goed om weten 2011 _23022012_

59
Sociale gids MIVB ACV-Openbare Diensten mei 2014

Upload: ngoque

Post on 11-Jan-2017

243 views

Category:

Documents


4 download

TRANSCRIPT

Page 1: Goed om weten 2011 _23022012_

Sociale gidsMIVB

ACV-Openbare Diensten mei 2014

Page 2: Goed om weten 2011 _23022012_

1

I. WAT KAN JE VERDIENEN?

1. Aanwervingsbarema’s De volgende regels zijn van toepassing: - Arbeiders van de exploitatie aangeworven in barema 1.1. Na scholing, overgang naar barema 1.5 en daarna

overgangen naar de barema's 1.6, 1.7, 1.8 en 1.9. - Bedienden minstens barema 4B; daarna mogelijke overgang naar de barema's 5, 6, 7 en 8a. - Technische diensten, ongeschoold arbeider barema's 4 tot 9, geschoold arbeider van 5 tot 20. - Brigadiers barema's van 20 tot 21.91. - Kaderleden barema 8b tot 10a. - Studenten barema 2

2. Progressie in de barema’s

• Rijdend personeel

De progressie in de barema’s gebeurt in functie van de anciënniteit en het statuut (al dan niet benoemd in vast dienstverband) van de agent. Het rijdend personeel van de exploitatie worden aangeworven in het barema 1.5 en gaan vervolgens over naar de barema’s 1.6, 1.7, 1.8 en 1.9. Zie tabel hieronder :

1.1 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9

Benoemd in vast dienstverband

Scholing (6 weken)

Na scholing Na 2 jaren Na 10 jaren Na 20 jaren

Na 25 jaren

Niet benoemd in vast dienstverband

Scholing (6 weken)

Na scholing Na 2 jaren Na 13 jaren Na 23 jaren

• Agenten van de technische diensten

Ongeschoolde arbeiders of beperkte loopbaan*

Geschoolde arbeiders

Na evaluatie b 2.1 b 4.1 b 5.1 b 6.1 b 7.1 b 7.3 b 9 b 19 b 20

Gewoon arbeider

Geschoold arbeider

1°Gesch. Arbeider

Keur arbeider

1°keur arbeider

Student

Geschoold arbeider

0 Na 10 j. B 4.1

Na 10 j. B 5.1

Na 8 jaar B 6.1

Na 6 j. B 7.1

Na 4 j; B 7.3

0 0

1°Geschoold arbeider

0 Na 10 j. B 5.1

Na 8 jaar B 6.1

Na 6 j. B 7.1

Na 4 j. B 7.3

0 0

Keur arbeider

0 Na 8 jaar B 6.1

Na 6 j. B 7.1

Na 4 j. B 7.3

Na 6 j. B 9

0

1°keur arbeider

0 Na 6 j. B 7.1

Na 4 j. B 7.3

Na 5 j. B 9

Na 8 j. B 19

Evaluatie en functiegesprek in december ter voorbereiding van de evaluatie van het volgende jaar. Evaluatie voor de volgende graad vinden ieder jaar plaats in maart/april. De nieuwe graad begint op 1 mei.

* Een aantal functies zoals hulpmagazijnier, kuiser enz. worden in hun evolutie beperkt tot barema 9

Page 3: Goed om weten 2011 _23022012_

2

• Bedienden aangeworven na oktober 2003

De barema’s van de bedienden beginnen vanaf klasse 4b, vervolgens kan men overgaan naar de barema’s 5, 6, 7 en 8a via bevorderingsexamens, nieuwe functieomschrijving, behaalde diploma’s en ervaring. De barema’s van de kaderleden beginnen vanaf klasse 8b. Daarna kan men overgaan naar de barema’s 9 en 10a. De barema’s van het directiepersoneel beginnen vanaf de klasse 10b en gaan dan over naar barema’s 11, 12 en 13.

OPMERKING: De vlakke loopbanen (zonder promotie) van het personeel dat voor 1 oktober 2003 in functie is worden niet in vraag gesteld, zelfs niet wanneer zij in een te hoge functieklasse zitten als gevolg van de collectieve arbeidsovereenkomst met betrekking tot de loopbanen van het kaderpersoneel dat vanaf 1 oktober 2003 in dienst is getreden. Er dient opgemerkt dat de nieuw barema’s enkel toepassing zijn op het personeel dat voor 1 oktober 2003 is getreden wanneer de baremieke situatie wordt aangepast ten gevolge van een promotie, een functie-uitbreiding of een herpositionering van de bestaande functie naar een hogere klasse. Voor meer info in verband met de nieuwe en oude barema’s, gelieve het kantoor van de bestendige afgevaardigden ACV te contacteren op het nummer 02/515.27.72.

3. Premies (Zie bijlagen)

4. Anciënniteitspremie

Er worden anciënniteitspremie toegekend aan de agenten en dit vanaf 10 jaar tot 25 jaar anciënniteit. Dit gebeurt elke 5 jaar. De bedragen (waarde 2007) varieert van € 97,36 (10 jaar), € 566,28 (25 jaar) et € 603,20 (50 jaar).

5. Vakantiegeld

5.1. Arbeiders

Op basis van de bezoldigingen van het vorige jaar. Dit vakantiegeld bedraagt 15,38 % van de tijdens het vakantiedienstjaar aan de RSZ aangegeven bezoldigingen (aan 108 %), eventueel vermeerderd met een fictief loon voor de met arbeid gelijkgestelde dagen. Die 15,38 % stemt overeen met 4 weken dubbel vakantiegeld. Vanaf het vakantiejaar 2001 is er dus dubbel vakantiegeld voor de volledige 4 weken. Het fictief loon is gelijk aan het gemiddeld dagloon, berekend op basis van 100/108 van de brutolonen waarop de sociale bijdragen zijn berekend. Het vakantiegeld wordt uitbetaald door de vakantiekas van de werkgever voor wie de werknemer in het vakantiedienstjaar heeft gewerkt en dit op het ogenblik dat de hoofdvakantie genomen wordt, maar ten vroegste op 2 mei van het vakantiejaar. De werkgever moet die datum uiterlijk 6 weken op voorhand meedelen aan de bevoegde vakantiekas. Op het vakantiegeld worden volgende inhoudingen verricht :

- 1 % solidariteitsbijdrage die aangewend wordt voor de financiering van de gelijkgestelde dagen ingevolge militaire verplichtingen en stakingen;

- de RSZ-bijdrage van 13,07 % op het dubbel vakantiegeld, behalve op het deel ervan dat overeenstemt met het deel vanaf de 3de dag van de 4de week;

- 17,16 % of 23,22 % als bedrijfsvoorheffing, naargelang na de twee vorige inhoudingen het vakantiegeld al dan niet meer bedraagt dan € 1.240,00 (2011).

.

Page 4: Goed om weten 2011 _23022012_

3

5.2. Bedienden

Op het ogenblik dat de bediende zijn vakantie neemt, betaalt de werkgever hem het volgende uit : - de normale maandwedde die gewoon wordt doorbetaald; - een dubbel vakantiegeld, gelijk aan 1/12 van 92 % van die normale maandwedde, vermenigvuldigd met het

aantal effectief gewerkte of gelijkgestelde maanden tijdens het vakantiedienstjaar (heeft de bediende een heel jaar gewerkt, dan bedraagt dit dubbel vakantiegeld bijgevolg 92 % van dit maandloon).

Op het vakantiegeld worden volgende inhoudingen verricht :

- 13,07 % op het enkel én dubbel vakantiegeld, behalve op het deel van het dubbel vakantiegeld vanaf de 3de dag van de 4e week;

- een bedrijfsvoorheffing; voor het enkel vakantiegeld gelden de normale schalen, voor het dubbel vakantiegeld werden speciale percentages toegepast.

Vanaf het vakantiejaar 2001 wordt dus ook voor de volledige 4e week dubbel vakantiegeld betaald. Met premies zoals de dertiende maand of de eindejaarspremie wordt geen rekening gehouden. Indien de bediende op het einde van het vakantiejaar onmogelijk nog zijn recht op vakantie kan uitoefenen, namelijk wegens de opschorting van het arbeidscontract, dan betaalt de werkgever hem ten laatste op 31 december: Het vakantiegeld voor de niet-opgenomen dagen:

- het normale loon voor die dagen, op basis van het loon van december; - 92% van het loon van december, gedeeld door het aantal werkdagen volgens het arbeidsregime, en

vermenigvuldigd met het aantal niet-opgenomen dagen. Een «verrtrekvakantiegeld» wordt uitbetaald aan de bediende:

- Wiens contract ten einde loopt, wat ook de redenen of modaliteiten zijn; - Die zijn prestaties volledig stopzet in het kader van een tijdskrediet ;

Het « vertrekvakantiegeld» omvat:

- Het resterende vakantiegeld voor het lopende jaar ; - 15,34% van de (werkelijke of fictieve) brutolonen van het vakantiejaar, in voorkomend geval verminderd

met het enkelvoudig vakantiegeld betaald tijdens het reeds opgenomen verlof; - 15,34% van de (werkelijke of fictieve) brutolonen van het lopende jaar, die dus een voorschot zijn op het

vakantiegeld van het volgende jaar. Opmerking : voor de berekening van het vertrekvakantiegeld wordt rekening gehouden met de jaarlijks betaalde lonen (eindejaarspremie, enz..). De werkgever moet een vakantieattest afleveren waarin de elementen van de berekening zijn opgenomen. De werknemer overhandigt dit attest aan zijn nieuwe werkgever op het ogenblik dat hij zijn verlof neemt. De nieuwe werkgever berekent het verschuldigde vakantiegeld alsof de weknemer in het voorgaande jaar bij hel was tewerk gesteld, maar hij trekt van dat vakantiegeld het bedrag af dat de vorige werkgever had betaald als vervroegd vakantiegeld. Het bedrag dat in mindering wordt gebracht mag echter niet meer zijn dan het vakantiegeld dat door de werkgever zou verschuldigd zijn geweest indien de bediende effectief bij hem in het voorgaande jaar in dienst zou zijn geweest. Analoge regels zijn van toepassing wanneer de bediende als arbeider was tewerk gesteld tijdens het vakantiejaar. Wanneer een bediende arbeider wordt, moet er in principe geen compensatie zijn.

Page 5: Goed om weten 2011 _23022012_

4

6. De arbeidstijd op jaarbasis (art. 10.3 CAO 2.7.2003) Met de arbeidstijd op jaarbasis wil men het werk beter verdelen tussen de chauffeurs en de bestuurders en ervoor zorgen dat de gemiddelde arbeidsduur van 8 uur per dag wordt nageleefd in overeenstemming met de contractuele en conventionele verplichtingen. De dagprestaties kunnen variëren van minimum 7 uur tot maximum 8.39 uur. De CAO heeft de wekelijkse arbeidsduur beperkt tot 37.30 uur, maar met behoud van effectieve prestaties aan 40 uur per week en toekenning van compensatiedagen (ADV – 15 dagen/jaar voor de personeelsleden die na 2003 werden aangeworven en 16 dagen/jaar voor de anderen). De arbeidstijd op jaarbasis geldt enkel voor het rijdend personeel met een voltijds arbeidscontract.

Gepresteerde diensten, jaarlijkse vakantie, extralegaal verlof, AO, ziekte, verkeershinder (code 11/dienst minder dan 8 uur), feestdagen, lijnverkenning, te weinig rust, amplitude en recuperatie van de uren van het urenpakket, worden op de tijdsrekening ingebracht. Na de referteperiode van één jaar, moet die rekening op een saldo van 2.088 uur staan. Indien het saldo hoger is dan 2.088, dan wordt het verschil als volgt verrekend: 50% betaald en 100% (na aftrek van de codes 11) worden in het urenpakket gestort. Indien het saldo lager is dan 2.088, dan verliest het personeelslid niets en is het de werkgever die het verschil voor zijn rekening neemt.

De verplaatsingen (code 15), de verkeershinder (code 11-dienst 8 uur en +), fysiotherapie en kinesitherapie als gevolg van een AO, oproeping voor medisch onderzoek als gevolg van een AO, de uren aan de vooravond van een feestdag en de hitte-uren (in sommige gevallen) worden in het urenpakket opgenomen. Het urenpakket is ter beschikking van het personeelslid. Een minimum van 16 uur per jaar en een maximum van 24 uur per jaar moeten echter ter beschikking blijven van de werkgever.

Recuperatie van de (over)uren –Arbeiders en bedienden in vast uurrooster

Urenpakket

0073 (overuren) Te recupereren + 50% betaald Max. 20 u overdraagbaar naar volgend jaar. Rest wordt afgerekend in januari en uitbetaald

0074 (dag voor feestdag / warmte uur

Te recupereren

7. Toeslagen Vergoedingen voor prestaties op zondagen, feestdagen en compensatiedagen voor feestdagen die op een zondag vallen (= de vorige zaterdag). 100 % van de duur van de prestaties verricht tussen 0 en 24u.

Vergoedingen voor nachtwerk (van 18 tot 6u.) Arbeiders Brigadiers Bedienden

a. nachtprestatie besturen voertuig, mezzanine 20% - -

b. volledige nachtdienst (duur van 8h, de prestatie overlapt het 27e uur) 40% 40% 40%

c. volledige nachtdienst buiten (idem) 50% 40% 40%

d. controleurs en chefs- controleurs - - 20 %

e. hoodfdepkl, operateurs op computer - - 20 %

f. werk in opeenvolgende ploegen (18u/06u behalve volledige nachtprestatie)

30 % 30 % 30 %

g. andere gevallen 30 % 20% 20%

opm. : brig. & surv.: minimum % van loontrekkenden die ze omkaderen

Page 6: Goed om weten 2011 _23022012_

5

8. Eindejaarspremie Definitie

De eindejaarspremie is een bijkomende vergoeding of bezoldiging die jaarlijks wordt toegekend aan de werknemers op basis van het werk dat het jaar voordien werd gepresteerd in de onderneming. Bij de MIVB wordt de toekenning van de premie geregeld door een CAO (CAO van 14 april 1977).

Wie heeft recht op een eindejaarspremie?

- Alle personeelsleden (bedienden, kaderleden, arbeiders, directiepersoneel) in dienst op 1 december; - Ontvangen de premie ook naar evenredigheid van het aantal gepresteerde maanden:

• de rechthebbenden van de personeelsleden die tijdens het jaar overleden zijn;

• de personeelsleden die zijn ontslagen voor andere dan tuchtredenen (met inbegrip van de personeelsleden die ontslagen werden omdat ze medisch ongeschikt zijn geworden voor hun functie);

• de werknemers met een contract van bepaalde duur.

Hoe wordt de premie berekend?

Het bedrag van de premie wordt naar evenredigheid berekend in functie van: - de som van het aantal "gepresteerde" dagen van 1 december van het vorige jaar tot 30 november van het

lopende jaar; - het barema van de lopende maand november dient als basis; - voor de personeelsleden met een arbeidscontract van beperkte duur: het aantal dagen /365 (met een minimum

van 14 dagen); - voor de deeltijdse personeelsleden: idem als voor de voltijdse personeelsleden (effectief gepresteerde dagen +

gelijkgestelde dagen) naar evenredigheid van de betalingscoëfficiënt - de studenten (tewerkgesteld op basis van een arbeidscontract voor studenten tijdens de zomermaanden) hebben

geen recht op een eindejaarspremie. De studenten die op basis van een gewoon arbeidscontract werken tijdens het jaar hebben echter wel recht op de eindejaarspremie (naar evenredigheid van de prestaties).

Noteer dat enkel rekening wordt gehouden met de functie die op het einde van het jaar wordt uitgeoefend. Wanneer de functie wijzigt in de loop van het jaar, wordt rekening gehouden met de laatst uitgeoefende functie (voor het barema van november)

Ogenblik van betaling

De eindejaarspremie van de arbeiders, bedienden en kaderleden wordt rond 20 december van elk jaar uitbetaald, samen met de definitieve bezoldiging van november. Het directiepersoneel krijgt de eindejaarspremie uitbetaald eind december, met de bezoldiging van december. De eindejaarspremie wordt als een bezoldiging beschouwd. Dit betekent dat de gewone bijdragen voor de sociale zekerheid worden toegepast. Ze worden op dezelfde manier berekend als voor de maandwedde. Voor de bedrijfsvoorheffing wordt de eindejaarspremie als een buitengewone toelage beschouwd, wat een afzonderlijke berekening rechtvaardigt.

Page 7: Goed om weten 2011 _23022012_

6

II. HOE EN WANNEER KAN MEN BEVORDEREN? Sinds de ondertekening van de CAO van 31 maart 2006 betreffende de nieuwe overgangsbepalingen voor de functie- en loopbaanclassificatie van de bedienden en kaderleden, is het voortaan mogelijk examens af te leggen voor bevordering in een andere dienst dan de dienst van oorsprong. Er zal geen barrière meer zijn tussen de techniek, de exploitatie, infrastructuur, enz. … wat betekent dat iedereen de proeven kan afleggen indien aan de basisvoorwaarden is voldaan.

1. Wat zijn de grote principes van de functie- en loopbaanclassificatie van de bedienden en

kaderleden?

• Behoud van de bestaande vlakke loopbanen (buiten bevordering) voor de bedienden en de kaderleden die vóór

1 oktober 2003 zijn aangeworven;

• Herpositionering van de functies naar boven;

• Mogelijke verhoging van 5% indien de functie wordt uitgebreid;

• Verveelvoudiging van de bevorderingsmogelijkheden: - Overgang naar een hogere klasse (10% verhoging); - Mogelijkheid om af te wijken van de basisvoorwaarden in verband met de anciënniteit en het

taalexamen, na akkoord van de vakbonden (versnelde procedure); - Vereenvoudiging van de procedures; - Invoering van bekwaamheidsproeven voor alle functies die bijzondere gedragsvoorwaarden vereisen

zoals managerkwaliteiten (assessment); - Oprichting van een systeem dat de interne billijkheid garandeert en dat bijdraagt tot het wegwerken van

discriminaties; - Regularisatie van bepaalde situaties van arbeiders in bediendenfuncties.

2. Wat zijn de definitie en de gevolgen van de mechanismen van de functieclassificatie? Als gevolg van de CAO van 31 maart 2006, is elke functie geklasseerd in de functiematrix met inachtneming van haar relatieve gewicht in de organisatie van de onderneming en de verantwoordelijkheden die ze heeft. Men voorziet in 3 mogelijkheden van loopbaanevolutie in het kader van de functieclassificatie:

2.1. De positionering van een functie

De positionering is de klassering van een functie in een functieklasse die overeenstemt met het huidige loonbarema.

2.2. De herpositionering van een functie

De herpositionering van een functie is de klassering van een functie in een klasse waarvan het loonbarema hoger ligt dan het huidige loonbarema, terwijl de functie geen enkele wijziging van verantwoordelijkheden heeft ondergaan, noch wijzigingen van verantwoordelijkheden die de overgang naar een hogere functieklasse zouden rechtvaardigen.

Kenmerken:

Die overgang naar de nieuwe barema's gebeurt met behoud van het oude statuut voor het personeel dat vóór 1 oktober 2003 werd aangeworven. Bij de overgang naar de nieuwe barema's wordt er rekening gehouden met de vaste premies en ook met de volgende stap van de evolutie van de vlakke loopbaan (binnen een termijn van 4 jaar) in de oude barema's. De premies voor een geslaagd examen en de premies voor waarneming van een functie komen in dit proces niet aan bod en worden behouden.

Page 8: Goed om weten 2011 _23022012_

7

2.3. Functie-uitbreiding

Het verantwoordelijkheidsveld van een functie kan worden uitgebreid als gevolg van een herverdeling van de verantwoordelijkheden of van de invoering van een nieuwe procedure. Wanneer de verantwoordelijkheden van een functie worden uitgebreid en deze functie dus wordt gepositioneerd in een hogere klasse, spreekt men van een functie-uitbreiding.

