pretu2doc11866 191v 13 14minjusti...

21
hangt er in de cel bedrading los en biedt de interne uitvoering van de cel voor de bewoner mogelijkheden tot zelfverhanging. 3 4 4 Onderhoud van het cellencomplex te Barber De commissie heeft van verschillende medewerkers begrepen dat, ondanks dat gebreken werden geconstateerd en gemeld aan de facilitaire dienst van het KPC, of door middel van een bestelbon werden aangekaart bij de afdeling Financien, herstel van zelfs kleine gebreken achterwege bleef. De commissie heeft voorts zelf waargenomen dat de ruimte waar de beveili gingsme dewerker s van Barber gedurende de dienst verblijven niet schoon en opgeruimd is. Ook in de gang naar de cellen toe stonden ondermeer vuilniszakken. Daardoor ontbreekt overzicht. 3 4 5 Relatie tussen de beveiligingsmedewerkers van het ce U encomplex en de wijkteampolitie Hoewel er al lang onduidelijkheid bestond over de sturings- en verantwoordelijkheidsrelatie, tussen het wijkteam belast met de (basis)politiezorg enerzijds en het cellencomplex te Barber met het bewakingspersoneel anderzijds, hebben leidinggevenden van het wijkteam Barber meer in het verleden wei een duidelijke positie ingenomen door zich daadwerkelijk te bekommeren om de gang van zaken binnen het cellencomplex. Om die reden is er een periode geweest dat een teamleider van Barber door de chef wijkteam was aangewezen om de gang van zaken in en rond het cellencomplex te coordineren . Na een besluit van het hoofd politiedienst KPC, eind oktober 2012, om de verantwoordelijkheid voor de gang van zaken in het cellencomplex kennelijk expliciet onder te brengen bij twee functionarissen van het bureau bijzondere politietaken BBP) van het KPC, heeft het wijkteam zich strategisch teruggetrokken uit een zekere mate van (lijn)verantwoordelijkheid v ~ ~ de gang van zaken in het cellencomplex. Er was vanuit het wijkteam wei de bereidheid om in het cellencomplex in voorkomende geva llen van urgentie, te assisteren bij de uitoefening van taken. Snel bleek dat door ziekte, opleiding of anderszins, met enige regelmaat slechts een beveiligingsmedewerker beschikbaar was voor de dienst in het cellencomplex van Barber. Er werd dan een beroep gedaan op ondersteuning door het wij kteam Barbe r wat w eer gevolgen had voor de inzet van de politiezorg door het wijkteam. Het politiepersoneel van het wijkteam is er uiteindelijk niet gelukkig mee dat het bewakingspersoneel regelmatig moest gaan assisteren bij verstrekkingen in het cellencomplex. Dit is oor de chef wijkteam ook kenbaar gemaakt aan het hoofd politiedienst. 3 4 6 Extra beveiligiog door de ME i v m de detentie van de heer Florentina in het celleocomplex te Barber AI eerder is aangegeven dat het cellencomplex te Barber aan de buitenzijde werd beveiligd door de ME. Aanvankelijk waren de ME ers opgesteld bui ten het complex, maar al snel werd een positie met beter overzicht ingenomen op een bovenliggend terras gelegen binnen het complex. Van daaruit werden ook surveillanceronden rondom het complex gelopen en werden de beveiligingmedewerkers voorts geassisteerd bij de zorg voor arrestanten. De ME opereerde Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 23

Upload: robyn-mcconnell

Post on 04-Jun-2018

213 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangin… 1/21

hangt er in de cel bedrading los en biedt de interne uitvoering van de cel voor de bewoner

mogelijkheden tot zelfverhanging.

3 4 4 Onderhoud van het cellencomplex te Barber

De commissie heeft van verschillende medewerkers begrepen dat, ondanks dat gebreken

werden geconstateerd en gemeld aan de facilitaire dienst van het KPC, of door middel van een

bestelbon werden aangekaart bij de afdeling Financien, herstel van zelfs kleine gebreken

achterwege bleef. De commissie heeft voorts zelf waargenomen dat de ruimte waar de

beveiligingsmedewerkers van Barber gedurende de dienst verblijven niet schoon en opgeruimd

is. Ook in de gang naar de cellen toe stonden ondermeer vuilniszakken. Daardoor ontbreekt

overzicht.

3 4 5 Relatie tussen de beveiligingsmedewerkers van het ceUencomplex en de

wijkteampolitie

Hoewel er al lang onduidelijkheid bestond over de sturings- en verantwoordelijkheidsrelatie,

tussen het wijkteam belast met de (basis)politiezorg enerzijds en het cellencomplexte

Barbermet het bewakingspersoneel anderzijds, hebben leidinggevenden van het wijkteam Barber meer

in het verleden wei een duidelijke positie ingenomen door zich daadwerkelijk te bekommeren

om de gang van zaken binnen het cellencomplex. Om die reden is er een periode geweest dat

een teamleider van Barber door de chef wijkteam was aangewezen om de gang van zaken in en

rond het cellencomplex te coordineren . Na een besluit van het hoofd politiedienst KPC, eind

oktober 2012, om de verantwoordelijkheid voor de gang van zaken in het cellencomplex

kennelijk expliciet onder te brengen bij twee functionarissen van het bureau bijzondere

politietaken BBP) van het KPC, heeft het wijkteam zich strategisch teruggetrokken uit een

zekere mate van (lijn)verantwoordelijkheid v ~ ~ de gang van zaken in het cellencomplex. Er was

vanuit het wijkteam wei de bereidheid om in het cellencomplex in voorkomende gevallen vanurgentie, te assisteren bij de uitoefening van taken. Snel bleek dat door ziekte, opleiding of

anderszins, met enige regelmaat slechts een beveiligingsmedewerker beschikbaar was voor de

dienst in het cellencomplex van Barber.

Er werd dan een beroep gedaan op ondersteuning door het wijkteam Barber wat weer gevolgen

had voor de inzet van de politiezorg door het wijkteam. Het politiepersoneel van het wijkteam is

er uiteindelijk niet gelukkig mee dat het bewakingspersoneel regelmatig moest gaan

assisteren bij verstrekkingen in het cellencomplex. Dit is oor de chef wijkteam ook kenbaar

gemaakt aan het hoofd politiedienst.

3 4 6 Extra beveiligiog door de ME i v m de detentie van de heer Florentina in het

celleocomplex te Barber

AI eerder is aangegeven dat het cellencomplex te Barber aan de buitenzijde werd beveiligd door

de ME. Aanvankelijk waren de ME ers opgesteld buiten het complex, maar al snel werd een

positie met beter overzicht ingenomen op een bovenliggend terras gelegen binnen het complex.

Van daaruit werden ook surveillanceronden rondom het complex gelopen en werden de

beveiligingmedewerkers voorts geassisteerd bij de zorg voor arrestanten. De ME opereerde

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 23

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangin… 2/21

buiten de reguliere politiedienst om en was volledig gericht op de externe beveiliging rond de

heer Florentina en zijn eel.

Een ME-sectiecommandant heeft het cellencomplex op de avond van 6 september nog bezocht.

Omdat de (enige) dienstdoende beveiligingsmedewerker hem meedeelde dat alles in orde was

heeft hij geen poolshoogte genomen in het cellencomplex zelf. Op de terugweg naar Willemstad

werd hij ge informeerd over het levenloos aantreffen van de heer Florentina in zijn eel.

et betrekking tot term 'wachtcommandant' merkt de commissie het volgende op.

