rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats soest evaluatie... · rapportage evaluatie...

18
Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest Juni 2013 OOG onderwijs en jeugd In opdracht van het POS – Passend onderwijs Soest en het RNPOE – Regionaal Netwerk Passend Onderwijs Eemland

Upload: others

Post on 16-Jun-2020

8 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

Page 1: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest Juni 2013 OOG onderwijs en jeugd In opdracht van het POS – Passend onderwijs Soest en het RNPOE – Regionaal Netwerk Passend Onderwijs Eemland

Page 2: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

2

Inhoudsopgave Inleiding ..........................................................................................................................3

1. Respons ................................................................................................................4

2. Basisgegevens deelnemende scholen ...................................................................4

3. Feitelijk gebruik ondersteuningsteam tijdens de pilotperiode ...............................6

4. Samenstelling ondersteuningsteam – taken en uren .............................................7

5. Aard van de casuïstiek ..........................................................................................8

6. Tijd tussen eerste signalering en inbreng in het ondersteuningsteam ...................8

7. De voorbereiding van de bespreking .....................................................................8

8. De besprekingen zelf – de mening van respondenten ...........................................9

9. De bespreking – uit de observaties .....................................................................11

10. Resultaat van de arrangementen, de verbinding onderwijs- en opvoedondersteuning ............................................13

11. Kosten ................................................................................................................14

12. De functieprofielen van de ondersteuners ..........................................................15

13. Conclusies ...........................................................................................................16

14. Aanbevelingen ....................................................................................................17

Page 3: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

3

Inleiding

Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend Onderwijs Soest, een werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers vanuit het onderwijs en de gemeente) in Soest1 een ontwikkelwerkplaats passend onderwijs gestart. Deze ontwikkelwerkplaats valt onder het project ondersteuningstoewijzing in het primair onderwijs van het RNPOE. Ook in Leusden, het Soesterkwartier in Amersfoort en Baarn bestaan dergelijke ontwikkelwerkplaatsen. Net als in de andere ontwikkelwerkplaatsen wordt in Soest gewerkt met een ondersteuningsteam. Kernleden van een ondersteuningsteam zijn de intern begeleider van de school, een onderwijsondersteuner en een vertegenwoordiger van het CJG die de rol van opvoedondersteuner op zich neemt. Speerpunt van deze ontwikkelwerkplaats is de overgang van primair naar voortgezet onderwijs. Vier scholen werden in de gelegenheid gesteld om leerlingen met specifieke of aanvullende onderwijsbehoeften over wie vragen zijn in de overgang naar het voortgezet onderwijs, in dit ondersteuningsteam te bespreken. Bijeenkomsten van het team waarin leerlingen zijn besproken, zijn altijd bijgewoond door de leerkracht en de ouders van deze leerling. Opdracht van het team was om in de gegeven situatie tot een handelingsgericht advies te komen en waar nodig te zorgen van integrale arrangementen van opvoed- en onderwijsondersteuning. Uit het activiteitenplan Soest: Samenvatting activiteitenplan ontwikkelwerkplaats Soest In het kader van het project ondersteuningstoewijzing van het RNPOE worden op vier basisscholen in Soest ondersteuningsteams ingericht. De kern van deze teams bestaat uit de intern begeleider van de school, een generalist onderwijs en een generalist CJG2. Samen met de ouders en de leerkracht(en) van het betrokken kind bepalen zij de beste aanpak als er bij een kind belemmeringen worden gesignaleerd in zijn/haar ontwikkeling en zorgen zij ervoor dat deze aanpak gerealiseerd wordt. Doel is om met deze werkwijze het volgende te realiseren: vroegtijdige signalering, snel overleg waar nodig, direct inzetten van adequate ondersteuning. Speerpunt is dit schooljaar de overgang van primair naar voortgezet onderwijs. Daarbij wordt aansluiting gezocht bij de zorgstructuur van het voortgezet onderwijs. Elke school brengt hiertoe in het ondersteuningsteam twee casussen in van kinderen over wie zij zich in verband met deze overgang zorgen maakt. Ook een generalist onderwijs van het voortgezet onderwijs wordt daartoe aan tafel genodigd. Zo nodig wordt hier ook een generalist CJG 12+ bij betrokken. De betreffende casusbesprekingen worden geobserveerd en geëvalueerd met alle betrokkenen. Bij de start van de ondersteuningsteams krijgen alle intern begeleiders van Soest een traject deskundigheidsbevordering aangeboden gericht op het optimaal functioneren van de ondersteuningsteams. Voor een deel van het traject worden ook de generalisten van de ondersteuningsteams hierbij uitgenodigd.

Vier scholen hebben ondertussen in totaal 8 leerlingen besproken in het ondersteuningsteam. Het is dus tijd voor een evaluatie. Alle intern begeleiders is direct na de besprekingen gevraagd een evaluatieformulier in te vullen. Hetzelfde geldt voor leerkrachten. Ouders zijn ter evaluatie na elke bijeenkomst gebeld.

1 Met Soest wordt de gemeente Soest bedoeld, dus inclusief Soesterberg. 2 Op dit moment wordt binnen het samenwerkingsverband Eemland een andere terminologie gebruikt. Men

spreekt over een onderwijsondersteuner en een opvoedondersteuner.

Page 4: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

4

In de tweede helft van april – er moesten toen nog twee casusbesprekingen gehouden worden – zijn evaluatieformulieren naar de ondersteuners gestuurd en naar de intern begeleiders voor aanvullende informatie. De informatie van alle geretourneerde formulieren is gebruikt voor onderstaande evaluatie. Deze evaluatie is in conceptversie besproken in zowel het POS (dat is de werkgroep waaronder deze ontwikkelwerkplaats valt) en als met de intern begeleiders en de ondersteuners die betrokken waren bij de pilot. De opbrengsten vanuit deze bijeenkomsten zijn verwerkt in deze rapportage.

