gameren de slotshof - rijksdienst voor het cultureel erfgoed...(locatie van de slotshof). de naam...
TRANSCRIPT
Gameren De Slotshof rapport 1617
Gameren Slotshof (gemeente Zaltbommel)
Een Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van proefsleuven
W. Jezeer
Colofon ADC Rapport 1617 Gameren – Slotshof (gemeente Zaltbommel) Een Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van proefsleuven Auteur: W. Jezeer In opdracht van: Woningstichting De Vijf Gemeenten Foto’s en tekeningen: ADC ArcheoProjecten, tenzij anders vermeld © ADC ArcheoProjecten, Amersfoort, november 2009 Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie of op welke wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgevers. ADC ArcheoProjecten aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele schade voortvloeiend uit de toepassing van de adviezen of het gebruik van de resultaten van dit onderzoek.
R. Torremans ISBN 978-90-6836-607-5 ADC ArcheoProjecten Postbus 1513 3800 BM Amersfoort Tel 033 299 8181 Fax 033 299 8180 Email [email protected]
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave 3 Administratieve gegevens van het onderzoeksgebied 4 Samenvatting 5 1 Inleiding 7
1.1 Algemeen 7 1.2 Vooronderzoek 7 1.3 Doel van het onderzoek en onderzoeksvragen 8 1.4 Opzet van het rapport 8
2 Methoden 9 3 Resultaten 10
3.1 Fysisch geografisch onderzoek 10 3.2 Sporen en structuren 10 3.3 Vondstmateriaal 11
3.3.1 Aardewerk 11 3.3.2 Glas 11 3.3.3 Bot 11 3.3.4 Overig vondstmateriaal 11
4 Synthese 12 4.1 Algemeen 12 4.2 Beantwoording van de onderzoeksvragen 12
5 Waardering en selectieadvies 13 5.1 Waardering van de vindplaats 13 5.2 Selectieadvies 13
Literatuur 14 Lijst van afbeeldingen en tabellen 14 Bijlage I 17 Bijlage II 18 Verklarende woordenlijst 19 Afkortingen in database 20
Administratieve gegevens van het onderzoeksgebied
Provincie: Gelderland Gemeente: Zaltbommel Plaats: Gameren Toponiem: Slotshof Kaartblad: 45A Centrumcoördinaten: x: 142.036/ y: 423.787
Projectverantwoordelijke: W. Jezeer Bevoegd gezag: Gemeente Zaltbommel Deskundige namens het bevoegd gezag: Mevr. M. Sanders ARCHIS-onderzoeksmeldingsnummer (CIS-code):
30538
ADC-projectcode: 4107385
Complex en ABR codering: Nederzetting onbekend (NX) Periode(n): Nieuwe Tijd (NT) Geomorfologische context: Stroomgordel van Gameren NAP hoogte maaiveld: Ca. 2,60 m +NAP Maximale diepte onderzoek: Ca. 1 m -Mv Uitvoering van het veldwerk: 25-08-2008
Beheer en plaats documentatie: ADC ArcheoProjecten, Amersfoort (na afronding project: Provinciaal Depot voor Bodemvondsten van de Provincie Gelderland te Nijmegen)
5
Samenvatting
Naar aanleiding van te realiseren nieuwbouw aan de Slotshof te Gameren (gemeente Zalbommel) heeft ADC ArcheoProjecten, in opdracht van Woningstichting De Vijf Gemeenten, een Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van proefsleuven uitgevoerd binnen het plangebied. Bij dit onderzoek zijn twee proefsleuven aangelegd. Het plangebied ligt pal naast het terrein van het voormalige Slot Gameren, dat in 2007 is onderzocht door ADC ArcheoProjecten. Naar aanleiding van het vooronderzoek was de verwachting dat binnen het plangebied bewoningssporen voor konden komen uit de Romeinse tijd en de Late Middeleeuwen. In de oostelijke proefsleuf (werkput 1) is een noordoost-zuidwestelijk georiënteerde sloot aangetroffen die op basis van het aardewerk op zijn vroegst kan worden gedateerd in de 17e eeuw. De westelijke proefsleuf (werkput 2) bevatte geen archeologische resten. Wel zijn er enkele scherven uit de Nieuwe Tijd verzameld in werkput 2. De in werkput 1 aangetroffen sloot lijkt geen direct verband te hebben met het naast het plangebied gelegen kasteelterrein. Resten van bewoning uit de Romeinse tijd zijn niet aangetroffen. Op basis van de resultaten van het proefsleuvenonderzoek wordt dan ook geadviseerd het plangebied vrij te geven voor verdere ontwikkeling.
Tabel 1. Tijdsduur van de verschillende (pre)historische perioden.