Kenmerken:

De uitbreiding is mogelijk indien betrokkene de functie ministens twee jaar heeft uitgeoefend vóór de uitbreiding. In dat kader voorziet men in een verhoging van 5% op voorwaarde dat de houder van de functie slaagt voor een bekwaamheidsproef voor die uitgebreide functie. Die overgang gebeurt in de nieuwe barema's met behoud van statuut voor het personeel dat vóór 1 oktober 2003 is aangeworven.

3. De bevorderingen vanaf klasse 4b tot 8a:

Er zijn 3 bevorderingskanalen binnen de MIVB:

3.1. Het kanaal van de exclusief interne bevordering:

Het gaat hierbij over een selectie van uitsluitend interne kandidaten voor wie momenteel nog een vergelijkend examen wordt georganiseerd tot en met functieklasse 8a. De publicatie van de diverse examens gebeurt via een mededeling aan het personeel.

Kenmerken:

- Organisatie van een vergelijkend examen; - Verhoging van 10% voor de geselecteerde kandidaat; - Toekenning van een premie voor een geslaagd examen indien de resultaten van de kandidaten maximum

10% verwijderd zijn van de resultaten van de laureaat; - Er wordt een wervingsreserve (3 jaar) aangelegd van de geslaagde kandidaten.

3.2. Het kanaal van de niet exclusief interne bevordering:

Voor deze wervingsprocedure wordt een beroep gedaan op externe kandidaten via wervingsadvertenties of andere kanalen en worden de selectietechnieken eigen aan de werving (technische tests, gesprekken, persoonlijkheidstests, ...) toegepast, maar ook interne kandidaten kunnen hieraan deelnemen. Deze procedure wordt ingesteld voor alle functies, met uitzondering van de functies waarvoor traditioneel een vergelijkend examen wordt georganiseerd. De vakante betrekkingen worden via flash-job bekendgemaakt.

Kenmerken:

- Geen vergelijkend examen; - Verhoging van 10% voor de geselecteerde kandidaat; - Geen premie voor een geslaagd examen; - Geen wervingsreserve van de geslaagde kandidaten.

3.3. Het kanaal van de versnelde bevordering:

Die procedure wordt ingesteld: - wanneer geen enkele kandidaat beantwoordt aan de anciënniteits- of taalvoorwaarden. - Geen enkele kandidaat is geslaagd voor de selectietests. - Wanneer een reorganisatie (wijziging van de structuren, nieuwe functies) snel de aanwijzing vereist van een

(of meerdere) titularis(sen) die niet noodzakelijk voldoet (voldoen) aan de anciënniteits- en taalvoorwaarden.

Die afwijkende bepalingen worden via flash-job gepubliceerd. .

Page 9: Goed om weten 2011 _23022012_

8

Kenmerken:

- Ze impliceert automatisch dat externe kandidaten kunnen solliciteren voor deze betrekking, maar het principe dat voorrang geeft aan interne promotie blijft gelden.

- Er wordt geen slaagpremie toegekend en er wordt geen wervingsreserve aangelegd.

- De versnelde bevordering wordt geconcretiseerd door de overgang naar een stageperiode, mits een verhoging van 5% in het barema van de functie (beperkt tot het maximum van het barema van de klasse) en ten opzichte van het baremaniveau van de vorige functie. Na afloop van de stage en in geval van een positieve evaluatie, volgt de toekenning van het volledige barema van de bevordering. Als de kandidaat niet voldoet aan de anciënniteitsvoorwaarde, dan behoudt hij het oude statuut, voor zover hij dat statuut daarvoor al had. Als de kandidaat niet aan de taalvoorwaarde voldoet, dan gaat hij over naar het nieuwe statuut.

- Het personeelslid dat niet slaagt voor het taalexamen binnen de gestelde termijn, geniet de 5% die voorzien is aan het einde van de stageperiode niet en zijn bezoldiging zal slechts evolueren volgens de anciënniteit in het barema van zijn vorige functie totdat hij slaagt voor het taalexamen.

4. De bevorderingen vanaf klasse 8b De bevordering naar klasse 8b gebeurt na evaluatie en met een stijging van 10% wanneer het gaat om een overgang naar de omkadering. Wanneer de omkadering bestaat uit een functie van verantwoordelijke van klasse 8b en van adjunct van klasse 8a, is er geen automatische overgang op basis van een evaluatie naar klasse 8b. De overgang naar de klassen 9 en 10a gebeurt op basis van technische vereisten, van de competentiebalans, van de evaluatie van de prestaties en, in voorkomend geval, van een test naar gedragbekwaamheden.

5. Evaluatieregeling In het kader van de nieuwe classificatie werd ook een evaluatieregeling ingevoerd die het mogelijk maakt in de baremaschaal te evolueren en toch in de functieklasse te blijven. De termijnen voor de overgang van één baremaschaal naar de andere zijn afhankelijk van de tweejaarlijkse evaluatie waarin is voorzien voor de bedienden. Het ritme van de vooruitgang hangt af van de evaluatie en van de minimale termijnen. Hieronder vindt u een samenvattende tabel van die regels:

EVALUATIE C D E

TERMIJNEN

Basis naar kwalificatie 6 JAAR 5 JAAR 4 JAAR

Kwalificatie naar meesterschap 7 JAAR 5 JAAR 4 JAAR

Meesterschap naar deskundigheid 9 JAAR 7 JAAR 6 JAAR

Een evaluatie B "zwak" of A "onvoldoende" verlengt de hierboven vermelde termijnen.

6. Evaluatieregeling van de kaderleden

EVALUATIE C D E

TERMIJNEN

Kwalificatie naar meesterschap 7 JAAR 5 JAAR 3 JAAR

Meesterschap naar deskundigheid 9 JAAR 7 JAAR 5 JAAR

Een evaluatie B "zwak" of A "onvoldoende" verlengt de hierboven vermelde termijnen.

De bevorderingsregelingen en de formulering van de conventie zijn vrij complex. Aarzel dan ook niet om bijkomende informatie te vragen op het bureau van de ACV-vrijgestelden. De evaluatie gebeurt jaarlijks.

Page 10: Goed om weten 2011 _23022012_

9

III. KREDIETUREN IN HET KADER VAN DE SOCIALE PROMOTIE

1. Wat? De MIVB past een conventioneel systeem toe van vergoeding sociale promotie (nieuwe benaming van kredieturen) waarbij elke belangstellende die nog geen 40 jaar is, na elk trimester een vergoeding sociale promotie kan aanvragen of in één keer op het einde van het schooljaar. Om aan de examens deel te nemen, kan hij maximum 6 dagen verlof per jaar krijgen. De 40-plussers kunnen tot 6 dagen verlof terugkrijgen nadat ze een getuigschrift van regelmatige aanwezigheid hebben ingediend en ook een bewijs dat ze voor het examen zijn geslaagd. Ze moeten verlofdagen hebben gebruikt voor de voorbereiding van hun examens op het einde van het jaar en ze hebben geen recht op financiële vergoedingen.

Opmerkingen:

a) Die verloven worden enkel toegekend nadat een getuigschrift van regelmatige aanwezigheid is overhandigd. Bijkomende verlofdagen kunnen worden toegekend indien die 6 dagen niet volstaan (bijvoorbeeld bij een opleiding van het type graduaat, master, lange technische opleiding, enz.) zodat het personeelslid zich kan vrijmaken voor de examens op het einde van het schooljaar.

b) Voor het indienen van de vereiste documenten moeten termijnen worden nageleefd (documenten i.v.m. de inschrijving, regelmatige aanwezigheid en geslaagd examen).

c) Een getuigschrift van de school met de data van de examens moet bij de verlofaanvraag worden gevoegd. d) Het verlof kan enkel worden toegekend indien het verenigbaar is met de goede werking van de dienst (akkoord

van de verantwoordelijke).

e) Het educatief verlof moet vóór of tijdens de examens worden opgenomen.

2. Wie zijn de begunstigden?

- De arbeiders, de bedienden, de kaderleden moeten minstens 6 maanden goede dienst tellen.

- De cursussen moeten verband houden met de functie binnen de maatschappij.

3. Aanvraagprocedure om de kredieturen te kunnen genieten

Wat moet u doen?

Om kredieturen of vergoedingen te kunnen genieten, moeten de personeelsleden volgende documenten bezorgen aan HR-opleidingen binnen de opgegeven termijnen:

• vóór 15 oktober: 1° het inschrijvingsdocument van de cursus met vermelding van het aantal cursussen van het jaar; 2° eventueel, een getuigschrift dat bewijst dat één of meer jaren avondlessen met vrucht zijn gevolgd;

• vóór 31 januari: het getuigschrift van regelmatige aanwezigheid van het 1ste trimester;

• vóór 16 mei: het getuigschrift van regelmatige aanwezigheid van het 2de trimester;

• vóór 1 oktober van het volgende schooljaar: getuigschrift van regelmatige aanwezigheid en getuigschrift van geslaagd examen.

Enkel de effectief gevolgde lesuren komen in aanmerking voor de vergoeding sociale promotie.

Page 11: Goed om weten 2011 _23022012_

10

Basisregel

Het aantal jaar dat vroeger werd gevolgd, bepaalt de berekening van de vergoeding sociale promotie. Inderdaad:

• Het eerste jaar cursus geeft recht op een krediet van 1/4 van het aantal effectief gevolgde uren.

• Het tweede jaar cursus geeft recht op een krediet van 1/2 van het aantal effectief gevolgde uren.

• Vanaf het derde jaar cursus, wordt het totaal aantal gevolgde uren in rekening genomen voor de berekening van de financiële vergoedingen

4. Op welke manier worden de verlofdagen berekend in het kader van de vergoedingen sociale

promotie (contingent 0085)? Van de uren die in aanmerking komen, kan de helft in verlof worden genomen (met een maximum van 6 dagen per schooljaar). Het saldo aan uren wordt uitbetaald na indiening van het getuigschrift van regelmatige aanwezigheid van het 3de trimester en van het getuigschrift van geslaagd examen.

Page 12: Goed om weten 2011 _23022012_

11

IV. ANDERE VOORDELEN 1. Kledingsfonds

Effectieve personeelsleden of als dusdanig beschouwde personeelsleden hebben naargelang van hun functie recht op een toelage van het kledingfonds. De personeelsleden krijgen toelagen volgens hun functie. Naargelang van de toelage die men ontvangt, moet men rekening houden met het bedrag dat voorbehouden is voor uniformkledingstukken of voor werkkledij en veiligheidsschoenen. Alle personeelsleden die een uniform moeten dragen krijgen een driemaandelijkse vergoeding van € 15,00 voor de onderhoudskosten. Elk nieuw personeelslid krijgt een basisuitrusting. Hij vervangt die geheel of gedeeltelijk, rekening houdend met zijn individuele rekening en in functie van zijn behoeften. Er is een groot gamma van artikelen opgenomen in een catalogus die verkrijgbaar is op alle tewerkstellingsplaatsen. Deze kan men zich aanschaffen in de winkel van het kledingfonds, Birminghamstraat 200 (complex Demets) te Anderlecht (tussen 08.00/11.30 en 13.00/16.00u.). Tel. 02/515.27.28. of 27.29. Men kan ook bestellen d.m.v. bestelbons die beschikbaar zijn op de werkplaatsen waar de bestellingen geleverd zullen worden. Deze premie wordt geïndexeerd zoals dat voor de andere premies gebeurt.

2. Maaltijdcheques Per werkdag wordt er aan de MIVB-personeelsleden een maaltijdcheque toegekend mits het personeelslid een bijdrage betaalt van € 1,09 (bedrag 2011) per cheque. De maaltijdcheque bedraagt thans (bedrag 2011) € 7 per werkdag (gemiddeld 18 cheques per maand). Het nationaal sociaal fonds kent een vergoeding van € 4,91 per dag toe aan de personeelsleden die ziek zijn of het slachtoffer zijn van een arbeidsongeval

3. Vrijverkeerkaart

Volgende personen kunnen aanspraak maken op een vrijverkeerkaart die geldig is op het MIVB-net, alsook De Lijn en de TEC : (1) de actieve personeelsleden van de maatschappij; (2) de bruggepensioneerde en gepensioneerde personeelsleden; (3) de echtgenoten, samenwonenden en kinderen ten laste waarvoor kinderbijslag betaald wordt van de actieve en

gepensioneerde personeelsleden

4. Abonnement MTB Actieve, bruggepensioneerde en gepensioneerde personeelsleden en één rechthebbende kunnen een gratis MTB-abonnement aanvragen.

Page 13: Goed om weten 2011 _23022012_

12

5. Treintickets

- De personeelsleden, de gepensioneerden en hun rechthebbenden kunnen 2de

klasse treintickets aanschaffen, geldig van een Belgisch station tot een Belgisch station:

- een retourkaartje: € 14,80 (bedrag 2011);

- een enkeltje: € 7,50.

6. Hitte-uren

Om de hitte-uren te kunnen genieten, moet men tegelijk aan drie voorwaarden voldoen: 1- De temperatuur geregistreerd op het meteorologisch instituut van Ukkel overschrijdt 27°C. 2- Een effectieve prestatie van minstens 4uur. 3- De werkplek is niet uitgerust met airco of met een gelijkaardig systeem dat het mogelijk maakt de temperatuur

constant te houden. Wanneer die drie voorwaarden aanwezig zijn, wordt één uur dienstvrijstelling toegekend aan de werknemers, ofwel op de dag van het ongemak, ofwel later. Het hitte-uur wordt niet meer toegekend aan werknemers die in een omgeving kunnen werken die is uitgerust met airco. Wanneer de airco echter ernstig defect is, wordt het hitte-uur toch toegekend in volgende gevallen:

- Gebouw: bij een defect van 1 dag. - Kiosk en Bootik: bij een defect van 4 uur. - Besturing: wanneer het defect aan de airco van het voertuig wordt vastgesteld door de technische dienst (1

ste

trap RM-BU). Uitzondering: de personen die administratief verbonden zijn aan een gebouw uitgerust met airco, maar die hun activiteit buiten beoefenen (werf), kunnen het hitte-uur genieten. Besturing: de bestuurders van de trams 3000-4000, de bussen A330-CITARO en de BOA-metrostellen, genieten geen hitte-uur, behalve wanneer een defect wordt vastgesteld en gemeld door RM-BU. Voor de andere voertuigen is het hitte-uur wel nog van toepassing. De lijst gebouwen, werkplaatsen, kantoren of depots uitgerust met airco is op aanvraag beschikbaar bij uw lokaal afgevaardigden. De lijst kan worden uitgebreid met andere werkplekken indien aan de arbeidsvoorwaarden op het vlak van de hitte wordt voldaan. De lijst kan ook worden ingekort indien er permanente structurele defecten worden vastgesteld. In elk geval kan de lijst enkel worden gewijzigd na overleg met de vakbonden en mededeling op het CPBW.

7. Uur vóór een wettelijke feestdag

Is van toepassing voor alle personeelsleden die moeten prikken (soepele uurregeling en technisch personeel). De personeelsleden mogen, zonder toestemming van de hiërarchie, één uur vroeger vertrekken (één uur vroeger dan het einde van de stamtijd) op de vooravond van een feestdag. Er komt dan één uur in de pot uren vooravond feestdag / hitte-uren (code 74). Voor de personeelsleden van de exploitatie wordt code 73 gebruikt voor het uur op de vooravond van een wettelijke feestdag.

Page 14: Goed om weten 2011 _23022012_

13

Te vervullen voorwaarden :

Voor het personeel in glijdend uurrooster

Een minimale dagprestatie van 6u30 uitgevoerd hebben (effectieve werkduur van 6u30) ; Een dagprestatie van niet meer dan 9u gepresteerd hebben (met inbegrip van het uur voor een wettelijke feestdag). Een overschrijding van 5 minuten is toegestaan, m.a.w. wanneer u badge tussen 8u00 en 8u05, dan kan het uur daags voor een feestdag worden toegekend (voor zover aan de andere voorwaarden is voldaan).

Voor iedereen Aanwezig zijn op het werk daags voor de feestdag.

Voor de agenten die deeltijds werken in het kader van een tijdskrediet:

Het uur dat in het contingent 74 wordt gezet wordt aangepast à rato van het wekelijks arbeidsregime.

8. Compensatie bloed en plasmagift

Als de gift gebeurt tijdens de diensturen, krijgt de donor de nodige tijd met een maximum van 2u30. Als de gift gebeurt buiten de dienst uren, krijgt de donor een forfait van 2u30.

9. Sportkring

In de maatschappij bestaat er een zeer actieve sportkring die vele activiteiten organiseert, zoals voetbal ,schaken, vissen , fotografie, filatelie, informatica,biljart, tennis, fietsen,enz… (www.mivbsport.be).

10. Sociale dienst Er staat een sociale diens te uwer beschikking voor alle sociale problemen die u zou kunnen tegenkomen. Op de verschillende plaatsen van tewerkstelling zijn er sociale raadgeefsters (zie bijlage: lijst van de sociale raadgeefsters ).

11. Vakbondspremie Samen met de uitbetaling van de eindejaarstoelage (december) wordt u een legitimatiekaart overhandigd. Alle leden van een vakorganisatie die in orde zijn met hun bijdragen en die hun legitimatiekaart bezorgen aan hun afgevaardigde of aan het bureau van de permanenten hebben recht op een syndicale premie. Deze wordt uitbetaald de laatste dinsdag van de maand januari.

12. Solidariteitskas De solidariteitskas verzekert een tussenkomst van maximaal 75 euro in het geval van een verkeersboete opgelopen met een bus of tram tijdens de diensturen en waarvoor de maatschappij niet of gedeeltelijk tussenkomst. Bij de eerste boete wordt een gegarandeerde tussenkomst van maximaal 75,00 euro voorzien, bij een tweede boete in het zelfde jaar is er een garantie van 35,00 euro en bij een derde boete in het zelfde kalenderjaar 20,00 euro. De bijdrage aan het fonds gebeurt door middel van een vermindering van 6 euro van de syndicale premie.

Page 15: Goed om weten 2011 _23022012_

14

V. VERLOF

1. Verlofdagen Voor de agenten in de beurtrol moet verplicht rekening gehouden worden met de volgende bepalingen.

• Twee maal 52 dagen, voor de zaterdagen en zondagen, dus 104 dagen

• Tien wettelijke feestdagen o Nieuwjaar (01 januari) o Paasmaandag (veranderlijk) o Feest van de Arbeid (01 mei) o O.-L.-H. Hemelvaart (veranderlijk) o Pinkstermaandag (veranderlijk) o Nationale Feestdag (21 juli) o O.-L.-V. Hemelvaart (15 augustus) o Allerheiligen ( 01 november) o Wapenstilstand (11 november) o Kerstdag (25 december)

2. Jaarlijkse vakantie

2.1. Algemeen principe

Het aantal vakantiedagen wordt vastgesteld op basis van het bij de RSZ, voor het vakantiedienstjaar, aangegeven aantal dagen normale werkelijke arbeids- of gelijkgestelde inactiviteitsdagen die met dagen normale werkelijke arbeid worden gelijkgesteld. Bij deeltijdse prestaties, dit is een tewerkstelling die minder dan 5 of 6 dagen per week omvat, is de vakantieduur in verhouding tot de deeltijdse prestaties.

