café djings, beversesteenweg 503 b-8800 roeselare/beveren...

12
‘t Schumkraagske Lokaal: Café Djings, Beversesteenweg 503, B-8800 Roeselare/Beveren Café Djings, Beversesteenweg 503 B-8800 Roeselare/Beveren 051 24 12 38 / 0473/21 30 64 Maandelijks bierblad van De Beverse Schuimkraag Proevers (BSP) Juli 2016

Upload: vocong

Post on 26-Feb-2019

216 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

‘t Schumkraagske

Lokaal: Café Djings, Beversesteenweg 503, B-8800 Roeselare/Beveren

Café Djings, Beversesteenweg 503 B-8800 Roeselare/Beveren

051 24 12 38 / 0473/21 30 64

Maandelijks bierblad van De Beverse Schuimkraag Proevers (BSP)

Juli 2016

Website : www.beverenhopt.be

e-mai l : [email protected]

Facebook: https://www.facebook.com/Beverse-Schuimkraag-Proevers-440596612786364/

Admini strat ief adres : BSP, Beversesteenweg 503, B -8800 Roeselare/Beveren

B S P - b e s t u u r

Tine Vercruysse, Voorzitter

Lichterveldestraat 70, B - 8851, Ardooie/Koolskamp – 0472/55 92 84 - [email protected]

Bernadette ‘Ditje’ Ingelaere, Secretaris

Wolfaardstraat16, B-8000 Roeselare – 0499/37 20 19 - [email protected]

Filip Vanhee: Penningmeester – Ledenadministratie

Beversesteenweg 503, B-8800, Roeselare – 0473/21 30 64 - [email protected]

Krist Demeyere, Technisch verantwoordelijke

Leiestraat 15, B-8800 Roeselare – 0494/50 87 76 - [email protected]

Marco & Hannelore Lombaert: PR- Manager, Webmaster

Forcierstraat 5, B-8800 Roeselare – 0496/50 16 62 - [email protected]

Freddy ‘Wacho’ Debels: Raadgever, redacteur ‘tSchuimkraagske, verantwoordelijke brouwerijen

Eigenhaardstraat 49, B-8870 Izegem – 0470/50 58 06 – [email protected]

Alle mogelijke bierinfo voor ‘’t Schumkraagske’ mag naar hoofdredacteur Freddy ‘Wacho’ Debels,

Eigenhaardstraat 49, B-8870 Izegem - 0470/505 806 | [email protected]

B S P - d o e l s t e l l i n g e n

- behouden en bevorderen van de Belgische biercultuur in alle facetten zoals traditie, levensstijl en gastronomie;

- organiseren van activiteiten en/of participeren aan projecten die de Belgische bieren en hun waaier van alle

mogelijke smaken kenbaar maken;

- aanbieden van correcte en objectieve bierinformatie om de onregelmatigheden ter zake te vermijden en te

reduceren.

- plezier maken binnen en met de club !!!

Word BSP-lid via overschrijving KBC: IBAN: BE05 7350 4074 8775

B S P - l i d m a a t s c h a p (per kalenderjaar)

Lid: € 10

Bij iedere 2-maandelijkse activiteit € 15 (4 bieren te degusteren en te bespreken)

Ieder lid van BSP ontvangt maandelijks ‘’t Schumkraagske’

Hallo,

Terwijl de felle plaatselijke regen en onweersbuien stilaan bijna verteerd zijn,

komt de zomer dichterbij.

Zo is het alweer tijd voor onze maandelijkse afspraak met het Schumkraagske.

Vanuit het bestuur willen we nog eens iedereen welkom heten op onze

volgende proeverij van de Beverse SchuimkraagProevers. Deze gaat door op

donderdag 30 juni omstreeks 20u.

De volgende komt er dan aan op 25 augustus.

K ’zou zeggen noteer deze alvast in jullie agenda, zoals ook 10/11 september

‘Beveren Hopt’, als deze er nog niet in staat.

Wie voor het streekbierenfestival wil helpen reclame maken, er zijn reeds

autostickers te verkrijgen. Deze liggen te café Djings.

Café Djings met uitbater Vanhee Filip, alsook secretaris van BSP en

vaderfiguur binnen het bestuur en de club!

Daarover zullen we het onder andere verder over hebben in dit blad.

Afspraak volgende maand?

Tine

12 uren bier- en plezierfestijn met BSP

Ondanks de tegenslagen heeft het hardwerkende bestuur alvast een gezellige en educatie

bierreis ter aanbieding. Meer dan 12 uren bier- en plezierfestijn op zondag 25 september.

We vertrekken s’ morgens aan ons lokaal Djings en gezien september in bierland een hoppige

periode is gaan we een van de bekendste hommelboeren rond Poperinge opzoeken (met hoppige

degustatie), daarna tijd om ons maag even bij te vullen bij de ‘strafste bazinne van Vlaanderen’.

Een ouderwetse schotel en een stevige pinte zal ons daarbij helpen. Een begeleid bezoek bij

Brouwerij St Bernard te Watou met oog voor brouwproces en geschiedenis met enkele begeleide

biertjes en een zeer mooi geschenk. Tijd om de gezonde eetlust opnieuw te helpen met een

bezoekje aan het pittoreske biercafé ‘Kroegske Emelgem waar een lekkere maaltijd en een

drankje aangeboden wordt. Tijd om af te ronden met een afscheidsdronk bij OPCD Ardooie.

