10 jaar wonen op IJburg!
Juni 2012 | Vijfde jaargang
Huurdersmagazine Stadgenoot
De échte AmsterdammerAaf Brandt Corstius zoekt uit wie dat is
Ontmoeten, eten en werken op één plekKorting bij de Krugerkamer in Oost
Dansles in studio Rasalila
inhoud
woord vooraf
3
Parijse toestanden
Wandeling door IJburg ‘De dynamiek
kun je opsnuiven’6Dans van de liefde Op dansles bij
Willemijn en Floortje10Column AafWie is de ‘echte
Amsterdammer’?11De zolderDa’s een bergplaats,
geen woonruimte12
Niet voor het geldWaarom Stadgenoot
woningen verkoopt14De Maatschappij-raad Wat doet zo’n
raad precies?16Inbraak, storm of brand Wat te
doen bij schade?18De KrugerkamerOntmoeten, eten en
werken in Oost20
Amsterdam. Prachtstad, mijn geboorteplaats, de
enige plek op aarde waar ik me écht thuis voel.
En toch lonkt af en toe die andere grote liefde:
Parijs. Toen ik er als tienermeisje voor het eerst
kwam, was ik meteen verkocht. De schoonheid,
de romantiek, de sfeer… Bijna magisch. Maar
toen ik twee jaar geleden een aantal maanden
in de stad vertoefde om een studie Frans te vol-
gen (oké, en stiekem ook omdat ik gewoon een
tijdje in Parijs wilde wonen) ontdekte ik een heel
andere kant van de Franse hoofdstad: de harde,
negatieve kant. Vrijwel iedereen heeft nog de
beelden voor zich van de heftige rellen in de
Parijse voorsteden enkele jaren geleden, waarbij
nachtenlang auto’s in brand werden gestoken.
De maatschappelijke problemen in die banlieues
zijn groot. Dat heeft natuurlijk verschillende
oorzaken die niet zo gemakkelijk op te lossen
zijn, maar één ding is duidelijk: er is te weinig
diversiteit in die buurten.
In de binnenstad zijn woningen zo duur dat
alleen de allerrijksten zich kunnen veroorloven
er te wonen. Dus de mensen met minder geld
wijken uit naar de banlieues.
En zo is Parijs een voorbeeld geworden van hoe
wij vooral níet willen dat Amsterdam wordt.
Stadgenoot streeft naar een stad waarin
allerlei verschillende mensen naast en bij elkaar
wonen: jong en oud, blank en zwart, arm en
rijk. Dit doel houden we ook in ons achterhoofd
bij het verkopen van onze woningen, zo leggen
bestuurders Gerard Anderiesen en Marien de
Langen uit op pagina 14. En omdat Stadgenoot
vindt dat het belang van de maatschappij
gehoord dient te worden, is er sinds begin
dit jaar een Maatschappijraad in het leven
geroepen, die het bestuur adviseert. Wat
de raad precies doet, vertellen leden Egbert
Fransen en Nazmiye Oral op pagina 20.
Aaf Brandt Corstius schrijft in haar column
(p. 11) dat ze stiekem best trots is dat haar
kinderen Amsterdam als
geboorteplaats hebben
staan in hun paspoort.
Trots ben ik ook. Trots
op onze prachtstad, waar
we gelukkig geen ‘Parijse
toestanden’ hebben.
Geef mij maar Amster-
dam. Dat is mooier
dan Parijs.
Helene van
Santen,
Eindredacteur
Stadleven.
Zwemmen in zee
‘Tot mijn achttiende woonde ik in Schoorl, op achthonderd
meter van de zee. Vanuit de achtertuin kon je de zeedijk zien
liggen. Ik heb fijne herinneringen aan die tijd. Als kind speelde
ik in de duinen en ’s zomers zwom ik in de zee. Maar toen ik
ging puberen, had ik het er wel gezien. Er viel ’s avonds weinig
te beleven en als ik met vrienden wilde stappen, moesten we
vijftien kilometer fietsen naar Alkmaar. De heenreis was nooit
zo’n probleem, maar terug...’
‘Ik voel me voor de tweede keer student’
1983
2001
2009
2011 - nu
Wilt u ook vertellen over de verschillende plekken waar u heeft gewoond? Mail naar [email protected]
mijn wooncarrière
Huisfeestjes
‘Na de middelbare school braken wilde jaren aan. Ik ging studeren in Eindhoven. Dat was in het begin wel
wennen; ik was nog nooit in Brabant geweest en alles was nieuw. Gelukkig veranderde dat snel. In mijn studenten-
huis was het altijd feest. Er woonden nog negen anderen, onder wie ook meisjes. Elke week waren er huisfeesten.
Die gingen door tot in de vroege uurtjes, en niemand mocht naar huis voordat het licht werd. Af en toe werden
buurtbewoners boos door de kampvuren die we stookten op het grasveldje voor het huis. Lachen was dat! Ik
denk er nog vaak aan terug.’
Carrièretijger
‘Toen ik was afgestudeerd werd het tijd om serieus te worden, althans zo voelde ik dat. Ik vond al snel een
baan en ging samenwonen. In Apeldoorn. Ik had niet veel met die stad, het was een praktische oplossing
omdat ik in Nijmegen werkte en mijn vriendin in Drachten. Het was puur carrière maken. Echt leuk vond ik het
daar niet. De omgeving is mooi, maar het was niet wat ik zocht. Saai.’
Tekst Yvonne Polman | Fotografie Hans van der Vliet
Fabian Koopman is pas 29 en heeft zo wat in elke provincie van Nederland
gewoond. Hij groeide op in Schoorl, bracht zijn studententijd door in Eindhoven
en ging voor de eerste keer samenwonen in Apeldoorn. Sinds kort woont hij in
Amsterdam, in het splinternieuwe complex De Zilverling in Geuzenveld, waar hij
het liefst nog heel lang blijft. ‘Ik heb mijn draai gevonden.’
Stadgenoot
Elke week logés
‘Mijn relatie liep stuk en ik kreeg een nieuwe baan. Tijd om een ander leven op te
bouwen, vond ik. Ik wilde naar Amsterdam. Want daar is het toch te doen als je jong
bent. Ik zocht een huurwoning in de vrije sector en kwam al snel uit bij De Zilverling
in Geuzenveld. Meteen viel ik voor het pand, wat een uitstraling! Ik zit op de twaalfde
verdieping. Vanuit hier kun je haast de hele stad zien! In het begin had ik een beetje
mijn twijfels over de buurt, maar daar ben ik op teruggekomen. Het is juist heel gezellig
en de mensen op straat zeggen altijd gedag. En met de tram ben je zo in het centrum.
Ik vind Amsterdam echt super omdat er altijd iets te doen is. Gelukkig heb ik genoeg
ruimte voor logés, zodat mijn vrienden uit Eindhoven kunnen blijven slapen als we gaan
stappen. Dat is soms wel twee keer per week, op vrijdag en zaterdag. Het is alsof ik aan
mijn tweede studententijd ben begonnen. Ja, ik heb mijn draai gevonden.’
Stadleven 2 | 2012
4
kort nieuws kort nieuws
Stadleven 2 | 2012
Op donderdag 12 april informeerde Stadgenoot omwonenden en onder-
nemers van Oostenburgereiland over de ideeën voor de ontwikkeling van
dit bijzondere, historische bedrijventerrein. Stadgenoot is sinds 2008 voor
ongeveer 80% eigenaar van Oostenburgereiland en wil het gebied op een
kleinschalige, organische manier transformeren.
