een complexiteit van werelden · een complexiteit van werelden citation for published version...

132
Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit van werelden: lustrumproject Bouwkunde TU Eindhoven : notitie met het oog op het nemen van enkele basiskeuzes met betrekking tot de gewenste inrichting en vormgeving van het gebied Julianastraat/Vonderweg Eindhoven : gelegen in een buiging van de westtangent naast de als beeldbepalend element aangemerkte Fatih moskee en tegenover een appartementengebouw ontstaan uit de prijsvraag "Geef nieuwe woonvormen de ruimte". Technische Universiteit Eindhoven. Document status and date: Gepubliceerd: 01/01/1994 Document Version: Uitgevers PDF, ook bekend als Version of Record Please check the document version of this publication: • A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be important differences between the submitted version and the official published version of record. People interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the DOI to the publisher's website. • The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review. • The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page numbers. Link to publication General rights Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain • You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal. If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, please follow below link for the End User Agreement: www.tue.nl/taverne Take down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us at: [email protected] providing details and we will investigate your claim. Download date: 15. May. 2021

Upload: others

Post on 01-Jan-2021

4 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Een complexiteit van werelden

Citation for published version (APA):Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit van werelden:lustrumproject Bouwkunde TU Eindhoven : notitie met het oog op het nemen van enkele basiskeuzes metbetrekking tot de gewenste inrichting en vormgeving van het gebied Julianastraat/Vonderweg Eindhoven :gelegen in een buiging van de westtangent naast de als beeldbepalend element aangemerkte Fatih moskee entegenover een appartementengebouw ontstaan uit de prijsvraag "Geef nieuwe woonvormen de ruimte".Technische Universiteit Eindhoven.

Document status and date:Gepubliceerd: 01/01/1994

Document Version:Uitgevers PDF, ook bekend als Version of Record

Please check the document version of this publication:

• A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can beimportant differences between the submitted version and the official published version of record. Peopleinterested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit theDOI to the publisher's website.• The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review.• The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and pagenumbers.Link to publication

General rightsCopyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright ownersand it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights.

• Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain • You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.

If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, pleasefollow below link for the End User Agreement:www.tue.nl/taverne

Take down policyIf you believe that this document breaches copyright please contact us at:[email protected] details and we will investigate your claim.

Download date: 15. May. 2021

Page 2: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

EEN COMPLEXITEIT VAN WERELDEN

LUST UMP OJECT BOUWKUNDE TU EINDHOVEN

Page 3: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

EEN COMPLEXITEIT VAN WERELDEN LUSTRUMPROJECT BOUWKUNDE TU EINDHOVEN

Notitie met het oog op het nemen van enkele basiskeuzes met betrekking tot de gewenste

inrichting en vormgeving van het gebied Julianastraat/Vonderweg Eindhoven

Faculteit Bouwkunde TU Eindhoven

najaar 1994

Page 4: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

2

Page 5: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

INHOUDSOPGAVE

1 INLEIDING 7

De locatie 7 Opzet van het project 7 Fasering van het project 8 Vervolg 9

2 HET STUDIEGEBIED 10

Kenmerken van de locatie 10 Bijzondere objecten 11

Schoolgebouw 11 Fatih-moskee 12 Wilhelminaplein 12 Bomen 12

3 DE MORFOLOGISCHE POSITIE VAN HET GEBIED 13

4 OPZET VAN HET PROJECT 16

5 BENADERINGEN VAN DE OPGAVE 17

Twee werelden 17 Verschillende benaderingen 18 Benadering per niveau 19

6 HET DUALISME VAN HET STUDIEGEBIED: HET INTERMEDIAIRE NIVEAU 20

Proefprojecten tweede trimester 20 Drie morfologische concepten 20

'Decor' 20 'Binnenplein' 22 'Ontdekking' 24

Uitwerking van deze concepten 26 Twee visies; Dante en Disneyland 26

Visie 1: Dante, hemel en hel 26 Visie 2: Disneyland 26

Evaluatie van de visies 27 Wonen 27 Andere functies 27

7 HET WIJK-BUURTNIVEAU: RANDVOORWAARDEN VANUIT EEN MONISTISCHE BENADERING 28

Typologie 28 Wilhelminaplein 28 Schoolgebouw 28 De Julianastraat 28 'Accidenten' 29

3

Page 6: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

4

Page 7: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

8 VERKEER EN PARKEREN 32

Verkeer 32 Fiets-/looproutes 32 Bereikbaarheid autoverkeer 32

Parkeren 32

9 MILIEU-TECHNISCHE RANDVOORWAARDEN 34

Verkeerslawaai 34 Ander lawaai 34 Milieu, diversen 34 Groen 34

10 HET MAATSCHAPPELIJK DRAAGVLAK 36

Buurtoverleg De Bergen 36 Betrokkenheid 36 Visie Buurtoverleg 36

Fatih moskee Eindhoven 37 Stichting Turkse Ondernemers Brabant ('Oosterse Bazaar') 37 Stichting Turkse Jongeren Integratie Centrum 38 Kamer van Koophandel 38 Stichting Studentenhuisvesting Eindhoven (SSHE) 38 Gemeente Eindhoven 39

11 INTERPRETATIE VAN DE RESULTATEN VAN HET DERDE TRIMESTER: ZOEKEN NAAR BASIS KEUZES 41

Weergave van de ontwerpen 42 Julianaplein 42 Unity 44 Strook Waaier 46 Driehoek 48 Revolte 50 Tegenstelling 52 Ontdekking 54 Decor 56

Componenten 58

12 Voorkeuren TUE voor de basiskeuzes 63

BIJLAGE 69

5

Page 8: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

6

Page 9: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

1 INLEIDING

Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de faculteit bouwkunde TUE in oktober 1992

heeft de gemeente Eindhoven deze faculteit een geschenk aangeboden in de vorm van een vrije leeropdracht/studieproject 'Architectuur-Stedebouw', met name een voor dit project

'geschikte stedelijke locatie'. De locatie betreft een terrein op de oosthoek van de kruising

van de Julianastraat en de Vonderweg, opmerkelijk gelegen in een buiging van de westtan­

gent naast de als beeldbepalend element aangemerkte Fatih moskee en tegenover een

appartementengebouw ontstaan uit de prijsvraag 'Geef nieuwe woonvormen de ruimte'.

Voor het project werden de volgende uitgangspunten geformuleerd:

1. Vrije leeropdracht;

2. Acceptatie door TUE en uitvoerbaar door gemeente/derden;

3. Wederzijds voordeel;

4. Promotiewaarde voor de stedelijke architectuur;

5. Dekkingsmogelijkheden;

6. Geen vertraging in lopende, p lanologische procedures.

De locatie

Naast de specifieke ligging en de moskee als beeldbepalend element kenmerkt het terrein zich

door een aantal andere zaken . Op het terrein staan een oude school (nr.2), een woning (nr.4) en

een noodschool (nr.6). momenteel in gebruik door de Hogeschool Eindhoven, maar naar ver­

wachting in 1995 vrij en verlaten .

Het schoolgebouw (nr. 2) is inmiddels opgenomen op een lijst van geselecteerde panden/objec­

ten voor het landelijke Monumenten Selectie Project (MSP). Deze panden zouden na een te vol­

gen procedure voorgedragen kunnen worden ter registratie als rijksmonument. Nochtans is deze

registratie van het schoolgebouw geenszins zeker.

Ook bevinden zich op het terrein enkele waardevolle bomen, waaronder een oude plataan. Deze

zal zeker in de nieuwe bebouwing opgenomen dienen te worden . Ook het behoud van de ande­re bomen zou overwogen kunnen worden.

Het terrein is al vele jaren opgenomen in het gemeentelijk overzicht van mogelijk locaties voor

woningbouw onder nr. 10-55 geschikt voor ca. 40 woningen in middelhoge bouw, prijsklasse A (tot

f 135.000,- stichtingskosten). Tevens komt het terrein voor op het overzicht van mogelijke kant­

oorlocaties. In het vigerende bestemmingsplan De Bergen heeft het terrein de bestemming open­

bare en/ of b ijzondere gebouwen met een wijzigingsbevoegdheid van burgemeester en wethou­ders op basis van artikel 11 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening tot omzetting van de bestem­

ming in een bestemming kantoren en wonen onder in het bestemmingsplan nader aan te geven

voorwaarden . Van de. kant van de gemeente werd aangevuld dat bestemming van het gebied als kantoorlocatie

intussen minder voor de hand liggend was geworden . Dit ten gunste van een groter accent op

wonen. Ook andere functies zouden echter mogelijk kunnen zijn . Het vigerende bestemmingsplan kan eventueel gewijzigd worden indien het studieresultaat dit nodig maakt.

Opzet van het project

In nader overleg van gemeente en faculteit werd een aantal punten overeengekomen, waaronder:

Het project zou realiteitswaarde moeten hebben en geen academische studie mogen

betreffen .

Van de kant van de faculteit bouwkunde zouden alle vier de vakgroepen participeren .

Met het oog op dit laatste werd door de faculteit bouwkunde een stuurgroep gevormd waarin alle vakgroepen waren vertegenwoordigd . Deze stuurgroep is verantwoordelijk voor de opzet en uit­voering van het project. Het eerste punt gaf aanleiding het onderzoek naar de functionele en

bouwkundige mogelijkheden van het gebied nadrukkelijk aan de orde te laten komen.

7

Page 10: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Als uitgangspunt werd genomen dat het project geschikt was voor derdejaars-studenten en ouder en dat het drie trimesters zou gaan duren, te beginnen in het wintertrimester 92/93 (december 92).

Studenten zouden één trimester mee kunnen doen, maar ook meer dan één.

Fasering van het project

Het project kende een aantal fasen, waarbij steeds andere studenten betrokken waren . Elke fase kenmerkt zich door een bepaalde verhouding onderzoek/ontwerp. In het kort wordt hierna deze

fasering beschreven als ook de geleding en werkwijze van het totale project aangegeven . Omdat

het project in feite werd uitgevoerd door studenten en het dientengevolge in het trimester-sys­teem van het onderwijsprogramma diende te worden ingepast, wordt deze fasering beschreven

aan de hand van de opeenvolgende trimesters van het project .

- Fase 1: De eerste twee trimesters In het eerste trimester viel een accent op het onderzoek van de situatie en de bestaande bebou­

wing . Er werden vanuit verschillende invalshoeken modelstudies verricht. Het tweede trimesters

richtte zich op onderzoek naar de bebouwingsmogelijkheden van de situatie . Dit leidde tot een

groot aantal proefontwerpen. Daarnaast werd nog een nadere analyse van het schoolgebouw uit­

gevoerd. De proefontwerpen werden geëxposeerd op de TUE.

De informatie uit trimester 1 werd gebundeld tot een werkverslag en in trimester 2 door de stu­

denten als uitgangspunt genomen . Informatie uit deze fase is verder verwerkt in verschillende

hoofdstukken van het onderhavige verslag. Voor een meer gedetailleerd verslag van deze trimesters behorend tot de eerste fase, die werd

afgesloten met een presentatie in aanwezigheid van de wethouders Van der Spek en Van Veelen

en andere maatschappelijk betrokkenen, wordt verwezen naar de bijlagen bij dit verslag .

Op basis van de proefontwerpen van het tweede trimesters werden drie morfologische concepten

en twee programmatische visies geformuleerd die in de volgende fase van het project als uit­gangspunt dienden. Deze zijn weergegeven in hoofdstuk 6 van dit verslag .

- Fase 2: Het derde trimester In deze fase werden opnieuw proefontwerpen vervaardigd. De morfologische concepten en pro­

grammatische visies golden daarbij als uitgangspunt. Fase 1 fungeerde ten opzichte van deze fase

als een verkennende fase.

In deze ontwerpende fase werd voortdurend teruggekoppeld naar de concepten en visies, zodat in dit trimester sprake zou zijn van een voortschrijdende kwalitatieve ontwikkeling van het ontwerp.

Acht ontwerpen uit deze fase zijn in dit verslag beschreven. Deze ontwerpen zijn geanalyseerd naar een aantal basiskeuzes.

Tevens werd in fase 2 nog een stedebouwkundige analyse van het gebied De Bergen gemaakt. Deze studie kon in de eerste twee trimesters niet plaats vinden door gebrek aan deskundige stu­

denten .

Gedurende zowel fase 1 als fase 2 werd geregeld gecommuniceerd met maatschappelijk betrok­kenen. Dit gebeurde door middel van interviews, bijeenkomsten , aanwezigheid bij evaluaties en

presentaties en eenmaal een avondsymposium. In hoofdstuk 10 wordt van een en ander verslag gedaan.

-Fase 3:

In de volgende fase stonden centraal:

a. Verslaglegging van het gehele proces. b. Ontwikkelen van een voorstel richting gemeente.

8

Page 11: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

ad a De inhoudelijke verslaglegging van het proces is weergegeven in het voorliggende studierapport.

Uitgangspunt is de maatschappelijke en architectonisch-stedebouwkundige complexiteit van de

opgave. Het rapport is tot en met de overzichten van basiskeuzes in hoofdstuk 11 besproken met maat­

schappelijk betrokkenen. Gemaakte opmerkingen zijn verwerkt.

ad b In hoofdstuk 12 is geprobeerd vanuit de TUE een globaal voorstel richting gemeente te ontwikke­

len, op grond waarvan de procedure voor een wijziging van het vigerende bestemmingsplan zou kunnen worden gestart en gesprekken met toekomstige opdrachtgevers kunnen worden aange­

gaan. De stuurgroep van het project laat daarbij een voorkeur doorklinken voor een bepaald ontwerp.

Vervolg

De stuurgroep stelt zich voor dat de gemeente een procedure in gang zet zodat de voorwaarden worden gecreëerd om een uitvoerbaar plan te ontwikkelen uitgaande van de in dit verslag geda­

ne basis- en ontwerpkeuzes.

9

Page 12: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

2 HET STUDIEGEBIED

Onder studiegebied wordt verstaan: 'het terrein gelegen op de oosthoek van de kruising

Julianastraat en Vonderweg, opmerkelijk gelegen in een buiging van de westtangent naast de als beeldbepalend element aangemerkte Fatih moskee en tegenover een appartementengebouw

ontstaan uit de prijsvraag: 'Geef nieuwe woonvormen de ruimte'.

Kenmerken van de locatie

Naast de specifieke ligging en de moskee als beeldbepalend element kenmerkt het terrein zich

door een aantal andere zaken.

Op het terrein staan een oud schoolgebouw, een woning en een noodschool (Julianastraat 2, 4 en

6), momenteel in gebruik door de Hogeschool Eindhoven, maar naar verwachting in 199S vrij en

verlaten . Ook bevinden zich op het terrein enkele waardevolle bomen, waaronder een oude pla­

taan die zeker in de nieuwe bebouwing opgenomen dient te worden, aldus een uitgangspunt van

de gemeente Eindhoven.

Het terrein is al vele jaren opgenomen in het gemeentelijk overzicht van mogelijke locaties voor

woningbo uw onder nr 10- SS geschikt voor ca 40 woningen in middelhoge bo uw, p rijsklasse A (tot

f 13S.OOO, - stichtingskosten). Tevens komt het terrein voor op een overzicht van mogelijke kant­

oorlocaties.

10

Page 13: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

In het vigerende bestemmingsplan De Bergen heeft het terrein de bestemming openbare en/of

bijzonder gebouwen met een wijzigingsbevoegdheid van burgemeesters en wethouders op basis

van artikel 11 van de Wet ruimtelijke ordening tot omzetting van de bestemming in een bestem­

ming kantoren en wonen onder in het bestemmingsplan nader aan te geven voorwaarden. Van de gemeente werd aangevuld dat de bestemming van het gebied als kantoorlocatie anno

1993 minder voor de hand liggend is geworden. Dit ten gunste van een groter accent op wonen .

Ook andere functies zouden echter mogelijk kunnen zijn . Geconcludeerd kan worden, dat er in

feite geen bestemmingsplan is waar in de studie-opdracht rekening mee dient te worden gehou­

den. De hoek Julianastraat!Vonderweg/Willemstraat, waar de noodschool staat, is altijd een plek zon­

der bebouwing geweest.

Vroeger heeft in deze omgeving de spoorlijn naar Hasselt gelegen.

Bijzondere objecten

Zoals al is aangegeven, kent het studiegebied en directe omgeving een aantal bijzondere objecten.

Schoolgebouw Het hiervoor genoemde schoolgebouw en de noodschool (Julianastraat 2 en 6) worden gehuurd

door de Hogeschool Eindhoven, maar zij komen naar verwachting in 1995 vrij . Het schoolgebouw is in 1912 gebouwd ten behoeve van huisvesting van de gemeentelijke HBS.

Na toevoeging van een gymnasium aan deze HBS is het gebouw in 1939 uitgebreid.

Het pand is geplaatst op een monumentenlijst vanwege de gaaf bewaarde gebleven vorm en de

rijke detaillering.

De dienstwoning (nr 4) heeft geen relatie meer met het schoolgebouw. De noodschool bestaat uit

een houten unit, die als zodanig van geen betekenis is voor de ontwerpopgave.

11

Page 14: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Fatih-moskee Opvallend gelegen in de situatie is de Fatih-moskee, eigendom van de Islamitische Stichting

Nederland. Deze in 1989 opgeleverde moskee valt op door zijn typische islamitische architectuur. De ligging op de hoek van twee kruisende straten en de oriëntatie op Mekka maken dat het

gebouw dominant in het studiegebied aanwezig is, ondanks het feit dat het om een vrij klein

gebouw gaat. De bouwmassa van de moskee volgt niet de gesloten blokrandbebouwing die het

gebied De Bergen kenmerkt, maar staat als solitair object in de stedebouwkundige situatie.

Wilhelminaplein Het schoolgebouw ligt deels aan het Wilhelminaplein. In het rapport 'Plaats voor pleinen' (Gemeente Eindhoven, mei '92 ) wordt gesteld:

"Het plein ligt aan de rand van een uitbreidingswijk van rond 1900. Het plein heeft een functie

voor zowel de buurt als de gehele stad. Daarom is het als stedelijk gemengd plein gekenmerkt."

De volgende karakteristiek wordt gegeven:

'Dit langgerekte, geknikte plein ligt aan een belangrijke verkeersweg . De wanden worden

gevormd door diverse panden in twee of drie lagen met een kap, vaak met gedetailleerde gevels.

De grote hoeveelheid plaatjes, blokken an andere elementen vallen het meest op. Aan de aan­

kleding van de ruimte is duidelijk te zien dat er veel compromissen zijn gesloten bij de inrichting

van het plein . Er is geen bindende factor die het plein b ijeen houdt, het is meer een optelsom van

details. Het middenterrein is open gelaten voor markten en dergelijke.'

Als sterke eigenschap van het Wilhelminaplein wordt de wandvorming genoemd en de ri jke detail­

lering, evenals de meervoudige bruikbaarheid van het plein.

Bomen In het studiegebied treffen we een aantal bomen aan, waarvan het behoud van enkele dient te

worden overwogen. De gemeente spreekt in ieder geval over het behouden van een plataan.

Volgens een analyse van de TUE kunnen de aanwezige bomen in een drietal categorieën worden onderverdeeld, te weten: 'zeer waardevol', 'redelijk waardevol' en 'indifferent'. In het hoofdstuk

'Milieu-technische randvoorwaarden' wordt hierop nader ingegaan.

12

Page 15: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

3 DE MORFOLOGISCHE POSITIE VAN HET GEBIED

Formeel behoort het studiegebied tot het in 1978 aangewezen stadsvernieuwingsgebied De

Bergen. De stedebouwkundige betekenis van het studiegebied overstijgt nochtans deze buurt

De Bergen. Het eigenlijk studiegebied is onderdeel van een kavel dat gelegen is in de kruising

van twee op stedelijk niveau belangrijke wegen, de Vonderweg en de Willemstraat. De

Vonderweg vormt zelfs een van de wegen van het eindhavens tangentenstelseL De derde grens­lijn van het betreffende kavel, liggend in het stadsvernieuwingsgebied De Bergen, wordt

gevormd door de Julianastraat met het Wilhelminaplein.

Door deze begrenzing ontstaat een driehoekig kavel, waarvan de bebouwing hoek Willemstraat/Wilhelminaplein een gesloten wand vormt.

Het deel Julianastraat/Wilhelminaplein kenmerkt zich door de traditionele bouwstijl die de omge­

ving van het Wilhelminaplein kenmerkt. Het gedeelte van deze bebouwing aan de Willemstraat

vormt een contrast met de tegenoverliggende industriële bebouwingscampiexen van Philips.

Geleidelijk aan echter, verliest de Willemstraat zijn 'scheidende' functie, het contrast tussen tradi­

tionele woonbebouwing en industriële bebouwing verdwijnt als gevolg van de beëindiging van

deze randbebouwing en het verschijnen van de moskee.

De randbebouwing langs de Willemstraat dient te worden opgevat als een uitloper van de rand­bebouwing van het Wilhelminaplein, evenals de randbebouwing langs de Willemstraat richting

centrum . De randbebouwing vormt een haak, waarmee het Wilhelminaplein en zijn achterland zich

vastgrijpt aan de Willemstraat als stedelijke weg .

+ I I

' I I +-- ---,-I I

I:> I !/ ~, ~

I I

13

Page 16: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

In het kruispunt van wegen voegen zich een aantal gebieden. Aan de westzijde naast het gebied

De Bergen, waarin zich het studiegebied bevindt, het gebied Vonderkwartier, aan de noordwest­

zijde het stadsdeel Strijp en aan de noordzijde het voormalige industrieterrein met de complexen

van Philips Nederland.

ST RIJP

)

VOORMALIG INDUSTRIETERREIN

Tevens bevinden zich op en in de directe omgeving van dit kruispunt van wegen enkele opvallen­

de, beeldbepalende gebouwen t.w.: De Fatih moskee;

Huize Vonderhof;

Het PSV-stadion;

De hoekbebouwing Willemstraat-St.Antoniusstraat;

Bebouwing op het voormalig industrieterrein ten noorden van de Willemstraat;

De steentjeskerk.

De moskee is een op zichzelf, ruimtelijk vrijstaand bebouwingselement dat in architectuur fel con­

trasteert met de eerder bedoelde traditionele bebouwing. De moskee met zijn directe omgeving kenmerkt zich niet door een zorgvuldige architectonisch-stedebouwkundige inbedding ter plaatse

en kan vanuit het kruispunt van stedelijke wegen worden beschouwd als een losstaand baken, een

herkenningspunt.

14

Page 17: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Dit herkenningspunt behoort niet zozeer toe aan het kavel, als dit wordt gelokaliseerd als onder­deel en uitloper van het stadsvernieuwingsgebied De Bergen. Het is dan een Fremdkörper. Het kan worden beschouwd als een element dat ruimtelijk weliswaar is gelokaliseerd op het betreffende studiegebied, maar toebehoort aan een verzameling elementen waarin het kruispunt Willemstraat/Vonderweg zich situeert; de verzameling van elementen die zich uitstrekt over een grotere schaal.

Geconcludeerd kan worden dat het kruispunt van wegen zich situeert in een systeem van stedelijk gebieden en een aantal individuele (beeldbepalende) elementen. De structuur van deze verzame­ling van gebieden en elementen wordt gevormd door enkele zichtlijnen en door routes .

MORFOLOGISCHE RELATIES OP STRUCTUURNIVEAU

15

Page 18: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

4 OPZET VAN HET PROJECT

De TU heeft zich van begin af aan onderzoekend opgesteld en heeft een werkwijze gekozen waar­

in een brede oriëntatie op het gebied moest leiden tot een verkenning van mogelijkheden. Er is

niet naar gestreefd om op korte termijn te komen met een specifiek projectvoorstel, zonder dat noodzakelijke basiskeuzes nadrukkelijk waren overwogen en voor het nemen van deze keuzes een

context was geschapen . Deze notitie beoogt deze context te verduidelijken en de bedoelde basiskeuzes boven water te varen.

Het gevolgde ontwerpproces is iteratief. Een uitgebreide inventarisatie van het studiegebied en de bijbehorende elementen vanuit een

breed scala van bouwkundige invalshoeken is gemaakt in trimester 1 van het project. De resulta­

ten hiervan zijn vastgelegd in een verslag . De samenhang van dit verslag wordt gevormd door de

ordening van het studiemateriaal naar de concepten, zoals die in het boek Concepten van de bouwkunde, uitgegeven ter gelegenheid van het lustrum van de faculteit bouwkunde, zijn onder­

kend.

(In het derde trimester van het project is dit studiemateriaal van het eerste trimester aangevuld met

een stedebouwkundige studie zich richtend op het gebied De Bergen .}

Het hiervoor bedoelde verslag is het informatiemateriaal geweest waarmee studenten in het twee­

de projecttrimester aan de slag zijn gegaan om de architectonisch-stedebouwkundige mogelijk­

heden van het gebied -ontwerpend- te exploreren . Dit heeft geresulteerd in een tentoonstelling

van deze ontwerpen, welke tentoonstelling als decor fungeerde voor een algemene discussie­avond op 30 september 1993.

In deze ontwerpen van het tweede trimester kwam nadrukkelijk het dualisme (intermediaire karak­

ter} van het studiegebied naar voren . Aan dit dualisme werd in functionele zin uitdrukking gege­

ven door de dichotomie Dante/Disneyland. Het belang van deze dichotomie was ook, dat een al

te gemakkelijk buurt-/wijkmonisme, en daarmee dejavouering van de betekenis van het studiege­

bied op stedelijk niveau, werd tegengegaan . De TU wilde nadrukkelijk de mogelijkheid voor een

stedelijk interpretatie van het gebied open houden .

Tevens leidden deze ontwerpen tot de drie concepten (Ontdekking, Binnenplein en Decor} die te

zamen met de twee functionele visies de uitgangssituatie bepaalden voor het derde projecttri­mester.

In het derde trimester werden opnieuw architectonisch-stedebouwkundige ontwerpen voor het

gebied gemaakt. Een achttal daarvan zijn in hoofdstuk 11 beschreven en geanalyseerd. Deze ana­lyses hebben gele id tot mogelijk variant-beslissingen op een aantal basiskeuzes.

De gedachtengang is, dat welbewuste afweging van de voor- en nadelen van deze varianten op

de verschillende basiskeuzes en het vervolgens kiezen voor een aantal varianten een nieuwe stap

in het ontwerpproces is, die ons dichter bij een weloverwogen eindresultaat kan brengen. 0/oor

een meer gedetailleerd verslag trimester 1 en 2, zie bijlage}. De ontwerpopgaven die in het hiervoor geschetste projectverloop reeds genoemd zijn zullen hier­

na specifieker aan de orde komen.

16

Page 19: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

5 BENADERINGEN VAN OE OPGAVE

Geprobeerd wordt nu om de benadering van de ontwerpopgave vanuit de morfologische positie

van het studiegebied (de twee werelden-optiek) te verduidelijken .

Twee werelden

Het gebied laat zich lokaliseren in twee werelden. Dit was een van de eerste conclusies die door

studenten, op grond van een impressionistische waarneming van het gebied, werd getrokken.