Dus een hele dag biereducatie en genieten van de aangeboden bieren voor een maatschappelijke

prijs van € 75 (alles inbegrepen).

We verwachten dat onze leden die mee willen zeer vroeg laten weten dat ze meegaan zodat we

achteraf andere bierliefhebbers de kans kunnen geven zich aan te melden.

Inschrijven = meegaan. Overschrijvingsdatum is geldig voor deelname.

Overschrijven met vermelding busreis, naam en aantal naar: KBC: IBAN: BE05 7350 4074 8775

Dank in naam van alle leden van De Beverse Bierschuim Proevers.

Tip: P LAN JE VERLOF DOORDACHT !

2 D E S T R E E K B I E R E N F E S T I V A L

B E V E R E N H O P T

Gasthof Djings, ons lokaal

Na de voorstelling van de hele ploeg der ‘Beverse Schuimkraag Proevers’ is het deze keer de beurt aan ons lokaal. Op nieuwjaarsdag 1992 kwam de 24-jarige elektro-student Filip

Vanhee het vroegere volkscafé ’t Trompetje uitbaten. Uitbater Vanhee, geboren op 10 januari 1968 gehuwd met de Izegemse

cafédochter Sabine Devlies. Samen hebben ze een knappe dochter Eline (18) en fotografiestudente. Filip kreeg de microbe te pakken door als barman te werken bij het Belgisch Leger.

Vrouwtje Sabine baadt de plaatselijke frituur Djings uit.

Gasthof Djings is een klassiek volkscafé waarin een paar verenigingen onderdak vonden. Naast de groeiende bierproeversclub BSP is er nog een succesvolle liefhebbersvoetbalploeg FC Djings

momenteel goe bezig in Cup Regio Mid West. Daarnaast hebben ze twee tafelvoetbalclubs die zich op provinciaal niveau profileren.

Zoals een hedendaags volkscafé ’s beaamd wordt er vooral met commerciële bieren gewerkt maar de kennis van uitbater Filip betreffende de huidige streekbierwereld en zijn cultuur staan de

bekende en veel gevraagde speciaalbieren op de kaart en tussendoor afgewisseld, zowel vat als op fles, met een heel speciaal en/of uniek bier welke dan ook op tafel verschijnt tijdens de bijeenkomsten van de plaatselijke bierproef vereniging. Ook de genieters van een iets wat sterkere

drank komen aan hun trekken met verschillende en goed uitgekozen absinthe dranken in aanbieding.

Als afsluiten willen uitbaters Filip en Sabine zeker de ouderlijke hulp van Andre en Yolande Vanhee/Crombez. “Al bijna 25 jaar staan ze ons met raad en daad bij en we zijn ze zeer dankbaar en hopen nog lang

van hun hulp te mogen genieten” besluit de steeds vriendelijke cafébaas Filip Vanhee.

Bierproeven als hobby

Iedereen kan een eigen biersmaakgeheugen opbouwen en bierproever worden en je hebt er

geen grote bierkennis voor nodig. Geen moeilijke woorden, er is een heel eenvoudig proefjargon. We praten gewoon over zoet, bitter of zuur en over heel intuïtieve zaken zoals moutig (graan), hoppig (geur, bitterig, citrus, bloemen), kruidig of fruitig. Iedereen kan dan

een smaakassociatie maken: is het de fruitigheid van appel, sinaasappel, citroen of rode bessen? Is het de kruidigheid van lavendel, rozemarijn, kruidnagel, koriander of anijs? Is het de zoetheid van suiker, siroop, karamel of honing?

Bij iedereen werkt de associatie anders. Wat voor één iemand ervaren wordt als “honing”, zal bij iemand anders de associatie van “thee” oproepen. Bepaalde personen zijn ook veel gevoeliger voor bepaalde geuren of smaken dan anderen. Voor sommige mensen zal een bier bijvoorbeeld overduidelijk een romige of metaal- of koffie-achtige smaak hebben, terwijl andere mensen dat veel minder ervaren. Proeven is dus heel persoonlijk, en niemand heeft ooit ongelijk. Iedereen proeft gewoon anders. Het is echter niet altijd gemakkelijk om objectief te proeven. We zijn snel beïnvloed door de

merknaam, een vorige ervaring of een persoonlijke voorkeur voor een bepaalde brouwerij. Daarom is blindproeverij aangewezen, om te beletten dat we van tevoren al een bepaald

beeld hebben (positief of negatief).

Bierproeven als hobby, alleen of met enkele vrienden, is net iets meer dan van een bier

nippen en het lekker of niet lekker vinden. Het is een soort discipline waarbij je geniet met al je zintuigen. Om dergelijke waarnemingen op een ordentelijke manier te laten verlopen moet er rekening worden gehouden met een aantal belangrijke factoren als de temperatuur, het uitschenken in het bestemde bierglas, het uiterlijk, het aroma, de smaak en de afdronk. Probeer, op een voorbestemd proefformulier, zoveel mogelijk te noteren en indien mogelijk u te informeren over alle ontdekkingen. Geschiedenis van het bier, brouwproces en gebruikte ingrediënten zijn niet onbelangrijk. Er moeten ook enkele bijzonderlijk regels worden gevolgd voor u aan het proeven gaat.