2.2. Maximum duur waarop een werknemer recht heeft

Het maximum aantal wettelijke vakantiedagen waarop een werknemer recht kan hebben is vastgesteld op 24 arbeidsdagen of vier vakantieweken, per vakantiejaar, bij een tewerkstelling in het zesdagenweekstelsel. Dit aantal wordt teruggebracht tot 20 dagen bij een tewerkstelling in de vijfdagenweek, tot 16 dagen bij een tewerkstelling in het vierdagenweekstelsel. Personeelsleden die na 1 oktober 2003 werden aangeworven hebben recht op 15 dagen. Wanneer een werknemer in de loop van het vakantiedienstjaar voltijdse prestaties had en deeltijds werkt bij het opnemen van zijn wettelijke vakantiedagen, is het maximum aantal wettelijke vakantiedagen waarop hij recht heeft steeds beperkt tot vier vakantieweken in het arbeidsregime waarin hij werkt op het ogenblik dat hij vakantie neemt. Schakelt een werknemer over van een deeltijdse naar een voltijdse werkregeling, dan is het aantal wettelijk betaalde vakantiedagen in verhouding tot zijn deeltijdse prestaties in de loop van het vakantiedienstjaar.

Noot:

Het aantal vakantiedagen waarop de arbeider recht heeft wordt, op het rekeninguittreksel dat de arbeider of leerling-arbeider ontvangt van het vakantiefonds dat zijn vakantiegeld uitkeert, uitgedrukt in het vijfdagenweekstelsel, eventueel met twee decimalen. Het aantal vakantiedagen waarop een bediende recht heeft wordt vastgesteld op basis van 2 vakantiedagen per gepresteerde maand. Bij een onvolledige maandprestatie is de werkgever niet verplicht hiermee rekening te houden.

Page 16: Goed om weten 2011 _23022012_

15

3. Extrawettelijke verloven: vrije keuze (code 079) Die verloven zijn: anciënniteitsverlof, verlof "tweede taal", extrawettelijke feestdagen, verlof toegekend voor de overschrijding van 40 uur per week.

1. De extrawettelijke verloven worden bezoldigd. 2. Het globaal aantal toegekende dagen wordt in 12den berekend naar evenredigheid van de aanwezigheid tijdens

het jaar. Na afsluiten van het jaar herberekent de dienst 'tijdsbeheer' het aantal verlofdagen waarop de werknemer echt recht heeft in functie van zijn aanwezigheid op het werk tijdens het voorbije jaar. Het aantal onbezoldigde verlofdagen dat tijdens het vorige jaar werd genomen (vanaf de 11

de dag), kan het recht

op extrawettelijk verlof beperken.

3.1. Het anciënniteitsverlof

Oud statuut

Het personeelslid heeft in functie van de anciënniteit in de maatschappij, recht op maximum 5 dagen anciënniteitsverlof. ���� Ancienniteit van 0 tot 20 jaar

Anciënniteit Aantal dagen

van 0 tot < 5 jaar van 5 tot < 10 jaar

van 10 tot < 15 jaar van 15 tot < 20 jaar

0 dagen 1 dag

2 dagen 3 dagen

Naargelang de datum van indiensttreding van het personeelslid, wordt toegevoegd:

• 1 dag indien de anciënniteitsdatum vóór 1 juli valt of ermee samenvalt

• 0 dagen indien die datum na 1 juli valt. ���� Ancienniteit + 20 jaar

Naargelang de datum van indiensttreding van het personeelslid, wordt toegevoegd:

• 2 dagen als de verjaardagsdatum vóór 1 juli valt of ermee samenvalt

• 1 dag als de verjaardagsdatum na 1 juli valt en vóór 1 oktober of ermee samenvalt

• 0 dagen als de verjaardagsdatum na 1 oktober valt.

Nieuw statuut

Naargelang hun anciënniteit bij de maatschappij, hebben de werknemers recht op een veranderlijk aantal dagen anciënniteitsverlof (maximum 3).

Anciënniteit Aantal dagen

van 0 tot < 7 jaar van 7 tot < 14 jaar

van 14 tot < 21 jaar van 21 jaar en > meer

0 dagen 1 dag

2 dagen 3 dagen

Naargelang de datum van indiensttreding van het personeelslid, moet men hieraan toevoegen:

• 1 dag als de anciënniteitsdatum vóór 1 juli valt of ermee samenvalt;

• 0 dagen als die datum na 1 juli valt.

Page 17: Goed om weten 2011 _23022012_

16

3.2. Het verlof "tweede taal”

Alle personeelsleden krijgen jaarlijks 3 dagen verlof onder de vorm van kredieturen om hun kennis van de tweede landstaal bij te schaven. De personeelsleden hebben nog recht op die dagen ook nadat ze geslaagd zijn voor het taalexamen.

3.3. De extrawettelijke feestdagen

Oud statuut

Al het personeel van de MIVB krijgt extrawettelijke feestdagen ter gelegenheid van 2 november en 26 december, dit zijn 2 "lokale" verlofdagen voor de bedienden. Het personeelslid kan die twee dagen ofwel vrij nemen, ofwel worden ze vastgelegd op 2 november en 26 december, ofwel worden ze gepland in de periodieke beurtrol van het personeelslid. Voor de personeelsleden met een glijdende uurregeling: die twee dagen worden ambtshalve vastgelegd op die twee data. Voor de bedienden met een vaste uurregeling: die twee dagen worden ambtshalve vastgelegd op die twee data. Voor de bedienden in de beurtrol: het personeel van de ateliers, garages en depots kan die twee dagen naar keuze nemen of ze worden vastgelegd in hun periodieke beurtrol. Voor de arbeiders in de kantoren: die twee dagen worden ambtshalve vastgelegd op die twee data (die personen werken 6 minuten extra per dag om recht te hebben op die dagen). Wanneer één (of meer) van die ambtshalve vastgelegde dag(en) samenvalt (samenvallen) met een reguliere rust (zaterdag of zondag), dan zal de ondernemingsraad een nieuwe datum vastleggen. Nieuw statuut

Al het personeel heeft recht op 3 extrawettelijke feestdagen ter gelegenheid van 2 november, 26 december en een dag naar keuze. Het personeelslid kan die dagen ofwel vrij nemen, ofwel worden ze ambtshalve vastgelegd op 2 november, 26 december en een dag naar keuze, ofwel worden ze in de periodieke beurtrol van het personeelslid opgenomen. Voor de personeelsleden met een glijdende uurregeling: die drie dagen worden ambtshalve vastgelegd op 2 november, 26 december en een dag naar keuze. Voor de bedienden met een vaste uurregeling: die drie dagen worden ambtshalve vastgelegd op 2 november, 26 december en een dag naar keuze. Voor de bedienden in de beurtrol: het personeel van de ateliers, garages en depots kan die drie dagen naar keuze nemen of ze worden vastgelegd in hun periodieke beurtrol. Voor de arbeiders in de kantoren: die drie dagen worden ambtshalve vastgelegd op 2 november, 26 december en een dag naar keuze (die personen werken 6 minuten extra per dag om recht te hebben op die drie dagen). Wanneer één (of meer) van die ambtshalve vastgelegde dag(en) samenvalt (samenvallen) met een reguliere rust (zaterdag of zondag), dan zal de ondernemingsraad een nieuwe datum vastleggen.

3.4. De 3 dagen 40.30 u. per week (bedienden)

De bedienden werken 40.30 uur per week. Voor de overschrijding van de wettelijke duur van 40 uur per week, krijgen ze 3 dagen verlof per jaar. Die dagen worden onder code 0079 ingebracht. Opgelet: sommige arbeiders volgen om arbeidsorganisatorische redenen de regeling van de bedienden. In dergelijk geval genieten ze ook die 3 dagen.

Page 18: Goed om weten 2011 _23022012_

17

Als, na herberekening, het aantal toegekende verlofdagen kleiner is dan het aantal werkelijk opgenomen verlofdagen, dan verwittigt de CRH de dienst die op zijn beurt zal overgaan tot: - Hetzij een recuperatie op de limiet van het lopende jaar (m.a.w. een vermindering van het aantal dagen in

contingent 79); - Hetzij een afhouding op het loon; - Hetzij een recuperatie op de “overurenpot” (in het geval dat er voldoende uren beschikbaar zijn).

Voor de deeltijdse werknemers (met uitzondering van zij die een dagelijkse vermindering van de arbeidsprestaties hebben), wordt het aantal verlofdagen automatisch berekend naar rato van de arbeidstijd.

Voorbeeld :

Voltijds arbeider : 6 dagen Deeltijds arbeider: 6 dagen x 31,5/37,5 = 5,0dagen 6 dagen x 32/37,5 = 5,1dagen, afgerond naar 5,5dagen 6 dagen x 24/37,5 = 3,8 dagen, afgerond naar 4 dagen.

Voor de personeelsleden die deel uitmaken van de technische diensten bestaat de mogelijkheid om 2 extrawettelijke verlofdagen te laten omzetten in 2 X 8u in het contingent 73 teneinde ze te compenseren in uren in plaats van in dagen.

4. Dagen van arbeidsduurvermindering (code 094)

DIRECTIE JA (enkel oud statuut) Maximum 16 dagen/jaar

TECH ARBEIDERS JA Maximum 16 dagen/jaar (oud statuut)

Maximum 15 dagen/jaar (nieuw statuut)

TECH BEDIENDEN JA Maximum 16 dagen/jaar (oud statuut)

Maximum 9 dagen/jaar (nieuw statuut)

GLIJDEND UURROOSTER JA

Maximum 16 dagen/jaar (oud statuut)

Maximum 9 dagen/jaar (nieuw statuut)

RIJDEND PERSONEEL JA Maximum 16 dagen/jaar (oud statuut)

Maximum 15 dagen/jaar (nieuw statuut)

Opmerkingen:

• Dit contingent is geldig tot 31 december.

• Het aantal in dit contingent vervatte dagen varieert volgens het arbeidsregime van het personeelslid. Voor de agenten die in beurtrol werken worden de 38u geïntegreerd in het beurtrollenrooster. Het personeel dat in het glijdend uurrooster tewerk gesteld is mag de dag waarop hij zijn 38-urendag wil nemen vrij kiezen, op voorwaarde dat hij er één per maand opneemt. De dagen die hij niet opneemt, zijn definitief verloren.

5. Klein verlet Vanaf uw aanwerving hebt u recht op klein verlet.

De deeltijdse werknemer heeft eveneens recht op deze dagen, maar hij zal enkel betaald worden voor die dagen die samenvallen met de dagen waarop hij normaliter zou gewerkt hebben.

Page 19: Goed om weten 2011 _23022012_

18

Een klein verlet is een afwezigheid van het werk met behoud van loon, voor zover:

• De werkgever op voorhand, of indien niet mogelijk, zo snel mogelijk, werd gewaarschuwd;

• Het binnen de normale werkuren valt (het personeelslid heeft er dus geen recht op tijdens ziekte of een ongeluk op weg naar het werk of een compensatiedag);

• De stavingdocumenten voor het verlof zo snel mogelijk naar de HR Admin wordt gestuurd, ten laatste na 3 weken.

Aantal aan de werknemer toegekende dagen:

Voor welke gebeurtenis ?

M.b.t. wie ?

Hu

welijk

Geb

oo

rte

Overlijd

en

Priesterw

ijdin

g/i

ntred

e in h

et

kloo

ster

Plech

tige

com

mu

nie

Feest van

de

vrijzinn

ige jeugd

Werknemer zelf A G

Echtgeno(o)t(e) of WS D G

Kind van de werknemer B C D F G H

Kind van de echtgeno(o)t(e) of van de WS B D F G H

Geadopteerd kind of erkend natuurlijk kind – art. 3 KB 28.8.63 B D F G H

Kleinkind van de werknemer B E

Vader/moeder van de werknemer B D

Grootvader/-moeder van de werknemer E

Overgrootvader/-moeder van de werknemer E

Broer/zuster van de werknemer B E F

Halfbroer/-zuster van de werknemer E

Vader/moeder van de echtgeno(o)t(e) of van de WS B D

Broer/zuster van de echtgeno(o)t(e) of van de WS B E F

Zoon/dochter van de echtgeno(o)t(e) of van de WS E

Overgrootvader/-moeder van de echtgeno(o)t(e) of van de WS E

Tweede echtgeno(o)t(e) van de vader/moeder van de werknemer B D

Grootvader/-moeder van de echtgeno(o)t(e) of van de WS E

Legende

A: wettelijk gezien 2 dagen, maar bij de MIVB 3 dagen in de week van het (burgerlijk of kerkelijk) huwelijk of in de daaropvolgende week. Voor verbintenissen tussen vreemdelingen of tussen een Belg en een vreemdeling, kan men een datum kiezen na het burgerlijk huwelijk mits de dienstchef akkoord gaat en de huwelijksakte wordt voorgelegd (=MIVB voordeel).

B : 1 dag, nl. de dag van het huwelijk.

C : als de afstamming ten aanzien van de vader vaststaat (KB 27.2.1989) : - bevalling van de echtgenote, maar ook; - geboorte buiten het huwelijk, op voorwaarde dat de werknemer bewijst dat hij het kind erkent aan de hand van een bewijs dat afgeleverd werd door een ambtenaar van de burgerlijke stand. De werknemer kan aanspraak maken op 10 dagen afwezigheid (3 dagen bezoldigd door de MIVB, code 0048, en 7 dagen vergoed door het ziekenfonds, code 0501) binnen een termijn van 30 dagen vanaf de geboortedatum; die dagen kunnen in één keer of in meerdere keren opgenomen worden. Als het kind doodgeboren is, kan de werknemer het omstandig-heidsverlof voor de geboorte en voor het overlijden cumuleren. Het aantal afwezigheidsdagen wordt niet verhoogd bij de geboorte van een tweeling, …

Page 20: Goed om weten 2011 _23022012_

19

D : 3 dagen naar keuze van de werknemer binnen de periode vanaf de datum van het overlijden tot de dag van de begrafenis. MIVB-voordelen : bij overlijden in het buitenland : binnen de periode vanaf de datum van het overlijden tot de derde dag na het overlijden – bij overlijden in België gevolgd door repatriëring, wordt de dag van de repatriëring beschouwd als de dag van de begrafenis en worden die dagen toegekend tijdens de periode die begint met de repatriëring en eindigt op de derde dag die volgt op de repatriëring. NB : voor een doodgeboren kind : cumulatie klein verlet voor geboorte en overlijden.

E : als de overledene bij de werknemer woonde : 2 dagen naar keuze van de werknemer binnen de periode vanaf de dag van het overlijden tot de dag van de begrafenis. Als de overledene niet bij de werknemer woonde : enkel de dag van de begrafenis. Opmerking : de verwantschap die voortvloeit uit het huwelijk neemt een einde op het moment van de scheiding.

F : 1 dag : de dag van de plechtigheid.

G : 1 dag : de dag van de plechtigheid of de gewone activiteitsdag die onmiddellijk volgt of voorafgaat als de plechtige communie plaatsvindt op een zondag, een feestdag of een gewone inactiviteitsdag; 2 dagen als er meer dan 1 communicant is (= MIVB-voordeel).

H : idem G + zelfde MIVB-voordeel : 2 dagen in geval van meer dan één deelnemer.

Bijzondere gevallen van sociaal verlof aangaande de werknemer

Bijzondere gevallen van klein verlet betreffende de werknemer zelf

Omstandigheden Toegekende duur Maximum

Verhuizing, gekoppeld aan een verandering van woonplaats

1 dag in de 2 weken vóór of na de verandering van woonplaats, voor zover de werknemer een dergelijk verlof nog niet heeft opgenomen in de laatste 36 activiteitsmaanden (de 36 maanden worden nagegaan via het prikkloksysteem – dpt human ressources) – MIVB-voordeel

1 dag

Oproeping voor het gerecht : deelneming aan een jury, oproeping als getuige voor een rechtbank of persoonlijke verschijning op bevel van het arbeidsgerecht (de dienst tijdsbeheer moet verwittigd worden vóór de oproepingsdatum)

De nodige tijd 5 dagen

Deelneming aan een vergadering van een familieraad die bijeengeroepen wordt door de vrederechter

De nodige tijd 1 dag

Verkiezingsfuncties - Uitoefening van de functie van bijzitter van een hoofdbureau of van eender welk stembureau bij de parlements-, provincieraads- en gemeenteraadsverkiezingen - Uitoefening van de functie van bijzitter van een hoofdstemopnemingsbureau bij de parlements-, provincieraads- en gemeenteraadsverkiezingen - Uitoefening van de functie van bijzitter van een hoofdbureau bij de verkiezing van het Europees Parlement

De nodige tijd De nodige tijd De nodige tijd

- 5 dagen 5 dagen

Page 21: Goed om weten 2011 _23022012_

20

Adoptie/Opvang van een kind in het gezin van de werknemer in het kader van een adoptie

Ononderbroken duur van 6 weken (als het kind – 3 jaar is) of 4 weken (als het kind + 3 jaar is) binnen de 2 maanden die volgen op de inschrijving van het kind als gezinslid in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente van zijn woonplaats. De duur van het verlof moet ten minste 1 week of een veelvoud van een week bedragen en wordt verdubbeld als het kind fysisch of mentaal gehandicapt is. Het verlof neemt in ieder geval een einde op het moment dat het kind 8 jaar wordt tijdens het verlof

6. Verlof om dwingende redenen

De Belgische wetgeving kent ook verlof om dwingende redenen toe.

Definitie Onder dwingende redenen verstaat men « Een dwingende reden is «elke niet te voorziene, los van het werk staande gebeurtenis die de dringende en noodzakelijke tussenkomst van de werknemer vereist en dit voor zover de uitvoering van de arbeidsovereenkomst deze tussenkomst onmogelijk».

Voorbeelden

Worden beschouwd als dwingende redenen: - de ziekte, het ongeval of de hospitalisatie:

o van een persoon die met de werknemer onder hetzelfde dak woont (echtgenoot, samenwonende partner, kinderen, ouders, grootouders, adoptiekind, kind waarvan de werknemer voogd of onthaalouder is, …);

o van aan- of bloedverwant in de eerste graad die niet met de werknemer onder hetzelfde dak woont (ouders, schoonouders, kinderen, …);

- ernstige beschadigingen aan materiële bezittingen van de werknemer (vb.: brand, overstroming, …); - het bevel tot verschijning in persoon in een rechtszitting wanneer de werknemer partij is in het geding

Duur

De werknemer mag afwezig zijn zolang nodig is om het probleem het hoofd te bieden (vb.: de tijd om een ziekenoppasser te vinden, de tijd om de rechtszitting bij te wonen, …). Het aantal toegekende dagen bedraagt maximum 10 dagen per jaar. Dit aantal wordt verminderd in functie van de arbeidstijd. Opgelet: men moet de notie van hoogdringendheid indachtig blijven ; m.a.w., in proncipe mag men niet meer dan 3 opeenvolgende dagen verlof om dwingende redenen vragen.

Toekenningsmodaliteiten De werknemer moet vooraf de werkgever verwittigen of, indien dat niet mogelijk is, hem zo snel mogelijk op de hoogte brengen van zijn afwezigheid en het verlof gebruiken voor het doel waarvoor het werd toegekend. Binnen de drie weken moet de werknemer moet aan zijn hiërarchische verantwoordelijke of aan de tijdsbeheerder een document bezorgen dat de aangehaalde dwingende reden verantwoordt (vb.: medisch getuigschrift van het kind, kopie van het bevel tot verschijning, attest, …). Zonder bewijsstuk wordt het verlof om dwingende redenen niet toegekend

Bezoldiging

Deze afwezigheid wordt niet bezoldigd. Derhalve kan de werknemer ervan afzien om de dwingende reden in te roepen en beslissen om gewone verlofdagen te gebruiken.

