verslag over de doorlichting van go! basisschool mijlpaal

28
3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 1 Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Onderwijsinspectie Hendrik Consciencegebouw Koning Albert II-laan 15 1210 BRUSSEL [email protected] www.onderwijsinspectie.be Verslag over de doorlichting van GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN Hoofdstructuur basisonderwijs Instellingsnummer 3228 Instelling GO! basisschool Mijlpaal Drongen Directeur Rudi LAMMENS Adres Groenewandeling 80 - 9031 DRONGEN Telefoon 09-226.75.00 Fax 09-226.92.56 E-mail [email protected] Website www.bsmijlpaal.be Bestuur van de instelling Adres GO! scholengroep Panta Rhei Ooievaarsnest 3 - 9050 GENTBRUGGE Scholengemeenschap Adres HORTA Ooievaarsnest 3 - 9050 GENTBRUGGE CLB Adres CLB vh GO Gent Voskenslaan 262 - 9000 GENT Dagen van het doorlichtingsbezoek 23-11-2012, 26-11-2012, 27-11-2012 Einddatum van het doorlichtingsbezoek 27-11-2012 Datum bespreking verslag met de instelling 12-12-2012 Samenstelling inspectieteam Inspecteur-verslaggever Bart De Bie Teamleden Vera Pollier Deskundige(n) behorend tot de administratie nihil Externe deskundige(n) nihil

Upload: others

Post on 31-Oct-2021

3 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 1

Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming

OnderwijsinspectieHendrik ConsciencegebouwKoning Albert II-laan 151210 BRUSSEL

doorlichtingssecretariaat@ond.vlaanderen.bewww.onderwijsinspectie.be

Verslag over de doorlichting van GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN

Hoofdstructuur basisonderwijs

Instellingsnummer 3228Instelling GO! basisschool Mijlpaal DrongenDirecteur Rudi LAMMENS

Adres Groenewandeling 80 - 9031 DRONGENTelefoon 09-226.75.00

Fax 09-226.92.56E-mail [email protected]

Website www.bsmijlpaal.beBestuur van de instelling

AdresGO! scholengroep Panta RheiOoievaarsnest 3 - 9050 GENTBRUGGE

Scholengemeenschap Adres

HORTAOoievaarsnest 3 - 9050 GENTBRUGGE

CLB Adres

CLB vh GO GentVoskenslaan 262 - 9000 GENT

Dagen van het doorlichtingsbezoek 23-11-2012, 26-11-2012, 27-11-2012Einddatum van het doorlichtingsbezoek 27-11-2012

Datum bespreking verslag met de instelling 12-12-2012

Samenstelling inspectieteamInspecteur-verslaggever Bart De Bie

Teamleden Vera PollierDeskundige(n) behorend tot de

administratienihil

Externe deskundige(n) nihil

2 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

INHOUDSTAFEL

INLEIDING .................................................................................................................................................3

1 SAMENVATTING.................................................................................................................................5

2 DOORLICHTINGSFOCUS ......................................................................................................................7

2.1 Leergebieden in de doorlichtingsfocus ..............................................................................................72.2 Procesindicatoren of procesvariabelen in de doorlichtingsfocus ......................................................7

3 RESPECTEERT DE SCHOOL DE ONDERWIJSREGLEMENTERING? ...........................................................8

3.1 Respecteert de school de erkenningsvoorwaarden? .........................................................................8

3.1.1 Voldoet de school aan de onderwijsdoelstellingen? ..................................................................8

3.1.1.1 Lager onderwijs: ICT...............................................................................................................83.1.1.2 Lager onderwijs: wiskunde ..................................................................................................103.1.1.3 Lager onderwijs: muzische vorming.....................................................................................123.1.1.4 Kleuteronderwijs: wiskundige initiatie ................................................................................143.1.1.5 Kleuteronderwijs: muzische vorming...................................................................................143.1.1.6 Vaststellingen voor het kleuteronderwijs: muzische vorming en wiskundige initiatie........15

3.1.2 Voldoet de school aan de overige erkenningsvoorwaarden? ..................................................18

3.2 Respecteert de school de overige reglementering?.........................................................................19

4 BEWAAKT DE SCHOOL DE EIGEN KWALITEIT? ...................................................................................20

4.1 Welzijn..............................................................................................................................................204.2 Curriculum........................................................................................................................................20

4.2.1 Onderwijsorganisatie................................................................................................................20

4.3 Begeleiding .......................................................................................................................................21

4.3.1 Leerbegeleiding ........................................................................................................................21

5 ALGEMEEN BELEID VAN DE SCHOOL .................................................................................................23

6 STERKTES EN ZWAKTES VAN DE SCHOOL ..........................................................................................25

6.1 Wat doet de school goed?................................................................................................................256.2 Wat kan de school verbeteren? .......................................................................................................256.3 Wat moet de school verbeteren?.....................................................................................................26

7 ADVIES EN REGELING VOOR HET VERVOLG.......................................................................................27

7.1 Onderwijsdoelstellingen: advies en regeling voor het vervolg ........................................................277.2 Overige erkenningsvoorwaarden: advies en regeling voor het vervolg ...........................................277.3 Overige reglementering: regeling voor het vervolg .........................................................................277.4 Leergebiedoverschrijdende eindtermen: regeling voor het vervolg................................................28

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 3

INLEIDING

De decretale basis van het onderzoekTijdens een doorlichting gaat de onderwijsinspectie na of de school 1. de onderwijsreglementering respecteert,2. op systematische wijze haar eigen kwaliteit onderzoekt en bewaakt,3. haar tekorten al dan niet zelfstandig kan wegwerken(zie artikel 38 van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs, 8 mei 2009).

Een doorlichting is dus een onderzoek van1. de onderwijsreglementering,2. de kwaliteitsbewaking door de school,3. het algemeen beleid van de school.

Een onderzoek in drie fasenEen doorlichting bestaat uit drie fasen: het vooronderzoek, het doorlichtingsbezoek en het doorlichtingsverslag.- Tijdens het vooronderzoek bekijkt het inspectieteam de gehele school aan de hand van het CIPO-

referentiekader. Het vooronderzoek wordt afgesloten met een doorlichtingsfocus: een selectie van te onderzoeken aspecten tijdens het doorlichtingsbezoek.

- Tijdens het doorlichtingsbezoek voert de onderwijsinspectie het onderzoek uit aan de hand van observaties, gesprekken en analyse van documenten.

- Het doorlichtingsverslag beschrijft het resultaat van de doorlichting, bevat een advies over de verdere erkenning en wordt gepubliceerd op www.doorlichtingsverslagen.be.

Een gedifferentieerd onderzoek1. Omdat de onderwijsinspectie gedifferentieerd doorlicht, onderzoekt het inspectieteam in de instelling

een selectie van de onderwijsreglementering:- een selectie van leergebieden om het voldoen aan de onderwijsdoelstellingen na te gaan.

Voor elk leergebied onderzoekt de onderwijsinspectie altijd de volgende procesvariabelen uit het CIPO-referentiekader:o het onderwijsaanbodo de uitrustingo de evaluatiepraktijko de leerbegeleiding

- een selectie van andere erkenningsvoorwaarden- een selectie van overige regelgeving.

2. Om de kwaliteitsbewaking door de school na te gaan, selecteert het inspectieteam een aantal procesvariabelen. Het inspectieteam gaat met de kwaliteitswijzer na of de school voor deze procesvariabelen aandacht heeft voor - doelgerichtheid: welke doelen stelt de school voorop?- ondersteuning: welke ondersteunende initiatieven neemt de school om efficiënt en doelgericht te

werken?- doeltreffendheid: bereikt de school de doelen en gaat de instelling dit na?- ontwikkeling: heeft de school aandacht voor nieuwe ontwikkelingen?

3. Het inspectieteam onderzoekt ten slotte het algemeen beleid van de school aan de hand van vier procesvariabelen: leiderschap, visieontwikkeling, besluitvorming, kwaliteitszorg.

4 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

Het onderzoek naar de hygiëne, veiligheid en bewoonbaarheidDe controle van de erkenningsvoorwaarden betreffende de bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne van de instelling vindt gelijktijdig met de doorlichting plaats. Deze controle resulteert in een afzonderlijk verslag dat bij het doorlichtingsverslag wordt gevoegd en eveneens verschijnt op www.doorlichtingsverslagen.be.

Het adviesDe adviezen die de onderwijsinspectie uitbrengt, hebben betrekking op alle of op afzonderlijke structuuronderdelen van de school. De onderwijsinspectie kan drie adviezen uitbrengen:- een gunstig advies: het inspectieteam adviseert gunstig over de verdere erkenning van de school of van

structuuronderdelen.- een beperkt gunstig advies: het inspectieteam adviseert gunstig over de erkenning van de school of van

structuuronderdelen als de school binnen een bepaalde periode voldoet aan de voorwaarden vermeld in het advies.

- een ongunstig advies: het inspectieteam adviseert om de procedure tot intrekking van de erkenning van de school of van structuuronderdelen op te starten.

Bij een ongunstig advies beoordeelt de onderwijsinspectie bovendien of de school de vastgestelde tekorten zelfstandig kan wegwerken.

Tot slotBinnen een termijn van dertig kalenderdagen na ontvangst van het definitieve doorlichtingsverslag informeert de directeur van de school de ouders, leerlingen of cursisten over de mogelijkheid tot inzage. Binnen de dertig kalenderdagen na ontvangst moet de directeur van de school het verslag volledig bespreken tijdens een personeelsvergadering. Het bestuur van de school of zijn gemandateerde tekent het verslag voor gezien. Het bestuur stuurt het binnen dertig kalenderdagen na ontvangst terug naar de onderwijsinspectie en maakt eventueel melding van zijn opmerkingen.

De school mag het verslag niet gebruiken voor publicitaire doeleinden.

