het nationale toneel - seizoen 2013-2014

74
2013 2014

Upload: toneel-nationale

Post on 30-Mar-2016

224 views

Category:

Documents


4 download

DESCRIPTION

Seizoensboek van het Nationale Toneel van 2013-2014 met voorstellingen, achtergrondinformatie en essay's. www.nationaletoneel.nl

TRANSCRIPT

Page 1: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

20132014

Page 2: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014
Page 3: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

Seizoensbrochure2013/2014

Page 4: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

Seizoensbrochure2013/2014

05 Denken is een lust

11 Programma

27 Ensemble

51 Talentontwikkeling

53 NTjong

59 Essays

71 Speel uw rol

72 Seizoensoverzicht

Page 5: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 5SeizoenSbrochure - 2013/2014 5

Page 6: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/20146

Veilig in het oog van de storm

Toneel is de kunstvorm die de wereld het best weerspiegelt. Op het podium spelen echte mensen voor een echt publiek de echte dilemma’s waarmee ze worstelen. ‘Echte’ dilemma’s betekent hier: de wezenlijke, eeuwig terugkerende dilemma’s van het leven. Om op een geloofwaardige manier theater te maken, moet je die dilemma’s als maker onderkennen. Je houding ertegenover bepalen. En die houding schept verplichtingen.

De verplichtingen worden allereerst zichtbaar in de zorgvuldigheid waarmee het Nationale Toneel elk seizoen weer de klassieke en moderne toneelbibliotheek doorspit, op zoek naar verhalen die nog steeds of opnieuw actueel zijn. Toneel heeft de opdracht thema’s te behandelen die in de snelle mediawereld gemakkelijk worden vergeten of aan de oppervlakte blijven. Toneel kan dieper

graven, onderliggende structuren en verbanden in de menselijke verhoudingen blootleggen. Daarbij is het belangrijk routines te doorbreken en begane paden te verlaten. Toneel kan dat, omdat het in tegenstelling tot veel andere kunstvormen ‘leeft’. Elke toneeltekst, hoe oud ook, wordt telkens opnieuw gelezen en doordacht. Elke voorstelling wordt opnieuw gemaakt vanuit onze eigen tijd, door mensen in onze eigen tijd. Zo kapt een voorstelling nieuwe paden door de onbegaanbare jungle van het leven.

Het Nationale Toneel wil midden in de gemeenschap staan en dat wat zich tussen mensen afspeelt omzetten in aangrijpende, indrukwekkende, onderhoudende en vernieuwende voorstellingen. Voor volwassenen en voor jongeren. We leven in een beeld-, kijk-, en voelcultuur en het Nationale Toneel maakt

Page 7: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 7

dan ook sterk emotionerende en beeldende voorstellingen. Toch kiezen we daarnaast nadrukkelijk ook voor de klassieke en moderne taalmonumenten. Het Nationale Toneel praat. Wij voeren een dialoog. Het publiek, jong en oud, is voor ons een serieuze partner, die zich betrokken voelt en met ons meedenkt en -leert. We geloven er heilig in dat een gemeenschap dichter bij elkaar kan komen wanneer mensen als partners in een dialoog optreden. Daarom ook is het belangrijk dat we als toneelmakers midden in de moderne samenleving recht overeind blijven staan. Dat we trots zijn op ons werk en dat we het toneel krachtig en uitgebalanceerd handhaven binnen de vloedgolf aan andere media-uitingen.

Ik vind dat het Nationale Toneel altijd groots moet blijven denken over toneel. Want de onderwerpen waarmee we ons bezig mogen houden – de mens zelf, het leven en de werkelijkheid – zijn groots, ook al mislukt daarin regelmatig iets of wordt het problematisch. Misschien ligt daarin juist wel zijn grootsheid: de grote verhalen die op het toneel worden behandeld bestaan uit mislukkingen, problemen, overwinningen. Deze typische verhaalstructuren zorgen ervoor dat je meeleeft met de avonturen en drama’s van de personages. Deze manier van vertellen – waarbij de toeschouwer zich emotioneel kan verplaatsen in een ander – leidt tot meer empathie, tot begrip voor de ander. Het fascineert mij als regisseur telkens weer wanneer een tekst tijdens de repetitie transformeert tot een personage, tot gebeurtenissen of een situatie. Er voltrekt zich een wonder: ‘Het woord wordt vlees’. Wat dat betreft is er geen mooier beroep dan dat van een regisseur: je bent erbij wanneer leven ontstaat.

Alle verhalen op het toneel gaan in wezen over gevaar. Niet over fysiek gevaar, zoals in actiefilms. Op het toneel ondergaan personages psychische bedreigingen. Iemand wordt naar een punt geleid waar hij kan breken. Iemand krijgt een zin te horen die hem of zijn gemeenschap kapot kan maken. Het is onze taak dit bewustzijn

van dreigend gevaar bij de toeschouwer te bewerkstelligen, om vervolgens te laten zien hoe het personage en de gemeenschap proberen zich ertoe te verhouden, zodat uiteindelijk de toeschouwer zich afvraagt: ’Hoe zou ik, als individu en als onderdeel van de gemeenschap, reageren in zo’n situatie?’. Het is voor de toeschouwers steeds weer een groot louterend wonder zoiets mee te beleven, zonder zelf in het oog van de storm te hoeven zitten. Dat is de oorsprong van verhalen. Daarom vertellen we die verhalen nog steeds. Dat is de opdracht en de verplichting van toneel.

Ik wens u namens het Nationale Toneel een opwindend en avontuurlijk seizoen toe.

Theu Boermans artistiek directeur

Page 8: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/20148

In seizoen 2013-2014 brengt het Nationale Toneel zeventien producties. Voorstellingen die inspireren en bezielen; waarin we ons afzetten tegen onverschilligheid en cynisme in de maatschappij. Zeventien producties – en dat terwijl de ‘staat van de cultuur’ velen tot somberheid stemt: economische crisis, afnemende bezoekersaantallen, een terugtredende overheid… Geven onze ambities blijk van roekeloosheid of juist van hybris? Ik denk geen van beiden. Ze zijn het resultaat van een bewuste keuze. Het Nationale Toneel staat artistiek, maatschappelijk en ondernemend midden in de samenleving. Wij willen in positieve zin het wiel heruitvinden en zo op zoek gaan naar de wezenlijke functies van toneel in deze tijd. Behoefte aan goed toneel zal blijven, net als publiek dat dat wil gaan zien. Daarvan zijn wij overtuigd. Maar toneelbezoek is voor veel groepen niet langer vanzelfsprekend, als het dat ooit al is geweest. Dat vraagt om heldere keuzes in de stukken die wij spelen, het publiek dat wij willen bereiken, de manier waarop we produceren en de plekken waar wij te zien zijn.

Het repertoire van het Nationale Toneel bestrijkt de hele toneelgeschiedenis. We toetsen klassieke toneelteksten op hun waarde voor onze tijd en presenteren nieuwe teksten van hedendaagse (toneel)schrijvers. Regisseurs

Theu Boermans en Johan Doesburg voorzien deze stukken van een verrassende lezing en vorm, waarmee we ons publiek willen raken in hoofd en hart.Maar er is meer: met de komst van NTjong onder artistieke leiding van Noël Fischer doorbraken we in januari 2013 als eerste grote gezelschap de waterscheiding tussen theater voor volwassenen en voor jeugd. Het is een bewuste keuze om jeugd en jongeren liefde voor theater bij te brengen: op en voor de scholen, in de stad en de wijken, in theaters en op locatie. Met NTjong investeren we in een nieuwe doelgroep, in educatie en ‘urban stories’. Het Nationale Toneel wordt ‘streetwise’.Onze producties bieden veel aanknopingspunten voor maatschappelijke dialoog. Den Haag mist een platform voor gesprekken over actuele thema’s op het snijvlak van theater, politiek en maatschappij. In de nieuwe theatrale programmareeks Babel spelen we daarop in. We geven het woord aan publiek, partners en bijzondere gasten. In Babel werken we onder meer samen met Universiteit Leiden/Campus Den Haag, de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur, De Balie Amsterdam, het Letterkundig Museum en Crossing Border/Border Kitchen.

Het Nationale Toneel investeert in talentontwikkeling, zowel op het podium als

Licht reizen

Page 9: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 9

in de specialisaties daarachter. Juist nu is dat een noodzakelijke investering in de toekomst van het toneel. We verwelkomen een jonge regisseur in ons artistieke team, Casper Vandeputte. Bovendien breiden we ons acteursensemble uit met vijf jonge acteurs, Hannah Hoekstra, Joris Smit, Katja Herbers, Reinout Scholten van Aschat en Sallie Harmsen. In Nieuwspoort brengt een deel van deze nieuwe generatie NT’ers dit najaar politiek Den Haag in kaart: een onderzoek in de coulissen van de macht. Perscentrum Nieuwspoort heeft het Nationale Toneel voor deze productie benoemd tot rapporteur. Het is een sterk voorbeeld van hoe we talentontwikkeling verbinden met artistiek, maatschappelijk en cultureel engagement in onze thuisstad. Ook buiten onze eigen voorstellingen geven we talent een podium. Regiestudenten van de Amsterdamse Toneelschool ontmoeten bij Halfweg in het NT Gebouw hun eerste reguliere publiek. We ondersteunen de makers van het Haagse collectief Firma MES bij hun artistieke ontwikkeling. Met het Compagnietheater ondersteunen we jonge regietalenten bij hun eerste stappen in het professionele veld. En onze deuren en podia staan altijd open voor Haagse initiatieven die ruimte en tijd nodig hebben om te groeien en bloeien.

Samenwerking is een sleutelbegrip in onze visie op de toekomst. Niet als mantra, maar daar waar het meerwaarde biedt. Allereerst lokaal: met de Koninklijke Schouwburg en Theater aan het Spui werken we in Den Haag als Toneelalliantie samen rond programmering, educatie en ondersteunende diensten. Andere Haagse theaters, zoals Dakota en Diligentia, sluiten zich hierbij aan. Als het Nationale Toneel blijven we daarnaast reizen door het land en daarbuiten, komend seizoen zelfs meer dan ooit. We bouwen de komende jaren een netwerk van samenwerkingspartners op: tien tot twaalf ‘kerntheaters’ waar we vaker en in

reeksen spelen, al dan niet gecombineerd met bijzondere randprogrammering. Met deze partners investeren we in vernieuwing van het toneelbestel. Zo kunnen we onze herkenbaarheid vergroten, de band met bestaand publiek versterken en nieuwe geïnteresseerden bereiken. Nieuw is ten slotte de verbinding die wij zijn overeengekomen met NTGent. We zijn trots op dit verbond waarin twee grote Europese gezelschappen hun krachten bundelen.

Politici en beleidsmakers spreken met verve over de verschillende waarden van cultuur. Men onderscheidt intrinsieke, maatschappelijke, sociale en economische waarden. Dat onderschrijven wij van harte, maar wat betekent dat voor ons dagelijks handelen? Natuurlijk werken wij aan een doelmatige bedrijfsvoering en investeren we in effectief ondernemen. Een precieze en vasthoudende benadering van fondsen en sponsors, in samenwerking met de Koninklijke Schouwburg, zal leiden tot nieuwe allianties met bedrijfsleven. Maar er is ook nog iets anders. Wij kiezen voor een toekomststrategie waarbij we groots blijven denken over toneel en dat ook durven laten zien in onze producties. Waarbij we – misschien tegen de stroom in – zoeken naar bijzondere nieuwe verbindingen en nieuwe wegen durven te bewandelen. We zijn ons bewust van de beleidsagenda, maar vooral ook van de noodzaak om ‘licht te reizen en veel te ontmoeten’. Juist in deze tijd. Wij nodigen u uit met ons mee te reizen.

Walter Ligthartzakelijk directeur

Page 10: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014
Page 11: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 11

Net als in voorgaande jaren toetst het Nationale Toneel klassieke toneelteksten op hun waarde voor onze tijd en presenteren we nieuwe teksten van hedendaagse toneelschrijvers. Onze voorstellingen zoomen in op de dilemma’s en uitdagingen van onze tijd in crisis. De zoektocht naar moraal is daarbij een belangrijk terugkerend thema.

SeizoenSbrochure - 2013/2014 11

Page 12: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201412

In 2011 bewerkte Nobelprijswinnaar Elfriede Jelinek An Ideal Husband, de boosaardige komedie over publieke moraal van Oscar Wilde uit 1895. Jelinek maakte er een niet mis te verstaan statement over onze tijd van.

