met mijn kater achterop

60
TITUS WAALWIJK

Upload: robert-zwerver

Post on 19-Mar-2016

223 views

Category:

Documents


1 download

DESCRIPTION

Zwervers gedichtenboek

TRANSCRIPT

Page 1: Met mijn kater achterop

TITUS WAALWIJK

Page 2: Met mijn kater achterop
Page 3: Met mijn kater achterop

MET MIJN KATER ACHTEROP.

Titus Waalwijk (LogZwerver)Gedichten van een motorrijder.

3

Page 4: Met mijn kater achterop

4

Mijn dank aan Fred Smit, TW Media, Henny de Waart, Marianne Sureveen, Etiënne de Souter, Paul Roox, Aad van Dijk, Jos Frijns, Kees Zwanenburg, John Storij, Branie Motors, Restaurant Kam-San, Loek Nederpelt, Leon (Lassie) v/d Plas. Zonder hun ondersteuning was dit boek niet tot stand gekomen.

Uiteraard gaat mijn dank ook uit naar de uitgever, Luc Freson. Een man die al ruim 30 jaar gepassioneerd bezig is met motorfietsen. En er al zo’n 20 jaar de mooiste naslagwerken over maakt.(www.motorboekenfreson.com). Hij durfde het aan, een boek uit te geven met gedichten over motorrijden. In Amerika is het onsterfelijk polulair, bikerpoetry. In Europa nog nauwelijks bekend. Dit boek is samengesteld met het vertrouwen dat daar verandering in komt. Want motorrijders beleven aparte avonturen. Ze gaan voor de reis, de bestemming komt vanzelf wel. Daarom is dit boek een uniek boek. Een boek over vrijheid, feesten, avonturen en een beetje erotiek. De avonturen van een Haagse motorrijder, beschreven in gedichten.

Page 5: Met mijn kater achterop

Zoon van de snelweg

Ik ben een zoon van de snelweg. Geboren uit een bliksemschicht die een spleet in een rots sloeg. De zon mijn vader, de berg mijn moeder

Groeide op tussen witte lijntjes, coke en burgers. Stapte op mijn zestiende op, ben niet vaak meer afgestapt. Hooguit om te tanken of te lozen.

Elke horizon werd een nieuw avontuur. Mijn broer en ik, dronken uit dezelfde fles. Harley mijn beste vriend. Lichaam met tattoos m’n bitch

Zwart leer beschermt metegen alles op mijn weg.Mijn zadeltassen houden mijn leven bij elkaar.

Vrijheid te geloven wat je ziet,beter wordt het niet.

5

Page 6: Met mijn kater achterop

Ze wilde nooit vertellen

Ze wilde nooit vertellenwaar ze vandaan kwam.Vroeger was niet belangrijk,het was voorbij.Waarom de zon zo schijnt,of de nacht donker is,weet niemand.Het komt en gaat.

Rivieren stromenaltijd naar de zee Zeeën drogen open worden wolken Die zee wordenin een onzichtbare cirkel

Waar ze heen ging wist niemand.Misschien een stukje rechtuit.Tot het eind van de wegen dan het hoekje om.Niet het doel was belangrijkmaar de reis erheen.

6

Page 7: Met mijn kater achterop

Verdwaald tussen leven en lust

Ik luister naar seks uit een jukebox Ben even gestopt bij een wegrestaurant voor de geur van hamburgers en spek.Heb dagenlang geprobeerd de horizon te bereiken.Onderweg gedroomd over je lippen, borsten, stem, je lach.Ik werd gek

Alle problemen die ik heb ontweken om beter bij jou te kunnen zijn. Dwaalde in seizoenen zonder reden, vond geen plaats om te vluchten voor jou zonder pijn

Nu zit ik hier

Tijd maakt me een seconde wijzer, de man zeist verder langs elke weg.Als ik de helderste ster ben, wie zijn dan mijn schaduwen?In welke geile perverse tent kan ik jou inruilen voor een moment van echte liefde?

Ik ben verdwaald tussen leven en lust,wil niet dat je me vergeetomdat ik op de weg leef en sterven zal

7

Page 8: Met mijn kater achterop

Vette zwijnen!

Afgehangen worsten.Leven als vorstenZware kazen.Eigen bazenVolle wijnen.Hoeren, orgies. Feesten,als dolle beesten.Tafels met wildin bakken gegrild.Geconfijte slakken.Wat je wilt kun je pakken.Stapels geldzonder geweld.Oude champagnes.Dozen kaviaar.

Politiek leven.Dat is pas zwaar.

8

Page 9: Met mijn kater achterop

Sturgis motorslet

Camera in mijn hand loop ik door het stoffig landLangs eindeloos motoren.Zware machines, kun je horenDuizenden motorgekken bij elkaarVoor het grootste feest van het jaar!

“Hee, foto!”, roept een vrouwenstem.

Op een zware harley, zit een dronken slet gierend van de lach, dikke pret!

“Hee, hiero!”