Page 22: Goed om weten 2011 _23022012_

21

7. Verlof zonder wedde

Overzicht van de gevolgen van het verlof zonder wedde

Als men verlof zonder wedde neemt, dan heeft dat gevolgen voor : - het loon; - het jaarlijks verlof; - de maaltijdchèques; - de eindejaarspremie; - het betaald verlof; - de extra-wettelijke verloven; - en de diverse premies. Alles hangt af van het aantal dagen dat men over een periode van 1 jaar neemt. Aangezien de regeling complex is en elke situatie anders, raden wij u aan om, vooraleer een aanvraag voor verlof zonder wedde in te dienen, inlichtingen over de modaliteiten en loonverlies in te winnen bij de personeelsdienst. De permanenten en afgevaardigden zullen u graag meer uitleg geven.

8. Moederschapsverlof

Het moederschapsverlof duurt normaal 15 weken. De werkneemster mag het werk onderbreken vanaf de 7de week die de vermoedelijke datum van de bevalling voorafgaat, overeenkomstig het attest van de behandelende geneesheer. Bij meerlingen kan zij het werk onderbreken vanaf de 9de week die de vermoedelijke datum van bevalling voorafgaat. Ze moet het werk onderbreken gedurende acht weken na de bevalling. Indien het kind meer dan 7 weken na de onderbreking van het werk wordt geboren, wordt het bevallingsverlof a rato verlengd. De werkneemster mag die werkperiodes binnen de 7 weken vóór de reële bevallingsdatum overdragen tot na de bevalling. De laatste week voor de bevalling mag echter niet worden overgedragen. In de 6de maand van de zwangerschap, moeten volgende instellingen worden verwittigd : a) het ziekenfonds; b) de dienst kinderbijslagen (tel. : 02/515.37.72); c) de medische controle (tel. : 02/515.27.49).

Vergoeding van het moederschapsverlof

Vroegere dekking (tot het effectief behoren) : gedurende de carensperiode van 30 dagen betaald door het ziekenfonds. Na afloop van de carensperiode, 100 % van het bruto maandbarema, met inbegrip van premies, toelagen en gratificaties, betaald door het ziekenfonds + MIVB. Nieuwe dekking (één jaar in dienst zijn + persoonlijke bijdrage) : gedurende de carensperiode van 30 dagen betaald door het ziekenfonds. Na afloop van de carensperiode, ziekenfondsvergoedingen + 75 % van het bruto maandbarema dat de bovengrens van de ziekte- en invaliditeitsverzekering overschrijdt, betaald door het ziekenfonds + de verzekeraar

Page 23: Goed om weten 2011 _23022012_

22

VI. WAT TE DOEN ALS U ZIEK BENT

1. Wat moet u doen ten overstaan van uw werkgever?

• U raadpleegt onmiddellijk een arts.

• U waarschuwt uw verantwoordelijke voor 9u ‘s morgens of ten laatste een uur voor het begin van uw dienst (dit geldt ook bij verlenging of hervalling).

• U licht hem in over de waarschijnlijke duur van uw afwezigheid.

• U licht hem in wanneer uw adres tijdens uw ziekte niet uw normale adres is.

• U verstuurt uw medisch getuigschrift BINNEN DE 48 UUR:

Per Post

Dienst Medische Controle

Koningsstraat 76

1000 Brussel

Per e-mail

[email protected]

Opgelet : vergeet nadien het origineel niet te versturen

• U vindt voorgedrukte en voorgefrankeerde enveloppen op uw werkplaats.

• U schrijft op uw getuigschrift uw gegevens (stamnummer en eventueel het adres waar u verblijft tijdens uw afwezigheid).

BOVENDIEN:

• Vanuit het buitenland stuurt u het medisch getuigschrift per aangetekend schrijven.

• U belt naar de dispatching wanneer uw verantwoordelijke afwezig is.

• U noteert de identiteit van uw gesprekspartner of het objectnummer.

• Als u uw prestatie onderbreekt : - Licht u uw verantwoordelijke of de dispatching in voor u de werkplaats verlaat en raadpleegt u een arts. - Een onderbroken dag moet worden gedekt door een medisch getuigschrift.

• Een getuigschrift te laat of niet versturen, kan aanleiding geven tot financiële en disciplinaire gevolgen.

2. U voelt zich beter en u wil het werk hervatten: organiseer uw hervatting

U bent minder dan 28 dagen ziek geweest

• Licht uw verantwoordelijk in vóór 10u de laatste dag waarop uw ziekte door het medisch attest is gedekt.

• Indien U het werk wenst te hervatten vóór het einde van uw medisch attest, dan kan u dat zonder enige formaliteit doen. Licht uw verantwoordelijk in vóór 10u de daags voor uw hervatting.

U was 28 dagen of meer ziek

• Licht uw verantwoordelijk in vóór 10u de laatste dag waarop uw ziekte door het medisch attest is gedekt.

• Leg vóór uw werkhervatting een afspraak vast met het secretariaat van het Departement Medisch Toezicht (SMT voorheen SMD) au 02/515 27 85

• Meldt u aan bij het SMT op de afgesproken datum om een medisch onderzoek te ondergaan in het kader van uw hervatting.

• Overhandig het document dat u van de SMT hebt ontvangen aan uw verantwoordelijke

Page 24: Goed om weten 2011 _23022012_

23

3. Wat moet u doen mbt de mutualiteit?

U bent meer dan 14 dagen (arbeiders) of 30 dagen (bedienden) ziek.

• U neemt zo snel mogelijk contact op met uw ziekenfonds om de praktische modaliteiten te kennen (elk ziekenfonds heeft zijn eigen regels).

• Om de uitkering van uw ziekenfondsvergoeding te verzekeren, overhandigt u aan uw ziekenfonds zo snel mogelijk het speciale medische getuigschrift dat het heeft afgeleverd.

• U ontvangt van uw ziekenfonds een dossier met : - een inlichtingsblad werknemer - een inlichtingenblad werkgever* - een kaart voor werkhervatting werknemer - een kaart voor werkhervatting werkgever - een vakantieattest

* Sommige ziekenfondsen overhandigen geen inlichtingsblad ‘werkgever’ of ‘werkhervatting werkgever’; dit betekent dat de communicatie tussen het ziekenfonds en de MIVB rechtstreeks elektronisch verloopt.

• U vult de persoonlijke gegevens in die op het “Inlichtingsblad werknemer” worden gevraagd en u overhandigt het blad aan uw ziekenfonds.

• U geeft de kaart werkhervatting werkgever,het inlichtingsblad werkgever (indien u er een gekregen hebt van uw ziekenfonds) aan: MIVB – Absenteeism mangement – Koningsstraat 76, 1000 Brussel

• Bij uw werkhervatting stuurt u uw persoonlijke kaart van werkhervatting naar uw ziekenfonds. De datum van werkhervatting is steeds de eerste kalenderdag die volgt op de laatste ziektedag.

4. Het medisch getuigschrift • U dient een medisch getuigschrift in voor elke arbeidsongeschiktheid, zelfs voor een onderbroken dag.

• Uw getuigschrift dekt de volledige periode van arbeidsongeschiktheid, zelfs de weekends of verlofdagen.

• Bij verlenging dekt uw nieuw medisch getuigschrift de nieuwe periode zonder onderbreking (weekends of rustdagen).

• Uw medisch getuigschrift vermeldt : - De datum van het bezoek - De begindatum van de arbeidsongeschiktheid - De waarschijnlijke duur van de arbeidsongeschiktheid - Het vermogen of onvermogen om uw woonplaats te verlaten - Uw verblijfplaats gedurende uw arbeidsongeschiktheid

• Licht uw huisarts in over het type werk dat u doet, zodat hij de impact van de voorgeschreven behandeling op de uitoefening van uw werk duidelijk begrijpt.

• Een bewijs van consultatie is geen getuigschrift van arbeidsongeschiktheid.

• Het medisch getuigschrift moet uw arbeidsongeschiktheid dekken en niet deze van een familielid.

• De datum veranderen of een getuigschrift vervalsen, is een ernstige fout

5. Tijdens uw ziekte bent u onderworpen aan een medische controle

De werkgever kan afwezige medewerkers controleren. De afwezige medewerker moet zich onderwerpen aan een medische controle en de controlearts moet u kunnen vinden! ·

Page 25: Goed om weten 2011 _23022012_

24

Waar?

• Op het adres dat de MIVB kent. Wees administratief in orde, deel uw adreswijziging tijdig mee aan uw werkgever.

• Op het adres dat u aan uw verantwoordelijke meedeelde wanneer u hem inlichtte over uw afwezigheid en dat u op het medisch getuigschrift hebt vermeld.

Wanneer?

Tijdens uw ongeschiktheid en indien uw behandelend geneesheer het toelaat mag u uw woning verlaten (uw certificaat vermeldt “mag de woning verlaten”). Een controlearts aangesteld door de MIVB kan zich bij U thuis aanbieden tussen 9u00 en 20u00; Bij afwezigheid zal hij in uw brievenbus een oproeping achterlaten om u op zijn consultatie aan te bieden.

• U maakt de medische controle mogelijk: - Uw naam staat op de bel. - Uw bel werkt. - U ontvangt de arts en onderwerpt zich aan het onderzoek. - U hebt een brievenbus op uw naam voor een eventuele oproepingsbrief. - U controleert uw brievenbus regelmatig. - U gaat naar de afspraak met de controlearts. - De werkgever betaalt de verplaatsingskosten naar het cabinet van de controlearts (enkel indien geen

openbaar vervoer).

• Indien de controlearts u opnieuw laat werken voor het einde van uw getuigschrift, hervat u het werk en licht u uw verantwoordelijke in over uw werkhervatting.

• Indien u de beslissing van de controlearts betwist, kan u de wettelijk voorziene arbitrageprocedure opstarten.

Arbitrageprocedure

De artsen-scheidsrechters zijn artsen erkend door de FOD Werkgelegenheid en Arbeid. De arbeidsgeneesheer en de behandelende arts kunnen niet tussenkomen in deze betwisting van de beslissing van de controlearts. U neemt binnen de 48 uur volgend op de beslissing van de controlearts contact op met een van de erkende artsen-scheidsrechters.

De lijst van de artsen-scheidsrechters staat op de site: http://www.werk.belgie.be ➞ erkenningen ➞

controlegeneeskunde: lijst van de artsen-scheidsrechters. - Afspraak bij de arts-scheidsrechter met alle medische elementen van uw dossier. - Als de arts-scheidsrechter u ongelijk geeft, zijn de kosten te uwen laste. Indien de arts-scheidsrechter de

werkgever ongelijk geeft, zijn de kosten voor rekening van de MIVB. - U licht uw werkgever in over de opgestarte arbitrageprocedure (Dienst Medische Controle: 02 515 27 79). - De beslissing van de arts-scheidsrechter moet worden gerespecteerd.

• Als u het werk niet herneemt op de datum vastgelegd door de controlearts of door de arts-scheidsrechter, wordt uw loon niet uitbetaald en kunnen er zwaardere sancties worden getroffen

• Wanneer u zich niet aan de medische controle onderwerpt of niet reageert op de oproeping van de controlearts, wordt uw gewaarborgd loon niet uitbetaald en kunnen er disciplinaire sancties volgen.

• Indien een controle niet goed verloopt, is een klachtenprocedure mogelijk. Gebruik het formulier ‘aangifte klacht’ dat zich bevindt op Cyrber > Myself > ziekte > ziektedocumenten.

6. Uw inkomsten tijdens uw ziekte

Wanneer u ziek wordt hebt u recht op het gewaarborgd loon.

De eerste maand:

• In het arbeidersstelsel: De werkgever betaalt uw gewaarborgd loon gedurende 14 dagen. Uw ziekenfonds betaalt een uitkering van de 15e tot de 30e dag en de MIVB betaalt een complement.

• In het bediendenstelsel: De werkgever betaalt uw loon gedurende 30 dagen

Page 26: Goed om weten 2011 _23022012_

25

Na de eerste maand en tijdens het eerste jaar ziekte

• Datum eerste tewerkstelling voor 01/10/2003: raadpleeg AZIV 1 (zie bijlagen)

• Datum eerste tewerkstelling voor 01/10/2003 EN u koos voor AZIV 2: raadpleeg AZIV2 (zie bijlagen)

• Datum eerste tewerkstelling na 01/10/2003: raadpleeg AZIV 2 (zie bijlagen)

Tweede jaar ziekte enkel voor CAMI 1

• Indien in vast verband: ziekenfondsuitkeringen + complement MIVB

• Indien niet in vast verband: enkel ziekenfondsuitkeringen U geniet niet van maaltijdcheques tijdens uw ziekte;

De patronale waarde wordt uitgekeerd door het Sociaal Fonds.

De hospitalisatieverzekering en de verzekering ambulante kosten

Na een jaar anciënniteit heeft elke werknemer recht op de hospitalisatieverzekering en de verzekering ambulante kosten (> HR > Uw sociale voordelen) *AZIV = aanvullende ziekte- en invaliditeitsverzekering

7. Toelichting bij de collectieve verzekering “Gezondheidszorg”

7.1. Wat is het doel van de verzekering?

Deze verzekering waarborgt een aanvullende terugbetaling van de kosten die na tussenkomst van het ziekenfonds nog ten laste vallen van de medewerkers of hun aangesloten gezinsleden in geval van hospitalisatie, inclusief de kosten opgelopen in de periode van 30 dagen vóór en 90 dagen na de hospitalisatie, bij ernstige ziekte of bij ambulante medische kosten.

7.2. Wie sluit aan of kan aansluiten bij deze verzekering?

Alle personeelsleden van de verzekeringsnemer met minstens 12 maanden dienst worden verplicht aangesloten op de “Polis Agenten”. Deze personen worden verder hoofdverzekerden genoemd. Gezinsleden van de bovengenoemde categorieën kunnen op verzoek van het personeelslid aansluiten op de “Polis Familie”. Deze personen worden verder nevenverzekerden genoemd. Onder gezinsleden verstaan we:

- de echtgenoot of echtgenote van de hoofdverzekerde als deze al aangesloten was op het moment van het vertrek van de hoofdverzekerde in inactiviteit

- de samenwonende partner van de hoofdverzekerde die geen familiale banden met hem heeft, op voorwaarde dat deze al was aangesloten op het moment van het vertrek van de hoofdverzekerde in inactiviteit

- de kinderen van de werknemer die kinderbijslag genieten voor zover zij al aangesloten waren op het moment van inactiviteit van de hoofdverzekerde

- de kinderen van de echtgeno(o)t(e) of de partner die kinderbijslag genieten en op voorwaarde dat zij al aangesloten waren op het moment van inactiviteit van de hoofdverzekerde

- de kinderen van de hoofdverzekerde die een gehandicaptentoeslag genieten, kunnen uitzonderlijk aangesloten blijven

- de weduwe en wezen van de overleden hoofdverzekerde voor zover ze aangesloten waren voor het overlijden

Page 27: Goed om weten 2011 _23022012_

26

Daarnaast worden ook volgende groepen nevenverzekerden genoemd:

- de werknemer met een contract van onbepaalde duur die meer dan 24 maanden ziek is of afwezig door een ongeval in het privé-leven

- de niet-actieve personeelsleden met brug-of rustpensioen of gelijkaardige vertrekmodaliteiten die gekozen hebben voor een overstap naar de “Polis Familie” (en voor zover ze niet meer gedekt worden door een overeengekomen periode ten laste van de MIVB)

- de niet-actieve personeelsleden met brug-of rustpensioen of gelijkaardige vertrekmodaliteiten die gekozen hebben voor het behoud van hun aansluiting op de “Polis Continuïteit” (en voor zover ze niet meer gedekt worden door een overeengekomen periode ten laste van de MIVB)

Alle nevenverzekerden hebben op het moment van recht tot aansluiting op de “Polis Familie” de keuze tussen de formule “Hospi+” (=hospitalisatie én ambulante medische kosten) en de formule “Hospi” (=enkel hospitalisatie). De keuze voor aansluiting op de formule “Hospi+” kan enkel gemaakt worden op het moment van recht tot aansluiting. Bij aansluiting van het gezin dienen alle gezinsleden aan te sluiten. De personeelsleden dienen zelf de pasgeborenen aan te sluiten bij deze verzekering. Wanneer één van bovenvermelde personen niet meer voldoet aan de definitie van gezinslid (bv. bij echtscheiding voor de ex-echtgenote), stopt de verzekering op de dag waarop de persoon in kwestie niet meer aan de definitie voldoet.

7.3. Hoe en wanneer kan men aansluiten? – Zijn er medische formaliteiten? – Wanneer eindigt de

verzekering?

Hoofdverzekerden

Hoofdverzekerden sluiten verplicht aan vanaf de 13de maand volgend op de indiensttreding maar ten vroegste op de begindatum van deze polis. De aansluiting gebeurt zonder medische formaliteiten en er zijn geen wachttijden. De voorafbestaande aandoeningen zijn verzekerd. Nevenverzekerden

Nevenverzekerden kunnen aansluiten bij deze verzekering vanaf de dag van het recht op aansluiting, maar ten vroegste op de dag van aansluiting van de hoofdverzekerde.

De dag van het recht op aansluiting is:

- voor de echtgeno(o)t(e): de dag van het huwelijk

- voor de samenwonende partner: de dag van de officiële aanvang van het samenwonen

- voor een kind: de geboortedag

Maar steeds ten vroegste de dag van aansluiting van de hoofdverzekerde. Indien de vraag tot aansluiting gebeurt binnen de 3 maanden volgend op de dag van het recht op aansluiting, dan spreken we van een tijdige aansluiting. Gebeurt de vraag tot aansluiting later, dan is het een laattijdige aansluiting. Bij een tijdige aansluiting zijn er geen wachttijden. (Een wachttijd is een periode die begint te lopen vanaf de datum van aansluiting van de verzekerde. De kosten gemaakt tijdens deze periode worden door de verzekeraar niet terugbetaald.) Bij een latere aansluiting is er een algemene wachttijd van 12 maanden van toepassing vanaf de datum van aansluiting. (Brug)gepensioneerden

De niet-actieve personeelsleden met brug- of rustpensioen of met gelijkaardige vertrekmodaliteiten blijven gedurende een periode van 2 jaar aangesloten op de “Polis Agenten” en dit ten laste van de werkgever. Na die periode van 2 jaar kunnen zij identiek dezelfde dekking voor eigen rekening verderzetten door aan te sluiten op de “Polis Continuïteit” of zij kunnen overstappen naar de dekking voorzien in de “Polis Familie”. Deze keuze dient gemaakt te worden binnen de 3 maanden.

Page 28: Goed om weten 2011 _23022012_

27

De gezinsleden die al aangesloten waren op het moment dat de hoofdverzekerde met brug- of rustpensioen vertrok, kunnen die aansluiting ook daarna verderzetten.

7.4. Individuele verderzetting

Wanneer de hoofdverzekerde niet langer aangesloten is op de verzekeringsovereenkomst door de beëindiging of de verbreking van zijn arbeidsovereenkomst met de werkgever, kan hij, indien hij minstens twee jaar ononderbroken aangesloten was bij een verzekeringsovereenkomst, vragen om zijn aansluiting en de aansluiting van zijn reeds verzekerde gezinsleden verder te zetten op het product “individuele verderzetting” zonder medische formaliteiten en zonder wachttijden. De aanvraag moet gebeuren binnen de twee maanden volgend op de beëindiging of de verbreking van de arbeidsovereenkomst. Deze mogelijkheid wordt ook geboden aan de nevenverzekerden die niet meer tot de categorie van nevenverzekerden behoren door bijvoorbeeld scheiding of kinderen die niet meer inwonend zijn. Om de aansluiting te laten gebeuren zonder wachttijden en zonder medische formaliteiten is het noodzakelijk dat de hoofdverzekerde minstens twee jaar ononderbroken aangesloten was op een verzekeringsovereenkomst. Ook hier moet de aanvraag tot verderzetting gebeuren binnen de twee maanden volgend op het stopzetten van de aansluiting op de collectieve polis.

