verzamelde woordenlijst nederlands – engels · verzaelde oordenljt ederland – ngel bij...

21
Taaltalent – deel 1 Methode Nederlands voor midden- en hoogopgeleide anderstaligen Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels Henny Taks Katja Verbruggen bussum 2014 c uitgeverij coutinho

Upload: others

Post on 29-Oct-2019

47 views

Category:

Documents


2 download

TRANSCRIPT

Taaltalent – deel 1

Methode Nederlands voor midden- enhoogopgeleide anderstaligen

Verzamelde woordenlijstNederlands – Engels

Henny TaksKatja Verbruggen

bussum 2014

c u i t g e v e r ijc o u t i n h o

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

2 van 21

Deze verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels hoort bij Taaltalent – deel 1 van Hen-ny Taks en Katja Verbruggen.

© 2014 Uitgeverij Coutinho bvAlle rechten voorbehouden.Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opna-men, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16 h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedin-gen te voldoen aan Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16h Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot Stichting PRO (Stich-ting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.stichting-pro.nl).

Uitgeverij CoutinhoPostbus 3331400 AH [email protected]

Noot van de uitgeverWij hebben alle moeite gedaan om rechthebbenden van copyright te achterhalen. Personen of instanties die aanspraak maken op bepaalde rechten, wordt vriendelijk verzocht contact op te nemen met de uitgever.

ISBN 978 90 469 0389 6NUR 624

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

3 van 21

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels

In deze lijst vind je alle woorden die bij de teksten in het boek en bij de luisterteksten ho-ren, op alfabetische volgorde met daarachter de Engelse vertaling. In de laatste kolom zie je in welk hoofdstuk het woord voorkomt.