Ze trekt haar shirt omhoog, borsten springen in het oog“Foto!” gilt de dronken miss“Klik”Ik heb haar moment in de geschiedenis.

9

Page 10: Met mijn kater achterop

Staal, chroom en leer

Langs de weg op een zomernachtkwam hij dronken uit een bar.Een vrouw zag hij, ze speelde zachteen lied op een gitaar.“Is dat jouw fiets?” vroeg ze hem.“Ik ben gek op staal, chroom en leer”“Stap maar op”, zei hij“Dan neuk ik je een keer”

Ze schoof de gitaar op haar rug “Waarheen?”, vroeg hij.Ze stapte achterop.“Maakt niet uit” was wat ze zeiZe sloeg haar armen om hem heenreden naar de horizon.Scheurdend door de zomernachtmotor klonk als een kanon.Ergens gingen ze een zijweg inwaar hij een slaapplaats maakte.Daar onder het sterrenlichtdeed ze dingen die hem raakten.

10

Page 11: Met mijn kater achterop

Bij zonsopgang schoot ze hem neerdaar lag hij, bloedend in het zand.Ze keek in zijn brekende ogenpakte zijn koude hand.

“Ik houd niet van mannen”, zei ze hem.“alleen van staal, chroom en leerMijn eerste vriend was een biker,bedroog me keer op keer.Dus ik pak je motor als je het niet erg vindmaar ik zal een lied voor je schrijvenover jouw liefde voor de wind,en wat je deed met al die wijven”.Hij sloot zijn ogen, ze reed wegliet hem achter in de zon.Terug naar de snelwegwaar het allemaal begon.

Dus als jij een bar uitkomt een keerEn je ziet een vrouw met een gitaardie houd van staal chroom en leerGa dan niet mee met haar.

11

Page 12: Met mijn kater achterop

Mijn achteropzitslet

Vermoeid banen we ons een weg over het asfalt,mijn achteropzitslet stevig tegen me aan gedrukt. Na drie dagen booze, bands en babes. stoppen we abrupt langs de weg. Zacht gras nodigt uit om te rusten. Rood haar kruipt tegen mijn wang. Borsten tegen mijn arm. “Slapen, bigguy?”, fluistert haar tong in mijn oor. “Nu we eindelijk samen liggen?”. Haar handen strelen mijn hard wordende verslaving. Ongegeneerd trekt ze haar shirt uit, kruipt op me. Wat een lichaam… Sirenes openen mijn ogen. Rood haar kriebelt in mijn gezicht, ik voel een klap op mijn wang. Door blauwe zwaailichten en witte jassen hoor ik haar stem:“Klootzak, ik zei nog dat je niet moest gaan rijden!” Handen tillen me op, duwen me een ziekenwagen in. Wat een vrouw...

12

Page 13: Met mijn kater achterop

(Sturgis 1969)

Ze rijdt met bloemen in het haar,blik op wezenloos en oneindige liefdeHaar weg is lang.“Wil je een sigaret?”, vraagt ze me.Haar ogen kijken zwoel als ik haar vuur aanbied.Ze pakt mijn hand, trilt een beetjebij de aanraking van de hete huid in zwart leer.We inhaleren de gezamenlijke rookvoelen ons één, verbonden metde onwetende toekomst die niets hoeften alles mag brengen.

“Hoe lang nog?”, vraagt ze me. Ik kijk haar niet begrijpend aan.Ze glimlacht witte tanden blootherhaalt haar vraag ;“hoe lang nog?”

De weg is lang en onbestemd.Vrijheid maakt het mooi.Zolang je niet geketend het pad betreedthoef je niet te weten waar het eindigt.Haar zucht is licht als een windvlaag.Even blinkt er iets in haar ogenals ze zacht m´n stoppelwang streelt en zegt:

“Ride to live but don’t live to ride, there are many roadtrips to heaven”

Ik grijns haar nog eenmaal toe:“Hey honey, I´m a cowboywanted for my sins”

©Ibunda 2007 13

Page 14: Met mijn kater achterop

Bumperklever

Over de eindeloze autobahn rijd ik naar God-weet-waar. Op mijn spatbord voor glimt een haagse ooievaar.

Hij vliegt als het ware voor me uit, wijst me de weg, met zijn stalen snuit

Als ik een vrachtwagen in ga halenremt bumperklevend en expreseen vette bak,da’s balenvlak achter mij, een Mercedes.

Knipperend met zijn lichten schiet hij heen en weer. Voor zo’n boer ga ik niet zwichtendenk dat ik ‘m een lesje leer

Ik grijp uit mijn zadelrol, een whisky fles, halfvolMet een achteloze booggooi ik ‘m over mijn schouder omhoogFles knalt op de bumperklever’s dakdie ineens rijd als een slak.

