iedereen doet het · 2017-07-17 · iedereen doet het ¶ zik geloof in de gemeenschap der heiligen....
TRANSCRIPT
Iedereen doet het
¶ ‘Ik geloof in de gemeenschap der heiligen.’ U herkent hierin natuurlijk éen van de laatste regels uit
de Geloofsbelijdenis, die we als christenen van alle plaatsen en tijden met elkaar delen. Toch heb ik
de indruk dat de meeste westerse christenen daarmee verlegen zijn geraakt. Protestanten voorop.
Wij hebben tamelijk bewust gebroken met het geloof in heiligen. Al hebben velen zich ook altijd wat
ongemakkelijk gevoeld: zijn er alleen heiligen in de hemel? hoor ik daar dan wel bij?
Het lastige in onze tijd is, dat we ons even ongemakkelijk voelen bij de gedachte die de Reformatie in
plaats hiervan gesteld heeft. Tegenover het geloof in heiligen werd gesteld, dat wij mensen allemaal
zondaars zijn. Zo slecht is het nou toch ook weer niet gesteld met ons? Zo negatief denken we zeker
niet meer over onszelf. We maken wel eens fouten, maar we zijn toch geen onverbeterlijke zondaars.
Geen heiligen, maar ook geen zondaars. We willen het éen noch het ander zijn. Of moet ik zeggen:
vlees noch vis?
Vanmorgen wil ik het opnemen voor de reformatorische gedachte: dat mensen niet alleen als onge-
lovigen, maar ook als gelovigen blijven zondigen. Dus ook na de doop. Ook na een persoonlijke keuze
voor God. Zelfs na een levenslange inzet als christen. Tot onze laatste snik zullen we blijven zondigen.
De reformatoren zagen dit niet als: mensen maken nu eenmaal fouten. God is er niet blij mee, Hij kan
zonde niet vergoelijken, ook niet ontkennen, en Hij blijft eraan vasthouden dat geen enkele zonde
het eeuwige leven krijgt. Hij wil wel vergeven, en dat kan alleen als wij er spijt van hebben. Willen we
leven met hem, dan blijven we dus tot onze laatste adem afhankelijk van vergeving.
Vanmorgen zou ik willen overbrengen dat dit geen deprimerende, maar bevrijdende, heilzame ge-
dachte is. Een vrolijke wetenschap, die zo belangrijk is voor hoe we onszelf zien, dat we die misschien
in onze Geloofsbelijdenis zouden kunnen nemen. ‘Ik geloof voor dit leven in de gemeenschap van
zondaars’. Of als dit wat te gevaarlijk klinkt, we kunnen ook de regel die er in de Geloofsbelijdenis op
volgt wat uitbreiden: ‘Ik geloof in de vergeving van zonden, die we tot onze dood nodig hebben’.
¶ Ik heb u vaker voorgehouden dat Christus ons tot navolging oproept. In het evangelie klinkt een
stevig appèl. Wees volmaakt zoals uw hemelse Vader volmaakt is! Christus is onze verlosser, Hij
brengt ook verlossing van zonde, ja. Maar wanneer zijn we helemaal verlost van zonde? Natuurlijk,
als we helemaal geen zonden meer doen. God heeft zijn Zoon en zijn Geest gezonden om ons zover
te krijgen. Juist op zondag Trinitatis mogen we daaraan herinnerd worden. De drie-ene God is geko-
men om ons te verlossen van zonde. Reformatorisch gezegd: om ons rechtvaardig en heilig te maken.
Dit alles laat ik ten volle staan. Ik zeg er vandaag alleen bij, dat we in dit leven nooit helemaal van
zonde verlost zullen zijn. We zullen dingen blijven doen die God niet goed vindt. En dat niet omdat
we het bijltje erbij neergooien en de heiliging opgeven (bv door de kerk te verlaten, als de kerk wat
te dogmatisch of moralistisch is, of er juist in te blijven, als zij zich daar sterk tegen afzet). We zullen
ook fouten blijven maken als we de heiliging serieus nemen en volhouden. En het is ook niet omdat
we sommige fouten niet kunnen vermijden. Dan zouden dat geen zonden zijn. Nee, we blijven kwa-
lijke dingen doen waarvan we ergens weten dat we ze eigenlijk hadden kunnen laten.
