Het geknakte riet niet breken

Zomaar een dak boven wat hoofden

deur die naar stilte openstaat.

Muren van huis, ramen als ogen

speurend naar hoop en dageraad.

Huis dat een levend lichaam wordt

als wij er binnengaan

om recht voor God te staan.

Woorden van ver, vallende sterren,

vonken verleden hier gezaaid.

Namen voor Hem, dromen, signalen

diep uit de wereld aangewaaid.

Monden van aarde horen en zien,

onthouden, spreken voort

Gods vrij en lichtend woord.

Tafel van Een, brood om te weten

dat wij elkaar gegeven zijn.

Wonder van God, mensen in vrede,

oud en vergeten nieuw geheim.

Breken en delen, zijn wat niet kan,

doen wat ondenkbaar is,

dood en verrijzenis.

(H. Oosterhuis / B. Huybers)

(H. Oosterhuis / B. Huybers)

Heer Jezus,

aan armen en kleinen,

bedroefden en zondaars,

brengt Gij woorden van hoop en troost,

wij vragen U, ontferm U over ons.

(H. Oosterhuis / B. Huybers)

Christus,

die het geknakte riet niet breekt,

en de kwijnende vlaspit niet dooft,

wij bidden U, ontferm U over ons.

(H. Oosterhuis / B. Huybers)

Heer Jezus,

wees onze Herder en Gids,

toon ons de weg naar de Vader,

wij smeken U, ontferm u over ons.

(Polfliet Joris/ Gélineau Joseph)

Pr.

Ik herken mij in het geloof

van de mensen die oog hebben

voor de nieuwe tekenen van de tijd.

van de mensen die worden bevrijd

van een te grote druk

en eindelijk durven spreken.

Al.

Ik herken mij in het geloof van de mensen

die oog krijgen voor allen die worden vergeten,

die het geknakte riet en de kwijnende vlam

in hun omgeving opmerken

en in stilte het onrecht proberen te herstellen.

Pr.

Ik herken mij

in het geloof van mensen rondom mij

die zich laten leiden

door vertrouwen en geduld

en angst geen baas laten zijn.

Al.

Ik herken mij in het geloof van de mensen

die over de grenzen heen

elkaar ontmoeten en leren waarderen.

Pr.

Ik herken mij in het geloof van alle mensen

die door alle pijn en verdriet heen

blijven zoeken naar het Licht,

naar God als onze Vader.

Al.

Zo slaat het verdriet van deze tijd,

de pijn van zovelen

me niet neer,

maar juist daarin hoor ik Gods stem

die me de weg wijst

die leidt naar verrijzenis en nieuw leven

waarin een diepe vreugde

zal geschonken worden

vanuit de Goddelijke Liefdesbron.

Onze lasten zal Hij dragen

onze onmacht totterdood

geeft als antwoord op ons vragen

ons zichzelf als levensbrood

nieuwe vrede zal er dagen

liefde straalt als morgenrood.

Tot de groten zal Hij spreken

even weerloos als een lam

het geknakte riet niet breken

Hij bewaakt de kleine vlam:

hoort en ziet het levend teken

van een God die tot ons kwam.

Dor en droog geworden aarde

die om dauw en regen vraagt

dode mens die snakt naar adem

wereld die om toekomst vraagt:

zie mijn Zoon, de nieuwe Adam,

die mijn welbehagen draagt.

Pr.

Wij danken Jou, God, om de wondere wegen

die mensen voor elkaar kunnen zijn, voor allen

die Jij gezonden hebt om de weg te wijzen

doorheen het leven, voor Jouw uitnodiging

om, om buigzaam te zijn, als rietstengels in

de wind.

Om er zonder verbittering, steeds weer te zijn

voor de mensen, voor Jouw schepping.

Al.

Wij danken Je om Jouw aanwezigheid

in goede en kwade dagen,

om de hoop en de toekomst die Je bent.

Wij danken Je om de mens Jezus,

die ons voorgaat en nabij blijft

en wiens Geest, kracht is om te leven.

Pr.

God, onze Vader,

Jij bent heilig en goed,

Je hebt onze namen geschreven

in Jouw hand.

Al. Geen mens zul Je vergeten

de Zoon van Jouw genade,

die Je hebt uitgezonden om tranen te drogen

van mensen die geslagen zijn,

om het hart te helen

van mensen die als riet gebroken zijn,

om brood te worden voor vandaag

en vrede zelf te zijn.

Wij danken Jou omdat Je ons ruimte geeft

en vrijheid schept

voor heel ons leven, ten einde toe. [rechtstaan]

Pr.

Want in de nacht …

Heer onze God,

zo gedenken wij Hem

die weet wat lijden is

en de dood heeft gezien.

Al.

Je hebt Hem opgewekt

en een naam gegeven

hoog boven alle namen:

Jezus de Heer is Hij,

die is en blijven zal, Jouw rechterhand.

Door deze beker

en door dit brood dat wordt gedeeld

verkondigen wij Hem totdat Hij komt.

En daarom bidden we Jou,

zend ons Je Geest,

die over deze aarde gaat

en maak ons tot een volk

dat recht doet om gerechtigheid;

maak leven en welzijn

toch groter dan oorlog en dood;

laat ons mensen zijn

die woningen bouwen voor Jouw stad van

vrede

en breng ons thuis bij Jou.

Al.

Wees zo onze hoop, Vader,

zodat wij het met elkaar uithouden,

elkaar niet breken maar beter begrijpen,

steunen,

niet laten vallen.

Maak ons ontvankelijk voor de Geest van Jezus.

Pr.

In die geest

willen wij hier vandaag tot Jou bidden

en je noemen met je liefste naam:

Onze Vader.

Joodse melodie