tijdvakken concreet in dit programma worden de kenmerken van de tijdvakken met voorbeelden concreet...
TRANSCRIPT
TIJDVAKKEN CONCREET
In dit programma worden de kenmerken van de tijdvakken met voorbeelden
concreet gemaakt.
Deze voorbeelden zijn bedacht door:
[zet hier je naam / namen]
Naar een ontwerp vanInstituut voor Geschiedenisdidactiek IVGD
Amsterdam 2005
KLIK OP EEN TIJDVAKof op de knop rechts om te stoppen
TIJDVAK 1Tijd van jagers en boeren
Andere namen voor deze tijd:
Prehistorie
Het pictogram:Op de achtergrond een grotschildering van een jagersvolk. Op de voorgrond een pot van aardewerk. Die is van een boerenvolk. Aardewerk is door boeren uitgevonden.
1 Jagers-verzamelaars
2 Ontstaan van landbouw
3 Ontstaan van steden
Dit tijdvak hoort bij de PREHISTORIE
1 JAGERS-VERZAMELAARS
De levenswijze van jagers-verzamelaars.
2 HET ONTSTAAN VAN LANDBOUW
Het ontstaan van landbouw en landbouw-samenlevingen.
3 HET ONTSTAAN VAN STEDEN
Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen.
TIJDVAK 2Tijd van Grieken en Romeinen
Andere namen voor deze tijd:
Oudheid
Het pictogram:Op de achtergrond een Romeinse inscriptie in Latijnse letters. Op de voorgrond een Griekse tempel
4 De Griekse stadstaat
5 De klassieke stijl
6 Het Romeinse wereldrijk
7 Romeinen en Germanen
8 Jodendom en christendom
Dit tijdvak hoort bij de OUDHEID
4 DE GRIEKSE STADSTAAT
De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat.
5 DE KLASSIEKE STIJL
De klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur.
6 HET ROMEINSE WERELDRIJK
De groei van het Romeinse imperium, waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde.
7 ROMEINEN EN GERMANEN
De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van Noordwest-Europa.
8 JODENDOM EN CHRISTENDOM
De ontwikkeling van het jodendom en het christendom als de eerste monotheïstische godsdiensten.
TIJDVAK 3Tijd van monniken en ridders
Andere namen voor deze tijd:
Vroege Middeleeuwen
Het pictogram:Op de achtergrond een zuil uit een romaanse kloostergang. Op de voorgrond een vroeg-middeleeuwse ridderhelm.
9 De kerstening van Europa
10 De islam
11 Hofstelsel en horigheid
12 Feodaliteit
Dit tijdvak hoort bij de MIDDELEEUWEN
9 DE KERSTENING VAN EUROPA
De verspreiding van het christendom in geheel Europa.
10 DE ISLAM
Het ontstaan en de verspreiding van de islam.
11 HOFSTELSEL EN HORIGHEID
De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid.
12 FEODALITEIT
Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur.
TIJDVAK 4Tijd van steden en staten
Andere namen voor deze tijd:
Hoge en Late Middeleeuwen
13 Opkomst van handel en ambacht
14 Steden met stadsrecht
15 Strijd tussen kerk en staat
16 De kruistochten
17 Het begin van staten
Het pictogram:Op de achtergrond het interieur van een stedelijke kathedraal. Op de voorgrond een stadspoort, symbool van onafhankelijkheid van steden. Kerk en staat in de stad.
Dit tijdvak hoort bij de MIDDELEEUWEN
13 OPKOMST HANDEL EN AMBACHT
De opkomst van handel en ambacht die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving.
14 STEDEN MET STADSRECHT
Opkomst van de stedelijke burgerij en toenemende zelfstandigheid van steden.
15 STRIJD TUSSEN KERK EN STAAT
Het conflict in de christelijke wereld over de vraag de wereldlijke of de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben.
16 DE KRUISTOCHTEN
De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van de kruistochten.
17 HET BEGIN VAN STATEN
Het begin van staatsvorming en centralisatie.
TIJDVAK 5Tijd van ontdekkers en hervormers
Andere namen voor deze tijd:
Renaissancetijd16e eeuw
Het pictogram:Op de achtergrond een tekening van Leonardo da Vinci: de mens als volmaakt wezen. Op de voorgrond een schip van ontdekkers zoals Columbus
18 Ontdekkingsreizen
19 Mens- en wereldbeeld van de renaissance
20 Herleving van de Oudheid
21 De Reformatie
22 De Nederlandse Opstand
Dit tijdvak hoort bij de VROEGMODERNE TIJD
18 ONTDEKKINGSREIZEN
Het begin van de Europese overzeese expansie.
19 MENS- EN WERELDBEELD VAN DE RENAISSANCE
Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling.
20 HERLEVING VAN DE OUDHEID
Een hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke Oudheid.
21 DE REFORMATIE
De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had.
22 DE NEDERLANDSE OPSTAND
Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.
TIJDVAK 6Tijd van regenten en vorsten
Andere namen voor deze tijd:
Gouden Eeuw (Nederland)17e eeuw
Het pictogram:Op de achtergrond de Herengracht in Amsterdam, symbool voor de woonplaats van stedelijke burgers: de regenten. Op de voorgrond een koningskroon, symbool voor koninklijke macht van absolute vorsten buiten Nederland.
