schaalvergroting en bestuurskracht van scholen ovsg, 10 juni 2014
DESCRIPTION
Autonomie van scholen - argumenten tegen schaalvergroting - bestuurskracht - netwerk-governance - samenwerking tussen scholen - Lezing Algemene vergadering OVSG 10 juni 2014, BrusselTRANSCRIPT
SCHAALVERGROTING EN BESTUURSKRACHT
VAN SCHOLEN Dr. Dirk Van Damme
Head of the Innovation and Measuring Progress
Division, OECD/EDU & Gastprofessor UGent
• Een korte historische inleiding
• Wat leren we uit de internationale data?
• Autonomie van scholen en marktwerking
• Scholen in netwerken
• Risico’s van schaalvergroting en nieuw centralisme
• Bestuurskracht van scholen versterken
• Samenwerking tussen scholen en netten versterken
• Enkele conclusies
Overzicht
2
EEN HISTORISCHE INLEIDING
3
• Liberale Grondwet van 1836: ‘onderwijs is vrij’
– i.t.t. etatistische opvattingen in Frankrijk en andere delen van Europa
• Schoolstrijd heeft geleid tot een compromis waarbij andere aanbieders dan Rijksonderwijs gesubsidieerd konden worden in ruil voor integratie in publiek bestel
• Verzelfstandiging Gemeenschapsonderwijs plaatste alle aanbieders principieel in een ‘level playing field’
Vrijheid van onderwijs heeft tot een sterk
gediversifieerd onderwijslandschap geleid
4
• Scholen in Vlaanderen hebben een vrij grote mate van autonomie
• Lokale besturen hebben inrichten van onderwijs steeds als een kerntaak beschouwd, zij het dat die in de loop der jaren werd toegespitst op het basisonderwijs (en DKO), behalve in de steden
• Gediversifieerd onderwijslandschap is het gevolg, met zekere mate van gezonde competitie en goede voedingsbodem voor innovatie
– Cf methode-scholen
Vrijheid van onderwijs heeft tot een sterk
gediversifieerd onderwijslandschap geleid
5
WAT LEREN WE UIT DE INTERNATIONALE DATA?
6
Percentage of decisions taken at each level of
government in public lower secondary education (2011)
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
Neth
erla
nds
Eng
land
Esto
nia
Belg
ium
(F
l.)
Cze
ch R
ep
ub
lic
Hung
ary
Icela
nd
Slo
vak R
epu
blic
Ind
one
sia
Slo
ven
ia
Irela
nd
Austr
alia
Scotla
nd
Pola
nd
Sw
ede
n
Chile
Denm
ark
OE
CD
ave
rag
e
Kore
a
Italy
Isra
el
Fra
nce
Austr
ia
Belg
ium
(F
r.)
Sw
itze
rla
nd
Spa
in
Germ
any
Port
ug
al
United
Sta
tes
Ja
pa
n
Cana
da
Turk
ey
Me
xic
o
Norw
ay
Luxe
mb
ou
rg
Gre
ece
School Local Regional or sub-regional Central or state
7
Share of decisions taken at the school level
(2003, 2007, 2011)
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
Neth
erla
nds
Eng
land
Czech R
ep
ub
lic
Belg
ium
(F
l.)
Esto
nia
Hung
ary
Slo
vak R
epu
blic
Icela
nd
Scotla
nd
Sw
ede
n
Slo
ven
ia
Austr
alia
Kore
a
Denm
ark
OE
CD
ave
rag
e
Italy
Fra
nce
Austr
ia
Spa
in
Port
ug
al
Germ
any
Ja
pa
n
Tu
rkey
Norw
ay
Me
xic
o
Luxe
mb
ou
rg
2003 2007 2011
8
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
Central orstate
Regional orsub-regional
Local
School
Organisation of instruction
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
Neth
erla
nd
s
Belg
ium
(Fl.)
Belg
ium
(Fr.
)
OE
CD
avera
ge
Gre
ece
Personnel management
Percentage of decisions taken at each level of
government in public lower secondary education (2011)
9
Percentage of decisions taken at each level of
government in public lower secondary education (2011)
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
Planning and structures
Central orState
Regional orSub-regional
Local
School
0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
Ne
the
rla
nds
Belg
ium
(F
l.)
Belg
ium
(F
r.)