In Psalm 14 vinden we deze kant van mensen in alle scherpte terug. Er is niemand echt rechtvaardig,
we doen God allemaal pijn. Maar daarmee wordt niemand verontschuldigd. De Heer blijft ons erop
aanspreken, het geweten kan nooit helemaal in slaap gesust worden. Johannes wijst er in zijn eerste
brief ook op. Als wij menen dat wij zonder zonde zijn, misleiden we onszelf. Sterker nog, dan maken
we God tot leugenaar, want Hij blijft in al zijn liefde tegen ons zeggen: nu zondig je wéer.
Het is goed ons te realiseren dat Johannes hier spreekt tot mensen die zich door Christus hebben la-
ten verlossen, door Christus die ons helemaal schoonwast van gedaan kwaad. Als wij zeggen dat we
zonder zonde zijn, is dat volgens Johannes dus niet alleen een misvatting van niet-gelovige of onbe-
keerde of slechte mensen, maar ook van gedoopte, gelovige, gewetensvolle mensen. Wie vandaag
gewassen is, zal zich morgen weer vuil maken. Vergeving blijft even nodig als dagelijks brood. De
doop in Christus is geen eenmalige zaak, alleen het teken daarvan is eenmalig.
¶ Dit betekent niet, dat we in geen enkel opzicht betere mensen kunnen worden. Wij mensen kun-
nen wel degelijk een stukje heiliging opbouwen, een beetje groeien in de navolging. U hebt gehoord,
aan het slot van de nieuwtestamentische lezing, dat ook Johannes dit laat staan. Blijf in Jezus’ voet-
spoor! Maar we zullen niet zoveel beter worden, dat we niet meer zondigen. Met het bekende beeld
van Paulus: We kunnen op het fundament van Christus het huis van ons leven minder met hout en
stro en meer met steen en edelmetaal opbouwen. Dat maakt verschil. Maar het huis zal nooit hele-
maal van edelmetaal zijn, er zal een deel verbranden in het oordeel, in het vuur van de Heilige Geest.
Op dit punt zou Luther afhaken. Volgens hem zal alles verbranden als Christus niet alles redt. Zelfs
onze goede werken en humanitaire daden houden in het oordeel niet stand, ze zijn welbeschouwd
voor God éen en al ongerechtigheid. Ik denk dat de reformator hier te negatief is. Wat er ook van ons
werk zal verbranden, er zit veel goeds in en al het goede zal God behouden. En een deel van dat
goede laat Hij niet zonder onze vrijheid tot stand komen. Ons antwoord op de roep tot heiliging blijft
verschil maken. In de taal van Openbaring: Er is een verschil tussen gewone gelovigen en heiligen.
Maar juist heiligen zullen als eerste erkennen, en als eerste bij zichzelf, dat niemand zonder zonde is.
¶ Als het zo ligt, denkt u misschien nu, dan kunnen we het met zonde evengoed wat makkelijker ne-
men. We komen er toch niet vanaf. –Maar dat lijkt op zeggen: geen mens zal ooit 100% gezond eten;
dus laten we maar stoppen met zoveel mogelijk gezond eten… Nee, strijden tegen ongerechtigheid
blijft zinvol. En, ontdekken dat dit nooit volledig zal lukken, heeft een heilzame consequentie. Daar
wil ik tot slot nog wat meer over zeggen.
Als we blijven allemaal zondigen, als er nooit een moment komt dat we kunnen zeggen: vanaf nu ben
ik zonder zonde, heeft deze gedachte een heilzame consequentie. Johannes zelf geeft daarvan in zijn
evangelie een prachtig voorbeeld. We kennen de uitspraak allemaal. ‘Wie van u zonder zonde is,
werpe de eerste steen’. Dat zegt Jezus tot mensen die een overspelige vrouw willen stenigen. We
kunnen deze uitspraak op afstand houden door te zeggen, dat het gezegd is tot specifieke wetshand-
havers die een veel te zware straf willen opleggen. Wij zijn goddank anders – beter geworden. Mis-
schien op dit punt, ja, maar ook op andere punten? Het kan het niet toevallig zijn, dat Jezus deze
woorden algemeen formuleert: Wie zonder zonde is...
