oude liefde roest wél - rdw

> Tussen regels en rijden

> Te naam stellen wordt steeds makkelijker

> Spannend: nieuwe kentekens

> T-rijbewijs komt op 1 januari 2015

nummer 1/2014

Oude liefde roest wél>

4 >Proef: papierloos afhandelen steekproefresultaat

4 >T-rijbewijs volgend jaar ingevoerd

5 >De toekomst is al begonnen

5 >Slimme tips te naam stellen op postkantoor

6 >(Gezichts)bedrog!

8 >Johan Hakkenberg: ‘Sleutelen aan een organisatie’

12 >Te naam stellen wordt steeds makkelijker

13 >‘EReg is er zéker ook voor de burger’

14 >Gele magie

16 >Nieuwe kentekens!

17 >Speciale kentekens tijdens Nuclear Security Summit

18 >Invoering digitale CvO: wat zijn de gevolgen?

19 >Positie ‘high speed e-bikes’ op de weg

20 >Aanmelding bedrijfsvoorraad alléén voor verkoop

21 > Registratie tellerstanden:de stand van zaken

22 >Beperkt effect op Nederlandse APK

24 >Toezicht op parallelimport door erkend bedrijf verscherpt

27 >Online jaarverslag 2013

Krijgt u de RDWijzer niet toegestuurd, maar wilt u dat wel?

Vul deze bon dan zo volledig mogelijk in en stuur ’m op naar:

RDW, afdeling Communicatie, Postbus 777, 2700 AT Zoetermeer.

Bedrijfsnaam :

Contactpersoon : m/v*

Adres :

Postcode/ Woonplaats :

*S.v.p. doorhalen wat niet van toepassing is.

8 > 17 > 14>

17 >

Speciale kentekens bij NSS

14>

Gele magie

3 RDWijzer 1/20142RDWijzer 1/2014 2RDWijzer 1/2014

4

RDWijzer 1/2013

4

Proef: papierloos afhandelen steek-proefresultaat

5 tips voor te naam stellen op postkantoor

Officieel heet ’t het ‘T-rijbewijs’, omdat het geldig is voor

de voertuigen in de T-categorie, zoals landbouwtrekkers

(LBT’s) en motorrijtuigen met beperkte snelheid (MMBS’en).

In de praktijk spreekt echter iedereen over het trekker-

rijbewijs en dat wordt op 1 januari 2015 ingevoerd. Verstopte wegen, luchtvervuiling,

ontelbare verloren werkuren. Allemaal

bekende problemen die met simpelweg

meer asfalt niet duurzaam opgelost

kunnen worden. Deze problemen vragen

om andere oplossingen en die lijkt ITS te

bieden. En de RDW is een belangrijke

partner bij de ontwikkeling daarvan.

ITS staat voor ‘intelligente transport-

systemen’. Daar wordt alles op verkeers-

gebied gecombineerd en geïntegreerd,

zoals telecommunicatie, elektronica,

informatica en techniek. Dit alles met

een helder doel: het verbeteren van de

milieuprestaties, veiligheid en mobiliteit.

Maar kan dat allemaal in één keer en met

onze huidige kennis?

Kwestie van tijdArjan van Vliet, senior adviseur strategie

en externe ontwikkelingen bij de RDW,

is ervan overtuigd. ‘ITS is in staat om voor

oplossingen te zorgen. Onlangs heeft

minister Schultz al met een zelfrijdende

auto op de ringweg van Amsterdam gereden.

Dat zorgde voor veel publiciteit, omdat het

aantoonde dat we deze technologie nu al

in huis hebben. De wettelijke basis voor

zelfrijdende auto’s ontbreekt echter nog,

maar dat is een kwestie van tijd. Momenteel

worden er niet alleen eisen gesteld aan

het voertuig, maar ook aan de bestuurder

en de verzekering en er is toestemming

van de wegbeheerders nodig. Dat is een

lang en lastig traject.’ Momenteel wordt

gewerkt aan de verbetering daarvan.

PartnerDe RDW is al veel langer sterk betrokken

bij ITS. Van Vliet: ‘De oriëntatie op de ont-

wikkelingen is breder dan alleen voertuigen.

Het gaat ook om het veilig delen van data,

communicatieprotocollen tussen voertuigen

en de wal, open data over parkeren etc.

We zijn een belangrijke partner voor het

ministerie van Infrastructuur en Milieu

met de ambitie om Nederland neer te zetten

als wereldwijde proeflocatie voor deze

intelligente voertuigen. Als RDW moeten

we ook voorbereid zijn op deze nieuwe

ontwikkeling. We hebben al veel kennis in

huis, waardoor wij de aangewezen partner

zijn voor voertuigfabrikanten voor het testen

en toelaten van nieuwe, vaak uiterst

geavanceerde ITS-systemen. Omdat we

lid zijn van verschillende internationale

samenwerkingsorganisaties en ons actief

opstellen in Den Haag en Brussel, speelt

de RDW een belangrijke rol bij de ontwik-

keling van ITS. Tot slot heeft de RDW veel

invloed door de bijdrage aan de ontwikkeling

van voertuigregelgeving, Europees en

mondiaal. Hiermee moet de veiligheid van

nieuwe systemen geborgd worden.’

EthiekMaar het steeds slimmer worden van

voertuigen heeft ook een onverwachte

kant. ‘De auto zelf kan en zal in de toekomst

keuzes gaan maken,’ stelt Arjan van Vliet.

‘Dat heeft ook een ethische kant. Wat als

de auto bij een onvermijdbare botsing

moet kiezen tussen een groep voetgangers

en een betonnen muur? Dat zijn vragen

waar we nog niet uit zijn. Maar feit is wel

dat we nu al als RDW nauw betrokken zijn

bij ITS, juist omdat het de RDW werkelijk

in alle gelederen raakt. In dat opzicht is

de toekomst voor ons al heel dichtbij.’

De steekproef is een belangrijk onderdeel

van het APK-proces. Om de kwaliteit bij

het afhandelen van het steekproefproces

verder te verhogen, wordt er na de zomer

getest met een speciale ‘app’ die de hele

procedure papierloos maakt.

Het controlerapport van de steekproef

wordt door de steekproefcontroleur

digitaal opgesteld en verstuurd door

middel van een app op een tablet.

De informatie wordt direct in het

RDW-systeem verwerkt. Het voordeel

daarvan is onder meer dat de verwerking

van de gegevens snel verloopt en dat er

geen papier meer aan te pas komt.

Bovendien is het cusumsysteem van de

keurmeester en erkenninghouder ook

direct geactualiseerd. Het rapport is door

de keurmeester en erkenninghouder

digitaal te raadplegen via de RDW-portal

EDS en te printen voor de klant. Een stuk

efficiënter en met minder kans op fouten.

Om het systeem eerst in de praktijk te

testen, vindt er een proef plaats met tien

steekproefcontroleurs. Een halfjaar lang

gaan zij, verspreid over het land, de

steekproefafhandeling papierloos

uitvoeren. Op het moment dat een

deelnemende steekproefcontroleur een

steekproef uitvoert, zal hij de

keurmeester of erkenninghouder

informeren over de nieuwe werkwijze.

Als bij het bedrijf zelf geen voertuigen op

naam gezet kunnen worden, kan dit op het

postkantoor. Tips om dit efficiënt te doen.

1. Gaat u namens de klant naar het

postkantoor voor een voertuig in uw

bedrijfsvoorraad? Vul dan digitaal een

machtiging in, laat de klant deze

ondertekenen en neem de machtiging

mee naar het postkantoor. De digitale

machtiging staat op bedrijf.rdw.nl. Uw

klant legitimeert zich bij u, u legitimeert

zich op het postkantoor.

2. Gaat het om een leasevoertuig? Dan

heeft u een opdracht tot tenaamstelling

of opdrachtnummer van de

leasemaatschappij ontvangen. Gebruik

het opdrachtnummer bij het invullen van

de digitale machtiging. Met deze

machtiging kunt u het voertuig op het

postkantoor te naam stellen. De RDW

koppelt (tijdens de tenaamstelling) de in

de machtiging opgegeven opdracht van

de leasemaatschappij direct aan het

voertuig.

3. Namens uw klant een nieuw voertuig te

naam stellen op het postkantoor? Vul

dan ook een digitale machtiging in.

Neem die machtiging én de tenaamstel-

lingscode (die krijgt u van de importeur)

mee naar het postkantoor.