Enerzijds een wereld met grootschalige, monofunctionele, veelal solitair staande gebouwen, met een eigen romantiek van anonimiteit; anderzijds een wereld met kle inschalige gesloten blokrand­

bebouwing in klassieke stijlvolle architectuur met een grote d iversiteit aan functies. Het is niet

mogelijk te kiezen voor de 'beste' van beide werelden . Het studiegebied kent de invloedssfeer van

beide en dient de overgang van beide werelden gestalte te geven, zowel functioneel als in archi­

tectonische verschijningsvorm. De waarneming van het 'toebehoren-aan-twee-werelden' is uitge­

werkt om daarmee tot een structurering van de ontwerpopgave te komen.

NO!J!D

2 WERELDEN

17

Page 20: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Verschillende benaderingen

Het is inderdaad mogelijk om de ontwerpopgave vanuit deze verschillende werelden-optiek nader

te specificeren . Daarvoor is het nodig een aantal benaderingswijzen van een situatie te onder­scheiden, te weten: een monistische, dualistische en pluralistische benadering.

- De monistische benadering: Het gaat hier om een eenduidige architectonische interpretatie, eenheid van stijl, uitbannen van

pluralistische spanningen, vernietiging van die elementen die in strijd zijn met of onzuiver zijn aan

de veronderstellingen van een toe te passen concept. Met een gangbare aanduiding kan in dit ver­band worden gesproken van analoog ontwerpen.

- De dualistische benadering: Er wordt uitgegaan van een spanningsveld van twee werelden, elk met een eigen karakteristiek .

Gestreefd wordt naar een harmonieus evenwicht van, niet naar een sterke tegenstelling tussen

deze werelden . Er is sprake van een gerichtheid op synthese. Vaak is de spanning van de twee

werelden ook die tussen oud, bestaand dus bekend, klassiek en nieuw, nog-niet-bestaand dus

anders, modern enz.

- De pluralistische benadering: De verscheidenheid van een dualistische benadering wordt in de pluralistische benadering als nog

onvoldoende beschouwd, een individualiserende interpretatie gaat overheersen. Er wordt geen

rekening gehouden met bestaande, geldende stijl-kenmerken. Het beeld is eclectisch . Het plura­lisme voert de dualistische spanning op en streeft naar paradox, contrast, contradictie en diversi­

teit. De spanning tussen de twee herkenbare, constituerende werelden uit de dualistische bena­

dering wordt vervangen door de presentie van een aantal op zichzelf staande elementen, vaak van een opvallende architectonische snit. Deze elementen gaan een systeem op zichzelf vormen. De

selectie en stijlkeuze van deze elementen is volstrekt individueel en willekeurig.

Op stedelijk niveau geniet de pluralistische benadering momenteel een bepaalde populariteit, we

komen haar tegen in het idee van de gefragmenteerde stad, de versnipperde stad, de stad als ver­zameling plekken, de stad als collage, enz. Ook in Eindhoven wordt deze benadering toegepast:

'Glanzende scherven in een zee van groen'. Tegelijk zien we echter ook dat deze visie alweer

onder hevige kritiek komt te staan. Er zou slechts sprake zijn van een postmoderne, modieuze

architecten-visie op de stad.

18

Page 21: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Benadering per niveau

Het studiegebied behoort tot verschillende niveaus, die elk een andere van deze benaderingen

vragen :

- Het stedelijk niveau:

een systeem van gebieden met eigen karakteristiek en elementen met een beeldbepalend karak­

ter, waarin het kruispunt van stedelijke wegen, gevormd door Willemstraat en Vonderweg, zich

situeert.

Dit niveau vraagt een pluralistische benadering: elke element vertegenwoordigt een eigen stij l,

eigen visie, heeft een eigen betekenis en functie . Voor de ontwerp-opgave van het studiegebied

kan een en ander betekenen dat vanuit deze markante, beeldbepalende elementen bepaalde

zichtlijnen ontstaan. Tevens kan mogelijk een bijdrage worden geleverd om d it systeem nader te

structureren en vorm te geven. De vormgeving van dit systeem dient bij te dragen aan het stede­

lijk karakter van Eindhoven . Dit betekent, voor zover het gebied of een deel daarvan tot de wer­

king van d it niveau behoort: kiezen voor een op stadsniveau beeldbepalende architectuur; archi­

tectuur die het imago van Eindhoven als industriële stad ondersteunt. Het is in deze in dat aan de

randvoorwaarde voor de gemeente: Promotiewaarde stedelijke architectuur kan worden voldaan.

- Het buurt-wijkniveau: het gebied als deel van het stadsvernieuwingsgebied De Bergen. Een monistische visie, een bena­

dering die zich eenzijdig baseert op de bestaande bouwstijl van de omgeving Wilhelminaplein .

- Het intermediaire niveau: het stud iegebied als toebehorend aan het driehoekig kavel gelegen in de kruising van

Willemstraat en Vonderweg, formeel toebehorend aan het stadsvernieuwingsgebied De Bergen:

een gebied behorend tot twee sferen, dat vraagt om een dualistische benadering , met als opga­

ve enerzijds promotiewaarde stedelijke architectuur, anderzijds kiezen voor een architectuur die

aansluit bij de buurt De Bergen met zijn eigen bouwkundige stijl.

Dit d ual isme dient gestalte te krijgen in het kiezen voor een morfologisch concept voor het gebied

en de afbakening daarmee van de twee ontwerpopgaven, te weten de opgave op stedelijk niveau

en die op buurt-wijkniveau, resp. een pluralistische en een monistische benadering. Allereerst

wordt in deze notit ie daarom aandacht besteed aan dit intermediaire niveau.

19

Page 22: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

6 HET DUALISME VAN HET STUDIEGEBIED: HET INTERMEDIAIRE NIVEAU

Proefprojecten tweede trimester

Uit de verschillende proefprojecten die in het tweede trimester van het lustrumproject zijn uitge­

werkt komt het 'tot-twee-werelden-behoren' als eigenschap van het gebied duidelijk naar voren.

Vaak is dit thema echter nog slechts intuïtief aanwezig of wordt het te gemakkelijk vereenzelvigd met een tegenstelling 'oosters-westers' oftewel: de moskee-wilhelminabuurt. Gesteld kan worden

dat de proefprojecten het dualisme als probleem hebben gesteld. Zie bijlage 'Documentatie ten­

toonstelling Lustrumproject Julianastraat - Vonderweg'. De thematiek van de tegenstelling oos­

ters-westers is later in het proces verworpen.

Drie morfologische concepten

De verschillende hiervoor aangeduide proefprojecten zijn ten behoeve van het vervolg van het lus­

trumproject geabstraheerd. Er zijn op basis hiervan drie morfologische concepten opgesteld die als uitgangspunt dienden voor het derde trimester. Ook in deze concepten was het dualisme van

het studiegebied nadrukkelijk aanwezig . Als concepten werden onderscheiden: Decor,

Binnenplein en Ontdekking.

'Decor' • Uitgangspunt: In het beeld van het gebied Julianastraat neemt de moskee een belangrijke plaats in . De visuele

importantie, zowel qua maat als qua situering, van het gebouw is hiermee niet in overeenstem­

ming. • Ontwerpmiddel: Het ontwerpmiddel dat in dit concept wordt voorgesteld, is het maken van een gebouw dat een decor voor de moskee vormt.

• Motivatie:

De te ontstane combinatie van gebouwen levert een sterk beeld op dat tevens een tegenwicht kan

vormen voor het PSV-stadion aan het einde van de zichtlijn als een oriëntatiepunt op de autorou­

te die over de Vonderweg loopt. • Ontwerpspecificatie: De gevelwand van het 'decor-gebouw' moet voldoen aan de volgende eisen:

uniforme hoogte van min.imaal 12 men maximaal 20 m

zodanig 'rustig' dat de moskee er goed tegen uitkomt

het moet een goede combinatie vormen met de moskee, dit kan zowel op analogie als con trast berusten

binnen een zone van 10 m van de achterkant van de moskee.

Achter deze bebouwing krijgt verdere bebouwing een lineaire structuur. De bebouwing op de hoek van de Julianastraat!Vonderweg verdient speciale aandacht. Deze vervult een functie in de

geleding van de fiets- en looproute Vonderkwartier- Centrum - Station.

20

Page 23: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

/ ) 0

~ 8 w Q ::

"""

21

• :; !:! c. 0

.g !!

~ . " :;:

" -- c u " 2 c. • .! .. ii

·... -~ ë 0 .. ... u • -c ~ ~ ::J 0

Page 24: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

'Binnenplein' • Uitgangspunt: Dit concept buit de aanwezigheid van de moskee uit als een aanleiding om een karakteristieke

sfeer en een sterk beeld te scheppen . -Ontwerpm iddel:

Er wordt een pleinruimte geschapen . Deze pleinruimte is geschikt voor allerlei activiteiten . Om het

beeld te kunnen bereiken zouden architectuur en stoffering er bijvoorbeeld 'oosters' uit kunnen zien.

• Motivatie: Het is voornamelijk een stedelijk interieur-concept.

Gehoopt wordt, dat een markant beeld het gebied op stedelijk niveau aanzien kan geven.

• Ontwerpspecificatie: Het plein moet gesloten zijn en de aangelegen bebouwing minimaal12 m hoog .

Een probleem is de afmeting van de moskee. Een mogelijkheid om deze visueel wat meer gewicht

te geven is, om het plein verlaagd aan te leggen . Wellicht is dit realistisch in combinatie met een

parkeerkelder. Een andere mogelijkheid is om het gebouw wat meer cachet te geven door kleur­gebruik of door bouwkundige aanvullingen (torens, extra toren).

De vorm van de invulling van het westelijk deel van het plangebied is voor het concept indifferent.

Wel zal rekening moeten worden gehouden met de visuele importantie van de bebouwing naast de moskee (zichtlijn naar stadion).

22

Page 25: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

N w

2 "BINNENPLEIN"

Q Orlêntatlepunt verkeer Vonderweg

f•-Q• Route met 'poort'

Page 26: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

'Ontdekking' • Uitgangspunt: Uitgangspunt van dit concept is het gesloten stedelijk bouwblok. Dit is in Eindhoven een zeldzaam

stedebouwkundige type. Het gebied De Bergen kent dit type echter per traditie. • Ontwerpmiddel: De ligging van de moskee maakt echter op deze plek een gesloten bouwblok niet zonder meer

mogelijk. Een goede oplossing hiervoor is het neerzetten van een 'transparante wand', bijvoor­

beeld in de vorm van een arcade.

• Motivatie : Er wordt hiermee een beeld geschapen dat ook bij moskeeën in islamitische landen voorkomt. Het

komt tevens tegemoet aan de wens van de religieuze gemeenschap het terrein een enigszins afge­

sloten, zij het niet een strikt privé-karakter te geven.

• Ontwerpspecificatie: Een goede vormgeving van de 'transparante wand' dient de visuele importantie van de op zichzelf

kleine moskee te versterken .

Er moet een uitspraak worden gedaan over de vormgeving van de overgang tussen het semi­

openbare moskee-terrein en het privé-terrein in het bouwblok. Voorbeeld vergelijkbare situaties: veel Amsterdamse bouwblokken hebben openbare functies op het binnenterrein zonder enige

afscherming naar de achterkanten van de aanliggende bebouwing . De confrontatie met de bin­

nenkant van het bouwblok, bijvoorbeeld via de voorgestelde looproute, vormt de 'ontdekking'.

24

Page 27: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

3 "ONTDEKKING"

-•••

Ij///;

•••••

twand Gesloten straa

te wand' 'Transparan

baar-prive, lossing open arante wand Zone met op aats van tran&p eventueel In pi

d binnenterrein Algescherm

' anbaar-pr1V6) tdekkings-route geliJk probleem op Mogelijke l~o:.lng zoeken voor mo (wel een op .

·--· . . -···· --·

Page 28: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Uitwerking van deze concepten

In het derde trimester van het lustrumproject is geprobeerd tot een toepassing en architectonische

uitwerking van deze concepten te komen, zonder dat de ontwerpers werden vastgelegd op een specifieke functie. In hoofdstuk 11 is een weergave en analyse van deze uitwerkingen gegeven.

Twee visies; Dante en Disneyland

Het twee-werelden-verhaal is ook de aanzet geweest voor het onderzoek naar de mogelijke func­

tionele bestemming van het studiegebied. Het dualisme werd aanvankelijk onder de titel 'Dante: hemel en hel'{1) of 'Disneyland' gepolariseerd, om tot een uitdagende gedachtenwisseling te

komen en de studenten uit te dagen. Deze programmatische polarisatie kan op zichzelf worden

beschouwd als een afspiegeling van de 'twee-werelden-optiek'.

De thematiek 'Dante of Disney' werd gedurende het tweede projecttrimester uitgewerkt op een

discussie-avond.

Verschillende belangenpartijen konden hun mening naar voren brengen over de functionele invul­

ling van het gebied. De inbreng van deze partijen is samengevat in hoofdstuk 10 'Het maat­

schappelijk draagvlak'. Tevens zijn als bijlagen opgenomen de visies van drs Vetter, Kamer van Koophandel, en de heer J. Rooymans, directeur woningbouwvereniging St Trudo. Deze twee inlei­

ders bespraken in hun bijdrage de mogelijkheid van resp. bedrijvigheid en wonen als functies in

het studiegebied.

De beide visies 'Dante of Disneyland' zijn karikaturen die het inzicht in de problematiek hebben

verduidelijkt. Hieronder volgt een beschrijving van deze karikaturen.

Visie 1: Dante, hemel en hel

'Het aantrekkelijke van een binnenstad is de combinatie van de zon en schaduwzijde van het

bestaan. Naast zonnige terrassen vinden we er ook junks, zwervers en prostituées. Er is geen hemel

zonder hel. Het gebied De Bergen heeft in ruimtelijk en functioneel opzicht betekenis op stedelijk niveau. Het is een van de weinige gebieden van Eindhoven, zo niet het enige, met de sfeer en

morfologie van een stuk oude (weliswaar provinciale) binnenstad. Deze uniciteit moet worden uit­gebuit en uitgebouwd. Dat wil zeggen: het stedelijk karakter heeft voorrang, wat impliceert dat in

dit gebied geen 'normale' of 'gemiddelde' normen van toepassing zijn. Het is onmogelijk een echt hoogstedelijk binnenstadsgebied te creëren zonder de daarbij beho­

rende keerzijde. Hiertoe behoren onder andere: overlast in allerlei vormen, zoals vervuiling, ver­

keer, parkeren, bezoekers, festiviteiten, enz.; moeilijker te handhaven openbare orde; mindere geschiktheid en geringere attractiviteit als woonbuurt voor gezinnen met kinderen die een 'nor­

maal' woonpatroon nastreven; meer intrek daarentegen bij: studenten, alleenstaanden, enz. Voor

het gebied Julianastraat zou deze visie betekenen, dat de nieuwe bebouwing en het programma

in ieder geval een stedelijke uitstraling moeten hebben. Het handhaven van een gesloten stads­

beeld moet daarbij ernstig in overweg ing worden genomen, aangezien 95% van Eindhoven dit

beeld niet heeft. In het programma moeten bij voorkeur winkels, horecavoorzien ingen enz. wor­den opgenomen.'

Visie 2: Disneyland 'De binnenstad is schilderachtig en leuk, maar liefst wel zonder de bijbehorende nadelen (het

model van Mainstreet in Disneyland). De woonfunctie van De Bergen moet worden versterkt. Het

moet mogelijk zijn, in de binnenstad te wonen, zonder dat er veel overlast wordt ondervonden. Daarom moeten er meer 'normale' bewonersgroepen komen om verloedering tegen te gaan. De

aanwezige menging van functies is leuk, maar moet vooral niet worden uitgebreid. Overlast moet

{1} Dante was niet alleen schrijver, maar ook 'stedebouwkundige' bij de gemeente Florence. In zijn werk ruimde hij een plaats in voor zowel hemel als hel (betrekkelijke begrippen!). Theologisch, maar ook qua stedebouw en planologie, is dit natuurlijk omstre­den.

26

Page 29: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

worden teruggedrongen. Voor het gebied Julianastraat betekent dit dat er prioriteit moet worden

gegeven aan woonfuncties, bij voorkeur voor rustige bewonersgroepen, zoals gezinnen en bejaar­den. Horecavoorzieningen, andere vormen van bedrijvigheid, kortom: overlast veroorzakende acti­

viteiten moeten worden uitgesloten.'

Evaluatie van de visies

Beide visies zijn extreme functionele concepten, twee uiterste invalshoeken; ze vormen een kader

van waaruit op meer precieze wijze over het functionele programma van het studiegebied kan wor­

den nagedacht. Daartoe worden ze gerelateerd aan aantal programmatische aspecten.

Wonen

Beide visies hebben consequenties voor het woonprogramma in het gebied. Een programma

gebaseerd op visie 2 zal bij voorkeur zoveel mogelijk gezinswoningen omvatten . Daarnaast even­

tueel andere 'rustige' bewoners die een relatief stabiele bevolkingsgroep vormen, zoals bejaarden. Visie 1 biedt ook ruimte voor andere groepen, zoals kamerbewoners, jonge zelfstandigen, enz.

De gemeente heeft als idee geopperd dat de categorie 'oudere migranten' een goede doelgroep

zou zijn voor een deel van de woningbouw in het betreffende gebied (aanleunwoningen Huize

Vonderhof). Logischerwijze zou dit met name de groep 1 ste generatie Turkse allochtonen zijn,

omdat de Fatih-moskee een Turkse moskee is. De Imam denkt dan echter eerder aan 3de gene­

ratie Turkse allochtonen, zodat deze -dichtbij de moskee gevestigd- weer betrokkenheid met het

Turkse religieuze leven zullen krijgen. De parochiegedachte herleeft in oosterse signatuur! Een tussenoplossing zou kunnen bestaan in het aanbrengen van een zonering, waarbij bijvoor­

beeld de drie 'Berg-straten' en het Wilhe/minaplein een duidelijk stedelijk karakter krijgen, terwijl

het 'kerngebied' (Heilige Geeststraat, Prins Hendrikstraat, Catharinastraat) zo rustig mogelijk wor­

den gehouden. Overigens moet worden opgemerkt, dat het aantal woningen dat direct betrokken is bij wat in het gebied Julianastraat gebeurt, klein is. Aan de Julianastraat staan slechts een tien­

tal woningen . Voor een deel zijn dit voormalige winkels. Als bovendien in ogenschouw wordt genomen dat in het recente verleden ook de school de nodige drukte gaf, is het de vraag of de

huidige rust in de Julianastraat als tijdelijk of als verworven recht moet worden gezien.

Andere functies

In visie 1 past een aantal stedelijke functies. Deze moeten wel realistisch zijn. Voor horeca is aan

het Wilhe/minaplein nog voldoende emplooi . Een winkelbestemming is problematischer. De vaak geromantiseerde 'winkel op de hoek' zal waarschijnlijk nooit meer terugkeren. Wellicht is er ruim­

te voor winkels met een stedelijke klantenkring, voor welke winkels de huur in het kernwinkelge­

bied te hoog is. Een dergelijke tendens is waarneembaar ('Bergstraten', Willemstraat). Overigens is voor winkels met een klantenkring van (deels) buiten de buurt weinig vrije parkeerruimte beschik­

baar (tenzij er ruimte vrijkomt op het Philipsterrein aan de Willemstraat) . Bij het plannen van win­

kel- en horecavoorzieningen moet worden uitgegaan van de positie van het gebied binnen de

eindhovense distributiestructuur. In eerste instantie moet worden gedacht aan winkels 'in de marge', zoals specialistische winkels op stedelijk niveau, die niet de huur van een ruimte in het cen­

traal winkelgebied kunnen of willen betalen en ook niet zo afhankelijk zijn van impulsaankopen als

gevolg van directe aanloop.

Visie 2 laat uitsluitend ruimte voor kleine buurtwinkels. Gezien de situatie in de distributiesector

mag een vraagteken worden geplaatst bij de haalbaarheid daarvan. In beide visies past een hotel. Dit kan een reële optie zijn, omdat Eindhoven een tekort heeft aan

hotelruimte in het goedkopere segment. Eveneens in beide visies passen restaurants. Deze geven

relatief weinig overlast. Een goede mogelijkheid om wonen en stedelijke functies te combineren, is, om de begane grond voor het laatste te bestemmen en het wonen daarboven plaats te laten vinden. Hiermee kan een

relatief rustige woonsituatie in een stedelijke context worden geschapen.

27

Page 30: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

7 HET WIJK-BUURTNIVEAU: RANDVOORWAARDEN VANUIT EEN MONISTISCHE BENADERING

Op het buurt-/wijkniveau wordt uitgegaan van een monistische benadering. Hiermee wordt bedoeld dat het bestaande stedebouwkundig planconcept en de gegeven architectonisch-stede­

bouwkundige typologie als uitgangspunt en referentiekader wordt gekozen. Hieruit worden speci­

fieke randvoorwaarden afgeleid. Deze hebben in eerste instantie geldigheid op buurt-/wijkniveau en kunnen vanuit andere niveaus (belichaamd in een dualistische of pluralistische benadering) wor­

den gerelativeerd.

Een aantal componenten/elementen verdient hier de aandacht:

Typologie

Wilhe/minaplein Schoolgebouw

Julianastraat

Typologie Het ligt in een monistische visie voor de hand de gegeven typologie als uitgangspunt te nemen:

gesloten bebouwing in een traditionele stijl, middelhoogbouw, in baksteen uitgevoerd, een verti­

cale geleding van de bebouwing. Een minder rijke detaillering dan op het Wilhe/minaplein is voor

de Julianastraat denkbaar.

Vanwege het gemengde karakter van zowel Julianastraat, Wilhe/minaplein als het gehele gebied

De Bergen, is samengaan van (kleinschalige) bedrijvigheid op de begane grond en daarboven

woonlagen voor de hand liggend. Voor een verder motivering hiervoor wordt verwezen naar het

hoofdstuk 'Het maatschappelijk draagvlak' en diverse bijlagen. De architectonisch opgave bestaat dan ook onder andere hierin, dat een concept wordt gevonden voor dit samengaan van

bedrijvigheid en wonen.

Wilhe/minaplein Hiervoor wordt verwezen naar hoofdstuk 2.

Schoolgebouw Het schoolgebouw is bouwtechnisch uitvoerig geanalyseerd. Uitgegaan werd daarbij van de vol­

gende mogelijke functies:

- Woongebouw; - Niet-woongebouw: - gebouw met commerciële functie

- gebouw met culturele functie; - Oosterse bazaar.

De functie Oosterse Bazaar wordt afgewezen, aangezien dit een doordringing van het oosterse karakter van de moskee op buurt-wijkniveau betekent.

Een woonbestemming is niet mogelijk zonder het gebouw ingrijpend te wijzigen, waarbij zeker een

aantasting van de gevel op zal treden. Bij de functie niet-woongebouw (met commerciële functie) kan worden gedacht aan het bedrijfs­

verzamelgebouw, zoals door drs Vetter uiteengezet. Verder is een culturele functie voor het

schoolgebouw een reële optie. Hierbij zou men bijvoorbeeld kunnen denken aan ateliers voor kun­stenaars. Naar verluidt bestaat hieraan momenteel een grote behoefte, een frictie-behoefte omdat

op andere locaties in Eindhoven op korte termijn atelierruimte vrijgemaakt moet worden en der­

halve naar vervangende ruimte wordt gezocht, een structurele behoefte vanwege het bestaan van

een lange wachtlijst. Over de exploitatiemogelij kheid van het schoolgebouw voor een dergelijke culturele behoefte is op het ogenblik geen informatie beschikbaar.

In de bouwtechnische en gebruiks-analyse van het schoolgebouw uitgevoerd gedurende het eer­ste trimester van het lustrumproject zijn verschillende sloopvarianten getekend. Deze varieerden

van handhaven van het gehele schoolgebouw tot en met geheel of gedeeltelijke sloop van de late­

re aanbouwsels.

28

Page 31: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Afgezien van de vraag of een eventuele exploiteerbare bestemming van het gebouw gevonden

kan worden, lijkt voor een optimale stedebouwkundige oplossing algehele sloop van het school­

gebouw wenselijk. Het schoolgebouw moge een bepaalde stijl vertegenwoordigen, de betekenis

ervan is toch vooral gelegen in het feit dat het een karakteristiek 'beeldend element' vormt. Deze functie kan echter ook door nieuwbouw worden overgenomen en wellicht op een wijze die beter

recht doet aan zowel Wilhelminaplein als Julianastraat. Immers, moge het schoolgebouw een

monumentaal gegeven zijn als hoekpunt van het Wilhelminaplein, als deel van de Julianastraat kunnen vraagtekens worden gezet bij de aanwezigheid van een dergelijk beeldend element. Het

gebouw heeft ook niet die betekenis voor de ruimtevorming die nieuwbouw wel zou kunnen heb­

ben. Integendeel, het ware wenselijk aan het Wilhelminaplein bebouwing aan de rooilijn te heb­

ben en van adequate hoogte. In nieuwbouw zou de aansluiting van de Julianastraat en het Wilhelminaplein -de overgang van

plein naar straat- bewust vorm kunnen worden geven.

De door de Kamer van Koophandel gesuggereerde mogelijkheid van een bedrijfsverzamelgebouw

is vanuit voorgenoemde alleen het overwegen waard als onverhoeds toch zou worden besloten

het schoolgebouw te handhaven en of zowel een bedrijfsverzamelgebouw als een atelierbestem­

ming geen gelegenheidsoplossing is.

In het algemeen is het de vraag in hoeverre niet slechts een vegeterend lichaam of dood karkas

voor slechts een beperkt aantal jaren in stand wordt gehouden .

De Julianastraat

Deze vormt een voortzetting van de wand langs het Wilhelminaplein. Zoals in het rapport 'Plaats

voor pleinen' geschetst kenmerkt dit plein zich door een sterke wandvorming. Deze ontstaat als

gevolg van de toegepaste typologie: gesloten bebouwing door panden van twee of drie lagen

met kap. De panden, zo wordt gesteld, kenmerken zich door een rijke detaillering. De kapvorm is

die van het zadeldak, de noklijn staat soms haaks op, soms evenwijdig aan de rooilijn.

De toegepaste materiaalsoort is baksteen .

De Julianastraat kenmerkt zich momenteel deels door gesloten bebouwing. Aan de ene kant

bestaat deze uit bebouwing van twee lagen met kap. Aan de andere kant wordt de gesloten wand

gevormd door het oude schoolgebouw.

De Julianastraat kenmerkt zich functioneel door de aanwezigheid van bedrijvigheid, die samen­gaat met wonen .

Op de inrichting van de straat is terloops gewezen: nieuwbouw zou, anders dan nu het geval is met

het schoolgebouw, aan de rooilijn dienen te worden geplaatst omwille van een adequate ruimte­

vorming in de Julianastraat.

'Accidenten'

De gesloten bebouwing van de Julianstraat door toepassing van de typologie eigen aan het

gebied De Bergen, zodat een traditionele straat ontstaat, komt voor uit een monistische benade­

ring op buurt-wijkniveau. Het herkenbaar bestaande stedebouwkundig concept (geheel of ten dele

aanwezig) met bijbehorende typologie fungeert als uitgangspunt, het structureert en specificeert

de ontwerpopgave voor dit deel van het studiegebied. Dit betekent dat ten aanzien van de Julianastraat in principe een pluralistische benadering wordt uitgesloten. Geen losstaande, op zichzelf staande bebouwingselementen met een eigen architectonisch stijl die sterk contrasterend

werken en aandacht trekken om zichzelver wille. In de richting van de Vonderweg is deze monisti­

sche benadering echter minder gemakkelijk te legitimeren, hij komt onder kritiek te staan omdat

dit deel van de straat in de invloedssfeer van het stedelijk niveau komt te liggen.

