new beweiden: een kwestie van vakmanschap · 2020. 11. 17. · het westen van nederland nog...
TRANSCRIPT
-
veenweiden innov at iecentrum
DONKER GROEN 75C 5M 100Y 0K PMS 362 RAL 6010
LICHT GROEN 35C 0M 40Y 0K PMS 580 RAL 6019
DONKER BLAUW 100C 90M 10Y 0K PMS 288 RAL 5002
DONKER ROOD 15C 100M 100Y 0K PMS 1795 RAL 3020
Z E G V E L D
Systeeminnovatie in de veenweiden
Beweiden: een kwestie van vakmanschap
-
2
Weidegang blijft belangrijk
Vraag een buitenlander naar een typisch
Nederlands beeld en hij of zij zal geheid een
weidende koe tekenen. Het liefst in een fris
groen weidelandschap, met sloten en een
blauwe lucht. De associatie van Nederland
met koeien in de wei was tot pakweg vijf jaar
geleden vanzelfsprekend. Maar de weidegang
kwam onder druk te staan. De afschaffing van
het melkquotum bracht de schaalvergroting
van de melkveehouderij in een stroomver-
snelling, en het aantal bedrijven met een
melkrobot groeide. Beweiden werd steeds
vaker ervaren als onhandig. En de periferie
rondom de melkveehouder stimuleerde hem
te stoppen met weiden. Een professionele
melkveehouder moest alles onder controle
hebben, geen open eindjes, niet de afhanke-
lijkheid van het weer, de draagkracht van de
bodem en de op dat moment toevallige
samenstelling van het gras. Moderne grote
bedrijven worden zakelijk en strak georgani-
seerd. Dat stond voor een groeiende groep
veehouders haaks op weidegang.
In het veenweidelandschap van West-Neder-
land is het percentage weidegang met 90
procent nog relatief hoog (Bron: CBS). Maar
de veengrond maakt het veehouders ook hier
niet gemakkelijk koeien in te wei te houden:
ze moeten beweiden op lange kavels,
drassige grond, met alleen eiwitrijk gras in
het rantsoen. Een groter koppel koeien op
een lang, smal en drassig perceel is funest
voor de grasmat. En de perceelsgrootte
aanpassen op het aantal koeien is met een
sloot als perceelsgrens niet eenvoudig.
> Economisch weidenOm het beweiden in de veenweiden voor
melkveehouders toch aantrekkelijk te
houden, zag het Veenweiden Innovatiecen-
trum (VIC Zegveld) de noodzaak voor een
innovatie. Een systeeminnovatie. Want het
behoud van weidegang is niet alleen belang-
rijk voor het imago van de melkveehouderij,
serieus weiden levert ook geld op. Veehou-
ders kunnen meer geld halen uit weidegang
door minder bij te voeren, de koeien vroeg
naar buiten te doen en laat in het seizoen
weer binnen te halen, bleek al in 2011 uit
het rapport ‘Economisch Weiden’ van
Wageningen UR Livestock Research.
Bovendien vraagt de markt – de consument
– klip en klaar om weidende koeien. VIC
Zegveld zag het in de wei houden van de
koe daarom ook als een strategie om meer
marktgericht te produceren. Omdat er in
het westen van Nederland nog relatief veel
koeien in de wei lopen, lag de focus in deze
regio vooral op het verbeteren van vakman-
schap. Denk bijvoorbeeld aan betere bewei-
dingsplannen. Het programma Systeem-
innovatie in de Veenweiden (een programma
van VIC Zegveld met steun van Zuid-Holland)
moest een boost geven aan dit vakmanschap.
-
3
Beweiding en hoge grond-waterstanden
Veenweiden beweiden is een van de vier
thema’s binnen het programma Systeemin-
novatie in de Veenweiden. Het geeft richting
aan reguliere landbouwbedrijven om de
koeien te kunnen (blijven) weiden. Daarbij
staat centraal dat de melkveehouders zich
aanpassen aan de omstandigheden in de
veenweiden. Neem de hoge grondwaterstand
in het gebied. Weidegang is bij de huidige
grondwaterstanden al een uitdaging, maar
bij hogere niveaus is een andere aanpak
noodzakelijk. VIC Zegveld organiseerde
daarom vakdagen over weidegang, verspreid-
de praktische tips via De Weideman en trainde
Karakteristiek aan de westelijke veenweiden zijn de koeien in de wei.