4. Gaat de klant zelf naar het postkantoor?

Vraag dan via bedrijf.rdw.nl het tijdelijk

documentnummer en tenaamstellings-

code op van het voertuig en geef

deze twee aan de klant mee.

5. Gaat de klant zelf voor een niet eerder te

naam gesteld voertuig naar het

postkantoor? Vraag dan eerst aan de

importeur een tijdelijk document-

nummer. Dit nummer en de tenaam-

stellingscode geeft u mee aan de klant.

T-rijbewijs volgend jaar ingevoerd

De toekomst is al begonnen

Dit rijbewijs is er gekomen omdat het

aantal verkeersongelukken met deze

voertuigen relatief hoog is gebleven in

vergelijking met de landelijke dalende

trend in ongelukken. Bovendien is geble-

ken dat de slachtoffers vaak niet de

bestuurders, maar vooral voetgangers,

fietsers en automobilisten zijn.

Het trekkerrijbewijs kan al vanaf de leef-

tijd van 16 jaar gehaald worden. In veel

gevallen zal het ook deel uitmaken van de

agrarische opleiding. Het T-rijbewijs is

overigens alleen nodig wanneer de

bestuurder met de trekker de openbare

weg op gaat.

OvergangsfaseEr is een overgangsregeling voor de

houders van een B- of C-rijbewijs of een

trekkercertificaat. Wie op het moment

van invoering over het B-rijbewijs beschikt,

krijgt tien jaar lang de T-categorie bij

vernieuwing automatisch bijgeschreven.

Wie beschikt over een C-rijbewijs, behaald

voor of na invoering, krijgt ook de T-categorie

automatisch bijgeschreven. Houders van

het trekkercertificaat kunnen dit in het

eerste jaar na invoering tegen betaling

inwisselen voor het nieuwe T-rijbewijs.

Met de invoering van het T-rijbewijs komt

tot slot ook het ‘trekkerrijbewijs jeugdigen’

(officieel het ‘Certificaat voor vakbe-

kwaamheid’) te vervallen.

RDWijzer 1/2014 5 RDWijzer 1/2014

76

Kijk je als keurmeester toch even raar op als zo’n wrak voor

de APK wordt aangeboden. Een blik op het raadpleegscherm

leert dat de Volkswagen T1 Transporter van het bouwjaar 1958

is, maar pas in 2011 in Nederland is toegelaten. Niet ongebrui-

kelijk, maar meestal gaat het dan om schitterend gerestau-

reerde exemplaren. T1-busjes horen namelijk allang in de

categorie van de peperdure, exclusieve collectorsauto’s thuis.

Maar is het mogelijk dat deze schroothoop ooit bij een

keuringsstation is langs geweest, laat staan goedgekeurd?

Jazeker, want niet alles is wat het lijkt. In dit geval is de roest

zorgvuldig met paintbrush aangebracht. Onder deze façade

gaat het om een technisch perfect gerestaureerde auto. Een

prachtig exemplaar van de steeds populairder wordende, uit

Amerika overgewaaide ‘Rat Car’-categorie. Auto’s die bewust

oud en verroest lijken te zijn. Waarbij het op het verkeerde

been zetten van de argeloze toeschouwer de grootste beloning

voor de bouwer is. En dat is bij onze geschrokken keurmeester

meesterlijk gelukt.

(GEZICHTS)BEDROG!

> Foto: Ewoud Klop6 7 RDWijzer 1/2014RDWijzer 1/2014

8

JOHAN HAKKENBERGSLEUTELEN AAN EEN ORGANISATIEHij komt uit dezelfde kweekvijver als Balkenende en Zalm, de VU in Amsterdam.

Studeerde als econoom af, werkte bij Economische Zaken en Verkeer en Waterstaat en

maakte van de RDW een schoolvoorbeeld van een geslaagde ZBO. Voor Johan Hakkenberg

(64) zit de klus er nu op. ‘Ik had nooit voor een commercieel bedrijf willen werken.

Dat is toch ongelooflijk saai, alleen maar winst moeten maken?’

>Donderdag 4 september 2014 is de laatste werkdag van Johan

Hakkenberg als algemeen directeur van de RDW.

9 RDWijzer 1/20148RDWijzer 1/2014

Als kersvers afgestudeerde doctorandus had Johan nog veel te

leren. ‘Ik begon bij Economische Zaken en in de acht jaar dat ik

daar gewerkt heb, heb ik het vak van ambtenaar geleerd. En dat

zeg ik zonder enig sarcasme. Heel veel gerouleerd. Het was begin

jaren tachtig, de tijd van de parlementaire enquête over Rijn-

Schelde-Verolme. Ik was secretaris van de commissie-Wagner die

ingrijpende wijzigingen in het industriebeleid voorstelde. Er

gebeurde van alles tegelijk, de scheepsbouw, de hoogovens, en

daar liep ik als jong broekie van achter in de twintig in rond. In die

tijd heb ik de kneepjes van het vak geleerd. Wat je wel en vooral

ook niet moet zeggen. Hoe je in Brussel op het toilet nog een laat-

ste overleg kan hebben, nog een laatste belangrijk advies aan je

minister kan geven. Dat gaat trouwens met een vrouwelijke minis-

ter wat lastiger…’

‘�Draagvlak�zoeken��en�verbinden,�dat�is�wat�ik�doe’

Veel te jong‘In ’86 maakte ik de overstap naar Verkeer en Waterstaat, het

ministerie van Neelie Kroes in het kabinet-Lubbers. Ze wilden

daar mensen hebben die het Haagse circuit kenden, de weg daar

wisten. Als econoom met ervaring in het politieke spel was ik de

man die ze zochten. Tenminste, dat maakten ze op uit mijn sollici-

tatiebrief. Ik zat in een soort talentenclubje en we hebben met z’n

vieren een ronkende brief geschreven. Natuurlijk werd ik opgero-

epen en hoewel de post eigenlijk al vergeven was, ben ik het toch

geworden. Ik had er niet op gerekend, want het sollicitatiegesprek

zelf was vooral eenrichtingsverkeer van mijn kant. Wel leerde ik

meteen al een belangrijke les. Bij het afscheid zei de betreffende

directeur achteloos: ‘Volgens mij vind je het niet erg als je het niet

wordt.’ Daar had ie mij volledig mee op het verkeerde been, een

truc die ik later zelf ook nog wel eens gebruikt heb.

Rijkswaterstaat was in die jaren nog echt een staat binnen de

staat. Ook de mentaliteit was opmerkelijk. Deed je iets fout, dan

deed je nooit meer iets goed. Maar omgekeerd bleek hetzelfde het

geval te zijn! Hoewel ik eigenlijk veel te jong was, werd ik met mijn

39 jaar aangesteld als financieel directeur met gevoelige projecten

als de HSL en de Betuwelijn. Of dat leuk werk was? Plat gezegd:

geld geeft altijd gezeur en gezeik. Iedereen wil meer budget, heel

boeiend maar het vreet negatieve energie. Later, tijdens het

kabinet-Lubbers II, zou ik nauw samenwerken met minister Hanja

Maij-Weggen en heb ik veel geleerd van de legendarische Hans

Smit en Jan Willem Oosterwijk. Het was een geweldige tijd, poli-

tiek op het scherpst van de snede, samenwerken met briljante top-

pers, ik genoot ervan.’

Iedereen wil meerIn de politiek kan het snel gaan. Annemarie Jorritsma werd minister

van Verkeer en Waterstaat in het eerste kabinet-Kok. En zoals dat

gaat bij nieuwe ministers, klopte iedereen op haar deur. En de

minister leunde weer zwaar op de financieel directeur. ‘Ik gaf altijd

ronduit mijn eerlijke mening. Dat kwam misschien niet altijd goed

uit, maar uiteindelijk is het altijd de politiek die beslist. Maar ik

wilde iets anders, had het gezien met financiën. Ik vond het te

beperkt worden en keek uit naar een meer algemene manage-

mentfunctie. Jorritsma wilde me graag aanhouden. Maar weet je

wat het is met financiën, er is altijd te weinig geld bij de overheid.

Iedereen wil meer, niemand gaat voor minder. En zoals gezegd,

word je daar op een gegeven moment moe van.’

In 1995 werd het tijd voor een nieuwe horizon voor Johan

Hakkenberg. Het zou de RDW worden, maar waarom nu juist deze

rijksdienst? Hakkenberg: ‘Het ging niet goed bij de RDW. Maar dat

niet alleen, ik wilde erg graag een eigen club hebben om mee te

werken. Ik was 45 en zocht de uitdaging om ergens voor te gaan.