Ook het feit dat zich op het studiegebied de ontmoeting van stedelijk niveau en buurt-/wijkniveau voltrekt, heeft consequenties voor de Julianastraat. Het monisme van het buurt-wijkniveau, in zijn

uiterste consequentie leidend tot een beoogd ·eenheidsconcept' gebaseerd op het bestaande beeld van Wilhelminaplein e.o., dient te worden gerelativeerd. Dit wordt hier zo opgevat dat aan

29

Page 32: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

de Julianastraat een aantal architectonisch-stedebouwkundige accidenten zijn te onderkennen die behoren tot het intermediaire, zelfs stedelijke niveau. In het laatste geval zijn deze accidenten

meer dan accident, maar mogelijk een inbreuk op het monistisch concept op buurt-/wijkniveau.

De volgende accidenten worden genoemd:

a - hoekpunt Wilhelminaplein

b - beëindiging Julianstraat c - relatie met de 'wereld' van de moskee

ad a - Hoekpunt Wilhe/minaplein Van het schoolgebouw gaat een monumentaal karakter uit. Wordt deze school vervangen door

nieuwe bebouwing, dan zal hieraan architectonisch de eis moeten worden gesteld, dat deze

bebouwing, waar deze nog een onderdeel vormt van het Wilhelminaplein, een zekere monumen­taliteit heeft en ïn stijl' is.

ad b - Beëindiging Julianastraat De mogelijkheid is reëel dat de beëindiging van de Julianastraat op de Vonderweg een opvallend

karakter dienen te hebben, zoals hiervoor al is aangegeven. Dit opvallend karakter hoeft echter

niet te worden gevonden in expressieve toepassing van de typologie van het gebied De Bergen, zoals hiervoor genoemd. Deze beëindiging is immers tevens onderdeel van de Vonderweg en ligt

in de sfeer van het pluralisme van het stedelijk niveau. Afhankelijk van de bebouwing langs de

Vonderweg zal hier mogelijk een verknoping van richtingen architectonisch gestalte moeten krij­

gen. Dit gegeven brengt de mogelijkheid met zich mee dat de monistische buurt-wijk-benadering hier een element zal moeten tolereren dat meer dan een accident is.

ad c - Relatie met de 'wereld' van de moskee De Julianastraat als traditionele straat 'teruggebouwd' zal een scheiding met de achterliggende

wereld van stad en moskee tot stand brengen. Hoe wordt dan vormgegeven aan het aanwezige dualisme in het gebied. Wordt dit daarmee niet ontkend? Denkbaar is dat vanuit een dualistische

benadering een relatie wordt beoogd tussen de wereld van het Wilhelminaplein c.a . en de wereld

van moskee en stad. Afhankelijk van hoe deze relatie wordt vormgegeven kan in meer of mindere mate sprake zijn van een accident aan de typologie van het buurt-/wijkmonisme of zelfs van een

structurele inbreuk hierop.

Zo is een doorbreking van de massieve geslotenheid van de Julianastraat in het geval van het con­

cept 'Binnenplein' op te vatten als een accident, niet om een structurele inbreuk op het architec­

tonisch-stedebouwkundig concept. Een zichtlijn recht op de moskee vanuit een punt halverwege

de Julianastraat en haaks op deze straat kan een structureel gegeven impliceren, dat zich niet ver­houdt tot een doorkijk/onderbreking als accident.

Resumerend:

Een monistische visie die uitgaat van belangen en denkbeelden op buurt-/wijkniveau zal zich in

morfologisch opzicht concentreren in een visie op de Julianastraat. Uitgangspunt is het eenheids­

concept en het accidentele dan wel structurele karakter van bebouwingselementen toegevoegd aan deze Julianastraat.

30

Page 33: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

-0 .... . .

RANOBEBOWING i'< pQLOGISC HE

ACCIOE.Ni GE. BAAR

MONUME.NiAAL • • •., •• • OOORSRE.KING

.--Q· ..

31

Page 34: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

8 VERKEER EN PARKEREN

Verkeer

Fiets-/looproutes De Julianastraat is onderdeel van een fiets-/looproute Vonderkwartier-centrum - station. Hier zal

in de vormgeving rekening mee moeten worden gehouden. Deze route kent een belangrijk knel­

punt, waar de mogelijkheid op het ontstaan van conflictsituaties groot is . Met dit knelpunt wordt

bedoeld de kruising Vonderweg-Julianastraat. De voetgangers en fietsers die vanuit het

Vonderkwartier naar het Wil helminaplein willen en vice versa, moeten over de drukke V onderweg,

zonder dat er duidelijke maatregelen zijn genomen om veilig te kunnen oversteken. De onveilig­

heid wordt vergroot door de snelheid van het autoverkeer en het slechte uitzicht vanaf dit punt.

Maatregelen voor veilig oversteken zijn er wel op het kruispunt Willemstraat-Vonderweg. Een doorsteek Wilhelminaplein-kruispunt Willemstraat/Vonderweg is mogelijk indien het terrein van de

moskee wordt gekruist. Blijkbaar heeft de Turkse gemeenschap hier geen bezwaar tegen, mits

geen overlast wordt veroorzaakt. De vraag is of een dergelijke doorsteek ook werkelijk onderdeel

van een route wordt of slechts formele betekenis heeft.

Bereikbaarheid autoverkeer Het autoverkeer bepaalt in grote mate het straatbeeld in Eindhoven. Dit is ook zeker het geval in

de omgeving van het studiegebied. Het studiegebied ligt aan grote doorgaande wegen, waarop

het verkeer snel kan worden afgewikkeld, te weten de Willemstraat en de Vonderweg . Ook in het binnengebied van de wijk/buurt De bergen wordt de beeldvorming voor een groot deel bepaald

door het autoverkeer. In bijna alle straten is sprake van eenrichtingverkeer. Dit bemoeilijkt de

bereikbaarheid in sommige gevallen, maar beperkt het verkeer tot voornamelijk bestemmingsver­

keer. Langs beide zijden van de smalle straten is vaak parkeren toegestaan, waardoor het straat­

beeld hierdoor gedomineerd wordt.

Gezien de drukte van de Vonderweg is een ontsluiting van het terrein Julianastraat vanaf deze weg niet mogelijk. Eventuele voorzieningen zullen goed bereikbaar moeten zijn, ook voor leveranciers .

Met de bereikbaarheid voor brandweer en ambulance dient rekening te worden gehouden.

Parkeren

Bij het realiseren van nieuwbouw op het gebied Julianastraat is er onvoldoende bestaande par­

keerruimte aanwezig. Voor woningbouw zal de hoeveelheid benodigde parkeerruimte sterk afhan­

gen van de beoogde bewonersgroepen. Voor groepen als bejaarden of studenten zijn relatief wei­

nig parkeerplaatsen nodig (wel rekening houden met bezoek). De groep tweeverdieners heeft wel­licht behoefte aan twee parkeerplaatsen per woning of meer, als bezoek wordt meegerekend.

Indien 'bovenbuurtse' voorzieningen worden gepland zal hiervoor ook een oplossing voor het par­

keren worden gevonden. Wellicht hoeft dit niet binnen het plangebied. Het Philipsterrein aan de Willemstraat bevat veel vrije ruimte die potentieel als parkeerplaats kan worden benut als Philips

gebouwen en ruimte afstoot (hetgeen de tendens is). De gemeente is echter geen eigenaar van

het terrein en kan geen claim leggen op andermans terrein . Het maakt ook nogal uit op welk moment van de dag de voorzieningen in gebruik zijn. Zo kan wellicht een deel van de parkeer­

plaatsen die 's avonds nodig zijn voor bewoners overdag gebruikt worden door winkelbezoekers.

Om toch aan een eventuele parkeerbehoefte te kunnen voldoen zou een voorziening als een par­

keergarage uitkomst kunnen bieden. Parkeergarages hebben het voordeel boven parkeerterrei­nen, dat zij de beschikbare ruimte efficiënt gebruiken. Bovendien is het veelal niet mogelijk om in stadscentra nog op de conventionele manier parkeerplaatsen aan te leggen. Vandaar dat men in

stedelijke centra garages aantreft. Parkeergarages hebben hoge stichtingskosten die door de

bewoners (in woonwijken) snel als te hoog worden ervaren en bovendien is angst voor vandalisme groot. Stichtingskosten zijn zeer afhankelijk van de plaatselijke situatie. De belangrijkste oorzaak van verschillen in kosten is de keuze van de vorm: garage, dek of kelder. Verder spelen de bodem­gesteldheid en de grondkosten een belangrijke rol.

32

Page 35: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Uit de publikatie Gemeentelijk parkeerbeleid (1983) zijn de volgende cijfers over de kosten gedes­

tilleerd:

Afgezien van subsidies zijn de stichtingskosten per plaats

voor een bovengrondse garage ± f 1 0.000,-; een parkeerdek ± f 6.000,- (aanmerkelijk goedkoper);

een ondergrondse garage variërend tussen f 20.000,- en f 40.000,- .

Opvallend is dat parkeergarages die door een gemeente zelf worden gebouwd en geëxploiteerd nauwelijks rendabel zijn.

Factoren die van invloed zijn op het exploitatieresultaat zijn:

ligging en aansluiting bij winkelgebied;

bewegwijzering; bereikbaarheid;

mate waarin parkeren in de omgeving mogelijk is . Dit laatste is in deze situatie niet mogelijk aangezien de buurt "De Bergen" binnenkort een belang­

hebbenden perkeerregeling krijgt vanwege de parkeerproblematiek.

33

Page 36: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

9 MILIEU-TECHNISCHE RANDVOORWAARDEN

Verkeerslawaai

Gezien de ligging van de 65 dB grens, is woningbouw in een strook langs de Vonderweg niet

mogelijk zonder speciale oplossingen, zoals een dubbele gevel. Gezien de ervaring met eerdere

bebouwingen aan dezelfde weg, mag verwacht worden dat de Provincie genoegen zal nemen met

een enkele goed geluid-geïsoleerde gevel, waarbij de interieur-norm voor geluidsbelasting

gehaald wordt. De geluidsbelasting van de rest van het gebied is sterk afhankelijk van de archi­

tectonische invulling. De geluidsbelasting en luchtverontreiniging van de Vonderweg zouden in de

toekomst wel eens verder kunnen toenemen als de binnenring van Eindhoven eenrichtingverkeer

gaat worden.

Het Wilhelminaplein wordt, behalve als lokale ontsluitingsroute voor bewoners, gebruikt als ont­

sluiting voor 'bovenbuurtse' voorzieningen in De Bergen en als parkeerterrein voor de aanliggen­

de kantoren en horeca. Met name de laatste functie geeft aanleiding tot lawaai 's nachts {dicht­

slaande portieren, claxonneren, luidruchtig gepraat, bromfietsen). Hiermee moet rekening gehou­

den worden bij eventuele woningbouw aan de Julianastraat.

Ander lawaai

De stedelijke functie van het Wilhelminaplein geeft aanleiding tot lawaaioverlast {horeca, kermis,

festivals, etc). De aanvaardbaarheid ervan en de invloed op het bestemmingsplan Julianastraat

varieert in visie 1 en 2. De lawaaioverlast zal teruggedrongen gaan worden door maatregelen met

betrekking tot het gebruik van het plein.

Milieu, diversen

Wellicht is het gebied geschikt voor een experiment in de sfeer van 'bouwen en milieu in een bin­

nenstedelijke situatie', met als eventueel voordeel de fondsen die hiermee kunnen worden aan­

geboord.

Groen

Handhaven van bestaande bomen heeft vergaande consequenties voor de indeling van het ter­

rein. Deze optie is alleen realistisch als met de volgende factoren rekening wordt gehouden: er

mag vanwege het wortelstelsel niet binnen de boomkruin worden gebouwd; per boom een onver­

harde boomspiegel van minimaal 5 x 5 m; fundering en gevels op minimaal 3 m afstand van de

kroonomtrek; de bezonning moet in de nieuwe situatie aanvaardbaar blijven .

Er zijn drie categorieën bomen te onderscheiden :

zeer waardevolle 'monumentale' bomen: 3 grote platanen, 1 rode beuk, 1 es; deze komen in

eerste instantie voor eventuele handhaving in aanmerking ;

redelijk waardevolle bomen: 3 linden, 1 berk; handhaving valt te overwegen;

indifferent {de rest); geen reden tot handhaving.

34

Page 37: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

,-~-~""' ,-({'/. ·-~M, ' '

, .... f • ', ~f:t>EI.ÎiJI{ '<oJAI'IR~~o

~·~

35

Page 38: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

10 HET MAATSCHAPPELIJK DRAAGVLAK

Buurtoverleg De Bergen

Betrokkenheid Het Buurtoverleg de Bergen heeft steeds aangedrongen op een goede procedure bij de voort­

gang van het project. Het project kenmerkt zich door een grote mate van openheid. Er was geen

vooropgestelde functie, het ontwerpproces fungeerde mede als zoekproces voor het programma

in functionele zin. Dit schiep in de richting van het buurtoverleg de nodige onzekerheid en het idee

dat er wellicht al meer gebeurde of besloten was dan werd gezegd.

Met het afsluiten van de verkennende fase met deze notitie is een belangrijke stap gezet in het bereiken van een ook voor de buurt herkenbare procedure. Deze notitie leidt immers tot een aan­

tal keuzes die in een gemeentelijke adviesnota worden vastgelegd, daarmee is het project in het

officiële ambtelijk traject van de gemeente Eindhoven terecht gekomen . Het buurtoverleg is

betrokken geweest bij het bespreken van de onderhavige notitie, zij het dat zij in het overleg een

andere positie innamen dan de gemeente en de TUE, die immers de verantwoordelijkheid dragen

voor de onderhavige notitie en de te nemen basiskeuzes.

Communicatie met het Buurtoverleg heeft op verschillende wijze plaatsgevonden, met name:

gesprek van studenten met leden van het buurtcomité;

aanwezigheid evaluatie projecten einde tweede projecttrimester;

aanwezigheid als toehoorder bij het gesprek van de gemeenschappelijke stuurgroep

TUE/gemeente Eindhoven op 23 augustus 1993;

inbreng op de studieavond d .d. 30 september 1993;

deelname aan de evaluatie van de projecten aan het einde van het derde projecttrimester;

reactie op deze notitie in conceptvorm.

Visie Buurtoverleg De huidige stellingname van het Buurtoverleg is de volgende: Bij iedere aanpassing of toevoeging

van woonruimte binnen de Bergen moet de doelgroep zo gekozen worden dat deze een directe

bijdrage vormt aan de vaste bewonerskern van de buurt. Bij de Bergen - als randwijk van het cen­

trum - met een voor Eindhoven unieke atmosfeer, past een gemêleerde bevolkingsopbouw. Met

name de lagere inkomens zijn daarin oververtegenwoordigd, mede als gevolg van deels matige

woningkwaliteit en kamerbewoning. Daarom is aandacht voor bouwen voor de betere inkomens

op zijn plaats. De verschillende profielen van mogelijke bewoners worden als volgt gewaardeerd:

Positief: Alleenstaanden of paren (van middelbare leeftijd), die bewust kiezen om geen gezin te

stichten;

Mensen die bewust kiezen voor de combinatie van wonen en werken (dicht bij elkaar) in het

centrum, zeker als voor een zakelijke functie een bekend adres van belang is;

Mensen die vooraf de keus maken dat zij indien zij kinderen krijgen, toch voor een stedelijk

milieu blijven kiezen;

Mensen die kiezen voor het kopen van een pand of appartement.

Juist niet:

Studenten, als bestaande bewonersgroep onmisbaar in de wijk, zullen iets veld moeten ruimen

voor de honkvastere bewoners;

Jongeren die de levensfase waarin de keus gemaakt wordt of zij een gezin zullen stichten zijn

een riskante doelgroep;

Gezinnen met kinderen, die verwachten hun kinderen rustig op straat te kunnen laten spelen.

Nog enkele opmerkingen over de e isen die dit stelt aan de te bouwen woonvormen. De

woon(werk)ruimte moet als het ware mee kunnen groeien met de bewoner/gebruiker. Dit betekent

vooral dat overmaat aanwezig moet zijn en de indeling moet zodanig zijn dat meerdere gebruiks-

36

Page 39: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

mogelijkheden te kiezen zijn. het lijkt onverstandig om bij nieuw te ontwikkelen situaties uitsluitend te opteren voor appartementencomplexen. Juist afwisseling met grondgebonden woonvormen, stadswoning of combi's met werken zullen het gemengde karakter versterken. Om de apparte­menten in de Bergen aantrekkelijk te maken moeten ze voor wat betreft de maatvoering aanslui­ten op het bestaande straatbeeld, maar tegelijkertijd 'spannend' zijn. Een combinatie van deze zaken met een duidelijke statuswaarde, zal een binnen de Eindhovense marktverhoudingen een sterke marktwaarde kunnen worden gecreëerd voor appartementen.

Fatih moskee Eindhoven

Met de Fatih moskee Eindhoven wordt enerzijds aangeduid de Stichting die het eigendom van de moskee bezit en deze beheert, alsmede het Centrum Buitenlanders, die in een gezamenlijke dele­gatie met de projectgroep in overleg zijn getreden. Zij vertegenwoordigen in feite de turkse (reli­gieuze) gemeenschap, de directe buren van het plangebied. Met betrekking tot de inhoudelijke functie van het plangebied wordt gedacht aan sociale, op de moskee aansluitende functies, of verzorgende/dienstverlenende functies in een oosterse context. Hierbij wordt gedacht aan bijvoorbeeld woningbouw voor turkse inwoners van Eindhoven op het studiegebied. Religieuze leiders zien het liefst niet alleen woningbouw voor ouderen maar ook

voor latere generaties om zo het contact met de moskee te behouden. In een later stadium is als optie het project turks badhuis ('Hamam') naar voren geschoven. Voor het project Harnam is nader onderzoek verricht naar de haalbaarheid door de Stichting Turkse Ondernemers Brabant. Op korte termijn acht men de uitwerking van een dergelijke Harnam moge­lijk, er is maatschappelijk draagvlak voor te vinden . Daarbij kan tevens gedacht worden aan het realiseren van een aantal winkeltjes (5 tot 8 units) die in meer of mindere mate in relatie staan tot het badhuis.

Een delegatie van de moskee heeft deelgenomen aan een vergadering van de projectgroep TU/gemeente Eindhoven op 23 augustus 1993 en heeft, bij monde van de heer Cinar, een inbreng geleverd op de discussieavond van 30 september 1993. Er is een interview gehouden met de Imam (bij lage). Tevens is de heer Cinar (Centrum Buitenlanders) betrokken geweest bij evaluaties gedurende en aan het einde van de projecttrimesters.

Stichting Turkse Ondernemers Brabant ('Oosterse Bazaar')

Nog voordat het project een aanvang had genomen, was door een lid van de gemeenteraad van Eindhoven met de TUE contact gezocht in verband met het vestigen van een Oosterse Bazaar in het betreffende gebied. De vraag was of de mogelijkheid hiervan onderzocht kon worden. Vanuit deze vraag is het contact gegroeid met de heer Cinar van het Centrum Buitenlanders. Het idee van de Oosterse Bazaar is onderzocht in het eerste trimester van het lustrumproject. Het

is een studie op zichzelf geworden, waarin niet alleen de ruimtelijke mogelijkheden van een Oosterse Bazaar zijn onderzocht, maar ook de mogelijke en wenselijke beheersvormen. Dit heeft geleid tot een aantal typologieën van Oosterse Bazaars.

In het verloop van het project is geconstateerd dat de vraag naar een Oosterse Bazaar, zoals afge­leid van een oorspronkelijk ingediend, maar door de gemeente Eindhoven verworpen voorstel, te grootschalig was voor de studielocatie. De vraag haar vestiging van een Oosterse Bazaar in Eindhoven was een vraagstuk op zichzelf, dat niet noodzakelijk aan een eventuele vestiging op het gebied Julianastraat/Vonderweg is gekoppeld, al ligt deze koppeling well icht voor de hand door de aanwezigheid van de moskee in dit gebied. De vraag naar een Oosterse Bazaar zou wel herleid kunnen worden naar de vraag of een voorzie­ning voor beginnende (winkel)bedrijfjes in het gebied mogelijk is. De vraag naar een Oosterse Bazaar kan dan op een noemer worden gebracht met die naar een bedrijfsverzamelgebouw.

37

Page 40: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Stichting Turkse Jongeren Integratie Centrum

Naast de al genoemde wensen van de Fatih moskee is er de wens van de jongerenorganisatie een

ontmoetings- en activiteitencentrum te vestigen in Eindhoven. In deze accommodatie zouden allerlei activiteiten voor jongeren moeten kunnen plaatsvinden. Dit centrum zou zeker ruimten voor

het bestuur van de stichting moeten bevatten alsmede lesruimten voor bijvoorbeeld computer­

onderwijs . Het studiegebied wordt gezien als een ideale locatie vanwege de relatie met de mos­kee die een vertrouwde en centrale plek is . Deze wens is toegelicht door de voorzitter van de stichting Dhr. Koçak. Er zijn reeds vergevorder­

de plannen om deze wensen te verwezenlijken op het eigen terrein door middel van aanbouw aan

de moskee. De beschikbare ruimte is echter geringer dan de wensen en neemt tevens noodzake­

lijke parkeerruimte in beslag . Men is bereid te wachten met uitvoering van de bouwplannen, om

te wachten op eventuele voorstellen van de TU die een mogelijke verwezenlijking van de wensen op het studiegebied inhouden, omdat men het studiegebied geschikter acht.

De stichting is bereid en heeft belang bij het verlenen van verdere medewerking bij het ontwikke­

len van de plannen. Samen met het bestuur van de Fatih moskee willen en kunnen zij ook de financiële verantwoorde­

lijkheden dragen.

Kamer van Koophandel

De Kamer van Koophandel (K.v.K.) kan niet als direct belanghebbende in dit gebied worden aan­

gemerkt. Toch heeft de K.v.K., in de persoon van drs. W. Vetter, een belangrijke input gegeven in

de verkennende fase. De bijdrage die drs . Vetter op de avondbijeenkomst op 30 september heeft

gehouden is als bijlage bij deze notitie gevoegd. De K.v.K. is benaderd om bedrijvigheid als reële

optie voor het gebied te verwoorden . In zijn bijdrage heeft Vetter het belang hiervan inderdaad

benadrukt en gewezen op de vele bedrijvigheid die momenteel in het gebied De Bergen al aan­

wezig is. Het gebied leent zich bij uitstek voor bepaalde bedrijfsfuncties, mede door de positie die

het in het geheel van de stad inneemt: tegen de city aan. Toegevoegd kan worden dat in dit

gebied een zekere uitstraling van het citygebied uit zou kunnen gaan, zoals beschreven in de nota

Vorm en Visie. Het pleidooi van de Vetter ging in de richting van kleinschalige bedrijvigheid, gecombineerd met

wonen. Bedrijvigheid op de begane grond die de maat aanneemt van de woningbouw in de

bovenlaag . Ten aanzien van het bestaande schoolgebouw kwam Vetter met de suggestie van een bedrijfsver­

zamelgebouw, te vergelijken met De Ring, een bedrijfsverzamelgebouw dat eveneens in een oud schoolgebouw is gevestigd. Naar zijn idee zou dit een exploitabel geheel kunnen opleveren. In dit verband zou ook gedacht kunnen worden aan een 'starters- of doorstartersgebouw' .

Natuurlijk is het op te roepen verkeer als gevolg van het vestigen van vormen van bedrijvigheid

een punt dat nauwgezette aandacht verlangt aangezien de benodigde parkeerru imte dan erg groot is.

Stichting Studentenhuisvesting Eindhoven (SSHE)

Verschillende onderwijsinstellingen in Eindhoven hebben de gezamen'iijke behoefte naar huisves­

ting voor buitenlandse docenten en studenten die tijdelijk in Eindhoven verblijven. In een vooronderzoek 'Stutel' is onderzocht hoe deze behoefte verwezenlijkt zou kunnen worden .

Men denkt aan een gebouw met verschillende kamers die voor korte of langere tijd gehuurd zou­

den kunnen worden en algemene ruimten die bedoeld zijn voor gemeenschappelijk gebruik. Het gebouw zou beheert kunnen worden door de SSHE. De SSHE heeft voor 125 eenheden volks­

huisvestingscontingenten ingediend. De eenheden zouden ± 45 m2 bruto-vloeroppervlak groot

dienen te zijn. Totaal dus ongeveer 5625 m2 exclusief de bijzondere (gemeenschappelijke) ruim­ten.

38

Page 41: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Gemeente Eindhoven

De gemeente Eindhoven heeft als uitgangspunt de TU de mogelijkheid te bieden om met een

eigen voorstel te komen. Nadrukkelijk wordt gewezen op de noodzaak van een maatschappelijk draagvlak, waarbij het buurt-wijkniveau een belangrijke factor is. Ook moet het beoogde pro­

gramma interessant zijn voor potentiële opdrachtgevers.

39

Page 42: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

40

Page 43: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

11 INTERPRETATIE VAN DE RESULTATEN VAN HET DERDE TRIMESTER: ZOEKEN NAAR BASISKEUZES

Gedurende het derde trimester van het lustrumproject is opnieuw een aantal bebouwings- en inrichtingsvoorstellen voor het plangebied gemaakt. De drie architectonisch-stedebouwkun­

dige concepten (Ontdekking, Binnenplein en Decor) fungeerden daarbij als uitgangspunt.

Een achttal projecten werd in discussie genomen. Deze projecten waren in een enkel geval

een 1-op-1-uitwerking van een van genoemde concepten. Vaak waren elementen van twee

van deze concepten in de gemaakte plannen te herkennen.

De in discussie genomen projecten zullen hierna kort worden weergegeven. Deze zijn:

1 Julianaplein (Olieslagers) 2 Unity (Kennis)

3 Strook Waaier (Friedrichs)

4 Driehoek (Egas)

5 Revolte (Christmas)

6 Tegenstelling (Howeler) 7 Ontdekking (Van der Beuken)

8 Decor (Knaven)

41

Page 44: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Weergave van de ontwerpen

Julianaplein Bebouwing die de Vonderweg begeleidt en tegelijk de wand vormt van een plein als tegenhanger van het Wilhelminaplein: het Julianaplein. Deze bebouwing kent twee onderdelen, aangezien een

corridor dit element in twee helften snijdt.

De achterwand van het Julianaplein vormt tevens -vanaf de Vonderweg beschouwd- een decor

voor de moskee, zodat deze wordt afgeschermd van de buurt en de stad gaat toebehoren.

De derde wand van het Julianaplein wordt gevormd door een l-vormig element dat tevens vorm­

geeft aan de aansluiting met het Wilhelminaplein.

De Wilhelmina-Juliana-pleinen-combinatie wordt gezien als een element op buurt-wijk-niveau. Het

Julianaplein zou als tegenhanger van het Wilhelminaplein een groen karakter kunnen krijgen.