Weidecoaches die boeren op locatie vooruit
helpen met weiden. Bij hoge grondwater-
standen is het plaatsen van schrikdraad in de
lengterichting een manier om vertrapping te
voorkomen. Dit maakt het mogelijk de koeien
elke dag een nieuw perceel aan te bieden.
Het verhogen van de zodedichtheid is een
andere manier om te weiden bij een beperkte
draagkracht. Het beweidingssysteem
Kurzrasen draagt bij aan een hoge dichtheid
van de zode. VIC Zegveld verrichtte weten-
schappelijk onderzoek naar deze nieuwe
vorm van beweiding.
-
4
Weidecoach geeft melkveehouders advies over weidegang.
De Weidecoach geeft melkveehouders op individuele basis advies over weidegang. Zuivel- ondernemingen zoals Bel Leerdammer moedigen hun leveranciers aan zich te laten begeleiden door een Weidecoach. De Weidecoach traint ook groepen melkveehouders, bijvoorbeeld in het doen van een FarmWalk. Een FarmWalk is een wekelijkse ronde door het grasland om gerichte keuzes te plannen voor de komende dagen en weken. Denk daarbij aan het sluiten van een perceel, om er later te maaien.
Net als de Weideman komt de Weidecoach voort uit het programma Systeeminnovatie in de Veenweiden. De twintig Weidecoaches zijn opgeleid in de Praktijkschool voor Beweiding, die is ontwikkeld in samenwerking met Stichting Weidegang.
Wandelen met de Weidecoach
-
5
Kurzrasen: permanent grazen op een kleine kavel
Bij regulier weiden grazen koeien op een
grasmat van tenminste 8 cm en verlaten ze
het perceel weer na een of twee dagen om
van nieuw gras te gaan eten. Kurzrasen is een
in Duitsland ontwikkeld beweidingssysteem,
waarbij de koeien permanent grazen op een
grasmat die in hoogte varieert tussen de 3 en
5 cm. Deze manier van beweiden blijkt zich
te lenen voor het weiden van relatief grote
koppels koeien op een kleine huiskavel in de
veenweiden. Circa dertig melkveehouders in
Nederland passen het systeem nu al toe.
Een hoge veebezetting tot maximaal acht
koeien per hectare is geen bezwaar. Door de
intensieve manier van beweiden krijgt de
grasmat een dichtere zode. Dat pakt gunstig
uit voor de draagkracht van de bodem, een
belangrijk onderwerp in de veenweiden.
Kurzrasen lijkt ook prima te combineren
met robotmelken, omdat de koeien actiever
grazen en zo eenvoudiger te motiveren zijn
om te pendelen tussen stal en weide.
Kurzrasen is hiermee een interessante
innovatie om de positie van weidegang in
het veenweidegebied te behouden en te
versterken.
> Kennis Transfer CentrumEen proef bij het Kennis Transfer Centrum
(KTC) in Zegveld liet zien dat door het
kurzrasen in afzienbare tijd een grasmat
ontstaat met korte bladrijke grasspruiten en
een zeer hoge zodedichtheid. Hierdoor was
de draagkracht van de bodem bij kurzrasen
significant hoger dan bij stripgrazen, het
systeem waarbij koeien dagelijks een verse
strip gras krijgen. De grasproductie was bij
kurzrasen 25 procent lager. De melkproduc-
tie bleef echter gelijk, waarschijnlijk dankzij
een hogere kwaliteit van het (korte, malse)
weidegras. De lagere grasproductie bij
kurzrasen werd zo gecompenseerd door een
hogere benutting van het weidegras voor
melkproductie. Nadeel van dit korte gras is
het doorgaans erg hoge eiwitgehalte,
waardoor het ureum in de melk oploopt. Om
de eiwitbenutting te optimaliseren is daarom
bijvoeding met eiwitarm krachtvoer gewenst.
