werken aan geletterdheid in de kinderopvang...5-3-2013 3 wat verbale samenwerkingdoen ze?...
TRANSCRIPT
5-3-2013
1
Samenspel / samenwerken Taak en taal van de leerkracht
Dorian de Haan Lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Hogeschool Inholland
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Voorbeeld
1. Wat is de kwaliteit van samenspel van D.?
2. Hoe bevordert de leerkracht samenspel? (Begin 608, D. 900-11.00)
Masterclass lectoraat
Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Opdracht:
Non-verbale samenwerking
1. Simpel: Doelkind en peer(s) spelen binnen een gezamelijk speelscript en hebben geen interactie(s).
2. Cooperatief: Doelkind en peer(s) spelen binnen een gezamelijk speelscript en hebben interactie(s), maar bouwen niet op elkaars handeling voort (geen groei in gezamenlijk spel).
3. Gecoördineerd: Doelkind en peer(s) spelen binnen een gezamelijk speelscript, hebben interactie(s) en bouwen op elkaars handelingen voort (groei in het gezamenlijk spel)
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
0
1
2
3
4
0 20 40 60 80 100 120 140 160 180
co
mp
lex
ite
it n
on
-ve
rba
le s
am
en
we
rkin
g
meetmomenten
Non-verbale samenwerking tijdens vrij spel 1.Simpel 2. Coöperatief 3. Gecoördineerd
Masterclass lectoraat
Ontwikkelingsgericht Onderwijs
TIE: Ik maak het lekker stevig. SEN: Door mij. TIE: Ja door S. Maakt het lekker stevig.
En ook door mij toch?
Boem+boem.
Nee.
Niks+niks.
Dan zo. Wrijven toch?
Hier S. (imitatie)
Oliebollen bakken! Bakken xx.
Je moet daaronder nog draaien.
Zo. He! Hij is gebroken.
Ikke.
Daar zaten allemaal nog meer bloemen in.
T. kijk nou eens uit.
Glijbaan!
Glijbaan+glijbaan+glijbaan!
Glijbaan toch?
Het moet toch een glijbanen worden?
Glijbaan+glijbaan+glijbaan. NIL: Nee we gaan geen glijbaan maken.
Jawel. xxx is het mooi toch? NIL: Ja.
T. zo is het +… ([hij onderbreekt
zijn zin; waarschijnlijk door de handeling van Nils die gooit wat zand bovenop de glijbaan.]
Ja en zacht zand. Ja dat is poeder zacht zand. Veel zand is het poeder.
Taal van D.
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
LK: Hebben jullie een recept voor de soesjes?
DAI: Ja.
Lk: En moet daar dan ook water in?
DAI: Ja. NIL: Ja. TIE: Ja.
Lk: Hoeveel water dan? Wie weet dat?
DAI: Zoveel (Hij maakt een gebaar met zijn hand).
Lk: Zoals in de cilinder?
TIE: Ja.
Lk: Oke.
DAI: Alles.
LEI: Wie gaat het erin doen dan?
TIE: Ik. T. pakt de cilinder gelijk met beide handen vast.
DAI: Ik.
SEN: Ik (steekt zijn vinger omhoog).
NIL: Ik. (steekt zijn ook vinger omhoog.
Lk: Zullen we doen T., Of zullen we allemaal een stukje doen?
DAI: Ja.
Lk: Eerst T. een stukje.
TIE: T. schenkt gelijk een groot deel van het water uit de cilinder op het zand
in de bak.
TIE: Nu D (T. geeft de cilinder aan D.)
DAI: Nu ik. (pakt de cilinder van T. aan).
TIE: Dan S.
Bijdrage van de leerkracht
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
5-3-2013
2
Hoofdvraag samenspel /samenwerken:
1: Wat doen kinderen? Wat is de rol van taalvaardigheid?
2: Wat doet de leerkracht? Welke rol speelt taalgebruik?
Doel: meer inzicht in de rol van taal in begeleiden (taak) van samenspel / samenwerken
Deel 1: Kinderopvang – Kleuters
Deel 2: Groep 3 t/m 8: coőperatief leren
Overzicht
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Masterclass lectoraat
Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Interview groep 3 en 4, n.a.v. activiteit in de klas
• Hoe ging het?