Overal waar het evangelie gelezen wordt, staan er luisteraars rond deze vrouw. Vanochtend is deze
vrouw in ons midden komen te staan. En nu zien wij hoe Jezus niet alleen de vrouw bevrijdt, maar
ook de omstanders. Kijk maar, zo lopen allemaal weg, en sommigen laten hun stenen vallen.
Wie zich aangesproken voelt door Jezus, wordt niet alleen bescheidener, maar ontdekt ook een extra
mogelijkheid tot barmhartigheid: barmhartigheid niet alleen voor een slachtoffer, maar ook voor een
dader. Ieder mens kan meevoelen in wat het is om iets verkeerds te doen. En meevoelen in wat het
is om dan niet, of wel vergeven te worden. –Niet alle zonden zijn gelijk, er zijn enorme verschillen.
Maar éen ding is wel gelijk: als jij wilt dat zonden veroordeeld worden, moet je zonden ook bij jezelf
veroordelen. En als jij vergeven wilt worden, moet je dat ook een ander gunnen. Je naaste als jezelf!
¶ De boodschap van vanmorgen lijkt somber, maar is in wezen opwekkend. Er is een broederschap
van alle mensen in zonde en daarom is er een zusterschap van alle mensen in barmhartigheid. Deze
gemeenschap reikt werkelijk over alle grenzen heen. We delen het blijven-zondigen en het nodig-
hebben van vergeving met mensen van andere landen, over de hele wereld, maar ook met mensen
van andere tijden, door de hele geschiedenis. Met niet-christenen en christenen, en met elke chris-
ten tot de laatste ademtocht.
Mag ik het nog éen keer zeggen: als ieder mens zondigt, kan ieder mens met ieder mens meevoelen
in wat het is om brokken te maken; en om een tweede kans te krijgen. Wie ooit echt vergeven is,
oordeelt anders. Die zal niet alle straf afschaffen, maar toch anders straffen.
Erkennen dat ook jij zondigt schenkt je een nederigheid en mededogen, die je via begrip-alleen niet
krijgt. Het inzien van eigen fouten, dat toegeven en om vergeving vragen, de ervaring dat dit nodig is
tot je laatste dag, schuilt een kans die de Heer ons geeft.
UIT DE LITURGIE
Orgelspel Stilte
Bemoediging allen gaan staan O: Onze hulp is in de Naam van de Heer
A: die hemel en aarde gemaakt heeft O: die trouw houdt tot in eeuwigheid A: en niet loslaat wat zijn hand begon.
V: Genade zij u en vrede van God onze vader en van onze Heer Jezus Christus, amen
Drempelgebed Lied 103: 1,3,4,5
Groet: V: De Heer zij met u, G: Ook met u zij de Heer daarna gaan alle zitten
Woord van welkom en Inleidend woord Gebed om de nood van de wereld
Glorialied: 513 Zondagsgebed
Moment met de kinderen en kinderlied (beamer) Lezing Oude Testament: Psalm 14: 3 t/m 7
Lied 14: 1,2 Lezing Nieuwe Testament: 1 Johannes 1:4 t/m 2:6
Lied 654: 5,6 Uitleg en Verkondiging
Lied: 601 Gebeden: Dankgebed Voorbeden Stil gebed Onze Vader
Mededelingen door de ouderling van dienst Inzameling van de gaven
1e collecte, 2e collecte, Kinderen sparen voor Slotlied 754 allen gaan staan
Zegen en gezongen Amen Lied 431b Orgelspel
Gebed om de nood van de wereld
Heer, er komt veel nood bij ons binnen, via de televisie en de nieuwsberichten, meestal grote nood,
vaak veroorzaakt door grote misdaden. En toch is er ook nog een nood die veel minder opvalt, din-
gen waar U niet blij mee bent, dingen die we allemaal doen en die meestal niet in het nieuws komen.
Er is jaloezie, trots, onverschilligheid, haatdragendheid, liefdeloosheid, en hierin staan we vaak naast
mensen buiten de kerk. Geef ons open, eerlijke ogen, laat ons de realiteit zien zoals U die ziet, zo bid-
den wij U allen tezamen…
Kindertijd
We gaan straks een lied zingen. Een lied dat mooi past bij vandaag, want de zondag van vandaag
wordt wel Trinitatis genoemd. Vreemde naam, vind je niet? Trinitatis betekent: van de Drie-eenheid.