‘s middags in the afternoon 7

‘s middags in the afternoon 7

‘s morgens in the morning 5

’s avonds in the evening 6

’s ochtends in the morning 7

aan to 2

aanbieding, de offer, the 4

aangenaam pleased to meet you 1

aankruisen to mark with a cross 3

aantal, het amount, the 6

aanzetten to turn on 7

aardig nice 3

achter behind 4

achternaam, de last name, the 1

activiteit, de activity, the 7

administratie, de administration, the 7

adres, het address, the 2

af en toe now and then 5

afdeling, de section, department, the 7

afgelopen last 6

afscheid nemen to say goodbeye 1

afscheid, het goodbeye, the 1

afspraak, de appointment, the 6

afvallen to loose weight 7

afwas, de washing up, the 7

afwasmachine, de dishwasher, the 7

afwassen to wash up 7

agenda, de agenda, the 2

alle all 1

allebei both 4

alleen alone 1

alleen only 4

alles everything 2

alsjeblieft please (informal) 2

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

4 van 21

alstublieft please (formal) 2

altijd always 5

Amerikaans American 7

ananas, de pineapple, the 4

ander other 2

anders nog iets? something else? 4

antwoord, het answer, the 1

app, de application, the 5

appartement, het appartment, the 6

april April 2

aubergine, de egg plant, the 4

augustus August 2

auto, de car, the 3

avond, de evening, the 3

avondeten, het evening meal, the 7

Aziatisch Asiatic 7

baan, de job, the 6

baard, de beard, the 3

baby, de baby, the 2

badkamer, de bathroom, the 6

bakker, de bakery, the 4

balkon, het balcony, the 6

banaan, de banana, the 4

bank, de couch, the 6

beantwoorden to answer 7

bed, het bed, the 6

bedankt thanks 2

bedoelen to mean 6

bedrijf, het company, the 6

been, het leg, the 7

beetje, een a little 3

begane grond, de ground floor, the 6

beginnen to begin, to start 2

begrijpen to understand 3

begroeten to greet 1

behangen to paper 7

belangrijk important 6

bellen to call by phone 2

beneden downstairs 6

berging, de depository, the 6

best wel rather 3

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

5 van 21

beste dear 2

betalen to pay 4

betekenen to mean 2

beurt, de(aan de beurt zijn) turn, thev(to be someone’s turn 4

bier, het beer, the 2

bij near 1

bij elkaar together 1

bijkeuken, de pantry, the 6

bijna almost 4

bijvoorbeeld for example 4

bijzettafeltje, het side table, the 6

binnen inside 6

bioscoop, de cinema, the 7

blij glad 2

blijven to stay 5

blind date, de blind date, the 3

blond blond 3

boek, het book, the 3

bonuskaart, de bonus card, the 4

boodschappen doen to run errands 4

bord, het shield, the 6

bouwen to build 6

brengen to bring 7

bril, de glasses, the 3

broer, de brother, the 3

brood, het bread, the 4

bruin brown 3

buiten outside 6

buitenland, het foreign country, the 6

bureau, het desk, the 6

bus, de bus, the 3

bushalte, de bus stop, the 5

buurt, de neighbourhood, the 6

cadeau, het present, gift, the 2

café, het pub, the 4

calorie, de calorie, the 7

centrum, het centre, the 2

chocolade, de chocolate, the 4

club, de club, the 4

collega, de colleague, the 1

combineren to combine 7

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

6 van 21

comfortabel comfortable 7

compleet complete 1

controleren to check 3

correct correct 1

curry, de curry, the 4

cursief italic 2

cursus, de course, the 1

daar there 2

daarna after that 7

daarom therefore 4

dag good day 1

dag, de day, the 5

dan than 2

dank je wel thank you 1

danken to thank 2

dat that 1

datum, de date, the 2

december December 2

deur, de door, the 6

deze this, these 1

dezelfde same, the 7

dialoog, de dialogue, the 1

dichtbij close to 6

dichtdoen to close 6

dik fat 3

dinerbon, de diner voucher, the 3

ding, het thing, the 4

dinsdag Tuesday 2

display, de display, the 5

dit this 1

docent, de teacher, the 1

dochter, de daughter, the 3

doen to do 1

donderdag Thursday 2

donker dark 3

door because of 5

doorgaan to continue 7

doorhalen to delete 1

doorwerken to continue working 7

dorp, het village, the 1

douche, de shower, the 6

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

7 van 21

douchen to take a shower 7

downloaden to download 5

dragen to wear, to carry 3

drinken to drink 2

drogist, de drugstore, the 2

druk lively 3

druk busy 7

duidelijk clear 5

dun thin 3

duren to last 5

duur expensive 4

een a,an 1

eergisteren day before yesterday, the 6

eerst first 7

eerste first 4

ei, het /eieren, de egg, the/eggs, the 4

elektriciteit, de electricity, the 6

elkaar eachother 1

en and 1

enkelvoud, het singular, the 1

erg very 3

eruitzien to look like 3

eten to eat 2

ex, de ex, the 3

exclusief exclusively 6

extra extra 4

familie, de family, the 2

favoriete favourite 7

februari February 2

feest, het party, the 2