• Hoe vond je het?
• Wat heb je eraan om samen te werken?
Indeling van antwoorden naar:
• Cognitief: gericht op resultaat, product, aanpak, vaardigheden: “we deden gewoon samen de vragen”, “(het ging) goed, ik had alleen drie foutjes met Tessa”; “ van samenwerken kun je een beetje slim worden”
• Sociaal: prosociaal gedrag, elkaar leren kennen en vriendschap:
“Eentje wist ze niet, ik heb het even gelezen en haar gehelpt” ; “ bijvoorbeeld het is je vriend niet, dan kan je vrienden maken”, “je gaat met alle kinderen om”
Vooraf: Waarom zou je samenwerken?
Wat vinden kinderen? (de Hoogd & de Haan, in voorb.)
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
• Kinderen praten vaker over sociale aspecten (gemiddeld 3.58 opmerkingen) dan cognitieve (gemiddeld 2.78)
• Meisjes praten vaker over sociale aspecten (3.92) dan jongens (3.23), vooral over elkaar leren kennen en vriendschap
• Kinderen van 7 jaar praten vaker over sociale aspecten (4.01) dan jongere kinderen (3.07), vooral over elkaar leren kennen en vriendschap
• Westerse en niet-westerse kinderen praten even vaak over sociale aspecten, maar westerse vaker over elkaar leren kennen en vriendschap (2.03 versus 1.54) en niet-westerse over pro-sociaal gedrag (elkaar helpen) (2.01 versus 1.60)
• Kinderen uit een hoger milieu praten vaker over cognitieve aspecten dan kinderen uit een lager milieu (3.20 versus 2.31) vooral over hoe je het aanpakt. Kinderen uit een lager milieu praten vaker over pro-sociaal gedrag (elkaar helpen) (2.31 versus 1.60).
Resultaten
Jonge kind: samenwerken als sociale vaardigheid Categorieën sociale vaardigheden: ontwikkelingsperspectief
• Parallel, Simpel sociaal, coöperatief sociaal doen-alsof spel, complex sociaal doen-alsof (Parten, 1932; Howes e.a, 1989)
Children have to “be sufficiently verbally fluent, coherent and articulate to coordinate the planning and maintenance of play” (Howes & Matheson, 1992, p, 962).
Vanaf 6 jaar: samenwerken met cognitief doel • Probleem oplossen, verklaren, analyseren, interpreteren
• Argumenteren, overleggen, onderhandelen, motiveren
• Plannen en organiseren van de taak
Language is “the principal means for establishing shared understanding, testing out possible solutions and trying to reach some agreement”(Mercer & Littleton, 2007, p. 4)
Literatuur
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
• Onderzoek lectoraat ontwikkelingsgericht onderwijs (van Hoogdalem & de Haan, in voorb.)
Kleuters groep 1 en 2
Twee scholen: ‘witte’ and ‘zwarte’ school
24 kinderen
• Leeftijd: gemiddeld 5;1 jaar (van 4;1 -6;1)
• Sekse: 12 jongens and 12 meisjes
• Thuistaal/talen: 13 Nederlands, 7 gemengd, 4 andere taal dan Nederlands
Deel 1: Wat doen kinderen?
Kleuters
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
• Video observaties – 30 minuten vrij spel
– Constructie taak (maximum 30 minuten)
Instantaneous 10-seconds focal interval sampling (N = 7145) Taal getranscribeerd en gecodeerd in Childes (N = 10.018)
Product Proces
Dataverzameling
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
5-3-2013
3
Wat doen ze?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Verbale samenwerking
• Simpel: uiting zonder nieuwe informatie m.b.t. het spel of de taak, sluit niet aan
bij vorige uiting, inclusief herhaling (Kom dan stelen. Pak [/] pak dan als je kan).
• Uitbreidend: uitbreiding van eedere informatie, bv.kenmerken van object, reden / motivatie, grapje (E.: Ik heb roze. D.: Roze is groter).
• Setting: benoemen / vaststellen van (de betekenis van) rollen, objecten, plaats, tijd die de setting vormen van de handeling (Ik ben grote zus).
