Transcript
Page 1: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK VAN STRAFVORDERING - EERSTE BOEK. (Om technische redenen is het Wetboek van Strafvordering ingedeeld in 8 delen waarvan het tweede deel het Eerste Boek omvat.)

17 NOVEMBRE 1808. - CODE D'INSTRUCTION CRIMINELLE. - LIVRE PREMIER. (Pour des raisons techniques, le Code d'Instruction Criminelle est divisé en 8 parties, dont le livre premier est la deuxième partie.)

(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1990 en tekstbijwerking tot 12-09-2002)

(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 01-01-1990 et mise à jour au 12-09-2002)

EERSTE BOEK. - DE GERECHTELIJKE POLITIE EN DE OFFICIEREN DIE ZE UITOEFENEN.

LIVRE PREMIER. - DE LA POLICE JUDICIAIRE ET DES OFFICIERS DE POLICE QUI L'EXERCENT.

HOOFDSTUK I. - GERECHTELIJKE POLITIE. CHAPITRE I. - DE LA POLICE JUDICIAIRE. Art. 8-10 Art. 8-10 HOOFDSTUK II. - (BURGEMEESTERS, SCHEPENEN EN POLITIECOMMISSARISSEN). (Opgeheven) <W 1998-12-07/31, Art. 214; En vigueur : 01-01-2001>

CHAPITRE II. - (DES BOURGMESTRES, ECHEVINS ET DES COMMISSAIRES DE POLICE). <L 10-07-1967, Art. 1, 5°>

Art. 11-15 Art. 11-15 HOOFDSTUK III. - VELDWACHTERS EN BOSWACHTERS.

CHAPITRE III. - DES GARDES CHAMPETRES ET FORESTIERS.

Art. 16-21 Art. 16-21 HOOFDSTUK IV. - DE PROCUREURS DES KONINGS EN HUN SUBSTITUTEN.

CHAPITRE IV. - DES (PROCUREURS DU ROI) ET DE LEURS SUBSTITUTS. <L 10-07-1967, Art. 1, 14°>

AFDELING I. - BEVOEGDHEID VAN DE PROCUREUR DES KONINGS BETREFFENDE DE GERECHTELIJKE POLITIE.

SECTION PREMIERE. - DE LA COMPETENCE DES (PROCUREURS DU ROI), RELATIVEMENT A LA POLICE JUDICIAIRE. <L 10-07-1967, Art. 1, 15°>

Art. 22-28 Art. 22-28 AFDELING 1BIS. HET OPSPORINGSONDERZOEK <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02>

SECTION 1re bis. De l'information <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 28bis, 28ter, 28quater, 28quinquies, 28sexies, 28septies

Art. 28bis, 28ter, 28quater, 28quinquies, 28sexies, 28septies

AFDELING II. - WIJZE WAAROP DE PROCUREURS DES KONINGS HANDELEN IN DE UITOEFENING VAN HUN AMBT.

SECTION II. - MODE DE PROCEDER DES (PROCUREURS DU ROI) DANS L'EXERCICE DE LEURS FONCTIONS. <L 10-07-1967, Art. 1, 22°>

Art. 29-35, 35bis, 36-39, 39bis, 40-44, 44bis, 44ter, 45-46, 46bis, 47, 47bis

Art. 29-35, 35bis, 36-39, 39bis, 40-44, 44bis, 44ter, 45-46, 46bis, 47, 47bis

HOOFDSTUK IVBIS. - (DE FEDERALE PROCUREUR). <W 1998-12-22/48, Art. 25, 019; En vigueur : 21-05-2002>

CHAPITRE IVBIS. - (DU PROCUREUR FEDERAL) <L 1998-12-22/48, Art. 25, 019; En vigueur : 21-05-2002>

Art. 47ter, 47quater Art. 47ter, 47quater HOOFDSTUK V. - POLITIEOFFICIEREN DIE HULPOFFICIER ZIJN VAN DE PROCUREUR DES KONINGS.

CHAPITRE V. - DES OFFICIERS DE POLICE AUXILIAIRES DU (PROCUREUR DU ROI). <L 10-07-1967, Art. 1, 37°>

Art. 48-54 Art. 48-54 HOOFDSTUK VI. - ONDERZOEKSRECHTERS. CHAPITRE VI. - DES JUGES D'INSTRUCTION.

Page 2: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

AFDELING I. - DE ONDERZOEKSRECHTER. <W 1998-03-12/39, Art. 9, 016; En vigueur : 1998-10-02>

SECTION I. - (DE L'INSTRUCTION) <L 1998-03-12/39, Art. 9, 016 ; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 55-58 Art. 55-58 AFDELING II. - AMBTSVERRICHTINGEN VAN DE ONDERZOEKSRECHTER.

SECTION II. - FONCTIONS DU JUGE D'INSTRUCTION.

ONDERAFDELING I. - GEVALLEN VAN ONTDEKKING OP HETERDAAD.

DISTINCTION I. - DES CAS DE FLAGRANT DELIT.

Art. 59-60 Art. 59-60 ONDERAFDELING II. - HET ONDERZOEK. DISTINCTION II. - DE L'INSTRUCTION. § 1. ALGEMENE BEPALINGEN. § 1. DISPOSITIONS GENERALES. Art. 61, 61bis, 61ter, 61quater, 61quinquies, 62, 62bis, 62ter

Art. 61, 61bis, 61ter, 61quater, 61quinquies, 62, 62bis, 62ter

§ 2. KLACHTEN. § 2. DES PLAINTES. Art. 63-70 Art. 63-70 § 2bis. OVER HET VERHOOR IN HET ALGEMEEN <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 20; En vigueur : 1998-10-02>

§ 2bis. DE L'AUDITION EN GENERAL <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 20; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 70bis Art. 70bis § 3. VERHOOR VAN DE GETUIGEN. § 3. DE L'AUDITION DES TEMOINS. Art. 71-75, 75bis, 75ter, 76-86 Art. 71-75, 75bis, 75ter, 76-86 § 3bis. ANONIEME GETUIGENISSEN. <ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002>

3bis. DES TEMOIGNAGES ANONYMES. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002>

Art. 86bis, 86ter, 86quater, 86quinquies Art. 86bis, 86ter, 86quater, 86quinquies § 4. (SCHRIFTELIJKE BEWIJZEN, OVERTUIGINGSSTUKKEN EN OPSPOREN EN LOKALISEREN VAN TELECOMMUNICATIE). <W 1998-06-10/196 Art. 4, 017; En vigueur : 02-10-1998>

§ 4. (DES PREUVES PAR ECRIT, DES PIECES A CONVICTION ET DU REPERAGE ET DE LA LOCALISATION DE TELECOMMUNICATIONS). <L 1998-06-10/96, Art. 4, 017; En vigueur : 02-10-1998>

Art. 87-88, 88bis, 88ter, 88quater, 89, 89bis, 90 Art. 87-88, 88bis, 88ter, 88quater, 89, 89bis, 90 § 5. ONDERZOEK AAN HET LICHAAM. <Ingevoegd bij WVH 1990-07-20/35, Art. 44, 002; ED : 01-12-1990>

§ 5. DE L'EXPLORATION CORPORELLE. <Inseré par LDP 1990-07-20/35, Art. 44, 002; En vigueur : 01-12-1990>

Art. 90bis Art. 90bis § 6. AFLUISTEREN, KENNISNEMEN EN OPNEMEN VAN PRIVECOMMUNICATIE EN TELECOMMUNICATIE. <Ingevoegd bij W 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995>

§ 6. DES ECOUTES, DE LA PRISE DE CONNAISSANCE ET DE L'ENREGISTREMENT DE COMMUNICATIONS ET DE TELECOMMUNICATIONS PRIVEES. <Inséré par L 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995>

Art. 90ter, 90quater, 90quinquies, 90sexies, 90septies, 90octies, 90novies, 90decies

Art. 90ter, 90quater, 90quinquies, 90sexies, 90septies, 90octies, 90novies, 90decies

§ 7. DNA-ONDERZOEK. <ingevoegd bij W 1999-03-22/52, Art. 3, En vigueur : 30-03-2002>

§ 7. DE L'ANALYSE ADN. <inséré par L 1999-03-29/52, Art. 3, En vigueur : 30-03-2002>

Art. 90undecies Art. 90undecies

Page 3: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

HOOFDSTUK VII. - (Voorlopige maatregelen ten aanzien van rechtspersonen). <Ingevoegd bij W 1999-05-04/60, Art. 16; En vigueur : 02-07-1999>

CHAPITRE VII. - (Des mesures provisoires à l'égard des personnes morales). <L 1999-05-04/60, Art. 16; En vigueur : 02-07-1999>

Art. 91 Art. 91 HOOFDSTUK VIIbis. - (Verhoor van minderjarigen die het slachtoffer of getuige zijn van bepaalde misdrijven). <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001>

CHAPITRE VIIbis. - (De l'audition des mineurs victimes ou témoins de certains délits). <L 2000-11-28/35, Art. 38; En vigueur : 01-04-2001>

Art. 91bis, 92-101 Art. 91bis, 92-101 HOOFDSTUK VIIter . - Bescherming van bedreigde getuigen. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

CHAPITRE VIIter. - De la protection des temoins menacés <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

AFDELING 1. - Definities van sommige in dit HOOFDSTUK voorkomende uitdrukkingen. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

SECTION 1. - Définitions de certaines expressions figurant dans le présent chapitre. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

Art. 102 Art. 102 AFDELING 2. - De organen van de bescherming. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5; ED : 20-08-2002>

SECTION 2. - Des organes de protection. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

Art. 103 Art. 103 AFDELING 3. - De toekenning van bescherming. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5; ED : 20-08-2002>

SECTION 3. - De l'octroi de la protection. <Inseré par L 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

Art. 104-107 Art. 104-107 AFDELING 4. - Wijziging en intrekking van de bescherming. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

SECTION 4. - De la modification et du retrait de la protection. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

Art. 108-111 Art. 108-111 HOOFDSTUK VIIquater. - Afnemen van verklaringen met behulp van audiovisuele media. <Ingevoegd bij L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

CHAPITRE VIIquater. - Du recueil de déclarations au moyen de médias audiovisuels. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

AFDELING I. - Het verhoor op afstand. <Ingevoegd bij L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

SECTION I. - De l'audition à distance. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

Art. 112, 112bis Art. 112, 112bis AFDELING II. - De audiovisuele opname en de auditieve opname van het verhoor. <Ingevoegd bij L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

SECTION II. - De l'enregistrement audiovisuel et enregistrement audio de l'audition. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

Art. 112ter Art. 112ter HOOFDSTUK VIII. - VOORLOPIGE INVRIJHEIDSTELLING EN BORGSTELLING.

CHAPITRE VIII. - DE LA LIBERTE PROVISOIRE ET DU CAUTIONNEMENT.

Art. 113-126 Art. 113-126 HOOFDSTUK IX. - VERSLAG VAN DE ONDERZOEKSRECHTER NA VOLTOOIING VAN DE RECHTSPLEGING.

CHAPITRE IX. - DU RAPPORT DES JUGES D'INSTRUCTION QUAND LA PROCEDURE EST COMPLETE.

Art. 127-135 Art. 127-135

Page 4: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

HOOFDSTUK X. TOEZICHT OP HET ONDERZOEK DOOR DE KAMER VAN INBESCHULDIGINGSTELLING <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 31; En vigueur : 1998-10-02>

CHAPITRE X. DU CONTROLE DE L'INSTRUCTION PAR LA CHAMBRE DES MISES EN ACCUSATION <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 31; ED : 1998-10-02>

Art. 136, 136bis Art. 136, 136bis Texte Table des matières Début Texte Table des matières Début EERSTE BOEK. - DE GERECHTELIJKE POLITIE EN DE OFFICIEREN DIE ZE UITOEFENEN.

LIVRE PREMIER. - DE LA POLICE JUDICIAIRE ET DES OFFICIERS DE POLICE QUI L'EXERCENT.

HOOFDSTUK I. - GERECHTELIJKE POLITIE. CHAPITRE I. - DE LA POLICE JUDICIAIRE. Artikel 8. De gerechtelijke politie spoort de misdaden, de wanbedrijven en de overtredingen op, verzamelt de bewijzen ervan en levert de daders over aan de rechtbanken belast met hun bestraffing.

Article 8. La police judiciaire recherche les crimes, les délits et les contraventions, en rassemble les preuves, et en livre les auteurs aux tribunaux chargés de les punir.

Art. 9. <W 2002-07-16/41, Art. 4, 033; En vigueur : 21-05-2002> (De gerechtelijke politie wordt, onder het gezag van de hoven van beroep en, binnen zijn bevoegdheden onder het gezag van de federale procureur, uitgeoefend volgens het hierna gemaakte onderscheid) : <W 2002-07-16/41, Art. 4, 033; En vigueur : 21-05-2002>

Art. 9. <L 2001-06-21/42, Art. 55, 027; En vigueur : 21-05-2002> (La police judiciaire sera exercée, sous l'autorité des cours d'appel et, dans le cadre de ses compétences, sous l'autorité du procureur fédéral, et suivant les distinctions établies ci-après : ) <L 2002-07-16/41, Art. 4, 033; En vigueur : 21-05-2002>

1° door de bijzondere veldwachters en door de boswachters, (...) door de procureurs des Konings en hun substituten, (door de arbeidsauditeurs en hun substituten,) door de rechters in de politierechtbank en door de leden van de federale politie en van de lokale politie; <W 2002-07-16/41, Art. 4, 033; En vigueur : 21-05-2002>

1° par les gardes champêtres particuliers et par les gardes forestiers, (...) par les procureurs du Roi et leurs substituts, (par les auditeurs du travail et leurs substitits,) par les juges au tribunal de police et par les membres de la police fédérale et de la police locale; <L 2002-07-16/41, Art. 4, 033; En vigueur : 21-05-2002>

2° door de federale procureur en, onder zijn gezag, door de federale magistraten en, binnen het kader van opdrachten die hun met toepassing van artikel 144bis, § 3, eerste en tweede lid (van het Gerechtelijk Wetboek), zijn toevertrouwd, door de leden van de parketten-generaal, de auditoraten-generaal bij de arbeidshoven en de arbeidsauditoraten bij de arbeidsrechtbanken. <W 2002-07-16/41, Art. 4, 033; En vigueur : 21-05-2002>

2° par le procureur fédéral et, sous son autorité, par les magistrats fédéraux et dans le cadre des missions qui leur sont confiées conformément à l'article 144bis, § 3, alinéas 1er et 2 (du Code judiciaire), par les membres des parquets généraux, des auditorats généraux du travail près les cours du travail et des auditorats du travail près les tribunaux du travail. <L 2002-07-16/41, Art. 4, 033; En vigueur : 21-05-2002>

Art. 10. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 4°> Art. 10. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 4°> HOOFDSTUK II. - (BURGEMEESTERS, SCHEPENEN EN POLITIECOMMISSARISSEN). (Opgeheven) <W 1998-12-07/31, Art. 214; En vigueur : 01-01-2001>

CHAPITRE II. - (DES BOURGMESTRES, ECHEVINS ET DES COMMISSAIRES DE POLICE). <L 10-07-1967, Art. 1, 5°>

Art. 11. (Opgeheven) <W 1998-12-07/31, Art. 214, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 11. (Abrogé) <L 1998-12-07/31, Art. 214, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 12. (Opgeheven) <W 1998-12-07/31, Art. 214, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 12. (Abrogé) <L 1998-12-07/31, Art. 214, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Page 5: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 13. (Opgeheven) <W 1998-12-07/31, Art. 214, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 13. (Abrogé) <L 1998-12-07/31, Art. 214, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 14. (Opgeheven) <W 1998-12-07/31, Art. 214, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 14. (Abrogé) <L 1998-12-07/31, Art. 214, 018; ED : 01-01-2001>

Art. 15. (Opgeheven) <W 1998-12-07/31, Art. 214, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 15. (Abrogé) <L 1998-12-07/31, Art. 214, 018; En vigueur : 01-01-2001>

HOOFDSTUK III. - VELDWACHTERS EN BOSWACHTERS.

CHAPITRE III. - DES GARDES CHAMPETRES ET FORESTIERS.

Art. 16. (...) de boswachters en de bijzondere veldwachters zijn, ieder van hen op het grondgebied waarvoor hij beëdigd is, belast met het opsporen van de wanbedrijven en overtredingen tegen land- en boseigendommen. <W 1998-12-07/31, Art. 215, 1°, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 16. Les (...) les gardes forestiers et les gardes champêtres particuliers sont chargés de rechercher, chacun dans le territoire pour lequel ils auront été assermentés, les délits et les contraventions de police qui auront porté atteinte aux propriétés rurales et forestières. <L 1998-12-07/31, Art. 215, 1°, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Zij maken processen-verbaal op tot vaststelling van de aard, de omstandigheden, de tijd, de plaats van de wanbedrijven en van de overtredingen, alsook van de bewijzen en de aanwijzingen die zij daaromtrent hebben kunnen inwinnen.

Ils dresseront des procès-verbaux, à l'effet de constater la nature, les circonstances, le temps, le lieu des délits et des contraventions, ainsi que les preuves et les indices qu'ils auront pu en recueillir.

(Zij volgen de weggenomen voorwerpen naar de plaats waarheen deze zijn overgebracht, en stellen ze in bewaring; zij mogen echter de huizen, werkhuizen, gebouwen, belendende binnenplaatsen en besloten erven niet betreden, dan in tegenwoordigheid van een politieambtenaar, bekleed met de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings; het proces-verbaal dat daarvan moet worden opgemaakt, wordt getekend door degene in wiens tegenwoordigheid het is opgemaakt.) <W 1999-04-19/50, Art. 3, 023; En vigueur : 5555-55-55>

(Ils suivront les choses enlevées, dans les lieux où elles auront été transportées, et les mettront en séquestre; ils ne pourront néanmoins s'introduire dans les maisons, ateliers, bâtiments, cours adjacentes et enclos si ce n'est en présence d'un fonctionnaire de police revêtu de la qualité d'officier de police judiciaire auxiliaire du procureur du Roi; le procès-verbal qui devra en être dressé sera signé par celui en présence duquel il aura été fait.) <L 1999-04-19/50, Art. 3, 023; En vigueur : 5555-55-55>

Zij vatten en geleiden voor de (rechter in de politierechtbank) of voor de burgemeester ieder persoon die zij op heterdaad betrappen of die door het openbaar beroep wordt aangewezen, wanneer op het feit gevangenisstraf of een zwaardere straf gesteld is. <W 10-10-1967, Art. 91, § 3>

Ils arrêteront, et conduiront devant le (juge au tribunal de police) ou devant le (bourgmestre), tout individu qu'ils auront surpris en flagrant délit, ou qui sera dénoncé par la clameur publique, lorsque ce délit emportera la peine d'emprisonnement, ou une peine plus grave. <L 10-07-1967, Art. 1, 11°> <L 10-10-1967, Art. 91, § 3>

Zij doen zich daartoe de sterke hand bieden door de burgemeester of een schepen van de plaats, die dit niet mag weigeren.

Ils se feront donner, pour cet effet, main-forte par le (bourgmestre) ou par (un échevin) du lieu, qui ne pourra s'y refuser. <L 10-07-1967, Art. 1, 11°>

Page 6: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 17. De (...) boswachters en de bijzondere veldwachters staan, als officier van gerechtelijke politie, onder toezicht van de procureur des Konings, onverminderd hun ondergeschiktheid aan hun meerderen in het bestuur. <W 1998-12-07/31, Art. 216, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 17. Les (...) gardes forestiers et les gardes champêtres particuliers sont, comme officiers de police judiciaire, sous la surveillance du procureur du Roi, sans préjudice de leur subordination, à l'égard de leurs supérieurs dans l'administration. <L 1998-12-07/31, Art. 216, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 18. De boswachters van het beheer, van de gemeenten en van de openbare instellingen doen hun processen-verbaal toekomen aan de bewaarder, de opziener of de onderopziener bij het bosbeheer binnen (drie dagen, daarin begrepen de dag waarop het feit dat zij in behandeling hebben gehad, te hunner kennis is gekomen) <W 1999-04-19/50, Art. 4, 023; En vigueur : 5555-55-55>

Art. 18. Les gardes forestiers de l'administration, des communes et des établissements publics, remettront leurs procès-verbaux au conservateur, inspecteur ou sous-inspecteur forestier, dans (les trois jours au plus tard, y compris celui où ils ont reconnu le fait sur lequel ils ont procédé) <L 1999-04-19/50, Art. 4, 023; En vigueur : 5555-55-55>

(Lid 2 opgeheven) <W 15-12-1928, enig art.> (Alinéa 2 abrogé) <L 15-12-1928, Art. unique> Art. 19. De bewaarder, de opziener of de onderopziener doet de verdachten of de burgerrechtelijk aansprakelijke personen dagvaarden voor de correctionele rechtbank.

Art. 19. Le conservateur, inspecteur ou sous-inspecteur, fera citer les (inculpés) ou les personnes civilement responsables devant le tribunal correctionnel. <L 10-07-1967, Art. 1, 249°>

Art. 20. <W 11-02-1986, Art. 2, 6°> De boswachters en de bijzondere veldwachters doen, wanneer het politieovertredingen betreft, hun processen-verbaal binnen (drie dagen, daarin begrepen de dag waarop het feit dat zij in behandeling hebben gehad, te hunner kennis is gekomen) toekomen aan een (politieambtenaar), bekleed met de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings; wanneer het een misdrijf betreft dat strafbaar is met een correctionele straf, doen zij de processen-verbaal toekomen aan de procureur des Konings. <W 1998-12-07/31, Art. 217, 018; En vigueur : 01-01-2001> <W 1999-04-19/50, Art. 5, 023; En vigueur : 5555-55-55>

Art. 20. <L 11-02-1986, Art. 2, 6°> Les procès-verbaux des gardes forestiers et des gardes champêtres particuliers seront, lorsqu'il s'agira de contraventions de police, remis par eux, dans (les trois jours au plus tard, y compris celui où ils ont reconnu le fait sur lequel ils ont procédé), à un (fonctionnaire de police) revêtu de la qualité d'officier de police judiciaire auxiliaire du procureur du Roi; lorsqu'il s'agira d'un délit de nature à mériter une peine correctionnelle, la remise sera faite au procureur du Roi. <L 1998-12-07/31, Art. 217, 018; ED : 01-01-2001>

Art. 21. Wanneer het proces-verbaal een overtreding betreft, handelt (een (politieambtenaar), bekleed met de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings), en in gemeenten waar geen politiecommissaris is, de burgemeester of, bij gebreke van deze, een schepen, overeenkomstig de bepalingen van boek II, titel I, HOOFDSTUK I, van dit wetboek. <W 11-02-1986, Art. 2, 7°> <W 1998-12-07/31, Art. 217, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 21. Si le procès-verbal a pour objet une contravention de police, il sera procédé par ((fonctionnaire de police) revêtu de la qualité d'officier de la police judiciaire auxiliaire du procureur du Roi), par le (bourgmestre), ou, à son défaut, par l'(échevin) dans les communes où il n'y a point de commissaire de police, ainsi qu'il sera réglé au CHAPITRE I, titre I du livre II du présent Code. <L 11-02-1986, Art. 2, 7°> <L 1998-12-07/31, Art. 217, 018; En vigueur : 01-01-2001>

HOOFDSTUK IV. - DE PROCUREURS DES KONINGS EN HUN SUBSTITUTEN.

CHAPITRE IV. - DES (PROCUREURS DU ROI) ET DE LEURS SUBSTITUTS. <L 10-07-1967, Art. 1, 14°>

Page 7: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

AFDELING I. - BEVOEGDHEID VAN DE PROCUREUR DES KONINGS BETREFFENDE DE GERECHTELIJKE POLITIE.

SECTION PREMIERE. - DE LA COMPETENCE DES (PROCUREURS DU ROI), RELATIVEMENT A LA POLICE JUDICIAIRE. <L 10-07-1967, Art. 1, 15°>

Art. 22. <W 1994-07-11/33, Art. 1, 008; En vigueur : 01-01-1995> De procureurs des Konings zijn belast met de opsporing en de vervolging van de misdrijven die tot de bevoegdheid van de hoven van assisen, de correctionele rechtbanken en van de politierechtbanken behoren behalve, voor de twee laatstgenoemde gerechten, wanneer de strafvordering aan de arbeidsauditeur is opgedragen.

Art. 22. <L 1994-07-11/33, Art. 1, 008; En vigueur : 01-01-1995> Les procureurs du Roi sont chargés de la recherche et la poursuite des infractions dont la connaissance appartient aux cours d'assises, aux tribunaux correctionnels et aux tribunaux de police, sauf, pour ces deux dernières juridictions, lorsque l'action publique est confiée à l'auditeur du travail.

Art. 23. (Voor het uitoefenen van de ambtsverrichtingen bepaald in artikel 22 zijn gelijkelijk bevoegd de procureur des Konings van de plaats van het misdrijf, die van de verblijfplaats van de verdachte (,die van de maatschappelijke zetel van de rechtspersoon, die van de bedrijfszetel van de rechtspersoon) en die van de plaats waar de verdachte kan worden gevonden.) <W 1994-07-11/33, Art. 2, 008; En vigueur : 01-01-1995> <W 1999-05-04/60, Art. 14, 024; En vigueur : 02-07-1999>

Art. 23. (Sont églament compétents pour exercer les attributions fixées par l'article 22, le procureur du Roi du lieu de l'infraction, celui de la résidence de l'inculpé (,celui du siège social de la personne morale, celui du siège d'exploitation de la personne morale) et celui du lieu où l'inculpé pourra être trouvé.) <L 1994-07-11/33, Art. 2, 008; En vigueur : 01-01-1995> <L 1999-05-04/60, Art. 14, 024; ED : 02-07-1999>

(De procureur des Konings die binnen die bevoegdheid kennis krijgt van een misdrijf, kan buiten zijn arrondissement alle handelingen verrichten of gelasten die tot zijn bevoegdheid behoren op het gebied van opsporing of gerechtelijk onderzoek. Hij stelt de procureur des Konings van het arrondissement waar de handeling verricht moet worden hiervan in kennis.) <W 1998-03-12/39, Art. 3, 016; En vigueur : 1998-10-02>

(Le procureur du Roi, saisi d'une infraction dans les limites de cette compétence, peut procéder ou faire procéder hors de son arrondissement à tous actes d'information ou d'instruction relevant de ses attributions. Il en avise le procureur du Roi de l'arrondissement dans lequel l'acte doit être accompli.) <L 1998-03-12/39, Art. 3, 016, En vigueur : 1998-10-02>

Art. 24. Betreft het misdaden of wanbedrijven buiten het Belgisch grondgebied gepleegd (in de gevallen bedoeld in de wet), dan worden deze ambtsverrichtingen uitgeoefend door de procureur des Konings van de plaats waar de verdachte verblijft (,die van de maatschappelijke zetel van de rechtspersoon, die van de bedrijfszetel van de rechtspersoon), of door die van de plaats waar hij kan worden gevonden, of door die van zijn laatste bekende verblijfplaats. <W 10-07-1967, Art. 1, 18°> <W 1999-05-04/60, Art. 14, 024; En vigueur : 02-07-1999>

Art. 24. Ces fonctions, lorsqu'il s'agira de crimes ou de délits commis hors du territoire (belge dans les cas prévus par la loi), seront remplies par le (procureur du Roi) du lieu où il pourra être trouvé, (celui du siège social de la personne morale, celui du siège d'exploitation de la personne morale) ou par celui de sa dernière résidence connue. <L 10-07-1967, Art. 1, 18°> <L 1999-05-04/60, Art. 14;, 024; En vigueur : 02-07-1999>

Art. 25. De procureur des Konings en alle andere officieren van gerechtelijke politie hebben in de uitoefening van hun ambtsverrichtingen het recht om het optreden van de openbare macht rechtstreeks te vorderen.

Art. 25. Les (procureurs du Roi) et tous autres officiers de police judiciaire auront, dans l'exercice de leurs fonctions, le droit de requérir directement la force publique. <L 10-07-1967, Art. 1, 19°>

Page 8: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 26. <W 1998-03-12/39, Art. 4, 016; En vigueur : 1998-10-02> Onverminderd artikel 5 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt, vaardigt de procureur des Konings de algemene richtlijnen uit die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de opdrachten van gerechtelijke politie in zijn arrondissement. Deze richtlijnen blijven van toepassing behoudens tegenstrijdige beslissing van de onderzoeksrechter in het kader van zijn gerechtelijk onderzoek. Ze worden medegedeeld aan de procureur-generaal.

Art. 26. <L 1998-03-12/39, Art. 4, 016, En vigueur : 1998-10-02> Sans préjudice de l'article 5 de la loi du 5 août 1992 sur la fonction de police, le procureur du Roi prend les directives générales nécessaires à l'exécution des missions de police judiciaire dans son arrondissement. Ces directives demeurent d'application, sauf décision contraire du juge d'instruction dans le cadre de son instruction. Elles sont communiquées au procureur général.

Art. 27. De procureurs des Konings zijn verplicht, zodra de misdrijven hun ter kennis komen, de procureur-generaal bij het hof van beroep daarvan bericht te geven en zijn bevelen omtrent alle daden van gerechtelijke politie uit te voeren.

Art. 27. Les (procureurs du Roi) seront tenus, aussitôt que les délits parviendront à leur connaissance, d'en donner avis au procureur général près la (cour d'appel), et d'exécuter ses ordres relativement à tous actes de police judiciaire. <L 10-07-1967, Art. 1, 21°>

Art. 28. Zij dragen zorg voor de verzending, de kennisgeving en de uitvoering van de bevelen die de onderzoeksrechter geeft volgens de regels, hierna gesteld in het HOOFDSTUK Onderzoeksrechters.

Art. 28. Ils pourvoiront à l'envoi, à la notification et à l'exécution des ordonnance qui seront rendues par le juge d'instruction, d'après les règles qui seront ci-après établies au CHAPITRE des juges d'instruction.

AFDELING 1BIS. HET OPSPORINGSONDERZOEK <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02>

SECTION 1re bis. De l'information <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 28bis. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> § 1. Het opsporingsonderzoek is het geheel van de handelingen die ertoe strekken de misdrijven, hun daders en de bewijzen ervan op te sporen en de gegevens te verzamelen die dienstig zijn voor de uitoefening van de strafvordering.

Art. 28bis. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. L'information est l'ensemble des actes destinés à rechercher les infractions, leurs auteurs et les preuves, et à rassembler les éléments utiles à l'exercice de l'action publique.

De algemene beginselen volgens welke de politiediensten autonoom kunnen optreden, worden vastgelegd bij wet en volgens de bijzondere regels vastgesteld bij richtlijn uitgevaardigd overeenkomstig de artikelen 143bis en 143ter van het Gerechtelijk Wetboek.

Les principes généraux selon lesquels les services de police peuvent agir de manière autonome sont établis par la loi et selon les modalités particulières fixées par des directives prises conformément aux articles 143bis et 143ter du Code judiciaire.

Ongeacht hetgeen is bepaald in de vorige leden, wordt het opsporingsonderzoek gevoerd onder de leiding en het gezag van de bevoegde procureur des Konings. Hij draagt hiervoor de verantwoordelijkheid.

Indépendamment de ce qui est prévu aux alinéas précédents, l'information est conduite sous la direction et l'autorité du procureur du Roi compétent. Il en assume la responsabilité.

Page 9: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 2. Het opsporingsonderzoek strekt zich uit over de proactieve recherche. Hieronder wordt verstaan, met het doel te komen tot het vervolgen van daders van misdrijven, het opsporen, het verzamelen, registreren en verwerken van gegevens en inlichtingen op grond van een redelijk vermoeden van te plegen of reeds gepleegde maar nog niet aan het licht gebrachte strafbare feiten, en die worden of zouden worden gepleegd in het kader van een criminele organisatie, zoals gedefinieerd door de wet, of misdaden of wanbedrijven als bedoeld in artikel 90ter, §§ 2, 3 en 4, uitmaken of zouden uitmaken. Het instellen van een proactieve recherche behoeft voorafgaande schriftelijke toestemming, door de procureur des Konings, de arbeidsauditeur, (of de federale procureur) gegeven in het kader van hun respectieve bevoegdheid, onverminderd de naleving van de specifieke wettelijke bepalingen die de bijzondere opsporingstechnieken regelen. <W 2001-06-21/42, Art. 56, 027; En vigueur : 21-05-2002>

§ 2. L'information s'étend à l'enquête proactive. Celle-ci, dans le but de permettre la poursuite d'auteurs d'infractions, consiste en la recherche, la collecte, l'enregistrement et le traitement de données et d'informations sur la base d'une suspicion raisonnable que des faits punissables vont être commis ou ont été commis mais ne sont pas encore connus, et qui sont ou seraient commis dans le cadre d'une organisation criminelle, telle que définie par la loi, ou constituent ou constitueraient un crime ou un délit tel que visé à l'article 90ter, §§ 2, 3 et 4. Pour entamer une enquête proactive, l'autorisation écrite et préalable du procureur du Roi, de l'auditeur du travail, (ou du procureur fédéral), dans le cadre de leur compétence respective, est requise, sans préjudice du respect des dispositions légales spécifiques réglant les techniques particulières de recherche. <L 2001-06-21/42, Art. 56, 027; En vigueur : 21-05-2002>

§ 3. Behoudens de wettelijke uitzonderingen mogen de opsporingshandelingen geen enkele dwangmaatregel inhouden noch schending inhouden van individuele rechten en vrijheden. Deze handelingen kunnen evenwel de inbeslagneming van de zaken vermeld in artikel 35 inhouden.

§ 3. Sauf les exceptions prévues par la loi, les actes d'information ne peuvent comporter aucun acte de contrainte ni porter atteinte aux libertés et aux droits individuels. Ces actes peuvent toutefois comprendre la saisie des choses citées à l'article 35.

De procureur des Konings waakt voor de wettigheid van de bewijsmiddelen en de loyaliteit waarmee ze worden verzameld.

Le procureur du Roi veille à la légalité des moyens de preuve ainsi qu'à la loyauté avec laquelle ils sont rassemblés.

Art. 28ter. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> § 1. De procureur des Konings heeft een algemene opsporingsplicht en een algemeen opsporingsrecht. In het kader van het overeenkomstig de artikelen 143bis en 143ter van het Gerechtelijk Wetboek bepaalde opsporingsbeleid, bepaalt de procureur des Konings de materies waarin in zijn arrondissement de misdrijven prioritair worden opgespoord.

Art. 28ter. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. Le procureur du Roi a un devoir et un droit général d'information. Dans le cadre de la politique de recherche déterminée conformément aux articles 143bis et 143ter du Code judiciaire, le procureur du Roi détermine les matières dans lesquelles les infractions sont prioritairement recherchées dans son arrondissement.

§ 2. De officieren en agenten van gerechtelijke politie die op eigen initiatief handelen, lichten de procureur des Konings in over de gevoerde opsporingen binnen de termijn en op de wijze die deze bij richtlijn vastlegt. Als deze opsporingen belang hebben voor een opsporingsonderzoek of een gerechtelijk onderzoek dat loopt in een ander arrondissement, wordt de betrokken gerechtelijke overheid hierover onmiddellijk ingelicht door de officieren en agenten van gerechtelijke politie en door de procureur des Konings.

