de achterkant van de psychologie · 2015. 1. 1. · de resultaten worden in diverse typen...
TRANSCRIPT
STRESS EN BURNOUT
De achterkant van de psychologie
MODELLEN EN KADERS
DRAAGKRACHT/DRAAGLAST
Normale situatie
DRAAGKRACHT/DRAAGLAST
Spanning/stress
DRAAGKRACHT/DRAAGLAST
Burnout
INTERVENTIEMODEL
LAZARUS MODEL
LAZARUS MODEL
INTERNATIONAL CLASSIFICATION OF HUMAN FUNCTIONING, DISABILIT Y AND HEALTH ( ICF)
FLOW
Werkflow ontstaat wanneer medewerkers in staat zijn :
• hun persoonlijke doelen in overeenstemming te brengen met organisatiedoelen
• concrete en haalbare doelen te formuleren
• feedback te ontvangen op deze doelen
BELANGRIJKE KADERS
AUTONOMIE in de professie is de afgeleide van het hebben van
verantwoordelijkheden, relevante bevoegdheden en een functie die “ook door anderen” passend gevonden wordt leidt tot een gevoel van zelfrespect en zingeving
SOCIAL SUPPORT is de bevestiging van je autonome positie in de
werkgemeenschap leidt tot het gevoel van (h)erkenning, waardering en
het hebben van betekenis
EFFECTIEVE BURNOUTBEGELEIDING
maatwerk » kort »cognitieve aanpak »coachende aanpak »werkhervatting, arbeidscontext centraal
• goede intake: maakt onderscheid in problematiek • richt zich ook op (loopbaan)context • heeft een kop en staart: hulp en begeleiding naar (nieuwe) werkplek. • Casemanagement • preventief middels employability awareness • helpt de organisatie een context te creëren die minder burn-out risico geeft
ACCESS-protocol
Analyse eisen organisatie en persoonlijke mogelijkheden (uitgangspunt snelle, gedeeltelijke terugkeer)
Conditieverbetering
Cognitieve herstructurering
Effectief functioneren in het werk
Social support
Stabiliseren
Het interventiemodel
Persoonlijke effectiviteit Gezondheid, Timemngt, Stressmngt, Assertiviteit, Conflicthantering
Organisatie Context: Bedrijfsvoering Middelen-kennismngt.
Personeel & Mobiliteit: Kwaliteit bezetting Ontwikkelmogelijkheden
Werkcontext: Psychische werklast Inhoudelijke werklast Autonomie
Leiderschapsstijl: Duidelijkheid Steun
Maatschappelijke Zingeving: Resultaat werk Aanzien beroeps- groep
Cultuur: Samenwerking Sociale Steun Balans privé/ werk
Interactie met werkomgeving Werkstress vaak gevolg van zaken als: • werkdruk (fysiek, inhoudelijk of psychisch) • fusies en overnames • leiderschapstijl • seksuele intimidatie, agressie of pestgedrag • tegenstrijdige rolverwachtingen • autonomie en regelmogelijkheden • gebrek aan sociale steun • communicatie • cultuur (o.a. balans werk/privé) • (sluimerende) conflicten • kwaliteit bezetting
In één oogopslag ziet hoe
re-integreerbaar iemand is. Snel inzicht waar de
pijnpunten zitten. Kostenbesparend. Een instrument dat
makkelijk verbanden legt tussen testuitkomsten en deze inzichtelijk maakt.
15
TESTEN VRAGEN VANUIT DE RE-INTEGRATIEMARKT
16
Treden/stappen: Zorg Sociale activering Arbeidsmarktactivering Arbeidsmarkttoeleiding Werk
In elke trede spelen doorgaans andere factoren een centrale rol
17
TREDEN BIJ RE-INTEGRATIE
Filosofie werkladder
reguliere werk(ongesubsidieerd)
begeleid werken(loonkostensubsidie)
individuele detachering
groepsdetachering(werken op locatie)
interne plaatsing(beschermd)
proefplaatsingenwerkstage
ambitie: zo hoog mogelijkop de werkladder!