7.5. Welke kosten worden terugbetaald? – Hoeveel bedraagt de tussenkomst?

De hoofdwaarborg “Hospitalisatie” en de waarborgen “Pré-posthospitalisatie” en “Ambulante zorgen in geval van ernstige ziekte” gelden voor zowel de “Polis Agenten”, voor de “Polis Continuïteit” als voor de “Polis Familie” (formule “Hospi+” en formule “Hospi”) Hoofdwaarborg “hospitalisatie”

De verzekeraars betalen de kosten terug, gemaakt tijdens de hospitalisatie van de verzekerde voor een medisch noodzakelijke behandeling en veroorzaakt door een ziekte, een ongeval, een zwangerschap of een bevalling. Onder hospitalisatie verstaan we het medisch noodzakelijke verblijf in een erkende verpleeginrichting waarvoor een vergoeding voor verblijf wordt aangerekend. Ook de opname in het dagziekenhuis is dus verzekerd, voor zover er een wettelijk forfait kan worden gerekend voor het ziekenhuis (maxiforfait, mini-forfait, forfait dagziekenhuis 1 t/m 7, forfait chronische pijn 1 t/m 3 en het gebruik van de gipskamer). De terugbetaling omvat de kosten voor opname, verblijf, erelonen van de geneesheer of paramedicus, onderzoeken, behandelingen en geneesmiddelen. De kosten zonder wettelijke tussenkomst worden onbeperkt terugbetaald op voorwaarde dat de kosten medisch gerechtvaardigd zijn. De meerkosten na eventuele tussenkomst van de ziekteverzekering voor medisch gerechtvaardigd vervoer worden onbeperkt vergoed. De kosten voor tandprothesen en therapeutische prothesen, medische prothesen en artificiële ledematen, orthopedische apparaten, brillen, tandheelkundige en orthodontische zorgen en behandelingen worden onbeperkt terugbetaald op voorwaarde dat zij geplaatst worden tijdens de ziekenhuisopname en in rechtstreeks verband staan met deze opname. Voor prothesen met een zuiver esthetisch karakter wordt nooit een terugbetaling voorzien.

Page 29: Goed om weten 2011 _23022012_

28

Bijkomende waarborg “pre- en posthospitalisatie”

Deze bijkomende waarborg voorziet in de terugbetaling van de kosten van medisch noodzakelijke, ambulante zorgen die rechtstreeks in verband staan met een ziekenhuisopname en die tijdens 30 dagen vóór en 90 dagen na de verzekerde hospitalisatie, verleend of voorgeschreven zijn door een geneesheer. Deze ambulante zorgen moeten opgenomen zijn in de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen van de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering. Voor de kosten die zijn opgenomen in de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen van de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering bedraagt de tussenkomst maximum driemaal de wettelijke tegemoetkoming.

Volgende kosten zijn in deze periode gewaarborgd:

- de kosten van medische prestaties naar aanleiding van een bezoek of een raadpleging van een geneesheer

- de kosten van paramedische prestaties die voorgeschreven zijn door een geneesheer

- de kosten van medische prothesen

- de kosten van kunstledematen,

- de kosten van farmaceutische producten, verbanden, medisch materiaal en andere medische hulpmiddelen, inclusief magistrale bereidingen

Medische kosten van homeopathie, chiropraxie, osteopathie en acupunctuur waarvoor geen wettelijke tussenkomst voorzien is, worden onbeperkt terugbetaald op voorwaarde dat de kosten medisch gerechtvaardigd zijn. De kosten voor vervoer tijdens deze pre- en posthospitalisatieperiode worden niet terugbetaald. Voor wat betreft de “Polis Familie”, formule “Hospi+” én formule “Hospi”:

Voor de hoofdwaarbog “Hospitalisatie” en voor de bijkomende waarborg “Pré-en posthospitalisatie” bedraagt de vrijstelling 250,00 EUR per verzekerde en per verzekeringsjaar. Deze vrijstelling geldt enkel bij opname in een éénpersoonskamer. Kosten voor ambulante zorgen in geval van “ernstige ziekten”

In geval van AIDS, amyotrofische lateraal sclerose, cholera, diabetes, difterie, encefalitis, hersenvliesontsteking, kanker, kinderverlamming, leukemie, malaria, miltvuur, mucoviscidose, multiple sclerose, nieraandoening die een dialysebehandeling vereist, paratyfus, pokken, progressieve spierdystrofie, tetanus, tuberculose, buiktyfus, virale hepatitis, vlektyfus, ziekte van Alzheimer, ziekte van Creutzfeldt-Jakob, ziekte van Crohn, ziekte van Hodgkin, ziekte van Parkinson, ziekte van Pompe en roodvonk betalen de verzekeraars de kosten terug van de ambulante zorgen die werkelijk voor de behandeling zijn gemaakt.

Deze ziekten zijn uiteraard ook verzekerd in geval van hospitalisatie. In geval van hospitalisatie ten gevolge van een ernstige ziekte worden de maximum uitkeringen en de vrijstelling van de waarborg hospitalisatie toegepast. Zijn gedekt:

- de kosten met betrekking tot speciale behandelingen, analyses en specifieke, zelfs preventieve onderzoeken genoodzaakt door de ziekte

- de kosten voor medische prestaties, erelonen en ereloonsupplementen

- de kosten voor paramedische prestaties

- de kosten voor het huren van allerlei materiaal

- de geneesmiddelen, inclusief magistrale bereidingen Voor de kosten die zijn opgenomen in de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen van de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering bedraagt de tussenkomst maximum driemaal de wettelijke tegemoetkoming.

Page 30: Goed om weten 2011 _23022012_

29

De kosten voor vervoer worden terugbetaald met een maximum van 250,00 EUR per verzekerde en per verzekeringsjaar. Medische kosten van homeopathie, chiropraxie, osteopathie en acupunctuur waarvoor geen wettelijke tussenkomst voorzien is, worden onbeperkt terugbetaald op voorwaarde dat de kosten medisch gerechtvaardig zijn.

Ambulante medische kosten

Voor de “Polis Agenten” en de “Polis Continuïteit” zijn de waarborgen de volgende: a) Ambulante zorgen

- de kosten van medische prestaties naar aanleiding van een bezoek of een raadpleging

- de kosten van homeopathische behandelingen, acupunctuur-, osteopathie- en chiropraxiebehandelingen

- de kosten van paramedische prestaties voorgeschreven door een geneesheer

- de kosten voor verpleegkundige zorgen

- de kosten voor kinesitherapie en fysiotherapie

- de kosten voor medische hulpmiddelen voorgeschreven door een geneesheer

- de kosten van medische prothesen

- de kosten van kunstledematen

- de kosten van homeopathische en allopathische producten, voorgeschreven door een dokter

- de kosten voor verbanden en voor medisch materiaal met uitsluiting van elk type van product dat in de algemene handel te verkrijgen is

- de kosten voor tandverzorging: dit zijn de raadplegingen bij de tandarts, tandradiografieën, preventieve behandelingen, tandextracties en conserverende behandelingen

- tegemoetkoming in een medische check-up van de personeelsleden in activiteit (hoofdverzekerden) vanaf de leeftijd van 50 jaar (maximum 250,00 EUR)

- magistrale bereidingen worden terugbetaald als ze voorgeschreven zijn door een geneesheer. Deze kosten worden, na eventuele wettelijke tussenkomst, terugbetaald aan een terugbetalingspercentage van 80%.

b) Tandprothesen

- de kosten voor orthodontische behandelingen, na goedkeuring van het behandelingsplan

- tandprothesekosten, hieronder wordt verstaan: de gedeeltelijke of volledige vervanging van tanden, het tandmateriaal, de bruggen, kronene en implantaten, na goedkeuring van het behandelingsplan. De kosten voor tandprothesen en orthodontische behandelingen worden terugbetaald aan 60%, na eventuele wettelijke tussenkomst. Daarnaast is de tussenkomst beperkt tot maximum één tussenkomst per tand in een periode van 5 jaar. Alle kosten binnen een behandelingsplan per tand worden gecumuleerd in aanmerking genomen.

c) Optische prothesen

- de kosten voor brilmonturen (één maal om de drie jaar)

- de kosten voor brilglazen bij wijziging van dioptrie

- de kosten voor contactlenzen bij wijziging van dioptrie

Voor de kosten voor optische prothesen is een terugbetalingspercentage voorzien van 60%, na eventuele wettelijke tussenkomst en bij wijziging dioptrie. Wegwerplenzen worden terugbetaald bij wijziging dioptrie en per pakket van maximum 12 maanden. De kosten voor een brilmontuur worden terugbetaald aan maximum 85,00 EUR per montuur en per periode van drie jaar.

Voor de volledige waarborg “Ambulante medische kosten” bedraagt het maximum terugbetalingsplafond globaal 1.250,00 EUR per verzekerde en per verzekeringsjaar.

Page 31: Goed om weten 2011 _23022012_

30

Voor de “Polis Familie”, formule “Hospi+”, komen volgende ambulante medische kosten in aanmerking:

- de kosten van medische prestaties naar aanleiding van een bezoek of een raadpleging met inbegrip van de kosten van homeopathische behandelingen, acupunctuur-, osteopathie- en chiropraxiebehandelingen

- de kosten voor tandverzorging: dit zijn de raadplegingen bij de tandarts, tandradiografieën, preventieve behandelingen, tandextracties en conserverende behandelingen

- de kosten van orthodontische behandelingen voor kinderen tot 14 jaar, na goedkeuring van het behandelingsplan. Deze kosten worden terugbetaald met een maximum van één maal de wettelijke tussenkomst en aan een terugbetalingspercentage van 60%. Als er geen tussenkomst is van de wettelijke ziekteverzekering blijft het terugbetalingspercentage van 60% behouden.

Het globale maximum terugbetalingsplafond voor deze waarborg “Ambulante Medische Kosten” bedraagt 750,00 EUR per verzekerde en per verzekeringsjaar.

7.6. Welke kosten worden NIET terugbetaald?

De kosten die het gevolg zijn van:

- een oorlogsfeit;

- burgerlijke onlusten of oproer, arbeidsconflicten, staking en lock-out, aanslagen, daden van terrorisme of sabotage behalve wanneer de verzekerde er niet actief heeft aan deelgenomen;

- de opzettelijke daad van de verzekerde of van een poging tot zelfmoord van de verzekerde;

- het niet-therapeutisch gebruik van verdovende middelen, toxicomanie, alcoholisme en alcoholische intoxicatie. De kosten gedaan voor:

- esthetische zorgen of behandelingen;

- niet-wetenschappelijk beproefde behandelingen;

- de door de wettelijk verplichte verzekering niet verzekerde kuurbehandelingen, badadditieven en cosmetische producten;

- bijstand, oppas en onderhoud van de verzekerde;

- kosten van private aard (drank, telefoon,...);

- vruchtbaarheidsbehandelingen, contraceptieve behandelingen, vrijwillige zwangerschapsonderbreking, kunstmatige bevruchting of in vitro fertilisatie;

- de lopende hospitalisatie die begonnen is vóór de aansluitingsdatum;

- behandelingen uitgevoerd vóór de aansluiting van de verzekerde.

7.7. Derdebetalerssysteem MEDI-LINK

Het derdebetalerssysteem Medi-Link zorgt ervoor dat uw hospitalisatiefactuur rechtstreeks door Vanbreda Risk & Benefits aan het hospitaal betaald wordt. U betaalt achteraf alleen de vrijstelling en de kosten die niet binnen de waarborg vallen terug. Elk aangesloten gezinslid ontvangt per post een persoonlijke Medi-Link kaart waarop alle nuttige gegevens betreffende Medi-Link vermeld staan. Voor de werkwijze en de algemene voorwaarden verwijzen wij u naar de verklarende brochure en de algemene voorwaarden verbonden aan Medi-Link die u bij uw Medi-Link kaart terugvindt.

Page 32: Goed om weten 2011 _23022012_

31

7.8. Hoeveel bedragen de premies?

Voor de actieve medewerkers is de premie volledig ten laste van de werkgever. Dit geldt ook voor de niet-actieve medewerkers met brug- of rustpensioen of met gelijkaardige vertrekmodaliteiten en dit voor een periode van 2 jaar na de aanvang van het brug- of rustpensioen.

Daarna bedraagt de maandelijkse premie, lasten en taksen inbegrepen, voor de “Polis Continuïteit”:

- voor hoofdverzekerden en nevenverzekerden tot 65 jaar: 33,51 EUR

- voor hoofdverzekerden en nevenverzekerden vanaf 65 jaar: 100,53 EUR Deze premies zijn volledig ten laste van de verzekerde en worden maandelijks achteraf geïnd via domiciliëring door de beheerder. Voor de “Polis Familie”, formule “Hospi+” (hospitalisatie én ambulante medische kosten) bedraagt de maandpremie, lasten en taksen inbegrepen:

- voor nevenverzekerden tot 18 jaar: 14,78 EUR

- voor nevenverzekerden van 18 tot 65 jaar: 29,57 EUR

- voor nevenverzekerden vanaf 65 jaar: 88,71 EUR Deze premies zijn volledig ten laste van de verzekerde en worden maandelijks achteraf geïnd via domiciliëring door de beheerder. Voor de “Polis Familie”, formule “Hospi” (enkel hospitalisatie) bedraagt de maandpremie, lasten en taksen inbegrepen:

- voor nevenverzekerden tot 18 jaar: 6,78 EUR

- voor nevenverzekerden van 18 tot 65 jaar: 13,57 EUR

- voor nevenverzekerden vanaf 65 jaar: 40,71 EUR Deze premies zijn volledig ten laste van de verzekerde en worden maandelijks achteraf geïnd via domiciliëring door de beheerder.

7.9. Hoe gebeurt de schaderegeling?

Bij hospitalisatie dient zo snel mogelijk aangifte te gebeuren ofwel via Medi-Link op het telefoonnummer: 03 217 54 40 of via e-mail: [email protected] ofwel aan de hand van het formulier “Schadeaangifte”, dat te verkrijgen is bij de werkgever en bij Vanbreda. Bij ernstige ziekte dient bij de vaststelling/diagnose van de ernstige ziekte zo snel mogelijk aangifte te gebeuren aan de hand van het formulier “Schadeaangifte”, dat te verkrijgen is bij de werkgever en bij Vanbreda. De pré-postkosten hospitalisatie, de ambulante kosten bij ernstige ziekte en alle andere ambulante kosten dienen ingediend te worden aan de hand van het “Kostenformulier”. Ook dit formulier is te verkrijgen bij de werkgever en bij Vanbreda. Met specifieke vragen over de schaderegeling kan u terecht bij: Vanbreda Risk & Benefits Health Care Claims Postbus 34 2140 ANTWERPEN Helpdesk telefoon: 03 217 54 40 E-mail: [email protected]

Page 33: Goed om weten 2011 _23022012_

32

VII. WAT TE DOEN IN HET GEVAL VAN EEN ARBEIDSONGEVAL (AO)?

1. Wat is een arbeidsongeval? Als arbeidsongeval wordt beschouwd elk ongeval dat een werknemer tijdens en door het feit van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst overkomt, en dat een letsel veroorzaakt. Wordt eveneens als een arbeidsongeval aanzien, het ongeval dat zich voordoet op de weg van en naar het werk (= het normale traject van en naar de plaats van het werk). Een arbeidsongeval veronderstelt:

• een plotselinge gebeurtenis;

• één of meerdere uitwendige oorzaken;

• het bestaan van een letsel (hoeft niet noodzakelijk tot arbeidsongeschiktheid te leiden; er dienen minstens medische kosten te zijn gemaakt);

uitz.: een ongeval waarbij schade wordt veroorzaakt aan prothesen of orthopedische toestellen wordt ook beschouwd als arbeidsongeval zonder dat er van een letsel sprake hoeft te zijn;

• een causaal verband tussen het ongeval en het letsel;

• het ongeval moet gebeurd zijn tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst;

• het ongeval moet gebeurd zijn door het feit van de uitvoering van de overeenkomst.

2. Verplichtingen voor de werkgever De werkgever dient verscheidene maatregelen te nemen om de ongevallen te beheren, te onderzoeken en herhaling te voorkomen. Een van deze verplichtingen werden opgenomen in artikel 28 van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, zoals vervangen door het koninklijk besluit van 24 februari 2005 houdende diverse bepalingen ter bestrijding van de ernstige arbeidsongevallen en vereenvoudiging van de arbeidsongevallenaangiften. Dit artikel bevat bepalingen omtrent het bijhouden van de arbeidsongevallensteekkaart. Zo bepaalt artikel 28 van het KB welzijnsbeleid dat de werkgever ervoor moet zorgen dat de dienst voor preventie en bescherming op het werk een ongevallensteekkaart opstelt voor elk arbeidsongeval met ten minste 4 dagen ongeschiktheid. Het formulier voor de aangifte van een arbeidsongeval mag de arbeidsongevallensteekkaart vervangen, op voorwaarde dat de gegevens nodig om de steekkaart op te stellen, op het aangifteformulier worden ingevuld. Overeenkomstig artikel 7, §1, 2°, c), van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende de interne diensten voor preventie en bescherming op het werk bestaat een van de taken van de preventieadviseurs uit het opstellen van de arbeidsongevallensteekkaart waarvan de inhoud is bepaald in bijlage IV bij het KB interne diensten of het invullen van het formulier voor de aangifte van het arbeidsongeval, overeenkomstig artikel 28 van het KB welzijnsbeleid. Wat de arbeidsongevallensteekkaart betreft, heeft het koninklijk besluit van 8 juli 2004 houdende wijziging van diverse bepalingen inzake het opmaken van de arbeidsongevallensteekkaarten (B.S. 18 augustus 2004), de tabellen A en B van bijlage IV van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk vervangen. Ook op het aangifteformulier, dat gebruikt wordt om een arbeidsongeval aan te geven aan de verzekeraar, wordt gebruik gemaakt van de codering zoals deze voorkomt in de tabellen A en B. Tabel A van deze bijlage heeft als titel "de afwijkende gebeurtenis", waarmee wordt bedoeld de gebeurtenis waarvan het letsel het directe gevolg is. Indien het opeenvolgende gebeurtenissen betreft, dient enkel de laatste vermeld te worden. Indien het gelijktijdige afwijkende gebeurtenissen betreft, wordt enkel de meest doorslaggevende vermeld.

Page 34: Goed om weten 2011 _23022012_

33

Tabel B van deze bijlage bevat de titel "bij de afwijkende gebeurtenis betrokken voorwerp". Hierbij is het belangrijk dat het voorwerp wordt gekozen dat betrokken is bij de afwijkende gebeurtenis die tot het ongeval heeft geleid. In de gevallen waarin de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk die de arbeidsongevallensteekkaart heeft opgesteld of het formulier voor de aangifte van het arbeidsongeval heeft ingevuld, niet met het medisch toezicht op zijn werknemers is belast, stuurt de werkgever een kopie van de steekkaart of aangifte naar de afdeling belast met het medisch toezicht van de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk waarbij hij aangesloten is. In de praktijk is het, gelet op de administratieve vereenvoudiging, aangewezen dat gebruik wordt gemaakt van het formulier voor de aangifte van een arbeidsongeval.

3. ARBEIDSONGEVALLEN: Herhaling van enkele wettelijke principes

3.1. De zorgen

- Vrije keuze van organisme

Elk slachtoffer van een arbeidsongeval heeft de keuze om zich te laten verzorgen waar hij wil. Er is dus geen enkele verplichting om naar Lothier te gaan.