1. Respons

Zeer positief is dat alle betrokkenen hun bijdrage hebben geleverd aan de evaluatie. Er is een maximale score aan geretourneerde evaluatieformulieren. Dat levert het volgende beeld qua respons.

Respons ib per casus Respons leerkrachten Respons ouders

Werveling 2 2 2

Wegwijzer 2 2 2

Egelantier 2 2 2

2de van der Hucht 2 2 2

2. Basisgegevens deelnemende scholen

Onderstaande gegevens zijn in mei 2013 aangeleverd door de deelnemende scholen.

Egelantier 2de Van der Hucht

Wegwijzer Werveling

Leerlingenaantal (01-10-2012)

101 230 208 321

Percentage gewichtenleerlingen

52% 3% 3% 0%

Aantal verwijzingen sbo/so in schooljaren 2007-2011

10 8 2 1

Aantal rugzakleerlingen (01-10-2012)

0 6 5 2

Deze gegevens geven natuurlijk maar een zeer oppervlakkig beeld van de vier deelnemende scholen. Wat wel in het oog springt, is het feit dat de Egelantier van alle vier de scholen verreweg de meeste leerlingen met een leerlinggewicht heeft. In dit geval betekent dat dat bij de casuïstiekbesprekingen op deze school rekening gehouden moet worden met niet-Nederlands sprekende ouders. Binnen het POS (de projectgroep waar de ontwikkelwerkplaats onder valt) is gesteld dat het interessant zou zijn om meer zicht te hebben op het niveau van basisondersteuning van de betrokken scholen. Vooral wat betreft de mate waarin de scholen handelingsgericht werken al hebben geïmplementeerd. Afspraken over het niveau van basisondersteuning waar

Page 5: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

5

scholen aan moeten voldoen, zijn er echter nog niet binnen het nieuwe samenwerkingsverband gemaakt. En de scholen stellen dat de bestaande schoolondersteuningsprofielen van 2011 achterhaald zijn.

Page 6: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

6

3. Feitelijk gebruik ondersteuningsteam tijdens de pilotperiode

Zoals afgesproken is het ondersteuningsteam acht keer bij elkaar gekomen en is er steeds per bijeenkomst één casus besproken. Daarbij waren altijd én de ouders én de leerkracht van de leerling aanwezig. De eerste twee keer was er door een misverstand nog geen vertegenwoordiger van het voortgezet onderwijs bij de besprekingen aanwezig. Daarna wel. De zorgcoördinator van het Griftland heeft deze rol op zich genomen.

Egelantier 2de Van der Hucht Wegwijzer Werveling

Aantal leerlingen

2 2 2 2

Extra aanwezigen

Vrienden van ouders om te tolken (1x)

Orthopedagoog die de leerling behandelt (1x)

Ambulant begeleider cluster 2 (1x)

Arrangement/ advies

1- IQ-test + ondersteuning bij huisvestings-problemen vanuit CJG

2- Kindgesprekken ib + verkenning sova-training vanuit CJG

1- Ouders oriënteren zich op vo-scholen

2- Observatie door onderwijsondersteuner

1- Onderzoek ADD+ maatschappelijk werk vanuit CJG

2- Aanvraag begeleiding REC 4 voor leerling met PPD-nos + maatschappelijk werk vanuit CJG

1- Observatie door AB Rec4 2- Begeleiding door AB Rec2 3- 2x oudersgesprekken met

maatschappelijk werk vanuit CJG 4- Extra uren RT voor school en

uren voor IB

Belangrijk bij bovenstaande is dat de trajecten nog niet afgerond zijn. Er komen in een aantal gevallen nog vervolggesprekken. Zoals het er nu uitziet hebben de gesprekken bij vijf casussen geleid tot adviezen en lichte arrangementen. Bij drie casussen is sprake van een zwaarder arrangement.

Page 7: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

7

4. Samenstelling ondersteuningsteam – taken en uren

Het ondersteuningsteam bestond uit de volgende personen:

De intern begeleider van de betreffende school

Onderwijsondersteuner van origine werkzaam bij het OLBZ/ZAT

Opvoedondersteuner werkzaam bij het CJG en in dienst bij Beweging 3.0

Deskundige VO in de persoon van een zorgcoördinator van het Griftland In onderstaand overzicht is een aantal relevante taken opgesomd die ten behoeve van een ondersteuningsteam moeten worden uitgevoerd, waarbij is aangegeven wie deze bij de pilot in Soest op zich hebben genomen. Het gaat om taken waarvoor in Leusden een schoolbestuurlijke coördinator is aangesteld.

Intern begeleider

Onderwijs- ondersteuner

Anders

Voorzitten ondersteuningsteam X Organiseren ondersteuningsteam/plannen bijeenkomsten

4x

Contactpersoon voor externe partijen (niet i.v.m. een arrangement)

3x

Eerste contactpersoon van het ondersteuningsteam voor de betrokken scholen

X

Opstellen definitieve arrangement 3x X Indienen arrangement bij het RNPOE 4x X Zorgen voor een specialist via OLBZ/ZAT 3x X Contacten met AB-diensten 4x X Gesprekspartner van de scholen i.v.m. het realiseren de gewenste kwaliteit van de basisondersteuning.