Bumperkleven, rot lekker opTrucker gebaart grijnzend: “top”. Net als ik kent hij het levenen ‘t gevaar van bumperkleven

14

Page 15: Met mijn kater achterop

Vader vergeeft ze

Staand onder neonis licht van plezier dat ik kenoud en vergaan.Leeft angstig verslaafd,in de schaduw van zichzelf.

Rijdend langs een rivier.zie ik zwart water stil.Het doodt alles, met ieder gif dat je kunt bedenken.

Ik ken de steegwaar pervers plezier van geweldde lach van lippen sneed.Verstand in je kruis,kort gevoel van onbestemde geilheid

Op een kruispuntgekocht van geleend geld,wordt ziek verdrietopgelapt door kenniszonder gevoelof gedachte aan leven, daarna.

Ik rijd naar het licht van dood en verderf.Naast leugens en sletten,langs satans bedrog en geweld.

Vader vergeeft ze.

En ik trek spijkersuit bloedig vlees.

15

Page 16: Met mijn kater achterop

Jij bent cool

Oorlog,chaos, levende bommen.Doden gewonden ze komen in drommen.Overal zijn rampen.De wereld draait in kampen.Honger, ziektes, leedop die bol die “aarde” heetDrugs voor iedereen te koopconsumeer, het liefst een hoop

We gaan toch dood, wat maakt het uitWacht niet tot de noodklok luidtJe leeft vandaag, morgen moet nog komenKoop nu je mooiste dromen

Glim, eet, drink, spuit en snuif!Je hebt nikes en een coole kuifWat kan jou nou gebeuren?Ze moeten niet zo zeuren!

16

Page 17: Met mijn kater achterop

Bikers gaan niet dood

Wees niet bangals je leven eindigt.Vrees dat het nooit begint!En niemand jouw verhaal vertelt.Of met jouw lachen overwint!

Want, goede vriendbikers gaan niet dood.Ze leven, als verwacht!Als verhalen,verteld bij kampvurenword vaak aan ze gedacht.

In kinderen leeftduizend jarenelke biker voort.In ziel en in herinnering,door daden en een lachLeven bikers, ongestoord.

17

Page 18: Met mijn kater achterop

Spreken met God.

Om lief te hebben met verscheurende passie, geraakt te worden, altijd vrij te zijn.

Oceanen bevaren,onbekende gebieden veroveren en jagend op rivieren ontdekken. wat geluk is.

Dan, rijdend op wolken, vliegend door dalenbergen beklimmen, alleen omeeuwige sneeuw te ontmaagden, volkomen één te zijn met het universum en stof van een eindeloze reis te voelen

Om dan, rustend op een koele sterdie ik net van de duivel had gestolente spreken met God, zou ik willen sterven.

18

Page 19: Met mijn kater achterop

De wereld is van ons

Een mooie dag, ik ben in vormvandaag vieren we het leven.We dragen ‘t zwart leren uniformdat klootjesvolk doet beven.

Getekend tegen grauwe luchtbrullend op de highway.Nemen we in een diepe zucht de ademtocht van leven mee.

Aards leven is een kort bevelvannacht ga je genieten.Koplampen schijnen felals we over het asfalt schieten.

Stap achterop, ik laat je zienhoe mijn wereld verder gaat.In deze nacht die ik verdien,weg met de zieke regelmaat.

De wereld is van ons vannacht,we rijden als de hel.Vol gas, zoals verwachtde hemel zien we later wel.

19

Page 20: Met mijn kater achterop

Motorrijders lach

Rondom grijzen ingeblikte muizen op weg naar hun val. De baas verwacht ze elke dag.

Vier banen breed strompelt de stoet zich haastig naar de afslag van de dag.

Een klein blikje geilheid lacht naar me door een spiegel. De tikslet schrikt als ik teruglach.

Ze heeft de vliegen tussen mijn tanden gezien.

20

Page 21: Met mijn kater achterop

Bitch!

Nou moet je niet denken dat ik zomaar even schrijf wat ik zeggen wil. Deed ik dat, zouden er hele andere woorden staan hier. Waarheid komt niet zo gemakkelijk over mijn lippen als het om jou gaat.

Je staat me mooi. Maar dat is alleen het lijstje om mij heen. Je gezuip ziet geen mens, je gekreun hoort alleen je baas nog. Eigenlijk ben je al uit mijn hart, leef ik beter zonder jou.

Maar je moet nog even blijven. Tot het eind van de maand. Dan gooi ik je echt opnieuw in gedachten de deur uit.

21

Page 22: Met mijn kater achterop

Rijdend naast God.

Windvlaag brengt herinneringen aan verre tochten,slapen onder sterren,jouw lichaam warm tegen mij aan.Een witte engel nam je zomaar meeLangs wolkenranden, boven verre bergenvervaagde jouw ziel in zacht geraas.Aan de horizon wankelteen avontuur op de randvan de wereld.

Mijn gedachten laten jou lachenom witte kuiven zeewateren duikende meeuwenDe wind vliegert kleurendoor mijn adem,laat een luchtkasteel zandkorrels in mijn ogen waaien

Loslaten zonder afscheid nemenis verliezenzonder verliezer te zijn

Het is mooi geweest

22

Page 23: Met mijn kater achterop

Moordend voor een kus

Eindeloos is de reisnaar mijn duister lief.