Bij de RDW waren er uitdagingen genoeg. De organisatie presteerde

niet goed. Lange wachttijden, lange doorlooptijden, een stroperige

structuur, klachten van de RAI en daarbovenop klopte de cultuur

binnen de organisatie niet. Verder kon de bedrijfsvoering nog beter

ondersteund worden door de ICT en had de RDW niet erg veel aan-

zien. Het hing er een beetje bij. En toen ik eenmaal begonnen was,

bleek het allemaal nog een graadje erger dan ik dacht. Sommige

zaken vond ik echt bijna schokkend: waarom moest een document

van een keuringsstation er 49 dagen over doen om bij de klant te

komen? Voor een klus die alles bij elkaar vier uur werk betekende.

Een enorm verschil met de situatie nu, waarbij de klant zelf op

internet zijn afspraak kan plannen! Het percentage steekproeven

was met 1,5% maar de helft van wat het moest zijn. Het aantal

steekproeven dat een controleur uitvoerde op een dag was ook

veel te laag, omdat de controleurs verkeerd aangestuurd werden.’

‘�Die�eeuwige��discussie�over�de�ZBO’s.�Daar�word�ik�doodmoe�van’

Snel resultaatHakkenberg ging voortvarend aan het werk. ‘Eerst was het

laaghangende fruit aan de beurt: het overleg en de contacten met

de branche aanpakken. Met de RAI, BOVAG en andere branche-

partners. Zo kon ik snel resultaten boeken.’ Nog onder Jorritsma

werd de nieuwe koers ingezet. De RDW moest zakelijker en

efficiënter gaan opereren. ‘Eenvoudig gesteld: we moesten

productie gaan draaien. De RDW moest een heel andere wereld

worden. Met een andere manier van denken, een andere werkinstel-

ling, een andere klantbenadering tot en met een andere manier

van boekhouden aan toe.’

En het lukte. De tarieven van de RDW zijn 25% onder de inflatie

gebleven. De diensten zijn goedkoper, sneller en klantgericht

geworden. Daarvoor was een tweede omslag nodig, die misschien

nog wel ingrijpender was: die van de digitalisering.

‘De digitalisering vroeg, en vraagt, om een compleet andere

organisatie,’ stelt Hakkenberg. ‘Maar het uitgangspunt bij alle

veranderingen moet zijn dat de overheid er voor de mensen is.

De verbeteringen moeten dan ook in eerste instantie klantgericht

zijn, niet om het ons zelf zo makkelijk mogelijk te maken. Het is een

cliché, maar veranderingen betekenen ook altijd kansen. De RDW

moest als organisatie ook zelf klaar zijn voor die digitale omslag.

Je moet eerst je eigen ICT op orde hebben voordat je publieke

diensten kunt gaan aanbieden. We hebben een monopolie op

bepaalde gegevens en data, maar dat ontslaat je niet van de

verplichting om servicegericht te zijn! Pas wanneer je als organisatie

robuust bent, kwaliteit levert en een goede planning hebt, sta je

waar je wilt zijn. Dan word je gevraagd om mee te denken, mee te

helpen. Ik kan rustig stellen dat we met de RDW in de topgroep

zitten, omdat we met de digitalisering niet alleen op tijd begonnen

zijn, maar ook al vroegtijdig het enorme belang daarvan inzagen.

Vandaar ook dat we nu als partner bij het nieuwe DigiD-project

betrokken zijn. Wij hebben verstand van cards en chips, dat is

inmiddels één van onze kerncompetenties geworden.’

Trots‘Wanneer ik terugkijk dan is die ICT-migratie, de digitale dienst-

verlening, toch wel één van de hoogtepunten van de afgelopen

jaren geweest. De kentekencard is een mooi recent voorbeeld.

Maar ook het te naam stellen van het voertuigbewijs is een groot

succes geworden waar inmiddels zo’n 5000 bedrijven aan

meedoen. Het kentekenen van brom- en snorfietsen was ook een

enorm groot project dat goed afgerond is. We dachten dat het om

400.000 tweewielers ging, maar het ging uiteindelijk om bijna het

dubbele. Het is die geslaagde innovatie in dienstverlening waar ik,

en de RDW, trots op ben. Wat je als burger nauwelijks ziet, maar

wel overal invloed heeft, is de samenwerking van de RDW in aller-

lei ketens in de voertuigbranche. Een samenwerking die we naar

Europees verband hebben doorgetrokken, want de RDW is een

gewaardeerde partner op internationaal niveau. Als je ziet waar

de RDW nu staat, dan is er eigenlijk maar één ding waar ik me nog

zeer aan kan ergeren en dat is die eeuwige ZBO-discussie. Ik ben

ervan overtuigd dat het een zegen is dat we een ZBO zijn, dat we

dankzij die opzet gekomen zijn tot waar we nu zijn. Rust en stabili-

teit bevorderen dat je kan bouwen aan een goed presterende

organisatie.’

Opvallend is dat Johan Hakkenberg als nuchtere econoom vooral

als ‘people manager’ bekend is geworden. ‘Er werken 1490

mensen bij de RDW en wanneer ik zo rondloop dan hoor en ervaar

ik toch dat men het een prettige werkgever vindt. Met een goede

sfeer en ruimte voor ontwikkeling.’

‘�Het�was�een��geweldige�tijd:��politiek�op�het�scherpst�van�de�snede’

Verbinder‘Ik heb nooit een managementcursus gevolgd,’ beaamt

Hakkenberg. ‘In dat opzicht ben ik volledig ‘selfmade’. Ik word

wel een ‘verbinder’ genoemd en dat klopt wel. Ik betrap me er

zelf regelmatig op dat ik bij vergaderingen direct op zoek ga na

verbindingen. Dat zit gewoon erg in mij: draagvlak zoeken en

vinden, open staan voor standpunten.’

Na negentien jaar RDW gaat Johan Hakkenberg met pensioen.

En nu? Hakkenberg lacht: ‘Ik ben voorzitter van een stichting die

oude molens restaureert. Mijn racefiets wil ik ook meer gebruiken.

Meer tijd voor mijn familie. En ik zal een paar nieuwe nevenactiviteiten

oppakken, zoals het voorzitterschap van de raad van commis-

sarissen van Innovam. Dat houdt me actief, zonder dat ik nog

steeds volledig door mijn agenda geleefd wordt.’

Door de hele loopbaan van Hakkenberg is wel een duidelijke rode

draad te vinden: de drang om zich voor de maatschappij in te

zetten. Hakkenberg: ‘Ik heb altijd de wil gehad om mijn kennis en

ervaring in te zetten voor de gemeenschap. En zeg nou zelf, het is

toch veel mooier om voor de publieke zaak te werken dan voor een

commercieel bedrijf? Dan is het enige wat je moet doen zo veel

mogelijk winst maken, ik moet er niet aan denken.’


We spreken met Gera Arts van de RDW, die het secretariaat voor

EReg beheert. Wat doet deze club eigenlijk en wat is het belang

ervan? Vijf vragen over een organisatie waar verrassend genoeg

vrijwel iedereen mee te maken heeft.

1. Waar staat EReg voor?EReg is de vereniging van Europese registratieautoriteiten van

voertuigen en rijbewijzen, oftewel de RDW’s in Europa. Het is een

internationale vereniging zonder winstoogmerk waar op dit

moment 26 nationale registratieautoriteiten lid van zijn. EReg is

opgericht om:

1.kennis, ervaringen en ‘best practices’ te delen;

2.bij te dragen aan de uitvoering van taken;

3.Europese ontwikkelingen te identificeren en beïnvloeden;

4.samenwerking aan te gaan met relevante derde partijen;

5.een effectieve en efficiënte informatie-uitwisseling via het infor-

matiesysteem Eucaris te bevorderen.

2. Welke rol speelt de RDW binnen EReg?De RDW is medeoprichter van EReg. Namens de RDW, die door de

lidstaten hiervoor is aangewezen, ben ik verantwoordelijk voor het

secretariaat. Als een van de oprichters was tot voor kort Hans van

der Bruggen (voormalig adjunct-directeur van de RDW) zeven jaar

de voorzitter.

3. Wat merkt de burger van EReg?Er staan regelmatig onderwerpen op de Europese agenda die van

invloed zijn op het dagelijks leven van Europese burgers. Denk aan

herregistratie van voertuigen in een andere Europese lidstaat.