Dit bleek in de praktijk ook haalbaar.
Voor een volledig vergelijk van de beide
beweidingssystemen is het goed ook de totale
ruwvoerproductie in ogenschouw te nemen.
Bij kurzrasen was de totale productie aan
kuilgras 760 kilo drogestof per hectare lager
dan bij stripgrazen. Dankzij de hogere
benutting van het weidegras bij kurzrasen
was er omgerekend 958 kilo drogestof per
hectare minder bijvoeding nodig. Kurzrasen
resulteerde op het KTC in Zegveld per saldo
in een vergelijkbare melkproductie per
hectare landbouwgrond, zo bleek uit het eind-
rapport ‘Systeeminnovatie Beweiden
Veenweiden’.
-
6
Bij kurzrasen grazen de koeien permanent op een grasmat die in hoogte varieert tussen de 3 en 5 cm.
De biologische melkveehouder Marco van Liere werkt sinds 2013 volgens het ‘kurzrasen’-systeem. Hij molk destijds zestig koeien op een huiskavel van 18 hectare en zocht een bewei-dingssysteem waarbij de dieren dag en nacht kunnen weiden, ook op zijn beperkte huiskavel. ‘Op mijn bedrijf draait alles om een zo hoog mogelijke melkproductie per hectare, vooral omdat ik het volledige bedrijf pacht. Voor de hoeveelheid voer die ik van de percelen oogst word ik niet betaald, wel voor de melk die ik ermee produceer’, schetst Van Liere zijn situatie. De lagere ruwvoeropbrengst van het beweidings- systeem is op zijn bedrijf geen issue. En ook de melkproductie per koe is ondergeschikt aan de melkproductie per hectare.
Van Liere noemt kurzrasen zelf een extreme vorm van standweiden op een stoppellengte van 4 á 5 centimeter. ‘Het ging mij erom dat ik dag en nacht kan weiden en dat lukt weer. De productie is gestegen naar 10 duizend kilo melk uit gras per hectare. De kwaliteit van het jonge gras is beter en daardoor ligt de benutting hoger.’ De melkproductie per koe is niet gewijzigd, die ligt nog steeds tussen de 6500 en 7000 kilo melk.
Kurzrasen is in Nederland een ongebruikelijke vorm van weidegang. Slechts dertig Nederlandse bedrijven passen het toe. Het gros daarvan boert op zandgrond en kiest voor kurzrasen om te kunnen (blijven) weiden in hun intensieve bedrijfsvoering. ‘De mensen in de buurt vroegen regelmatig of het wel goed met me ging, de koeien hadden op het oog niets te vreten’, herinnert Van Liere zich. Het tegendeel is waar. De korte bladrijke punten waarvan de koeien eten zijn bijzonder rijk aan eiwit. Om een te hoog ureumgetal te voorkomen voert Van Liere extra energie, zoals geplet graan.
Marco van Liere: ‘Ik wilde graag meer melk per hectare, dat is met kurzrasen gelukt’
-
7
Resultaten praktijkonderzoek kurzrasen op KTC Zegveld
Kurzrasen Stripgrazen Verschil
Grasproductie weide 6311 7984 -21%
Grasproductie maaien 838 1602 -48%
Meetmelk (kg / koe / dag)* 22,1 22,4 -1%
Kuilvoeropname (kg DS / koe / dag) 3,6 4,3 -16%
Meetmelk uit weidegras (kg / ha)** 10156 9643 5%
Grasbenutting (kg melk / kg gras weide) 1,6 1,2 33%
Ureumgehalte melk 22 17 28%
*gemiddeld
over HF en Jersey
gedurende periode
22/4 tot 22/10
**op basis van
VEM-dekking
-
8
In april 2013 stuurde de Weideman zijn eerste weidevakmail. Deze digitale vakman op het gebied van weidegang voorziet zijn lezers wekelijks van tips en advies. Zo was er na de natte periode in de zomer van 2016 – de ‘moesson’ – het advies eerst alle weiden te maaien en de beweiding geleidelijk op het jonge etgroen weer op te starten. In totaal heeft De Weideman zijn lezers zestig keer van adviezen voorzien. De Weideman is mede op initiatief van het programma Systeeminnovatie in de Veenweiden tot stand gekomen, in opzet en uitvoering.
