dissectie het ademhalingsstelsel van het...
TRANSCRIPT
1
Dissectie het ademhalingsstelsel van het varken. Mensen en dieren kunnen wel een tijdje zonder eten en drinken, maar wanneer ze geen lucht krijgen, komen ze onmiddellijk in de problemen! We kunnen onze adem even inhouden, maar niet lang. Om te leven moeten we ademen, soms snel, soms rustig, maar lucht hebben we altijd nodig. Omdat we geen longen van een mens kunnen bestuderen, gaan we deze van een varken bekijken. Deze komen overeen met die van een mens. Dit deeltje cursus bestaat uit drie delen, we gaan eerst de uitwendige bouw bekijken, dan de inwendige bouw en als laatste enkele oefeningen voor de begrippen in te oefenen. Lees de eerste twee deeltjes aandachtig en dan kan je de oefeningen uit deel 3 maken. Opdracht: Hoe denk jij dat een long eruit ziet? Maak een schets!
2
1. De uitwendige bouw van de longen.
De longen vinden we terug in de borstholte, omdat ons lichaam heel wat te verduren heeft worden onze longen beschermd door onze ribben. De ribben vormen als het ware een kast waar de longen en het hart in beschermd liggen. Wanneer we de longen zelf uitwendig gaan bekijken zien we dat ze een roze kleur hebben. We hebben steeds een linkerlong en een rechterlong. We kunnen deze uit elkaar houden doordat de linkerlong slechts twee lobben telt, en de rechterlong er drie telt.
3
Rondom de longen zit een longvlies waardoor het longoppervlak glad is. Tussen long-‐ en borstvlies zit een vloeistof, het pleuravocht. Door het pleuravocht gaan de longen vastplakken aan de borstkas. Toch kunnen longvlies en borstvlies soepel langs elkaar heen bewegen.
Het longweefsel heeft een lichtroze kleur en is gemakkelijk te onderscheiden van het spierweefsel dat een donkerrode kleur heeft. Het longweefsel is tegenover het spierweefsel veel lichter. Wanneer we deze twee weefsels in water brengen merken we dat spierweefsel gaat zinken en longweefsel gaat drijven. Onder de longen vinden we het middenrif terug. Dit speelt verder een belangrijke rol bij de ademhaling.
2. De inwendige bouw Inwendig bestaan de longen uit een heel aantal vertakkingen. De luchtpijp verbindt de longen met de neus-‐ en keelholte. Onderaan vertakt de luchtpijp in twee luchtpijptakken. Deze luchtpijptakken zijn aan de binnenkant bedekt met fijne trilhaartjes die stof en vuil tegenhouden en naar buiten werken. In de long vertakt de luchtpijptak boomvormig in longtakken. De kleinste buisjes, de longtakjes eindigen in een tros van longblaasjes. Schematische voorstelling: De slokdarm en de luchtpijp kunnen we op een hele gemakkelijke manier uit elkaar houden. De luchtpijp moet namelijk steeds open staan. Langs de binnenkant van de luchtpijp vinden we dan ook talrijke kraakbeenringen terug. Deze kraakbeenringen zijn langs de achterkant open waardoor ze beweeglijk zijn. De luchtpijp eindigt aan de bovenkant in het strottenhoofd. In feite is het strottenhoofd de verbinding tussen keel en luchtpijp.
4
3. Oefeningen
Opdracht 1: Markeer alle onderlijnde woorden zodat ze opvallen. Opdracht 2: Vul het kruiswoordraadsel in. De omschrijving wordt steeds gegeven.
Opdracht 3: Vul de afbeelding op pagina 99 van je cursus in.
5
Opdracht 4: Benoem de aangeduide delen, schrijf steeds het correcte antwoord naast het nummertje op de tekening. Je kan kiezen uit: Rechterlong, linkerlong, luchtpijptak, kraakbeenring, luchtpijp, longblaasje, luchtpijptakje, strottenhoofd,