Problemen hiermee vormen een van de twintig punten waarover

Europese burgers veel klagen en waar nu dus iets aan gedaan

wordt. Burgers merken niet direct iets van EReg, maar het doel is

om de belangen van de RDW’s - en daarmee ook van de burgers en

bedrijven - te behartigen. Daarnaast wordt binnen EReg gekeken

hoe door actiever samen te werken voertuigcriminaliteit en fraude

tegen kunnen worden gegaan.

4. Waarom zouden we meer over EReg moeten weten?EReg biedt de RDW en daarmee Nederland de mogelijkheid om

effectiever en efficiënter te opereren in Brussel. Daarnaast biedt

EReg korte lijnen naar registratie- en voertuigautoriteiten in veel

EU- en EFTA-landen (Europese Vrijhandelsassociatie). Via deze

internationale vereniging kunnen we in korte tijd veel informatie

verzamelen en waar nodig ook draagvlak creëren voor onderwer-

pen die belangrijk zijn voor de RDW’s in Europa.

5. Wat zijn de laatste ontwikkelingen?De Europese RDW’s wisselen internationaal gegevens uit hun

registers uit met het informatiesysteem Eucaris. De nationale re-

gistratie- en voertuigautoriteiten zijn verantwoordelijk voor de

kwaliteit van de data in de eigen registers. Burgers kunnen bij ze

terecht wanneer zij vragen hebben en/of wanneer er onjuiste

gegevens in de registers opgenomen zijn. EReg is groot voorstander

van deze decentrale vorm van gegevensuitwisseling. We zetten ons

dan ook in om initiatieven die mogelijk leiden tot de ontwikkeling

van centrale registers (op EU-niveau) te voorkomen. Meer lidstaten

en minder Europa, hoe actueel was én is EReg al heel wat jaren.

Sinds 17 juni 2014 is de directeur van de Luxemburgse registratie-

en voertuigautoriteit (de SNCA) de nieuwe voorzitter van EReg.

De komende tijd gaat de aandacht uit naar samenwerking met

de nieuwe voorzitter en het bepalen van de focus van EReg voor de

komende jaren. Ook hebben we als EReg de ambitie om dit najaar

een kantoor te betrekken in Brussel. Juridisch is EReg

al in Brussel gevestigd.

Of het nu om een bedrijf of particulier gaat, we krijgen allemaal

wel eens te maken met het op naam zetten van een voertuig.

Goed nieuws: dat proces gaat steeds sneller en makkelijker.

We hebben de belangrijkste veranderingen op een rij gezet.

Geen uittreksel meer nodigHet eerste gemak komt er vanaf 1 augustus 2014. Dan gaat de RDW

automatisch online bij het handelsregister controleren of de aan-

vrager aan de balie tekenbevoegd is om een voertuig op naam van

een specifieke rechtspersoon te zetten. De volgende personen die

namens een rechtspersoon te naam stellen, hoeven dan geen uit-

treksel van de Kamer van Koophandel (KvK) meer te overleggen:

• Zelfstandig tekenbevoegden.

• Gevolmachtigden voor ‘RDW eDienst kentekendiensten’.

Iemand die regelmatig voertuigen op naam van zijn bedrijf zet en

niet zelfstandig tekenbevoegd is, kan bij de KvK beter doorlopend

worden gevolmachtigd voor ‘RDW eDienst kentekendiensten’.

Op de KvK-site staan daartoe de formulieren 13 en 16 klaar. Aan

het einde van dit jaar zal deze service ook werken bij het opvoeren

van een machtiging of een opdracht tot tenaamstelling via het

RDW-onlineloket ‘Zakelijke diensten’.

Geen gegevens machtiging meer overtikkenPer 1 augustus 2014 moet bij een tenaamstelling op een rechts-

persoon het machtigingsnummer in de tenaamstellingsapplicatie

worden ingevuld. Automatisch worden dan alle gegevens opge-

haald en hoeven die dus niet langer handmatig te worden overgetikt.

Melding opdracht tot tenaamstelling van leasevoertuig

Het komt voor dat een erkend bedrijf vergeet om een aangeleverde

opdracht tot tenaamstelling ook daadwerkelijk te gebruiken. Vanaf

1 augustus 2014 wordt bij het opvoeren van een tenaamstelling of

machtiging direct een melding gegeven wanneer een leasemaatschappij

voor dat kenteken een opdracht tot tenaamstelling heeft klaargezet.

Particuliere eigenaar al vermeld in opdracht tot tenaamstelling

Het is een vervelende situatie wanneer een leasemaatschappij er

achteraf mee geconfronteerd wordt dat een voertuigbedrijf bij afle-

vering het voertuig per vergissing op naam van de verkeerde partic-

ulier heeft gezet. Daarom kan een leasemaatschappij vanaf 1

augustus in de opdracht tot te naam stelling vermelden op naam van

welke particulier de leasemaatschappij het voertuig te naam gesteld

wil zien. Het voertuigbedrijf blijft verantwoordelijk voor het vaststellen

van de identiteit van de particulier die het leasevoertuig in zijn bedrijf

op naam zet. De RDW-systemen controleren of deze gegevens over-

eenkomen. Zo niet, dan volgt er een foutmelding op het scherm.

Proef: eenvoudig van bedrijfsvoorraad naar bedrijfsvoorraad overschrijven

In de tweede helft van dit jaar wil de RDW een proef doen met het

digitaal overschrijven van bedrijfsvoorraad naar bedrijfsvoorraad.

De proef wordt gehouden met enkele erkenninghouders. Het doel

is om het overschrijven van een voertuig van de ene bedrijfsvoorraad

naar een andere net zo simpel te maken als een bankoverschrijving.

Met dit verschil dat de overschrijving pas definitief is als de ontvangende

partij deze heeft bevestigd. Het is dan niet meer nodig een tijdelijk

documentnummer aan te vragen.

Voorstel: al eerder wilsverklaring in orde makenEen andere wens van de branche betreft de zogeheten wilsver-

klaring. Die moet aanwezig zijn als een erkenninghouder zelf een

voertuig op naam van een particulier zet. Nu moet de wilsverklaring

altijd ter plekke, op het moment van te naam stellen, worden

aangemaakt en getekend. De RDW werkt aan een voorstel dat een

erkend bedrijf in staat stelt om van tevoren de wilsverklaring in

orde te maken. Net zoals een machtiging dus. Voertuigbedrijven

met de bevoegdheid ‘Tenaamstellen Voertuigbedrijf’ krijgen zo

meer aflevermogelijkheden. Het zou de vorm moeten krijgen van

een gecombineerde wilsverklaring/machtiging die erkende

bedrijven bij het Tenaamstellen op het Voertuigbedrijf (TV) en bij

een kentekenloket (zoals het postkantoor) kunnen gebruiken.

De RDW laat nog weten of en wanneer de regeling erkenning

bedrijfsvoorraad hierop kan worden aangepast.

En verder…Dat er met de feedback van de voertuigbranche aan de RDW nog veel

meer gedaan wordt, blijkt ook uit andere wijzigingen in de kenteken-

processen. De zoekmogelijkheden in werkorders in het online RDW-

loket ‘Zakelijke diensten’ zijn bijvoorbeeld uitgebreid. Verder zijn de

registratiemogelijkheden van leasevoertuigen geoptimaliseerd en

voor de uitzonderingssituaties zijn er oplossingen doorgevoerd.

Te naam stellen wordt steeds makkelijker

‘ EReg is er zéker ook voor de burger’


1. Controle van de gegevens op de kentekencard.

2. Invoeren van de lamineercode in de

RDW-database.

3. Belangrijk: alleen met een geldige legitimatie

kan een plaat aangemaakt worden.

4. De letters, cijfers en streepjes (tekens)

worden bij elkaar gezocht. net zoals bij

ouderwets drukwerk.

5. Met de handpers worden de tekens in de

aluminium plaat geperst.

6. De code van de kentekenplaatfabrikant

wordt gelijk mee in de plaat geperst.

7. De laatste stap is het aanbrengen van een

zwarte Hotprint-folie op de uitgeperste

tekens en de rand van de kentekenplaat.

8. Een laatste controle of het kenteken goed

is en de afgifte van de kentekenplaat.

