecten? Ja, dat hebben we net al een beetje besproken. Ja, het
hoofddoel is echt ons bestaansrecht, dat ontlenen wij aan hoe wij in de maatschappij staan. Daar
geloof ik ook echt in. Wij ontlenen ons bestaansrecht niet aan of we 6e of 16e in de Jupiler League
staan of in de Eredivisie spelen. Wij ontlenen ons bestaansrecht aan het feit dat er publiek is, wij zijn
een publieke organisatie en dat zijn maatschappelijke organisaties. Dat er publiek is wat ons
waardeert, leuk vind en ons bestaansrecht gunt en geeft. Oké, dus FC Oss die midden in de
samenleving staat en draagvlak creëert. Als wij niet meer midden in de maatschappij staan dan
hebben wij geen bestaansrecht. Oké, duidelijk. Heel duidelijk. Voor welke doelgroepen worden de
maatschappelijke projecten georganiseerd? Ouderen, jongeren, gehandicapten, mensen met een
achterstand tot de arbeidsmarkt, maar ook niet sportende jongeren denk aan het JOGG, wel
sportende jongeren dat we de clubs erbij betrekken. Dus eigenlijke het hele publiek? Ja, het hele
publiek. En voor iedereen is er wat. De vraag zou eigenlijk andersom gesteld kunnen worden. Je zou
42
de vraag kunnen stellen: Welk publiek is voor jou niet interessant als FC Oss? Ik zou het niet weten.
Elk publiek is in principe omwonende. Klopt maar dan is nog de vraag: Elk publiek is interessant.
Maar wordt er ook voor een ieder iets gedaan? Ja nou goed, wij pakken een heel
seizoensprogramma en wij proberen dat steeds breder te vullen en al die doelgroepen zijn bij ons
benoemd dus die komen in principe allemaal aan bod. Oké. Het is wel een tweerichtingsverkeer. Er
wordt ook altijd een inspanningsverplichting gevraagd van de doelgroep zelf. Ja, ja. Goede doelen
vergeet ik heel nadrukkelijk te melden. Wij hebben een heel beleid erop gericht om goede doelen
elke thuiswedstrijd bij ons een podium te geven en dat gaat van het verkrijgen van kaarten op de
tribune tot het inzetten van een mascotte tot de mogelijkheid om te collecteren tot de mogelijkheid
om zich te presenteren in de business club en tijdens het diner. Dus een heel breed programma, elke
thuiswedstrijd gericht op het ontvangen van een goed doel. Oké. Wanneer worden deze
maatschappelijk projecten gehouden? Is dat doordeweeks of op een anders tijdstip. Ja, dat gebeurt
doordeweeks en we hebben altijd ook maatschappelijke projecten rondom wedstrijden. Oké,
rondom wedstrijden ook? Ja, altijd. En dan. Zoals ik al zei bijvoorbeeld het goede doel, dat is er één
van. Oké, een goed doel. Maar de maatschappelijke projecten waar de doelgroepen ook echt aan
deelnemen, die zijn meer doordeweeks? Ja, die zijn doordeweeks. Ja, precies kijk als je club van de
week neemt dat vind ik ook een maatschappelijk activiteit, dan komen er jongens en die fungeren
ook als ballenjongens, maar die gaan ook in de rust wedstrijdje spelen. Nou, dat is ook een activiteit
die wij organiseren in en om de wedstrijd. Het goed doel, ja ze kunnen collecteren, maar dat bedoel
je niet echt met activiteit hè. Nee, dat klopt. Die krijgen gewoon de mogelijkheid om het podium te
benutten. Ja, en deze maatschappelijke projecten die worden ook in en rondom het stadion
gehouden of ook op het jeugdcomplex? Nee, we hebben geen jeugdcomplex. Ja, dat hebben we
wel, maar dat hebben we samen met NEC dus eigenlijk in en om het stadion of ter plekke. Dus dat
kan ook zijn, wij hebben een eigen Cruyff Court, het FC Oss Cruyff Court dat we daar een activiteit
houden. Of op een school hè, een lezing op een school of een clinic op een school. Alles is daarin
mogelijk. Oké. Hoe kunnen de doelgroepen deelnemen aan zo’n maatschappelijk project? Gewoon
simpel zich eigen inschrijven. Ja, ook dat, maar wij zoeken het ook zelf op. Wij hebben een
samenwerking want dat is ook een vraag van jou met het SEC. Dat is Sport Educatief. Ja, ik had het
op Twitter gezien. Ja Sport Educatief. Expertise Centrum of zo. Sport Expertise Centrum Oss. En wij
hebben iemand in dienst die letterlijk continu, volledig ingezet wordt voor onze maatschappelijke
projecten. Dus ook hij zoekt zelf contacten met allerlei doelgroepen, in opdracht van FC Oss. Oké,
dus jullie hebben iemand Full time in dienst die puur is gefocust op maatschappelijk gebied. Bijna
Full time. Oké. Ja, ja. Duidelijk. Welke media worden erin gezet om de maatschappelijke projecten
onder de aandacht te brengen? Dan moet je denken aan onze eigen media. Website, Twitter en
Facebook. We hebben een overeenkomst met het Brabants Dagblad. Persberichten bijvoorbeeld. Ja,
persberichten, nieuwsbrieven dus eigenlijk onze eigen communicatie middelen. En wij zijn bezig met
de oprichting, en daar hebben we al één item van gehad, van FC Oss TV. Dus een eigen. Clubkanaal.
Een eigen clubkanaal ja. Oké, leuk. Maar dat staat nog in de kinderschoenen. Ja, ja. Welke ambitie
heeft FC Oss op maatschappelijk gebied? Ik wil dat onze omgeving ons ziet als een voorbeeld club op
maatschappelijk gebied. Als een club die daadwerkelijk laat zien dat midden in de maatschappij staan
nog belangrijker is dan goed voetbal. En daarbij willen jullie, jullie bagage aan maatschappelijke
projecten gewoon blijven uitbreiden? Ja. En daarbij zullen we steeds de hulpvraag moeten stellen,
maar we worden er ook steeds bedrevener in. We weten ook steeds beter hoe we die contacten
moeten leggen. Ja. En wij vragen ook altijd een inspanningsverplichting van de doelgroep zelf. Dat is
voor ons heel belangrijk want we zijn maar een kleine organisatie. Als men alleen maar wil profiteren
43
van ons. Ja. Dan, dan kunnen wij dat niet bieden. Want zoals ik al zie wij hebben maar vier Full timers
in dienst. Oké, duidelijk. Dan gaan we nu naar een stukje, het volgende onderwerp en dat is
publiekprivate samenwerkingen. Daar hebben we het net ook al eventjes overgehad.
Publiekprivate samenwerkingen
Met welke partijen is er een publiekprivate samenwerking? Ja, daar bedoel je het SEC bijvoorbeeld
mee. Bijvoorbeeld het SEC ja. Zijn er zo nog meer bijvoorbeeld binnen een project wat is opgesteld
met een andere derde partij. Nee, niet structureel. SEC doet dat echt voor ons en die zoekt wel weer
allerlei samenwerkingen, maar SEC is voor ons de partij die dat regelt. En natuurlijk hebben zij min of
meer structurele of incidentele samenwerkingen, maar wij hebben geen formele samenwerking met
een ander. Alleen met SEC dus. Ja. En het doel van deze samenwerking is net eigenlijk aanbod
gekomen. Ja, klopt. Welke afspraken zijn er zo gemaakt? Er zijn nadrukkelijke werkafspraken
gemaakt en inspanning dan wel prestatieverplichtingen dat wij, dat wij elke wedstrijd een
rustactiviteit hebben met de club van de week. Dat wij elke wedstrijd een goed doel hebben. Dat wij
minimaal vijf keer per jaar een activiteit hebben op ons Cruyff Court. Dus wij hebben het allemaal in
werkafspraken rondom maatschappelijk ondernemen vastgelegd. Dus er liggen er meerdere. Ja, oké.
Voor hun en voor jullie is het dus duidelijk wat jullie taken daarin zijn en. Nou ik moet zeggen dat
we er dit seizoen pas op deze uitgebreide wijze mee begonnen zijn, maar het loopt eigenlijk van
begin af aan heel makkelijk. Oké, dus zij weten wat zij moeten doen en FC Oss weet ook wat FC Oss
moet doen. Ja, klopt. Oké. Omdat het nog maar een kort en intensief samenwerkingsverband is,
zijn er momenteel toch al behaalde resultaten? Nou ja goed, de dingen die ik zojuist zeg die hebben
we al structureel voor dit seizoen vastgelegd. Dus eigenlijk al die werkafspraken die we gemaakt
hebben: hoe vaak we op het Cruyff Court zijn, de rustactiviteiten, het goede doel hebben we allemaal
al ingekaderd. Dus we hebben eigenlijk het hele ambitieuze programma, hebben we op dit moment
al gewoon klaar. Het moet alleen nog uitgerold en uitgevoerd worden. Precies. Maar we hebben het
inclusief, nee niet overal inclusief data, maar we hebben wel overal al afspraken liggen omdat te
kunnen invullen. Dus dat gaat gewoon gebeuren. Ja, oké duidelijk. Dan gaan we nu over naar FC Oss
en opleiden. Ja.