Langs de weg vol geheime leugensleeft verdraagzaamheidvervormd in landschappenvol levend gif.Over zwart waterwaarin wolken drijvenzie ik helder blauwe vissen vliegendoor schuimkragen naast mijn wielenZo ben ik een leven lang op wegom te vinden.

Moordend voor een kus die mijn zucht naar adem voor altijd stilt.En mijn ziel de weg weer vindwaar hij door leveneven vanaf geraakt was

23

Page 24: Met mijn kater achterop

Ik ben een geile biker

Ik ben een geile biker met een grote pik.Ik pak graag lekkere wijven, onverzadigbaar ben ik‘k heb 20 jaar gereden op mijn ex, dat vettig wijf.Ze stonk uit al haar gaten, ‘k gebruikte alleen haar lijf

Maar dat is nu vet verlopenik wil er nooit meer op!Ben dus effe weggekropenmet mijn zware knop

Nu zoek ik een nieuwe,liefst jong en ongebruikt.Zo’n mooie versedie nog lekker ruikt.Zo een waar ‘k mee kan pronkenzo’n geile modegril.Een die niet gelijk gaat ronkenals ik eens naaien wil!Zo’n slet met een tè kort rokkieen benen tot haar kontDie zou ik willen naaien,ik boor haar in de grond!

Ach, het zoeken duurt al weken langtoch wil ik weer seks!Dus moet ik toch, ben ik bangterug naar mijn ex.

24

Page 25: Met mijn kater achterop

De stoute man

Het is toch gebeurdin Den Haag, die mooie stad.Ik zeg :”opgepleurd”,heb het wel gehad.

Ik zette mijn motorvast tegen die toren.“Klik”deed het slot,kan het nog horen.

Vast die ketting,stevig slotDie krijgt geen mens kapot.

Dus is mijn motorgejat door geen mens.Die ook geen ketting wilde.En mij vast wel heeft gehoord,toen ik “stoute man”op zijn Haags gilde.

25

Page 26: Met mijn kater achterop

Mijn bitch!

Overeind gehouden door een handvol pillen, mijn herinnering en een sixpack rijd ik door de storm.

Is dat regen, in mijn ogen? Of de gedachte aan jou? Leren pak kleeft aan mijn huid, water druipt over mijn rug. Vijftien uur in het zadel. Moe zie ik je weer dansen, lachen. Voel je lippen op de mijne.

In mijn zadeltas bloemen.

Ik zal ze straks op de koude steen, waaronder je rust, achterlaten.

26

Page 27: Met mijn kater achterop

Levenslied

Je reisde altijd mee met mijom voor mij te zingenHet was fijn en mooiliefde kon beginnen

We reden levenslangde wereld rond als wijNu zijn je liedjes opde wind huilt mee met mij

Vaarwel allerliefste lief‘k werd zwerver om bij jou te zijnNu ik voor jou de aarde kliefis mijn hart pijnklein

De zon gaat onder in een mistnu wou ik dat je lied er wasIk vraag me af hoe stil het isonder ’t groene gras

27

Page 28: Met mijn kater achterop

Kus mijn kont

Elke dag zit ik erop.Behalve als ik effe stop.Omdat ook ik wel eens moet eten.Of een sletje ben vergeten.

Als ik weer start kust het mijn kont.Ook al heeft het ding geen mond.Urenlang onder mijn naad’t is een deel van mijn beste maat

Helemaal in zacht zwart leeronder mijn kont, keer op keerEchte luxe, niet van adelWat moet een motor zonder zadel.

28

Page 29: Met mijn kater achterop

Burgermannetje

Ik zit gevangen op de snelweg. Eindeloos bewaakt door mijn liefde voor vrijheid.Hier in het zadel ben ik meester in leven.

Jij staat overal langs de weg. Angstig te kijken als ik voorbij kom. Stiekem jaloers op de reis die ik vast achter de rug had.

Wat je echt zag was de stofwolk die ik achterliet. Verpakking van het verhaal dat je straks vertelt in je stamkroeg.

Over die engel en die stofwolk.

29

Page 30: Met mijn kater achterop

Weekend vriendin

Ik ben een sexy motoreen echte pronk machien.De allergeilste motordie jij ooit hebt gezien.Voor mij geen snelle rittenregen heb ik nooit gevoeld.Op mij kan je even zittendaar ben ik voor bedoeld.

De yup die mij gekocht heeftzo’n vette dikke sul.Nam mij voor zijn hobbyals verlengstuk van zijn lul.Zijn vrienden hebben een motordus heeft hij mij gekocht.Ík was zwart, groot en glimmendLang heeft hij niet gezocht.