OE
CD
ave
rag
e
Gre
ece
Resource management
10
• Scholen hebben in Vlaanderen een vrij grote autonomie om beslissingen te nemen, vergeleken met andere landen
– Vooral over de organisatie van het onderwijsproces
• Autonomie is ongewijzigd gebleven, terwijl die in veel andere landen licht achteruit is gegaan
– Maar ook bij ons tendensen van toenemende centralisatie
• Lokale besturen hebben bij ons nauwelijks een regie-functie, behalve t.a.v. de eigen scholen
Autonomie scholen in Vlaanderen in
internationaal perspectief
11
AUTONOMIE EN MARKTWERKING
12
• ‘Quasi-markt’-werking
– Grote verschillen tussen scholen in PISA-resultaten in Vlaanderen
• “between-school variance”
– Schoolkeuze en studiekeuze sterk gerelateerd
– Schoolkeuze sterk sociaal bepaald > sociale segregatie tussen scholen
– Vrij grote competitie tussen scholen, die kwaliteit bevorderend kan zijn, maar ook segregatie vergroot
Schoolkeuze is in Vlaanderen een erg
belangrijk gegeven…
13
14
‘Between-school’ & ‘within-school’ variance
(PISA 2012)
100
80
60
40
20
0
20
40
60
80
100
Alb
an
iaF
inla
nd
Icela
nd
Sw
ede
nN
orw
ay
De
nm
ark
Esto
nia
Irela
nd
Spa
inC
ana
da
Pola
nd
Latv
iaK
aza
kh
sta
nU
nited
Sta
tes
Me
xic
oC
olo
mb
iaC
osta
Ric
aR
ussia
n F
ed.
Ma
laysia
Jo
rdan
New
Ze
ala
nd
Lithu
ania
Gre
ece
Mo
nte
neg
roU
nited
Kin
gd
om
Arg
en
tin
aA
ustr
alia
Bra
zil
Port
ug
al
Ind
one
sia
Chile
Thaila
nd
Rom
ania
Tunis
iaS
witze
rla
nd
Peru
Uru
gua
yC
roa
tia
U.A
.E.
Ma
ca
o-C
hin
aS
erb
iaV
iet N
am
Kore
aH
ong
Kon
g-C
hin
aS
inga
po
reA
ustr
iaIt
aly
Luxe
mb
ou
rgC
ze
ch R
ep
ub
licJa
pa
nB
ulg
aria
Isra
el
Qata
rS
ha
ngh
ai-
Ch
ina
Germ
any
Slo
ven
iaS
lovak R
epu
blic
Turk
ey
Belg
ium
Hung
ary
Lie
ch
tenste
inN
eth
erla
nds
Ch
inese
Taip
ei
Performance differences
between schools
Performance variation of
students within schools
Va
ria
tio
n in
stu
den
t p
erf
orm
an
ce
as
% o
f O
EC
D a
ve
rag
e v
ari
ati
on
• PISA 2012 ondervroeg ouders naar belangrijkste overwegingen bij schoolkeuze
– Levensbeschouwelijk en pedagogisch project niet erg belangrijk
– Kosten bij lage SES gezinnen een zeker gewicht
– Academische kwaliteit in zekere mate belangrijk
– Reputatie en aanbod studierichtingen wel erg belangrijk
…maar criteria waarop ouders kiezen, zijn
anders dan beleidsmakers denken
15
16
17
• Diversiteit in aanbod is belangrijk, en zekere mate van competitie is goed, maar te veel marktwerking kan nefaste gevolgen hebben
• Landen die meer marktwerking hebben geïntroduceerd, hebben vaak sociale ongelijkheid in leerresultaten zien toenemen en effectiviteit zien afnemen
• Maar ook landen die weinig autonomie aan scholen geven, scoren slecht
Grenzen van marktwerking en bureaucratisch
centralisme
18
• Evenwicht tussen
– Goed gedefinieerde publieke verantwoordelijkheid, los van wie onderwijs aanbiedt
– Goed functionerende kwaliteitszorg- en accountability-systemen
– Grote autonomie voor onderwijsverstrekkers en scholen, met een gediversifieerd landschap
Troeven van het Vlaamse model
19
SCHOLEN IN EEN NETWERKMODEL
20
Traditioneel top-down governance model
21
Simple – Complicated – Complex:
onder welke categorie valt onderwijs?
22
• Kenmerken van complexity in onderwijs
– Multi-level governance: veel beleidslagen grijpen op elkaar in
– Multi-stakeholders: veel stakeholders en actoren
– Groot gewicht van lokale actoren
– Grote autonomie van processen ‘on the frontline of institutional delivery’, nl. scholen
– Noodzaak om ruimte laten voor de kernprocessen: teaching & learning
Governance in complex education systems
23
• Governance-uitdaging
– Centralisme en bureaucratie, a fortiori opnieuw trachten te centraliseren, is nefast
– Maar ook autonomie van scholen in de zin van geïsoleerde eilandjes in een erg competitieve omgeving, is nefast
– Governance-uitdaging bestaat er in om autonome scholen goed te laten fungeren in netwerken: autonomie x samenwerking
Governance in complex education systems
24
25
SCHAALVERGROTING EN NIEUW CENTRALISME
26
• Beheers- en bestuursproblemen moeten ook in het onderwijs aangepakt worden
– Op welk van de bestuursniveaus zijn de ‘cost/benefits’ van beleidsinitiatieven om bestuurskracht te verbeteren het grootst?