§ 2. Les officiers et agents de police judiciaire agissant d'initiative informent le procureur du Roi des recherches effectuées dans le délai et selon les modalités qu'il fixe par directive. Lorsque ces recherches ont un intérêt pour une information ou une instruction en cours dans un autre arrondissement, l'autorité judiciaire concernée en est immédiatement informée par ces officiers et agents de police judiciaire et par le procureur du Roi.

Page 10: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 3. De procureur des Konings heeft het recht (de politiediensten bedoeld in artikel 2 van de wet op het politieambt, en alle andere officieren van gerechtelijke politie) te vorderen om, met uitzondering van de door de wet ingestelde beperkingen, alle voor het opsporingsonderzoek noodzakelijke handelingen van gerechtelijke politie te doen volbrengen. <W 1999-04-19/50, Art. 6 023; En vigueur : 5555-55-55>

§ 3. Le procureur du Roi a le droit de requérir les (services de police visés à l'article 2 de la loi sur la fonction de police et tous les autres officiers de police judiciaire) pour accomplir, sauf les restrictions établies par la loi, tous les actes de police judiciaire nécessaires à l'information. <L 1999-04-19/50, Art. 6, 023; En vigueur : 5555-55-55>

Deze vorderingen worden gedaan en uitgevoerd overeenkomstig (de artikelen 8 tot 8/3 en 8/6 tot 8/8 van de wet op het politieambt en, wat de federale politie betreft, overeenkomstig artikel 110 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus). De gevorderde politiediensten zijn gehouden gevolg te geven aan de vorderingen en de voor de uitvoering noodzakelijke medewerking van de officieren en agenten van gerechtelijke politie te verlenen. <W 1998-12-07/31, Art. 218, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Ces réquisitions sont faites et exécutées conformément (aux articles 8 à 8/3 et 8/6 à 8/8 de la loi sur la fonction de police et, pour ce qui concerne la police fédérale, à l'article 110 de la loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré, structuré à deux niveaux). Les services de police requis sont tenus d'obtempérer aux réquisitions et de prêter le concours des officiers et agents de police judiciaire nécessaire à leur exécution. <L 1998-12-07/31, Art. 218, 018; ED : 01-01-2001>

Wanneer een politiedienst aan de procureur des Konings niet het vereiste personeel en de nodige middelen kan geven, kan deze laatste het dossier meedelen aan de procureur-generaal, waarbij hij hem inlicht over de toestand. De procureur-generaal kan het dossier voorleggen aan het college van procureurs- generaal dat de nodige initiatieven neemt.

Lorsqu'un service de police ne peut donner au procureur du Roi les effectifs et les moyens nécessaires, celui-ci peut communiquer le dossier au procureur général en l'informant de la situation. Le procureur général peut soumettre le dossier au collège des procureurs généraux qui prend les initiatives qui s'imposent.

§ 4. De procureur des Konings kan de politiedienst of -diensten aanwijzen die in een bepaald onderzoek met de opdrachten van gerechtelijke politie worden belast en waaraan, behoudens uitzondering, de vorderingen zullen worden gericht. Indien meerdere diensten worden aangewezen, ziet de procureur des Konings toe op de coördinatie van hun optreden.

§ 4. Le procureur du Roi peut désigner le ou les services de police chargés des missions de police judiciaire dans une enquête particulière, et auxquels les réquisitions seront, sauf exception, adressées. Si plusieurs services sont désignés, le procureur du Roi veille à la coordination de leurs interventions.

Page 11: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De politieambtenaren van de overeenkomstig het vorige lid aangewezen politiedienst lichten dadelijk de bevoegde gerechtelijke overheid in over de informatie en inlichtingen in hun bezit en over elke ondernomen opsporing op de door de procureur des Konings vastgestelde wijze. Voor al de opdrachten van gerechtelijke politie betreffende deze aanwijzing hebben deze politieambtenaren voorrang op de andere politieambtenaren, welke dadelijk de bevoegde gerechtelijke overheid en de aangewezen politiedienst inlichten over de informatie en inlichtingen in hun bezit en over elke ondernomen opsporing, op de wijze die de procureur des Konings bij richtlijn bepaalt.

Les fonctionnaires de police du service de police désigné conformément à l'alinéa précédent informent immédiatement l'autorité judiciaire compétente des informations et renseignements en leur possession et de toute recherche entreprise selon les modalités fixées par le procureur du Roi. Pour toutes les missions de police judiciaire relatives à cette désignation, ils agissent prioritairement vis-à-vis des autres fonctionnaires de police, lesquels informent immédiatement l'autorité judiciaire compétente et le service de police désigné des informations et renseignements en leur possession et de toute recherche entreprise selon les modalités que le procureur du Roi fixe par directive.

Art. 28quater. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> Rekening houdend met de richtlijnen van het strafrechtelijk beleid, vastgesteld krachtens artikel 143ter van het Gerechtelijk Wetboek, oordeelt de procureur des Konings over de opportuniteit van de vervolging. Hij geeft de reden aan van de beslissingen van seponering die hij terzake neemt.

Art. 28quater. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 5; ED : 1998-10-02> Compte tenu des directives de politique criminelle définies en vertu de l'article 143ter du Code judiciaire, le procureur du Roi juge de l'opportunité des poursuites. Il indique le motif des décisions de classement sans suite qu'il prend en la matière.

Hij oefent de strafvordering uit op de wijze door de wet bepaald.

Il exerce l'action publique suivant les modalités prévues par la loi.

De opsporingsplicht en het opsporingsrecht van de procureur des Konings blijven bestaan nadat de strafvordering is ingesteld. Deze plicht en dit recht houden evenwel op te bestaan voor de feiten die bij de onderzoeksrechter zijn aangebracht voor zover het opsporingsonderzoek zijn prerogatieven bewust zou aantasten, onverminderd de vordering bepaald in artikel 28septies, eerste lid, en voor zover de met de zaak belaste onderzoeksrechter niet zou beslissen het gehele onderzoek zelf voort te zetten.

Le devoir et le droit d'information du procureur du Roi subsistent après l'intentement de l'action publique. Ce devoir et ce droit d'information cessent toutefois pour les faits dont le juge d'instruction est saisi, dans la mesure où l'information porterait sciemment atteinte à ses prérogatives, sans préjudice de la réquisition prévue à l'article 28septies, alinéa premier, et dans la mesure où le juge d'instruction saisi de l'affaire ne décide pas de poursuivre lui-même l'ensemble de l'enquête.

Art. 28quinquies. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> § 1. Behoudens de wettelijke uitzonderingen is het opsporingsonderzoek geheim. Eenieder die beroepshalve zijn medewerking dient te verlenen aan het opsporingsonderzoek, is tot geheimhouding verplicht. Hij die dit geheim schendt, wordt gestraft met de straffen bepaald in artikel 458 van het Strafwetboek.

Art. 28quinquies. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. Sauf les exceptions prévues par la loi, l'information est secrète. Toute personne qui est appelée à prêter son concours professionnel à l'information est tenue au secret. Celui qui viole ce secret est puni des peines prévues à l'article 458 du Code pénal.

Page 12: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 2. Onverminderd de bepalingen in de bijzondere wetten delen de procureur des Konings en elke politiedienst die een persoon ondervragen, deze persoon mee dat hij kosteloos een kopie van (de tekst van) zijn verhoor kan verkrijgen.

§ 2. Sans préjudice des dispositions des lois particulières, le procureur du Roi et tout service de police qui interrogent une personne l'informent qu'elle peut demander une copie du (texte) de son audition, qui lui est délivrée gratuitement. <L 2000-11-28/35, Art. 36, 026; En vigueur : 01-04-2001>

Deze kopie wordt onmiddellijk of binnen een maand overhandigd of verstuurd. <W 2000-11-28/35, Art. 36, 026; En vigueur : 01-04-2001>

Cette copie lui est remise ou adressée immédiatement ou dans le mois.

Evenwel, in geval van ernstige en uitzonderlijke omstandigheden kan de procureur des Konings, met een met redenen omklede beslissing, het tijdstip van deze mededeling uitstellen voor een eenmaal hernieuwbare termijn van ten hoogste drie maanden. Deze beslissing wordt opgenomen in het dossier.

Toutefois, en raison de circonstances graves et exceptionnelles, le procureur du Roi peut, par une décision motivée, retarder le moment de cette communication pendant un délai de trois mois maximum renouvelable une fois cette décision est déposée au dossier.

(Wanneer het een minderjarige betreft en wanneer blijkt dat deze het gevaar loopt dat de kopie hem wordt ontnomen of hij het persoonlijke karakter ervan niet kan bewaren, kan de procureur des Konings hem de mededeling ervan weigeren, bij een met redenen omklede beslissing. Deze beslissing wordt opgenomen in het dossier.

(Lorsqu'il s'agit d'un mineur et qu'il apparaît qu'il existe un risque pour celui-ci d'être dépossédé de la copie ou de ne pouvoir en préserver le caractère personnel, le procureur du Roi peut, par une décision motivée, lui en refuser la communication. Cette décision est déposée au dossier.

In dat geval kan de minderjarige, vergezeld door een advocaat of een justitieassistent van de dienst slachtofferonthaal van het parket, een kopie van de tekst van zijn verhoor raadplegen. Evenwel, in geval van ernstige en uitzonderlijke omstandigheden kan de procureur des Konings, bij een met redenen omklede beslissing, het tijdstip van deze raadpleging uitstellen voor een eenmaal hernieuwbare termijn van ten hoogste drie maanden. Deze beslissing wordt opgenomen in het dossier.

Dans ce cas, le mineur peut consulter une copie du texte de son audition, accompagné d'un avocat ou d'un assistant de justice du service d'accueil des victimes du parquet. Toutefois, en raison de circonstances graves et exceptionnelles, le procureur du Roi peut, par décision motivée, retarder le moment de cette consultation pendant un délai de trois mois maximum renouvelable une fois. Cette décision est déposée au dossier.

In het geval bedoeld in het vierde lid en zonder afbreuk te doen aan de toepassing van het derde lid, kan de procureur des Konings beslissen dat een kosteloze kopie van de tekst van het verhoor van de minderjarige aan de advocaat van deze laatste medegedeeld wordt. Deze beslissing wordt opgenomen in het dossier.) <W 2000-11-28/35, Art. 36, 026; En vigueur : 01-04-2001>

Dans le cas visé à l'alinéa 4 et sans préjudice de l'application de l'alinéa 3, le procureur du Roi peut décider de délivrer une copie gratuite du texte de l'audition du mineur à l'avocat de ce dernier. Cette décision est déposée au dossier.) <L 2000-11-28/35, Art. 36, 026; En vigueur : 01-04-2001>

§ 3. De procureur des Konings kan, indien het openbaar belang het vereist, aan de pers gegevens verstrekken. Hij waakt voor de inachtneming van het vermoeden van onschuld, de rechten van verdediging van de verdachte, het slachtoffer en derden, het privé-leven en de waardigheid van personen. Voor zover als mogelijk wordt de identiteit van de in het dossier genoemde personen niet vrijgegeven.

§ 3. Le procureur du Roi peut, lorsque l'intérêt public l'exige, communiquer des informations à la presse. Il veille au respect de la présomption d'innocence, des droits de la défense des personnes soupconnées, des victimes et des tiers, de la vie privée et de la dignité des personnes. Dans la mesure du possible, l'identité des personnes citées dans le dossier n'est pas communiquée.

Page 13: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 4. De advocaat kan, indien het belang van zijn cliënt het vereist, aan de pers gegevens verstrekken. Hij waakt voor de inachtneming van het vermoeden van onschuld, de rechten van verdediging van de verdachte, het slachtoffer en derden, het privé-leven, de waardigheid van personen en de regels van het beroep. Voor zover als mogelijk wordt de identiteit van de in het dossier genoemde personen niet vrijgegeven.

§ 4. L'avocat peut, lorsque l'intérêt de son client l'exige, communiquer des informations à la presse. Il veille au respect de la présomption d'innocence, des droits de la défense des personnes soupconnées, des victimes et des tiers, de la vie privée, de la dignité des personnes et des règles de la profession. Dans la mesure du possible, l'identité des personnes citées dans le dossier n'est pas communiquée.

Art. 28sexies. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> § 1. Onverminderd de bepalingen in de bijzondere wetten kan eenieder die geschaad wordt door een opsporingshandeling met betrekking tot zijn goederen, aan de procureur des Konings de opheffing ervan vragen.

Art. 28sexies. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. Sans préjudice des dispositions des lois particulières, toute personne lésée par un acte d'information relatif à ses biens peut en demander la levée au procureur du Roi.�

§ 2. Het verzoekschrift wordt met redenen omkleed en houdt keuze van woonplaats in België in, indien de verzoeker er zijn woonplaats niet heeft. Het wordt (toegezonden aan of neergelegd op) het secretariaat van het parket en wordt ingeschreven in een daartoe bestemd register. <W 2001-07-04/40, Art. 2, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 2. La requête est motivée et contient élection de domicile en Belgique, si le requérant n'y a pas son domicile. Elle est (adressée ou déposée au) secrétariat du parquet et est inscrite dans un registre ouvert à cet effet. <L 2001-07-04/40, Art. 2, 028; En vigueur : 03-08-2001>

De procureur des Konings doet uitspraak uiterlijk vijftien dagen (na de inschrijving van het verzoekschrift in het register). <W 2001-07-04/40, Art. 2, 028; En vigueur : 03-08-2001>

Le procureur du Roi statue au plus tard dans les quinze jours (de l'inscription de la requête dans le registre). <L 2001-07-04/40, Art. 2, 028; En vigueur : 03-08-2001>

De met redenen omklede beslissing wordt per faxpost of bij een ter post aangetekende brief ter kennis gebracht van de verzoeker en, in voorkomend geval, van zijn advocaat binnen acht dagen na de beslissing.

La décision motivée est notifiée au requérant et, le cas échéant, à son conseil par télécopie ou par lettre recommandée à la poste dans un délai de huit jours à dater de la décision.

§ 3. De procureur des Konings kan het verzoek afwijzen indien hij van oordeel is dat de noodwendigheden van het onderzoek het vereisen, indien door de opheffing van de handeling de rechten van partijen of van derden in het gedrang komen, indien de opheffing van de handeling een gevaar zou opleveren voor personen of goederen, of wanneer de wet in de teruggave of de verbeurdverklaring van de betrokken goederen voorziet.

§ 3. Le procureur du Roi peut rejeter la requête s'il estime que les nécessités de l'information le requièrent, lorsque la levée de l'acte compromet la sauvegarde des droits des parties ou des tiers, lorsque la levée de l'acte présente un danger pour les personnes ou les biens, ou dans les cas où la loi prévoit la restitution ou la confiscation desdits biens.

Hij kan een gehele, gedeeltelijke of voorwaardelijke opheffing toestaan. Eenieder die de vastgestelde voorwaarden niet naleeft, wordt gestraft met de straffen bepaald in artikel 507bis van het Strafwetboek.

Il peut accorder une levée totale, partielle ou assortie de conditions. Toute personne qui ne respecte pas les conditions fixées est punie des peines prévues à l'article 507bis du Code pénal.

§ 4. De zaak kan bij de kamer van inbeschuldigingstelling worden aangebracht binnen vijftien dagen na de kennisgeving van de beslissing aan de verzoeker.

§ 4. La chambre des mises en accusation peut être saisie dans les quinze jours de la notification de la décision au requérant.

Page 14: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De zaak wordt aangebracht bij de kamer van inbeschuldigingstelling door een verklaring gedaan op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en ingeschreven in een daartoe bestemd register.

La chambre des mises en accusation est saisie par une déclaration faite au greffe du tribunal de première instance et inscrite dans un registre ouvert à cet effet.

(Indien het opsporingsonderzoek wordt gevoerd door de federale procureur, wordt de zaak aangebracht bij de kamer van inbeschuldigingstelling van het hof van beroep te Brussel.) <W 2002-07-07/42, Art. 2, 032; En vigueur : 20-08-2002>

(La chambre des mises en accusation de la cour d'appel de Bruxelles est saisie lorsque l'information est conduite par le procureur fédéral.) <L 2002-07-07/42, Art. 2, 032; En vigueur : 20-08-2002>

De procureur des Konings zendt de stukken over aan de procureur-generaal, die ze ter griffie neerlegt.

Le procureur du Roi transmet les pièces au procureur général qui les dépose au greffe.

De kamer van inbeschuldigingstelling doet uitspraak binnen vijftien dagen na de neerlegging van de verklaring. Deze termijn is geschorst tijdens de duur van het uitstel verleend op vraag van de verzoeker of van zijn advocaat.

La chambre des mises en accusation statue dans les quinze jours du dépôt de la déclaration. Ce délai est suspendu le temps de la remise accordée à la demande du requérant ou de son conseil.

De griffier stelt de verzoeker en zijn advocaat per faxpost of bij een ter post aangetekende brief, uiterlijk achtenveertig uur vooraf, in kennis van plaats, dag en uur van de zitting.

Le greffier donne avis au requérant et à son conseil, par télécopie ou par lettre recommandée à la poste, des lieu, jour et heure de l'audience, au plus tard quarante-huit heures à l'avance.

De procureur-generaal, de verzoeker en zijn advocaat worden gehoord.

Le procureur général, le requérant et son conseil sont entendus.

De verzoeker die in het ongelijk wordt gesteld, kan veroordeeld worden in de kosten.

Le requérant qui succombe peut être condamné aux frais.

§ 5. (Indien de procureur des Konings geen beslissing heeft genomen binnen de bij § 2, tweede lid, bepaalde termijn, vermeerderd met vijftien dagen, kan de verzoeker zich wenden tot de kamer van inbeschuldigingstelling. Dit recht vervalt indien het met redenen omklede verzoekschrift niet binnen acht dagen is neergelegd op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg. Het verzoekschrift wordt ingeschreven in een daartoe bestemd register. (Indien het opsporingsonderzoek wordt gevoerd door de federale procureur, wordt de zaak aangebracht bij de kamer van inbeschuldigingstelling van het hof van beroep te Brussel.) De procedure verloopt overeenkomstig (§ 4, vierde tot zevende lid).) <W 2001-07-04/40, Art. 2, 028; En vigueur : 03-08-2001> <W 2002-07-07/42, Art. 2, 032; En vigueur : 20-08-2002>

§ 5. (Si le procureur du Roi n'a pas statué dans le délai prévu au § 2, alinéa 2, majoré de quinze jours, le requérant peut saisir la chambre des mises en accusation. Celui-ci est déchu de ce droit si la requête motivée n'est pas déposée, dans les huit jours, au greffe du tribunal de première instance. La requête est inscrite dans un registre ouvert à cet effet. (La chambre des mises en accusation de la Cour d'appel de Bruxelles est saisie lorsque l'information est conduite par le procureur fédéral.) La procédure se déroule conformément au (§ 4, alinéas 4 à 7).) <L 2001-07-04/40, Art. 2, 028; En vigueur : 03-08-2001> <L 2002-07-07/42, Art. 2, 032; En vigueur : 20-08-2002>

§ 6. De verzoeker mag geen verzoekschrift met hetzelfde voorwerp (toezenden of neerleggen) vooraleer een termijn van drie maanden is verstreken te rekenen van de laatste beslissing die betrekking heeft op hetzelfde voorwerp. <W 2001-07-04/40, Art. 2, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 6. Le requérant ne peut (adresser ni déposer) de requête ayant le même objet avant l'expiration d'un délai de trois mois à compter de la dernière décision portant sur le même objet. <L 2001-07-04/40, Art. 2, 028; En vigueur : 03-08-2001>

Page 15: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 28septies. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> De procureur des Konings kan de onderzoeksrechter vorderen een onderzoekshandeling te verrichten waarvoor alleen de onderzoeksrechter bevoegd is, met uitzondering van het bevel tot aanhouding bedoeld in artikel 16 van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis,(de volledig anonieme getuigenis zoals bedoeld in artikel 86bis,) de bewakingsmaatregel bedoeld in artikel 90ter en de huiszoeking, zonder dat een gerechtelijk onderzoek wordt ingesteld. Na de uitvoering van de door de onderzoeksrechter verrichte onderzoekshandeling zendt deze het dossier terug aan de procureur des Konings die instaat voor de voortzetting van het opsporingsonderzoek. <W 2002-04-08/51, Art. 11, 031; En vigueur : 01-11-2002>

Art. 28septies. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 5; En vigueur : 1998-10-02> Le procureur du Roi peut requérir du juge d'instruction l'accomplissement d'un acte d'instruction pour lequel seul le juge d'instruction est compétent, à l'exception du mandat d'arrêt tel qu'il est prévu par l'article 16 de la loi du 20 juillet 1990 relative à la détention préventive, (du témoignage anonyme complet tel qu'il est prévu à l'article 86bis,) de la mesure de surveillance telle qu'elle est prévue par l'article 90ter ainsi que de la perquisition, sans qu'une instruction soit ouverte. Après l'exécution de l'acte d'instruction accompli par le juge d'instruction, celui-ci renvoie le dossier au procureur du Roi qui est responsable de la poursuite de l'information. <L 2002-04-08/51, Art. 11, 031; En vigueur : 01-11-2002>

De met de zaak belaste onderzoeksrechter beslist of hij uitsluitend de gevorderde onderzoekshandeling verricht en het dossier terugzendt zoals in het vorige lid is bepaald, dan wel of hij het gehele onderzoek zelf voortzet, in welk geval er verder wordt gehandeld overeenkomstig de bepalingen van HOOFDSTUK VI van dit boek. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.

Le juge d'instruction saisi de l'affaire décide s'il exécute uniquement l'acte d'instruction requis et renvoie le dossier comme il est précisé à l'alinéa précédent, ou si, au contraire, il continue lui-même l'enquête, auquel cas il est procédé conformément aux dispositions du CHAPITRE VI du présent livre. Cette décision n'est susceptible d'aucun recours.

AFDELING II. - WIJZE WAAROP DE PROCUREURS DES KONINGS HANDELEN IN DE UITOEFENING VAN HUN AMBT.

SECTION II. - MODE DE PROCEDER DES (PROCUREURS DU ROI) DANS L'EXERCICE DE LEURS FONCTIONS. <L 10-07-1967, Art. 1, 22°>

Art. 29. Iedere gestelde overheid, ieder openbaar officier of ambtenaar die in de uitoefening van zijn ambt kennis krijgt van een misdaad of van een wanbedrijf, is verplicht daarvan dadelijk bericht te geven aan de procureur des Konings bij de rechtbank binnen wier rechtsgebied die misdaad of dat wanbedrijf is gepleegd of de verdachte zou kunnen worden gevonden, en aan die magistraat alldesbetreffende inlichtingen, processen-verbaal en akten te doen toekomen.

Art. 29. Toute autorité constituée, tout fonctionnaire ou officier public, qui, dans l'exercice de ses fonctions, acquerra la connaissance d'un crime ou d'un délit, sera tenu d'en donner avis sur-le-champ au (procureur du Roi) près le tribunal dans le ressort duquel ce crime ou délit aura été commis ou dans lequel (l'inculpé) pourrait être trouvé, et du transmettre à ce magistrat tous les renseignements, procès-verbaux et actes qui y sont relatifs. <L 10-07-1967, Art. 1, 23°>

Page 16: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

(De ambtenaren van de Administratie der directe belastingen, de ambtenaren van de Administratie van de belasting over de toegevoegde waarde, registratie en domeinen, de ambtenaren van de Administratie van de bijzondere belastinginspectie en de ambtenaren van de Administratie van de ondernemings- en inkomensfiscaliteit, kunnen echter de feiten die, naar luid van de belastingwetten en van de ter uitvoering ervan genomen besluiten, strafrechtelijk strafbaar zijn, niet zonder de machtiging van de gewestelijke directeur onder wie zij ressorteren, ter kennis brengen van de procureur des Konings.) <W 1999-03-23/30, Art. 10, 022; En vigueur : 06-04-1999>

(Toutefois, les fonctionnaires de l'Administration des Contributions directes, les fonctionnaires de l'Administration de la Taxe sur la valeur ajoutée, de l'Enregistrement et des Domaines, les fonctionnaires de l'Administration de l'Inspection spéciale des Impôts et les fonctionnaires de l'Administration de la Fiscalité des entreprises et des revenus, ne peuvent, sans autorisation du directeur régional dont ils dépendent, porter à la connaissance du procureur du Roi les faits pénalement punissables aux termes des lois fiscales et des arrêtés pris pour leur exécution.) <L 1999-03-23/30, Art. 10, 022; En vigueur : 06-04-1999>

Art. 30. Ieder die getuige is geweest van een aanslag, hetzij tegen de openbare veiligheid, hetzij op iemands leven of eigendom, is eveneens verplicht daarvan bericht te geven aan de procureur des Konings, hetzij van de plaats van de misdaad of van het wanbedrijf, hetzij van de plaats waar de verdachte kan worden gevonden.

Art. 30. Toute personne qui aura été témoin d'un attentat, soit contre la sûreté publique, soit contre la vie ou la propriété d'un individu, sera pareillement tenue d'en donner avis au (procureur du Roi) soit du lieu du crime délit, soit du lieu où (l'inculpé) pourra être trouvé. <L 10-07-1967, Art. 1, 23°>

Art. 31. De aangiften worden opgesteld door de aangevers of door hun bijzonder daartoe gemachtigden, of door de procureur des Konings, indien hij daartoe aangezocht wordt; zij worden altijd op elk blad getekend door de procureur des Konings en door de aangevers of door hun gemachtigden.

Art. 31. Les dénonciations seront rédigées par les dénonciateurs, ou par leurs fondés de procuration spéciale, ou par le (procureur du Roi) s'il en est requis; elles seront toujours signées par le (procureur du Roi) à chaque feuillet, et par les dénonciateurs ou par leurs fondés de pouvoir.

Indien de aangevers of hun gemachtigden niet kunnen of niet willen tekenen, wordt daarvan melding gemaakt.

Si les dénonciateurs ou leurs fondés de pouvoir ne savent pas ou ne veulent pas signer, il en sera fait mention.

De volmacht blijft altijd aan de aangifte gehecht; de aangever kan zich, op eigen kosten evenwel, een afschrift van zijn aangifte doen afgeven.

La procuration demeurera toujours annexée à la dénonciation; et le dénonciateur pourra se faire délivrer, mais à ses frais, une copie de sa dénonciation. <L 10-07-1967, Art. 1, 24°>

Art. 32. In alle gevallen van ontdekking op heterdaad, wanneer het feit kan worden gestraft met een criminele straf, begeeft de procureur des Konings zich onverwijld ter plaats om er de processen-verbaal op te maken tot vaststelling van het voorwerp van het misdrijf, van de staat waarin het zich bevindt, van de gesteldheid der plaats, en om de verklaringen af te nemen van de personen die aanwezig zijn geweest of die inlichtingen kunnen geven.

Art. 32. Dans tous les cas de flagrant délit, lorsque le fait sera de nature à entraîner une peine (criminelle), le (procureur du Roi) se transportera sur lieu, sans aucun retard, pour y dresser les procès-verbaux nécessaires à l'effet de constater le corps du délit, sont état, l'état des lieux, et pour recevoir les déclarations des personnes qui auraient été présentes, ou qui auraient des renseignements à donner.

De procureur des Konings geeft aan de onderzoeksrechter bericht van zijn bezoek ter plaatse, zonder evenwel gehouden te zijn op hem te wachten om te handelen zoals in dit HOOFDSTUK is bepaald.

Le (procureur du Roi) donnera avis de son transport au juge d'instruction, sans être toutefois tenu de l'attendre pour procéder ainsi qu'il est dit au présent chapitre. <L 10-07-1967, Art. 1, 25°>

Page 17: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 33. De procureur des Konings kan ook, in het geval van het vorige artikel, voor zijn proces-verbaal de verwanten, buren of dienstboden oproepen van wie vermoed wordt dat zij over het feit ophelderingen kunnen geven; hij neemt hun verklaringen op, die zij zullen ondertekenen; de verklaringen, opgenomen ingevolge dit artikel en het vorige artikel, worden door de partijen ondertekend of, ingeval zij weigeren, wordt daarvan melding gemaakt.

Art. 33. Le (procureur du Roi) pourra aussi, dans le cas de l'article précédent, appeler à son procès-verbal, les parents, voisins ou domestiques présumés en état de donner des éclaircissements sur le fait; il recevra leurs déclarations, qu'ils signeront : les déclarations recues en conséquence du présent article et de l'article précédent, seront signées par les parties, ou en cas de refus, il en sera fait mention. <L 10-07-1967, Art. 1, 24°>

Art. 34. Hij kan verbieden dat om het even wie het huis verlaat of zich van de plaats verwijdert zolang zijn proces-verbaal niet gesloten is.

Art. 34. Il pourra défendre que qui que ce soit sorte de la maison, ou s'éloigne du lieu jusqu'après la clôture de son procès-verbal.

Iedere overtreder van dat verbod wordt, indien hij kan worden gevat, naar het huis van arrest gebracht; de op de overtreding gestelde straf wordt door de onderzoeksrechter uitgesproken op de conclusie van de procureur des Konings, nadat de overtreder is gedagvaard en gehoord, of, indien hij niet verschijnt, bij verstek, zonder verdere vormen, zonder termijn en zonder verzet of hoger beroep.

Tout contrevenant à cette défense sera, s'il peut être saisi, déposé dans la maison d'arrêt : la peine encourue par la contravention, sera prononcée par le juge d'instruction, sur les conclusions du (procureur du Roi), après que le contrevenant aura été cité et entendu, ou par défauts s'il ne comparaît pas, sans autre formalité ni délai, et sans opposition ni appel.

De straf mag tien dagen gevangenisstraf en honderd frank geldboete niet te boven gaan.

La peine ne pourra excéder dix jours d'emprisonnement et cent francs d'amende. <L 10-07-1967, Art. 1, 24°>

Art. 35. <W 1999-01-14/41, Art. 2, 021; En vigueur : 08-03-1999> De procureur des Konings neemt alles in beslag wat een van de in artikel 42 van het Strafwetboek bedoelde zaken schijnt uit te maken en alles wat dienen kan om de waarheid aan de dag te brengen; hij vraagt de verdachte zich te verklaren omtrent de in beslag genomen voorwerpen, die hem vertoond zullen worden; van een en ander maakt hij een proces-verbaal op, dat ondertekend wordt door de verdachte, of ingeval deze weigert, wordt daarvan melding gemaakt.

Art. 35. <L 1999-01-14/41, Art. 2, 021; En vigueur : 08-03-1999> Le procureur du Roi se saisira de tout ce qui paraîtra constituer une des choses visées à l'article 42 du Code pénal et de tout ce qui pourra servir à la manifestation de la vérité; il interpellera l'inculpé de s'expliquer sur les choses saisies qui lui seront représentées; il dressera du tout procès-verbal, qui sera signé par l'inculpé, ou mention sera faite de son refus.

Art. 35bis. <W 1997-05-20/50, Art. 17, 013; En vigueur : 13-07-1997> Indien de zaken die het uit het misdrijf verkregen vermogesvoordeel schijnen te vormen, onroerende goederen zijn, wordt bewarend beslag op onroerend goed gedaan, zulks bij deurwaardersexploot dat aan de eigenaar wordt betekend en op straffe van nietigheid een afschrift van de vordering van de procureur des Konings moet bevatten, alsmede de verschillende vermeldingen bedoeld in de artikelen 1432 en 1568 van het Gerechtelijk Wetboek, evenals de tekst van het derde lid van dit artikel.

Art. 35bis. <inséré par L 1997-05-20/50, Art. 17, 013; En vigueur : 13-07-1997> Lorsque les choses paraissant constituer un avantage patrimonial tiré d'une infraction sont des biens immeubles, la saisie immobilière conservatoire sera faite par exploit d'huissier signifié au propriétaire et contenant, à peine de nullité, la copie du réquisitoire du procureur du Roi, ainsi que les différentes mentions visées aux articles 1432 et 1568 du Code judiciaire, et le texte du troisième alinéa du présent article.

Page 18: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Het beslagexploot moet op de dag zelf van de betekening ter overschrijving worden aangeboden op het kantoor der hypotheken van de plaats waar de goederen gelegen zijn. Als dagtekening van de overschrijving geldt de dag van afgifte van het exploot.

L'exploit de saisie sera présenté à la transcription, le jour même de la signification, au bureau des hypothèques de la situation des biens. La transcription prendra date au jour de la remise de cet exploit.

Het bewarend beslag op onroerend goed geldt gedurende vijf jaren met ingang van de dagtekening der overschrijving, behoudens vernieuwing voor dezelfde termijn op vertoon aan de bewaarder, vóór het verstrijken van de geldigheidsduur van de overschrijving, van een door de bevoegde procureur of onderzoeksrechter in dubbel opgemaakte vordering.

La saisie immobilière conservatoire est valable pendant cinq années prenant cours à la date de sa transcription, sauf renouvellement pour le même terme sur présentation au conservateur, avant l'expiration du délai de validité de la transcription, d'une requête établie en double exemplaire par le procureur ou le juge d'instruction compétent.

Het beslag wordt blijvend voor het verleden in stand gehouden door de beknopte melding op de kant van de overschrijving van het beslag, binnen haar geldigheidsduur, van de definitieve rechterlijke beslissing waarbij de verbeurdverklaring van het onroerend goed werd bevolen.

La saisie est maintenue pour le passé par la mention succincte en marge de sa transcription, pendant le délai de validité de celle-ci, de la décision judiciaire définitive ordonnant la confiscation du bien immobilier.

Doorhaling van het bewarend onroerend beslag kan verleend worden door de voormelde procureur of onderzoeksrechter, of desgevallend door de beneficiant van de verbeurdverklaring, of kan ook bij rechterlijke beslissing bevolen worden.

La radiation de la saisie immobilière conservatoire peut être accordée par le procureur ou le juge d'instruction susvisés, ou, le cas échéant, par le bénéficiaire de la confiscation, ou peut aussi être ordonnée par décision judiciaire.

Art. 36. Indien het een misdaad of wanbedrijf betreft waarvan het bewijs waarschijnlijk kan worden verkregen uit de papieren of andere stukken en zaken in het bezit van de verdachte, begeeft zich de procureur des Konings terstond naar de woning van de verdachte om er de voorwerpen op te sporen, die hij geschikt acht om de waarheid aan de dag te brengen.

Art. 36. Si la nature du crime ou du délit est telle, que la preuve puisse vraisemblablement être acquise par les papiers ou autres pièces et effets en la possession du prévenu, le (procureur du Roi) se transportera de suite dans le domicile (de l'inculpé), pour y faire la perquisition des objets qu'il jugera utiles à la manifestation de la vérité. <L 10-07-1967, Art. 1, 27°>

Art. 37. Indien er in de woning van de verdachte papieren of zaken gevonden worden, die tot overtuiging of tot ontlasting kunnen dienen, maakt de procureur des Konings daarvan proces-verbaal op en hij neemt die zaken of papieren in beslag.