Hij rijdt een beetje rond op mijnaar de eerste kroegIn zijn stoere leren pakZuipt hij door tot ’s-ochtends vroeg

30

Page 31: Met mijn kater achterop

Ik wou dat hij die kroeg eens uitkwam,me besprong voor een echte rit.Ben niet gemaakt om te glimmen,ben een ding met pit.Ik wil bereden wordentot ik niet meer kan.Niet door zo’n vette yupmaar door een echte man.

Dat zal vast niet gebeuren,ben maar voor de show.Ik kan zijn leven spannend maken.Een tikkie meer nivo.Ik ben de mooiste motor,een mooi weer koningin.Ben ik niet geil en prachtig?Een echte weekend vriendin…

31

Page 32: Met mijn kater achterop

Laat mij maar rijden

Misschien leeft een bikerniet zo als een ander mens.Daar maakt hij geen probleem van, hij heeft maar een diepe wens.

Te rijden als een vrije manop onbekende wegen.Als jij daar ooit eens bent verdwaaldkom je hem daar tegen.

Hij weet niets van afscheid,van leven weet hij veel.Eindigt ooit zijn lange tochtdan reed hij graag zijn deel

Van de weg die leven heet,waarlangs hij wilde zwervenOmdat hij vrij geboren wasen als biker wilde sterven

32

Page 33: Met mijn kater achterop

Punktieten

De rockbeat herinner ik me nog. Mijn zeiknatte naar bier stinkende slaapzak ligt opgerold achterop. De smaak van goedkope bourbon zit nog tussen mijn kiezen. Tussen de ochtendspits door sleurt mijn chopper meslingerend richting horizon. Alles bonkt nog naar drank, zweet, seks en wiet. Die punkslet had een heel stripverhaal op haar tieten getatoeëerd. Moeilijk te volgen toen het op en neer wipte.

Terwijl ik lucht en uitlaatgas adem, volg ik witte lijntjes naar het volgende feest.

33

Page 34: Met mijn kater achterop

Herinnering.

Was de horizon ver?Regen op mijn gezicht,was het nat?Of prikte het alleen.Vrienden, muziek…Bier…Jouw lach klinkt nog na.Vaag…Kleur van wolken.Gras en graan, gespleten door een asfalt lint.Ritme van de motor,eindeloos op weg.

Zo tranen mijn ooghoekenvan vergeten wind.Het word stil in mij

Ik stap op.Zadel zucht, leer kraakt.Contact. Een harde trap start gebulderverscheurt de stilteDaar, verderop moet het zijn.Langs de wegstaat een man in zwart achteloos met een zeis op zijn schouder.

34

Page 35: Met mijn kater achterop

Was ik stil geweest

Zonder mijn gepraathad jij nooit bestaan,was jou geen kroon gegeven.Je naam was nooit misbruikt,niemand had hem gekend.Vagevuur was een nachtmerrie geweest,mensen hadden nog geleefdin vrede…

Zonder mij waren doornen alleen voor rozen.Was er geen pijn geweest.Waren vuren alleen om op te koken,lagen geliefden samen op èèn kussen.

Was ik stil geweest,had jij nooit je kruis gedragen.Je vaderhad niets te vergeven gehad.

Jezus…Wat een puinhoop was dat geworden

35

Page 36: Met mijn kater achterop

Fuck ‘n roll

Eindeloze weg voor me. Blauwe borden, witte strepen flitsen voorbij. Geen mens in zicht. Een buizerd draait jachtrondes in de lucht.

Naast me rijdt mijn schaduw. Op weg naar de horizon,kater achterop. Eentonig slaan zuigers hun slag in mijn hoofd.

Was mijn ontbijt blond of rood vanochtend? Dreunend rammen naakte herinneringen tattoos, piercings, bier en beat in mijn gedachten. Ik voel nog nagels in mijn rug. Kreunend fluistert de wind door mijn kop.

Mijn kruis is leeg. Vandaag dan.

36

Page 37: Met mijn kater achterop

Paddo trip

Ik probeer me te verstoppenMaar de achtervolging haalt me in.

Dus rijd ik, steeds harder, snellerstijg op, door wolkenzie de zon,een miljoen sterren.

Als ik omkijk zie ikeen blauw oogdoor vage witte vlekkennaar me kijkenGod, ben jij dat?

Ik val.

Dieper, langs engelen, vogels door wolken, zie sterrensteden, straten.En explodeer.

Soms

37

Page 38: Met mijn kater achterop

Hellevuur

Ik rijdt, satan achterna.Door bergen van beloftes,over een brandende weg.Ik zoek iets heiligs, dat ik verloor.De weg verdwijnt,Gorgons grijnzen in koor.

Ik dender door laaiend vuur, langs de kloof van angst.Stop bij een oneindig diep ravijn, waar Azazäel bewaaktwat uit mijn ziel verdween.Iets dat ik nooit zou verliezen.Onder mij grijnst brandend steen.

Door het vlammend woud van twijfelrijd ik langs een rivier.Gedoopt met hellevuurdoor het beloofde land,in de droge woestijn van waarheidvind ik jouw ziel terug.