Proefregels Bij eventueel proefsessie met vrienden is het zeer belangrijk de volgorde van aanbieden te respecteren.

Bescherm uw smaakgevoel door vooraf zeker geen pikante of heersende kruiden te eten (vb. look). Denk eraan dat aftershave en andere parfums je geuropname hinderen. Lippenstift of balsem is te vermijden. Tijdens het proeven erop letten dat uw smaak en geur de kans krijgt op een rustpauze met het innemen van water of brood. Proeven uit kleine proefglaasjes beperken de invloed van de alcohol en mocht je roken, graag dan zo ver mogelijk van de plaats waar je proeft. Gouden regel: IEDERE PROEVER HEEFT ZIJN EIGEN GELIJK.

Bierkeuze Voor een ideale bierkeuze onder vrienden niet al te veel verschillende bieren kiezen. Een viertal moet perfect kunnen. Proef ze afzonderlijk met het zwaarste bier, het hoogste alcoholgehalte, als laatste. Het beste is allemaal gelijkvormige proefglaasjes te gebruiken. De vorm van het glas kan de beleving namelijk beïnvloeden, dus is het belangrijk dat de

presentatie van ieder bier gelijk is. Om te voorkomen dat lichaamstemperatuur het bier verwarmt, kun je het beste een glas met een voet gebruiken, want dan is het contact met de hand minimaal

De temperatuur. Het is belangrijk dat het bier zoveel mogelijk donker en droog bewaard wordt en ong. 24u voor proeven de koelkast

haalt. De temperatuur van het bier is van groot belang bij het beoordelen. Dorstlessers en laag alcoholische dranken (pils, geuze…) worden kouder aangeboden dan de zwaardere bieren. Als je bier te koud is worden de aroma’s van hoge gistingsbieren afgebroken. Als richtlijnen wordt aangenomen: Bier op vat: 3° aan de tapkraan, evenveel voor de dorstlessende bieren en een degustatiebier mag gerust 6 tot 8° hebben.

De meest originele bierbarometer: Volgens de regels van het vrouwelijk vermogen is bier aan de linker kant van de foto het koudst (tepel verraad koude).

Er komen steeds meer originele, veel besproken bierglazen.de bierliefhebbers verbazen.

Het bierglas Elk bier heeft zijn eigen bierglas, en veel kenners zijn het erover eens dat je pas

echt kan zeggen dat je een biersoort hebt geproefd, wanneer je het in het juiste glas hebt gedronken. Veel biersoorten zijn ontwikkeld met bepaalde aroma’s en smaken in gedachten en die komen vaak pas volledig tot hun recht wanneer het bier in het

juiste glas wordt geschonken. Voor een bierproeving zijn er speciale glazen beschikbaar, het befaamde proefglas. Een proefglas is een drinkglas waarvan de technische gegevens als internationale standaard door het ISO zijn vastgelegd.

De Franse wijnmaker Jules Chauvet ontwikkelde in de jaren ’50 van de vorige eeuw de theorie die de verhouding tussen het volume van wijn en het oppervlakte contact met de lucht, direct gekoppeld is aan de ontwikkeling van de aroma's. Het INAO (Institut National des Appellations d'Origine) heeft de specificaties in de jaren ’70 vastgelegd. Sinds die tijd wordt dat glas als standaard wijnproefglas gebruikt. Het glas wordt dan gevuld met ongeveer 50 milliliter wijn. In de ISO 3591:2012 – de laatst geldende norm – zijn de specificaties van een aantal proefglazen met verschillende inhoudsmaten nauwkeurig omschreven.

Het bouquet van een drank, de viscositeit, de transparantie en de wijze waarop een drank zich aan de mond presenteert, laat zich namelijk in ieder verschillend drinkglas weer anders beoordelen. Om elke drank - wijn, bier of gedestilleerd - op

een willekeurige proeverij op gelijkwaardige wijze te kunnen beoordelen, is het belangrijk dat vorm, dikte, samenstelling en inhoudsmaat van deze glazen, steeds gelijk is. Ook de vorm en de diepte van het bierglas beïnvloeden het aroma. Zo is het aroma intenser in een tulpglas dan in een recht glas. Een kelkvormig glas zorgt ervoor dat de schuimkraag niet te dik wordt. Het belangrijkste is echter dat het glas goed gewassen, gespoeld én afgedroogd is (met

uitzondering van de dorstlessers en pilsbieren, hier moet het glas niet bij afgedroogd worden). “Een zuiver glas zorgt voor een stevige schuimkraag ”Om alle aroma’s goed te kunnen beoordelen is het belangrijk dat je proeft met een glas dat naar boven toe smaller wordt. Het inschenken van een bier. Bij het verwijderen van het stopsel moet je een gezond

‘plop’ horen en breng NOOIT het glas en fles met elkaar in contact! Hou het glas schuin en schenk het bier in één rustige beweging uit.