Niet uitgevoerd

Naar aanleiding van bovenstaande stelden intern begeleiders en ondersteuners dat het in ieder geval in de begintijd wenselijk kan zijn om een derde persoon in te schakelen die een rol heeft in de kwaliteitsbewaking van de arrangementstoewijzing, gesprekspartner is van scholen bij het realiseren van het gewenste niveau van basisondersteuning en die ook het budget voor extra ondersteuning kan bewaken. De onderwijsondersteuner is ook gevraagd een indicatie te geven van het aantal uren dat tot op heden aan de pilot is besteed. Voor de goede orde: de onderwijsondersteuner heeft voor de gehele pilotperiode in totaal 80 uur ter beschikking. Tot op heden zijn daar 38 uren van besteed. Hieronder volgt een overzicht van de activiteiten van de onderwijsondersteuner en de hoeveelheid uren die hiermee gemoeid waren.

a. Voorbereidingen besprekingen 4,5 uur

b. Besprekingen zelf 10,0uur

c. Afhandeling gemaakte afspraken 4,0 uur

d. Reistijd 7,5 uur

e. Overleg, intervisie, etc. i.v.m. pilot 4,5 uur

f. Overig, nl. afstemmen en invullen 7,5 uur

Page 8: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

8

evaluatieformulier, overleg met PCBO bestuur, kennismakingsbezoek school, informatiebijeenkomst arrangementen, ruis, …

5. Aard van de casuïstiek

Hieronder wordt een indicatie gegeven van de aard van de casuïstiek, zoals aangegeven door de intern begeleiders.

Aantal keren genoemd

Behoeften i.v.m. leren en ontwikkelen 7

Behoeften i.v.m. werkhouding 3

Behoeften i.v.m. fysieke en/of medische aspecten

Behoeften i.v.m. de sociaal-emotionele ontwikkeling

4

Behoeften i.v.m. gedragskenmerken 3

Behoeften i.v.m. de thuissituatie 2

Anders, nml. aandachts- en concentratieproblemen

1

Meer dan 1 aangekruist 8

Bij alle casussen die in het ondersteuningsteam besproken zijn, ging het om ondersteuningsbehoeften in meerdere categorieën. In alle gevallen ging het om leerlingen over wie de school vragen had met betrekking tot de overgang naar het voortgezet onderwijs.

6. Tijd tussen eerste signalering en inbreng in het ondersteuningsteam

Gevraagd is aan de intern begeleiders hoeveel tijd er zat tussen de eerste signalering van de specifieke en/of aanvullende onderwijsbehoeften en de bespreking van de leerling in het ondersteuningsteam. In alle gevallen ging het om leerlingen die al langer extra ondersteuning in de school krijgen. Dit is logisch: speerpunt van de pilot was immers de overgang van primair naar voortgezet onderwijs.

7. De voorbereiding van de bespreking

Intern begeleiders is gevraagd naar de manier waarop zij ouders bij het traject hebben betrokken, of het moeite kostte om toestemming te krijgen van ouders voor de bespreking in het ondersteuningsteam en hoeveel tijd de voorbereiding van de bespreking hun heeft gekost. De laatste twee vragen zijn ook aan leerkrachten gesteld. Intern begeleiders melden 5 keer dat de signalen direct na de eerste signalering met ouders besproken zijn. Eveneens 5 keer wordt gemeld dat de signalen besproken zijn tijdens 10- minuten gesprekken. In alle gevallen is het aanmeldingsformulier samen met ouders/verzorgers ingevuld.

Page 9: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

9

Geen van de leerkrachten of intern begeleiders had echt grote moeite om toestemming van ouders te krijgen voor de bespreking. Wel meldt één intern begeleider dat moeder veel vragen had en dat ze haar meermalen heeft gesproken in de voorbereiding van de bespreking. Wat betreft de tijd die de voorbereiding van de bespreking hun heeft gekost, melden intern begeleiders en leerkrachten het volgende:

Intern begeleiders Leerkrachten

0 tot 30 minuten 4x

31 tot 60 minuten 1x 2x

61 tot 90 minuten 3x 1x

Meer dan 90 minuten 4x 1x

Intern begeleiders geven hierbij de volgende toelichting. “Gesprekken met betrokkenen, invullen formulier, observatie in de klas, verzamelen van gegevens kosten veel tijd.” Twee keer wordt een tijdsinvestering van 6 uur of meer genoemd. Ook een leerkracht geeft aan dat de gesprekken met de ouders en de intern begeleider de nodige tijd kosten. Een andere leerkracht geeft daarentegen aan dat de voorbereiding haar in het geheel geen tijd heeft gekost. Het wisselt dus nogal per intern begeleider, leerkracht en casus wie het meeste tijd besteedt aan de voorbereiding van de bespreking in het ondersteuningsteam. Bij bespreking van het onderwerp in het POS werd gesteld dat het van belang is dat leerkrachten zelf leren om onderwijsbehoeften goed in kaart te brengen. De intern begeleider heeft hierbij een begeleidende taak. De opvoedondersteuner geeft aan dat ouders er van te voren meer op gewezen kunnen worden dat tijdens een bespreking van het ondersteuningsteam naar alle aspecten die van belang voor de ontwikkeling van het kind gekeken wordt. Dus niet alleen naar wat er speelt op school, maar ook naar hoe het gaat in het gezin. Om zo te komen tot een integraal beeld en samenhangende afspraken tussen school en thuis.