Dat klinkt nog steeds vreemd, denk ik We geloven dat God drie en éen is. Er is één God, en Hij is
Vader, Zoon en Heilige Geest. Hebben jullie dat wel eens gehoord? [..]
Weten jullie waarom ons lied hier mooi bij past? Omdat het gaat over geloof, hoop en liefde, en die
zijn eigenlijk ook drie en éen. Zij zeggen iets over God. Geloof zegt iets van God als Vader, want God
geeft ons geloof, Hij maakt dat we kunnen vertrouwen op iets dat we niet kunnen zien. Hoop zegt
iets van Jezus Christus, Hij geeft ons een hoop die zelfs sterker is dan de dood. En liefde zegt vooral
iets van de Heilige Geest, want het mooist dat de Heilige Geest ons liefde geeft is liefde voor elkaar
en voor God.
Geloof, hoop en liefde, het zijn cadeautjes van God die we mogen delen met alle mensen. Jullie gaan
nu naar je eigen dienst, wij hier in de kerk praten over iets heel anders dat we óok kunnen delen met
alle mensen. Als jullie terugkomen, moet je er maar naar vragen. Kom, laten we het lied gaan zingen.
In Memoriam
Elizabeth Mann-Blok (13 mei 1930 – 4 juni 2017)
Op de zondag van de 50ste Paasdag, op het Pinksterfeest is in de leeftijd van 87 jaar overleden Eliza-beth Mann-Blok. Zij woonde sinds enige weken in de Anthoniushof. Daarvoor woonde zij in de Gooise Warande Met veel dankbaarheid kijken de kinderen en kleinkinderen terug op het leven van hun moeder. Zij was omdat haar man Luthers was zeer verbonden met de Lutherse gemeente en was een trouw bezoekster van de middagwijdingen in de Gooise warande. Een lieve en zeer sociaal betrokken vrouw, die deze betrokkenheid deelde met haar geliefde man Gerard van wie ze in 2011 afscheid moest nemen. Zo richtte ze na een bezoek aan Bali en aan een kinderhuis een Stichting op. Deze stichting ondersteunde dit huis, waarin in het bijzonder weesmeisjes en jonge vrouwen opge-vangen werden, zodat deze een goede opleiding konden krijgen. Bij de dankdienst voor haar leven, vrijdag j.l. werd Psalm 121 gelezen. “vanwaar komt mijn hulp? Mijn hulp komt van de Heer”. Een ver-trouwen dat Lies kenmerkte en dat ze ook met haar man Gerard vele jaren gedeeld heeft, dat haar steunde ook al moest ze met de depressie die haar overkwam door menig diep dal gaan op haar le-vensweg. We zullen haar en haar betrokkenheid, haar zorgen en bezorgdheid missen en haar ver-trouwen in God. Moge Elizabeth Mann-Blok haar nagedachtenis ons tot zegen zijn.
ds Willy Metzger
Fenny Brink (20 juni 1951 – 3 mei 2017)
Fenny Brink kwam ruim een jaar geleden op Tromplaan 5 wonen. Ze was jarenlang kerkelijk actief geweest in Wijk bij Duurstede en ging bijna met pensioen van haar werk bij Sherpa. Maar er was borstkanker geconstateerd en even later ook leverkanker. Haar levensperspectief veranderde ingrij-pend. Afgelopen winter liep ze bovendien een longontsteking op; wekenlang lag ze in het Diacones-senhuis in Utrecht op het randje van de dood. Maar ze krabbelde weer op, mocht zelfs weer naar huis. Daar zette ze mij, haar dochter Gea en nicht/vriendin Louisa aan het werk om de afscheids-dienst voor te bereiden. Ze was een vrouw die de regie graag in handen hield – des te wonderlijker was het om te zien hoe snel ze het belangrijkste kon loslaten, haar leven. Ze overleed op de voor-avond van Pinksteren, 65 jaar oud. We hadden een eerlijke, opgewekte, muzikale afscheidsdienst in de Verlosserkerk op 9 juni. De toon werd gezet door psalm 139: God staat aan ons prilste begin, maar zelfs als we neerdalen in het dodenrijk is Hij daar. In de kerk stond de kinderwagen van haar pasge-boren kleindochter net ver van de kist met het lichaam van Fenny. Zo had ze het ook gewild.