Meer informatie?

www.onderwijsinspectie.be en www.doorlichtingsverslagen.be

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 5

1 SAMENVATTING

De basisschool Mijlpaal is een gemeenschapsschool met twee vestigingsplaatsen. De hoofdschool is gelegen in het centrum van Drongen, de vestigingsplaats in deelgemeente Baarle. Beide locaties kennen een groene inplanting en bieden ruim voldoende speelruimte. Het leerlingenaantal van de school blijft stabiel in de kleuterafdeling en daalt licht in het lager onderwijs, ondanks een toenemende instroom van leerlingen uit de wijdere omgeving (Gent stad). De leerlingenpopulatie wordt heterogener en vaak komen neveninstromers met leerachterstand binnen, wat nieuwe uitdagingen voor het zorgbeleid van de school met zich meebrengt. Het schoolteam wordt geleid door een ervaren directeur. Ook de zorg- en ICT-coördinator zijn ervaren beleidsmedewerkers.Voor wat de leerplanrealisatie betreft, onderzocht de inspectie wiskundige initiatie in de kleuterafdeling, wiskunde in de lagere afdeling en muzische vorming in beide niveaus. In het lager onderwijs werd ook ICT onderzocht. Om na te gaan of de school de kwaliteit van haar processen bewaakt, focuste de inspectie op de schoolorganisatie en de leerbegeleiding van leerlingen.In de kleuterafdeling voldoen wiskundige initiatie en muzische vorming. De kleuterleidsters stemmen hun aanbod af op de betrokken leerplannen. Wiskundige en muzische aspecten uit verschillende domeinen komen vooral binnen de thema's doelgericht aan bod. Het hoekenwerk en -spel en de dagelijkse werking bevatten een expliciet aanbod en extra ruimte voor wiskundige initiatie en muzische vorming. Voor wiskundige initiatie heeft de verticale samenhang nog ontwikkelingskansen. De vorderingen van de kleuters worden op korte termijn opgevolgd, zij het in mindere mate voor muzische vorming. Vooral voor Nederlands, wiskundige initiatie en motoriek dienen de verkregen observatiegegevens om op korte termijn de hulpverlening te organiseren. Op langere termijn zijn ze een basis voor het invullen van het kindvolgsysteem. Volgens de testresultaten bij de oudste kleuters en de resultaten in het eerste leerjaar presteren de leerlingen goed voor wiskunde.In de lagere afdeling voldoet wiskunde. De school stemt het aanbod van de gebruikte methode af op haar leerplan. Het ontbreekt de school nog aan het gebruik van uniforme referentiematen en wandplaten om transfers te bevorderen. Ze volgt de vorderingen van leerlingen via feedback, formatieve evaluatie en de methodetoetsen. Die gegevens worden min of meer systematisch geanalyseerd en ingezet om diverse vormen van differentiatie te organiseren. Vanuit de zorgwerking worden leraren hierbij ondersteund, hetzij op leerlingen- of op lerarenniveau. De eigen rapportgegevens geven aan dat leerlingen voldoende scoren voor wiskunde. De school meet haar output voor wiskunde nauwelijks met genormeerde proeven.In de lagere afdeling voldoet muzische vorming. De leraren koppelen hun aanbod aan het leerplan. Niet alle leraren slagen er momenteel in om alle domeinen evenwichtig aan bod te laten komen. Het gebruik van de onderwijstijd voor dit leergebied is sterk verschillend. Diverse elementen van een totaal muzisch proces komen wel aan bod, maar van een geïntegreerde aanpak van muzische vorming is nog maar weinig sprake. De school versterkt haar aanbod door de extramurosactiviteit in de derde graad en een aantal klasoverstijgende initiatieven. De organisatie van die laatste initiatieven verloopt niet optimaal voor alle leerlingen. Leraren nemen zinvolle initiatieven om muzische vorming te evalueren, maar dit leidt nog niet tot een doelgerichte en duidelijke evaluatie of rapportering op schoolniveau. De school implementeerde dit leergebied nog niet systematisch en investeert beperkt in nascholingen.In de lagere afdeling voldoet ICT niet. Niettegenstaande leraren in hun praktijk zinvolle initiatieven ontwikkelen, streven ze de ICT-eindtermen niet na op basis van een verplichte samenhangende planning en worden ze geconfronteerd met ontoereikend ICT-materiaal. De school ontwikkelt momenteel een ICT-beleid, waarin ze de noden inventariseert en op basis van een visie een beleid uittekent. Dit plan staat nog in de beginfase van een ontwikkeling en kent nog maar een beperkt draagvlak. De school investeert beperkt in de nascholing van ICT.De schoolorganisatie is er vooral op gericht om zo klein mogelijke leerlingengroepen te vormen en het pedagogisch comfort voor leerlingen en leraren hoog te houden. De vorming van klasgroepen is bepaald in het schoolwerkplan en wordt met alle middelen nagestreefd, inclusief alle SES-lestijden die de school genereert op basis van enkele specifieke leerlingenkenmerken. In principe worden alle verlofaanvragen en de daaraan gekoppelde modaliteiten gunstig beantwoord, wat veel deeltijds werk in de kleuterafdeling veroorzaakt. In de kleuterafdeling op de hoofdschool wordt de verplichte onderwijstijd niet gerespecteerd doordat de kleuters hun middagmaal tijdens de lestijden gebruiken.

6 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

De leerbegeleiding heeft als hoofddoel zoveel mogelijk leerlingen te laten aansluiten bij de klasgroep. De leraren beogen een brede betrokkenheid bij hun leerlingen en stemmen geregeld hun onderwijs af op de noden van specifieke groepen of leerlingen. Vooral in de lagere afdeling kunnen sommige leraren hiervoor een beroep doen op een zorgleraar of worden grote groepen voor sommige aspecten gesplitst. Meestal in onderling overleg met alle betrokkenen en het leerlingvolgsysteem bepaalt de school voor sommige leerlingen een meer individuele tegemoetkoming, al dan niet op basis van een handelingsplan. Nochtans blijft een beduidend aantal leerlingen van schoolexterne hulp gebruik maken.De leiding van de school is vooral in handen van de directeur. Hij beslist, na een informele informatieronde over de schoolorganisatie. De school slaagde er nog niet in om alle leerplannen systematisch te implementeren, noch om de leergebiedoverschrijdende eindtermen via een eigen planning na te streven. Momenteel voert ze het leerplan wereldoriëntatie, maar gebruikt hiervoor geen duidelijke en gecommuniceerde implementatiestrategie. Sinds kort doet de school een beroep op de pedagogische begeleidingsdienst die vooral in het kleuteronderwijs als een dankbare ondersteuning en stimulans wordt ervaren. De communicatie verloopt soms verstoord. Samen met een beperkte betrokkenheid van de schoolleiding bij alle afdelingen, komt dit de werksfeer niet ten goede. Werkgroepen krijgen voldoende verantwoordelijkheid om hun opdracht uit te werken en het oudercomité doet dankbaar werk om de school praktisch te ondersteunen. De school besteedt vooral vanuit een zorgperspectief aandacht aan kwaliteitszorg. De initiatieven om de finale output van de school te meten binnen diverse leergebieden zijn te gering. Aanwezige gegevens, zoals de tevredenheidsenquête, zorgden nog niet voor bijsturing van de onderwijskwaliteit of het schoolbeleid.De inspectie besluit deze doorlichting met een gunstig advies voor wat het erkenningsonderzoek betreft. Wat de overige regelgeving betreft moet de school het tekort voor ICT en het gebruik van de onderwijstijd in de kleuterafdeling wegwerken.

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 7

2 DOORLICHTINGSFOCUS

Op basis van het vooronderzoek en in het kader van een gedifferentieerde doorlichting selecteerde de onderwijsinspectie onderstaande leergebieden en procesindicatoren/procesvariabelen voor verder onderzoek.

2.1 Leergebieden in de doorlichtingsfocus

Kleuteronderwijswiskundige initiatiemuzische vorming

Lager onderwijswiskundemuzische vormingICT

2.2 Procesindicatoren of procesvariabelen in de doorlichtingsfocus

Logistiek Welzijn

VeiligheidGezondheid en hygiëneMilieu

Onderwijs Curriculum

OnderwijsorganisatieOnderwijs Begeleiding

Leerbegeleiding

8 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

3 RESPECTEERT DE SCHOOL DE ONDERWIJSREGLEMENTERING?

3.1 Respecteert de school de erkenningsvoorwaarden?

3.1.1 Voldoet de school aan de onderwijsdoelstellingen?

Het onderzoek naar het voldoen aan de onderwijsdoelstellingen levert voor de geselecteerde leergebieden het volgende op.

3.1.1.1 Lager onderwijs: ICT

Voldoet nietHet nastreven van de leergebiedoverschrijdende eindtermen ICT is niet gebaseerd op een eigen planning.

CurriculumOnderwijsaanbod

ReferentiekaderPlanning

Samenhang

De school beschikt niet over een eigen planning (Decreet Basisonderwijs, 25 februari 1997, art. 44 § 2 2°) om de leergebiedoverschrijdende eindtermen ICT na te streven.De school ontwierp een visie op ICT-onderwijs die strookt met de principes van de eindtermen. Die visie werd nog niet met het hele team besproken.In alle klassen worden ICT-eindtermen op een zinvolle, geïntegreerde manier nagestreefd. In sommige praktijken is het aanbod op (bijna) alle eindtermen afgestemd. De school neemt initiatieven om ICT in muzische vorming te integreren, maar beschikt nog niet over een consistent aanbod waarbij er sprake is van voldoende verticale samenhang en een afstemming op alle eindtermen ICT.Vooral in de hoogste leerjaren wordt het internet onder meer gebruikt om huistaken op te geven en/of toetsen in te oefenen. Soms gebruikt men het internet om de leerlingenagenda te delen.

CurriculumOnderwijsorganisatie

Klasmanagement

De meeste leraren slagen erin om de weinige computers in de klas op een zinvolle manier in te zetten. Een computer wordt vooral gebruikt om het digibord aan te sturen; de andere computer(s) worden in een hoek opgesteld. De leraren slagen er in verschillende mate in om alle leerlingen geregeld aan de computer te laten werken. Ze maken hiervoor gebruik van contract- of hoekenwerk of een circuitsysteem.

BegeleidingLeerbegeleiding

Zorg

Sommige leraren voorzien specifieke begeleiding bij het werken aan de computer. Ze maken bijvoorbeeld gebruik van peerhulp door heterogene duo's te vormen, door stappenplannen te ontwerpen of door taken aan te passen aan de competenties van leerlingen.Uitzonderlijk worden computers specifiek als hulpmiddel ingezet om de zorgwerking te ondersteunen.