Er zal veel ruimte zijn voor particulier initiatief. Mensen kunnen op dit unieke
stukje Amsterdam straks hun eigen bouwwensen realiseren. Stadgenoot produ-
ceert daartoe de bouwkavels en coördineert de bouw volgens de vastgestelde
kaders. De informatieavond stond dan ook in het teken van bouwhoogtes,
groenvoorziening en de manier van bouwen. Gebiedsontwikkelaar Albert
Ravestein van Stadgenoot: ‘Wij geloven in dit nieuwe bouwen, in een organi-
sche transformatie van dit gebied. Het is van deze tijd. Bovendien levert het
een interessant stuk stad op. Dat is al eens bewezen. Onze hele grachtengordel
is volgens dit principe gebouwd.’
Oostenburgereiland is een unieke plek, vlak tegen het Amsterdamse centrum
aan. Eeuwenlang was het gebied afgesloten. Eerst omdat de VOC er haar
schepen bouwde, later omdat Werkspoor en Stork er locomotieven en zware
motoren produceerden. De historie is bewaard gebleven in onder andere de
monumentale Van Gendthallen en de Theaterfabriek, waar de bijeenkomst
plaatsvond. De gebouwen bepalen voor een groot deel de identiteit van het
eiland, dat straks een levendig gebied moet zijn dat werken, cultuur en wonen
met elkaar verbindt. ‘De openbare ruimte krijgt alle aandacht’, zegt Albert
Ravestein. ‘De bouwblokken zijn naar buiten gericht. Dat wil zeggen, ramen en
balkons zijn aan de straatkant gebouwd.’
Om de woonbestemming te verwerven start na de zomer de procedure voor
aanpassing van het bestemmingsplan. De omwonenden en ondernemers
waren enthousiast over de plannen. Collectief Particulier Opdrachtgeverschap
(CPO) en kleinschaligheid worden op dit moment ook succesvol toegepast bij
de ontwikkeling van de Houthaven in Amsterdam-West.
Geef uw mening!
De redactie van Stadleven is erg
benieuwd naar uw mening over
het magazine. Daarom organiseren
we binnenkort een panelonder-
zoek. Het gaat om een gesprek van
zo’n 2 uur op het hoofdkantoor van
Stadgenoot aan de Sarphatistraat
370. Deelnemers krijgen een leuke attentie. Bent u een
trouwe lezer van Stadleven en wilt u deelnemen aan dit
panelonderzoek? Stuur dan een mail naar stadleven@
stadgenoot.nl Vermeld uw naam en contactgegevens.
Oostenburgereiland moet organisch ontwikkeld worden
De eerder aangekondigde 5% extra huurverhoging voor huis-
houdens die meer dan € 43.000 verdienen is dit jaar van de
baan. De ingangsdatum van 1 juli 2012 bleek niet haalbaar. Alle
huurders van Stadgenoot krijgen nu dezelfde huurverhoging van
2,3%, gelijk aan de inflatie over 2011. Huurders die eerder een
huuraanzegging van 7,3% kregen hebben inmiddels allemaal een
correctiebrief ontvangen. Stadgenoot heeft alle inkomensverkla-
ringen van de Belastingdienst vernietigd. Het is nog onduidelijk
wanneer de maatregel die ‘scheefwonen’ moet tegengaan nu
wel van kracht wordt.
Extra 5% huurverhoging gaat dit jaar niet door
5Stadgenoot
Stadleven 2 | 2012
buurt in beeld
Het regent dikke druppels en het waait. De lucht is grijs en
het ziet er niet naar uit dat het nog beter wordt vandaag.
We ontmoeten elkaar in het kantoor van de wijkpartners aan
de Erich Salomonstraat. ‘Blok 128 is een uniek staaltje van
bewonersparticipatie’, vertelt Marita, terwijl ze de Senseo
indrukt. ‘Mensen mochten meedenken over de inrichting van
hun appartement. Dat is anders dan bijvoorbeeld de Solids.
Daar werd casco opgeleverd.’ In Blok 128, dat net naast de
opvallende blauwe Montessorischool op Steigereiland ligt,
wonen mensen uit de andere kant van de stad, van wie som-
migen voor ze hier kwamen wonen nog nooit van IJburg had-
den gehoord. ‘Zij hadden een stadsvernieuwingsstatus. Hun
huis in Geuzenveld, de Kolenkitbuurt of Noord zou gesloopt
worden en zij moesten op zoek naar een andere woning’,
vertelt Marita. ‘Stadgenoot heeft dat proces begeleid en
extra aantrekkelijk gemaakt door nieuwbouw aan te bieden,
met de mogelijkheid om zelf te bepalen hoeveel slaapkamers
je wilt, hoe groot je woonkamer moet worden of waar de
keuken moet komen.’
ExcursieDat die nieuwbouw op een plek stond waar veel bewoners
nog nooit waren geweest, betekende dat IJburg eerst bij de
bewoners moest gaan leven. Stadgenoot organiseerde twee
excursies voordat de bouw startte, met 50 mensen de bus
in. Dat speelde zich allemaal af voordat Marita hier gebieds-
beheerder was. En dus bellen we met haar voorganger Paul
de Haas. ‘Het leuke van dat hele proces is geweest dat je
elkaar al kent, voordat je ergens gaat wonen. Alle toekom-
stige bewoners bezochten gezamenlijk tijdens de bouw twee
keer hun woning. Dat waren leuke en informatieve dagen.
De bewoners mochten zelf een architect kiezen, de kleur van
de gevel bepalen en het tuinontwerp kiezen. We hebben op
een gegeven moment, bij het slaan van de eerste paal, een
IJburg-quiz georganiseerd en bij de oplevering is er door de
kinderen van het blok samen met kinderen uit de buurt zelfs
een ‘Blok 128’ rap geschreven. Ik moet je eerlijk zeggen: ik
had echt een band met de mensen van Blok 128, ik had ze al
zeven keer gezien voor ze hier kwamen wonen.’
Vrij uitzichtHet gebouw zelf valt op deze trieste middag weg tegen de
dichte lucht. Het parkeerterrein aan de achterkant is leeg,
mensen zijn aan het werk. Toch kun je de dynamiek van deze
plek opsnuiven. Vanaf de grote groene balkons kijk je naar
het Diemerpark. Vrij uitzicht zullen de meeste bewoners op
hun vorige woonplek niet hebben gehad. Rechts ligt Steiger-
eiland, een bonte verzameling eigen ontwerpen die met
elkaar een even druk als vrolijk geheel vormen. Winkels zijn
De fotograaf had het goed gezien. Hij fotografeerde IJburg op een zonnige lentedag. Het witte Blok 128 stak mooi af tegen een blauwe lucht. Hoe anders was het weer toen gebiedsbeheerder Marita Bouwer en ik een rondje deden langs drie projecten die Stadgenoot op dit ‘nieuwe’ stukje Amsterdam beheert.
IJburg, een ‘nieuw’ stukje Amsterdam
>
buurt in beeld
6 Stadleven 2 | 2012
Tekst Gijs Coffeng | Fotografie Hans van der Vliet
7Stadgenoot
Stadleven 2 | 2012
er niet, maar wie even de weg oversteekt en een stukje door-
loopt, langs het statige Solids-pand dat de allure van uptown
Manhattan heeft, komt al snel bij het winkelcentrum. Aan
de achterzijde is het Joris Ivensplein, waaraan Blok 6 ligt,
ook een project van Stadgenoot. Een strak antracietkleurig
gebouw. ‘Hier zijn 28 woningen, twee- drie- en vierkamer
appartementen voor 50-plussers met een gehoorbeperking’,
zegt Marita. ‘Dat betekent dat we in overleg met woongroep
De IJers visuele hulpmiddelen hebben aangebracht. Zo gaat
er bij bewoners een licht knipperen als je op de bel drukt.’
