psychologische gevolgen van verkeersongevallen

1
PRAKTISCH VERTAALD Psychologische gevolgen van verkeersongevallen Tijdens een intake wordt vaak gevraagd naar (verkeers) ongevallen in het verleden met het oog op eventuele somatische gevolgen, maar ook omdat een dergelijke stressvolle gebeurtenis, die gepaard gaat met angst en dreiging, een rol speelt in de etiologie van onder andere een depressie, angststoornis, reisfobie of een posttrauma- tische stress-stoornis (ptss). Mayou en medewerkers 1 onderzochten een grote groep slachtoffers van verkeersongevallen waarbij een motorvoertuig betrokken was (bestuurders of passagiers in een motorvoertuig, fietsers of voetgangers). Ze gingen na wat voorspellende factoren waren voor het ontwikke- len van een van de vier genoemde psychiatrische stoor- nissen binnen een jaar na het ongeval. Een grote groep (n=1441) verkeersslachtoffers zonder ernstig hersenlet- sel en zonder actueel psychiatrisch toestandsbeeld die na het ongeval op een ehbo van een algemeen ziekenhuis werden behandeld en eventueel opgenomen, werd direct na het ongeval (baseline), op korte termijn (drie maan- den) en een jaar erna onderzocht. De belangrijkste bevin- dingen waren: 1. Een derde van de slachtoffers ontwikkelde een van de vier stoornissen in de eerste drie maanden na het onge- luk. In ongeveer de helft van de gevallen peRSIsteerde deze tot minimaal een jaar na het ongeval, uitgezonderd de depressie die bij 61 procent weer opklaarde. Meer vrouwen dan mannen hadden een algemene angst- stoornis of een reisfobie een jaar na dato. Na een jaar hadden meer passagiers dan bestuurders last van een reisfobie. 2. Er was bij tien procent sprake van co-morbiditeit van de drie angststoornissen, maar deze groep was even groot als de groep die alleen een ptss of gegenerali- seerde angststoornis ontwikkelde. Bijna alle depres- sieve patie¨nten hadden ook een gegeneraliseerde angststoornis. 3. Er waren geen ongevalfactoren die samenhingen met het ontwikkelen van een depressie. 4. Baseline variabelen die samenhingen met het ontwik- kelen van een van de drie angststoornissen binnen een jaar waren emotionele problemen voor het ongeval, weinig gevoel van veiligheid als passagier, het ongeluk als beangstigend beleven en dissociatieve symptomen en negatieve emoties direct na het ongeval. 5. Er waren enkele factoren van het ongeval die alleen samenhingen met het ontwikkelen van een reisfobie. Het passagier-zijn en het betrokken zijn bij een onge- luk met een motorfiets hangt sterk samen met fobische verschijnselen. 6. ptss of een algemene angststoornis hingen meer samen met de situatie drie maanden na het ongeluk dan met de situatie direct na of tijdens het ongeluk. Herhaald piekeren, gezondheidsproblemen en negatieve en intrusieve gedachten over het ongeluk drie maanden na het ongeval verhogen de kans op het ontwikkelen van een van deze twee angststoornissen. De auteurs pleiten voor een vroege screening van slachtoffers van een verkeersongeval ter identificering van verkeersslachtoffers met een verhoogd risico voor het ontwikkelen van psychiatrische stoornissen. 1 Mayou R ea (2001) Prediction of psychological outcomes one year after a motor vehicle accident. American journal of psychiatry 158:1231-1238 Psychopraxis (2001) 03:188 DOI 10.1007/BF03071961 13

Post on 25-Aug-2016

213 views

Category:

Documents


0 download

TRANSCRIPT

PRAKTISCH VERTAALD

Psychologische gevolgen van verkeersongevallen

Tijdens een intake wordt vaak gevraagd naar (verkeers)

ongevallen in het verleden met het oog op eventuele

somatische gevolgen, maar ook omdat een dergelijke

stressvolle gebeurtenis, die gepaard gaat met angst en

dreiging, een rol speelt in de etiologie van onder andere

een depressie, angststoornis, reisfobie of een posttrauma-

tische stress-stoornis (ptss).

Mayou en medewerkers1 onderzochten een grote

groep slachtoffers van verkeersongevallen waarbij een

motorvoertuig betrokken was (bestuurders of passagiers

in een motorvoertuig, fietsers of voetgangers). Ze gingen

na wat voorspellende factoren waren voor het ontwikke-

len van een van de vier genoemde psychiatrische stoor-

nissen binnen een jaar na het ongeval. Een grote groep

(n=1441) verkeersslachtoffers zonder ernstig hersenlet-

sel en zonder actueel psychiatrisch toestandsbeeld die na

het ongeval op een ehbo van een algemeen ziekenhuis

werden behandeld en eventueel opgenomen, werd direct

na het ongeval (baseline), op korte termijn (drie maan-

den) en een jaar erna onderzocht. De belangrijkste bevin-

dingen waren:

1. Een derde van de slachtoffers ontwikkelde een van de

vier stoornissen in de eerste drie maanden na het onge-

luk. In ongeveer de helft van de gevallen peRSIsteerde

deze totminimaal een jaar na het ongeval, uitgezonderd

de depressie die bij 61 procent weer opklaarde. Meer

vrouwen dan mannen hadden een algemene angst-

stoornis of een reisfobie een jaar na dato. Na een jaar

hadden meer passagiers dan bestuurders last van een

reisfobie.

2. Er was bij tien procent sprake van co-morbiditeit van

de drie angststoornissen, maar deze groep was even

groot als de groep die alleen een ptss of gegenerali-

seerde angststoornis ontwikkelde. Bijna alle depres-

sieve patienten hadden ook een gegeneraliseerde

angststoornis.

3. Er waren geen ongevalfactoren die samenhingen met

het ontwikkelen van een depressie.

4. Baseline variabelen die samenhingen met het ontwik-

kelen van een van de drie angststoornissen binnen een

jaar waren emotionele problemen voor het ongeval,

weinig gevoel van veiligheid als passagier, het ongeluk

als beangstigend beleven en dissociatieve symptomen

en negatieve emoties direct na het ongeval.

5. Er waren enkele factoren van het ongeval die alleen

samenhingen met het ontwikkelen van een reisfobie.

Het passagier-zijn en het betrokken zijn bij een onge-

lukmet een motorfiets hangt sterk samenmet fobische

verschijnselen.

6. ptss of een algemene angststoornis hingen meer samen

met de situatie drie maanden na het ongeluk dan met

de situatie direct na of tijdens het ongeluk. Herhaald

piekeren, gezondheidsproblemen en negatieve en

intrusieve gedachten over het ongeluk drie maanden

na het ongeval verhogen de kans op het ontwikkelen

van een van deze twee angststoornissen.

De auteurs pleiten voor een vroege screening van

slachtoffers van een verkeersongeval ter identificering

van verkeersslachtoffers met een verhoogd risico voor

het ontwikkelen van psychiatrische stoornissen.

1 Mayou R ea (2001) Prediction of psychological outcomes oneyear after a motor vehicle accident. American journal of psychiatry158:1231-1238

Psychopraxis (2001) 03:188

DOI 10.1007/BF03071961

13