FC Oss en opleiden
Wat wordt er momenteel gedaan aan opleiden in de breedste zin van het woord? Ja. En daarmee
bedoel ik naast het veld. Oké, naast het veld. Ja. Dan kom ik op het volgende. Twee delen. Ik heb net
gezegd: innovatief talentontwikkeling, nou er komt bij ons een hele nieuwe talentencampus. Die
wordt tegen ons stadion aangebouwd en FC Oss wordt eigenlijk het middelpunt van die
talentencampus. En dat wordt een project waarbij leren, werken en sporten de basis vormt. Er komt
een Fitland in ons stadion, naast ons komt Het Hooghuis college en het ROC dus we krijgen scholen
direct in de omgeving en we krijgen bedrijven direct in onze omgeving. Allerlei projecten op het
gebied van opleiden, talentenontwikkeling en innovatie zullen in en om ons stadion plaatsvinden.
Dat is de nabije toekomst. Op dit moment betekent dit vooral als je kijkt naar wat wij nu opleiden
dan is het zo dat wij onze spelers, de spelers hebben allemaal de mogelijkheid om aan projecten deel
te nemen die door onze sponsors, een paar sponsors worden georganiseerd. Dus met andere
woorden wij zijn een semiprofclub en elke speler heeft bij ons de mogelijkheid om naast zijn voetbal
ook een project te gaan doen. Nu al? Nu al, dat is nu ingang gezet. Dat is dus die talentencampus?
Nee, dat is een voorloper van de talentencampus. Oké. Dat is een eigen initiatief van FC Oss. Ja. Niet
eens als voorloper, maar dat is gewoon onze eigen opleidingsgedachte naar spelers toe. En hoe ziet
dat er inhoudelijk uit voor de spelers? Dat betekent dat zij vaak onderzoeksprojecten doen voor een
44
sponsor. Dus een soort, een betaalde stageopdracht. Zoals jij nu een onderzoek doet bij de CED hè
waar jij als stagiair werkzaam bent, kunnen zij ook voor een project bezig zijn. Één speler bij ons heeft
HBO gezondheidszorg, is niet precies de exacte naam, maar heeft HBO zorg gedaan. Ja, oké. En die
doet nou voor een bouwonderneming van ons, doet die een onderzoek in de gezondheidszorg naar
de behoefte. En dat doet die meteen na de training op de club? Nee, ’s ochtends. Wij trainen alleen
’s middags. Oké, en doet hij dit in het stadion? Soms in het stadion en soms is hij bij de
opdrachtgever zelf. Krijgt hij daar een beetje begeleiding of ondersteuning voor? Ja, vanuit de
sponsor. Niet vanuit ons. Oké, vanuit de sponsor. Ja, dat is vanuit de sponsor zo geregeld. Dat
kunnen wij niet met vier man. Daar moet je eerlijk in zijn. Nee, dat klopt. Dus de doelgroep van dit
project zijn echt jullie eigen spelers? Ja, dat opleidingstraject ja. Als je kijkt naar opleiding van onze
vier mensen hè want daar gaat het om dan is het vaak het KNVB aanbod waar wij gebruik van maken.
Of zoals afgelopen zaterdag bedrijfshulpverlening hebben weer vrijwilligers bij ons zo’n cursus voor
bedrijfshulpverlening gevolgd. Dan is het ook vanuit het aanbod dat we extern krijgen. En dat ene
programma is dat er al lang voor de spelers? Nee, dat is er dit seizoen gekomen. Dit seizoen pas. Ja.
En hoe zijn de reacties tot dusver? Ja, het is nog maar net begonnen, maar de spelers zijn er
natuurlijk enorm positief over. Ja, en die talentencampus gaat die dat project overnemen? Nee, die
talentencampus komt er gewoon bij. Dat is niet alleen een initiatief van FC Oss, maar daar gaat FC
Oss van profiteren omdat ons stadion letterlijk het middelpunt is. Dus wij gaan, ja dat betekent dat
wij ook stagiairs de mogelijkheid geven in samenwerking met de bedrijven om innovatieve projecten
te doen. Bijvoorbeeld videoreferees, hoe werkt dat nou in het stadion ga dat eens uitzoeken. Is dat
bij FC Oss al toepasbaar. Of het nou wel al niet van de KNVB mag dat is niet zo relevant. Wij willen
dan laten zien, oké wat kan dat betekenen. Ja. Videoreferee. Oké, dus dat project wat puur op de
spelers is gericht dat is alleen door FC Oss georganiseerd? Ja, correct. En de talentencampus gaat
met meerdere partijen georganiseer worden? Zo is het. En dat wordt dan door. Het Hooghuis
college. Daar wordt het door gefaciliteerd? Ja, en ROC de Leijgraaf. En de doelgroep daarbij zijn
gewoon studenten en leerlinge in de omgeving? Ja, klopt. Oké. Welke opleidingsmogelijkheden ziet
FC Oss in de breedste zin van het woord dat is dan die talentencampus. Ja, absoluut. En welke
opleidingsinstituten zitten er verder nog in het portfolio van FC Oss? Heeft u daar zo een kijk op?
Dat zijn eigenlijk Het Hooghuis college en ROC de Leijgraaf op dit moment. Oké. Nou duidelijk, alle
vier de thema’s zijn aan bod gekomen. Ik heb voldoende informatie en ik dank u hartelijk voor uw
aandacht en tijd. Graag gedaan Rolf.
45
IV. Transcript SC Telstar
Het interview met Gertjan Huijbens (G) van Telstar Thuis In De Wijk afgenomen door Rolf van den
Boogaart van de Coöperatie Eerste Divisie (R).
R: Een goedemiddag. Allereerst bedankt voor je tijd dat je een keer met mij wil praten over de
maatschappelijke projecten van Telstar.
G: Ja.
R: Het doel van mijn interview is om de aanbodkant van Telstar op maatschappelijk gebied in het
algemeen en opleiden in het bijzonder in kaart te brengen. De thema’s die aanbod gaan komen
zijn: Telstar in het algemeen, Telstar en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen,
publiekprivate samenwerkingen.
G: Oké.
R: En Telstar en opleiden dan. Het onderwerp algemeen. Hoe beschrijft u Telstar kort en krachtig?
G: Dat is een goede.
R: Ja.
G: Nou, het is een vijftigjarige club die al vanaf 1963 probeert te overleven in het betaald voetbal.
Het is een kenmerkende club, een club met een mooie historie voortgekomen uit twee clubs hier uit
de regio. We zijn ooit begonnen in de Eredivisie en een beetje afgegleden naar de Eerste Divisie,
maar daar voelen we ons wel goed. Dus het is een mooie karakteristieke, een beetje tegendraads
clubje met een hele kleine trouwe achterban hier in IJmond.
R: Oké, mooi en hoe ziet de organisatie van Telstar eruit?
G: Oké. Ik hoop dat ik op al je vragen antwoord kan geven, want ik ben natuurlijk van de
maatschappelijke tak.
R: Ja precies, dat is ook het hoofddoel van het interview.
G: Ja precies. Nou, de club heeft een Algemeen Directeur en een Commercieel Directeur en natuurlijk
de technische staf en de trainer. Er zit een Raad van Commissarissen boven, zeg maar een bestuur.
R: Ja.
G: Ook met een voorzitter en een technische man dus het is eigenlijk een hele traditionele
organisatie. Er lopen een aantal professionals rond of tenminste beroepskrachten zowel bij de
horeca als hier in het algemeen, dus zeg maar het stadionmanagement.
R: Ja.
G: Er is onlangs al wel weer op bezuinigd, maar dat geld voor veel clubs dus er zijn wel wat mensen
vertrokken. Ik denk dat er wel een mannetje of 8 a 10 lopen, maar veel ook in part time of
oproepkrachten.
R: Oké, dan Telstar en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Welke eigen maatschappelijk
projecten organiseert Telstar?
G: Ja, ja oké. Ik zal het zo zeggen, we hebben een aantal projecten. Kijk Telstar is altijd al
maatschappelijk bezig geweest.
R: Ja.
G: Het is altijd zo geweest dat Telstar zich vanaf het begin betrokken voelde. Dat kan Pieter de
Waard, de Algemeen Directeur nog altijd beter vertellen als ik, maar er liepen hier dus al allerlei
projecten nog voordat we het een naam gingen geven.
R: De stichting.
G: Voordat we een stichting gingen oprichten daar voor. Dus dan moet je denken aan allerlei vormen
van arbeidsverruiming. Mensen die ver van de arbeidsmarkt staan en die hier rondlopen dus een
46
bepaalde lichamelijke handicap hebben of een beperking of lang uit het arbeidsproces zijn geweest,
dat was er altijd al. Inmiddels hebben we daar een strik omheen gedaan en noemen we dat allemaal
Telstar Assist. Wat daarbij is gekomen, sinds drie jaar hebben we dan die maatschappelijke stichting
en toen is er ook wat meer beleid gekomen en zijn we het wat meer vorm en structuur gaan geven.
R: Ja.