23 Het absolutisme
24 De Gouden Eeuw
25 Handelskapitalisme
26 De wetenschappelijke revolutie
Dit tijdvak hoort bij de VROEGMODERNE TIJD
23 ABSOLUTISME
Het streven van vorsten naar absolute macht.
24 DE GOUDEN EEUW
De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek.
25 HANDELSKAPITALISME
Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.
26 DE WETENSCHAPPELIJKE REVOLUTIE
De wetenschappelijke revolutie.
TIJDVAK 7Tijd van pruiken en revoluties
Andere namen voor deze tijd:
Eeuw van de Verlichting18e eeuw
Het pictogram:Op de achtergrond een proef met een elektriseermachine door gepruikte heren, leden van een wetenschappelijk genootschap: symbool voor Verlichting. Op de voorgrond de guillotine, symbool voor de Franse Revolutie.
27 De Verlichting
28 Verlicht absolutisme
29 Plantages en slavernij
30 Democratische revoluties
Dit tijdvak hoort bij de VROEGMODERNE TIJD
27 DE VERLICHTING
Rationeel optimisme en een ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.
28 VERLICHT ABSOLUTISME
Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur eigentijdse verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme).
29 PLANTAGES EN SLAVERNIJ
Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden transatlantische slavenhandel en de opkomst van het abolitionisme.
30 DEMOCRATISCHE REVOLUTIES
De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.
TIJDVAK 8Tijd van burgers en stoommachines
Andere namen voor deze tijd:
Eeuw van de industrialisatie19e eeuw
Het pictogram:Op de achtergrond een grand café in een grote stad, symbolisch voor het leven van de rijkere burgerij (bourgeoisie). Op de voorgrond een fabriek, symbool voor de industrialisatie.
31 Politieke stromingen
32 Democratisering
33 De industriële revolutie
34 De sociale kwestie
35 Emancipatiebewegingen
36 Modern imperialisme
Dit tijdvak hoort bij de MODERNE TIJD
31 POLITIEKE STROMINGEN
De opkomst van de politiek-maatschappelijke stromingen nationalisme, liberalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme.
32 DEMOCRATISERING
Voortschrijdende democratisering met deelname van steeds meer mannen en uiteindelijk ook vrouwen aan het politiek proces.
33 DE INDUSTRIËLE REVOLUTIE
De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving.
34 DE SOCIALE KWESTIE
Discussies over de ‘sociale kwestie’.
35 EMANCIPATIEBEWEGINGEN / VERZUILING
De opkomst van emancipatiebewegingen.
36 MODERN IMPERIALISME
De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie.
TIJDVAK 9Tijd van de wereldoorlogen
Andere namen voor deze tijd:
Eerste helft van de 20e eeuw
37 Massaorganisatie
38 Totalitaire systemen
39 De economische wereldcrisis
40 Wereldoorlogen
41 De volkenmoord
42 De Duitse bezetting
43 Totale oorlog
44 Opkomst van nationalisme in koloniën
Het pictogram:Op de achtergrond een demonstratie van werklozen in de jaren dertig, symbool voor de economische crisis. Op de voorgrond een tank, symbool voor de wereldoorlogen.
Dit tijdvak hoort bij de MODERNE TIJD
37 MASSA-ORGANISATIE
De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie.
38 TOTALITAIRE SYSTEMEN
Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en fascisme / nationaal-socialisme.
39 DE ECONOMISCHE WERELDCRISIS
De crisis van het wereldkapitalisme.
40 WERELDOORLOGEN
Het voeren van twee wereldoorlogen.
41 DE VOLKENMOORD
Racisme en discriminatie die leidden tot genocide, in het bijzonder op de joden.
42 DE DUITSE BEZETTING
De Duitse bezetting van Nederland.
43 TOTALE OORLOG
Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering.
44 OPKOMST VAN NATIONALISME IN KOLONIËN
Vormen van verzet tegen het West-Europese imperialisme.
TIJDVAK 10Tijd van televisie en computer
Andere namen voor deze tijd:
Tweede helft van de 20e eeuw
45 Dekolonisatie
46 Koude Oorlog
47 Europese eenwording
48 De ‘jaren zestig’
49 Pluriforme samenlevingen
Het pictogram:Op de achtergrond een ‘kaart’ met elektronische schakelingen uit een computer. Op de voorgrond een televisietoestel met in beeld een intercontinentale raket, symbool voor de wapenwedloop van de Koude Oorlog.
Dit tijdvak hoort bij de MODERNE TIJD
45 DEKOLONISATIE
De dekolonisatie die een eind maakte aan de westerse hegemonie in de wereld.
46 KOUDE OORLOG
De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van een wapenwedloop en de daaruit voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog.
47 EUROPESE EENWORDING
De eenwording van Europa.
48 DE ‘JAREN ZESTIG’
De toenemende westerse welvaart die vanaf de jaren zestig van de twintigste eeuw aanleiding gaf tot ingrijpende sociaal- culturele veranderingsprocessen.
49 PLURIFORME SAMENLEVINGEN
De ontwikkeling van een pluriforme en multiculturele samenlevingen.