8. De besprekingen zelf – de mening van respondenten

De bespreking duurde in zeven van de acht gevallen vijf kwartier tot anderhalf uur. In één geval is het gesprek eerder afgebroken, omdat de onderwijsondersteuner eerst een observatie van het kind in de klas wilde doen om een beter beeld te krijgen. Alle respondenten geven aan de lengte van de bespreking passend te vinden. Ondersteuners, intern begeleiders, ouders en leerkrachten is gevraagd naar de kwaliteit van de besprekingen en mogelijke verbeterpunten. Hierbij vallen de volgende zaken op:

De meeste respondenten zijn over het algemeen tevreden over de samenstelling van het overleg. De aanwezigheid van ouders en leerkrachten wordt door allen als zeer zinvol ervaren. Een aantal respondenten geeft aan bepaalde personen gemist te hebben. Genoemd worden: een vader, een orthopedagoog die het kind geobserveerd heeft. Een respondent geeft aan vragen te hebben bij de rol van de maatschappelijk werker wanneer er ook al een ambulant begeleider bij het gezin betrokken is. Deze

Page 10: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

10

laatste ondersteunt ouders immers ook bij de opvoeding van hun kind. Vanuit de opvoedondersteuner wordt hierbij de kanttekening gemaakt dat vanuit het CJG de werkwijze één gezin-één plan kan worden geborgd. Iets wat voor iemand die zuiver kindgericht werkt niet mogelijk is.

Alle respondenten zijn over het algemeen tevreden over de voorbereiding van alle aanwezigen op het gesprek. Datzelfde geldt voor hun oordeel over de inbreng van alle betrokkenen. De onderwijsondersteuner maakt hierbij de volgende kanttekeningen:

o dat naar haar idee de inbreng van de leerkracht soms beter kan; o dat het primair en het voortgezet onderwijs niet dezelfde taal spreken als het

gaat om handelingsgericht werken. Een intern begeleider geeft met betrekking tot niet-Nederlandssprekende ouders aan dat het gesprek toch enigszins langs hen heen is gegaan.

Alle leerkrachten en alle ouders die het evaluatieformulier hebben ingevuld, geven aan dat ze de ruimte kregen voor hun eigen bijdrage aan de bespreking.

Er wordt geen melding gemaakt van problemen rond privacy-aspecten.

Ondersteuners is gevraagd naar de mate waarin besprekingen probleem-, handelings- dan wel oplossingsgericht zijn gevoerd. Allebei stellen zij dat de besprekingen handelingsgericht waren. Een discrepantie is te zien in de mate waarin zij de besprekingen als oplossingsgericht beoordelen. De één benoemt dit als goed en de ander als matig.

Ondersteuners en de vertegenwoordiger van het vo is gevraagd in hoeverre afspraken SMARTI3 zijn geformuleerd. Het is duidelijk dat hier naar de mening van de betrokkenen nog wel een slag in te maken is. De aspecten waarop zij vinden dat verbetering mogelijk is, verschilt echter. Twee respondenten noemen de aspecten “meetbaar” en “tijdgebonden”. Maar ook “realistisch” en “inspirerend” worden een keer genoemd als verbeterpunt.

Een punt van aandacht is nog wel wie uiteindelijk casemanager, procesbegeleider of eindverantwoordelijke is. Het punt komt tijdens de besprekingen nog nauwelijks aan de orde en vrij automatisch neemt de intern begeleider dan deze rol op zich. Het onderwerp is nauw gerelateerd aan het vraagstuk van de zorgcoördinatie dat speelt binnen de transitie zorg voor jeugd.

Alle respondenten zijn over het algemeen positief over het resultaat van de besprekingen. Wel komt een paar keer terug in de antwoorden dat soms een observatie van tevoren door de onderwijsondersteuner zinvol kan zijn. En dat er soms toch meer tijd nodig is voor het verzamelen van informatie.

Ter illustratie – een greep uit wat ouders zeiden bij de telefonische evaluatie. Ouders is gevraagd in hoeverre zij tevreden waren over de bespreking. Zij zeiden onder andere het volgende:

“Open gesprek.”

“Belangrijk dat de orthopedagoog erbij was. Misschien was het ook iets geweest om haar schaatstrainer erbij te halen.”

“Verrassend op alle gebieden kwam er de best mogelijke afspraak uit.”

“Is natuurlijk nog altijd afwachten of het werkt. Maar we moeten alles proberen.”

“Goede manier van denken - biedt inzicht, maar het enthousiasme voor de voorgestelde school kunnen we niet delen. Gaat om cultuuraspecten.”

3 SMARTI = Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden en Inspirerend.

Page 11: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

11

Ook is ouders gevraagd naar tips voor een volgende keer. Zij zeiden daarop onder andere het volgende:

“Tolk zou goed zijn, maar ik weet ook niet hoe je dat kan organiseren.”

“Kordaat, M. greep goed in als het te langdradig dreigde te worden. Tip voor ouders is misschien dat ze zorgen dat ze alle mogelijke relevante informatie bij zich hebben.”

“Het was de eerste keer. Het was nieuw. Ik wist niet dat het een pilot was. Dat had van te voren wat helderder kunnen zijn. En wat is nou het vervolg: komt er nog een gesprek?”

“Duidelijk en open gesprek en alles is aan de orde gekomen.”

“Ik ben er niet zeker van of er wel een goede afstemming is tussen school en thuis.”

“Het moet ook geen obsessie worden. Het kind komt wel op zijn pootjes terecht. Het moet ook luchtig blijven.”

“Ze weten precies waar ze naartoe willen. Wat verandert er eigenlijk met passend onderwijs?

Voor ouders zijn niet alleen de onderwijsbehoeften van belang, maar ook wat je als ouders je kind wilt meegeven.”

“Kijk ook naar het vrijetijdsaspect.”

“Kijk eerst eens naar het kind voor je in gesprek gaat.”

9. De bespreking – uit de observaties

Alle acht de casusgesprekken die in het kader van de pilot hebben plaatsgevonden, zijn geobserveerd door een adviseur van OOG. De algemene indruk vanuit de observaties is dat de meeste gesprekken een open karakter hadden waarin de deelnemers de ruimte kregen om hun bijdrage te leveren en er goed geluisterd werd. Opgemerkt moet wel worden dat bij gesprekken waarin ouders zelf communicatief niet sterk staan of de Nederlandse taal niet heel goed beheersen, er bij de observator de indruk bestaat dat het gesprek enigszins langs hen heen gaat. Dat wordt ook bevestigd door de magere opbrengst van de telefonische evaluaties met deze ouders. De gesprekken hebben in grote lijnen steeds de volgende opbouw.