1

3

4

5

8

6

7

2

Een kentekenplaat wordt geleverd door een RDW-erkende kenteken-

plaatfabrikant. Deze betrekt de blanco kentekenplaten weer van een

RDW-erkende lamineerder, die de kentekenplaten nog zonder cijfers

en letters, maar met een zichtbare lamineercode, aanlevert. Bij de

kentekenplaatfabrikant worden na controle van de kentekencard en

het invoeren van lamineercode de cijfers, letters en het keurmerk

van de kentekenplaatfabrikant in de kentekenplaat geperst. In de

meeste gevallen trouwens nog gewoon met een handpers!

Soms is het nodig om een nieuwe kentekenplaat te laten maken. De oude is verloren, gestolen of beschadigd. Dus moet er een nieuwe komen. Dat kan snel gaan. Het heeft zelfs bijna iets magisch: na het overhandigen van het kentekenbewijs en een geldige legitimatie ligt er na een paar minuten een kersverse kentekenplaat klaar. Wat gebeurt er precies achter de schermen?

Gele magie


RDWijzer 2/201217

> Scanapparaat

Het kenteken betekent namelijk niet alleen een unieke identificatie

van een voertuig, het geeft ook een indicatie van het bouwjaar.

Hoe nieuwer het kenteken, hoe nieuwer het voertuig. Tenzij het

gaat om een gebruikte geïmporteerde auto met een bouwjaar

vanaf 1979. Maar zelfs kentekenseries zijn op een gegeven moment

eindig. Dan zijn alle beschikbare combinaties van letters en cijfers

simpelweg op en wordt het tijd voor een nieuwe kentekenreeks.

Volledig gebruiktIn de afgelopen zestig jaar zijn maar liefst tien verschillende ken-

tekencombinaties uitgebracht. De laatste vier combinaties werden

op 1 september 2005 bekendgemaakt. In de loop van dit jaar raakt

voor bromfietsen de laatste serie volledig op. Om kentekens af te

kunnen blijven geven, moeten nieuwe kentekencombinaties

komen. De RDW heeft vier nieuwe combinaties bekendgemaakt die

samen goed zijn voor maar liefst 18 miljoen nieuwe kentekens.

Hoe zien de nieuwe combinaties eruit? De A en 9 hieronder staan

voor willekeurige letters en cijfers:

Vertrouwd: zes positiesWat niet verandert, is het feit dat ieder kenteken uit zes posities

blijft bestaan en dat ook de vertrouwde streepjes tussen de cijfers

en letters blijven. Alle kentekens worden systematisch en op

volgorde uitgegeven. Hoe graag je dat ook zou willen, het is niet

mogelijk om een bepaalde combinatie te reserveren, te kopen of

samen te stellen. De bijzondere kentekens, waaronder de bekende

diplomatieke CD- en de koninklijke AA-kentekens, zullen niet

veranderen. Wel zijn er speciale reeksen voor het ministerie van

Defensie samengesteld die herkenbaar zullen zijn aan de letters

DM, als tweede en derde letter, in het kenteken. Dit in de

oude combinaties 7, 9 en 10.

Het is altijd weer een gebeurtenis waar veel mensen halsreikend naar uitkijken. De aankoop van een nieuwe auto of motor wordt er voor uitgesteld, de eerste verschijning ervan in de straat geeft stof tot gesprekken. Waar dit over gaat? Over de nieuwe kentekens die op 1 april 2014 zijn uitgebracht natuurlijk!

Speciale kentekens tijdens Nuclear Security Summit (NSS)Autoliefhebbers zal het niet zijn ontgaan: de bijzondere kentekens die op de auto’s van de

wereldleiders tijdens de NSS-top in Den Haag te zien waren. Witte kentekenplaten met

blauwe letters en cijfers, het NSS-logo en een keur aan vlaggen.

Heel wat anders dan onze bekende geel-zwarte kentekenplaten.

Maar hoe is het mogelijk dat voertuigen in Nederland met een

totaal afwijkend kenteken rondrijden? Om dat mogelijk te maken

was er een wijziging in het Kentekenreglement nodig, die gelukkig

nog mee kon met de wetswijziging voor het nieuwe kentekenbe-

wijs die toch al bij de Tweede kamer lag. Eerder had het ministerie

van Buitenlandse Zaken al bij de RDW het verzoek neergelegd om

speciale kentekens te maken voor de in totaal 244 auto’s die voor

het vervoer van de wereldleiders ingezet zouden worden.

De bijzondere kentekens namen de plaats in van de traditionele

landsvlaggetjes op de auto’s. Die vlaggetjes bleken niet bestand te

zijn tegen de hoge snelheden waarmee gereden werd, maar belang-

rijker waren aspecten als veiligheid en herkenbaarheid.

De in totaal 58 colonnes reden namelijk in een strikt vastgestelde

volgorde. Dankzij de speciale kentekenplaten konden politie en

veiligheidsdiensten snel vaststellen wie waar reed. Alleen de roem-

ruchte ‘The Beast’ van president Obama, waarvan er overigens vier

zijn, kreeg uit veiligheidsoverwegingen helemaal geen kenteken.

Daardoor is het nooit met zekerheid te zeggen in welke Beast de

president zal zitten, want juist deze enorme auto’s zijn opvallend

genoeg om ook zonder kenteken zeer herkenbaar te zijn.

Altijd weer spannendNieuwe kentekens!

> ‘The Beast’ van president Obama

> Combinatie 11

> Combinatie 12

> Combinatie 13

> Combinatie 14


Ze zijn ronduit spectaculair, die ‘high speed e-bikes’. Niet te

vergelijken met de brave elektrische fietsen met trapondersteuning,

kaarthouder en stevige fietstassen achterop die je normaal

associeert met het begrip elektrische fiets. Maar zijn het nu

brommers, snorfietsen of gewone fietsen? Aan die onduidelijk-

heid is nu een einde gekomen.

Technisch een bromfiets, registratief een snorfietsHigh speed e-bikes zijn tweewielige voertuigen met elektrische

trapondersteuning. Het verschil met de normale elektrische fiets is

dat de ondersteuning niet bij 25 km/u ophoudt, maar gewoon door-

gaat en een vermogen heeft dat hoger is dan 250 watt. Het is daar-

mee een motorvoertuig (dus kentekenplichtig) dat in huidige

Europese wetgeving in de categorie bromfiets valt en in Nederland

volgens de Regeling kentekens en kentekenplaten gekentekend

wordt als snorfiets. Zo’n high speed e-bike haalt dan ook gemakkelijk

snelheden van 45 km/u. Dat levert een dilemma op, want ze

beschikken dus over een maximale trapondersteunende snelheid

van 45 km/u, terwijl ze als snorfiets maar 25 km/u mogen rijden.

Het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft daarom het

overleg gestart tussen overheid en belangenorganisaties om

duidelijkheid over de positie van de high speed e-bike te krijgen.

Regelgeving tot 2017Dit heeft resultaat gehad. Tot 1 januari 2017 geldt dat high speed

e-bikes in Nederland geregistreerd en gekentekend worden als

snorfiets. De berijder moet minimaal 16 jaar zijn, over een brom-

fietsrijbewijs (AM) beschikken en binnen en buiten de bebouwde

kom mag niet harder dan 25 kilometer per uur worden gereden.

Verder is een WA-verzekering verplicht en moet op het fietspad

gereden worden. De high speed e-bike krijgt een blauw snorfiets-

kenteken.

Vanaf 1 januari 2017 worden high speed e-bikes in Nederland

geregistreerd en gekentekend als bromfiets. Dus ze krijgen onder

andere een gele kentekenplaat en de berijder moet een helm dra-

gen. Vanaf die datum mag de berijder van zo’n snelle e-bike op het

fietsen bromfietspad binnen de bebouwde kom rijden, maar niet

harder dan 30 km/u. Buiten de bebouwde kom mag op een fiets-

of bromfietspad niet harder dan 40 km/u gereden worden en op de

rijbaan niet harder dan 45 km/u.

ToekomstMogelijk gaan er nog aangepaste regels gelden. Het ministerie

onderzoekt nog hoe deze snelle e-bikes veiliger kunnen deelnemen

aan het verkeer. Denk daarbij aan de beste plek op de weg en welke

helm geschikt is voor de berijder.

Positie ‘high speed e-bikes’ op de weg

Waarom deze wijziging? Inschrijven op basis van een digitaal CvO

sluit naadloos aan op nieuwe Europese regelgeving. De inschrijving

in het kentekenregister vindt dan plaats op basis van de werkelijke

voertuiggegevens in plaats van op basis van de typegoedkeuring.