Inschenken Over de manier van inschenken bestaan er bepaalde regels afhankelijk van de handeling.

- Vatenbier: Tapkraan openen, eerste schuimstoot naast het glas. Glas in 1 keer vullen door het even schuin en daarna recht onder de kraan te houden. Schuim even laten overlopen, schuimbellen in 1 beweging met een zuiver schuimmes verwijderen. Schuimresten van de buitenkant van het glas spoelen. - Dorstlessend bier: Fles ledigen zonder te ’klokken’, glas even schuin houden, daarna recht. Schuim even laten overlopen. Verder afwerken zoals bij het getapte vatenbier. - Degustatiebier: Langzaam inschenken, zonder te ’klokken’. Een mooie schuimkraag en schuimhoed vormen. Een restje bier in de fles laten om eventueel achteraf bij te schenken. Bij bieren met hergisting

op de fles, de ’fond’ in de fles laten en de fles mee aanbieden.

De goede kwaliteit bij de juiste manier uitgeschonken, kun je aan een aantal zaken herkennen. Het schuim kleeft aan de wand van het glas, de schuimbelletjes zijn klein en regelmatig en de kleur is helder. Voor troebele witbieren en donkere bieren geldt dat laatste uiteraard niet. Bij bieren met nagisting op fles rust er wat gistbezinksel op de bodem. Glas uitschenken tot 1 cm van de rand. In de fles bevindt zich nog de grondlaag. Wie het sediment wél wil opdrinken, een

beetje walsen om het bezinksel los te maken, dan vermengt de gist zich met het bier waardoor het troebel wordt.

Een goed ingeschonken bier herken je aan zijn heerlijk aroma, een aangename afdronk, zonder "bijsmaken". Geen koolzuurgaswolkje onder de schuimkraag. Geen koolzuurgasparels op de zijwand van het glas (vuil glas!). Een mooie, vaste, effen schuimkraag

Want zoals bijna elke vaardigheid is het proeven te leren door je erop toe te leggen, te onderhouden, te trainen…

Dit trainen gaat naar mijn idee het beste samen met een paar anderen. Proef commerciële bieren en amateur-bieren door elkaar. Bij die amateurbieren kun je rustig bieren met fouten voegen, per slot van rekening moeten we vooral van onze fouten leren.

Het Proeven Het proeven begint op het moment dat het flesje wordt uitgeschonken tot alle zintuigen de prikkelingen hebben plaatsgevonden en de waarnemingen zijn genoteerd. Zoals reeds aangehaald: proeven doe je met de zintuigen gehoor (klinken met roots uit een ver verleden),

gezichtsvermogen (kleur, schuimvorming en pareling). Reuk- en smaakzin waardoor de vluchtige stoffen door de neus en de niet-vluchtige door de tong worden waargenomen. Er is dan nog het mondgevoel, de nasmaak of afdronk bemerkt je achteraan de keel en is heel belangrijk voor het vervolg na het proeven.

1. Gehoor. Het klinken of toosten doet men gewoonlijk bij bevestigen van de heilwens met een heildronk, dat wil zeggen dat men drinkt op iemands welzijn, waaronder de goede gezondheid. Het gebruik

zou zijn oorsprong hebben in de middeleeuwen ter voorkoming van vergiftiging. Wantrouwen tussen de verschillende groepen van een oorlogsonderhandeling leidde ertoe dat men vreesde voor een vergiftigd drankje. Voordat men de lippen aan bekers zette was het gebruikelijk om de bekers tegen elkaar aan te slaan, hierdoor kwam er altijd wel een beetje drank van de ene in de andere beker. Op deze wijze kon men er op vertrouwen (als een ongeschreven regel) dat het drankje niet vergiftigd zou zijn door de andere zijde.

Welgestelden zouden op deze manier hebben laten horen dat ze zich kristallen glazen konden veroorloven.

Als je het glas vastpakt, voel je met je hand, je ogen zien de inhoud, je neus ruikt en je tong proeft. Om ook je oren aan hun trekken te laten komen hef je het glas en klinkt er: Proost!

2. Gezichtsvermogen. Het uitzicht van een bier is zeer belangrijk bij de presentatie. Daarbij speelt de schuimkraag bij veel biersoorten een aanzienlijke rol. Voor een mooie schuimkraag gebruikt u het best een vetvrij, goed gespoeld glas. Serveer het bier ook op de juiste temperatuur en volgens de juiste techniek. Let vooral op hoelang het schuim standhoudt en hoe vol en dik het

is. Een der opmerkingen van het proeven is het bepalen van de kleur. Deze wordt bepaald oor het productieproces en het gebruik van bepaalde ingrediënten. Van grootste invloed op de kleur van bier, is de gebruikte mout. Verder kunnen andere grondstoffen, zoals suikers (bruine), hop en vruchten ook de kleur van het bier

beïnvloeden. Ook de bewerkingen die het bier ondergaat, maischen, spoelen, koken, gisting en oxidatie, zijn factoren die kleur bepalen. Koken maakt bijvoorbeeld het bier donkerder, net zoals oxidatie. De gisting daarentegen, zorgt er weer voor dat het bier een lichtere kleur krijgt.