EvaluatieEvaluatiepraktijk

Evenwichtig / representatiefLeerlingvolgsysteem

De school evalueert de vorderingen van de leerlingen niet systematisch. De aangeleerde kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes worden weinig expliciet en doelgericht geëvalueerd. Soms maken ICT-vaardigheden impliciet deel uit van andere evaluaties, bijv. bij actualiteit, wereldoriëntatie of Nederlands.De school volgt de vorderingen van de leerlingen met betrekking tot ICT niet op via het leerlingvolgsysteem.

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 9

Materieel beheerUitrusting

Leermiddelen

Het computerpark is niet optimaal. In alle klassen zijn (weinig mobiele) desktops aanwezig, het aantal is soms beperkt, de computers zijn soms verouderd of het elektriciteitsnetwerk is niet aangepast. Deze beperkingen zijn voor leraren een hindernis om ICT te integreren in diverse leergebieden. De school beschikt over een budget om dit jaar haar computerpark betekenisvol uit te bouwen, maar nam hiertoe nog geen initiatieven.In alle klassen is een digitaal bord aanwezig. Dit maakt het mogelijk om meer efficiënt onderwijs aan te bieden en de realiteitsgebondenheid van het onderwijs te verhogen. In sommige klassen slagen leraren erin om dit medium ook door leerlingen actief te laten gebruiken; bijvoorbeeld bij de presentatie van een werkstuk.

ProfessionaliseringDeskundigheidsbevordering

NascholingenInterne expertise

De school investeert beperkt in de competentieverhoging van haar leerkrachten betreffende ICT. Ze investeerde in de vorming van leraren voor het gebruik van het digibord. Die vorming was van commerciële aard en bood een aantal basisvaardigheden aan. Een verdere kritische verkenning van het gebruik van dit medium is niet gepland. Andere nascholingen betreffende het onderwijskundig gebruik van ICT worden door de school niet aangeboden of gevraagd. Nochtans hebben sommige leraren behoefte aan een verdere competentieverhoging om haar ontwerp van het ICT-beleidsplan maximaal uit te voeren.De school beschikt over een interne ICT-coördinator voor 6/36sten. Hij volgde op eigen initiatief al een aantal waardevolle opleidingen om expertise op te bouwen. Hij mist echter een platform, bijvoorbeeld op niveau van de scholengroep, om ervaringen en materialen met collega's te delen. Nochtans vermeldt het schoolwerkplan dat "de ICT-uren bij voorkeur worden opgenomen in een samenwerkingsverband met andere basisscholen".De ICT-coördinator onderneemt een aantal zinvolle initiatieven om zijn collega's ICT beter en meer te laten inzetten in hun praktijk. Zijn tijd hiervoor is echter beperkt en de school voorziet hiervoor weinig gestructureerd overleg of nascholingen.

Leiderschap De school beschikt over een visie op ICT-onderwijs die strookt met de principes van de eindtermen. Die visie was nog geen voorwerp van discussie met het team.De ICT-coördinator werkt zijn 4de jaar op school en werkt nu in samenspraak met de werkgroep ICT en de directeur een ICT-beleid en een ICT-leerlijn uit. Beide initiatieven bevatten waardevolle aanzetten, maar staan nog in de beginfase van een ontwikkeling.

PersoneelsbeheerPersoneelsorganisatie

De ICT-coördinator heeft een meervoudige opdracht binnen zijn beperkte tijd. Zelf maakte hij een 'opdrachtenbeschrijving' om voldoende aandacht te kunnen schenken aan de ICT-ontwikkeling van de school. Het grootste deel van zijn tijd besteedt hij echter aan het onderhoud, het depanneren en optimaliseren van het computerpark en het schoolnetwerk. Nochtans is hij voor deze taak niet opgeleid. Noch de school, noch de scholengroep, beschikt over een expert om de nodige technische ondersteuning professioneel te leveren.

10 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

3.1.1.2 Lager onderwijs: wiskunde

VoldoetDe school kan aantonen dat haar leerlingen de eindtermen wiskunde in voldoende mate halen.

CurriculumOnderwijsaanbod

ReferentiekaderPlanning

Evenwichtig en volledigSamenhang

Brede harmonische vormingActief leren

De leraren baseren hun aanbod op een actueel commercieel onderwijsleerpakket en relateren de lesinhouden aan de leerplandoelen. Uit die bewaking blijkt dat alle domeinen evenwichtig aan bod komen en dat de school het leerplan wiskunde toepast.Het algemeen gebruik van een methode leidt tot voldoende verticale samenhang. Het wiskundeonderwijs wordt echter weinig systematisch ondersteund door het gebruik van uniforme referentiematen uit de leefwereld van haar leerlingen.Op korte termijn plannen de leraren hun onderwijs via hun klasagenda. Ze verwijzen hierin naar hun handboek, maar vermelden ook concrete lesdoelen, middelen en, zij het minder systematisch, de evaluatie en differentiatie.Het onderwijs is voldoende werkelijkheidsgericht. Vaak starten lessen met een opdracht uit de leefwereld van de kinderen. Functionele toepassingen van de aangeleerde technieken kunnen echter nog uitgebreid worden. Vooral in de hogere klassen worden wiskundige vaardigheden ingezet in wereldoriëntatie. Het functioneel gebruik van hoofd- en snelrekenen kan er nog geoptimaliseerd worden (zie ook 'evaluatie').De leraren hebben voldoende aandacht voor het handelend leren, voorafgaand aan het visueel, schematisch en abstract leren. Ze geven hun digibord en -boek meestal een correcte plaats in deze fasering.In diverse praktijken gebruikt men geregeld interactieve werkvormen om wiskunde-inhouden actief te verwerken en inzichten te verwoorden. Dit is vooral het geval voor meten en metend rekenen.Syntheses, geheugensteunen, herleidingstabellen, algoritmen en heuristieken worden niet met de leerlingen opgebouwd, wat nog een ontwikkelingskans inhoudt. Ze sluiten meestal wel aan bij het gehanteerde onderwijsleerpakket.

CurriculumOnderwijsorganisatie

OnderwijstijdKlasmanagement

De school plant voldoende onderwijstijd voor wiskunde en die tijd wordt efficiënt aangewend.Sommige grote groepen worden voor bepaalde lessen ondersteund door een tweede leraar en/of opgesplitst, wat de organisatie van (inter)actieve werkvormen vergemakkelijkt en de betrokkenheid van de leerlingen verhoogt.

Materieel beheerUitrusting

Leermiddelen

De school heeft geen inventaris van leermiddelen die het wiskundeonderwijs ondersteunen.In sommige klassen ontbreken leermiddelen (zakrekenmachines, digitale klok, ...) wanneer ze er nodig zijn.De wandplaten zijn dikwijls niet leesbaar voor alle leerlingen.Het digibord en de digitale boeken die bij de methode horen, worden zinvol ingezet. Ze leiden tot een meer efficiënt en effectief gebruik van de onderwijstijd.

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 11

EvaluatieEvaluatiepraktijk

Evenwichtig / representatiefGericht op bijsturing

Wiskunde wordt hoofdzakelijk geëvalueerd met de toetsen van het onderwijsleerpakket. Het gaat om tussentijds summatieve toetsen die leerinhouden uit diverse domeinen testen en op middellange termijn een beeld verschaffen van de vorderingen van de leerlingen. De leraren brengen die vorderingen op diverse (min of meer systematische) manieren in kaart. Op basis van die beeldvorming organiseren leraren diverse vormen van differentiatie (zie 'leerbegeleiding').Om meer formatief te evalueren en de evaluatie meer in het leerproces te integreren, ondernemen verschillende leraren diverse waardevolle initiatieven. Die initiatieven vormden nog geen voorwerp van gezamenlijke reflectie.Enkele leraren slagen erin om voor wiskunde een permanent, haalbaar, duidelijk en systematisch kwaliteitszorgsysteem te realiseren op basis van de leerplandoelen. Dit is een voorbeeld van goede praktijk, maar vond nog niet zijn weg naar het team.Enerzijds vraagt de school in haar derde graad grote inspanningen van haar leerlingen door de organisatie van twee 'examenperiodes', anderzijds heeft ze weinig aandacht voor het meten van haar output voor wiskunde met genormeerde proeven. Momenteel leeft het voornemen om hieraan terug deel te nemen. De beperkte outputresultaten van enkele jaren geleden (door de deelname aan de peilingsproeven van het Ministerie van Onderwijs en Vorming) geven aan dat de leerlingen voor de meeste onderdelen de eindtermen wiskunde toen haalden, hoewel er ook nog ontwikkelingsmogelijkheden uit bleken. De resultaten van die proeven werden op schoolniveau niet besproken, vergeleken met de eigen proeven of geanalyseerd om de onderwijskwaliteit te optimaliseren.

BegeleidingLeerbegeleiding

BeeldvormingZorg

De leraren geven diagnostisch les. Ze peilen met diverse technieken tijdens instructie- en oefenmomenten naar de verwerving van de inhouden. Wachtrijen voor verbeterwerk komen nog beperkt voor en zijn te vermijden.De verworven gegevens vormen samen met de analyse van toetsresultaten de basis om op korte termijn differentiatie te organiseren. Leraren gebruiken daarbij de mogelijkheden die hun methode voorziet, stellen hiervoor geïndividualiseerde contracten op, vormen homogene groepen en/of organiseren wekelijks een remediëringsles. Sommige leraren slagen erin om die differentiatie systematisch en zelfstandig te organiseren, anderen rekenen hiervoor op de zorgleerkracht.De leraren differentiëren in huistaken, naargelang de behoeften van de leerlingen.Voor leerlingen met meer individuele noden en/of (dreigende) leerachterstand neemt men een aantal specifieke maatregelen. Dit gebeurt over het algemeen in samenspraak met de zorgcoördinator en andere betrokkenen.

12 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

3.1.1.3 Lager onderwijs: muzische vorming

VoldoetDe school levert inspanningen om met haar leerlingen de eindtermen muzische vorming te bereiken.