- Derdebetalersysteem

Onze verzekeraar tegen arbeidsongevallen, Ethias, werkt met een « derdebetalersysteem » in het merendeel van de ziekenhuizen. Na et ongeval dient u aan de zorginstelling de volgende zaken te melden: - de naam van uw werkgever, - de naam van de verzekeraar, - het polisnummer 06561293 - uw rijksregisternummer. De zorginstelling zal de factuur overmaken aan de verzekeraar die de kosten zal terugbetalen op voorwaarde dat uw arbeidsongeval erkend wordt. In het geval van weigering van het arbeidsongeval zal de zorginstelling de facturen aan de betrokkene zelf doorsturen. Dit betreft eveneens de nodige behandelingen (kinesitherapie, fysio, …) ten gevolge van een arbeidsongeval, voor zover Ethias het arbeidsongeval heeft aanvaard. Op dat ogenblik moet u ook de referenties van de verzekeraar doorgeven die u op elk document van de verzekeraar terugvindt.

- Terugbetaling beperkt tot het RIZIV-tarief

De tussenkomsten van Ethias zijn begrensd tot de door het RIZIV vastgelegde tarieven. Wij raden u aan om inlichtingen in te winnen bij uw arts, kinesist, specialist,… om te weten of deze laatste “geconventioneerd” is. Is dat niet het geval, dan zal de overschrijding van die kosten te uwen laste vallen.

3.2. De RAADSGENEESHEER van de verzekeraar

Het slachtoffer van een arbeidsongeval moet ingaan op een uitnodiging van de raadsgeneesheer van de verzekeraar. Wij vestigen uw aandacht op deze verplichting. Als u zich niet aanmeldt op een spontane consultatie zie punt 1 hieronder), of op de specifieke consultaties (punt 2 hieronder), dan kan de verzekeraar de erkenning van het AO en de schadeloosstelling uitstellen of weigeren. 3.2.1. Spontane consultaties

Elke medewerker die het slachtoffer werd an een arbeidsongeval met ten minste 1 dag arbeidsongeschiktheid is verplicht om zich de dag zelf of ten laatste de dag erna te melden op een van de volgende adressen:

Page 35: Goed om weten 2011 _23022012_

34

Dr Coppens Consultatie : maandag 10u -12u / dinsdag 10u -12u / donderdag 10u -12u Bd Général Wahis 1030 Brussel Tel 02/726 80 07 Dr Tixhon Consultatie : woensdag 13u -16u / vrijdag 13u -16u Mettewielaan 58 1080 Brussel Tel 065/40 19 00 Dr Dimitriou Consultatie: maandag 10u -12u / woensdag 10u -12u / vrijdag 10u -12u Av. Stuart Merrill 94 1190 Brussel Tel 02/376 47 87 In het geval van een verlenging van de periode van arbeidsongeschiktheid moet het personeelslid zich binnen dezelfde termijn melden bij de raadsgeneesheer. Ook in het geval van herval. Het personeelslid moet de verantwoordelijke van zijn plaats van tewerkstelling op de hoogte brengen van de periode van arbeidsongeschiktheid, ook in het geval van verlening of herval. Verplichte documenten: Het personeelslid moet in het bezit zijn van een arbeidsongevallenkaart van Ethias in drie delen: - Het eerste deel “inlichtingen betreffende het slachtoffer en het ingeval” moet op voorhand door het personeelslid

worden ingevuld. - Het tweede deel moet door de behandeld geneesheer worden ingevuld. In dat geval moet er geen ander medisch

getuigschrift opgesteld worden. - Het derde deel wordt ingevuld door de raadsgeneesheer. U kan dit document op uw plaats van tewerkstelling krijgen bij het departement HR-beheer van de Afwezigheden en bij de bovenstaande kabinetten. Zonder dit document kan de controle van de arbeidsongeschiktheid niet plaatsvinden. Na consultatie bij de raadsgeneesheer, moet het gele exemplaar van het getuigschrift opgezonden worden naar het departement HR-Beheer van de Afwezigheden. Een personeelslid dat gehospitaliseerd is of zich in de medische onmogelijkheid bevindt (te staven middels een getuigschrift) om zich te verplaatsen is verplicht om contact op te nemen met Ethias, Dhr. Mockel, op het telefoonnummer 04/220 33 16. Hij zal u de nodige inlichtingen verschaffen betreffende de raadsgeneesheer tot wie u zich moet richten. 3.2.2. Specifieke consultaties

De verzekeraar mag het slachtoffer van een arbeidsongeval uitnodigen om zich bij een van de bovenvermelde raadsgeneesheren of bij een andere specialist te melden.

Page 36: Goed om weten 2011 _23022012_

35

4. Hoe toegang krijgen tot de juridische dienst van de ACV in het geval van weigering van een

arbeidsongeval?

U heeft alle elementen in uw bezit, namelijk medische getuigschriften, AO-aangifte, brief met de weigering van de wetsverzekeraar, medische verslagen, enz. Zodra uw dossier volledig is, geeft u het door aan het bureau van de bestendige afgevaardigden in het Atrium. De verantwoordelijke van het bureau neemt met u het dossier door alvorens het door te sturen naar de gewestelijke secretaris die u vervolgens zal uitnodigen om u uit te leggen welke stappen hij zal ondernemen :

- Een schrijven zal worden gestuurd naar de wetsverzekeraar teneinde hem zijn beslissing te herzien - Als de verzekeraar na om en bij de vijf weken niet of negatief geantwoord heeft, dan zal de gewestelijke

secretaris u een volmacht laten ondertekenen en zal hij het dossier naar de juridische dienst van de ACV doorsturen

- Zodra de juridische dienst uw dossier heeft ontvangen, dan zullen zij u zo snel mogelijk contacteren om u op de hoogte te brengen van het vervolg van de procedure voordat het dossier naar de Arbeidsrechtbank gaat.

5. Samenvatting voor het slachtoffer van een arbeidsongeval - Te doen

EEN AO/WW AANGEVEN

- Rubrieken van 1 tot 17 van interne AO-aangifte 3010 invullen - Een zo goed en volledig mogelijke versie van de feiten geven - Indien het slachtoffer alleen werkt moet hij, de dispatching op de hoogte brengen (objectnummer later op de

aangifte hernemen) - De aangifte aan zijn hiërarchische verantwoordelijke doorgeven

DE ZORGEN

- Op de plaats van tewerkstelling: door EHBO-er - In geval van agressie: door de lokale verantwoordelijke - Indien nodig: naar de Polikliniek van Lothier waar het slachtoffer zich bij Mevr. Linda VAN DE SLIJKE of aan het

Onthaal meldt - Voor zorgen elders dan bij Lothier, zelf medische attesten aan het kantoor Beheer van de Afwezigheden

overmaken! Een attest van eerste vaststelling waarin de letsels worden vermeld en een attest van werkhervatting zijn steeds vereist

- Voor elke chirurgische ingreep: voorafgaandelijk akkoord van de wetsverzekeraar (behoudens in geval van dwingende noodzaak)

MEDISCHE OPVOLGING DOOR ETHIAS

- Vanaf 1 dag arbeidsongeschiktheid als gevolg van een AO: verplicht zich op de dag zelf of ten laatste de dag erna spontaan aan te melden bij de door ETHIAS opgegeven geneesheer

- In geval van verlenging en herval: bij dezelfde raadsgeneesheer van ETHIAS gaan - Het document van de behandelende geneesheer bij zich hebben (diagnose, aantal dagen, behandeling) - Het door de behandelende geneesheer ingevulde ETHIAS-document bij zich hebben - Als het slachtoffer niet in het Brussels Gewest woont, contact opnemen met de beheerder van ETHIAS in geval

van verlenging (voor aanduiding van raadsgeneesheer)

BIJ DE WERKHERVATTING

- De lokale verantwoordelijke inlichten - Het door de behandelende geneesheer opgesteld attest overmaken aan de lokale verantwoordelijke waarin de

toestemming wordt gegeven om het werk te hervatten - Bij een werkhervatting na 28 dagen arbeidsongeschiktheid, sowieso oproeping door de arbeidsgeneesheer

Page 37: Goed om weten 2011 _23022012_

36

BRILSCHADE

- 3010 opmaken en volgens de gebruikelijke procedure aan het kantoor Beheer van de afwezigheden overmaken - Onder voorbehoud van erkenning door ETHIAS: Herstelling of vervanging door een opticien van zijn keuze - Herstelling: voor voldaan afgetekende factuur aan het Beheer van de afwezigheden overmaken -> rechtstreekse

terugbetaling door ETHIAS - Vervanging: voor voldaan afgetekende factuur aan het kantoor Beheer van de afwezigheden overmaken samen

met de beschadigde bril voor expertise door de E T H I A S alvorens die in de onkosten tussenkomt - Onder voorbehoud van erkenning door ETHIAS: Herstelling of vervanging door een opticien aangesteld door

ETHIAS: Eerst zich met 3010 naar kantoor van Beheer van de afwezigheden begeven. In geval van «telefonische» erkenning door ETHIAS, naar de door ETHIAS aangestelde opticien gaan die, na expertise, de bril zal herstellen of vervangen en de onkosten rechtstreeks aan ETHIAS zal factureren.

Page 38: Goed om weten 2011 _23022012_

37

VIII. AGRESSIE EN BELANGRIJKE INCIDENTEN: PROCEDURES EN STEUN

VAN DE MIVB AAN HET PERSONEEL

Ik kan rekenen op systematische en professionele hulp en begeleiding, in het kader van de MIVB: � Op het moment van de feiten; � In functie van mijn behoeften, mijn verwachtingen en de situatie; � Tijdens mijn periode van verwerking van de gebeurtenissen mijn periode van herstel en reïntegratie in de

werkomgeving. Op het moment van de feiten staan de supervisor, de patrouilleur, de dispatcher, de verantwoordelijke van wacht,… in voor de opvang ter plaatse:

� hij besteedt tijd aan mij; � hij luistert naar mij; � hij toont respect en begrip

In functie van mijn toestand en met mijn toestemming:

� organiseert hij mijn overbrenging naar een ziekenhuis of een arts; � begeleidt hij me naar mijn depot of werkplaats; � begeleidt hij me naar een bureau van de Federale Politie, waar ik klacht kan neerleggen of kan getuigen; � begeleidt hij me naar mijn woonplaats. � Hij brengt de dispatching van mijn dienst op de hoogte:

- van de situatie; - van het verloop van de acties die jegens mij worden ondernomen.

De dispatching van mijn dienst brengt mijn hiërarchische overste en de Sociaal Adviseur van wacht (tel. 0494/577.010) op de hoogte:

� van het verloop van de acties die jegens mij worden ondernomen; � van de feiten die zich hebben voorgedaan; � van mijn psychische en fysieke toestand

Mijn hiërarchische verantwoordelijke ontvangt mij bij mijn aankomst op mijn werkplaats: Hij heeft aandacht voor mijn onmiddellijke behoeften (mijn familie, mijn collega’s, mijn vakbondsafvaardiging verwittigen) Hij helpt me bij het invullen van de administratieve documenten

� in overleg stelt hij me voor: � om even te rusten in het depot; � om een arts te raadplegen; � om mijn terugkeer naar huis te organiseren; � om een afspraak te maken met mijn Sociaal Adviseur; � mijn werkhervatting te regelen.

Mijn Sociaal Adviseur � neemt zo snel mogelijk na de gebeurtenissen telefonisch contact met mij op; � stelt me in functie van de behoeften en wensen de nodige hulp en ondersteuning voor; � bij haar kan ik inlichtingen bekomen alsook oplossingen voor de problemen en vragen waar ik mee zit; � indien dat nodig blijkt, brengt ze me in contact met een instelling die gespecialiseerd is in hulp aan slachtoffers

van traumatische situaties; � gedurende mijn herstelperiode luistert ze indien nodig naar mij; � ze bereidt mijn werkhervatting voor en volgt deze van nabij, in nauwe samenwerking met mijn hiërarchische

verantwoordelijke, mijn Human Resources Correspondent en de Arbeidsgeneeskundige Dienst; � ze staat te mijner beschikking

Page 39: Goed om weten 2011 _23022012_

38

IX. Geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk.

Elk personeelslid moet zich onthouden van elke daad van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk. Er zijn nieuwe wettelijke bepalingen van toepassing om dit soort gedrag te voorkomen en op te treden wanneer het zich voordoet, wet van 4 augustus 1996, artikel 32 bis en volgende. U vindt hiervan hieronder een samenvatting; de volledige informatie betreffende de procedure is beschikbaar bij de vertrouwenspersonen (zie bijlagen) en op Cyrber.

1. De procedure samengevat Het personeelslid dat meent het voorwerp te zijn van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag kan zich wenden tot de vertrouwenspersoon van zijn keuze of tot de preventieadviseur. De vertrouwenspersoon of de preventieadviseur luistert naar het personeelslid en informeert hem over de verschillende mogelijkheden: 1. Mits toestemming van de partijen, kan de vertrouwenspersoon een rol spelen bij de verzoening met de aangeklaagde

persoon of bemiddelen bij de hiërarchische lijn om een oplossing te vinden. 2. Als het personeelslid geen bemiddeling wenst of als deze aanpak geen resultaat heeft opgeleverd, kan hij vragen om

een met redenen omklede klacht in te dienen. De vertrouwenspersoon kan de verklaring opnemen of de persoon doorverwijzen naar de bevoegde preventieadviseur. De preventieadviseur zal in elk geval de betrokken partijen en de eventuele getuigen horen. Hij zal een advies overmaken aan de werkgever dat in het bijzonder, en indien mogelijk, zijn advies bevat over de grond van de klacht alsook voorstellen voor maatregelen die de werkgever kan nemen (overplaatsing van een van de partijen, coaching, instelling van een procedure,…).

3. Het lid kan zich eveneens wenden tot de sociale inspectie of de arbeidsrechtbank. In de meeste gevallen kan de sociale inspectie of de rechter het personeelslid echter verwijzen naar de bovenstaande mogelijkheden (punten 1 en 2).

2. Bijzondere gevallen Werknemers die geen deel uitmaken van het personeel van de MIVB maar permanent activiteiten uitvoeren binnen de MIVB kunnen een beroep doen op de interne procedure van de MIVB · Personeelsleden die het voorwerp zijn geweest van een daad van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag door een derde tijdens de uitvoering van hun werk, kunnen een omschrijving van de feiten indienen bij de vertrouwenspersoon. Deze verklaring is anoniem en wordt opgenomen in een register

3. Misbruik van procedure In geval van bewezen misbruik van deze procedure door een personeelslid kan deze:

- een sanctie opgelegd krijgen uit het Arbeidsreglement;

- veroordeeld worden wegens tergend en roekeloos geding;

- het voorwerp zijn van een eis tot schadevergoeding door de persoon die ten onrechte werd beschuldigd van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag.

Page 40: Goed om weten 2011 _23022012_

39

X. DEELTIJDS WERK? Deeltijds werk wordt bij de MIVB geregeld op basis van een aantal overeenkomsten tussen de vakbonden en de maatschappij. Diverse wetten bieden ook mogelijkheden voor deeltijds werk. Het systeem is in die mate complex, in functie van de anciënniteit en de leeftijd van het personeelslid en van het toegelaten percentage, dat het onmogelijk is om in deze brochure dieper in te gaan op elk afzonderlijk geval. De voorwaarden en de gevolgen op het loon en de verloven zijn beschikbaar bij de vrijgestelden en uw afgevaardigden.

Page 41: Goed om weten 2011 _23022012_

40

XI. EN ALS MEN DE MIVB WIL OF MOET VERLATEN

1. Principes • Bij een overeenkomst voor onbepaalde duur kan iedere partij ze beëindigen met vooropzegging, d.i. een periode

waarin aan de andere partij wordt gemeld dat de overeenkomst een einde zal nemen, maar waarin haar normale uitvoering voorlopig wordt voortgezet. De wet bepaalt een minimale opzeggingstermijn wanneer de werkgever een einde maakt aan de overeenkomst (afdanking) en een maximum termijn wanneer de werknemer er een einde aan maakt (ontslagname).

• De opzeggingstermijn bij afdanking wordt opgeschort tijdens de jaarlijkse vakantie, ziekte, zwangerschapsverlof, voorlopige hechtenis, tijdskrediet met volledige schorsing van de prestaties (art. 38) en ook tijdens de dagen compensatieverlof voor overuren (art. 38bis) en tijdens de perioden van economische werkloosheid of slecht weer (art.62).

• De vooropzeg voor ontslagname (door de werknemer) loopt verder tijdens de schorsing van de arbeidsovereenkomst.

• De opzegging moet schriftelijk worden betekend (art. 37), met vermelding van het begin en de duur van de opzegging. De afdanking wordt aan de werknemer thuis bezorgd, hetzij per aangetekende brief, hetzij per deurwaardersexploot. De ontslagname wordt aan de werkgever bezorgd, hetzij door één van de vermelde middelen, hetzij met de overhandiging van de brief aan de werkgever tegen ontvangstbewijs. De aangetekende brief wordt van kracht op de derde werkdag na verzending.

• Tijdens de opzeggingstermijn kan de werknemer afwezig blijven met behoud van zijn loon, om ander werk te zoeken. Deze afwezigheid beloopt een volledige dag of twee halve dagen per week. Voor bedienden die meer dan € 30.327 per jaar verdienen, is dit recht slechts toepasbaar gedurende de laatste 6 maanden van de opzeggingstermijn, daarvoor is het beperkt tot een halve dag per week.

2. De opzegging van de bedienden • De vooropzeg begint op de eerste dag van de maand die volgt op de bekendmaking. De opzeggingstermijn bij

afdanking varieert volgens het bedrag van de bezoldiging. Indien ze maximum € 30.535 bruto per jaar bedraagt, is de opzeggingstermijn 3 maanden vanaf het begin van elke nieuwe periode van 5 jaar anciënniteit. Een bediende met 11 jaar anciënniteit bijvoorbeeld, heeft recht op 9 maanden opzeg.

• Wanneer de bezoldiging € 30.535 bruto per jaar overschrijdt, wordt de opzeggingstermijn door de partijen ten vroegste bepaald op het moment dat de opzegging gegeven wordt. Worden de partijen het niet eens, dan wordt de termijn bepaald door de rechtbank. De opzeggingstermijn mag niet lager zijn dan deze voor de bedienden die minder verdienen dan € 30.535. De rechtbanken houden rekening met de omstandigheden van de specifieke gevallen zoals de redenen en de omstandigheden van het ontslag, de omvang van de onderneming, enz. Anders, zijn de variabelen waarmee rekening wordt gehouden de anciënniteit, de leeftijd, de bezoldiging en de functie.

• Wanneer de bezoldiging € 61.071 overschrijdt bij de indiensttreding, kan de opzeggingstermijn, uiterlijk bij de indiensttreding, individueel worden bepaald. De termijn mag niet minder zijn dan het wettelijk minimum. Is er geen overeenkomst over de termijn, dan gelden de gebruikelijke regels voor de "hogere bedienden". Die bepaling werd in de wet over de arbeidsovereenkomsten ingevoerd door een programmawet van 30.3.1994. Ze is enkel van toepassing op de bedienden die na 1 april 1994 in dienst zijn gekomen.

• Bij ontslagname bedraagt de opzeggingstermijn (art. 82) in principe de helft van deze bij afdanking, echter zonder overschrijding van:

•••• 3 maanden indien de wedde € 30.535 niet overschrijdt;

•••• 4 en een halve maand indien de wedde € 30.535 overschrijdt zonder dat ze € 61.071 overschrijdt;

•••• 6 maanden indien de wedde € 61.071 overschrijdt.