Er lijkt binnen het KPC een verwarring of anders een onduidelijkheid te hebben postgevat rand

de benaming 'wachtcommandant' en rond de aanduiding van de beveiligingsmedewerkers in

het cellencomplex.

Voor deze functionarissen worden zelfs verschillende aanduidingen gebezigd die niet steeds de

juiste zijn. De commissie heeft tijdens een interview met een leidinggevende op een gegeven

moment zelfs een begrippenafspraak moeten maken teneinde aan een opeenvolging van

misverstanden in het interview een einde te maken; zelfs daarna ging het nog een paar keer mis.Het lijkt er op dat door leidinggevenden in het dagelijkse werk doorgaans niet over deze

functionarissen wordt gesproken of geschreven of dat men doorgaans nonchalant met de

benamingen omgaat. Later is aan de commissie door (een deel van) het managementteam van

de politie hierover het volgende bericht: Wat getracht werd te bereiken (met de

gedachtewisseling over het begrip wachtcommandant) was om aan de commissie duidelijk te

maken dat sinds de reorganisatie in het jaar 2000 het korps de functie of ral van

wachtcommandant niet meer kent. Daarvoor is de teamleider voor in de plaats gekomen. Dus

daar waar wachtcommandant wordt gebruikt is de teamleider ermee bedoeld. Dit geldt ook

voor het wijkteam Barber. Een teamleider of ploegleider geeft operationele leiding gedurende

een achturig dienstverband. In dit geval geeft de teamleider/ploegleider sturing aan de

bevei I gi ngsmedewe rke rs . 

De commissie merkt echter op dat de verwarring zich voordeed ten aanzien van de aanduiding

door betrakkenen van twee types 'wachtcommandant', waarbij het niet steeds duidelijk was of

men daarbij de wachtcommandant van de beveiligingsmedewerkers bedoelde of de teamleider

van de politie die men veelal eveneens met 'wachtcommandant' aanduidde. Tekenend voor

deze verwarring is dat de korpschef tegen de commissie heel stellig zegt dat de politie geen

'wachtcommandant' meer kent maar teamleiders en dat 'wachtcommandant' bij de politie een

ouderwetse term is die niet meer bestaat, terwijl daarentegen een teamleider van de politie te

Barber de commissie vertelt dat in zijn wachtdienst structureel een 'wachtcommandant' onderhem dient bij de politie . Het prableem is derhalve dat die verbanden voor de rechtstreeks

betrokken functionarissen - al dan niet bewust - onvoldoende duidelijk zijn geweest.

Voor wat betreft de beveiligingsmedewerkers bestaan er verschillende aanduidingen, zoals ex-

stichters, medewerkers van de stichting, beveiligingspersoneel, beveiligingsbeambten, bewakers,

e.a .; de juiste (officiele) term 'beveiligingsmedewerkers' wordt echter zelfs door chefs bij de

politie nauwelijks gebruikt. De eigen supervisor onder de beveiligingsmedewekers wordt de ene

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 24

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangin… 3/21

keer met de wachtcommandant (meestal), dan weer met de oudste of ook wei met de eerste

aangeduid. Ook de vermeende ploegleider bij de beveiligingsmedewerkers, de op de raosterlijst

eerstgenoemde van een ploeg, wordt ook met wachtcommandant aangeduid zelfs als deze niet

op dienst is en zijn naam aileen op het rooster prijkt, hetgeen de verwarring nog grater maakt.

De verwarring blijkt ook te bestaan ten aanzien van de aansturing van debeveiligingsmedewerkers. Een deel van het Management van het KPC stelt op schrift dat de

teamleider of ploegleider sturing geeft aan de beveiligingsmedewerkers. Anderzijds is de

commissie ingelicht, ook op schrift door ondermeer een lid van het Managementteam zelf, dat

de aansturing geschiedt vanuit een centraal geplaatste functionaris. De commissie heeft deze

(centrale) functionaris ook gespraken, die zijn centrale plaatsing bevestigt, hetgeen overigens

ook door de beveiligingsmedewerkers zelf bevestigd wordt.

Ook geven de verantwoordelijke politiefunctionarissen te Barber aan dat zij niet

verantwoordel jjk zijn voor de aansturing van de beveiligingsmedewerkers van het cellencomplex.

De commissie merkt op dat sinds de reorganisatie in het jaar 2000 het korps formeel de

benaming wachtcommandant niet meer kent. De benaming is sindsdien teamleider. Voorts is de

(nieuwe) organisatiestructuur van de politie nog onvoldoende ingebed/geformaliseerd . Het

verandertraject/reorganisatie is opgestart, met als doel de implementatie van het

inrichtingsplan en de uit de consensusrijkswet Politie voortvloeiende uitvoeringsregelgeving,

deze zijn echter nog niet uitgevoerd.

3 5  Nazorg van betrokken functionarissen jegens de nabestaanden van

de heer Florentina

De familieleden hebben naar voren gebracht dat ze niet officieel van de bevoegde autoriteiten

bericht hebben ontvangen van de dood van de heer Florentina. Dit is door de autoriteiten

bevestigd.

Vanuit de politieleiding is als gang van zaken met betrekking tot het in kennis stellen van de

familie van wijlen de heer Florentina het volgende bericht. Officieus en niet door de politie

bevestigd) werd het bericht over de dood van de heer Florentina kort na het gebeurde

razendsnel via de socia Ie media verspreid. Het lag in de bedoeling van de politie om de familie

persoonlijk te berichten. Vooraleer dat lukte, vernam de leiding dat familieleden van wijlen de

heer Florentina zich naar het Wijkteam Punda hadden begeven. De politie heeft toen

onmiddellijk slachtofferhulp ingeschakeld.

Noemenswaardig is dat de familieleden eveneens hebben aangegeven dat de heer

Florentina zich blij voelde toen hij overgeplaatst werd naar het cellencomplex te Barber; hij

vond het cellencomplex van de KMAR niet prettig. Eveneens is door hen naar voren gebracht dat

de heer Florentina bekend was met het cellencomplex van Barber.

De familie voelt alsof er geen waarde aan hen of aan het leven van de heer Florentina vanwege

de overheid wor t gegeven, terwijl het toch om een mens gaat.

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 25

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangin… 4/21

Tot slot moet naar voren gebracht worden dat volgens de familie het Bureau Slachtofferhuip

hen slechts een keer heeft benaderd.

Voor,opig verslag commissie van onderzoek age 26

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangin… 5/21

 

4  Bevindingen ambtelijke verantwoordelijkheden

De wettelijke taken van het ministerie van justitie vormen het uitgangspunt van aile ambteHjke

verantwoordelijkheden als bedoeld in het instellingsbesluit van de commissie. Op grond van de

Landsverordening Ambtelijke bestuurlijke organisatie ministerie van Justitie kunnen de hierna

volgende, voor de onderwerpen van het onderzoek van de commissie relevante taken worden

onderscheiden (artikel 6 Landverordening houdende de vaststelling van de ambtelijk

bestuurlijke organisatie):

de zorg voor het justitiele apparaat;

de zorg voor de openbare orde, -rust en -veiligheid en de bescherming van

personen en goederen;

de zorg voor de opsporing, vervolging en rechtshandhaving;

de zorg voor het beleid inzake onder meer de detentiezorg, de vrijheidsbeneming en

invrijheidstelling.