Gebeden
Heer, als mensen het einde voelen naderen, voelen ze soms ook sterker hoezeer het waar is, dat we
van vergeving afhankelijk blijven. Geef dat deze openheid in ons mag groeien, in ons allemaal. Hoe
vaak rapen wij stenen op, wel niet letterlijk, maar toch figuurlijk. We oordelen mensen snel en hard
om iets dat ze niet goed doen. Vergeef ons onze zonden, Heer, zoals ook wij vergeven wie tegen ons
zondigen. Zo bidden wij U allen tezamen…
Stil gebed
Onze Vader
Wegzending en zegen
Ik zou nog even terugkomen op het kinderlied. Wat kunnen we met alle mensen delen – behalve ge-
loof, hoop en liefde, die in het lied genoemd werden? [..] Ja, toegeven dat je fouten maakt. Dat is
niet gemakkelijk om te delen, maar als we dat op een goed moment toch doen – bv als ouders of
grootouders met je kinderen of kleinkinderen – zal dat goed doen, heeft het de zegen van de Heer.
De Heer zegene…
Waarom zondigt iedereen?
¶ We doen allemaal dingen die God niet wil. Dat kunnen heel veel en heel erge dingen zijn, het kun-
nen ook kleine dingen zijn die weinig voorkomen, en alles wat daartussenin zit. Dit maakt groot ver-
schil, de kleinste zondaar is niet even veroordelingswaardig voor God als de grootste zondaar. Maar
zondigen doen we allemaal. Iedereen heeft dus vergeving nodig.
Daar stonden we drie weken geleden bij stil, hier in de Verlosserkerk. Vandaag wil ik me richten op
een vraag die bij ons steeds weer opkomt als we hierover nadenken. Hoe komt het toch dat alle men-
sen zondigen? Als iedereen het doet, lijkt het te verontschuldigen.
Eén de bekendste teksten die hierover gaat is de tekst van Paulus. Daarin hoorden we, dat met éen
mens de zonde in de wereld is gekomen, en dat alle mensen zondigen. Opvallend is dat de waarom-
vraag opengelaten wordt. Dus dat zonde via voortplanting gaat, van ouder op kind, van voorouders
op nakomelingen, staat er niet. Laat staan dat deze voortplanting van de zonde via seksuele lust zou
gaan. Dat zijn nadere invullingen uit onze westerse traditie om de universele aanwezigheid van zonde
te verklaren. Daartegen kwamen we in zestiger en zeventiger jaren massaal in opstand.
Wat wordt er in Romeinen 5 wel gezegd? Eigenlijk niet meer maar ook niet minder dan dat het zondi-
gen al met de eerste mens begonnen is, en dat alle mensen het zijn gaan doen. Wat we hier zeker uit
kunnen afleiden is, dat de levensomstandigheden van later levenden minder gunstig zijn dan die van
eerder levenden, want lateren hebben te maken met de gevolgen van de zonden van eerderen.
Tegelijk zegt Paulus, al in Romeinen 1, dat geen mens te verontschuldigen is. We doen het dus alle-
maal, in omstandigheden die het ons makkelijker of moeilijker maken, maar we zijn nooit geheel te
verontschuldigen. We zijn niet tot zonde gedetermineerd. Er zijn wel verzachtende of bezwarende
omstandigheden.
Wanneer we een zonde echt niet kunnen laten, is het geen zonde; dan is het alleen maar ellende.
Ook dat komt veel voor. Soms zijn mensen echt slachtoffer, zelfs als ze de ellende zelf veroorzaken.
Als Paulus zegt dat alle mensen zondigen, mogen we daar dus geen moeten in smokkelen. Dan heeft
hij het over dingen die alle mensen doen terwijl ze die hadden kunnen vermijden, hoe moeilijk dat
soms ook kan zijn.
¶ In bijbelverhalen worden allerlei levensomstandigheden genoemd die het zondigen makkelijker of
moeilijker maken. Meestal zijn dat meer of minder externe omstandigheden, zoals opvoeding, soci-
ale setting, politieke en economische factoren etc. Daarin kunnen dingen scheef zitten en dat kan als
een heel pakket op mensen drukken. In onze kerk is het de vrijzinnige visie die vooral aan deze condi-
ties dacht. Mensen zijn niet slecht, maar omstandigheden maken dat ze soms slecht handelen. Deze
visie was in de vorige eeuw bijna even somber, even deterministisch, als de orthodoxe visie waar ze
op reageerde. Tegenwoordig zegt men het zo: is niet alles wat we doen door de context bepaald?