IedereenNog iets verder, aan het begin van de Erick Salomonstraat,
staat Blok 7. Een straatlengte lang. Een blok dat op de
ene hoek begint met een zorgblok met huurders die een
zorgindicatie hebben, een deel van het complex is verhuurd
aan Mentrum. Er zijn ‘gewone’ huurwoningen, eengezins-
woningen en appartementen en het eindigt op de andere
hoek met luxe koopwoningen, waarvan de penthouses op de
bovenste verdieping een spectaculair uitzicht bieden richting
het pittoreske Durgerdam. ‘Je ziet, IJburg is er voor iedereen’,
zegt Marita. ‘Veel mensen zijn naar IJburg gekomen met de
verwachting dat ze hier buiten de stad gingen wonen, lekker
rustig, lekker groen. Maar IJburg is net zo goed een wijk van
Amsterdam. Met alle problemen die erbij horen. Geluidover-
last, hangjongeren. We proberen dat met elkaar te beperken,
maar het hoort er ook bij. En het staat in schril contrast tot
alle leuke dingen. De initiatieven, het ondernemerschap, het
Havenfestival, Blijburg, maar ook de bewoners van Blok 7 die
gezamenlijk zonnepanelen hebben aangeschaft, waarmee ze
de openbare ruimte verwarmen.’
BuurtrapHet is duidelijk. IJburg is dynamisch, een buurt in ontwikke-
ling waar elke dag weer nieuwe dingen gebeuren. En waar
ondertussen veel Amsterdammers hun thuis hebben gevon-
den. Een mix van mensen. Jong, oud, rijk en arm, lichamelijk
of geestelijk gehandicapt. Die afspiegeling zie je terug in de
drie projecten van Stadgenoot die we hebben bezocht. ‘IJburg
is Amsterdam’, zongen de kids van Blok 128 in de buurtrap
die ze maakten voor de opening van het project. ‘Kom naar
IJburg, het is fijn om te zijn…’ En als we de regen en wind
vandaag even wegdenken, ja, dan is IJburg een uitdagende
smeltkroes van mensen en architectuur. Fijn om te zijn.
8
buurt in beeld buurt in beeld
Stadleven 2 | 2012
Rap de rap bekijken? Surf naar
www.youtube.com/watch?v=aCFcrLN_Mc4
‘Een uitdagende smeltkroes van mensen en architectuur’
9Stadgenoot
Stadleven 2 | 2012
‘Achter elke kleur zit een gedachte’
Willemijn Laan (33), mede-
eigenaresse dans- en yogastudio rasalila:
‘Mijn zus Floortje (foto links) en ik vullen
elkaar perfect aan. Zij is de danseres, per-
former en docent die de creatieve invulling
geeft aan onze studio. Ik ontferm me over
het zakelijke gedeelte. Bedenken hoe we
mensen het beste kunnen bereiken, welke
media we bijvoorbeeld moeten inzetten:
dat is mijn kunnen, mijn talent. Ik heb een
marketing- en reclameachtergrond. Voor
onze dansstudio heb ik flyers ontworpen
en laten verspreiden. Ook houd ik onze
website bij. En heb ik allerlei vergunnin-
gen geregeld, koop ik spullen in, regel ik
de contracten van de docenten die hier
lesgeven. Het geven van de lessen wordt
deels door Floortje gedaan, deels door an-
dere docenten. Floortje en ik zijn echt een
team. Belangrijke zaken overleggen we met
elkaar. Wanneer iemand bij ons in de studio
een workshop wil organiseren, beslissen we
samen of we met die persoon in zee gaan of
niet. We konden het van jongs af aan goed
met elkaar vinden. Een jaar of tien geleden
hebben we het er al eens over gehad om
samen iets te beginnen, een winkel met lin-
gerie of zo. Die winkel is er uiteindelijk nooit
gekomen, maar het idee om samen iets op
te zetten bleef hangen. En in 2009 openden
we de deuren van rasalila, dat vrij vertaald
‘de dans van de liefde’ betekent. Toen zaten
we nog op een andere locatie, tegenwoordig
vind je ons in Oud-West. In onze studio kun
je verschillende soorten dansles of yoga vol-
gen. Aan de inrichting van het pand hebben
we veel zorg besteed. Achter elk element
en elke kleur zit een gedachte. Zo heeft
de studio beneden een collagewand met
afbeeldingen die met yoga te maken heb-
ben. In de studio boven zijn veel roze tinten.
Hier ligt het accent meer op vrouwelijkheid.
Het zou best kunnen dat mijn zus en ik in
de toekomst nog iets heel anders opzetten.
Daar zijn nog geen concrete plannen voor,
maar wie weet... Ik vind het vooral heel erg
leuk om daarover na te denken. Ik hou van
ondernemen: hoe kun je van niets opeens
iets maken.’ www.rasa-lila.nl
Tekst Wendy Dekker | Fotografie Wout Jan Balhuizen
10
de ondernemer column
Als ik een gesprek hoor waarin de term ‘echte Amster-
dammer’ voorkomt, begin ik me altijd ongemakkelijk
te voelen. Gesprekken met dit thema gaan vaak over:
‘Is een huis in de Jordaan nog wel te betalen voor een
echte Amsterdammer?’ of ‘In de Jordaan wonen geen
echte Amsterdammers meer’. Uit deze stelling komt
vaak de volgende stelling voort: ‘Alle echte Amsterdam-
mers wonen in Almere/Purmerend’. Mensen die het
graag over dit onderwerp hebben, poneren vaak ook
verregaande ideeën als ‘Koninginnedag zou alleen een
feest moeten zijn voor echte Amsterdammers’ of ‘Echte
Amsterdammers hebben echte Amsterdamse humor.’
Wat die humor, en de echtheid daarvan, dan precies
behelst, weet niemand, behalve dat hij ‘veel leuker is dan Rotterdamse humor’.
De strekking van al deze vragen en stellingen is eigenlijk: de echte Amsterdammer is hartstikke jofel, maar
hij wordt bedreigd, sterker nog, hij is de stad al uitgepest. En dat maakt de echte Amsterdammer tot de
ultieme menssoort: bovenmatig leuk, maar toch de underdog. Je kunt tegen hem opkijken en medelijden
met hem hebben tegelijk.
En daarom ben ik altijd licht bevreesd voor de echte Amsterdammer zoals hij uit clichés naar voren komt.
Ik denk altijd aan één specifieke echte Amsterdammer, een oudere man die ik jaren geleden tegenkwam op
het strand (echte Amsterdammers zijn dol op het strand). Hij had daar een huisje, waar hij de hele dag de
Telegraaf zat te lezen, en hij was constant bezig met het berispen van mede-strandgangers omdat zij een
iets te diepe kuil groeven of een peuk lieten vallen. Deze echte Amsterdammer was er een van het type ‘de
stad uit gevlucht door de woekerprijzen’ en hij woonde inmiddels in een flat niet ver van Amsterdam.
Ik zie mezelf ook als echte Amsterdammer, al zal niemand die het woord echte Amsterdammer in de mond
bestorven ligt, dat bevestigen. Ik ben geboren in Haarlem, heb mijn jonge jaren in de duinen van Overveen
doorgebracht en ben pas op mijn zevende in Amsterdam komen wonen. Dit betekent dat ik absoluut geen
echte Amsterdammer ben, maar import. De import die, volgens velen, de echte Amsterdammer bedreigt.