De commissie heeft er, om wille van de duidelijkheid, voor gekozen om in deze tussenrapportage

eerst de belangrijkste ambtelijke verantwoordelijkheden in beschouwing te nemen die de

leidinggevenden van de onder het ministerie ressorterende beleids- en uitvoeringsorganisaties,

te weten het ministerie van justitie, het openbaar ministerie (OM), het Korps Politie u r a ~ a o(KPC) en de Sentro di Detenshon i Korekshon Kbrsou (SDKK), regarderen.

Daarbij heeft de commissie niet uit het oog verloren, dat de ministeriele verantwoordelijkheid

ten aanzien van het OM slechts een zeer summier toezicht component bevat waar het

bijzondere beperkingen betreft die de OvJ op grond van de wet in een strafzaak in het belang

van onderzoek aan de gedetineerde kan opleggen. Denk in onderhavig geval van de heer

Florentina aan de in het kader van het onderzoek opgelegde beperkingen als ontzegging van deuitreiking van kranten en lectuur; algemeen o individueel bepaalde bezoek-, contact- en

correspondentieverboden; een verbod op het voeren van telefoongesprekken en afzondering,

welke allen van belang zijn op het ten aanzien van de betrokkene gevoerde detentieregime.

De minister is niet de geeigende autoriteit om in dergelijke gevallen instructies met betrekking

tot de bejegening van de gedetineerde te geven; een bezwaar tegen de gegeven beperkingen zal

aan de rechter moeten worden voorgelegd.

Voorts merkt de commissie op dat het niet op de weg van de commissie ligt om in de

beoordeling te treden van strafprocesrechtelijke aangelegenheden in een bepaald onderzoek,

die immers het OM en de rechter aangaan.

Wat de detentiesituatie in algemene zin aangaat, is de commissie er wei van uitgegaan dat de

sturing van het OM zijdens de minister op aangelegenheden zoals beveiliging, bewaking en

bejegening van arrestanten in generale richtlijnen niet tot strafprocesrechtelijke

aangelegenheden behoren.

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 27

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangin… 6/21

4 1  Ten aanzien van de minister van justitie

De commissie heeft eerst nagegaan of r zijdens de minister van justitie enige instructie of

aanwijzing, mondeling dan wei schriftelijk, is uitgegaan naar een of meer van de drie

bovengenoemde uitvoeringsorganisaties met betrekking tot de beveiliging, waa ronder de

bewaking, van de heer Florentina en van diens detentie cel.

Het is de commissie gebleken dat geen van de verantwoordelijke leidinggevenden van

genoemde uitvoeringsorganisaties direct of indirect een dergelijke instructie of aanwijzing

hebben gekregen. De minister zelf heeft tegenover de commissie verklaard dat hij een keer

mondeling had kenbaar gemaakt aan de korpschef van het KPC dat de heer Florentina niet in

het KMAR-complex lOU kunnen blijven. Dat moet ongeveer anderhalve maand na de opsluiting

van de heer Florentina in het KMAR-complex zijn geweest. De minister is er daarbij van

uitgegaan dat hij de nodige maatregelen in verband met de komende verplaatsing van de heer

Florentina zonder zijn verdere bemoeienis aan het openbaar ministerie en de politie kon

overlaten.

4 2   Ten aanzien van het openbaar ministerie

De procureur-generaal heeft tegenover de commissie verklaard dat hij een dergelijke instructie

of aanwijzing van de minister ook niet had verwacht, gelet op het hoge samenwerkingsniveau

waarnaar het opsporingsonderzoek van de zaak opgeschaald was

Zelf had hij ook geen instructies of aanwijzingen met betrekking tot de beveiliging of de

bewaking van de heer Florentina en diens cel aan het KPC of binnen het OM verstrekt, hoewel

hij de veiligheid van de heer Florentina, zowel in extern als in intern verband, wei als behorende

tot zijn lOrg beschouwde. Niettemin ging hij er van uit dat men, wat het treffen van de nodige

maatregelen betreft, van uit zichzelf hun verantwoordelijkheid zou dragen. Die

verantwoordelijkheid is volgens hem neergelegd bij de korpschef van het KPC

Het was overigens helemaal niet in hem opgekomen dat er een risico bestond dat de heer

Florentina zich zou kunnen verhangen.

Verder acht hij de lOrg van het OM voor eventuele beperkingen in de bejegening van

arrestanten een standaardaangelegenheid; het is voor het OM een aanhoudende zorg om

bijvoorbeeld collusie te voorkomen en in dat verband is het voor het OM dan ook standaard om

dienaangaande instructies aan de politie te verstrekken.

De hoofdofficier van justitie heeft tegenover de commissie verklaard dat hij geen instructies of

aanwijzingen van hogerhand heeft verkregen met betrekking tot de beveiliging en de bewaking

van de heer Florentina. Hij heeft zelf ook geen dergelijke instructies of aanwijzingen gegeven.

Hij vindt dat hij als magistraat niet over de uitvoering van beveiliging gaat, derhalve gaat het OM

niet over de hoe -vraag; dat laat hij aan specialisten over. Hij voelt zich wei verantwoordelijk

voor de wat -vraag, voor lOver het betreft de lOrg voor het waken tegen vluchtgevaar en tegen

liquidatie van een betrokkene.

Voorlopig versJag commissie van onderzoek Page 28

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangin… 7/21

Hij was verbaasd met betrekking tot de beslissing van de rechter-commissaris om de heer

Florentina elders dan in het KMAR-complex te plaatsen. Wat het OM betreft had de heer

Florentina best in het KMAR-complex vast kunnen blijven zitten, desnoods met het risico dat hij

hierdoor later van de zittingsrechter strafvermindering lOU krijgen . De heer Florentina mocht in

het KMAR-complex immers bezoek ontvangen en telefoneren.

In stuurgroep verband (bestaande uit de HOvJ, de chef KPC en de teamchef RST) van het Team

Grootschalige Opsporing TGO) - een structuur waarin een werkwijze is vastgesteld indien er

sprake is van zware criminaliteit die aan bepaalde criteria voldoet - is na de beslissing van de

rechter-commissaris gesproken over de twee alternatieven, Barber of SDKK; de HOvJ had hierop

voor onderbrenging van de heer Florentina in het comp lex te Barber gekozen. Daarbij is binnen

de stuurgroep ook de boodschap van extra beveiliging van de heer Florentina aan de politie

afgegeven. De zaaksofficier heeft ook aangegeven dat de beveiligingsmaatregelen op Barber, in

vergelijking met die bij het KMAR-complex, verminderd konden worden. Daar heeft de

hoofdofficier mee ingestemd. De analyse van de KMAR is gebaseerd op de verschillende

veiligheid scenario s die zich voor zouden kunnen doen. De analyse van het KPC berust op

concrete CID informatie . De concrete inlichtingen van CID wezen op een dreiging voor het leven

van de heer Florentina in het SDKK.

et betrekking tot de in artikel 627 WvSv voor officieren van justitie voorgeschreven bezoeken

aan de detentie inrichtingen, heeft het OM vanwege andere prioriteiten niet aan die

voorschriften kunnen voldoen. Wei heeft het OM in de periode van 2007 tot 2009 regelmatig

inspectiebezoeken afgelegd aan de politiecellen. Hieraan is, na 2009, een einde gekomen

vanwege de tijdel ijke sluiting van de politiecellen te Barber en Rio Canario ten behoeve van

renovaties.