Neem haar,wordt weer één.

38

Page 39: Met mijn kater achterop

Graf in de wind

Wanneer ik nevelsniet meer het bos in kan zien vluchten voor zon in de ochtend;de prikkeling van de wind.

Ik het geluid van de weg zou moeten missen.

Geruis van overvliegende vogels,de eenzame kreet van een nachtuilof het praten van kikkers rond een meer in de avond,niet meer horen kan.

Open dan de warmte van de aarde.

Mocht je daarna verblindend de aarde zien splijten door een machtige donderslag.Graaf dan een graf in de wind.

En denk mij vrij.

39

Page 40: Met mijn kater achterop

Gift van een reiziger

Ik gun je zoetheid van een kus…als dat is wat je wilt beleven.De essentie van leven dusdat wil ik je geven.

Ook de kracht van water,de streling van een zucht.Alleen op de snelwegals je voor mensen vlucht.

Warmte van een zonnestraalontwakend op je wang.Zacht rommelend gedwaaleen hele lente lang.

De geur van bos na zomerregen,kleur van land, aaneen geregen.Op zacht tapijt een mooie nacht,Ik ben de zwerver, geef je kracht.

Maar ook een sleutel voor je dromenzweef dan zacht naar ’t mooie land.Waar jij alleen kunt komenals slaap je overmand.

40

Page 41: Met mijn kater achterop

Einderloze duisternis

Diep zwart asfaltreikt in einderloze duisternis. Verleid me met stille beloftes over terugkeer van het ochtendlicht.

Reizend zie ik getaande oude bergen, met oer geweld uit moeder aarde geduwd, diepe onheelbare littekens achterlatend in haar geschonden huid.In de verte torens van glas, staal en betongespietst in bloedloze schoudersals schijn bescherming voor de bewegende massa.Reikend, grijpend, steeds hogerscheuren valse lichtprofeten de hemel, verschuiven verborgen nacht.

Ik leef op diep zwart asfalt, gestoken in de horizon, zoek de schuilplaats voor verloren zielen, waar belofte van hel, hemel en aarde gevolgd wordt tot er niets meer is

41

Page 42: Met mijn kater achterop

De laatste Brood

Vandaag, precies een tijdje geledenwilde hij dood.Leven had hij genoeg gedaan.Het was tijdom weg te gaan.

Hoog boven Amsterdamschreef hij ludiek:“Maak er een feest van,Ik ga bungyzonder elastiek”

Met Broodspeedzijn laatste vluchtEindelijkweer opgelucht

Nu weet hijwaar het om gaat.De laatste Brood,kunst op straat.

Voor Herman

42

Page 43: Met mijn kater achterop

De tijger van de snelweg

Speed was zijn kickcoke zijn levenVoor de witte lijntjeszou hij alles gevenDe kracht van de tijgerstroomde door zijn aderenHij was de snelwegkrijgerzoon van de oervaderen

Eenmaal op zijn motorvol van kicken en levenVoelde hij zich een gladiatortenminste, voor heel evenDe god van het asfaltzo high als een ballonAls hij de wereld aanvalt…niemand die hem stoppen kon

Hij werd gevonden in een slootzijn motor en zijn lichaam èènStaal en vlees tot in de doodkeihard ging de krijger heenSpeed was zijn kickcoke zijn levenTussen de witte lijntjeshad hij alles gegeven.

43

Page 44: Met mijn kater achterop

Fakebitch

Poeslief vroeg ze nahijgend en bezweet of ik wilde blijven. De bitch droomde al jaren van mijn leven. Dacht dat ik 300 kilometer had gereden voor een whisky en een pijpbeurt.

Uitgewoond lachte ze me toe, piercing bloedend tussen haar benen.Nog één nacht?”, smeekte ze geil.Ik leegde de fles Jack Daniels die nog op tafel stond.

“Blijven? Als je na een half uurtje al uitgeput bent? “,fluisterde ik in haar oor. “Bekijk het maar, ik ga naar je zuster. Daar ben ik de hele nacht mee bezig. “

Toen ik opstond en wat geld op tafel gooidevloog een schoen met naaldhak tegen de deur.“Klootzak!”, riep ze.

Een motor brulde de warme nacht in.

44

Page 45: Met mijn kater achterop

Gestoorde slet!

Gestoorde slet, asfalt heks!Zittend op de tank om me naar binnen te krijgen.Neemt ze het ritme overom me vast te houden.Dan sneller, tot ik diep in haar zit.Wordt gek als ze bovenop me kruiptgeconcentreerd op haar geilheid.Onbewust, prooi voor de jager.Ik voel haar hete adem in mijn neken dat ik de controle verlies.Zonder nadenken een instinctieve reactie

Een achterlicht gilt ROOOOD!!Met de doodskreet van een prooidierglijd ik in een draaikolk van pijnnaar huiveringwekkende stilte.Rook vertraagt mijn blik.Ik ruik verbrand rubber, gescheurd metaal.Mijn hart breekt als ik de motor zie brandenIk rol bloedend naar de kant van de wegTrillend, mijn hart in mijn keel.