Stap 1 - Inleiding, voorstelrondje, doelstelling van gesprek duidelijk maken

10 tot 15 minuten

Stap 2 - Korte beschrijving van het kind door ouders en leerkrachten

3 minuten

Stap 3 - Verhelderingsvragen door aanwezigen

30 minuten

Stap 4 - Inventariseren van onderwijsbehoeften

15 minuten

Stap 5 - Besluiten over aanpak 10 minuten

Stap 6 - Afsluitende afspraken 5 minuten

Tijdens deze stappen speelt zich ondertussen het volgende inhoudelijke proces af. Stap 1: kennismaking, aftasten “wie zitten er allemaal aan tafel”, uitleg over werkwijze, een basis van vertrouwen wordt gecreëerd op basis waarvan het gesprek gevoerd kan worden. Stap 2: mensen die het kind kennen, zetten automatisch een totaal beeld neer waarin ook – en soms zelfs juist – alles waarin dit kind leuk is aan de orde komt. Stap 3: alle aspecten komen aan de orde: beschermende en bedreigende, op het gebied van cognitie en sociaal-emotioneel, school en thuis. Alleen de vrijetijdssituatie is nog wel enigszins een ondergeschoven kindje. Het neigt tot een nogal probleemgerichte fase in het gesprek. Er wordt soms weinig gericht gesproken over wat wel werkt. Aan het eind van deze

Page 12: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

12

stap hebben allen een duidelijk beeld van het kind, zijn situatie, de vraag van school en ouders. De betrokkenheid van alle aanwezigen is groot. Stap 4: inventariseren van onderwijsbehoeften is de aanloop naar de aanpak. Bij één bespreking zijn deze op flap gezet – dat gaf transparantie en slagkracht aan de bespreking. Dit is ook het moment dat aan de orde komt wat het voortgezet onderwijs wel of niet te bieden heeft. En wat het kind dus idealiter zou moeten kunnen als het van de basisschool afkomt. Stap 5: Het benoemen van de aanpak lijkt de ingewikkeldste stap. Dit is de fase die oplossingsgericht moet zijn. Dit is ook het moment dat aanwezigen liefst weer gaan ‘terugploegen’, d.w.z. de andere fases nog even overdoen. De rol van de voorzitter is dan cruciaal. De aanpak moet kunnen rekenen op draagvlak bij zowel leerkrachten als ouders. Stap 5 is pas afgelopen als er een aanpak ligt. Dat kan ook de afspraak zijn om een tussenstap te maken: een onderzoek of observatie. Stap 6: is dan afhechten. Afspraken maken en checken of de gemaakte afspraken op ieders steun kunnen rekenen. Bij bespreking van de evaluatie met betrokkenen en in het POS werd gesteld dat bij een betere voorbereiding van de bespreking de stappen 1 en 3 minder tijd hoeven te kosten. Aandachtspunten zijn daarbij:

een goede intake waarbij ouders van te voren uitgebreid geïnformeerd worden over het doel en de werkwijze van het ondersteuningsteam;

het scherp formuleren van de hulpvraag. De rollen van de aanwezigen zoals geobserveerd in de acht gesprekken.

Onderwijsondersteuner Voorzitter start het gesprek, bewaakt de voortgang en sluit het gesprek af met afspraken en evaluatie. Weet wat er in een bepaalde situatie aan onderwijsbehoeften kunnen spelen en wat daarbij de mogelijkheden voor ondersteuning zijn.

Intern begeleider Brengt zaken in vanuit het leerlingdossier. Houdt zich bezig met de verslaglegging.

Opvoedondersteuner Let erop dat de leefsferen gezin en vrije tijd voldoende aan de orde komen. Zorgt dat de sociaal-emotionele ontwikkeling en de opvoeding in alle fases van het gesprek aan de orde komt. Ondersteunt ouders. Is alert op de positie van ouders in het gesprek. Weet wat er op deze domeinen kan spelen en wat de mogelijkheden voor ondersteuning zijn.

VO-vertegenwoordiger Geeft de grenzen en de mogelijkheden van het voortgezet onderwijs aan. Weet welke eisen het voortgezet onderwijs aan leerlingen stelt.

Leerkracht Heeft de meeste kennis van hoe het kind is in de klas, hoe het kind leert, wat werkt en wat niet in de klas.

Ouders Kent het kind het beste, gaat voor het belang van het kind en de eigen waarden in de opvoeding. Vertegenwoordigt geen instelling, maar brengt de eigen individuele waarden in.

Page 13: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

13

Vanuit de observaties worden de volgende zaken opgemerkt:

De verschillende stappen in het gesprek hebben ieder hun eigen functie. Het proces dat zich tijdens het gesprek moet voltrekken eist zijn tijd. Soms moeten ouders en leerkrachten eerst hun verhaal kwijt voor er een volgende stap gemaakt kan worden. De vraag is of een meer strikte, doel- en oplossingsgerichte gespreksvoering de kwaliteit van het gesprek en de opbrengst zou kunnen verbeteren. Of zal dit ten koste gaan van de positieve dynamiek die nu tijdens gesprekken ontstaat?