PERIODE TIJD IN JAREN
Nieuwe tijd C 1850 na Chr. - heden na Chr. Nieuwe tijd B 1650 na Chr. - 1850 na Chr. Nieuwe tijd A 1500 na Chr. - 1650 na Chr.
Late-Middeleeuwen B 1250 na Chr. - 1500 na Chr. Late-Middeleeuwen A 1050 na Chr. - 1250 na Chr.
Vroege-Middeleeuwen D 900 na Chr. - 1050 na Chr. Vroege-Middeleeuwen C 725 na Chr. - 900 na Chr. Vroege-Middeleeuwen B 525 na Chr. - 725 na Chr. Vroege-Middeleeuwen A 450 na Chr. - 525 na Chr.
Romeinse tijd 12 voor Chr. - 450 na Chr.
IJzertijd 800 voor Chr. - 12 voor Chr.
Bronstijd 2000 voor Chr. - 800 voor Chr.
Neolithicum (Nieuwe Steentijd) 5300 voor Chr. - 2000 voor Chr. Mesolithicum (Midden Steentijd) 8800 voor Chr. - 4900 voor Chr. Paleolithicum (Oude Steentijd) 300.000 voor Chr. - 8800 voor Chr.
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
6
Afb. 1. Locatie van het onderzoeksgebied op de topografische kaart.
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$$
AALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLDAALST GLD
AMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODENAMMERZODEN
NDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELNDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDELANDEL
BERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERNBERN
BRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKELBRAKEL
BRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEMBRUCHEM
DELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNENDELWIJNEN
ESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTESTEST
GAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMERENGAMEREN
GENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDERENGENDEREN
HAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTENHAAFTEN
HEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDELHEDEL
HELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHELLOUWHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNENHERWIJNEN
HEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUMHEUKELUM
HEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSDHEUSDEN GEM HEUSD
HOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOENHOEN
HURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENENHURWENEN
KERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJKKERKWIJK
METERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETERENMETEREN
NEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERTNEDERHEMERT
NEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNENNEERIJNEN
NIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAALNIEUWAAL
POEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJENPOEDEROIJEN
ROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROSROROROROROROROROS
TUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUILTUIL
VEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEENVEEN
VELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIELVELDDRIEL
WIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURGWIJK EN AALBURG
ZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZALTBOMMELZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEMZUILICHEM
Zaltbommel - Gameren Slotshofbron: Geodan
$
SB
140000 150000
4200
0043
0000
NNNNNNNNN
5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m5000m0000000000000000000000000000000000000000000000000
7
1 Inleiding
1.1 Algemeen In opdracht van Woningstichting De Vijf Gemeenten heeft ADC ArcheoProjecten een Inventariserend Veldonderzoek (IVO) in de vorm van proefsleuven uitgevoerd voor het plangebied De Slotshof te Gameren (afb. 1), in het kader van geplande nieuwbouw. In het plangebied zullen nieuwe huizen worden gebouwd en een weg worden aangelegd. Hierbij zal de bodem in het noordelijke deel van het gebied worden verstoord tot een diepte van ca. 3 meter onder maaiveld. In het zuidelijke deel van het plangebied zal de bodem worden verstoord tot een diepte van circa 80 cm onder maaiveld. Vooronderzoek (zie §1.2) heeft aangetoond dat zich op deze locatie mogelijk bewoningsresten uit de Romeinse tijd en de Late Middeleeuwen bevinden (Zie voor periodisering tabel 1). De voorgenomen bouwplannen zullen deze mogelijke resten vernietigen of ernstig beschadigen. Het plangebied heeft een oppervlakte van ca. 1 ha en ligt momenteel braak. Het gebied ligt aan de noordkant van de historische kern van Gameren en wordt begrensd door de Waalbandijk aan de noordzijde, het historische pand van Slotshof nummer 24 aan de westzijde en de nieuwbouw van Zorgcentrum ’t Slot aan de oostzijde. In het gebied zijn 2 proefsleuven aangelegd met een totale oppervlakte van 400 m2. Het veldwerk is uitgevoerd op 25 augustus 2008. Op die dag zijn de proefsleuven aangelegd en onderzocht conform het Programma van Eisen (PvE), dat door ADC ArcheoProjecten is