CurriculumOnderwijsaanbod

ReferentiekaderPlanning

Evenwichtig en volledigSamenhang

Brede harmonische vormingActief leren

De school hanteert zowel de eindtermen als het leerplan muzische vorming als referentiekader. In hun planningsdocumenten koppelen de leraren hun eigen lesdoelstellingen aan beide.De leraren streven een evenwichtig aanbod na. Ze spreiden hun onderwijs expliciet over de domeinen muziek, drama en beeld. Beweging en media worden in deze domeinen geïntegreerd, maar daar slagen niet alle leraren even goed in. Voor enkele domeinen bewaken sommige leraren hun aanbod aan de hand van het leerplan (de 'oriënteringspunten'). Er zijn nog geen jaarplannen in gebruik.Binnen de diverse domeinen zoeken leraren naar een gevarieerd aanbod van activiteiten en beeldaspecten (voor beeldende vorming). In hun planningsdocumenten verwijzen sommige leraren naar lesfiches, waarmee ze hun activiteiten grondig ontwerpen.De school implementeerde het leerplan muzische vorming nog niet systematisch, waardoor het aanbod nog geen verticale samenhang vertoont.De meeste leraren realiseren een thematische samenhang tussen muzische vorming en wereldoriëntatie, daar waar relevant. Sommigen proberen hier ook Nederlands bij te betrekken. Enkele leraren plannen hun jaar over de verschillende leergebieden heen, waardoor thematische samenhangen tussen leergebieden overzichtelijk in kaart gebracht en geoptimaliseerd worden. Dit is een voorbeeld van goede praktijk die navolging verdient.De leraren hanteren een stimulerende begeleidingsstijl en bejegenen de leerlingen positief.Zelden slagen leraren erin om een volledig muzisch proces op te zetten, waarin impressie, exploreren, experimenteren, kwalificeren, uniek en creatief produceren, tonen en evalueren als een geheel aan bod komen. Naargelang het domein, komen bepaalde luiken van dit proces wel naar voor. De school heeft nog ontwikkelingskansen om de kerngedachte uit haar leerplan "muzische vorming gaat over het vormgeven aan eigen ervaringen", gestalte te geven.De school heeft aandacht voor 'cultuureducatie'. Op school is er geregeld een theatervoorstelling en verschillende klassen organiseren zinvolle uitstappen naar een museum, .... De school beschikt echter niet over een planning waarmee ze een breed cultureel aanbod nastreeft over de hele schoolloopbaan van de leerlingen.De leerlingen van de derde graad genieten tweejaarlijks van een 'musicaklas' als meerdaagse extramurosactiviteit. Hier staat muzische vorming centraal en komen experimentele kunstvormen met een sterke integratie van moderne media uitgebreid aan bod. Dit is een waardevol initiatief.Driejaarlijks organiseert de school een musical waarbij ze alle leerlingen wil betrekken, maar vooral de meest talentrijke leerlingen extra kansen en podiumervaring aanbiedt. Op zich is dit een waardevol initiatief om talenten te ontplooien en de school te profileren, maar organisatorisch is hier wel een probleem aan verbonden. (zie verder 'organisatie').Sommige leraren hanteren bewegingstussendoortjes als energizers. Onder meer de lange voormiddag maakt dit noodzakelijk. Er is nog geen cultuur om een korte ontspanning in te lassen voor een muzisch moment en na een lange inspanningsboog. Nochtans blijken sommige leerlingen hier nood aan te hebben. De school voert hieromtrent (bijvoorbeeld vanuit een preventieve zorgwerking) nog geen beleid.

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 13

In sommige klassen wordt muzische vorming omwille van de grootte van de groep zinvol verweven in hoekenwerk.Enkele leraren slagen erin om hun dagelijkse praktijk 'te doorspekken met muzische elementen', waardoor ze duidelijk tegemoet komen aan het idee van 'de meer muzische school'. Dit draagt betekenisvol bij tot een aangenaam leerklimaat.

CurriculumOnderwijsorganisatie

OnderwijstijdKlasmanagement

De investering van onderwijstijd in muzische vorming is niet bepaald op schoolniveau en verschilt sterk. In de laagste graad geeft men wekelijks 4 uur muzische vorming, in de derde graad is dat nog slechts 2 uur (weliswaar te relativeren door de 'musicaklas'). Dit is het minimum dat het leerplan voorschrijft.Sommige leerlingengroepen kunnen aan het eind van de voormiddag genieten van een half uurtje muzische vorming, wat een aangename verpozing is.De school wil alle leerlingen betrekken bij de driejaarlijkse musical. Afhankelijk van hun rol en functie in de musical, is de nodige voorbereidingstijd voor leerlingen sterk verschillend en verschilt ook de ontwikkelingsgerichte uitdaging voor de leerlingen en de meerwaarde van de geïnvesteerde tijd. De school vond hiervoor nog geen goede regeling, waardoor niet alle onderwijstijd voor alle leerlingen effectief gebruikt wordt. Een gezamenlijke reflectie hierover dient zich aan.

Materieel beheerUitrusting

Leermiddelen

De school beschikt over voldoende leermiddelen voor muzische vorming. Die middelen (bijv. instrumenten) zijn niet in alle klassen aanwezig en zijn soms eigendom van de leraar. Er is ook geen inventaris of een beheerder ervan, om het gebruik ervan te optimaliseren.De leraren kunnen aan het einde van het schooljaar hun 'materiaallijst' indienen. In principe krijgen ze de gevraagde materialen. Sommige leraren stellen die lijst doelbewust op aan de hand van hun jaarplanning.

BegeleidingLeerbegeleiding

Zorg

Leraren houden rekening met persoonlijkheidskenmerken van leerlingen bij het geven van opdrachten of het stellen van eisen. In sommige klassen hebben leerlingen 'pasrecht', ze hoeven hun expressie niet aan anderen te tonen. Sommige leraren gebruiken drempelverlagende middelen om leerlingen toch tot expressie te laten komen. Op basis van bijvoorbeeld motorische kenmerken van leerlingen passen leraren ook hun opdrachten of (impliciete) beoordelingscriteria aan.

EvaluatieEvaluatiepraktijk

Evenwichtig / representatiefLeerlingvolgsysteem

De evaluatie verloopt weinig doelgericht. De leraren ontwerpen hun evaluatie niet onmiddellijk na het bepalen van hun lesdoelen en ze expliciteren hun doelen ook nauwelijks voor hun leerlingen. Dit draagt niet bij tot de consistentie tussen doelen en evaluatie.Sommige leraren integreren vormen van proces- en productevaluatie in hun praktijk. Ze doen hiervoor vooral een beroep op (tussentijdse) reflecties met hun leerlingen, waardoor de betrokkenheid van de leerlingen hoog is. Het ontbreekt leraren wel aan inzichten in alternatieve evaluatievormen, om bijvoorbeeld muzische facetten spelenderwijs te evalueren.Op lange termijn wordt de groei in muzische competenties niet bijgehouden in het leerlingvolgsysteem of een groeiportfolio. Dit is voorlopig nog een gemiste kans om het zelfconcept van leerlingen, als element van schoolloopbaanbegeleiding, te voeden met muzische aspecten.

14 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

EvaluatieRapporteringspraktijk

Evenwichtig / volledigInterne / externe communicatie

De rapportering van muzische vorming vormt nog een werkpunt voor de school. De school rapporteert over muzische vorming door middel van één score. Die vorm van rapportering is weinig betekenisvol. Die score is een mix van diverse en vaak impliciete doelstellingen uit verschillende domeinen van muzische vorming, motorische competenties, dynamisch-affectieve componenten en leef- en leerhoudingen. Het cijfer ontstaat door een ruwe inschatting door de leraar, los van de concrete evaluatiemomenten of betrokkenheid van leerlingen. Daardoor ontstaan een aantal problemen: de rapportering is inhoudelijk niet valide, weinig transparant als communicatiemiddel met ouders en niet functioneel voor de bewaking van de onderwijskwaliteit. Doordat dit cijfer eerder een persoonsgerichte waardering dan een gedragsgerichte evaluatie inhoudt, is de rapportering bovendien weinig ontwikkelingsgericht. De positieve commentaar die dikwijls naast de score wordt vermeld, komt de ontwikkelingsgerichtheid enigszins tegemoet.

ProfessionaliseringDeskundigheidsbevordering

NascholingenInterne expertise

De school implementeerde het leerplan van 1998 nog niet systematisch en ze organiseerde de laatste jaren ook geen nascholingen op teamniveau om de kwaliteit van haar muzische vorming te verbeteren. De leraren zijn dus op hun eigen ondernemingszin en zoektochten aangewezen om dit leergebied kwaliteitsvol in te vullen.De individuele nascholingen muzische vorming zijn ook beperkt. Functioneringsgesprekken leidden nog niet tot expliciet tot een investering in persoonlijke competentieverhoging.De school beschikt over weinig actuele didactische naslagwerken voor muzische vorming en heeft in haar mediatheek geen diversiteit van onderwijsleerpakketten ter beschikking.In de school zijn enkele leraren die overschotten aan talent hebben betreffende muzische vorming. Zij worden vooral ingezet bij klasoverschrijdende activiteiten, bijv. de schoolmusical. De school nam nog geen initiatieven om hun competenties over te dragen naar collega's.Niettegenstaande de lokale muziekacademie van het gemeenschapsonderwijs gebruik maakt van de lokalen van de basisschool, bestaat er ook geen samenwerkingsverband met deze academie om de kwaliteit van het domein 'muziek' te optimaliseren.

3.1.1.4 Kleuteronderwijs: wiskundige initiatie

VoldoetDe school kan aantonen dat ze de ontwikkelingsdoelen wiskundige initiatie voldoende nastreeft. Ze kan zich hiervoor beroepen op haar planningsdocumenten, praktijkvoorbeelden en genormeerde tests.

3.1.1.5 Kleuteronderwijs: muzische vorming

VoldoetOp basis van de planningsdocumenten en de praktijk kan de school aantonen dat ze de ontwikkelingsdoelen muzische vorming voldoende nastreeft.