U hoort het al: daar ben ik het niet mee eens. Ik vind mezelf erg Amsterdams, omdat ik hier ben opgegroeid.
Maar de claim tot het echte Amsterdammerschap kan ik nooit maken.
Mijn kinderen zijn beiden geboren in het OLVG. In hun paspoort staat bij geboorteplaats: Amsterdam. En
daar ben ik, al is dat triest, stiekem trots op. Dat mijn kinderen echte Amsterdammers zijn. Het straalt toch
een beetje op mij af.
Import
(1975) is columniste en schrijfster. In
haar vaste column in Stadleven schrijft
ze over haar leven in de stad.
Aaf Brandt Corstius
Stadleven 2 | 2012 11Stadgenoot
Stadleven 2 | 2012
reportage
In november vorig jaar schakelde Stadgenoot een onderzoeksbureau
in. Dat kreeg de opdracht om uit te zoeken of er in 384 woningen in de
Diamantbuurt asbest aanwezig is. In de woningen zelf is geen asbest
aangetroffen, wel op de zolders. Maar behalve asbest, werden ook niet-
geoorloofde situaties aangetroffen. Henk van der Noll, senior medewerker
Woonfraude bij Stadgenoot: ‘Een zolder is bedoeld als bergruimte.
Dat staat in het huurcontract. Alleen hadden een paar bewoners in de
Diamantbuurt een andere functie aan hun zolder gegeven. Ze hadden die
verbouwd tot woonruimte. Er werd geslapen, geleefd en sommige zolders
werden onderverhuurd. Op een aantal zolders troffen we zelfs een toilet,
douche en keuken aan. Dat kan dus niet.’
Ongezond en gevaarlijkWat is dan precies het probleem met een zolder gebruiken als woon-
ruimte? Henk: ‘Een zolder is gebouwd als bergruimte. Die is dus slecht
geïsoleerd en er zijn nauwelijks ventilatieopeningen. Ongezond, dus.
Maar het levert ook gevaarlijke situaties op. Als mensen zelf met elektri-
citeit aan de slag gaan, bijvoorbeeld. Of met waterleidingen en afvoeren.
Daar zijn allemaal regels voor, juist vanwege de veiligheid. Verder levert
een bewoonde zolderkamer al vrij snel overlast op voor de buren: er
wordt meer gebruikgemaakt van het trappenhuis, leefgeluiden dringen
door bij de onderburen, et cetera.’
Brand en waterschadeHoe gevaarlijk het verkeerd gebruik van een zolder kan zijn, bleek in
oktober 2011 in Slotermeer. Daar ontstond brand op een zolder, vermoe-
delijk omdat er een vuurtje was gestookt. Hoogstwaarschijnlijk door
mensen die er verbleven en zich wilden opwarmen. Marc van Eldik,
gebiedsbeheerder Nieuw-West van Stadgenoot: ‘Door het bluswater
raakten de twee woningen onder de uitgebrande zolder voor lange tijd
onbewoonbaar. De appartementen op de verdiepingen daaronder hadden
ook waterschade. De bewoners ervan moesten een nacht ergens anders
verblijven.’ Gelukkig bleef het alleen bij schade aan de woningen zelf en
de inrichting en raakte er niemand gewond. Maar dat had net zo goed
anders kunnen zijn. ‘Vandaar dat we streng zijn. Als we merken dat een
zolder als iets anders dan bergruimte gebruikt wordt, grijpen we in. Dat
geldt trouwens ook voor boxen en andere bergruimtes.’
Ongebruikte bergruimte‘Als we merken dat een zolder als woonruimte gebruikt wordt, dan nemen
wij contact op met de betreffende huurder’, licht Henk toe. ‘We gaan
met hem of haar in gesprek en vertellen dat de zolder in originele staat
teruggebracht moet worden. We spreken een datum af waarop we komen
controleren. Is de zolder dan niet in de oorspronkelijke staat terugge-
bracht, dan volgt een sommatie. Dat is een laatste waarschuwing. Helpt
dat nog niet, dan stappen we naar de rechter. Alle juridische kosten zijn
voor rekening van de huurder. Dat kan aardig in de papieren lopen.’
Marc vult aan: ‘In Slotermeer, waar ik als gebiedsbeheerder actief ben,
worden niet alle boxen door de huurders gebruikt. Het wil nogal eens voor-
komen, dat een leegstaande box gekraakt wordt. Als wij dan bijvoorbeeld
een matras zien liggen en de huurder erop wijzen dat er in de box niet
geslapen mag worden, weet hij van niets. Maar hij is wel verantwoordelijk
voor zijn box. Wij raden onze huurders die hun box niet gebruiken dan ook
aan om die regelmatig te controleren. Dat voorkomt vervelende situaties.’
12
reportage
13
Een zolder gebruiken als woonruimte? Het lijkt ideaal: wat aanpassingen of een kleine verbouwing en je woning telt een extra kamer. Maar helaas. Dit is niet toegestaan en kan zelfs gevaarlijke situaties opleveren. Zoals in de Diamantbuurt en Slotermeer. Tekst Erwin Rooyakkers | Fotografie Nationale Beeldbank (foto links), archief Stadgenoot (foto hieronder)
Stadgenoot
Onmisbaar: inboedelverzekering
Wordt uw woning onbewoonbaar, bijvoor-
beeld door waterschade na een brand? Dan
heeft u vervangende woonruimte nodig. Dat
is uw eigen verantwoordelijkheid, niet die van
Stadgenoot. Een inboedelverzekering dekt de
kosten van bijvoorbeeld een hotel.
Meld onrechtmatige bewoning
Heeft u een vermoeden van onrechtmachtige
bewoning? U kunt dit melden bij Stadgenoot
via [email protected]. Meer info:
www.stadgenoot.nl/woonfraude
Een zolder? Da’s een bergplaats, geen woonruimte
14
interview Stadgenoot verkoopt
Stadleven 2 | 2012
‘Door de verkoop van huurwoningen komt er
geld vrij dat we kunnen investeren in nieuwbouw
en het verbeteren van bestaande woningen’,
vertelt Marien de Langen, bestuursvoorzitter
van Stadgenoot. ‘Er is in Amsterdam nog altijd
een groot tekort aan woningen, dus de bouw
van nieuwe huizen is noodzakelijk’. Daarnaast
ontstaan door de verkoop van woningen
gemengde buurten en dat vindt Stadgenoot be-
langrijk. ‘Amsterdam moet een stad zijn en blij-
ven waarin veel verschillende mensen naast en
met elkaar wonen: arm en rijk, blank en zwart,
huurders en kopers’, legt bestuurder Gerard
Anderiesen uit. ‘We proberen de diversiteit in
de Amsterdamse wijken te behouden. Daarom
verkopen we bijvoorbeeld meer woningen in
Nieuw-West, waar op dit moment relatief veel
sociale huurders wonen, terwijl we in stads-
deel Centrum voldoende huurwoningen willen
behouden.’ ‘We willen niet dat Amsterdam net
zo wordt als bijvoorbeeld Parijs’, vult Marien
aan. ‘Daar wonen de mensen met veel geld in
de binnenstad, en de minima in de voorsteden,
de zogenoemde banlieues, met de bekende
maatschappelijke problemen die je daar hebt.’