Ook de zaaksofficier van justitie heeft van hogerhand geen instructies ontvangen met betrekking

tot de beveiliging en de bewaking van de heer Florentina te Barber. Hij heeft daaromtrent zelf

ook niet uitdrukkelijke instructies aan de politie verstrekt. Hij had aangenomen dat de politie uit

zichzelf wei de nodige maatregelen lOU nemen. In de stuurgroep van het onderzoeksteam was

wei overeengekomen dat het politiebureau van Barber continu bezet zou zijn en dat er een

buitenring van beveiliging lOU worden gehandhaafd.

Wei heeft de zaaksofficier zich jegens de politie ingelaten met de bejegening van de heer

Florentina; die moest volgens hem als normaal voor het cellencomplex te Barber worden

uitgeoefend.

De zaaksofficier was (nog) niet in het cellencomplex gaan kijken.

4 3  en aanzien van de politie

De korpschef van het KPC, was van 28 augustus tot en met 4 september 2013 afwezig van dienst

wegens vakantie, terwijl de heer Florentina op 3 september naar het cellencomplex te Barber

werd verplaatst. De korpschef was daarv66r niet van de verplaatsing in kennis gesteld en pas op

de avond van 5 september vernam hij zelf bij toeval van de verplaatsing.

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 29

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangin… 8/21

Hij had in ieder geval geen instructies van de minister of van het OM ontvangen met betrekking

tot de insluiting van de heer Florentina in het cellencomplex te Barber of elders.

Aangezien hij met vakantie was heeft hij zelf ook geen instructies kunnen verstrekken met

betrekking tot de beveiliging en de bewaking van de heer Florentina en diens cel in het complex

te Barber. Hij had niet eens geweten dat de heer Florentina naar het complex te Barber zou

worden verplaatst. Hij had zich ook na 5 september niet geroepen gevoeld om zich in te laten

met operationele aangelegenheden betreffende de onderbrenging van de heer Florentina in het

complex te Barber. Hij haalt hierbij aan de inhoud van een ministeriele beschikking van 24 april

2013 waaruit hij de aanwijzing haalt om meer afstand van het operationele proces te houden.

Hij heeft zich daarom sindsdien terughoudender opgesteld jegens operationele

aangelegenheden van het KPC en deze overgelaten aan de direct verantwoordelijke

politiefunctionarissen.

De commissie tekent aan dat het hier betreft de ministeriele beschikking van 24 april 2013 (no.

2013/024695), waarbij wor t ingesteld het Veranderteam Korps Politie C u r a ~ a o , met alsvoornaamste taak het, in overleg met de korpschef en het managementteam van het KPC

ontwikkelen van een leiderschaps- en managementontwikkelingsplan. De commissie heeft er

nota van genomen dat in een onderdeel van de considerans van genoemde beschikking gesteld

wor t dat de korpschef volgens de vakbonden zich persoonlijk bezig zou houden m t vrijwel

aile operationele aangelegenheden h t korps betreffende en er sprake zou zijn van een gebrek

aan delegatie v n bevoegdheden en ineffectieve overleg- en coordinatiemechanismen binnen

het Korps Politie u r a ~ a o en haar managementteam, waardoor de besluitvorming binnen het

korps ineffectief is.

De commissie heeft er verder nota van genomen dat de cruciale beslissingenter

zake hettransport, de beveiliging en de bewaking van de heer Florentina en diens cel hun oorsprong

hadden binnen het strafrechteli jk onderzoeksproject en dat deze beslissingen vervolgens direct

doorgesluisd werden naar de leidinggevende echelons, met voorbijgaan van de lagere echelons

in de operationete lijn van het KPC.

De chef van het potitiewijkteam Barber was niet tevoren in kennis gesteld van de datum en

het tijdstip van de overbrenging van de heer Florentina naar het cellencomptex van het bureau

waarvoor deze chef verantwoordetijk is; hij was dan ook niet betrokken bij de voorbereiding van

de onderbrenging van de heer Florentina in het celtencomplex en vernam eerst van de heer

Florentina's overbrenging naar Barber toen deze al in de cel te Barber opgestoten zat.

Het is de commissie overigens gebleken dat er geen deugdetijke veitigheidsvisitatie is verricht in

de cel waar de heer Florentina zou worden ingesloten. In de cel bleek loshangende elektrische

bedrading aanwezig te zijn en de interne uitvoering van de cel (hoog aangebracht traliewerk dat

niet was afgeschermd) bood gelegenheid voor zelfverhanging door de bewoner.

De commissie schrijft een en ander toe aan de assumptie bij de betrokken leidinggevenden dat

er geen aanwijzingen waren dat de heer Florentina zelfmoordplannen of -neigingen zou hebben

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 30

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangin… 9/21

en dat er geen aanwijzingen waren dat er jegens hem op Barber een interne dreiging zou

bestaan.

Reeds ten aanzien van de betrokkenheid van het KPC, met bijstand van de ME, bij de KMAR-

beveiliging bij het roadblock te Suffisant, viel het de commissie op dat het de prajectleider van

het strafrechtelijk onderzoeksteam was die vanuit het onderzoeksproject direct de chef van het

wijkteam Rio Canario had benaderd voor het realiseren van bedoelde bijstand. Vervolgens is ook

op dat niveau besloten dat het niet het wijkteam, maar dat het de ME zou zijn die de bijstand

zou verlenen. Van it laatste is wei, het hoofd bijzondere politietaken, een op een echelon

hogere chef beneden het niveau van het managementteam, in kennis gesteld. De commandant

van de ME heeft voor zijn eenheid zelf de instructies met betrekking tot deze bijstand opgesteld

en ook aan zijn directe chefvoorgelegd.

Op vergelijkbaar niveau is ook de beveiliging ten aanzien van het complex te Barber voorbereid

en uitgevoerd, waarbij men bij het KPC ook het contact met de KMAR, omtrent de overname in

bruikleen van fysieke beveiligingsvoorzieningen, aan subalterne chefs had overgelaten.

Het is de commissie vooralsnog niet gebleken dat leden van het managementteam, of de

korpschef of diens waarnemer, zich persoonlijk actief met een maatregel cq . met maatregelen

op het gebied van de beveiliging, de bewaking en de bejegening van de heer Florentina hebben

ingelaten. Wei is de commissie van wege het Managementteam MT) van de KPC op 31 oktober

2013 bericht, dat MT leden kennis droegen van besluiten aangaande transport, beveiliging en

bewaking van de heer Florentina.

4 4 Ten aanzien van politiebureau n h t cellencomplex te BarberHet is de commissie verder opgevallen dat er grate onduidelijkheid en confusie heerst rond de

ambtelijke verantwoordelijkheden, evenzo omtrent de formalisering daarvan in de vorm van

structurele of operationele voorschriften, met betrekking tot de sturing van de taakuitvoering

oor het personeel dat doorgaans belast is met de uitvoering van de bewaking en de bejegening

van arrestanten in het cellencomplex van het politiebureau te Barber.

Dat personeel bestaat uitsluitend uit beveiligingsmedewerkers die formeel niet in dienst zijn bij

het KPC maar bij het Sentro di Detenshon i Korekshon Korsou SDKK), van waaruit zij

nagenoeg permanent te werk zijn gesteld bij het KPC. Elders in deze tussenrapportage wor t

nader ingegaan op de rol van de beveiligingsmedewerker in het politiecellencomptex te Barber.