Stomme, stomme, stomme idioot!“Duivelswijf!”, schreeuw ik,kijk naar haarterwijl haar zwarte gevorkte tong probeert me over te halen.Ze lispelt:” kom op zwerver,het was toch lekker…”

45

Page 46: Met mijn kater achterop

Eeuwig verder

Bergen wijken opzij als ze me horen . Monotoon duwt 1500 CC mijn barstende kop over het asfaltlintdoor de vallei. Iedere haar op mijn hoofd doet pijn. Achter mijn zwarte bril, vlammen kleurige lichten. Spiegels laten in stof de zon ondergaan.

Mijn lichaam heeft brandstof nodig. Ik stop langs de weg, grijp in de zadeltas,zet de gevonden fles Jack Daniels aan mijn mond. Brandende slokken vermoorden de kater van mijn gedachten aan gisteren.

Verderop wacht een sletop de stofwolk die mijn leven achtervolgt.

46

Page 47: Met mijn kater achterop

Dag van het laatste vuur

Als jouw armen niet meer om me heen zijnde horizon bereikt iswegen grijs en eenzaamwindstil zijn gewordenIs het tijd voor het laatste vuur

Dan, als ik nog kan kiezenZal ik met mijn laatste krachtmijn motor aantrappenvol gas de snelweg op schietenen staand op mijn motorschreeuwen om het verliezen

Razend, tot ik onmeetbaar snelals een komeet die explodeerten alles op z’n weg verbrandVrij het leven verlaatin één ondeelbaar moment

47

Page 48: Met mijn kater achterop

De bijbel kan dicht

Opeens was alles verdwenengeen geluid, het was gedaanElke ziel was ineensopgestaan en weggegaan

Alles was leeg alleen nog niets…In de verste verteblonk nog iets.Het was de allerlaatste traanvan de Zoon die was voorgegaanHij volgde reeds zijn lotnu was er alleen nogGod …

48

Page 49: Met mijn kater achterop

Zwerversleven

Flarden misten morgendauwlichten opin de eerste trage zonnestralen.

Bloemen openen hun kelken.Vaag ontwaken geluidenin het achterland.Wind rimpelt zachtjes water

Oeverriet fluistert ruisendover de nieuwe dagEen verre vogel zingt op mijn netvlies.Ik hoor wuivend koren,zie wolken langs de hemel gaan

De verte roept, hoor haar stemkan haar niet weerstaanIk moet erheen, stap weer opJe zwerver komt eraan…

49

Page 50: Met mijn kater achterop

Ademtocht

Machine brult, ik ruik de stormGa mee naar de rand van levenDan berijden we orkanen,schreeuwen tegen de zee.En nemen in een zucht een ademtocht,met de snelheid van de dood.

Leven duurt maar even.Kom, vannacht rijden we,als duivels uit de hel.Jouw engel ogen glinsteren.En ik neem je mee,laat je alles zien.Tijd laten we achter,weg uit deze zieke regelmaat.

Hou me goed vast,wij zijn samen één.Vannacht rijden we door de helMet krijsende duivels links,gillende demonen rechts.Vooruit het vagevuur van beloftes.Achter ons een spoor van vuur.

Ik moet rijden.Volg mijn ogen,ik laat je alles zien!

50

Page 51: Met mijn kater achterop

Bloemen naast het Asfalt

Er zijn bloemen naast het asfaltKleine dieren tussen het woudEr is zon door donderwolkenTussen kiezels ligt het goud

In de woestijn is altijd waterEn de zee stopt bij een strandTussen haat valt mij de liefdeAls een koelte in mijn hand

Overal is het te vindenAls jij het maar wilt zien

In de lucht tussen de windenOf in je hart misschien…

Mijn wens voor jou.Mijn favoriete gedicht.

51

Page 52: Met mijn kater achterop

Zwervend

Niet wetend waar de wind me brengtMaar alles is okè Ik laat de stromen komen,vraag je in ’t voorbijgaan“ga mee…”Ik reis overal heenkom nergens op terug.

Doelloos over stoffige padennaar ergens speciaal.Van de koele bron tot de brandende vlakte.Van geboorte tot de hemel waarin ik met jou.al een beetje mocht leven

Zwerver, ’t zit in mijn bloed.Achter iedere horizonligt een vaag verlangennaar de einder.

52

Page 53: Met mijn kater achterop

Weer op weg

Voor me is vrijheid op de weg.Achter me lig jij, nog te slapen.

Geluidloos ga ik wegomdat mijn wereld de jouwe niet kan verdragen. Negen tot vijf, avond soap en volle karren bij de supermarkt passen niet in een zadeltas.

Zacht start ik mijn motor,rijd het tuinpad af.Opkomende zon schijnt in mijn gezicht. Verderop een benzinepomp.