opgesteld.1 Dit ontwerp is goedgekeurd door mevr. M. Sanders van de Gemeente Zaltbommel. De vondsten en bijbehorende documentatie die tijdens het IVO zijn verzameld, worden na afronding van het project gedeponeerd in het Provinciaal Depot voor Bodemvondsten van de Provincie Gelderland te Nijmegen. Het veldteam bestond uit de volgende personen: W. Jezeer (projectverantwoordelijke en veldarcheoloog), N. Bouma (veldtechnicus), A. Griffioen (veldassistent) en J. Schonenberg (kraanmachinist van de firma Basten). De bij dit project betrokken fysisch geograaf was W. van Zijverden, Senior archeoloog was R. Torremans. De contactpersoon bij Woningstichting De Vijf Gemeenten is dhr. Van der Flier. Het vondstmateriaal is bestudeerd door S. Ostkamp (aardewerk). 1.2 Vooronderzoek In verband met toekomstige ontwikkelingen in het plangebied De Slotshof is een eerste archeologische inventarisatie in het onderzoeksgebied uitgevoerd in maart 2005 door ADC ArcheoProjecten.2 Dit onderzoek wees uit dat het plangebied volgens de Indicatieve Kaart Archeologische Waarden in een zone ligt met een middelhoge trefkans op het aantreffen van archeologische vindplaatsen. Ten westen en ten oosten van het plangebied zijn vindplaatsen bekend uit de Romeinse tijd, welke zich op de Gamerense Stroomrug bevinden.3 De ARCHIS-meldingen oostelijk van het plangebied hebben betrekking op het Slot Gameren, wat daar gelegen heeft. Het slot Gameren is zichtbaar op de kadasterkaart van 1823. In 1970 is daar door de ROB (nu RCE) een klein onderzoek uitgevoerd. Uit dat onderzoek is gebleken dat de ingang van het kasteel aan de zuidkant lag en niet aan de westkant (locatie van de Slotshof). De naam ‘Slotshof’ van het plangebied geeft echter wel aan dat er een mogelijke relatie is geweest met het slot. In 2007 is op het kasteelterrein door ADC ArcheoProjecten een onderzoek door middel van proefsleuven uitgevoerd, alsmede een definitieve opgraving.4 Bij dit onderzoek zijn delen van het oude kasteel uit de Late Middeleeuwen en jongere bijgebouwen en de slotgracht gedocumenteerd (zie periodentabel). Ten westen en oosten van het plangebied staan op de bodemkaart oude bewoningsplaatsen aangegeven. Ondanks dat het niet als zodanig op de bodemkaart staat aangegeven, lijkt het aannemelijk dat het plangebied ook tot de oude bewoningsplaats behoord. Het is bovendien mogelijk dat er resten uit de Romeinse tijd aanwezig zijn binnen het plangebied. Op de kadasterkaart van 1823 is het voormalige slot-terrein en de gracht nog duidelijk waarneembaar. Ter hoogte van het plangebied is de percelering zichtbaar zonder bebouwing (afb. 2). De huidige Waalbandijk is op deze kaart al aanwezig.
1 PvE nummer: 07-154.2 De Boer & Van Lil, 2005. 3 ARCHIS nummers 27014, 42688 en 27017. Monumenten: 4206 en 4207. 4 De Boer, 2009.
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
8
Afb. 2. Locatie van het plangebied en het naastgelegen kasteelterrein op de kadasterkaart uit 1823.
1.3 Doel van het onderzoek en onderzoeksvragen Het IVO in de vorm van proefsleuven heeft tot doel de aard, omvang en kwaliteit (gaafheid en conservering) vast te stellen van de vindplaats(en) in het gebied om te komen tot een definitief oordeel over de behoudenswaardigheid ervan. Daarnaast moeten gegevens verkregen worden om hetzij verder archeologisch onderzoek mogelijk te maken, hetzij adequate maatregelen voor behoud en beheer te kunnen treffen.5 In het PvE zijn verschillende onderzoeksvragen gesteld. Deze worden in dit rapport beantwoord op basis van hetgeen in de proefsleuven is aangetroffen. Het is echter waarschijnlijk dat de getrokken conclusies bijgesteld moeten worden indien de vindplaats in de toekomst volledig wordt opgegraven. De volgende onderzoeksvragen zijn in het PvE gesteld:
- Wat is de aard, datering, fasering en ruimtelijke spreiding van de aanwezige grondsporen? - Indien van toepassing: wat is de conserveringsgraad van de vondsten? Wat is de verwachte
conserveringsgraad van niet aangetroffen vondstcategorieën? - Hoe is de bodem opgebouwd? - Hoe luidt het advies met betrekking tot eventueel vervolgonderzoek? - Zijn er tijdens het onderzoek vondsten of sporen aangetroffen die in verband kunnen staan met
het naburig terrein (het kasteelterrein)? 1.4 Opzet van het rapport Dit rapport betreft een standaardrapport zoals genoemd in de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA 3.1 -specificatie VS05). In dit rapport worden de resultaten van het onderzoek gepresenteerd,
5 Cf. Handboek ROB specificaties, juni 1998.
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
9
waarna de eerste conclusies volgen. Dit onderzoek vormt geen eindstation, maar de basis van waaruit verder synthetiserend onderzoek kan plaatsvinden.