De kleur van mout en bier worden uitgedrukt in EBC-kleureenheden door vergelijking met standaard EBC-kleurschijven. E.B.C.-kleurschaal: de schaal voor het bepalen van de kleur van bier, zoals deze is vastgesteld door de Europese Brouwerij Conventie (European Brewery Convention). Hiervoor geldt, dat 1 EBC overeenkomt met 1 ml jodium per 100 ml water. Naarmate een bier donkerder is, heeft het een hogere EBC-waarde. Ter indicatie van deze waarden volgt hieronder een overzicht van beschrijvingen van bierkleuren en de EBC-waarden, die daar

ongeveer bij horen. Zelf de kleur van bier op dit manier bepalen is erg onnauwkeurig. Apparatuur om de kleur te bepalen is weer erg kostbaar. Een goed alternatief hiervoor is de kleur te bepalen aan de hand van commerciële bieren. Het beoordelen van de helderheid doe je meteen na het inschenken. Een pils en een tripel zijn meestal heel helder, witbier is eerder troebel. Kies zelf of u uw bier serveert met bezinksel of zonder. Want ook dat beïnvloedt de helderheid, de kleur

en de smaak van het bier. 3. Aroma.

Het aroma of de geur bepaald de eigenheid van een bier. Onder aroma verstaan we de geur via onze neus en via de mondholte. Een geur die we ervaren ontstaat door smaakstoffen die het slijmvlies van onze neus prikkelen. Hoe hoger de temperatuur hoe meer smaakstoffen verdampen. Een koud ingeschonken biertje zal dus minder

smaak hebben dan een biertje dat lauw ingeschonken is. Zodra een bier in onze mond komt wordt deze opgewarmd waardoor meer of andere smaakstoffen vrij kunnen komen. Dit is de reden waarom sommige bieren anders via onze mond smaken dan we met onze neus ruiken. Sommige smaakstoffen zijn zo vluchtig dat deze al verdampt zijn tijdens of kort na het inschenken. De ontdekkingen bij het aroma zijn meestal zeer persoonlijk en zeer bepalend voor het vervolg van de proeving.

Om de geur van het bier goed op te kunnen nemen wals je eerst voorzichtig het glas bier rond om zo het aroma vrij te laten komen en dan aan het bier te ruiken. Doe dit niet te veel, want dan verliest het bier zijn koolzuurgas.

4. Smaak De smaak van een bier is deels afkomstig van de gebruikte grondstoffen en deels een gevolg van gistingsnevenproducten. We kunnen de smaak van een bier beïnvloeden door onze keuze van grondstoffen en door onze wijze van brouwen.

De drie dominante smaken in bier zijn zoet, zuur en bitter. Hoe vol een bier smaakt, proeft u vrij makkelijk. Vergelijk

gewoon met andere bieren, zoals een klassieke pils met een of ander abdijbier. De smaak van een bier ervaren we via onze tong. Met de tong kunnen we de smaken zoet, zout, zuur en bitter registreren. De smaak zout komt in de regel niet voor in bier. Lange tijd werd geloofd dat bepaalde smaken receptoren hadden op bepaalde plaatsen op de tong. Zoet zou je proeven met het puntje van je tong, terwijl bitter achter op de tong zou liggen. Voor een goede zoute smaak moest je proeven met de zijden van je tong (vooraan), en hetzelfde geldt voor de zure smaak (achteraan). Deze gedachte is in beeld geweest, en nog altijd moeilijk los te laten.

Het is echter niet zo dat bepaalde smaken verbonden zijn met specifieke plaatsen op de tong. Sterker nog, smaken zijn ongebonden aan gebieden: de verschillende smaken zijn over de gehele tong te proeven. Er zijn natuurlijk wel altijd uitzonderingen op de regel, maar over het algemeen geldt dit voor alle mensen. De map van de tong is dus een misverstand, een misvatting. Er bestaan geen verschillende gebieden op de tong. Deze theorie ontstond door een artikel geschreven door Edwin G. Boring, in 1901. Elk gebied van de tong zou gevoelig zijn voor een bepaalde primaire smaak. Uit onderzoek is inmiddels gebleken dat de tong receptoren bevat die elke primaire smaak (zoet, zout, zuur, bitter en

umami) herkent. De intensiteit van de gewaarwording verschilt niet, hoewel de drempel waarop een sensitiviteit

opgemerkt wordt wel kan verschillen. Ook in 1974 werd het al bekend gemaakt dat alle receptoren op de tong alle smaken herkende. Dit onderzoek werd uitgevoerd door Virginia Collings.