De commissie heeft onder de leidinggevenden geen eenduidigheid aangetroffen in de

opvattingen over de aard van de geldende verantwoordeHjkheden van het beveiligingspersoneel

en hun taakuitvoering. Nu eens wor t door de ene leidinggevende verkondigd dat er een strikte

scheiding bestaat tussen enerzijds de sturingslijn naar dit personeel en het cellencomplex toe en

anderzijds de sturingslijn naar de wijkteampolitie van het bureau toe, dan weer wor t door de

andere leidinggevende verkondigd dat de chefs van de wijkteambureaus wei degelijk

Vooriopig verslag commissie van onderzoek Page 31

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 10/21

verantwoordelijk zijn voor het cellencomplex bij hun bureau en dat dit in het verleden van

hogerhand duidelijk aan dezen onder wie destijds aan hemzelf als wijkteamchef) is kenbaar

gemaakt.

Het is de commissie tot nu toe niet gebleken dat er omtrent de verantwoordelijkheden en de

taakuitvoering een en ander is geformaliseerd op schrift.

In ieder geval valt het de commissie op dat, in de praktijk, de teamleider van de wijkteampolitie

zich doorgaans niet inlaat met de beveiligingsmedewerkers en het gebeuren in het

cellencomplex, totd t er in urgente gevallen daartoe op hem een beroep wordt gedaan.

Instructies hieromtrent lijken niet te bestaan.

Gebleken is dat van hogerhand binnen het KPC de stu ring, enerzijds van het personeel van het

cellencomplex en anderzijds op het gebied van het infrastructurele onderhoud, was

toevertrouwd aan twee daartoe centraal gepositioneerde, en elders dan op Barber verblijvende,

in kantoordienst werkzame functionarissen. Beide taken zijn sinds kort, na het incident met de

heer Florentina, toevertrouwd aan een centraal gepositioneerde, en elders dan op Barber

verblijvende, in kantoordienst werkzame functionaris . Ook deze constructies bleken niet te zijn

geformaliseerd en ook thans blijken er geen taakstellingen op schrift te zijn gesteld.

Van de wachtcommandant van de beveiligingsmedewerkers wordt verwacht dat hij of zij

niemand anders dan bovenbedoelde functionaris als zijn of haar chef beschouwt, en niet de

wijkteamleider of de chef van het wijkteambureau. Zo dienen bijzonderheden door de

wachtcommandant van de beveiligingsmedewerkers omtrent de dag-, avond- en nachtdienst,

zonder in kennisstelling van de wijkteamleider, aan eerdergenoemde centraal

gepositioneerde functionarissen en tot voor kort aan laatstbedoelde functionaris te worden

gemeld. Een en ander blijkt niet op schrif t te zijn geregeld.

De voorgangers van bedoelde functionaris kwamen, volgens een aantal ge·nterviewden,

gemiddeld tweemaal per maand op Barber kijken. Een van de twee was in het bijzonder belast

met het inroosteren van het personeel. Die situatie had tot gevolg dat het weleens voorkwam

dat er te weinig beveiligingsmedewerkers op dienst waren, waardoor er een beroep op bijstand

van het politiepersoneel moest worden gedaan. Het politiepersoneel is bepaald niet tevreden

met deze gang van zaken. In het verleden heeft de chef van het wijkteambureau een teamleider

van de politie aangesteld voor de inroostering van de beveiligingsmedewerkers, doch deze actie

werd van hogerhand teruggedraaid zonder enige nadere motivering dan dat deze

aangelegenheid centraal geregeld moest worden, ondanks dat de inroostering door de

teamleider indertijd beter verliep dan voorheen.

Op de avond van het overlijden van de heer Florentina was er een vrouwelijke

beveil igingsmedewerker voor de avonddienst opgekomen. Zij heeft slechts gedurende de

eerste twee uur van de shift versterking uit het personeelsbestand van de

beveiligingsmedewerkers gekregen. Daarna was zij aileen.

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 3

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 11/21

5 Bevindingen en Conclusies

Na een aantal algemene bevindingen en conclusies zal de commissie hieronder op de specifiek

aan haar voorgelegde vragen ingaan.

5 0 Een ntwoord op een preliminaire vraag

Alvorens tot haar eigenlijke conclusies over te gaan stelt de commissie vooraf het volgende.

De commissie heeft in haar onderzoek geen aanleiding gevonden om aan te nemen dat er een

mogelijkheid heeft bestaan dat de heer Florentina anders dan door zelfdoding om het leven is

gekomen. De commissie is dan ook bij de in de hierna volgende paragrafen weergegeven

formuleringen van haar verdere conclusies in goed vertrouwen van deze stelling uitgegaan.

~ ~ r de goede orde wijs t de commissie erop dat het onderzoek naar de doodsoorzaak van de

heer Florentina is toevertrouwd aan de landsrecherche.

Het vorenstaande heeft voor de commissie mede als uitgangspunt gediend bij haar beoordeling

van de wijze waarop met de ambtelijke verantwoordelijkheden in deze casus moet zijn

omgegaan.

5 1 Algemeen

Het is de commissie tot heden toe niet gebleken dat het politiecellencomplex te Barber officieel

is aangewezen een huis van bewaring waarin in voorlopige hechtenis gestelde personen mogen

worden ingesloten en of is aangewezen ais een inrichting waarin inverzekeringgestelde

politiearrestanten als een inrichting waar personen in detentie ingesloten mogen worden

gehouden.

Ook de organisatie van het politiewijkteam waartoe het cellencomplex behoort blijkt niet

specifiek van een wettelijke grondslag te zijn voorzien. Wei be rust het bestaan van het Korps

Politie Curar;:ao KPC) formeel op artikel 4 van de Rijkswet Politie. Dat artikel houdt echter niet

meer in dan de basale vaststelling dat er een korps politie is. Er is tot nu toe echter niet op

nationaal niveau voorzien in een formele politieregeling die de organisatie en de inrichting van

het korps regelt hoewel genoemde Rijkswet daartoe in artikel 7 lid 2 een instructie verstrekt.

De organisatie en de inrichting van het KPC, waaronder uiteraard die van het politiewijkteam te

Barber en het cellencomplex dateren in termen van legitimiteit nog uit de tijd van de

Nederlandse Antillen voor welke de o l i t i e r ~ g e l i n g 1999 van kracht was. Deze regeling is bij destaatkundige transitie van 2010 echter niet overgeheveld naar de nieuwe staatkundige

constellatie .

Thans loopt binnen het KPC, bovendien een proces van verandertraject/reorganisatie van het

Korps welke tot anticipatie op de nieuwe inrichting van bevoegdheden verantwoordelijkheden

indeling en processen van de organisatie leidt. De bedoeling is dat it proces leidt tot de

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 34

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 12/21

implementatie van het inrichtingsplan en door de cRW Politie vereiste uitvoeringswet- en

regelgeving.

Het is de commissie tot nu toe ook niet gebleken dat de bestaande indeling en inzet van de

groep beveiligingsmedewerkers, oorspronkelijk afkomstig van de Stichting Beveiligingszorg

Justitie, aan wie in de praktijk de bewaking en de bejegening van de arrestanten in hetpolitiecellencomplex te Barber -en ook te Rio Canario- wordt toevertrouwd, op een of andere

wijze geformaliseerd is De betrokkenen zijn in dienst van SDKK en daar houdt het mee op.

Voor deze groep ambtenaren, die in een van de eigenlijke politieorganisatie vrij ge isoleerde

sfeer haar bewakings- en bejegeningstaken dient te uitvoeren, blijkt ook geen formatie formeel

te zijn vastgesteld.