G: De grote maatschappelijke projecten die we naast Assist nu zelf organiseren, dat is de Telstar
Street League. Dat is samen met de corporaties in de wijken dus niet alleen voetballen, maar ook een
tegenprestatie doen voor de doelgroep. We zijn bezig met het opzetten van Playing For Success. De
projectfase is voorbij nu dus daar gaan we nu echt mee starten. Daar hebben we voor drie jaar de
financiering voor rond.
R: Leuk.
G: Ja, Playing For Success. In het verlengde daarvan is de Techniek Experience ontstaan. Dat is een
project wat gaat over kinderen interesseren voor techniek en dat past heel goed bij onze regio. We
hebben ook veel technische sponsors. De IJmond is ook een van de techniek regio’s in Nederland in
dit geval voor engineering en materials, zoals dat zo mooi heet. Met de basisindustrie als TATA, een
belangrijke sponsor van ons. Nou, techniek is hier een item en daarom willen we de jongeren in de
toekomst daarvoor interesseren.
R: Ja.
G: En daar hebben we de Techniek Expierence omheen gebouwd. We hebben nog een ander project
wat we sinds kort onder onze hoede hebben. Dat is het School’s Cool project. Het is een mentor
project voor kinderen die het een beetje lastig hebben in hun thuissituatie en die worden dan
begeleid in de overgang naar de middelbare school. Ja. Dat zijn de vier belangrijke eigen projecten.
R: Oké, en op welke thema’s spelen die vier grote projecten in?
G: We richten ons voornamelijk op de thema’s onderwijs, toekomst en techniek.
R: Onderwijs, toekomst en techniek.
G: Ja, wat dat betreft wel. Ze hebben bijna allemaal een link hè.
R: Ja, zeker.
G: Behalve die Street League dat is dan weer gezond en leefbaarheid in wijken. Dat is de Street
League.
R: Oké, duidelijk. Wat is het hoofddoel bij het inzetten van deze projecten?
G: Nou ja, het hoofddoel is natuurlijk wel dat je als Telstar je maatschappelijke betrokkenheid en
verantwoordelijkheid wil nemen. Dat je bewust bent van je rolmodel en over de toegevoegde
waarde die je daarbij kan zijn. Dat is wel heel sterk. Dat doen alle voetbalclubs ook, maar Telstar
weet heel goed van ook al is het maar Telstar, dat heeft toch impact. Betaald voetbal, de omgeving
van topsport, het stadion, de spelers dat alles heeft toch impact. Dus als je iets organiseert zo’n
Street League, er gebeurt al genoeg in de wijken, maar als je daar Telstar bij haalt dan krijgt het toch
meer kracht. En dit geldt natuurlijk ook voor Playing For Success. Je nut het ten volste uit dat je zo’n
stadion, zo’n organisatie hebt en de uistraling van het voetbal. Ja. Terugkomend op je vraag Telstar
wil dat inzetten ook gewoon puur uit eigen belang, maar ook omdat ze zien dat het belangrijk is. De
uitstraling van voetbal inzetten voor de omgeving.
R: Ja, dus een mooi platform voor de omgeving. Op welke momenten worden deze
maatschappelijke projecten gehouden?
G: Door het hele jaar. De Street League die begint in het voorjaar en heeft de finale in oktober. Ja.
School’s Cool dat is een traject van anderhalf jaar dat je zo’n kind begeleid. Dat loopt door heel het
schooljaar heen en dus ook door heel het seizoen heen.
47
R: En dan doordeweeks?
G: School’s Cool is een project dat eigenlijk heel individueel is. We hebben een aantal mentoren en
een aantal kinderen die begeleid moeten worden en die maken één keer in de week een afspraak
met elkaar. Dat is een soort coach die je helpt met je huiswerk.
R: Een maatje.
G: Een maatje die je ook helpt als je ergens mee vastzit of met plannen of die meegaat naar een
ouderavond. Niet alleen de leerling wordt gecoacht, ook de ouder.
R: Oké.
G: Nou ja, dat loopt heel het jaar School’s Cool is dat. Playing For Success is ook een project wat heel
het jaar doorloopt dus gelijk met het seizoen ook. Dat zijn allemaal projecten tegelijk met het
voetbalseizoen.
R: Ja, dat is mooi.
G: En dat is met de Techniek Experience ook de bedoeling. We hebben dit jaar al een kick-off gehad.
Een groot spektakel ook met andere partijen georganiseerd hoor, maar wel hier in het stadion met
André Kuijpers die het stadion met een helikopter in kwam vliegen. Vervolgens hebben we nu al
twaalf bedrijven waar die kinderen dan uit groep 7 en 8 terecht kunnen om een middagje of een
ochtendje op een bijzondere manier in aanraking komen met techniek. Ja. Waardoor ze dat altijd
bijblijft en vroeg of laat bij een vervolgstudie denken, misschien is techniek wel wat voor me.
R: Dus hoe vaak dit project in het jaar wordt gehouden ligt aan het aantal bedrijven dat mee doet?
G: Ja, maar ook aan hoeveel scholen er deelnemen.
R: Oké.
G: Binnenkort hebben we de promotie-evenement techniekdagen daar komen al die scholen ook
weer samen.
R: Ja.
G: En daar gaan wij dan ook met een standje staan en kijken of er nog meer scholen zich inschrijven.
R: En wat zijn de doelgroepen voor deze projecten?
G: De doelgroep is op dit moment vooral jongeren.
R: Jongeren ja.
G: Het begint een beetje bij groep 7 en 8 en het eindigt zo een beetje bij jong volwassenen. We
willen dit allemaal wel uitbreiden hè. We willen ook een Playing For Success voor jongeren van 15 tot
en met 23 jaar. Dan zitten we meer op de re-integratie. En aan de andere kant willen we ook met die
leefbaarheids projecten de hele wijk erbij betrekken. Het voetbal is voor de jongeren, maar de hele
wijk moet er van profiteren zodat er ook leuke ontmoetingen komen.
R: Ja.
G: Maar onze doelgroep nu is wel heel erg jongeren en de wens is wel om dit breder te gaan trekken.
R: Oké, en hoe kunnen deze doelgroepen deelnemen aan zo’n project?
G: Nou ja.
R: Benaderen jullie de doelgroepen of moeten de doelgroepen zich ergens inschrijven?
G: Bij de Street League kunnen zij zich rechtstreeks inschrijven via de media, via jongerenwerk en via
combinatiefunctionarissen, dat zal je ook wel wat zeggen.
R: Ja.
G: Nou, dat soort mensen zijn allemaal in het veld actief en die hebben ook een netwerk met de
jongeren. Maar ze kunnen zich ook rechtstreeks via de club inschrijven. Bij School’s Cool en Playing
For Success gaat het voor 90% via de scholen zelf.
R: Ja.
48
G: Die weten welke leerlingen ervoor in aanmerking komen. Het is ook een vorm van passend
onderwijs, Playing For Success.
R: Oké, en deze projecten worden gehouden in het stadion?
G: Alles willen we wel aan het stadion linken. Playing For Success is het mooiste voorbeeld, een
leercentrum in de wow-omgeving van het stadion. Ja. Je kent het. Daarnaast heb je ook de Street
League en die heeft zijn finale vlak voor de wedstrijd in het stadion. Dan is echt het stadion
multifunctioneel. Ja. Bij School’s Cool is het natuurlijk wat minder voor de hand liggend, maar dan
houdt je hier wel de bijeenkomsten en zo.
R: En bij Techniek Experience bijvoorbeeld daar wordt nou een middag of een ochtend
georganiseerd bij dat bedrijf.
G: Inderdaad.
R: Maar zou er misschien ook iets mogelijk zijn in het stadion?
G: Nou dat is heel goed dat je het zegt. Wij willen ook een Techniek Experience juist in het stadion
doen.
R: Ja.
G: We zijn met Playing For Success. Want er zijn voorbeelden in Duitsland daar heet het Techniek
Arena. Nou moet je het hier geen Arena gaan noemen natuurlijk. Maar dat is wel een goede, want
rond een voetbalwedstrijd zit ook heel veel techniek. Het gaat alleen al om het uitzenden, maar je
hebt het natuurlijk ook over de techniek van het stadion zelf.
R: Ja.
G: Van de verlichting tot en met het geluid.
R: En renovatie.
G: Ja, de bouw. Dus dat is een hele goede. Er zijn inderdaad plannen om ook hier een Techniek
Experience te realiseren.
R: Ja.
G: En ook te integreren wellicht als onderdeel van het tienweekse programma wat elke leerling bij
Playing For Success krijgt. En wat leuk is Techniek Experience heeft een kick-off dat was dit jaar erg
leuk hier in het stadion dus dan gebruiken we ook weer de ambiance van het stadion en de capaciteit
om 1400 kinderen hier op de tribune te krijgen en toen kwam André Kuijpers een verhaal vertellen
over de toekomst. Ja. Maar goed dus zo willen we het stadion en de club er ook weer bij betrekken.
Maar voor de rest is de Techniek Experience ook wel bedoeld om bedrijven op te zoeken en dan zou
het leuk zijn als dat vooral de bedrijven zijn die ook de club sponsoren. Die ook betrokken zijn.