De rol van de opvoedondersteuner, zoals hierboven beschreven, is in de geobserveerde gesprekken cruciaal. Zij borgt hiermee de integrale benadering van casuïstiek. Dat is belangrijk, omdat snel in de gesprekken alles wat onderwijsgerelateerd is de boventoon voert. Terwijl de angel van de oplossing soms (ook) elders ligt. De vraag die daarbij wel gesteld kan worden is of de integrale benadering niet te veel bij één persoon belegd is. Zouden ook niet andere professionals hier alert op moeten zijn? Iets soortgelijks kan gesteld worden t.a.v. de gevoeligheid voor de positie van ouders. Ook dit is een aspect waar in principe alle professionals die met ouders werken, alert op moeten zijn.

Het perspectief van het voortgezet onderwijs op wat er in een gegeven situatie nodig is, is een andere dan dat van het primair onderwijs. Waar het primair onderwijs stelt dat zij haar onderwijs wil aanpassen aan wat de leerling nodig heeft, heeft het voortgezet onderwijs meer het standpunt dat het erom gaat dat de leerling voldoende wordt toegerust – door het basisonderwijs of door externen – om het onderwijs van de school voor voortgezet onderwijs te kunnen volgen. Lukt dat de leerling niet dan is hij/zij aangewezen op een speciale setting. De aansluiting tussen deze perspectieven is tijdens de pilot nog niet gevonden.

Gesprekken met ouders die niet echt goed Nederlands spreken vragen om een professionele tolk.

10. Resultaat van de arrangementen, de verbinding onderwijs- en opvoedondersteuning

Ondanks dat de pilot maar kort gelopen heeft en nog maar net afgerond, zijn er toch al een paar zaken met betrekking tot de toegekende arrangementen te melden. Allereerst duurde het in veel gevallen langer dan drie weken voor ze geeffectueerd werden. Dit heeft onder andere te maken met het feit dat met name de onderwijsondersteuner minder mandaat had dan oorspronkelijk de bedoeling was. Trajecten voor extra ondersteuning liepen daardoor vertraging op. Er kon niet direct worden doorgepakt. Voor de opvoedondersteuner lag dit anders. Zij kon binnen het CJG sneller slagen maken. Overigens wordt vertraging in de uitvoering van arrangementen ook veroorzaakt doordat externen niet altijd meteen de juiste expertise ter beschikking kunnen stellen. Wat betreft de tevredenheid met de arrangementen – voor zover daar al iets over te zeggen is – wordt gemeld:

dat één kind van één arrangement aangeeft dat het werkt;

dat één leerkracht van één arrangement aangeeft dat het enigszins ondersteunend is, terwijl een ander aangeeft dat het arrangement – voor zover ze nu kan overzien – haar niks oplevert. De intern begeleider betwijfelt dit laatste overigens.

Page 14: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

14

In verband met de arrangementen meldt één intern begeleider last te hebben gehad van gedwongen winkelnering. De school kreeg daardoor van een ambulante dienst niet de expertise die ze nodig had. Gesteld wordt door de intern begeleiders en ondersteuners dat het goed zou zijn de geïnitieerde trajecten over een wat langere periode te volgen. Bijvoorbeeld tot en met het tweede jaar in het voortgezet onderwijs. Zo kan duidelijk worden wat werkt en wat niet. De ondersteuners geven aan dat er in alle gevallen in voldoende mate sprake was van een geïntegreerd arrangement van onderwijs- en opvoedondersteuning. De opvoedondersteuner geeft aan dat in alle casussen zoveel mogelijk gekeken is op de manier van 1 gezin-1 plan. Wel denkt ze dat hier nog een betere afstemming in mogelijk is. Zij stelt hierbij: “Particulier therapeuten werken toch persoonsgericht en niet gezinsgericht.” Zij geeft aan dat het goed is om in de voorbereidende fase de werkwijze al duidelijk te maken aan ouders. Ouders blijken het toch over het algemeen lastig te vinden wanneer gevraagd wordt naar het hele gezin en vinden het makkelijker om zich te richten op dat ene kind. De opmerking sluit naadloos aan op een opmerking van een intern begeleider waarbij ze aangaf dat ouders toch vaak weerstand laten zien wanneer iemand zich met hun gezin en hun opvoeding gaat bemoeien. Iets wat deze intern begeleider overigens ook heel goed begreep. De verwijsindex risicojongeren heeft geen enkele rol gespeeld tijdens deze pilot.

11. Kosten

Er is op dit moment nog geen overzicht beschikbaar van de kosten die in Soest zijn gemaakt ten behoeve van de arrangementen. Wel is duidelijk dat slechts in drie gevallen de casusbesprekingen in het ondersteuningsteam hebben geleid tot een arrangement in de sfeer van de breedte- of dieptezorg. De meeste arrangementen liggen in de sfeer van RT, onderzoek, observatie, advies en huisbezoek. De vraag is daarbij wat nog valt onder de basisondersteuning en wat onder de extra ondersteuning. Tijdens deze pilot blijkt het aantal uren dat de onderwijsondersteuner ter beschikking had ruimschoots voldoende te zijn geweest. Mede op grond van de gegevens uit Leusden lijkt het erop dat een onderwijsondersteuner gemiddeld 5 uur (bruto) per casusbespreking nodig heeft. De opvoedondersteuner geeft aan dat het meedoen aan de pilot haar meer tijd heeft gekost dan gedacht. Zuiver gekeken naar haar werkzaamheden voor het ondersteuningsteam meldt zij overigens geen urenoverschrijding. Wel leidde de casusbesprekingen in veel gevallen voor haar tot een vervolgtraject. Ook stelt zij dat ze in de pilotperiode meer benaderd is door andere scholen. Het heeft zich nog niet goed uitgekristalliseerd hoe het werk dat voortkomt uit de pilot, zich verhoudt tot haar reguliere werk. Op het moment dat zij gezinnen uit de pilot bij zich houdt en niet doorverwijst naar een collega ontstaat al gauw een spanning op haar caseload. Tot slot zijn daar nog de uren van intern begeleiders en leerkrachten. De vraag is of het werken met een ondersteuningsteam taken met zich meebrengt die anders niet werden gedaan. Of gaat het alleen maar om een andere manier van werken en betreft het

Page 15: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

15

werkzaamheden die in wezen bij het reguliere takenpakket van de betreffende medewerkers horen? P.M. De vertegenwoordiger van het vo is niet gevraagd naar haar feitelijke ureninvestering. Inclusief reistijd en voorbereiding, moet wellicht gedacht worden aan 3 uur per casusbespreking.