Naast de adviezen over de weerbarstige praktijk, verspreidt de Weideman gegevens over de bodemtemperatuur, grasgroei en opbrengstcijfers. Later is daar per regio de kwaliteit van vers weidegras en een prognose voor de groei aan toegevoegd.
Versgrasupdate van De Weideman
Bronnen: ABZ Diervoeding, CAV Den Ham, De Heus (www.kijkopgras.nl), De Samenwerking (Weidewijzer), Schothorst Feed Research, ForFarmers (VersGrasMonitor), AgruniekRijnvallei, Voergroep Zuid, Eurofins Agro, Grip op Gras, Amazing Grazing en Precisielandbouw 2.0
Noord Oost N.H./Polders West Midden Zuid-West Zuid (klei) (zand) (klei) (veen) (klei/zand) (klei) (zand)
regio
bodemtemperatuur
grasgroei (kg ds/ha/dag)
snede < 1700 kg ds/ha
grasgroei (kg ds/ha/dag)
snede > 1700 kg ds/ha
verwachte grasgroei
(kg ds/ha/dag)
ds-gehalte vers gras (%)*
ruw eiwit (g/kg ds)*
vem/kg ds*
suiker (g/kg ds)*
vcos*
* gras > 1700 kg droge stof per ha
20
55
-
44
16
294
1047
100
87,5
20,4
44
109
70
15,1
199
966
112
81,2
21,3
46
-
-
17,3
285
962
38
82,9
18,9
48
-
-
15
255
1000
91
83,9
18
36
46
-
12,2
306
989
43
83,9
-
-
-
-
-
-
-
-
-
19,1
-
106
28
20,2
223
1018
134
84,2
Digitaal advies van de Weideman
-
9
Time-out beweiden: afwisselend weiden en opstallen
Op het KTC is nóg een bijzonder beweidings-
systeem getoetst: het zogenaamde on-off
(of time-out) beweiden. In dit systeem wisselt
de veehouder onbeperkt weidegang af met
volledig opstallen. De koeien gaan op stal
zodra de grasvoorraad niet meer toereikend
is. Het is een alternatief voor bedrijven met
een kleine huiskavel, die door de hoge
veebezetting (meer dan 10 koeien per
hectare) te weinig gras krijgen. De gedachte
is dat de koeien rustiger zijn omdat ze weten
waar ze aan toe zijn. Ze ervaren geen stress
door het verlangen naar een verse wei of een
lekkere hap op stal. De koe krijgt haar
volledige portie binnen, dan wel buiten.
Bovendien kun je als veehouder in een natte
periode eenvoudiger schakelen.
Het ligt voor de hand dat de wisseling van
binnen naar buiten (van volledig kuilgras naar
volledig weidegras) de spijsvertering van de
koe in de war schopt. Maar niets leek minder
waar: de aanpassing had geen effect op de
melkproductie. Mogelijk dat de samenstelling
van het rantsoen hier een rol speelt. Het KTC
in Zegveld voert volledig gras, ook op stal. In
rantsoenen met veel snijmais zal de koe
vermoedelijk anders reageren.
Beweiding organiseren mét melkrobots
Wanneer melkveebedrijven uitbreiden en
intensiveren komt de keuze voor een automa-
tisch melksysteem steeds nadrukkelijker in
beeld. Circa een op de vijf melkveebedrijven
in Nederland werkt daar al mee. Op bedrijven
met een melkrobot is weidegang een
uitdaging. Het koeverkeer, de afstemming
Aan Veenweiden Beweiden werkten zo’n twintig HBO-studenten uit Delft (InHolland), Leeuwarden, Dronten en Den Bosch mee.