Art. 37. S'il existe, dans le domicile (de l'inculpé,) des papiers ou effets qui puissent servir à conviction ou à décharge, le (procureur du Roi) en dressera procès-verbal, et se saisira des dits effets ou papiers. <L 10-07-1967, Art. 1, 27°>

Art. 38. De in beslag genomen voorwerpen worden gesloten en verzegeld, indien het mogelijk is; of, indien daarop niet kan worden geschreven, worden zij in een vat of in een zak gedaan, waaraan de procureur des Konings een strook papier hecht, die hij met zijn zegel verzegelt.

Art. 38. Les objets saisis seront clos et cachetés, si faire se peut; ou s'ils ne sont pas susceptibles de recevoir des caractères d'écriture, ils seront mis dans un vase ou dans un sac, sur lequelle le (procureur du Roi) attachera une bande de papier qu'il scellera de son sceau. <L 10-07-1967, Art. 1, 28°>

Page 19: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 39. De in de vorige artikelen voorgeschreven verrichtingen geschieden in aanwezigheid van de verdachte, indien hij aangehouden is; indien hij er niet bij aanwezig wil of kan zijn, in aanwezigheid van een gemachtigde, die hij kan aanstellen. De voorwerpen worden hem vertoond ten einde die te herkennen en te paraferen, indien de zaak het meebrengt; in geval van weigering wordt daarvan melding gemaakt in het proces-verbaal.

Art. 39. Les opérations prescrites par les articles précédents seront faites en présence (de l'inculpé) s'il a été arrêté; et s'il ne veut ou ne peut y assister, en présence d'un fondé de pouvoir qu'il pourra nommer. Les objets lui seront présentés à l'effet de les reconnaître et de les parapher, s'il y a lieu; et, au cas de refus, il en sera fait mention au procès-verbal. <L 10-07-1967, Art. 1, 29°>

Art. 39bis. <ingevoegd bij W 2000-11-28/34, Art. 7; En vigueur : 13-02-2001> § 1. Onverminderd de specifieke bepalingen van dit artikel, zijn de regels van dit wetboek inzake inbeslagneming, met inbegrip van artikel 28sexies, van toepassing op het kopiëren, ontoegankelijk maken en verwijderen van in een informaticasysteem opgeslagen gegevens.

Art. 39bis. <inséré par L 2000-11-28/34, Art. 7; En vigueur : 13-02-2001> § 1er. Sans préjudice des dispositions spécifiques de cet article, les règles de ce code relatives à la saisie, y compris l'article 28sexies, sont applicables aux mesures consistant à copier, rendre inaccessibles et retirer des données stockées dans un système informatique.

§ 2. Wanneer de procureur des Konings in een informaticasysteem opgeslagen gegevens aantreft die nuttig zijn voor dezelfde doeleinden als de inbeslagneming, maar de inbeslagneming van de drager daarvan evenwel niet wenselijk is, worden deze gegevens, evenals de gegevens noodzakelijk om deze te kunnen verstaan, gekopieerd op dragers, die toebehoren aan de overheid. In geval van dringendheid of om technische redenen, kan gebruik gemaakt worden van dragers, die ter beschikking staan van personen die gerechtigd zijn om het informaticasysteem te gebruiken.

§ 2. Lorsque le procureur du Roi découvre dans un système informatique des données stockées qui sont utiles pour les mêmes finalités que celles prévues pour la saisie, mais que la saisie du support n'est néanmoins pas souhaitable, ces données, de même que les données nécessaires pour les comprendre, sont copiées sur des supports qui appartiennent à l'autorité. En cas d'urgence ou pour des raisons techniques, il peut être fait usage de supports qui sont disponibles pour des personnes autorisées à utiliser le système informatique.

§ 3. Hij wendt bovendien de passende technische middelen aan om de toegang tot deze gegevens in het informaticasysteem, evenals tot de kopieën daarvan die ter beschikking staan van personen die gerechtigd zijn om het informaticasysteem te gebruiken, te verhinderen en hun integriteit te waarborgen.

§ 3. Il utilise en outre les moyens techniques appropriés pour empêcher l'accès à ces données dans le système informatique, de même qu'aux copies de ces données qui sont à la disposition de personnes autorisées à utiliser le système informatique, de même que pour garantir leur intégrité.

Indien de gegevens het voorwerp van het misdrijf vormen of voortgekomen zijn uit het misdrijf en indien de gegevens strijdig zijn met de openbare orde of de goede zeden, of een gevaar opleveren voor de integriteit van informaticasystemen of gegevens die door middel daarvan worden opgeslagen, verwerkt of overgedragen, wendt de procureur des Konings alle passende technische middelen aan om deze gegevens ontoegankelijk te maken.

Si les données forment l'objet de l'infraction ou ont été produites par l'infraction et si elles sont contraires à l'ordre public ou aux bonnes moeurs ou constituent un danger pour l'intégrité des systèmes informatiques ou pour des données stockées, traitées ou transmises par le biais de tels systèmes, le procureur du Roi utilise tous les moyens techniques appropriés pour rendre ces données inaccessibles.

Hij kan evenwel, behoudens in het geval bedoeld in het vorige lid, het verdere gebruik van het geheel of een deel van deze gegevens toestaan, wanneer dit geen gevaar voor de strafvordering oplevert.

Il peut cependant, sauf dans le cas prévu à l'alinéa précédent, autoriser l'usage ultérieur de l'ensemble ou d'une partie de ces données, lorsque cela ne présente pas de danger pour l'exercice des poursuites.

Page 20: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 4. Wanneer de in § 2 vermelde maatregel niet mogelijk is om technische redenen of wegens de omvang van de gegevens, wendt hij de passende technische middelen aan om de toegang tot deze gegevens in het informaticasysteem, evenals tot de kopieën daarvan die ter beschikking staan van personen die gerechtigd zijn om het informaticasysteem te gebruiken, te verhinderen en hun integriteit te waarborgen.

§ 4. Lorsque la mesure prévue au § 2 n'est pas possible, pour des raisons techniques ou à cause du volume des données, le procureur du Roi utilise les moyens techniques appropriés pour empêcher l'accès à ces données dans le système informatique, de même qu'aux copies de ces données qui sont à la disposition de personnes autorisées à utiliser le système informatique, de même que pour garantir leur intégrité.

§ 5. De procureur des Konings brengt de verantwoordelijke van het informaticasysteem op de hoogte van de zoeking in het informaticasysteem en deelt hem een samenvatting mee van de gegevens die zijn gekopieerd, ontoegankelijk gemaakt of verwijderd.

§ 5. Le procureur du Roi informe le responsable du système informatique de la recherche effectuée dans le système informatique et lui communique un résumé des données qui ont été copiées, rendues inaccessibles ou retirées.

§ 6. De procureur des Konings wendt de passende technische middelen aan om de integriteit en de vertrouwelijkheid van deze gegevens te waarborgen.

§ 6. Le procureur du Roi utilise les moyens techniques appropriés pour garantir l'intégrité et la confidentialité de ces données.

Gepaste technische middelen worden aangewend voor de bewaring hiervan op de griffie.

Des moyens techniques appropriés sont utilisés pour leur conservation au greffe.

Hetzelfde geldt, wanneer gegevens die worden opgeslagen, verwerkt of overgedragen in een informaticasysteem, samen met hun drager in beslag worden genomen, overeenkomstig de vorige artikelen.

La même règle s'applique, lorsque des données qui sont stockées, traitées ou transmises dans un système informatique sont saisies avec leur support, conformément aux articles précédents.

Art. 40. In geval van ontdekking op heterdaad, wanneer het feit kan worden gestraft met een criminele straf, doet de procureur des Konings de aanwezige verdachten tegen wie sterke aanwijzingen van schuld bestaan, vatten.

Art. 40. Le (procureur du Roi), au dit cas de flagrant délit, et lorsque le fait sera de nature à entraîner une peine (criminelle), fera saisir les (inculpés) présents contre lesquels il existerait des indices graves.

Indien de verdachte niet aanwezig is, geeft de procureur des Konings een bevel om hem te doen verschijnen; dat bevel heet bevel tot medebrenging.

Si (l'inculpé) n'est pas présent, le (procureur du Roi) rendra une ordonnance à l'effet de le faire comparaître : cette ordonnance s'appelle " mandat d'amener ".

De aangifte alleen levert geen voldoende vermoeden op om dat bevel uit te vaardigen tegen iemand die een woonplaats heeft.

La dénonciation seule ne constitue pas une presomption suffisante pour décerner cette ordonnance contre un individu ayant domicile.

De procureur des Konings ondervraagt dadelijk de vóór hem gebrachte verdachte.

Le (procureur du Roi) interrogera sur-le-champ (l'inculpé) amené devant lui. <L 10-07-1967, Art. 1, 30°>

Art. 41. Het misdrijf ontdekt terwijl het gepleegd wordt of terstond nadat het gepleegd is, is een op heterdaad ontdekt misdrijf.

Art. 41. Le délit qui se commet actuellement, ou qui vient de se commettre, est un flagrant délit.

Als ontdekking op heterdaad wordt ook beschouwd het geval dat de verdachte door het openbaar beroep wordt vervolgd en het geval dat de verdachte in het bezit wordt gevonden van zaken, wapens werktuigen of papieren, die doen vermoeden dat hij dader of medeplichtige is, mits dit kort na het misdrijf geschiedt.

Sera aussi réputé flagrant délit, le cas où (l'inculpé) est poursuivi par la clameur publique, et celui ou (l'inculpé) est trouvé saisi d'effets, armes, instruments ou papiers faisant présumer qu'il est auteur ou complice, pourvu que ce soit dans un temps voisin du délit. <L 10-07-1967, Art. 1, 31°>

Page 21: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 42. De processen-verbaal van de procureur des Konings tot uitvoering van de voorgaande artikelen worden opgemaakt en geschreven in tegenwoordigheid van en medeondertekend door de politiecommissaris van de gemeente waar de misdaad of het wanbedrijf gepleegd is, of de burgemeester, of een schepen, of twee in dezelfde gemeenten woonachtige burgers.

Art. 42. Les procès-verbaux du (procureur du Roi), en exécution des articles précédents, seront faits et rédigés en la présence et revêtus de la signature du commissaire de police de la commune dans laquelle le crime ou le délit aura été commis, ou du (bourgmestre ou d'un échevin), ou de deux citoyens domiciliés dans la même commune.

De procureur des Konings kan echter de processen-verbaal opmaken buiten de tegenwoordigheid van getuigen, wanneer het niet mogelijk is die dadelijk te vinden.

Pourra néanmoins le (procureur du Roi) dresser les procès-verbaux sans assistance de témoins lorsqu'il n'y aura pas possibilité de s'en procurer tout de suite.

Elk blad van het proces-verbaal wordt getekend door de procureur des Konings en door de personen die bij het opmaken ervan tegenwoordig waren; weigeren deze laatsten te tekenen of is hun dit onmogelijk, dan wordt daarvan melding gemaakt.

Chaque feuillet du procès-verbal sera signé par le (procureur du Roi) et par les personnes qui y auront assisté : en cas de refus ou d'impossibilité de signer de la part de celles-ci, il en sera fait mention. <L 10-07-1967, Art. 1, 32°>

Art. 43. De procureur des Konings doet zich zo nodig vergezellen van een of twee personen die wegens hun kunde of beroep bekwaam geacht worden om de aard en de omstandigheden van de misdaad of het wanbedrijf te beoordelen.

Art. 43. Le (procureur du Roi) se fera accompagner, au besoin, d'une ou de deux personnes présumées, par leur art ou profession, capables d'apprécier la nature et les circonstances du crime ou du délit. <L 10-07-1967, Art. 1, 33°>

Art. 44. Geldt het een gewelddadige dood of een dood waarvan de oorzaak onbekend is en verdacht, dan doet de procureur des Konings zich bijstaan door een of twee geneesheren, die verslag zullen uitbrengen over de oorzaken van de dood en de staat van het lijk.

Art. 44. S'il s'agit d'une mort violente ou d'une mort dont la cause soit inconnue et suspecte, le (procureur du Roi) se fera assister d'un ou de deux (médecins), qui feront leur rapport sur les causes de la mort et sur l'état du cadavre. <L 10-07-1967, Art. 1, 34°>

(De personen, in de gevallen van dit artikel en van het vorige artikel opgeroepen, leggen de eed af in de volgende bewoordingen :

(Les personnes appelées, dans le cas du présent article et de l'article précédent, prêteront serment dans les termes suivants :

" Ik zweer dat ik mijn taak naar eer en geweten nauwgezet en eerlijk zal vervullen ".

" Je jure de remplir ma mission en honneur et conscience, avec exactitude et probité ".

of : ou : " Je jure de remplir ma mission en honneur et conscience, avec exactitude et probité ".

" Ik zweer dat ik mijn taak naar eer en geweten nauwgezet en eerlijk zal vervullen ".

of : ou : " Ich schwöre, den mir erteilten Auftrag auf Ehre und Gewissen, genau und ehrlich zu erfüllen ".) <W 27-05-1974, Art. 1>

" Ich schwöre, den mir erteilten Auftrag auf Ehre und Gewissen, genau und ehrlich zu erfüllen ".) <L 27-05-1974, Art. 1>

(Die eed kan worden afgelegd hetzij mondeling, hetzij door aanbrenging van het formulier op het verslag, hetzij bij een gedagtekend en ondertekend geschrift.) <W 27-03-1970, Art. 1>

(Elles peuvent prêter ce serment soit verbalement soit par l'apposition de la formule sur le rapport, soit par un écrit signé et daté.) <L 27-03-1970, Art. 1>

Page 22: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

(Ingeval een autopsie wordt bevolen, krijgen de nabestaanden de toestemming het lichaam van de overledene te zien. De magistraat die de autopsie heeft bevolen, beslist of de verzoekers als nabestaanden kunnen worden beschouwd en op welk tijdstip zij het lichaam van de overledene mogen zien. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.) <W 1998-03-12/39, Art. 6, 016; En vigueur : 1998-10-02>

(Lorsqu'une autopsie est ordonnée, les proches sont autorisés à voir le corps du défunt. Le magistrat qui a ordonne l'autopsie apprécie la qualité de proche des requérants et décide du moment où le corps du défunt pourra leur être présenté. Cette décision n'est susceptible d'aucun recours.) <L 1998-03-12/39, Art. 6, 016 ; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 44bis. <W 15-04-1958, Art. 1> § 1. Wordt de dader van de misdaad of van het wanbedrijf op heterdaad betrapt, dan kan de procureur des Konings een geneesheer gelasten de medische vaststellingen te doen omtrent de staat van dronkenschap van de vermoedelijke dader en van het slachtoffer van het misdrijf. Hij kan de geneesheer opvorderen om een bloedmonster te nemen.

Art. 44bis. <L 15-04-1958, Art. 1> § 1. En cas de flagrant crime ou délit, le procureur du Roi pourra charger un médecin de procéder aux constatations médicales relatives à l'état d'ivresse de l'auteur présumé et de la victime de l'infraction. Il pourra requérir le médecin de faire un prélèvement sanguin.

Deze bepaling is echter niet van toepassing in geval van overtreding van de wetten en verordeningen betreffende het wegverkeer.

Cette disposition n'est toutefois pas applicable en cas d'infraction aux lois et règlements relatifs à la police de roulage.

§ 2. De aldus opgevorderde geneesheer dient zich te gedragen naar het voorschrift van artikel 44, tweede lid.

§ 2. Le médecin ainsi appelé se conformera à la disposition du second alinéa de l'article 44.

§ 3. Indien het optreden van de opgevorderde geneesheer er geen vertraging door ondervindt, kan de persoon van wie het bloedmonster wordt genomen, op eigen kosten een geneesheer naar keuze daarbij tegenwoordig doen zijn.

§ 3. Si l'intervention du médecin requis n'en doit souffrir aucun retard, la personne sur laquelle le prélèvement est opéré pourra y faire assister, à ses frais, un médecin de son choix.

§ 4. Het onderzoek van het bloedmonster geschiedt in een van de laboratoria door de Koning daartoe erkend.

§ 4. L'analyse de l'échantillon sanguin est faite dans un des laboratoires agréés à cet effet par le Roi.

De persoon van wie het bloed is afgenomen, kan op eigen kosten een tweede onderzoek laten verrichten in het laboratorium waar het eerste heeft plaatsgehad, of in een ander door de Koning erkend laboratorium. In het eerste geval kan hij op het tweede onderzoek toezicht laten houden door een technisch raadsman te zijner keuze.

La personne qui a subi le prélèvement sanguin peut faire procéder, à ses frais, à une seconde analyse, soit dans le laboratoire ayant procédé à la première, soit dans un autre laboratoire agréé par le Roi. Dans le premier cas, elle peut faire contrôler la deuxième analyse par un conseil technique de son choix.

De Koning treft voorzieningen tot nadere regeling van de bloedproef. Hij stelt onder meer regels betreffende de wijze waarop het bloedmonster wordt genomen, bewaard en onderzocht, alsook betreffende de erkenning van de laboratoria.

Le Roi prend les mesures complémentaires pour organiser le prélèvement sanguin. Il règle notamment le mode de prélèvement et de conservation du sang, les modalités des analyses et l'agréation des laboratoires.

Art. 44ter. <ingevoegd bij W 1999-03-22/52, Art. 2, En vigueur : 30-03-2002> § 1. Vergelijkend DNA-onderzoek in de zin van dit wetboek heeft alleen tot doel de DNA-profielen van aangetroffen of afgenomen menselijk celmateriaal te vergelijken teneinde bij een misdrijf betrokken personen direct of indirect te kunnen identificeren.

Art. 44ter. <inséré par L 1999-03-22/52, Art. 2, En vigueur : 30-03-2002> § 1er. L'analyse ADN de comparaison au sens du présent code vise uniquement à comparer des profils ADN d'échantillons de cellules humaines découverts ou prélevés afin de pouvoir identifier directement ou indirectement des personnes concernées par une infraction.

Page 23: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Dit vergelijkend onderzoek kan alleen betrekking hebben op niet-coderende DNA-segmenten.

Cette analyse de comparaison ne peut porter que sur des segments d'ADN non codants.

§ 2. De procureur des Konings kan, bij gemotiveerde beslissing, een deskundige verbonden aan een door de Koning erkend laboratorium aanwijzen om een DNA-profiel op te stellen van aangetroffen sporen van menselijk celmateriaal. De deskundige zorgt ervoor dat hij voldoende sporen van celmateriaal bewaart om een tegenonderzoek mogelijk te maken. Blijkt dat onmogelijk te zijn, dan maakt hij daarvan melding in zijn verslag.

§ 2. Le procureur du Roi peut, par décision motivée, désigner un expert attaché a un laboratoire agréé par le Roi pour dresser un profil ADN de traces découvertes de cellules humaines. L'expert veille à préserver un échantillon de traces de cellules humaines suffisant pour permettre une contre-expertise. Si cela s'avère impossible, il en fait état dans son rapport.

De deskundige brengt een gemotiveerd verslag uit over de uitvoering van zijn opdracht.

L'expert présente un rapport motivé sur l'exécution de sa mission.

De verkregen DNA-profielen, alsmede de in het vierde lid opgesomde gegevens met betrekking tot deze DNA-profielen, worden, op bevel van het openbaar ministerie, overgezonden aan het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie om er opgeslagen en verwerkt te worden.

Les profils ADN obtenus, ainsi que les données concernant ces profils ADN, enumérées à l'alinéa 4, sont communiqués sur l'ordre du ministère public à l'Institut national de Criminalistique et de Criminologie afin d'y être conservés et traités.

Deze gegevens zijn : Ces données sont : 1° het notitienummer van het strafdossier; 1° le numero de notice du dossier répressif; 2° de naam van de magistraat belast met het strafdossier; 2° le nom du magistrat chargé du dossier répressif; 3° de naam en het adres van het laboratorium waar het DNA-profiel werd opgesteld, alsook het dossiernummer;

3° les coordonnées du laboratoire qui a établi le profil ADN, ainsi que le numéro de dossier;

4° de biologische aard van het spoor; 4° la nature biologique de la trace; 5° het geslacht van de persoon waarvan het spoor afkomstig is;

5° le sexe de la personne dont provient la trace;

6° in voorkomend geval, het door de magistraat toegekende codenummer waardoor het DNA-profiel kan worden verbonden met de naam van de betrokken persoon.

6° le cas échéant, le numéro de code attribué par le magistrat et permettant de relier le profil ADN au nom de la personne concernée.

§ 3. De procureur des Konings kan in het belang van het opsporingsonderzoek aan een meerderjarige de toestemming vragen om van hem een hoeveelheid bloed, wangslijmvlies of haarwortels af te nemen, zoals die persoon verkiest.

§ 3. Le procureur du Roi peut, dans l'interêt de l'information, demander à une personne majeure l'autorisation de prélever chez elle une quantité de sang, de muqueuses de la joue ou de bulbes pileux selon son choix.

De procureur des Konings kan alleen tot een dergelijke afname overgaan als op zijn minst een spoor van menselijke cellen is aangetroffen en verzameld in het raam van de zaak die bij hem aanhangig is gemaakt.

Le procureur du Roi ne peut procéder a un tel prélèvement que si au moins une trace de cellules humaines a été découverte et recueillie dans le cadre de l'affaire dont il est saisi.

De toestemming van de betrokkene kan alleen worden gegeven als de procureur des Konings hem in kennis heeft gesteld van de omstandigheden van de zaak.

L'accord de l'intéressé ne peut être donné que si le procureur du Roi a informé celui-ci des circonstances de l'affaire.

Page 24: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De procureur des Konings stelt de betrokkene tevens in kennis van het feit dat, indien het vergelijkend DNA-onderzoek een positief verband aantoont met het DNA-profiel van het betrokken spoor, zijn profiel in verband kan worden gebracht in de DNA-gegevensbank " Criminalistiek " met profielen van in andere strafzaken aangetroffen sporen.

Le procureur du Roi informe également l'intéressé du fait que si l'analyse ADN de comparaison etablit un lien positif avec le profil ADN de la trace concernée, son profil pourra être relié, dans la banque de données ADN " Criminalistique " aux profils d'autres traces découvertes dans le cadre d'autres affaires pénales.

Van die informatie wordt melding gemaakt in de schriftelijke toestemming van de betrokkene.

Il est fait mention de ces informations dans l'accord écrit de l'intéressé.

De procureur des Konings vordert een officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings, of een arts om een hoeveelheid haarwortels of wangslijmvlies af te nemen.

Le procureur du Roi requiert un officier de police judiciaire, officier auxiliaire du procureur du Roi, ou un médecin pour un frottis buccal ou un prélèvement de bulbes pileux.

Voor het afnemen van bloed kan hij alleen een arts vorderen.

Pour effectuer un prélèvement de sang, il ne peut requérir qu'un médecin.

Van de afname wordt proces-verbaal opgesteld door de officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings.

L'officier de police judiciaire, officier auxiliaire du procureur du Roi dresse procès-verbal de l'opération de prélèvement.

De procureur des Konings wijst een deskundige aan, verbonden aan een door de Koning erkend laboratorium, om het DNA-profiel van het afgenomen staal op te maken en een vergelijkend DNA-onderzoek uit te voeren.

Le procureur du Roi désigne un expert attaché à un laboratoire agréé par le Roi pour établir le profil ADN de l'échantillon prélevé et effectuer une analyse ADN de comparaison.

De deskundige die met het vergelijkende DNA-onderzoek is belast, zendt zijn verslag over binnen negentig dagen na ontvangst van de vordering van de procureur des Konings.

L'expert chargé de l'analyse ADN de comparaison transmet son rapport dans les nonante jours de la réception de la requête du procureur du Roi.

De procureur des Konings kan evenwel een bijkomende onderzoekstermijn toekennen op gemotiveerd verzoek van de deskundige.

Le procureur du Roi peut toutefois accorder un délai d'analyse supplémentaire sur demande motivée de l'expert.

§ 4. De uitslag van het DNA-onderzoek wordt, volgens de nadere regels bepaald door de Koning, ter kennis gebracht van de betrokken persoon. Deze laatste kan, binnen vijftien dagen na de kennisgeving, de procureur des Konings verzoeken een tegenonderzoek te doen uitvoeren door een door de betrokkene aangewezen deskundige, verbonden aan een door de Koning erkend laboratorium. De deskundige brengt hierover een gemotiveerd verslag uit bij de procureur des Konings, die de betrokken persoon hiervan op de hoogte brengt, volgens de nadere regels bepaald door de Koning.

§ 4. Le résultat de l'analyse ADN est, conformément aux modalités fixées par le Roi, porté à la connaissance de la personne concernée. Cette dernière peut, dans un délai de quinze jours à compter de la notification, requérir du procureur du Roi qu'il fasse procéder à une contre-expertise par un expert désigné par l'intéressé et attaché à un laboratoire agrée par le Roi. L'expert remet un rapport motive au procureur du Roi qui en informe l'intéressé conformément aux modalités fixées par le Roi.

Het tegenonderzoek wordt verricht aan de hand van nieuw celmateriaal afgenomen van de betrokkene en aan de hand van het gedeelte van het spoor van het celmateriaal dat bij het aanvankelijke onderzoek niet werd gebruikt.

La contre-expertise s'effectue sur la base d'un nouvel échantillon de cellules humaines prélevé sur l'intéressé et sur la base de la partie de la trace de cellules humaines qui n'a pas été utilisée lors de la première expertise.

Page 25: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Indien uit het verslag van het aanvankelijke onderzoek blijkt dat de hoeveelheid aangetroffen celmateriaal ontoereikend is om een nieuw DNA-profiel op te stellen, wordt het tegenonderzoek verricht aan de hand van nieuw celmateriaal afgenomen van de betrokkene en aan de hand van het door de eerste deskundige opgestelde DNA-profiel van het aangetroffen spoor.

Si le rapport relatif à la première expertise révèle que la quantité de traces de cellules humaines découverte est insuffisante pour dresser un nouveau profil ADN, la contre-expertise s'effectue sur la base d'un nouvel échantillon de cellules humaines prélevé sur l'intéressé et sur la base du profil ADN de la trace découverte établi par le premier expert.

De kosten van het tegenonderzoek, beperkt tot een bedrag bepaald door de Koning bij een in Ministerraad overlegd besluit, zijn ten laste van de persoon die erom verzoekt. Indien het tegenonderzoek de uitslag van het aanvankelijk onderzoek niet bevestigt, wordt het door de betrokkene voorgeschoten bedrag door de Staat terugbetaald.

Les frais de la contre-expertise, qui sont limités au montant fixé par arrêté royal délibéré en Conseil des ministres, sont à charge de la personne qui a demandé la contre-expertise. Si la contre-expertise ne confirme pas le résultat de la première analyse, le montant avancé par l'intéressé lui est remboursé par l'Etat.

§ 5. De deskundige vernietigt het afgenomen celmateriaal van zodra hij door het openbaar ministerie geïnformeerd wordt hetzij van de afwezigheid van een tegenonderzoek hetzij van het feit dat de uitslag van het tegenonderzoek ter kennis werd gebracht van de betrokken persoon.

§ 5. L'expert détruit l'échantillon de cellules prélevé dès qu'il est informé par le ministère public soit de l'absence d'une contre-expertise, soit du fait que le résultat de la contre-expertise a été porte à la connaissance de l'intéressé.

De deskundige deelt binnen een maand na de voormelde kennisgeving door het openbaar ministerie aan dit laatste mee dat het celmateriaal vernietigd is.

Dans le mois suivant cette communication par le ministère public, l'expert informe ce dernier que l'échantillon de cellules prélevé a été détruit.

Art. 45. De procureur des Konings doet de processen-verbaal, akten, stukken en werktuigen, ingevolge de voorgaande artikelen opgemaakt of in beslag genomen, onverwijld toekomen aan de onderzoeksrechter, opdat zal worden gehandeld zoals bepaald in het HOOFDSTUK Onderzoeksrechters; intussen blijft de verdachte in handen van het gerecht onder bevel tot medebrenging.

Art. 45. Le (procureur du Roi) transmettra sans délai, au juge d'instruction, les procès-verbaux, actes, pièces et instruments dressés ou saisis en conséquence des articles précédents, pour être procédé ainsi qu'il sera dit au CHAPITRE des Juges d'instruction; et cependant (l'inculpé) restera sous la main de la justice en état de mandat d'amener. <L 10-07-1967, Art. 1, 35°>

Art. 46. De bevoegdheden, hierboven aan de procureur des Konings toegekend voor de gevallen van ontdekking op heterdaad, bestaan ook in alle gevallen waarin een misdaad of een wanbedrijf, zelfs al is het niet op heterdaad ontdekt, gepleegd is binnen een huis, en (de procureur des Konings verzocht wordt het misdrijf vast te stellen door :

Art. 46. Les attributions faites ci-dessus au (procureur du Roi) pour les cas de flagrant délit auront lieu aussi toutes les fois que, s'agissant d'un crime ou d'un délit, même non flagrant, commis dans l'intérieur d'une maison, (le procureur du Roi sera requis de le constater :

1° het hoofd van dat huis ; 1° par le chef de cette maison; 2° het slachtoffer van het strafbaar feit, wanneer dat strafbaar feit genoemd wordt in de artikelen 398 tot 405 van het Strafwetboek en de vermoedelijke pleger van het strafbaar feit de echtgenoot van het slachtoffer is of de persoon met wie hij of zij samenleeft en een duurzame affectieve en seksuele relatie heeft.) <W 1997-11-24/51, Art. 4, 014; En vigueur : 16-02-1998>

2° par la victime de l'infraction, lorsque l'infraction, dont il s'agit, est visée aux articles 398 à 405 du Code pénal et que l'auteur présumé de l'infraction est l'époux de la victime ou la personne avec laquelle elle cohabite et entretient une relation affective et sexuelle durable.) <L 1997-11-24/51, Art. 4, 014; En vigueur : 16-02-1998>

Page 26: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 46bis. <Ingeveogd bij W 1998-06-10/96, Art. 2, 017; En vigueur : 02-10-1998> § 1. Bij het opsporen van de misdaden en wanbedrijven kan de procureur des Konings bij een gemotiveerde en schriftelijke beslissing van de operator van een telecommunicatienetwerk of van de verstrekker van een telecommunicatiedienst vorderen :

Art. 46bis. <Inséré par L 1998-06-10/96, Art. 2; En vigueur : 02-10-1998> § 1er. En recherchant les crimes et les délits, le procureur du Roi peut par une décision motivée et écrite requérir l'opérateur d'un réseau de télécommunication ou le fournisseur d'un service de télécommunication :

1° de abonnee of de gewoonlijke gebruiker van een telecommunicatiedienst te identificeren;

1° d'identifier l'abonné ou l'utilisateur habituel d'un service de télécommunication;

2° de identificatiegegevens mee te delen met betrekking tot telecommunicatiediensten waarop een bepaald persoon geabonneerd is of die door een bepaald persoon gewoonlijk gebruikt worden.

2° de communiquer les données d'identification relatives aux services de télécommunication auxquels une personne déterminée est abonnée ou qui sont habituellement utilisés par une personne déterminée.

In geval van uiterst dringende noodzakelijkheid kan iedere officier van gerechtelijke politie, na mondelinge en voorafgaande instemming van de procureur des Konings, bij een gemotiveerde en schriftelijke beslissing deze gegevens opvorderen. De officier van gerechtelijke politie deelt deze gemotiveerde en schriftelijke beslissing en de verkregen informatie binnen vierentwintig uur mee aan de procureur des Konings en motiveert tevens de uiterst dringende noodzakelijkheid.

En cas d'extrême urgence, chaque officier de police judiciaire peut, avec l'accord oral et préalable du procureur du Roi, et par une décision motivée et écrite requérir ces données. L'officier de police judiciaire communique cette décision motivée et écrite ainsi que les informations recueillies dans les vingt-quatre heures au procureur du Roi et motive par ailleurs l'extrême urgence.

§ 2. Iedere operator van een telecommunicatienetwerk en iedere verstrekker van een telecommunicatiedienst van wie gevorderd wordt de in paragraaf 1 bedoelde gegevens mee te delen, verstrekt de procureur des Konings of de officier van gerechtelijke politie de gegevens die werden opgevraagd binnen een termijn te bepalen door de Koning, op het voorstel van de minister van Justitie en de minister bevoegd voor Telecommunicatie.

§ 2. Chaque opérateur d'un réseau de télécommunication et chaque fournisseur d'un service de télécommunication qui est requis de communiquer les données visées au paragraphe premier, donne au procureur du Roi ou à l'officier de police judiciaire les données qui ont été demandées dans un délai à fixer par le Roi, sur la proposition du ministre de la Justice et du ministre compétent pour les Télécommunications.

Iedere persoon die uit hoofde van zijn bediening kennis krijgt van de maatregel of daaraan zijn medewerking verleent, is tot geheimhouding verplicht. Iedere schending van het geheim wordt gestraft overeenkomstig artikel 458 van het Strafwetboek.

Toute personne qui, du chef de sa fonction, a connaissance de la mesure ou y prête son concours, est tenue de garder le secret. Toute violation du secret est punie conformément à l'article 458 du Code pénal.

Weigering de gegevens mee te delen, wordt gestraft met geldboete van zesentwintig frank tot tienduizend frank.

Le refus de communiquer les données est puni d'une amende de vingt-six francs à dix mille francs.

Page 27: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 47. Wanneer de procureur des Konings, buiten de gevallen van (de artikelen 32, 46 en 46bis), door een aangifte of op enige andere wijze verneemt dat er een misdaad of een wanbedrijf in zijn arrondissement is gepleegd of dat iemand (die van een misdaad of wanbedrijf verdacht wordt), zich in zijn arrondissement bevindt, (kan hij vorderen) dat de onderzoeksrechter een onderzoek zal bevelen en zelfs dat hij zich zo nodig ter plaatse zal begeven, ten einde aldaar alle nodige processen-verbaal op te maken, zoals bepaald in het HOOFDSTUK Onderzoeksrechters. <W 10-07-1967, Art. 1, 36°> <W 1998-03-12/39, Art. 7, 016; En vigueur : 1998-10-02> <W 1998-06-10/96, Art. 3, 017; En vigueur : 02-10-1998>

Art. 47. Hors le cas énoncés dans (les articles 32, 46 et 46bis), le (procureur du Roi), instruit, soit par une dénonciation, soit par toute autre voie, qu'il a été commis dans son arrondissement un crime ou un délit, ou qu'une personne qui est (inculpée d'un crime ou d'un délit) se trouve dans son arrondissement, (pourra) requérir le juge d'instruction d'ordonner qu'il en soit informé, meme de se transporter, s'il en est besoin, sur les lieux, à l'effet d'y dresser tous les procès-verbaux nécessaires, ainsi qu'il sera dit au CHAPITRE des Juges d'instruction. <L 10-07-1967, Art. 1, 36°> <L 1998-03-12/39, Art. 7, 016 ; En vigueur : 1998-10-02> <L 1998-06-10/96, Art. 3, 017; En vigueur : 02-10-1998>

Art. 47bis. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 8; En vigueur : 1998-10-02> Bij het verhoren van personen, ongeachhet verhoren van personen, ongeacht in welke hoedanigheid zij worden verhoord, worden ten minste de volgende regels in acht genomen.

