federíco garcía lorca fuente vaqueros, 5 juni 1898 – víznar, 19 augustus 1936 toneelschrijver...

14
Federíco Federíco García Lorca García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 –Víznar, 19 augustus 1898 –Víznar, 19 augustus 1936 1936 Toneelschrijver en dichter Toneelschrijver en dichter Aldichter Aldichter 20 november 2008 20 november 2008

Upload: ludo-aerts

Post on 12-May-2015

214 views

Category:

Documents


1 download

TRANSCRIPT

Page 1: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

Federíco Federíco García LorcaGarcía Lorca

Fuente Vaqueros, 5 Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 –Víznar, 19 juni 1898 –Víznar, 19 augustus 1936augustus 1936

Toneelschrijver en Toneelschrijver en dichterdichter

AldichterAldichter20 november 200820 november 2008

Page 2: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

Las seis cuerdas

La guitarra,hace llorar a los sueños.El sollozo de las almasperdidas,se escapa por su boca redonda.Y como la tarántulateje una gran estrellapara cazar suspiros,que flotan en su negroaljibe de madera.

Federico García LorcaPoema del Cante Jondo.

Page 3: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

Boompje boompjeBoompje boompjedor en groen.dor en groen.  Het meisje met het mooie Het meisje met het mooie gelaatgelaatis bezig olijven te plukken.is bezig olijven te plukken.De wind, charmeur van torens ,De wind, charmeur van torens ,pakt haar vast bij haar taille.pakt haar vast bij haar taille.

**********  Er kEr kwawamen vier ruiters voorbijmen vier ruiters voorbijop Andalusische merriesop Andalusische merriesgekleed in blauw en groengekleed in blauw en groenen lange donkere mantelsen lange donkere mantels

"Kom mee naar Córdoba, mooi "Kom mee naar Córdoba, mooi meisje."meisje."Het meisje luistert niet.Het meisje luistert niet.  

Het meisje proeftHet meisje proeftmoerasandijviemoerasandijviesappig en geelsappig en geel  Kom uit je zompige polderKom uit je zompige polderomhoog naar mijn eilandomhoog naar mijn eilandWord mijn boegbeeldWord mijn boegbeeldPas op mijn huisPas op mijn huiswanneer ik op zee benwanneer ik op zee ben  **********Het meisje ruiktHet meisje ruiktkoolzaadveldenkoolzaadveldensappig en geelsappig en geel  Kom in mijn hoeveKom in mijn hoeveWord mijn boerinWord mijn boerinvrouwe van veldenvrouwe van veldenvol oogsten die reikenvol oogsten die reikentot achter de eindertot achter de einder

Page 4: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

Er kEr kwawamen drie torero’s voorbijmen drie torero’s voorbijjong en slank in de taillejong en slank in de taillegekleed in oranjegekleed in oranjemet degens van oud zilver.met degens van oud zilver.  "Kom mee naar Sevilla, mooi meisje.""Kom mee naar Sevilla, mooi meisje."Het meisje luistert niet.Het meisje luistert niet.

**********  TToenoen de avond paars kleur de avond paars kleurdedeen het licht vervaagen het licht vervaagdedekkwawam er een jongeling voorbijm er een jongeling voorbijmet rozen en mirten van maanlicht.met rozen en mirten van maanlicht.  "Kom mee naar Granada, mooi meisje.""Kom mee naar Granada, mooi meisje."En het meisje luistert niet.En het meisje luistert niet.

Het meisje hoortHet meisje hoortruisende halmenruisende halmensappig en geelsappig en geel  Kom in mijn hoofdstadKom in mijn hoofdstadde spil van de zeegrondde spil van de zeegrondDaar heersen wij samenDaar heersen wij samenover dijken en vaartenover dijken en vaartenover haven en graanover haven en graan

**********  Het meisje zietHet meisje zietzon in de vaartenzon in de vaartensappig en geelsappig en geel  Kom naar het westenKom naar het westenpoort naar de Randstadpoort naar de RandstadRijk zul je wordenRijk zul je wordenin ons kasteeltjein ons kasteeltjeboven de wolkenboven de wolken  

Page 5: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

Het meisje met het mooie Het meisje met het mooie gelaatgelaatblijft maar olijven plukken,blijft maar olijven plukken,terwijl de grijze arm van terwijl de grijze arm van de windde windhaar taille omsluit.haar taille omsluit.