individueleontwikkeling
instroom
zorg naar sociale activering: zelfredzaamheid, taalvaardigheid en minimaliseren van
belemmeringen sociale activering naar arbeidsmarktactivering: re-integreerbaarheid, basisvaardigheden en sollicitatievaardigheden
arbeidsmarktactivering naar arbeidsmarkttoeleiding duur van de werkloosheid, motivatie en beschikbaarheid
arbeidsmarkttoeleiding naar feitelijk werk doelgerichtheid; weten wat je wilt
18
TREDEN =>> SPECIFIEKE AANPAK
Een, gefaseerd in te zetten, set vragenlijsten, waarmee voor een re-integratietraject belangrijke factoren in kaart worden gebracht. De TalentLens Re-integratie verbindt de resultaten van reeds
bewezen professionele psychologische vragenlijsten en geeft signalen voor vervolgstappen. De resultaten worden in diverse typen rapportages gepresenteerd,
van een samenvattende matrix, tot een uitgebreide tekstuele rapportage of een specifieke rapportage voor professionals. Eén moderne en transparante handleiding beschrijft alles wat nodig
is om de TalentLens effectief en efficiënt in te zetten.
19
WAT IS DE TALENTLENS RE-INTEGRATIE?
• Profiel omvat o.a. vragenlijsten die diverse kaderende achtergrondinformatie over een kandidaat in kaart brengen, alsmede persoonlijkheid en interesses.
• Leerbaarheid omvat tests die gericht zijn op het meten van de cognitieve capaciteiten en bevat daarnaast een instrument dat competenties in kaart brengt.
• Weerbaarheid omvat vragenlijsten die met name gericht zijn op veerkracht, burnout, coping, psychische/fysieke klachten en depressie.
• Motivatie omvat vragenlijsten die met name gericht zijn op prestatiemotivatie en waarden.
20
STRUCTUUR TALENTLENS RE-INTEGRATIE
Fase 1 Een screener die inzicht geeft in de integreerbaarheid van een cliënt
plus de factoren die daarin een relevante rol spelen.
Fase 2 en 3 Bieden oriëntatie en verdieping. In deze fases wordt gericht dieper
ingegaan op de factoren door middel van vervolgtests en vragenlijsten.
21
FASEN TLR OP HOOFDLIJNEN
Fase 1 Profiel: Biografische checklist Leerbaarheid: Raven SPM Verkorte versie Weerbaarheid: RS-NL Motivatie: PMT
Fase 2 en Fase 3 Profiel: Orpheus-NL of PFPI / LIV of KIT-V Leerbaarheid: DAT figurenreeksen, rekenvaardigheid, ruimtelijk
inzicht, woordbeeld, C-scan Weerbaarheid: UBOS, SCL-90-R, UCL93, BDI-II-NL Motivatie: SPW, SIW
22
VRAGENLIJSTEN TLR
Samenvatting uitslagen TalentLens Re-integratie, Rapportage en Rapportage voor Professionals.
Samenvatting dient als quick scan overzicht. De rapportage omvat de uitslag van de verschillende
afgenomen vragenlijsten en tests, in een verklarende tekst. De rapportage voor professionals is vooral bedoeld voor de re-
integratie adviseur, coach of trajectbegeleider. In deze rapportage staan ook alle grafieken van de diverse tests/vragenlijsten.
23
RAPPORTAGE
Onderdeel ‘Persoonlijk profiel’
24
VOORBEELD SAMENVATTENDE MATRIX
De matrix geeft vooral een indicatie op welke vlakken er mogelijk aandachtspunten liggen in het kader van inzetbaarheid.
‘Persoonlijk profiel’
25
VOORBEELD SAMENVATTENDE MATRIX
De antwoorden zijn ingedeeld in drie antwoordcategorieën:
Rood (laag), Geel (gemiddeld) en Groen (hoog).
Driepuntsschaal: Groen indiceert een laag risico voor of positief ef fect op de
inzetbaarheid Geel indiceert een gemiddeld risico voor of neutraal ef fect op
de inzetbaarheid Rood indiceert een hoog risico voor of negatief ef fect op de
inzetbaarheid
26
BIOGRAFISCHE CHECKLIST
27
VOORBEELD SAMENVATTENDE MATRIX
Door het afnemen van verschillende subtests kan gemeten worden over welke intellectuele capaciteiten iemand meer of juist minder beschikt in relatie tot een bepaald niveau of op welk niveau iemand met een bepaalde capaciteit zit.