feliciteren to congratulate 2

fiets, de bicycle, the 3

fietsen to cylce 5

fijn nice, fine 2

file, de traffic jam, the 5

film, de movie, the 3

fit fit 7

flat, de flat, appartment, the 2

formeel formal 1

formulier, het formular, the 1

foto, de photo, the 3

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

8 van 21

fout, de mistake, the 1

fruit, het fruit, the 4

gaan to go 1

gang, de corridor, the 4

garage, de garage, the 6

gas, het gas, the 6

gauw fast, soon 1

geboortedatum, de date of birth, the 1

geboorteplaats, de place of birth, the 1

geboren to be born 2

gebruiken to use 1

geen no 1

gelatine, de gelatine, the 4

geld, het money, the 4

geleden ago 6

gelukkig happy, fortunately 7

genoeg enough 6

geslacht, het gender, the 1

getal, het number, the 1

getrouwd married 1

geven to give 2

gewicht, het weight, the 4

gezellig cosy 3

gezin, het family, the (father, mother and their children 6

gezond healthy 4

gisteren yesterday 6

goed good 2

goedemiddag good afternoon 1

goedkoop cheap 4

gordijn, het curtain, the 6

graag gladly 2

graag gedaan your welcome 5

gram, de gramme, the 4

grappig funny 3

gratis for free 4

groente, de vegetables, the 4

groenteboer, de greengrocer, the 4

groep, de group, the 4

groot big 3

haar her 1

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

9 van 21

haar, het hair, the 3

hal, de hall, the 5

halen to get, to fetch 4

hallo hello 1

handtekening, de signature, the 1

hangen to hang 6

hardlopen to run 7

haring, de herring, the 4

hartelijk gefeliciteerd happy birthday 2

hartstikke very much 2

hebben to have 1

heel very 2

heel complete 4

helemaal totally 3

helpen to help 2

herhaling, de repeat, the 5

het it 1

heten to be called 1

hetzelfde same, the 7

hier here 2

hij he 1

hobby, de hobby, the 3

hoe how 1

hoek, de corner, the 4

hoekhuis, het house on the corner, the 6

hoeveel how much, how many 3

hoi hi 1

hond, de dog, the 6

honger, de hunger, the 4

hoofd, het head, the 7

hoog high 6

hoofdstuk, het chapter, the 1

hopen to hope 5

horen to belong 1

houden to hold 5

huis, het house, the 2

huishouden, het household, the 7

huisnummer, het house number, the 1

huisvrouw, de housewife, the 7

huren to hire, to rent 6

huur te for rent 6

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

10 van 21

ideaal ideal 7

idee, het idea, the 3

iedere every 7

iedereen everybody, everyone 6

iemand somebody 3

iets something 4

in in 1

inchecken to check in 5

informatie, de information, the 5

informeel informal 1

inrichting, de decoration, the 6

intercity, de intercity, the 5

internet, het internet, the 3

invullen to fill in 1

Italiaans Italian 7

ja yes 1

jaar, het year, the 1

jam, de jam, the 4

jammer to bad 2

januari January 2

jarig birthday 2

jong young 3

jongen, de boy, the 3

jouw your informal) 1

juli July 2

juni June 2

kaas, de cheese, the 4

kalender, de calendar, the 2

kamer, de room, the 6

kantine, de canteen, the 7

kantoor, het office, the 5

karakter, het character, the 3

kassa, de cash desk, the 4

kast, de closet, wardrobe, cupboard, the 6

keer, de time, the 2

kennen to know 2

keuken, de kitchen, the 6

kiezen to choose 5

kijken to look, to watch 3

kilo, de kilo, the 4

kilometer, de kilometer, the 3

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

11 van 21

kind, het child, the 2

klaar ready 5

klaarmaken to prepare 7

klant, de customer, the 4

klantenkaart, de customers card, the 4

klein small 1

kleinkinderen, de grandchildren, the 4

kleren, de clothes, the 6

kloppen to be right 1

knap attractive, handsome 3

koffie, de coffee, the 2

kok, de cook, the 4

koken to cook 3

komen to come 1

koop, te for sale 6

kop, de cup, the 2

kopen to buy 2

kort shortly 3

kort short 3

korting, de discount, the 6

kosten to cost 4

koud cold 5

krant, de newspaper, the 7

krijgen to have, to get 2

kunnen to be able to, to can 4

kwark, de curd, the 4

kwarktaartmix, de cheescake mix, the 4

kwartier, het quarter, the 5

laat late 5

land, het country, the 1

lang tall, long 3

leeftijd, de age, the 7

leegmaken to empty 7

lekker tasty 2

lelijk ugly, unattractive 3

leren to teach 2

les, de lesson, the 6

leuk nice 2

leven to live 6

lezen to read 3

lief sweet 3

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

12 van 21

liefst, het preferably 7

liever rather 5

ligbad, het bathtub, the 6

links to the left 4

loempia, de spring roll, the 4

logo, het logo, the 5

lopen to walk 5

lui lazy 7

luisteren to listen 1

lunchen to have lunch 7

maaltijd, de meal, the 7

maand, de month, the 5

maandag Monday 2

maar but 2

maar only 4

maart March 2

magnetron, de micro wave, the 7

mail, de mail, the 7

mailen to mail 3

makelaar, de real estate agent, the 6

maken to make 1