-
10
van de bijvoeding, de capaciteit van het
melksysteem: het zijn ingewikkelde issues,
waar de melkveehouder mee moet leren
omgaan. In het veenweidegebied vormt de
kenmerkende verkaveling met smalle lange
percelen een extra moeilijkheid. De afstan-
den van de melkrobot naar de uithoeken van
het weiland zijn groot. Bruggen zijn tijdens de
weidegang minder toegankelijk voor tractor-
verkeer.
Veenweiden beweiden heeft kennis uitgewis-
seld met het project Robot & Weiden van
Stichting Weidegang. Met het gelijknamige
rapport krijgen veehouders inzicht in het
combineren van beweiding en automatisch
melken. In samenwerking met robotfabrikan-
ten en Wageningen UR zijn vijf concepten
ontwikkeld. Zo is het concept met de hoogste
opname van weidegras (13 kilo drogestof per
koe per dag) een variant waarbij de koeien 18
uur per dag kunnen weiden: door de koeien,
nadat ze gemolken zijn, in groepen en op
meerdere kavels tegelijk te weiden is een
hoge opname in de weide haalbaar. Het
concept met de minste opname weidegras is
een variant die haalbaar is tot een intensiteit
van tien koeien per hectare beweidbaar
oppervlak. Het is een vorm van standweiden;
de koeien blijven zes weken op hetzelfde blok,
de bijgroei bepaalt de opname aan weidegras.
In dit concept weiden de koeien maximaal
drie uur per dag en nemen ze circa 2 kilo
drogestof aan weidegras op.
Accent op vakmanschap
Directeur Frank Lenssinck van VIC-Zegveld
blikt tevreden terug op het programma
Systeeminnovatie in de Veenweiden. ‘We
hebben er mede voor gezorgd dat vakman-
schap een issue werd in de discussie over
weidegang. Dat kreeg landelijk navolging,
waarmee de trend naar opstallen is gekeerd.’
In 2016 schakelden volgens het CBS in
Nederland 300 melkveehouders over op
weidegang. Het percentage bedrijven met
een vorm van weidegang steeg mede
hierdoor naar 78,9 procent, een toename van
0,6 procent.
Lenssinck realiseert zich dat deze kentering
niet alleen is toe te schrijven aan het pro-
gramma Systeeminnovatie in de Veenweiden.
Het in 2012 ondertekende Convenant
weidegang heeft de beweging naar meer
weiden in gang gezet. Verschillende zuivel-
ondernemingen stimuleerden veehouders
gebruik te maken van de Weidecoach
(zie kader op pagina 4), die mede door VIC
Zegveld werd ontwikkeld. ‘Natuurlijk heeft de
zuivelsector met het invoeren van de weide-
premie op melk een belangrijke prikkel
afgegeven, maar met ons programma
Systeeminnovatie in de Veenweiden is het
accent komen te liggen op beter weiden.
Want goed weiden is een vak.’
Hoe nu verder?
Dat steeds meer melkveehouders hun koeien
laten weiden is een positief resultaat, dat
http://stichtingweidegang.nl/images/RobotenWeiden/Eindproducten/RobotWeiden_Concepten_102015.pdfhttps://www.duurzamezuivelketen.nl/nieuws/weidegang-neemt-licht-toe-dankzij-nieuwe-weidershttps://www.duurzamezuivelketen.nl/nieuws/weidegang-neemt-licht-toe-dankzij-nieuwe-weiders
-
11
Vakdag om de bodem te leren kennen
Een melkveehouder kan nog zo veel kennis vergaren over weidegang op veengrond, als hij er op zijn bedrijf niet mee aan de slag gaat sorteert het geen effect. Daarom organiseer-den het Veenweiden Innovatie Centrum en PPP-Agro Advies een drietal Veenweiden- vakdagen.