Overleg met stadsdelenEen andere reden om woningen te verkopen is
om te voorzien in de behoefte van mensen die
graag een huis willen kopen. Als Stadgenoot
een woning wil verkopen, krijgt de zittende
huurder het eerste recht op koop. ‘Een huurder
wordt nooit gedwongen’, aldus Gerard. ‘Als de
huurder niet wil kopen, verkopen wij de woning
pas als hij of zij gaat verhuizen. Ook al duurt dat
nog twintig jaar.’ Het selecteren van woningen
die in de verkoop gaan, gebeurt uiterst zorg-
vuldig. Na overleg met de stadsdelen bepaalt
Stadgenoot waar en hoeveel woningen in
Amsterdam mogen worden verkocht. Bovendien
zijn er met de gemeente en de andere Amster-
damse corporaties afspraken gemaakt over het
aantal huurwoningen dat de komende tien jaar
verkocht mag worden. Stadgenoot verkocht
vorig jaar zo’n 200 woningen en mikt voor de
komende jaren op 250 à 300 woningen.
Veel voordeelAls u een woning wilt kopen, biedt het kopen
van een huis bij Stadgenoot veel voordeel. Zo
verkopen wij woningen altijd voor een redelijke
prijs. En heel belangrijk: Stadgenoot blijft in de
meeste gevallen actief in de buurt waar u een
woning koopt, omdat de corporatie er zelf veel
bezit houdt en er belang aan hecht de leefbaar-
heid te blijven verbeteren. Bovendien biedt het
kopen van een woning van een corporatie veel
zekerheid. Zo worden de huizen opgeleverd
zonder verborgen gebreken en garandeert Stad-
genoot een basiskwaliteit van het onderhoud.
Ook is er altijd een actieve Vereniging van
Eigenaren en een meerjaren onderhoudsbegro-
ting van het complex waarin de woningen zijn
gevestigd. Bent u geïnteresseerd in een koop-
woning van Stadgenoot? Bekijk ons aanbod op
www.stadgenoot.nl
Stadgenoot heeft een verrassend betaalbaar koopaanbod door heel Amsterdam. Van studio’s vanaf € 90.000,- tot appartementen en eengezinswoningen met tuin vanaf € 120.000,-. In West, De Pijp of de Watergraafsmeer, maar ook buiten de ring.
Geen overbodige luxe dus betaalbaar Het voordeel van het kopen van een voormalige huurwoning is de scherpe prijs. Onze woningen
hebben een standaard keuken en badkamer, zodat u niet voor overbodige luxe betaalt. Bovendien
wordt een aantal woningen geleverd met een mooie vloer en/of een keukencheque. Op onze
website staat per woning aangegeven hoe deze worden opgeleverd.
Kortom, onze woningen zijn basic, veilig, netjes, verzorgd en verkeren in een goede conditie.
En we bieden de scherpste prijs van Amsterdam!
Huurders ontvangen extra voordeelBent u huurder van Stadgenoot en koopt u een andere woning van Stadgenoot? Dan heeft u
recht op 6% korting op onze vraagprijs. Heeft u interesse in het kopen van uw
eigen woning? In sommige gevallen is dit mogelijk. Neem contact op met
Stadgenoot, afdeling Verkoop, en informeer naar de mogelijkheden.
De scherpste prijzen van Amsterdam
6% extra voordeel
Kijk op onze website voor het gehele aanbod: www.stadgenoot.nl/wonen. Of bel: 020 - 511 80 00 (optie 2).
Waarom verkoopt Stadgenoot woningen?Stadgenoot verkoopt jaarlijks zo’n 200 sociale huurwoningen. Die verkoop is belang-rijk voor de corporatie. Waarom is dat eigenlijk? En wat doet Stadgenoot met de opbrengst?Tekst Helene van Santen | Fotografie Jan Freriks
‘We proberen de diversiteit in de Amsterdamse wijken te behouden’
15Stadgenoot
16
interviewinterview
Stadleven 2 | 2012
‘We zitten op het punt dat oude methodes zijn uitgewerkt en nieuwe
grenzen worden verkend’, vertelt Egbert. ‘Een spannende tijd. Wij hebben
tientallen jaren lang de keuze gemaakt voor marktwerking. Vraag en
aanbod bepalen de prijs van een product. Onze maatschappij is daarom-
heen georganiseerd. Het gaat om efficiënt werken en zo min mogelijk
risico nemen. Alles is commercieel gemaakt, groot en formeel, met als
gevolg dat we onze echte betrokkenheid zijn kwijtgeraakt. En daar zie je nu
een kentering ontstaan. Die afstandelijkheid maakt langzaam plaats voor
nieuw eigenaarschap. Ik zie in de stad overal kleinschalige initiatieven
en wijkondernemingen ontstaan, waarin mensen zelf een rol spelen. Kijk
naar iets als urban gardening, de stadsmoestuinen, maar ook naar de
manier waarop er tegenwoordig kansen worden benut om geld in de wijk
te houden. In Amsterdam-Noord bijvoorbeeld loopt er een discussie over
een parkeerterrein. Moet een partij als Q-Park dat gaan exploiteren of kan
er een constructie worden gemaakt waarbij mensen uit de wijk het terrein
beheren en het geld in de wijk blijft, waarmee je meteen meer betrokken-
heid uit de buurt krijgt? Je maakt mensen verantwoordelijk en laat ze de
vruchten ervan plukken. Heel dichtbij, heel direct.’
Kom uit die kokerDe kunstensector en de creatieve industrie kunnen in de kentering die
Egbert ziet een motor zijn. Amsterdam is een centrum van creativiteit. Niet
alleen op het gebied van architectuur, gaming, design of nieuwe media,
maar ook mode, theater, film en fotografie. ‘Kunst is een middel om partici-
patie en leefbaarheid aan de orde te stellen’, vindt Egbert. Daar is theater-
groep Zina, waar Nazmiye Oral onderdeel van uitmaakt, een goed voorbeeld
van. De actrice speelde onlangs samen met onder anderen Adelheid Roosen
de ‘wijksafari’, een locatievoorstelling waarbij het publiek onderdeel is van
het echte leven in de wijk Slotervaart en de bewoners zelf meedoen in het
theaterstuk. ‘We brengen mensenlevens in aanraking met elkaar’, vertelt
Nazmiye. ‘Dat zorgt voor ontmoetingen die niet oppervlakkig zijn. Ik wil
dat mensen elkaar zien. Aandacht heeft enorme impact op mensen.’ ‘Dat is
ook mijn betoog’, zegt Egbert. ‘Ga met elkaar in gesprek. Kom uit die koker
en zet je deuren open. Dan zie je mooie initiatieven ontstaan.’ Hij vroeg
Nazmiye om ook in de Maatschappijraad te komen. ‘Het is interessant hoe
zij de combinatie maakt tussen kunst en cultuur en participatie. Het leren
kennen van culturen en gewoontes levert een bijdrage aan hoe je zelf in de
maatschappij staat.’ Nazmiye: ‘Bij mijn eerste gesprek vroegen leden van de
raad wat ik had met Amsterdam. Ik woon in Arnhem, ik werk hier veel. Mijn
antwoord was dat ik niet zoveel heb met Amsterdam, niet meer dan met
elke andere stad. Maar ik heb wel veel met mensen. En mensen maken de
stad. Ik dacht: als Stadgenoot echt de mensen wil horen, dan weet ik wie
dat zijn, ik ken die mensen. Voor onze voorstelling hebben we zelfs een tijd
bij onze medespelers gewoond.’
Wat echt nodig is‘De eerste migranten kwamen inmiddels ruim vijftig jaar geleden naar
Nederland’, gaat Nazmiye verder. ‘Het is belachelijk dat we elkaar niet
kennen. Met Zina proberen we wijken en mensen met elkaar te verbinden.
Datzelfde idealisme moet een corporatie ook hebben.’ Voor Egbert was
zitting nemen in de Maatschappijraad een bijna logische stap, een vrijwil-
ligersbijdrage waarmee hij zijn ideeën voor de stad een podium kan geven.