makkelijk easy 4

man, de man, the 1

mango, de mango, the 4

markt, de market, the 4

maximaal maximum 3

medecursist, de classmate, the 1

meer anymore 3

meer more 5

meervoud, het plural, the 2

meestal mostly, most of the time 5

meezingen to sing along 7

mei May 2

meisje, het girl, the 3

melk, de milk, the 4

meneer, de mister, the 1

mens, de human being, the 4

met with 1

meteen immediately, at once 7

meten to measure 6

metro, de subway, the 5

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

13 van 21

meubel, het furniture, the 6

mevrouw, de madam, the 1

mijn my 1

minder less 5

minuut, de minute, the 2

misschien maybe, perhaps 5

missen to miss 3

moe tired 7

moeder, de mother, the 3

moeten to have to, to must 5

mogen to be allowed to, to may 4

mooi beautiful, pretty 3

morgen tomorrow 2

muur, de wall, the 6

muziek, de music, the 7

na after 3

naaien to sew 7

naam, de name, the 1

naar to 1

naartoe to 2

naast next to 4

nachtkastje, het bedside table, the 6

nationaliteit, de nationality, the 1

natuurlijk of course 4

navigatie, de navigation, the 5

nazeggen to reiterate 1

Nederlands Dutch 2

nee no 1

neef, de cousin, the / nephew, the 3

nemen to take 5

netjes tidy 3

neutraal neutral 1

nicht, de cousin, the / niece, the 3

niet not 1

nieuw new 1

nodig hebben to need 4

nodig zijn to be necessary 7

noemen to name 7

nog still 3

nooit never 5

normaal normal 5

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

14 van 21

november November 2

NS, de Dutch railways, the 5

nu now 1

nummer, het number, the 2

oefenen to practice 6

of or 2

oktober October 2

om at 5

oma, de grandmother, the 3

onaardig not nice 3

onderweg on the road 5

ongeveer about, approximately 4

onregelmatig irregular 1

ons, het ounce, the 4

ontbijt, het breakfast, the 7

ontbijten to have breakfast 7

ontkenning, de denial, the 3

onregelmatig irregular 6

oog, het eye, the 3

ook too, also 1

op at 1

op spent 4

op bezoek komen to visit 7

opa, de grandfather, the 3

opbellen to call 7

open open 6

opletten to pay attention 1

oppervlakte, de surface, the 6

opruimen to tidy 7

opstaan to rise 7

oud old 2

ouders, de parents, the 3

ov-chipkaart, de public transport card, the 5

overal everywhere, anywhere 5

overdag during the day, by day 7

overstappen to switch 5

paal, de post, the (?) 5

paar, een few, a 6

pakje, het small package, the 4

paraplu, de umbrella, the 3

parkeerplaats, de car park, parking place, the 4

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

15 van 21

parkeren to park 6

passen to suit, to fit 3

pauze, de break, the 7

per per 6

perron, het platform, the 5

piep, de tone, the (?) internet geeft een vreemde vertaling 5

pinnen to pin 4

pinpas, de debit card, the 4

pizza, de pizza, the 4

plaats, de place, the 6

plannen to plan 5

plattegrond, de plan, the 6

poetsen to clean 7

pond, het pound, the 4

postcode, de post code, the 1

praten to talk 1

prijs, de price, the 3

prikbord, het pinboard, the 6

prima fine 2

probleem, het problem, the 3

product, het product, the 4

proficiat congratulations 2

pudding, de pudding, the 4

raam, het window, the 6

radio, de radio, the 7

realistisch realistic 3

rechts to the right 4

regelmatig regular 6

reis, de tjourney, trip, the 5

reizen to travel 5

reiziger, de traveller, the 5

relatie, de relation, the 3

repareren to repair, to fix 7

restaurant, het restaurant, the 3

richting, de direction, the 5

rijden to drive 3

rijst, de rice, the 4

rijtjeshuis, het townhouse, the 6

rol, de role, the 2

romantisch romantic 3

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

16 van 21

rommel, de garbage, the 7

rond around 7

ruimte, de space, room, the 6

rustig quiet 6

salontafel, de coffee table, the 6

samen together 1

schema, het schedule, the 1

schilderen to paint 7

school, de school, the 1

schoonmaken to clean 7

schrijven to write 1

schuur, de shed, the 6

seconde, de second, the 5

september September 2

serieus serious 3

sinds since 1

skypen to skype 7

slaapkamer, de bedroom, the 6

slager, de butcher, the 4

slagroom, de cream, the 4

slank slim 3

slapen to sleep 2

slim clever, smart 4

slordig untidy, disorderly 3

sneeuw, de snow, the 5

snel fast 2

snelweg, de the highway 5

snor, de moustache, the 3

sociale media, de social media, the 7

soms sometimes 5

sorry sorry 2

speciaal special 5

spelen to play 6

spellen to spell 1

spier, de muscle, the 7

spoor, het track, the 5

sportief sportive 3

spreken to speak, to talk 3

staan to stand 1

stad, de city, the 1

station, het railway station, the 5

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

17 van 21

stellen (een vraag) to ask a question 1

sterk strong 1

stil quiet, silent 1

stoel, de chair, the 6