Het schoolgebouw wordt gesloopt. Een aantal bomen wordt gespaard. Het functioneel program­ma bestaat uit wonen tezamen met een bescheiden winkelfunctie, onder andere een Oosterse

Galerie in de decor-wand.

De woonfunctie is meervoudig, onder andere studentenhuisvesting en seniorenhuisvesting, te ver­

delen over de verschillende bebouwingselementen. De decorwand bevat een doorgang, zodat

een route kan ontstaan vanuit de buurt over het plein richting stedelijke wereld.

42

Page 45: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit
Page 46: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Unity Het ontwerp neemt verscheidenheid als uitgangspunt. Deze verscheidenheid kent een aantal fac­

toren. Enerzijds de tegenstelling van de twee werelden, zo kenmerkend voor de morfologische positie van het gebied. Anderzijds het pluralisme van de stedelijke wereld zelf: oosters/westers, wonen/werken, enz.

Door een architectonische ingreep wordt eenheid in deze verscheidenheid gebracht. Het ontwerp bestaat daarom uit een gebouw. Uitgangspunt voor het ontwerp van dit gebouw is een aantal richtingen. Deze richtingen doen twee gebouw-delen in elkaar versmelten. Enerzijds de richting moskee/Vonderweg: lage bebou­wing. Anderzijds de richting Binnenstad/Julianastraat: hoge bebouwing. Het ontmoetingspunt van de twee richtingen heeft de grootste hoogte. De ontwerper stelt: 'Hoe eindigt het gebouw op dat snijpunt? Antwoord: niet!, anders is er geen eenheid meer, het gebouw buigt om. In de tussenlig­gende ruimte ontstaat een nieuw plein.' Kortom: drie elementen bepalen het gebouw: het (levendige) plein, de (omgebogen) richting van­uit de moskee, de (omgebogen) richting vanuit de stad. Functioneel wordt gedacht aan een programma dat recht doet aan het thema 'verscheidenheid'. Culturele functies behorend bij de moskee (feestzaal, badhuis, theehuis), functies behorend bij de stad (winkeltjes, horeca, bedrijfsleven); en tegenover dit niet-wonen het wonen, waarbij wordt uit­gegaan van een verticale zonering: het niet-wonen bevindt zich in de begane-grondlaag. Het geheel is onderkelderd ten behoeve van parkeren.

44

Page 47: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit
Page 48: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Strook Waaier De moskee zal zich in water weerspiegelen. Dit water bevindt zich achter een bebouwingsstrook

die de Julianastraat als traditionele straat in ere hersteld . De architectuur van de gevel zou zo mogelijk de verticale geleding van de buurt kunnen volgen.

Het is mogelijk het schoolgebouw als onderdeel van deze strook te denken.

De weerspiegeling van de moskee in het water is (onder -delen van- de strook door) zichtbaar van­

uit de Julianastraat, zodat een relatie tussen de moskee en buurt via een intermediair wordt

gelegd. Een virtuele relatie .

Een tweede bebouwingselement wordt gevormd door een waaiervormig bebouwingselement aan

het einde van de strook, in feite gelegen aan de Vonderweg en de verzameling die de stedelijke

wereld van Vonderweg, Willemstraat enz. toebehoort.

De aanslu iting van strook en waaier levert een plein op.

De strook is bestemd voor wonen, de onderlaag kent winkelvoorzieningen. Onderdeel van het wonen vormen 1-kamerwoningen en een hotelfunctie, met name voor buitenlandse studenten en

stagiaires.

46

Page 49: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

47

Page 50: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Driehoek Een wat architectuur betreft op zichzelf staand gebouw. Een gebouw wat maat en schaal betreft gerelateerd aan de wijk. Een gebouw in de vorm van een driehoek. De Julianastraat wordt 'gehandhaafd', maar het nieuwe gebouw contrasteert in stijl -en kleur!- met de bebouwing aan de overkant. Deze strook kent drie lagen. De andere twee stroken hebben vijf lagen. In het gebouw ontstaat een plein, maar een plein zonder openbaar karakter. Een binnenplein, een

grote binnenplaats, opgehoogd tot 1 verdieping . Het concept van het gebouw is gebaseerd op een aantal richtingen, enerzijds een richting die is afgeleid van de Julianastraat, anderzijds twee richtingen die zijn afgeleid van de vorm van de mos­kee. De bomen langs de Vonderweg worden gehandhaafd. Er is afstand tot de Vonderweg, zodat par­keerruimte ontstaat. Dit naast de parkeerruimte onder het ' plein'. Langs het gebouw ontstaat een nieuwe straat, parallel aan de Willemstraat. De vorm van de mos­kee leidt er toe, dat in deze straat een hoek aanwezig is. Bijeenkomen van Julianastraat, de nieuwe straat en het Wilhelminaplein vragen de vormgeving van een kruispunt. Een tweede bebouwingselement wordt gevormd door een geknikte strook die vormgeeft aan dit kruispunt, de moskee in een trechtervormige structuur vangt en een binnenterrein achter de reeds

bestaande bebouwing op het studiegebied doet ontstaan. De driehoek is bestemd voor wonen, maar op de begane grondvloer worden bedrijfjes in de Julianastraat en winkeltjes langs de nieuwe ontstane straat gesitueerd. Ook het andere bebou­wingselement bevat winkeltjes.

48

Page 51: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit
Page 52: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Revolte Ooit zal de huidige Jul ia nastraat zijn betekenis hebben verloren en zijn afgebroken. Er wordt geko­zen voor een geheel nieuw concept, dat uitdrukking wil geven aan een schaalsprong, zowel in

ruimte als tijd. De voorgestelde bebouwing immers anticipeert op de toekomstige verdwijning van de huidige Julianastraat en vormt eerder onderdeel van een grootstedelijke ru imte, dan van een ruimte op buurt-wijk-niveau. Langs de huidige Julianastraat wordt een strook gebouwd die vanuit de stad deze straat binnen­komt en zijn beëindiging vindt in een apart staand -glazen- kantoorgebouw op de hoek van het Wilhelminaplein. Een sterk element dat sterk contrasteert met de bestaande typologie van deze

buurt. De strook kent in de Julianastraat vier lagen en kan worden beschouwd als onderdeel van een grootstedelijk bouwblok, dat het vormt samen met de bebouwing aan de overkant van de V onderweg . Door dit bouwblok -dat momenteel wellicht nog meer als gedachte dan als feitelijkheid bestaat­raast het doorgaande verkeer van de Vonderweg en bevindt zich een stedelijke binnenruimte, dat -naast het stuk Vonderweg- ruimte biedt aan een waterpartij, de moskee en een feestzaal voor deze moskee. Vanwege het pluralisme eigen aan de stedelijke wereld zal deze feestzaal van een opvallende architectuur zijn, bijvoorbeeld vanwege een uitzonderlijke dakconstructie. Parkeren kan misschien onder het water geschieden met een ontsluiting via het terrein van de mos­kee. Bomen langs de Vonderweg kunnen worden gehandhaafd.

50

Page 53: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit
Page 54: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Tegenstelling Uitgangspunt zijn de twee werelden, zoals geschetst in hoofdstuk 4. Enerzijds De Bergen, ander­zijds de moskee. Zij fungeren als symbolen voor deze twee werelden. Oosters wonen vs. westers wonen. Het verschil van deze twee werelden wordt als uitgangspunt genomen, naar de te kiezen woonvormen, maar ook in het materiaalgebruik (staal, hout, glas). De spanning tussen beide werelden vindt zijn concentratiepunt op het gebied tussen het oude schoolgebouw en de moskee. Vanuit het verdiepte plein dat op dit punt gestalte zal krijgen, ont­wikkelt zich een grootstedelijk bouwwerk, een stedelijke sculptuur, waarin tal van aspecten, eigen aan de pluriformiteit van de stedelijke wereld, hun plaats vinden. Oosters wonen (oosters traditio­nele woningen), en luxe (westerse YUP-)woningen; bomen blijven bijna allemaal behouden. De school blijft ten dele behouden. Tussen de risalieten worden vides gemonteerd. Het plan biedt ruimte aan wonen, maar ook aan kantoren, met name in de verbouwde school. Langs de Julianstraat wordt een wand geplaatst die woonbebouwing bevat.

52

Page 55: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

U1 w

Page 56: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Ontdekking Het ontwerp geeft letterlijk uitdrukking aan het concept Ontdekking (hoofdstuk 5). Er ontstaat een gesloten bouwblok. Het gedeelte aan de Julianastraat wordt vormgegeven in ana­logie met het karakter van deze straat. Gekozen is voor een 'dubbele' gevel, zodat de bovenste laag teruggelegd kan worden . Dit om de analogie met de bestaande typologie op buurt-wijkni­veau te verhogen . Langs de Vonderweg ontstaat een strook die de gebogen lijn van deze weg vormt, maar een strak­kere architectuur dan de strook aan de Julianastraat als eigenschap heeft. Deze strook is wat zijn maatgeving forser aahgezet dan de strook in de Julianastraat en schiet deze voorbij als beëindiging van de Julianastraat ter plaatse van de Vonderweg. De strook Vonderweg wordt hier naar afgeschuind, zodat de Julianstraat enigszins wordt afgeschermd. Het gebouw kent een woningbouwprogramma in combinatie met winkels en bedrijven. Het gesloten bouwblok heeft een binnenruimte dat als verhoogd plein wordt uitgevoerd.

Daaronder wordt geparkeerd. Het derde element van dit gesloten bouwblok bestaat uit een Oosterse Galerie of Bazaar, zijnde

een overdekte straat, voorzien van glazen koepels en winkeltjes aan beide zijden. De toegang is vanaf de hoek van het Wilhelminaplein, de vorm is gebogen langs de achterkant van de moskee. De Galerie eindigt in een pleintje met theehuis.

54

Page 57: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

1.11 1.11

Page 58: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Decor Dit ontwerp geeft vorm aan het gelijkluidende concept uit hoofdstuk 5. Langs de Julianastraat een langwerpige strook, drie lagen, gedeeltelijk opgetild van de begane grond. Parallel aan deze strook een bebouwingselement van vijf lagen, dat het eigenlijke decor vormt voor de moskee.

Deze strook kent een knik, zodat het totale concept een ruimtelijke verwijding kent naar de Vonderweg toe. In het concept is gewerkt met niveau-verschillen, de langgerekte ruimte tussen de twee stroken is

verhoogd aangelegd. Hieronder kan worden geparkeerd. Wonen is de functie die voor dit concept het uitgangspunt heeft gevormd.

56

Page 59: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit
Page 60: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Componenten

De gemaakte ontwerpen geven uitdrukking aan bepaalde keuzes gemaakt op een achttal compo­

nenten . Deze zijn op te vatten als basiskeuzes. Deze componenten zijn :

A - visie op de Julianastraat;

B - (openbare) ruimte op het plangebied;

C - begeleiding van de Vonderweg;

D - route over het plangebied;

E -school;

F - parkeren;

G - relatie nieuwbouw-moskee;

H - bomen .

In een schema is aangegeven welke basiskeuzes in de hiervoor beschreven ontwerpen op deze

componenten zijn gemaakt. Dit gebeurt door de verschillende principe-oplossingen waaraan de verschillende ontwerpen uitdrukking geven in schetsmatige vorm weer te geven.

Zo ontstaat een matrix van principe-oplossingen op de acht componenten . Schema : (zie volgende

pagina's)

58

Page 61: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit
Page 62: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

SCHOOL

PARKEREN

RELATIE MET MOSKEE

BOMEN

Page 63: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

De verschillende basiskeuzes bij de componenten zijn per component tot twee duidelijk verschil­

lende principe-oplossingen (extremen) terug te brengen.

Ad A: visie op de Julianastraat: 1: Volledig gesloten straatwand, zodat de Julianastraat als traditionele straat wordt hersteld .

2: De Julianastraat wordt open gelaten of slechts een deel, van de straatwand wordt gevormd.

(Voorkeur TUE: 1)

Ad B: openbaar terrein: 1: Er wordt een specifiek openbaar gebied ontworpen in de vorm van een '(binnen-)plein' op het

studiegebied.

2: Er is gedifferentieerde openbare ruimte aan de rand van het studiegebied.

(Voorkeur TUE: 2)

Ad C: bebouwing langs de Vonderweg: 1: Doorlopende bebouwing langs de Vonderweg op kleinere of grotere afstand.

2: 'Incidentele' (geen doorgaande) bebouwing langs de Vonderweg. (Voorkeur TUE: 1)

Ad D: route: 1: Een route over het studiegebied vanaf de Julianastraat (Wilhelminaplein) naar de moskee

(kruispunt Vonderweg/Wiilemstraat).

2: Geen route. (Voorkeur TUE: 1)

Ad E: school: 1: Behoud school geheel of gedeeltelijk.

2: Geen behoud van de school.

(Voorkeur TUE: 2)

Ad F: parkeren: 1: Parkeren uitsluitend langs de Vonderweg.

2: Parkeren in het gebied zelf(+ evt. langs de Vonderweg).

(Voorkeur TUE: 2)

Ad G: relatie met de moskee: 1: Relatie door bebouwing als decor, door verbinding openbare ruimte of functionele relatie.

2: Geen relatie. Nieuwe plan staat op zich.

(Voorkeur TUE: 1)

Ad H: bomen: 1: Behoud bomen gedeeltelijk mogelijk.

2: Geen behoud van de bomen mogelijk. (Voorkeur TUE: 1)

61

Page 64: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Elk van de projectontwerpen kan als volgt tot één van de extremen gerekend worden .

A B c D E F G H

Julianaplein 2 2 2

Unity 2 2 2

Strook/Waaier 1/2 2 2 2 2

Driehoek 2 2 2

Revolte 2 2 2 1/2

Tegenstelling 2 2 2 2 2

Ontdekking 2 2 2 1/2 2

Decor 2 2 2 2 2 2

62

Page 65: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

12 Voorkeuren TUE voor de basiskeuzes

De stuurgroep van TUE spreekt bij elk van de basiskeuzes een voorkeur voor één van de principe­

oplossingen uit.

ad A: visie op de Julianastraat: Het herkenbaar bestaande stedebouwkundig concept (geheel of ten dele aanwezig} met bijbeho­

rende typologie fungeert als uitgangspunt, het structureert en specificeert de ontwerpopgave voor

dit deel van het studiegebied. Dit betekent dat ten aanzien van de Julianastraat in principe een

pluralistische benadering wordt uitgesloten. Geen losstaande, op zichzelf staande bebouwings­elementen met een eigen architectonisch stijl die sterk contrasterend werken en aandacht trekken

om zichzelver wille, maar een gesloten bebouwing aan de Julianastraat door toepassing van de

typologie eigen aan het gebied De Bergen, zodat een traditionele straat ontstaat.

Het is wenselijk op grond van stedebouwkundige en morfologische redenen de nieuwbouw aan

de rooilijn te plaatsen en van adequate hoogte, zeker wat betreft de bebouwing aan het

Wilhelminaplein.

In de nieuwbouw zou de aansluiting van de Julianastraat en het Wilhelminaplein -de overgang van plein naar straat- bewust vorm kunnen worden geven.

De Julianastraat kenmerkt zich thans functioneel door de aanwezigheid van bedrijvigheid, die

samengaat met wonen. Vanwege het gemengde functionele karakter van zowel Julianastraat,

Wilhelminaplein als het gehele gebied De Bergen, is samengaan van (kleinschalige} bedrijvigheid

op de begane grond en daarboven woonlagen voor de hand liggend.

ad B: openbaar terrein: Een openbaar binnenterrein(plein} wordt niet bruikbaar geacht. Er is te weinig zekerheid over acti­

viteiten die de openbaarheid van een binnenterrein waar kunnen maken. Een betere oplossing is

het creëren van een plein rond de moskee.

Hier kan de aanwezige openbaarheid versterkt en vergroot worden, waardoor tevens de integra­

tie bevorderd wordt.

ad C: bebouwing langs de vonderweg De huidige geluidsbelasting van het studiegebied is berekend met behulp van gegevens uit het

akoestisch onderzoek voor 'Vonderkwartier-Noord' die door de gemeente Eindhoven beschikbaar

zijn gesteld. Hieruit volgt een zonering naar geluidsbelasting. Gezien de ligging van de 65 dB

grens voor de geluidsbelasting, is woningbouw in een strook onmiddellijk langs de Vonderweg

niet mogel ijk. Daarbij komt dat de geluidsbelasting en luchtverontreiniging van de Vonderweg in

de toekomst wel eens verder zouden kunnen toenemen als de binnenring van Eindhoven eenrich­

tingverkeer gaat worden. De geluidsbelasting van de rest van het studiegebied is sterk afhankelijk van de architectonische vormgeving van bebouwing langs de Vonderweg. Deze dient daarom het

achterliggende gebied af te schermen en qua typologie aangepast te zijn aan de geluidsnorm.

Bijkomend aspect is dat indien er enige afstand tussen Vonderweg en bebouwing gehouden

wordt, enkele monumentale bomen gespaard kunnen blijven.

ad 0: route Een verbinding van het Wilhelminaplein met het 'moskeeplein' is wenselijk. De Turkse gemeen­

schap heeft hier geen bezwaar tegen, mits geen overlast wordt veroorzaakt. Deze verbinding

draagt bij tot verdere integratie van de oosterse functies in de stad.

63

Page 66: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

ad E: school Het schoolgebouw is voorgedragen voor de rijksmonumentenlijst. In de redengevende omschrij­

ving van dit pand staat: "Het pand is van architectuurhistorisch belang vanwege de gaaf gebleven

vorm en rijke detaillering. Daarnaast is het als type van belang". Een bouwtechnische analyse maakt duidelijk dat het schoolgebouw in een redelijk goede staat ver­

keert.

Het oorspronkelijke schoolgebouw uit 1912 heeft in de loop der jaren uitbreidingen en verande­ringen ondergaan o.a . omwille van de functionaliteit. Deze uitbreidingen zijn niet van belang voor

een eventuele monumentenstatus.

Belangrijk uitgangspunt bij behoud van het schoolgebouw als monument voor de stad, is het plaatsen van een functie in het te renoveren gedeelte die geen of zo min mogelijk afbreuk doet

aan de kwaliteiten. Tevens draagt de openbaarheid van het gebouw bij tot de monumentaliteit.

Vooronderzoek heeft uitgewezen dat het moeilijk is een passende functie te vinden waarbij de

monumentale en esthetische kwaliteiten van interieur en exterieur van het schoolgebouw behou­

den kunnen blijven, naast van de vraag of zo'n eventuele bestemming ook exploiteerbaar is.

Waarschijnlijk wordt het gebouw dan slechts voor een beperkt aantal jaren in stand gehouden.

Voor een optimale stedebouwkundige oplossing is algehele sloop van het schoolgebouw wense­

lijk. De functie van karakteristiek 'beeldend element' kan ook door nieuwbouw worden overgeno­men en op een wijze die beter recht doet aan zowel Wilhelminaplein als Julianastraat. Het gebouw

heeft ook niet die betekenis voor de ruimtevorming die nieuwbouw wel zou kunnen hebben.

Integendeel, het ware wenselijk aan het Wilhelminaplein bebouwing aan de rooilijn te hebben en van adequate hoogte.

De TUE laat de betere stedebouwkundige oplossingen die te creëren zijn indien het schoolge­

bouw wordt gesloopt zwaarder wegen dan de kwaliteiten en het historisch belang van de school

als monument.

ad F: parkeren Het studiegebied biedt allen de mogelijkheid voor privé-parkeren. Voor deze parkeerbehoefte die

nieuwbouw met zich meebrengt is in eerste instantie de strook langs de Vonderweg het best geschikt. Om de extra privé-parkeerbehoefte te kunnen opvangen, zou een voorziening als een

parkeergarage uitkomst kunnen bieden. Parkeergarages hebben het voordeel boven parkeerter­

reinen, dat zij de beschikbare ruimte efficiënt gebruiken. Bovendien is het veelal niet mogelijk om

in stadscentra nog op de conventionele manier parkeerplaatsen aan te leggen . Parkeren in de omgeving is onmogelijk aangezien de buurt "De Bergen" binnenkort een belanghebbenden par­

keerregeling krijgt vanwege de parkeerproblematiek. Belangrijk is het moment van de dag waarop de parkeervoorzieningen in gebruik zijn. Wellicht kan

een deel van de parkeerplaatsen die 's avonds nodig zijn voor bewoners overdag gebruikt worden

door bezoekers van de moskee en van de aan de moskee gerelateerde functies. Een ontsluiting van de parkeervoorziening via de Vonderweg is uitgesloten. Wel mogelijk zijn een

ontsluiting via de Julianastraat en via de Willemstraat.

ad G: relatie met de moskee De aanwezigheid en specifieke situering van de moskee maken dat het onvermijdelijk is de mos­

kee bij de planvorming te betrekken. Dit geldt zowel ruimtelijk (stedebouwkundig) als functioneel.

ad H: bomen Handhaven van alle bestaande bomen is niet realistisch, omdat er in dat geval nauwelijks ruimte voor ontwikkeling van nieuwbouw overblijft. Wel dienen de belangrijkste monumentale bomen

langs de Vonderweg gespaard te worden.

64

Page 67: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

De ontwerpen zijn te vergelijken met de voorkeuren van de TUE. De score is het aantal keren dat het ontwerp overeenkomt met de voorkeur van de TUE. (In dit geval wegen alle basiskeuzes even

zwaar.)

A B c

VOORKEUR TUE 2

De scores van de ontwerpen zijn dan als volgt:

Julianaplein 6x

Unity 6x

Strook/Waaier 5x Driehoek Sx

D E

2

Revolte Tegenstelling

Ontdekking Decor

F G

2

H

3x 4x 5x 5x

Hieruit blijkt dat het ontwerp Driehoek in alle basiskeuzes overeenkomt met de voorkeur van de TUE.

* Uit het hoofdstuk Maatschappelijk draagvlak kunnen de volgende mogelijke functies over het gebied worden gedestilleerd:

wonen, te onderscheiden naar verschillende woonvormen/bevolkingsgroepen; aan de moskee te relateren functies in de sociaal-culturele en recreatieve sfeer; kleinschalige bedrijvigheid.

Er zijn een aantal reële programmatische varianten op tafel gekomen waarvoor ook interesse bestaat bij potentiële opdrachtgevers. Deze zijn:

Wonen 'Stutel' Jongerencentrum/Hamam

* Uitgangspunt is, dat het studiegebied zich manifesteert in 'complexiteit van werelden', zoals in de vorige hoofdstukken beschreven. Gezocht wordt naar een synthese in de werkelijke betekenis van het woord: stedelijke wereld en wereld op buurt- en wijkniveau fungeren als these en antithe­se, beiden blijven herkenbaar aanwezig, maar vormen in het studiegebied een nieuwe synthese. Deze synthese is herkenbaar als een eigen wereld c.q. ruimtelijk concept in de gelaagdheid van de stad naar stedelijke wereld, wereld van buurt/wijk en intermediaire wereld.

* Naast deze ruimtelijke synthese past in deze complexiteit van werelden een functionele diffe­rentiatie. Voor deze functionele differentiatie, met als functionele componenten de hiervoor genoemde drie categorieën, gelden met name vanuit het buurt-wijk-niveau de nodige randvoorwaarden. Gelet op de complexiteit van de ontwerpopgave verdient het voorkeur een concept te ontwikke­len dat een groot maatschappelijk draagvlak heeft en waarin verschillende partijen/opdrachtge­

vers/belanghebbenden participeren.

*Het plangebied heeft een lengte van 125 m. De breedte varieert van min. 25 m. tot max. 63 m. De totale oppervlakte is± 5135 m2 (ca . 0,51 Ha, ±1%).

De programmatische invulling van de verschillende ontwerpen is bewust vantevoren niet nauwge­zet gepreciseerd om de aandacht op de vormgeving te leggen. Een vergelijking van de ontwer­pen spitst zich daarom toe op een vergelijking van een totaal aantal m2 vloeroppervlak.

65

Page 68: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Berekenen we de totale hoeveelheid vloeroppervlakte van de 'grootste' ontwerpen dan levert dit de volgende aantallen op:

Decor: ± 6200 m2 Unity ± 6450 m2 Driehoek ± 6600 m2.

Vanuit dit uitgangspunt is het mogelijk een aantal programmatische varianten te berekenen om een indruk te verkrijgen van de mogelijkheden die het plangebied biedt; overigens zonder behoud van de school.

Als we nu aannemen dat: De totale vloeroppervlakte is 6400 m2; Het woningbouwprogramma is 75% 3K-woningen a 80 m2

25% 4K-woningen a 105m2; Het aantal parkeerplaatsen (PP.) per 3K-won is 0,5

per 4K-won is 1,0 en bij een andere functie per SOm 2 is 1,0;

De benodigde ruimte per PP. is ± 25 m2;

Dan betekent dit bijvoorbeeld: 1: Als er uitsluitend sprake is van woningbouw:

6400 m2 is bestemd voor de woonfunctie en bestaat uit ± 60 3K-won. ± 15 4K-won.

Er is ± 1125 m2 ruimte nodig voor ± 45 parkeerplaatsen.

2: Als de verhouding wonen:andere functies is 3:1 : 1600 m2 heeft een andere functie dan wonen; 4800 m2 heeft de woonfunctie en bestaat uit ± 45 3K-won.

en ± 11 4K-won. Er is ± 1650 m2 ruimte nodig voor± 66 parkeerplaatsen.

66

Page 69: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Begeleidingscommissie TU E

ir. F. Bakker dr. ir. K. Doevendans (coördinator) T. Dubbelman; AvB

ir. J.F.G. Janssen

ir. C. Maassen ir. R. Rutgers

G .J. Scholten (student-assistent) E. Schulte; AvB ir. G. Smeltzer J. Valk, arch . hbo

67

Page 70: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

68

Page 71: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

BIJLAGEN

Faculteit Bouwkunde TU Eindhoven

najaar 1994

69

Page 72: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

70

Page 73: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

OVERZICHT

BIJLAGE 1:

BIJLAGE 11:

BIJLAGE 111:

BIJLAGE IV:

BIJLAGE V:

BIJLAGE VI:

ADVIESNOTA VAN DE DIENST STADSONTWIKKELING AFDELING RUIMTELIJKE ORDENING

VERSLAG VAN DE 1e FASE VAN HET LUSTRUMPROJECT (TRIMESTER 1 & 2)

DOCUMENTATIE BIJ DE TENTOONSTELLING VAN ONTWERPEN UIT HET 2de TRIMESTER

BIJDRAGEN AAN DE DISCUSSIE-AVOND D.D. 30 SEPTEMBER 1993 VAN Drs. W. DE VETTER (K.v.K.) EN J. ROOYMANS AvB (STICHTING TRUDO)

BIJDRAGEN VAN BIJ DE STUDIE BETROKKEN PARTIJEN

BUURTOVERLEG DE BERGEN

IMAM FATIH MOSKEE

STICHTING TURKSE JONGEREN INTEGRATIE CENTRUM

STICHTING TURKSE ONDERNEMERS BRABANT

REACTIE BEGELEIDINGSGROEP DIENST STADSONTWIKKELING GEMEENTE EINDHOVEN OP ONTWERPEN VAN HET 3de TRIMESTER

Flankerende rapporten (ter inzage bij TUE): Documentatie modelstudies eerste trimester

Herbestemming schoolgebouw Julianastraat- Bouwkundige

Ingrepen - Mei '93

Onderzoek naar de stedebouwkundige context Prins Hendrikstraat en omgeving

Wonen in de woestijn. van den Broek, Honselaar, Vermeulen,

juni '94

71

Page 74: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

72

Page 75: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

BIJLAGE 1: ADVIESNOTA VAN DE DIENST STADSONTWIKKELING AFDELING RUIMTELIJKE ORDENING

73

Page 76: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

74

Page 77: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

VERZONOEN 1 9 JUNI 1992

RUIMTELIJKE ORDENING

ADVZESROTA

Diensta SO, afd. RO. Nr.92P003558. Datuma 18-06-1992. 'l'yp/dict.: 'l'vAIBWB. Doc.a ti959t.