Sir Robert Chiltern (Mark Rietman) is staatssecretaris van Buitenlandse Zaken en een alom gerespecteerd politicus. Zijn gedrag is voorbeeldig, zijn karakter onberispelijk. Kortom, hij is de ideale man. Zijn vrouw, Lady Gertrude (Anniek Pheifer), draagt hem op handen. Zij vermoedt niets – of ogenschijnlijk niets – van zijn duistere kanten. Sir Robert beschouwt de staat als een groot hedgefund, dat er alleen maar toe dient om winst te maken. Hij is de vleesgeworden bv IK, product van de New Economy. Op jonge leeftijd werd Sir Robert steenrijk door geheime staatsinformatie te verkopen. Sindsdien is zijn belangrijkste bezigheid geworden: op het juiste moment toeslaan, zonder sporen achter te laten. Maar dan loopt hij zijn meerdere tegen

het lijf, Mrs. Cheveley (Ariane Schluter), nota bene een vroegere klasgenote van zijn vrouw. Zij chanteert hem met zijn brisante geheime operaties om zo zijn politieke steun te krijgen voor een waanzinnig beleggingsproject waarin ze een fortuin heeft geïnvesteerd. Elfriede Jelinek is een van de meest invloedrijke auteurs van onze tijd. Ze ontving talrijke prijzen, waaronder in 2004 de Nobelprijs voor de Literatuur. Ze staat bekend als een groot liefhebber van de toneelstukken van Oscar Wilde. In 2011 ging ze met de stofkam door zijn An Ideal Husband om het stuk op gepaste wijze naar onze tijd te brengen.

Deze coproductie met NTGent is het begin van de langdurige internationale samenwerking tussen twee grote Europese gezelschappen.

De ideale man

van Oscar Wilde/ Elfriede Jelinek

vertaling Tom Kleijnregie Theu Boermansdramaturgie Rezy Schumachertoneelbeeld Bernhard Hammercoproductie NTGentpremière 19 oktober 2013,

Koninklijke Schouwburg, Den Haag

tournee 15 oktober t/m 21 december 2013

met Anniek Pheifer, Ariane Schluter, Chris Thys (NTGent), Frank Focketyn (NTGent), Jaap Spijkers, Katja Herbers, Mark Rietman en Steven Van Watermeulen (NTGent)

Page 13: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 13

“ Je moet gewoon rijk zijn. Alleen al uit principe. Maakt niet uit hoeveel het kost.”

Page 14: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201414

“ Meneer Hamil zegt dat je niet kunt leven zonder liefde”

Page 15: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 15

Madame Rosa Anne Wil Blankers viert haar 50-jarig toneeljubileum

naar de roman van Romain Gary bewerking Xavier Jaillardvertaling Tom Kleijnregie Theu Boermansdramaturgie Karim Ameurtoneelbeeld Bernhard Hammerpremière 21 december 2013,

KoninklijkeSchouwburg, Den Haag

tournee 17 december 2013 t/m 7 mei 2014

met Anne Wil Blankers, Aziz Akazim, Mohammed Azaay en Stefan de Walle

Anne Wil Blankers is weer te zien bij het Nationale Toneel! Dit seizoen keert ze terug naar de plek waar ze vijftig jaar geleden debuteerde als Desdemona naast Paul Steenbergen en Ko van Dijk. Ter ere van dit jubileum regisseert Theu Boermans de grande dame van het Nederlandse toneel in Madame Rosa. Zij speelt de rol waarmee Simone Signoret diepe indruk maakte in de legendarische film La vie devant soi. Madame Rosa is het aangrijpende maar ook geestige verhaal over de liefde tussen een joodse vrouw en een moslimjongen. Rosa, een jodin van Poolse komaf die Auschwitz overleefde, is na een leven als tippelaarster een pension begonnen waar ze tegen betaling kinderen van prostituees opvangt. Een bijzondere relatie heeft ze met haar lieveling Momo, een Algerijnse jongen. Ze wonen aan de zelfkant van de grote metropool Parijs en slaan zich dapper door de dagelijkse ellende. Maar Rosa’s lichaam en geest worden zwakker en zwakker. Ze leunt steeds meer op Momo.

De jongen moet toezien hoe ze wegzinkt in haar herinneringen, fantasieën en wanen. Hij verzorgt haar en blijft bij haar wanneer ze zich opmaakt voor haar laatste en moeilijkste reis. Madame Rosa schetst een indringend beeld van een groeiende sociale klasse die altijd en overal aan het kortste eind trekt. Het gaat om mensen die voortdurend, en vaak generatie op generatie, vernederd worden – door de geschiedenis, de politiek, door hun eigen omgeving. Toch weten Madame Rosa en Momo te midden van alle geweld vast te houden aan hun persoonlijke moraal.

Page 16: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201416

De storm

De storm van William Shakespeare is dreigend, rauw, poëtisch en grotesk. Regisseur Johan Doesburg neemt met dit grootse drama zijn lijn van eigenzinnige Shakespeare-regies weer op.

Een eiland, ver van de bewoonde wereld. Hier heerst Prospero (Mark Rietman), eens heerser over het machtige Milaan. Twaalf jaar geleden werd hij door zijn broer Antonio van de troon gestoten. Diep gekrenkt regeert hij nu over zijn dochter Miranda (Hannah Hoekstra), de luchtgeest Ariel (Anniek Pheifer) en Caliban, de oorspronkelijke koning van het eiland (Jappe Claes). Het toeval wil dat zijn verraderlijke broer met zijn aanhang langs het eiland vaart. Prospero ziet zijn kans schoon om hen voor hun misdaden te straffen. Hij ontketent een storm, die het schip doet zinken en de opvarenden op het eiland laat aanspoelen.Alles wat daarna gebeurt, is een toneelstuk in een toneelstuk onder regie van Prospero. Als schaakstukken verplaatst hij de drenkelingen over het eiland. Hij laat hen de fatale gebeurtenis

van twaalf jaar geleden in allerlei varianten naspelen in de hoop dat ze er iets van leren. Uiteindelijk brengt hij hen samen voor het eindspel. Zal hij op dit beslissende moment zijn macht gebruiken voor wraak? De wraak waarop hij meent recht te hebben? Of springt hij over zijn eigen schaduw en is er ruimte in zijn hart voor vergiffenis? Maar als hij hen vergeeft, maakt hem dat dan niet nog machtiger? In De storm gebruikt William Shakespeare een eiland als beeld voor de wereld. Op het eiland zoeken zijn personages naar de betekenis van macht en de ideale samenlevingsvorm. De storm is zoals alle grote werken van Shakespeare een harde afrekening met de werkelijke wereld. Het is het sprookje van de verloren illusies, van de bittere wijsheid, maar ook van de volhardende hoop.

van William Shakespearevertaling Frank Albersregie Johan Doesburgdramaturgie Rezy Schumachertoneelbeeld Tom Schenkpremière 22 februari 2014,

Koninklijke Schouwburg, Den Haag

tournee 18 februari t/m 20 april 2014

met

Anniek Pheifer, Bram Suijker, Hajo Bruins, Hannah Hoekstra, Jaap Spijkers, Jappe Claes, Mark Rietman, Pieter van der Sman, Reinout Scholten van Aschat, Roben Mitchell, Tibor Lukács en Vincent Linthorst

Page 17: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 17

“ O brave new world that has such people in it!”

Page 18: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201418

Het stenen bruidsbed(tournee)

Het Nationale Toneel brengt Het stenen bruidsbed, de verpletterende geschiedenis van Norman Corinth (Jeroen Spitzenberger). Als Amerikaanse gevechtspiloot nam hij deel aan het bombardement op Dresden. Elf jaar later keert hij terug naar de puinhopen. 1956, het begin van de Koude Oorlog. In communistisch Dresden komen specialisten uit Oost en West bij elkaar voor een tandheelkundig congres. Onder hen Norman Corinth, tandarts te Baltimore. Tijdens zijn verblijf dringt Corinths verleden zich in alle hevigheid aan hem op. Elf jaar eerder nam hij als Amerikaanse gevechtspiloot deel aan het bombardement op Dresden, dat het Florence aan de Elbe werd genoemd. Hij ontvlucht het congres en dwaalt door de puinhopen van de stad. Hij zoekt iets, maar weet niet wat. Hij maakt ruzie met een dubieuze West-Duitse congresganger. Hij ontmoet een echtpaar dat een kind verloor tijdens het bombardement. Hij raakt bezeten van Hella, een mooie tolk-vertaalster, die

tijdens de oorlog in een kamp zat en nu blind vertrouwt op de socialistische heilstaat. Steeds weer wordt Corinth geconfronteerd met de slachtoffers van zijn daad, die destijds zo rechtvaardig leek: Hitler-Duitsland de genadeslag toebrengen. Langzaam wordt hem duidelijk dat hij naar Dresden is gekomen om antwoord te vinden op de vraag: als deze mensen slachtoffer zijn van het helse bombardement, wat maakt dat dan van hem? Het stenen bruidsbed (1959) is na meer dan vijftig jaar nog steeds een van de beste romans van de meester van de paradox. Harry Mulisch (1927-2010) laat ons zien dat ‘de rechtvaardige oorlog’ niet bestaat. Parallel aan de tournee presenteert het Letterkundig Museum in Den Haag een tentoonstelling over Het stenen bruidsbed. Ook verschijnt bij De Bezige Bij een toneeleditie van de roman.

met Antoinette Jelgersma, Bram Suijker, Jeroen Spitzenberger, Pieter van der Sman, Sallie Harmsen, Stefan de Walle, Tamar van den Dop, Vincent Linthorst en Harry de Wit (muziek)

naar de roman van Harry Mulischbewerking Stefan Bachmann,

Felicitas Zürchervertaling Tom Kleijnregie Johan Doesburgdramaturgie Rezy Schumachertoneelbeeld Bernhard Hammertournee 14 september t/m

9 november 2013

Page 19: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 19

De prooi, naar de bestseller van onderzoeks- journalist Jeroen Smit, was meteen na de première in 2012 een hit. Pauw & Witteman, RTL Nieuws, het Financiële Dagblad, Elsevier, zelfs The Financial Times berichtten lovend over de voorstelling. Nu is De prooi terug.

Rijkman Groenink (Mark Rietman), die halverwege de jaren zeventig bij De bank aantreedt, weet het als geen ander: het is eten of gegeten worden in de bankensector. Je bent jager of je bent prooi. De bank moet groeien, wil hij aan de top staan in de 21e eeuw. Daarvoor vecht Groenink vanaf de dag dat hij er werkt. En hij wil winnen. Dat wil Wilco Jiskoot (Hajo Bruins) ook. Vrijwel tegelijk komen ze bij De bank. Samen klimmen ze naar de top. Maar collegialiteit slaat om in koude oorlog wanneer Jiskoots informele macht te groot wordt. De bank groeit nog wel, maar vooral uit elkaar. Groter en groter wordt de afstand tussen de top en de werkvloer, tussen de bank en zijn klanten, tussen collega’s die elkaar steeds meer als concurrenten zien. Wanneer

de strijd aan de top en de sfeer van verdeel-en-heers alles verlamt, begint de aandelenkoers te vallen. Daar heeft een groep agressieve aandeelhouders op gewacht. De jacht op De bank wordt geopend… De prooi, het duistere verhaal over de ondergang van ABN Amro, De bank van Nederland, laat zien hoe arrogantie, narcisme, besluiteloosheid en roekeloze ambitie een Nederlands instituut vernietigden.

naar het boek van Jeroen Smit bewerking Sophie Kassiesregie Johan Doesburgdramaturgie Karim Ameurtoneelbeeld Bernhard Hammerreprisetournee 29 april t/m 7 juni 2014

De prooi(reprise)

met Betty Schuurman, Hajo Bruins, Jaap Spijkers, Jeroen Spitzenberger, Joris Smit, Mark Rietman, Pieter van der Sman, Reinout Scholten van Aschat en Vincent Linthorst

Page 20: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201420

De jonge toneelschrijver Rik van den Bos maakte met Casper Vandeputte een bewerking van de opzienbarende roman Speeldrift van Juli Zeh. Ada komt als nieuwe leerling op een vooraan- staande middelbare school. Haar intelligentie maakt haar direct tot buitenstaander: te slim en onhandelbaar voor de leraren, te gevaarlijk en vreemd voor haar medeleerlingen. Zij op haart beurt vindt iedereen burgerlijk en dom. Alleen in klasgenoot Alev treft ze een zielsverwant. Samen zien ze de wereld zoals hij is, een door God verlaten speelplaats. Ze gebruiken de naïef-optimistische gymleraar Smutek om hun filosofie in de praktijk te onderzoeken. Hij ontpopt zich als willige pion in een gevaarlijk en erotisch geladen spel. Maar dan barst de bom. In haar roman Speeldrift geeft de Duitse schrijfster en juriste Juli Zeh (1974) een haarscherpe analyse van het tijdperk na 9/11.

Ze koppelt een herkenbaar en meeslepend verhaal aan de maatschappelijke uitdagingen van deze tijd: de verhitte zoektocht naar normen en waarden en de vraag hoe om te gaan met spectaculair terrorisme van verwarde eenlingen.

Stefan de Walle en Tamar van den Dop zijn genomineerd voor respectievelijk de Arlecchino en de Colombina voor hun rol in Speeldrift. In september 2013 maakt de jury bekend of ze deze toneelprijzen in ontvangst mogen nemen.

van Juli Zeh bewerking Rik van den Bos

& Casper Vandeputteregie Casper Vandeputtedramaturgie Pol Eggermonttoneelbeeld Pascal Leboucqproductie Toneelschuur Producties

in coproductie met het Nationale Toneel

tournee 5 t/m 13 september 2013

Speeldrift(tournee)

met Mariana Aparicio Torres, Stefan de Walle, Tamar van den Dop en Vincent van der Valk

Page 21: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 21

Lot Vekemans, bekend van Zus van (2005) en het internationaal bejubelde Gif (2009), schrijft voor Betty Schuurman van het Nationale Toneel, Elsie de Brauw en Bert Luppes van NTGent een nieuwe toneeltekst. Johan Simons, veelgeprezen regisseur en artistiek leider van de Münchner Kammerspiele, regisseert deze coproductie met NTGent.