• Alternatief: een andere handeling dan de voorafgaande zonder logische volgorde maar als een soort script van een situatie (“Nee, moet zo”), dezelfde handeling gericht is op twee of meer verschillende personen (Wil jij ook even bellen?).
• Logische volgorde: een uiting die deel uitmaakt van meerdere opeenvolgende uitingen in een ‘logische’ volgorde in de tijd gezien, een ‘verhaal’ opbouwen (S. Wat gaan we maken? I. We gaan een kasteel maken misschien).
(Beizer & Howes, 1992)
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht
Onderwijs
Wat zeggen ze?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Rekenboek: De oppervlakte van een telefoonboek is ongeveer 8m² decimeter. Waar of niet waar?
Zakaria: (leest de opdracht voor). Is tachtig centimeter.
Ferit: Acht decimeter is [onverstaanbaar]
Fouzia: Welke? En telefoonboek?
Zakaria: Dit is acht centimeter.
Ferit: Is tien centimeter een decimeter? (..).Nee, kan niet, een decimeter is tien centimeter.
Ilham: Tachtig. Wat is tachtig centimeter dan?
Fouzia: ‘t is, bedoelen ze,dan die uh uh telefoonboek, die dikke? Die ze altijd… .
?: … die gids.
?: Telefoonboek is toch heel dik?
Ilham: Ja.
Fouzia: Maar ik dacht dat jij gewoon bedoelde, van waar je gewoon telefoonnummers in moet schrijven.
Ilham: Telefoonboekje.
Zakaria: Adressenboekje.
Ferit: Notitie.
Zakaria: Adres.
Ferit: Notitieboek.
Zakaria: Nee, nee, nee, nee, nee. Uh, is niet waar. Elbers, E. (2008). Leren door interactie. Patronen van samenwerking tussen leerlingen. In Haan, D. de & Kuiper, E. (Red.), Leerkracht in beeld.
Ontwikkelingsgericht Onderwijs: theorie, onderzoek en praktijk. pp. 78-85). Assen: Van Gorcum.
Wat doen kinderen? Groep 3 tot 8
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Interactie is ‘interthinking’ (Mercer & Littleton, 2007)
“…coordinate the planning and maintenance of play”, “.. establishing shared understanding, testing out possible solutions and trying to reach some agreement”
Metataal: “een uiting om overeenstemming te bereiken
over…..” • Spel: de symbolische wereld: rollen, objecten, handeling, tijd en plaats
• Taak: planning, organisatie
• Motieven, redenering, verklaringen
• Evaluatie
• Onderhandelen
Welke rol speelt taalvaardigheid?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Taalvaardigheid
• Actieve and passieve woordenschat
• Aantal verschillende woorden, gemiddelde zinslengte
• Thuistaal
Gebruik van metalanguage
Samenwerking
Wat is de rol van ……
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
5-3-2013
4
Meten de tests en de uitingen hetzelfde?
Passive vocabulary
MLU
Lexical diversity
Active vocabulary .634** .681** .495*
Passive vocabulary .424* .490*
MLU .711**
** p <.001 * P < .05
Ja!