Art. 47bis. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 8; En vigueur : 1998-10-02> Lors de l'audition de personnes, entendues en quelque qualité que ce soit, l'on respectera au moins les regles suivantes :

1. Ieder verhoor begint met de mededeling aan de ondervraagde persoon dat :

1. Au début de toute audition, il est communiqué à la personne interrogée :

a) hij kan vragen dat alle vragen die hem worden gesteld en alle antwoorden die hij geeft, worden genoteerd in de gebruikte bewoordingen;

a) qu'elle peut demander que toutes les questions qui lui sont posées et les réponses qu'elle donne soient actées dans les termes utilisés;

b) hij kan vragen dat een bepaalde opsporingshandeling wordt verricht of een bepaald verhoor wordt afgenomen;

b) qu'elle peut demander qu'il soit procédé à tel acte d'information ou telle audition;

c) zijn verklaringen als bewijs in rechte kunnen worden gebruikt.

c) que ses déclarations peuvent êtres utilisées comme preuve en justice.

2. Eenieder die ondervraagd wordt, mag gebruik maken van de documenten in zijn bezit, zonder dat daardoor het verhoor wordt uitgesteld. Hij mag, tijdens de ondervraging of later, eisen dat deze documenten bij het proces-verbaal van het verhoor worden gevoegd of ter griffie worden neergelegd.

2. Toute personne interrogée peut utiliser les documents en sa possession, sans que cela puisse entraîner le report de l'interrogatoire. Elle peut, lors de l'interrogatoire ou ultérieurement, exiger que ces documents soient joints au procès-verbal d'audition ou déposés au greffe.

3. Het proces-verbaal vermeldt nauwkeurig het tijdstip waarop het verhoor wordt aangevat, eventueel onderbroken en hervat, alsook beëindigd. Het vermeldt nauwkeurig de identiteit van de personen die in het verhoor, of in een gedeelte daarvan, tussenkomen, en het tijdstip van hun aankomst en vertrek. Het vermeldt ook de bijzondere omstandigheden en alles wat op de verklaring of de omstandigheden waarin zij is afgelegd, een bijzonder licht kan werpen.

3. Le procès-verbal mentionne avec précision l'heure à laquelle l'audition prend cours, est éventuellement interrompue, reprend, et prend fin. Il mentionne avec précision l'identité des personnes qui interviennent à l'interrogatoire ou à une partie de celui-ci ainsi que le moment de leur arrivée et de leur dépArt. Il mentionne également les circonstances particulières et tout ce qui peut éclairer d'un jour particulier la déclaration ou les circonstances dans lesquelles elle a été faite.

Page 28: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

4. Aan het einde van het verhoor geeft men de ondervraagde persoon het proces-verbaal van zijn verhoor te lezen, tenzij hij vraagt dat het hem wordt voorgelezen. Er wordt hem gevraagd of hij zijn verklaringen wil verbeteren of daaraan iets wil toevoegen.

4. A la fin de l'audition, le procès-verbal est donné en lecture à la personne interrogée, à moins que celle-ci ne demande que lecture lui en soit faite. Il lui est demandé si ses déclarations ne doivent pas être corrigées ou complétées.

5. Indien de ondervraagde persoon zich in een andere taal dan die van de procedure wenst uit te drukken, wordt ofwel een beroep gedaan op een beëdigd tolk, ofwel worden zijn verklaringen genoteerd in zijn taal, ofwel wordt hem gevraagd zelf zijn verklaring te noteren. Indien het verhoor met behulp van een tolk wordt afgenomen, worden diens identiteit en hoedanigheid vermeld.

5. Si la personne interrogée souhaite s'exprimer dans une autre langue que celle de la procédure, soit il est fait appel à un interprète assermenté, soit il est noté ses déclarations dans sa langue, soit il lui est demandé de noter elle-même sa déclaration. Si l'interrogatoire a lieu avec l'assistance d'un interprète, son identité et sa qualité sont mentionnées.

HOOFDSTUK IVBIS. - (DE FEDERALE PROCUREUR). <W 1998-12-22/48, Art. 25, 019; En vigueur : 21-05-2002>

CHAPITRE IVBIS. - (DU PROCUREUR FEDERAL) <L 1998-12-22/48, Art. 25, 019; En vigueur : 21-05-2002>

Art. 47ter. <NOTA : Art. 47ter werd gewijzigd bij W 1998-12-22/48, Art. 26, 019 en teruggebracht bij Art. 67 van de wet van 2001-06-21/42> (§ 1. Bij de uitoefening van zijn bevoegdheden beschikt de federale procureur over alle wettelijke bevoegdheden van de procureur des Konings. In het kader daarvan kan hij over het gehele grondgebied van het Rijk alle opsporingshandelingen of handelingen van gerechtelijk onderzoek verrichten of gelasten die tot zijn bevoegdheden behoren, alsmede de strafvordering uitoefenen.

Art. 47ter. <NOTE : Art. 47ter était modifé par L 1998-12-22/48, Art. 26, 019 et rapporté par l'Art. 67 de la loi 2001-06-21/42> (§ 1er. Dans l 'exercice de ses compétences, le procureur fédéral dispose de tous les pouvoirs que la loi confère au procureur du Roi. Dans le cadre de ceux-ci, il peut procéder ou faire procéder à tous actes d'information ou d'instruction relevant de ses attributions sur l'ensemble du territoire du Royaume, de même qu'exercer l'action publique.

§ 2. De federale procureur neemt alle dringende maatregelen die met het oog op de uitoefening van de strafvordering noodzakelijk zijn, zolang een procureur des Konings zijn wettelijk bepaalde bevoegdheid niet heeft uitgeoefend. Deze maatregelen zijn bindend voor de procureur des Konings.) <W 2001-06-21/42, Art. 57, 027; ED : 21-05-2002>

§ 2. Le procureur fédéral prend toutes les mesures urgentes qui sont nécessaires en vue de l'exercice de l'action publique aussi longtemps qu'un procureur du Roi n'a pas exercé sa compétence légalement déterminée. Ces mesures sont contraignantes pour le procureur du Roi.) <L 2001-06-21/42, Art. 57, 027; En vigueur : 21-05-2002>

Art. 47quater. <Ingevoegd bij W 1998-12-07/31, Art. 219; En vigueur : 01-01-2001> Een federale magistraat wordt belast met het toezicht op de werking van de algemene directie van de gerechtelijke politie van de federale politie. Deze magistraat waakt er in het bijzonder over dat de gespecialiseerde gerechtelijke opdrachten door deze algemene directie worden uitgevoerd overeenkomstig de vorderingen en richtlijnen van de gerechtelijke overheden.

Art. 47quater. <Inséré par L 1998-12-07/31, Art. 219; En vigueur : 01-01-2001> Un magistrat fédéral est chargé de la surveillance du fonctionnement de la direction générale de la police judiciaire de la police fédérale. Ce magistrat veille en particulier à ce que les missions judiciaires spécialisées soient exécutées par cette direction générale conformément aux réquisitions et aux directives des autorités judiciaires compétentes.

Page 29: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Een federale magistraat wordt belast met het specifieke toezicht op de werking van de "dienst ter bestrijding van de corruptie" binnen de algemene directie van de gerechtelijke politie van de federale politie. Deze magistraat brengt jaarlijks verslag uit aan de minister van Justitie. Het verslag wordt door de minister van Justitie aan de Wetgevende Kamers medegedeeld. Deze magistraat kan door het Parlement worden gehoord over de algemene werking van deze "dienst ter bestrijding van de corruptie".

Un magistrat fédéral est chargé de la surveillance spécifique du fonctionnement du "service de repression de la corruption" dans la direction générale de la police judiciaire de la police fédérale. Ce magistrat fait annuellement rapport au ministre de la Justice. Le rapport est communiqué aux Chambres législatives par le ministre de la Justice. Ce magistrat peut être auditionné par le Parlement sur le fonctionnement général du "service de répression de la corruption

HOOFDSTUK V. - POLITIEOFFICIEREN DIE HULPOFFICIER ZIJN VAN DE PROCUREUR DES KONINGS.

CHAPITRE V. - DES OFFICIERS DE POLICE AUXILIAIRES DU (PROCUREUR DU ROI). <L 10-07-1967, Art. 1, 37°>

Art. 48. De (rechters in de politierechtbank), de (leden van de federale politie en van de lokale politie bekleed met de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings) (...) ontvangen de aangiften van de misdaden of wanbedrijven gepleegd in de plaatsen waar zij hun gewone ambtsverrichtingen uitoefenen. <W 10-10-1967, Art. 91, § 3> <W 1998-12-07/31, Art. 220, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 48. Les (juges au tribunal de police), les (membres de la police fédérale et de la police locale revêtus de la qualité d'officier de police judiciaire, auxiliaire du procureur du Roi), (...) recevront les dénonciations de crimes ou délits commis dans les lieux où ils exercent leurs fonctions habituelles. <L 10-10-1967, Art. 91, § 3> <L 1998-12-07/31, Art. 220, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 49. In de gevallen van ontdekking op heterdaad of in de gevallen van (verzoek bedoeld in artikel 46), maken zij de processen-verbaal op, nemen de verklaringen van de getuigen op, doen de bezichtigingen en de andere handelingen die in de bedoelde gevallen tot de bevoegdheid van de procureur des Konings behoren, een en ander in de vorm en volgens de regels gesteld in het HOOFDSTUK Procureur des Konings. <W 1997-11-24/51, Art. 5, 015; En vigueur : 16-02-1998>

Art. 49. Dans le cas de flagrant délit, ou dans les cas de (réquisition visée à l'article 46), ils dresseront les procès-verbaux, recevront les déclarations de témoins, feront les visites et les autres actes qui sont, aux dits cas, de la compétence des (procureurs du Roi), le tout dans les formes et suivant les règles établies au CHAPITRE des (procureurs du Roi). <L 10-07-1967, Art. 1, 39°> <L 1997-11-24/51, Art. 5, 015; En vigueur : 16-02-1998>

Art. 50. (Opgeheven) <W 1998-12-07/31, Art. 221, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 50. (Abrogé) <L 1998-12-07/31, Art. 221, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Art. 51. Ingeval de procureur des Konings en de in de voorgaande artikelen vermelde politieofficieren tegelijk in een zaak optreden, verricht de procureur des Konings de handelingen die tot de bevoegdheid van de gerechtelijke politie behoren; indien daarmee reeds een aanvang is gemaakt, kan hij de rechtspleging voortzetten of de officier die ze heeft aangevangen, machtigen om ermee voort te gaan.

Art. 51. Dans les cas de concurrence entre les (procureurs du Roi) et les officiers de police énoncés aux articles précédents, le (procureur du Roi) fera les actes attribués à la police judiciaire : s'il a été prévenu, il pourra continuer la procédure, ou autoriser l'officier qui l'aura commencée à la suivre. <L 10-07-1967, Art. 1, 39° en 1, 41°>

Art. 52. Bij het uitoefenen van zijn ambt in de gevallen van de artikelen 32 en 46, kan de procureur des Konings, indien hij het nuttig en nodig acht, een hulpofficier van politie belasten met een deel van de handelingen die tot zijn bevoegdheid behoren.

Art. 52. Le (procureur du Roi), exercant son ministère dans les cas des articles 32 et 46, pourra, s'il le juge utile et nécessaire, charger un officier de police auxiliaire de partie des actes de sa compétence. <L 10-07-1967, Art. 1, 41°>

Page 30: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 53. De hulpofficieren van politie zenden de aangiften, processen-verbaal en andere akten, door hen opgemaakt in de gevallen waarin zij bevoegd zijn, onverwijld aan de procureur des Konings, die gehouden is zonder uitstel kennis te nemen van de processtukken en ze met de vorderingen welke hij geraden acht, aan de onderzoeksrechter te doen toekomen.

Art. 53. Les officiers de police auxiliaires renverront sans délai les dénonciations, procès-verbaux et autres actes par eux faits dans les cas de leur compétence, au (procureur du Roi), qui sera tenu d'examiner sans retard les procédures, et de les transmettre, avec les requisitions qu'il jugera convenables, au juge d'instruction. <L 10-07-1967, Art. 1, 41°>

Art. 54. In geval van aangifte van andere misdaden of wanbedrijven dan die waarvan de vaststelling tot hun onmiddellijke bevoegdheid behoort, doen de officieren van gerechtelijke politie de aan hen gedane aangiften ook onverwijld toekomen aan de procureur des Konings, die ze samen met zijn vordering aan de onderzoeksrechter bezorgt.

Art. 54. Dans les cas de dénonciation de crimes ou délits autres que ceux qu'ils sont directement chargés de constater, les officiers de police judiciaire transmettront aussi sans délai au (procureur du Roi) les dénonciations que leur auront été faites, et le (procureur du Roi) les remettra au juge d'instruction avec son réquisitoire. <L 10-07-1967, Art. 1, 41°>

HOOFDSTUK VI. - ONDERZOEKSRECHTERS. CHAPITRE VI. - DES JUGES D'INSTRUCTION. AFDELING I. - DE ONDERZOEKSRECHTER. <W 1998-03-12/39, Art. 9, 016; En vigueur : 1998-10-02>

SECTION I. - (DE L'INSTRUCTION) <L 1998-03-12/39, Art. 9, 016 ; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 55. <W 1998-03-12/39, Art. 9, 016; En vigueur : 1998-10-02> Het gerechtelijk onderzoek is het geheel van de handelingen die ertoe strekken de daders van misdrijven op te sporen, de bewijzen te verzamelen en de maatregelen te nemen die de rechtscolleges in staat moeten stellen met kennis van zaken uitspraak te doen.

Art. 55. <L 1998-03-12/39, Art. 9, 016 ; En vigueur : 1998-10-02> L'instruction est l'ensemble des actes qui ont pour objet de rechercher les auteurs d'infractions, de rassembler les preuves et de prendre les mesures destinées à permettre aux juridictions de statuer en connaissance de cause.

Het wordt gevoerd onder de leiding en het gezag van de onderzoeksrechter.

Elle est conduite sous la direction et l'autorité du juge d'instruction.

Art. 56. <W 1998-03-12/39, Art. 9, 016; En vigueur : 1998-10-02> § 1. De onderzoeksrechter draagt de verantwoordelijkheid voor het gerechtelijk onderzoek dat zowel à charge als à décharge wordt gevoerd. Hij waakt voor de wettigheid van de bewijsmiddelen en de loyauteit waarmee ze worden verzameld.

Art. 56. <L 1998-03-12/39, Art. 9, 016 ; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. Le juge d'instruction assume la responsabilité de l'instruction qui est menée à charge et à décharge. Il veille à la légalité des moyens de preuve ainsi qu'à la loyauté avec laquelle ils sont rassemblés.

Hij mag zelf de handelingen verrichten die behoren tot de gerechtelijke politie, het opsporingsonderzoek en het gerechtelijk onderzoek.

Il peut poser lui-même les actes qui relèvent de la police judiciaire, de l'information et de l'instruction.

De onderzoeksrechter heeft in de uitoefening van zijn ambtsverrichtingen het recht om het optreden van de openbare macht rechtstreeks te vorderen.

Le juge d'instruction a, dans l'exercice de ses fonctions, le droit de requérir directement la force publique.

Hij beslist of het noodzakelijk is dwang te gebruiken of inbreuk te maken op de individuele rechten en vrijheden.

Il décide de la nécessité d'utiliser la contrainte ou de porter atteinte aux libertés et aux droits individuels.

Wanneer hij in de loop van een gerechtelijk onderzoek feiten ontdekt die een misdaad of een wanbedrijf kunnen uitmaken dat bij hem niet is aangebracht, stelt hij de procureur des Konings hiervan onmiddellijk in kennis.

Lorsqu'au cours d'une instruction, il découvre des faits susceptibles de constituer un crime ou un delit dont il n'est pas saisi, il en informe immédiatement le procureur du Roi.

Page 31: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 2. De onderzoeksrechter heeft het recht de (politiediensten bedoeld in artikel 2 van de wet op het politieambt, en alle andere officieren van gerechtelijke politie) te vorderen om, met uitzondering van de door de wet ingestelde beperkingen, alle voor het gerechtelijk onderzoek noodzakelijke handelingen van gerechtelijke politie te doen volbrengen. <W 1999-04-19/50, Art. 6, 023; En vigueur : 5555-55-55>

§ 2. Le juge d'instruction a le droit de requérir les (services de police visés a l'article 2 de la loi sur la fonction de police et tous les autres officiers de police judiciaire) pour accomplir, sauf les restrictions établies par la loi, tous les actes de police judiciaire necessaires à l'instruction. <L 1999-04-19/50, Art. 6, 023; En vigueur : 5555-55-55>

Deze vorderingen worden gedaan en uitgevoerd overeenkomstig (de artikelen 8 tot 8/3 en 8/6 tot 8/8 van de wet op het politieambt en, wat de federale politie betreft, overeenkomstig artikel 110 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus). De gevorderde politiediensten zijn gehouden gevolg te geven aan de vorderingen en de voor de uitvoering noodzakelijke medewerking van de officieren en agenten van gerechtelijke politie te verlenen. <W 1998-12-07/31, Art. 222, 018; ED : 01-01-2001>

Ces réquisitions sont faites et exécutées conformément (aux articles 8 à 8/3 et 8/6 à 8/8 de la loi sur la fonction de police et, pour ce qui concerne la police fédérale, à l'article 110 de la loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré, structuré à deux niveaux). Les services de police requis sont tenus d'obtempérer aux réquisitions et de prêter le concours des officiers et agents de police judiciaire nécessaire à leur exécution. <L 1998-12-07/31, Art. 222, 018; En vigueur : 01-01-2001>

Wanneer een politiedienst aan de onderzoeksrechter niet het vereiste personeel en de nodige middelen kan geven, kan deze laatste de procureur des Konings verzoeken op te treden na hem over de toestand te hebben ingelicht. Bovendien kan de onderzoeksrechter een kopie van zijn beschikking overzenden aan de procureur-generaal en aan de kamer van inbeschuldigingstelling.

Lorsqu'un service de police ne peut donner au juge d'instruction les effectifs et les moyens nécessaires, celui-ci peut solliciter l'intervention du procureur du Roi après l'avoir informe de la situation. Le juge d'instruction peut, en outre, transmettre copie de son ordonnance au procureur général et à la chambre des mises en accusation.

De procureur des Konings kan zelf het dossier overzenden aan de procureur-generaal. Deze laatste kan het college van procureurs-generaal verzoeken op te treden en de nodige initiatieven te nemen.

Le procureur du Roi peut lui-même transmettre le dossier au procureur général. Ce dernier peut solliciter l'intervention du collège des procureurs généraux afin qu'il prenne les initiatives qui s'imposent.

§ 3. De onderzoeksrechter kan de politiedienst of diensten aanwijzen die in een bepaald onderzoek met de opdrachten van gerechtelijke politie worden belast en waaraan, behoudens uitzondering, de vorderingen en opdrachten zullen worden gericht. Indien meerdere diensten worden aangewezen, ziet de onderzoeksrechter toe op de coördinatie van hun optreden.

§ 3. Le juge d'instruction peut désigner le ou les services de police chargés des missions de police judiciaire dans une enquête particulière, et auxquels les réquisitions et délegations seront, sauf exception, adressées. Si plusieurs services sont désignés, le juge d'instruction veille à la coordination de leurs interventions.

Page 32: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De politieambtenaren van de overeenkomstig het vorige lid aangewezen politiedienst lichten dadelijk de bevoegde gerechtelijke overheid in over de informatie en inlichtingen in hun bezit en over elke ondernomen opsporing op de door de procureur des Konings vastgestelde wijze, behoudens andersluidende beslissing van de onderzoeksrechter. Voor al de opdrachten van gerechtelijke politie betreffende deze aanwijzing hebben deze politieambtenaren voorrang op de andere politieambtenaren, welke dadelijk de bevoegde gerechtelijke overheid en de aangewezen politiedienst inlichten over de informatie en inlichtingen in hun bezit en over elke ondernomen opsporing, op de wijze die de procureur des Konings bij richtlijn bepaalt.

Les fonctionnaires de police du service de police désigné conformément à l'alinéa précédent informent immédiatement l'autorité judiciaire compétente des informations et renseignements en leur possession et de toute recherche entreprise selon les modalités fixées par le procureur du Roi, sauf décision contraire du juge d'instruction. Pour toutes les missions de police judiciaire relatives à cette désignation, ils agissent prioritairement vis-à-vis des autres fonctionnaires de police, lesquels informent immédiatement l'autorité judiciaire compétente et le service de police désigné des informations et renseignements en leur possession et de toute recherche entreprise selon les modalités que le procureur du Roi fixe par directive.

Art. 57. <W 1998-03-12/39, Art. 9, 016; En vigueur : 1998-10-02> § 1. Behoudens de wettelijke uitzonderingen is het gerechtelijk onderzoek geheim. Eenieder die beroepshalve zijn medewerking dient te verlenen aan het gerechtelijk onderzoek is tot geheimhouding verplicht. Hij die dit geheim schendt, wordt gestraft met de straffen bepaald in artikel 458 van het Strafwetboek.

Art. 57. <L 1998-03-12/39, Art. 9, 016 ; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. Sauf les exceptions prévues par la loi, l'instruction est secrète. Toute personne qui est appelée à prêter son concours professionnel à l'instruction est tenue au secret. Celui qui viole ce secret est puni des peines prévues a l'article 458 du Code pénal.

§ 2. Onverminderd de bepalingen in de bijzondere wetten delen de onderzoeksrechter en elke politiedienst die een persoon ondervragen, deze persoon mee dat hij kosteloos een kopie van (de tekst van) zijn verhoor kan verkrijgen. <W 2000-11-28/35, Art. 37, 026; En vigueur : 01-04-2001>

§ 2. Sans préjudice des dispositions des lois particulières, le juge d'instruction et tout service de police qui interrogent une personne, l'informent qu'elle peut demander une copie du (texte) de son audition, qui lui est délivrée gratuitement. <L 2000-11-28/35, Art. 37, 026; ED : 01-04-2001>

Deze kopie wordt door de onderzoeksrechter onmiddellijk of binnen achtenveertig uur overhandigd of verstuurd, en onmiddellijk of binnen een maand door de politiediensten.Evenwel, in geval van ernstige en uitzonderlijke omstandigheden kan de onderzoeksrechter, met een met redenen omklede beslissing, het tijdstip van deze mededeling uitstellen, voor een eenmaal hernieuwbare termijn van ten hoogste drie maanden. Deze beschikking wordt opgenomen in het dossier.

Cette copie lui est remise ou adressée par le juge d'instruction immédiatement ou dans les quarante-huit heures et par les services de police immédiatement ou dans le mois. Toutefois, en raison de circonstances graves et exceptionnelles, le juge d'instruction peut, par une décision motivée, retarder le moment de cette communication pendant un délai de trois mois maximum renouvelable une fois. Cette ordonnance est déposée au dossier.

(Wanneer het een minderjarige betreft en wanneer blijkt dat deze het gevaar loopt dat de kopie hem wordt ontnomen of hij het persoonlijke karakter ervan niet kan bewaren, kan de onderzoeksrechter hem de mededeling ervan weigeren, bij een met redenen omklede beslissing. Deze beslissing wordt opgenomen in het dossier.

(Lorsqu'il s'agit d'un mineur et qu'il apparaît qu'il existe un risque pour celui-ci d'être dépossédé de la copie ou de ne pouvoir en préserver le caractère personnel, le juge d'instruction peut, par une décision motivée, lui en refuser la communication. Cette décision est déposee au dossier.

Page 33: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

In dat geval kan de minderjarige, vergezeld door een advocaat of een justitieassistent van de dienst slachtofferonthaal van het parket, een kopie van de tekst van zijn verhoor raadplegen. Evenwel, in geval van ernstige en uitzonderlijke omstandigheden kan de onderzoeksrechter, bij een met redenen omklede beslissing, het tijdstip van deze raadpleging uitstellen voor een eenmaal hernieuwbare termijn van ten hoogste drie maanden. Deze beslissing wordt opgenomen in het dossier.

Dans ce cas, le mineur peut consulter une copie du texte de son audition, accompagné d'un avocat ou d'un assistant de justice du service d'accueil des victimes du parquet. Toutefois, en raison de circonstances graves et exceptionnelles, le juge d'instruction peut, par decision motivée, retarder le moment de cette consultation pendant un délai de trois mois maximum renouvelable une fois. Cette décision est déposée au dossier.

In het geval bedoeld in het vierde lid en zonder afbreuk te doen aan de toepassing van het derde lid, kan de onderzoeksrechter beslissen dat een kosteloze kopie van de tekst van het verhoor van de minderjarige aan de advocaat van deze laatste medegedeeld wordt. Deze beslissing wordt opgenomen in het dossier.) <W 2000-11-28/35, Art. 37, 026; En vigueur : 01-04-2001>

Dans le cas visé à l'alinéa 4 et sans préjudice de l'application de l'alinéa 3, le juge d'instruction peut décider de délivrer une copie gratuite du texte de l'audition du mineur à l'avocat de ce dernier. Cette decision est déposée au dossier.) <L 2000-11-28/35, Art. 37, 026; En vigueur : 01-04-2001>

§ 3. De procureur des Konings kan, met instemming van de onderzoeksrechter en indien het openbaar belang het vereist, aan de pers gegevens verstrekken. Hij waakt voor de inachtneming van het vermoeden van onschuld, de rechten van verdediging van de inverdenkinggestelde, het slachtoffer en derden, het privé-leven en de waardigheid van personen. Voor zover als mogelijk wordt de identiteit van de in het dossier genoemde personen niet vrijgegeven.

§ 3. Le procureur du Roi peut, de l'accord du juge d'instruction et lorsque l'intérêt public l'exige, communiquer des informations à la presse. Il veille au respect de la présomption d'innocence, des droits de la défense des inculpés, des victimes et des tiers, de la vie privée et de la dignité des personnes. Dans la mesure du possible, l'identité des personnes citées dans le dossier n'est pas communiquee.

§ 4. De advocaat kan, indien het belang van zijn cliënt het vereist, aan de pers gegevens verstrekken. Hij waakt voor de inachtneming van het vermoeden van onschuld, de rechten van verdediging van de inverdenkinggestelde, het slachtoffer en derden, het privé-leven, de waardigheid van personen en de regels van het beroep. Voor zover als mogelijk wordt de identiteit van de in het dossier genoemde personen niet vrijgegeven.

§ 4. L'avocat peut, lorsque l'intérêt de son client l'exige. communiquer des informations à la presse. Il veille au respect de la présomption d'innocence, des droits de la defense des inculpés, des victimes et des tiers, de la vie privée, de la dignité des personnes et des regles de la profession. Dans la mesure du possible, l'identité des personnes citées dans le dossier n'est pas communiquée.

Art. 58. (Opeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 42°> Art. 58. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 42°> AFDELING II. - AMBTSVERRICHTINGEN VAN DE ONDERZOEKSRECHTER.

SECTION II. - FONCTIONS DU JUGE D'INSTRUCTION.

ONDERAFDELING I. - GEVALLEN VAN ONTDEKKING OP HETERDAAD.

DISTINCTION I. - DES CAS DE FLAGRANT DELIT.

Art. 59. <W 1998-03-12/39, Art. 10, 016; En vigueur : 1998-10-02> In alle gevallen van ontdekking op heterdaad of de als zodanig besch ouwde gevallen kan de onderzoeksrechter het onderzoek van de feiten aan zich trekken en rechtstreeks de handelingen verrichten die tot de bevoegdheid van de procureur des Konings behoren.

Art. 59. <L 1998-03-12/39, Art. 10, 016 ; En vigueur : 1998-10-02> Dans tous les cas de flagrant délit ou réputés tels, le juge d'instruction peut se saisir des faits et poser directement les actes relevant de la compétence du procureur du Roi.

De onderzoeksrechter geeft daarvan onmiddelijk kennis aan de procureur des Konings om deze in staat te stellen de vorderingen te doen die hij nuttig acht.

Le juge d'instruction informe immédiatement le procureur du Roi pour lui permettre de prendre les réquisitions qu'il juge utiles.

Page 34: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 60. Wanneer het op heterdaad ontdekte misdrijf reeds is vastgesteld en de procureur des Konings de akten en stukken aan de onderzoeksrechter doet toekomen, is deze gehouden onverwijld kennis te nemen van de processtukken.

Art. 60. Lorsque le flagrant délit aura déjà été constaté, et que le (procureur du Roi) transmettra les actes et pièces au juge d'instruction, celui-ci sera tenu de faire, sans délai l'examen de la procédure. <L 10-07-1967, Art. 1, 44°>

Hij kan alle handelingen of die welke hem niet volledig lijken, opnieuw verrichten.

Il peut refaire les actes ou ceux des actes qui ne lui paraîtraient pas complets.

ONDERAFDELING II. - HET ONDERZOEK. DISTINCTION II. - DE L'INSTRUCTION. § 1. ALGEMENE BEPALINGEN. § 1. DISPOSITIONS GENERALES. Art. 61. Buiten de gevallen van ontdekking op heterdaad, verricht de onderzoeksrechter geen daad van onderzoek en van vervolging dan na de processtukken aan de procureur des Konings te hebben meegedeeld. (...) <W 1998-03-12/39, Art. 11, 016; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 61. Hors les cas de flagrant délit, le juge de l'instruction ne fera aucun acte d'instruction et de poursuite qu'il n'ait donné communication de la procedure au (procureur du Roi). (...). <L 1998-03-12/39, Art. 11, 016 ; En vigueur : 1998-10-02>

De onderzoeksrechter vaardigt evenwel, indien daartoe grond bestaat, het bevel tot medebrenging (...) uit, zonder dat (dit bevel) moet zijn voorafgegaan door de conclusie van de procureur des Konings. <W 1998-03-12/39, Art. 11, 016; En vigueur : 1998-10-02>

Néanmoins le juge d'instruction délivrera, s'il y a lieu, le mandat d'amener, (...), sans que (ce mandat) doive être précédé des conclusions du (procureur du Roi). <L 10-07-1967, Art. 1, 45°> <L 1998-03-12/39, Art. 11, 016 ; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 61bis. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 12; En vigueur : 1998-10-02> De onderzoeksrechter gaat over tot de inverdenkingstelling van elke persoon tegen wie ernstige aanwijzingen van schuld bestaan. Deze inverdenkingstelling vindt plaats ter gelegenheid van een verhoor of door kennisgeving aan de betrokkene.

Art. 61bis. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 12 ; En vigueur : 1998-10-02> Le juge d'instruction procède à l'inculpation de toute personne contre laquelle existent des indices sérieux de culpabilité. Cette inculpation est faite lors d'un interrogatoire ou par notification à l'intéressé.

Dezelfde rechten als de inverdenkinggestelde geniet eenieder tegen wie de strafvordering wordt ingesteld in het kader van een gerechtelijk onderzoek.

Bénéficie des mêmes droits que l'inculpé toute personne à l'égard de laquelle l'action publique est engagée dans le cadre de l'instruction.

Art. 61ter. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 13; En vigueur : 1998-10-02> § 1. De niet aangehouden inverdenkinggestelde en de burgerlijke partij kunnen de onderzoeksrechter verzoeken om inzage van (het dossier). <W 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

Art. 61ter. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 13; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. L'inculpé non détenu et la partie civile peuvent demander au juge d'instruction à consulter (le dossier). <L 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 2. Het verzoekschrift houdt keuze van woonplaats in België in, indien de verzoeker er zijn woonplaats niet heeft. Het wordt (toegezonden aan of neergelegd op) de griffie van de rechtbank van eerste aanleg ten vroegste een maand na de inverdenkingstelling, het instellen van de strafvordering of de burgerlijke-partijstelling. Het wordt ingeschreven in een daartoe bestemd register. De griffier zendt hiervan onverwijld een kopie over aan de procureur des Konings. Deze doet de vorderingen die hij nuttig acht. <W 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 2. La requête contient élection de domicile en Belgique si le requérant n'y a pas son domicile. Elle est (adressée ou) déposée au greffe du tribunal de première instance au plus tôt un mois après l'inculpation, l'engagement de l'action publique ou la constitution de partie civile. Elle est inscrite dans un registre ouvert à cet effet. Le greffier en communique sans délai une copie au procureur du Roi. Celui-ci prend les réquisitions qu'il juge utiles. <L 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

Page 35: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De onderzoeksrechter doet uitspraak uiterlijk een maand (na de inschrijving van het verzoekschrift in het register). <W 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

Le juge d'instruction statue au plus tard dans le mois (de l'inscription de la requête dans le registre). <L 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

De beschikking wordt door de griffier medegedeeld aan de procureur des Konings en per faxpost of bij een ter post aangetekende brief ter kennis gebracht van de verzoeker en, in voorkomend geval, van zijn advocaat binnen acht dagen na de beslissing.

L'ordonnance est communiquée par le greffier au procureur du Roi et est notifiée, au requérant et, le cas échéant, à son conseil par télécopie ou par lettre recommandée à la poste dans un délai de huit jours à dater de la décision.

§ 3. De onderzoeksrechter kan de inzage van het dossier of van bepaalde stukken verbieden indien de noodwendigheden van het onderzoek dit vereisen of indien inzage een gevaar zou opleveren voor personen of een ernstige schending van hun privé-leven zou inhouden, indien de burgerlijke-partijstelling niet ontvankelijk lijkt of indien de burgerlijke partij van geen rechtmatige beweegredenen tot het raadplegen van het dossier doet blijken. (De onderzoeksrechter kan voor de niet aangehouden inverdenkinggestelde de inzage beperken tot het deel van het dossier betreffende de feiten die tot de inverdenkingstelling hebben geleid en voor de burgerlijke partij tot dat deel dat tot de burgerlijke partijstelling heeft geleid.) <W 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 3. Le juge d'instruction peut interdire la communication du dossier ou de certaines pièces, si les nécessités de l'instruction le requièrent, si la communication présente un danger pour les personnes ou porte gravement atteinte à leur vie privée, ou si la constitution de partie civile ne paraît pas recevable ou que la partie civile ne justifie pas d'un motif légitime à consulter le dossier. (Le juge d'instruction peut, pour l'inculpé non détenu, limiter la consultation à la partie du dossier concernant les faits ayant conduit à l'inculpation et, pour la partie civile, la limiter à la partie ayant conduit à la constitution de partie civile.) <L 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 4. (Ingeval het verzoek wordt ingewilligd, wordt, onverminderd de eventuele toepassing van § 3, het dossier binnen twintig dagen) na de beschikking van de onderzoeksrechter en ten vroegste na de termijn, bepaald in § 5, eerste lid, in origineel of in kopie, gedurende ten minste achtenveertig uur, voor inzage ter beschikking gesteld van de verzoeker en diens advocaat. De griffier brengt de verzoeker en diens advocaat per faxpost of bij een ter post aangetekende brief op de hoogte van het tijdstip waarop het dossier kan worden ingezien. <W 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 4. (En cas de décision favorable, le dossier est, sans préjudice de l'application éventuelle du § 3, mis à disposition dans les vingt jours) de l'ordonnance du juge d'instruction et au plus tôt après le délai prévu au § 5, alinéa 1er, en original ou en copie, pour être consulté par le requérant et son conseil pendant quarante-huit heures au moins. <L 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001> Le greffier donne avis, par télécopie ou par lettre recommandée à la poste, au requérant et à son conseil, du moment où le dossier pourra être consulté.