Twee zussen. De één een gelauwerd theateractrice, de andere een beroemde soapspeelster. Beiden worden gearresteerd op beschuldiging van vluchtmisdrijf na een dodelijk ongeval. Ze beweren onschuldig te zijn. Een getuigenis wijst evenwel in hun richting. Maar klopt die getuigenis wel? Is de getuige te vertrouwen? Hoe eerlijk zijn de zussen – ten opzichte van elkaar én van zichzelf?

Vals is een psychologisch drama met een hoog thrillergehalte. Het gaat over de schemerzone tussen echt en onecht. Over waar en onwaar.

Over paranoia. En vooral over de vraag: door wie en wat wordt je waarde bepaald?

Deze coproductie met NTGent is het begin van de langdurige internationale samenwerking tussen twee grote Europese gezelschappen.

van Lot Vekemansregie Johan Simonstoneelbeeld Leo de Nijsproductie NTGent in coproductie

met het Nationale Toneelpremière 6 september 2013,

Schouwburg Gent, Gent, België & 18 september 2013, Compagnietheater, Amsterdam

tournee 5 september t/m 4 december 2013

Vals met Bert Luppes, Betty Schuurman en Elsie de Brauw

Page 22: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201422

De afgelopen seizoenen was acteur Ali Çifteci in verschillende producties bij het Nationale Toneel te zien. Van hem kwam het idee om een voorstelling te maken over de moeizame relatie met zijn land van herkomst, Turkije. Het land waarvan hij zo vervreemd is geraakt, maar waarmee hij nog altijd wordt geïdentificeerd. De grote Nederlandse toneelschrijver Rob de Graaf schreef voor hem Assen blues, een verhaal over ontheemding op elk gebied.

Twee vreemden, een man (Ali Çifteci) en een vrouw (Camilla Siegertsz), wachten op hun trein op het lege perron van station Assen. Hij gaat naar Turkije, zij naar de academie in Groningen waar ze lesgeeft. Ooit kwam zij naar Drenthe voor de liefde, nu is ze te zeer aan de rust en ruimte gewend om nog terug te willen naar de Randstad. Op school leert ze haar studenten dat je dromen nodig hebt om de werkelijkheid te verdragen. Hij is een Turk, een Drent, een Turkse Drent. Hij heeft een tweedehands-autohandel en speelt in zijn vrije tijd toneel. Acht jaar was hij, toen hij voor het laatst in Turkije was. Maar plots voelt

hij de aandrang zijn moederland te bezoeken. Om zijn vader in diens vertrouwde omgeving te zien. Om de plekken te bezoeken die hij alleen uit de verhalen kent. De twee treinreizigers raken met elkaar in gesprek. In eerste instantie over de verschillen die ze delen. Maar er zijn ook overeenkomsten. De eerste keer dat ze een trein voorbij laten gaan zonder in te stappen is nog een hele stap, maar al snel hebben ze de moed om te spijbelen…

Assen blues gaat over onvervuld verlangen, over het toeval dat het leven regeert, over het belang van ‘plekken‘ in ons bestaan – of het nu een onbekende plek is waar we heen willen of een vertrouwde plek waar we alles kennen.

van Rob de Graafregie Johan Doesburgdramaturgie Karim Ameurtoneelbeeld en Reinier Tweebeekelichtontwerpproductie Stichting Vraag in

coproductie met het Nationale Toneel

première 18 oktober 2013, Deventer Schouwburg, Deventer

tournee 16 oktober t/m 28 november 2013

Assen blues

met Ali Çifteci en Camilla Siegertsz

Page 23: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 23

De ‘fresh arrivals’ van het Nationale Toneel gaan onder aanvoering van regisseur Casper Vandeputte in Den Haag het centrum van de macht in.

Op vijf minuten lopen van de repetitielokalen van het Nationale Toneel zetelt het Nederlandse bestuur. Aan het Haagse Binnenhof werken ministers, kamerleden en fractiemedewerkers aan de toekomst van ons land, op de voet gevolgd door een leger lobbyisten en woordvoerders. Journalisten houden hun schreden kritisch en nauwlettend in de gaten. Maar ’s avonds zitten jager en prooi – journalist en politicus – in sociëteit Nieuwspoort gebroederlijk aan de borreltafel. De tegenstellingen van de dag verdwijnen in de nevel van ‘de Nieuwspoortcode’: wat in Nieuwspoort wordt besproken, blijft geheim.

Nieuwspoort is een theatraal onderzoeksverslag gebaseerd op nieuwsberichten, documentaires, eigen interviews met politici en nieuwsmakers en observaties in en rond het Tweede Kamergebouw. Er wordt een antwoord gezocht

op vragen als: is Nederland een mediacratie, waarin politici en journalisten vooral bezig zijn met kijk- en luistercijfers? Wie geeft nog ruimte aan de complexe boodschap? En in hoeverre zijn wij – die meer inhoud eisen van krant en televisie, maar toch vaak zwichten voor gratis internetnieuws en een avond bankhangen met een Deense misdaadserie – zelf schuldig aan oppervlakkige informatievoorziening?

Perscentrum Nieuwspoort heeft het Nationale Toneel benoemd tot Nieuwspoortrapporteur 2013. De rapporteur krijgt toegang tot de gelijknamige sociëteit en het gebouw van de Tweede Kamer om op basis van eigen onderzoek het politiek-publicitaire complex te onderzoeken. Eerdere rapporteurs waren onder meer journalist Joris Luyendijk en ombudsman Alex Brenninkmeijer. Op 20 november zal acteur en oud-kamerlid Boris van der Ham 's middags de Kees Lunshoflezing verzorgen over de relatie tussen politiek en theater. Het NT zal tijdens deze bijeenkomst als rapporteur een voorpresentatie geven van zijn bevindingen. Diezelfde avond gaat de voorstelling in première.

première 20 november 2013, NT Gebouw, Den Haag

te zien 20 t/m 23 november 2013, NT Gebouw, Den Haag &

3 t/m 7 december 2013, Compagnietheater, Amsterdam

Nieuws-poort

van Casper Vandeputte (regie), Hannah Hoekstra, Joris Smit, Reinout Scholten van Aschat, Remco van Rijn (dramaturgie) en Sallie Harmsen

Page 24: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201424

Elektra vertelt over drie door het noodlot getroffen jonge mensen. Op de resten van een ondergaand rijk proberen ze een nieuwe toekomst op te bouwen.

Hoe verder te leven na de grootste ramp die een kind kan overkomen? Dat is de vraag voor Elektra, Chrysothemis en Orestes. Hun moeder Klytaimnestra vermoordde hun vader Agamemnon en deelt nu het voormalig huwelijksbed met haar minnaar Aigisthos.

Chrysothemis wil alles wat er is gebeurd het liefst vergeten, zodat ze verder kan met haar leven. Orestes, de jongste, is gevlucht. Maar Elektra is helemaal in de ban van het verleden. Ze beweegt zich tussen de herinnering aan de gruwelijke dood van haar vader en de moordfantasieën op haar moeder en Aigisthos. Haar obsessie is zo groot dat ze het leven voor zichzelf en haar zusje onmogelijk maakt. Wanneer Orestes na jaren terugkeert, offert hij zich op: hij pleegt de

moorden. Zo wordt Chrysothemis verlost en vindt Elektra eindelijk haar lotsbestemming.

Dichter, essayist en toneelschrijver Hugo von Hofmannsthal was het wonderkind van de Weense literaire kringen rond 1900. Als geen ander wist hij het tijdsgevoel van de stervende negentiende eeuw en het verlangen naar de moderne tijd in woorden te vangen. Hij baseerde zijn Elektra (1904) op de tragedies van Aischylos, Euripides en vooral Sophokles. Maar tegenover het witte marmer van de klassieke oudheid plaatst hij een duistere wereld van bloed en driften, waarin Freud en Nietzsche de plaats hebben ingenomen van goden en hogere machten.

Elektra

van Hugo von Hofmannsthalvertaling Tom Kleijnregie Casper Vandeputtedramaturgie Remco van Rijntoneelbeeld Pascal Leboucqpremière 8 maart 2014,

Theater aan het Spui, Den Haag

tournee 5 maart t/m 12 april 2014

met Antoinette Jelgersma, Betty Schuurman, Joris Smit, Mariana Aparicio Torres en Sallie Harmsen

Page 25: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 25

“Je wordt niet als vrouw geboren, je wordt tot vrouw gemaakt.” Beroemde woorden van de Franse schrijfster Simone de Beauvoir in een van de meest invloedrijke boeken van de twintigste eeuw, De tweede sekse.

Schrijfster Simone de Beauvoir en filosoof en schrijver Jean-Paul Sartre hadden een opzienbarende relatie. Er is in de geschiedenis geen liefdeskoppel geweest dat elkaar zo de ruimte gaf, zo met elkaar in gesprek bleef en zoveel invloed had op het denken en handelen van hun tijdgenoten. Zij gaven stem aan de naoorlogse generatie die zou opgroeien in welvaart en rebelleren tegen de vermolmde wereld van hun ouders. Om ‘Vrijheid’ ging het, in al hun uitingen.Hun open relatie was een doorn in het oog van de meeste van hun tijdgenoten. Hun controversiële teksten wekten vaak de woede van de ‘reaguurders’ van hun tijd, maar kenden ook vele bewonderaars die zich maar al te graag

spiegelden aan deze glamoureuze hogepriesters van het existentialisme.

Beauvoir & Sartre, een tête-à-tête is een nieuwe toevoeging aan de reeks literatuurbewerkingen die Johan Doesburg en Ariane Schluter in de loop der jaren maakten. Denk aan Mystiek Lichaam en Tirza. De gesprekken van Schluter en Doesburg over de boeken en levens van de minnaars en wapenbroeders Beauvoir en Sartre vormen de basis voor deze voorstelling. Samen onderzoeken ze de ‘Vrijheid’ waar Beauvoir en Sartre zo voor vochten. Hoe begaanbaar zijn die wegen der vrijheid eigenlijk die ze voor zichzelf opeisten en die ze ons in het vooruitzicht stelden?

van Johan Doesburg en Ariane Schluter

regie Johan Doesburgdramaturgie Karim Ameurpremière 24 mei 2014, Theater aan

het Spui, Den Haagtournee 21 mei t/m 21 juni 2014

Beauvoir & Sartre, een tête-à-tête

met Ariane Schluter en Reinout Bussemaker

Page 26: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014
Page 27: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 27

Anniek Pheifer, Antoinette Jelgersma, Ariane Schluter, Betty Schuurman, Erna van den Berg (NTjong), Hannah Hoekstra, Jaap Spijkers, Jappe Claes, Jeroen Spitzenberger, Joris Smit, Katja Herbers, Mark Rietman, Pieter van der Sman, Reinout Scholten van Aschat, Sallie Harmsen, Stefan de Walle, Vincent Linthorst

SeizoenSbrochure - 2013/2014 27

Page 28: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201428

Page 29: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 29

hannah hoekstra te zien in nieuwspoort, De storm

Theu boermans artistiek directeur, regisseert De ideale man, Madame rosa

Theu Boermans: “Bij het Nationale Toneel staat het ensemble, onze vaste groep acteurs, centraal. Dat heeft voor mij te maken met de kern van onze kunstvorm. Met een ensemble ontwikkel je een gezamenlijke taal om het over de mensheid te hebben. Binnen een ensemble zet iedere acteur zich niet alleen in voor zichzelf, maar ook voor zijn medespelers, voor de voorstelling als geheel, voor het gezelschap en voor het publiek. Zo ontstaat die bundeling van energie die de voorstelling meerwaarde geeft. In plaats van een eilandenrijk van individuen, toont de voorstelling dan een beeld van een wereld.

Denkend vanuit het belang van het instituut dat we willen neerzetten, moet het ensemble van de hoogste kwaliteit zijn. Onze opdracht is het dat mensen naar ons toe komen en kunnen denken: beter dan dit kan Shakespeare niet worden uitgevoerd. Als publiek moet je dat kunnen zien, ervan genieten, ervan leren. Toeschouwers kunnen zo ongelofelijk genieten van goed ensemblespel. Die bundeling van krachten, die je het unieke van een kunstervaring laat zien!

Een tweede opdracht is het ensemble fris en levend houden. Een ensemble is een lichaam in continue beweging. Op een bepaald moment heb je door de combinatie van spelers een topteam, maar het moet altijd weer aangevuld worden met nieuw en jong talent. Jong en oud samen. Dat bepaalt de dynamiek van een gezelschap. Het is fantastisch dat het Nationale Toneel van oudsher daarnaar streeft. Ik zet die lijn graag door. Daarom ben ik blij dat we ook dit jaar weer nieuw talent aan ons kunnen binden. Ik wil onze toeschouwers een heel ensemble cadeau doen. Een goed en sterk ensemble van topkwaliteit.”