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Vrij spel
Per minuut percentage
(kind) (transcript)
Taak
Per minuut percentage
(kind) (transcript)
Uitspelen 3.67 44% 3.48 40%
Metataal 4.24 48% 4.22 51%
Algemeen 0.43 7% 0.57 12%
Geen verschil tussen vrij spel en taak
Hoe vaak gebruiken kinderen metataal?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Metataal
(gemiddelde per minuut per kind)
Vrij spel Taak
TAK actieve woordenschat r = -.274 r = .260
TAK passieve woordenschat r = -.207 r = .003
Aantal verschillende woorden r = .275 r = .432*
Gemiddelde zinslengte r = .329 r = .476*
Thuistaal ρ = -.094 ρ = .406*
* p< 0.05 Ja, maar alleen bij de taak
Maakt taalvaardigheid en thuistaal wat uit
voor gebruik van metataal?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Non-verbale samenwerking Verbale samenwerking
Vrij spel Taak Vrij spel Taak
TAK actief r = .401* r = -.012 r = -.128 r = -.131
TAK passief r = .491** r = -.031 r = -.061 r = -.316
Lexicale diversiteit r = .373* r = .207 r = .268 r = -.292
Gemiddelde zinslengte r = .216 r = .005 r = . 003 r = -.241
Thuistaal ρ = .054 ρ = .357 ρ = .223 ρ = .210
** p< 0.05
* 0.05 >p< 0.08
Alleen woordenschat, non-verbale samenwerking
Maakt taalvaardigheid en thuistaal wat uit
voor samenwerken?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Non-verbal cooperation Verbal cooperation
Free play Task Free play Task
Metalanguage r = .222 r = .376* r = -.055 r =-.002 * p= .070
Gemiddeld niveau van metataal per minuut
Er was een positieve correlatie tussen % metataal en niveau van
verbale cooperatie: hoe hoger % metataal hoe groter complexiteit
Maakt het gebruik van metataal wat uit
voor samenwerken (non-verbaal)?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Geen hoge taalvaardigheid nodig om metataal te kunnen gebruiken
• Lagere taalvaardigheid: kortere zinnen, minder verschillende woorden:
• ‘ik ben de zus’
• ‘Dan die’
• Hogere taalvaardigheid • ‘Nee wij gingen naar een feestje / en jullie hadden dat niet
gemerkt omdat jullie lekker sliepen’
• ‘De poorten zijn dicht want dit is een dieventoren’
Samengevat
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
5-3-2013
5
En • Verschillen in gebruik van metataal als
‘communicatieve gewoonte’ Gewoonte van kinderen met hogere taalvaardigheid, Nederlands als thuistaal
Bij vrij spel – symbolisch spel: metataal noodzakelijk
Bij taak: concrete materialen om mee te handelen, handelen volstaat.
• Woordenschat speelt een rol in niveau simpel-coöperatief-gecoördineerd handelen
• Wat is de rol van taal als onderwerp abstracter wordt – zoals in hogere leerjaren bij de zaakvakken?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
• Ondersteunen van samenwerken is belangrijk:
coöperatief en gecoördineerd samenspel
• Ondersteunen m.b.v. metataal: model staan
• Ondersteunen taalvaardigheid: woordenschat
Wat betekenen die uitkomsten voor de
praktijk?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Deel 2: Wat doet de leerkracht? • Gegevens VVE Utrecht
• Eigen onderzoek kinderdagverblijf en peuters
• Midden/ bovenbouw: OGO - Coöperatief leren
Organisatie
Aandachtspunten: Rollen van de leerkracht
Taal
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
VVE Pilot gemengde groepen 2007-2010 Onderzoeksrapportage (oktober 2011)
Annika de Haan Paul Leseman Ed Elbers
Gemiddelde tijd dat peuters in een setting doorbrengen en
type interactie in deze setting
Setting Totaal % % Niet interactief/ passief luisteren Luisteren/praten
Grote groep 46.5 Kleine groep 0.8 Klasgenoten 23.9 Divers begeleid 13.6
60.5 27.0 37.7 55.7 23.9 55.4 52.4 42.0
Niet het VVE programma maar hoeveelheid door
leidster/leerkracht geïnitieerde en begeleide activiteiten
heeft effect op ontwikkeling van de kinderen (kleuters) Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht
Onderwijs
2 observatiestudies kinderopvang-VVE
Kinderopvang 35 (96) kinderen 23 kindercentra 31 (128) leidsters Totaal 96uur - 1uur 9minuten (0.96%) (opname vanuit kind) 64 spel interacties, gem.2.2 min. per leidster, 44 minder dan 30 seconden 751 uitingen Video- and audio opname vrij spel 1 uur per kind Transcriptie met CHILDES
Ontwikkelingsgericht Onderwijs (Startblokken) 3 leidsters 2 peuterspeelzalen (Startblokken) 24 kinderen Totaal 6 dagedelen - 1uur 36 minuten (opname vanuit leidster) 8 spel interacties, gemiddeld 32 minuten per leidster 1162 uitingen Video- and audio opname 1 ½ uur per leidster Transcriptie CHILDES (lectoraat/uu, i.s.m Jeannette schut, Jeanette Pals In: De Haan,D. & Kuiper, E.,2008 Leerkracht in Beeld, Assen; Van Gorcum)
i.s.m. Elly Singer U.U.