R: Ja, maar er kunnen ook bedrijven deelnemen aan dat project die geen sponsor zijn bij de club?
G: Ja tuurlijk graag. Het is ook leuk om te zien dat Telstar Thuis In De Wijk ook zijn eigen sponsors en
partners trekt die juist dat maatschappelijke interessant vinden.
R: Mee eens. En welke media worden er ingezet voor deze maatschappelijke projecten?
G: We proberen het zo breed mogelijk te doen. We hebben natuurlijk de lokale media zoals dag- en
weekbladen, de lokale omroep en nieuwssites. We hebben de eigen website en social media.
R: Ja.
G: Het wordt wel een beetje rommelig ingezet want we hebben Facebook voor het ene project,
Twitter weer voor het andere project.
R: Oké.
G: Maar goed, dat zetten we wel in en dat zijn wel de belangrijkste.
R: Oké, duidelijk. Welke ambitie heeft Telstar, heeft u op maatschappelijk gebied?
G: Welke ambitie.
49
R: Ja, komt er zo 1,2,3 niets in u op?
G: Jawel, we hebben natuurlijk wel ons beleidsidee. We moeten natuurlijk wel ergens naar toe en dat
is ook de landelijke discussie. MVO maatschappelijke betrokkenheid moet gewoon in degene komen
van de club. We moeten ook oppassen dat we met Telstar Thuis In De Wijk niet een apart clubje
worden.
R: Nee, klopt.
G: Het zij en wij dat is een valkuil. Dus is het de ambitie om jezelf uiteindelijk op te heffen en
onderdeel van de club te worden of kun je werken als een stichting en je profileren als afdeling van
de club.
R: Dat is een aardige.
G: Ja, dat is een aardige. Maar onze ambitie is wel dat we projecten opzetten die aansluiten bij de
behoefte en daardoor ook kans hebben om duurzaam te worden. Je hoeft niet alles tot in de
eeuwigheid door te zetten. Als de Street League uitgewerkt is dan is die uitgewerkt.
R: Ja.
G: Maar zo’n Playing For Success als dat goed werkt dan moet je zorgen dat je dat duurzaam wegzet.
Dus dat de financiering goed is en je niet afhankelijk bent van eenmalige giften.
R: Oké, dank u wel. Het volgende onderwerp is publiekprivate samenwerkingen. Met welke
partijen is er zo’n publiekprivate samenwerking? Dus is er een project opgesteld in samenwerking
met de overheid en een bedrijf bijvoorbeeld?
G: Nou ja, kijk je ziet wel dat het voortouw in een organisatie en het ontwikkelen van een plan, dat zit
bij Telstar Thuis In De Wijk of het zit bij de aangesloten instelling zoals het onderwijs of een
gezondheid & welzijnsinstelling. Wat je wel ziet is dat bedrijven aanhaken. De Techniek Experience is
dan wel weer het mooiste voorbeeld. Dat is voortgekomen uit het bedrijfsleven. En TATA Steel, een
belangrijke sponsor van Telstar die wil heel graag bij de Techniek Experience betrokken zijn. Dat zijn
ze ook daadwerkelijk en ze willen ook heel graag bij Playing For Success betrokken zijn. Ja. Dat geldt
ook voor de bank, de Rabobank is een belangrijke sponsor.
R: Maar vindt TATA Steel het niet erg dat zo’n dag ook wordt gehouden bij een ander bouwbedrijf?
Want TATA Steel wil naamgever zijn of zich nauw betrokken voelen bij de Techniek Experience.
G: Precies.
R: Maar het project wordt ook gehouden bij andere bouwbedrijven.
G: Ja, dat klopt. Het is hier wel in IJmond, maar in het algemeen zie je dat ook wel hoor het is wel wij
samen, we moeten het samen maken. Dus TATA Steel zelf wil wel heel duidelijk zijn affiche hangen
aan Telstar Thuis In De Wijk in zijn algemeen en een aantal projecten in het bijzonder.
R: Ja.
G: Dat willen ze wel graag uitdragen. Tegelijkertijd vinden ze het ook belangrijk dat ze in het grote
geheel van de Techniek Campus te zien zijn. Dat is een dag waarbij alle bedrijven en
onderwijsinstellingen hier in de buurt aanwezig zijn in het Telstar stadion omdat hier veel technisch
werk wordt gedaan. Stopt die? Hij stopt. Nee, toch?
R: Nee, hij loopt gewoon door hoor.
G: Gelukkig anders moet het weer allemaal opnieuw en dat ga ik niet halen hoor.
R: Nee, precies.
G: Zij zien dus ook wel het belang. We hebben hier ook de Rabobank bijvoorbeeld die willen ook heel
duidelijk laten zien dat ze het doen. De Rabobank is ook weer initiatiefnemer van de Kracht van
IJmond. Daar betrekken ze alle sponsors en partners bij.
R: Ja.
50
G: Van ons, maar van hun zelf ook en dat organiseren ze dan hier in het stadion. Dat is leuk om te
zien, dat het stadion ook die maatschappelijke functie heeft.
R: Ja.
G: Dat werkt echt goed hier dus die organiseren dat hier. En daar halen ze dan alle partijen bij. Uit
zo’n bijeenkomst als de Kracht van IJmond dat zijn dan workshops en je kent het allemaal wel komen
dit soort dingen ook wel voort. Laten we dit is organiseren met elkaar of dat is. Die Techniek
Experience is daar ook ten sprake gekomen en andere initiatieven op dat vlak. Op dit moment is het
wel een veelvoud van dingen die daar op gebaseerd zijn.
R: Ja.
G: We proberen elkaar dan niet in het vaarwater te zitten.
R: Nee.
G: In dat opzicht om je vraag nog even te beantwoorden. Ze willen wil duidelijk allemaal hun eigen
naam, maar ze willen ook best wel samenwerken.
R: Oké, duidelijk.
G: Je hebt elkaar ook nodig hè.
R: Ja, zeker. En wat is het doel van deze samenwerking dan? Dat is eigenlijk al een beetje naar
voren gekomen.
G: Ja, nou kijk het heeft het bredere doel van maatschappelijk verantwoord bezig zijn, maar dat
wordt ook gezegd. MVO kan zeker bij zo’n Techniek Experience omdat toch maar weer even te
noemen. Ze hebben natuurlijk ook een eigen belang, maar wij willen met elkaar hier die
werkgelegenheid in stand houden en ook de mensen ervoor vinden.
R: Ja, en bij dat Techniek Experience gaan kinderen een ochtend of een middag meelopen bij zo’n
bedrijf.
G: Ja.
R: Maar zijn dat dan vooral bedrijven die bezig zijn in de bouw? Dus geen groothandelaar van
bouwproducten, want daar kunnen de kinderen in principe niets leren.
G: Nee, het is wel de bedoeling dat ze ook echt zelf aan de gang gaan. Dingetjes maken, constructies
maken.
R: Ja, tuurlijk. Dat is leuk.
G: Bij de garage hebben ze dingen over veiligheid gehoord. Toen hebben ze een airbag laten ploffen.
Het moet iets zijn wat ze ook echt onthouden, maar ook het verschil tussen metaal en kunststof hoe
zoiets reageert bij een botsing bijvoorbeeld. Zo kunnen ze bij een architecten bureau wat ontwerpen.
We gaan bij Action Planet, dat is puur recreatie bijvoorbeeld quad rijden en dat soort dingen. Dat zijn
ook allemaal technische apparaten en leuke dingen natuurlijk.
R: Ja, dat klopt.
G: Maar we gaan ook naar ambachtelijke bedrijven, glas in lood en we hebben nou ook een bedrijf
met hout. Daar kunnen ze zelf een werkstukje maken dan moeten ze wel op hun vingers passen
natuurlijk.
R: Ja.
G: Het moet op een leuke manier blijven kluiven. Zelfs bij een woningcorporatie zit veel techniek. Die
huizen moeten ook gebouwd en onderhouden worden en alles wat daar bij komt kijken. Techniek
kun je heel breed trekken. Je moet je fantasie en kundigheid laten werken. Wat kunnen we die
kinderen aanbieden wat ook echt blijft hangen.
R: Ja, leuk. Zijn er al behaalde resultaten tot dusver? Bij een van deze projecten?
G: Bij de Street League zijn we trots dat we elk jaar meer deelnemers en voorrondes hebben en dat
51
de wijkbijdrage van de grond komen. dat hebben we nog niet letterlijk gemeten, maar we krijgen wel
positieve berichtgeving van buurtbewoners dus op die manier meten we de Street League. Bij Playing
For Success en School’s Cool dat zijn natuurlijk grote projecten met een landelijke uitstraling.
R: Ja.
G: Daar wordt echt onderzoek opgezet. Voorkomt het inderdaad schooluitval? Daar zijn methodieken
voor. Een kosten baten analyse kan je maken en je hebt er enquêtes voor.
R: Ja.
G: Met Playing For Success zijn wij nog maar net begonnen, maar landelijk zijn daar natuurlijk al wel
resultaten over. En de Techniek Experience daar zijn we ook net mee begonnen, maar we zien al wel
dat technische scholen, tegen de trend in hier in Velsen nog steeds veel leerlingen trekt.
R: Ja.