**********  Boompje, boompjeBoompje, boompjedor en groen.dor en groen.  

Federico García LorcaFederico García LorcaUit: Diván del TamaritUit: Diván del Tamaritvertaling: Niels Blombergvertaling: Niels Blomberg

Het meisje voeltHet meisje voelthoe de hoe de zuidwestenwindzuidwestenwindhaar lokken haar lokken verstrengeltverstrengeltmet dromen die met dromen die bloeienbloeienin vruchtbare aardein vruchtbare aardesappig en geelsappig en geel  

Niels BlombergNiels Blomberg

Page 6: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

De zes snaren De gitaardoet de dromen huilenHet snikken van verlorenzielenontsnapt uit haar rondemond

En als de tarantulaweeft ze een grote sterom er zuchten in te vangendie drijven op haar zwartehouten waterput Federico Garcia Lorca (vertaald door Piet Thomas en Christian de Paepe)

Een grote ster 

De tarantulaweeft er snaren

om de zes verlorenzielen te vangen

die in haar houten mond

drijven, als de dromen

 En de zwarte

zuchtenvan snikken, doet

zeop haar ronde

waterputhet huilen ontsnapt

uit de gitaar 

Petra

Page 7: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

VERLANGEN VERLANGEN

Alleen je vurig hartAlleen je vurig hartBlauwzwarte nachtenBlauwzwarte nachten

Bezwangerd met koortsachtig Bezwangerd met koortsachtig genot.genot.

  Krekels die tjirpen, nacht-Krekels die tjirpen, nacht-

Vlinders deinend door de lucht.Vlinders deinend door de lucht.Een hemelboom verstriktEen hemelboom verstrikt

In vallende sterren enIn vallende sterren en  

Een prinsenschoonheidEen prinsenschoonheidIn de knop.In de knop.

  Verdwijnen, in ogen en lippen.Verdwijnen, in ogen en lippen.Een wachtende mond invliegenEen wachtende mond invliegen

Met ‘n gretige tong dieMet ‘n gretige tong dieVerkoeling zoekt.Verkoeling zoekt.

  Grenzeloos verlangen naar Grenzeloos verlangen naar

jouwjouwFluisterende aanwezigheid.Fluisterende aanwezigheid.

  En doof mijn lippenEn doof mijn lippen

Die met vuur spelen.Die met vuur spelen.Doof ze, doof ze honingzoetDoof ze, doof ze honingzoet

Rim

R

im

Sart

ori

Sart

ori

Alleen je vurig hartAlleen je vurig hartEn anders niets.En anders niets.  Mijn paradijs: veldMijn paradijs: veldZonder nachtegaalZonder nachtegaalOf lieren,Of lieren,Met een discreet riviertjeMet een discreet riviertjeEn een bronnetjeEn een bronnetje  Geen spoor van windGeen spoor van windOver het loof,Over het loof,Geen ster die bladGeen ster die bladWil zijn.Wil zijn.  Een geweldig lichtEen geweldig lichtDat glimwormDat glimwormWareWareVan een ander,Van een ander,In een veld vanIn een veld vanGGebroken Blikken.ebroken Blikken.  Een klare rustEen klare rustEn onze kussen,En onze kussen,Galmende maanvlekjesGalmende maanvlekjesVan de echo, Van de echo, Gingen ginds ver open.Gingen ginds ver open.  En jouw vurig hart,En jouw vurig hart,En anders niets.En anders niets.