‘Pakhuis de Zwijger aan de Piet Heinkade aan het IJ is een platform voor de
kunst en creatieve industrie. Je kunt je voorstellen dat architecten, maar ook
ontwerpers, filmmakers en fotografen heel dicht tegen de stedelijke ontwik-
keling aanzitten. Met ons project Talk of the Town pakken we stedelijke
vraagstukken bij de kop en met onze Tafels van 5 hebben we om ons vijfjarig
bestaan te vieren honderd meningen verzameld van ondernemende geesten
in de stad. De rode draad is dat we in gesprek moeten blijven. Dat geldt ook
voor corporaties. Jarenlang is er te willekeurig geld uitgegeven. Aan buurt-
barbeques en dat soort zaken. Incidentenpolitiek, maar weinig structureel.
Er moet meer gekeken worden naar wat echt nodig is in een wijk. Niet
alleen naar wonen, ook naar arbeid, onderwijs, leer-werkbedrijven. Met
de Buurtalliantie, een netwerk van wijkbewoners en buurtprofessionals,
trekken we door het land en organiseren we bijeenkomsten met als doel om
samenwerkingsverbanden te smeden. Die inzichten wil ik gebruiken in de
Maatschappijraad. Juist bij Stadgenoot, één van de grootste partijen, kun je
werkelijk iets bijdragen.’
BewonersparticipatieTijdens de eerste Maatschappijraad-bijeenkomsten troffen ze een open
dialoog, vertellen Nazmiye en Egbert. En zo hoort het ook. Geen debat,
maar dialoog. ‘Ik hoop dat Stadgenoot een stap naar voren wil doen’, zegt
Nazmiye. ‘Uit het systeem stappen, en echt de verbinding maken. Van het
Terug naar de kleinschaligheidDe economische crisis heeft een positieve keerzijde. Het leidt tot creativiteit en eigen initiatief. En dat kunnen we in Amsterdam goed gebruiken, vinden Egbert Fransen (directeur Pakhuis de Zwijger) en Nazmiye Oral (actrice en schrijfster). Ze zijn lid van de Maatschappijraad, de klankbordgroep van Stadgenoot, waarin vertegenwoordigers uit verschillende vakgebieden bij elkaar zitten om het bestuur van advies en ideeën te voorzien.
Naast Nazmiye Oral (foto linkerpagina) en Egbert Fransen (foto hier-
boven) bestaat de Maatschappijraad uit tien andere personen:
voorzitter Harry ter Braak, Evert Krist, Marrit van der Schaar,
Renée Wilke, Evert van Nass, Kees van Ruyven, Jaap van der Baan,
Ingrid Horvath, Hella de Zwart en Kenneth Lalji.
denken naar het ervaren. Ik hoop dat ik daarmee kan helpen. Het maakt
krachtige bewoners, zelfbewuste mensen met oog voor elkaar. Mensen met
initiatief, die houden van hun buurt, hun stad en elkaar.’ ‘Bewonersparti-
cipatie is bij Stadgenoot al een belangrijk onderdeel van het denken’, vult
Egbert aan. ‘Neem Oostenburg, dat wordt nu op basis van een plan van
Urhahn Urban Design op zeer gevarieerde wijze ontwikkeld, waarbij nadruk-
kelijk ook de spontaniteit van bewonersdeelname en kleinschaligheid zijn
meegenomen. Met onder andere Collectief Particulier Opdrachtgeverschap,
ook een mooie vorm van kleinschaligheid en eigenaarschap. Dat komt
natuurlijk ook omdat de corporaties zelf zo’n gebied niet meer kunnen op-
bouwen, omdat het geld simpelweg op is. Maar zo’n praktisch feit resulteert
dus in eigen initiatief en creativiteit. Zo kan het een het ander oplossen, of
versterken. Corporaties moeten goed luisteren naar die bottom up geluiden.
Het brengt een nieuwe dynamiek in de stad.’ Een waarschuwing heeft hij
ook: ‘Regelgeving staat de ontwikkeling van nieuwe initiatieven vaak in de
weg. Het is met kleinschaligheid tegenwoordig moeilijk om economische
zelfstandigheid te bereiken. Daar wil ik me ook hard voor maken.’
www.dezwijger.nl en www.zinaplatform.nl
Tekst Gijs Coffeng | Fotografie Hans van der Vliet (foto Egbert) en Ben van Duin (foto Nazmiye)
‘De rode draad is dat we in gesprek moeten blijven’
17Stadgenoot
Stadleven 2 | 201218
Schade aan uw woning:
wat nu?
klantenservice zo wonen wij
Inbraak In de zomer neemt het aantal gevallen van inbraak toe; veel mensen laten hun ramen openstaan en
zijn vaak niet thuis, omdat ze lekker op het terras zitten of op het strand liggen. Als er bij u is ingebroken, moet
u allereerst contact opnemen met de politie. Dit kan 24 uur per dag, op telefoonnummer 0900 - 8844. Als u
inbraakschade aan uw huurwoning heeft, kunt u bellen met onze Klantenservice om een afspraak te maken voor
een eerste noodvoorziening. Vervolgens levert u een proces verbaal van de inbraak in bij Stadgenoot voor een
definitieve reparatie. Doet u dit niet, dan wordt € 180,- in rekening gebracht voor de noodvoorziening. Gevolg-
schade aan het stuc-, schilder- of behangwerk en de inboedel is niet voor rekening van Stadgenoot, maar valt
onder uw eigen (uitgebreide) inboedelverzekering. U kunt hiervoor een claim indienen bij uw verzekeraar.
Brand Als er brand uitbreekt in uw woning, belt u natuurlijk eerst de brandweer via het alarmnummer 112.
Vervolgens belt u de Klantenservice van Stadgenoot, zodat een uitvoerder de schade kan komen opnemen. Bij
grote schade wordt deze ook opgenomen door een expert van uw inboedelverzekeraar, daarom is het verstandig
om ook uw verzekeraar direct op de hoogte te stellen. Stadgenoot zorgt ervoor dat de brandschade aan het ge-
bouw hersteld of gerepareerd wordt. Schade aan het stuc-, schilder- of behangwerk en de inboedel valt onder de
inboedelverzekering. Als u (tijdelijk) niet in uw woning kunt verblijven door de brandschade, kunt u de eventuele
hotelkosten bij uw verzekeraar terugkrijgen mits u daarvoor verzekerd bent. Is uw woning door de brand geheel
onbewoonbaar geworden, dan zoekt Stadgenoot een andere (tijdelijke) woning voor u.
Lekkage Een spuitende of lekkende waterleiding, verstopping of daklekkage: het kan allemaal waterschade
veroorzaken. Als u last heeft van lekkage, kunt u contact opnemen met onze Klantenservice om de oorzaak te
laten repareren. Schade aan het stuc-, schilder- of behangwerk en de inboedel valt onder de inboedelverzekering.
Daarom is het belangrijk dat u ook uw verzekeraar zo spoedig mogelijk op de hoogte stelt.
Storm Als het stormt, kunt u schade aan uw woning krijgen door bijvoorbeeld pannen die van het dak vallen of
een boom die omwaait en op uw huis terecht komt. Neem dan contact op met onze Klantenservice. Stadgenoot
zorgt dat de stormschade aan het gebouw hersteld of gerepareerd wordt. Overige schade (aan het stuc-, schilder-
of behangwerk en de inboedel) kunt u claimen bij uw verzekeraar. Het is dus van belang dat u ook spoedig contact
opneemt met uw inboedelverzekeraar.
