Download - We Don't Know Either
weeen
don’tpleidooi
knowvoor
eitherwillekeur
Een manifesto over keuze en willekeur en andere zaken.
22 oktober 2009 | Harmen van der Wilt
Umberto Eco schrijft in zijn essay ‘Bolwerken van Eenzaamheid’ dat ‘more’ vaak
wordt gebruikt in de betekenis van dat je meer krijgt dan dat je gewend bent te krijgen,
meer dan je zou kunnen wensen, meer om van weg te gooien — dat is welvaart. Het is
niet ‘het programma gaat straks verder’, maar ‘More to come!’, een sigaret wordt niet
langer, maar er is ‘more’. Ook in de culturele sector belooft men ‘more’;
, , ,
, zo getuigt The Manchester Museum.
Het Westen heeft zo langzamerhand wat consumeren betreft zijn top wel
bereikt. Waarschijnlijk is het hoogtepunt zelfs al geweest; de recessie helpt ons
ontdekken dat genoeg genoeg is. We zien dat we te veel van alles hebben, en van alles
te veel. De markt (fabrikant, ontwerper, leverancier, etc.) zou beter of kritischer moeten
kijken naar wat wij, de consument nodig hebben.Hoe beter er wordt onderzocht wat
wij, de consument, echt nodig
hebben , hoe minder er produceerd hoeft te worden.
Meer ‘more’ eist meer keuzes en de Markt lijkt soms te initiëren zonder de
consument te consulteren, waardoor de consument opeens oog in oog staat met iets
waar hij geen behoefte aan heeft , , .
Maar ook voor producten en diensten waar de consument geen behoefte aan heeft
heeft de markt een oplossing, want in de markt bevinden zich ook storytellers ;
spelers die behoefte kunnen creëren. De consument wordt als het ware gedwongen
om een keuze te maken.
In de lezing ‘On the Paradox of Choice’ die Barry Schwartz —een Amerikaans
psycholoog— gaf bij TED, claimt hij dat keus ons niet vrijer heeft gemaakt, maar juist
verlamd; Niet gelukkiger, maar meer teleurgesteld. Stel: je huidige product A raakt aan
vervanging toe. Product A heeft een lange levenscyclus gehad en ondertussen is er
een enorme variëteit aan producten A ontstaan. Je staat in de winkel
en denkt, ‘wauwie, te gek, honderd verschillende producten A’. Je gaat er vanuit dat de
nieuwe A beter, mooier, sneller is, kortom een A die beter bij je past.
Dus je kijkt, leest, past en probeert, en na een uur denk je dat je hem hebt.
Het beste product A wat je ooit hebt gehad wordt afgerekend. De veelheid aan keus
maakte het mogelijk om een beter product A te kopen. Maar.. je voelt je teleurgesteld!
Want; bij één product A heb je geen verwachting. Bij veel producten A heb je veel
verwachting. Daarom valt het resultaat tegen; je vergelijkt wat je hebt met wat je
verwachte en dat is teleurstellend. Je product A is goed, maar je verwachte een
perfecte.
Pranav Mistry, werkzaam op het Media Lab van MIT ontwierp een bijzonder
rationeel instrument om informatie over je directe omgeving op te vragen; de
SixthSense . Dit is een apparaat, wat om de nek gedragen wordt, die het
mogelijk maakt om snel en gedetailleerd informatie op te vragen over producten en
diensten, zelfs over mensen, doordat de camera het beeld vastlegt, de computer dit
analyseert en de projector vervolgens informatie projecteert op het opgevraagde
onderwerp . De weer te geven informatie is alleen relevant voor de
gebruiker. Met de SixthSense is het dus mogelijk om jouw ideale product heel dicht te
benaderen. Maar er zit, los van de opwinding over de technologie, weinig vreugde in,
lijkt mij.
Het is niet dat ik voor of tegen de keuze ben, dat zou zinloos zijn. Het zou ook
paradoxaal zijn, want ook een keuze. Maar zou het niet veel mooier zijn wanneer wij
zouden leven zoals een kleuter, schijnbaar willekeurig , zijn kleuren kiest
waarmee hij zijn kleurplaat inkleurt?
Het is ook niet zo dat ik helemaal tegen paternalisme van zowel bedrijfsleven als
overheid ben. Dat is soms wenselijk, maar er zijn ook momenten dat wij, ‘knoeiers en
prutsers’ ( ) die we zijn, zelf een beslissing moeten nemen. Zonder inmenging
van wie of wat dan ook.