stofzuigen vacuum, to 7

straat, de street, the 1

stress, de stress, the 7

strijken to iron 7

stroopwafel, de stroopwafel, the 4

structuur, de structure, the 1

studeerkamer, de study, the 6

studentenhuis, het studenthouse, the 6

stuk, het piece, the 2

succes, het success, the 6

suiker, de sugar, the 4

supermarkt, de supermarket, the 4

taart, de pie, cake, the 2

tablet, de tablet, the 7

tafel, de table, the 6

taxi, de taxi, de 2

te too 2

tegen against 7

tegenover opposite 6

tegenovergestelde, het contrast, the 4

tegenwoordig nowadays 7

tekening, de drawing, the 6

telefoneren to phone 7

telefoon, de telephone, the 5

televisie, de television, the 7

ten slotte in the end 7

teruggaan back 5

thee, de tea, the 2

thuis at home 3

tijd, de time, the 5

tijd op in time 5

tijdens during 7

toch yet 2

toen at that time 6

toilet, het toilet, the 2

tomaat,de tomato, the 4

tot until 3

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

18 van 21

trainen to train 4

tram, de tram, the 5

trein, de train, the 3

trouwen to marry 2

tuin, de garden, the 6

tuinieren to work in the garden 7

tussen between 4

tweede second 4

twee-onder-een-kapwoning, de two houses under one roof, the 6

u you (formal) 1

ui, de onion, the 4

uit from 1

uitchecken to check out 5

uiterlijk, het appearance/look, the 3

uitgaan to go out 7

uitjes, de small onions, the 4

uitlaten to unleash 7

uitnodigen to invite 7

uitverkoop, de sale, the 6

universiteit, de university, the 1

uur, het hour, the / o’clock 2

uw your (formal) 1

vaak often 5

vader, de father, the 3

vakantie, de holiday, the 3

van from 2

van harte gefeliciteerd happy birthday 2

van toepassing zijn to be relevant 1

vanavond this evening 2

vandaag today 2

vandaan from 1

veel much, many 3

veranderen to change 1

verbeteren to correct 1

verbranden to burn 7

verder further 5

verdieping, de floor, the 6

vergadering, de meeting, the 7

vergelijken to compare 5

verhuizen to move 6

verhuren to rent (out) 6

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

19 van 21

verjaardag, de birthday, the 2

verkopen to sell 4

verliefd in love 6

vers fresh 4

vertrekken to depart, to leave 5

verzenden to send 6

via through, across 5

vierkante meter (m2) square meter 6

vinden to find 4

vis, de fish, the 4

visboer, de fishmonger, the 4

vlakbij nearby 1

vlees, het meat, the 4

voet te on foot 5

voetbal, het football game, soccer game, the 3

voetbalclub, de football club, the 4

voetballen to play football/soccer 3

voetballer, de soccer player, the 4

voetbalstadion, het soccer stadium, the 4

volgend next 5

volgorde, de order, the 1

voor for 2

voor (locatie) in front off 6

voorbeeld, het example, the 1

voorbij past 7

voornaam, de first name, the 1

voorstellen to introduce 2

vorige last 6

vorm, de form, the 1

vraag, de question, the 1

vragen to ask 4

vriend, de friend, the (male) 2

vriendin, de friend, the (female) 1

vriezer, de freezer, the 7

vrij free 7

vrijdag Friday 2

vrijstaand detached, free-standing 6

vroeg early 7

vroeger in the past 7

vrolijk cheerful, gay 3

vrouw, de woman, the / wife, the 1

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

20 van 21

waarom why 3

wachten to wait 5

wakker awake 7

wanneer when 2

warm warm 7

was, de doen to do the laundry 7

wastafel, de lavatory, the 6

wassen to wash 7

wat what 1

water, het water, the 6

website, de website, the 5

webwinkel, de web-shop, the 6

week, de week, the 1

weekend, het weekend, the 3

weer again 5

wegen to weigh 4

weinig few, a little 5

wel do 6

weleens now and then, sometimes 5

welk wich 2

welkom welcome 1

werk, het work, the 4

werken to work 1

werkster, de cleaning woman, the 7

weten to know 3

wijn, de wine, the 2

willen to want 2

winkel, de shop, the 3

winkelcentrum, het shopping centre/mall, the 4

winter, de winter, the 5

wisselen to change 3

woensdag Wednesday 2

wonen to live 1

woning, de home, the 6

woonboot, de houseboat, the 6

woonkamer, de living room, the 6

woonplaats, de residence, the 1

woord, het word, the 1

worden to become 3

zaak, de shop, store, the 6

zak, de bag, the 4

Verzamelde woordenlijst Nederlands – Engels bij Taaltalent 1

21 van 21

zaterdag Saturday 2

ze (enkelvoud) she 1

zegel, de seal, the 4

zeggen to say 1

zeker sure 5

zelf self 4

zetten to place, to put 6

ziekenhuis, het hospital, the 7

zien to see 2

ziens, tot see you 1

zij (enkelvoud) she 1

zijn to be 1

zijn (bezittelijk vnw) his 1

zin, de sentence, the 1

zin hebben in to feel like eating or drinking something 4

zitten to sit 4

zoeken to look for, to search 3

zolderkamer, de attic, the 6

zondag Sunday 2

zoon, de son, the 2

zorgen voor to care for 7

zus, de sister, the 3

zwaar heavy 7

zwanger pregnant 2