Onderwerp! geschenk gemeente Eindhoven aan de 25-jarige faculteit bouwkunde van de TUE.

Op 28 januari 1992 heeft uw college, naar aanleiding van ee.n initiatief van wethouder Van der Spek om de 25-jarige faculteit bouwkunde van de Technische Universiteit Eindhoven een geschenk aan te bieden in de vorm van een leer­opdracht/studieproject "Architectuur-Stedebouw", besloten dit initiatief voor­lopig nog niet te honoreren in afwachting van nader inzicht in de feitelijke mogelijkheden en financiële consequenties van het reserveren van een voor een vrije leeropdracht/stucHeproject "Architectuur-Stedebouw" geschikte stedelijke locatie en de directeur DSO opgedragen hierover nadere vooratellen te doen met als uitgangspunten: 1. vrije leeropdracht' 2. acceptatie door TUE en uitvoerbaar door gemeente/derden' 3. wederzijds voordeel1 4. promotiewaarde voor de stedelijke architectuur' 5. dekkingsmogelijkheden1 6, geen vertraging in lopende, planologische procedures.

Binnen de dienst is bekeken wat voor .. aoort locatie het beste voor het gezochte doel in aanmerking zou komen. Ter bevordering van concentratie van activitei­ten en doelgericht werken wordt in eerste instantie de keuze voor één locatie voorgesteld, Uit een oogmerk van promotiewaarde van stedelijke architectuur zou een locatie op een markante stedelijke plek moeten worden gezocht waar een~langrijke bijdrage aan de stedelijke image kan worden geleverd. Om geen vertraging in lopende planologische procedures te bewerkstelligen en ook om de kosten (renteverliezen) te beperken, wordt een locatie voorgestaaan waar nu nog niet over beschikt kan worden maar waar huidige bebouwinq en ge­bruik op termijn kan worden vervangen en waar nog geen procedures in gang sijn gezet om tot een nieuwe ontwikkeling te komen. Zo'n nieuwe ontwikkeling, met interessante stedelijke problemen als wat te doen met bestaande opstallen en begroeiing en met eisen van de Wet geluidhin­der passen in vragen die aan toekomstige architecten ter oplossing kunnen wor­den gesteld. Wel moet worden vastgelegd dat de beschikbaarstelling aan de faculteit bouw­kunde van de locatie moet geschieden onder voorwaarde dat de bebouwinqs­studie(s) worden gemaakt zonder inschakeling van marktpartijen. De faculteit dient met de dienst stadsontwikkeling overleg te plegen over te hanteren uitgangspunten waarbij de dienst zal nagaan (lnspanningsverpllchting) of realisering kan plaatsvinden.

75

Page 78: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Blad: :z.

De kans op realiserinq wordt immers aanmerkelijk verqroot indien de faculteit in het voortraject overleqt met de dienst stadsontwikkelinq over te hanteren uitqanqspunten gericht op de marktsituatie. Als interessante studielocatie is uiteindelijk gekozen voor een terrein op de oosthoek van de Jullansstraat en de Vonderweg, opmerkelijk gelegen in een buiging van de westtangent naast de als beeldbepalend element aangemerkte Fatih Moskee en teqenover een apparte­mentsgebouw ontstaan uit de prijsvraaq "Geef nieuwe woonvormen de ruimte". In het viqerende bestemminqsplan De Berqen heeft het terrein de bestemminq openbare en/of bijzondere qebouwen met een wijziqinqsbevoeqdheid van burqe­meester en wethouders op basis van artikel 11 op de Wet van de ruimtelijke ordeninq tot omzettinq van de bestemminq in een bestemminq kantoren en wonen onder in het bestemminqsplan aanqeqeven voorwaarden. Op het terrein staan een oude school (nr. :Z), een woninq (nr. 4) en ee·n nood­school (nr. 6) die thans door de qemeente in één qeheel voor noq onbepaalde tijd met 6 maanden opzeqtermijn aan de Boqeschool Eindhoven zijn verhuurd. De Boqeschool. Eindhoven streeft naar concentratie op het terrein Rachelsmolani Ds. Theodor Fliednerstraat en zal naar verwachtinq in 1994 de 'qenoemde panden vrijmaken.

Er is overleq qaande met Prof. Dr. Ir. M.F.Th.Bax, decaan van de faculteit bouwkunde van de TUE, die weer contact heeft qehad met de voorzitters van de vier vakqroepen van de faculteit. Bet qemeentelijk voorstel wordt door de faculteit erq op prijs qesteld. Ge­dacht wordt aan een beqeleidinq in samenwerkinqsverband tussen TU en qemeente. In het overleq zijn de volqende punten aan de orde qekomen: 1. Bet project moet realiteitswaarde bezitten; het qaat niet om een acade­

mische studie, ook niet om een routinematiq praktijkproject, maar om een synthese van beide benaderinqen, die leidt tot qoedkeurinq, uitvoerinq, opleverinq en beheer;

:z. De faculteit en de qemeente zullen in dit project nauw samenwerken, bijv. lanqs twee parallelle sporen di·e periodiek kortqesloten worden. De qemeen­te zal funqeren als "participerend opdrachtqever'";

3. In het project wordt een model-st~ateqie ontwikkeld met documenten, proce­dures, contracten etc. die daarna moqelijk voor soorqelijke projecten in de stad toeqepast kan worden; ·

4. Het project moet aansluiten op aanzetten van de nota '"Ruimte voor archi­tectuur"; te denken valt aan de rol van de welstandscommissie en de func­tie van het stadsbeeld;

5. Bet project zal vraqen om een projectorqanisatie, waarin duidelijk verant­woordelijkheden van de faculteit en qemeentelijke diensten qereqeld worden;

6. Eenheid van plaats. Eén locatie; qecompliceerd qua vormqevinq, functionaliteit en historici­teit. In eerste instantie wordt qedacht aan een plaats aan de Jullansstraat tussen Wilhelminsplein en tanqent.

7. Eenheid van tijd. Een project dat binnen een vast te stellen periode afqerond kan woTden; wellicht is 5 jaar (in verband met het lustrum) een qoed maximum; het planvorminqsproces moet duidelijk qefaseerd kunnen worden, waarbij elke fase afqerond, qepresenteerd en qeëvalueerd kan worden, bijv. in de vorm van een symposium.

8. Eenheid van handelinq·. Een project dat qekenmerkt wordt door een centrale qedachte die als Leit­motiv voor het qehele project kan qelden.

9. Het project moet in principe ruimte bieden voor alle vakqroepen van de faculteit.

76

Page 79: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Blad1 3.

10. Het project betreft zowel onderzoek- als ontwerpaspecten1 aandacht voor de analyse in relatie met synthese en evaluatie.

11. In het project wordt gedocumenteerd in de vorm van een case-study, aan­dacht zowel voor het produkt als voor het proces.

12. Vanwege de aard van de locatie lijkt een aanpak volgens weefsel-, (transito)drager- en materialisatieplannen (prestatiebestekken) zinvol1 open besluitvorming, duidelijke fasering, heldere taakverdeling etc.

13. Bet project zal in een aantal gesprekken gepreciseerd worden1 in eerste instantie gaat het om het nader formuleren van de randvoorwaarden waaraan het project moet voldoen1 aanbieding van het cadeau kan in september plaatsvinden.

Inmiddels is van· het bestaande _gebouwencomplex op de locatie het schoolgebouw Julianastraat 2 opgenomen op een li.jst van geselecteerde panden/objecten voor het landelijke Monumenten Selectie Project (MSP) welke pandenlobjeeten na een te volgen procedure, Monumenten Registratie Project (MRP), voorgedragen kunnen worden ter registratie als rijksmonument. Aangezien de regio Eindhoven hier slechts als proefproject optreedt is de registratie van het schoolgebouw nog geenszins zeker. · Op het terrein staan enige waardevolle bomen waaronder een oude plataan. Deze boom zal in toekomstplannen voor dit terrein moeten worden ingepast1 al of niet handhaven van de andere bomen zal moeten worden afgewogen. Al vele jaren is het terrein opgenomen in het gemeentelijk overzicht van· mogelijke locaties voor woningbouw onder nr. 10-55 geschikt voor ca. 40 woningen in middelhoge bouw, prijsklasse A (tot f 135.000,-- stichtingskosten). Tevens komt het terrein voor op het overzicht van mogelijke kantoorlocaties • . Het is natuurlijk ook mogelijk om (aanvullend) andere voor deze locatie aan­trekkelijke functies in het project onder te brengen. Als het tijdschema van de studie zodanig wordt opgesteld dat begin 1994 een stelsel van aanvaardbare randvoorwaarden beschikbaar is, zijn er voor de gemeente geen kosten verbonden aan het ter beschikking stellen van de locatie voor studie. Binnen dat stelsel van randvoorw_àarden kan dan tijdig een (of meer) risico­drager(s) geselecteerd worden om. een aanvang van de bouw te maken als het ter­rein vrij is (en indien de markt geschikt is) en treedt er geen renteverlies op voor gederfde inkomsten. Zou niet tijdig met de bouw kunnen worden gestart dan moet gerekend worden voor dit terrein van ca. 5400 m2 met een renteverlies van ca. f 72.000,-- per jaar. Het zou wat de tijdspanne bet-reft dan ook gunstig zijn 0111 het vigerend bestem­mingsplan met wijzigingsbevoegdheid in beginsel als uitgangspunt voor de studie mee te geven.

Prof. Bax heeft meegedeeld dat zaterdag 19 september de 25sta verjaardag van . de faculteit wordt gevierd met een reünie van afgestudeerden en docenten. Op die dag kan de entourage voor de aanbieding van een geschenk van de gemeente worden gecreëerd. Vooraf kan de "studie"-opzet worden besproken door de begeleidingagroep van de TU, faculteit bouwkunde, met de dienst stadsontwikkeling. In de TU-groep zullen de vier vakgroepen architectuur, urbanisatie en beheer (BAUB), bouwproduktie en uitvoering (BPU) , konstruktief ontwerpen (BXO) en fysische aspecten van de gebouwde omgeving (~AGO) al of niet ad hoc deelnemen1 de dienst stadsontwikkeling zal per fase bezien welke disciplines moeten worden afgevaardigd. De belangrijkste taak voor de begeleidingagroep zal zijn een hoofdschema te maken en per fase de opdrachten, taakverdeling en een organisatieschema te bepalen. Voorzien wordt dat de organisatie vanuit de eerste jaren kan worden ingepast in de mensmaandenplanning en niet veel zal afwijken van de tijd die anders binnen de gemeentelijke organisatie aan dit

77

Page 80: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Blads 4.

produkt zal worden besteed. In aanmerking zal ook moeten worden qenomen de lering die het gemeentelijk apparaat uit het proces zal kunnen trekken.

Voorgesteld wordt1 1. te besluiten medewerking te verlenen aan het initiatief om op 19 september

1992 de 25-jarige faculteit bouwkunde van de TUE een geschenk aan te bie­den in de vorm van een leeropdracht/studieproject Architectuur-Stedebouw;

2. te besluiten als studielocatie het gemeentelijk perceel op de hoek van de Julianalaan en de Vonderweg waarop de panden Julianaláan 2, 4 en 6 staan als studiegebied beschikbaar te stellen;

3. de directeur van de dienst stadsontwikkeling opdracht te geven gemeente­lijke deelnemers voor een begeleidingsgroep voor het project aan te wijzen;

4. de directeur van de dienst stadsontwikkeling op te dragen na te gaan (inspanningsverplichting) of de realisering van het project kan plaats­vinden;

5. de directeur van de dienst stadsontwikkeling opdracht te geven een wijziging van bet vigerend bestemmingsplan voor te bereiden als het studieresultaat van dit project dat nodig maakt;

6. te besluiten een lid van uw college af te vaardigen om op 19 september het "geschenk" aan de jarige faculteitaan te bieden.

De directeur,

Voor a!schrUt. ~.- -:;rzcteur,

J.Helmons.

Bijl.: situatietekening

78

Page 81: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit
Page 82: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

80

Page 83: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

BIJLAGE 11: VERSLAG VAN DE 1e FASE VAN HET LUSTRUMPROJECT (TRIMESTER 1 & 2)

81

Page 84: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

82

Page 85: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Verslag Lustrum-integratieproject winter/lentetrimester.

Inleiding Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de faculteit bouwkunde TUE in oktober 1992 heeft de gemeente Eindhoven deze faculteit een geschenk aangeboden in de vorm van een leeropdracht/studieproject 'Architectuur-Stedebouw', met name een voor dit project 'geschikte stedelijke locatie'. Deze lokatie werd gevonden, te weten 'het terrein op de oost­hoek van de Julianastraat en de V onderweg, opmerkelijk gelegen in een buiging van de west­tangent naast de als beeldbepalend element aangemerkte Fatih Moskee en tegenover een appartementsgebouw ontstaan uit de prijsvraag Geef nieuwe woonvormen de ruimte'.

Uitgangspunten Voor het project werden de volgende uitgangspunten geformuleerd:

1 Vrije leeropdracht.

2 Acceptatie door TUE en uitvoerbaar door gemeente/derden.

3 Wederzijds voordeel. 4 Promotiewaarde voor de stedelijke architectuur.

5 Dekkingsmogelijkheden. 6 Geen vertraging in lopende, planologische procedures.

Kenmerken van de lokatie Naast de specifieke ligging en de moskee als beeldbepalend element kenmerkt het terrein zich

door een aantal andere zaken.

Op het terrein staan een oude school (nr. 2), een woning (nr. 4) en een noodschool, momenteel in

gebruik door de Hogeschool Eindhoven, maar naar verwachting in 1994 vrij en verlaten.

Het schoolgebouw (nr. 2) is inmiddels opgenomen op een lijst van geselecteerde panden/objec­

ten voor het landelijk Monumenten Selectie Plan. Deze panden zouden na een te volgen proce­

dure voorgedragen kunnen worden ter registratie als rijksmonument. Nochtans is deze registratie

van het schoolgebouw geenszins zeker.

Ook bevinden zich op het terrein enkele waardevolle bomen, waaronder een oude plataan. Deze

zal zeker in de nieuwe bebouwing opgenomen dienen te worden. Ook het behoud van de ande­

re bomen zou overwogen kunnen worden .

Wat de functionele kant betreft: Het terrein is al vele jaren opgenomen in het gemeentelijk overzicht van mogelijke locaties voor

woningbouw onder nr. 10-55 geschikt voor ca 40 woningen in middelhoge bouw, prijsklasse A (tot f 135.000,- stichtingskosten). Tevens komt het terrein voor op een lijst van mogelijke kantoorlo­

caties.

In het vigerende bestemmingsplan De Bergen heeft het terrein de bestemming openbare en/of

bijzondere gebouwen met een wijzigingsbevoegdheid van burgemeesters en wethouders op

basis van artikel 11 van de Wet ruimtelijke ordening tot omzetting van de bestemming in een

bestemming kantoren en wonen onder in het bestemmingsplan nader aan te geven voorwaarden.

Van de kant van de gemeente werd aangevuld dat bestemming van het gebied als kantoorlocatie

intussen minder voor de hand liggend was geworden. Dit ten gunste van een groter accent op

wonen. Echter, ook andere functies zouden mogelijk kunnen zijn . Geconcludeerd kan worden dat

er in feite geen bestemmingsplan bestaat waarmee rekening gehouden hoeft te worden .

Nadere afspraken In nader overleg van gemeente en faculteit werd een aantal punten overeengekomen, waaronder:

83

Page 86: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

-Het project zou realiteitswaarde moeten hebben en geen academische studie mogen betreffen.

-Van de kant van de faculteit bouwkunde zouden alle vier de vakgroepen participeren.

Met het oog op dit laatste werd door de faculteit bouwkunde een stuurgroep gevormd waarin alle

vakgroepen waren vertegenwoordigd . Deze stuurgroep is verantwoordelijk voor de opzet en uit­

voering van het project. Het eerste punt gaf aanleiding het onderzoek naar de functionele en

bouwkundige mogelijkheden van het gebied nadrukkelijk aan de orde te laten komen.

Opzet van het project Als uitgangspunt werd genomen dat het project geschikt was voor derdejaars-studenten en ouder

en dat het drie trimesters zou gaan duren, te beginnen in het wintertrimester 92/93 (december 92).

Studenten zouden een trimester mee kunnen doen, maar ook meer dan een.

De doelstelling van het eerste trimester luidde als volgt:

analyse van het terrein en zijn omgeving, alsmede van de bestaande bebouwing op het terrein lei­

dend tot een programma van mogelijkheden voor het terrein en eventueel het hergebruik van (een

deel van) de bestaande bebouwing . De analyse zou plaats vinden vanuit verschillende bouwkun­

dige invalshoeken/ disciplines.

In het tweede trimester zou vervoigens de toetsing van mogelijkheden van bestemming en bebou­

wing plaats vinden door middel van voorbeeldontwerpen .

Tenslotte zou in het derde trimester de uitwerking van een of een aantal gekozen mogelijkheden

plaats moeten vinden tot een uitvoerbaar project.

Oosterse bazar Geruime tijd voordat het project van start ging, werd de stuurgroep benaderd door een gemeen­

teraadslid en vervolgens rechtstreeks door het centrum buitenlanders. Beiden maakten melding

van een initiatief om op het terrein een zogenaamde Oosterse bazar te vestigen. Een eerder voor­

stel in die richting was door de gemeente .Eindhoven verworpen vanwege de grote schaal ervan.

Men wilde een nieuw initiatief ontwikkelen, maar dan 'op maat'. Aan de TU werd gevraagd de

mogelijkheid van vestiging van een dergelijke oosterse bazar op het betreffende terrein te onder­

zoeken. Bij een dergelijke bazar moet worden gedacht aan een complex van kleine winkeltjes,

waar kleurrijk Nederland niet alleen zijn specifieke waar te koop aan kan bieden, maar zich ook als middenstander (kleine zelfstandigen) kan manifesteren, om aldus de integratie van kleurrijk

Nederland in het minder kleurrijke deel te bevorderen .

De stuurgroep was van mening dat dit initiatief onderzocht zou kunnen worden. De vrijheid van functionele invulling, alsmede het karakter van de opdracht: een vrije leeropdracht, bood hiervoor

de ruimte. Van de kant van het Centrum Buitenlanders werd de stuurgroep voorzien van enige gegevens en voorbeelden van bazars in andere steden .

Trimester 1

Het eerste trimester deden 22 studenten mee aan het project. Deze werden in groepen verdeeld

overeenkomstig het uitgangspunt dat in dit trimester een analyse van terrein en bestaande bebou­

wing plaats zou moeten vinden vanuit verschillende bouwkundige invalshoeken .

Zo waren de volgende disciplinaire deelgroepen actief: stedebouwkundige morfologie

bouwtechnische staat van de op het gebied aanwezige bebouwing (schoolgebouw dat op de nominatie staat voor rijksmonument)

architectonische en functionele aspecten van het schoolgebouw draagconstructie van het schoolgebouw

stedebouwfysische aspecten vam het plangebied en bouwfysische aspecten van het schoolgebouw.

84

Page 87: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Gemeenschappelijk aan de werkwijze van de deelgroepen was, dat binnen de gekozen invalshoek een aantal modellen werd ontwikkeld, welke modellen op grond van vakspecifieke criteria meer of minder wenselijke bebouwingsmogelijkheden zouden representeren . Deze modellen verwijzen

enerzijds naar vakspecifieke oplossingsmogelijkheden, maar dienden tevens bij de uitwerking van een ontwerp in het vervolg van het project als vakspecifieke toetsmodellen te fungeren .

Naast deze groepen was een groep actief die de oosterse bazar als thema had gekozen. Hun onderzoek strekte zich uit over de grenzen van het plangebied heen en analyseerde onder meer

de opzet van oosterse bazars in andere steden. Ook deze groep ontwikkelde een aantal typen/modellen en stemde daarmee in werkwijze overeen met de andere groepen.

Evaluatie trimester Ontstond een programma van mogelijkheden zoals aanvankelijk werd bedoeld? De modellen ver­wijzen naar verschillende oplossingsmogelijkheden. Binnen een specifieke invalshoek kan een deeldisciplinaire afweging worden gegeven, op grond waarvan een bepaald model de voorkeur

kon krijgen. In die zin werden specifieke mogelijkheden aangegeven. In confrontatie met model­len en criteria vanuit een andere bouwkundige invalshoek zou een dergelijke voorkeur echter weer te niet kunnen worden gedaan. Een architectonisch model zou stedebouwfysisch onwenselijk kun­nen zijn . In die zin ontstond dus nog geen expliciet programma van mogelijkheden, er werden grenzen afgebakend, er werd keuzeruimte gedefinieerd.

Van het eerste projecttrimester werd een voorlopig verslag gemaakt, dat werd opgezet volgens een indeling naar de volgende bouwkundige concepten .

Temporeel concept Bouwkundig (architectonisch/stedebouwkundig) concept Morfologisch concept Sociaal concept Gebruiksconcept Professioneel concept Economisch concept Cultureel concept Esthetisch concept Wetenschappelijk concept

Technisch concept Constructief concept

Tevens werd onderscheiden naar schaalniveaus, te weten: Context Stadsdeel Studiegebied Bestaande gebouw.

Op deze manier kon het ontwikkelde materiaal op een systematisch gemakkelijk inzichtelijke wijze worden gepresenteerd. Niet alleen kunnen op de verschillende schaalniveaus dezelfde concepten terugkomen, ook kun­nen concepten voorkomen als sub- of deelconcepten binnen een ·ander concept.

In het wintertrimester werd vanuit de groep Ca libre tevens een aanzet gegeven de verkregen infor­

matie in een geautomatiseerd tekensysteem bijeen te brengen. Dit leidde nochtans nog niet tot het gewenste resultaat.

Samenvattend kan worden gezegd dat er sprake was van enerzijds een groep kernprojecten gericht op analyse en het opstellen van vakspecifieke toetsmodellen, alsmede van het project Oosterse Bazar als een soort vleugelproject.

85

Page 88: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Trimester 2 Voor het tweede trimester gold het ereeren van voorbeeldontwerpen als doel.

Geconstateerd moest worden, dat het werk in het wintertrimester niet had geleid tot een bestem­

mingsplan dat als basis zou kunnen dienen voor het lente-projekt. Op grond van de bereikte resul­

taten (onderzochte mogelijkheden) was het echter wel mogelijk een aantal hanteerbare projek­

topgaven te omschrijven voor het komende lentetrimester, en wel volgens de volgende redene­ring.

Het plangebied bestaat uit 2 deelgebieden, te weten: gebied A: op dit gebied staan enkele te slopen gebouwen en enkele monumentale bomen.

gebied B: een schoolgebouw, genomineerd als monument, dat indien het niet gesloopt wordt

een andere bestemming zal krijgen.

Uit het tot nu toe verrichte werk komen als meest voor de hand liggende bestemmingen voor het

gebied naar voren:

1. wonen, nieuwbouw op gebied A en als herbestemming van schoolgebouw

2. oosterse bazar als nieuwbouw of in herbestemd schoolgebouw

3. diverse culturele of commerciële voorzieningen in herbestemd schoolgebouw

4 . parkeren, i.v.m. grote parkeeroverlast in de omgeving van het plangebied.

Uit het voorgaande werden voor het lentetrimester de volgende projektopgaven afgeleid .

Project 1: Ontwerp van structuurplan(-nen) voor het gebied als geheel (dus voor gebied A + B).

In het onderzoek naar programma's van mogelijkheden zijn gedurende het wintertrimester diver­

se aspekten onderzocht, maar door de aard van de projektorganisatie zijn de resultaten hiervan nog niet in samenhang gebracht. Daarnaast is een aantal aspecten buiten beschouwing gebleven.

Als gevolg hiervan is (zijn) er voor het gebied nog geen goed onderbouwde structuurplan(nen)

ontwikkeld.

Doel van deze opgave is dit in het lentetrimester alsnog te doen:

In dit project zou nader ingegaan moeten worden op vragen als:

verkeers-en vooral parkeerproblematiek in de omgeving. Hoe dit probleem op te lossen en

met welke consequenties voor de bebouwing en bestemming(-en) voor het plangebied? welke bestemmingen komen voor het gebied in aanmerking?

Wonen, en zo ja, in welke dichtheid en welke prijsklasse en voor welke bewoners? Winkels,

andere bedrijven, cultuur, recreatie? welke kriteria te hanteren bij de vraag of de bestaande begroeïing (bomen) en de bestaande

bebouwing (school) gehandhaafd dienen te blijven?

Project 2: Parkeren Het bouwen van een parkeergarage op gebied A zou een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan

de oplossing van het parkeerprobleem in de omgeving van het plangebied. Ook de stedebouw­fysische eigenschappen van gebied A neigen naar deze oplossing . In hoeverre de bouw van een

parkeergarage op deze plek een reële optie is binnen het gemeentelijkverkeers-en parkeerbeleid is op dit moment niet duidelijk.

Project 3: Woningbouw op gebied A (nieuwbouw)

Project 4: Oosterse bazar (incl. evt. woningbouw) nieuwbouw

86

Page 89: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Project 5: Herbestemming schoolgebouw tot:

woongebouw of

oosterse bazar of

culturele voorziening of

commerciële voorziening.

De bij de projecten 2 t/m 5 aangegeven bestemmingen dienen gezien te worden als hoofdbe­

stemmingen. Uiteraard kul"!nen deze gecombineerd worden met andere bestemmingen.

Deelname trimester 2 Gedurende het lentetrimester deden 29 studenten mee aan het lustrum-integratie-project. -Deze

studenten waren voornamelijk afkomstig uit de vakgroep BAUB. Gevolg van het feit dat de diffe­

rentiatie Architectonisch Ontwerpen het lustrum-integratie-project had geadopteerd. De hiervoor genoemde projecten werden alle bemand, de studenten werden ondergebracht in de (woning- en

utiliteitsbouw-Jateliers van de differentiatie Architectonisch Ontwerpen.

Naast studenten van de vakgroep BAUB namen in het lentetrimester studenten deel van de vak­

groep Produktie en Uitvoering en Konstruktief Ontwerpen. De laatst genoemde studenten werk­

ten samen met de architectuur-studenten in het project Parkeergarage. De studenten van

Produktie en Uitvoering, met name de sektie Bouwproduktietechnologie, legden zich tot op een

bouwtechnische analyse van noodzakelijke ingrepen (Bouwtechnisch Ingrepen Model) op basis van

het nieuwe Bouwbesluit.