Als de fabrikant/importeur het CvO al heeft aangeleverd, dan ver-

loopt de kentekenaanvraag ook sneller en efficiënter. Bovendien

worden de CvO-gegevens op de chip van de kentekencard ge-

plaatst.

Gevolgen voor branche

• Voor een dealerbedrijf verandert er nagenoeg niets. Het op naam

zetten van een voertuig blijft op precies dezelfde manier verlopen.

• Voor importeurs verandert het proces behoorlijk. In de huidige

situatie schrijft een importeur een voertuig in op basis van een

typegoedkeuring. Die procedure wordt afgebouwd. Voortaan

vraagt een importeur een inschrijving in het kentekenregister

aan op basis van het CvO. Daarop zijn alle technische details van

dat specifieke voertuig te vinden. Veel specifieker dus dan de

typegoedkeuring, want daarin staan voor sommige zaken ook

marges waarbinnen een waarde zich mag bevinden.

Werkwijze voor importeurs

• Stap 1: Het aanleveren van het CvO. Dat is al sinds 1 april 2014

mogelijk. Aangeleverde CvO-gegevens worden dan wel opgesla-

gen, maar nog niet voor registratie gebruikt. Importeurs doen er

goed aan om snel in te stappen en te wennen aan de nieuwe

manier van aanleveren. Op de website van de RDW is uitgebreide

informatie te vinden.

• Stap 2: Het inschrijven van het voertuig in het kentekenregister.

Over de invoeringsdatum overlegt de RDW met belanghebbende

brancheverenigingen. De Versnelde Regeling, die de grote

importeurs gebruiken voor het inschrijven van voertuigen, wordt

dan aangepast. Deze is overigens alleen te gebruiken als het CvO

voor het verzoek tot inschrijving al digitaal is aangeleverd. Voor

importeurs die kleinere aantallen voertuigen in één keer inschrij-

ven, is WebVKR een goede optie. WebVKR is ideaal voor een voer-

tuig waarvan de RDW geen digitaal CvO heeft ontvangen. De

importeur neemt de gevraagde gegevens dan over van het papie-

ren CvO. WebVKR wordt ook aangepast.

Inmiddels blijken de grote importeurs al actief met het implemen-

teren van de nieuwe procedures. De RDW adviseert echter ook

importeurs die op kleinere schaal werken om zich nu al, samen

met de fabrikanten, voor te bereiden op de komst van het digitale

CvO.

Meer informatie op www.rdw.nl.

Vanaf 1 april 2015 kunnen voertuigen alleen nog worden inge-schreven op basis van een Certificaat van Overeenstemming (CvO) en niet meer op basis van een typegoedkeuring. Dat heeft gevolgen voor de branche.

Invoering digitale CvO: wat zijn de gevolgen?


1. De optie ‘Geen teller’ mag alleen gebruikt worden als het

voertuig niet is uitgerust met een kilometer- of mijlentel-

ler. Over het algemeen zijn dit alleen oldtimers van meer

dan 50 jaar oud. In de praktijk merkt de RDW echter dat

ook bij voertuigen die wel over een teller beschikken de

optie ‘Geen teller’ gekozen wordt. Het onterecht gebruiken

van de functie ‘Geen teller’ is niet toegestaan. Elk gecon-

stateerd misbruik heeft direct gevolgen voor de RDW-

erkenning.

2. Vergeet niet de tellerstand te registreren bij export en

demontage. Daar worden de meeste fouten mee gemaakt.

3. Registreer de tellerstand zo snel mogelijk. Niet alleen in

de eigen software, maar ook bij de RDW. Er moeten regel-

matig correcties uitgevoerd worden omdat een tellerstand

op een andere locatie weer ingevoerd wordt, terwijl de

vorige stand nog niet is doorgegeven. Hierdoor ontstaat er

vaak een trendbreuk.

4. Controleer voor aankoop de tellerstand. Koop geen voer-

tuig met een bewust teruggedraaide kilometerstand.

Dat maakt bijvoorbeeld het verkopen van een voertuig met

een onlogische stand moeilijker. Via de providers A2SP en

VWE kan gecontroleerd worden of een tellerstand een

logische reeks oplevert. Dat kan ook via de dienst

‘Tellerstand controleren’ op www.rdw.nl.

TIPSEr werd lang naar uitgekeken: het strafbaar stellen van het

terugdraaien van kilometertellers. Nu dit begin dit jaar een feit

geworden is, heeft de RDW om ervaringen uit de branche

gevraagd. Aan de hand daarvan zijn ook enkele wijzigingen en

verbeteringen doorgevoerd.

Uit de registraties en een eigen onderzoek onder 500 RDW-erkende

bedrijven blijkt dat de branche zich goed geïnformeerd voelt en de

meeste bedrijven de verplichte registratiepunten al routinematig

uitvoeren. Dat blijkt ook uit het feit dat steeds minder correcties op

tellerstanden uitgevoerd worden. Twee derde van de ondervraagden

staat achter de wetswijziging en driekwart is positief over de teller-

registratie. Op basis van het onderzoek en geluiden uit de branche

en brancheverenigingen voert de RDW een aantal veranderingen

door.

• Tellerrapport bij in bedrijfsvoorraad nemenAls een gebruikt voertuig in de bedrijfsvoorraad wordt opgenomen,

dan leveren providers meteen als service gratis een tellerrapport.

Dit kan gebruikt worden bij de verkoopgegevens van het voertuig.

A2SP en VWE hebben dit inmiddels gerealiseerd. Ook op

www.rdw.nl kan een tellerrapport worden verkregen.

• Controle op onlogische kilometerstandenInmiddels zijn er extra controles ingebouwd die volstrekt onlogische

standen achteraf zelf corrigeren. Dit is ook het geval als op dezelfde

dag twee keer dezelfde stand voor hetzelfde voertuig wordt door-

gegeven . Dit scheelt correctieverzoeken!

• Signalering bij ontstaan van trendbreuk Erkenninghouders die hun e-mailadres hebben doorgegeven via het

online loket van de RDW, ontvangen een e-mailbericht als hun inge-

voerde tellerstand een trendbreuk veroorzaakt. Zo kan men zelf via

het online loket een eventuele invoerfout rechtzetten. Het zou mooi

zijn als men zo’n signaal al meteen krijgt op het moment dat de tel-

lerstand wordt ingevoerd. De RDW is bezig om deze service in te

voeren. De invoeringsdatum is nog niet bekend.

Alle stappen in registratie tellerstanden

Op de website van de RDW staat een handig stappenplan voor de

registratie van tellerstanden. Klik naar Zakelijk > Tellerstanden >

Tellerstand registreren.

Registratie tellerstanden: de stand van zaken

Een RDW-erkend bedrijf mag een voertuig in de eigen bedrijfs-

voorraad aanmelden. Voorwaarde is dat het bedrijf eigenaar is van

het voertuig en de intentie heeft het voertuig te verkopen. Een

voertuig mag dus niet in de bedrijfsvoorraad aangemeld worden

met een ander doel dan de verkoop ervan. Dit is een doorlopende

verplichting die inhoudt dat een voertuig dat (al dan niet tijdelijk)

niet ter verkoop wordt aangeboden, uit de bedrijfsvoorraad verwij-

derd moet worden. Dat kan door het voertuig bijvoorbeeld op naam

te zetten of te schorsen.

Uit onderzoek is naar voren gekomen dat veel erkende bedrijven

deze regel overtreden. Dat gebeurt onder meer door voertuigen in

de bedrijfsvoorraad te zetten die bedoeld zijn als ‘donorvoertuig’,

dus waarvan de onderdelen worden gebruikt om één of meerdere

voertuigen te repareren of restaureren. Ook restauratieprojecten of

verzamelaarsobjecten worden ten onrechte in de bedrijfsvoorraad

opgenomen. Reden daarvoor is vaak dat ze als ‘bedrijfsvoorraad-

voertuig’ vrijgesteld zijn van motorrijtuigenbelasting en andere

verplichtingen. Het punt is echter dat in deze voorbeelden de voer-

tuigen niet actief ter verkoop aangeboden worden.

Zelfs wanneer het de bedoeling is om het voertuig bijvoorbeeld

na restauratie weer ter verkoop aan te bieden, mag het voertuig

tijdens de restauratie niet in de bedrijfsvoorraad blijven staan.