Onderdeel ‘Weerbaarheid’
28
VOORBEELD SAMENVATTENDE MATRIX
Weerbaarheid omvat vragenlijsten die met name gericht zijn op veerkracht, burnout, coping, psychische/fysieke klachten en depressie.
Onderdeel ‘Motivatie’
29
VOORBEELD SAMENVATTENDE MATRIX
Motivatie omvat vragenlijsten die met name gericht zijn op prestatiemotivatie en waarden.
30
RAPPORTAGE - TEKSTUELE RAPPORTAGE
31
RAPPORTAGE - VOOR PROFESSIONALS
Detailinformatie scores op de items
32
Detailinformatie scores op de items
33
Methodisch kader Achtergrondinfo testgebruik Beschrijving van de onderdelen Werkwijze; cases + gebruik P2Online Resultaten/rapportages Bijlagen (3x)
In bijlage I wordt iedere vragenlijst/test toegelicht In bijlage II staat de betekenis van de diverse schalen/dimensies In bijlage III staan tips, adviezen en correlaties
34
OPBOUW HANDLEIDING
In bijlage I wordt iedere vragenlijst/test kort toegelicht; Meetdoel Doelgroep Inhoudelijke beschrijving Schalen/dimensies Normgroepen Wijze van scoring/rapportage Betekenis van de diverse schalen/dimensies
35
GEBRUIK BIJLAGE I
In bijlage II wordt de betekenis van de diverse schalen/dimensies toegelicht
TIP: maak een (verkleinde) kopie van het overzicht per test, plastificeer dit en gebruik dit als “spiekbriefje” bij het bespreken van de uitslagen
36
GEBRUIK BIJLAGE II
In deze bijlage van de handleiding TalentLens Re-integratie staat per test/vragenlijst: Algemene informatie en opmerkingen Informatie over bijvoorbeeld correlaties met andere onderdelen van
TalentLens Re-integratie Adviezen voor gebruik Verwijzingen naar relevante hoofdstukken van de originele
handleiding Opbouw: screener; fase 1; fase 2.
Hierin staan ook alle vragen van de biografische checklist!!!
37
GEBRUIK BIJLAGE III
De biografische checklist is geen psychologisch meetinstrument
De biografische vragenlijst brengt, op basis van zelfreport, belangrijke variabelen in kaart, die een rol kunnen spelen in het succes van re-integratie
Uitgebreider beeld dan b.v. de WAI (dimensies/dieptebeeld) Sterke link met o.a. de SCL-90-R Bewust niet gekozen voor een totaalscore op re-
integreerbaarheid!! Bewust gekozen voor het niet berekenen van loonwaarde
38
BIOGRAFISCHE CHECKLIST
Onderzoek uitgevoerd door Research voor Beleid in opdracht van de Raad voor Werk en Inkomen; (nov 2009) “Uit het onderzoek is duidelijk geworden dat een objectieve
loonwaardemeting op dit moment niet mogelijk is” “het begrip loonwaarde blijkt in de onderzochte methoden niet altijd
duidelijk gedefinieerd te zijn en blijkt in ieder geval op onderdelen verschillend te worden geoperationaliseerd” “de methoden verschillen in de mate van diepgang en
bewerkelijkheid” (Pieter Jan Biesheuvel)
39
LOONWAARDE = SUBJECTIEF
• S c h o l in g I b ev r a a g t d e m a te wa a r in m e n d e N e d e r lan d s e t a a l b e h e e r s t • S c h o l in g I I b ev r a a g t h et h o o g s te g e n o te n e n m et e e n d ip lo m a a f g e s lo te n o p le id in gs n i ve au • S c h o l in g I I I b ev r a a g t o f m e n n o g e e n o p le id ing vo lg t e n z o ja , o p we lk n i ve a u • F y s ie k : i n z et b a a r b ev r a a g t d e m a te wa a r in i e m a n d l i c h a m e l i jke k la c h te n o f b e p e r k ing e n
e r va a r t , d ie d e in z et b a a rh e id ku n n e n b e p e r ken • F y s ie k : p ro b le m e n I b ev r a a g t d e m a te wa a r in m e n p ro b le m e n e r va a r t o f h e e f t i n z a ke d i ve r s e
f y s ie ke a s p e c te n • F y s ie k : p ro b le m e n I I b ev r a a g t d e m a te wa a r in m e n p ro b le m e n e r va a r t o f h e e f t i n z a ke d i ve r s e