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 15

3.1.1.6 Vaststellingen voor het kleuteronderwijs: muzische vorming en wiskundige initiatieCurriculum

OnderwijsaanbodReferentiekader

PlanningEvenwichtig en volledig

SamenhangBrede harmonische vorming

Actief leren

De school gebruikt de leerplannen als referentiekader voor de onderwijspraktijk. Leraren plannen hun praktijk vooral thematisch. Met uitzondering van een beperkt aantal kalendergebonden thema's, hanteert de school een grote flexibiliteit in de bepaling van de thema's. De leraren houden hierbij rekening met de actuele leefwereld van de kleuters, weliswaar zonder die 'inspraak' met de kleuters te organiseren.Per thema kiezen de leraren een gevarieerd aanbod aan activiteiten die hun kleuters boeien. Aan die activiteiten worden leerplandoelen gekoppeld. Ze selecteren leerplandoelen voor hun leeftijdsgroep en waken per thema over de spreiding van hun aanbod over de diverse leergebieden. De billijke verdeling van het aanbod over alle leergebieden en/of domeinen verloopt niet overal optimaal. Vooral Nederlands en muzische vorming komen veel aan bod, wiskundige initiatie en lichamelijke opvoeding minder. Er worden soms nauwelijks leerplandoelen voor wereldoriëntatie geselecteerd. Nochtans is dit momenteel een schoolprioriteit. Bij de selectie van leerplandoelen houdt men ook rekening met het aanbod uit vorige thema's, hoewel dit niet expliciet wordt bewaakt; ook niet voor de huidige prioriteit (wereldoriëntatie).De planning stuurt het onderwijs effectief aan, maar kan nog aan functionaliteit winnen. Naast de leerplandoelen, lijst men per thema de 'gezamenlijke activiteiten' op, weliswaar volgens andere criteria dan de leergebieden. Om het thema concreet te plannen, maken de leraren een weekrooster voor de 'gezamenlijke activiteiten' en de 'begeleide activiteiten', wat een uitbreiding van de vorige oplijsting inhoudt. In het weekrooster noteren ze per activiteit het dominante lesdoel, wat bijdraagt tot een doelgerichte begeleiding van de activiteiten.Voor weerkerende activiteiten en 'vaste' speelhoeken beschikt de school per activiteit of hoek over een lijst met geselecteerde leerplandoelen. Hierin is geen gradatie opgenomen per leeftijdsgroep, noch een variatie per thema.De combinatiegroep K2-3 differentieert per leeftijdsgroep duidelijk in het weekrooster. Vooral het aanbod voor de oudste kleuters van die groep wordt in overleg met de groepsleraar van K3 bepaald. De ambulante leraar die voor 1 dag de titularis vervangt, sluit haar planning aan op die van de klas.Naast de streefwoordenschat per thema, beschikt de school over een vaste begrippenlijst, waarvan de integratie in de diverse leergebieden en het aanbod per leeftijdsgroep bepaald zijn. De leraren bepalen en bewaken hun aanbod van begrippen per thema. Dit is een voorbeeld van goede praktijk.Zowel voor wiskundige initiatie als muzische vorming worden de activiteiten duidelijk in het thema geïntegreerd.Voor wiskundige initiatie komen alle domeinen geregeld aan bod, ofwel expliciet als doelgerichte activiteit, ofwel impliciet en geïntegreerd in andere activiteiten. Bij de oudste kleuters is het aanbod enigszins afgestemd op de genormeerde test die de kleuters afleggen. Onder meer daardoor gaat het aanbod verder dan wat het leerplan voorschrijft. De school controleerde nog niet in welke mate de betrokken test bij het leerplan aansluit. Er dreigt een gevaar voor onderwijs dat de 'zone van de naaste ontwikkeling' voorbijgaat en daardoor minder tijd voorziet voor de verwerving van basisinzichten en -vaardigheden.Voor muzische vorming trekt de kleuterafdeling veel tijd uit. Beeldende vorming wordt in principe als expliciete activiteit aangeboden. De kinderen krijgen voldoende ruimte om te exploreren en te experimenteren met diverse materialen. Nochtans wordt ook dikwijls productgericht gewerkt, waarbij het toepassen van een techniek centraal staat. Muziek, beweging en drama worden

16 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

als expliciete activiteiten aangeboden, maar worden ook vaak geïntegreerd in de dagelijkse werking. Die sterke integratie van muzische elementen in sommige klassen, draagt bij tot een opvallend aangename en rustige leer- en leefomgeving voor de kleuters.Het reguliere aanbod van muzische vorming wordt aangevuld door enkele klasoverschrijdende activiteiten, waarop 'toonmomenten' extra in de verf worden gezet.

CurriculumOnderwijsorganisatie

OnderwijstijdKlasmanagement

De totale onderwijstijd in de kleuterafdeling op de hoofdschool voldoet niet aan de decretale verplichting (Decreet Basisonderwijs van 25 februari 1997, art. 48 §1) Kleuters gaan er op de volle schooldagen de laatste 40 minuten van de voormiddag onder begeleiding eten. Sommige kleuters die naar huis gaan, worden dan ook afgehaald. Daardoor is de totale onderwijstijd wekelijks 160 minuten te kort.De leraren gebruiken de resterende onderwijstijd efficiënt en effectief. De activiteiten zijn degelijk voorbereid, de materialen liggen klaar en de 'huishoudelijke momenten' (m.u.v. het middagmaal) worden efficiënt georganiseerd.De leraren hanteren een opvallend stimulerende begeleidingsstijl. Het taalgebruik van de leraren is correct Standaardnederlands, verzorgd en aangepast aan de kleuters. De leraren hechten veel belang aan de motivatie en betrokkenheid van de kleuters, stellen kleuters voor problemen en sturen hun omgangsvormen en denkwijzen via dialoog bij.De klassen vormen een rijke en stimulerende leeromgeving. De aankleding van de klas in het actuele thema is duidelijk aanwezig, zij het vanuit een verschillend perspectief: soms valt de input van de kleuters sterk op, maar in andere klassen is het 'schoolse' sterk aanwezig.In alle klassen is de inrichting van speelhoeken gericht op een brede vorming. De meeste hoeken worden aangepast met materialen en taken uit het thema, wat bijdraagt tot een speelse beleving en actieve verwerking van aangebrachte inhouden en taalschat.Sommige leraren besteden nog relatief veel tijd aan 'klassikale activiteiten'. De leraren worden momenteel begeleid door de pedagogische begeleidingsdienst om over te schakelen naar het werken met begeleide kleine groepen. De betrokken leraren implementeren die vaardigheid vlot.Het kalendergebruik en de klasorganisatie bevatten de nodige elementen van wiskundige initiatie.

Materieel beheerInfrastructuur

De infrastructuur waarin de kleuterafdeling huist, is niet altijd uitnodigend (kapotte plafonds en vloerbekleding, geurhinder van toiletten, ...). Niettegenstaande de school over bouwplannen beschikt om op termijn hieraan tegemoet te komen, blijven de nodige onderhoudswerken soms te lang uit, zelfs nadat de preventieadviseur in zijn verslagen hierover melding maakt. Dit komt onder meer door een gebrekkige administratie, coördinatie of opvolging van de werken en/of de weinig efficiënte en effectieve taakbepaling van technisch personeel.De school beschikt in beide vestigingsplaatsen over voldoende bewegingsruimte voor kleuters, wat extra mogelijkheden biedt voor bewegingsmomenten.Ondanks de infrastructuurproblemen, hebben de meeste klaslokalen een ordelijke en frisse 'aanblik'. Ze ondersteunen het ontwikkelingsproces van de kleuters en dragen bij tot een aangename leefomgeving.

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 17

Materieel beheerUitrusting

OntwikkelingsmaterialenLeermiddelen

De nodige ontwikkelingsmaterialen en leermiddelen zijn meestal op school aanwezig, maar op de hoofdschool is de beschikbaarheid voor verbetering vatbaar. De leraren kunnen via een jaarlijkse bestellijst ontwikkelingsmaterialen en leermiddelen bestellen. De vindplaats, het beheer en beschikbaarheid van die materialen is niet geregeld en soms weinig effectief omdat ze niet in de kleuterafdeling aanwezig zijn (bijv. materiaal om initiatie in 'meten' en 'metend rekenen' te geven). In sommige klassen zijn boekjes die wiskundige initiatie ondersteunen.De school beschikt over voldoende materialen voor muzische vorming en over een aantal materialenkoffers. Een deel van het materiaal is eigendom van de leraren.

EvaluatieEvaluatiepraktijk

Evenwichtig / representatiefKindvolgsysteem

Gericht op bijsturing

De leraren volgen de ontwikkeling van hun kleuters systematisch op. Op korte termijn observeren ze geregeld de vorderingen van kleuters op basis van activiteiten en/of doelen. Sommige leraren vullen de klassikale instrumenten aan met persoonlijke notities over kinderen.Aan de hand van deze observaties sturen de leraren hun onderwijs of begeleiding op korte termijn bij (zie 'leerbegeleiding').Op lange termijn volgen de leraren hun kleuters op door het zelf aangemaakte kindvolgsysteem enkele keren per jaar aan te vullen. Dit systeem is gericht op de harmonische ontwikkeling van de kleuters. De relatie tussen vooropgestelde doelen in de planningsdocumenten, in de observatielijsten en het kindvolgsysteem is niet altijd transparant en vanuit verschillende perspectieven opgemaakt.