Het laatste project was gericht op analyse, de overige projecten veeleer op het ontwerpen en het

produceren van ideeën, zonder dat nauwgezette randvoorwaarden golden vanuit een vastgesteld

programma van eisen.

Interpretatie resultaten trimester 2 De interpretatie van de bereikte resultaten in de kernprojecten van het wintertrimester in termen

van het gehele project was als volgt: De individuele projecten kunnen worden opgevat als con­

cepten die representatief zijn voor met betrekking tot het project te nemen basiskeuzes. De varië­teit van de ontstane oplossingen is uitdrukking van het programma van mogelijkheden in termen

van die basiskeuzes. Die basiskeuzes zijn:

functionele bepaling

handhaven/herbestemmen schoolgebouw

vestiging oosterse bazar

handhaving groen (bomen)

ontsluiting en parkeren.

Met de gemeente Eindhoven werd afgesproken dat de verschillende projecten naar deze basis­

keuzes zouden worden getypeerd en dat in gezamenlijk overleg van stuurgroep en vertegen­

woordigers van de gemeente besloten zal worden welke keuzes aan het uiteindelijk te realiseren

programma van eisen ten grondslag zullen liggen. De gemaakte ontwerpen, systematisch geor­dend naar de verschillende basiskeuzes, fungeren daarbij als conceptuele voorbeelden.

Verdere voortgang Vanwege de betekenis van deze ontwerpen als voor-beeld-materiaal werd afgesproken het mate­

riaal in een tentoonstelling te presenteren, mede om een goede start van het project in de herfst van 1993 te bevorderen. Het materiaal van het eerste projecttrimester zal nog in een definitief ver­

slag worden vastgelegd .

Van de verdere voortgang van het project kunnen de volgende contouren worden geschetst.

87

Page 90: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

De beschrijving en analyse van gebied en bestaande bebouwing, zoals die in het herfsttrimester

de kern van het project vormde, is in het lentetrimester voortgezet in de vleugel van het project,

maar richtte zich nu uitsluitend op de programmatische en bouwtechnische mogelijkheden van het

bestaande schoolgebouw.

Het wintertrimester kende slechts een project waarbij de mogelijkheid van een specifieke bestem­

ming voor het gebied werd onderzocht, te weten de Oosterse Bazar. Dit type project werd in het

lentetrimester tot de kern van het project, waarin de architectonisch-stedebouwkundige mogelijk­

heid van verschillende bestemmingen werd onderzocht en afgebeeld.

Op grond van de in beide trimesters bereikte resultaten zal een beslissing worden genomen welke

mogelijkheden uit het brede scala van mogelijkheden gekozen zullen worden voor uitwerking. Die

beslissingen zullen worden genomen in termen van de eerder geformuleerde basiskeuzes en zal

uitmonden in een programma van eisen .

De verschillende in het lentetrimester ontworpen mogelijkheden kunnen worden geanalyseerd als

uitwerkingsvarianten van deze basiskeuzes . Wellicht dat deze varianten kunnen worden benoemd

in termen van typen en modellen, zoals die ook in het eerste trimester zijn benoemd . Is dit het

geval, dan kan een directe confrontatie plaats vinden van de analytische toetsmodellen van het

winter- en de op synthese en beeld gerichte ontwerpmodellen van het lentetrimester.

In het derde trimester zal uitwerking worden gegeven aan het gestelde programma van eisen. De

in de vorm van de toetsmodellen weergegeven mogelijkheden met hun specifieke voor- en nade­

len zijn daarbij randvoorwaardelijk, op zichzelf, ook in hun samenhang en onderlinge confrontatie.

Een extra randvoorwaarde zal worden gevormd door twee 'meta-criteria', te weten:

promotiewaarde stedelijke architectuur en

haalbaarheid/kosten van de uitgewerkte mogelijkheden .

Voor beide criteria dient voorafgaande aan dan wel gedurende het slottrimester een normstelling,

richtlijn, toetsingsinstrument te worden ontwikkeld .

25 mei 1993, Stuurgroep Lustrum-integratieproject.

88

Page 91: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

BIJLAGE 111: DOCUMENTATIE BIJ DE TENTOONSTELLING VAN ONTWERPEN UIT HET 2de TRIMESTER

89

Page 92: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

90

Page 93: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

DOCUMENTATIE TENTOONSTELLING LUSTRUMPROJECT JULJANASTRAAl VONDERWEG

VOORJAAR 1993

91

Page 94: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

BINNENSTRAAT

M. Veltmaat

Gevangen tussen moskee en HBS, Julianastraat en Vonderweg. Te groot voor een bouwblok, geen

plaats voor nieuwe autostraat. Ook geen wil, er zijn al te veel straten door auto's geplaagd. Het

noodzakelijk kwaad blijft (nog) waar het is.

Groen is mooi maar sterft snel bij sterk veranderende omgeving. Geen buizen om bomen bouwen,

maar bomen weg . Wat uitkomt blijft staan. Nieuwe aanplant is noodzakelijk ter behoud van het

totale stedelijk groen.

Oude HBS, ontdaan van aanbouwsels, gerestaureerd front, videwoningen binnen. Een sociaal-cul­turele vleugel.

Vonderweg met z'n forensenverkeer roept om een dichte Noordwestgevel van de bebouwing.

Moskee, diamant in de stad met decor: wanden van steen en populieren. Julianastraat van begin

deze eeuw. Een nieuw eind in grote veeg. Donkere steen, hoog, hoekig, nieuw.

Twee blokken op lokatie, gericht op binnenstraat. Deze gesloten door snijdende schijven en

bomen, HBS en moskee's bomenwand. Autovrij en (hopelijk) sociaal-contactbevorderend, donke­re hoeken vermeden.

Milieubewust in de toekomst is behoefte aan een grijs waterleidingnet, apart hemelwaterriool en

dak met zonne-energie-opwekking. Woningen in verschillende grootten. Koop-, huur- en huur­

koopwoningen.

92

Page 95: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

BRANDPUNT

ing. J.A.C. Bosch

Doordat het lijkt of de moskee op een willekeurige plaats in het stedelijk gebied is geplaatst, heb

ik gezocht naar een oplossing om op deze plaats weer een eenheid te creëren . Zo ben ik uitgegaan van een brandpunt dat ligt aan de achterzijde van het bestaande schoolge­bouw. Het brandpunt zou het middelpunt moeten vormen van het hele gebied. Hier moet dan ook het zwaartepunt liggen van het gehele plan. Door de achterzijde van het bestaande schoolgebouw af te breken, ontstaat er een open ruimte tussen de dichte en gesloten bouwvorm van eht geslo­ten stadsblok type (het oude schoolgebouw) en het op zichzelf staande object (de moskee). Doordat de moskee eigenlijk te kleinschalig is toegepast op het gebied, heb ik ee11 coulissen-wer­king toegepast in de vorm van bouwvolumen aan de ene kant en een ruinmtelijk vakwerk aan de andere kant. Zo moeten deze vormen dienen als scherm achter de moskee, leidend naar het cen­trale brandpunt dat zich tegen de achterkant van het oude schoolgebouw bevindt. Belangrijk vond ik ook de aanwezigheid van een bazar op het beschikbare gebied. Deze bazar moest voor mij heen allochtone plaats worden maar meer een plaats waar allochtonen en auto­tochtonen zich treffen en elkaars produkten kopen en handel drijven . Zo moest de bazar een open karakter krijgenen een oosters met westers gecombineerd beeld beeld opleveren. De hoofdont­sluiting van de bazar is gelegen over de gehele Vonderweg en leidt als geheel wederom naar het

bandpunt. De ontsluitingen van de woningen liggen geïntegreerd in de bazar en dienen de over­brugging te verkleinen tussen de koopman en de bewoners van de woningen. Niet geheel ondenkbaar is dat de koopman en de bewoner een en dezelfde persoon is. De bazar is in twee

delen gesplitst die weer in vier afzonderlijke delen worden gesplitst door de binnentuinen van de bazar die op het centraal gelegen plein door de schijven heen lopen. De bazar is een grote hal­achtige ruimte die door de exploitanten zelf wordt ingedeeld met winkelunits. Door de woonvolumen op grote kolommen te plaatsen ontstaat er een open plattegrond die naar keuze is in te delen. Flexibiliteit is dan ook een kernwoord voor het gekozen concept. Zoals zich aan de ene kant van het gebied de bazar zich manifesteert, zo ligt aan de andere kant het recreatieve gedeelte van het gebied. Hier ligt de grote binnentuin die dient als ontmoetings­plaats en speelruimte voor kleinere kinderen . Een speeltuin .

93

Page 96: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

DEKORWAND

Harold van de Ven

Uitgangspunt was het maken van een dekorwand voor de moskee. Deze moskee is op het moment een veel te onopvallend gebouw, terwijl het toch een mooi gebouwtje op zich is. Daarom heb ik

gekozen voor een dekorwand om de moskee een betere achtergrond te geven waardoor de mos­kee zelf beter opvalt. Verder is een cirkelvormige trommel, achter de wand gesitueerd . Deze is lager dan de wand omdat deze dan beter aansluit bij de bestaande bebouwing in de Julinanastraat. Op het perceel zal de schaal grotendeels behouden blijven. Ook de bomen blijven voor een groot deel gehandha,afd . In de parkeervoorzieningen voor de woningen en de bazar is ook voorzien

zodat er geen parkeerproblemen verwacht worden .

Bazar In de onderste laag van de gebouwen is de bazar gesitueerd met winkeltjes . Deze winkeltjes zijn in de dekorwand naar de moskee gericht en in de trommel naar het intieme pleintje gericht. De winkeltjes variëren in oppervlakte van 12 - 20 m2. Het pleintje in de trommel wordt in de dekar­

wand ontsloten . (voor mensen die met de auto komen, vanaf de parkeerplaats) en vanaf de Julianastraat (voor mensen vanaf het Wilhelminaplein).

Woningen In de dekorwand zijn 12 maisonettes en 16 appartementen gesitueerd. Deze worden portiek ont­sloten . In de trommel zijn op de eerste verdieping 'twee kamer wisselwoningen' gesitueerd. Deze heten wisselwoningen omdat de bewoner zelf kan kiezen welke kamer hij als woonkamer of als slaapka­mer inricht. Dit kan hij doen door een wandje te plaatsen links of rechts van het keukenblok. Op de tweede verdieping zijn vierkamerwoningen gesitueerd. Alle woningen van de trommel worden ontsloten door een overdekte trap (zie perspectief)

94

Page 97: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

INPLANT

Marco Vermeulen

Op het plangebied staan twee dominante gebouwen met de rug naar elkaar gekeerd: de school

en de moskee. De moskee bekleedt een volkomen autonome positie en doet denken aan een

nieuw stukje huid, wat in een bestaand weefsel geïnplanteerd is. De omringende huid dreigt de

inplant echter af te stoten. Het schoolgebouw maakt onderdeel uit van de straatwand van de

Julianastraat en daarmee van het omringende stedelijke weefsel. Naast de morfologische over­

eenkomsten met de omgeving kan ook gesteld worden dat de school in zijn vormgeving aansluit

op de naaste bebouwde omgeving. De school is een tyoplogisch voorbeeld in zijn soort en draagt een oerhoilands gelaat. De moskee is ook een typologie compleet met koepel en minaret. Door

de aanwezigheid van deze nadrukkelijke typologieën op zo'n kleine afstand van elkaar ontstaat er

een krachtig spanningsveld tussen de gebouwen. De twee gebouwen gaan functioneren als meta­

foren voor de verschillende kulturen waar zij uit voortgekomen zijn. De moskee vertegenwoordigt

in eerste instantie de islamitische gemeenschap, maar misschien wel de heel allochtone bevolking. De autochtonen kunnen zich vereenzelvigen met het schoolgebouw. Een unieke plaats dus om

etnische vraagstukken en discussies te vertalen naar architectuur en tegelijkertijd een ruimte te

creëren waar de verschillende culturen elkaar ontmoeten en zichzelf en de andere cultuur kunnen

confronteren met deze vraagstukken . Aangezien de allochtonen 'gast' zijn in Nederland en vooral

zij degenen zijn die zich dienen aan te passen aan onze levensgewoonten, zal het omgekeerde tot

wederzijds begrip voor elkaars huidige positie kunnen leiden. Daarnaast kan inzicht verkregen wor­

den in de andere kultuur met zijn afwijkende leefgewoonten. De Nederlanders kunnen dus even

te gast zijn bij de allochtonen.

Een interessante en ontspannen manier om tot elkaar te komen, is een bazar in de vorm van klein­

schalige winkeltjes waar 'exotische' produkten aangeboden worden. De bazar is geïnspireerd op

de zijde-bazar van Bursa in Turkije. Het zijn winkelunits die geschakeld en in twee niveaus rond een

plein liggen. Het winkelend verkeer cirkelt als een ruis rond een 'leeg plein; als het verstilde hart van een wervelstorm. Het plein kan nu uitgevoerd worden in kwetsbaar mooi, warm hout. Het plein

ligt een bouwlaag verdiept, wat bij binnenkomst op de bovenste laag een machtig overzicht over

dit winkelstelsel geeft. Daarnaast krijgt de moskee vanaf dit plein meer aanzien .

Beide gebouwen introduceren door hun symmetrische opbouw een krachtige as die ten opzichte

van elkaar onder een hoek van vier graden staan (de as van de moskee is op Mekka gericht). Deze

hoekverdraaiing versterkt de spanning tussen de gebouwen en waar zij voor staan. Deze assen zijn

40 cm. verdiept aangegeven in het houten plein. Zij gaan functioneren als rust- en verblijfplaats,

waar vanaf de randen gepraat en gediscussieerd kan worden . Bij warm weer kunnen de assen met

water gevuld worden en de verhitte voeten verkoeling vinden. Met de hoekverdraaiing worden twee assenkruisen geïntroduceerd, waarbij zoals gezegd de bazar op dat van de moskee ligt. De

overige bebouwing in het plangebied kont daarentegen juist op het orthogonale stelsel van de

school. De bebouwing direct aan het plein is vanaf dit plein gezien vier lagen hoog, waarvan de onderste twee lagen winkelunits en de bovenste twee eenkamerwoningen voor studenten of ande­

re startende allochtone middenstanders in de bazar. Deze woningen zijn vanuit de bazar bereik­

baar. De twee elementgroepen woningen en winkels liggen op verschillende assenkruisen, wat tot een interessante uitwerking van het gebouw 'leidt. Om de continuïteit van het winkelcircuit te

bevorderen kunnen er units in de onderste laag aan de achterzijde van de school gezet worden,

maar liever wordt het hele gebouw voor woningen bestemd (of een evt. culturele functie) en komen de units hier aan vast. Als het dak van deze strook onder een helling staat, ontstaat er een

transformatie van een horizontale hoekverdraaiing naar een verticale. Deze mogelijkheid moet nog

nader onderzocht worden.

De autochtone bevolking zal de bazar meestal benaderen vanaf het Wilhelminaplein (wat overi­

gens qua afmetingen uitermate geschikt zou zijn voor een parkeergarage). Om de bazar te berei­

ken steken zij, via het bestaande gebogen entreeportaal, dwars door het oude schoolgebouw heen, over de symmetrie-as. Aan deze zijde komen deze mensen dan uit in een volledig bestaand

voormalig trappeportaa'l, met transparante kap, dat over twee lagen een mooie ruimte omsluit.

Deze tempelachtige aanbouw steekt in de buitenruimte van de bazar en creëert met zijn kolom-

95

Page 98: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

menstruktuur een transparantie tussen gebouw en bazar. In deze ruimte kan men zich oriënteren

op het oriëntaals spektakel beneden en naast zich . Als men kiest naar beneden te gaan (waar de

meeste winkeltjes ~ich bevinden) moet men dezelfde richting over de 'eigen' as vervolgen. Men

draait af naar links op het moment dat deze as ook zichtbaar is in het plein beneden. Op het bor­des steekt men dwars door een wand heen precies in de richting van de as van de moskee. Deze

is zichtbaar in het pleindek, maar ook te ervaren door de gebedsnis die op deze lijn ligt. Een zelf­

de soort manoeuvre moet gemaakt worden door de allochtone bevolking uit de richting van de moskee die bij de uitstekende gebedsruimte de trap op wordt geduwd. Dit wederzijds wisselen

van as, is een architectonisch antwoord op het integratieprobleem.

De Vonderweg is een drukke verkeersweg . Om deze snelheid voelbaar te maken zijn er twee recht­hoekige volumes 'loodrecht' op deze ader gezet. Vanuit de auto wordt het gebied vooral ervaren

bij benadering vanuit het noorden. Omdat het vanuit het noorden verder weg gelegen gebouw

groter is, lijkt het duo door de perspectivische werking vanaf het kruispunt voor de moskee, zo goed als een gebouw te zijn . Bij benadering splitst het zich en blijkt het duo een verrassend groot

gebied te omarmen. De grote woontoren bevat 14 tweekamerappartementen in een splitlevel

vorm, waarbij secondaire woonfunkties zich 90 cm. lager bevinden dan de woonruimte zelf. Dit

nivoverschil gerelateerd aan de lengte van de totale woning brengt een mooie ruimte lijke ervaring

met zich mee. De kleinere woontoren bevat 8 woningen (even groot als in het grotere blok) die

ieder verdeelt zijn over 3 nivo's binnen een bouwlaag. Ook deze woningen zijn een ruimtelijke sen­

satie. Het kleinere blok staat net geschoven in de benouwingsstruktuur rond de bazar en koppelt

heirmee het introverte karakter van de bazar aan het extroverte karakter van het 'groengebied'. De

vormgeving van het materiaalgebruik (onbewerkt beton met een terracotta-kleurige steen) komt

onder andere voort uit relatie die gelegd wordt met de vier blokjes aan de overzijde van de

Vonderweg, zodat ook deze nadrukkelijk bij de omarmde stedelijke ruimte betrokken worden. Tussen de woontorens bevindt zich een functionele parkeergarage die bereikt wordt langs de

school. Beneden aangekomen wordt de automobilist even een kijkje gegunt in de exotische

wereld; vervolgens draait hij links de garage in. Het dak van de garage is afwisselend (quasi orga­

nisch) van roosters en betonplaten (waartussen een ruime spleet). zodat de 's avonds verlichte

garage een mystiek schijnsel werpt op de gevels van de woontoren . Over dit transparante dek

lopen een aantal lange gedraineerde houten bakken (assenkruisen van de moskee), met groen

gewas. Kortom een nieuwe vorm van hoogstedelijk groen.

Zou de inplant overleven?

96

Page 99: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

PARKEERGARAGE

J.P. Houx Q. Wildeboer

Bij dit ontwerp zijn + 450 parkeerplaatsen en een vrij indeelbare ruimte van + 1500 m2 gereali­seerd. De parkeerplaatsen zijn verdeeld over de kelder en de 1 e t/m 3e verdieping. Op de bega­ne grond zijn de toegang tot de parkeergarage en de vrije ruimte, deze vrije ruimte kan aan der­den verhuurd worden. De ontsluiting van de parkeergarage geschiedt vanaf de Vonderweg . Het Wil helminaplein wordt daardoor ontlast van verkeer. Tevens dienen de parkeerplaatsen hier te ver­dwijnen, waardoor dit plein herbestemd kan worden. De ventilatie van de parkeergarage d.m.v.

mechanische ventilatie in de kelder en natuurlijke ventilatie over de overige parkeerlagen . De hel­

lingbanen binnen zijn voor opgaand verkeer en de cirkelvormige hellingbanen buiten voor het neergaande verkeer. Intern is er gekozen voor een zo groot mogelijke overspanning, zonder kolomm~n tussen de geparkeerde auto's. Hierdoor zijn meer parkeerplaatsen mogelijk. De con­structie van het geheel bestaat uit prefab beton elementen. De gevelopeningen worden ingevuld

met geperforeerde staalplaten.

97

Page 100: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

RICHTINGVERLOOP (64 driekamer-appartementen)

Kees van Casteren

Aanknopingspunten voor het stedebouwkundig plan zijn de diverse richtingen binnen het perceel geweest (moskee, Vonderweg, Julianast raat).

Het projekt bestaat uit twee woninggebouwen die elk bestaan uit afzonderlijke blokjes t.b.v. de

kleinschaligheid in de omgeving . Onder het perceel bevindt zich een half-verdiepte parkeergara­

ge.

De blokjes van het gebouw aan de Vonderweg vormen een overgang tussen de gevelrichting van de moskee en de richting van de Julianastraat. Een verbinding wordt gevormd door de bovenste

woonlaag, die de gebogen richting van de Vonderweg volgt. Deze horizontale verbinding roept

mede vanwege het materiaalgebruik (gegolfde metalen gevelbeplating) associaties op met het

verkeer aldaar.

De blokjes van het gebouw aan de Julianastraat zijn visueel zoveel mogelijk van elkaar los gehou­

den. Om deze rede liggen de puien van de verkeerszones verdiept t .o .v. de gevellijn . Op de

bovenste woonlaag zijn dakterrassen toegepast om tegemoet te komen aan de bestaande bouw­

hoogtes. Elk blokje best aat uit 8 driekamer-appartementen (vloeroppervlakte ongeveer 75m2). Ten aanzien

van de woningreflexibiliteit kan van de twee slaapkamers één grotere gemaakt worden of kan

(t.p.v. de kàpwoningen) de kleinste slaapkamer bij de woonkamer betrokken worden (waardoor

tevens een afzonderlijke keuken mogelijk is).

De woningen worden ontsloten via transparante portieken. Vanaf de eerste verdieping zijn de por­

tieken voorzien van ruimten die als werkkamer o.i .d. gebruikt kunnen worden .

Om de bovenste verdieping van het gebouw aan de Vonderweg monden de portieken uit in een

gemeenschappelijke patio:

98

Page 101: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

THE WALL ·WONINGBOUW

Christel Smeets

De buurt 'De Bergen' is een buurt van grote acceptaties. Zo kwam het dat o.a . de moskee, vee verschillende winkels, boetiekjes, kleine bedrijven en niet te vergeten de horeca zich in deze buurt gingen vestigen. De diversiteit van de buurt trok ook een divers publiek aan. Zo komt het dat de buurt op dit moment uit één/twee-persoonshuishoudens bestaat. Veel studenten en weinig gezin­nen. Dat is op dit moment eigenlijk de kink in de kabel van de buurt 'De Bergen'. Zo gauw de één en twee-persoonshuishoudens zich uit gaan breiden wordt de woning te klein en de buurt te gevaarlijk (horeca in relatie tot kinderen) met als gevolg dat de mensen wegtrekken . De studenten

blijven ook hoogstens 5 à 6 jaar. Het probleem is dus dat de buurt geen 'doorstroom' mogelijk­heden heeft. Het verloop van de buurt is dan ook heel hoog . Met mijn projekt wil ik dus dit probleem aanpakken . Vandaar dat ik voor riante eengezinswonin­gen aan de Julianastraat gekozen heb. De randbebouwing, karakteristiek voor de buurt, wordt zo

doorgezet. De oorspronkelijke H.B.S. laat ik staan daar het gebouw een goede beëindiging is van het Wilhelminaplein. Buiten het gezin heb je ook één- of twwe-persoonshuishoudens die graag in

de buurt willen blijven wonen . Voor deze groep heb ik dan gestapelde woningbouw geplaatst (parallel aan de Julianastraat). Daarnaast vond ik dat de moskee geen duidel ijke plaats had op het terrein. De moskee heeft een duidelijke stedelijke wand nodig om zich te onderscheiden van de rest. Vandaar dat ik een beton­nen scherm achter de moskee heb geplaatst, parallel aan de Ju lianastraat. Een ander voordeel van het scherm, the Wal!, was dat er een duidelijker gebied ontstond waar ik m'n woningen kon plaat­

sen. Het scherm als trapzone het open, transparante gedeelte van het huis. Bij de gestapelde woningbouw gebruik ik het scherm juist als facilita ir blok, dicht, zich afkerend deel van de woning . The Wall brengt op die manier rust in het plan, de rust die de buurt 'De Bergen' goed kan gebrui­

ken.

99

Page 102: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

TWO WORLOS AND IN BETWEEN wonen aan de rand van het centrum

Edwin Megens

Het terrein tussen school en moskee en de aangrenzende hoek tussen de Vonderweg en de

Julianastraat vormen de situatie van het projekt. De buurt, de Bergen, is een uitloper van het cen­

trum van Eindhoven. In de buurt wonen vooral studenten en twee-verdieners (al of niet getrouwd)

en zijn veel kleine bedrijven gevestigd, zoals architecten, designers, notarissen en advocaten.

Gekozen is voor het plannen van 46 tweekamerwoningen aan de rand van het centrum. Tussen

centrum en randwijken en tussen moskee (oosterse cultuur) en schoolgebouw (westerse

cultuur)(architectonisch gezien). Tussen twee werelden ...

De stedebouwkundige situering van de volumes komt voort uit de richtingen die door het school­

gebouw (waarvan alleen het oorspronkelijke lokalen-gedeelte behouden blijft) en de moskee wor­

den geïntroduceerd. Zo ligt de parkeergarage (met daarboven het plein) in de richting van de ach­

terbouw (hoge gedeelte) van de moskee en tevens loodrecht op de Julianastraat. Zo ook het

woonblok wat achter het schoolgebouw ligt en het blokje naast het schoolgebouw. In plaats van

de kromming van de weg te volgen, zoals aan de overzijde van de Vonderweg het geval is, is het

hoofdvolume hier in de richting van de voorbouw (lage gedeelte) van de moskee gelegd. Zo ont­

staat er ruimte in de bocht van de Vonderweg waardoor een aantal bomen behouden kunnen wor­

den en waarmee het woongebouw wat verder van de weg komt te liggen. Het plein (33x43/ + 1

M) loopt vanaf de Julianastraat naar de groenstrook aan de V onderweg. Het hoofdvolume ligt over

het plein heen. (onderkant woongebouw +4,5m). Tevens wordt het uitzicht voor de overzijde door

dit groen, het terugliggende woongebouw en het doorsteken van het plein onder het woonblok

door, aangenamer.

De parkeergarage (-2m) wordt ontsloten achter het schoolgebouw langs, aansluitend op het

Wilhelminaplein. Vanuit de parkeergarage is er de mogelijkheid om op het plein (+ 1 m) te komen

via trappen. Deze ontsluiting en alle ontsluitingen het plein op/af liggen op twee assen, die lood­

recht op elkaar staan . Op het pleinnivo wordt niet alleen de parkeergarage ontsloten, het is een

plek waar zowat alle ontsluitingen van het plan samen komen. Het woonblokje aan de Julianastraat

wordt rechtstreeks hierop ontsloten. De woonstraat (+4,5m), die tussen schoolgebouw en woon­

gebouw inloopt, en drie van de vier trappenhuizen van het hoofdvolume langs de Vonderweg wor­

den op het plein ontsloten.