f y s ie ke a s p e c te n , d ie s o m s o o k e e n p s yc h i s c h e o o r z a a k ku n n e n h e b b e n • F y s ie k : ove r ig b ev r a a g t d e m a te wa a r in m e n p ro b le m e n e r va a r t o f h e e f t i n z a ke f y s ie ke
a s p e c te n , d ie n o g n ie t s p e c i f i e k b ev r a a g d z i j n • P s yc h i s c h : i n z et b a a r b ev r a a g t d e m a te wa a r in i e m a n d p s yc h i s c h e k la c h te n o f b e p e r k in g en
e r va a r t , d ie d e in z et b a a rh e id ku n n e n b e p e r ken • P s yc h i s c h : p ro b le m e n b ev r a a g t d e m a te wa a r in m e n p ro b le m e n e r va a r t o f h e e f t i n z a ke d i ve r s e
p s yc h i s c h e a s p e c te n • P s yc h i s c h : ove r ig b ev r a a g t d e m a te wa a r in m e n p ro b le m e n e r va a r t o f h e e f t i n z a ke p s yc h i s c h e
a s p e c te n , d ie n o g n ie t s p e c i f i e k b ev r a a g d z i j n
40
BIOGRAFISCHE CHECKLIST
• Verslaving: inzetbaar bevraagt de mate waarin iemand problemen met verslaving ervaar t, die de inzetbaarheid kunnen beperken
• Verslaving: problemen bevraagt de mate waarin men bepaalde verslavingen heef t
• Werkaspecten bevraagt een aantal belangri jke werkgerelateerde aspecten, die van invloed zi jn op de inzetbaarheid, waaronder verzuim en inzetbaarheidperspectief
• Arbeidsmarkt bevraagt een aantal belangri jke arbeidsmarktgerelateerde aspecten, die van invloed zi jn op de inzetbaarheid, waaronder doelgerichtheid en arbeidsmarktbenadering
• Specifiek bevraagt de zelfredzaamheid en specifieke problemen, die van invloed kunnen zi jn op de inzetbaarheid, waaronder financiële of relationele problemen
• Energie bevraagt de mate waarin men energiek en posit ief in het leven staat
41
BIOGRAFISCHE CHECKLIST
D i m e n s i e s W A I P u n t e n v e r d e l i n g 1 . K e n m e r k e n w e r k ( v o r m t s a m e n m e t d i m e n s i e 3 é é n d i m e n s i e ) g e e n p u n t e n 2 . H u i d i g e w e r k v e r m o g e n v e r g e l e k e n m e t b e s t e w e r k v e r m o g e n 0 - 1 0 p u n t e n 3 . W e r k v e r m o g e n i n r e l a t i e t o t d e e i s e n v a n h e t w e r k 2 - 1 0 p u n t e n 4 . A a n t a l h u i d i g e a a n d o e n i n g e n 1 - 7 p u n t e n 5 . I n s c h a t t i n g b e p e r k i n g w e r k u i t o e f e n i n g d o o r a a n d o e n i n g e n 1 - 6 p u n t e n 6 . Z i e k t e v e r z u i m g e d u r e n d e d e a f g e l o p e n 1 2 m a a n d e n 1 - 5 p u n t e n 7 . E i g e n p r o g n o s e w e r k v e r m o g e n o v e r 2 j a a r 1 , 4 , 7 p u n t e n 8 . V i t a l i t e i t 1 - 4 p u n t e n
W A I - s c o r e 7 - 4 9 p u n t e n D e W A I - s c o r e g e e f t e e n s c h a t t i n g v a n h o e g o e d m e d e w e r k e r s i n s t a a t z i j n o m h u n w e r k , n u e n i n d e
t o e k o m s t , l i c h a m e l i j k e n g e e s t e l i j k u i t t e v o e r e n . A a n t a l p u n t e n = A P + S t a t u s A r b e i d s v e r m o g e n = A V A c t i e s :
AP= 44-49, AV= uitstekend, AC= behouden AP= 37-43, AV= goed, AC= ondesteunen AP= 28-36, AV= gemiddeld, AC= verhogen AP= 7-27, AV= slecht, AC= herstel len
42
BC / WAI
Onderzoekers aan het RIKEN Centrum voor Biowetenschappen hebben in samenwerking met
de Osaka Stadsuniversiteit en de Kansai Universiteit van welzijnswetenschappen,
functionele PET-beeldvorming gebruikt om aan te tonen dat de niveaus van neuroinflammatie,
of ontsteking van het centraal zenuwstelsel, hoger zijn bij patiënten met
ME(cvs) dan bij gezonde mensen.