Garc

ia L

orc

a /

Ver t

alin

g B

ar t

Von

ck

Gar c

ia L

orc

a /

Vert

alin

g B

art

Von

ck

Foto Foto Doris Lamers Doris Lamers

Page 8: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

El perro andaluz - de El perro andaluz - de Andalusische hondAndalusische hond  Zijn verlangen is als een hondZijn verlangen is als een hondwaar de kop was waar de kop was groeien zonnebloemen. groeien zonnebloemen.   Onder het licht dat pijnigtOnder het licht dat pijnigtgaat de hond liggen gaat de hond liggen aan de voetenaan de voetenvan zijn zigeunerprins.van zijn zigeunerprins.  De prins droomt: over een De prins droomt: over een jonge manjonge manmet zoet slapende lippenmet zoet slapende lippenen de flanken van een stier.en de flanken van een stier.  De hitte drijft in de namiddag De hitte drijft in de namiddag windstilwindstilwanneer de prins zich koelte wanneer de prins zich koelte toewuift.toewuift.  Zijn waaier suist als een mes.Zijn waaier suist als een mes.  Vol verlangen vult de prins de Vol verlangen vult de prins de gifbekergifbekeren giet deze weer langzaam en giet deze weer langzaam leegleegover de aarde waar over de aarde waar vochtige anemonen groeienvochtige anemonen groeientot het purper en de cipressen tot het purper en de cipressen van de avond hem omsluiten.van de avond hem omsluiten.

Alleen vannacht klinkt Alleen vannacht klinkt donkerdonker

hoefgetrappel onzichtbaar hoefgetrappel onzichtbaar op straat.op straat.

  Zijn geliefde verklapte hun Zijn geliefde verklapte hun

geheim.geheim.  

De hond jankt en de prins De hond jankt en de prins buigt zijn hoofdbuigt zijn hoofd

het is tijd.het is tijd.  

Met zijn jachtbuksMet zijn jachtbuksschiet hij zijn hond neer.schiet hij zijn hond neer.

  Waar de kop was Waar de kop was

groeien zonnebloemen groeien zonnebloemen   

in parelmoerschijn naar de in parelmoerschijn naar de maan maan

hier heerst alleen maar hier heerst alleen maar schaduw.schaduw.

  

Dorine RatulangieDorine Ratulangie

Page 9: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

DE LIEFDE SLAAPT OP DE BORST DE LIEFDE SLAAPT OP DE BORST VAN DE DICHTERVAN DE DICHTER

  Jij zal nooit weten hoeveel ik Jij zal nooit weten hoeveel ik van je houvan je houomdat je in me slaapt en omdat je in me slaapt en ingeslapen bent.ingeslapen bent.Ik verberg je in tranen, Ik verberg je in tranen, achtervolgdachtervolgddoor een stem van penetrant door een stem van penetrant staal.staal.  De norm die gelijk vlees en ster De norm die gelijk vlees en ster beroertberoertdoorboort reeds mijn bedroefde doorboort reeds mijn bedroefde borstborsten de troebele woorden hebben en de troebele woorden hebben gebetengebetenin de vleugels van je strenge in de vleugels van je strenge geest.geest.  Groepen mensen springen in de Groepen mensen springen in de tuinentuinenhopend op je lichaam en mijn hopend op je lichaam en mijn agonieagonieop paarden van licht en groene op paarden van licht en groene manen.manen.      Maar slaap toch verder, leven Maar slaap toch verder, leven van mij.van mij.Hoor mijn bloed verwoest in de Hoor mijn bloed verwoest in de violen!violen!Kijk hoe ze ons nog steeds Kijk hoe ze ons nog steeds bespieden!bespieden!

Garcia LorcaGarcia Lorca

Page 10: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

De anjerrode slang slaapt op de borst van de dichter Anjerrode slang, die in mijn gastvrije borst slaapt.Ik houd van je even veel als van mijn tonggebloemde minnares.De held van de vergeten, ongeroken anjers ben jij.Hun geurige nectar zuig jij elke avondschemering,in mijn gegroend aderen spuit je het. Dan lig je, met je driehoekig hoofd. Leunend op mijn hartskussen, met je fijne staart sla je de wespen, die mijn tong willen bijten.

De steenkolen slangen zijn boos op je,en op mijn gastvrije borst. Ze kunnen niet meer hun huid op de ongeroken bloemen gooien. Ze bijten mijn tenen, mijn tong, ze prikken mijn aderen,maar kijk hoe spugen ze met afschuw, want jij en ik, want onze huidsporen, en mijn orenkanalen,zweten, en lekken beekjes van bloemenbloed.  Deze slangen, zullen niet meer hun helshuid kunnen veranderen…  Anjerrode slang. Jij bent het rode virus van mijn liefde. 