Page 30: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201430

Johan Doesburg regisseert het stenen bruidsbed, De storm, Assen blues, beauvoir & Sartre, De prooi

Katja herbers te zien in De ideale man

Jeroen Spitzenberger te zien in het stenen bruidsbed, De prooi

Page 31: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 31

Page 32: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201432

Ariane Schluter te zien in De ideale man, beauvoir & Sartre een tête-à-tête

Page 33: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 33

Page 34: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201434

Sallie harmsen te zien in het stenen bruidsbed, nieuwspoort, elektra

noël Fischer, artistieke leiding nTjong en regisseert

zebra zebra, Lucy ❤ ringo ★, himmelblau (concept)

hans van den boom regisseert Mijn jas is mijn huis

Page 35: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 35

Page 36: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201436

Stefan de Walle te zien in het stenen bruidsbed, Madame rosa, Speeldrift

Page 37: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 37

Page 38: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201438

Page 39: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 39

Jaap Spijkers te zien in De ideale man, De storm, De prooi

Mark rietman te zien in De ideale man, De storm, De prooi

Laura van Dolron

Page 40: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201440

Jappe claes te zien in De storm

Walter Lighthart zakelijk directeur

casper Vandeputte regisseert Speeldrift, nieuwspoort,

Titus, elektra

Page 41: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 41

Page 42: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201442

Anniek Pheifer te zien in De ideale man, De storm

Page 43: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 43

Page 44: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201444

Joris Smit te zien in nieuwspoort, Titus, elektra, De prooi

Vincent Linthorst te zien in het stenen bruidsbed,

De storm, De prooi

Antoinette Jelgersma te zien in het stenen bruidsbed, elektra

Page 45: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 45

Page 46: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201446

Pieter van der Sman te zien in het stenen bruidsbed, De storm, De prooi

Page 47: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 47

Page 48: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201448

Page 49: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 49

betty Schuurman te zien in Vals, elektra, De prooi

reinout Scholten van Aschat te zien in nieuwspoort, Titus, De storm, De prooi

erna van den berg te zien in Kamishibai, Mijn jas is mijn huis

Page 50: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

Fotografie: Thomas Manneke(met dank aan hotel des indes en new babylon)

Page 51: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

Ruim baan voor aanstormend talentHet NT Gebouw is ons werkhuis, waar we stukken voorbereiden en repeteren, maar ook de plek waar u jonge talenten en een aantal van hun projecten kunt bekijken.

SeizoenSbrochure - 2013/2014 51

NieuwspoortCasper Vandeputte, Hannah Hoekstra, Joris Smit, Reinout Scholten van Aschat en Sallie Harmsen brengen dit najaar politiek Den Haag in kaart. Nieuwspoort is een onderzoek in de coulissen van de macht. Op een onconventionele manier geven zij in november in het NT Gebouw en het Compagnietheater een presentatie van hun bevindingen (zie p. 23).

HalfwegIn Halfweg gaan de deuren van het NT Gebouw open voor jonge, talentvolle regisseurs en acteurs in opleiding. Ze presenteren sprankelende scènes, eigenzinnige etudes en cutting-edge crossovers. Zonder enige pretentie, open en kwetsbaar. Elke avond is anders, maar eindigt steevast in een prettig gesprek tussen publiek, makers en spelers. Wat hebben we gezien? Wat vonden we ervan? Met welk gevoel gaan we naar huis?

Firma MESSinds 2013 ondersteunt het Nationale Toneel het jonge Haagse makerscollectief Firma MES. Zij maken voorstellingen in de vlakkevloertheaters en kleinschalige, bijzondere projecten onder de noemer Firma MES: Extra. In seizoen 2013-2014 speelt Firma MES o.a. een remake van de locatievoorstelling STEL.

Samenwerking met Universiteit Leiden/Campus Den HaagRond een aantal producties, zoals Nieuwspoort en De storm, werkt het Nationale Toneel samen met de Universiteit Leiden. Studenten en alumni volgen inleidingen verzorgd door medewerkers van beide instellingen, bezoeken de voorstellingen en ontmoeten de makers.

Page 52: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201452

Ooit spraken alle mensen op aarde dezelfde taal. Eensgezind bouwden zij de stad Babel, met een toren die tot in de hemel zou reiken. Toen God dit zag, vreesde hij dat de mens hem overbodig zou maken. Daarop daalde hij af naar de aarde om de spraak van de bewoners van Babel te verwarren. De meertaligheid die hieruit ontstond, leidde tot misverstanden, twisten en het uiteenvallen van de gemeenschap. De mythische stad Babel is een belangrijk thema in de kunst en cultuur. Wie kent niet het klassieke schilderij van Pieter Breugel? Maar denk ook aan Borges’ befaamde verhaal ‘De bibliotheek van Babel’, over een oneindige bibliotheek waarvan de boeken antwoord geven op alle mysteries van de mensheid. Babel is zowel een symbool van de ongekende mogelijkheden die mensen hebben wanneer ze zich verenigen, als van de onmacht die kan ontstaan wanneer partijen elkaar niet meer verstaan.

Babel

“Laten we een stad bouwen met een toren die tot in de hemel reikt”

Kunst stelt grote vragen. In welk land willen we leven? Wat is moraal en waarop is die gebaseerd? Wat is liefde, wat is rechtvaardigheid? In onze voorstellingen onderzoeken we mogelijke antwoorden op die vragen. Vanaf dit seizoen verbreden we de zoektocht naar buiten het podium, voor iedereen die zin heeft in echte verdieping en hardop denken. Onder de naam Babel maken we spannende, nieuwsgierige avonden over cultuur, politiek en maatschappij. In ons eigen NT Gebouw en op locatie.Zo ontdekken we de ideale bestuurder rondom de voorstellingen De storm en De ideale man, bedenken we nieuwe verheffingsidealen en brengen we een ode aan de forensen van Den Haag.

Partners in Babel zijn onder meer Universiteit Leiden, Nederlandse School voor Openbaar Bestuur, De Balie Amsterdam, Letterkundig Museum, Crossing Border/Border Kitchen.

Page 53: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 53SeizoenSbrochure - 2013/2014 53

Het nieuwe NTjong maakt voorstellingen voor kinderen en jongeren en is onderdeel van het Nationale Toneel. Avontuurlijk en bezield theater van nu voor iedereen met een jong hart. De artistieke leiding is in handen van Noël Fischer. De komende jaren zal NTjong zijn publiek zo direct mogelijk opzoeken zowel in de klas, in het theater als bij mensen de buurt. In seizoen 2013/2014 brengt NTjong zeven producties.

Page 54: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201454

‘Theater moet confronterend zijn, ook

voor kinderen’Kennismaking met

Noël Fischer, artistiek leider nTjong

Er is maar één mens voor nodig, weet Noël Fischer. Eén man of vrouw die kan zorgen voor een levenslange liefde voor theater. In haar geval was het haar leraar Duits. Als elfjarig meisje stapte ze het gymnasium in Bergen op Zoom binnen, een jaar jonger dan haar klasgenoten. Een leeftijdsverschil dat in een nieuwe klas, op een nieuwe school voldoende was om als ‘anders’ te worden weggezet. En dat terwijl ze thuis ook al niet in de pas liep; ze was het enige kind in de familie dat straks misschien wel zou gaan studeren. Fischer besloot zich zoveel mogelijk aan te passen en haar binnenwereld te vergrendelen. ‘Ik dacht dat ik de enige was in die Brabantse plattelandsomgeving die zo enorm veel zat mee te maken en te voelen van binnen. Het vroeg om voortdurende emotionele zelfcontrole om geen aandacht te trekken. Mijn allergrootste angst was dat anderen zouden ontdekken hoe ik echt was.’Maar die leraar Duits zag iets in het slimme meisje met haar ingewikkelde binnenwereld. Hij vroeg haar voor zijn literatuurclub, maar belangrijker: hij nam het groepje leerlingen mee

naar het theater. Zo zag Fischer haar eerste voorstelling, een bewerking van Mnouchkines film Molière door het Publiekstheater. ‘Alle emotionele drukkleppen vlogen eraf. Voor het eerst begreep ik dat er andere mensen waren die net zo worstelden met de intensiteit van emoties als ik. Alleen lieten zij dat zien, zomaar, op het toneel. Die avond ontdekte ik het theater als troost, als toevluchtsoord, als vorm van leven.’

Je begon je carrière bij het Nationale Toneel.‘Ja, dat is achteraf wel grappig. Klasgenoten richtten eigen clubjes op, maar ik wilde liever eerst de traditie verkennen. Ik ging stagelopen bij een groot en een klein gezelschap: Het Vervolg, de voorloper van Toneelgroep Maastricht, en het Nationale Toneel. Daar ben ik als regieassistent nog een paar jaar gebleven.’

De afgelopen jaren had je je eigen jeugd-theatergezelschap en productiehuis BonteHond. Wat spreekt je aan in NTjong?‘Ik heb het altijd jammer gevonden dat theater voor kinderen en voor volwassenen gescheiden

Page 55: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

55SeizoenSbrochure - 2013/2014

circuits zijn. Theu Boermans denkt daar net zo over. Toen bleek dat Stella Den Haag na bijna 25 jaar geen subsidie meer zou krijgen, is besloten tot een fusie met het Nationale Toneel. Dat plan getuigt van een vooruitziende blik: wil je als gezelschap ons culturele erfgoed blijven doorgeven dan moet je je richten op de toekomst, op kinderen dus. Met NTjong erbij is het Nationale Toneel het grootste gezelschap van het land. Mij leek het een mooie kans om binnen zo’n gerenommeerd gezelschap met een eigen team jeugdtheater te maken. Bovendien is Theu ook pas kortgeleden begonnen in Den Haag. Alles is in beweging: het repertoire, de huisstijl, de website… Op zo’n golf kun je zelf ook veel veranderen.’

Wat typeert volgens jou jouw werk?‘Mijn voorstellingen zijn soms grotesk, de beeldtaal is uitbundig en er zit veel humor in. Daarnaast is er altijd een diepere laag. Uiteindelijk gaat het om emoties, ik wil raken aan thema’s die kinderen bezighouden. Dat kan vrij concreet, maar ook indirecter, zoals in Spoonface over een meisje dat op allerlei niveaus worstelt met het leven en de dood. De kunst is zulke onderwerpen op een intelligente, theatrale manier te brengen die toch met kinderen communiceert.’

Sommigen noemen je voorstellingen ‘te extreem’, ‘te emotioneel’ of ‘te confronterend’. ‘Ik wil artistiek risicovolle voorstellingen afwisselen met stukken voor een breder publiek. We zullen soms jonge gastregisseurs uitnodigen en Hans van den Boom, die artistiek leider was bij Stella, doet de komende drie jaar steeds één regie. Bij NTjong ga ik me ook meer toeleggen op repertoiretoneel. Die combinatie van stijlen houdt het spannend en divers.’

Waarin ontmoeten het Nationale Toneel en NTjong elkaar?‘Allebei willen we theater maken dat midden in de samenleving staat, waarin jong en oud

zich kan herkennen. Voorstellingen die uitgaan van repertoire en eigenzinnige theatrale vormen. De artistieke koers van NTjong kent drie focuspunten. In de eerste plaats gaan we radicale en actuele bewerkingen maken van klassieke en moderne toneelteksten en verhalen uit de wereldliteratuur voor kinderen en jongeren. Daarnaast zullen er voorstellingen zijn waarbij het zwaartepunt ligt bij beeld, muziek en fysiek spel. Ten slotte gaan we de wereld in, met locatieproducties, schoolvoorstellingen en community-projecten.’

Bij NTjong ga je voor het eerst produceren voor de grote zaal.‘Ja, ontzettend spannend! Voor die familievoorstellingen kan ik ook acteurs vragen uit het ensemble van het Nationale Toneel. Ik hoop er zoveel mogelijk mensen mee te bereiken, binnen mijn eigen artistieke premissen: ik wil eerlijk theater maken. Het lastige is dat er binnen het jeugdtheater geen wezenlijke traditie voor de grote zaal bestaat. Er zijn weinig stukken waarop je kunt terugvallen, je komt al snel uit bij boekbewerkingen. De voorstellingen die we in Theater aan het Spui en op scholen spelen en de Urban Stories waarmee we de wijken ingaan, liggen meer in het verlengde van wat mensen van me kennen. Dat zijn geen sprookjesachtige toneelstukjes; ik vind dat theater confronterend moet zijn, ook voor kinderen.’

Je bent niet bang dat je daarmee over de hoofden van je publiek heen scheert?‘Nee. Ik geloof dat als je oprechte voorstellingen maakt, je kinderen kunt bereiken. Als we op scholen spelen zie ik kinderen die anders nooit met theater in aanraking komen opgaan in wat er gebeurt. Dan denk ik aan het meisje dat ik zelf was en weet ik: er is maar één bevlogen persoon nodig om een kind enthousiast te maken voor theater.’

Page 56: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201456

Zebra Zebra(vanaf 5 jaar)

Zebra Zebra is een theatraal stripverhaal voor de hele familie met muziek, live animatie en een popartdecor. Over de drift om je eigen keuzes te maken en het lef af te wijken. Over zwart-wit denken in een fullcolourwereld. Over een zebra die nou eenmaal een zebra wil zijn. Losjes geïnspireerd op het beroemde toneelstuk Le Rhinocéros van Eugène Ionesco.