43
CVS/ME EN NEURO-INFLAMMATIE
The roots of the burnout concept seem to be embedded within broad social, economic, and cultural developments that took place in the last quarter of the past century and signify the rapid and profound transformation from an industrial society into a service economy.
This social transformation goes along with psychological pressures that may translate into burnout. After the turn of the century, burnout is increasingly considered as an erosion of a positive psychological state. Although burnout seems to be a global phenomenon, the meaning of the concept dif fers between countries. For instance, in some countries burnout is used as a medical diagnosis, whereas in other countries it is a non-medical, socially accepted label that carries a minimum stigma in terms of a psychiatric diagnosis.
44
BURNOUT
Chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS), ook bekend als myalgische encefalomyelitis (ME), is een invaliderende ziekte die gekenmerkt wordt door chronische, ernstige en invaliderende vermoeidheid. Helaas zijn de oorzaken nog niet goed begrepen.
Men veronderstelt dat neuroinflammatie – de ontsteking van zenuwcellen – een oorzaak is van de aandoening, maar er werd nog geen duidelijk bewijs geleverd om dit idee te ondersteunen. Maar nu vonden de onderzoekers in deze klinisch belangrijke studie die gepubliceerd werd in het Journal of Nuclear Medicine, dat de hoeveelheid van neuro-inflammatie markers verhoogd zijn bij ME(cvs)-patiënten in vergelijking met de gezonde controles.
45
CVS/ME
De onderzoekers hebben PET-scans uitgevoerd op negen mensen met de diagnose ME (volgens de Fukuda criteria én de Internationale Consensus Criteria voor ME) en tien gezonde mensen, en hebben hen gevraagd om een vragenlijst in te vullen die de mate van vermoeidheid, cognitieve stoornissen, pijn en depressie beschrijf t.
Voor deze PET-scan studie hebben ze een proteïne gebruikt dat geproduceerd wordt door microglia en astrocyten, waarvan bekend is dat ze actief zijn in neuro-inflammatie. De onderzoekers stelden vast dat de neuro-inflammatie groter is bij ME-patiënten dan in gezonde mensen.
46
PET-SCANS
Ze vonden ook dat de ontsteking in bepaalde gebieden van de hersenen – de cortex cingularis, hippocampus,amygdala, thalamus, middenhersenen en pons – verhoogd was en op zo’n manier dat deze gecorreleerd is met de symptomen, zodat bijvoorbeeld patiënten die een cognitief verminderd functioneren rapporteerden neuro-inflammatie in de amygdala vertoonden, waarvan bekend is dat die betrokken is bij de cognitie.
Dit levert duidelijk bewijs van het verband tussen neuro-inflammatie en de symptomen die ME-patiënten ervaren.
47
ONTSTEKING
Hoewel de studie klein was, kan bevestiging van het concept dat PET-scans gebruikt kunnen worden als een objectieve test voor ME, leiden tot een betere diagnose en uiteindelijk tot de
ontwikkeling van nieuwe therapieën om verlichting te brengen voor veel mensen die wereldwijd getroffen zijn door deze ziekte.
Dr. Yasuyoshi Watanabe, die de studie aan RIKEN leidde, verklaarde, “We zijn van plan om naar aanleiding van deze opwindende ontdekking verder onderzoek te doen om objectieve testen voor ME te ontwikkelen en uiteindelijk manieren te vinden om deze invaliderende ziekte te genezen en te voorkomen.”
48
GEEN BEWIJS, WEL NADER ONDERZOEK
Yasuhito Nakatomi, Kei Mizuno, Akira Ishii, Yasuhiro Wada, Masaaki Tanaka, Shusaku Tazawa, Kayo Onoe, Sanae Fukuda, Joji Kawabe, Kazuhiro Takahashi, Yosky Kataoka, Susumu Shiomi, Kouzi Yamaguti, Masaaki Inaba, Hirohiko Kuratsune, Yasuyoshi Watanabe, “Neuroinflammation in patients with chronic fatigue syndrome/myalgic encephalomyelitis: a 11C-(R)-PK11195 positron emission tomography study”, The Journal of Nuclear Medicine, vol.55, No.6, 2014, DOI: 10.2967/jnumed.113.131045
Bron: http://www.riken.jp/en/pr/press/2014/20140404_1/ © RIKEN © Vertaling ME-gids.net
49
BRON
The burnout syndrome has been associated with an increased risk of cardiovascular disease. The physiological mechanisms potentially involved in this link are underexplored. Knowing that a chronic low-grade systemic inflammatory state contributes to atherosclerosis, we investigated circulating cytokine levels in relation to burnout symptoms.