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Masterclass lectoraat
Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Rol van de leerkracht Onderbouw: toneelspel
5-3-2013
6
Lectoraat Ontwikkelingsgericht
Onderwijs 31
Van buitenaf Van binnenuit
toeschouwer
instructeur speelmaatje
stagemanager spelleider
Taak: Welke rollen hebben leidsters in hun spel-interacties met de kinderen?
Johnson, Christie & Yawkey (1999)
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Fat: papa is ziek Lei: Oh, de dokter moet komen. Rol: Spelleider Lei: Waar is de dokter? (zoekt dokterspoppetje) Lei: tadoemtadoemtadoem (laat poppetje naar F. toelopen) Rol: Spelleider Lei: Papa, wat is er aan de hand? (..) Pedram wil de dokter zijn Lei: Misschien kun je de dokterskoffer halen? Rol: Stage manager (..) De leidster is de patiënt; Pedram onderzoekt haar met een stethoscope Lei: Ik heb pijn in mijn buik dokter Rol: Speelmaatje Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht
Onderwijs
Lei: Waar gaan jullie naar toe? Rol: Toeschouwer Zeq: Nou, bus. Lei: Met de bus, en waar gaan jullie naar toe? Lei: Het wordt druk in de bus jongens. Rol: Speelmaatje Jaran wil er uit Lei: Druk maar op het knopje als je eruit wil. Rol: spelleider Jar: [Drukt op denkbeeldig knopje] Lei: Eh, chauffeur, wilt u stoppen? Rol: spelleider Lei: We willen eruit. Rol: Speelmaatje
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
TOE; 10%
STM; 70%
PAR; 17%
SPL; 3%
TOE
STM
PAR
SPL
Rollen van de leerkrachten
Kinderopvang 31 leidsters
Ontwikkelingsgericht Onderwijs 3 leidsters
Resultaten
TOE 6%
STM 39%
PAR 23%
SPL 31%
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Kindercentra N=31
Ontwikkelingsgericht Onderwijs N=3
% %
Gericht op kind zelf Gericht op object
24 57
47 3.6
Gericht op samenspel
19 49.2
In welke mate zijn leidsters gericht op samenspel?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Kindercentra
N=31
Ontwikkelings-gericht Onderwijs
N=3
% %
Enkelvoudig (incl. Uitbreiding, setting)
64.3 46.3
Alternatief 29.2 26.7
Logische volgorde 6.5 27
In welke mate zijn de leidsters gericht op uitbreiding / verhaalopbouw?
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
5-3-2013
7
Samengevat
Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Kindercentra
Tijd: 2.2 minuten per leidster, 44 interacties < 30 seconden Role: 80% van buitenaf, 3% spelleider, speelmaatje 17% Narratief: 6.5% ‘logische volgorde Samen: 19%
Time: 32 minutes per leidster Role: 45%van buitenaf, spelleider 31%, speelmaatje 23% Narratief: 27% logische volgorde Samen: 49%
Conclusie: scholing OGO-aanpak effectief
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Thema
Inrichting: hoeken
Rollen
Leerkracht als model
Groep 1 / 2
Wat voegt de leerkracht toe
aan het spel van de kinderen?
Kleuters
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
naar voren !
dugout
Midden/ bovenbouw: rollen teamsport - Yvonne van Rijk
Rijk, Y. van (2008). Leerlingen doen onderzoek. Wat doet de leerkracht? In: Haan, D. de & Kuiper, E. (Red.), Leerkracht in beeld. Ontwikkelingsgericht Onderwijs: theorie, onderzoek en praktijk (pp. 168-175).
Assen: Van Gorcum. Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht
Onderwijs Masterclass lectoraat
Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Van buitenaf Van binnenuit
trainer aanvoerder /
spelverdeler
coach medespeler
Welke rollen hebben leerkrachten in hun interacties met de kinderen?
Masterclass lectoraat
Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Taal Voorbeeld: Van binnenuit – de leerkracht als deelnemer
• Betrokkenheid van de leidster of leerkracht in samenspel/ samenwerking is niet ‘standaard’
• Scholing m.b.t. Organisatie, Taak/ Rollen van de leerkracht, Taal kan effectief zijn
Samengevat
Praktijk ‘samenwerken’?