Het hoofdvolume bevat 32 drie-kamer woningen. Deze woningen hebben hun woonkamer/keu­

ken aan de voorzijde (Vonderweg) en hun slaapvertrekken aan de pleinzijde. De achtergevel is vrij

gesloten en bestaat uit baksteen schijven die worden onderbroken door de trappenhuizen (glazen

bouwstenen), die als een soort zwaluwstaarten in de plattegronden van de woningen steken. De

voorzijde bestaat uit een glaspui waar losse baksteenschijven onder een hoek voor zijn gezet. De

balkennen komen achter deze schijven vandaan en richten zich op de zon. De schijven richten zich

op· het kruispunt bij de moskee en scheppen een soort psychologische afstand tussen woning/bal­

kon en verkeer Bergingen liggen rond de parkeergarage aan de groenstrook.

Het woonblok wat achter het schoolgebouw ligt, is slechts 7 meter diep (behalve op plaatsen van

balkon of trappenhuis daar Bm). Dit is gedaan om enige afstand te creëren tussen woonblok en

moskee (afstand in plan is 14m). De woningen in dit blok, 10 drie-kamer woningen, bezitten dan

ook twee lagen. Het blok begint op +3m. Deze verdieping bevat de slaapka"lers en badkamers

van de woningen. De laag daarboven (+6m) is een woonlaag en bevat ook balkonnen. De eerste

woonlaag ligt op 6m, omdat dit de afstand is waarop het schoolgebouw geen belemmering meer

vormt i.v.m. bezonning (oriëntatie op het zuiden). Alle woningen in dit blok worden ontsloten op de woonstraat (+4,5m), een hoogte die voortkomt uit de verdiepingshoogte van het schoolge­

bouw. De bovenverdieping van het schoolgebouw zou herbestemd kunnen worden tot woonge­

bouw, waarbij de woningen ook ontsloten worden op de woonstraat. De gevel aan de schoolzijde

100

Page 103: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

is vrij gesloten. Hieraan liggen dan ook de sanitaire funkties. Alleen de balkennen en de aangren­zende glaspuien zijn een kleine doorbraak in dit gesloten karakter. De moskeezijde is zeer open van karakter met glaspuien over de volle verdiepingshoogte. Bergingen en parkeerplaatsen zijn onder het woonblok gesitueerd. Het woonblokje aan de Julianastraat is een variant van het woon­blok achter het schoolgebouw. De gesloten zijde is hier naar het plein gericht en de open zijde naar de straat. Het balkon is ook op de straat georiënteerd, omdat dit de zonzijde is.

Het hele plan overschrijdt de kavelgrens niet, voorziet in voldoende parkeergelegenheid voor de aangeven woonfunktie, behoud een gedeelte van de school en een gedeelte van de bomen.

101

Page 104: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

102

Page 105: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

BIJLAGE IV: BIJDRAGEN AAN DE DISCUSSIE-AVOND D.D. 30 SEPTEMBER 1993 VAN Drs. W. DE VETTER (K.v.K.) EN J. ROOYMANS AvB (STICHTING TRUDO)

103

Page 106: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

104

Page 107: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Drs. W. de Vetter:

Allereerst wilde ik jullie feliciteren met jullie lustrum. Ik begrijp dat dit vorig jaar al was. De heer

Doevendans heeft me pas een week of 4 geleden benaderd en ik moet zeggen dat het erg origi­neel is om op deze manier je lustrum te vieren. Met een project wat een jaar doorloopt en waar je

eigenlijk met z'n allen geweldig op kunt stoeien .

Ik ben van de Kamer van Koophandel. Heel kort vertel ik wat over mezelf want u vraagt zich mis­

schien af waarom staat hier iemand van de Kamer van Koophandel. De meeste mensen zien dat

als iemand van de Burgelijke Stand van het bedrijfsleven, je kunt daar bedrijven inschrijven, het

maakt een beetje een duffe indruk. Naast die burgel ijke stand van het bedrijfsleven heeft de Kamer van Koophandel een tak die zich bezig houdt met handelsvoorlichting en exportbevorde­ring. We hebben ook nog een afdeling beleid, deze houdt zich vooral bezig met zaken die 'han­

gen' tussen het bedrijfsleven en de overheid.

Ik ben werkzaam bij de afdeling Ruimtelijke Ordening. Ik ben zelf ruimtelijk econoom en heb in

Rotterdam aan de Erasmus Universiteit gestudeerd. Het werken met bestemmingsplannen vind ik

erg interessant. Vanavond wilde ik u wat vertellen over het gebied De Bergen. Ik wou in zijn algemeenheid even

stilstaan bij de mogelijkheden die het terrein zou kunnen geven voor bedrijfsmatige invullingen,

waaronder mijn voorkeur om het schoolgebouw te laten staan. Ik WOU iets vertellen over de moge­lijkheden die de moskee met zich meebrengt. Dat is toch een buurman die extra mogelijkheden

en zaken met zich meebrengt.

Ja, ik zei het al: de Kamer van Koophandel is de burgelijke stand van het bedrijfsleven. Het is goed om te kijken wat er aanwezig is in het gebied de Bergen. Er zit daar nog al wat aan bedrijven . Er

zitten 274 bedrijven. Ik weet niet of dat u dat gerealiseerd had. Langs de Grote Berg zit de Kleine

Berg. Je zou het de zuidvleugel van het gebied kunnen noemen. Daar zitten vooral winkels. De

Willemstraat is eigenlijk een uitvalsroute van het centrum. Er zitten hier veel reisbureaus. Het

begint daar al met de zakelijke dienstverlening. Van die tussenstraten denkt een simpele passant

misschien : daar zitten toch eigenlijk alleen maar woningen . Maar dat is niet zo, daar zit ontzettend veel bedrijvigheid. Vooral veel zakelijke dienstverlening, ook wat ambachtelijke dienstverlening.

Het belangrijkste aspect is dat het allemaal kleinschalig is. Het zijn zeer kleinschalige bedrijven die

er over het algemeen geen enkele behoefte aan hebben om zich te prononceren, om zich daar

duidelijk te manifesteren als zijnde een bedrijf wat zich anders doet voorkomen dan het pand waar

het in zit en het uitstraalt.

Wat willen we nou met die bedrijvigheid daar? Ik denk dat het belangrijkste is, dat je kunt consta­

teren dat het een gemengd stuk gebied is. Gemengde bedrijvigheid, een gemengde bestemming; er zit een stuk wonen, een stuk werkgelegenheid en er zit een stuk bedrijfsleven.

Rond het Wilhelminaplein zit een stuk horeca. Maar de essentie is toch het gemengde karakter en ook het oude karakter van dit gebied. Eindhoven is toch een beetje een monotone buurt met

monotone wijken . Dit is een wijk met een zeer gemengde bestemming, zowel qua functie, zowel

qua bewoners. Er zitten veel verschillende typologiën. Ik heb zelf in de Heilige Geeststraat gewoond. In een boog, de boog zegt: dat is de bocht. Dat is iets wat op zich al leuk is. Die stra­

ten hebben bijna allemaal bochten. De meeste wijken hebben alleen maar rechte straten. Dat is

dus een heel karakteristiek beeld van een oude wijk, dat de straten wat krom lopen. Je denkt wat zou er achter die boog zijn, wat zou er achter die bocht zijn. Dat zijn dus hele specifieke straten

waar je denk ik in Eindhoven heel zuinig op moet zijn . Zowel van de gemeente alsook van de men­

sen die daar wonen en werken zal het een extra inspanning vergen om die buurt het karakter te

laten behouden die hij heeft. Je moet er ontzettend voor waken, dat het niet gaat verpauperen, vooral bij dit soort buurten waar de hele individuele pandjes en individuele zaakjes zitten. Je moet

ervoor waken dat de functies de buurt niet aantasten, zodat het afschuift naar een niveau wat de

mensen helemaal niet zouden willen. Het studiegebied is een groot terrein en ik heb het idee dat, gezien het karakter van de buurt, ik

mogelijkheden zie voor bedrijvigheid . Het valt me op dat de nieuwe woningbouw in het gebied

105

Page 108: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

qua begane grond nou niet direkt uitstraalt. De Prins Hendrikstraat heeft op de kop een nieuw stuk

woonbebouwing waar de begane grond volledig dicht is gemaakt met een blinde muur en met

een paar deuren voor de bergingen. In de Smitsstraat is de begane grond ook min of meer weg­

gewerkt, men wil op die begane grond in die buurt niet wonen. Je ziet ook dat die bedrijvigheid

op de begane grond van die panden zit. Het is een geweldige druk om daar op de begane grond

met bedrijvigheid aan de slag te gaan. En ik denk dat je de woonfunctie, die toch voor dit gebied

bepalend voor de uitstraling is, op een andere manier ruimte moet geven. Je zult dat ergens

anders moeten doen dan op de begane grond. Die begane grond zou wat mij betreft qua klein­

schaligheid doorgedrukt kunnen worden van bovenaf in de maatvoering van die woning. Je gaat

daar toch geen woningen neerzetten voor· grote huishoudens, maar meer voor 1 of 2-persoons

gezinnen. Je zou die maat rustig door kunnen voeren naar de begane grond en trachten daar pas­

sende bedrijvigheid te vinden. Die is er in grote mate zeker in de zakelijke dienstverlening. Die

zouden ook gebruik kunnen maken van die kleinschalige ruimtes die ook die wooneenheden daar­

boven hebben. Het is niet noodzakelijk dat daar een of andere bak onder komt waar je een of

ander bedrijf in zet. Integendeel. Er heeft een groot bedrijf gezeten, een drukkerij. En iedereen

was blij dat ze daar weg gingen, want het staat niet in verhouding tot de karakteristiek van dit

gebied. Je moet daar niet met een groot gebeuren ingrijpen. In dat gebied werkt het met klein­

schalige zaken perfect.

Wat kun je dan doen? Ik heb een dik boekwerk meegenomen waarin bedrijven staan die ruimte

zoeken. Ze zijn gerangschikt naar een hinderlijkheid categorie. Die hinderlijkheid categorie loopt

op van categorie 1 tot en met de categorie 6. Bij categorie 6 moet je denken aan puin brekers, aan

zware chemische installaties. En bij 1 kun je denken aan zakelijke dienstverlening. Ik zal u laten

zien, hoeveel pagina's bedrijven dat dan zijn. Bij Eindhoven, veronderstel ik, is deze lijst bekend.

Eindhoven heeft altijd een hele korte toelichting bij bestemmingsplannen. De plannen zijn veel

dunner, dat trekt mij wel aan.

Dit boek heeft ongeveer een pagina of 20 met bedrijven die daar in zouden kunnen. Neem een

nieuwbouw of iets in de groothandelssfeer. Dan denk je groothandel wat is dat nou? We zouden

toch kleine bedrijven krijgen? Er zit in een ander project in Eindhoven een dependance van een

groothandel in autobanden 'Goodyear'. Die heeft daar een ruimte van 12m2. Het is wel hoog,

maar die heeft daar een aantal rekken staan met banden die niet direct gangbaar zijn. Die verzorgt

heel Zuid-Nederland van banden die op dat moment op die plaats nodig zijn. Een hulpdepot dat

toch snel in Zuid- Nederland kan opleveren. Dat is een dependance van een groothandel die je in

Nederland maar op één plaats kan neerzetten, als het de BENELUX al niet is. En je kunt de meest

uiteenlopende bedrijvigheid krijgen. Er zit ook ambachtelijke werkgelegenheid en bedrijvigheid in

het centrum. Aan het Wilhelmina plein bijvoorbeeld zit een tandtechnisch laboratorium. Er zit een

autohandelaar en er zitten nog meer bedrijven die machinaal werken. Aan de Hoogstraat zit een

slijperij 'Van der Lee', midden tussen de woon bebouwing. Die zit in een hele kleine ruimte met een

oppervlakte van 15 m2. Zij leveren allerlei slijpwerk aan machinefabrieken en aan particulieren. Er

zijn uiteenlopende zaken mogelijk.

De school grenst aan het Wilhelminaplein. Het is een heel oud gebouw. Hij is hoog, je zit daar met

die lokalen. Wil je daar woningen gaan maken, dan moet je toch geweldig gaan slopen en dan

b ijft alleen die gevel staan. Dat hebben we gezien bij het Heuvelplan, daar hebben ze ook alleen

de gevels laten staan. En dat kost natuurlijk 'goud'-geld! Als je dat op zo'n lokatie moet gaan doen,

dan wordt het ontzettend duur. Toch is het iets heel moois wat je zou kunnen gaan doen. Het is

niet nieuw in Eindhoven. Er is in een oude school een bedrijvencentrum 'De Ring' gevestigd. Dat

centrum maakt optimaal gebruik van wat zo'n school te bieden heeft. Je hebt een entree die best

imposant kan zijn. Je kunt daar een receptie in dit schoolgebouw neerzetten. Er kunnen wat alge­

mene diensten in, zoals telefoon, fax, receptie en er kan een kopieergebeuren neergezet worden.

En die lokalen hebben al de omvang, die de kleine bedrijven willen. Je kunt daar eventueel goed

een muur tussen zetten. En dan heb je een bedrijvencentrum waar je mede een centrale voorzie­

ning neerzet en waar je dus kleine ruimtes gaat verhuren. En dat hoeft niet goedkoop, die kleine

ruimtes mogen best duw zijn. De Ring heeft prijzen per vierkante meter per jaar tussen de f 300,-

106

Page 109: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

en de f 400,- gulden per vierkante meter. Dat is duur, maar het zijn ook hele kleine ruimtes. En de

ondernemer kijkt meer naar de totaliteit die hij per jaar moet betalen, dan dat hij zegt: wat is die

meterprijs hoog. Meestal kan hij alleen ruimtes krijgen van 200 en 300 meter, terwijl hij bij wijze

van spreken maar 20 meter nodig heeft. Misschien nog wel minder. Dus het is best mogelijk om in die kleine ruimtes aan te leveren, zonder al te veel hak- en breekwerk. Je moet natuurlijk wel

technisch zijn, de verwarming en zo moet natuurlijk kloppen, maar binnen het huidige pand is dat

de moeite van het onderzoeken waard. En dan kun je daar toch een acceptabele huur uit halen.

De Ring is een bedrijvencentrum langs de rondweg die vol zit en die dankzij de medewerking van

de Gemeente kan gaan uitbreiden . Er is echt wel behoefte om dit soort zaken op te starten en zeker op deze lokatie, als u immers ziet wat er in de Bergen zit.

Dari de moskee. De moskee is een ontzettend uitdagend iets. Er is, begrijp ik, naar voren gebracht

dat men daar een culturele ruimte wil hebben . Een grote zaal als mogelijkheid voor bruiloften en

partijen. Er is natuurlijk ook een mogelijkheid om daar in de zin van een bazaar iets aan te gaan

doen. Maar wat is nou precies een bazaar? Ik ben vele jaren geleden een keer in Istanboel

geweest. Wat ik daar gezien heb, als dat hier zou kunnen, dan zou ik morgen gaan bouwen, want

dat is niet alleen een fantastisch handelsgebeuren, het is ook nog een toeristische trekker van 'heb ik jou daar'. Maar dat is wel een gebeuren waar continu aktiviteiten zijn. Terwijl een bazaar, zoals

ik begrijp, een overdekte marktplaats is. En een markt heb je maar 1 of 2 keer in de week. Het zou

ook opgeknapt kunnen worden als een ruimte waar 1 of 2 keer in de week bepaalde handelsakti­viteiten zijn . Dat zou dus betekenen dat je een ruimte maakt waar -zeg maar- in feite weinig te

doen is, los van die paar ochtenden dat daar echt markt is. Ik denk dat dit niet het terrein is waar­

bij je zegt: laten we een hal, een ruimte of een voorziening maken die 2 keer in de week gebruikt

wordt. En wat is dan nog bazaar? Het liefst zie ik daar wat handelsaktiviteiten , wat ambachtelijke

aktiviteiten . Daar mag wat mij betreft best een stukje winkelen bij. dat is helemaal geen ramp .

Maar probeer dat zo goed mogelijk aan te passen aan die moskee. We hebben nog een moskee in Eindhoven, daar is een hele diskussie over geweest. Even het feit

dat die moskee heel wat parkeerruimte heeft. Je zult ongetwijfeld in een plangebied aktiviteiten

neerzetten waarvoor wat extra parkeerruimte nodig is . Die mogelijkheid is er. Bij Kastelenplein is

uiteindelijk gekozen voor minder parkeerplaats, omdat er een wisselwerking kan komen tussen het

parkeren van gebruikers van de moskee andere functies zoals: (de winkels en de sauna). In die situ­

atie is het mogel ijk om de parkeerplaatsen die voor de moskee bestemd zijn en de parkeerplaat­sen die voor de winkels bestemd zijn onderling uit te wisselen, waardoor je als totaliteit minder

parkeerruimte nodig hebt. Nu weet ik l")iet of dat bij deze moskee ook zo is . De moskee in het

Kastelenplein heeft een bepaald patroon van diensten, ik weet niet of dat hetzelfde is als bij die

Turkse moskee. Eens te kijken naar de parkeerruimte of die niet door meerdere partijen te gebrui­

ken is . Daar krijgt de moskee dan ook weer een bepaald inkomen van , daar kunnen zij misschien

ook weer eens iets extra's voor doen . Wij zijn als Kamer van Koophandel zeer gecharmeerd van

zeer veel parkeerplaatsen en parkeerruimtes bij de binnenstad. Daar moet handel zijn, daar moe­

ten aktiviteiten zijn, mensen moeten daar makkelijk kunnen komen, je moet daar kunnen parkeren .

Ik vind dat als je dit plangebied in principe ziet en je bekijkt het ten opzichte van de stad dat het perfekt geschikt is voor een aantal zaken, maar dat het qua parkeren niet meer zou moeten her­

bergen dan de parkeerfunctie die het gebied zelf oproept. Ik denk niet dat je verder moet gaan

door te zeggen: gebruik dat gebied nou eens om een parkeerfunctie in te vullen voor een stuk bin ­

nenstad of voor een uitstraling rond het plangebied. Ik denk als je dus logisch kijkt naar wat de

route naar de binnenstad is, dan heb je de hoek van de Hoogstraat en de Edenstraat voor een par­

keergarage in gedachten. Dat is een logische route, dan loop je door de winkelstraat, door de Kleine Berg de binnenstad in . Dat is in ieder geval qua structuur een logisch aansluitpunt om zo'n

garage te plannen . Ik denk niet dat dit een lokatie is waarvan je zegt: daar lopen we met z'n allen

eens heel rustig doorheen, want dan krijg je zo'n doorlooproute. Dat moet je in de Bergen niet

hebben, daar zit in feite als hoofdfunctie toch dat wonen . Het moet niet echt een verkeersroute

worden .

Eindhoven, 30-9-1993.

107

Page 110: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

J Rooymans, AvB: Een verkenning naar de mogelijkheid van een programma.

"Als toen ik in Trude landde de naam van de stad niet gezien had die er met grote hoofdlet

ters geschreven stond, zou ik geloofd hebben dat ik op hetzelfde vliegveld was aangekomen

waar vandaan ik vertrokken was. De voorsteden waar ze me doorheen lieten gaan waren niet

anders dan die andere met dezelfde geel- en groengekleurde huizen.

Dezelfde pijlen volgend draaide je om dezelfde perken op dezelfde pleinen. De straten in het

centrum lieten koopwaar, verpakkingen, uithangborden zien die in niets anders waren. Het was

de eerste keer dat ik in Trude kwam, maar ik kende het hotel al waar ik kwam te logeren; ik

had mijn gesprekken met kopers en verkopers vari ijzerwaren reeds gehoord en gevoerd;

andere dagen gelijk aan die dag, waren geëindigd met het kijken door dezelfde drankglazen

naar golvende navels. Waarom ben ik eigenlijk in Trude? vroeg ik me af.

En ik wilde alweer vertrekken .

Je kunt het vliegtuig weer nemen wanneer je maar wilt, zeiden ze me, maar je zult in een ande

re Trude aankomen, in alles gelijk de wereld is overdekt met een enkel Trude dat niet begint

en niet ophoudt, alleen de naam van het vliegveld verandert."

Aldus Marco Polo aan de grote Kublai Khan in het boek 'De onzichtbare steden' van ltalo Calvino.

Een ander citaat uit dat boek is terechtgekomen op een gebouw van de woningbouwvereni ging

aan de Jeroen Boschlaan en luidt:

De catalogus der vormen is oneindig: zolang nog niet iedere vorm zijn stad gevonden heeft, zul­

len er nieuwe steden blijven ontstaan .

ledere ontwerpopgave begint met de vraag hoe de ideale vorm op die situatie geprojekteerd kan

worden, zodat nieuwe beelden en belevenissen ontstaan.

Met andere woorden: De stad is nooit af.

Indien de woningbouwvereniging in beeld komt om als opdrachtgever te fungeren wordt per situ­

atie bekeken welk programma van· eisen gerealiseerd moet worden.

wa·s het vroeger zo dat specifiek per doelgroep het programma van eisen beschreven werd.

Heden ten dage is het programma universeler meer toekomstig gericht.

In een verdere uitsplitsing maak ik een verschil tussen het materiële en het immateriële program­

ma.

1. MATERIEEL PROGRAMMA

Wat is goede woningbouw? Dat is niet in een enkele definitie vast te leggen . Het gaat om het spe­

cifieke antwoord op de gegeven lokatie-eigenschappen. Per projekt moet worden overwogen wat

de gewenste woonvorm is en hoe de lokatie als onderdeel van een bestaande struktuur van

gebouwen en openbare ruimten vorm moet krijgen . De funktionaliteit van woningplattegronden

en het gebouwontwerp wordt bepaald door maten, relaties, technische voorzieningen en die

oriëntatie van de ruimte binnen de woning op de ruimte buiten de woning. De onderlinge ligging

van vertrekken en de daarin te plaatsen voorzieningen zoals aanrecht, douchebak, toiletpot en

meubilair, bepalen de woontechnische kwaliteit ten aanzien van de aktiviteiten die in de woning

plaatsvinden en de ruimte die daarvoor benodigd is.

Bij het bepalen van de indeling van de woning en de afmetingen van de vertrekken moet rekening

gehouden worden met uitgangspunten van flexibiliteit en bruikbaarheid.

Uitgangspunten van flexibiliteit:

de woning is geschikt voor verschillende typen huishoudens

de woning kan op eenvoudige wijze worden aangepast aan wensen van bewoners

de woningstruktuur maakt toekomstige wijzigingen, zoals herindeling of splitsing, mogelijk

108

Page 111: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Richtlijnen voor de flexibiliteit:

de woningstruktuur is eenvoudig van opzet

verblijfsruimten en sanitaire ruimten worden direkt vanuit gang of hal ontsloten er is een di rekte relatie woonkamer- keuken

Uitgangspunten voor bruikbaarheid:

een zo groot mogelijk bruikbaar oppervlak ten opzichte van het bruto-oppervlak

het vergroten van de gebruiksmogelijkheden binnen de woning zowel van de vertrekken afzon

derlijk als van de woning als geheel.

Om aan deze uitgangspunten te voldoen, zullen per projekt nadere eisen gesteld worden aan de

inrichting en de uitrusting van de woning en aan de minimale afmetingen van de vertrekken.

Het woningontwerp/woongebouw moet de bestaande kwaliteiten van de omgeving herkenbaar

" maken of versterken, mede omdat de dagelijkse leefomgeving van groot belang is.

Door daarnaast te zorgen voor:

een goed onderhouden fysieke omgeving

planmatig beheer straat- of buurtprojekten, stedelijk beheersplan

een schoon milieu

een veilige omgeving

ruimtelijke toegankelijkheid

ruimtelijke verscheidenheid

kan bijgedragen worden aan een positieve bijdrage aan de woonomgeving . Met betrekking tot de ruimtelijke verscheidenheid en de ruimtelijke toegankelijkheid moeten, ten­

einde het onderhoud in de tijd bezien niet goud omrand te laten worden, eisen gesteld worden

ten aanzien van het onderhoudsarm- en onderhoudsvriendelijk ontwerpen. Zoals daar te onder­

scheiden zijn :

de vormgeving

de aankleding van de bouwmassa

de verhouding open - dicht in de gevel

duurzaamheid van materialen

de representativiteit van een gebouw

kleurkeuze

beperking van de schadegevoeligheid

de relatie funktionele - technische levensduur, en met betrekking tot het onderhoudsvriende

lijk ontwerpen: ongevoeligheid voor menselijk handelen

toegankelijkheid en bereikbaarheid

repareerbaarheid, vervangbaarheid

de onderhoudshandleiding

2.1MMATERIEEL PROGRAMMA

De samenleving is aan het veranderen . Sinds het eind van de zestiger jaren heeft zich een ver­

scheidenheid aan samenlevingsvormen ontwikkeld. Het aandeel van het gezinshuishouden dat kin­deren thuis heeft wonen neemt af. De redenen hiervoor zijn divers. Ten eerste neemt de bevol­

kingsgroei af, onder andere door een dalend geboorte-overschot . Belangrijk is ook, dat de tijds­duur dat men kinderen in huis heeft, afneemt. De gezinnen hebben over het algemeen minder kin­

deren dan vroeger.

De gemiddelde leeftijd waarop men kinderen krijgt wordt later en kinderen zijn vaak weer betrek­

kelijk snel het huis uit. Kortom, zowel de leefperiode voor het hebben van kinderen in huis, als die erna is langer gewor­

den .

109

Page 112: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Daarnaast ontwikkelen zich andere samenlevingsvormen.

Door een toenemende individualisering in de tachtiger jaren is ook het aandeel alleenstaanden

toegenomen. Ook neemt het aantal samenwonenden en gehuwden zonder kinderen toe.

Niet alleen neemt het aantal typen huishoudens toe, ook nemen de verschillen binnen de onder­scheiden typen huishoudens toe.

De economische positie kan bijvoorbeeld zeer verschillend van aard zijn.

De verschillen tussen huishoudens zijn van grote invloed op de vraag naar diverse typen wonin­

gen. Dit geldt ook voor de woonomgeving. De volkshuisvesting is nog erg toegesneden op het

gezin . Zij loopt wat achter op de al in gang zijnde maatschappelijke ontwikkelingen. In de toe­

komst zal dit moeten veranderen. Er zal meer moeten worden uitgegaan van de wensen van indi­

viduen binnen het huishouden.

Met name de groep ouderen levert, naast de snelle maatschappelijke verandering, een veranderd

woninggebruik op. Enerzijds is de vrije tijd flink toegenomen door de beperking van de arbeids­

tijd en per leven. De meeste 50 plussers hebben relatief veel vrije tijd waarin het behoud van de

geestelijke en lichamelijke aktiviteit van belang is.

De woning behoort daarom in toenemende mate ook hobby- en werkruimte te zijn. De "doe het

zelf" ontwikkeling toont aan dat er in en rond de woning vrij veel werk wordt verzet. De snel ver­

anderde technologie verruimt de "doe het zelf" mogelijkheden steeds meer en vergemakkelijkt

het werken thuis, zowel in loondienst als ten behoeve van de bewoners zelf. Deze ontwikkeling is

gerontologisch zeer gunstig en bevestigt de behoefte aan ru ime woningen, ook voor ouderen. Een

tweede slaapkamer kan tevens dienst doen als hobby- en werkruimte. Ruimte is voor ouderen heel

belangrijk omdat ouder worden niet tot gebreken hoeft te leiden, maar wel het bewegen trager

en moeilijker maakt waardoor men wat extra nodig heeft. Dit geldt nog meer als er toch enige gebreken ontstaan en aanpassing van de woning nodig is. Daarom behoren vijftig plussers-wonin­

gen deuren te hebben waar een rolstoel door kan en geen hoge drempels en belemmerde trap­jes. Dan worden ook gangen en natte ruimten iets ruimer opgezet zodat bewoners met een

beperkte handicap nog uit de voeten kunnen en zo nodig kunnen worden geholpen .