Er ontbreekt binnen het KPC eenduidigheid in de ambtelijke vocabulaire inzake de benaming

van functies van de bij het cellencomplex te Barber betrokken beveiligingsmedewerkers,

alsmede in de directe omgeving in het politiebureau van de betrokken

beve il igingsmedewe rkers .

et betrekking tot de kwaliteit van de beveiliging, bewaking en bejegening van arrestanten in

het algemeen, is het de commissie tot nu toe niet duidelijk geworden dat de

beveiligingsmedewerkers, aan wie in de praktijk de bewaking en de bejegening van de

politiearrestanten is toevertrouwd, door een gedegen selectie en een gedegen opleiding naar

behoren op hun taken zijn voorbereid. Zo is derhalve ook in het geheel niet duideli jk of zij op die

taken zijn berekend. De aan de commissie geexpliciteerde opleiding van korte duur komt de

commissie als daartoe volstrekt onvoldoende voor.

Het is de commissie voorts, tot nu toe, niet gebleken dat de aansturing - overigens doorcentraal in de organisatie gepositioneerde politiefunctionarissen- van deze groep

beveiligingsmedewerkers in hun dagelijkse taakuitvoering op schrift is geregeld.

Gegeven het belang van een adequate bejegening van ingeslotenen in politiecellen, acht de

commissie het - in aile gevallen - onbegrijpelijk en onaanvaardbaar dat de verantwoordelijkheid

hiervoor voornamelijk in handen wordt gelegd van hiertoe niet of onvoldoende toegeruste

medewerkers, die ook nog niet direct worden aangestuurd op hun taakuitvoering.

et betrekking tot Barber in het bijzonder merkt de commissie op dat het politiewijkteam te

Barber in beginsel, kennelijk conform nog niet door de commissie achterhaalde instructies, in de

praktijk geen verantwoordelijkheid op zich neemt voor de bewaking en de bejegening van de

arrestanten in het cellencomplex.

De externe beveiliging van de arrestanten en het cellencomplex en de noodhulp binnen het

complex rekent het politiewijkteam wei tot haar verantwoordelijkheid.

De commissie heeft van verschillenden ge  interviewden kunnen vernemen dat het feit, dat de

opheffing van de stichting en de indienstneming van de beveiligingsmedewerkers als

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 3S

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 13/21

ambtenaar heeft plaatsgevonden, zonder een voldoende voorafgaand onderzoek naar

organisatorische, financiele en rechtspositionele aspecten en of consequenties, voor een

onduidelijke verantwoordelijkheidstoedeling tussen de politie, waaronder ook de

wijkteampolitie die ter plaatse aanwezig is en beveiligingsmedewerkers heeft gezorgd.

5.2. Aard en omvang veiligheids-  bewakings- en andere maatregelenMet betrekking tot de aard en omvang van de veiligheids-, bewakings- en andere maatregelen

die opgedragen, voorbereid en of getroffen zijn in verband met de opsluiting van de heer

Florentina in een politiecel op Barber concludeert de commissie het volgende.

5.2.1. Overbrenging van de heer Florentlna naar het ceUencomplex te arber

Hoewel de commissie de indruk had verkregen dat de in waarneming fungerende korpschef, tot

voorbij de ochtend van de dag van de overbrenging van de heer Florentina naar het

cellencomplex te Barber, niet op de hoogte was gesteld van het voornemen, noch van de

uitvoering zelfvan die overbrenging is de commissie in een bericht, d.d.ug 31 oktober 2013 en

afkomstig van de wnd. Chef Korps Politie Curac;:ao ge'informeerd dat het Managementteam vanpolitie wei degelijk kennis droeg van de besluiten aangaande transport, beveiliging en bewaking

van de heer Florentina. Dit door de in waarneming fungerende korpschef nieuw aangedragen

bericht brengt met zich dat het Managementteam dichterbij betrokken is geraakt bij zijn

verantwoordelijkheid voor de met het oog op de beveiliging en bewaking van de heer Florentina

en zijn cel en met de bejegening van de heer Florentina in het cellencomplex te treffen en

getroffen voorzieningen en de voorbereiding daarvan.

De korpschef zelf, die een dag na de overbrenging naar Barber van de heer Florentina weer in

actieve dienst was na van vakantie te zijn teruggekeerd, bekwam pas een dag na werkhervatting

bij toeval kennis van bedoelde overbrenging die twee dagen eerder had plaatsgevonden.

De chef van het politiewijkteam Barber was niet tevoren in kennis gesteld van de over

brenging noch van de plaatsing van de heer Florentina in het cellencomplex van het bureau

waarvoor hij verantwoordelijk is.

De commissie kan zich voorlopig niet aan de indruk onttrekken dat, met de intensieve,

projectmatige onderzoeksopzet van het Team Grootschalige Opsporing, het normale

operationele gebeuren dat zich in de lijn van de KPC-organisatie moet blijven afspelen, en in elk

geval in lagere echelons ervan- onwillekeurig in het gedrang gebracht wordt en diffuus gemaakt

wordt.

Conclusie

1. De commissie is van mening dot het bij de overbrenging van de heer Florentino naar-, en

zijn plaatsing - in het ceJlencomplex te Barber en bij de voorbereiding daarvan, heeft

ontbroken aan een goede regie, een goede inachtneming van de chain of command

naar de lagere echelons toe, alsmede dot de Korpschef bij zijn terugkeer no vakantie

gei nformeerd had moeten worden omtrent de overbrenging.

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 36

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 14/21

5 2  2 Externe beveiliging t arber

Ter zake van de externe beveiliging heeft de commissie geconstateerd dat, ten tijde van het

verblijf in detentie van de heer Florentina bij de KMAR met het oog op mogelijk externe

dreigingen aanmerkelijk zwaardere fysieke beveiligingsvoorzieningen zijn getroffen dan bij het

politiecellencomplex te Barber ten tijde dat de heer Florentina daar ingesloten was .

Uit de interviews met betrokken politieambtenaren heeft de commissie ondermeer het

volgende vernomen:

- de veiligheidsvoorzieningen bij de KMAR waren ge'indiceerd door de resultaten van een door

de KMAR verrichte risicoanalyse welke rekening houdt met aile (in theorie) mogelijke

scenario's; de politie was daarbij niet betrokken;

- binnen het KPC gaf men aan dat naar hun oordeel, op basis van de bij de politie beschikbare

en concrete informatie, m t minder verstrekkende maatregelen dan de bij de KMAR getroffen

voorzieningen zou hebben kunnen volstaan en derhalve op Barber kon worden volstaan;

- de politie zegt niet over informatie te beschikken die met betrekking tot het cellencomplex te

Barber - i.t.t. SDKK - op een interne dreiging jegens de heer Florentina had kunnen duiden;

- evenmin beschikte de politie over concrete informatie die op een externe dreiging t Barber

zouden duiden, maar voor aile zekerheid is mede op ingeving vanui t het onderzoeksproject,

besloten om toch extra externe veiligheidsvoorzieningen te treffen, ondermeer door rond het

politiebureau een buitenring aan te leggen die door een detachement van de Mobiele

Eenheid van de politie werd bewaakt.

De commissie stelt vast dat de bij de beveiliging van de heer Florentina betrokken medewerkers

van het KPC een groot verschil hebben ervaren tussen de fysieke voorzieningen voor de externe

beveiliging van de heer Florentina bij de KMAR en de externe beveiligingsvoorzieningen die

werden getroffen bij het cellencomplex te Barber. Laatstgenoemde voorzieningen hadden

minder om het lijf dan die bij het KMAR- cellencomplex.

onclusie

2. Naar het oordeel van de commissie is het te betreuren dot het ervaren verschil in de

beveiliging van invloed is geweest op het moreel van de betrokkenen De commissie is

van mening dot over de achtergronden van it verschil beter met de betrokken

medewerkers van het KPC gecommuniceerd had moeten worden

5 2 3 ejegening

Van 17 juni tot en met 15 juli 2013 waren, vanwege de ovj, de vOllgende beperkingen opgelegd.