• Overheid
• Koepels/netten
• Samenwerkingsverbanden tussen scholen (Scholengemeenschappen)
• Scholen
27
Schaalvergroting
• Beheers- en bestuursproblemen moeten ook in het onderwijs aangepakt worden
– Op welk van de bestuursniveaus zijn de ‘cost/benefits’ van beleidsinitiatieven om bestuurskracht te verbeteren het grootst?
• Overheid
• Koepels/netten
• Samenwerkingsverbanden tussen scholen (Scholengemeenschappen)
• Scholen
28
Schaalvergroting
• Pleidooien voor één publiek net houden belangrijke risico’s in:
– Creatie van kostelijke bureaucratische en centralistische superstructuren zonder meerwaarde voor de primaire processen
– Verminderde responsabilisering bij actoren en overheden die taken verliezen
– Verlies aan diversiteit en innovatie-capaciteit in het systeem
– Artificiële accentuering van breuklijn openbaar versus katholiek onderwijs
Schaalvergroting
29
• Schaalvergrotingspleidooien zijn symptoom van een regulerende overheid die in een complex systeem aan impact en macht verliest
30
Nieuw centralisme
BESTUURSKRACHT VAN SCHOLEN VERSTERKEN
31
• Belang van goed en krachtig bestuur
– Dat zich baseert op principes van ‘good governance’
– Dat zich op afstand houdt van (micro-) management en schoolleiding voldoende ruimte geeft
– Dat zich focust op strategisch beleid en inbedding van school in lokale gemeenschap
32
Bestuurskracht van scholen versterken
• Groot belang van schoolleiding
– Directeur is de sleutel tot een succesvolle school met hoog beleidsvoerend vermogen
– Van louter administratief naar onderwijskundig leiderschap
– Voor grotere scholen gedeeld leiderschap met rol voor middenkader
• Belang van schoolteam
– Goed functionerend en coherent lerarenteam
– Cruciaal belang van professionalisering, nascholing
33
Bestuurskracht van scholen versterken
SAMENWERKING TUSSEN SCHOLEN EN NETTEN
VERSTERKEN
34
• Grotere autonomie van scholen staat geenszins haaks op betere samenwerking tussen scholen
– Netwerking binnen lokale gemeenschap, samenwerking bedrijfsleven
– Leraren
– Infrastructuur
– Planning aanbod
– Enz.
35
Samenwerking
• Goede balans vinden tussen:
– Belang van leraren om snel een coherente loopbaan te kunnen uitbouwen > muren tussen scholen en netten zijn dysfunctioneel
– Belang van elke individuele school om leraren aan te trekken die passen in eigen profiel en project
– Maatschappelijk belang om de beste leraren daar te krijgen waar ze het meeste nodig zijn > sturing door planning of incentives
Leraren
36
• Aanbod reguleren op een niveau boven individuele scholen is een noodzaak voor efficiënte planning en rationele aanwending van middelen
• Infrastructuur planmatig beheren is eveneens iets dat best op een hoger niveau wordt geregeld
Aanbod en Infrastructuur
37
• Regiefunctie van lokale overheden in faciliteren en stimuleren van samenwerking tussen scholen moet versterkt worden
– Eventueel ook in regelgeving verankerd
– Verzelfstandiging bevoegdheid als inrichtende macht
38
Regie van lokale samenwerking
ENKELE CONCLUSIES
39
• Autonomie van scholen is een belangrijke troef van het Vlaamse onderwijs
– Maar met risico’s op te grote marktwerking en sociale segregatie
• Netwerkbenadering van scholen in governance
– Accent op lokale inbedding en relaties naar stakeholders en maatschappelijke actoren
• Wijzigingen in beheer en bestuur van scholen moet afgemeten worden aan de mate waarin ze autonomie en verbondenheid van scholen verder ontwikkelen en ondersteunen
40
Enkele conclusies
• Bestuurlijke schaalvergroting houdt risico in op bureaucratisering en meer top-down management
• Een publiek eenheidsnet vermindert de diversiteit van aanbieders en pedagogische projecten
– Gaat uit van een achterhaald concept van publieke dienstverlening
41
Enkele conclusies
• Dit neemt niet weg dat samenwerking tussen scholen moet versterkt en aangemoedigd worden
– Leraren
– Infrastructuur
– Regulering aanbod studierichtingen
• En prioriteit is versterken van bestuurskracht en beleidsvoerend vermogen van scholen
– Besturen
– Schoolleiding
– Lerarenteams
42
Enkele conclusies