Page 42: Goed om weten 2011 _23022012_

41

• De tegenopzegging echter, dit is de opzegging die gegeven wordt door de afgedankte bediende die een andere baan heeft gevonden, wordt als volgt bepaald:

•••• 1 maand indien de wedde € 30.535 niet overschrijdt;

•••• 2 maanden indien de wedde € 30.535 overschrijdt zonder dat ze € 61.071 overschrijdt;

•••• door de partijen of de rechter, met een maximum van 4 maanden indien de wedde € 61.071 overschrijdt. De tegenopzegging begint te lopen de dag na de kennisgeving.

•••• Bij wijze van uitzondering op de regels hierboven, geldt dat indien het verlof wordt gegeven om een einde te maken aan een overeenkomst van onbepaalde duur vanaf de eerste dag van de maand die volgt op die waarin de bediende 65 jaar wordt, de opzegtermijn 6 maanden is (3 maanden indien de bediende minder dan 5 jaar anciënniteit telt).

•••• De opzeg bij ontslagname is beperkt tot 3 maanden (1,5 maand voor een anciënniteit van minder dan 5 jaar) vanaf de leeftijd van 60 jaar. Met die afwijkende regels wil men te lange opzegtermijnen vermijden voor de bediende die de pensioenleeftijd nadert of overschrijdt.

• Het interprofessioneel akkoord 2011 – 2012 heeft een nieuwe regelgeving ingevoerd over de opzegtermijnen van de

bedienden en de arbeiders. Die nieuwe bepalingen zijn van toepassing op alle nieuwe arbeidscontracten ondertekend na 1 januari 2012. De werknemers die een contract hebben van vóór 1 januari 2012 vallen verder onder de toepassing van de huidige regelgeving.

Hierna vindt u een overzicht van de nieuwe reglementering inzake opzegging.

Duur van vooropzeg na te leven

door Begin

Kenmerken Anciënniteit

Werkgever Bediende

Na 7 dagen ziekte Zonder vooropzeg

-1 maand 7 dagen 7 dagen Volgende dag

Tijdens proef

Ongeacht leeftijd en/of salaris

1 maand-einde

proef 7 dagen 7 dagen Volgende dag

Leeftijd Salaris

- 5 de jaar 3 maand 1,5 maand 1er

dag volgende maand

€30.535/jaar en - 5 jaar – 10 jaar 6 maand 3 maand 1er

dag volgende maand

10 jaar – 15 jaar 9 maand 3 maand 1er

dag volgende maand

15 jaar – 20 jaar 12 maand 3 maand 1er

dag volgende maand

20 jaar en +

3 maand per schijf

van 5 jaar

aangevatte anc.

3 maand 1er

dag volgende maand

-65 jaar

- 3 jaar 91 dagen 45 dagen 1er

dag volgende maand

3 jaar – 4 jaar 120 dagen 45 dagen 1er

dag volgende maand

4 jaar – 5 jaar 150 dagen 45 dagen 1er

dag volgende maand

€ 30.535/jaar en - 5 jaar – 6 jaar 182 dagen 90 dagen 1er

dag volgende maand

6 jaar – 10 jaar 30 dagen per jaar

aangevatte anc. 90 dagen 1

er dag volgende maand

10 jaar en + 30 dagen per jaar

aangevatte anc 135 dagen 1

er dag volgende maand

+ 65 jaar en +

Van geen belang - 5 jaar 3 maand 1,5 maand 1er

dag volgende maand

5 jaar et + 6 maand 3 maand 1er

dag volgende maand

Page 43: Goed om weten 2011 _23022012_

42

3. De opzegging van de arbeiders

De opzegging begint op de maandag die volgt op de week na de kennisgeving. De opzegging tijdens de proefperiode blijft van toepassing, zoals bepaald in de wet over de arbeidsovereenkomsten van 3.7.1978. Nieuwe bepalingen voor de afdankingen vanaf 2012

Sinds 1 januari 2012 is er een nieuwe regelgeving van kracht voor de afdanking van arbeiders en bedienden. Dit is een eerste stap naar de harmonisering van de statuten van arbeiders en bedienden. De nieuwe bepalingen werden bekrachtigd door de wet van 12 april 2011. Ze zijn van toepassing op de overeenkomsten vanaf 1 januari 2012 en op de bestaande overeenkomsten die meer dan 7 dagen zijn onderbroken vanaf 1 januari 2012. Wanneer de arbeider een einde maakt aan zijn betrekking, dan bedraagt de opzegtermijn 14 dagen. Voor een arbeider met meer dan 20 jaar ononderbroken dienst bij dezelfde werkgever, bedraagt de opzegtermijn 28 dagen.

Anciënniteit in de onderneming Ontslag oude regeling Ontslag nieuwe regeling

minder dan 6 maanden 28 dagen 28 dagen

van 6 maanden tot minder dan 5 jaar 35 dagen 40 dagen

van 5 jaar tot minder dan 10 jaar 42 dagen 48 dagen

van 10 jaar tot minder dan 15 jaar 56 dagen 64 dagen

van 15 jaar tot minder dan 20 jaar 84 dagen 97 dagen

meer dan 20 jaar 112 dagen 129 dagen

Page 44: Goed om weten 2011 _23022012_

43

XII. Ik ben bijna op pensioen- of brugpensioenleeftijd Er zijn verschillende CAO's die voorzien in brugpensioenvoorzieningen voor de personeelsleden van de maatschappij, met name de conventies 2007/8, 2009 en 2010/11. De onderhandelingen vinden om de twee jaar plaats en de uitstapmodaliteiten zijn voor elke conventie verschillend.

1. Vervroegde vertrekken (Canada dry) De wet van 3 mei 2007 (art.3§7) tot regeling van een conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact laat werknemers die een loopbaan van 40 Jaar tellen toe om van het conventioneel brugpensioen te genieten op 56jaar. De MIVB is uitgesloten van een aantal artikelen van het generatiepact, vandaar dat een vergelijkbare regeling uitgewerkt werd maar dan als oudere werkloze

(canada dry) en niet als conventioneel bruggepensioneerde.

Basis Geboorte jaar

Anciënniteit MIVB Loopbaan anciënniteit

Leeftijd vertrek Ten vroegste !

Voldoen aan de voor waarden van/tot:

Ontslag indienen voor eind:

Extra wettelijke vergoeding

CAO 13.10.2011

1956 Zwaar beroep : 25 jaar Andere : 30 jaar

40 jaar(5) 56 jaar 2012 2012 CRI (4)

Page 45: Goed om weten 2011 _23022012_

44

2. Conventioneel brugpensioen (CAO 17)

We kunnen ons prepensioen MIVB zoals hier verder uitgelegd volledig uitvoeren. Maar alle gevolgen van de regeringsbeslissingen van december 2011 zijn op 01/02/2012 nog niet bekend vooral i.v.m. het wettelijk pensioen en de beschikbaarheid op de arbeidsmarkt.

°1947 tot °1953

ANC. MIVB/

JAREN GEW.

Extra wettelijke vergoeding Extra jaren

GRATUB

Artikel

conventie

Voldoen aan de voor

waarden van/tot:

Ontslag indienen voor

eind:

Van 0 jaar tot 30 jaar Geen recht op prepensioen

Vanaf 30 j. CRI 100%(4)(2)

3.1.2 2011 Einde ontslagperiode(1)

2013

Zwaar werk 25j. anc. CRI 100%(4)(2)

Max. 5 jaar 3.1.1 2011 Einde ontslagperiode(1)

2013

°1954 °1955

ANC. MIVB/

JAREN GEW.

Extra wettelijke vergoeding Extra jaren

GRATUB

Artikel

conventie

Voldoen aan de voor

waarden van/tot:

Ontslag indienen voor

eind:

Van 0 jaar tot 20 jaar Geen recht op prepensioen

Van 20 j. tot 30j.anc Wettelijk voorziene vergoeding 3.1.3 2011 Einde ontslagperiode(1)

2013

Vertrek op 58jaar:

55% CRI (4) 2011

Einde ontslagperiode(1) 2013

Vertrek op 59jaar:

70% CRI (4) 2011 Einde ontslagperiode(1)

Van 30j.anc Tot 35j.anc/38 j. gew.

Vertrek op 60jaar:

CRI 100%(4)

3.1.4

2011 Einde ontslagperiode(1)

2013

Vanaf 35j.anc/38 j. gewerkt CRI 100%(4)

3.1.2 2011 Einde ontslagperiode(1)

2013

Zwaar werk 25j. anc. CRI 100%(4)(2)

Max. 5 jaar 3.1.1 2011 Einde ontslagperiode(1)

2013

Page 46: Goed om weten 2011 _23022012_

45

°1956

ANC. MIVB/

JAREN GEW.

Extra wettelijke vergoeding Extra jaren

GRATUB

Artikel

conventie

Voldoen aan de voorwaarden

ten laatste:

Ontslag indienen voor

eind:

Van 0 j.tot 20 j.anc. Geen recht op prepensioen

Van 20 j. anc. tot 35j.anc/38j.gew.

Wettelijk voorziene vergoeding 3.6 Vanaf 31/12/2011 tot einde ontslagperiode(1)

2014

Vertrek op 58jaar:

70% CRI (4) (58j. tot/met 60j.) 90% CRI (4) (61j. tot/met 64j.)

Vanaf 31/12/2011 tot einde ontslagperiode(1)

2014 Van 35j.anc/38 j. gew. tot 38j. anc.

Vertrek op 59jaar:

85% CRI (4) (59j. tot/met 60j.) 90% CRI (4) (61j. tot/met 64j.)

3.5

Vanaf 31/12/2011 tot einde ontslagperiode(1)

2014

Van 38j. anc. tot 40j. anc.

CRI (4) beperkt tot max. van barema 21.91 (01/01/2012) (€ 3500.67)

3.4 Vanaf 31/12/2011 tot einde ontslagperiode(1)

2014

Vanaf 40j. anc. CRI (4) 100%

Max. 5 jaar 3.3 Vanaf 31/12/2011 tot einde ontslagperiode(1)

2014

Zwaar werk 25j. anc. CRI (4) 100%

Max. 5 jaar 3.2 Vanaf 31/12/2011 tot einde ontslagperiode(1)

2014

(1) Ontslagperiode die op vraag van het personeelslid kan verlengd worden. (2) Indien vertrek op 59jaar verhoogd met een bonus van max. 10% met het oog op de garantie van 70% van het bruto barema (zonder premies en toeslagen)

voor arbeiders en bedienden en 65% van het bruto barema (zonder premies en toeslagen) beperkt tot de hoogste rang van loonschaal 27.02 (3) verhoogd met een bonus van max. 10% met het oog op de garantie van 70% van het bruto barema (zonder premies en toeslagen) en op 60jaar verhoogd

met een bonus van max. 15% met het oog op een garantie van 75% van het bruto barema (zonder premies en toeslagen) Beperkt tot 85% van dit barema. Kaderleden werkloosheidsvergoedingen RVA + aanvullende brugpensioenvergoeding MIVB berekend volgens de CRI-regel(4)

(4) 1% van het bruto barema per dienstjaar met inbegrip van 13de maand (bedienden), vast aandeel (arbeiders), premie van verdienste, premie slagen examen, maandelijkse premie brigadier, chef en onderonderhoudchef, werkplaatschef, opzichters, premie dienstdoende, uitzonderlijke premie sociale. programmatie, geplafonneerd aan 85% van dit barema.

(5) Jaren loopbaan stemmen overeen met voltijdse prestaties van “de maatman” de deeltijdse prestaties worden teruggebracht tot voltijdse prestaties op basis van het aantal gepresteerde uren per jaar. (tijdskrediet zijn gelijkgestelde periodes)

Page 47: Goed om weten 2011 _23022012_

46

3. Groepsverzekering Ethias Op 1 januari 2004 is de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid in voege getreden. Deze wet heeft ook gevolgen voor uw pensioenopbouw via de groepsverzekering (collectieve pensioentoezegging) die door uw werkgever in uw voordeel werd onderschreven. Hoewel de Wet aanvullende pensioenen de verzekeraar 3 jaar de tijd geeft het groepsverzekeringsreglement formeel aan te passen aan de bepalingen van de wet zijn het merendeel van de bepalingen van deze wet reeds in voege getreden. Hier en daar werd wel voorzien in een overgangsperiode. De Wet aanvullende pensioenen heeft een aantal nieuwigheden ingevoerd zoals de sectorpensioenen en de individuele pensioentoezegging. Daarnaast heeft de wet de bedoeling de extralegale pensioenen te democratiseren door meer mensen de kans te bieden deel te nemen aan een extralegaal pensioen en door mensen die reeds verzekerd worden voor een extralegaal pensioen beter in te lichten en meer inspraak te geven in de pensioenopbouw. De wet wil ook waarborgen dat het extralegaal pensioen dat wordt opgebouwd daadwerkelijk voor het pensioen gebruikt zal worden. Eén en ander leidt ertoe dat pensioenen in algemene regel niet meer vroegtijdig kunnen worden afgekocht. Hieronder vindt u een kort overzicht van de belangrijkste bepalingen van deze Wet aanvullende pensioenen.

Verplichte aansluiting op 25 jaar

Indien u in dienst treedt bij een werkgever die reeds een collectieve pensioentoezegging heeft onderschreven voor de personeelscategorie waartoe u behoort, kan u niet weigeren om aan te sluiten. Uw werkgever van zijn kant wordt verplicht u aan te sluiten volgens de bepalingen van het groepsverzekeringreglement, maar ten laatste op uw 25

ste

verjaardag.

Medisch onderzoek

Verzekeraars zullen u voortaan in principe geen geneeskundig onderzoek meer mogen opleggen wanneer u bij een collectieve pensioenregeling aansluit. Op dit algemeen verbod worden drie uitzonderingen voorzien, met name:

1. Als u zelf de omvang van uw overlijdenswaarborg mag kiezen (cafetariaplannen). 2. Als het overlijdenskapitaal waarvoor u verzekerd bent minstens 50% hoger is dan het verzekerde

pensioenkapitaal; 3. Als de pensioentoezegging 10 of minder aangeslotenen telt.

Verworven reserves

U kan aanspraak maken op verworven rechten en prestaties ten laatste nadat u 1 jaar was aangesloten bij een collectieve pensioentoezegging. Het pensioenreglement kan echter een gunstigere regeling uitwerken. Wanneer u voordien reeds aangesloten was bij een andere collectieve pensioentoezegging van dezelfde werkgever wordt voor de berekening van de wachttijd van één jaar rekening gehouden met de duur van die vroegere aansluiting. Volledigheidshalve moet hier nog aan toegevoegd worden dat het verboden is een pen-sioentoezegging op een dergelijke wijze te omschrijven dat het resultaat van de pen-sioenformule leidt tot nul en er bijgevolg geen verworven reserves worden opgebouwd.

Page 48: Goed om weten 2011 _23022012_

47

Uittreding

Op het moment dat u uw huidige werkgever verlaat en u niet langer kan genieten van de voordelen verzekerd in de collectieve pensioentoezegging die uw werkgever voor u had onderschreven, dient een strikte procedure gevolgd te worden. Binnen dertig dagen brengt uw werkgever Ethias Leven op de hoogte van uw uittreding. Vervolgens deelt Ethias Leven binnen de dertig dagen te rekenen vanaf de kennisgeving door de werkgever de volgende gegevens mee: 1. het bedrag van de verworven reserves, eventueel aangevuld door uw werkgever tot het wettelijk minimum; 2. het bedrag dat overeenstemt met de rendementsgarantie, eventueel aangevuld door uw werkgever tot het wettelijk

minimum; 3. de verworven prestaties 4. de verschillende keuzemogelijkheden met betrekking tot de bestemming van de opgebouwde reserve in de

collectieve pensioentoezegging onderschreven door de werkgever die u verlaat. U kan er voor opteren de reserve opgebouwd in uw collectieve pensioentoezegging a) over te dragen naar de pensioentoezegging van uw nieuwe werkgever indien u daarbij wordt aangesloten; b) over te dragen naar een pensioeninstelling die de totale winst onder de aangeslotenen, in verhouding tot hun

reserves, verdeelt en de kosten beperkt; c) ongewijzigd in de collectieve pensioentoezegging te laten; d) over te dragen naar de onthaalstructuur van uw huidige of nieuwe werkgever. U dient uw keuze binnen dertig dagen nadat uw werkgever u op de hoogte bracht van de verschillende keuzemogelijkheden bekend te maken. Zoniet zal uw reserve ongewijzigd in de collectieve pensioentoezegging belegd blijven. Na het verstrijken van de voormelde termijnen kan u te allen tijde nog vragen de reserves over te dragen, zoals hierboven besproken.

Individuele voortzetting

Wanneer u 42 maanden of meer in dienst was van uw vorige werkgever en u in dienst wordt genomen door een werkgever die voor de categorie van werknemers waartoe u behoort geen groepsverzekering heeft onderschreven, kan u van uw huidige werkgever eisen dat hij een premie van uw salaris inhoudt en het stort op een individuele overeenkomst voor pensioenopbouw die u zelf heeft onderschreven bij de verzekeraar van uw keuze. De premies zowel als de uitkeringen genieten de fiscale behandeling van tweede pijler pensioen.

Individuele pensioentoezegging

Indien uw werkgever een collectieve pensioentoezegging heeft onderschreven voor alle werknemers kan hij voor enkele werknemers onder bepaalde voorwaarden een individuele pensioentoezegging afsluiten. De individuele pensioentoezegging is een individuele levensverzekering gesloten in het onmiddellijk en rechtstreeks voordeel van een werknemer. De werknemer verwerft daarop definitieve rechten die hij rechtstreeks op zijn pensioenaanspraak zal kunnen laten gelden. De individuele pensioentoezegging mag niet gesloten worden minder dan 36 maanden voorafgaand aan de (brug)pensionering of een conventioneel regime van het type “Canada Dry” van de betrokken werknemer. Als de individuele pensioentoezegging een persoonlijke bijdrage voorziet, is akkoord van de betrokken werknemer noodzakelijk

Page 49: Goed om weten 2011 _23022012_

48

Opname van (een deel van) het pensioenkapitaal

De Wet aanvullende pensioenen bepaalt dat het pensioenkapitaal ten vroegste kan worden opgenomen bij wettelijke pensionering of vanaf 60 jaar. Dit kadert in de overtuiging van de wetgever dat fiscaal gestimuleerde pensioenopbouw ook daadwerkelijk moet dienen voor de financiering van een aanvulling op het wettelijk pensioen. Deze bepaling houdt in vergelijking met de huidige wetgeving een duidelijke beperking in van de mogelijkheden tot opname van het pensioenkapitaal. Op de bestaande pensioentoezeggingen zijn evenwel ruime overgangsbepalingen van toepassing tot einde 2009. Pensioentoezeggingen onderschreven vóór 16 november 2003 mogen onveranderd worden uitgevoerd volgens de bepalingen opgenomen in het reglement met betrekking tot de mogelijkheden tot opname van het pensioenkapitaal voor uitkeringen tot en met 31 december 2009. Bijgevolg blijven pensioentoezeggingen die reeds onderschreven waren op 15 november 2003 nog onderworpen aan de huidige regelgeving gedurende een in de nieuwe wet bepaalde overgangsperiode, met name tot en met 31 december 2009.

Rente-uitkeringen

Om de extralegale pensioenopbouw beter aan te sluiten op het wettelijk pensioen en om er zorg voor te dragen dat het opgebouwde kapitaal een aanvulling vormt tijdens de gehele duur van de pensionering, is de wetgever van oordeel dat de rente-uitkeringen bevorderd moeten worden. De aangeslotene of, in geval van overlijden, zijn rechthebbenden mogen altijd de uitkering in rente vragen. De inrichter is verplicht de aangeslotene hierover te informeren alsook over de hoogte van de rente en dit ten laatste twee maanden voor de pensionering of binnen de twee weken nadat hij van de vervroegde pensionering of het overlijden op de hoogte is gesteld. Echter, wanneer het jaarlijkse bedrag van de rente bij aanvang kleiner is dan of gelijk is aan 500,00 EUR (geïndexeerd), wordt de verzekeringsmaatschappij verplicht het kapitaal uit te betalen.