12. De functieprofielen van de ondersteuners

In het activiteitenplan zijn functieprofielen van de ondersteuners opgenomen. De ondersteuners is gevraagd te beoordelen in hoeverre zij vinden dat ze binnen de huidige situatie aan deze profielen voldoen. Ook is hun gevraagd naar commentaar en aanvullingen. Wat betreft de onderwijsondersteuner leverde dit het volgende op.

De beschreven taken worden alle door de onderwijsondersteuner uitgevoerd. Alleen de ondersteuning van een intern begeleider bij een verwijzing van een leerling naar het speciaal onderwijs is niet aan de orde geweest. Gezien de korte loop van de pilot is er ook nog niet echt sprake van een resultaatgerichte relatie met het voortgezet onderwijs.

Verder geeft zij aan dat zij tijdens de pilot contact heeft gezocht met externe instanties over de pilot om de mogelijkheden te onderzoeken voor arrangementen. Zij meent dat dit niet tot haar taak behoorde.

Ook geeft zij aan dat bij haar het mandaat ontbrak om arrangementen af te geven.

Zij bepleit het goed verankeren van de werkwijze van de onderwijsondersteuner in de bovenschoolse ondersteuningsstructuur van OLBZ/ZAT. Ook in verband met registratie en administratie.

Zij geeft aan dat zij alle competenties die voor de onderwijsondersteuner zijn opgenomen in het activiteitenplan, zeker bezit.

Hetzelfde stelt zij wat betreft haar toerusting en positionering, op het al eerder genoemde mandaat na.

Wat betreft de opvoedondersteuner zijn de volgende zaken te melden.

Een opvoedondersteuner stelt dat zij alle beschreven taken uitvoert, behalve de opschaling naar Bureau Jeugdzorg. Dat is niet aan de orde geweest.

Qua competenties, positionering en toerusting beoordeelt zij zichzelf als voldoende, op het aspect van haar kennis over de gegevensverzameling na. In een toelichting stelt zij dat zij het moeilijk vindt om zichzelf op dit punt te beoordelen, maar wel scherp voor zichzelf heeft wanneer ze een second opinion wil of een ander bij een traject wil betrekken.

Zij geeft aan dat er op het moment veel verandert en dat het haast onmogelijk is om goed op de hoogte te blijven van alle ontwikkelingen.

Verder denkt zij dat een dergelijke nieuwe rol als die van opvoedondersteuner ook verdere professionalisering vraagt. Wat zij daarvoor nodig heeft, valt nog onvoldoende te zeggen. Leden van het ondersteuningsteam zouden elkaar daar ook onderling feedback op kunnen geven.

Page 16: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

16

13. Conclusies

De ontwikkelwerkplaats Soest heeft een korte compacte pilot uitgevoerd waarbij gesproken kan worden van een behoorlijk grote tevredenheid met het resultaat. Opvallend is ook de zorgvuldigheid waarmee de pilot is uitgevoerd en geëvalueerd. Geconstateerd kan worden dat de betrokkenheid (het eigenaarschap) bij alle partijen zeer groot was. Naar aanleiding van alle gegevens is er wel een aantal ontwikkelpunten te benoemen:

Allereerst de mandatering van de ondersteuners. Het duurt lang voor een bespreking in het ondersteuningsteam leidt tot het afgesproken arrangement. Volgens sommigen te lang.

Soms is het vooral de leerkracht en soms vooral de intern begeleider die de voorbereiding van de bespreking in het ondersteuningsteam op zich neemt. Gesteld is tijdens de bespreking van dit punt in het POS dat het van belang is dat de leerkracht eigenaar blijft van casuïstiek.

De huidige vorm van gespreksvoering leidt tot een zekere positieve dynamiek die wellicht ook tot stand zou kunnen komen als er meer doel- en oplossingsgericht gesproken zou worden. Binnen het POS is gesteld dat de streefrichting is dat gesprekken niet langer duren dan één uur, waarbij overigens wel de kwaliteit van de gesprekken geborgd moet blijven.

Wanneer er obstakels zijn in de communicatie met ouders is educatief partnerschap niet echt mogelijk.

De afspraken over wie uiteindelijke de procesbewaking of zorgcoördinatie op zich neemt zijn nog niet helder. Aandachtspunt is hierbij ook een goede afstemming tussen de onderwijsondersteuning in de school en de gezinsondersteuning vanuit het CJG.

Basisonderwijs en voortgezet onderwijs kijken vanuit een volstrekt ander perspectief naar het bieden van passend onderwijs. In onderstaand kader worden een aantal zaken vanuit de pilot genoemd die dit illustreren.