Aan de andere kant; zijn wij wel in staat om juiste keuzes te maken?; De vrije
markt blijkt te moeilijk of lijkt te makkelijk, in ieder gaval zijn wij er niet goed mee
omgegaan. Hadden de overheden geen verantwoordelijkheid moeten nemen voor de
wildgroei aan producten en diensten van afgelopen decennia? Achteraf
zullen ze blij zijn dit niet gedaan te hebben, want nu kunnen ze fijn naar de Markt wijzen
als schuldige. Maar iedereen is schuldig aan de recessie waarin wij ons bevinden.
Aan elke keuze gaat twijfel vooraf waarna de beslissing volgt, die goed of fout
is, of geen gevolgen heeft. Je moet echter wel durven twijfelen. We nemen door twijfel
immers afstand van zekerheden. Gezonde twijfel is overigens niet hetzelfde als ironie;
dan neem je ook afstand, maar dan van de feiten van het dagelijkse leven.
Kierkegaard zag het anderhalve eeuw geleden al fout gaan; hij beoordeelde zijn
tijd te verstandelijk, objectiverend en zonder hartstocht. Die beschrijving is nog steeds
actueel; we richten ons liever tot een wetenschapper dan bij onszelf te rade te gaan
wat ons dwars zit. Of, om met Kierkegaard te spreken: “de wetenschappelijke
objectiviteit heeft met al haar zekerheden het terrein van de subjectiviteit en
innerlijkheid overspoeld”. De wetenschap laat geen ironie toe en veroordeelt zich
daardoor tot iets absoluuts waarmee de gewone man weinig raakvlakken heeft, maar
wel te rade gaat bij diezelfde wetenschap. Why?
Het is niet dat we niet willen luisteren naar onze innerlijkheid; de
gemiddelde Nederlander is gek op televisieseries die vaak niet veel meer zijn dan
aaneenschakelingen van tragikomische, ironische scènes — — over het moderne
leven van de vrijgezelle dertiger en zijn/haar overdaad aan keuzemogelijkheden met
als boodschap: Get a grip and make a choice. Blijkbaar is de grens tussen onze realiteit
en die van de tv-serie te groot geworden en ziet men niet dat zelfs Sex and the City ons
iets probeert te vertellen over wie we zouden kunnen zijn . De twijfel op
tv waar men zo graag naar kijkt zouden we niet alleen als entertainment moeten zien,
maar ook als spiegel.
Het lijkt dus of we bang zijn om keuzes te maken. Maar het lot laten bepalen
kunnen wij al helemaal niet, omdat het dan lijkt dat we helemaal geen controle meer
hebben. Ach, zo gek veel controle hebben we nu ook weer niet, ook niet bij de meest
weloverwogen keuze. We kiezen voor iets wat er is omdat het er al is .
Het is een soort multiple choice vraag waarop geen enkel antwoord fout is. Kinderen
zijn niet bang om fouten te maken. Naarmate ze ouder worden wordt ze op school
voorgehouden dat fouten maken ongeveer het ergste is wat je kunt overkomen. Op
school ‘verleren’ ze hun creativiteit en laterale manier van denken. Tegen de tijd dat je
volwassen bent ben je deze competentie volledig verloren. Picasso zei ooit
ongeveer hetzelfde: “All children are born artist. The problem is to remain an artist
when we grow up”.
Terug naar de kleuter en zijn kleurplaat. Ik pleit voor een leven waarin wij
zekerheden in durven te ruilen voor willekeur. Dat is geen garantie (daar moeten we
juist vanaf) dat ons leven aan kwaliteit wint, maar in ieder geval is er geen sprake van
kwaliteitsverlies, wat bij zekerheden wel het geval is zoals we hebben gezien bij de
keuze uit honderd A’s.
Misschien is het tijd voor een nieuw soort merk. Een merk wat meer een
community, of een platform is dan een merk (dat is trouwens ook waar elk merk van
droomt). Een merk voor en door consumenten. Een merk waarbij de consument
geen consument wordt genoemd, maar deelnemer. Een merk waarbij de deelnemer
initiatieven voor nieuwe producten of diensten kan ontplooien. Een merk wat er
misschien al zou kunnen zijn, door ideeën die mogelijke deelnemers hebben maar
niet uit hebben kunnen voeren. Een merk, wat bij het ontwikkelen van producten
en diensten als uitgangspunt het vervangen van een keuzemogelijkheid voor een
handeling heeft, waarbij men niet kiest voor een bepaalde uitkomst, maar waarvan de
uitkomst juist willekeurig is Een merk wat misschien We Don’t Know Either moet gaan
heten?