Orthodoxe protestanten (trouwens ook katholieke) menen dat er óok nog interne omstandigheden
zijn die ons tot zondigen aanzetten. Zonden van voorouders werken niet alleen door via de buiten-
wereld waarin we leven, maar ook via de binnenwereld. Onze ziel en lichaam dragen de sporen van
de gevolgen van eerdere daden. Dat vinden veel moderne mensen onverteerbaar. Maar het is de
laatste decennia toch steeds vaker naar voren gebracht, meestal los van geloof of kerk. Een zwangere
alcoholica geeft haar baby een alcohol-dispositie mee. Een kind erft soms onmiskenbaar het driftige
of luie karakter van zijn vader.
De orthodoxie heeft dus een punt. Er moet ook iets via voortplanting overgedragen worden, want
mensen vertonen al vanaf hun geboorte kwalijke neigingen of fysieke handicaps die niet van een
goede Schepper kunnen komen. Ons psychosomatische gestel kan beschadigd raken door wat men-
sen doen, en dat kan doorgegeven worden aan onze kinderen. Dat kan over vele generaties doorwer-
ken, zodat het ook terug te vinden is in een hele groep, of in een heel volk, of nog breder.
Als wij iets kwalijks erven, komt dat tot ons vanuit ons voorgeslacht. Maar het hoeft niet allemaal van
één voorouder af te stammen. Het kan ook ergens tijdens de geschiedenis erin geslopen zijn. Hier ligt
een zwak punt in de orthodoxie, die alle ‘erfzonde’ teruggevoerd heeft op één voorouderpaar, Adam
en Eva. Door hun zonde zijn alle mensen even zwak en ziek geworden, en geneigd tot alle kwaad.
Paulus zegt dat niet. Hij zegt alleen, dat alle mensen zondigen en dat dit met éen mens begonnen is.
Bovendien kan Paulus niet bedoelen – om het modern te zeggen – dat het zondigen in onze genen is
gaan zitten. Dan zou er geen marge zijn om niet te zondigen en is er ook geen schuld. Bovendien zit
Paulus meestal op éen lijn met het Oude Testament, en daarvan hebben we geleerd dat een zonde
een daad is, die nagelaten had moeten worden. Een daad kan niet geërfd worden.
‘Erf-zonde’ is dus een rare term. De kerkvader die voor deze term verantwoordelijk wordt gehouden,
Augustinus, heeft hem ook niet gebruikt; hij sprak van ‘oorsprongszonde’, de eerste zonde. Wat wel
geërfd kan worden, zei Augustinus, zijn de kwalijke gevolgen van zonden, en die brengen mensen la-
ter gemakkelijker tot nieuwe zonden. Deze erfenissen zijn moeilijk te ontkennen, ze zijn er, niet al-
leen in ons uiterlijke, maar ook in ons innerlijke leven.
Stel je bent driftig. Dat is geen mooie eigenschap, maar het is nog geen zonde. Alleen een driftige
daad is een zonde. Tussen neiging en daad zit een belangrijk verschil. Aan een geërfde kwalijke nei-
ging heb je geen persoonlijke schuld. Je bouwt pas schuld op als je eraan toegeeft. En dan wordt de
neiging ook sterker. Hoe groter de erfenis, des te moeilijker is het om niet toe te geven, des te gerin-
ger is de schuld, en hoe meer de Heer vooral mededogend is.
¶ Waarom zondigt iedereen? Op deze vraag zijn dus duizend-en-éen antwoorden te geven, even veel
als de factoren die aanleiding zijn tot een verkeerde daad. Tegelijk geldt dat deze vraag nooit sluitend
te beantwoorden is, omdat al die factoren een mens nooit helemaal vastleggen tot zondigen. Er blijft
ruimte voor: ik had iets anders kunnen doen. Het laatste antwoord is: omdat ik het deed.