In deze muzikale voorstelling wordt het meisje Wies op een nacht wakker in haar jas en ontdekt dat ze niet meer in haar eigen bed ligt. Haar jas is haar thuis geworden. Ze herkent niets, alles is leeg, is dit het einde van de wereld? Dan ontmoet ze een huis dat haar gedachten kan lezen, de kat Mr Robert en een mysterieus jongetje. Samen gaan ze op zoek naar de waarheid.Het Residentie Orkest speelt in deze voor-stelling de sprankelende en ontroerende muziek van Edvard Grieg uit de Holbergsuite en Peer Gynt die perfect past bij de nieuwe poëtische tekst van Hans van den Boom. Marielle Woltring schrijft speciaal voor de voorstelling een aantal nieuwe liederen.

regie Noël Fischerdramaturgie Martine Mantencompositie Jolle Roelofs toneelbeeld Marianne Burgerskostuumontwerp Carly Everaertlichtontwerp Uri Rapaportcoproductie BonteHondpremière 6 oktober 2013,

Schouwburg Almeretournee 5 oktober 2013

t/m januari 2014te zien tijdens 100% NTjong van

24 november t/m 1 december 2013 in Theater aan het Spui, Den Haag

tekst en regie Hans van den Boomdramaturgie Martine Mantenmuziek en spel Lavalutoneelbeeld Michiel Voetkostuumontwerp Dieuweke van Reijcoproductie Residentie Orkest première 13 oktober 2013, Dr. Anton

Philipszaal, Den Haagte zien tijdens 100% NTjong op zondag

24 november in Theater aan het Spui, Den Haag

metAnil Jagdewsing, Eva Zwart, Feike Looyen, Joris Erwich en Roos Hoogland

metErna van den Berg, Maurits van den Berg, Michiel Bijmans en Stefanie van Leersum

Mijn jas is mijn huis(vanaf 6 jaar)

Page 57: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 57

Titus(vanaf 14 jaar)

Titus is een solovoorstelling over het harde maar fantasierijke leven van een slagerszoon. Op het dak van zijn school vertelt Titus in sneltreinvaart en met humor wat hem in zijn leven allemaal overkomen is. Casper Vandeputte regisseert dit ontroerende en soms hilarische stuk van Jan Sobrie over een jongen in strijd met zijn omgeving en een grote fantasie.

tekst Jan Sobrieregie Casper Vandeputtedramaturgie Martine Mantenkostuumontwerp Lotte Goosspeelperiode najaar 2013, zowel voor

scholen als in het theater – zie website voor de meest actuele speellijst

te zien tijdens 100% NTjong van 24 november t/m 1 december 2013 in Theater aan het Spui, Den Haag

tekst Jorieke Abbingregie Noël Fischerdramaturgie Martine Mantenvideo en decor Judith Hofland speelperiode januari t/m februari 2014

op scholen te zien tijdens 100% NTjong van

24 november t/m 1 december 2013 in Theater aan het Spui, Den Haag.

metJoris Smit of Reinout Scholten van Aschat (afwisselend)

metMichiel Bijmans en Eva Zwart

Lucy ❤ Ringo ★ (vanaf 8 jaar)

De jonge toneelschrijfster Jorieke Abbing schreef op verzoek van Noël Fischer een toneelstuk voor in de schoolklas over een wonderlijke jongen en een eenzaam meisje die met elkaar chatten op internet. Zij woont in Waddinxveen, hij in New York. Ze worden vrienden ook al hebben ze elkaar nog nooit live ontmoet. Maar hoe weet je dat de ander er werkelijk is als je hem nodig hebt, en kun je elkaar wel geheimen toevertrouwen via een computer?

Page 58: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201458

te zien tijdens op diverse plekken in de stad, met diverse partners

Kamishibaivoor kleuters Een beeldende vertelvoorstelling voor jonge kinderen geïnspireerd op de klassieke Japanse Kamishibai, dat letterlijk theater van papier betekent. Een acteur komt in de klas met een miniatuur ‘meeneemtheater’ waarin tekeningen, collages, figuren en bijzondere voorwerpen tot leven komen.

speelperiode januari t/m maart 2014 op scholen

metFeike Looyen of Erna van den Berg (afwisselend)

Wat zie je als je ogen boven op je hoofd zouden zitten? Multimediakunstenaar Judith Hofland zet een camera op haar hoofd en fietst door Den Haag en de rest van de wereld. In een geluidsde-cor van de jonge componist Jolle Roelofs beleef je deze bijzondere video-performance. Het publiek ligt op de rug op de grond en ervaart een landschap in de lucht.

beeldontwerp en video Judith Hoflandmuziek Jolle Roelofs te zien tijdens 100% NTjong van

24 november t/m 1 december 2013 in Theater aan het Spui, Den Haag en op scholen

conceptNoël Fischer

Himmelblau (vanaf 7 jaar)

Urban Stories(alle leeftijden)

Met Urban Stories gaan we op zoek naar de onbekende verhalen van de stad, naar nieuwe gezichten en onverwachte plekken. Naar wat mensen bindt, verbindt en waar schoonheid schuilt. In Urban Stories kan het publiek meepraten, deel uitmaken en beleven. Zo gaan we met de vertelling Kamishibai op de thee in alle wijken van Den Haag en worden eetgewoontes en recepten uitgewisseld. In Grafitti Moon spelen jongeren zelf mee en maken ze straatgedichten en grafitti. In de stad van de internationale diplomatie gaan we met We are the world samen met een aantal ambassades op zoek naar de beste en mooiste verhalen uit verschillende landen en wat een andere cultuur eigenlijk typeert.

Page 59: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 59

Een thema dat steeds urgenter wordt in onze samenleving is ook het terugkerende thema in theaterseizoen 2013/2014: de zoektocht naar moraal, vooral naar een publieke moraal. Het Nationale Toneel stelt zichzelf en zijn publiek de vraag: in welke wereld willen wij leven? We vroegen drie niet-theatermakers om ons te inspireren met verhalen over de moraal in hun werk. Industrieel ontwerpster Anna Noyons schreef een pamflet tegen de verlammende ironie. Bestuurder Bert Kreemers vertelde hoe hij de moraal in werking ziet toegepast in politiek Den Haag. Docent Rinus Elhorst schreef over het normbesef van zijn leerlingen op een ‘zwarte school’ in het hart van de Schilderswijk.

SeizoenSbrochure - 2013/2014 59

Page 60: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

Weg met verlammende

ironie!door Anna Noyons

Ironie   Gr. eironeia = ontveinzing, geveinsde onwetendheid

Een paar jaar geleden verbleef ik een tijdje in Williamsburg, New York. Een rommelige mix van vervallen gebouwen, sociale woningen (voor zover die bestaan in NY), chassidische joden en pas geopende etablissementen. De frisse wind van een recentelijk neergestreken jonge generatie was bijna tastbaar. Elke dag werd er wel iets nieuws geopend voor en door leeftijdgenoten: een jazzcafé, een bakker die op authentiek Franse wijze brood bakte, een Italiaanse biologische wijnbar, een ouderwetse kaaswinkel. Deze jonge mensen waren vastbesloten van hun nieuwe leefomgeving een paradijs te maken. Het devies luidde: organic, lokaal, authentiek en retro. Ik deed mijn boodschappen in de supermarkt met uitsluitend lokale producten en ontbeet met boerenyoghurt, huisgemaakte veganistische volkorencruesli en fruit van het seizoen in een cafeetje waarvan het decor leek te zijn overgenomen uit de film Amélie.

Aanvankelijk genoot ik van iedere nieuwe indruk. Ik identificeerde mij met de mensen om mij heen. Maar langzamerhand maakte een licht knagend gevoel van

ongemak zich van mij meester. Een gevoel dat ik pas dagen later kon duiden, na een bezoek aan de tentoonstelling van de Zwitserse kunstenaar Urs Fischer in The New Museum.

Ik stond in een enorme zaal met als enige object een paarse, gesmolten, plastic vleugel, verloren in een hoekje van de ruimte. Een beetje verward liep ik erop af, tot ik een gaatje in de muur achter de vleugel ontwaarde. Hieruit stak een levensechte plastic tong. Het gaatje in de muur onthulde dat de muur niet de muur was, maar een foto van de muur die daarachter zat. De hele ruimte, inclusief het plafond, bleek te zijn behangen met foto’s van de ruimte zelf.

De omvang van het kunstwerk beseffend, kreeg ik een haast onbedwingbare drang om die tong uit de muur te trekken, al dat behang eraf te scheuren en vervolgens terug te gaan naar mijn ontbijtcafeetje om daar mijn nagels kapot te krabben op het vernislaagje dat op het hout van de bar zat om het ouder te doen lijken. Ik wilde de afgetrapte tweedehands leren schoenen van de voeten van het personeel rukken en ze daarmee op hun warrige kapsel slaan, uitroepend: “Kijk dan! Dit is nep! We leven niet in Frankrijk in de jaren vijftig! We kunnen niet allemaal een koe in onze achtertuin gaan houden, Want We Hebben Geen Achtertuin! Waar zijn we nou mee bezig?!”

In november 2012 publiceerde de New York Times het essay ‘How to live without Irony’ van Christy Wampole, universitair docent Frans aan Princeton University. Hierin beargumenteert zij dat wij leven in “the new age of Deep Irony”. In deze tijd is de ironie, “ooit zo bruikbaar als retorische uitlaatklep voor onuitspreekbare maatschappelijke spanningen”, doorgesijpeld naar onze manier van leven. Archetypes van deze levensstijl zijn de ‘hipsters’: jonge mensen, levend in de grote stad, die een nostalgische hang hebben naar een tijd die ze veelal nooit hebben meegemaakt en hun hele leven hiernaar hebben vormgegeven. Wampole noemt de ironische levenshouding levensgevaarlijk, omdat zij kan leiden tot “een leegte en vlakheid van het individuele en het collectieve bewustzijn.” Historisch gezien worden dit soort vacuüms uiteindelijk altijd gevuld, “vaak door iets levensgevaarlijks.” Het essay lokte een verhit debat uit op internet en in traditionele media. Hoewel ik persoonlijk niet overtuigd ben dat mijn generatie een magisch onzichtbaar vacuüm heeft gecreëerd waarin elk moment een gevaarlijke dictator

SeizoenSbrochure - 2013/201460

Page 61: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

kan springen, geloof ik wel dat er een dominante culturele stroming is die iets zegt over onze tijd. Niet in de laatste plaats omdat ik zelf merk er onbedoeld onderdeel van te zijn geworden.

Laten we eerlijk zijn, wij hipsters weten ook wel dat die enorme bril ons geen echte nerd maakt, en dat we eigenlijk helemaal geen bril nodig hebben. Wij weten dat die bakker niet authentiek Frans is. Hij heet Dennis en heeft een fantastisch retailconcept in handen. Wij weten dat we de wereld niet gaan redden door onze eigen biologische worst te draaien. Het is belachelijk, dat weten wij! We noemen het email-post-post-modernisme en we maken er nog eens een ironisch grapje over.

Toch geloof ik niet dat de culturele uitingen die wij om ons heen zien ironisch bedoeld zijn of zo moeten worden opgevat. De behoefte aan lokale producten, tastbare processen, begrip en betrokkenheid bij de dagelijkse dingen om ons heen, en voorwerpen en omgevingen die ons doen herinneren aan een gedeeld verleden lijken mij niet uit de lucht komen vallen en heel serieus.

De ‘hipstergeneratie’ is de eerste generatie die opgroeit in een tijd waarin er in zeer rap tempo een geheel nieuwe realiteit is bijgekomen. Een parallelle, virtuele wereld die ons toegang verschaft tot alle denkbare informatie. De vraag is nooit meer of we iets kunnen weten, de vraag is of we iets willen weten. Zodra je de omvang en implicaties daarvan in zijn totaliteit tot je hebt laten doordringen (voor zover dat al kan), lijkt geveinsde onwetendheid mij een logisch wapen. Ook de reële wereld is in korte tijd vele malen groter geworden. We kunnen reizen alsof het niets is, hebben vrienden over de hele wereld en krijgen via de media niet alleen het voor ons relevante nieuws binnen, maar al het nieuws – ook dat waarmee we helemaal niets kunnen.

Tegelijkertijd zijn sociale structuren en autoriteiten op lokale schaal vervallen of verkruimeld waar we bij stonden (God, het gezin, de kerk, de school, de gemeente, de zuil, de bank). Daarvoor in de plaats kwamen algemene oplossingen als ‘het bejaardentehuis’, iets waar we ons eerder voor schamen dan dat het echt iets heeft opgelost. En laten we ook niet vergeten dat wij klein waren in een tijd van postmodern cynisme: het geloof dat de waarheid niet bestaat, idealisme gevaarlijk is en idealen zinloos.