De heer Florentina was het niet toegestaan contact met medegedetineerden te hebben; er was

geen bezoek toegestaan met uitzondering van zijn advocaat en reclassering; het sturen en

ontvangen van correspondentie mocht niet anders dan door tussenkomst van de ovj; het

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 37

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 15/21

voeren van telefoongesprekken was niet toegestaan, met uitzondering van die met zijn

advocaatof van de met hetonderzoekbelasteopsporingsambtenaren .

De heer Florentina mocht zich van de KMAR gedurende genoemde periode niet dagelijks

wassen/douchenof zijntandenpoetsen.De ovjheeftdit nadienlatenversoepelen.

Vanaf15juli 2013 zijn debeperkingenopgehevenen mocht de heerFlorentinaopdinsdagendonderdagvan 13.00- 14.00 bezoek ontvangen;wei diende hijvan tevorenoptegevenwie

hij op bezoek wilde laten komen. Voorts mochtde heer Florentina iedere werkdag gebruik

maken van een door zijn familie te verstrekken telefoontoestel. Zijn familie kon hem ook

kranten of andere lectuurbezorgen. De ovjheeft ertoen ookzorgvoor gedragen dat hij zich

dagelijkskondouchenen zijntandenmochtpoetsen.

Daar tegenover stond dat de KMAR-bewakers daarbij voor de heer Florentina onherkenbaar

warenomdatzijbijcontactenmet de heerFlorentinasteevasteenbivakmutsdroegen.

Op Barber gold als regime dat de heer Florentina geen contact mocht hebben met andere

gedetineerden; niet mocht luchten samen met andere gedetineerden; nietmet een bepaalde

verdachtegeconfronteerdmochtworden en datalleswat voorhembestemdwasgecontroleerd

moestwordendoorhetAT ;dagelijksecelcontrolemoestuitsluitenddoorhetAT plaatsvinden .

Conclusie

3. Hoewel de heer Florentina zelf graag wilde worden overgeplaatst naar Barber was het

bij zijn aankomst en verblijf aldaar niet duidelijk of hij in aanmerking kwam voor

dezelfde facili teiten die hij bij zijn voortgezet verblijf bij de KMAR genoot althans voor de

voor voorlopig gehechte gedetineerden aangewezen faciliteiten in het kader van

bejegening zoalsde

mogelijkheid omrelatiebezoek te ontvangende

mogelijkheid omtetelefoneren de mogelijkheid omuitgebreider te luchten de mogelijkheid omvan nieuws

uit de buitenwereld te verne men zoals het ontvangen van een krant en tijdschriften. Het

is de commissie niet gebleken d t de KMAR en het AT goed op de hoogte zijn van aile

normen betreffende de detentie van personen; zois het de commissie niet gebleken d t

het contact met de ingesloten Florentina door de betreffende functionarissen die daarbij

steeds van bivakmutsen waren voorzien volgens internationaal aanvaarde normen

geschiedde.

5 3  e ambtelijke ver ntwoordelijkheden

et betrekking tot de ambtelijke verantwoordelijkheden in verband met de veiligheids-,

bewakings- en bejegeningsmaatregelen in verband metdeopsluitingvan de heerFlorentina in

eenpolitiecelopBarbermerktde commissiehetvolgendeop.

De taken, verantwoordelijkheden, instructies en bevoegdheden, die de bij de bewaking en

bejegening van de heer Florentina betrokken functionarissen regarderen, zijn in zijn

algemeenheid confuus, soms ongebruikelijk, ongestructureerd en voorts onvoldoendeof niet

bekendbijal debetrokkenactoren.Dit werktedoorinhetgevalvandeheerFlorentina.

Voorlopigverslagcommissievan onderzoek Page 38

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 16/21

Het is de eommissie voorts niet gebleken dat er bij de ambtelijk betrokkenen eenduidige

opvattingen bestaan over de aard van het bejegeningregime dat de heer Florentina, als in

voorlopige heehtenis genomen arrestant, in het eelleneomplex te Barber ten dee I had moeten

vallen, anders dan een aantal voor de heer Florentina geldende beperkingen. De toepassing van

bedoeld regime wor t in beginsel overgelaten aan het uitvoerend personeel dat eehter niet lijkt

te besehikken over de wetensehap omtrent de vereisten van dat regime, noeh over de middelen

om dat regime naar behoren toe te passen

De aeeommodatie voor verblijf van de heer Florentina in de eel te Barber vertoonde gebreken

en sloot niet goed aan bij de te vermijden in- en externe risico's betreffende de heer Florentina.

De eommissie heeft geeonstateerd dat de heer Florentina ingesloten werd in een eel waarin

elektrisehe bedrading los hing en waarbij de interne uitvoering van de eel v ~ ~ de bewoner

mogelijkheden tot zelfverhanging bood.

De veiligheidsmaatregelen rond de heer Florentina waren eenzijdig gericht op risico's van

buitenaf. Het is de commissie niet gebleken dat door een der betrokken autoriteitenof

funetionarissen, zowel van het openbaar ministerie als van het korps politie, is geantieipeerd op

risico's van binnenuit lOals voornamelijk een onvoldoende personeelsbezetting, een risieovolle

inrichting van de eel of het ontbreken van passende instrueties.

Op de avond van het gebeurde was sleehts een vrouwelijke beveiligingsmedewerker op dienst in

het eelleneomplex aanwezig. Het betrof in deze zaak eehter een bijzondere verdaehte die in dat

kader op zijn minst de reguliere bewaking en bejegening lOU hebben moeten krijgen.

Ten aanzien van verantwoordeli jkheden bij de politie dient met de ministeriele besehjkking

van 24 april 2013 (no. 2013/024695 rekening te worden gehouden.

Conclusie

4. Gegeven het beoogde veiJigheidsniveau rond het verbJijf van de heer Florentina in de

poJitiecellen te Barber is het voor de commissie volstrekt onbegrijpeJijk en

onaanvaardbaar d t voor zijn be waking en bejegening volstaan is met de inzet van

slechts een (vrouweJijke) bewaker. Op deze omstandigheid had door of vanwege de

betrokken leidinggevenden van de KPC een proact ief anticiperen moeten zijn betracht

en anders een veel betere controle moeten zijn toegepast en had men bij eenmaal

bekomen wetenschap daarvan onmiddel/ijk gepaste actie moeten ondernemen of

maatregelen moeten toepassen.

5. De commissie kan op basis van h r tot nu toe opgedane bevindingen niet goed inzien

waarom het openbaar ministerie niet uitdrukkeJijk de nodige aanwijzingen aan de poJitie

heeJt verstrekt opdat, met het oog op een voor de justitie zo belangrijke verdachte als de

heer Florentina, voor w t zijn persoonJijke veiJigheid betreJt geen grote risico s zouden

worden genomen en hij dientengevolge te Barber in een intern veiJige cel zou zijn

ingesloten. In dit verband tekent de commissie aan dat reeds het in zeker opzicht

Voorlopig verslag eommissie van onderzoek Page 39

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 17/21

onveilige karakter van de interne inrichting van de eel aanleiding heeft kunnen geven tot

een aanwijzing aan de politie om de heer Florentino onder verhoogde controle te

plaatsen. Het argument dot het openbaar ministerie zich met be trekking tot de

veiligheid/bevei iging van een gedetineerde slechts bezighoudt met de war' vraag en

daarmee de "hoe" vraag overlaat aan de uitvoerende autoriteit -in deze het KPC-, snijdt

wat de commissie betreft in het geval van de heer Florentina, welke door de betrokken

autoriteiten zelf als een belangrijke verdachte wordt aangeduid, geen hout. Het

Openbaar Ministerie kan juist vanwege het grote belong van deze verdachte voor justitie,

zich niet onttrekken aan de medeverantwoordelijkheid voor de uitvoering van

beslissingen die in gezamenlijkheid met andere functionarissen zijn genomen. Juist om

die reden had het O met betrekking tot de uitvoering ook de aspecten daarvan moeten

monitoren.