De inverdenkinggestelde of de burgerlijke partij kan de door de inzage in het dossier verkregen inlichtingen alleen gebruiken in het belang van zijn verdediging, op voorwaarde dat hij het vermoeden van onschuld in acht neemt, alsook de rechten van verdediging van derden, het privé-leven en de waardigheid van de persoon, onverminderd het recht waarin artikel 61quinquies voorziet.

L'inculpé ou la partie civile ne peut faire usage des renseignements obtenus par la consultation du dossier que dans l'intérêt de sa défense, à la condition de respecter la présomption d'innocence et les droits de la défense de tiers, la vie privée et la dignité de la personne, sans préjudice du droit prévu à l'article 61quinquies.

Page 36: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 5. De procureur des Konings en de verzoeker kunnen bij de kamer van inbeschuldigingstelling de zaak aanbrengen bij een met redenen omkleed verzoekschrift dat wordt (neergelegd bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg, binnen een termijn van acht dagen, en ingeschreven in een daartoe bestemd register). Ten aanzien van de procureur des Konings gaat die termijn in op de dag waarop de beschikking hem wordt meegedeeld en, ten aanzien van de verzoeker, op de dag waarop die hem ter kennis wordt gebracht. De aanwending door de procureur des Konings van het rechtsmiddel heeft opschortende werking ten aanzien van de beschikking van de onderzoeksrechter. <W 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 5. Le procureur du Roi et le requérant peuvent saisir la chambre des mises en accusation d'un recours par requête motivée (déposée au greffe du tribunal de première instance dans un délai de huit jours et inscrite dans un registre ouvert à cet effet). Ce délai court à l'égard du procureur du Roi à compter du jour où l'ordonnance est portée à sa connaissance et à l'égard du requérant, du jour où elle lui est notifiee. Le recours du procureur du Roi a un effet suspensif sur l'exécution de l'ordonnance du juge d'instruction. <L 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

De kamer van inbeschuldigingstelling doet uitspraak zonder debat binnen vijftien dagen (na de neerlegging van het verzoekschrift). <W 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

La chambre des mises en accusation statue sans débat dans les quinze jours du dépôt de la requête.

De griffier stelt de verzoeker en, in voorkomend geval diens advocaat per faxpost of bij een ter post aangetekende brief uiterlijk achtenveertig uur vooraf in kennis van plaats, dag en uur van de zitting.

Le greffier donne avis au requérant et, le cas échéant. à son conseil, par télécopie ou par lettre recommandée à la poste, des lieu, jour et heure de l'audience, au plus tard quarante-huit heures à l'avance.

De procureur-generaal kan zijn schriftelijke vorderingen richten aan de kamer van inbeschuldigingstelling en de onderzoeksrechter kan een rapport richten aan de kamer van inbeschuldigingstelling. De kamer van inbeschuldigingstelling kan afzonderlijk de procureur-generaal, de onderzoeksrechter, de verzoeker of diens advocaat horen.

Le procureur genéral peut transmettre ses réquisitions ecrites et le juge d'instruction peut transmettre un rapport a la chambre des mises en accusation. La chambre des mises en accusation peut entendre séparément le procureur général, le juge d'instruction, le requérant ou son conseil.

§ 6. (Indien de onderzoeksrechter geen uitspraak heeft gedaan binnen de bij § 2, tweede lid, bepaalde termijn, vermeerderd met vijftien dagen, kan de verzoeker zich wenden tot de kamer van inbeschuldigingstelling. Dit recht vervalt indien het met redenen omklede verzoekschrift niet binnen acht dagen is neergelegd op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg. Het verzoekschrift wordt ingeschreven in een daartoe bestemd register. De procedure verloopt overeenkomstig § 5, tweede tot vierde lid.) <W 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 6. (Si le juge d'instruction n'a pas statué dans le délai prévu au § 2, alinéa 2, majoré de quinze jours, le requérant peut saisir la chambre des mises en accusation. Celui-ci est déchu de ce droit si la requête motivée n'est pas déposée, dans les huit jours, au greffe du tribunal de première instance. La requête est inscrite dans un registre ouvert à cet effet. La procédure se déroule conformement au § 5, alinéas 2 à 4.) <L 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 7. De verzoeker mag geen verzoekschrift met hetzelfde voorwerp (toezenden of neerleggen) vooraleer een termijn van drie maanden is verstreken te rekenen van de laatste beslissing die betrekking heeft op hetzelfde voorwerp. <W 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 7. Le requérant ne peut (adresser ni déposer) de requête ayant le même objet avant l'expiration d'un délai de trois mois à compter de la dernière décision portant sur le même objet. <L 2001-07-04/40, Art. 3, 028; En vigueur : 03-08-2001>

Page 37: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 61quater. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 14; En vigueur : 1998-10-02> § 1. Eenieder die geschaad wordt door een onderzoekshandeling met betrekking tot zijn goederen kan aan de onderzoeksrechter de opheffing ervan vragen.

Art. 61quater. <inséré par <L 1998-03-12/39, Art. 14 ; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. Toute personne lésée par un acte d'instruction relatif à ses biens peut en demander la levée au juge d'instruction.

§ 2. Het verzoekschrift wordt met redenen omkleed en houdt keuze van woonplaats in België in, indien de verzoeker er zijn woonplaats niet heeft. Het wordt (toegezonden aan of neergelegd op) de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en ingeschreven in een daartoe bestemd register. De griffier zendt hiervan onverwijld een kopie aan de procureur des Konings. Deze doet de vorderingen die hij nuttig acht. <W 2001-07-04/40, Art. 4, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 2. La requête est motivée et contient élection de domicile en Belgique si le requérant n'y a pas son domicile. Elle est (adressée ou déposée au) au greffe du tribunal de première instance et est inscrite dans un registre ouvert à cet effet. Le greffier en communique sans délai une copie au procureur du Roi. <L 2001-07-04/40, Art. 4, 028; En vigueur : 03-08-2001>Celui-ci prend les réquisitions qu'il juge utiles.

De onderzoeksrechter doet uitspraak uiterlijk binnen vijftien dagen (na de inschrijving van het verzoekschrift in het register). <W 2001-07-04/40, Art. 4, 028; En vigueur : 03-08-2001>

Le juge d'instruction statue au plus tard dans les quinze jours (de l'inscription de la requête dans le registre) <L 2001-07-04/40, Art. 4, 028; En vigueur : 03-08-2001>

De beschikking wordt door de griffier medegedeeld aan de procureur des Konings en per faxpost of bij een ter post aangetekende brief ter kennis gebracht van de verzoeker en, in voorkomend geval, zijn advocaat binnen acht dagen na de beslissing.

L'ordonnance est communiquée par le greffier au procureur du Roi et est notifiée au requérant et, le cas échéant, à son conseil par télécopie ou par lettre recommandée à la poste dans un délai de huit jours à dater de la décision.

§ 3. De onderzoeksrechter kan het verzoek afwijzen, indien hij van oordeel is dat de noodwendigheden van het onderzoek het vereisen, indien door de opheffing van de handeling de rechten van partijen of van derden in het gedrang komen, indien de opheffing van de handeling een gevaar zou opleveren voor personen of goederen, of wanneer de wet in de teruggave of de verbeurdverklaring van de betrokken goederen voorziet.

§ 3. Le juge d'instruction peut rejeter la requête s'il estime que les nécessités de l'instruction le requièrent, lorsque la levée de l'acte compromet la sauvegarde des droits des parties ou des tiers, lorsque la levée de l'acte présente un danger pour les personnes ou les biens, ou dans les cas où la loi prévoit la restitution ou la confiscation desdits biens.

Hij kan een gehele, gedeeltelijke of voorwaardelijke opheffing toestaan. Eenieder die de vastgestelde voorwaarden niet naleeft, wordt gestraft met de straffen bepaald in artikel 507bis van het Strafwetboek.

Il peut accorder une levée totale, partielle ou assortie de conditions. Toute personne qui ne respecte pas les conditions fixées est punie des peines prévues à l'article 507bis du Code pénal.

§ 4. Ingeval het verzoek wordt ingewilligd, kan de onderzoeksrechter voorlopige tenuitvoerlegging van de beslissing uitspreken wanneer vertraging zou leiden tot een onherstelbaar nadeel.

§ 4. En cas de décision favorable, le juge d'instruction peut prononcer l'exécution provisoire de la décision lorsque tout retard pourrait entraîner un préjudice irréparable.

§ 5. De procureur des Konings en de verzoeker kunnen hoger beroep instellen tegen de beschikking van de onderzoeksrechter binnen een termijn van vijftien dagen. Ten aanzien van de procureur des Konings gaat die termijn in op de dag waarop de beschikking hem wordt medegedeeld en, ten aanzien van de verzoeker, op de dag waarop die hem ter kennis wordt gebracht.

§ 5. Le procureur du Roi et le requérant peuvent interjeter appel de l'ordonnance du juge d'instruction dans un délai de quinze jours. Ce délai court à l'égard du procureur du Roi à compter du jour où l'ordonnance est portée à sa connaissance et, à l'égard du requérant, du jour où elle lui est notifiée.

Page 38: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Het hoger beroep wordt ingesteld door verklaring gedaan op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en ingeschreven in een daartoe bestemd register.

L'appel est interjeté par déclaration au greffe du tribunal de première instance et inscrite dans un registre ouvert à cet effet.

De procureur des Konings zendt de stukken over aan de procureur-generaal, die ze ter griffie neerlegt.

Le procureur du Roi transmet les pièces au procureur général qui les dépose au greffe.

De kamer van inbeschuldigingstelling doet uitspraak binnen vijftien dagen na de neerlegging van de verklaring. Deze termijn is geschorst tijdens de duur van het uitstel verleend op vraag van de verzoeker of van zijn advocaat.

La chambre des mises en accusation statue dans les quinze jours du dépôt de la déclaration. Ce délai est suspendu pendant le temps de la remise accordée à la demande du requérant ou de son conseil.

De griffier stelt de verzoeker en zijn advocaat per faxpost of bij een ter post aangetekende brief, uiterlijk achtenveertig uur vooraf, in kennis van plaats, dag en uur van de zitting.

Le greffier donne avis au requérant et à son conseil, par télécopie ou par lettre recommandée à la poste, des lieu, jour et heure de l'audience, au plus tard quarante-huit heures à l'avance.

De procureur-generaal, de verzoeker en zijn advocaat worden gehoord.

Le procureur général, le requérant et son conseil sont entendus.

Het hoger beroep heeft opschortende werking, tenzij voorlopige tenuitvoerlegging is bevolen.

Sauf lorsque l'exécution provisoire a été ordonnee, l'appel est suspensif.

De verzoeker die in het ongelijk wordt gesteld, kan veroordeeld worden in de kosten.

Le requérant qui succombe peut être condamné aux frais.

§ 6. (Indien de onderzoeksrechter geen uitspraak heeft gedaan binnen de bij § 2, tweede lid, bepaalde termijn, vermeerderd met vijftien dagen, kan de verzoeker zich wenden tot de kamer van inbeschuldigingstelling. Dit recht vervalt indien het met redenen omklede verzoekschrift niet binnen acht dagen is neergelegd op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg. Het verzoekschrift wordt ingeschreven in een daartoe bestemd register. De procedure verloopt overeenkomstig § 5, derde tot zesde lid.) <W 2001-07-04/40, Art. 4, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 6. (Si le juge d'instruction n'a pas statue dans le délai prévu au § 2, alinéa 2, majoré de quinze jours, le requérant peut saisir la chambre des mises en accusation. Celui-ci est déchu de ce droit si la requête motivée n'a pas été déposée, dans les huit jours, au greffe du tribunal de première instance. La requête est inscrite dans un registre ouvert à cet effet. La procédure se déroule conformément au § 5, alinéas 3 à 6.) <L 2001-07-04/40, Art. 4, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 7. De verzoeker mag geen verzoekschrift met hetzelfde voorwerp (toezenden of neerleggen) vooraleer een termijn van drie maanden is verstreken te rekenen van de laatste beslissing die betrekking heeft op hetzelfde voorwerp. <W 2001-07-04/40, Art. 4, 028; En vigueur : 03-08-2001>.

§ 7. Le requérant ne peut (adresser ni déposer) de requete ayant le même objet avant l'expiration d'un délai de trois mois à compter de la dernière décision portant sur le même objet. <L 2001-07-04/40, Art. 4, 028; En vigueur : 03-08-2001>

Art. 61quinquies. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 15; En vigueur : 1998-10-02> § 1. De inverdenkinggestelde en de burgerlijke partij kunnen de onderzoeksrechter verzoeken een bijkomende onderzoekshandeling te verrichten.

Art. 61quinquies. <inséré par L <L 1998-03-12/39, Art. 15 ; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. L'inculpé et la partie civile peuvent demander au juge d'instruction l'accomplissement d'un acte d'instruction complémentaire.

Page 39: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 2. Het verzoekschrift wordt met redenen omkleed en houdt keuze van woonplaats in België in, indien de verzoeker er zijn woonplaats niet heeft; het beschrijft nauwkeurig de gevraagde onderzoekshandeling, dit op straffe van niet-ontvankelijkheid. Het wordt (toegezonden aan of neergelegd op) de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en ingeschreven in een daartoe bestemd register. De griffier zendt hiervan onverwijld een kopie aan de procureur des Konings. Deze doet de vorderingen die hij nuttig acht. <W 2001-07-04/40, Art. 5, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 2. La requête est motivée et contient élection de domicile en Belgique si le requérant n'y a pas son domicile; elle décrit avec précision l'acte d'instruction sollicité, et ce, à peine d'irrecevabilité. Elle est (adressée ou déposée au) greffe du tribunal de première instance et est inscrite dans un registre ouvert à cet effet. Le greffier en communique sans délai une copie au procureur du Roi. Celui-ci prend les réquisitions qu'il juge utiles. <L 2001-07-04/40, Art. 5, 028; En vigueur : 03-08-2001>

De onderzoeksrechter doet uitspraak (op straffe van nietigheid van zijn beschikking) uiterlijk binnen een maand (na de inschrijving van het verzoekschrift in het register). Deze termijn wordt teruggebracht tot acht dagen indien een van de inverdenkinggestelden zich in voorlopige hechtenis bevindt. <W 2001-07-04/40, Art. 5, 028; En vigueur : 03-08-2001> <W 2001-07-04/40, Art. 5, 028; En vigueur : 03-08-2001>

Le juge d'instruction statue (, à peine de nullité de son ordonnance,) au plus tard dans le mois (de l'inscription de la requête dans le registre). Ce délai est ramené à huit jours si un des inculpés se trouve en détention préventive. <L 2001-07-04/40, Art. 5, 028; En vigueur : 03-08-2001> <L 2001-07-04/40, Art. 5, 028; En vigueur : 03-08-2001>

De beschikking wordt door de griffier medegedeeld aan de procureur des Konings en per faxpost of bij een ter post aangetekende brief ter kennis gebracht van de verzoeker en, in voorkomend geval, zijn advocaat binnen acht dagen na de beslissing.

L'ordonnance est communiquée au procureur du Roi par le greffier, notifiée au requérant et, le cas échéant, à son conseil, par télécopie ou par lettre recommandée, dans un délai de huit jours à dater de la decision.

§ 3. De onderzoeksrechter kan dit verzoek afwijzen indien hij de maatregel niet noodzakelijk acht om de waarheid aan de dag te brengen of indien hij deze maatregel op dat ogenblik nadelig acht voor het onderzoek.

§ 3. Le juge d'instruction peut rejeter cette demande s'il estime que la mesure n'est pas nécessaire à la manifestation de la vérité, ou est, à ce moment, préjudiciable à l'instruction.

§ 4. Tegen de beschikking van de onderzoeksrechter kan hoger beroep worden ingesteld overeenkomstig artikel 61quater, § 5.

§ 4. L'ordonnance du juge d'instruction est susceptible de recours conformément à l'article 61quater, § 5.

§ 5. Indien de onderzoeksrechter geen uitspraak heeft gedaan binnen de bij § 2, tweede lid, bepaalde termijn (vermeerderd met vijftien dagen) , kan de verzoeker zich tot de kamer van inbeschuldigingstelling wenden overeenkomstig artikel 61quater, § 6. <W 2001-07-04/40, Art. 5, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 5. Si le juge d'instruction n'a pas statué dans le délai prévu au § 2, alinéa 2, (majoré de quinze jours,) le requérant peut saisir la chambre des mises en accusation conformément à l'article 61quater, § 6. <L 2001-07-04/40, Art. 5, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 6. De verzoeker mag geen verzoekschrift met hetzelfde voorwerp (toezenden of neerleggen) vooraleer een termijn van drie maanden is verstreken te rekenen van de laatste beslissing die betrekking heeft op hetzelfde voorwerp. <W 2001-07-04/40, Art. 5, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 6. Le requérant ne peut (adresser ou déposer) de requête ayant le même objet avant l'expiration d'un délai de trois mois à compter de la dernière décision portant sur le même objet. <L 2001-07-04/40, Art. 5, 028; En vigueur : 03-08-2001>

Art. 62. Wanneer de onderzoeksrechter zich ter plaatse begeeft, wordt hij altijd vergezeld door de procureur des Konings en door de griffier van de rechtbank.

Art. 62. Lorsque le juge d'instruction se transportera sur les lieux, il sera toujours accompagné du (procureur du Roi) et du greffier du tribunal. <L 10-07-1967, Art. 1, 44°>

Page 40: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 62bis. <W 27-03-1969, Art. 2> De onderzoeksrechter van de plaats van de misdaad of het wanbedrijf, die van de plaats waar de verdachte blijft (,die van de maatschappelijke zetel van de rechtspersoon, die van de bedrijfszetel van de rechtspersoon) en die van de plaats waar de verdachte kan worden gevonden, zijn gelijkelijk bevoegd. <W 1999-05-04/60, Art. 14, 024; En vigueur : 02-07-1999>

Art. 62bis. <L 27-03-1969, Art. 2> Sont également compétents le juge d'instruction du lieu du crime ou délit, celui de la résidence du prévenu (celui du siège social de la personne morale, celui du siège d'exploitation de la personne morale) et celui du lieu où le prévenu pourra être trouvé. <L 1999-05-04/60, Art. 14, 024; En vigueur : 02-07-1999>

(De onderzoeksrechter die binnen die bevoegdheid kennis krijgt van een misdrijf, kan buiten zijn arrondissement alle handelingen verrichten of gelasten die tot zijn bevoegdheid behoren op het gebied van gerechtelijke politie, opsporing of gerechtelijk onderzoek. Hij stelt de procureur des Konings van het arrondissement waar de handeling verricht moet worden, hiervan in kennis.) <W 1998-03-12/39, Art. 16, 016; En vigueur : 1998-10-02>

(Le juge d'instruction, saisi d'une infraction dans les limites de cette compétence, peut procéder ou faire procéder hors de son arrondissement à tous actes de police judiciaire, d'information ou d'instruction relevant de ses attributions. Il en avise le procureur du Roi de l'arrondissement dans lequel l'acte doit être accompli.) <L 1998-03-12/39, Art. 16, 016 ; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 62ter. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 17; En vigueur : 1998-10-02> In geval van tekortkoming van met een onderzoek belaste officieren van gerechtelijke politie meldt de onderzoeksrechter dit aan de procureur-generaal en aan de bevoegde tuchtoverheid.

Art. 62ter. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 17; ED : 1998-10-02> En cas de manquement des officiers de police judiciaire chargés de l'enquête, le juge d'instruction le signale au procureur général et à l'autorité disciplinaire compétente.

§ 2. KLACHTEN. § 2. DES PLAINTES. Art. 63. <W 27-03-1969, Art. 3> Hij die beweert door een misdaad of een wanbedrijf te zijn benadeeld, kan daarover bij de bevoegde onderzoeksrechter klacht doen en zich burgerlijke partij stellen.

Art. 63. <L 27-03-1969, Art. 3> Toute personne qui se prétendra lésée par un crime ou délit pourra en rendre plainte et se constituer partie civile devant le juge d'instruction compétent.

Art. 64. De klachten die aan de procureur des Konings zijn gericht, (kunnen door hem samen met zijn vordering aan de onderzoeksrechter worden doorgegeven); die welke bij de hulpofficieren van politie zijn ingediend, worden door hen gezonden aan de procureur des Konings, die ze eveneens samen met zijn vordering aan de onderzoeksrechter doet toekomen. <W 1998-03-12/39, Art. 18, 016; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 64. Les plaintes qui auraient été adressées au (procureur du Roi) (pourront être par lui transmises) au juge d'instruction avec son réquisitoire; celles qui auraient éte présentées aux officiers auxiliaires de police seront par eux envoyées au (procureur du Roi), et transmises par lui au juge d'instruction, aussi avec son requisitoire. <L 10-07-1967, Art. 1, 44°> <L 1998-03-12/39, Art. 18, 016 ; En vigueur : 1998-10-02>

In correctionele zaken kan de benadeelde partij zich rechtstreeks tot de correctionele rechtbank wenden in de vorm die hierna geregeld wordt.

Dans les matières du ressort de la police correctionnelle, la partie lésée pourra s'adresser directement au tribunal correctionnel, dans la forme qui sera ci après réglée.

Art. 65. De bepalingen van artikel 31 betreffende de aangiften gelden eveneens voor de klachten.

Art. 65. Les dispositions de l'article 31 concernant les dénonciations seront communes aux plaintes.

Page 41: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 66. De klagers worden alleen dan als burgerlijke partij beschouwd, indien zij het uitdrukkelijk verklaren, hetzij bij de klacht, hetzij bij een latere akte, of indien zij bij een van die akten een conclusie tot schadevergoeding nemen; zij mogen binnen vierentwintig uren daarvan afstand doen; in geval van afstand zijn zij niet gehouden tot betaling van de kosten gemaakt nadat de afstand is betekend, onverminderd schadevergoeding jegens de verdachten, indien daartoe grond bestaat.

Art. 66. Les plaignants ne seront réputés partie civile s'ils ne le déclarent formellement, soit par la plainte, soit par acte subséquent, ou s'ils ne prennent, par l'un ou par l'autre, des conclusions en dommages-intérêts; ils pourront se départir dans les vingt-quatre heures; dans le cas du désistement, ils ne sont pas tenus des frais depuis qu'il aura été signifié sans préjudice neanmoins des dommages-intérêts des (inculpés), s'il y a lieu. <L 10-07-1967, Art. 1, 249°>

Art. 67. De klagers kunnen zich burgerlijke partij stellen in elke stand van het geding, tot de sluiting van de debatten, maar na het vonnis kan hun afstand in geen geval geldig zijn, al wordt hij gedaan binnen vierentwintig uren na hun verklaring dat zij zich burgerlijke partij stellen.

Art. 67. Les plaignants pourront se porter partie civile en tout état de cause jusqu'à la clôture des débâts; mais en aucun cas leur désistement après le jugement ne peut être valable, quoiqu'il ait été donné dans les vingt-quatre heures de leur déclaration qu'ils se portent partie civile.

Art. 68. (Elke burgerlijke partij is gehouden in België keuze van woonplaats te doen, indien zij er haar woonplaats niet heeft.) <W 1998-03-12/39, Art. 19, 016; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 68. (Toute partie civile est tenue d'élire domicile en Belgique, si elle n'y a pas son domicile.) <L 1998-03-12/39, Art. 19, 016 ; En vigueur : 1998-10-02>

Heeft de burgerlijke partij geen woonplaats gekozen, dan kan zij het verzuim van de betekening niet inroepen tegen de akten die haar luidens de wet moesten worden betekend.

A défaut d'élection de domicile par la partie civile, elle ne pourra opposer le défaut de signification contre les actes qui auraient dû lui être signifiés aux termes de la loi.

Art. 69. Ingeval de onderzoeksrechter niet is de onderzoeksrechter van de plaats van de misdaad of het wanbedrijf, noch die van de verblijfplaats van de verdachte, noch die van de plaats waar deze kan worden gevonden (noch die van de maatschappelijke zetel van de rechtspersoon, noch die van de bedrijfszetel van de rechtspersoon), verwijst hij de klacht naar de onderzoeksrechter die bevoegd is om ervan kennis te nemen. <W 1999-05-04/60, Art. 15, 024; En vigueur : 02-07-1999>

Art. 69. Dans le cas où le juge d'instruction ne serait ni celui du lieu du crime ou délit, ni celui de la résidence (de l'inculpé), ni celui du lieu où il pourra être trouvé (, ni celui du siège social de la personne morale, ni celui du siège d'exploitation de la personne morale), il renverra la plainte devant le juge d'instruction qui pourrait en connaître. <L 10-07-1967, Art. 1, 48°> <L 1999-05-04/60, Art. 14, 024; En vigueur : 02-07-1999>

Art. 70. De onderzoeksrechter die bevoegd is om van de klacht kennis te nemen, gelast de mededeling ervan aan de procureur des Konings, die zal vorderen zoals het behoort.

Art. 70. Le juge d'instruction compétent pour connaître de la plainte en ordonnera la communication au (procureur du Roi), pour être par lui requis ce qu'il appartiendra. <L 10-07-1967, Art. 1, 49°>

§ 2bis. OVER HET VERHOOR IN HET ALGEMEEN <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 20; En vigueur : 1998-10-02>

§ 2bis. DE L'AUDITION EN GENERAL <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 20; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 70bis. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 20; En vigueur : 1998-10-02> De bepalingen van artikel 47bis zijn van toepassing op de ondervragingen die plaatsvinden in het kader van een gerechtelijk onderzoek.

Art. 70bis. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 20; ED : 1998-10-02> Les dispositions prévues à l'article 47bis sont applicables aux interrogatoires effectués dans le cadre de l'instruction.

§ 3. VERHOOR VAN DE GETUIGEN. § 3. DE L'AUDITION DES TEMOINS.

Page 42: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 71. De onderzoeksrechter doet voor zich de personen dagvaarden, die door de aangifte, door de klacht, door de procureur des Konings of op andere wijze worden aangewezen als kennis dragende, hetzij van de misdaad of het wanbedrijf, hetzij van de omstandigheden ervan.

Art. 71. Le juge d'instruction fera citer devant lui les personnes qui auront été indiquées par la dénonciation, par la plainte, par le (procureur du Roi) ou autrement, comme ayant connaissance, soit du crime ou délit, soit de ses circonstances. <L 10-07-1967, Art. 1, 49°>

Art. 72. De getuigen worden gedagvaard door een (gerechtsdeurwaarder) of door een agent van de openbare macht, op verzoek van de procureur des Konings. <W 05-07-1963, Art. 48, § 4>

Art. 72. Les témoins seront cités par un huissier (de justice), ou par un agent de la force publique, à la requête du (procureur du Roi). <L 05-07-1963, Art. 48, § 4> <L 10-07-1967, Art. 1, 49°>

Art. 73. Zij worden, ieder afzonderlijk en buiten de aanwezigheid van de verdachte, gehoord door de onderzoeksrechter, bijgestaan door zijn griffier.

Art. 73. Ils seront entendus séparément, et hors de la présence (de l'inculpé), par le juge d'instruction, assisté de son greffier. <L 10-07-1967, Art. 1, 249°>

Art. 74. Vooraleer te worden gehoord, vertonen zij de dagvaarding waarbij zij zijn opgeroepen om te getuigen; daarvan wordt melding gemaakt in het proces-verbaal.

Art. 74. Ils représenteront avant d'être entendus la citation qui leur aura été donnee pour déposer; et il en sera fait mention dans le procès-verbal.

Art. 75. De getuigen leggen de eed af dat zij de gehele waarheid en niets dan de waarheid zullen zeggen; de onderzoeksrechter vraagt ze hun naam, voornamen, leeftijd, staat, beroep, woonplaats, of zij dienstbode, bloedverwant of aanverwant van de partijen zijn en in welke graad; van de vraag en van de antwoorden der getuigen wordt melding gemaakt.

Art. 75. Les témoins prêteront serment de dire toute la verité, rien que la vérité; le juge d'instruction leur demandera leurs noms, prénoms, âge, état, profession, demeure, s'ils sont domestiques, parents ou alliés des parties, et à quel degré; il sera fait mention de la demande et des réponses des témoins.

Art. 75bis. <ingevoegd door W 2002-04-08/51, Art. 2; En vigueur : 01-11-2002> De onderzoeksrechter kan hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek van de getuige of van de persoon tegen wie de strafvordering wordt ingesteld in het kader van een gerechtelijk onderzoek, de inverdenkinggestelde, de burgerlijke partij of hun raadslieden, hetzij op vordering van het openbaar ministerie, beslissen dat in het proces-verbaal van verhoor geen melding zal worden gemaakt van bepaalde van de identiteitsgegevens bedoeld in artikel 75, indien er een redelijk vermoeden bestaat dat de getuige of een persoon uit diens naaste omgeving, ten gevolge van het bekendmaken van deze gegevens en van het afleggen van zijn verklaring een ernstig nadeel zou kunnen ondervinden. De onderzoeksrechter maakt in een proces-verbaal melding van de redenen waarom hij hiertoe besluit. Tegen de beschikking van de onderzoeksrechter waarbij hij de gedeeltelijke anonimiteit toekent of weigert, staat geen rechtsmiddel open.

Art. 75bis. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 2; ED : 01-11-2002> Le juge d'instruction peut décider, soit d'office, soit à la demande du témoin ou de la personne à l'égard de laquelle l'action publique est engagée dans le cadre de l'instruction, de l'inculpé, de la partie civile ou de leurs conseils, soit sur réquisition du ministère public, qu'il ne sera pas fait mention dans le procès-verbal d'audition de certaines des données d'identité prévues à l'article 75, s'il existe une présomption raisonnable que le témoin, ou une personne de son entourage, pourrait subir un préjudice grave à la suite de la divulgation de ces données et de sa déposition. Les raisons qui ont incité le juge d'instruction à prendre cette décision sont indiquées dans un procès-verbal. L'ordonnance du juge d'instruction par laquelle il accorde ou refuse l'anonymat partiel n'est susceptible d'aucun recours.

De procureur des Konings houdt een register bij van alle getuigen van wie identiteitsgegevens overeenkomstig dit artikel niet zijn opgenomen in het proces-verbaal van verhoor.

Le procureur du Roi tient un registre de tous les témoins dont des données d'identité, conformément à cet article, ne figurent pas au procès-verbal d'audition.

Page 43: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De procureur des Konings en de onderzoeksrechter nemen ieder voor zich de maatregelen die redelijkerwijze nodig zijn om de onthulling van de in het eerste lid bedoelde identiteitsgegevens te voorkomen.

Le procureur du Roi et le juge d'instruction prennent, chacun pour ce qui le concerne, les mesures raisonnablement nécessaires pour éviter la divulgation des données d'identité, visées à l'alinéa 1.

Art. 75ter. <ingevoegd bij 2002-04-08/51, Art. 3; ED : 01-11-2002> In afwijking van artikel 75 dient geen melding te worden gemaakt van de woonplaats van de personen die in de uitoefening van hun beroepsactiviteit belast zijn met de vaststelling van en het onderzoek naar een misdrijf of naar aanleiding van de toepassing van de wet kennis nemen van omstandigheden waarin het misdrijf werd gepleegd en die in die hoedanigheid als getuigen worden gehoord. In plaats daarvan is het hun toegestaan hun dienstadres of het adres waarop zij gewoonlijk hun beroep uitoefenen op te geven. De dagvaarding om te getuigen kan regelmatig op dat adres worden betekend.

Art. 75ter. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 3; En vigueur : 01-11-2002> Par dérogation à l'article 75, il ne faut pas faire état de la demeure des personnes qui, dans l'exercice de leurs activités professionnelles, sont chargées de la constatation et de l'instruction d'une infraction ou qui, à l'occasion de l'application de la loi, prennent connaissance des circonstances dans lesquelles l'infraction a été commise, et qui sont en cette qualité entendues comme témoins. En lieu et place, ils peuvent indiquer leur adresse de service ou l'adresse à laquelle ils exercent habituellement leur profession. La citation à témoigner peut être régulièrement signifiée à cette adresse.

Art. 76. De getuigenissen worden getekend door de rechter, door de griffier en door de getuige, nadat deze daarvan voorlezing heeft gekregen en hij verklaard heeft daarbij te volharden; indien de getuige niet wil of niet kan tekenen, wordt daarvan melding gemaakt.

Art. 76. Les dépositions seront signées du juge, du greffier et du témoin, après que lecture lui en aura été faite et qu'il aura déclaré y persister; si le témoin ne veut ou ne peut signer, il en sera fait mention.

Elke bladzijde van de processen-verbaal van onderzoek wordt getekend door de rechter en door de griffier.

Chaque page du cahier d'information sera signée par le juge et par le greffier.

Art. 77. De vormen bij (de artikelen 74 tot 76) voorgeschreven worden in acht genomen op straffe van vijftig frank geldboete tegen de griffier, en zelfs van het aanwenden tegen de onderzoeksrechter van verhaal op de rechter, indien daartoe grond bestaat. <W 2002-04-08/51, Art. 4, 031; En vigueur : 01-11-2002>,

Art. 77. Les formalités prescrites par (les articles 74 à 76) seront remplies, a peine de cinquante francs d'amende contre le greffier, même, s'il y a lieu, de prise à partie contre le juge d'instruction. <L 2002-04-08/51, Art. 4, 031; En vigueur : 01-11-2002>

Art. 78. Er mag niet tussen de regels geschreven worden; doorhalingen en verwijzingen worden door de onderzoeksrechter, door de griffier en door de getuige goedgekeurd en getekend, op straffe van wat in het vorige artikel bepaald is. Het tussen de regels geschrevene, de niet goedgekeurde doorhalingen en verwijzingen worden als niet bestaande beschouwd.

Art. 78. Aucun interligne ne pourra être fait : les ratures et les renvois seront approuvés et signés par le juge d'instruction, par le greffier et par le témoin, sous les peines portées en l'article précédent. Les interlignes, ratures et renvois non approuvés, seront réputés non avenus.

Art. 79. Kinderen van het mannelijke of vrouwelijke geslacht beneden de leeftijd van vijftien jaar mogen gehoord worden, bij wijze van eenvoudige verklaring en zonder eedaflegging.

Art. 79. Les enfants de l'un et de l'autre sexe, au-dessous de l'âge de quinze ans, pourront être entendus, par forme de déclaration et sans prestation de serment.

Page 44: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 80. Hij die gedagvaard wordt om als getuige te worden gehoord, is gehouden te verschijnen en aan de dagvaarding te voldoen; anders kan hij daartoe genoodzaakt worden door de onderzoeksrechter, die te dien einde op de conclusie van de procureur des Konings, zonder verdere vormen, zonder termijn en zonder hoger beroep, een geldboete van ten hoogste honderd frank uitspreekt, en kan bevelen dat de gedaagde lichamelijk zal worden gedwongen om zijn getuigenis te komen afleggen.

Art. 80. Toute personne citée pour être entendue en témoignage, sera tenue de comparaître et de satisfaire à la citation; sinon, elle pourra y être contrainte par le juge d'instruction, qui, à cet effet, sur les conclusions du (procureur du Roi), sans autre formalité ni délai, et sans appel, prononcera une amende qui n'excèdera pas cent francs, et pourra ordonner que la personne citée sera contrainte par corps à venir donner son témoignage. <L 10-07-1967, Art. 1, 49°>

Art. 81. De getuige die aldus tot geldboete is veroordeeld wegens een eerste niet-verschijning en die na een tweede dagvaarding aan de onderzoeksrechter wettige redenen van verschoning voorlegt, kan op de conclusie van de procureur des Konings van de geldboete worden ontheven.