Zoet: De zoete smaak heeft te maken met suikers (sacharose is het bekend tafelsuiker). Er zijn echter ook andere zoete

stoffen, zoals aspartaam, sacharine en stevioside (niet-calorische zoetstoffen), polyolen, eiwitten (bijvoorbeeld

thaumatine) en complexe stoffen als zoethout. Ook fructose (in fruit) is een zoetstof. Een andere suiker is melksuiker, beter bekend als lactose. Zuur: De zure smaak met de zuurgraad wordt uitgedrukt in pH. Hoe lager de pH, hoe sterker het zuur. Daarbij is een pH van 7 neutraal, een appel heeft een waarde van 2 en maagzuur is 1 of 2 pH. Bekende zure producten zijn citroenzuur (veel in fruit en citrusvruchten), vitamine C, melkzuur (in karnemelk, yoghurt en crème fraîche), zoutzuur, dat ook wel

bekend staat als een onderdeel van maagzuur. Zout: De zoute smaak is te vinden in keukenzout (natriumchloride) en zoutzuur (waterige oplossing van het gas waterstofchloride). Bitter: De bittere smaak wordt meestal geassocieerd met een onprettige smaak, en dan met name voor kinderen. Volwassenen "leren" de smaak soms op steeds meer waarderen. Soms moet je het "leren eten of drinken", zoals bij bier. Bitterstoffen zijn te vinden in artisjokken (cynarine), venkel, basilicum en rozemarijn, Umami De umami smaak wordt geassocieerd met hartigheid. Het is een smaak die te maken heeft met glutamaat en is

te vinden in zoute snacks en bijvoorbeeld bouillonblokjes. Ook komt het veel voor in kant-en-klare producten, maar ook in maaltijden met vlees, belegen kaas en erwten.

5. Mondgevoel

Mondgevoel is het gevoel dat een bier in de mond of in de keel achterlaat. Het gaat niet om de smaak dat een bier heeft.

We moeten dan bijvoorbeeld denken aan koolzuurprikkeling, mondklevendheid, zeepachtig en samentrekkend. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan de volheid of de body van het bier waarmee bedoeld wordt of een bier dik of waterig is.

Nasmaak of Afdronk. De nasmaak is de smaak die in onze mond overblijft nadat we het bier hebben doorgeslikt. Deze smaak kan veranderen.

Dat gebeurt op het einde van de smaakbeleving, Michael Jackson zaliger sprak altijd van 'the finish'. Afdronk is wat erover blijft als je het bier hebt doorgeslikt. Dat is iets wat ons trouwens onderscheidt van de (eerder barbaarse) wijnproevers, die na het proeven alles uitspuwen. Wij mogen (gelukkig) niet spuwen, want dan missen we veel van het bier. De bitterheid van de hop komt er dan pas door, als het bier door ons keelgat is gegaan. Daarom zal de afdronk bij hoppige bieren aan de droge kant zijn. Droog of "sec" is echter een term om juist het bittere van een bier te omschrijven. Hop laat een droog gevoel achter in de mond, en doet je verlangen naar een volgend bier. Dat heb je helemaal niet bij een zoete afdronk, een bier dat aangezoet is of helemaal geen hop bevat blijft plakken in de mond, en heeft geen

afdronk, het blijft allemaal eendimensionaal zoet.

Wij wensen jullie veel succes, indien vragen: [email protected] en anders vergelijk de smaakomschrijving ook in Wacho’s proefkotje (www.bloggen.be/bierdinges) of andere proefbeschrijvingen als Ratebeer, untappd of van de brouwerij site.

De tong bevat drie soorten smaakpapillen, de papillae

circumvallatae achterop de tong, de papillae foliatae aan de

achterzijkant van de tong en de papillae fungiformis en

filiformis verspreid bovenop de tong.

Naast de waarneming van zoet, zuur, zout en bitter wordt in

de mondholte ook de structuur, temperatuur, scherpte en

kruidigheid waargenomen

V l a e m s c h e n k o s t g e m o a k t m ê b i e r

Gereedgemakt en gepreuft deur den Wacho

Olles is gekozen voor 4 menschen en volgens mien menienge kan da in 20 minuutjes gereed zyn. Wuk dajje ollemolle nodig hebt. 600 gram gekokte mossels, wa bloeme, 7 draadjes safraan, enen groten andjoen, zunnebloemolie, vers knoflook (ojje da

wenst), 2 flestjes Keyte triple, vuf soepelepels crème-fris, wa petreselie, zout en pepre (da laatste liefst gemalen) Oe goan we da greedmaken? Eerst gaan we da ene flesseltje Keyte Triple opendoen, utschienken en er al nen goeien slok van pakken. Nu moeie de mossels bestuuven met de bloeme. De zunnebloeme ( 4 soepelepels) straf warme maken in een koekepanne. Smiet er

mossels in en bak ze zo rap mogelijk om en omme brun. Pas zeere nog een slokstje Keyte Triple.

Nu meugde die andjoen fyn kappen en dat met die safraanbladjes en meugelijks den knoflook aan de mossels toe voegen. Joen vuur wa minder zetten en het 2° flesseltje opendoen en dat skoon bier aan de mossels schenken. Goe roeren nu. Ge moet da sop een bikke laten verdampen en er ton de crème-fris er deure roeren. Brieng nu olles up smaake met pepre en zout. Schep de mossels in een verwarmde telloore en versier hem met fyn gekapte petreselie. Driek nu de reste van uw flesseltje Keyte triple ut. Smakelik.