6. De commissie kan op basis van hoar tot nu toe opgedane bevindingen niet goed inzien

woo rom de po/itieleiding niet uitdrukke/ijk en streng heeft bewaakt dot steeds voldoende

bevei/igingsmedewerkers aanwezig waren, met instrueties voor voldoende en

regelmatige contrale van de heer Florentino, een voor de justitie zo belangrijke

verdachte, ten aanzien van wie wat zijn persoonlijke vei/igheid betreft geen grote risico's

mochten worden genomen.

De commissie tekent hierbij aan dot het hoar gebleken is dot de heer Florentino op de

avond van zijn overlijden vanaf 20.00 uur tot kort no 23.00 uur, toen hij dood werd

aangetroffen, niet door een bevei/igingsmedewerker in zijn eel gecontroleerd is

geworden. Hiermee wi de commissie geen causaal verband leggen ofsuggereren tussen

dit gebrek aan controle en het overlijden van de heer Florentino, maar wi zij hiermee

aangeven dot het op die avond danig aan controle heeft geschort in het cel/encomplex,

met name op de arrestant Florentino.

5 4  e vraag of en in welke mate de dood van de eer Florentina l

dan Diet verband houdt met de wijze waarop is omgegaan met

ambtelijke verantwoordelijkheden

De commissie heeft van de KMAR het OM, de politieleiding, het AT de

beveiligingsmedewerker, de advocate en de familie vernomen, dat zij geen indicaties hadden

dat de heer Florentina suIcide zou kunnen plegen.

onclusie

7. Aangezien geen indicaties zijn geconstateerd dot de heer Florentino suiCidaal zou zijn,

was er ook geen reden om speciale maatregelen ter vermijding daarvan te treffen, een

zogenaamde "suicide watch" te instrueren, die een grote inbreuk maakt in de privacy

van betrokkene die verder zou strekken dan de inbreuk als gevolg van de hierboven door

de commissie bedoelde voorzorgen.

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 40

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 18/21

Dit staat eehter los van de vaststelling dot de eel niet voldeed aan de veiligheidseisen. De

eommissie heeft geeonstateerd dot de eellen - ook de no 6 september aangepaste eellen

- nog steeds de gelegenheid tot zelfdoding bieden.

8. De eommissie is van mening dot ondanks het gebrek aan regie ter zake van de

veiligheidsmaatregelen rondom het verblijf van de heer Florentino te Barber, en het

gebrek aan een risieoanalyse met betrekking tot de mogelijkheid van interne risico's ten

aanzien van de heer Florentino, er niet een eausaal verband kan worden aangenomen

tussen de wijze waarop omgegaan is met de ambtelijke verantwoordelijkheden door het

openbaar ministerie of het KPC en de zelfdoding door de heer Florentino. Er waren

immers geen indieaties in die riehting.

Dit alles doet niet af aan het gevoel van verontrusting welke bij de commissie leeft t r zake van

de situatie van de cellen, de bejegening en het gebrek aan gekwalificeerd en voldoende

personeel. Het is de commissie niet ontgaan dat op 3 oktober 2013 een gedetineerde een

zelfmoordpoging heeft gedaan waarvan de uitvoering door tijdig ingrijpen van de bewaking

moet zijn verijdeld. Deze bewaking is sinds het overlijden van de her Florentina in verhoogde

staat van alertheid gebracht. De vraag is echter of de thans geldende maatregelen voor extra

controles zander een structurele aanpak van de bestaande prablemen, waarander het aantal

formatieplaatsen en technische voorzieningen, random de bewaking en bejegening van de

cellen, voldoende waarborgen voor een veilige en adequate bejegening bieden en op termijn

volgehouden kunnen worden.

De vraag doet zich voor, of een of meer ambtelijke functionarissen op zichzelf verantwoordelijk

kan of kunnen worden gesteld voor de bejegening of de situatie van de cellen .

Conc usie

9. De eommissie is op grond van hoar bevindingen van mening dot, mede bezien in het licht

van de bestaande CPT rapportage, de voortgangsrapportage van de Commissie Vegter

en het interne rapport van de politie zelf (rapport Schoop), er niet een of meerdere

funetionarissen verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor de bejegening of de

gebrekkige situat ie van de politiecellen te Barber, een situatie die bovendien per heden

nog bestaat. Het goat om een reeds jaren bestaande gebrekkige situatie, waarover is

gerapporteerd, en die slechts met een zorgvuldige monitoring en voortdurende inzet,

ook zijdens het ministerie van justitie, verbeterd zal moeten worden. Het ontbreekt de

eellen nog steeds aan vOldoende daglicht; de bedrading is onaf gesehermd of hangt nog

los, en zelfmoord blijft zelfs in de no 6 september j/ aangepaste cellen mogelijk.

10. et betrekking tot de staat van de politieeellen en de bejegening van verdachten is

reeds eerder en verscheidene keren door de CPT en de commissie Vegter gewezen op de

knelpunten. De eommissie is van mening dot ook funetionarissen van het ministerie van

Voorlopig verslag commissie van onderzaek Page 41

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 19/21

justitie namens de minister zich meer betrokken en diligent dienen op te stellen ten

aanzien v n de aanmerkingen die in it verband zijn gemaakt.

Voorlopig verslag commissie van onderzoek age 42

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 20/21

6  Lijst v n jlcortingen

KMAR Koninklijke Marechaussee

CPT European Committee or the Prevention o Torture and Inhuman or Degrading

Treatment or Punishment

LvABO Landsverordening ambtelijke bestuurlijke organisatie

cRwOM consensus Rijkswet Openbaar Ministerie

cRW Pol consensus Rijkswet Politie

SDKK Sentro di Detenshon i Korekshon Korsou

JICN Justitiele Inrichting Caribisch Nederland

KPC Korps Politie Curat; ao

ME Mobiele eenheid

CME Commandant mobiele eenheid

RST Recherche Samenwerkingsteam

PG Procureur generaal

HOvJ Hoofdoffic ier van Justitie

OvJ Officier van Justitie

RC Rechter commissaris

TGO Team Grootschalig Optreden

AT Arrestatieteam

CAT Commandant arrestatieteam

GOG Gbuvernementeel Opvoedingsgesticht

BBP Bureau Ibijzondere politietaken

WvSv Wetboek van Strafvordering

Voorlopig verslag commissie van onderzoek Page 43

8/14/2019 Pretu2Doc11866 191V 13 14MinJusti VrztSTZN5nov13BiedVoorlopigVerslagCieOnderzoekOphangingL.florintinaPolitie…

http://slidepdf.com/reader/full/pretu2doc11866-191v-13-14minjusti-vrztstzn5nov13biedvoorlopigverslagcieonderzoekophangi… 21/21