Coöperatief leren
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
5-3-2013
8
Coöperatief leren
Effectiviteitsstudies en meta-analyses tussen 1980-1990 (USA):
coöperatief versus competitief of individualistisch
Cognitief: schoolprestaties, taakgericht gedrag
Sociaal: zelfvertrouwen / waardering,sociale steun
Praktijk USA: National survey (Slavin, 1996): 79% van basisschool-
leerkrachten gebruiken vorm van coöperatief leren
Praktijk in Nederland:
Ros, 1994: “Leerlingen werken in groepen maar niet als groepen”, 20% van
Nederlandse leerkrachten doet aan groepswerk.
Anno 2012
Implementatie: publicaties, trainingen, o.a.
• Structureel coöperatief leren (Bazalt) : Structuuraanpak, Spencer Kagan
• Coöperatief leren (CPS, APS): Sociale interdependentie theorie, David
Johnson & Roger Johnson Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Werken met didactische structuren:
verzameling werkvormen
van eenvoudig naar complex
http://www.leraar24.nl/dossier/741
Spencer Kagan (2004)
Structureel coöperatief leren. Vlissingen: Bazalt.
GIPS
Gelijke deelname
Individuele aanspreekbaarheid
Positieve wederzijdse afhankelijkheid
Simultane actie
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Taak van de leerkracht
• Tutorbegeleiding: instructie – Toename hoeveelheid en kwaliteit
van tutorbegeleiding
– Helderheid opdrachten
– Onderverdeling van de leerstof
– Doelgerichtheid
• Taak van leerkracht
– Kunnen raadgevers worden
– Meer aandacht voor leerlingen die daarmee meest gebaat zijn
(Kagan, 2004, p.23,25) Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht
Onderwijs
Taal
“Een structuur is een manier om, zonder leerstofinhoud, de interactie van personen in een klas te organiseren (..) Structuren beschrijven de sociale interactiepatronen van personen. (..) Structuren, niet pakketten met cursusmateriaal zijn manieren om leerstof te organiseren” (Kagan, p. 39)
“Inhoud wordt overgebracht via structuren (…) Structuur + inhoud = activiteit (Kagan, p.40)
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
David Johnson & Roger Johnson
Coöperatief leren (CPS), Samenwerkend leren (APS)
Forrer, Kenter,& Veenman,
CPS
http://www.onderwijsmaakjesamen.nl/thema/inspirerend-onderwijs/cooperatief-leren-simon-veenman-
2/?output=pdf Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
• ‘Peer mediation’ is hoeksteen van ‘instructie-technieken’ (Gillies,
Ashman, Terwel, 2008, p. 1)
• Belang om de stap te nemen van het toepassen van technieken naar een CL-pedagogische praktijk Onderzoekscurriculum: ‘investigation, interaction, interpretation, intrinsic
motivation’ – leerkracht als lid van ‘leergemeenschap’ (Hertz-Lazarowitz, 2008)
• Grote uitdaging om kinderen te bewegen tot ‘higher level thinking and learning’
• Leerkrachten spelen doorslaggevende rol om goede interacties tussen kinderen te bewerkstelligen
Gillies, R., Ashman, A.F., Terwel, J. (Eds.) (2008). The teacher’s role in implementing cooperative learning in the classroom. New York: Springer.
Hertz-Lazarowitz, R. (2008). Beyond the classroom and into the community: The role of the teacher in
expanding the pedagogy of cooperation. In Gillies, Ashman & Terwel (pp. 37-54).
Taak van de leerkracht
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
5-3-2013
9
“Guided reciprocal peer questioning” Leerkracht doet voor, denkt hardop mee: taak is modellen, coachen,
samen oefenen, vragen stellen enz.
1. Introductie van het onderwerp
2. Leerlingen stellen elkaar vragen volgens de ‘ASK to THINK-TEL WHY’ procedure
ASK: vragen naar begrip (wat betekent..; kun je samenvatten), vragen om denken uit te lokken (waarom.., als je dit nu vergelijkt met …).
De leerkracht geeft een lijst met algemene vragen, leerlingen kiezen in groepjes welke ze voor deze specifieke leerstof willen gebruiken.