Maar nu zitten we hier, met al onze informatie over de klimaatcrisis, de plasticsoep, de bio-industrie, de kinderarbeid, de multinationals, de bankencrisis, de armoede, de overbevolking en ik vergeet er vast nog een paar. Hoe los je dat op zonder een greintje idealisme? Hoe verhoud je je daar überhaupt toe? Want die zee aan online informatie beantwoordt geen vragen als: ‘wie ben ik?’, ‘hoe te leven?’, ‘wie te vertrouwen?’, ‘waarnaar te streven?’, ‘van wie te leren?’, ‘tegen wie te schoppen?’. De wereld ligt aan onze voeten, maar een simpele gang naar de supermarkt levert al zoveel morele dilemma’s op, dat we de rest van ons leven zouden kunnen wijden aan die in kaart brengen.

We leven in het vacuüm dat de overgang markeert van een oude tijd naar een nieuwe. Een tijd waarin we moeten proberen het grote met het kleine te verbinden, het oude met het nieuwe, de verandering (de technologie) met het constante (de mens), op weg naar een nieuw soort humanisme, met nieuwe waarheden.

Wat hebben we dan aan ironie? Er is nog nooit ironisch een brug gebouwd. Ironie leidt niet tot hulpmiddelen om ouderen langer zelfstandig te kunnen laten wonen. En de eerste ironische start-up is nog niet gestart. Ironie verlamt.

In mijn dagelijkse wereld – die van de ontwerpers, makers, ingenieurs en echte nerds – zie ik op dit moment weinig ironie. Je kunt nou eenmaal geen probleem oplossen, geen ontwerp maken en dat aan anderen presenteren zonder iets van jezelf te laten zien. Zonder er letterlijk achter te staan en te zeggen: “Kijk! Dit heb ik gemaakt. Hier geloof ik in.” Dat is kwetsbaar, dus ligt ironie ook daar op de loer. Juist daar, want op dat moment is de verleiding het grootst om je te verschuilen achter een grapje, een verwijzing. Maar het is vluchtgedrag.

Ik geloof dat echte veranderingen, echte oplossingen, echte ideeën niet ironisch kunnen zijn. Ironie kan hooguit ergens op reageren, het ergens niet mee eens zijn. Maar iets nieuws maken, een punt op de horizon zetten en daar naartoe reizen, is niet haar sterkste kant.

Dictators zijn ook nooit ironisch.

Ironie als stijlmiddel is noodzakelijk. Het is een retorische uitlaatklep voor onuitspreekbare maatschappelijke spanningen, om onszelf niet al

SeizoenSbrochure - 2013/2014 61

Page 62: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

te serieus te nemen, om vorm te geven aan het besef dat wij naast een mens in al zijn wonderschone complexiteit ook slechts een broodkruimel zijn op de rok van het universum, om Lucebert er maar eens bij te halen. Maar stijl is iets anders dan motivatie.

Ik geloof in vooruitgang, of sterker: ik weet dat die bestaat. Vooruitgang is dat we minder pijn hoeven te lijden. Vooruitgang is dat iemand die hier van een uitkering leeft vandaag in grotere welvaart leeft dan Lodewijk de Veertiende. Vooruitgang is dat we niet bang hoeven zijn voor onze buurman en kunnen vertrouwen op onze overheid. Vooruitgang is dat er wasmachines kwamen en stofzuigers en supermarkten, zodat vrouwen tijd over hadden om hun rol in de maatschappij in te nemen. Vooruitgang is dat we vandaag in de meest vredelievende tijd van de mensheid leven. Dat betekent natuurlijk niet dat lijden en achteruitgang niet bestaan. Daarvoor moeten we blijven waken.

Eerlijk gezegd, als ik goed om mij heen kijk, ben ik eigenlijk ongelofelijk trots op mijn generatie en verkeer ik in de veronderstelling dat we in de spannendste tijd ooit leven. Overal om mij heen zie ik verandering, mensen die op nieuwe manieren zoeken naar oplossingen voor problemen met alle mogelijkheden van vandaag. Pragmatisch en met twee benen op de grond, maar met de kennis van alle tijden en verbonden met de hele wereld. Misschien heeft dat simpelweg met opgroeien te maken, misschien is dat uniek voor deze tijd. Maar ik denk dat we er klaar voor zijn onze bril af te zetten, dat vernislaagje er samen af te krabben. We hebben dat Instagramfilter op onze iPhone, dat onze herinneringen in een andere tijd plaatst, niet meer nodig. Want vandaag is prachtig en onze enige opdracht is om morgen ietsje beter te maken.

Anna Noyons (1984) studeerde cum laude af aan de TU Delft op Integrated Product Design & Sustainability. In 2010 richtte zij Studio Anna Noyons op, waarbinnen zij ontwerpopdrachten uitvoert voor zeer uiteenlopende opdrachtgevers vanuit de gedachte dat alles is ontworpen. Zij was in 2012 medeoprichter van de Social Design Community. Aan de TU Delft voert Anna binnen de faculteit Industrieel Ontwerpen een promotieonderzoek uit naar ‘human universal principles’. Zij onderzoekt hoe de onderliggende principes die wij als mens gemeen hebben het ontwerpproces beter kunnen informeren. 

“Ik geloof dat echte veranderingen, echte oplossingen, echte ideeën niet ironisch kunnen zijn.”

SeizoenSbrochure - 2013/201462

Page 63: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

Sinds 1980 werk ik als ambtenaar en bestuurder in de publieke sector. In de afgelopen ruim dertig jaar heb ik als ooggetuige van dichtbij meegemaakt hoe de publieke moraal veranderde, hoe instituties als kerk en politiek hun decennialang nauwelijks betwiste status als moreel ijkpunt verloren.

Maar laat ik u eerst meenemen naar mijn verleden. Want wanneer je spreekt over moraal, is het goed om inzichtelijk te maken op welk wereldbeeld je opvattingen zijn gegrondvest. Ongeveer hondervijftig jaar geleden verliet mijn overgrootvader het Zeeuwse dorp Hengstdijk. Het was een zware tijd, misoogsten leidden tot honger. Veel Zeeuwen trokken naar Amerika, zoals de familie Roosevelt die later nog twee presidenten afleverde. Mijn opa belandde in het vestingstadje Hulst, waar hij zich aanmeldde bij de marechaussee. Vanaf dat moment werd hij in roerige gebieden gestationeerd. In Eijsden, Zuid-Limburg, ontmoette hij een lokaal meisje. Zij trouwden en kregen dertien kinderen, van wie er twaalf bleven leven. De eerste zes gingen na hun veertiende verjaardag werken – de leerplicht was toen tot veertien jaar. Zo ook mijn opa, die magazijnbediende werd.

De laatste zes volgden een opleiding tot onderwijzer. Dat was de ultieme ambitie van mijn grootvaders generatie: om je maatschappelijk te emanciperen werd je onderwijzer.

De daarop volgende generatie ging naar betere scholen. Mijn vader volgde de HBS in Maastricht. Een vervolgopleiding lag buiten zijn bereik, hoewel hij wel de capaciteiten had om te studeren. Mensen als mijn vader en grootvader voelden door die afgeremde mogelijkheden een sterke impuls om zich maximaal te ontplooien. Niet-uitgekomen verwachtingen en potentie werden overgedragen op de volgende generatie.

Ik behoor tot de eerste generatie die naar de universiteit ging. Ik was zeer politiek geïnteresseerd – wie was dat niet begin jaren zeventig? – en koos voor politicologie. Het was de tijd van de Vietnamoorlog, Nederland had zijn eerste progressieve kabinet onder leiding van Den Uyl. De jongerenbeweging kwam op stoom en de zuilen wankelden op hun grondvesten. Zelfs in het door-en-door katholieke Limburg verloor de kerk steeds meer terrein.

Om het muffe klimaat van Maastricht te ontvluchten, verhuisde ik naar Amsterdam. Ik schreef me in op de Vrije Universiteit – dat dit een protestantse universiteit was, stoorde me niet. De geest van de ‘eindeloze jaren zestig’ zoals historicus Righart ze noemde, heerste in Amsterdam volop. Oude normen en waarden wankelden. Dat merkten wij ook op de universiteit. Rector-magnificus Diepenhorst voerde een verklaring in die je moest onderschrijven om een baantje bij de VU te krijgen. Daarin stond dat alles wat je deed in de geest was van Jezus Christus en de bijbel. Veel mensen weigerden die verklaring te tekenen. Het was een krampachtige poging van de organisatiemoraal om te zegevieren over de persoonlijke moraal.

In 1980 studeerde ik af. Het was crisis, jonge academici vonden nauwelijks een baan. Een bijbaantje tijdens mijn studie in de Tweede Kamer gaf mij een kleine voorsprong. Ik belandde als jongste bediende bij het ministerie van Defensie. Onze afdeling, acht man groot, ondersteunde de minister. Een jaar lang mocht ik de tas van Hans van Mierlo dragen. Bij Defensie zou ik bijna twintig jaar werken, de laatste jaren als woordvoerder van de minister. In die functie staan door de gevoelige aard van de dossiers persoonlijke moraal, organisatiemoraal en publieke moraal soms

Goed voorbeeld doet goed

volgendoor Bert Kreemers

SeizoenSbrochure - 2013/2014 63

Page 64: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

op gespannen voet. Uiteindelijk leidde een conflict tussen die polen tot mijn vertrek bij Defensie. Dit had alles te maken met de val van Srebrenica.

In de nacht van 11 op 12 juli 1995, de enclave was al gevallen, vertrok een Nederlands pantservoertuig vanuit observatiepost M naar het hoofdkwartier van de Nederlandse eenheid in Potocari. Daarbij reed dat voertuig over een groep vrouwen en kinderen. Bij aankomst moesten de tracks met een hogedrukspuit worden schoongespoten. De betrokken militairen besloten dit voorval te verzwijgen voor politiek Den Haag. Toen ik het per toeval ontdekte, informeerde ik direct minister Voorhoeve. Hij stelde een onderzoek in, waarvan de eindconclusie was: Kreemers heeft de soep te heet opgediend, hij is een paniekzaaier.

Deze uitkomst stelde mij voor een groot dilemma. Ik wist zeker dat mijn informatie klopte. Uiteindelijk zweeg ik niet langer en pleitte ik voor een parlementaire enquête. Twee dagen later werd ik uit mijn functie ontheven. Ik kon vertrekken. Mijn teleurstelling was groot. Ik had voorheen duizend vrienden in de organisatie, maar na die affaire waren het er bij wijze van spreken nog twee. Gelukkig ontving ik ook steun uit onverwachte hoek. De waarheid was mij die prijs uiteindelijk waard. Drie jaar later gaf een NIOD-rapport mij alsnog gelijk en werd ik in ere hersteld.

Het begrip ‘publieke moraal’ is in de afgelopen jaren steeds meer onder druk komen te staan. De laatste tijd zie je een groeiende oproep om het begrip opnieuw relevant te maken. Ik onderschrijf dat volkomen. Essentieel daarbij is dat instituties en bestuurders het juiste voorbeeld geven.

De overheid werkt op vele vlakken goed en integer, is mijn ervaring. Maar als het misgaat, is zij niet altijd op haar sterkst. Wanneer een fout is gemaakt, moet je dat erkennen, vervolgens de

gevolgen hiervan verhelpen en de slachtoffers zo veel mogelijk schadeloos stellen, en ten slotte maatregelen nemen om te voorkomen dat dezelfde fout in de toekomst gemaakt zal worden. Daarin valt zowel bij de ministeriële departementen als de lagere overheden nog veel terrein te winnen: uit angst voor precedentwerking zijn ambtenaren en bestuurders soms geneigd klachten soms jarenlang te traineren.

Het goede voorbeeld geven gaat niet alleen over gevallen die evident fout zijn. Als lid van de rekenkamercommissie van een aantal Limburgse gemeenten kwam ik regelmatig gevallen tegen die je zou kunnen kenschetsen als ‘niet onwettelijk, maar wel onwenselijk’. Ik herinner me de gemeente met een dure wijnvoorraad, die steevast op was na Kerstmis en carnaval. Of de wethouder die op kosten van de gemeente een stukje van haar oprit had laten asfalteren. Meestal waren er geen regels overtreden, omdat die er simpelweg niet waren. Maar iedereen voelde dat het een onwenselijke situatie was. Wanneer burgers over dit soort gevallen horen, komen ze in opstand. Terecht. Niet in de laatste plaats omdat ze uiteindelijk altijd de prijs betalen.

Behalve de overheid hebben ook andere instellingen in de (semi-)publieke sector een voorbeeldfunctie. Denk aan de kerk. Ik was betrokken bij het onderzoek naar het seksuele misbruik van minderjarigen binnen de katholieke kerk. Het viel me op dat kerkelijke vertegenwoordigers deze misstanden op drie manieren probeerden te vergoelijken. Het eerste argument was dat andere problemen urgenter waren. Het misbruik had vaak al tientallen jaren geleden plaatsgevonden. Moest dat nu nog worden opgerakeld? Maar al zijn er honderd vergelijkbare problemen: dit probleem moest worden aangepakt. Het tweede argument was dat misbruik overal plaatsvond, ook bij scouting en voetbalclubs. Nu zal dat waar zijn, maar juist een instelling die stelt dat misbruik nooit mag plaatsvinden, kan het zéker niet in eigen kring toestaan. Het derde argument was dat men de gebeurtenissen projecteerde in de tijd. In de jaren zestig was seksuele omgang van volwassenen met kinderen weliswaar meer geaccepteerd, maar ook toen veroordeelde de kerk dat al. Wanneer je jezelf zo probeert vrij te pleiten, keert zich dat tegen je. Je kunt niet tegelijkertijd op twee toonhoogtes zingen.