Na de samenvatting en dit inleidende hoofdstuk volgt een omschrijving van de onderzoeksmethoden in hoofdstuk 2 (methoden). Hierin wordt beschreven hoe te werk is gegaan bij de aanleg van de proefsleuven en op welke manier de archeologische resten zijn gedocumenteerd. Vervolgens zullen in hoofdstuk 3 (resultaten) de verschillende deelonderzoeken aan de orde komen. Hierin wordt eerst het fysisch geografische onderzoek gepresenteerd, waarbij de bodemopbouw ter plaatse wordt beschreven. Vervolgens zal dieper worden ingegaan op de archeologische opgravingsresultaten, waarbij de aangetroffen sporen en structuren en de vondsten worden beschreven. Ten slotte wordt in de synthese (hoofdstuk 4) teruggekomen op de onderzoeksvragen zoals gesteld in het PvE, en worden deze beantwoord op basis van de resultaten van het onderzoek. Naar aanleiding hiervan zal een advies worden uitgebracht over of er al dan niet verder archeologisch onderzoek plaats moet vinden binnen het plangebied.
2 Methoden
Het onderzoek is uitgevoerd conform de KNA 3.1 en het PvE.6 Tijdens het IVO zijn 2 proefsleuven (of putten) aangelegd. De ligging van deze proefsleuven was noordoost-zuidwest. Werkput 1 lag aan de oostzijde van het terrein en werkput 2 aan de westzijde (zie afb. 3). In het PvE werd een werkwijze voorgesteld waarbij in het noordelijke deel van het plangebied twee proefsleuven worden aangelegd. In deze proefsleuven diende minimaal één vlak te worden aangelegd tot op de top van het zand. In elke sleuf werd minimaal één profiel gedocumenteerd. De proefsleuven waren 4 m breed en 50 m lang. De vlakken zijn machinaal aangelegd, meestal met schaafbak, omdat de sporen in het kleiïge vlak op die manier goed leesbaar konden worden gemaakt. Tijdens de aanleg van het vlak zijn vondsten in vakken van 4 x 4 m verzameld. Alleen bijzondere vondsten zijn als puntvondsten ingemeten. Grondsporen zijn direct ingekrast. De vlakken en de stort zijn met behulp van een metaaldetector onderzocht. Vervolgens is het vlak en ieder spoor daarin gefotografeerd en getekend met behulp van de robotic Total Station, waarbij om de 4 m een waterpashoogte is bepaald. Alle aangetroffen grondsporen zijn met de hand gecoupeerd waarbij vondsten zijn verzameld. Alle coupes zijn gefotografeerd en getekend op schaal 1:20. Het restant van de gecoupeerde sporen is vervolgens met de schep of troffel afgewerkt en indien nodig bemonsterd voor archeobotanisch en archeozoölogisch onderzoek. Tijdens het aanleggen van het vlak werd een putprofiel aangelegd. Het putprofiel is gefotografeerd en vervolgens beschreven.
6 PvE nummer: 07-154.
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
10
Afb. 3. De ligging van de werkputten op de topografische kaart.
3 Resultaten
3.1 Fysisch geografisch onderzoek In beide proefsleuven bleek dat de bovenste dertig centimeter recentelijk verstoord was. In werkput 1 was direct onder deze bouwvoor een grijs kleiig laagje zichtbaar waarin aardewerk zat. Dit is waarschijnlijk een oudere bouwvoor of ophoging. Onder dit kleiige laagje kwam grijs-bruine zandige klei aan het licht. Naar beneden toe werd de bodem iets kleiiger. De grijsbruine zandige klei binnen het plangebied behoort tot de Formatie van Echteld. In het noordelijke deel van werkput 2 kwam op ca. 30 tot 40 centimeter onder maaiveld vrij grof zand aan het licht. Dit zandpakket was ongeveer 50 centimeter dik. Het grootste deel van deze werkput was echter verstoord door de bebouwing die hier tot voor kort heeft gestaan. 3.2 Sporen en structuren In werkput 1 zijn in drie sporen opgetekend: spoor 1 is een recente sloot, die nog deels open lag en watervoerend was. Deze sloot had een oost-west oriëntatie en lag evenwijdig aan de Waalbandijk. Spoor 2 is een oude sloot met een noordoost-zuidwestelijke oriëntatie. Op basis van de vondsten kan deze
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
Gameren - Slotshof
locatie van de werkputten op de topografische kaart WJ
26-
08-2
008
Waalbandijk
Slot
shof
Prinsenstraat
Pepe
rstra
at
Ridderstraat
142000 142100 142200
4237
0042
3800
N
25m0
Werkput 1
Werkput 2
11
sloot worden gedateerd in de vroege 19e eeuw en mogelijk nog in de zeer late 18e eeuw.7 Spoor 3 is een kuil met onbekende functie en datering. De overige sporen in werkput 1 zijn recente verstoringen (spoor 999) die voornamelijk samenhangen met de voormalige bebouwing van het plangebied. In werkput 2 zijn geen archeologische sporen aangetroffen. Het grootste deel van de werkput was verstoord door de aanleg van leidingen en door de fundering van de voormalige bebouwing binnen het plangebied. 3.3 Vondstmateriaal 3.3.1 Aardewerk Aardewerk is aangetroffen in beide proefsleuven. In werkput 1 is aardewerk enkel aangetroffen in de daar gelegen sloot (sp. 2). In werkput 2 is aardewerk verzameld bij de aanleg van het vlak. In de sloot in werkput 1 is het volgende aardewerk aangetroffen:
- roodbakkend aardewerk (o.a. een fragment van een kan en van een kachelpan en zogenaamd Frankfurter aardewerk).