Tijd voor ontbijt.

53

Page 54: Met mijn kater achterop

Vuur aan de horizon Voor Marina, doel van mijn leven...

Avontuur begonin het IJspaleis.Kou van witte stilteverjaagd door jouw lach,werd vuur aan de horizon.

Door een blik op jouw onschuldbleven daden gedachten,doelloos zwervenddoor het achterland.

De weg leid naar vage vertenlangs hemel, hel en nevelvlek.Wij buigen voor niemandzeggen geen vaarwelkijken nooit om.Onze weg laat een spoorvoor ieder die het volgen wil.

54

Page 55: Met mijn kater achterop

Slapeloos ritme

Nacht…

Adem ligt naast me te leven.Half vier…Er is geen tijd in eeuwigheiddenk ik.Stilte klopt zacht.Ritmisch stroom jijdoor mij.

Luisterend,met mijn ogen dicht,wacht ik tot jouw zuchtde dag laat beginnen.

55

Page 56: Met mijn kater achterop

Legende van een gedachte

Als een zucht over stil waterBeweegt de gedachtedat ik geen mens werd.

Het denken sijpelt als droog zanddoor barstenin de bodem van mijn geest.

In vaag schijnsel lonkt rust.Ongemerkt verkoopt satan hersenspinselsaan de stomme stervende.

Ik verlang naar lichtvoorbij het schemer.Waar ik vocht tegen demonenleeft nu perfecte schoonheid

Pijnstil duwt een herinneringmijn mensgedachtenuit mijn hoofd.

56

Page 57: Met mijn kater achterop

De duivel rijdt dure wagens

Als alles lijkt zoals ’t moet,En niemand weetwat echt gebeurt.Komt perfectie uit ziek bloed,word je meegesleurd.

Rest slechts een lach,een peuk op tafel.Lege fles als souvenir.De duivel, vriendrijd dure wagens.Laat je staan na zijn vertier.

Eenzaam eind komt keihard nader.Harder dan je had gewild.Nu leef je elke dag liefst wekentijd is nu verspild.

Hoop dat iemand jouw verhaal verteld.Of met jouw lachen overwint.Weet dat de zwerver,uitgelezen.Overnieuw begint

57

Page 58: Met mijn kater achterop

Inhoud5 Zoon van de snelweg6 Ze wilde nooit vertellen7 Verdwaald tussen leven en lust8 Vette zwijnen!9 Sturgis motorslet10 Staal, chroom en leer12 Mijn achteropzitslet13 Sturgis 1969 (door Ibunda)14 Bumperklever15 Vader vergeeft ze16 Jij bent cool!17 Bikers gaan niet dood18 Spreken met God19 De wereld is van ons20 Motorrijders lach21 Bitch!22 Rijdend naast God23 Moordend voor een kus24 Ik ben een geile biker25 De stoute man26 Mijn bitch!27 Levenslied28 Kus mijn kont29 Burgermannetje30 Weekend vriendin32 Laat mij maar rijden

58

Page 59: Met mijn kater achterop

33 Punktieten34 Herinnering35 Was ik stil geweest...36 Fuck ‘n Roll37 Paddo trip38 Hellevuur39 Graf in de wind40 Gift van een reiziger41 Einderloze duisternis42 De laatste Brood (voor Herman)43 De tijger van de snelweg44 Fakebitch45 Gestoorde slet!46 Eeuwig verder47 De dag van het laatste vuur48 De bijbel kan dicht49 Zwerversleven50 Ademtocht51 Bloemen naast het asfalt52 Zwervend53 Weer op weg54 Vuur aan de horizon55 Slapeloos ritme56 Legende van een gedachte57 De duivel rijd dure wagens58 Inhoud

Meer zwerver op www.logzwerver.nlEigen motorgedicht plaatsen?

www.motorgedichten.nl59

Page 60: Met mijn kater achterop

Zwerver is mijn bijnaam.

Zolang ik me kan herinneren heb ik gereisd. Als zeeman, zwerver, koerier en motorrijder. Nadat ik mijn eerste bromfiets kocht zwierf ik regelmatig in Zuid-Engeland. Maakte lange reizen, beleefde elke dag avonturen, leerde mensen kennen en sliep waar mijn hoofd wilde rusten. Toen ik via een koeriersbedrijf de hele wereld over kon gaan reizen, nam ik deze kans met beide handen aan en werd wereldzwerver. Vaak huurde ik op mijn bestemming een motor om dan daar, soms in de raarste uithoeken van de wereld, de smalste weggetjes te gaan verkennen. Veel van mijn avonturen heb ik als gedicht in dit boek opgeschreven. In dichtvorm kun je dus meereizen met mij. Gedichten over echte gebeurtenissen uit mijn zwerversleven. Soms pikant, soms emotioneel, soms regelrecht sensationeel. Mijn kijk op de wereld. Gezien vanaf een motor.Gedichten van een Haagse wereldzwerver.

Titus Waalwijk