G: Dus op die manier denken we het terug te zien.
R: Oké, het volgende onderwerp Telstar en opleiden.
G: Ja.
R: Wat wordt er momenteel gedaan aan opleiden in de breedste zin van het woord? En daarbij
bedoel ik dan naast het veld.
G: Naast het veld.
R: Ja.
G: Dus niet het voetbal zelf.
R: Nee, niet het voetbal zelf.
G: Ja, Telstar is geen. We moeten wel onze plek weten hè. Ja. Wat wij doen is, wij stellen ons
netwerk en onze mogelijkheden tot beschikking om net dat extraatje te geven in projecten die al
lopen, maar wij gaan niet zelf opleiden. Misschien begrijp ik je vraag wel niet helemaal goed hoor.
R: Ja, daarmee bedoel ik eigenlijk een project wat op opleiden is gericht. Dat kan bijvoorbeeld zo’n
Techniek Experience zijn. Dat project heeft toch wel een link met opleiden in mijn ogen.
G: Ja, dat is de aanzet geven tot.
R: Ja.
G: En dat geldt natuurlijk ook voor Playing For Success die kinderen willen opvangen die dreigen
achterstand op te lopen.
R: Ja.
G: En dat geldt ook voor School’s Cool. De Techniek Experience is meer oriënteren op studie en
beroep. Maar School’s Cool en Playing For Success willen kinderen echt helpen op een manier om op
school te blijven en ook weer zelfvertrouwen te krijgen.
R: Ja, dus dat soort projecten bedoel ik eigenlijk.
G: Maar dat is ondersteunend. We moeten niet de potentie hebben dat je hier aan het opleiden
bent. Als je begrijpt wat ik bedoel.
R: Nee, dat klopt.
G: Je gaat wel op een andere manier met ze aan de slag, dat wel ja.
R: Wat voor mogelijkheden ziet Telstar op het gebied van opleiden in de breedste zin van het
woord? Dat is dan ook een beetje een overbodige vraag denk ik.
G: Ja, je zal hem wel ergens voor bedacht hebben.
R: Dat klopt.
G: Ik zal het zo zeggen, wat we kunnen dat doet Telstar ook.
R: Oké.
G: In dit geval is het welke definitie je aan opleiden geeft.
52
R: Ja, precies. Nou, dan zijn we er alweer doorheen. Ik wil u hartelijk bedanken voor uw aandacht
en tijd.
G: Graag gedaan.
53
V. Branche analyse
Het doel van de analyse is om inzicht te krijgen in de vertegenwoordiging van de branches in de
Jupiler League. Op basis van de uitkomst kan er gekeken worden in welke branches potentie zit.
Aantal van Sector 1 Kolomlabels
Rijlabels FC Den Bosch FC
Oss Fortuna Sittard
Helmond Sport
RKC Waalwijk Telstar Eindtotaal
1 - landbouw en visserij 1
2 2 1 2 8
2 - industrie 25 12 3 18 15 10 83
3 - bouwnijverheid 34 18 7 12 36 11 118
4 - groothandel 15 13 2 13 22 3 68
5 - detailhandel 34 6 5 15 27 4 91
6 – horeca 6 1 2 5 5
19
7 - vervoer 5 4 4 4 7 7 31
8 - financiën 6 4 3 6 3 3 25
9 - adviesdiensten 19 17 16 16 23 11 102
10 - facilitaire diensten 29 15 12 22 25 10 113
11 - persoonlijke diensten 15 3 3 10 13 3 47
12 - algemene diensten 12 6 2 6 4 1 31
13 – media
2
3 8 1 14
Eindtotaal 201 102 61 132 189 66 751 Tabel 1 Branches
Er is een aanname gedaan dat de verhouding uit tabel 1 zich zal blijven voordoen bij de overige clubs.
54
VI. Sponsorpropositie Bouwmaat
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
Stagedossier
In het stagedossier staan de belangrijkste meeloop- en werkactiviteiten, de 360 graden feedback
meetmomenten 1 & 2 die de competentieontwikkeling van de student weergeven en tot slot worden
er nog een aantal toekomstige ontwikkeldoelen opgesteld.
Meewerkactiviteiten
Brainstorm & campagne Jupiler League bal
Activiteit Voor het seizoen 2015/'16 moest er weer een nieuwe officiële Jupiler League bal ontwikkeld worden.
Ieder seizoen zit er een gedachte achter de bal. Een uiterlijk dat op iets is gebaseerd. Hiervoor is een
brainstormsessie gehouden. Aankomend seizoen willen we supporters de mogelijkheid geven om
met hun naam op de bal te komen. Het eerste concept was een voorstel richting de ballen supplier
van de Jupiler League, Deventrade. In het vervolg kwam Deventrade met een aantal voorstellen.
Er is een campagne opgezet waarbij supporters mensen achter zich kunnen scharen via social media.
Aan het einde van de rit hebben we per club één supporterselftal. De elf supporters met de meeste
stemmen vormen aankomend seizoen het supporterselftal op de bal.
Wat ging goed? Het uitwerken van de hoofdzaken tot een concept. De vijf ingrediënten van een crossmediale
campagne. Het voorstel voor Deventrade is uitgewerkt in de vorm van een presentatie. Voor de
presentatie was het juiste inzicht aanwezig in welke onderwerpen wel en welke onderwerpen niet
relevant waren voor Deventrade.
Wat kan beter? Het (specifieker) uitwerken van de bijzaken. Met name de call to action en het actie mechanisme. De
onderwerpen in het voorstel tot in detail uitwerken, van uitgerekte plaatjes tot de juiste zinsopbouw.
Wat heb ik geleerd? Dat een campagne niet 1,2,3 op tafel ligt, maar dat je er met meerdere partijen over moet sparren.
Daarnaast moet het concept kort en krachtig uitgewerkt worden, dus het liefst met bullet points en
geen lange lappen tekst. Het actie mechanisme komt het beste tot zijn recht in de vorm van een
schematische workflow.
Branche analyse
Activiteit Stap 1 was het opvragen van de sponsorbestanden bij de clubs. Daarna heb ik van zeven clubs (met
de branche-indeling van de KvK) per sponsor bekeken in welke branche die actief is. Voor een
tussentijdse evaluatie was er een draaitabel gemaakt van de eerste zeven clubs. Uit deze tabel was af
te lezen in welke branches de meeste sponsoren zijn geregistreerd. We hebben de aanname gedaan
dat deze verhouding zich zal blijven aanhouden voor de overige clubs. Bouwnijverheid was sterk
vertegenwoordigd en voor deze niche is een sponsorpropositie opgesteld.
Wat ging goed? Het plaatsen van de bedrijven bij de juiste branche.
Wat kan beter?
65
Eerder aan de bel trekken als dezelfde resultaten zich blijven voordoen.
Wat heb ik geleerd? De branche analyse was een taaie klus. De analyse zelf is niet erg leerzaam, maar het gevolg wel (de
sponsorpropositie). Hetgeen wat ik van de branche analyse heb opgestoken is een goede branche
herkenning.
Sponsorpropositie
Activiteit Het vervolg op de branche analyse. Uit de branche analyse is gekomen dat de meeste sponsoren zich
bevinden in de bouwnijverheid.
Ik heb deskresearch gedaan naar de professionals (de sponsoren) uit de bouwnijverheid, waar zij hun
inkopen doen. Zodoende heb ik een shortlist van groothandelaren in de bouwmarkt gemaakt en een
sponsorpropositie opgesteld voor één van deze bouwmarkten. De sponsorpropositie is
gepresenteerd aan Marc & Donald. Na wat aanpassingen ben ik bij Triple Double geweest om ook
eens met sportmarketeers te sparren over de propositie, natuurlijk met een rondleiding door SX.
Wat ging goed? Een shortlist van bouwmarkten was zo opgesteld. Het matchen van de bouwmarkt aan de Jupiler
League verliep ook goed (aan de hand van het matchingmodel). Over het geheel gezien was de
expertise en creativiteit aanwezig.
Wat kan beter? De toepassing. Invulling geven aan de theorie en geen interessante rijtjes opnoemen. Een ander
belangrijk punt was gedurende de presentatie te blijven boeien. Het gevoel van dit is interessant
moet overkomen.
Wat heb ik geleerd? De structuur aan de hand van de golden cirkel van Simon Sinek. WHY, waarom de Jupiler League en
(in dit geval) Bouwmaat? HOW, en hoe gaan we dit dan doen? De potentiële partner moet in het
verhaal geloven! Daarna dienen er storylines opgesteld te worden met mogelijke doelstellingen. Aan
deze doeltellingen verbind je een activatie. Schiet niet meteen met allerlei activaties in de lucht. Op
deze manier beperk je de mogelijkheden. Welke doelstellingen heeft de potentiële partner?
Actie Football Manager'15
Activiteit Elk jaar levert de Jupiler League statistieken voor het spel Football Manager. Als tegenprestatie
ontvangen zij 15 spellen om weg te geven aan supporters. De spellen worden vergeven aan de hand
van een leuke en simpele actie.