Zulke leeftijdbestendige en aanpasbare woningen zijn ook uitstekend voor jonge gezinnen, mits die niet teveel leden tellen.

Het gaat in feite niet om categorale woningen speciaal voor ouderen; ze zijn geschikt voor alle

leeftijden, omdat wonen en werken binnen de woning steeds meer samen zal gaan.

Eindhoven, 30-9-1993

110

Page 113: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

BIJLAGE V: BIJDRAGEN VAN BIJ DE STUDIE BETROKKEN PARTIJEN BUURTOVERLEG DE BERGEN

IMAM FATIH MOSKEE

STICHTING TURKSE JONGEREN INTEGRATIE CENTRUM

STICHTING TURKSE ONDERNEMERS BRABANT

111

Page 114: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

112

Page 115: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

BUURTOVERLEG DE BERGEN

113

Page 116: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Aan Technische Universiteit Eindhoven t.a.v. dhr. dr.ir. K. Doevendans, Postbus 513 5600 MB Eindhoven

Eindhoven, 16 november 1993

Bmllft Presentatie Lustrumproject op 'l2 november 1993

Geachte heer Doevendans,

Hierbij zend ik u ter informatie de omschrijving van de woonbestemming zoals die door het Buortoverleg de Bergen gewenst wordt. Deze tekst is in het kader van de Herijking Integraal Plan aan de gemeente aangeboden, omdat van ambtelijke kant een hardnekkig misVerstand bleef bestaan over de door ons gewenste invulling.

Deze ideeën zouden feitelijk getoetst moeten worden aan de werkelijke vraag van de marlct (marktonderzoek) en uitemedelijk via een insprliakronde worden voorgelegd aan de buurt. Wiuj hebben het verhaal reeds wel in een aantal straatgroepen voorgelegd, die zonder uitzondering positief reageerden.

Mogelijk dat dit vooraf reeds gekeken kan worden of in de ontwikkelde invullingen iets van deze gedachten terug te vinden is.

In de hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd,

met vriendelijke groet,

namens Humtoverleg De Bergen,

Ir~ R. Broijning Prins Hendrikstraat 36 5611 HK Eindhoven

114

Page 117: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Bewoners jn de Bergen - wat js de doelgroep

Voor welke bewoners moet in de Bergen ge- of verbouwd worden? Het belangrijkste discussiepunt in het eerste Integraal Plan, en de aanleiding tot de Herijking daarvan.

De huidige steningname van het Buurtoverleg de volgende; Bij iedere aanpassing of toevoeging van woonruimte binnen de Bergen moet de doelgroep zo gekozen worden dat deze een directe bijdrage vormt aan de vaste bewonerskam van de buurt. Deze prioriteitsstelling is essentieel zolang de meerderheid van de buurt uit doorstromers bestaat. Het betekent dat voor potentiële nieuwe bewoners/ doelgroepen van de buurt bewust gezocht moet worden naar mensen die ervoor kiezen om voor langere tijd in de buurt te blijven wonen. b it verondersteld, dat de betreffende bewoners soWieso een dergelijk woonklimaat wensen en bovendien dat de woonruimte voldoet aan hun wensen. Voor.dat we dat verder invullen noemen we nog een extra uitgangspunt dat we, denkend over de potentie van de buurt, hebben toegevoegd. Bij de Bergen- als Randwijk van het Centrum­met een voor Eindhoven unieke atmosfeer, past een gemêleerde bevolkingsopbouw. Met name de lagere inkomens zijn daarin oververtegenwoordigd, mede als gevolg van deels matige woningkwarrteit en kamerbewoning. Daarom is aandacht voor bouwen voor de betere inkomens op zijn plaats. Door verhoging van het economisch draagvlak van de wijk zal ook de positie van het wonen bij conflicten met andere functies aan kracht winnen.

Bij de speurtocht naar de gewenste doelgroep moet/kan de aantrekkingskracht van de buurt verder omschreven worden. Positief van de buurt is;

de acceptatie van verschillende leefstijlen is groot, een groot deel van de bestaande bebouwing leent zich uitstekend voor combinaties van wonen en zakelijke activiteiten {formeel en informeel), mogelijkheden voor een snelle of rustige betere hap buiten de deur zijn op toopafstand en uitstekend, bereikbaarheid centrum, culturele voorzieningen e.d., nabijheid station, het ' leven' dat ontstaat als gevolg van de menging van vele verschillende functies.

Daarmee kunnen verschinaode profielen van gewenste bewoners beschreven worden. Daarbij is dan vervolgens nader onderzoek nodig om de woon- {en werk-) wensen van die doelgroepen goed in beeld te krijgen.

Enkele voorbeelden. Positief;

Alleenstaanden of paren (van middelbare) leeftijd die bewust kiezen om geen gezin te stichten. Mensen die bewust kiezen voor de combinatie van wonen en werken (dicht bij elkaar) in het centrum, zeker als voor de zakelijke functie een bekend adres van belang is. Mensen die vooraf de keus maken dat indien zij kinderen krijgen, toch voor het stedelijke milieu blijven kiezen. Mensen die kiezen voor het kopen van een pand/ of appartement.

Juist niet; Studenten, als bestaande bewonersgroep onmisbaar in deze wijk, zullen iets veld moeten ruimen voor de honkvastere bewoners. Jongeren die de levensfase waarin de keus gemaakt wordt of zij een

115

Page 118: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

gezin zullen stichten zijn een riskante doelgroep. Gezinnen met kinderen, die verwachten hun kinderen rustig op straat te kunnen laten spelen.

Nog enkele opmerkingen over de eisen die dit stelt aan de te bouwen woonvormen. De woon (werk)ruimte moet als het ware mee kunnen groeien met de bewoner/ gebruiker. Dit betekent vooral dat overmaat aanwezig moet zijnen de indeling moet zodanig zijn dat meerdere gebruiksmogelijkheden te kiezen zijn. Dergelijke eisen zijn goed te combineren indien zoals eerder genoemd, wordt gekoz611 voor de betere inkomens, tweeverdi611ers e.d. of als ook zakelijke functies binnen of in combinatie met een unit tot de mogelijkheden behoren. Het lijkt onverstandig om bij nieuw te ontwikkelen situaties uitsluitend te opteren voor appartement6flcomplexen. Juist afwisseling met grondgebonden woonvormen, stadswoning of combi's met werken zullen het gemengde karakter versterken. Belangrijk daarbij is dat geijkte patronen in de bestaande bouw, zoals beneden wonen boven slapen, of grote woonkamers 611 kleine slaapkamers moet611 worden vermeden. Wie daarvoor kiest kan immers overal in de stad terecht. Om de appartementen in de Bergen aantrekkelijk te maken moet611 ze voor wat betreft de maatvoering aansluiten op het bestaande straatbeeld, maar tegelijkertijd 'spannend' zijn. Alleen eerder genoémde zaken te combineren met een duidelijke s~uswaarde, zal een binnen de Eindhovense marktverhoudingen een sterke marktwaarde kunnen worden gecreëerd voor appartementen.

116

Page 119: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

IMAM FATIH MOSKEE Verslag van de bijeenkomst van Gemeente, TUE en de Imam van de Fatih moskee van 4-8-'93 m.b.t. wensen en standpunten van het bestuur van de Fatih moskee

In een voorafgaand bezoek van de Gemeente aan de moskee zijn een aantal wensen van de mos­

kee m.b.t. het plangebied naar voren gekomen. De moskee staat niet afkerend tegenover het idee

van wonen en/of winkels op het plangebied. Zij zelf hebben ook nog de wens van een ontmoe­

tingsruimte voor jongeren die eventueel op deze plek realiseerbaar zou kunnen zijn .

Naar aanleiding van het bezoek wordt gesproken over het aanwezige winkeltje in de moskee. Dit winkeltje levert wat geld op voor de geloofsgemeenschap en is hoofdzakelijk bedoeld voor bezoe­

kers van de moskee die de hele dag blijven en hier eten kunnen kopen dat ze in de kantine kun­

nen nuttigen. Het winkeltje zou ook in de eventuele nieuwbouw opgenomen kunnen worden. De

Imam ziet het winkeltje echter moeilijk vertrekken uit de moskee, wanneer men nog niet weet wat

er voor in de plaats komt als nieuwbouw.

Met betrekking tot het wonen wordt door Dhr. Robers gewezen op een uitzending van het nieuws en actualiteitenprogramma Nova van de NOS televisie. Hierbij is het bouwen voor de 1 e genera­

tie turken aan de orde geweest, n .a.v. een rapport hierover. Een conclusie uit dat rapport is dat de

1e generatie niet terug naar turkije wil, maar bij elkaar hier wil blijven wonen.

De Gemeente is enthousiast over het idee dat bij een eerdere bespreking aan de orde is geweest,

n.l. dat van het oosters en westers wonen in de nabijheid van de moskee. Gedacht wordt aan

wonen voor de 1 e generatie turken aan de vonderweg (15 a 20 woningen) en westers wonen op de plaats van het schoolgebouw aan de Julianastraat. Totaal zouden dan 30 tot 50 woningen,

afhankelijk van het type, gerealiseerd kunnen worden.

De Gemeente heeft voor de interesse in de bouw van deze woningen al een organisatie gepolst

en is positief over de mogelijkheden.

De vertegenwoordiging van de moskee is niet voor het uitsluitend bouwen van woningen voor de

1 e generatie turken, maar voor woningen ook voor de 2e en 3e generatie.

Een nadrukkelijke wens van de turksegemeenschap is een ontmoetingscentrum voor jongeren. De

gemeenschap kan hiervoor zelf geld vrijmaken. Het jongerencentrum in combinatie met wonen

kan echter problemen opleveren.

Op de vraag van de TUE hoe de moskee denkt over het eventueel een openbaar karakter krijgen

van het terrein waar de moskee deel van uit maakt wordt geantwoord dat d it zeker voorstelbaar is. Het terrein is in het begin ook niet afgescheiden geweest. N.a.v. bedreigingen is op voorstel van

de toenmalige burgemeester van Kemenade een hek om de moskee geplaatst. Ook de coniferen

zijn eigenlijk niet bedoeld als "afscheiding maar hebben een esthetische waarde. Waar wel aan

gedacht moet worden indien men het terrein openbaar wil maken is het parkeerprobleem.

117

Page 120: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

118

Page 121: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

STICHTING TURKSE JONGEREN INTEGRATIE CENTRUM

EINDHOVEN FATiH CAMi-i GENÇLiK KOLU

P/A Molstraat 38

Technisch Universiteit Eindhoven Faculteit Bouwkunde

5622 AP Eindhoven Tel.: 040-446511

T.a.v. de heer K. Doevendans Postbus 513, 5600 MB EINDHOVEN

Eindhoven, 07 maart 1994

Ons kenmerk EA/secr./94

Betreft ruimteverdeling ontwerp ac~ommodatie T.J.I.C.

Geachte heer Doevendans,

Naar aanleiding van ons gesprek met de heer Scholten d.d. 30 maart 1994, betreffende het ontwerpen van een accommodatie voor het Turkse Jongeren Integratie Centrum (T.J.I.C.), ontvangt u bij deze de indelingen van de ruimtes, met de daarbij behorende vierkante meters.

- ontmoetingsruimte voor jongeren 200 vierkante meters - bestuurskamer van het T.J.I.C. 50 I I I I

ontmoetingsruimte voor vrouwen 200 I I I I

- bestuurskamer voor de vrouwen 50 I I I I

- leslokaal 60 I I I I

- leeszaal 60 I I I I

- computerruimte 40 I I I I

- vrijetijdsruimte 100 I I I I

- twee winkels, waarvan elk 60 I I I I

- bibliotheek 50 I I I I

Tevens is tijdens het onderhoud met de heer Scholten gesproken over eventuele (één) gezinswoning(en).

Mocht u nog vragen hebben omtrent het bovenstaande of andere zakèn, dan verzoek ik u om contact op te nemen met de heer K. Koçak, voorzitter van het T.J.I.C., tel (privé) 040- 552737.

Hopende u voldoende te hebben ingelicht, teken ik.

Het bestuur,

namens deze,

E. AVC!, Secretaris.

Bankrelatie: ABN·AMRO bank, banknr.:52.88.99.791 K.v.K nr.: S 92311 te Eindhoven

119

Page 122: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

120

Page 123: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

STICHI'ING

TURKSE ONDERNEMERS BRABANT

PROJEKT: HAMAM (Turks Badhuis)

Stichting Turkse Ondernemers Brabant

121

Page 124: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Stichting Turkse Ondernemers Brabant

122

'Jioor u 6gt u:n 'IJm/izg film u:n 1!uJuttli prajtctm film Ik .SticliUng q'~ Otufernetturs tJJraóa:nt (Sq'()'}J). "et fJOOT'IJJ001't{ is gesclin:um tfoor Ik lieer w. 'Jietm film Ik Xf1mu film !l(poplimufel en !FfiDriei:,çt ü 'EintllWven.

Page 125: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Stichting Turkse Ondernemer"li Brabant 1

Bij de Kamer van Koophandel zijn door Turkse ondernemers twee detailhandelsinitiatieven aangekaart die momenteel bij de discussies nogal eens door elkaar worden gehaald. Het betreft

het enige jaren geleden gelanceerde idee van een Galerie Oriënt, aanvullende accommodatie bij de moskee.

Het is goed deze twee zaken gescheiden te bezien. Hieronder zullen Wij de mogelijkheden voor deze initiatieven behandelen.

Enige jaren geleden kwam het initiatief Om te komen tot de opzet van een oosterse markt. Dit heeft tot planvoorstellen geleid die verder geen vonn hebben gekregen. Er bestond teveel twijfel over de opzet voor een oosterse markt, waarvan concrete voorbeelden een te negatieve uitstraling hadden.

Sindsdien zijn er in een aantal steden bazaars opgericht met een principieel geheel andere opzet Het betreft een coöperatieve opzet, waarbij bebouwde ruimte wordt verhuurd en er duidelijk toezicht Is op de gang van zaken. Het beheersaspect vormde bij de eerste opzet van een oosterse markt namelijk het probleem. Deze gestructureerde opzet, vanuit een coöperatieve invalshoek heeft zich in pfaatsen als Amsterdam, Den Haag, maar ook bijvoorbeeld Deventer commercieel bewezen.

Opzet is te komen tot een grootschalige vorm van detailhandel, waarbij een aantal kleinere units onder een dak gaan functioneren. Deze opzet is vergelijkbaar met de "Shopperhall" in Amsterdam Zuidoost. Aansluiten hierop komt uiteraard de vraag, waar een dergelijk project gelocaliseerd moet worden.

Hierbij wordt onder GDV verstaan, geconcentreerde grootschalige detailhandelsvestigingen. Het is de bedoeling, conform het door de ministers Andriessen (Economische Zaken) en Aiders (VROM) in augustus 1993 geformuleerde beleid, grootschalige fonnules een extra vestigingsmogelijkheid te bieden. Dit kan dan alleen bij stedelijke knooppunten. Eindhoven is een dergelijk knooppunt. Het is de bedoeling om eerst door een regionaal economisch onderzoek de economische mogelijkheden in beeld te krijgen. Daarna wordt een terrein aangewezen, waar deze grootschalige formules geconcentreerd kunnen worden gevestigd. Voor dit soort locaties geldt ook een lagere grondprijs dan voor binnenstadslocaties.

123

Page 126: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Stichting Turkse Ol!deroemers Brabant 2

Dit beleid is onlangs geformuleerd en wil met name mogelijkheid bieden aan de in toenemende mate zich aandienende grootschalige formules. Vooral grootschalige thematische warenhuizen vragen steeds nadrukkelijker een plaats in de distributiestructuur. Op een dergelijke locatie zou Galerie Oriënt uitstekend passen. Het is namelijk een thematisch warenhuis, gericht op oriëntaalse goederen en diensten. Het heeft in die zin een duidelijk herkenbaar karakter.

Het zal gezien deze filosofie duidelijk zijn, dat wij voor een Galerie Oriënt geen mogelijkheden zien aansluitend op de locatie van de moskee aan de Willemstraat. De Galerie Oriënt is een van de gegadigden voor de aan te wijzen locatie bij Eindhoven voor geconcentreerde grootschalige detailhandelsvestigingen.

Naar aanleiding van door de gemeente Eindhoven aan de faculteit bouwkunde gegeven mogelijkheid om een voorstel te doen voor de invulling van het terrein achter de moskee, tussen Julianastraat en Vonderweg, is dit onderwerp onder de aandacht gekomen. Deze door de gemeente gegeven mogelijkheid stond in het teken van de lustrumviering van de faculteit.

Direct aan het plangebied grenst de moskee. Deze is qua schaal een klein gebouw, en zou in de algemeen ervaren optiek een iets grotere dimensie moeten hebben. Dit zou kunnen door achter de moskee, in de stijl van de moskee, bouwvolume toe te voegen. De functies die hierbij worden gedacht dienen in ieder geval kleinschalig te zijn. Hierdoor sluiten zij aan bij de schaal van zowel de moskee als van het gebied de Bergen. Wat de inhoudelijke functie betreft kan dan worden gedacht aan sociale op de moskee aansluitende functies, of verzorgende/dienstverlenende functies in een oosterse context. Voor de gedachtenbepaling: bijvoorbeeld een badhuis met enkele kleinere units voor persoonlijke verzorging of daaraan gelieerde winkelijes; of een kleine strip met ca. 8 units voor oosterse producten.

Door de Stichting Turkse Ondernemers Brabant (STOB) wordt nader onderzoek verricht naar de haalbaarheid van deze 2 projecten. Gegeven de tijdlimiet is enige voorrang gegeven aan de "aanvullende accommodatie bij de moskee". Dit project gaat verder onder de naam "Hamam" (Turks badhuis).

Op korte termijn is de uitwerking op het maatschappelijk draagvlak van een Harnam mogelijk. Daarbij kan tevens gedacht worden aan het realiseren van een geringer aantal winkeiljes (5 tot 8 units) die in meer of mindere mate in relatie staan tot het badhuis.

Op de volgende bladzijden treft u een verder uitwerking van het project Harnam aan.

124

Page 127: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Stichtlog Turkse Ondernemers Brabant 3

In Utrecht is in 1986 een onderzoek gehouden naar de behoefte aan een Harnam onder de Turkse en Marokkaanse vrouwen. Het onderzoek toonde aan dat 80% van de ondervraagde vrouwen tenminste 1 x per twee weken een Harnam zou willen bezoeken. Vertaald naar de Eindhovense situatie komt dat neer op 125 bezoeken per dag. Dit najaar zal de Harnam in Utrecht geopend worden. De formule lijkt bij voorbaat succesvol te zijn, want een Harnam is niet zomaar een badhuis. Lees de volgende tekst van de Stichting Harnam Utrecht.

Harnam als badhuis. De meest voor de hand liggen de betekenis van Harnam is die van een plek waar het heet is en waar water overvloedig aanwezig is. Een plaats waar men zich wekelijks zo grondig kan wassen als nergens anders mogelijk is, ook niet in een eigen douche. Technische aspecten van het baden zij bijvoorbeeld het schrobben van de huid met een steen of een ruwe washand {zodat vet en vuil in de poriën en de dode huidcellen verwijderd worden), het scheren van oksel- en schaamhaar, het henna-en en wassen van het haar, het verwijderen

·van eelt van handen en voeten en het veelvuldig met warm water overgieten van het lichaam. Naast het grondig séhrobben van het lichaam heeft de hitte een ontspannende werking op de spieren, wat met name door oudere vrouwen op prijs gesteld wordt. Het schrobben van de huid kan men tegen betaling laten doen door een masseuse/schrobster. Veelal is bij de Harnam een kapster aanwezig, zodat men ook de haren kan laten verzorgen.

Harnam als sociale ontmoetingsplaats. Turkse en Marokkaanse vrouwen hebben 'door de sekse-segregatie een beperkt aantal plaatsen waar ze elkaar kunnen ontmoeten: thuis, vrouwencentra en op bepaalde tijden de Hamam. De Harnam is een semi-publieke ruimte tussen de openbare en privé sfeer in. De beslotenheid die het ten opzichte van mannen te bieden heeft, maakt het voor vrouwen gemakkelijk om over intieme zaken als ziekte, seksualiteit en huwelijksproblemen te praten. Het openbare aspect van de Harnam schenkt vrouwen de gelegenheid om eens met andere dan buren of familieleden te praten en zo nieuwe relaties te ontwikkelen.

125

Page 128: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Stichting Turkse Oudernemers Brabant 4

Zoals in het voorgaande beschreven heeft de Harnam zowel de functie van 'badhuis' als van sociaal ontmoetingsplaats. In de directe omgeving van de harnam kunnen ook een aantal winkel1jes gesitueerd worden. Te denken val daarbij aan:

heren en dames kapper, drogisterij/parfumerie, schoenenmaker, kleermaker/stomerij, goudsmit, souvenierwinkel, huishoudelijke artikelen, thee-, koffie- en eethuis.

Als zodanig zal het project Harnam een tweeledig doel hebben; allereerst het vervullen van de functies van een Harnam en daarnaast het scheppen van werkgelegenheid voor allochtonen. Voor de begeleiding van deze startende endememers c.q. werknemers staat de Stichting Turkse Ondernemers Brabant b.org. Overigens zal de Harnam Eindhoven niet alleen voor allochtone vrouwen toegankelijk ZJjn. Ook vrouwen van Nederlandse afkomst alsmede mannen van welke nationaliteit dan ook zijn welkom in de Hamam. Uiteraard zal wel de openingstijd voor mannen en vrouwen verschillen.

126

Page 129: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

BIJLAGE VI: REACTIE BEGELEIDINGSGROEP DIENST STADSONTWIKKELING GEMEENTE EINDHOVEN OP ONTWERPEN VAN HET 3de TRIMESTER

127

Page 130: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

DIENST SIAPSONIWIKKELING Beqeleidinqsqroep lustrumproject TUE-bouwkunde

Reacties op de ontwerpen in concept-studie

Een complexiteit van werelden

Lustrumproject Bouwkunde TU Eindhoven

De ontwerpen in deze presentatie zijn principieel maar heel summier. Door uit­werkinq kan noq veel veranderen wat ook aanpassinq in de waarderinq nodiq zal maken, Zicht op de financiële haalbaarheid is er nauwelijks. De volqende opmerkinqen moeten dan ook als heel qlobaal worden opqevat •

. 1. Julianaplein Hoekoplossinq bij ·Kilhelminaplein qoed. Betekenis tweede plein niet erq duidelijk. Geboqen wanden naar en lanqs Vonderweq niet sterk. Parkeren onderqronds duur. Parkeren op Julianaplein, bijv. onder bomen, denkbaar. Oostbouwblok qoed voor ouderen (corridor) . Deel voor studenten ook qoed denkbaar. Plan is op onderdelen aanvaardbaar, echter niet als totaal-concept.

2. Unity Plan krachtiq, eiqen karakter, eiqen wereld. Onafhankelijk van omqevinq, toch relatie met de qesloten bouwblokken van De Berqen. Ter weerszijden van de "as" zijn verschillende invullinqen denkbaar, aan­sluitend op omqevinq, bijv. de moskee. Een aantal bomen kunnen worden qe­handhaafd. Minder verkeersaantrekkende functies (studenten-bejaardenhuis­vestinq) moqelijke invullinq. Plan lijkt qoed in elkaar te zitten en wordt als heel qoede oplossinq beschouwd.

3. Strook waaier De waaier kan een sterk beeldbepalend element zijn en ooqt aantrekkelijker dan de strook. Pleinvorm onduidelijk. Vijver niet erq functioneel en als effect wat zwaar op onbelanqrijk binnenterrein. Parkeerqebied zou hier reëler zijn dan parkeren onder water. Vertande bebouwinq op de hoek waarschijnlijk niet qoedkoop. Wat voor functies hier op de verdiepinqen? Met name door de waaier een aardiq plan.

4. Driehoek Concept heel sterk. Realiserinq van de (scherpe) hoekoplossinqen proble­matisch, zeker met functie wonen. Ook is het driehoekiq binnenplein voor­al nabij de hoeken niet qoed bruikbaar. Parkeren onderqronds hier ook nauwelijks te realiseren. Een qroot stuk van de bebouwinq richtinq Willematraat liqt op andermans qrond. Aardiq idee maar moeilijk uit te werken.

129

Page 131: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

- 2 -

5, Revolte Geen goed uitgangspunt. Voorlopig zal de noordzijde van de Julianastraat nog jaren bestaan, Is dit "inpassing in de bestaande stad"? Bewoners/eigenaars Julianastraat maken dan terecht bezwaar. Is er ook een visie op de noordzijde of zeggen ze dan over 50 jaara "ooit zal de zuidzijde van de Julianastraat ••• , •• ". Parkeren onder water problematisch. Als geheel niet aanvaardbaar.

6, Tegenstelling Heel leuk idee. Woonvormen nog niet erg duidelijk. Hoe is veelheid finan­cieel realiseerbaar? Kleinschalige bedrijven met wonen aantrekkelijk. Waar wordt geparkeerd? Goede gedachte om verder uit te werken.

7, Ontdekkina Gesloten wand maar half, eindigt plotseling langs Vonderveg. "Oosters straatje" eindigt ook plotseling op ruimte die nog niet erg pleinachtig iB (achterkantengebied) maar begint aardig in hoek Wilhelminaplein. Vorm langs Vonderweg nog niet erg sterk. Uitzicht op achtergrond Moskee vanaf Vonderweg rommelig, Functie onduide­lijk eindigend oosters straatje hachelijk. Pleinontwerp met functie eist nog veel aandacht. Als geheel wel een aanvaardbare start.

e. ~ Idee twee schijven interessant. Plan geeft nog weinig informatie. Waarom de "knik", om boom sparen? Kan verwijding, indien wenselijk, alleen maar zo? Functie eenvoudig. Plan hoort tot de realiteiten maar moet verder worden uitgewerkt.

Voorkeuren

Concepten 2. Unity, 6. Tegenstellen en 8. Decor worden als basis-concept voor verdere uitwerking het meest positief beoordeeld!

Namens begeleidingsqroep DSO,

B.W.Bolomey. DSO/RO.P.

tva/1528t

130

Page 132: Een complexiteit van werelden · Een complexiteit van werelden Citation for published version (APA): Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Fac. Bouwkunde (1994). Een complexiteit

Ter gelegenhetd von e 25Jori, bestaan van d foculiet!

Bouwkunde TUE tn oktober 1992 heef! de gemeente f:'ndho­

ven deze Iocuiteli een gcschen aangebod n In de vorm 'IOn

een vrije leeropdracht/ t dteprojecl · Arc.hite u or-St<>debouw ,

met neme een voor clit project 'geschtkl 1tedeltjke locohe'

De I cat:c betref! een I rrelfl d oosthoe~ vttn de knl!ilng

van d • Julioncntraol en cl V ndCIWeg In dtl ropport wordt v rsfog gedaan v n d r sultaten 1111 de eerst ondet zoeks en

-ontwerp os-.