Rezart  Palluqi

Page 11: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

DE DICHTER SPREEKT DE WAARHEIDDE DICHTER SPREEKT DE WAARHEID  Ik wil wenen van smart en het je zeggenIk wil wenen van smart en het je zeggenopdat jij me bemint en me beweentopdat jij me bemint en me beweentin een schemering van nachtegalen,in een schemering van nachtegalen,met een dolk, met kussen en met jou.met een dolk, met kussen en met jou.  Ik wil de enige getuige dodenIk wil de enige getuige dodenvoor het vermoorden van mijn bloemenvoor het vermoorden van mijn bloemenen mijn tranen en mijn zweet en mijn tranen en mijn zweet veranderenveranderenin eeuwige stapeling van harde tarwe.in eeuwige stapeling van harde tarwe.  Dat de verstrengeling nooit worde Dat de verstrengeling nooit worde beëdigdbeëdigdvan het ik hou van jou en jij houdt van van het ik hou van jou en jij houdt van mij,mij,steeds brandend met verzwakte zon en steeds brandend met verzwakte zon en oude maan.oude maan.  Want wat je me niet geeft en ik je niet Want wat je me niet geeft en ik je niet vraagvraagzal voor de dood zijn, die zelfs geen zal voor de dood zijn, die zelfs geen schaduwschaduwachterlaat voor het huiverende lichaam.achterlaat voor het huiverende lichaam.  GarcíaGarcía Lorca Lorca

Page 12: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

Ik ben geboren om te schrijven Het interesseert me niet,of op de rivieren en zeeën,kadavers, lege dagboeken,of volle wijnkuipen rondvaren. Ik ben geboren onvoorwaardelijk te schrijven. Ik ben geboren om te dichten,over wat de boze rivieren in de mond van de zee stromen. Daar ligt mijn huis.  De wereld met haar zielige schepsels,mag mij geen pessimistische dichter noemen.Als ik in mijn gedichten, over kadaversof uilendagboeken zing.

De wereld met haar knappe wetenschappers,had er voor moeten zorgen, rozen te snoeien en wijnflessen te ontkurken, en ze op de rivieren en zeeën te laten varen. Ik bewaak en dicht over alles wat in de zeemonden vloeit.  Rozen snoeien,of dromendraden snijden?  De keuze ligt aan uw schaar, Wereld! De vrijheid aan mijn Pen!   

Rezart Palluqi

Page 13: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

Daar staat de man, doodstilZijn vogel in de beideHanden voor de bronzen borst. De man staat stevig, en datOp een graag vergeten gat.Vereert de dode dichter! Dat standbeeld is mijn leugen.Ik zie die man naar achterSlaan, stikken in zijn vogel. In zijn buik vouwen zich zijnVoeten samen, op de grondSpijkeren hem mijn kogels. Ik kan hoger aanleggen,Hoger, maar doe als de rest.Het bevel maait allen neer. (-) Zaad voer ik uit dorre hand,Oud en door duiven omringd -Bewaak ons bloedrode plein.

STANDRECHTSTANDRECHT

Cees N

oord

hoek

Page 14: Federíco García Lorca Fuente Vaqueros, 5 juni 1898 – Víznar, 19 augustus 1936 Toneelschrijver en dichter Aldichter 20 november 2008

CANCIÓN DEL JINETE

Córdoba.Lejana y sola.

Jaca negra, luna grande,y aceitunas en mi alforja.Aunque sepa los caminosyo nunca llegaré a Córdoba.

Por el llano, por el viento,jaca negra, luna roja.La muerte me está mirandodesde las torres de Córdoba.

¡Ay qué camino tan largo!¡Ay mi jaca valerosa!¡Ay, que la muerte me espera,antes de llegar a Córdoba!

Córdoba.Lejana y sola.

RUITERLIED

Cordoba, ver en eenzaam,

Zwarte merrie, grote maan,

en olijven in mijn knapzak.Ook als ik de weg weetzal ik nooit in Cordoba

aankomen.

Door de vlakte, door de wind,

zwarte merrie, rode maan.De dood ziet mij aanvanaf de torens van

Cordoba.

Ach, wat een verre weg!Ach, mijn dappere merrie!

Ach, de dood wacht op mij,voor ik in Cordoba

aankom.Cordoba, ver en eenzaam.

Federíco García LorcaVertaald door:

Einojuhani Rautavaara