Bestuurders in de (semi-)publieke sector – waartoe ik ook grote banken en verzekeraars reken – hebben

SeizoenSbrochure - 2013/201464

“Politici zouden keihard moeten inzetten op de belangen van de burger.”

Page 65: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 65

eveneens een belangrijke voorbeeldfunctie. Als ze bij een zakendiner een fles wijn van tachtig euro declareren, stellen ze daarmee een norm. Datzelfde geldt voor ‘marktconforme salarissen’ die ze zichzelf toekennen. Ik vind het op zichzelf niet erg dat iemand veel verdient. De directeur van Apple wordt goed beloond voor zijn werk. Maar wanneer dat bedrijf failliet gaat, hoeft de staat niet in te grijpen. Als instellingen met een publiek belang failliet gaan, heeft dat echter grote sociale en maatschappelijke gevolgen. Zodra de kans bestaat dat de samenleving een instelling moet redden wanneer het misgaat, moeten de bestuurders en directies ook accepteren dat er regels zijn waaraan zij zich moeten houden.

We hebben moeten erkennen dat (semi-)publieke instellingen niet zonder extern toezicht kunnen. Dat was een pijnlijk proces. Lange tijd dachten we dat dat overbodig was. Burgers zijn bovendien mondiger geworden. We accepteren bepaald gedrag niet meer. De media spelen hierin een dubbele rol. Toen ik in 1990 woordvoerder van de minister van Defensie werd, was het NOS-journaal om 18.00 uur het eerste televisiebulletin van de dag. RTL Nieuws kwam net in de lucht, internet bestond nauwelijks. Tegenwoordig is er elke seconde nieuws. In de 24-uurs ratrace om ‘scoops’ worden zaken soms buiten proportie uitvergroot en niet alle bronnen even goed gecontroleerd.

Anderzijds heb ik aan den lijve ondervonden dat de journalistiek een belangrijke controlerende macht blijft. Een journalist benaderde mij, omdat hij werkte aan een documentaire over Rizo Mustafic, de elektricien van Dutchbat. Hij vroeg of Defensie wist hoe het met hem was afgelopen na de val van Srebrenica. Mijn informanten zeiden: ‘Hij heeft met zijn auto zijn leven vrijgekocht bij de Serviërs.’ Toen ik de journalist dat meldde, vertelde hij dat dit verhaal niet klopte. Men had ons bewust voorgelogen en na aanvullend onderzoek bleek dat hij volgens een Dutchbatter een verkeerd pasje bij zich had. Die heeft hem van het veilige terrein gestuurd. De Serviërs hebben hem opgewacht en vermoord. Als die journalist mij niet had gewaarschuwd, was de eerste lezing naar buiten gekomen. Toen ik de tv-reportage zag, waarin ook de weduwe en dochters van Mustafic aan het woord kwamen, schaamde ik me diep. Dat ik onderdeel was van een organisatie die niet in staat was om de waarheid onder ogen te zien en toe te geven: we hebben fouten gemaakt.

Dat burgers kritischer zijn geworden is een goede zaak, al plaats ik daarbij wel de kanttekening dat ik het geloof in autoriteit in gevaarlijke mate zie afkalven. Politici en (semi-)maatschappelijke instituties zouden de hoeder moeten zijn en blijven van het publieke belang. Dat wankelt – niet altijd zonder reden. De overheid is op het moment niet krachtig genoeg en zendt niet de juiste signalen uit. Politici zouden keihard moeten inzetten op de belangen van de burger, in plaats van de schijn te wekken vooral eigen belangen of prestigeprojecten na te streven. De Carrington-doctrine stelt dat een bewindspersoon moet aftreden als de diensten die onder zijn verantwoordelijkheid opereren ernstig tekortgeschoten zijn, ook als hij of zij daar persoonlijk niet van op de hoogte was. Het is een manier om de politiek zuiver en fatsoenlijk te houden. Helaas blijft het in Den Haag vaak bij wat gemopper over ambtenaren, waarna men overgaat tot de orde van de dag. Wie een bijdrage wil leveren aan een versterking van de publieke moraal, moet beginnen bij zichzelf.

Bert Kreemers (1955) werkte jarenlang als hoge ambtenaar in Den Haag. Van 1980 tot 1999 werkte hij bij het Ministerie van Defensie, waarvan de laatste periode als woordvoerder van de minister. Later werkte hij onder meer bij het Ministerie van Volksgezondheid en het Erasmus MC. Hij was secretaris en onderzoeksmanager bij het onderzoek naar misbruik in de Rooms-Katholieke Kerk. Op dit moment is hij secretaris en onderzoekscoördinator van de Commissie Evaluatieonderzoek Nationalisatie SNS Reaal.

Page 66: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201466

Wie de afgelopen jaren de berichtgeving in de media heeft gevolgd zou haast tot de conclusie komen dat Nederland behalve in een economische, ook in een morele recessie is beland. En hoewel dit vermeende morele verval goeddeels generaties lijkt te overstijgen, wordt toch de indruk gewekt dat deze crisis zich met name manifesteert via een generatie van normloze jongeren. Een generatie die, met dank aan de nieuwe media, in staat is gesteld haar onbeha-gen middels fout gespelde doodsverwensingen aan eenieder kenbaar te maken. Een lijnrechter wordt doodgetrapt, een pittoresk, Gronings dorp met de grond gelijk gemaakt, Utrechtse homo’s weggepest uit hun eigen huis en willekeurige voorbijgangers worden in het uitgaansleven al dan niet doodgetrapt. De daders zijn steeds dezelfde: jongeren, en bovendien in veel gevallen jongeren van buitenlandse komaf. De media schetsen een werkelijkheid waarin afkomst asociaal gedrag lijkt te determineren, alsof er tussen verschillende bevolkingsgroepen een fundamentele, ethische kloof bestaat in de visie op rechtvaardigheid. Is hiermee het morele failliet van ons beschaafde polderland nabij?

In het afgelopen decennium, waarin ik als docent in het middelbaar onderwijs werkzaam heb mogen zijn in het gemoedelijke Oss, in een penitentiaire

jeugdinrichting in de regio Haaglanden en in de Haag-sche Schilderwijk, heb ik sterk de indruk gekregen dat het reuze meevalt met het normbesef van onze jeugd. Hoewel ik gedurende deze periode zeker de nodige waardenconflicten mee heb gemaakt. Mijn doelgroep bestaat immers uitsluitend uit jongeren die wij zo overzichtelijk etiketteren als ‘allochtoon’. Een popula-tie die vooral bestaat uit leerlingen van Marokkaanse, Turkse, Surinaamse, Aziatische en Oost-Europese afkomst. Al met al een dermate divers samenraapsel van wereldwijde culturele achtergronden dat men aan de lopende band conflicten zou verwachten.

De werkelijkheid blijkt weerbarstiger. Ja, er be-staan grote verschillen in zienswijze tussen mensen met een verschillende culturele achtergrond. Hoe meer ik echter bekend raak met deze ‘on-Nederlandse opvattingen’, des te meer overeenkomsten ik ontwaar tussen de veelal nogal conservatieve standpunten van mijn ‘allochtone’ leerlingen en die van mijn vroegere ‘autochtone’ Brabantse pupillen of die van vrienden, familie en collega’s.

Of het nu gaat om de visie ten aanzien van homo-seksualiteit, vrouwenrechten, abortus, het uitdelen van een ferme pedagogische tik of de behandeling van criminelen: de standpunten van mijn leerlingen verschillen hieromtrent vaak nauwelijks van die van de provinciale, autochtone jeugd waarmee ik eerder werkte. Vergeleken met de opvattingen van SGP- of ChristenUnie-achterban is hun visie zelfs opvallend liberaal en genuanceerd.

We leven in een samenleving die wordt gedomi-neerd door opiniemakers die ons willen doen geloven dat de verschillen tussen diverse bevolkingsgroepen primair problematisch van aard zijn en bestreden dienen te worden. Forse inspanningen worden gele-verd om aan te tonen dat “wij Nederlanders” over een bijzondere, gemeenschappelijke identiteit beschikken. Normatieve inburgeringscursussen voor aspirant-Ne-derlanders markeren dit besef, evenals de historische ‘canon van Nederland’ en het controversiële Konings-lied dat de inhuldiging van onze nieuwe koning heeft moeten opluisteren. Worden de gemeenschappelijke waarden waar wij Nederlanders ons zo triomfantelijk voor op de borst kloppen werkelijk zo breed gedragen?

Nietzsche sprak ooit: “Die Furcht ist die Mutter der Moral.” (De angst is de moeder van de moraal). Wij Nederlanders lijken de laatste jaren wanhopig te zoeken naar iets dat ons met elkaar verbindt, hiermee

De weerbarstige werkelijkheid

door Rinus Elhorst

Page 67: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 67

de existentiële angst blootleggend dat zo’n noemens-waardige gemeenschappelijke Nederlandse identiteit eenvoudigweg niet bestaat. Een constatering waar-voor onze kersverse koningin welhaast werd gestenigd door conservatieve cultuurpuristen. De onzekerheid omtrent deze culturele consensus heeft geleid tot ver-regaande xenofobie, die gretig wordt aangewakkerd door moraliserende, populistische politici. Polarisatie lijkt de norm geworden, verschillen tussen bevol-kingsgroepen worden benadrukt, overeenkomsten vermeden. De angst regeert.

De vraag is echter hoe wezenlijk deze verschillen nu zijn. Wanneer ik een van mijn leerlingen sommeer ‘normaal te doen’, weet hij of zij exact aan welke norm dient te worden voldaan, zonder dat deze geëxplici-teerd hoeft te worden. Etnische, culturele en religi-euze achtergrond spelen hier geen enkele rol. Wij delen uiteindelijk eenzelfde afkeer voor asociaal en crimineel gedrag en hechten evenzeer aan waarden als loyaliteit, oprechtheid, gezondheid, geborgenheid en wensen allemaal een zo goed mogelijke toekomst voor onze kinderen.

Dit betekent niet dat er in de dagelijkse praktijk van een docent niet voortdurend spanning bestaat op het gebied van de moraal. Immers, welke gedragingen als goed of fout moeten worden gekwalificeerd, vormt een voortdurende bron van bespiegeling. Dit geldt met name voor de verhouding tussen docent en leerlingen, maar evenzeer in de relatie met collega’s, ouders en directie. “Leraar, iedere dag anders”. Dit adagium werd via soepele overheidspropaganda wellicht wat eenzijdig positief gepresenteerd, maar beschrijft voor de goede verstaander de onmiskenbare werkelijkheid. Er gaat geen dag voorbij die niet – even – noodzaakt tot een moment van zelfreflectie. Hoe dien ik te handelen?

Deze vraag zou veel eenvoudiger te beantwoorden zijn wanneer die puur voortkwam vanuit een individu-eel, menselijk perspectief. Onderwijs dwingt echter tot invalshoeken die persoonlijke afwegingen overstijgen en bemoeilijken. Hoe te handelen dient voortdurend te worden bezien en afgewogen vanuit pedagogisch oogpunt. Tenslotte is een docent niet uitsluitend een didacticus, maar tevens een pedagoog en – al dan niet ongewild – een rolmodel. Dit roept de nodige vragen op. Welk signaal geef ik af met mijn gedrag? In hoeverre dien je je als docent aan te passen aan de culturele achtergrond van leerlingen? Koffiedrinken voor een klas vastende leerlingen? Hoe om te gaan met

moslima’s die een uitgestoken hand weigeren? Hoe te reageren op subtiele, antisemitisch getinte terzijdes? En hoe de flinterdunne grens te bepalen tussen sociale controle en pestgedrag? Voortdurend dient een docent na te denken over welke reactie de meeste duidelijk-heid biedt, zonder daarbij wederzijdse waardering en respect uit het oog te verliezen.

Volwassenen dreigen nogal eens uit het oog te verliezen hoe kwetsbaar veel van deze jongeren zijn, hoe gecompliceerd hun thuissituatie en hoe heftig de worsteling kan zijn wanneer je – al dan niet in armoede – opgroeit tussen verschillende culturen. Hoe kunnen deze jongeren het houvast vinden waar zij zo naar verlangen, wanneer er voortdurend wordt benadrukt hoezeer zij afwijken van de rest? Hoe kun-nen zij aanklampen wanneer zij niet het gevoel krijgen geaccepteerd te worden en welkom te zijn? Wij lijken soms te zijn vergeten hoe wij zelf ooit jong waren en hoe ingewikkeld opgroeien voor ons al was, in veelal beduidend eenvoudigere omstandigheden.

Het is van groot belang deze achtergronden te kennen, ze trachten te begrijpen en te respecteren, zonder leerlingen ruimte voor slachtofferschap te bieden. Slachtofferschap dat zich voornamelijk manifesteert in het voortdurend schermen met discriminatie, in het ontkennen van eigen verantwoordelijkheid en in het wijzen naar anderen. Door jongeren juist te wijzen op hun onontgonnen talent en op de mogelijkheden die er in deze samenleving voor hen liggen. Door culturele verschillen niet te ontkennen of groter te maken dan ze zijn, maar door deze te bespreken, te relativeren en hierom samen te lachen en door vervolgens voor elkaar

“Er gaat geen dag voorbij die niet noodzaakt tot een moment van zelfreflectie.”