- industrieel aardewerk (o.a. fragmenten van mineraalwaterflessen, industrieel wit-borden). - witbakkend aardewerk (o.a. fragmenten van borden). - faience. - een kommetje met blauwe transferprint. - steengoed (o.a. fragmenten van een inmaakpot uit Langerwehe en van een Keulse Pot uit
Westerwald). De datering van dit vondstcomplex is vroeg 19e-eeuws, waarbij een datering in de late 18e eeuw ook nog mogelijk is. In werkput 2 is bij aanleg van het vlak aardewerk verzameld dat vroeger dateert dan het aardewerk uit de sloot in werkput 1. Dit zijn echter aanlegvondsten zonder duidelijke context, welke waarschijnlijk te maken hebben met het naastgelegen Slot Gameren. Het gaat hierbij om enkele grijsbakkende en roodbakkende aardewerkfragmenten met een datering in de Late Middeleeuwen of de vroege Nieuwe tijd (14e/ 15e/ 16e eeuw) 3.3.2 Glas Er zijn in totaal 4 glasfragmenten verzameld, allen uit de sloot in werkput 1 (sp. 2). Het ging hierbij om twee fragmenten bruin glas van een fles- of pot-bodem, een fragment van een medicijnflesje en de bodem van (waarschijnlijk) een olielamp. De datering van het glas is 19e eeuw.
3.3.3 Bot Er is bij aanleg van werkput 2 één botfragment aangetroffen, een (thoracale) wervel van een rund. 3.3.4 Overig vondstmateriaal In werkput 1 is tijdens het couperen van de 19e eeuwse sloot (sp. 2) een klein bedrukt papierfragment aangetroffen. Waarschijnlijk is het een stukje van een boekpagina. Op het papierfragment is de volgende Duitse tekst duidelijk leesbaar: ... “CHRI Osterfest mmelfahrt Ch Pfing tfest”... In de tekst worden dus een aantal christelijke feestdagen genoemd. Mogelijk is het papierfragment afkomstig uit een Duitstalige bijbel.
7 Aardewerk gedetermineerd door S. Ostkamp (ADC ArcheoProjecten).
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
12
4 Synthese
4.1 Algemeen De verwachtingen die op grond van het vooronderzoek zijn gesteld, kunnen op basis van het huidige onderzoek worden aangepast. Volgens de IKAW bezit het plangebied een middelhoge archeologische verwachting. De ligging naast het terrein van Slot Gameren en de naam Slotshof deden vermoeden dat er wellicht een relatie was met het Slot Gameren. Tevens werd er verwacht dat er mogelijk Laatmiddeleeuwse bewoning kon zijn geweest op een overstromingspakket wat is afgezet binnen het plangebied. Hoewel er een sloot is aangetroffen uit de Nieuwe Tijd, kan op basis van het proefsleuvenonderzoek niet worden aangetoond dat er in de Middeleeuwen en/of Nieuwe Tijd bewoning is geweest binnen het plangebied. Ook archeologische resten die samenhangen met Slot Gameren zijn niet aangetroffen. De sloot lijkt geen samenhang te vertonen met het slot. Mogelijk is het een perceelsgreppel geweest die, direct ten westen van het slotterrein, nog zichtbaar is op de kaart uit 1823. Daar komt bij dat de bovenste 70 tot 100 centimeter van het plangebied grotendeels is verstoord door recente bebouwing. Het huidige onderzoek heeft geen consequenties voor de verwachtingskaart en de daaraan gekoppelde beleidsadvieskaart. Hoewel er binnen het plangebied geen bewoningsresten zijn aangetroffen, is de stroomrug in zijn geheel nog steeds archeologisch interessant in verband met vroegere bewoning. 4.2 Beantwoording van de onderzoeksvragen De onderzoeksvragen die in het Programma van Eisen zijn gesteld zullen hier worden beantwoord op basis van de bevindingen van het proefsleuvenonderzoek.