TEL WHY: Tell what you know, Explain, Link, tell Why, tell How, use Your own words
3. Leerlingen bouwen voort op elkaars bijdrage en zorgen in de interactie voor wederzijds begrip
King, (2008). Structuring peer interaction to promote higher-order thinking and complex learning in cooperative groups. In Gillies,, Ashman, Terwel, J. (pp. 73-92).
Taal van de leerkracht
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Kern: verbetering van kwaliteit van gesprekken
Basisprincipes:
• Reflecteren op samenwerking
• Formuleren van regels voor samenwerking
• Oefenen met de afgesproken regels voor samenwerking
•Oefenen met uitdrukkingen in exploratieve gesprekken
Thinking together, Neil Mercer & Karen Littleton
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Taak van de leerkracht
Leerkracht vraagt leerlingen naar ideeën Leerkracht waardeert ideeën als goed/ fout, bruikbaar/ niet bruikbaar Leerkracht is expert Leerkracht bepaalt de agenda
Leerkracht bepaalt en domineert de interactie
Leerkracht vraagt leerlingen naar ideeën, vraagt door (wat bedoel je daarmee?) Leerkracht leerlingen bespreken verschillende ideeën Leerkracht is (meerwetende) partner Agenda is flexibel
Leerkracht focust op introductie van nieuwe vragen, concepten
Interactief Niet-interactief
Autoriteit
Dialoog
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Taal
Ideeën delen
Een reden geven
Vragen stellen
Nadenken
Mee eens worden
Iedereen doet mee
Iedereen is verantwoordelijk
We delen onze ideeën en luisteren naar elkaar
We praten om de beurt
We hebben respect voor ieders mening
We geven redenen om onze ideeën uit te leggen
Als we het er niet mee eens zijn vragen we: waarom?
We proberen het eens te worden
Basisregels vaststellen met de klas (voorbeelden)
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Implementatie geslaagd?
Onderzoek Veenman, Kenter & Post (2000):
69 leerkrachten, 363 leerlingen op scholen die werken met CL
Vragenlijst voor leerlingen:
Vragenlijst voor leerkrachten
Observaties
Veenman, S. Kenter, B. & Post, K. (2000). Cooperative learning in Dutch primary classrooms. Educational Studies, vol. 26,3, 281-302.
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Resultaten vragenlijst leerkrachten De meeste leerkrachten voelen zich voldoende competent (36%) of heel competent (52%) in de implementatie van CL
Impact op leerlingen Gemiddelde 5-puntsschaal
prestaties 3.26
sociale vaardigheden 4.22
taakgerichtgedrag 3.65
zelfvertrouwen 3.67
Organisatie (Taak) Gemiddelde 5-puntsschaal
Kost extra voorbereidingstijd 2.58
Problemen met taakgericht gedrag 2.12
Problemen met lawaai 2.68
Problemen met effectieve monitoring
3.49
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
5-3-2013
10
Resultaten observatie verbaal & non-verbaal gedrag van leerlingen
N=29 klassen, per klas één groepje
Dimensie samenwerken Gemiddelde op 4-punts schaal
Argumenteren (discussiëren over ideeën) 2.00
Werk verdelen 1.10
Luisteren 1.41
Cognitief stimuleren (hulp bij inhoud) 2.34
Sociaal stimuleren (aanmoediging en steun)
2.28
Klimaat (ontspannen gedrag, uiting van meningen en gevoelens)
1.55
Besluiten nemen 0.90
Totaal 1.88
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Samengevat
Implementatie: van toepassen van technieken en structuren naar een CL-pedagogische praktijk
Taak van de leerkracht: effectieve monitoring is lastig: weinig zicht op hoger niveau denken en leren?
Taal: dialoog vereist taalvaardigheid
Volgende stap
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Structuur + inhoud = activiteit
Coöperatief leren
Taalgericht vakonderwijs
Taalontwikkeling in leerzame interactie
Begrijpelijk, rijk en betekenisvol aanbod
Ruimte voor taalproductie
Beurt- en onderwerpruimte
Praten en schrijven
Feedback
Hajer, M., Hanson, M., Hijlkema, B. & Riteco A. (2007). Open ogen in de kleurrijke klas. Perspectieven voor de onderwijspraktijk. Bussum: Coutinho.
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs
Vragen Opmerkingen Commentaar
???
Masterclass lectoraat Ontwikkelingsgericht Onderwijs