Je kunt dus niet stellen: die en die omstandigheid maakt dat iemand zondigt – zoals een temperatuur
onder nul maakt dat water ijs wordt, of een schop tegen een bal maakt dat de bal gaat rollen. Dat
iemand zondigt heeft geen oorzaak.
Dat iemand zondigt heeft wel altijd een reden. Een reden om te doen wat je doet is een motief; een
motief is geen oorzaak. Het is datgene waaraan jij in een situatie feitelijk de voorkeur geeft.
Op zich is dat vaak niet eens iets verkeerds. Het is alleen in die situatie niet het betere om te doen,
het doet iets of iemand schade. We weten allemaal uit ervaring, dat we in veel gevallen de voorkeur
geven aan iets waar we ons gemakkelijker bij voelen, iets dat ons directer raakt en bevredigt. Daar is
niets mis mee tenzij het in een situatie gebeurt waarin het bepaalde mensen of God onrecht doet.
¶ Moest Petrus Jezus verloochenen? Hij had er een reden voor, die begrijpelijk genoeg was, hij had
zijn zwakten, maar tot slot van rekening is niet veel meer te zeggen dan: hij deed het. Moest Judas
Jezus verraden? Hij stond er heel anders in, met andere verwachtingen en een andere bagage, maar
ook van hem moet tenslotte gezegd worden: hij deed het. Bij beiden waren er factoren die aanlei-
ding waren om te doen wat ze deden, maar bij beiden was het niet onmogelijk anders te handelen.
Vóor ze deden wat ze deden zaten ze allebei aan die laatste maaltijd met Jezus. Jezus stak hen allebei
de hand toe, met een stuk brood en een beker wijn. Van beiden wist Hij wat ze zouden doen, wat ze
hem zouden aandoen. Hij zei het zelfs tegen hen, vlak voor en tijdens de maaltijd. Hij wist wat door
hun toedoen zijn ziel zou grieven en zijn lichaam zou breken.
In die wijn en in dat brood konden ze de pijn proeven, die ze hadden kunnen voorkomen en toch niet
hebben voorkomen.
In dat brood en wijn hield Hij hen een spiegel voor. Dit is mijn lichaam, dit is mijn bloed, zei hij. Hij liet
hen niet alleen zien wat hun daden hem zouden doen, maar ook wat hij op zijn beurt met deze gevol-
gen zou doen.
‘Ik wil jullie niet loslaten, wat jullie ook gaan doen. Ik ben bereid de pijn in ziel en lichaam te dragen
die ook jullie zonden mij berokkenen. Ik ben bereid die pijn in mijn ziel en lichaam weg te dragen, zo-
dat ze niet op jullie hoofd hoeven terug te komen. Ik ga niet voorkomen wat jullie zullen doen, maar
ik hou deze hand wel uitgestoken. Doe het niet, zondig niet meer, laat mij niet meer lijden dan ik al
doe. Kijk mij aan, neem en eet. Drink allen.’
LITURGIE
Orgelspel
Stilte
Bemoediging allen gaan staan
O: Onze hulp is in de Naam van de Heer A: die hemel en aarde gemaakt heeft O: die trouw houdt tot in eeuwigheid A: en niet loslaat wat zijn hand begon.
Drempelgebed
Lied: 104: 7,8,10
Groet: V: De Heer zij met u A: ook met u zij de Heer daarna gaan allen zitten
Welkom en Inleidend woord
Gebed om de nood van de wereld met gezongen responsie: 3x Heer ontferm U
Loflied: 670:1,3,5,7
Zondagsgebed
Kinderlied: “Wij delen geloof, wij delen de hoop” (beamer)
Schriftlezing: Romeinen 5: 12 t/m 16
Lied: 382:3
Uitleg en Verkondiging
Lied: 381:1,2,3,4
Gebeden: Dankgebed, Voorbeden
Met responsie: Heer, onze Heer, zo bidden wij Alleen stil gebed
Viering van het Heilig Avondmaal
Tafelgebed V: Vrede met u allen.
G: Vrede ook met u.
V: Verheft uw harten!
G: Wij hebben ons hart bij de Heer!
V: Laten wij danken de Heer onze God.
G: Het past ons de Heer te danken,
V: ja te danken voor de gave van uw schepping,
waarmee wij ons mogen voeden en laven,
te danken voor de nog veel mooiere gave van Uzelf
als God met ons, als mens in ons midden,
en te danken voor de kostbaarste gave,
de gave van Uzelf die ten koste gaat van Uzelf
om ons te verlossen van zonde.