De actie wordt gehouden rondom een speelronde. Via social media kunnen supporters alle
wedstrijden van deze speelronde voorspellen inclusief exacte uitslag. Daarnaast moeten ze ook het
aantal doelpunten schatten die er deze speelronde worden gescoord. Voor de correcte speloptie
(winnen, gelijk, verliezen) krijg je 5 punten. Voor de correcte uitslag krijg je 10 punten en voor het
correcte aantal doelpunten krijg je 15 punten. De top 15 ontvangt het Football Manager spel.
Wat ging goed?
66
De leuke en simpele actie bedenken en opzetten. Dit is een kwestie van oriënteren in verschillende
winacties en hier een eigen draai aangeven.
Wat kan beter? De actie verliep prima!
Wat heb ik geleerd? Een belangrijk onderdeel bij het opzetten van een actie zijn de algemene voorwaarden. Omdat het
om winacties gaat moet je altijd navraag doen of de actie legaal is. De Federatie van Betaald Voetbal
Organisaties (FBO) heeft de algemene voorwaarden voor de actie opgesteld.
Werkoverleg
Activiteit Wekelijks intern overleg. Welke zaken zijn lopende, welke zaken dienen er te gebeuren en waar is
iedereen op het moment mee bezig?
Wat ging goed? Overzicht. De to do list.
Wat kan beter? Aan elke taak een deadline en doelstelling binden.
Wat heb ik geleerd? Goed leren plannen en op de hoogte zijn van alle lopende zaken. Aan het begin van de week een
agenda opstellen met taken en deadline. Zo kom je als bedrijf niet voor onverwachte zaken te staan.
67
Meeloopactiviteiten
Infostrada Sports & SBS 6
Activiteit Een rondleiding bij het grote mediabedrijf in Hilversum die sport tot leven maakt. Tijdens de live
wedstrijden volgde wij de montage van deze beelden. Met de samenvattingen verkaste alles en
iedereen van Hilversum naar de SBS 6 studio in Amsterdam. In Amsterdam werd in korte tijd de
studio omgetoverd in Jupiler League stijl, waar om twaalf uur stipt Hans Kraay Jr. live de
samenvattingen presenteert.
Wat heb ik geleerd? Het proces achter de schermen van de Jupiler League. Van de live beelden in Hilversum tot de
samenvattingen op SBS 6 in Amsterdam. Het is indrukwekkend om te zien hoeveel mensen er werken
aan de montage van de Jupiler League beelden. Over logistiek en time management gesproken.
Heidag
Activiteit Tijdens de Heidag is er door alle clubs uitkomend in de Jupiler League gezamenlijk gediscussieerd
over de doorstroom van de voetbalpiramide. Het doel van deze dag was om een standpunt +
argumentaties te bepalen.
Wat heb ik geleerd? Het is belangrijk om met alle betrokkenen (clubs uit de JL) gezamenlijk tot een standpunt en
argumentaties te komen, zodat je gezamenlijk op één lijn zit en iedereen weet waar we naar toe
willen. Om iedereen inspraak te geven is de methode van informatie-uitwisseling essentieel. Er werd
in groepen gewerkt die allemaal tot een standpunt met argumentaties komen. In het vervolg wordt
er gezamenlijk voor het juiste standpunt met argumentaties gekozen.
Los van de algemene zin heb ik ook kennis opgedaan inzake de voetbalpiramide. En zoals u misschien
al weet is op dinsdag 02-12-2014 n.a.v. de bondsvergadering de definitieve voetbalpiramide voor het
Nederlands voetbal vastgesteld. Vanaf seizoen 2016/'17 komt er een verplichte promotie/degradatie
met het amateurvoetbal. Er wordt een Landelijke Divisie toegevoegd (tussen de Topklasse en de
Jupiler League). Alle beloftenteams worden onderverdeeld in de piramide, van de Hoofdklasse tot en
met de Jupiler League.
Masterclass Fondsenwerving 2.0
Activiteit De masterclass fondsenwerving werd verzorgd door Petra Hoogerwerf, één van de leidende denkers
op het gebied van fondsen werven in Nederland. Op de masterclass waren een 8-tal clubs uit de
Jupiler League aanwezig met het personeel van de maatschappelijke stichting. Het programma
bestond uit de volgende thema's. Visievorming, inzet van spelers, betrekken van fans, variëren in
inkomstenbronnen, crowdfunding en maatschappelijke commerciële samenwerking.
Wat heb ik geleerd? De twee thema's die mij sterk zijn bijgebleven zijn visievorming en crowdfunding. Het is belangrijk
om bij de visievorming altijd vanuit de basis en vanuit de organisatie te denken, de why. Hierin
onderscheidt de organisatie zich van alle andere. Waarom ben je op de wereld? Waarom doe je iets
op die manier? De how en de what krijgt dan automatisch en een eigen invulling.
68
Er zijn zoveel goede ideeën in de wereld en door middel van crowdfunding kunnen ideeën
werkelijkheid worden. 1%club is zo'n crowdfunding platform waar iedereen met een goed idee een
campagne op kan zetten. Op dit platform kunnen mensen over de hele wereld jouw campagne
steunen als zij het een leuk en goed idee vinden. De ondersteuning bestaat vooral uit geld, maar kan
ook iets anders zijn. De campaigner houdt alle donateurs via een forum op de hoogte wat er met het
geld gedaan wordt. Filmpjes, foto's, verhalen etcetera. Crowdfunding is de methode om ideeën tot
een succesvolle campagne te maken.
Periode uitreiking
Activiteit Per periode wordt er in de Jupiler League een vijftal Bronzen Stieren vergeven. De beste speler, het
beste team, de besta trainer, het besta talent en de topscorer ontvangen alle een Stier. In de eerste
instantie zal je denken wat leer je nou van een stier uitreiking. Voor de stieren uitreikingen moet er
het een en ander georganiseerd worden. Ik ben aanwezig geweest bij de uitreikingen van het beste
team en de beste trainer.
Wat heb ik geleerd? Bij het organiseren van een activiteit, in dit geval een uitreiking moet alles tot in detail geregeld zijn.
Ik beschrijf een aantal zaken:
Het opstellen van de tekst en op de hoogte brengen van de stadionomroeper
Contact opnemen met ProShots met het verzoek een foto te maken van de uitreiking
De uitreiker inlichten over alle facetten van de uitreiking
De winnaars communiceren via de verschillende communicatiekanalen
Met Infostrada Sports afstemmen over het filmen van de uitreiking zodat dit in het samenvattingprogramma uitgezonden kan worden
TenCate GreenFields
Activiteit TenCate GreenFields is de kunstgras leverancier van de Jupiler League. De laatste tijd is er nogal wat
kritiek in de media over het kunstgras in het Nederlands voetbal. Veel clubs uitkomend in de Jupiler
League spelen op kunstgras. De Coöperatie Eerste Divisie voelt zich geroepen om wat verduidelijking
omtrent het kunstgras incident te brengen. Het bezoek bestond uit een x-aantal presentaties en
natuurlijk een rondleiding door de fabriek.
Wat heb ik geleerd? Dat technologie tot alles in staat is en dat er voortdurend testen worden gehouden op natuurgras en
kunstgras om zo tot de beste bespeelbare velden te komen. Van de vormen van de rubbers tot de
vezels. De beweringen in de media zijn onjuist en kunnen bewezen worden.
Met de technologie die er ligt is het nu al mogelijk om supporters op de tribune live de statistieken
van de spelers te laten volgen via bijvoorbeeld een app.
KNVB Talent Team dag
Activiteit De stage bij de Coöperatie Eerste Divisie heb ik te danken aan KNVB Talent Team. KNVB Talent Team
biedt in samenwerking met Adecco studenten een stage aan in de voetbalwereld. Jaarlijks wordt er
69
een KNVB Talent Team dag georganiseerd voor alle stagiair(e)s die op dat moment in de
voetbalwereld stage lopen.
Het programma van de stagedag bestond uit een rondleiding op de KNVB campus, workshops,
natuurlijk een voetbaltoernooi en aansluitend een borrel.
Wat heb ik geleerd? Het belangrijkste van de stagedag is dat je een gezellige dag hebt met alle stagiair(e)s uit de
voetbalwereld en elkaars stage ervaringen deelt.
Er was één workshop creatief presenteren. Ik heb geleerd mezelf op een leuke manier te presenten
aan de hand van een voetbal tint. Je kwaliteiten op het voetbalveld matchen met je baan of stage.
Het beschrijven van je plek in het stadion. Heb je graag het overzicht en zit je boven in het stadion?
of treed je graag op de voorgrond en zit je op de M-side? Wat voor type voetballer ben je? Een
spelverdeler als Messi of een dienende back als Kuyt?
70
360 graden feedback - meetmoment 1
360 graden feedback - meetmoment 1
Persoonlijk rapport van:
Rolf van den Boogaart
71
Feedbackgevers
Variabele [email protected] [email protected] Feedbacktype Bedrijfsbegeleider Medebeoordelaar/collega
Competenties
De 360 graden feedback heeft als doel de ontwikkeling van de stagiair(e) te sturen en zichtbaar te maken in zes
competenties: oordeelsvorming, pro-activiteit, planmatig werken, mondelinge communicatie, sensitiviteit en
lerend vermogen. De grafiek hieronder geeft de gemiddelde scores weer voor de afzonderlijke competenties.