Art. 81. Le témoin ainsi condamné à l'amende sur le premier défaut, et qui, sur la seconde citation, produira devant le juge d'instruction des excuses légitimes, pourra, sur les conclusions du (procureur du Roi), être déchargé de l'amende. <L 10-07-1967, Art. 1, 49°>

Art. 82. Wanneer een getuige vergoeding vraagt, wordt het bedrag ervan door de onderzoeksrechter begroot.

Art. 82. Chaque témoin qui demandera une indemnité sera taxé par le juge d'instruction.

Art. 83. Blijkt uit het getuigschrift van een geneesheer dat getuigen zich in de onmogelijkheid bevinden om op de aan hen gedane dagvaardingen te verschijnen, dan begeeft de onderzoeksrechter zich in hun woning, als zij in het kanton van het vredegerecht wonen waar de onderzoeksrechter zijn standplaats heeft.

Art. 83. Lorsqu'il sera constaté, par le certificat d'un (médecin), que des témoins se trouvent dans l'impossibilité de comparaître sur la citation qui leur aura été donnée, le juge d'instruction se transportera en leur demeure, quand ils habiteront dans le canton de la justice de paix du domicile du juge d'instruction. <L 10-07-1967, Art. 1, 50°>

Indien de getuigen buiten het kanton wonen, kan de onderzoeksrechter de vrederechter van hun woonplaats opdracht geven om hun getuigenis af te nemen, en hij zendt aan de vrederechter nota's en inlichtingen om de feiten te doen kennen waarover zij moeten worden gehoord.

Si les témoins habitent hors du canton, le juge d'instruction pourra commettre le juge de paix de leur habitation à l'effet de recevoir leur déposition, et il enverra au juge de paix des notes et instructions qui feront connaître les faits sur lesquels les témoins devront déposer.

Art. 84. Indien de getuigen buiten het arrondissement van de onderzoeksrechter wonen, verzoekt deze de onderzoeksrechter van het arrondissement waarin de getuigen wonen, zich bij hen te begeven ten einde hun getuigenis af te nemen.

Art. 84. Si les témoins résident hors de l'arrondissement du juge d'instruction, celui-ci requerra le juge d'instruction de l'arrondissement dans lequel les témoins sont résidants de se transporter auprès d'eux pour recevoir leurs dépositions.

Ingeval de getuigen niet wonen in het kanton van de aldus aangezochte onderzoeksrechter, kan deze de vrederechter van hun woonplaats opdracht geven om hun getuigenis af te nemen, zoals bepaald in het vorige artikel.

Dans le cas où les témoins n'habiteraient pas le canton du juge d'instruction ainsi requis, il pourra commettre le juge de paix de leur habitation, à l'effet de recevoir leurs dépositions, ainsi qu'il est dit dans l'article précédent.

Art. 85. De rechter die ingevolge de artikelen 83 en 84 hiervoren de getuigen heeft verhoord, zendt hun verklaringen gesloten en verzegeld aan de onderzoeksrechter van de rechtbank waarbij de zaak aanhangig is.

Art. 85. Le juge qui aura recu les dépositions, en conséquence des articles 83 et 84 ci-dessus, les enverra closes et cachetées au juge d'instruction du tribunal saisi de l'affaire.

Page 45: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 86. Indien de getuige bij wie de rechter zich in de gevallen van de drie vorige artikelen heeft begeven, niet in de onmogelijkheid verkeerde om op de hem gedane dagvaarding te verschijnen, vaardigt de rechter een bevel tot bewaring uit tegen de getuige en tegen de geneesheer die het hierboven vermelde getuigschrift heeft afgegeven.

Art. 86. Si le témoin auprès duquel le juge se sera transporté, dans les cas prévus par les trois articles précédents, n'était pas dans l'impossibilité de comparaître sur la citation qui lui avait été donnée, le juge décernera un mandat de dépôt contre le témoin et (le médecin) qui aura délivre le certificat ci-dessus mentionné.

De voor zulk een geval bepaalde straf wordt in de bij artikel 80 voorgeschreven vorm uitgesproken door de onderzoeksrechter van dezelfde plaats en op vordering van de procureur des Konings.

La peine portée en pareil cas sera prononcée par le juge d'instruction du même lieu, et sur la réquisition du (procureur du Roi), en la forme prescrite par l'article 80. <L 10-07-1967, Art. 1, 51°>

§ 3bis. ANONIEME GETUIGENISSEN. <ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002>

3bis. DES TEMOIGNAGES ANONYMES. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002>

Art. 86bis. <ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002> § 1. Indien de beschermingsmaatregel bedoeld in artikel 75bis niet lijkt te volstaan, kan de onderzoeksrechter hetzij ambtshalve, hetzij op vordering van het openbaar ministerie, in voorkomend geval op verzoek van de persoon tegen wie een opsporingsonderzoek loopt, hetzij op verzoek van de getuige of van de persoon tegen wie de strafvordering wordt ingesteld in het kader van een gerechtelijk onderzoek, de inverdenkinggestelde of de burgerlijke partij of hun raadslieden bevelen dat de identiteit van de getuige verborgen zal worden gehouden op de wijze in artikel 86ter bepaald, op voorwaarde :

Art. 86bis. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002> § 1er. Si la mesure de protection prévue à l'article 75bis ne semble pas suffisante, le juge d'instruction peut ordonner soit d'office, soit sur réquisition du ministère public, à la suite, le cas échéant, de la demande d'une personne faisant l'objet d'une information, soit à la demande du témoin ou de la personne à l'égard de laquelle l'action publique est engagée dans le cadre de l'instruction, de l'inculpé ou de la partie civile ou de leurs conseils que l'identité du témoin soit tenue secrète de la manière arrêtée à l'article 86ter :

1° dat er kan worden aangenomen dat de getuige of een persoon uit diens naaste omgeving zich redelijkerwijze door het afleggen van de getuigenis ernstig in zijn integriteit bedreigd voelt, en dat de getuige te kennen gegeven heeft wegens deze bedreiging geen verklaring te willen afleggen, of

1° s'il peut être admis que le témoin ou une personne de son entourage peut raisonnablement se sentir gravement menacé dans son intégrité en raison du témoignage, et si le témoin a fait part de son intention de ne pas déposer à cause de cette menace, ou�

2° dat er precieze en ernstige aanwijzingen bestaan dat deze getuige of een persoon uit diens naaste omgeving gevaar loopt, indien de getuige officier of agent van gerechtelijke politie is.

2° s'il existe des indications précises et sérieuses que ce témoin ou une personne de son entourage court un danger, si le témoin est un officier ou un agent de police judiciaire.

Page 46: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 2. De identiteit van de getuige kan enkel verborgen worden gehouden overeenkomstig artikel 86ter indien er precieze en ernstige aanwijzingen bestaan dat de feiten waarover een getuigenverklaring zal worden afgelegd een misdrijf uitmaken zoals bedoeld in artikel 90ter , §§ 2 tot 4, of enig misdrijf dat werd gepleegd in het kader van een criminele organisatie als bedoeld in artikel 324bis van het Strafwetboek, of een overtreding op de wet van 16 juni 1993 betreffende de bestraffing van de ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht, indien het onderzoek naar deze feiten zulks vereist en indien de overige middelen van onderzoek niet lijken te volstaan om de waarheid aan de dag te brengen.

§ 2. L'identité du témoin peut seulement être tenue secrète, conformément a l'article 86ter, s'il existe des indications précises et sérieuses que les faits à propos desquels il sera déposé, constituent une infraction visée à l'article 90ter , §§ 2 à 4, ou toute infraction qui a été commise dans le cadre d'une organisation criminelle, visée à l'article 324bis du Code pénal, ou une infraction à la loi du 16 juin 1993 relative à la répression des violations graves du droit international humanitaire, si l'instruction de ces faits l'exige et si les autres moyens d'instruction ne semblent pas suffire à la manifestation de la vérité.

§ 3. Vooraleer de onderzoeksrechter een beslissing neemt, neemt hij kennis van de volledige identiteit van de getuige en onderzoekt hij diens betrouwbaarheid.

§ 3. Avant de décider, le juge d'instruction prend connaissance de l'identité complète du témoin et contrôle sa fiabilité.

§ 4. De overeenkomstig § 1 verleende beschikking wordt met redenen omkleed, gedagtekend en ondertekend en maakt melding van de toepassing van de voorgaande paragrafen evenals van de wijze waarop de onderzoeksrechter de betrouwbaarheid van de getuige heeft onderzocht, dit alles op straffe van nietigheid van de met toepassing van artikel 86ter afgelegde getuigenverklaring.

§ 4. L'ordonnance rendue conformément au § 1er est motivée, datée et signée. Elle mentionne l'application des paragraphes ci-avant et la manière dont le juge d'instruction a vérifié la fiabilité du témoin, le tout à peine de nullité du témoignage effectué en application de l'article 86ter.

§ 5. Tegen de beschikking van de onderzoeksrechter waarbij hij de volledige anonimiteit toekent of weigert, staat geen rechtsmiddel open.

§ 5. L'ordonnance du juge d'instruction par laquelle il accorde ou refuse l'anonymat complet n'est susceptible d'aucun recours.

§ 6. De procureur des Konings houdt een register bij van alle getuigen van wie de identiteit overeenkomstig dit artikel verborgen wordt gehouden.

§ 6. Le procureur du Roi tient un registre de tous les témoins dont l'identité, conformément à cet article, est tenue secrète.

Art. 86ter. <ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002> De beschikking waarbij de onderzoeksrechter overeenkomstig artikel 86bis beveelt dat de identiteit van de getuige verborgen zal worden gehouden, wordt door de griffier aan de procureur des Konings meegedeeld, en bij een ter post aangetekende brief aan de getuige, de persoon tegen wie de strafvordering werd ingesteld in het kader van een gerechtelijk onderzoek of de inverdenkinggestelde, de burgerlijke partij en hun raadslieden ter kennis gebracht, samen met de oproeping waardoor ze worden uitgenodigd aanwezig te zijn op een door de onderzoeksrechter bepaalde plaats en een door hem bepaald tijdstip teneinde het verhoor van de getuige bij te wonen, op straffe van nietigheid van de afgelegde getuigenverklaring.

Art. 86ter. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002> L'ordonnance par laquelle le juge d'instruction ordonne, conformément à l'article 86bis , de ne pas divulguer l'identité du témoin, est communiquée par le greffier au procureur du Roi, et est notifiée par lettre recommandée à la poste au témoin, à la personne à l'égard de laquelle l'action publique est engagée dans le cadre de l'instruction ou à l'inculpé, à la partie civile et à leurs conseils avec la convocation par laquelle ils sont invités à être présents à un endroit indiqué par le juge d'instruction et a un moment fixé par lui, aux fins d'assister a l'audition du témoin, à peine de nullité du témoignage effectué.

Page 47: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Voor het verhoor waarschuwt de onderzoeksrechter de getuige dat hij verantwoordelijk kan gesteld worden voor feiten, gepleegd in het kader van zijn getuigenis, die een misdrijf zouden uitmaken zoals bedoeld in HOOFDSTUK V van titel III of in HOOFDSTUK V van titel VIII van het tweede boek van het Strafwetboek.

Avant l'audition, le juge d'instruction avertit le témoin qu'il peut être tenu responsable pour les faits, commis dans le cadre de son témoignage, qui constitueraient une infraction prévue au CHAPITRE V du titre III ou au CHAPITRE V du titre VIII du livre II du Code pénal.

Op de plaats en het tijdstip, bepaald in de in het eerste lid bedoelde oproeping, gaat de onderzoeksrechter over tot het verhoor van de getuige. De onderzoeksrechter neemt alle maatregelen die redelijkerwijze nodig zijn om de identiteit van de getuige verborgen te houden. Het openbaar ministerie, de persoon tegen wie de strafvordering werd ingesteld in het kader van een gerechtelijk onderzoek of de inverdenkinggestelde, de burgerlijke partij en hun raadslieden kunnen de onderzoeksrechter, vóór en tijdens het verhoor van de getuige, vragen opgeven, die zij gesteld wensen te zien. De onderzoeksrechter verhindert de beantwoording door de getuige van elke vraag die tot de bekendmaking van zijn identiteit zou kunnen leiden.

Le juge d'instruction procède à l'audition du temoin à l'endroit et au moment indiqués dans la convocation visée à l'alinéa 1. Le juge d'instruction prend toutes les mesures raisonnablement nécessaires pour tenir secrète l'identité du témoin. Le ministère public, la personne à l'égard de laquelle l'action publique est engagée dans le cadre de l'instruction ou l'inculpé, la partie civile et leurs conseils peuvent soumettre au juge d'instruction, avant et pendant l'audition du témoin, les questions qu'ils souhaitent voir poser. Le juge d'instruction empêche le témoin de répondre à toute question susceptible de conduire à la divulgation de son identité.

Indien het verbergen van de identiteit van de getuige het vereist, kan de onderzoeksrechter bevelen dat het openbaar ministerie, de persoon tegen wie de strafvordering werd ingesteld in het kader van een gerechtelijk onderzoek of de inverdenkinggestelde, de burgerlijke partij en hun raadslieden het verhoor van de getuige uitsluitend in een afzonderlijke ruimte kunnen bijwonen, in welk geval wordt gebruik gemaakt van een telecommunicatievoorziening. De Koning bepaalt de minimale vereisten waaraan deze telecommunicatievoorziening dient te beantwoorden.

Le juge d'instruction peut ordonner que le ministère public, la personne à l'égard de laquelle l'action publique est engagée dans le cadre de l'instruction ou l'inculpé, la partie civile et leurs conseils ne puissent assister à l'audition du témoin que dans un autre local, si cette mesure est nécessaire pour préserver l'anonymat du témoin. Dans ce cas, il a recours à un système de télécommunications. Le Roi fixe les critères minimaux auxquels ce système de télécommunications devra répondre.

De onderzoeksrechter gelast dat een proces-verbaal wordt opgesteld van het verhoor en maakt, naast de vermeldingen bedoeld in artikel 47bis , 3°, omstandig melding van de omstandigheden waarin het verhoor heeft plaatsgevonden, de vragen die werden gesteld en de antwoorden die werden gegeven in de gebruikte bewoordingen, dan wel de redenen waarom hij de beantwoording door de getuige verhinderd heeft. Hij leest het proces-verbaal voor, en na verklaring van de getuige dat hij volhardt, ondertekenen de onderzoeksrechter en de griffier het proces-verbaal van verhoor. Deze vormen zijn voorgeschreven op straffe van nietigheid van de afgelegde getuigenverklaring.

Le juge d'instruction fait dresser un procès-verbal de l'audition et mentionne en détail, outre les indications prévues à l'article 47bis , 3°, les circonstances dans lesquelles l'audition a eu lieu, les questions posées et les réponses fournies dans la formulation utilisée ou les raisons pour lesquelles il a empêché le témoin de répondre. Il fait lecture du procès-verbal et après déclaration par le témoin qu'il persiste, le juge d'instruction et le greffier signent le procès-verbal d'audition. Ces formalités sont prescrites à peine de nullité du témoignage effectué.

Page 48: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 86quater. <ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002> Indien er ernstige en precieze aanwijzingen bestaan dat de getuige wiens identiteit met toepassing van de artikelen 86bis en 86ter verborgen werd gehouden, in het kader van het afleggen van zijn getuigenis, feiten heeft gepleegd die een misdrijf uitmaken, zoals bedoeld in HOOFDSTUK V van titel III of in HOOFDSTUK V van titel VIII van het tweede boek van het Strafwetboek, is de onderzoeksrechter gehouden de identiteitsgegevens van deze getuige mede te delen aan de procureur des Konings of de onderzoeksrechter belast met het onderzoek naar deze feiten. In dat geval kan, en dit tot op het ogenblik van de dagvaarding door het openbaar ministerie of de verwijzing naar de bevoegde rechtbank, de identiteit van deze getuige enkel aan deze magistraten en aan het onderzoeksgerecht worden onthuld. "

Art. 86quater. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002> S'il existe des indications précises et sérieuses que des faits ont été commis, qui constituent une infraction, prévue au CHAPITRE V du titre III ou au CHAPITRE V du titre VIII du livre II du Code pénal, par le témoin dont l'identité a été tenue secrète en application des articles 86bis et 86ter , dans le cadre de son témoignage, le juge d'instruction est tenu de communiquer les données d'identité de ce témoin au procureur du Roi ou au juge d'instruction, chargé d'enquêter sur ces faits. Dans ce cas, et jusqu'au moment de la citation par le ministère public ou du renvoi au tribunal compétent, l'identité de ce témoin ne peut être révélée qu'à ces magistrats et à la juridiction d'instruction.

Art. 86quinquies. <ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002>Onverminderd de toepassing van artikel 29, kunnen de getuigenverklaringen die ingevolge de toepassing van de artikelen 86bis en 86ter werden verkregen, alleen in aanmerking worden genomen als bewijs van een misdrijf als bedoeld in artikel 90ter , §§ 2 tot 4, of van een misdrijf dat gepleegd werd in het kader van een criminele organisatie als bedoeld in artikel 324bis van het Strafwetboek, of van een inbreuk op de wet van 16 juni 1993 betreffende de bestraffing van de ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht.

Art. 86quinquies. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 12; En vigueur : 01-11-2002> Sans préjudice de l'application de l'article 29, les témoignages qui ont été obtenus en application des articles 86bis et 86ter , ne peuvent être pris en considération que comme preuves d'une infraction visée à l'article 90ter , §§ 2 à 4, ou d'une infraction commise dans le cadre d'une organisation criminelle, visée à l'article 324bis du Code pénal, ou d'une infraction à la loi du 16 juin 1993 relative à la repression des violations graves du droit international humanitaire.

De procureur des Konings aan wie ingevolge de toepassing van artikel 29 bericht wordt gegeven van een misdaad of van een wanbedrijf dat aan het licht gekomen is ten gevolge van een getuigenverklaring verkregen met toepassing van de artikelen 86bis en 86ter , neemt alle nodige maatregelen teneinde de volledige anonimiteit van de getuige te waarborgen.

Le procureur du Roi qui, en application de l'article 29, a été avisé d'un crime ou d'un délit, manifesté par un témoignage qui a été obtenu en application des articles 86bis et 86ter , prend toutes les mesures nécessaires afin de garantir l'anonymat complet du témoin.

§ 4. (SCHRIFTELIJKE BEWIJZEN, OVERTUIGINGSSTUKKEN EN OPSPOREN EN LOKALISEREN VAN TELECOMMUNICATIE). <W 1998-06-10/196 Art. 4, 017; En vigueur : 02-10-1998>

§ 4. (DES PREUVES PAR ECRIT, DES PIECES A CONVICTION ET DU REPERAGE ET DE LA LOCALISATION DE TELECOMMUNICATIONS). <L 1998-06-10/96, Art. 4, 017; En vigueur : 02-10-1998>

Art. 87. De onderzoeksrechter zal desgevorderd en kan zelfs ambtshalve zich naar de woning van de verdachte begeven om er de papieren, de zaken en in het algemeen alle voorwerpen op te sporen, die kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen.

Art. 87. Le juge d'instruction se transportera, s'il en est requis, et pourra même se transporter d'office dans le domicile (de l'inculpé), pour y faire la perquisition des papiers, effets, et généralement de tous les objets qui seront jugés utiles à la manifestation de la vérité. <L 10-07-1967, Art. 1, 52°>

Page 49: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 88. De onderzoeksrechter kan zich eveneens begeven naar de andere plaatsen waar hij vermoedt dat men de in het vorige artikel bedoelde voorwerpen verborgen heeft.

Art. 88. Le juge d'instruction pourra pareillement se transporter dans les autres lieux où il présumerait qu'on aurait caché les objets dont il est parlé dans l'article précédent.

Art. 88bis. <W 1998-06-10/96, Art. 5, 017; En vigueur : 02-10-1998> § 1. Wanneer de onderzoeksrechter van oordeel is dat er omstandigheden zijn die het doen opsporen van telecommunicatie of het lokaliseren van de oorsprong of de bestemming van telecommunicatie noodzakelijk maken om de waarheid aan de dag te brengen, kan hij, zo nodig door daartoe de medewerking van de operator van een telecommunicatienetwerk of van de verstrekker van een telecommunicatiedienst te vorderen :

Art. 88bis. <L 1998-06-10/96, Art. 5, 017; En vigueur : 02-10-1998> § 1er. Lorsque le juge d'instruction estime qu'il existe des circonstances qui rendent le repérage de télécommunications ou la localisation de l'origine ou de la destination de télécommunications nécessaire à la manifestation de la vérité, il peut faire procéder, en requérant au besoin le concours technique de l'opérateur d'un réseau de télécommunication ou du fournisseur d'un service de télecommunication :

1° de oproepgegevens doen opsporen van telecommunicatiemiddelen van waaruit of waarnaar oproepen worden of werden gedaan;

1° au repérage des données d'appel de moyens de télécommunication à partir desquels ou vers lesquels des appels sont adresses ou ont été adressés;

2° de oorsprong of de bestemming van telecommunicatie laten lokaliseren.

2° à la localisation de l'origine ou de la destination de télécommunications.

In de gevallen bepaald in het eerste lid wordt voor ieder telecommunicatiemiddel waarvan de oproepgegevens worden opgespoord of waarvan de oorsprong of de bestemming van de telecommunicatie wordt gelokaliseerd, de dag, het uur, de duur, en, indien nodig, de plaats van de oproep vastgesteld en opgenomen in een proces-verbaal.

Dans les cas visés à l'alinéa 1er, pour chaque moyen de télécommunication dont les données d'appel sont repérées ou dont l'origine ou la destination de la télécommunication est localisé, le jour, l'heure, la durée et, si nécessaire, le lieu de la télécommunication sont indiqués et consignés dans un procès-verbal.

De onderzoeksrechter vermeldt de feitelijke omstandigheden van de zaak die de maatregel wettigen in een met redenen omkleed bevelschrift dat hij meedeelt aan de procureur des Konings.

Le juge d'instruction indique les circonstances de fait de la cause qui justifient la mesure dans une ordonnance motivée qu'il communique au procureur du Roi.

Hij vermeldt ook de duur van de maatregel, die niet langer kan zijn dan twee maanden te rekenen vanaf het bevelschrift, onverminderd een hernieuwing.

Il précise la durée durant laquelle elle pourra s'appliquer, cette durée ne pouvant excéder deux mois à dater de l'ordonnance, sans préjudice de renouvellement.

In geval van ontdekking op heterdaad kan de procureur des Konings de maatregel bevelen voor de strafbare feiten die opgesomd worden in artikel 90ter, §§ 2, 3 en 4. In dat geval moet de maatregel binnen vierentwintig uur worden bevestigd door de onderzoeksrechter.

En cas de flagrant délit, le procureur du Roi peut ordonner la mesure pour les infractions qui sont énumérées dans l'article 90ter, §§ 2, 3 et 4. Dans ce cas, la mesure doit être confirmée dans les vingt-quatre heures par le juge d'instruction.

De procureur des Konings kan evenwel de maatregel bevelen indien de klager erom verzoekt, wanneer deze maatregel onontbeerlijk lijkt voor het vaststellen van een strafbaar feit bedoeld in artikel 114, § 8, van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven.

Toutefois, le procureur du Roi peut ordonner la mesure si le plaignant le sollicite, lorsque cette mesure s'avère indispensable à l'établissement d'une infraction visée à l'article 114, § 8, de la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques.

Page 50: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 2. Iedere operator van een telecommunicatienetwerk en iedere verstrekker van een telecommunicatiedienst deelt de gegevens waarom verzocht werd mee binnen een termijn te bepalen door de Koning, op voorstel van de minister van Justitie en de minister bevoegd voor Telecommunicatie.

§ 2. Chaque opérateur d'un réseau de télécommunication et chaque fournisseur d'un service de télécommunication communique les informations qui ont été demandées dans un délai a fixer par le Roi, sur la proposition du ministre de la Justice et du ministre compétent pour les Télécommunications.

Iedere persoon die uit hoofde van zijn bediening kennis krijgt van de maatregel of daaraan zijn medewerking verleent, is tot geheimhouding verplicht. Iedere schending van het geheim wordt gestraft overeenkomstig artikel 458 van het Strafwetboek.

Toute personne qui, du chef de sa fonction, a connaissance de la mesure ou y prête son concours, est tenue de garder le secret. Toute violation du secret est punie conformément à l'article 458 du Code pénal.

Iedere persoon die zijn technische medewerking weigert aan de vorderingen bedoeld in dit artikel, medewerking waarvan de modaliteiten vastgesteld worden door de Koning, op voorstel van de minister van Justitie en de minister bevoegd voor Telecommunicatie, wordt gestraft met geldboete van zesentwintig frank tot tienduizend frank.

Toute personne qui refuse de prêter son concours technique aux réquisitions visées dans cet article, concours dont les modalités sont déterminées par le Roi, sur la proposition du Ministre de la Justice et du ministre compétent pour les Télécommunications, est punie d'une amende de vingt-six francs à dix mille francs.

Art. 88ter. <ingevoegd bij W 2000-11-28/34, Art. 8; En vigueur : 13-02-2001>§ 1. Wanneer de onderzoeksrechter een zoeking beveelt in een informaticasysteem of een deel daarvan, kan deze zoeking worden uitgebreid naar een informaticasysteem of een deel daarvan dat zich op een andere plaats bevindt dan daar waar de zoeking plaatsvindt :

Art. 88ter. <inséré par L 2000-11-28/34, Art. 8; En vigueur : 13-02-2001> § 1er. Lorsque le juge d'instruction ordonne une recherche dans un système informatique ou une partie de celui-ci, cette recherche peut être étendue vers un système informatique ou une partie de celui-ci qui se trouve dans un autre lieu que celui où la recherche est effectuée :

- indien deze uitbreiding noodzakelijk is om de waarheid aan het licht te brengen ten aanzien van het misdrijf dat het voorwerp uitmaakt van de zoeking; en

- si cette extension est nécessaire pour la manifestation de la vérité à l'égard de l'infraction qui fait l'objet de la recherche, et

- indien andere maatregelen disproportioneel zouden zijn, of indien er een risico bestaat dat zonder deze uitbreiding bewijselementen verloren gaan.

- si d'autres mesures seraient disproportionnées, ou s'il existe un risque que, sans cette extension, des éléments de preuve soient perdus.

§ 2. De uitbreiding van de zoeking in een informaticasysteem mag zich niet verder uitstrekken dan tot de informaticasystemen of de delen daarvan waartoe de personen die gerechtigd zijn het onderzochte informaticasysteem te gebruiken, in het bijzonder toegang hebben.

§ 2. L'extension de la recherche dans un système informatique ne peut pas excéder les systèmes informatiques ou les parties de tels systèmes auxquels les personnes autorisées à utiliser le système informatique qui fait l'objet de la mesure ont spécifiquement accès.

§ 3. Inzake de door uitbreiding van de zoeking in een informaticasysteem aangetroffen gegevens, die nuttig zijn voor dezelfde doeleinden als de inbeslagneming, wordt gehandeld zoals bepaald in artikel 39bis. De onderzoeksrechter brengt de verantwoordelijke van dit informaticasysteem op de hoogte, tenzij diens identiteit of woonplaats redelijkerwijze niet achterhaald kan worden.

§ 3. En ce qui concerne les données recueillies par l'extension de la recherche dans un système informatique, qui sont utiles pour les mêmes finalités que celles prévues pour la saisie, les règles prévues à l'article 39bis s'appliquent. Le juge d'instruction informe le responsable du système informatique, sauf si son identité ou son adresse ne peuvent être raisonnablement retrouvées.

Page 51: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Wanneer blijkt dat deze gegevens zich niet op het grondgebied van het Rijk bevinden, worden ze enkel gekopieerd. In dat geval deelt de onderzoeksrechter dit, via het openbaar ministerie, onverwijld mee aan het ministerie van Justitie, dat de bevoegde overheid van de betrokken Staat hiervan op de hoogte brengt, indien deze redelijkerwijze kan worden bepaald.

Lorsqu'il s'avère que ces données ne se trouvent pas sur le territoire du Royaume, elles peuvent seulement être copiées. Dans ce cas, le juge d'instruction, par l'intermédiaire du ministère public, communique sans délai cette information au ministère de la Justice, qui en informe les autorités compétentes de l'état concerné, si celui-ci peut raisonnablement être déterminé.

§ 4. Artikel 89bis is van toepassing op de uitbreiding van de zoeking in een informaticasysteem.

§ 4. L'article 89bis est applicable à l'extension de la recherche dans un système informatique. ".

Art. 88quater. <ingevoegd bij W 2000-11-28/34, Art. 9; En vigueur : 13-02-2001> § 1. De onderzoeksrechter, of in zijn opdracht een officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings, kan personen van wie hij vermoedt dat ze een bijzondere kennis hebben van het informaticasysteem dat het voorwerp uitmaakt van de zoeking of van diensten om gegevens die worden opgeslagen, verwerkt of overgedragen door middel van een informaticasysteem, te beveiligen of te versleutelen, bevelen inlichtingen te verstrekken over de werking ervan en over de wijze om er toegang toe te verkrijgen, of in een verstaanbare vorm toegang te verkrijgen tot de gegevens die door middel daarvan worden opgeslagen, verwerkt of overgedragen. De onderzoeksrechter vermeldt de omstandigheden eigen aan de zaak die de maatregel wettigen in een met redenen omkleed bevelschrift dat hij meedeelt aan de procureur des Konings.

Art. 88quater. <inséré par L 2000-11-28/34, Art. 9; ED : 13-02-2001> § 1er. Le juge d'instruction ou un officier de police judiciaire auxiliaire du procureur du Roi délegué par lui, peut ordonner aux personnes dont il présume qu'elles ont une connaissance particulière du système informatique qui fait l'objet de la recherche ou des services qui permettent de protéger ou de crypter des données qui sont stockées, traitées ou transmises par un système informatique, de fournir des informations sur le fonctionnement de ce systeme et sur la manière d'y accéder ou d'accéder aux données qui sont stockées, traitées ou transmises par un tel système, dans une forme compréhensible. Le juge d'instruction mentionne les circonstances propres à l'affaire justifiant la mesure dans une ordonnance motivée qu'il transmet au procureur du Roi.

§ 2. De onderzoeksrechter kan iedere geschikte persoon bevelen om zelf het informaticasysteem te bedienen of de ter zake dienende gegevens, die door middel daarvan worden opgeslagen, verwerkt of overgedragen, naargelang het geval, te zoeken, toegankelijk te maken, te kopiëren, ontoegankelijk te maken of te verwijderen, in de door hem gevorderde vorm. Deze personen zijn verplicht hieraan gevolg te geven, voorzover dit in hun mogelijkheden ligt.

§ 2. Le juge d'instruction peut ordonner à toute personne appropriée de mettre en fonctionnement elle-même le système informatique ou, selon le cas, de rechercher, rendre accessibles, copier, rendre inaccessibles ou retirer les données pertinentes qui sont stockées, traitées ou transmises par ce système, dans la forme qu'il aura demandée. Ces personnes sont tenues d'y donner suite, dans la mesure de leurs moyens.

Het bevel bedoeld in het eerste lid kan niet worden gegeven aan de verdachte en aan de personen bedoeld in artikel 156.

L'ordonnance vises à l'alinéa 1er, ne peut être prise à l'égard de l'inculpé et à l'égard des personnes visées à l'article 156.

§ 3. Hij die weigert de in §§1 en 2 gevorderde medewerking te verlenen of de zoeking in het informaticasysteem hindert, wordt gestraft met gevangenisstraf van zes maanden tot één jaar en met geldboete van zesentwintig frank tot twintigduizend frank of met een van die straffen alleen.

§ 3. Celui qui refuse de fournir la collaboration ordonnée aux §§ 1er et 2 ou qui fait obstacle a la recherche dans le système informatique, est puni d'un emprisonnement de six mois à un an et d'une amende de vingt-six francs à vingt mille francs ou d'une de ces peines seulement.

Page 52: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 4. Iedere persoon die uit hoofde van zijn bediening kennis krijgt van de maatregel of daaraan zijn medewerking verleent, is tot geheimhouding verplicht. Iedere schending van het geheim wordt gestraft overeenkomstig artikel 458 van het Strafwetboek.

§ 4. Toute personne qui, du chef de sa fonction, a connaissance de la mesure ou y prête son concours, est tenue de garder le secret. Toute violation du secret est punie conformément à l'article 458 du Code pénal.

§ 5. De Staat is burgerrechtelijk aansprakelijk voor de schade die onopzettelijk door de gevorderde personen aan een informaticasysteem of de gegevens. die door middel daarvan worden opgeslagen, verwerkt of overgedragen, wordt veroorzaakt.

§ 5. L'Etat est civilement responsable pour le dommage cause de façon non intentionnelle par les personnes requises à un système informatique ou aux données qui sont stockées, traitées ou transmises par un tel système.

Art. 89. De bepalingen van de artikelen 35, (35bis,) 36, 37, 38 (,39 et 39bis), aangaande de inbeslagneming van de voorwerpen die de procureur des Konings in de gevallen van ontdekking op heterdaad mag opsporen, gelden ook voor de onderzoeksrechter. <W 1997-05-20/50, Art. 18, 013; En vigueur : 13-07-1997> <W 2000-11-28/34, Art. 10, 025; En vigueur : 13-02-2001>

Art. 89. Les dispositions des articles 35, (35bis,) 36, 37, 38 (,39 et 39bis) concernant la saisie des objets dont la perquisition peut être faite par le (procureur du Roi), dans les cas de flagrant délit, sont communes au juge d'instruction. <L 10-07-1967, Art. 1, 49°> <L 1997-05-20/50, Art. 18, 013; En vigueur : 13-07-1997> <L 2000-11-28/34, Art. 10, 025; En vigueur : 13-02-2001>

Art. 89bis. <W 1998-03-12/39, Art. 21, 016; En vigueur : 1998-10-02> De onderzoeksrechter kan opdracht tot huiszoeking en inbeslagneming geven aan een officier van gerechtelijke politie van zijn arrondissement of van het arrondissement waar de handelingen moeten plaatshebben. Wanneer de onderzoeksrechter optreedt op vordering van een onderzoeksrechter van een ander arrondissement, kan hij opdracht geven aan een officier van gerechtelijke politie van dat ander arrondissement.

Art. 89bis. <L 1998-03-12/39, Art. 21, 016; En vigueur : 1998-10-02> Le juge d'instruction peut déleguer, pour procéder à la perquisition et à la saisie, un officier de police judiciaire de son arrondissement ou de l'arrondissement où les actes doivent avoir lieu. Lorsque le juge d'instruction agit sur la réquisition d'un juge d'instruction d'un autre arrondissement, il peut déleguer un officier de police judiciaire de cet autre arrondissement.

Hij geeft die opdracht bij met redenen omklede beschikking en enkel wanneer het noodzakelijk is.

Il donne cette délégation par ordonnance motivée et dans les cas de nécessité seulement.