BegeleidingLeerbegeleiding

BeeldvormingZorg

De beeldvorming ontstaat vooral door de evaluatie van de kleuters op korte en lange termijn. Die beeldvorming over alle kleuters, wordt aangevuld met persoonlijke notities wanneer zich problemen (kunnen) stellen.Tijdens het geregeld zorgoverleg worden de evaluatiegegevens besproken met de betrokken collega's en de zorgcoördinator. Kinderen waarover men zich zorgen maakt, worden ook met de zorgcoördinator, een CLB-medewerker en, indien relevant, met andere betrokkenen op een multidisciplinair overleg (MDO) besproken.Observatiegegevens die men op korte termijn verzamelt leiden tot de nodige bijsturing: het kan gaan om begeleiding in een groepje, het herhalen van inhouden, het gunnen van extra tijd of het aanbieden van extra oefenkansen. Die differentiatiemaatregelen worden niet in de planningsdocumenten geëxpliciteerd.De leraren helpen kinderen met specifieke behoeften. Ofwel voeren ze de maatregelen uit die op een MDO worden afgesproken en vastgelegd in een handelingsplan. Soms nemen ze zelf initiatieven op basis van eigen expertise.In de kleuterafdeling is geen 'zorgleraar' actief om de hulp op kindniveau uit te voeren. De meest talrijk bevolkte groep wordt wel enkele uren door een extra leerkracht ondersteund.In de tweede vestigingsplaats splitst men op dinsdagmorgen de groep op. De oudste kleuters krijgen dan vooral activiteiten voor wiskundige initiatie en taalvaardigheid. Kleuters met motorische problemen worden dan extra ondersteund. De jongsten genieten dan vooral van explorerende en experimenterende opdrachten.

18 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

Kwaliteitszorg De school heeft aandacht voor kwaliteitszorg. Ze neemt een aantal genormeerde tests af voor sommige aspecten van Nederlands en wiskundige initiatie. De resultaten ervan worden vooral vanuit zorgperspectief opgevolgd.De leraren evalueren ook zelf hun eigen onderwijs. Ze reflecteren daarvoor (zij het in verschillende mate) over hun activiteiten in hun planningsdocumenten.

ProfessionaliseringDeskundigheidsbevordering

Nascholingen

Onderwijsvernieuwingen worden in de kleuterafdeling fragmentair ingevoerd. Enerzijds heeft de school als prioriteit 'de implementatie van het leerplan wereldoriëntatie'. In dit beleid worden weinig concrete doelen of acties geformuleerd op het niveau van de kleuterafdeling, waardoor het weinig effect heeft op de kleuterafdeling. Los daarvan ontwikkelt het kleuteronderwijs zich anderzijds door de inschakeling van de pedagogische begeleiding. De pedagogische begeleider werkt zowel vraaggestuurd als aanbodgericht. Dit heeft als gevolg dat diverse items van verschillende beleidsdomeinen aan bod komen (planning, klasinrichting, hoekenwerking, observaties,...). Die begeleidingsinitiatieven worden niet aangestuurd door een langetermijnplanning, noch ondersteund door studiedagen, maar ze worden wel gewaardeerd en dankbaar geïmplementeerd.Voor wiskundige initiatie en muzische vorming organiseerde de school de laatste jaren geen teamgerichte nascholingen en weinig leraren volgden hieromtrent een individuele vorming.De leraren kunnen geen beroep doen op een schoolextern platform, bijv. in de scholengroep, om ervaringen of documenten uit te wisselen.

3.1.2 Voldoet de school aan de overige erkenningsvoorwaarden?

Het onderzoek naar het voldoen aan de geselecteerde erkenningsvoorwaarden levert het volgende op.Onderzochte erkenningsvoorwaarde ja, neen

Leeft de school de bepalingen na over de taalregeling in het onderwijs? (decreet bao - art. 62,6°) jaNeemt de school de reglementering inzake vakantieperioden en de aanwending van de onderwijstijd, zoals bedoeld in artikel 50 in acht? (decreet bao - art. 62,8°) ja

Heeft de school een beleidscontract of beleidsplan met een centrum voor leerlingenbegeleiding waarin de vereiste bepalingen zijn opgenomen? (decreet bao - art. 62,10°) ja

Wordt de officiële school begeleid door de begeleidingsdienst van het GO!, OVSG of POV? (decreet bao - art. 62,§2,4°) ja

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 19

3.2 Respecteert de school de overige reglementering?

Het onderzoek naar het voldoen aan de geselecteerde reglementering levert het volgende op.Onderzochte regelgeving ja, neen

Is er een schoolreglement waarin de verplichte bepalingen correct zijn opgenomen? (decreet bao - art. 37) ja

• geldelijke en niet-geldelijke ondersteuning die niet afkomstig is van de Vlaamse gemeenschap en de rechtspersonen die ervan afhangen ja

• de bijdrageregeling ja• de engagementsverklaring tussen de school en de ouders waarin wederzijdse afspraken worden opgenomen over het oudercontact, voldoende aanwezigheid, vormen van individuele leerlingenbegeleiding en het positieve engagement ten aanzien van de onderwijstaal

ja

• de afspraken in verband met het rookverbod ja• het orde- en tuchtreglement van de leerlingen met inbegrip van de beroepsmogelijkheden ja• de procedures volgens welke getuigschriften worden toegekend ja• de procedure volgens welke beroep kan worden ingediend tegen een beslissing van de klassenraad met betrekking tot het getuigschrift ja

• bepalingen in verband met het recht op onderwijs aan huis ja• richtlijnen inzake afwezigheden en te laat komen ja• afspraken in verband met huiswerk, agenda’s en rapporten jaIs het schoolreglement conform het inschrijvingsrecht? (decreet bao - art. 37) jaIs er een schoolwerkplan waarin de verplichte bepalingen correct zijn opgenomen? (decreet bao - art. 47) ja

• de omschrijving van het pedagogisch project zijnde het geheel van fundamentele uitgangspunten dat het schoolbestuur voor de school vastlegt ja

• de organisatie van de school en voornamelijk de indeling in leerlingengroepen ja• de wijze waarop de school het leerproces van de leerlingen beoordeelt en daarover rapporteert ja

• de voorzieningen in het gewoon onderwijs voor leerlingen met een handicap of die leerbedreigd zijn, inclusief de werkvormen met andere scholen van gewoon/buitengewoon onderwijs

ja

• de wijze waarop de school via haar zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid werkt aan de optimale leer- en ontwikkelingskansen van al haar leerlingen ja

Bezorgt de school de verplichte informatie aan de ouders correct bij de eerste inschrijving? (decreet bao - art. 28) ja

Zorgt de school voor een correcte invulling van het zorgbeleid? (decreet bao - art. 153 septies, enkel van toepassing binnen een scholengemeenschap) ja

Respecteert de school de voorgeschreven procedure die leidt tot het afleveren van een getuigschrift? (decreet bao - art. 53-57 en BVR van 24-11-1998) ja

Bewaart de school de bepaalde lijsten, notulen en dossiers met betrekking tot het getuigschrift? (decreet bao - art. 53-57 en BVR van 24-11-1998) ja

Verloopt het afleveren van attesten aan leerlingen die geen getuigschriften krijgen, correct? (decreet bao - art. 53-57 en BVR van 24-11-1998) ja

Respecteert de school het recht op 28 lestijden per week? (decreet bao - art. 28) neen

20 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

4 BEWAAKT DE SCHOOL DE EIGEN KWALITEIT?

Het onderzoek naar de kwaliteit en de kwaliteitsbewaking van de geselecteerde procesindicatoren of procesvariabelen levert het volgende op.

4.1 Welzijn

De resultaten van de controle van de erkenningsvoorwaarden betreffende bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne, vindt u terug in een afzonderlijk verslag.

4.2 Curriculum

4.2.1 Onderwijsorganisatie

De vaststellingen wijzen op redelijke tot sterke aandacht voor doelgerichtheid, ondersteuning.

Motivering

De doelstellingen die aan de basis liggen van de schoolorganisatie zijn soms formeel bepaald. Dit is het geval voor de vorming van leerlingengroepen. De school vormt haar leerlingengroepen volgens een jaarklassensysteem. Wanneer ze parallelklassen organiseert, streeft ze naar heterogeniteit binnen de groepen op basis van een aantal goed afgewogen indicatoren. Afwijkingen op het jaarklassensysteem worden in het schoolwerkplan bepaald op basis van leerlingenaantallen.Andere criteria die de schoolorganisatie aansturen worden eerder impliciet gebruikt. Dit is zo voor het overhevelen van lestijden, de organisatie van de middagpauze, het toekennen van verloven aan leraren en de investering van restlestijden en aanvullende lestijden.De vorming van de leerlingengroepen is er vooral op gericht om kleine groepen te vormen. In de kleuterafdeling lukt dit niet over de hele lijn. Dit brengt met zich mee dat in de kleuterafdeling op de hoofdschool een combinatiegroep gevormd wordt. De samenstelling van die groep werd vanuit zorgperspectief overwogen en de betrokken ouders werden hiervan op de hoogte gebracht. Eveneens worden de eerste twee leerjaren in de lagere afdeling gesplitst. In de kleuterafdeling op de vestigingsplaats zitten alle kleuters, met uitzondering van een voormiddag, samen. Nochtans zijn er 7 restlestijden van het kleuterpakket die naar het lager onderwijs worden overgeheveld.Omdat de school tijdens de middagpauze alle leerlingen van de refter gebruik wil laten maken om te eten, gaan de leerlingen in 3 beurten eten. Zoals de school nu georganiseerd is, kan dit niet tijdens de middagpauze. Daarom gaan kleuters elke volledige schooldag tijdens het laatste lesuur van de voormiddag onder begeleiding van de leraren eten. Dit is strijdig met de regelgeving op de organisatie van de schooltijd (Decreet Basisonderwijs van 25 februari 1997, artikel 48 § 2), omdat de kleuters geen 28 lestijden meer krijgen.De school wordt geconfronteerd met veel aanvragen voor verloven voor verminderde prestaties en wil in principe, omwille van het welbevinden van de leraren, op al die aanvragen ingaan. Omdat sommige leraren ook de dag aangeven dat ze willen thuis zijn, en ook daar indien mogelijk wordt op ingegaan, wordt de schoolorganisatie ingewikkelder en zijn er verschillende klassen waar de groepsleraar een (of meer) dag(en) vervangen wordt.De investering van restlestijden (minder dan een voltijds ambt) en aanvullende lestijden (hier worden enkel de SES-lestijden bedoeld; dit zijn extra lestijden voor leerlingen met een lage socio-economische status) worden op basis van diverse criteria uiteindelijk verdeeld en aan een personeelslid toegewezen. Over de criteria die hiervoor worden gebruikt, wordt weinig transparant gecommuniceerd en de toewijzing van sommige opdrachten gebeurt soms erg laattijdig.