72
Oordeelsvorming
Omschrijving: kan tot gefundeerde oordelen komen.
Indicator 1 2 3
Gaat op zoek naar oorzaken van problemen, komt niet te snel met een oplossing + - + - + -
Vergaart relevante informatie + - + - + -
Houdt hoofdlijnen in de gaten, kan de kern van een probleem benoemen - - + -
Scheidt feiten van meningen + - + - + -
Onderkent dat er verschillende aspecten aan een vraag/probleem kleven, beziet
situatie vanuit diverse invalshoeken, legt relaties tussen problemen
+ + - +
Rolf, kan in het begin van zijn stage nog niet goed het onderscheid maken tussen de praktijk enerzijds en de
theorie anderzijds. In een analyse van meest voorkomende branches binnen de sponsoromgeving van clubs,
was na de analyse van 7 clubs overduidelijk welke branches significant vaker voorkomen. In eerste instantie
wilde Rolf, de overige 10 clubs ook nog analyseren. Het proces van 7 clubs had met name operationeel een
doorlooptijd van 2 weken. Uiteindelijk hebben we gezamenlijk besloten te extrapoleren, wat enkele weken
tijdwinst opleverde.
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Voldoende Voldoende Voldoende
73
Pro-activiteit
Omschrijving: neemt initiatieven, ziet kansen en handelt daar naar, durft keuzes te maken en daarvoor te
staan, anticipeert op mogelijke problemen.
Indicator 1 2 3
Doet voorstellen voor nieuwe taken of een andere aanpak - + - + -
Doet uit zichzelf pogingen een probleem op te lossen - + - + -
Neemt initiatieven - + - + -
Maakt keuzes, durft ja of nee te zeggen, ook als niet alle consequenties daarvan zijn
te overzien
+ - + - + -
De CED is een type organisatie waarin veel pro-activiteit noodzakelijk is. Zelf op onderzoek uitgaan en met
ideeën en initiatieven komen is een must. In het begin van de stage periode had Rolf de neiging snel mee te
gaan in de mening van meer senioren collega's en durfde daardoor minder initiatief te nemen.
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Onvoldoen
de
Voldoende Voldoende
74
Planmatig werken
Omschrijving: werk gestructureerd aan het bereiken van doelen; stel prioriteiten, geeft aan hoe en wanneer
zaken gerealiseerd moeten zijn, controleert voortgang.
Indicator 1 2 3
Werkt planmatig, heeft een goed overzicht wie, wat, wanneer moet doen + + +
Komt afspraken na, komt op tijd + + + +
Maakt duidelijke afspraken over resultaten, werkwijze, deadlines + - + + -
Controleert regelmatig of hij/zij nog op de goede weg zit + + +
Rolf werkt constructief en contentieus.
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Goed Goed Goed
75
Mondelinge communicatie
Omschrijving: communiceert effectief met uiteenlopende personen; drukt zich helder uit en luistert actief;
inhoud en vorm van presentaties zijn afgestemd op doel en publiek.
Indicator 1 2 3
Komt snel tot de kern van de zaak: kan hoofd- en bijzaken onderscheiden + - + - + -
Is makkelijk verstaanbaar, hanteert een goed tempo, heeft een energieke,
enthousiaste verteltoon
+ + - +
Luistert: stelt relevante vragen, vat samen, maakt oogcontact, heeft een actieve
luisterhouding
+ + + - +
Reageert adequaat op vragen/bezwaren: begrijpt wat een ander bedoelt, vraagt
door indien hij/zij het
niet begrijpt
+ + - + -
Neemt initiatieven in een gesprek door vragen te stellen, conclusies te trekken + - - + -
Rolf moet uitgaan van eigen kracht en zich niet laten beïnvloeden door eventuele sterren/strepen op de
schouder.
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Goed Voldoende Voldoende
76
Sensitiviteit
Omschrijving: houdt rekening met de belangen en gevoeligheden van anderen (inlevingsvermogen, luisteren,
klantgerichtheid, integriteit en organisatiesensitiviteit).
Indicator 1 2 3
Reageert op anderen met begrip voor hun positie of motieven, ook als hij/zij het er
niet mee eens is
+ - + +
Doet moeite een ander te begrijpen + + +
Praat met respect over klanten, collega`s, de organisatie + + + +
Vormt zich een betrouwbaar beeld van wat anderen bedoelen (te zeggen), bezit
inlevingsvermogen
+ + +
Houdt rekening met gangbare normen en waarden in de organisatie (cultuur), met
name als deze niet
stroken met die van hem/haarzelf
+ + + - +
Staat met vrijwel iedereen op goede voet + + + +
In een organisatie met een open karakter, duurde het enige tijd (na enig aandringen) voordat Rolf voldoende
zeker van zichzelf was om ook richting directie aan te geven wanneer ze in zijn ogen iets zeiden waar hij het
niet mee eens was.
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Goed Voldoende Goed
77
Lerend vermogen
Omschrijving: is in staat en gemotiveerd om van ervaringen te leren; maakt zich actief kennis, vaardigheden en
houdingen eigen, is gemotiveerd om zich blijvend te ontwikkelen.
Indicator 1 2 3
Vraagt feedback over eigen aanpak en resultaten (wat ging goed, wat niet, wat kan
beter)
- + +
Kan eigen opvattingen loslaten, denkt mee, stelt vragen + - + +
Behandelt kritiek als informatie over het effect van zijn/haar eigen acties: vraagt
door naar feiten en
verwachtingen
+ + + -
Maakt zich snel nieuwe kennis of werkwijze eigen + - + + -
Lerend vermogen is prima. Heeft door meerdere feedbacksessies zijn gedrag, aanpak en presentatie stijl goed
aangepast.
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Voldoende Goed Voldoende
78
Reflectieverslag 1
Het doel van het reflectieverslag is om terug te kijken op de eerste periode bij de Coöperatie Eerste
Divisie. Er is een algemeen oordeel en feedback gegeven over 6 competenties; oordeelsvorming, pro-
activiteit, planmatig werken, mondeling communicatie, sensitiviteit en lerend vermogen. De
feedbacksessie is ingevuld door de bedrijfsbegeleider Marc Boele, collega Maarten Vreuls en de
student zelf Rolf van den Boogaart. Met het resultaat worden een aantal aandachtspunten
beschreven waar in de tweede periode aan gewerkt kan worden.
Oordeelsvorming
Op de competentie oordeelsvorming scoort de student een voldoende. De verschillende stellingen
geven niets opvallends weer. Een aandachtspunt voor de tweede periode is om de theorie ook echt
in de praktijk toe te passen en niet te benoemen. Kortom, met de theorie in het achterhoofd, het op
de voorgrond toepassen.
Pro-activiteit
Op deze competentie valt nog winst te boeken. De personen van de CED waren het unaniem met
elkaar eens en beoordelen deze competentie met een voldoende, terwijl de student zelf een
onvoldoende geeft. Een aandachtspunt voor de tweede periode is om wat meer initiatief te nemen
en met ideeën te komen.
Planmatig werken
Het algemene oordeel over de mate waarin de stagiair over de competentie planmatig werken
beschikt is door alle drie de personen met een goed beoordeeld. De stelling waar enigszins nog wat
aandacht aanbesteed zou kunnen worden is; duidelijke afspraken maken over resultaten, werkwijze
en deadlines.
Mondelinge communicatie
In vergelijking tot de competentie pro-activiteit beoordelen de personen van de CED de competentie
mondelinge communicatie wederom met een voldoende, de stagiair geeft daarentegen een goed.
Een aandachtspunt voor de tweede periode is om zeker te zijn van mezelf en niet door andere te
laten beïnvloeden.
Sensitiviteit
Op de competentie sensitiviteit scoort de student tweemaal een goed en eenmaal een voldoende.
Een aandachtspunt is om ook tegen de directie te durven zeggen als je het ergens niet mee eens
bent.
Lerend vermogen
Het lerend vermogen van de stagiair is prima! De stagiair scoort op deze competentie twee
voldoendes en een goed. De reden dat het niet driemaal een goed is heeft te maken met de
stellingen. Bijvoorbeeld de stelling: "vraagt feedback over eigen aanpak" in sommige gevallen is dit
niet nodig.
79
360 graden feedback - meetmoment 2
360 graden feedback - meetmoment 2
Persoonlijk rapport van:
Rolf van den Boogaart
80
Feedbackgevers
Variabele [email protected] [email protected] Feedbacktype Bedrijfsbegeleider Medebeoordelaar/collega
Competenties
De 360 graden feedback heeft als doel de ontwikkeling van de stagiair(e) te sturen en zichtbaar te maken in zes
competenties: oordeelsvorming, pro-activiteit, planmatig werken, mondelinge communicatie, sensitiviteit en
lerend vermogen. De grafiek hieronder geeft de gemiddelde scores weer voor de afzonderlijke competenties.
81
Oordeelsvorming
Omschrijving: kan tot gefundeerde oordelen komen.