Een onderzoeker van het Louis Bolk Instituut nam de zeventig deelnemers van de eerste vakdag mee het weiland in. Met een spade in zijn hand nam hij de aanwezigen letterlijk en figuurlijk mee naar de ondergrondse wereld van de grasplant. Het bodemleven, de beworteling en de bodemstructuur nam hij onder de loep. In een workshop moesten deelnemers ook zelf grondmonsters steken en de conditie van de bodem scoren. Op basis daarvan kunnen ze dan gerichtere keuzes voor bodembeheer maken.mede op het conto komt van het programma
Systeeminnovatie in de Veenweiden. Maar er
is meer nodig om weidegang daadwerkelijk
te verankeren in de bedrijfsvoering van
melkveehouders. Gelukkig staat de innovatie
rondom weidegang niet stil. Het virtueel
afrasteren van percelen is een voorbeeld van
modernisering van weidegang. Met dit soort
nieuwe kennis moet weidegang aantrekkelijk
blijven (of worden) voor het gros van de
melkveehouders. Want weidegang is meer
dan een kwestie van imago; steeds vaker
speelt het een rol van betekenis bij de
vermarkting van zuivelproducten.
> Aangehaalde rapporten• Systeeminnovatie Beweiden Veenweiden
• Economisch Weiden
• Robot en Weiden
• Voortgangsrapportage Convenant weidegang
Alle rapporten zijn te vinden via
www.veenweiden.nl/mediatheek/sid
http://edepot.wur.nl/412207http://edepot.wur.nl/260278http://stichtingweidegang.nl/images/RobotenWeiden/Eindproducten/RobotWeiden_Concepten_102015.pdfhttp://www.duurzamezuivelketen.nl/files/Voortgangsrapportage%20Convenant%20Weidegang%202016%20definitief.pdfhttp://www.veenweiden.nl/mediatheek/sid
-
12
ColofonUitgave VIC Zegveld, oktober 2017
Tekst: Tijmen van Zessen
Eindredactie en productie:
ImpactReporters, Utrecht
Foto’s: VIC Zegveld, Marten van Dijl,
Freek Mayenburg
Vormgeving: Studio 10, Amsterdam
Systeeminnovatie in de Veenweiden
Tussen november 2014 en juli 2017 voerde
het Veenweiden Innovatiecentrum (VIC) in
Zegveld het programma Systeeminnovatie
in de Veenweiden uit. VIC Zegveld schreef
dit programma in opdracht van Provincie
Zuid-Holland. Doel van het programma
was een antwoord geven op de specifieke
uitdagingen van het veenweidengebied zoals
bodemdaling, waterbeheer en emissies naar
lucht en water door onder andere het agra-
risch bedrijfsleven. Het programma wilde
zo bijdragen aan een duurzaam beheerd en
economisch gezond veenweidengebied.
Systeeminnovatie in de Veenweiden
omvatte vier hoofdthema’s:
• Veenweiden beweiden
• Sturen met water
• Aquatische landbouw
• Biomassa verwaarden
(de laatste twee thema’s zijn in de loop van
het project samengevat onder de titel:
Nieuwe Teelten).
Met onderzoek, experimenten, kennisde-
ling en innovatieve praktijkpilots bracht het
programma kansen in beeld, en liet ook
dwarsverbanden tussen de thema’s zien. VIC
Zegveld was verantwoordelijk voor de uitvoe-
ring van de projecten. Kennisinstellingen,
onderwijsinstellingen en maatschappelijke
organisaties voerden de meeste projecten uit.
Voor de presentatie van de belangrijkste
projectresultaten en inzichten heeft VIC
Zegveld drie themabrochures gemaakt,
waaronder deze. Systeeminnovatie in de
Veenweiden werd voor de helft gefinancierd
door Provincie Zuid-Holland. Overige bij-
dragen aan de projecten kwamen van andere
partijen. VIC Zegveld bedankt Zuid-Holland
en alle andere betrokkenen voor de steun aan
dit programma.
Het Veenweiden Innovatiecentrum (VIC)
VIC Zegveld werkt met, voor en ín de veen-
weiden aan integrale en innovatieve oplossin-
gen voor de specifieke opgaven in het gebied.
Kort gezegd jaagt het innovaties aan en
vergaart, bundelt en verspreidt kennis over
water, landbouw, bodem, natuur & biodiver-
siteit en klimaat & energie in de westelijke
veenweiden. Voor meer informatie:
zie www.veenweiden.nl.
http://www.veenweiden.nl