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 21

Opvallend is dat de school haar 33 SES-lestijden allemaal inzet om groepen op te splitsen, terwijl blijkt dat er een beduidend aantal leerlingen gebruik maakt van schoolexterne zorgverstrekking. Door deze eenzijdige investering worden bovendien de mogelijkheden van een effectief SES-beleid beperkt.Met uitzondering van de communicatie over de toewijzing van sommige opdrachten, blijken alle participanten over de genomen maatregelen tevreden. Nochtans zijn sommige maatregelen niet aanvaardbaar (te weinig lestijden in het kleuteronderwijs), niet bevorderlijk voor de kwaliteit van het onderwijs (personeelswissels in kleuterklassen) of weinig efficiënt (een eenzijdige investering van SES-uren en een drastische inperking van de middelen voor de verderzetting van het af te werken GOK-beleid).

Inbreuk(en) op de regelgeving

In de kleuterafdeling voldoet de school niet aan alle erkenningsvoorwaarden, in het bijzonder aan de organisatie van de schooltijd (Decreet Basisonderwijs van 25 februari 1997, artikel 48 § 1).

4.3 Begeleiding

4.3.1 Leerbegeleiding

De vaststellingen wijzen op redelijke tot sterke aandacht voor doelgerichtheid, ondersteuning, doeltreffendheid.

Motivering

De school heeft zicht op de aard van haar leerlingenpopulatie en de problemen die sommige leerlingen hebben. Hiervoor doet ze in eerste instantie een beroep op observatiegegevens, het kind- en leerlingvolgsysteem, testresultaten, rapportgegevens, ervaringen van leraren en gesprekken met ouders of andere betrokkenen. Voor leerlingen met speciale noden kan ze op de medewerking van het CLB rekenen. Het leerlingvolgsysteem richt zich op Nederlands en wiskunde, maar heeft ook aandacht voor het welbevinden, de betrokkenheid en de socio-emotionele ontwikkeling van leerlingen. Het peilt niet systematisch naar kwaliteiten, talenten of interesses van leerlingen.De school beschikt over een zorgvisie die bij de meeste teamleden bekend is. Doel van de zorgwerking is vooral: "kort op de bal spelen", met name snel en doelgericht leerlingen ondersteunen, zodat ze zolang mogelijk bij de klas kunnen aansluiten. Voor het SES-beleid stelt de school geen nieuwe doelen. De school wil ook bijzondere aandacht schenken aan kansarmoede.Om het hoofddoel van de zorgwerking te realiseren organiseert de school haar onderwijs in eerste instantie in zo klein mogelijke groepen. Om het pedagogisch comfort van leraren en leerlingen te verhogen, wordt ook de zorgleraar van de lagere afdeling in grote groepen geregeld ingezet om de klas op te splitsen.Op het vlak van remediëring hanteren de leraren diverse vormen van binnenklasdifferentiatie. Ze gebruiken hiervoor de mogelijkheden van de wiskundemethode, organiseren verlengde instructie, begeleiden leerlingen bij oefeningen, individualiseren contractwerk, differentiëren in hoekenwerk, organiseren remediëringslessen, enz. Sommigen rekenen voor hun differentiatie systematisch op een zorgleraar. In de lagere afdeling betekent dit dat kleine leerlingengroepjes meestal klasextern worden geholpen. Deze vaste organisatievorm draagt niet bij tot het systematiseren van differentiatie in die groepen, wanneer de zorgleraar er niet is.Indien nodig na overleg met de zorgcoördinator, slagen leraren erin om maatregelen toe te passen bij leerlingen die een specifieke hulpverlening nodig hebben. Het kan gaan om het weglaten van leerstofgehelen, het gebruik van hulpmiddelen, het vooraf meegeven van taken, of andere individuele maatregelen. De school investeert een beperkt aantal zorguren in leerlingen die behoefte hebben aan individuele ondersteuning doordat ze het tempo en/of het niveau van de klasgroep niet kunnen volgen. Hun hulpverlening wordt aangestuurd door een concreet handelingsplan.Een beduidend aantal leerlingen wordt geholpen door schoolexterne zorgverstrekkers. Leerlingen met een attest voor buitengewoon onderwijs krijgen assistentie van een leraar voor geïntegreerd onderwijs (GON). Anderen doen een beroep op paramedici in revalidatiecentra of zelfstandige logopedisten.Om tegemoet te komen aan kansarme kinderen, voert de school een specifiek huiswerkbeleid en kunnen

22 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

die leerlingen onder de middag of naschools de schoolcomputers gebruiken.In het kader van haar SES-beleid peilt de school via sociogrammen naar de relaties tussen leerlingen binnen de klasgroep en gebruikt de 1ste en 2de graad van de lagere school een specifieke methode om sociale vaardigheden te ontwikkelen. Sommige leerlingen hebben hun 'gedragskaart' om hun gedrag op de speelplaats bij te sturen.De school gaat van de meeste maatregelen na of ze doeltreffend zijn. Of de opsplitsing van grote leeftijdsgroepen in kleine klassen tot betere prestaties leidt dan in niet opgesplitste leeftijdsgroepen, ging de school nog niet na. Effecten van al dan niet ondersteunde klasinterne differentiatie worden op leerlingenniveau geëvalueerd. Dit geldt ook voor de verschillende soorten hulpverlening aan individuele leerlingen.De zorgcoördinator deelt haar expertise met de collega's en voert op die manier haar opdracht op lerarenniveau uit. Teamgericht werden de laatste jaren geen nascholingen georganiseerd met betrekking tot leerbegeleiding.De resultaten op genormeerde testen worden vooral vanuit zorgperspectief geanalyseerd. Zij sturen vooral de klasinterne remediëring en/of individuele hulpverlening aan.De school onderzocht nog niet of een haalbare, meer gesystematiseerde binnenklasdifferentiatie, meer leereffect kan scoren dan de veelheid aan (overigens waardevolle) initiatieven.De evaluatie van individuele hulpverlening leidt tot bijsturing van de sticordimaatregelen en/of de handelingsplannen.

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 23

5 ALGEMEEN BELEID VAN DE SCHOOL

Het onderzoek naar het algemeen beleid van de school levert volgende vaststellingen op.

De school kwam er nog niet toe om alle leergebieden en de leergebiedoverschrijdende eindtermen systematisch en teamgericht te implementeren. Voor de kleuterafdeling verloopt deze implementatie weinig systematisch, met uitzondering van taalvaardigheid. Leerplanimplementatie in de lagere afdeling wordt vooral aangestuurd door het gebruik van actuele onderwijsleerpakketten.Het nascholingsplan van 2012-2013 is erg beperkt; het bevat weinig individuele nascholingen.De school volgde een uitgestippeld traject voor de invulling van de GOK-thema's taalvaardigheid en socio-emotionele ontwikkeling. Ze maakte een duidelijke beginsituatieanalyse, stelde evalueerbare doelen en voerde een zelfevaluatie uit. Daarop volgden bijsturingen die verder uitgewerkt en beperkt worden opgevolgd in het SES-beleid en het talenbeleid.De ontwikkeling van de school verloopt gefragmenteerd. Enerzijds worden prioriteiten bepaald door de directeur, in overleg met het team. Die prioriteiten worden niet afgeleid van een expliciet beleidsplan dat een koers op lange termijn uitzet. Ze worden ook niet geconcretiseerd in haalbare en doelgerichte implementatieplannen die democratisch opgesteld worden en waarin studiedagen een specifieke functie hebben. De implementatie van de huidige prioriteit 'wereldoriëntatie' verloopt verschillend per afdeling: in het lager onderwijs schakelde het team op aangeven van een leraar vlot over naar een commercieel onderwijsleerpakket, terwijl dit beleid in het kleuteronderwijs weinig effect scoort bij gebrek aan geformuleerde doelen en opdrachten. Anderzijds ontwikkelt de school zich door teamleden voldoende beleidsruimte te geven en van hun 'flow' (interne kracht) gebruik te maken. Voorbeelden zijn de versterking van muzische vorming, de deelname aan het MOS-project en de verkenning van nieuwe werkvormen in de kleuterafdeling.De school laat zich in haar ontwikkeling bijstaan door de netgebonden pedagogische begeleiding. Vooral in de kleuterafdeling werkt die intens met de school samen. Die samenwerking verloopt zowel vraaggestuurd als aanbodgericht, wat met zich meebrengt dat de school een diversiteit aan (deel)aspecten uit verschillende onderwijskundige domeinen tegelijk behandelt. Dit draagt zeker bij tot de kwaliteitsverhoging van het onderwijs, maar vergemakkelijkt de beleidsvoering en beheersbaarheid op termijn niet.De scholengemeenschap basisonderwijs (die deel uitmaakt van de scholengroep) wordt te weinig benut. De school doet weinig beroep op de scholengemeenschap om prioriteiten te ontwikkelen, pedagogische of onderwijskundige thema's samen aan te pakken, te leren van elkaars sterke punten, platformen voor leraren en coördinatoren te organiseren of gezamenlijke nascholingen in te richten. Nochtans investeert het schoolbestuur in een voltijdse coördinerende directeur.Vooral het functioneren van tijdelijke leraren wordt opgevolgd door middel van klasbezoeken en functioneringsgesprekken. Deze coaching is beperkt voor vastbenoemde personeelsleden en leidde nog niet tot de bijsturing van het nascholingsplan.De communicatiestijl van de directeur wordt verschillend gewaardeerd. Informele contacten verlopen soms moeilijk. Formele communicatiemiddelen, zoals dienstnota's en bewerkte verslagen van personeelsvergaderingen, stralen soms weinig vertrouwen of waardering uit en nodigen niet altijd uit om 'samen school te maken'.De directeur is beperkt betrokken bij het kleuteronderwijs en zelden aanwezig op de vestigingsplaats. Dagelijkse problemen worden soms weinig efficiënt aangepakt en de afwezigheid van de schoolleiding op ontmoetingsmomenten met derden is niet bevorderlijk voor de relatie met de eigen personeelsleden en de lokale omgeving

De school beschikt over een pedagogisch project dat aansluit bij de visie van haar koepel en bij een eerste inschrijving bekend gemaakt wordt aan de ouders. Dit project is voor sommige aspecten van schoolontwikkeling de basis voor pedagogische en onderwijskundige keuzes, in het bijzonder voor het zorgbeleid dat de school voert. De school beschikt over een duidelijke en breed gedragen visie voor haar zorgbeleid.