Het is verboden de opdracht over te dragen Toute subdélégation est interdite. Art. 90. Indien de op te sporen papieren of zaken zich buiten het arrondissement van de onderzoeksrechter bevinden, (kan hij de onderzoeksrechter van de plaats waar zij kunnen worden gevonden, verzoeken) de bij de vorige artikelen voorgeschreven verrichtingen te doen. <W 27-03-1969, Art. 4>

Art. 90. Si les papiers ou les effets dont il y aura lieu de faire la perquisition sont hors de l'arrondissement du juge d'instruction, (il pourra requérir) le juge d'instruction du lieu où l'on peut les trouver, de procéder aux opérations prescrites par les articles précédents. <L 27-03-1969, Art. 4>

§ 5. ONDERZOEK AAN HET LICHAAM. <Ingevoegd bij WVH 1990-07-20/35, Art. 44, 002; En vigueur : 01-12-1990>

§ 5. DE L'EXPLORATION CORPORELLE. <Inseré par LDP 1990-07-20/35, Art. 44, 002; ED : 01-12-1990>

Page 53: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 90bis. <<W 1998-03-12/39, Art. 22, 016; ED : 1998-10-02> Buiten de gevallen van een op heterdaad ontdekt of als zodanig beschouwd misdrijf en het geval waarin een meerderjarige schriftelijke toestemming geeft, kan een onderzoek aan het lichaam enkel bevolen worden door de onderzoeksrechter, door de kamer van inbeschuldigingstelling en door de rechtbank of het hof die van de misdaad of het wanbedrijf kennis neemt.

Art. 90bis. <L 1998-03-12/39, Art. 22, 016; En vigueur : 1998-10-02> Hors les cas de flagrant délit ou réputés tels, et celui où la personne majeure donne son consentement écrit, l'exploration corporelle ne peut être ordonnée que par le juge d'instruction, par la chambre des mises en accusation et par le tribunal ou la cour saisi de la connaissance du crime ou du délit.

Het slachtoffer of de verdachte kan zich tijdens het onderzoek aan het lichaam waaraan hij onderworpen wordt, laten bijstaan door een arts naar zijn keuze. De erelonen van de arts worden aangerekend in de gerechtskosten.

La victime ou la personne soupconnée peut se faire assister par le médecin de son choix lors de l'exploration corporelle à laquelle elle est soumise. Les honoraires du médecin sont portés en compte dans les frais de justice.

§ 6. AFLUISTEREN, KENNISNEMEN EN OPNEMEN VAN PRIVECOMMUNICATIE EN TELECOMMUNICATIE. <Ingevoegd bij W 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995>

§ 6. DES ECOUTES, DE LA PRISE DE CONNAISSANCE ET DE L'ENREGISTREMENT DE COMMUNICATIONS ET DE TELECOMMUNICATIONS PRIVEES. <Inséré par L 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995>

Art. 90ter. <Ingevoegd bij W 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> § 1. De onderzoeksrechter kan in uitzonderlijke gevallen, wanneer het onderzoek zulks vereist, privé-communicatie of -telecommunicatie, tijdens de overbrenging ervan, afluisteren, er kennis van nemen en opnemen, indien er ernstige aanwijzingen bestaan dat het feit waarvoor hij geadieerd is een strafbaar feit is, bedoeld in een van de bepalingen opgesomd in § 2, en indien de overige middelen van onderzoek niet volstaan om de waarheid aan de dag te brengen.

Art. 90ter. <Inséré par L 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> § 1. Lorsque les nécessités de l'instruction l'exigent, le juge d'instruction peut, à titre exceptionnel, écouter, prendre connaissance et enregistrer, pendant leur transmission, des communications ou des telécommunications privées, s'il existe des indices sérieux que le fait dont il est saisi constitue une infraction visée par l'une des dispositions énumérées au § 2, et si les autres moyens d'investigation ne suffisent pas à la manifestation de la vérité.

De bewakingsmaatregel kan alleen worden bevolen ten aanzien van personen die op grond van precieze aanwijzingen ervan verdacht worden het strafbare feit te hebben gepleegd, ten aanzien van de communicatie- of telecommunicatiemiddelen die geregeld worden gebruikt door een persoon op wie een verdenking rust, of ten aanzien van de plaatsen waar deze vermoed wordt te vertoeven. De maatregel kan eveneens worden bevolen ten aanzien van personen van wie op grond van precieze feiten vermoed wordt dat zij geregeld in verbinding staan met een persoon op wie een verdenking rust.

La mesure de surveillance ne peut être ordonnée qu'à l'égard soit de personnes soupconnées, sur la base d'indices précis, d'avoir commis l'infraction, soit à l'égard des moyens de communication ou de télécommunication régulièrement utilisés par un suspect, soit à l'égard des lieux présumés fréquentés par celui-ci. Elle peut l'être également a l'égard de personnes présumées, sur la base de faits précis, être en communication régulière avec un suspect.

§ 2. De strafbare feiten die een bewakingsmaatregel kunnen wettigen, zijn die welke bedoeld zijn in :

§ 2. Les infractions pouvant justifier une mesure de surveillance sont celles qui sont visées :

1° de artikelen 101 tot en met 110 van het Strafwetboek; 1° aux articles 101 à 110 du Code pénal; (1°bis Artikel 210bis van hetzelfde Wetboek; (1°bis. A l'article 210bis du même Code; (1°ter. De artikelen 246, 247, 248, 249, 250 en 251 van hetzelfde Wetboek;

(1°ter. Aux articles 246, 247, 248, 249, 250 et 251 du même Code;

Page 54: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

1°quater. Artikel 259bis van hetzelfde Wetboek; 1°quater. A l'article 259bis du même Code; 1°quinquies. Artikel 314bis van hetzelfde Wetboek;) <W 2000-11-28/34, Art. 11, 025; En vigueur : 13-02-2001> <W 2001-11-29/51, Art. 2, 030; En vigueur : 05-03-2002>

1°quinquies. A l'article 314bis du meme Code;)) <L 2000-11-28/34, Art. 11, 025; En vigueur : 13-02-2001> <L 2001-11-29/51, Art. 2, 030; En vigueur : 05-03-2002>

(1°sexies. De artikelen 324bis en 324ter van hetzelfde Wetboek.) <W 2001-11-29/51, Art. 2, 030; En vigueur : 05-03-2002>

(1°sexies. Aux articles 324bis et 324ter du même Code.) <L 2001-11-29/51, Art. 2, 030; En vigueur : 05-03-2002>

2° de artikelen 327, 328, 329 of 330 van hetzelfde Wetboek, voor zover een klacht is ingediend;

2° aux articles 327, 328, 329 ou 330 du même Code, pour autantqu'une plainte ait eté déposée;

3° artikel 331bis van hetzelfde Wetboek; 3° à l'article 331bis du même Code; 4° artikel 347bis van hetzelfde Wetboek; 4° à l'article 347bis du même Code; 4°bis (...) <W 2002-07-07/42, Art. 3, 032; En vigueur : 20-08-2002>

4°bis (...) <L 2002-07-07/42, Art. 3, 032; En vigueur : 20-08-2002>

5° (De artikelen 379 en 380 van hetzelfde Wetboek.) <W 2001-11-29/51, Art. 2, 030; En vigueur : 05-03-2002>

5° (Aux articles 379 et 380 du même Code.) <L 2001-11-29/51, Art. 2, 030; En vigueur : 05-03-2002>

6° artikel 393 van hetzelfde Wetboek; 6° à l'article 393 du même Code; 7° de artikelen 394 of 397 van hetzelfde Wetboek; 7° aux articles 394 ou 397 du même Code; (7°bis. de artikelen 428 en 429 van hetzelfde Wetboek;) <W 2002-07-07/42, Art. 3, 032; En vigueur : 20-08-2002>

(7°bis. Aux articles 428 et 429 du même Code;) <L 2002-07-07/42, Art. 3, 032; En vigueur : 20-08-2002>

8° (de artikelen 468, 470, 471 of 472 van hetzelfde Wetboek); <W 2001-12-11/50, Art. 5, 029; En vigueur : 17-02-2002>

8° (aux articles 468, 470, 471 ou 472 du même Code); <L 2001-12-11/50, Art. 5, 029; En vigueur : 17-02-2002>

9° artikel 475 van hetzelfde Wetboek; 9° a l'article 475 du même Code; 10° de artikelen 477, 477bis, 477ter, 477quater, 477quinquies, 477sexies of 488bis van hetzelfde Wetboek;

10° aux articles 477, 477bis, 477ter, 477quater, 477quinquies, 477 sexies ou 488bis du même Code;

10°bis. (De artikelen 504bis en 504ter van hetzelfde Wetboek); <W 2001-11-29/51, Art. 2, 030; En vigueur : 05-03-2002>

10°bis. (A l'article 504bis et 504ter du même Code); <L 2001-11-29/51, Art. 2, 030; En vigueur : 05-03-2002>

(10°ter. Artikel 504quater van hetzelfde Wetboek.) <L 2001-11-29/51, Art. 2, 030; En vigueur : 05-03-2002>

(10°ter. A l'article 504quater du même Code.) <L 2001-11-29/51, Art. 2, 030; En vigueur : 05-03-2002>

11° artikel 505, eerste lid, 2° van hetzelfde Wetboek; 11° à l'article 505, alinéa premier, 2° du même Code;

12° de artikelen 510, 511, eerste lid of 516 van hetzelfde Wetboek;

12° aux articles 510, 511, alinéa premier ou 516 du même Code;

13° artikel 520 van hetzelfde Wetboek, indien de omstandigheden bedoeld in de artikelen 510 of 511, eerste lid, van hetzelfde Wetboek verenigd zijn;

13° à l'article 520 du même Code, si les circonstances visées par les articles 510 ou 511, alinéa premier, du même Code sont réunies;

(13°bis Artikelen 550bis en 550ter van hetzelfde Wetboek.) <W 2000-11-28/34, Art. 11, 025; En vigueur : 13-02-2001>

(13°bis Aux articles 550bis et 550ter du même Code;) <L 2000-11-28/34, Art. 11, 025; En vigueur : 13-02-2001>

Page 55: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

14° artikel 2bis, § 3, b, of § 4, b, van de wet van 24 februari 1921 betreffende het verhandelen van de giftstoffen, slaapmiddelen en verdovende middelen, ontsmettingsstoffen en antiseptica;

14° à l'article 2bis, § 3, b ou § 4, b, de la loi du 24 février 1921 concernant le trafic des substances vénéneuses, soporifiques, stupéfiantes, désinfectantes ou antiseptiques;

15° artikel 114, § 8, van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven;

15° à l'article 114, § 8, de la loi du 21 mars 1991 portant réforme de certaines entreprises publiques économiques;

16° artikel 10 van de wet van 5 augustus 1991 betreffende de in-, uit- en doorvoer van wapens, munitie en speciaal voor militair gebruik dienstig materieel en daaraan verbonden technologie.

16° à l'article 10 de la loi du 5 août 1991 relative à l'importation, à l'exportation et au transit d'armes, de munitions et de matériel devant servir spécialement à un usage militaire et de la technologie y afférente.

(17° artikel 77bis, §§ 2 en 3, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.) <W 1995-04-13/32, Art. 13, 010; En vigueur : 05-05-1995>

(17° l'article 77bis, § 2 et § 3 de la loi du 15 décembre 1980 sur l'acces au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers.) <L 1995-04-13/32, Art. 13, 010; En vigueur : 05-05-1995>

(18° artikel 10, § 1, 2°, van de wet van 15 juli 1985 betreffende het gebruik bij dieren van stoffen met hormonale, anti-hormonale, beta-adrenergische of productie-stimulerende werking;

(18° à l'article 10, § 1er, 2°, de la loi du 15 juillet 1985 relative à l'utilisation de substances à effet hormonal, à effet anti-hormonal, à effet bêta-adrénergique ou à effet stimulateur de production chez les animaux;

19° artikel 1 van het koninklijk besluit van 12 april 1974 betreffende sommige verrichtingen in verband met stoffen met hormonale, anti-hormonale, anabole, anti-infectieuze, anti-parasitaire, en anti-inflammatoire werking, welk artikel betrekking heeft op strafbare feiten waarop overeenkomstig de wet van 24 februari 1921 betreffende het verhandelen van de gifstoffen, slaapmiddelen en verdovende middelen, ontsmettingsstoffen en antiseptica straffen worden gesteld;

19° à l'article 1er de l'arrêté royal du 12 avril 1974 relatif à certaines opérations concernant les substances à action hormonale, anti-hormonale, anabolisante, anti-infectieuse, anti-parasitaire et anti-inflammatoire, l'article précité visant des infractions punies conformément à la loi du 24 février 1921 concernant le trafic des substances vénéneuses, soporifiques, stupéfiantes, désinfectantes ou antiseptiques;

20° de artikelen 3 en 5 van het koninklijk besluit van 5 februari 1990 betreffende sommige stoffen met beta-adrenergische werking, welke artikelen betrekking hebben op strafbare feiten waarop overeenkomstig de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen straffen worden gesteld.) <W 1998-06-10/96, Art. 6, 017; En vigueur : 02-10-1998>

20° aux articles 3 et 5 de l'arrêté royal du 5 février 1990 concernant certaines substances à effet bêta-adrénergique, les articles précités visant des infractions punies conformément à la loi du 25 mars 1964 sur les médicaments.) <L 1998-06-10/96, Art. 6, 017; En vigueur : 02-10-1998>

§ 3. Poging tot het plegen van een misdaad bedoeld in de voorgaande paragraaf kan eveneens een bewakingsmaatregel wettigen.

§ 3. La tentative de commettre un crime visé au paragraphe précédent peut également justifier une mesure de surveillance.

§ 4. Een strafbaar feit, bedoeld in de artikelen 322 of 323 van het Strafwetboek, kan eveneens een bewakingsmaatregel wettigen, voor zover de vereniging gevormd is met het doel een aanslag te plegen tegen de personen of eigendommen bedoeld in § 2.

§ 4. Une infraction, visee aux articles 322 ou 323 du Code pénal, peut également justifier une mesure de surveillance, pour autant que l'association soit formée dans le but de commettre un attentat contre les personnes ou les propriétés visées au § 2.

Page 56: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 5. In geval van ontdekking op heterdaad kan de procureur des Konings de maatregel bedoeld in § 1 bevelen voor de strafbare feiten bedoeld in de artikelen 347bis of 470 van het Strafwetboek.

§ 5. En cas de flagrant délit, le procureur du Roi peut ordonner la mesure visée au § 1 pour les infractions visées aux articles 347bis ou 470 du Code pénal.

In dat geval moet de maatregel binnen 24 uur bevestigd worden door de onderzoeksrechter.

Dans ce cas, la mesure doit être confirmée dans les 24 heures par le juge d'instruction.

Art. 90quater. <Ingevoegd bij W 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> § 1. Tot iedere bewakingsmaatregel op grond van artikel 90ter wordt vooraf machtiging verleend bij een met redenen omklede beschikking van de onderzoeksrechter die de beschikking aan de procureur des Konings meedeelt.

Art. 90quater. <Inséré par L 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> § 1. Toute mesure de surveillance sur la base de l'article 90ter est préalablement autorisee par une ordonnance motivée du juge d'instruction, que celui-ci communique au procureur du Roi.

Op straffe van nietigheid wordt de beschikking gedagtekend en vermeldt zij :

A peine de nullité, l'ordonnance est datée et indique :

1° de aanwijzigingen en de concrete feiten, eigen aan de zaak, die de maatregel wettigen overeenkomstig artikel 90ter;

1° les indices ainsi que les faits concrets et propres à la cause qui justifient la mesure conformément à l'article 90ter;

2° de redenen waarom de maatregel onontbeerlijk is om de waarheid aan de dag te brengen;

2° les motifs pour lesquels la mesure est indispensable à la manifestation de la vérité;

3° de persoon, het communicatie- of telecommunicatiemiddel of de plaats die het voorwerp is van de bewaking;

3° la personne, le moyen de communication ou de télécommunication ou le lieu soumis à la surveillance;

4° de periode tijdens welke de bewaking kan worden uitgeoefend, welke niet langer mag zijn dan één maand te rekenen van de beslissing waarbij de maatregel wordt bevolen;

4° la période pendant laquelle la surveillance peut être pratiquée et qui ne peut excéder un mois à compter de la décision ordonnant la mesure;

5° de naam en de hoedanigheid van de officier van gerechtelijke politie aangewezen voor de uitvoering van de maatregel.

5° les nom et qualité de l'officier de police judiciaire commis pour l'exécution de la mesure.

§ 2. Indien de maatregel een bewerking op een communicatienetwerk inhoudt, is de operator van dit netwerk (of de verstrekker van de telecommunicatiedienst) ertoe gehouden zijn technische medewerking te verlenen, wanneer de onderzoeksrechter hierom verzoekt. <W 1998-06-10/96, Art. 7, 017; En vigueur : 02-10-1998>

§ 2. Si la mesure comporte une opération sur un réseau de communication, l'opérateur de ce réseau (ou le fournisseur du service de télécommunication)est tenu de prêter son concours technique, quand le juge d'instruction le requiert. <L 1998-06-10/96, Art. 7, 017; En vigueur : 02-10-1998>

(Iedere persoon die uit hoofde van zijn bediening kennis krijgt van de maatregel of daaraan zijn medewerking verleent, is tot geheimhouding verplicht. Iedere schending van het geheim wordt gestraft overeenkomstig artikel 458 van het Strafwetboek.) <W 1998-06-10/96, Art. 7, 017; En vigueur : 02-10-1998>

(Toute personne qui, du chef de sa fonction, a connaissance de la mesure ou y prête son concours, est tenue de garder le secret. Toute violation du secret est punie conformément à l'article 458 du Code pénal.) <L 1998-06-10/96, Art. 7, 017; En vigueur : 02-10-1998>

Page 57: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

(Iedere persoon die zijn technische medewerking weigert aan de vorderingen bedoeld in dit artikel, medewerking waarvan de modaliteiten vastgesteld worden door de Koning, op voorstel van de minister van Justitie en de minister bevoegd voor Telecommunicatie, wordt gestraft met geldboete van zesentwintig frank tot tienduizend frank.) <W 1998-06-10/96, Art. 7, 017; En vigueur : 02-10-1998>

(Toute personne qui refuse de prêter son concours technique aux réquisitions visées dans cet article, concours dont les modalités sont déterminées par le Roi, sur la proposition du ministre de la Justice et du ministre compétent pour les Télécommunications, est punie d'une amende de vingt-six francs à dix mille francs.) <L 1998-06-10/96, Art. 7, 017; En vigueur : 02-10-1998>

§ 3. De onderzoeksrechter mag voor de tenuitvoerlegging van zijn beschikking alleen officieren van gerechtelijke politie aanwijzen, die zich echter kunnen laten bijstaan door agenten van gerechtelijke politie wier namen vooraf aan de onderzoeksrechter worden meegedeeld.

§ 3. Le juge d'instruction ne peut commettre pour l'exécution de son ordonnance que des officiers de police judiciaire, lesquels peuvent néanmoins se faire assister par des agents de police judiciaire dont les noms sont préalablement communiqués au juge d'instruction.

De aangewezen officieren van gerechtelijke politie brengen ten minste om de vijf dagen schriftelijk verslag uit aan de onderzoeksrechter over de tenuitvoerlegging van de beschikking.

Les officiers de police judiciaire commis font rapport par écrit au moins tous les cinq jours au juge d'instruction sur l'exécution de l'ordonnance.

(§ 4. De onderzoeksrechter kan personen waarvan hij vermoedt dat ze een bijzondere kennis hebben van de telecommunicatiedienst waarop de bewakingsmaatregel betrekking heeft of van diensten om gegevens, die worden opgeslagen, verwerkt of overgedragen via een informaticasysteem, te beveiligen of te versleutelen, bevelen inlichtingen te verlenen over de werking ervan en over de wijze om in een verstaanbare vorm toegang te verkrijgen tot de inhoud van telecommunicatie die wordt of is overgebracht.

(§ 4. Le juge d'instruction peut ordonner aux personnes dont il présume qu'elles ont une connaissance particulière du service de télécommunications qui fait l'objet d'une mesure de surveillance ou des services qui permettent de protéger ou de crypter les données qui sont stockées, traitées ou transmises par un système informatique, de fournir des informations sur le fonctionnement de ce système et sur la manière d'accéder au contenu de la télécommunication qui est ou a été transmise, dans une forme compréhensible.

Hij kan personen bevelen om de inhoud van de telecommunicatie toegankelijk te maken in de door hem gevorderde vorm. Deze personen zijn verplicht hieraan gevolg te geven, voorzover dit in hun mogelijkheden ligt.

Il peut ordonner aux personnes de rendre accessible le contenu de la télécommunication, dans la forme qu'il aura demandée. Ces personnes sont tenues d'y donner suite, dans la mesure de leurs moyens.

Hij die weigert de overeenkomstig de vorige leden bevolen medewerking te verlenen, wordt gestraft met gevangenisstraf van zes maanden tot een jaar en met geldboete van zesentwintig frank tot twintigduizend frank of met een van die straffen alleen.

Celui qui refuse de fournir la collaboration ordonnée conformément aux alinéas précédents, est puni d'un emprisonnement de six mois à un an et d'une amende de vingt-six francs a vingt mille francs ou d'une de ces peines seulement.

Iedere persoon die uit hoofde van zijn bediening kennis krijgt van de maatregel of die ertoe wordt geroepen zijn technische medewerking te verlenen, is gebonden door het geheim van het gerechtelijk onderzoek. Iedere schending van het geheim wordt gestraft overeenkomstig artikel 458 van het Strafwetboek.) <W 2000-11-28/34, Art. 12, 025; En vigueur : 13-02-2001>

Toute personne qui, du chef de sa fonction, a connaissance de la mesure ou est appelée à y prêter son concours technique, est liée par le secret de l'instruction. Toute violation du secret sera punie conformément à l'article 458 du Code pénal.) <L 2000-11-28/34, Art. 12, 025; En vigueur : 13-02-2001>

Page 58: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 90quinquies. <Ingevoegd bij W 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> De onderzoeksrechter kan de uitwerking van zijn beschikking één of meer malen verlengen met een termijn die niet langer mag zijn dan één maand, met een maximum van zes maanden, onverminderd zijn beslissing om aan de maatregel een einde te maken zodra de omstandigheden die deze gewettigd hebben, verdwenen zijn.

Art. 90quinquies. <Inséré par L 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> Le juge d'instruction peut prolonger une ou plusieurs fois les effets de son ordonnance pour un nouveau terme qui ne peut dépasser un mois, avec un maximum de six mois, sans préjudice de sa décision de mettre fin à la mesure dès que les circonstances qui l'ont justifiée ont disparu.

De bepalingen vervat in artikel 90quater, § 1, zijn toepasselijk op de verlenging bedoeld in het voorgaande lid. De beschikking vermeldt bovendien de precieze omstandigheden die de verlenging van de maatregel wettigen.

Les dispositions contenues dans l'article 90quater, § 1, sont applicables à la prolongation visée à l'alinéa précédent. L'ordonnance indique en outre les circonstances précises qui justifient la prolongation de la mesure.

Indien nieuwe en ernstige omstandigheden de maatregelen bedoeld in artikel 90ter noodzakelijk maken, kan de onderzoeksrechter een nieuwe maatregel bevelen, met inachtneming van de formaliteiten omschreven in de artikelen 90ter en 90quater, in dat geval moet de beschikking de precieze nieuwe en ernstige omstandigheden vermelden die een nieuwe maatregel noodzakelijk maken en wettigen.

Si des circonstances nouvelles et graves nécessitent les mesures visées à l'article 90ter, le juge d'instruction peut ordonner une nouvelle mesure en observant les formalités définies aux articles 90ter et 90quater; dans ce cas, l'ordonnance doit mentionner les circonstances précises nouvelles et graves qui nécessitent et justifient une nouvelle mesure.

Art. 90sexies. <Ingevoegd bij W 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> De opnamen verricht als gevolg van de maatregelen genomen met toepassing van de artikelen 90ter, 90quater en 90quinquies, worden samen met (de overschrijving van de door de aangewezen officier van gerechtelijke politie voor het onderzoek van belang geachte communicaties of telecommunicaties, de eventuele vertaling ervan en de vermelding van de aangehaalde onderwerpen en van de identificatiegegevens van het telecommunicatiemiddel waarnaar of van waaruit opgeroepen werd wat betreft de niet van belang geachte communicaties en telecommunicaties) door de aangewezen officieren van gerechtelijke politie aan de onderaoeksrechter toegezonden. <W 1998-06-10/96, Art. 8, 017; En vigueur : 02-10-1998>

Art. 90sexies. <Inséré par L 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> Les enregistrements effectués à la suite des mesures prises en application des articles 90ter, 90quater et 90quinquies, accompagnés (de la transcription des communications et telécommunications estimées pertinentes pour l'instruction par l'officier de police judiciaire commis, de leur traduction éventuelle et de l'indication des sujets abordés et des données d'identification du moyen de télécommunication à partir duquel ou vers lequel il a été appelé en ce qui concerne les communications et télecommunications estimees non pertinentes), sont transmis au juge d'instruction par les officiers de police judiciaire commis. <L 1998-06-10/96, Art. 8, 017; En vigueur : 02-10-1998>

Page 59: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

(Onverminderd de selectie door de officier van gerechtelijke politie bedoeld in het vorige lid, beoordeelt de rechter welke van alle opgevangen inlichtingen, communicaties of telecommunicaties van belang zijn voor het onderzoek. In zoverre deze inlichtingen, communicaties of telecommunicaties niet overgeschreven of vertaald zijn overeenkomstig het eerste lid, moeten zij bijkomend overgeschreven en vertaald worden. De rechter laat daarvan proces-verbaal opmaken.) <W 1998-06-10/96, Art. 9, 017; En vigueur : 02-10-1998>

(Sans préjudice de la sélection par l'officier de police judiciaire visé à l'alinéa précédent, le juge apprécie quelles sont, parmi toutes les informations, communications ou télécommunications recueillies, celles qui sont pertinentes pour l'instruction. Dans la mesure où ces informations, communications ou télécommunications n'ont pas été transcrites ou traduites conformément à l'alinéa premier, elles seront transcrites et traduites à titre additionnel. Le juge en fait dresser procès-verbal.) <L 1998-06-10/96, Art. 9, 017; En vigueur : 02-10-1998>

De communicatie of telecommunicatie die onder het beroepsgeheim valt, wordt niet opgetekend in het proces-verbaal. Gaat het om personen bedoeld in artikel 90octies, eerste lid, dan wordt ter zake gehandeld zoals bepaald in artikel 90octies, tweede lid.

Les communications ou télécommunications couvertes par le secret professionnel ne sont pas consignées dans le procès-verbal. S'il s'agit de personnes visées à l'article 90octies, premier alinéa, on procède ainsi qu'il est prévu à l'article 90octies, deuxième alinéa.

De beschikkingen van de onderzoeksrechter, de verslagen van de officieren van gerechtelijke politie bedoeld in artikel 90quater, § 3, en de processen-verbaal die betrekking hebben op de tenuitvoerlegging van de maatregel, worden uiterlijk na het beëindigen van de maatregel bij het dossier gevoegd.

les ordonnances du juge d'instruction, les rapports des officiers de police judiciaire visés à l'article 90quater, § 3, et les procès-verbaux relatifs à l'exécution de la mesure, sont joints au dossier au plus tard après qu'il soit mis fin à la mesure.

Art. 90septies. <W 1998-06-10/96, Art. 10, 017; En vigueur : 02-10-1998> De communicatie of telecommunicatie opgevangen als gevolg van de maatregelen die genomen zijn met toepassing van de artikelen 90ter, 90quater en 90quinquies, wordt opgenomen. Het voorwerp van de maatregel en de dagen en uren waarop deze is uitgevoerd, worden opgenomen bij het begin en op het einde van iedere opname die erop betrekking heeft.

Art. 90septies. <L 1998-06-10/96, Art. 10, 017; En vigueur : 02-10-1998> Les communications ou télécommunications recueillies grâce aux mesures prises en application des articles 90ter, 90quater et 90quinquies, sont enregistrées. L'objet de la mesure ainsi que les jours et heures auxquels celle-ci a été exécutée sont enregistrés au début et à la fin de chaque enregistrement qui s'y rapporte.

Page 60: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Iedere aantekening in het kader van de tenuitvoerlegging van de maatregelen bedoeld in het voorgaande lid door de daartoe aangewezen personen, die niet is opgetekend in een proces-verbaal, wordt vernietigd, met uitzondering van de overschrijving van de van belang geachte communicaties en telecommunicaties van de opname, de eventuele vertaling ervan en de vermelding van de aangehaalde onderwerpen en van de identificatiegegevens van de telecommunicatiemiddelen van waaruit of waarnaar opgeroepen werd wat betreft de niet van belang geachte communicaties en telecommunicaties. De voor de uitvoering van de maatregel aangewezen officier van gerechtelijke politie gaat over tot deze vernietiging en vermeldt dit in een proces-verbaal.

A l'exception de la transcription de l'enregistrement des communications et télécommunications estimées pertinentes avec traduction éventuelle et de l'indication des sujets abordés et des données d'identification des moyens de télécommunication à partir desquels ou vers lesquels il a été appelé en ce qui concerne les communications et télécommunications estimées non pertinentes, toute note prise dans le cadre de l'exécution des mesures visées à l'alinéa précédent par les personnes commises à cette fin qui n'est pas consignée dans un procès-verbal, est détruite. L'officier de police judiciaire commis pour l'exécution de la mesure procède à cette destruction et en fait mention dans un procès-verbal.

De opnamen worden samen met de overschrijving van de van belang geachte communicaties en telecommunicaties, de eventuele vertaling ervan, de vermelding van de aangehaalde onderwerpen en van de identificatiegegevens van de telecommunicatiemiddelen van waaruit of waarnaar opgeroepen werd wat betreft de niet van belang geachte communicaties en telecommunicaties, en de afschriften van de processen-verbaal onder verzegelde omslag ter griffie bewaard.

Les enregistrements accompagnés de la transcription des communications et télécommunications estimées pertinentes avec traduction éventuelle, de l'indication des sujets abordés et des données d'identification des moyens de télécommunication à partir desquels ou vers lesquels il a éte appelé en ce qui concerne les communications et télécommunications estimées non pertinentes, et des copies des procès-verbaux sont conservés au greffe sous pli scellé.

De griffier vermeldt in een per dag bijgehouden, bijzonder register :

Le greffier mentionne dans un registre spécial tenu journellement :

1° het neerleggen van iedere opname, alsook van de overschrijving van de van belang geachte communicaties en telecommunicaties, de eventuele vertaling ervan en de vermelding van de aangehaalde onderwerpen en van de identificatiegegevens van de telecommunicatiemiddelen van waaruit of waarnaar opgeroepen werd wat betreft de niet van belang geachte communicaties en telecommunicaties;

1° le dépôt de chaque enregistrement, ainsi que de la transcription des communications et télécommunications estimées pertinentes avec traduction éventuelle et de l'indication des sujets abordés et des données d'identification des moyens de télécommunication à partir desquels ou vers lesquels il a été appelé en ce qui concerne les communications et télécommunications estimées non pertinentes;

2° het neerleggen van ieder afschrift van procesverbaal; 2° le dépôt de chaque copie de procès-verbal; 3° de dag van de neerlegging ervan; 3° le jour de leur dépôt; 4° de naam van de onderzoeksrechter die de maatregel heeft bevolen of bevestigd en het voorwerp ervan;

4° le nom du juge d'instruction qui a ordonné ou confirme la mesure et l'objet de celle-ci;

5° de dag waarop de zegels zijn verbroken en in voorkomend geval opnieuw zijn gelegd;

5° le jour où les scellés sont ouverts et éventuellement réapposés;

Page 61: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

6° de datum van de kennisname van de opname, de overschrijving van de van belang geachte communicaties en telecommunicaties, de eventuele vertaling ervan en de vermelding van de aangehaalde onderwerpen en van de identificatiegegevens van de telecommunicatiemiddelen van waaruit of waarnaar opgeroepen werd wat betreft de niet van belang geachte communicaties en telecommunicaties of van de afschriften van de processen-verbaal, alsook de naam van de personen die er kennis van genomen hebben;

6° la date de prise de connaissance de l'enregistrement, de la transcription des communications et télécommunications estimées pertinentes avec traduction éventuelle et l'indication des sujets abordés et des données d'identification des moyens de télécommunication à partir desquels ou vers lesquels il a été appelé en ce qui concerne les communications et télécommunications estimées non pertinentes, ou des copies des procès-verbaux, ainsi que le nom des personnes qui en ont pris connaissance;

7° iedere andere gebeurtenis die erop betrekking heeft. 7° tous les autres événements qui s'y rapportent. (De passende middelen worden aangewend om de integriteit en de vertrouwelijkheid van de opgenomen communicatie of telecommunicatie te waarborgen, en voor zover mogelijk, de overschrijving of vertaling hiervan tot stand te brengen. Hetzelfde geldt voor de bewaring op de griffie van de opnamen en de overschrijving of vertaling hiervan en voor de vermeldingen in het bijzonder register. De Koning bepaalt, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, deze middelen en het ogenblik waarop ze de bewaring onder verzegelde omslag of het bijzonder register, bedoeld in het derde en het vierde lid, vervangen.) <W 2000-11-28/34, Art. 13, 025; En vigueur : 13-02-2001>

(Les moyens appropriés sont utilisés pour garantir l'intégrité et la confidentialité de la communication ou de la télécommunication enregistrée et, dans la mesure du possible, pour réaliser sa transcription ou sa traduction. La même règle vaut pour la conservation au greffe des enregistrements et de leur transcription ou de leur traduction et pour les mentions dans le registre spécial. Le Roi détermine, après avoir recueilli l'avis de la Commission de la protection de la vie privee, ces moyens et le moment où ils remplacent la conservation sous pli scellé ou le registre spécial prévus aux alinéas 3 et 4.) <L 2000-11-28/34, Art. 13, 025; En vigueur : 13-02-2001>

De rechter spreekt zich uit over het verzoek van de inverdenkinggestelde, de beklaagde, de burgerlijke partij of hun raadsman, om het geheel of gedeelten van de ter griffie neergelegde opnamen en overschrijvingen die niet zijn opgetekend in een proces-verbaal, te raadplegen, en over hun verzoek tot overschrijving van bijkomende delen van de opnamen.

Le juge se prononce sur la demande de l'inculpé, du prévenu, de la partie civile ou de leurs conseils, de consulter la totalité ou des parties des enregistrements et des transcriptions déposés au greffe qui ne sont pas consignées dans un procès-verbal, et sur leur demande de transcrire des parties additionnelles des enregistrements.

Het verzoek dat gericht is tot de onderzoeksrechter, wordt behandeld overeenkomstig artikel 61quinquies. De onderzoeksrechter kan dit verzoek bovendien afwijzen om redenen die verband houden met de bescherming van andere rechten of belangen van personen.

La demande qui est adressée au juge d'instruction est traitée conformément à l'article 61quinquies. Le juge d'instruction peut en outre rejeter cette demande pour des raisons liées à la protection d'autres droits ou intérêts des personnes.