50
ASSOCIATION BET WEEN BURNOUT AND CIRCULATING LEVELS OF PRO- AND ANTI - INFLAMMATORY CY TOKINES IN
SCHOOLTEACHERS.
We studied 167 schoolteachers (median, 48 years; range, 23-63 years; 67% women) who completed the Maslach Burnout Inventory with its three subscales emotional exhaustion (EE), lack of accomplishment (LA), and depersonalization (DP). Levels of the proinflammatory cytokine tumor necrosis factor (TNF)-alpha and of the anti-inflammatory cytokines interleukin (IL)-4 and IL-10 were determined in fasting morning plasma samples. The TNF-alpha/IL-4 ratio and the TNF-alpha/IL-10 ratio were computed as two indices of increased inflammatory activity. Analyses were adjusted for demographic factors, medication, lifestyle factors (including sleep quality), metabolic factors, and symptoms of depression and anxiety.
51
METHODS
Higher levels of total burnout symptoms aggregating the EE, LA, and DP subscales independently predicted higher TNF-alpha levels(DeltaR(2)=.024, P=.046), lower IL-4 levels (DeltaR(2)=.021, P=.061), and a higher TNF-alpha/IL-4 ratio (DeltaR(2)=.040, P=.008). Higher levels of LA predicted decreased IL-4 levels (DeltaR(2)=.041, P=.008) and a higher TNF-alpha/IL-4 ratio (DeltaR(2)=.041, P=.007). The categorical dimensions of the various burnout scales (e.g., burnout yes vs. no) showed no independent relationship with any cytokine measure.
52
RESULTS
Burnout was associated with increased systemic inflammation along a continuum of symptom severity rather than categorically. Given that low-grade systemic inflammation promotes atherosclerosis, our findings may provide one explanation for the increased cardiovascular risk previously observed in burned-out individuals.
53
CONCLUSION
54
VITALITEIT EN DUURZAAMHEID
55
KWALITEIT VAN LEVEN
56
VITALITEIT
Veel beschrijvingen van vitaliteit bevatten de
woordstam "vita", dat "leven" betekent, zoals "levenskracht", "levendigheid", "levenslust", "levensenergie", enz.
57
WAT IS VITALITEIT?
Energiek zijn; Productief zijn; Duurzaam inzetbaar zijn; Fit zijn; Gemotiveerd zijn; Gezond zijn; Gelukkig zijn; Bevlogen zijn; Veerkrachtig zijn; Open staan voor veranderingen.
58
VITALE WERKNEMERS
Zijn gemotiveerd, veerkrachtig en energiek en
hebben doorzettingsvermogen; Waardoor zij gezond en productief aan het werk
zijn (en blijven) en plezier in het werk hebben (en houden).
59
VITALITEIT IS EEN ONDERDEEL VAN BEVLOGENHEID
Een van de drie onderdelen, naast toewijding en absorptie; Bevlogenheid heeft positieve gevolgen voor
arbeidsprestatie; Bevlogen werknemers blijken hun eigen
enthousiasme in stand te houden; Vitaliteit staat voor zich energiek, fit en sterk
voelen en onvermoeibaar met werken kunnen doorgaan.
60
HUIS VAN WERKVERMOGEN
61
VITALITEIT IS EEN ASPECT VAN DUURZAME INZETBAARHEID
Werkvermogen: het fysieke, mentale en sociale arbeidsvermogen; Employability: het vermogen om nu en in de
toekomst verschillende werkzaamheden en functies adequaat en blijvend te vervullen, zowel in de eigen organisatie als in een andere organisatie of sector; Vitaliteit: energie en motivatie.
