het landelijk platform ggz heeft van het ministerie van vws in 2006 het project programma lokale...
TRANSCRIPT
Het Landelijk Platform GGzheeft van het Ministerie van
VWS in 2006 het project Programma Lokale Versterking
toegewezen gekregen.
18 aangesloten organisatiesLandelijke stichting
zelfbeschadiging
SLKF
Balans
Ypsilon
LPR
NVA
Labyrint in Perspectief
St. Anorexia en Boulimia Nervosa
St. Borderline
Vo!ce
Impuls
Cliëntenbond
St. Pandora
Lfos
VMDB
Anoiksis
St. Weerklank
Landelijke Vereniging Ouders en Verwanten van Druggebruikers
Doelgroepen
Het programma Landelijke versterking werkt voor drie doelgroepen:
1. Geestelijke Gezondheidszorg (GGz);
2. Verslavingszorg (Vz);
3. Maatschappelijke opvang (MO) groepen.
Organisatie
Landelijk Service Centrum
Doel van het programma:
• verbreding draagvlak;
• samenwerking en solidariteit;
• beeldvorming en kennis.
Inhoud
LSC = Landelijk Service Centrum FO = FamilieorganisatiesIG = Initiatiefgroepen CO = Categorale organisaties
Provincie Groningen
De provincie Groningen heeft twee initiatiefgroepen:
1. Groningen;
2. Winschoten.
Daarnaast zijn er plaatselijke klankbordgroepen.
Structuur• De initiatiefgroep maakt plannen in het kader van de drie
doelstellingen van het programma.
• De initiatiefgroepleden zijn (kandidaat)WMO raadsleden.
• De familie-/categorale organisaties hebben zitting in- of zijn gesprekspartner van de initiatiefgroep.
• De projectmedewerker verzorgt de ondersteuning en is de verbindende schakel tussen de verschillende groepen.
• Alle onderdelen krijgen ondersteuning door de medewerkers van het Landelijk Service Centrum.
Doel Vertegenwoordiging in alle Wmo raden van
de 443 gemeenten of een volwaardige gesprekspartner zijn voor de GGz/MO/VZ/VO in gemeenten waar geen Wmo raad wordt opgericht.
Samenwerken
• De familie-/categorale organisaties hebben zelf veel expertise in huis.
• Daarom is samenwerken of deelnemen aan initiatiefgroepen door familie en categorale organisaties heel belangrijk.
Praktijk• De Wmo is nieuw voor gemeenten en voor
ons.
• Gemeenten waren en zijn tot op heden nog veel bezig met structuur.
• Dit jaar moet er een beleidsnota komen voor de komende jaren.
• Daarmee wordt de inhoudelijke inbreng belangrijk.
Wmo beleid
Tien prestatievelden.
Uitvoering• Familie- en categorale organisaties maken
hun eigen beleid in het kader van de Wmo.
• Hiervoor kan men gebruik maken van de medewerker voorzieningen en cliëntgestuurde projecten van het Programma Lokale Versterking.
Toekomst
• Wij werken samen met Zorgbelang, VCP en/of andere regionale cliëntenorganisaties.
• Hiermee hopen we na afloop van het project (31 december 2008) de voortgang te waarborgen.
Kansen• Gemeenten willen graag één
gesprekspartner namens de GGz. • De Wmo biedt kansen, laten we met z’n
allen proberen om zoveel mogelijk mensen weer mee te laten doen.
• Hier zullen we als PLV, familie en categorale organisaties, gemeenten en politiek gezamenlijk aan moeten werken en blijven werken.
Conclusie
Samenwerken om te komen tot acceptatie en participatie van mensen
met een (tijdelijke) psychische handicap en hun familie in de
maatschappij.