Daarom zingen wij met gelovigen van alle tijden en plaatsen:
V: We danken U voor Jezus Christus
Die in de nacht van de overlevering het brood heeft genomen,
daarover de dankzegging uitgesproken,
het gebroken heeft en aan zijn discipelen gegeven met de woorden:
“Neem en eet, dit is mijn lichaam dat voor u gegeven wordt.
Doe dit tot mijn gedachtenis”.
Zo heeft Hij ook de beker genomen,
de dankzegging uitgesproken, hem rondgegeven en gezegd:
“Drink allen daaruit. Deze beker is het nieuwe verbond in mijn bloed
dat voor u en voor velen vergoten wordt tot vergeving van zonden.
Telkens als u deze beker drinkt, doe dit tot mijn gedachtenis”
V: Zend dan Uw heilige Geest, o God,
zodat wij eten en drinken het leven dat niet vergaat.
Voeg ons allen samen tot een levende gemeenschap
met hen die ons voorgingen in geloof, hoop en liefde,
met Uw volk in heden, verleden en toekomst,
op aarde en in de hemel. Amen
Gemeenschap van brood en wijn Tijdens de viering orgelspel
Afronding: Onze Vader
Slotlied 630: 1,2,3 allen gaan staan
Zegen
Gemeente beaamt:
Orgelspel
UIT DE LITURGIE
Gebeden voor de nood van de wereld
Vanmorgen willen we denken aan de nood van mensen die vastzitten in omstandigheden. Aan hen
die een ander en beter leven zouden willen, maar niet weten hoe, of niet de kracht vinden zich los te
rukken. We bidden voor hen die zich verstrikt voelen in persoonlijke omstandigheden. We bidden U
voor volken die politiek of economisch klem zitten. Wees met hen, Heer, geef hen moed en kracht
om een uitweg te vinden, zo bidden wij U allen tezamen..
Vanmorgen denk ik in het bijzonder aan christenen in het Midden Oosten. Velen van hen hebben hun
thuis verloren. Velen zitten vast in hun eigen oude religieuze gewoonten en raken nog verder in het
isolement. We bidden in het bijzonder voor de kinderen in Libanon. Velen brengen hun hele kinder-
tijd door in een vluchtelingenkamp, waar ze geen onderwijs krijgen, geen omgangsvormen leren en
vaak gaan stelen. Wees met hen, en met de mensen die hen nog enige hulp bieden! Zo bidden wij U…
Gedenken
Op 22 juni is in de leeftijd van 93 jaar overleden Nico Willem Lucardie. Hij woonde in huize Patria. De begrafenis heeft plaatsgevonden dinsdag 26 juni j.l. Wij bidden zijn vrouw Gods genade en zegen toe.
Laten we vandaag ook weer onze zieken gedenken. Deze kaars wordt aangestoken door Ineke.
Als extra-mededeling
Volgende week zondag heb ik hier mijn laatste dienst in Bussum vóor het nieuwe seizoen. Mijn laat-
ste dienst van dit seizoen wil ik graag wijden aan een thema of vraag die u ter harte gaat. U kunt tot
woensdagavond een thema of vraag indienen. Ik kan niet beloven dat uw thema ook gekozen wordt;
als ik vijftien voorstellen krijg, moet ik kiezen. Maar ik doe mijn best.
Dankgebed
We danken U, Heer, U wilt ons verlossen van zonde, ook al kan dat niet pijnloos zijn. Niet voor U, die
onder ons lijdt zolang we zondigen, maar ook niet voor ons, die niet verlost kunnen worden als U ons
niet laat voelen wat we verkeerd doen. U laat het ons zien in uw eigen ogen, in uw eigen lichaam en
ziel, U kijkt ons aan, met dat gebroken brood in uw handen.
Heer, hoe bezeerd is uw blik. En ook verontwaardigd. Maar vooral hoe liefdevol.
Dank U wel dat U het ons laat zien en voelen. U die laat zien wat zonde kost in de bereidheid die kos-
ten te dragen, zodat alles nog goed kan komen. U die in het Avondmaal ook al iets van Pasen laat
proeven.
Stil gebed