TIP: het beste (volgens ik) is da gerechtje updienen met stokbroad of me een toastje en da tegare me nen heerlikken Keyte Triple

In 2004 herdenkt de stad Oostende het 'Beleg van Oostènde' een Europese veldslag die van 1601 tot 1604 werd uitgevochten tussen het katholieke kamp van Filips II en het protestante kamp van Engelsen en Nederlanders. De Oostendse Bierjutters hebben

positief gereageerd op een oproep van de Oostendse cultuurdienst iets te organiseren

bij dat beleggingsjaar. Op het verzoek van DOB, en met onze richtlijnen maakt de ambachtelijke brouwerij Strubbe (Ichtegem) drie verschillende proefbrouwsels die door de bierjutters blind werd geproefd en gekozen. De naam 'Keyte' kwam er als historische verantwoording maar ook omdat het in alle talen kort was en dus goed in de mond en de marketing lag. Het bier kreeg ook een beetje uitstraling door het feit dat Brouwerij

Strubbe de laatste biermaker was in het douane- en accijnzenkanton Oostende en dat de brouwers zelf in Oostende woonde.

Wacho’s Proefkotje: deze goudkleurige tripel met zijn mooie vaste schuimlaag heeft een rijk moutaroma

met geur van Belgische gist en gras. De smaak heeft eveneens wat moutbitterheid maar toch een zoet, fruitig en droog mondgevoel met een beetje smaak van kruiden en citrus. Iets te zoet voor een stevige doordrinker maar toch wat moutbitterheid in de afdronk

Wie dit recept in het Nederlands wil kan dit gewoon aanvragen bij [email protected]

Gouden beeld van RamseIII

Kleitabletten over moutsoorten in

Sumerisch schrift

De Geschiedenis van ons bier (deel 2) In de Minoïsche tijd werden er in Kreta wijnkruiken gevonden met

bierresten.

Vondsten (stenen spijkerschriften over mouten zijn ook te

bezichtigen in het Metropolitan Museum Ward Found te New-York.

Er zijn ook schriften van 4.000 jaar geleden, waaronder de beroemde

codex van Koning Hammurabi uit Babylonië (uit het Babylonische

rijk, ca. 1730 vóór Christus), met betrekking tot het bier maken en

het uitschenken ervan.

Het bier was een even belangrijke voedingsbron als het brood, omdat

het voor de dorstige een stuk veiliger was om bier te drinken eerder

dan het vuile en besmette rivierwater.

Een rare methode hadden die mensen bij het maken van hun ‘sikara’

(eerste bier van de dag). Men bakte een soort brood van ‘emmer’

(een type tarwe), dat van buiten goed gebakken was, maar binnenin

nog een beetje vers. Later werd ‘kamut’, een zeer oude Egyptische

tarwesoort, toegepast.

Sommigen gebruikten een soort granenpap (‘bappir’) die ze vermengden met zuurdesem en lieten rijzen,

waarbij het zetmeel werd omgezet in suiker en daarna in alcohol.

Later weekte men het brood in water en bracht men dat goedje aan het gisten, dat meer efficiënt verliep

door het toevoegen van suikerhoudende bestanddelen zoals dadels of ook honing.

Bij deze eerste brouwtechnieken was het bier maar half-vloeibaar, troebel en donker van kleur. De

biercultuur kende een grote bloei tijdens het bewind van de Egyptische farao’s.

Een anekdote verhaalt dat, gedurende WO II, een Amerikaanse piloot uit een tombe in de buurt van Dashare

36 korrels graan uit een stenen kruik heeft meegenomen voor zijn vader, een graanboer in de Amerikaanse

staat Montana.

Weet u dat onze bekende bierkruiken uit deze tijden afkomstig zijn en niet meer

recent uit Beieren, zoals eerst werd gedacht?

Ramses III (de brouwersfarao) was van oordeel dat het bier een godenvloeistof

was en dus uit gouden bekers moest worden gedronken.

Het waren kruiken van 3,5 liter! Nochtans had het bier een zeer licht alco-

holgehalte, want het werd toen enkel gemaakt als offer voor hun goden. De

farao’s schonken de drank rijkelijk op begrafenissen “om het oordeel van de

goden te milderen”.

Er waren toen ook straffe regels en, wie het riskeerde een minder goed brouwsel

af te leveren., had veel kans om in zijn eigen ton te worden verzopen. Een

Egyptische herbergierster die de prijs niet correct nam (verhoogde) werd zomaar

in de Eufraat geworpen.

De vrouwen, die brouwden, waren verbonden aan de tempels als priesteressen.

Men maakte er dan al twee soorten bier.

Het gewone bier (met toevoeging van gember, dadels of honing) was bestemd voor de

hoogwaardigheidsbekleders en men noemde het ‘zijthum’.

Het andere bier (‘fluitjesbier’) was voor de armen en de slaven. Deze werd ‘dizijthum’ genaamd.

Iets later sprak men al van meer dan 14 verschillende soorten! Deze verschillen kwamen er door het experi-

menteren met kruiden en planten (net wat men nu nog steeds beoefent).

De piramidebouwers van Giza kregen drie keer per dag een portie fluitjesbier.