Inbraak, brand of lekkage.
Helaas krijgen we er allemaal
weleens mee te maken. Wat
moet u doen in deze situaties?
En wie repareert de schade?
Rabie: ‘Voordat we deze woning
kochten, hadden we een koophuis in
Almere. Een heerlijk huis, maar we
misten de gezelligheid van Amster-
dam. Al een tijdje volgden we nieuw-
bouwprojecten in Amsterdam. Het
Getijenveld was niet meteen liefde
op het eerste gezicht omdat we de
buurt wat rommelig vonden. Over de
woning zelf waren we wel te spreken.
We zijn tóch overstag gegaan toen
we hoorden dat hier in de toekomst
nog veel meer mooie lage nieuwbouw
wordt gerealiseerd.’
Najat: ‘Het bleek de juiste keuze. We
hebben precies wat we willen: veel
ruimte en rust, en de omgeving is
lekker groen. Alsof je midden in de
natuur zit, en dat in Amsterdam!’
Rabie: ‘Onze zoontjes Sami (4) en
Reda (5) vinden het hier ook hart-
stikke leuk. Ze kunnen rondfietsen en
buitenspelen en hebben allebei een
grote kamer waar ze erg trots op zijn.’
Najat: ‘Sami is dol op visjes, hij heeft
een oceaankamer. Reda vindt tijgers
en olifanten te gek, in zijn kamer is
het net een jungle. Zelf ben ik hele-
maal weg van de keuken. Die is open
en ruim, met grote ramen. Ik wilde
heel graag een mooie keuken omdat
ik regelmatig taarten bak. Een hobby
van me.’
Rabie: ‘Samen met de buurtbewoners
zetten we ons in voor de wijk en zor-
gen we dat het hier schoon blijft. Dat
vinden we erg belangrijk. Bij een mooi
huis past een nette buurt. Toch?’
Rabie en Najat Khettabi • Nieuw-
bouwcomplex Getijenveld, Geuzen-
veld • Vijf kamers • Koopwoning •
Vanaf 2011
Stadleven 2 | 2012
Meer informatie De Klantenservice van Stadgenoot is voor noodgevallen 24 uur per dag bereikbaar op 020 - 511 80 00.
Meer lezen over schademeldingen en calamiteiten? Kijk dan op www.stadgenoot.nl
‘Alsof je midden in de natuur zit’
Tekst Yvonne Polman | Fotografie Hans van der Vliet
Wilt u ook wonen in Getijenveld? Kijk op: www.getijenveld.nl
19Stadgenoot
reportage
Een metersgrote zwart-witfoto van een vader en
een moeder en vijf kinderen op een perron trekt
bij binnenkomst meteen de aandacht. Op de trein
zit een bordje waarop te lezen is dat de trein van-
uit Milaan komt, met als eindstation Amsterdam.
‘Het is een foto van Theo van Houts uit 1961’,
vertelt Wendy Ramsahai. ‘Een Italiaanse gastar-
beider haalt zijn gezin op, dat net is aangekomen.
Ze komen in Nederland wonen. Het is voor alle
mensen op de foto een nieuw begin.’
GezinsherenigingWendy, samen met haar partner Bas Liesker
eigenaar van de Krugerkamer, zag de foto op een
tentoonstelling over Italiaanse gastarbeiders in
Nederland. ‘Ik heb de foto gekozen omdat ik het
een mooi plaatje vind. Maar ook om het verhaal
dat erachter schuilt. Voor ons is deze plek ook
een nieuw begin. Verder kwamen er vooral in
de jaren ’60 veel Italiaanse gastarbeiders naar
Nederland. In Amsterdam woonden veel van
hen in Oost, in deze buurt. Verder staat de trein
voor verbinding. Op het raam van de Krugerka-
mer staat ‘Ontmoeten Eten Werken’. Wij willen
hier mensen met elkaar in contact brengen,
verbindingen tot stand brengen. Het woord ‘eten’
staat bewust in het midden, tussen ‘ontmoeten’
en ‘werken’, als verbinding tussen die twee.’
KookfanaatDe Krugerkamer, aan het Krugerplein in de
Transvaalbuurt in Oost, opende in november
2011 haar deuren. Het is een plek waar Wendy
en Bas onder andere lezingen organiseren. En
die kan worden afgehuurd voor vergaderingen,
presentaties en andere bijeenkomsten. Het
koppel heet me van harte welkom in de ruime
entree. Een lichte ruimte, valt meteen op.
Rechtdoor kom je in de keuken. Witte tegels
met daarop met de hand geschilderde afbeel-
dingen van tulpen geven er kleur aan. ‘Ik ben
een kookfanaat’, zegt Wendy. ‘Als mensen de
Krugerkamer huren voor een bijeenkomst, kan
ik ontbijt, tussendoortjes, lunch en/of het diner
verzorgen. En bij lezingen en themabijeenkom-
sten die we zelf organiseren, kunnen mensen
vaak ook van tevoren hier een hapje eten.’
Biologische kruidentuinWe lopen de keuken door en verder naar buiten,
de houten veranda op. Erachter ligt een kruiden-
tuin. In bakken gemaakt van verroeste ijzeren
platen - een ontwerp van Bas - kweekt het
koppel eetbare planten en kruiden. ‘Alles bio-
logisch’, aldus Wendy. ‘Ik gebruik de bloemen
en kruiden hier in de keuken.’ Het gesprek komt
vervolgens op groenprojecten in de buurt. Bas:
‘Er wonen hier ontzettend veel mensen met
groene vingers. Je ziet overal geveltuintjes. Op
het Afrikanerplein hebben mensen moestuintjes
aangelegd. En zelfs op de spoordijk zijn mensen
met tuingereedschap aan de slag gegaan. Het
lijkt ons een fantastisch idee om tegen een
vergoeding producten uit de moestuinen van
buurtbewoners af te nemen, die Wendy hier in
de keuken gebruikt.’ En zo heeft het koppel tal
van ideeën voor de Krugerkamer.
Van kattenkwaad naar crimineelWeer binnen, komen we in de feitelijke Kruger-
kamer. Een strak, eigentijds interieur, met
een fijne serre aan de tuinkant. Hier word ik
getrakteerd op een schuimige koffie verkeerd
en heerlijke zelfgebakken chocoladekoekjes
met cranberry’s. Wendy en Bas vertellen en-
thousiast over een aantal lezingen dat hier de
afgelopen tijd is gehouden. Vier ervan gingen
over jeugd en onderwijs. Historica Angela Crott
opende met een lezing over haar onderzoek
naar alle opvoedingsboeken over jongens,
die tussen 1882 en 2005 zijn verschenen. Ze
Ontmoeten, eten en werken
Nieuw aan het Krugerplein in Oost: de Krugerkamer. Een plek waar ontmoeten, eten en werken samenkomen. Wendy Ramsahai en Bas Liesker kochten de ruimte van Stadgenoot en openden afgelopen november hun deuren. Stadleven nam een kijkje. Tekst Erwin Rooyakkers | Fotografie Wout Jan Balhuizen
Lezingen
De Krugerkamer organiseert regelmatig
interessante lezingen. Een actueel overzicht
vindt u op www.krugerkamer.nl. U vindt
de Krugerkamer aan het Krugerplein 17,
in Amsterdam-Oost.