- Wat is de aard, datering, fasering en ruimtelijke spreiding van de aanwezige grondsporen? De aangetroffen grondsporen betreffen twee sloten en een kuil in de oostelijke proefsleuf. De noordelijke sloot (spoor 1) is van recente datum en lag tijdens het onderzoek nog deels open. De sloot die aan de zuidkant van werkput 1 aan het licht kwam dateert op zijn vroegst in de late 18e eeuw.
- Indien van toepassing: wat is de conserveringsgraad van de vondsten? Wat is de verwachte conserveringsgraad van niet aangetroffen vondstcategorieën?
De organische vondsten (één botfragment) zijn goed bewaard gebleven in de natte kleiige bodem. Het aardewerk dat is verzameld tijdens het onderzoek is eveneens goed bewaard gebleven, hoewel het redelijk gefragmenteerd is. Verwacht kan worden dat overige organische vondstgroepen eveneens goed bewaard zullen zijn gebleven in de bodem. Tijdens het proefsleuvenonderzoek zijn daar echter geen resten van aangetroffen.
- Hoe is de bodem opgebouwd? De bovenste ca. 30 centimeter zijn recentelijk verstoord en kunnen worden getypeerd als bouwvoor. Onder de bouwvoor komt in het oostelijke deel van het plangebied (werkput 1) grijsbruine, zandige klei voor. Op ca. 1 meter onder maaiveld bevindt zich een zandlaag van matig fijn tot matig grof zand. In het westelijke deel van het plangebied (werkput 2) bevindt zich onder de bouwvoor een zandlaag van matig grof zand.
- Hoe luidt het advies met betrekking tot eventueel vervolgonderzoek? Naar aanleiding van het proefsleuvenonderzoek kan worden geadviseerd het plangebied vrij te geven voor verdere ontwikkeling.
- Zijn er tijdens het onderzoek vondsten of sporen aangetroffen die in verband kunnen staan met het naburig terrein (het kasteelterrein)?
Er zijn geen vondsten of sporen aangetroffen die in verband staan met het naburige kasteelterrein. De sloot met aardewerk dateert in de 19e eeuw en is waarschijnlijk een perceelgreppel geweest die buiten de slotgracht van Slot Gameren lag. Mogelijk is dit de perceelsgrens die is terug te vinden op de historische kaart van 1823 (afb. 2).
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
13
5 Waardering en selectieadvies
5.1 Waardering van de vindplaats De waardestelling, zoals voorgeschreven in de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA versie 3.1, specificatie VS06) gebeurt op drie niveaus: belevingswaarde, fysieke kwaliteit en inhoudelijke kwaliteit. De eerste is niet van toepassing omdat de vindplaats niet bovengronds zichtbaar is. Alleen de laatste twee niveaus zijn op deze vindplaats van toepassing. De fysieke kwaliteit van de vindplaats is gebaseerd op haar conservering en gaafheid. De conservering geeft aan in hoeverre de resten behouden zijn, de gaafheid in hoeverre de vindplaats nog compleet is. De beoordeling is voor zowel gaafheid als conservering: drie punten voor hoge, twee punten voor middelhoge en één punt voor lage kwaliteit. De vindplaats is ruimtelijk slecht bewaard gebleven en kan dus worden beschouwd als zijnde van lage kwaliteit. Het deel met sporen is van onvoldoende omvang om van een representatief deel van een nederzetting te spreken. De conservering van de grondsporen is goed, hoewel de bodem ter hoogte van werkput 2 vrij sterk is verstoord door recente graaf- of bouwactiviteiten. Het aardewerk dat verzameld is tijdens het aanleggen van de sporenvlakken is weinig verweerd en gefragmenteerd. Bot is goed bewaard gebleven. De conservering van sporen en vondsten wordt hierom middelhoog gewaardeerd. Hierbij moet worden bedacht dat op regionaal niveau de conserveringsomstandigheden voor de vindplaats kenmerkend zijn voor dit gebied. De waardering van beide fysieke kwaliteitscriteria is in totaal 4 punten. Dit is een score die middelmatig is en die haar het predikaat ‘niet behoudenswaardig’ oplevert (tabel 2). Ook op inhoudelijke kwaliteit, uitgedrukt in waarden voor zeldzaamheid, informatie en ensemble, wordt de vindplaats beoordeeld met hetzelfde puntensysteem. Wat betreft zeldzaamheid wordt laag gescoord (1 punt) aangezien er, afgezien van de perceelssloot, geen overtuigende bewoningsresten zijn aangetroffen. Het soort sporen dat is opgetekend tijdens het proefsleuvenonderzoek kan in de regio zeker vaker worden aangetroffen. Ook wat betreft informatiewaarde en ensemblewaarde scoort de vindplaats laag (beiden 1 punt). Er kan alleen een datering worden gegeven aan de sloot. Bovendien zijn deze sloot en een naastgelegen kuil de enige oudere sporen. Ook zijn er geen structuren aangetroffen. De totale score voor de inhoudelijke kwaliteit is 3 en de waardering van de vindplaats op basis van deze criteria is dan ook laag.