Indicator 1 2 3
Gaat op zoek naar oorzaken van problemen, komt niet te snel met een oplossing + + +
Vergaart relevante informatie + + +
Houdt hoofdlijnen in de gaten, kan de kern van een probleem benoemen + - + +
Scheidt feiten van meningen + - + + -
Onderkent dat er verschillende aspecten aan een vraag/probleem kleven, beziet
situatie vanuit diverse invalshoeken, legt relaties tussen problemen
+ + + +
Casus van Bouwmaat na het theoretische schoolse begin heel goed opgepakt en doorontwikkeld. Er ligt nu een
propositie waar de CED echt iets mee kan. Top!
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Goed Goed Goed
82
Pro-activiteit
Omschrijving: neemt initiatieven, ziet kansen en handelt daar naar, durft keuzes te maken en daarvoor te
staan, anticipeert op mogelijke problemen.
Indicator 1 2 3
Doet voorstellen voor nieuwe taken of een andere aanpak + - + + + -
Doet uit zichzelf pogingen een probleem op te lossen + - + + +
Neemt initiatieven + - + + -
Maakt keuzes, durft ja of nee te zeggen, ook als niet alle consequenties daarvan zijn
te overzien
+ + + -
Ook hierin een hele mooie ontwikkeling doorgemaakt. Trek dit door in andere stages. Een pro-actieve houding
en werkwijze, waardoor je de organisatie in feit 'ontzorgt' is straks een onderscheidende factor als je gaat
solliciteren.
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Voldoende Goed Voldoende
83
Planmatig werken
Omschrijving: werk gestructureerd aan het bereiken van doelen; stel prioriteiten, geeft aan hoe en wanneer
zaken gerealiseerd moeten zijn, controleert voortgang.
Indicator 1 2 3
Werkt planmatig, heeft een goed overzicht wie, wat, wanneer moet doen + + + +
Komt afspraken na, komt op tijd + + + + +
Maakt duidelijke afspraken over resultaten, werkwijze, deadlines + + + + -
Controleert regelmatig of hij/zij nog op de goede weg zit + + + + +
Dit is een onderdeel dat vanaf het begin al goed verzorgd was. Bij Rolf heeft een manager nooit het gevoel dat
hij negatief 'verrast' wordt door een onverwachte gebeurtenis. Hij zegt wat hij doet en doet daarnaast
inmiddels ook meer dan hij zegt.
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Goed Goed Goed
84
Mondelinge communicatie
Omschrijving: communiceert effectief met uiteenlopende personen; drukt zich helder uit en luistert actief;
inhoud en vorm van presentaties zijn afgestemd op doel en publiek.
Indicator 1 2 3
Komt snel tot de kern van de zaak: kan hoofd- en bijzaken onderscheiden + - + +
Is makkelijk verstaanbaar, hanteert een goed tempo, heeft een energieke,
enthousiaste verteltoon
+ + + +
Luistert: stelt relevante vragen, vat samen, maakt oogcontact, heeft een actieve
luisterhouding
+ + + +
Reageert adequaat op vragen/bezwaren: begrijpt wat een ander bedoelt, vraagt
door indien hij/zij het niet begrijpt
+ + + + -
Neemt initiatieven in een gesprek door vragen te stellen, conclusies te trekken + + + -
Mooie ontwikkeling. Hou altijd voor ogen wie/wat je publiek is. Op C-level niet verzanden in details, maar snel
tot de kern komen en prikkelen! Geen schoollijstjes afwerken, maar relevant informeren. Denk aan de
presentatie mbt "Bouwen aan Succes" blijf dat voor jezelf en in de toekomst verder ontwikkelen.
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Goed Goed Voldoende
85
Sensitiviteit
Omschrijving: houdt rekening met de belangen en gevoeligheden van anderen (inlevingsvermogen, luisteren,
klantgerichtheid, integriteit en organisatiesensitiviteit).
Indicator 1 2 3
Reageert op anderen met begrip voor hun positie of motieven, ook als hij/zij het er
niet mee eens is
+ + +
Doet moeite een ander te begrijpen + + + +
Praat met respect over klanten, collega`s, de organisatie + + + + + +
Vormt zich een betrouwbaar beeld van wat anderen bedoelen (te zeggen), bezit
inlevingsvermogen
+ + + + +
Houdt rekening met gangbare normen en waarden in de organisatie (cultuur), met
name als deze niet stroken met die van hem/haarzelf
+ + + + + +
Staat met vrijwel iedereen op goede voet
+ + + + + +
Rolf is een erg leergierige en leuke stagiaire geweest die een enorme groei op met name persoonlijke
ontwikkeling heeft doorgemaakt!
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Goed Goed Goed
86
Lerend vermogen
Omschrijving: is in staat en gemotiveerd om van ervaringen te leren; maakt zich actief kennis, vaardigheden en
houdingen eigen, is gemotiveerd om zich blijvend te ontwikkelen.
Indicator 1 2 3
Vraagt feedback over eigen aanpak en resultaten (wat ging goed, wat niet, wat kan
beter)
+ - + + +
Kan eigen opvattingen loslaten, denkt mee, stelt vragen + + + +
Behandelt kritiek als informatie over het effect van zijn/haar eigen acties: vraagt
door naar feiten en verwachtingen
+ + + + -
Maakt zich snel nieuwe kennis of werkwijze eigen + + +
Indicator 1 2 3
Geef op basis van je observaties een oordeel over de mate waarin de stagiair over
deze competentie beschikt
beschikt:
Goed Goed Goed
87
Reflectieverslag 2
Het doel van het reflectieverslag is om de persoonlijke groei van de stagiair inzichtelijk te maken. Er
wordt gekeken of de stagiair ten opzichte van reflectieverslag 1 zichzelf heeft verbeterd op de
aangegeven aandachtspunten. De feedbacksessie is wederom ingevuld door de bedrijfsbegeleider
Marc Boele, collega Maarten Vreuls en de stagiair zelf Rolf van den Boogaart. Met het resultaat
worden een aantal toekomstige ontwikkeldoelen beschreven waar de student zichzelf in kan
verbeteren.
Oordeelsvorming
De stagiair is met een goed beoordeeld op de competentie oordeelsvorming. Op basis van een
sponsorpropositie die de stagiair heeft gemaakt, kan geconcludeerd worden dat het schoolse begin
heel goed is opgepakt. Er ligt nu een propositie waar de CED echt iets mee kan!
Pro-activiteit
Het algemene eind oordeel over de mate waarin de stagiair over deze competentie beschikt is door
twee personen met een voldoende en door één persoon met een goed beoordeeld. In de toekomst
kan de stagiair zich op de competentie proactiviteit nog verder ontwikkelen, maar voor nu zeker een
mooie ontwikkeling doorgemaakt.
Planmatig werken
De competentie planmatig werken liep vanaf het begin al goed. In de tweede periode heeft de
stagiair duidelijke afspraken gemaakt over resultaten en deadlines. De eindscore is dan ook zeker
met een goed beoordeeld. Een mooi compliment voor Rolf "Hij zegt wat hij doet en doet daarnaast
inmiddels ook meer dan hij zegt".
Mondelinge communicatie
Het algemene eind oordeel over de mate waarin de stagiair over de ze competentie beschikt is door
twee personen met een goed en door één persoon met een voldoende beoordeeld. In de tweede
periode was de stagiair zeker van zijn zaak en liet hij zich niet van de wijs brengen. Hou daarbij altijd
voor ogen wie je voor je hebt. Blijf jezelf in de toekomst altijd mondeling trainen/verder ontwikkelen,
ook voor nu een mooie ontwikkeling.
Sensitiviteit
De competentie sensitiviteit scoort driemaal een goed. De stagiair is leergierig en enthousiast.
Lerend vermogen
De vorige competentie verklapt het eigenlijk al. Op deze competentie scoort de stagiair wederom
goed, goed en goed. Het was steeds wel duidelijk wat de stagiair goed deed en waarin hij zich nog
kon verbeteren.
88
Toekomstige ontwikkeldoelen
De afgelopen 18 weken heb ik mezelf als persoon enorm ontwikkeld bij de Coöperatie Eerste Divisie.
Er zijn twee meetmomenten geweest die de progressie weergeven, maar de progressie stopt hier
niet. Ik moet dit vast zien te houden en natuurlijk in mezelf blijven investeren en daarom heb ik een
aantal toekomstige ontwikkeldoen opgesteld n.a.v. de meetmomenten gedurende de stage. Op de
twee competenties; pro-activiteit en mondelinge communicatie valt nog de meeste winst te boeken.
Dit zijn in mijn ogen ook de belangrijkste competenties, waarin je je kan onderscheiden van andere.
1) Hoofd- en bijzaken onderscheiden. Snel tot de kern komen en (blijven) prikkelen.
2) Ten alle tijden initiatief nemen en met ideeën komen. Een pro-actieve houding en werkwijze is
later een onderscheidende factor.
3) Geen schoollijstjes afwerken, maar relevant informeren. Aangeleerde theorie toepassen. Werk
afleveren waar de organisatie ook echt wat aan heeft, zoals de sponsorpropositie.
4) Uitgaan van eigen kracht en niet door andere laten beïnvloeden.
5) Blijven 'Bouwen aan Succes' één van de proposities uit de sponsorpresentatie. Buiten je
comfortzone treden.