Page 68: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201468

open te staan en elkaar te erkennen als gelijken. Madame Rosa en Momo tonen, evenals de twee

ontheemde zielen uit Assen blues, aan dat wij behalve Drent of Turk, madam of wees, Randstedeling of provinciaal, jongere of docent, in de eerste plaats mensen zijn van vlees en bloed. Mensen, die wanneer zij er oprecht voor elkaar durven te zijn, elkaar naar grote hoogten kunnen stuwen. Wanneer wij ervoor kiezen om verder te durven kijken, verder te durven zien dan onze vooroordelen ons ingeven.

Rinus Elhorst (1979) is als docent verbonden aan de Johan de Witt Scholengroep in Den Haag, een multi-etnische school in het hart van de Schilderswijk. Hij doceert hier maatschappijleer aan zowel mavo-, havo- als VWO-leerlingen. Hij is geboren in Zambia, bracht het grootste deel van zijn jeugd door in een dorpje in Twente en studeerde, alvorens hij zich in Den Haag vestigde, maatschappijleer in Tilburg. Na zijn studie was hij onder meer werkzaam op een VMBO-school in Oss en in een penitentiaire jeugdinrichting in Sassenheim.

SeizoenSbrochure - 2013/201468

Page 69: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 69SeizoenSbrochure - 2013/2014 69

Op het repertoire

De prooi, regie Johan Doesburg

Midzomernachtdroom, regie Theu boermans

Drie zusters, regie Theu boermans

Page 70: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201470 SeizoenSbrochure - 2013/201470

Educatie

NT Educatie Binnen de samenwerking tussen het Nationale Toneel en NTjong wordt gezocht naar mogelijke verbindingen tussen jeugd- en volwassentheater. Ook op het gebied van educatie en publiekswerking werken we samen en zoeken we naar samenhang en lange lijnen.

Met onze collega’s van De Toneelalliantie (het Nationale Toneel/NTjong, Theater aan het Spui, Koninklijke Schouwburg en Theater Dakota) worden er in Den Haag gezamenlijke informatiebijeenkomsten gehouden voor docenten uit basis- en voortgezet onderwijs en theaterprojecten georganiseerd voor kinderen en jongeren.

NT Educatie laat jongeren in Den Haag en in het land door middel van workshops, projecten en educatief materiaal kennis maken met theater en de voorstellingen van het Nationale Toneel.NT Educatie richt zich vooral op leerlingen en docenten uit de bovenbouw VO, studenten MBO, HBO en WO, en jongeren die op eigen initiatief interesse tonen in toneel.

In seizoen 2013-2014 worden er Theaterlesprojecten georganiseerd rondom de voorstellingen. In samenwerking met het Letterkundig Museum wordt vanaf 2 september de website www.hetstenenbruidsbed.nl online gezet.

NTjong Educatie NTjong verzorgt voorstellingen, workshops en theaterprojecten in theaters, op scholen en op locatie. NTjong educatie richt zich op kinderen en jongeren, met een focus op PO en onderbouw VO.NTjong wil met haar educatie prikkelen, onderzoeken en verbinden. Zelf actief nadenken én doen staan centraal

De educatie van NTjong richt zich, in het eerste volle seizoen 2013-2014, vooral op de stad Den Haag. Met educatief materiaal en theaterprojecten rondom Mijn jas is mijn Huis, Zebra Zebra, Titus, Lucy ❤ Ringo ★ en Kamishibai voor kleuters. Daarnaast begint NTjong aan het meer jaren project Urban Stories; speciale projecten in, voor én door Den Haag.

Page 71: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 71

Draag bij aan toneel van wereldklasse

Speel uw rolHeeft u hart voor theater? Reikt uw betrokkenheid tot ver achter de schermen? Speel de rol die bij u past en sluit u aan bij onze Vrienden, Toneel Kringen of corporate partners.

Fonds KSNTHet Nationale Toneel maakt toneel op topniveau. Samen met de Koninklijke Schouwburg in Den Haag maken wij ons hard voor een rijke, levendige toneeltraditie. De Koninklijke Schouwburg en het Nationale Toneel hebben sinds 2012 een krachtenbundeling tot stand gebracht met de oprichting van het Fonds KSNT. Binnen dit samenwerkingsverband wordt gewerkt aan de ontwikkeling van jong acteer- en regietalent, het in aanraking brengen van Haagse jongeren met theater en het mogelijk maken van toneelvoorstellingen van topniveau, voor jong en oud. Dit is mogelijk dankzij de steun van onze Vrienden, leden van de Toneel Kringen en sponsors.

Toneel KringenDe steun van de Toneel Kringen is onmisbaar voor het in stand houden van onze toneeltraditie voor onze generatie, maar ook voor toekomstige generaties. Sluit u aan bij dit bruisend netwerk van cultuurliefhebbers en geniet van exclusieve ‘behind the scenes’-events, premières en vele bijzondere toneelavonden in goed gezelschap.

VriendenAls Vriend van de Koninklijke Schouwburg en het Nationale Toneel maakt u deel uit van een hechte groep toneelliefhebbers. Wij bieden u gegarandeerd de beste plaatsen in de zaal door

het recht op voorintekening op kaarten en u geniet van interessante voordelen. Zo wordt u regelmatig uitgenodigd voor de Vriendenfoyer en profiteert u van aantrekkelijke aanbiedingen en acties.

BedrijvenSamen met onze corporate partners investeren wij in educatieve programma's en ondersteuning van talent. Wij bieden unieke ervaringen voor uw medewerkers en relaties en activatiemogelijkheden op lokaal en landelijk niveau. U wordt betrokken bij de meest ambitieuze toneelinstellingen van Nederland en ons netwerk van toneelliefhebbers uit het bedrijfsleven, de politiek en de culturele sector.

Meer informatie?Fonds de Koninklijke Schouwburg en het Nationale Toneel www.ksnt.nlToneel Kringen en Bedrijven Genootschap: Lydia Harmsen, [email protected] / 070 356 539 7 Vrienden en Corporate Partners: Tineke Kremer, [email protected] / 070 356 539 8

Speel uw rol

Page 72: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201472 SeizoenSbrochure - 2013/201472

Seizoensoverzicht

De laatste week van november 2013 is het officiële openingsfestival van NTjong: 100% NTjong. Dan zijn bijna alle voorstellingen te zien in Theater aan het Spui en is de aftrap van het project Urban Stories.

Speeldrift regie: Casper Vandeputte première: 7 februari 2013, Toneelschuurtournee: 5 t/m 13 september 2013coproductie: Toneelschuur Producties en het Nationale Toneel

Het stenen bruidsbed regie: Johan Doesburgpremière: 1 juni 2013, Koninklijke Schouwburg tournee: 14 september t/m 9 november 2013

Vals regie: Johan Simonspremière: 6 september 2013, Schouwburg Gent +

18 september 2013, Compagnietheatertournee: 5 september t/m 4 december 2013coproductie: NTGent en het Nationale Toneel

Assen blues regie: Johan Doesburg première: 18 oktober 2013, Deventer Schouwburg tournee: 16 oktober t/m 30 november 2013coproductie: Stichting Vraag en het Nationale Toneel

De ideale man regie: Theu Boermans première: 19 oktober 2013, Koninklijke Schouwburgtournee: 15 oktober t/m 21 december 2013coproductie: Het Nationale Toneel en NTGent

Nieuwspoort regie: Casper Vandeputtepremière: 20 november 2013, NT Gebouwtournee: 20 t/m 7 december 2013

Madame Rosa Regie: Theu Boermans Première: 21 december 2013, Koninklijke Schouwburgtournee: 17 december 2013 t/m 7 mei 2014

De storm regie: Johan Doesburg première: 22 februari 2014, Koninklijke Schouwburgtournee: 18 februari t/m 20 april 2014

Page 73: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

Elektra regie: Casper Vandeputte première: 8 maart 2014, Theater aan het Spuitournee: 5 maart t/m 12 april 2014

Beauvoir & Sartre, een tête-à-tête

regie: Johan Doesburg première: 24 mei 2014, Theater aan het Spuitournee: 21 mei t/m 21 juni 2014

De prooi regie: Johan Doesburg première: 10 maart 2012, Koninklijke Schouwburgtournee: 29 april t/m 7 juni 2014

Zebra Zebra(NTjong)

regie: Noël Fischer première: 6 oktober 2013, Schouwburg Almeretournee: 10 oktober 2013 t/m 29 januari 2014coproductie: BonteHond

Mijn jas is mijn huis (NTjong)

regie: Hans van den Boompremière: 10 oktober 2013, Dr Anton Philipszaaltournee: oktober t/m november 2013coproductie: Residentie Orkest

Titus(NTjong)

Regie: Casper Vandeputte première: Nog niet bekendSpeelt: tijdens 100% NTjong

Himmelblau (NTjong)

regie: Noël Fischer première: tijdens 100% NTjong speelt: tijdens 100% NTjong, te zien als

schoolvoorstelling in januari en 24 t/m 28 februari 2014

Lucy ❤ Ringo ★ (NTjong)

regie: Noël Fischerpremière: tijdens 100% NTjong speelt: tijdens 100% NTjong en te zien als

schoolvoorstelling in januari en februari 2014

Kamishibai voor kleuters (NTjong)

speelt: in de krokusvakantie 23 – 28 februari 2014 en als schoolvoorstelling in januari t/m maart 2014

SeizoenSbrochure - 2013/2014 73

Page 74: het Nationale Toneel - seizoen 2013-2014

SeizoenSbrochure - 2013/201474 SeizoenSbrochure - 2013/201474

Medewerkers

Directie artistiek directeur Theu Boermans zakelijk directeur Walter Ligthart

Artistieke leiding NTjong Noël Fischer

EnsembleAnniek Pheifer, Antoinette Jelgersma, Ariane Schluter, Betty Schuurman, Erna van den Berg (NTjong), Hannah Hoekstra, Jaap Spijkers, Jappe Claes, Jeroen Spitzenberger, Joris Smit, Katja Herbers, Mark Rietman, Pieter van der Sman, Reinout Scholten van Aschat, Sallie Harmsen, Stefan de Walle, Vincent Linthorst

RegisseursTheu Boermans, Johan Doesburg, Casper Vandeputte, Noël Fischer (NTjong), Hans van den Boom (NTjong), Laura van Dolron Artistiek Bureauartistiek coördinator Maria Uitdehaag medewerker artistiek bureau Laura van Zuijlen

Dramaturgie hoofd dramaturgie Rezy Schumacher dramaturgen Karim Ameur, Remco van Rijn, Martine Manten (NTjong)

Decoratelier hoofd decoratelier Hans Rompa medewerkers decoratelier Ruud Brouwer, Koos ’s-Gravendijk, Ronald van Rijn, Arjen Schoneveld runner Angelique Miedema

Kostuum-, kap- en grime-atelier hoofd kostuum-kap-grime Iris Elströdt senior medewerker kostuumatelier Daan Wieman medewerkers kostuumatelier Amanda van Marion, Peter van der Meer kleedster Kiswati van Keulen

Marketing & Communicatie hoofd marketing & communicatie Pien van Gemert medewerkers marketing & communicatie Eline van Lelyveld, Dieke van der Spek, Lene Grooten (NTjong), Paul van Loon, Priscilla Vaas

Educatie Lejo De Hingh, Muriël Besemer (NTjong), Leo Sterrenburg (NTjong) Productie productieleiders Monique Koppers, Hans Nass, Meeke Beumer (NTjong)productiemedewerker Mirjam Overdevest Development hoofd development Lydia Harmsen relatiemanager & fondsenwerver Tineke Kremer

Bureaumanager Marianne Hilkhuijsen

Programmamaker Patrick van der Hijden

PersoneelsfunctionarisAnna-Belle de Haan

Receptionist/administratief medewerker Sonja Schermer

Financiëncontroller Ronald Boogaard administratief medewerker Aruna Ramdjanamsingh salarisadministratie en ICT Daniel Oppenhuizen

Techniek/Facilitaire zaken/Gebouwbeheerhoofd techniek Lex Boere 1e inspiciënten Joop Spies, Paul in het Veld, Jan Harm Wagner inspiciënt & hoofd BHV Jeroen Feelders inspiciënten Geert-Jan de Groot, Hans Mooij, Hans Spinnler, Justus Matla, Lennert Esser, Wil Caspers, Lukas Tulkens, Gerco Kolthofcoördinatie facilitaire zaken Vincent Kok, Laressa Mulder huisinspiciënt/facilitair medewerker Carel Bekkering inspiciënt/facilitair medewerker Gerrit Maronier Lunchmedewerkers Anneke Gerritse, Jeroen Manders, Kiria van Hattum

Bestuur drs. M.M. van Zuijlendrs. L.E.J. Engering-Aarts ir. drs. J. van der Veer mr. S. Harchaoui mr. R.W.J. Groenink mr. D. Regts