Wanneer een voertuig in de bedrijfsvoorraad aangemeld is of gaat

worden terwijl het de bedoeling is om het voertuig te demonteren,

dan bestaat de mogelijkheid om onder voorwaarden de bevoegdheid

demontage (ORAD) aan te vragen. De voorwaarden daarvoor zijn te

vinden op www.rdw.nl.

Belangrijk om te weten: de RDW is dit jaar begonnen met een

verscherpte controle op deze voertuigen in de bedrijfsvoorraad.

Dit kan bij overtredingen leiden tot zware sancties, zoals de

intrekking van de erkenning bedrijfsvoorraad. Het advies is dan

ook om de bedrijfsvoorraad na te lopen en voertuigen die niet

(meer) voor verkoop bedoeld zijn uit de bedrijfsvoorraad te nemen.

Het lijkt zo handig of soms zelfs verleidelijk om een auto in de bedrijfsvoorraad aan te melden zonder de bedoeling het voertuig te verkopen. Denk aan een langlopend restauratieproject en die leuke klassieker in de showroom. Of een vriendendienst voor een relatie die een paar maanden naar het buitenland gaat en zo de auto voordelig ‘buiten gebruik’ kan zetten. Doe het echter niet, de sancties op oneigenlijk gebruik van de regeling zijn zwaar.

Aanmelding bedrijfsvoorraad alléén voor verkoop


Beperkt effect op Nederlandse APK

1. Wat is het doel van dit pakket maatregelen?Het doel van de Europese Commissie was om te zorgen dat er

in de EU één APK zou komen voor alle voertuigcategorieën,

voorgeschreven door een verordening. Dit was de insteek vóór de

onderhandelingen in de raadswerkgroepen. Op dit voorstel heeft

Nederland, met nog enkele Europese landen, een gele kaart

gegeven.

De complete uitvoering van het pakket maatregelen zou een

enorme lastenverzwaring betekenen in de hele EU. Een verzwaring

die niet in verhouding zou staan tot de vermindering van het aantal

verkeersslachtoffers. Er was net geen meerderheid voor het

amendement van Nederland, zodat het voorstel niet door de

Commissie teruggetrokken hoefde te worden en zijn de

onderhandelingen begonnen.

Uiteindelijk is het een richtlijn geworden, geen verordening dus,

met iets meer ruimte voor de lidstaten. Daarnaast is er voor

diverse voertuigcategorieën geen verplichte APK-keuring geko-

men. Een lidstaat mag zelf bepalen of een categorie wel of niet

gekeurd moet worden. Denk hierbij aan lichte aanhangwagens,

caravans, brommers, motoren en dergelijke. Zelf vind ik dit ook

wel logisch. Neem bijvoorbeeld motorfietsen. Die worden in de

noordelijke landen van de EU vooral recreatief gebruikt, ook

meestal alleen in de zomer. In de zuidelijke lidstaten worden

motoren echter veelal ingezet voor dagelijks gebruik.

2. Zijn er gevolgen voor het Nederlandse APK-systeem?Nederland loopt in de EU mede voorop met de APK-keuringen. Wij

voeren de keuringen al uit op hoog niveau. Daardoor hoeft er aan

de technische inhoud van de keuring niet heel veel te veranderen.

Wel zullen er drie categorieën afkeuren komen: lichte, zwaardere

en directe verkeersgevaarlijke afkeuren. Wat dit precies voor de

burger gaat betekenen, moeten we nog nader invullen.

De grootste wijziging zit in een nieuwe groep. Het gaat hier om het

keuren van tractoren T5, dus geconstrueerd voor een snelheid van

boven de 40 km/u en die worden gebruikt op de openbare weg.

Deze moeten verplicht gekeurd gaan worden. In 2022 komen

motoren ook onder de verplichte APK, tenzij een lidstaat kan aan-

tonen de veiligheid op een andere manier te kunnen borgen. Onze

minister heeft al aangegeven voor deze optie te kiezen.

3. Wat zijn de gevolgen voor de erkenninghouders?De erkenninghouders APK 1 (zware voertuigen) zullen over enkele

jaren een spelingsdetector moeten aanschaffen en de APK 2-

bedrijven (lichte voertuigen) een geluidsmeter en een gasdetectie-

apparaat. Verder zullen er wat wijzigingen komen in de keurings-

eisen en wijze van keuren. Dit alles wordt door de RDW samen met

de branche in de komende maanden uitgewerkt.

4. Wat merkt de burger van de nieuwe maatregelen?Ik denk dat de burger de komende maanden nauwelijks iets zal

merken van deze richtlijn. Zoals eerder aangegeven, staat de APK

in Nederland al op een hoog niveau en voldoen wij op vrijwel alle

punten nu al aan de nieuwe richtlijn. In veel andere landen zal de

invloed echter groter zijn.

5. Wat was de rol van de RDW bij de totstandkoming van het pakket?De RDW heeft samen met het ministerie van Infrastructuur en

Milieu (IenM) en de permanente vertegenwoordiger alle raads-

werkgroepen actief bijgewoond. We hebben ons bijvoorbeeld heel

sterk gemaakt om het in Nederland gehanteerde systeem met

commerciële garages en de combinatie van onderhoud en keuren,

in stand te houden, en dat is gelukt. Verder hebben we veel input

geleverd op de technische inhoud van het voorstel. De onderhan-

delingen gingen in het begin in een razend tempo. Op vrijdag was

de bespreking in Brussel, wanneer ik dan in de avond naar huis

reed, belde ik diverse mensen die dan in het weekeinde aan het

werk gingen om amendementen voor te bereiden. Op maandag-

middag bespreking bij IenM, woensdag de resultaten opleveren

aan de permanente vertegenwoordiger, zodat hij medestanders

kon gaan zoeken in Brussel, en vrijdag weer naar Brussel voor het

volgende overleg. Dat ging zo weken door. We kunnen, denk ik, in

Nederland tevreden zijn met het resultaat. We hadden een erg

goede permanente vertegenwoordiger in Brussel die al heel

snel een ijzersterkte coalitie gevormd had met diverse landen,

waardoor we heel veel invloed hebben kunnen uitoefenen.

Wat is dat ‘roadworthiness’-pakket van de EU nu eigenlijk?Doel van het pakket is het verbeteren van de verkeersveiligheid en

het milieu, door het harmoniseren en uitbreiden van technische

controles van voertuigen en aanhangwagens (periodiek en langs

de weg).

‘Roadworthiness’-pakket van EU

Afgelopen maart is het Europese ‘roadworthiness’-pakket bekendgemaakt dat op 20 mei

2014 van kracht is geworden. Wat zijn de gevolgen daarvan specifiek voor onze APK en

erkenninghouders? En wat gaat de burger ervan merken? Vijf vragen aan Hens Peeters

Weem, manager APK bij de RDW.

> Hens Peeters Weem, manager APK bij RDW

22RDWijzer 1/2014 23

Een goed voorbeeld is de ontwikkeling van de zelfrijdende auto.

Een concept waar veel, heel veel van verwacht wordt. Maar eens

zal zo’n voertuig toch in het gewone verkeer zijn waarde moeten

bewijzen. Dat is lastig, omdat bestaande regelgeving dat absoluut

niet toelaat.

Met de hulp van de RDW zijn praktijktesten toch mogelijk. Wanneer

tenminste aan, onder meer, de randvoorwaarden van verkeers-

veiligheid en milieu wordt voldaan. Om in aanmerking te komen

voor de nodige vergunningen en ontheffingen wordt aan bedrijven

of instellingen gevraagd om een informatiedossier aan te leveren.

In dit dossier moeten ten minste de volgende onderwerpen

opgenomen zijn:

• De redenen waarom de technologieën of concepten tot gevolg

hebben dat het systeem, het onderdeel of de technische eenheid

onverenigbaar is met de voorschriften.

• Een beschrijving van de veiligheids- en milieuoverwegingen en

van de genomen maatregelen.

• Een beschrijving van de tests en de resultaten ervan, waaruit

blijkt dat in vergelijking met de voorschriften waarvoor

ontheffing wordt aangevraagd, ten minste een even hoog

veiligheids- en milieubeschermingsniveau wordt gewaarborgd.