De papyrusgeschriften van Elbers toonden aan dat bier een essentieel geneesmiddel is, vooral op

dermatologisch vlak en voor oogproblemen. Later werd het oude stadje Péluse een belangrijke brouwersstad

van waaruit bier geëxporteerd werd naar het hele Middelandse-zeegebied.

In het oude Egypte gebruikte men bier zelfs als cosmetisch middel: inwrijven van de huid verminderde de

kans op aandoeningen.

Hippocrates en Veldheer Alexander De Grote

Ceres, godin met smaak

Deze biercultuur van toen kreeg van de Griekse veldheer Alexander De Grote de

naam ‘rythos’ (of was het toch ‘zythos’ zoals andere bronnen beweren).

Hij gebruikte bier om gewonden te verzorgen en zijn Griekse wonderdokter

Hippocrates paste bier toe om urinelozingen te bevorderen ook als koortswerend

middel.

Aretus van Cappadocië gebruikte bier als preparaat tegen schele hoofdpijn en

suikerziekte.

Bier veroverde stilaan de hele wereld.

De Chinezen werden al zeer vroeg geconfronteerd met dit brouwsel. In hun eerste

teksten kom men de term ‘tsiou’ tegen als een gegiste drank op basis van ‘gierst’,

zeer helder en, waarvan je na het nuttigen, dronken wordt. Deze drank werd

voorbehouden bij offers aan de voorouders. Misbruiken met overdaad en

dronkenschap werden zwaar gestraft, zelfs met de dood.

Vrouwen in Zuid-Amerika maakten maïsbier (chica) als drankoffer voor de aardgodin Pachmama. Ze

kauwden de maïs en spuugden het in een ton om te gisten. Men voegde er water aan toe zodat het goedje

drinkbaar werd. Bij de Zuid-Amerikaanse Inca’s mochten alleen de ‘maagden van de zon’ het ‘maïsbier’

klaarmaken.

Daarna ging de zegetocht van bier overzee.

Van de Galliërs was bekend dat ze steeds grote dorst hadden en hun bier aanlengden met honing en

lijsterbessen.

Niet de ‘oude Belgen’, maar voorouders van de huidige Spanjaarden maakten 5.000 jaar geleden al het oudst

bekende bier van Europa.

Honderden jaren vooraleer wijn populair werd, dronken de oude Iberiërs sterk bier, niet alleen omdat ze

dorst hadden, maar ook om hun overwinningen te vieren of ter ere van hun gasten. Op zowat twintig

archeologische plaatsen zijn aanwijzingen van bier gevonden.

Jordi Joan van de Universiteit te Barcelona beweert sporen van bier te hebben ontdekt op de site ‘Geno’ in de

Spaanse provincie Lerida.

In Can Sadruni nabij Barcelona werden resten van bier en uitrusting voor de aanmaak ervan weergevonden.

Can Sandruni zou dan ook de plaats zijn waar in Europa het vroegst bier is gemaakt en gedronken.

Honderden jaren voordat wijn populair werd, dronken oude Iberiërs (die ook Portugal bewoonden) sterk bier,

ook om militaire overwinningen te vieren. Op zowat twintig archeologische plaatsen zijn aanwijzingen van

bierbrouwen aangetroffen.

Het bier was met 8 tot 10 alcoholgraden bijna dubbel zo sterk als het huidige gerstenat. Hop was dan nog

geen bieringrediënt, maar wel de bijvoetplant ‘Artemisia vulgaris’.

In het Finse verhaal Kalevala of in de oud-Noorse sagen werd al gewag gemaakt

van het bestaan van bier in deze streken.

Plinius de Oude gebruikte voor het eerst de naam ‘cerevisa’, waaruit later bij de

Spanjaarden de naam ‘‘celia’ of ‘ceria’ kwam. De ‘cervoise’ kwam bij de Kelten in

Gallië als een ode aan Ceres, de archetypische moeder en de godin van de

landbouw (céréales=graangewassen).

Hun gerstenat werd ook ‘kerbesia’ genoemd.

Ook de Germanen kwamen in contact met het bierbrouwen. Zij waren de eersten

die het stadium van het broodbakken oversloegen en ontdekten dat uit ont-

kiemde en gedroogde graankorrels ook bier gebrouwen kon worden. Zij maakten

van graan een beslag en lieten dat gisten.

Ook tarwe is in de loop van tijden steeds verder veredeld. Daarbij zijn soms

goede eigenschappen verloren gegaan en om die reden zijn sommige, zelfs zeer

oude rassen, weer sterk in opkomst (eikorn, dinkel… komen later veel voor in

Europa).

De Deense vikingen, die Engeland gingen veroveren, hadden eveneens hun inbreng.

Bij opgravingen in York of beter in Yorvik, zoals de Vikingen deze stad noemden, vond men bij opgegraven

kruidenresten dille, koriander, bilzekruid of dolkruid en hop.

Hopelijk gebruikte men niet al deze kruiden samen bij de fabricatie van het vikings-bier, want dit zou

ongetwijfeld een sterke hallucinogene werking geven. (wordt vervolgd)

Hier kan ook uw logo komen

Vraag gratis inlichtingen aan

Filip Vanhee (café Djings – Roeselare/Beveren)

Gsm: 0473/21 30 64 - [email protected]

Met dank aan