62
DUURZAME INZETBAARHEID: IN STAAT ZIJN OM HUIDIG EN TOEKOMSTIG WERK UIT TE KUNNEN EN
WILLEN BLIJVEN VOEREN
Werkvermogen
Vitaliteit
Employability
Duurzame inzetbaarheid
63
GROEI NAAR VITALITEIT
Er moet meer en soms ander werk uitgevoerd worden door minder mensen;
Werknemers werken langer door in veranderende werkomstandigheden met snel wisselende vragen;
Dat vraagt om duurzame inzetbare werknemers!
64
VITALITEIT NOODZAAK
Minister Kamp “We moeten er met elkaar voor zorgen dat mensen gezond, vitaal en productief tot aan de pensioenleeftijd kunnen blijven werken. Deze ambitie kan alleen gerealiseerd worden als daar vanaf de start van de loopbaan consistent aan wordt gewerkt door iedere werknemer, in samenspraak met zijn of haar werkgever.”
65
Vitaliteit en leeftijd
66
WELKE FACTOREN BEÏNVLOEDEN DE VITALITEIT VAN WERKNEMERS?
Resultaat interactie tussen de capaciteiten en de kenmerken werknemer en kenmerken van het werk.
Werknemer: functionele capaciteiten (lichamelijk, psychisch en sociaal), gezondheid, kwalificaties (opleiding) en competenties, motivatie, normen en waarden.
Werk: lichamelijke en psychische eisen van het werk, de werkomstandigheden en de sociale werkomgeving.
67
NIET ALLEEN CURATIE EN PREVENTIE, MAAR OOK AMPLITIE
Curatie gericht op ‘zieke ’ werknemers: verzachten en verminderen van gevolgen van verminderde vitaliteit, werkvermogen en employability.
Preventie gericht op risicogroepen: voorkomen van verminderde vitaliteit, werkvermogen en employability.
Amplitie gericht op alle werknemers: versterken van vitaliteit, werkvermogen en employability.
68
VITALITEITSMANAGEMENT
Vitaliteitsmanagement is vooral gericht op amplitie van alle medewerkers . De aandacht voor risicogroepen of de behandeling van mensen met klachten van verminderde vitaliteit, zijn een onderdeel in het geheel (Van Vuuren, 2011).
69
INTERVENTIES TER VERSTERKING BALANS DRAAGLAST EN
DRAAGKRACHT
Individu Organisatie Vitaliseren
Werknemer ontwikkelt zich (kennis, vaardigheden, gezondheid)
Organisatie biedt meer energiebronnen
Verlichten
Aanpassen van taken en/ of werkomgeving.
Organisatie verlicht taakeisen
70
KEUZE MAATREGELEN
Wat is het eerste dat jij de organisatie aanraadt om te gaan doen aan wat volgens jou het belangrijkste en te beïnvloeden probleem of kans is op het gebied van vitaliteit?
Welke doelen heb je als je het vergroten van vitaliteit in een organisatie voor ogen hebt (mensen/organisatie)?
71
ZDT & OPTIMAAL FUNCTIONEREN OP WERK
• Werknemers zullen optimaal functioneren als ze door hun werk uitgedaagd worden om zich met boeiende activiteiten bezig te houden.
• De vervulling van de drie psychologische basisbehoeften; autonomie, verbondenheid en competentie is een belangrijke voorwaarde voor het optimaal functioneren.
72
WERKNEMERS DIE ZICH AUTONOOM, COMPETENT EN VERBONDEN VOELEN:
Meer tevreden met hun werk, vitaler, minder uitgeput, brengen vrijwillig meer tijd door op het werk, accepteren organisatieveranderingen makkelijker, zijn minder geneigd ontslag te nemen en presteren beter.
Bovendien gaat behoeftebevrediging op het werk samen met meer welzijn in en buiten de werkcontext.
73
Typen motivatie
+ visie plan van aanpak
vaardig- heden
mid- delen prikkels
visie
visie
visie
verandering
verwarring
ongerustheid
weerstand
frustratie
tredmolen
vaardig- heden
vaardig- heden
vaardig- heden
prikkels
prikkels
prikkels
mid- delen
mid- delen
mid- delen
visie vaardig- heden prikkels mid-
delen
plan van aanpak
plan van aanpak
plan van aanpak
plan van aanpak
=
+
+
+ + +
+ +
+
+ +
+
+
+ +
=
=
=
=
=
+
+
+
+
+
74
VISIE