Page 50: Goed om weten 2011 _23022012_

49

X. WIE VERDEDIGT ONS?

1. De afgevaardigden

De ACV telt bij de MIVB meer dan 100 afgevaardigden verdeeld over alle plaatsen van tewerkstelling van onze maatschappij. De structuur van onze organisatie ziet er als volgt uit.

Algemene vergadering van de afgevaardigden van de arbeiders

van de technische diensten

Voorzitter: Abdelmoneim El Aydam

Algemene vergadering van de afgevaardigden van de arbeiders

bij de exploitatie Voorzitter:

Mostafa Akel

Algemene vergadering van de afgevaardigden van de bedienden

Voorzitter:

Frans De Man

Algemene vergadering van de ACV-afgevaardigden bij de MIVB

Gemeenschappelijk groepscomité MIVB

Voorzitter: Abderrazzak Melouani

14 technische diensten 12 bedienden 19 exploitatie

1 gepensioneerde

Elk van die vergaderingen beslist op haar niveau welk standpunt het ACV zal innemen. In onze vergaderingen worden de beslissingen op een democratische manier genomen, waarna ze door onze gemandateerde afgevaardigden verdedigd worden in alle beslissingsorganen. Hierna volgt de lijst van onze hoofdafgevaardigden per werkplaats.

Haren

Business Unit Bus

RITTWEGER de MOOR Olivier BEWEGING OOST /HAR /II F

Business Unit Tram

BENHADI Farid BEWEGING OOST /HAR /Tram F

Operationeel Beheer Bus (O.B.B.)

BELMEHIDI Mohamed G.O.B. - INTERVENTIE OOST /HAR /II F

BOUAZZA Abdelhaq A.C.B. OOST /HAR /II F

Page 51: Goed om weten 2011 _23022012_

50

Technisch Department BUB

VAN DEN EYNDE Yvan TECHNISCH DEPARTEMENT OOST /HAR /I N

PEREZ-VAZQUEZ Jose TECHNISCH DEPARTEMENT OOST /HAR /I F

Sûreté & Contrôle

BOULHAOUN Abisdk PREVENTIE & BEVEILIGING OOST /HAR /TWEEDEKKER F

EL AYDAM Abdelmounaim INTERVENTIE OOST /HAR /TWEEDEKKER F

RIVAN MARCE Bartolomeo HONDENBRIGADE OOST /HAR /TWEEDEKKER F

Klantentraject

MERCIER Thierry INFORMATIE REIZIGERS OOST /HAR /VI F

Technische directie – Departement RM

DE VRIENDT Jean Marie DEPARTEMENT RM OOST /HAR /V F

GOSSYE Hans DEPARTEMENT RM OOST /HAR /III+0 N

Jacques Brel

Business Unit Bus

AKEL Mostapha BEWEGING JACQUES BREL/BV F

Business Unit Métro – Technisch departement

VANDENHAUTE Philippe DEPARTEMENT METRO J. BREL MS + 0 F

LA BELLA Antonio TECHNISCH DEPARTEMENT J. Brel MS+0 F

Business Unit BUB – Technisch Departement

RAYA GARCIA Juan TECHNISCH DEPARTEMENT JACQUES BREL/BV F

Klantentraject – FIT

ATIRAN Ali FIT JACQUES BREL/BV F

Financiën – Administratie – Logistiek (Appro)

BEYL Ronny FAL – Appro JACQUES BREL/BE N

Page 52: Goed om weten 2011 _23022012_

51

Delta

Business Unit Bus

HAJ MHAND Abdelaziz BEWEGING OOST /DEL /AV+0 F

Business Unit Metro

MERZGUIOUI Ridwan BEWEGING DELTA F

RIFAÂD Sahid BEWEGING - SPR LIJN 1B OOST /DEL /AV+0 F

Business Unit Metro – Departement Metro

BERGMANS Jean Paul DEPARTEMENT METRO OOST /DEL /AR-4 N

VAN STICHEL Kris DEPARTEMENT METRO OOST /DEL /AR-2 N

Business Unit Metro – Stations

BOUBOUH Abdelhaq Zone 16 OOST /DEL /AR-1 F

S’RA Abdellatif Zone 779 OOST /DEL /AR-1 F

Business Unit BUB – Technisch departement

DE HENAU Stephane TECHNISCH DEPARTEMENT OOST /DEL /AV+0 F

Elsene/Woluwe

Business Unit Tram

MELOUANI Abderrazzak BEWEGING OOST /ELSENE F

AKDENIZ Yilmaz BEWEGING OOST /WOL F

Business Unit Tram – Département technique

POTENZA Donato TECHNISCH DEPARTEMENT OOST /ELSENEL F

Koningslaan

Business Unit Tram

HULIN André BEWEGING WEST/KONINGSLAAN F

Page 53: Goed om weten 2011 _23022012_

52

Business Unit Tram - Département technique

DE RICK Frank TECHNISCH DEPARTEMENT WEST/KONINGSLAAN F

Molenbeek

Business Unit Tram

CROMBE Valérie BEWEGING WEST/MOL F

Business Unit Tram – Technisch departement

ABBELOOS Johan TECHNISCH DEPARTEMENT WEST/MOL N

Schaerbeek

Business Unit Tram

LEMONIS Panagiotis BEWEGING OOST /SCHAE F

Demets

Business Unit Tram

AL MERIOUH Fouad O.B.T. - SAT WEST/DMETS F

Manhattan

Business Unit Tram

VAN DEN BROECK Paul STAFF Manhattan 26 F

Birmingham/Centrale werkplaats

Infrastructuren

BAETENS Danny DEPART.S&BL - STUDIES WEST/BIR N

DE CLERCQ Marnix DEPART.S&BL WEST/CENTRALE WERKPL N

Belgrado/Kureghem

Technische Directie

D'HOLLANDER Laurent DEPARTEMENT RM BELGRADO N

ROELS Eddy DEPARTEMENT RM WEST/KUR N

Page 54: Goed om weten 2011 _23022012_

53

Delacroix

Infrastructuren

PAMUK Hakan INFRA/GST Delacroix F

Atrium

Financiën – Administratie – Logistiek

SAS Christine BEHEER.INFO.SYST. ATRIUM niv 5 F

WELLENS Philippe BEHEER.INFO.SYST. ATRIUM niv 5 F

Human Resources

VAN EESTER Sven VAKBOND - ACV ATRIUM niv 7 N

Infrastructuren

PALMERI Francesco DEPART.S&BL - STUDIES ATRIUM niv 6 F

PINT Joannes SIGN.TELECOM ATRIUM niv 6 N

Technische direction

VAN ELSUE Ghislain INFOTECH ATRIUM 6 N

DE CALUWE Marina TRANSPORT SYSTEMS ATRIUM 3 N

Commerciële direction

SMAIL Ilham VERKOOP & DISTRIBUTIE ATRIUM niv 4 F

Park

Business Unit Tram

BEN NAIM Moustafa Dispatching PARK F

CCN

VAN CANNEYT Philip AED-DITP EXTRN/CCN /+3 F

Page 55: Goed om weten 2011 _23022012_

54

2. De gewestelijke en nationale verantwoordelijken

Het gewestelijk secretariaat

Belast met de coördinatie van de vakbondspolitiek. Verzekert de contacten tussen de MIVB en de Brusselse federatie van het ACV, onder andere voor wat betreft de vorming en de gerechtelijke bijstand (in samenwerking met Fallah). De verantwoordelijke secretaris is ambtshalve lid van het gemeenschappelijk groepscomité MIVB en plaatsvervangend lid in het gewestelijk paritair comité. De gewestelijke secretaris is: Lambotte Benoit Helihavenlaan 21 1000 Brussel Tel. : 02/208.23.92. Fax : 02/208.23.90. E-mail : [email protected].

Het nationaal secretariaat

Belast met de coördinatie van heel de sector “vervoer” van het ACV. De nationale secretaris is eveneens belast met de coördinatie van de politiek en de vakbondsactiviteiten op het niveau van de MIVB. Tevens is hij effectief lid van de gewestelijke paritaire commissie MIVB en ambtshalve lid van het gemeenschappelijk groepscomité MIVB. Jan Coolbrandt Helihavenlaan 21 1000 Brussel Tel. : 02/208.24.45. Fax : 02/208.24.40. E-mail : [email protected]

3. Het gewestelijk paritair comité

Dit is het officieel orgaan voor onderhandelingen tussen de MIVB en haar personeel. Dit comité wordt voorgezeten door een ambtenaar van het ministerie van Tewerkstelling en Arbeid. Naast de voorzitter telt het comité 9 leden die de werkgevers van de MIVB vertegenwoordigen en 9 leden die de werknemers vertegenwoordigen (4 ACV, 4 ABVV, 1 ACLVB).

In dit orgaan worden volgende materies besproken : 1) de vierjaarlijkse beheersovereenkomst tussen de MIVB en het Brussels Gewest; 2) het bedrijfsplan dat elk jaar aangepast wordt om de begrotingsdoelstellingen van de beheersovereenkomst te

bereiken; 3) de sociale programmaties; 4) de organigrammen van de maatschappij die niet enkel de interne organisatie bepalen, maar ook de

doelstellingen vastleggen i.v.m. het aantal werknemers per categorie en per organiek vak; 5) alle mogelijke overeenkomsten tussen werkgevers en werknemers binnen de maatschappij (CRATUB,

brugpensioen, pensioen, arbeidstijd, barema’s, enz.). 6) conflicten.

4. De comités MIVB

Ondernemingsraad

Een paritair orgaan dat samengesteld is uit 22 vertegenwoordigers van de werkgever en 22 vertegenwoordigers van de werknemers die om de 4 jaar verkozen worden (volgende verkiezing in 2012). Huidige verdeling : 9 ACV, 9 ABVV,

Page 56: Goed om weten 2011 _23022012_

55

4 ACLVB. Deze raad wordt voorgezeten door M. Lauwers, adjunct-directeur generaal. Hij moet vooral informatie verstrekken over alle aspecten van de maatschappij (financiën, investeringen, organisatie, enz.). Daarenboven is het de raad die beslissingen neemt omtrent het vastleggen van de jaarlijkse vakantie en het arbeidsreglement.

Comité CPBW (Comité voor Preventie en Bescherming op het werk)

Een paritair orgaan dat samengesteld is uit 20 vertegenwoordigers van de werkgever en 20 vertegenwoordigers van de werknemers die om de 4 jaar verkozen worden (volgende verkiezing in 2012). Huidige verdeling : 7 ACV, 9 ABVV, 4 ACLVB. Dit comité wordt voorgezeten door M. Bioul, Directeur BUM. Het comité neemt beslissingen omtrent alle aspecten van de veiligheid van de personeelsleden, de gezondheid in het algemeen en de verfraaiing van de werkplaatsen.

Comité voor de benoeming in vast dienstverband

Dit comité onderzoekt het dossier van de personeelsleden die 6 maanden goede dienst hebben of overgaan naar het vast personeel. Onze afgevaardigden verdedigen er de dossiers van de personeelsleden opdat deze niet ongegrond vertraging zouden oplopen.

Kledingsfonds

Dit comité ziet toe op de goede werking van het kledingfonds, in die zin dat er, naast de veiligheidskleding en -uitrusting, nog een groot gamma van artikelen te uwer beschikking staat.

Beheer van cafetaria’s en restaurants

Dit comité zorgt ervoor dat er drank en voedsel voorzien wordt voor het personeel op zoveel mogelijk werkplaatsen en tegen een gunstige prijs.

Raad van Beroep

Deze paritair samengestelde raad heeft als opdracht een advies uit te brengen over de beroepen die ingediend worden door personeelsleden die omwille van tuchtredenen ontslagen zijn. Wie kan een beroep indienen bij de raad?

• Elk lid van het vast personeel of van het personeel met 6 maanden goede dienst en dat een jaar anciënniteit heeft;

• Het personeel dat in stage is of geen 6 maanden goede dienst telt dat een jaar anciënniteit heeft + minstens één keer het taalexamen afgelegd heeft + niet geweigerd werd om toe te treden tot het vast personeel omwille van andere dan taalredenen en/of medische gronden.

Het beroep moet per aangetekende brief ingediend worden binnen een termijn van drie dagen na kennisgeving van het ontslag. De vergadering wordt vastgelegd binnen een termijn van 10 werkdagen. De directeur-generaal neemt de eindbeslissing

5. De bestendige afgevaardigden

Om u nog beter te kunnen helpen, hebben wij een bureau van bestendige afgevaardigden. De taken van de bestendige afgevaardigden zijn als volgt verdeeld.

Robert Timmermans (02/515.30.41)

- Administrateur die het personeel vertegenwoordigt in het beheerscomité en de raad van bestuur. - Permanent verantwoordelijke voor het ACV-bureau bij de MIVB. - Houdt zich voornamelijk bezig met de kaderleden, de bedienden exploitatie en infrastructuur en de tram- en

metrobestuurders.

Page 57: Goed om weten 2011 _23022012_

56

Luc Smekens (02/515.30.42)

- Permanent verantwoordelijke voor de arbeiders en de bedienden van de technische diensten, van de dienst veiligheid en controle en van de commerciële dienst.

- ACV-technicus in het comité CPBW.

Lieve Swinnen (02/515.30.40) – [email protected]

- Permanent responsable des employés Abdelilah Chuiakh (02/515.30.48)/ Abdelouahad Fallah (02/515.30.43)

- Permanent verantwoordelijke voor de exploitatie, houdt zich voornamelijk bezig met de busconducteurs, het speciaal vervoer en de stations.

Sven Van Eester (02/515.30.45)

- Verantwoordelijke voor de administratie in het bureau van de permanenten ACV.

Abderrahmane Derfouf

- Verantwoordelijke voor de sector van de bruggepensioneerden en gepensioneerden bij het ACV. - Houdt permanentie op maandag- en vrijdagmorgen van 9u tot 12u

Ons adres: MIVB Bureau va de bestendige afgevaardigden ACV – Openbare Diensten Koningsstraat, 76, niveau 7B 1000 Brussel

Page 58: Goed om weten 2011 _23022012_

57

XI. CONFLICTBEHEER

Deze collectieve overeenkomst van 6 april 2009 wil de sociale dialoog binnen de onderneming in stand houden door voorrang te geven aan het overleg, met naleving van de regels, principes en procedures die hieronder worden beschreven.

GEWONE PROCEDURE:

De verzoeken van de vakbonden worden behandeld op de paritaire vergaderingen tussen de directie en de vakbondsafvaardiging. Op die vergaderingen wordt een pv opgemaakt met de verzoeken en de antwoorden. De betrokken directie heeft één maand tijd voor de niet opgeloste verzoeken of ze bepaalt de datum waarop ze een antwoord zal geven. Opmerking: het antwoord kan positief of negatief zijn.

SPOEDPROCEDURE:

Bij dringende, degelijk gemotiveerde gevallen, kan een bestendig afgevaardigde vragen dat er een spoedvergadering wordt bijeengeroepen. Die vergadering moet binnen de 7 kalenderdagen worden gehouden, behalve in gemotiveerde gevallen van overmacht. Opmerking: de motivering van de spoedprocedure moet bij de aanvraag van een paritaire vergadering worden overgemaakt.

PROCEDURE VOOR DE BEHANDELING VAN DE NIET OPGELOSTE VERZOEKEN:

Wanneer een verzoek niet binnen de gestelde termijn wordt opgelost of wanneer er geen akkoord is in het kader van de procedure A en B, dan vragen de vakbonden dat het wordt doorverwezen naar de directie human ressources. De betrokken directie en de directie human ressources zijn verplicht een vergadering te houden binnen de 5 werkdagen. In laatste instantie kunnen de bestendig afgevaardigden ook vragen gehoord te worden door de algemene directie.

VERZOENINGSPROCEDURE:

Indien er geen akkoord komt in de onderneming in het kader van de artikels A, B en C, kan de bestuurder bestendig afgevaardigde of de persoon die hij aanduidt, de zaak aanhangig maken bij het verzoeningsbureau.

STAKINGSAANZEGGING OF COLLECTIEVE ACTIE:

De vakbonden verbinden er zich toe geen stakingsaanzegging te doen zonder eerst de bovenvermelde procedures te hebben gevolgd. De stakingsaanzegging wordt per fax, e-mail of aangetekende brief overgemaakt of persoonlijk, tegen ontvangstbewijs, overhandigd aan de algemene directie. Ook wordt er een kopie aan de voorzitter van het verzoeningsbureau overhandigd. Bij de aanzegging tot staking (of actie) moet een minimumtermijn van 10 kalenderdagen worden nageleefd. Die termijn begint ofwel op de dag dat de aangetekende brief, e-mail of fax wordt verzonden of op de dag dat het persoonlijk aan de algemene directie wordt overhandigd.

COLLECTIEVE ACTIE ZONDER VOOROPZEG:

In bepaalde omstandigheden is een werkonderbreking, buiten punt E, begrijpelijk, in de mate dat ze niet onder de bevoegdheid valt van het paritair comité veiligheid. - de werkonderbreking moet haar oorsprong vinden in een ernstige en onmiddellijke emotionele reactie van de

betrokken werknemer(s); - door de onvoorzienbaarheid mag de werkonderbreking enkel het gevolg zijn van een ongeplande, spontane

beweging; - de werkonderbreking moet, qua duur en actieveld, beperkt zijn en in verhouding staan tot de ernst van de

aanleidinggevende gebeurtenis; - de werkonderbreking mag enkel een beperkt aantal personeelsleden betreffen dat in principe rechtstreeks betrokken

is bij de gebeurtenis die aan de oorsprong ligt van de actie; - het effect van de werkonderbreking op de klanten moet beperkt blijven.

Page 59: Goed om weten 2011 _23022012_

58

HET VERZOENINGSBUREAU:

Het verzoeningsbureau komt samen op vraag van één of meer vakbonden, op vraag van de werkgever of op initiatief van de voorzitter. Het komt samen om volgende redenen:

- wanneer een van de partijen de wens uit om een collectieve arbeidsovereenkomst op te zeggen; - in het kader van de toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst in verband met conflictbeheer - vóór de indiening van een stakingsaanzegging of een aanzegging van collectieve acties volgend op het

voorafgaand overleg zoals ingesteld door de procedures A tot E. Het verzoek tot vergadering van het verzoeningsbureau wordt schriftelijk geformuleerd en via fax, e-mail of aangetekend schrijven bezorgd aan de voorzitter van het verzoeningsbureau en aan de andere partijen. De voorzitter van het verzoeningsbureau is een persoon die afhangt van het Ministerie van Arbeid en Tewerkstelling wier voornaamste taak het is een oplossing te zoeken voor de geschillen die hierboven beschreven werden, tussen de vakbonden en de werkgevers. Het verzoek tot vergadering van het Verzoeningsbureau moet volgende elementen bevatten:

- een samenvatting van de redenen voor het geschil; - de eventuele vraag voor een voorbereidende vergadering.

Die aanvraag tot vergadering moet verplicht ingediend worden door de bestuurder bestendig afgevaardigde of zijn plaatsvervanger. Behalve indien de partij die de verzoening aanvraagt, instemt met een langere termijn, roept de voorzitter het verzoeningsbureau bijeen binnen een termijn van 10 kalenderdagen te rekenen vanaf de dag waarop hij de aanvraag tot verzoening heeft ontvangen.