24 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

Wanneer er in de lagere afdeling een nieuw onderwijsleerpakket in gebruik genomen wordt, wordt het eigen project niet vergeleken met de visieteksten in het betrokken leerplan, noch vertaald in een aantal criteria om de keuze van een nieuwe methode vooraf te gaan.De school volgde een uitgestippeld traject voor de invulling van de GOK-thema’s taalvaardigheid en socio-emotionele ontwikkeling. Ze maakte een duidelijke BSA, stelde evalueerbare doelen voorop en voerde een zelfevaluatie uit. Daarop volgden bijsturingen die verder uitgewerkt en opgevolgd worden in het SES-beleid.Vanuit de GOK-werking stelde de school een visie op talenbeleid op. Hierbij tracht ze rekening te houden met de toenemende taalheterogeniteit van de kinderen.

De schoolleiding en de -organisatie worden vooral door de directeur opgenomen. De besluitvorming verschilt naargelang het beleidsdomein waarop ze betrekking heeft. De schoolorganisatie wordt vooral door de directeur bepaald. Hij organiseert hiervoor een informele informatieronde en houdt, waar mogelijk, rekening met de wensen van de personeelsleden. De communicatie van sommige beslissingen hieromtrent en de opdrachten die hieraan verbonden zijn, gebeurt soms wel erg laattijdig.Op de personeelsvergaderingen worden organisatorische en onderwijskundige beslissingen meestal bij meerderheid of in consensus genomen. Er is beperkte ruimte voor de inbreng van variapunten.Werkgroepen krijgen voldoende beleidsruimte en verantwoordelijkheid om met betrekking tot hun gedelegeerde opdracht zelf besluiten te nemen. Ook individuele leraren krijgen de nodige vrijheid om in hun eigen praktijk keuzes te maken.Het oudercomité doet dankbaar werk om de school in praktische zin te ondersteunen. Beleidsmatig wordt deze groep weinig bij de school betrokken.

De school is weinig gericht op het meten van haar finale output. De school nam in het verleden deel aan genormeerde eindproeven. Sinds enkele jaren is dit niet meer het geval, maar momenteel spreekt men de intentie uit om die goede traditie weer op te nemen.De outcomes (gegevens van oud-leerlingen) worden verzameld maar niet actief opgevraagd. De school beschikt dus over beperkte gegevens. Die gegevens worden niet systematisch vergeleken met de resultaten op de eigen proeven of genormeerde tests, noch worden ze gecommuniceerd met het lerarenkorps. Een meer actief beleid hieromtrent wordt nu (vanuit de zorgwerking) gepland.De testresultaten die in het kader van het kind- en leerlingvolgsysteem worden afgenomen, worden wel geanalyseerd en leiden tot een bijsturing van het onderwijs op leerlingen- en/of groepsniveau. Op schoolniveau zijn ze nog geen middel om de onderwijskwaliteit te verbeteren.Leraren volgen de vorderingen en/of prestaties van hun leerlingen op en gebruiken die om hun praktijk bij te sturen. Sommigen koppelen die bewaking aan het leerplan.Vanuit de zorgwerking bewaakt de school de schoolloopbaan van de leerlingen om begeleidingsmaatregelen te bepalen. Ze streeft ernaar om zoveel mogelijk leerlingen te laten doorstromen.Op initiatief van het schoolbestuur nam de school recent deel aan 'de Schoolspiegel', een tevredenheidsonderzoek bij haar leraren, ouders en leerlingen. De school beschikt over het rapport van dit onderzoek, maar besprak dit nog niet met het voltallige team. In het rapport worden aanbevelingen voor het beleid geformuleerd, maar die werden nog niet in een concreet actieplan omgezet. Los van dit onderzoek hield de school onlangs een eigen en beperkte sterkte-zwakte analyse naar aanleiding van een recent probleem.

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 25

6 STERKTES EN ZWAKTES VAN DE SCHOOL

6.1 Wat doet de school goed?

Wat betreft de erkenningsvoorwaarden De school kan aantonen dat ze de ontwikkelingsdoelen voor wiskundige initiatie in het kleuteronderwijs

nastreeft. De school kan aantonen dat ze de ontwikkelingsdoelen voor muzische vorming in het kleuteronderwijs

nastreeft. In de kleuterafdeling slagen leraren erin om een rijke omgeving te creëren en een stimulerende

begeleidingsstijl te hanteren. De school kan aantonen dat ze inspanningen levert de eindtermen wiskunde in de lagere afdeling te

halen. De school kan aantonen dat ze inspanningen levert om de eindtermen muzische vorming in de lagere

afdeling te halen. Leraren nemen waardevolle initiatieven om ICT in hun praktijk te integreren. Het schoolteam heeft voldoende kracht, inzet en ontwikkelingsgerichtheid om de kwaliteit van het

onderwijs op peil te houden en te verbeteren. De school participeerde aan het kwaliteitsvol tevredenheidsonderzoek van het schoolbestuur.

Wat betreft de kwaliteit/kwaliteitsbewaking van de processen Het zorgbeleid wordt consequent en nauwkeurig uitgevoerd. De meeste evaluatiegegevens van leraren en de testen die deel uitmaken van het kind- en

leerlingvolgsysteem worden zinvol gebruikt om op leerlingen- en groepsniveau de onderwijskwaliteit te optimaliseren.

De school werkt haar GOK-beleid planmatig verder af.

Wat betreft het algemeen beleid De school wordt georganiseerd volgens de criteria in het schoolwerkplan.

6.2 Wat kan de school verbeteren?

Wat betreft de erkenningsvoorwaarden In de kleuterafdeling kan de school zorgen voor een billijke verdeling van het expliciet onderwijsaanbod

over alle leergebieden. In de kleuterafdeling kan de school de plannings-, observatie- en opvolgingsdocumenten beter op elkaar

afstemmen. In de lagere afdeling kan de school de kwaliteit van haar wiskundeonderwijs bewaken (aan de hand van

genormeerde proeven) en op basis daarvan bijsturen waar nodig. In de lagere afdeling kan de school het wiskundeonderwijs optimaliseren door uniforme

referentiematen, geheugensteunen, algoritmen en heuristieken te gebruiken die met de leerlingen worden opgebouwd.

In de lagere afdeling kan de school muzische vorming systematisch implementeren door de visie, het aanbod, de didactiek en de evaluatie op haar leerplan af te stemmen.

Wat betreft de kwaliteit/kwaliteitsbewaking van de processen De school kan haar evaluatie effectiever ontwerpen. De school kan haar ontwikkeling ondersteunen en stimuleren door een actiever nascholingsbeleid te

voeren vanuit verschillende perspectieven. De school kan reflecteren over de inzet van haar SES-lestijden en nagaan in hoeverre ze hiermee een

antwoord biedt op de noden van de leerlingen die deze lestijden genereren.

26 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

Wat betreft het algemeen beleid De school kan de leerplanimplementatie en de implementatie van de leergebiedoverstijgende

eindtermen meer systematisch aanpakken. Een meer waarderende en stimulerende communicatiestijl kan bijdragen tot een positieve schoolcultuur

waarin wederzijds vertrouwen kan groeien. De schoolleiding kan meer betrokken zijn bij de kleuterafdeling en de vestigingsplaats. De school kan haar kwaliteitszorg optimaliseren door haar outputmeting te verbreden en de gegevens in

te zetten om de onderwijskwaliteit en het schoolbeleid te verbeteren. De school kan haar technische dienst efficiënter inzetten zodat problemen sneller opgelost raken.

6.3 Wat moet de school verbeteren?

Wat betreft de regelgeving De school moet de leergebiedoverschrijdende eindtermen ICT volgens een eigen samenhangende

planning nastreven. In de kleuterafdeling moet de school 28 lestijden per week aan onderwijskundige en opvoedkundige

activiteiten besteden.

3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013) 27

7 ADVIES EN REGELING VOOR HET VERVOLG

7.1 Onderwijsdoelstellingen: advies en regeling voor het vervolg

In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor de erkenningsvoorwaarde ‘voldoen aan de onderwijsdoelstellingen’:

GUNSTIG

voor het kleuteronderwijs en het lager onderwijs.

7.2 Overige erkenningsvoorwaarden: advies en regeling voor het vervolg

In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor de overige erkenningsvoorwaarden:

GUNSTIG

7.3 Overige reglementering: regeling voor het vervolg

Het inspectieteam stelde volgende inbreuk(en) vast:De school respecteert het gebruik van de onderwijstijd niet in de kleuterafdeling op de hoofdschool (Decreet Basisonderwijs van 25 februari 1997, artikel 48).De school beschikt niet over een eigen planning (Decreet Basisonderwijs, 25 februari 1997, art. 44 § 2 2°) om de leergebiedoverschrijdende eindtermen ICT na te streven.

Om deze inbreuk(en) op te volgen voert de onderwijsinspectie vanaf 27-11-2015 opnieuw een controle uit.

28 3228 - GO! basisschool Mijlpaal Drongen te DRONGEN (Schooljaar 2012-2013)

7.4 Leergebiedoverschrijdende eindtermen: regeling voor het vervolg

Na deliberatie besliste het inspectieteam dat de tekorten voor het nastreven van de leergebiedoverschrijdende eindtermen voor ICT van zulke aard zijn dat verdere opvolging noodzakelijk is.

Om deze tekorten op te volgen voert de onderwijsinspectie vanaf 27-11-2015 opnieuw een controle uit.

Als de onderwijsinspectie tijdens de tweede controle oordeelt dat de leergebiedoverstijgende eindtermen niet nagestreefd worden, kan dit leiden tot een advies aan de Vlaamse Regering om de financiering of subsidiëring van de school geheel of gedeeltelijk in te houden (conform art. 71 van het decreet basisonderwijs van 25-02-1997).

Namens het inspectieteam Voor kennisname

Bart De Biede inspecteur-verslaggever

Naam: het bestuur of zijn gemandateerde

Datum van verzending aan de directie en het bestuur van de instelling