Illustraties vanuit de pilot t.a.v. de obstakels die er kunnen zijn in de overgang van primair naar voortgezet onderwijs. o Het idee van de pilot was dat wanneer primair en voortgezet onderwijs met elkaar aan

tafel gaan zitten als het kind nog jong is, er gerichter gewerkt kan worden aan een goede overgang van primair naar voortgezet onderwijs. In praktijk valt het niet mee om op een zo jonge leeftijd al een inschatting te maken van hoe het kind zich zal ontwikkelen.

o Bij het benoemen van onderwijsdoelen i.v.m. de overgang naar het voortgezet onderwijs wordt in een casus het werken aan de zelfstandigheid van de leerling genoemd. Als onderwijs- en opvoedbehoefte signaleren ouders en leerkracht juist de behoefte van de leerling aan externe sturing. Iets wat ze dus ook continu bieden.

o Leerlingen moeten in het voortgezet onderwijs kunnen plannen en samen kunnen werken in kleine groepen. Leerkracht en ouder hebben de neiging om het plannen over te nemen en het werken in kleine groepen te vermijden.

o De vertegenwoordiger van het voortgezet onderwijs geeft aan dat de meeste vo-scholen geen rustige werkplekken kennen en dat een leerling daar dus tegen moet kunnen.

o Voor leerlingen met specifieke en/of aanvullende onderwijsbehoeften kent het vo speciale settingen. De vraag is dan of een leerling daar terecht kan. En voor ouders kleeft

Page 17: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

17

er het bezwaar aan dat ze dan weinig meer te kiezen hebben. o Leerlingen in het algemeen - en zeker in de eerste klassen van het voortgezet onderwijs -

zijn niet graag een uitzondering. o Het idee dat een leerling al eerder de overstap naar het voortgezet onderwijs zou maken,

stuitte in één geval bij ouders en leerkracht op weerstand. De leerling had hard gewerkt om het basisonderwijs gewoon af te kunnen maken en betrokkenen gunden haar de eindstreep in haar eigen groep acht met de musical en alles wat erbij hoort.

14. Aanbevelingen

Naar aanleiding van deze rapportage doen wij de volgende aanbevelingen. Allereerst zijn de eerste resultaten zowel in Soest als elders dermate positief dat het werken met een ondersteuningsteam verdere uitbouw en verbreiding verdient. Binnen Soest willen POS en intern begeleiders hier graag mee verder. De wens is om op meer scholen met een ondersteuningsteam te kunnen werken en daarbij leerlingen van alle leeftijdscategorieën te kunnen inbrengen. Verder verdient de overgang van primair naar voortgezet onderwijs nog extra aandacht. Het verschil in perspectief vraagt van beide partijen creativiteit en een open blik. Gerichte samenwerking is nodig voor de ontwikkeling van doorgaande lijnen op de gebieden handelingsgericht werken en leren leren. Voorgesteld wordt om volgend schooljaar te gaan werken met een taskforce bestaande uit intern begeleiders po en zorgcoördinatoren vo die hier eenvoudig te hanteren werkwijzen voor gaan ontwikkelen die aansluiten bij de bestaande manieren van werken van de verschillende scholen. Opdrachtgevers van deze taskforce zijn het samenwerkingsverband po en het samenwerkingsverband vo. Daarbij moet aangesloten worden bij de bestaande ontwikkelingen op dit gebied. Voorstel van het POS is om hier komend najaar een start mee te maken en daarbij ook Baarn te betrekken. Meer specifiek zijn de volgende aanbevelingen te doen:

er dienen snel afspraken te komen over het niveau van basisondersteuning waar alle scholen aan moeten voldoen; alleen wanneer daar afspraken over zijn, is er een grondslag voor arrangementstoekenning;

zorg voor een goede mandatering van de ondersteuners;

werk aan verdere professionalisering van de gespreksvoering van een OT-overleg met als aandachtspunten: een goede voorbereiding, oplossingsgericht werken, maken van SMARTI-afspraken, afspraken over casemanagement en zorgcoördinatie, een systematische integrale benadering van casuïstiek; streven is dat gesprekken niet langer duren dan één uur;

bij het vervolg is het de aanbeveling van de huidige scholen om de intern begeleider het voorzitterschap van het ondersteuningsteam te laten uitvoeren zodat de onderwijsondersteuner de handen vrij heeft voor haar inhoudelijke inbreng; daarbij zullen afspraken gemaakt moeten worden voor een simpele verslaglegging;

verder wordt aanbevolen om de leerkracht de voorbereiding van de bespreking in het ondersteuningsteam te laten doen waarbij de intern begeleider een begeleidende rol heeft; dit versterkt het eigenaarschap van de leerkracht en heeft als neveneffect dat de leerkracht steeds beter leert om een handelingsgerichte hulpvraag te formuleren;

Page 18: Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest evaluatie... · Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013 3 Inleiding Dit schooljaar is onder regie van het POS (Passend

Rapportage evaluatie ontwikkelwerkplaats Soest 2012-2013

18

neem de mogelijkheid om – vooraf – een observatie te doen op in het takenpakket van de onderwijsondersteuner;

faciliteer waar nodig het gebruik van tolken;

faciliteer ook waar nodig de deelname van externe deskundigen aan de bijeenkomsten van het ondersteuningsteam;

en verder kan het werk van het ondersteuningsteam winnen aan professionaliteit en efficiency door bijvoorbeeld:

o een goede informatiebrief aan ouders; o een intakeformulier dat helpt om een duidelijke hulpvraag te formuleren; o een compacte verslaglegging waarin alleen de afspraken zijn opgenomen.

Zeker in de beginjaren zal het werken met het ondersteuningsteam goed gemonitord moeten worden, zodat de werkwijze tijdig kan worden bijgesteld mocht dit nodig zijn. Ook wordt voorgesteld om de nu geïnitieerde trajecten in de overgang van primair naar voortgezet onderwijs over langere tijd te volgen tot bijvoorbeeld het tweede jaar van het voortgezet onderwijs. Zo kan meer duidelijkheid verkregen worden over wat werkt en wat niet. Amsterdam, juni 2013