Verder moet de aanvrager kunnen aantonen dat aan de voor-

waarden van verkeersveiligheid en milieu wordt voldaan. Wanneer

dat nodig is, wordt, voor rekening van de aanvrager, aanvullend

testwerk gedaan. De toelating van een experimentele technologie

of concept is verder gelimiteerd in tijd en is vaak beperkt tot een

specifiek deel van het wegennet. Deze aanvullende voorwaarden

worden vastgelegd in een ontheffing.

Bedrijven of instellingen die belangstelling hebben om voor deze

ontheffingen en vergunningen in aanmerkingen te komen, kunnen

contact opnemen met de divisie Voertuigtechniek van de RDW.

Bij de ontwikkeling van nieuwe technologie komt altijd als laatste de meest lastige hindernis in

zicht. Want in het laboratorium, de onderzoeksfaciliteit of op de testbaan is de realiteit van het

echte leven nooit volledig na te bootsen. Pas in de dagelijkse, harde praktijk komen de kwaliteiten

van innovatie echt bovendrijven. Is de technologie werkelijk bruikbaar of niet? Bij die ontdekkings-

reis is de RDW een belangrijke partner.

RDW partner in ontwikkeling nieuwe technologie

> Veilig de krant lezen achter het stuur? Een aansprekend voorbeeld van nieuwe technologie is de zelfrijdende auto. De eerste praktijk-

tests op de openbare weg hebben al plaatsgevonden.

Elk voertuig dat in het buitenland gekocht is, moet, na een keuring

op een keuringsstation van de RDW, ingeschreven worden in het

kentekenregister van de RDW. Bij de keuring wordt onderzocht of

de buitenlandse registratie van het voertuig overgenomen kan

worden. Als een erkend bedrijf eigenaar is van het voertuig en de

bedoeling heeft het voertuig te verkopen, dan kan aan de hand van

de bedrijfsvoorraadpas een inschrijving plaatsvinden zonder dat

het voertuig op naam wordt gezet. Heeft het erkende bedrijf verder

een ‘artikel 8’-vergunning van de Belastingdienst, dan hoeft de

BPM pas betaald te worden als het voertuig voor het eerst op naam

wordt gezet.

Voordelen met voorwaardenAan deze voordelen zijn echter wel voorwaarden verbonden. Zo

mag een voertuig alleen met de bedrijfsvoorraadpas gekeurd wor-

den als het bedrijf ook de eigenaar van het voertuig is. Een voertuig

in opdracht van een particulier invoeren en laten inschrijven met

gebruik van de bedrijfsvoorraadpas is dus niet toegestaan. In dat

geval moet ook de BPM direct worden betaald en wordt het ken-

teken direct ook op naam van de nieuwe eigenaar gezet.

Verder mag een voertuig waarvan het RDW-erkende bedrijf de

eigenaar is alleen met een bedrijfsvoorraadpas ingeschreven wor-

den wanneer het de bedoeling is het voertuig te verkopen. Het is

dus bijvoorbeeld niet toegestaan om een voertuig nadat het is

ingeschreven, eerst te restaureren om het daarna pas te koop aan

te bieden. Erkenninghouders moeten met het voertuig handelen

zoals ze dat bij hun andere bedrijfsvoorraadvoertuigen gewend

zijn. Zo mag alleen een proefrit gemaakt worden als het voertuig is

voorzien van de handelaarskentekenplaten.

Geconstateerde problemenAls het voertuig aan een ander erkend bedrijf wordt verkocht, dan

is overschrijven nog niet nodig en hoeft er ook nog geen BPM te

worden betaald. Als aanvrager van de inschrijving blijft het

erkende bedrijf dat het voertuig heeft laten keuren wel verant-

woordelijk voor de tenaamstelling als het voertuig aan een particulier

of niet-erkende rechtspersoon wordt verkocht.

Uit meldingen van de politie blijkt dat er sinds vorig jaar een toe-

name is van voertuigen die zonder op naam te zijn gezet op de

openbare weg rijden. Naar aanleiding daarvan heeft de RDW con-

troles uitgevoerd. Daaruit kwam naar voren dat deze voertuigen

waren verkocht aan niet-erkende bedrijven zonder dat ze op naam

waren gezet. Ook werden proefritten gemaakt zonder handelaars-

kenteken.

Daarom voert de RDW extra controles uit bij bedrijven die voertui-

gen via de parallelimport invoeren en laten inschrijven. Een over-

treding van de regels kan ernstige gevolgen hebben voor de erken-

ning bedrijfsvoorraad. Het advies is dan ook om de bedrijfsvoor-

raad na te lopen, om sancties te voorkomen. Via [email protected] kan met

het bedrijfsnummer en het verzoek om een overzicht van de inge-

voerde voertuigen snel en eenvoudig een overzicht worden

opgevraagd (kosten 4,90 euro).

Bij parallelimport worden voertuigen niet via de officiële impor-teur, maar door een erkend bedrijf zelf geïmporteerd zonder dat het voertuig op naam wordt gezet. Het erkende bedrijf heeft hiervoor de erkenning bedrijfsvoorraad nodig. Daarbij gelden wel een aantal belangrijke regels.

Toezicht op parallelimport door erkend bedrijf verscherpt

24RDWijzer 1/2014 25 RDWijzer 1/2014

De echt allersnelste manier om over de RDW te communiceren is natuurlijk je Twitter-account gebruiken.

Een greep uit de #RDW-tweets van het afgelopen halfjaar.

Trending topics #RDW

Colofon > RDWijzer is een uitgave van de RDW, bestemd voor de voertuigbranche

Redactie > Erwin Hazenack (hoofdredacteur) > Derk Evers

Fotografie > RDW > ANP Photo > Hollandse Hoogte > Target Press > Ewoud Klop >

Wouterjan Stikkel > Marco van Leeuwen > Stephan Creutzburg (coverfoto)

Vormgeving > Ping-pong Design, Rotterdam

Drukwerk > Scholma Druk, Bedum

Redactieadres > RDW, afdeling Communicatie, Postbus 777, 2700 AT Zoetermeer

Tweet van: @mauricekarel

Scooter weer goed gekeurd bij het RDW!

Nu zijn me kenteken weer kwijt bij het

bureau. Wat een gedoe is dat!

Tweet van: @JanP64

Vandaag voorlopig de laatste checks

gedaan aan de cabrio van @jetblank.

Maandag RDW voor Nederlandse

papieren, daarna graag ZON.

Tweet van: @RNK83

Eindelijk is het kentekenbewijs ook een

kaartje geworden. Goed bezig #RDW.

Tweet van: @RDWnl

Een onveilige auto levert nog veel

meer ellende op. Ook voor je mede-

weggebruikers!

Tweet van: @wervelstorm

@RDWnl graag tweet als storing

voorbij is.

Tweet van: @Rimconator

Vandaag van RDW kentekencard

van nieuwe motor ontvangen.

#geluksmomentje

Tweet van: @h_vanderVeen

Veelpleger reed op gestolen Giant

damesfiets, stond in het fietsdiefstal-

register van RDW.

Tweet van: @reinierschurer

Vandaag controle op groot transport

snelweg gedraaid met in-/externe

partners o.a. #RDW #Belastingdienst

#NVWA #ILT

Tweet van: @RDWnl

@D66Coevorden: RDW verkoopt geen

persoonsgegevens. Ook niet voor

reclame. Zie onze brochure over

privacybescherming.

Tweet van: @Politie_Rdam

RDW en politie controleren op technische

gebreken, maar ook op kenmerken van

diefstal of omkatten, eventuele aan-

wezigheid van wapens of inbreekwerktuig.

Tweet van: @Robkuh1990

De RDW heeft gewoon housemuziek

anno 2013 als wachttune #chill...

Tweet van: @PrimeraBolsward

Kentekens overschrijven en krasloten

verkopen. Het is weer overduidelijk

zaterdagochtend :)

Tweet van: @RDW_Nieuws

Google bouwt auto zonder stuur

en gaspedaal.

Tweet van: @BOVAGkrant

#RDW waarschuwt voor valse e-mail

over gratis #kentekencard.

26RDWijzer 1/2014

RDW verspreid over Nederland>

Klantenservice voor ondernemingen

Telefoon: 0900 97 39 (0900 ZRDW)Klantenservice voor particulieren

Telefoon: 0900 07 39 (0900 0RDW)

Beide servicenummers kosten 10 cent

per minuut. De openingstijden van de

Klantenservice zijn van 08.00 tot 17.00 uur.

Meer informatie?Klik voor meer informatie op de

internetsite van de RDW, www.rdw.nl

oude liefde roest wél - rdw

Documents