Tabel 2. Scoretabel waardestelling (naar KNA, versie 3.1).
Waarden Criteria Scores
Hoog Midden Laag Totale score
Beleving Schoonheid Herinneringswaarde
Wordt niet gescoord Wordt niet gescoord
Fysieke kwaliteit Gaafheid 1 Conservering 3 ≥ 5 behoudenswaardig
Inhoudelijke kwaliteit Zeldzaamheid 1 Informatiewaarde 1 Ensemblewaarde 1
≥ 7 behoudenswaardig
Representativiteit N.v.t. 5.2 Selectieadvies Het onderzoek heeft aangetoond dat in het plangebied geen sprake is van een archeologische behoudenswaardige vindplaats. Uit paragraaf 5.1 en de scoretabel waardestelling (tabel 2) blijkt dat de aangetroffen resten van dusdanig lage waarde zijn dat verder archeologisch onderzoek niet zinvol is. Geadviseerd wordt daarom om het terrein vrij te geven voor verdere ontwikkeling. Hierbij moet echter wel worden opgemerkt dat er een kans bestaat dat er in verband met de ligging van het plangebied direct naast het terrein van het Slot Gameren, alsnog archeologische resten aan het licht komen bij de voorgenomen werkzaamheden binnen het plangebied. Deze archeologische resten zullen dan alsnog moeten worden gedocumenteerd, bijvoorbeeld door middel van een archeologische begeleiding van de werkzaamheden.
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
14
Literatuur
Boer, A. de & R. van Lil, 2005, Gameren Slotshof. Bureau- en Inventariserend Veldonderzoek, Amersfoort (ADC rapport 359). Boer, P.C. de (red.), 2009, ’t Slot ontsloten. Een archeologische opgraving bij Kasteel Gameren, ’t Slot (gemeente Zaltbommel), Amersfoort (ADC rapport 877). Borre, J. Vanden & P.C. de Boer, 2007, Zaltbommel Gameren Slotshof Proefsleuvenonderzoek, Amersfoort (PvE 07-154 ADC ArcheoProjecten).
Lijst van afbeeldingen en tabellen
Afb. 1. Locatie van het onderzoeksgebied op de topografische kaart. Afb. 2. Locatie van het plangebied en het naastgelegen kasteelterrein op de kadasterkaart uit 1823.Afb. 3. De ligging van de werkputten op de topografische kaart. Afb. 4. Grondsporen in werkput 1. Afb. 5. Grondsporen in werkput 2. Tabel 1. Tijdsduur van de verschillende (pre)historische perioden. Tabel 2. Scoretabel waardestelling (naar KNA, versie 3.1).
Bijlage I Sporenlijst. Bijlage II Vondstenlijst
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
15
Afb. 4. Grondsporen in werkput 1.
3.000999
32
999
1
999
2
999
142130 142140
4237
4042
3750
4237
6042
3770
4237
80
N
2.5m0
Gameren - Slotshof
grondsporen in werkput 1
WJ
26-
08-2
008
3.000
3.000
3.000
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
16
Afb. 5. Grondsporen in werkput 2.
999
999
6.000
999
999
999
142090 142100
4237
5042
3760
4237
7042
3780
4237
90
N
2.5m0
Gameren - Slotshof
grondsporen in werkput 2
WJ
26-
08-2
008
6.000
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
17
Bijlage I
Sporenlijst Gameren Slotshof (ZALL3-08)
PUTNR VLAKNR SPOORNR AARDSPOOR VLAKVORM VORM_COUPE DIEPTE
1 1 1 SL LIN
1 1 2 GR LIN KOM 120
1 1 3 KL OVL
1 1 3000 LG ONR
2 1 6000 LG ONR
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
18
Bijlage II
Vondstenlijst Gameren Slotshof (ZALL3-08)
OPGR_ID
VONDSTNR
PUTNR
VLAKNR
VAKNR
SPOORNR
VULLINGNR
INHOUD
VERZAMEL
OPMERKING
ZALL3-08 1 1 1 2 1 MIX AANV
ZALL3-08 2 1 101 2 4 MIX AANV
ZALL3-08 3 1 101 2 MIX AANV papier
ZALL3-08 4 2 1 1 3000 MIX AANV
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
19
Verklarende woordenlijst
Antropogene sporen Alle immobiele sporen van menselijke oorsprong, variërend van paalgaten of fosfaatvlekken tot muurresten.