20
reportage
Stadleven 2 | 2012
>
21Stadgenoot
22
reportage
Stadleven 2 | 2012
Haar werk bestaat voor een belangrijk deel uit praten. ‘Dat kan oeverloos zijn, maar moet voor mij vooral leiden tot een resultaat.’ Als adviseur Wonen houdt Willeke Drevijn (1975) zich dagelijks bezig met overleggen, woonwensen in kaart brengen en adviseren.
mijn werk
Binnen de afdeling Adviseurs Wonen bij Stadgenoot zijn de taken
verdeeld. Willeke richt zich op Bijzondere Huisvesting, dat wil zeggen
huisvesting voor mensen met specifieke wooneisen. ‘Denk bijvoorbeeld
aan senioren, of mensen met een verstandelijke of lichamelijke handicap,’
licht Willeke toe. Vooral op het gebied van seniorenwoningen is er de
laatste jaren een opmerkelijke situatie ontstaan. ‘Voor seniorenwo-
ningen in Nieuw-West moeten we vaker dan één keer adverteren. Dan
moet je je als woningcorporatie in een stad als Amsterdam afvragen wat
dat betekent. Zijn de woningen niet aantrekkelijk genoeg? Misschien ligt
het aan de naam ‘seniorenwoning’ en voelt niet iedere 55-plusser zich
daar direct door aangesproken? Er kunnen allerlei factoren meespelen.
Die ga ik in kaart brengen, zodat we actie kunnen ondernemen.’
Optreden bij overlastStadgenoot verhuurt veel woningen aan bijzondere doelgroepen. ‘Veel
van deze huurders kunnen heel goed zelfstandig wonen, maar sommi-
gen hebben daar toch moeite mee. Van tevoren proberen we eventuele
risico’s in te perken door goede afspraken te maken over begeleiding
en optreden bij gevolgen van overlast. Ik weeg een aanvraag altijd
zorgvuldig af. Kan het? Past het?’ Willeke noemt Het Werkhotel in Bos
en Lommer als voorbeeld. Een woonvoorziening voor jongeren die door
persoonlijke problemen geen dak boven hun hoofd hebben. Stadgenoot
zette Het Werkhotel vier jaar geleden samen met onderwijs- en zorgin-
stanties op. ‘Jongeren kunnen daar tijdelijk wonen. Ze krijgen de kans
hun opleiding af te maken en zich voor te bereiden op een baan, op een
eigen woning. Deze jongeren hebben van huis uit echter nooit meege-
kregen hoe ze om moeten gaan met buren. Lawaai maken of afval van
het balkon gooien is voor sommigen de normaalste zaak van de wereld.
Veroorzaken ze overlast, dan moeten ze worden bijgestuurd.’
‘Ik weeg een aanvraag zorgvuldig af. Kan het? Past het?’
Het grootste misverstand over mijn werk is...
‘... dat al die bijzondere groepen alleen maar lastig zijn.
We wonen met veel verschillende mensen in deze stad
en ik vind dat iedereen een plek verdient. Wanneer je dat
goed kunt regelen door samen te werken met bijvoorbeeld
zorginstellingen, dan is dat toch mooi.’
Ik werk het liefst in (en voor) Amsterdam, omdat...
‘... dit de meest geweldige stad van het land is? Ik heb hier
jaren gewoond tijdens mijn studie, mijn eerste zoontje
is hier geboren en ik heb mijn eerste huis in Amsterdam
gekocht. Door ruimtegebrek heb ik de stad helaas moeten
verlaten, maar door mijn werk blijf ik gelukkig toch ver-
bonden met Amsterdam.’
Ik zou wel eens een dag willen ruilen met...
‘... een manager ambulante zorg van een zorginstelling.
Er is vaak veel onbegrip tussen ons en partners die de zorg
en begeleiding bieden aan cliënten die in onze woningen
wonen.’
Bijdrage aan de stadOok als een huisvestingproject even niet goed loopt, ziet Willeke
daar de uitdaging van in. ‘Dan breng ik alle betrokken partijen om
de tafel en bekijken we samen hoe het beter kan. Zulke gesprekken
leiden meestal tot mooie ideeën, oplossingen en acties. En uitein-
delijk leveren we daarmee een bijdrage aan de stad. Wanneer ik dat
kan bereiken, is werkdag voor mij geslaagd.’
Tekst Wendy Dekker | Fotografie Hans van der Vliet
had een interessante conclusie, aldus Wendy:
‘Kwajongensgedrag is van alle tijden. Maar wat
vroeger kattenkwaad heette, krijgt nu al snel
het stempel ‘crimineel’. Jongens zijn in de loop
van de tijd niet veranderd. Maar wel de manier
waarop opvoeders naar hen kijken.’
Kapot moeilijkDe laatste lezing in de reeks was van Jan Dirk de
Jong. Hij is schrijver van het boek ‘Kapot moeilijk’.
‘Dat is straattaal voor ‘hartstikke stoer’,’ legt Bas
uit. ‘De Jong deed zeven jaar lang onderzoek
naar de groepscultuur van jongens met een Ma-
rokkaanse achtergrond in Nieuw-West. Hij toont
aan dat het niet hun Marokkaanse achtergrond
is die bijvoorbeeld crimineel gedrag verklaart.
Het gaat volgens hem om algemeen menselijke
patronen van groepsgedrag en groepsdyna-
miek, die elkaar versterken als je gezien wordt
als een minderheid.’
Meer cultuurDe Krugerkamer is groot voorstander van cultu-
rele activiteiten in de buurt. Daarom hanteert
zij een speciaal Krugercultureeltarief. Bas:
‘Per geval spreken wij het tarief af. Daarbij
gaan wij uit van wat de activiteit redelijkerwijs
kan opbrengen. Voorwaarde om voor het Kruger-
cultureeltarief in aanmerking te komen,
is dat de activiteit origineel is en past binnen
ons concept.’
Kortingsbon
Wilt u de Krugerkamer huren voor een themabijeenkomst? Als lezer van Stadleven ontvangt u met deze bon € 50,- korting op de huurprijs én een schaal zelfgebakken koekjes.
Aanbieding is geldig t/m 31 december 2012. Deze bon is uitsluitend in te wisselen bij de Krugerkamer (Krugerplein 17, Amsterdam).
€ 50,-korting
23Stadgenoot
old & new amsterdam
Eindredactie Helene van Santen
Vormgeving Milja Oortwijn
Coverbeeld Hans van der Vliet
Medewerkers Wout Jan Balhuizen,
Gijs Coffeng, Aaf Brandt Corstius,
Wendy Dekker, Jan Freriks, Anneke
Hymmen, Yvonne Polman, Erwin
Rooyakkers, Hans van der Vliet.
Drukker Offset Vandevelde
Stadleven is een uitgave van
Stadgenoot. Het huurdersmagazine
verschijnt vier keer per jaar. Niets uit
deze uitgave mag zonder schriftelijke
toestemming van Stadgenoot
worden gekopieerd en/of gebruikt.
Klantenservice
020 - 511 80 00
Website
www.stadgenoot.nl
Bezoekadres
Sarphatistraat 3701018 GW Amsterdam
Postadres
Postbus 7001000 AS Amsterdam
Contactgegevens
Colofon
10 jaar IJburg
2002
2012
In november 2002 kregen de eerste bewoners van IJburg de sleutels overhandigd van hun gloednieuwe
woningen. De eerste huizen werden gebouwd op Haveneiland-West en het grote Rieteiland. Inmiddels is
er een echte stadswijk ontstaan, naast het Haveneiland en Rieteiland nu ook op het Steigereiland. IJburg
telt momenteel zo’n 15.500 inwoners, maar er komt ruimte voor veel meer personen. Uiteindelijk is het
de bedoeling dat op zes eilanden 18.000 woningen worden gerealiseerd voor zo'n 45.000 inwoners.