AMK Archeologische Monumentenkaart geeft een overzicht van gewaardeerde archeologische terreinen in vier categorieën: 1). Archeologische waarde, 2) Hoge archeologische waarde, 3) Zeer hoge archeologische waarde en 4) Zeer hoge archeologische waarde beschermd. De AMK is de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de RACM en de provincies en wordt beheerd door de RACM.
Archeologische indicatoren Indicatief archeologisch materiaal dat bij (boor)onderzoek een aanwijzing kan zijn voor de aanwezigheid, ter plaatse of in de nabijheid, van een archeologische vindplaats.
Archis Archeologisch Informatie Systeem. Dit door de RACM beheerde systeem bevat informatie over o.a. onderzoeksmeldingen, vondstmeldingen, waarnemingen, complexen en monumenten. 14C Koolstof (radioactieve isotoop), gebruikt voor datering.
CIS Het landelijke registratienummer ten behoeve van archeologisch onderzoek, uitgegeven door het Centraal Informatiesysteem.
CMA Centraal Monumenten Archief.
Conservering De mate waarin grondsporen, anorganische (aardewerk, vuursteen, metaal, glas etc.) en organische archeologische resten (bot, zaden, hout etc.) bewaard zijn gebleven.
Ensemblewaarde De meerwaarde die aan een vindplaats wordt toegekend op grond van de mate waarin sprake is van een landschappelijke en/of archeologische context.
Ex situ niet ter plaatse. Aanduiding die wordt gebruikt om aan te geven of grondsporen en / of artefacten zich niet meer op de oorspronkelijke plaats in de bodem bevinden. Behoud ex situ is het bewaren van de archeologische informatie door definitief onderzoek (opgraven, documenteren en registreren).
Gaafheid De mate van (fysieke) verstoring van de bodem en/of de (eventueel aanwezige) archeologische waarden, zowel in verticale zin (diepte) als in horizontale zin (omvang)
Herinneringswaarde De herinnering die een archeologisch monument oproept over het Verleden.
IKAW Indicatieve kaart van archeologische waarden, een door de RACM geproduceerde kaart op landelijk niveau met de verwachte relatieve of absolute dichtheid van (bepaalde) archeologische verschijnselen in de bodem.
IVO Inventariserend Veld Onderzoek. Het verwerven van (extra) informatie over bekende of verwachte archeologische waarden binnen een onderzoeksgebied, als aanvulling op en toetsing van de archeologische verwachting, gebaseerd op het bureauonderzoek middels waarnemingen in het veld.
Informatiewaarde De betekenis van een monument als bron van kennis over het verleden. De informatiewaarde wordt bepaald door de mate waarin (een opgraving van) het monument een bijdrage kan leveren aan nieuwe kennisvorming over het verleden.
In situ Achtergebleven op exact de plaats waar de laatste gebruiker het heeft gedeponeerd, weggegooid of verloren. Behoud is situ is het behouden van archeologische waarden in de bodem.
KNA Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie.
NAP Normaal Amsterdams Peil (=officieel peilmerk).
PVA Plan van Aanpak. Een door de opdrachtnemer op te stellen plan voor de uit te voeren werken waarmee beoogd wordt aan de vereisten zoals geformuleerd in het Programma van Eisen en/of het ontwerp te voldoen. Ook wordt hierin een voorstel gedaan voor de werkwijze waarmee de in het Programma van Eisen en/ of ontwerp geformuleerde resultaatsverwachtingen bereikt kunnen worden.
PVE Programma van Eisen. Het PvE is een door een bevoegde overheid opgesteld of bekrachtigd document dat de probleem- en doelstelling van de te verrichten werkzaamheden van de vindplaats geeft en de daaruit af te leiden eisen formuleert met betrekking tot het uit te voeren werk.
RACM Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurhistorie en Monumentenzorg, tot eind 2006 de ROB, Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek.
Representatitiveit De mate waarin een bepaald type vindplaats typerend is voor een periode dan wel een gebied.
RTS Robotic Total Station. Hiermee worden vlakken direct digitaal ingemeten.
Schoonheid De esthetisch-landschappelijke waarde van een archeologisch monument, die vooral in zichtbaarheid tot uiting komt.
Selectieadvies Archeologisch inhoudelijk advies over de behoudenswaardigheid van een vindplaats. Dit wordt opgesteld aan de hand van de waarderingscriteria.
Zeldzaamheid De mate waarin een bepaald type monument schaars is (of is geworden) voor een periode of in een gebied.
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
20
Afkortingen in database
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
21
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof
22
ADC ArcheoProjecten Rapport 1617 Gameren Slotshof