Page 62: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Onverminderd hetgeen in de vorige leden is bepaald, spreekt de rechter zich uit over het verzoek van de inverdenkinggestelde, de beklaagde, de burgerlijke partij of hun raadsman om de gedeelten van de ter griffie neergelegde opnamen van privécommunicatie of -telecommunicatie waaraan de betrokkene heeft deelgenomen en die niet zijn overgeschreven en opgetekend in een proces-verbaal, te raadplegen, en over hun verzoek tot overschrijving van bijkomende delen van deze opnamen.

Sans préjudice des alinéas précédents, le juge se prononce sur la demande de l'inculpe, du prévenu, de la partie civile ou de leurs conseils de consulter les parties des enregistrements déposés au greffe de communications ou de télécommunications privées auxquelles la personne concernée a participé et qui ne sont pas transcrites et consignées dans un procès-verbal, et sur leur demande de transcrire des parties additionnelles de ces enregistrements.

Art. 90octies. <Ingevoegd bij W 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> De maatregel kan alleen betrekking hebben op de lokalen aangewend voor beroepsdoeleinden, de woonplaats of de communicatie- of telecommunicatiemiddelen van een advocaat of een arts, indien deze er zelf van verdacht worden een van de strafbare feiten bedoeld in artikel 90ter te hebben gepleegd of eraan deelgenomen te hebben, of, indien precieze feiten doen vermoeden dat derden die ervan verdacht worden een van de strafbare feiten bedoeld in artikel 90ter te hebben gepleegd, gebruik maken van diens lokalen, woonplaats of communicatie- of telecommunicatiemiddelen.

Art. 90octies. <Inséré par L 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> La mesure ne pourra porter sur les locaux utilisés à des fins professionnelles, la résidence ou les moyens de communication ou de télécommunication d'un avocat ou d'un médecin que si celui-ci est lui-même soupconné d'avoir commis une des infractions visées à l'article 90ter ou d'y avoir participé, ou si des faits précis laissent présumer que des tiers soupconnés d'avoir commis une des infractions visées à l'article 90ter, utilisent ses locaux, sa résidence ou ses moyens de communication ou de télécommunication.

De maatregel mag niet ten uitvoer worden gelegd, zonder dat, naar gelang van het geval, de stafhouder of de vertegenwoordiger van de provinciale orde van geneesheren ervan op de hoogte is. Dezelfden zullen door de onderaoeksrechter in kennis worden gesteld van hetgeen volgens hem als communicatie of telecommunicatie onder het beroepsgeheim valt en niet wordt opgetekend in het proces-verbaal overeenkomstig artikel 90sexies, derde lid.

La mesure ne peut être exécutée sans que le bâtonnier ou le représentant de l'ordre provincial des médecins, selon le cas, en soit averti. Ces mêmes personnes seront informées par le juge d'instruction des éléments des communications ou télécommunications recueillies qu'il estime relever du secret professionnel et qui ne seront pas consignés au procès-verbal conformément à l'article 90sexies, troisième alinéa.

Art. 90novies. <Ingevoegd bij W 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> Uiterlijk vijftien dagen nadat de beslissing over de regeling van de rechtspleging definitief is geworden, stelt de griffier, op vordering van de procureur des Konings, iedere persoon ten aanzien van wie een maatregel bedoeld in artikel 90ter is genomen, schriftelijk in kennis van de aard van die maatregel en van de dagen waarop deze is uitgevoerd.

Art. 90novies. <Inséré par L 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> Au plus tard quinze jours après le moment où la décision sur le reglement de la procédure est devenue définitive, le greffier avise par écrit, a la requête du procureur du Roi, toute personne ayant fait l'objet d'une mesure visée par l'article 90ter, de la nature de ladite mesure et des dates auxquelles elle a été exécutée.

Art. 90decies. <Ingevoegd bij W 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> De Minister van Justitie brengt elk jaar verslag uit aan het Parlement over de toepassing van de artikelen 90ter tot en met 90novies.

Art. 90decies. <Inséré par L 1994-06-30/49, Art. 3; En vigueur : 03-02-1995> Le Ministre de la Justice fait rapport annuellement au Parlement sur l'application des articles 90ter à 90novies.

Page 63: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Hij brengt het Parlement op de hoogte van het aantal onderzoeken die aanleiding gegeven hebben tot de maatregelen bedoeld in die artikelen, van de duur van die maatregelen, van het aantal betrokken personen en van de behaalde resultaten.

Il informe le Parlement du nombre d'instructions ayant donné lieu à des mesures visées par ces articles, de la durée de ces mesures, du nombre de personnes concernées et des résultats obtenus.

(Hij brengt tegelijkertijd verslag uit over de toepassing van de artikelen 86bis en 86ter.

(Il fait en même temps rapport sur l'application des articles 86bis et 86ter.

Hij brengt het Parlement op de hoogte van het aantal onderzoeken die aanleiding gegeven hebben tot de maatregelen bedoeld in deze artikelen, van het aantal betrokken personen, van de misdrijven waarop ze betrekking hadden en van de behaalde resultaten.) <W 2002-04-08/51, Art. 13, 031; En vigueur : 01-11-2002>

Il informe le Parlement du nombre d'instructions ayant donné lieu à des mesures visées par ces articles, du nombre de personnes concernées, des infractions concernées et des résultats obtenus.) <L 2002-04-08/51, Art. 13, 031; En vigueur : 01-11-2002>

(Hij brengt tegelijkertijd verslag uit over de toepassing van de artikelen 102 tot 111 en 317 en stelt de federale Wetgevende Kamers in kennis van het aantal betrokken dossiers, personen en misdrijven.) <W 2002-07-07/42, Art. 4, 032; En vigueur : 20-08-2002>

(Il fait en meme temps rapport sur l'application des articles 102 à 111 et 317 et informe les Chambres législatives féderales du nombre de dossiers, de personnes et d'infractions concernés.) <L 2002-07-07/42, Art. 4, 032; En vigueur : 20-08-2002>

§ 7. DNA-ONDERZOEK. <ingevoegd bij W 1999-03-22/52, Art. 3, En vigueur : 30-03-2002>

§ 7. DE L'ANALYSE ADN. <inséré par L 1999-03-29/52, Art. 3, En vigueur : 30-03-2002>

Art. 90undecies. <ingevoegd bij W 1999-03-22/52, Art. 3, En vigueur : 30-03-2002> § 1. Onverminderd de toepassing van artikel 56, § 1, derde lid, van dit Wetboek, kan de onderzoeksrechter, in het belang van het gerechtelijk onderzoek, de afname van menselijk celmateriaal op een persoon bevelen met het oog op een vergelijkend DNA-onderzoek, indien het feit waarvoor hij geadieerd is, een strafbaar feit is waarop een maximumstraf staat van vijf jaar gevangenis of een zwaardere straf.

Art. 90undecies. <inséré par L 1999-03-29/52, Art. 3, En vigueur : 30-03-2002> § 1er. Sans préjudice de l'application de l'article 56, § 1er, alinéa 3, du présent Code, le juge d'instruction peut ordonner, dans l'intérêt de l'instruction, qu'il soit procédé à un prélèvement d'échantillon de cellules humaines sur une personne aux fins d'une analyse ADN de comparaison, si le fait pour lequel il est saisi est une infraction pour laquelle est prévue une peine maximale de cinq ans d'emprisonnement ou une peine plus lourde.

De afname slechts worden bevolen indien de onderzoeksrechter over aanwijzingen beschikt dat de betrokkene een directe band heeft met de totstandkoming van de feiten.

Le prélèvement ne peut être ordonné que si le juge d'instruction dispose d'indices que la personne visée présente un lien direct avec la réalisation des faits.

De onderzoeksrechter mag een dergelijke afname slechts bevelen indien, bij het onderzoek waarvoor hij geadieerd is, ten minste een spoor van menselijk celmateriaal aangetroffen en verzameld werd.

Le juge d'instruction ne peut ordonner un tel prelèvement que si au moins une trace de cellules humaines a été découverte et recueillie dans le cadre de l'affaire dont il est saisi.

Voor de uitvoering van die maatregel is de toestemming van de betrokkene niet vereist.

L'accord de l'intéressé n'est pas requis pour l'exécution de la mesure.

Tot die maatregel wordt vooraf bevel gegeven door een met redenen omklede beschikking van de onderzoeksrechter die deze meedeelt aan de procureur des Konings.

Cette mesure fait préalablement l'objet d'une ordonnance motivée du juge d'instruction qu'il communique au procureur du Roi.

Page 64: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 2. Vooraleer de onderzoeksrechter een DNA-onderzoek beveelt, hoort hij de persoon die er het voorwerp van uitmaakt.

§ 2. Avant d'ordonner une analyse ADN, le juge d'instruction entend la personne qui en fait l'objet.

De onderzoeksrechter stelt hem in kennis van de omstandigheden van de zaak en van het feit dat zijn DNA-profiel kan worden vergeleken, in de gegevensbank " Criminalistiek ", met de profielen van in andere strafzaken aangetroffen sporen.

Le juge d'instruction l'informe des circonstances de l'affaire et du fait que son profil ADN pourra être relié, dans la banque de données " Criminalistique ", aux profils d'autres traces découvertes dans le cadre d'autres affaires pénales.

Van de redenen van de eventuele weigering of van de instemming van de betrokkene met die maatregel wordt melding gemaakt in het proces-verbaal van de onderzoeksrechter.

Les motifs de l'éventuel refus du prélèvement ou l'accord de l'intéressé à cette mesure sont actés dans le procès-verbal du juge d'instruction.

§ 3. De onderzoeksrechter vordert een officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings, of een arts om een hoeveelheid wangslijmvlies of haarwortels af te nemen.

§ 3. Le juge d'instruction requiert un officier de police judiciaire, officier auxiliaire du procureur du Roi ou un médecin pour le frottis buccal ou le prélèvement de bulbes pileux.

Voor het afnemen van bloed kan hij alleen een arts vorderen.

Pour effectuer un prélèvement de sang, il ne peut requérir qu'un médecin.

De persoon die met de afname van het staal is belast, neemt een voldoende hoeveelheid af om een tegenonderzoek mogelijk te maken.

La personne chargée du prélèvement d'échantillon en prélève une quantité suffisante pour permettre une contre-expertise.

Van de afname wordt proces-verbaal opgesteld door de officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings.

L'officier de police judiciaire, officier auxiliaire du procureur du Roi dresse un procès-verbal de l'opération de prélèvement.

Indien de maatregel onder fysieke dwang moet worden uitgevoerd, wordt die dwang uitgeoefend door politieambtenaren onder het bevel van de officier van gerechtelijke politie. In dat geval is de bloedafname verboden.

Si la mesure doit être exécutée sous la contrainte physique, celle-ci est exercée par des fonctionnaires de police sous l'ordre de l'officier de police judiciaire. Dans ce cas, le prélèvement de sang est interdit.

De onderzoeksrechter wijst een deskundige aan, verbonden aan een door de Koning erkend laboratorium om het DNA-profiel van het afgenomen celmateriaal op te stellen en een vergelijkend DNA-onderzoek uit te voeren.

Le juge d'instruction désigne un expert attaché à un laboratoire agréé par le Roi pour établir le profil ADN de l'échantillon prélevé et effectuer une analyse ADN de comparaison.

De deskundige die met het vergelijkend DNA-onderzoek belast is, zendt zijn verslag over binnen negentig dagen na ontvangst van de vordering van de onderzoeksrechter.

L'expert chargé de l'analyse ADN de comparaison transmet son rapport dans les nonante jours de la réception de la requête du juge d'instruction.

Deze kan evenwel een bijkomende onderzoekstermijn toestaan op gemotiveerd verzoek van de deskundige.

Celui-ci peut toutefois accorder un délai d'analyse supplémentaire sur demande motivée de l'expert.

Page 65: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 4. De uitslag van het DNA-onderzoek wordt, volgens de nadere regels bepaald door de Koning, ter kennis gebracht van de betrokken persoon. Deze laatste kan, binnen vijftien dagen na de kennisgeving, de onderzoeksrechter verzoeken een tegenonderzoek te doen uitvoeren door een door de betrokkene aangewezen deskundige, verbonden aan een door de Koning erkend laboratorium. De deskundige brengt hierover een gemotiveerd verslag uit bij de onderzoeksrechter, die de betrokken persoon hiervan op de hoogte brengt, volgens de nadere regels bepaald door de Koning.

§ 4. Le résultat de l'analyse ADN est, conformément aux modalités fixées par le Roi, porté à la connaissance de la personne concernée. Cette dernière peut, dans un délai de quinze jours à compter de la notification, requérir du juge d'instruction qu'il fasse procéder à une contre-expertise par un expert désigné par l'intéressé attaché à un laboratoire agréé par le Roi. L'expert présente un rapport motivé au juge d'instruction qui en informe l'intéressé conformement aux modalités fixées par le Roi.

Het tegenonderzoek wordt verricht aan de hand van nieuw menselijk celmateriaal afgenomen van de betrokkene en aan de hand van het gedeelte van het spoor van menselijk celmateriaal dat niet werd gebruikt tijdens het aanvankelijke onderzoek. Indien uit het verslag van het aanvankelijke onderzoek blijkt dat de hoeveelheid aangetroffen menselijk celmateriaal ontoereikend is om een nieuw DNA-profiel op te stellen, wordt het tegenonderzoek verricht aan de hand van nieuw celmateriaal afgenomen van de betrokkene en aan de hand van het door de eerste deskundige opgestelde DNA-profiel van het aangetroffen spoor.

La contre-expertise s'effectue sur la base d'un nouvel échantillon de cellules humaines prélevé sur l'intéressé et sur la base de la partie de la trace de cellules humaines qui n'a pas été utilisée lors de la première expertise. Si le rapport relatif à la première expertise révèle que la quantite de traces de cellules humaines découverte est insuffisante pour dresser un nouveau profil ADN, la contre-expertise s'effectue sur la base d'un nouvel échantillon de cellules humaines prélevé sur l'intéressé et sur la base du profil ADN de la trace découverte établi par le premier expert.

De kosten van het tegenonderzoek, beperkt tot een bedrag bepaald door de Koning bij een in Ministerraad overlegd besluit, zijn ten laste van de persoon die erom verzoekt. Indien het tegenonderzoek de uitslag van het aanvankelijke onderzoek niet bevestigt, wordt het door de betrokkene voorgeschoten bedrag door de Staat terugbetaald.

Les frais de la contre-expertise, qui sont limités au montant fixé par un arrête royal délibéré en Conseil des ministres, sont à charge de la personne qui a demandé la contre-expertise. Si la contre-expertise ne confirme pas le résultat de la première analyse, le montant avancé par l'intéressé lui est remboursé par l'Etat.

§ 5. De deskundige vernietigt het afgenomen celmateriaal van zodra hij door het openbaar ministerie geïnformeerd wordt hetzij van de afwezigheid van een tegenonderzoek hetzij van het feit dat de uitslag van het tegenonderzoek ter kennis werd gebracht van de betrokken persoon.

§ 5. L'expert detruit l'échantillon de cellules prélevé dès qu'il est informé par le ministère public soit de l'absence d'une contre-expertise, soit du fait que le résultat de la contre-expertise a été porté à la connaissance de l'intéressé.

De deskundige deelt binnen een maand na de voormelde kennisgeving door het openbaar ministerie aan dit laatste mee dat het celmateriaal vernietigd is.

Dans le mois suivant cette communication par le ministere public, l'expert informe ce dernier que l'échantillon de cellules prélevé a été détruit.

HOOFDSTUK VII. - (Voorlopige maatregelen ten aanzien van rechtspersonen). <Ingevoegd bij W 1999-05-04/60, Art. 16; En vigueur : 02-07-1999>

CHAPITRE VII. - (Des mesures provisoires à l'égard des personnes morales). <L 1999-05-04/60, Art. 16; En vigueur : 02-07-1999>

Page 66: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 91. <Ingevoegd bij W 1999-05-04/60, Art. 16; En vigueur : 02-07-1999> Wanneer gedurende een gerechtelijk onderzoek de onderzoeksrechter ernstige aanwijzingen van schuld bij een rechtspersoon vaststelt, kan hij de volgende maatregelen gelasten, indien bijzondere omstandigheden dat vergen :

Art. 91. <Inséré par L 1999-05-04/60, Art. 16; En vigueur : 02-07-1999> Lorsqu'au cours d'une instruction, le juge d'instruction constate de sérieux indices de culpabilité chez une personne morale, il peut, si des circonstances particulières le requièrent, ordonner les mesures suivantes :

1° schorsing van de procedure van ontbinding of vereffening van de rechtspersoon;

1° la suspension de la procédure de dissolution ou de liquidation de la personne morale;

2° verbod van specifieke vermogensrechtelijke transacties die tot het onvermogen van de rechtspersoon kunnen leiden;

2° l'interdiction de transactions patrimoniales spécifiques susceptibles d'entraîner l'insolvabilité de la personne morale;

3° neerlegging van een borgsom tot een door hem bepaald bedrag, als waarborg voor de inachtneming van de maatregelen die hij gelast.

3° le dépôt d'un cautionnement dont il fixe le montant, en vue de garantir le respect des mesures qu'il ordonne.

Indien de in het vorige lid bedoelde maatregelen betrekking hebben op onroerende goederen, wordt gehandeld overeenkomstig artikel 35bis.

Si les mesures visées à l'alinéa précédent concernent des biens immeubles, il est procédé conformément à l'article 35bis.

HOOFDSTUK VIIbis. - (Verhoor van minderjarigen die het slachtoffer of getuige zijn van bepaalde misdrijven). <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001>

CHAPITRE VIIbis. - (De l'audition des mineurs victimes ou témoins de certains délits). <L 2000-11-28/35, Art. 38; En vigueur : 01-04-2001>

Art. 91bis. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> Elke minderjarige die het slachtoffer of getuige is van de feiten bedoeld in de artikelen 347bis, 372 tot 377, 379, 380, 380bis, 380ter, 383, 383bis, 385, 386, 387, 398 tot 405ter, 409, 410, 422bis, 422ter, 423, 425, 426 en 428 van het Strafwetboek), heeft het recht zich tijdens elk verhoor vanwege de rechterlijke instanties te laten begeleiden door een meerderjarig persoon van zijn keuze, behalve wanneer het openbaar ministerie of de onderzoeksmagistraat ten aanzien van deze persoon bij een met redenen omklede beslissing anders oordeelt in het belang van de minderjarige of teneinde de waarheid aan het licht te brengen. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001>

Art. 91bis. Tout mineur d'âge victime (ou témoin) des faits visés aux (articles 347bis, 372 à 377, 379, 380, 380bis, 380ter, 383, 383bis, 385, 386, 387, 398 à 405ter, 409, 410, 422bis, 422ter, 423, 425, 426 et 428 du Code pénal) a le droit de se faire accompagner par la personne majeure de son choix lors de toute audition effectuée par l'autorité judiciaire, sauf décision contraire motivée prise à l'égard de cette personne par le ministère public ou le magistrat instructeur dans l'intérêt du mineur ou de la manifestation de la vérité. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001>

Art. 92. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> § 1. De procureur des Konings of de onderzoeksrechter kan de audiovisuele opname bevelen van het verhoor van minderjarigen die het slachtoffer zijn van de in artikel 91bis bedoelde misdrijven of daarvan getuige zijn, met hun toestemming.

Art. 92. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> § 1er. Le procureur du Roi ou le juge d'instruction peut ordonner l'enregistrement audiovisuel de l'audition des mineurs victimes ou témoins d'infractions visées à l'article 91bis, avec leur consentement.

Indien de minderjarige minder dan twaalf jaar oud is, is het voldoende hem hierover in te lichten.

Si le mineur a moins de douze ans, il suffit de l'en informer.

Page 67: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 2. De audiovisuele opname van het verhoor van minderjarigen die slachtoffer of getuige zijn van andere misdrijven dan die bedoeld in § 1, kan worden bevolen in geval van ernstige en uitzonderlijke omstandigheden, met hun toestemming.

§ 2. L'enregistrement audiovisuel de l'audition des mineurs victimes ou témoins d'autres infractions que celles visées au § 1er peut être ordonné en raison de circonstances graves et exceptionnelles, avec leur consentement.

Indien de minderjarige minder dan twaalf jaar oud is, is het voldoende hem hierover in te lichten.

Si le mineur a moins de douze ans, il suffit de l'en informer.

Art. 93. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> Het opgenomen verhoor van de minderjarige wordt, afhankelijk van het stadium waarin de procedure zich bevindt, verricht door een magistraat van het openbaar ministerie, door de onderzoeksrechter of door een politieambtenaar die bij name door een van hen aangewezen wordt.

Art. 93. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> L'audition enregistrée du mineur est effectuée, selon le stade de la procédure, par un magistrat du ministère public, par le juge d'instruction ou par un fonctionnaire de police nominativement désigné par l'un d'eux.

Art. 94. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> Het opgenomen verhoor van de minderjarige vindt plaats in een speciaal daartoe aangepaste ruimte. De personen die toegelaten kunnen worden om de opname bij te wonen zijn de verhoorder, de in artikel 91bis bedoelde persoon, een lid of leden van de technische dienst en een psychiater- of psycholoog-deskundige.

Art. 94. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> L'audition enregistrée d'un mineur a lieu dans un local spécialement adapté. Les personnes qui peuvent être autorisées à y assister sont l'interrogateur, la personne visée à l'article 91bis, un ou des membres du service technique et un expert psychiatre ou psychologue.

Art. 95. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> De verhoorder zet aan de minderjarige de redenen uiteen waarom hij wenst over te gaan tot de audiovisuele opnamen van het verhoor en deelt hem mede dat de minderjarige te allen tijde kan vragen de opname te onderbreken. De mededeling wordt in het proces-verbaal vermeld.

Art. 95. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> L'interrogateur explique au mineur les raisons pour lesquelles il souhaite procéder à l'enregistrement audiovisuel de l'audition et l'informe qu'il pourra, à tout moment, demander d'interrompre celui-ci. Mention en est faite au procès-verbal.

Tijdens het verhoor kan de minderjarige te allen tijde vragen de opname ervan te onderbreken. Aan dat verzoek wordt onmiddellijk gevolg gegeven en in het proces-verbaal wordt daarvan melding gemaakt.

A tout moment au cours de l'audition enregistrée, le mineur peut demander d'interrompre l'enregistrement. Cette demande est immédiatement suivie d'effet et actée au procès-verbal.

Art. 96. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> Een proces-verbaal van het opgenomen verhoor wordt opgesteld binnen achtenveertig uur of onmiddellijk ingeval de verdachte van zijn vrijheid is beroofd. Behalve de vermeldingen bedoeld in artikel 47bis worden in het proces-verbaal de belangrijkste elementen van het onderhoud, en eventueel de meest relevante passages overgeschreven.

Art. 96. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> Un procès-verbal de l'audition enregistrée est établi dans les quarante-huit heures ou immédiatement en cas de privation de liberté de la personne suspectée. Ce procès-verbal reprend, outre les indications prévues à l'article47bis, les principaux éléments de l'entretien et éventuellement une retranscription des passages les plus significatifs.

Page 68: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Tot de volledige en letterlijke overschrijving van het verhoor wordt overgegaan op verzoek van de onderzoeksrechter, van de procureur des Konings, van de persoon die wordt gehoord of van de partijen die in het geding betrokken zijn. In die overschrijving worden het gedrag en de uitdrukkingen van de minderjarige weergegeven. De overschrijving wordt zo spoedig mogelijk bij het dossier gevoegd.

Il est procédé à la retranscription integrale et littérale de l'audition sur demande du juge d'instruction, du procureur du Roi ou à la demande de la personne entendue ou des parties au procès. Cette retranscription rend compte de l'attitude et des expressions du mineur. Elle est versée dans les plus brefs délais au dossier.

Art. 97. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> De opname van het verhoor wordt in twee exemplaren gemaakt. Beide cassettes worden als originelen beschouwd en ter griffie als overtuigingsstuk neergelegd.

Art. 97. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> L'enregistrement de l'audition est réalisé en deux exemplaires. Les deux cassettes ont le statut d'originaux et sont déposées au greffe à titre de pièces à conviction.

Zo nodig, inzonderheid met het oog op de overschrijving of op het deskundigenonderzoek, kan een van de cassettes ter beschikking worden gesteld van de politiedienst of van de aangewezen deskundige.

En cas de nécessité, en vue notamment d'effectuer la retranscription ou l'expertise, une des cassettes peut être mise à la disposition du service de police ou de l'expert désigné.

Van de cassettes mag geen enkele kopie worden gemaakt. Aucune copie des cassettes ne peut être réalisée. Art. 98. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> Indien het onontbeerlijk is de minderjarige opnieuw te verhoren, het verhoor aan te vullen of over te gaan tot een confrontatie, beveelt de procureur des Konings, de onderzoeksrechter, het onderzoeksgerecht of het vonnisgerecht bij een met redenen omklede beslissing een nieuw verhoor of de confrontatie in de vorm en onder de voorwaarden omschreven in de artikelen 91bis tot 97.

Art. 98. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> S'il est indispensable de reprendre ou de compléter l'interrogatoire du mineur ou de procéder à une confrontation, le procureur du Roi, le juge d'instruction, la juridiction d'instruction ou la juridiction de jugement ordonne par une décision motivée qu'il soit procédé au nouvel interrogatoire ou à la confrontation dans les formes et conditions prévues aux articles 91bis à 97.

Art. 99. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> De cassette mag enkel worden bekeken door de personen die in het kader van het gerechtelijk dossier beroepshalve betrokken zijn bij het opsporingsonderzoek, het gerechtelijk onderzoek of het vonnis, alsmede door de partijen in het geding.

Art. 99. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> Le visionnage de la cassette est limité aux personnes qui participent professionnellement à l'information, à l'instruction ou au jugement dans le cadre du dossier judiciaire, ainsi qu'aux parties au procès.

De niet aangehouden inverdenkinggestelde en de burgerlijke partij kunnen hiertoe overeenkomstig artikel 61ter bij de onderzoeksrechter een verzoek indienen.

L'inculpé non détenu et la partie civile peuvent introduire une demande en ce sens auprès du juge d'instruction conformément à l'article 61ter.

Alle partijen hebben het recht om de cassette te bekijken nadat de procureur des Konings overeenkomstig artikel 127 de regeling van de rechtspleging heeft gevorderd.

Toutes les parties ont le droit de visionner la cassette après que le procureur du Roi a pris des réquisitions en vue du règlement de la procédure, conformément à l'article 127.

Art. 100. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> De processen-verbaal van het verhoor en de cassettes van de opname worden overgelegd aan het onderzoeksgerecht en aan het vonnisgerecht, zulks in de plaats van de persoonlijke verschijning van de minderjarige.

Art. 100. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> Les procès-verbaux d'interrogatoire et les cassettes de l'enregistrement sont produits devant la juridiction d'instruction et la juridiction de jugement en lieu et place de la comparution personnelle du mineur.

Page 69: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Wanneer het vonnisgerecht de verschijning van de minderjarige noodzakelijk vindt om de waarheid aan de dag te brengen, kan het evenwel bij een met redenen omklede beslissing de verschijning bevelen.

Toutefois, lorsqu'elle estime la comparution du mineur nécessaire à la manifestation de la verité, la juridiction de jugement peut l'ordonner par une décision motivée.

Art. 101. <W 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> De cassettes kunnen bij beslissing van het vonnisgerecht vernietigd worden. In de andere gevallen worden zij ter griffie bewaard en vernietigd na afloop van de verjaringstermijn van de strafvordering of van de burgerlijke rechtsvordering wanneer deze op een later tijdstip valt en, in geval van veroordeling, na de volledige tenuitvoerlegging of verjaring van de straf.

Art. 101. <L 2000-11-28/35, Art. 38, 026; En vigueur : 01-04-2001> Les cassettes peuvent être détruites sur décision de la juridiction de jugement. Dans les autres cas, elles sont conservées au greffe et détruites après expiration du delai de prescription de l'action publique ou de l'action civile lorsque celle-ci est postérieure, et, en cas de condamnation, après exécution totale ou prescription de la peine.

HOOFDSTUK VIIter . - Bescherming van bedreigde getuigen. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

CHAPITRE VIIter. - De la protection des temoins menacés <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

AFDELING 1. - Definities van sommige in dit HOOFDSTUK voorkomende uitdrukkingen. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

SECTION 1. - Définitions de certaines expressions figurant dans le présent chapitre. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

Art. 102. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> Voor de toepassing van dit HOOFDSTUK wordt verstaan onder :

Art. 102. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> Pour l'application du présent chapitre, on entend par :

1° bedreigde getuige : een persoon die gevaar loopt als gevolg van afgelegde of af te leggen verklaringen in de loop van het opsporingsonderzoek of het gerechtelijk onderzoek in het kader van een strafzaak, hetzij in België, hetzij voor een internationaal rechtscollege hetzij, wanneer terzake de wederkerigheid gewaarborgd is, in het buitenland, en die bereid is die verklaringen desgevraagd ter terechtzitting te bevestigen;

1° témoin menacé : une personne mise en danger à la suite de déclarations faites ou à faire dans le cadre d'une affaire pénale durant l'information ou durant l'instruction, soit en Belgique, soit devant un tribunal international, soit si la réciprocité est assurée, à l'étranger, et qui est disposée à confirmer ces déclarations sur demande à l'audience;

2° gezinsleden : de echtgenoot van de bedreigde getuige of de persoon met wie hij samenleeft en een duurzame affectieve en seksuele relatie heeft, de inwonende bloedverwanten van de bedreigde getuige, van diens echtgenoot of van de persoon met wie hij samenleeft en een duurzame affectieve en seksuele relatie heeft, hun inwonende adoptanten en adoptiekinderen en de inwonende bloedverwanten van hun adoptanten en adoptiekinderen;

2° membres de la famille : le conjoint du témoin menacé ou la personne avec laquelle il cohabite et entretient une relation affective et sexuelle durable, les parents vivant sous le même toit du témoin menacé, de son conjoint ou de la personne avec laquelle il cohabite et entretient une relation affective et sexuelle durable, leurs adoptants et enfants d'adoption vivant sous le même toit et les parents de leurs adoptants et enfants d'adoption vivant sous le même toit;

Page 70: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

3° andere bloedverwanten : de niet-inwonende bloedverwanten tot in de derde graad van de bedreigde getuige, van diens echtgenoot of van de persoon met wie hij samenleeft en een duurzame affectieve en seksuele relatie heeft, hun niet-inwonende adoptanten en adoptiekinderen en de niet-inwonende bloedverwanten van hun adoptanten en adoptiekinderen tot in de tweede graad.

3° autres parents : les parents du témoin menacé jusqu'au troisième degré ne vivant pas sous le meme toit, les parents de son conjoint ou de la personne avec laquelle il cohabite et entretient une relation affective et sexuelle durable, leurs adoptants et enfant d'adoption ne vivant pas sous le même toit et les parents des adoptants et enfants d'adoption jusqu'au deuxième degré ne vivant pas sous le même toit.

AFDELING 2. - De organen van de bescherming. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

SECTION 2. - Des organes de protection. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

Art. 103. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1. De Getuigenbeschermingscommissie is bevoegd voor het toekennen, wijzigen en intrekken van beschermingsmaatregelen en van financiële hulpmaatregelen.

Art. 103. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1er. La Commission de protection des témoins est compétente en matière d'octroi, de modification ou de retrait des mesures de protection et des mesures d'aide financière.

De Getuigenbeschermingscommissie is samengesteld uit de federale procureur, die als voorzitter fungeert, een procureur des Konings aangewezen door de Raad van procureurs des Konings, de procureur-generaal aan wie de specifieke taak van internationale betrekkingen is toegewezen, de directeur-generaal Gerechtelijke Politie van de federale politie, de directeur-generaal Operationele Ondersteuning van de federale politie, een vertegenwoordiger van het Ministerie van Justitie en een vertegenwoordiger van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. De twee laatstgenoemden hebben slechts een adviserende bevoegdheid en hebben geen stemrecht.

La Commission de protection des témoins est composée du procureur fédéral, qui en assure la présidence, d'un procureur du Roi désigné par le Conseil des procureurs du Roi, du procureur général à qui est confiée la tâche spécifique des relations internationales, du directeur genéral de la Police judiciaire de la police fédérale, du directeur général de l'Appui opérationnel de la police fédérale, d'un représentant du Ministère de la Justice et d'un représentant du Ministère de l'Intérieur. Ces deux derniers n'ont qu'une compétence consultative et n'ont pas voix déliberative.

De Getuigenbeschermingscommissie komt samen na bijeenroeping door haar voorzitter. De leden van de Getuigenbeschermingscommissie zijn in persoon aanwezig of laten zich vervangen overeenkomstig de regels die zij vastleggen in het huishoudelijk reglement. De Koning keurt het huishoudelijk reglement van de commissie goed.

La Commission de protection des témoins se réunit sur convocation de son président. Les membres de la Commission de protection des témoins assistent aux réunions en personne ou se font remplacer conformément aux règles qu'ils fixent dans le règlement d'ordre intérieur. Le Roi approuve le règlement d'ordre intérieur de la commission.

§ 2. De coördinatie van de bescherming wordt verzorgd door de Getuigenbeschermingsdienst bij de Algemene Directie Gerechtelijke Politie van de federale politie.

§ 2. La coordination de la protection est assurée par le Service de protection des témoins au sein de la Direction génerale de la Police judiciaire de la police fédérale.

§ 3. De tenuitvoerlegging van de bescherming van gedetineerde personen binnen de gevangenis wordt verzorgd door het Directoraat-generaal der Strafinrichtingen.

§ 3. L'exécution de la protection au sein de la prison de personnes détenues est assurée par la Direction générale des Etablissements pénitentiaires.

Page 71: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

In alle andere gevallen wordt de tenuitvoerlegging van de bescherming verzekerd door de Algemene Directie Operationele Ondersteuning van de federale politie.

Dans tous les autres cas, l'exécution de la protection est assurée par la Direction générale de l'appui opérationnel de la police fédérale.

AFDELING 3. - De toekenning van bescherming. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

SECTION 3. - De l'octroi de la protection. <Inseré par L 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

Art. 104. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1. De Getuigenbeschermingscommissie kan, met inachtneming van de beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit, gewone beschermingsmaatregelen toekennen aan een bedreigde getuige en, in voorkomend geval en voorzover zij gevaar lopen als gevolg van de door hem afgelegde of af te leggen verklaringen, aan zijn gezinsleden en andere bloedverwanten.

Art. 104. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1er. La Commission de protection des témoins peut, compte tenu des principes de subsidiarité et de proportionnalité, octroyer des mesures de protections ordinaires à un témoin menace ainsi que, le cas échéant et dans la mesure où ils courent un danger à la suite de ses déclarations faites ou à faire, aux membres de sa famille et autres parents.

De gewone beschermingsmaatregelen kunnen inzonderheid omvatten :

Les mesures de protection ordinaires peuvent notamment comprendre :

1° het afschermen van de gegevens van de betrokken persoon bij de dienst bevolking en bij de burgerlijke stand;

1° la protection des données relatives à la personne concernée auprès du service de la population et auprès de l'état civil;

2° het verstrekken van raadgevingen op het vlak van preventie;

2° la formulation de conseils dans le domaine de la prévention;

3° het plaatsen van technopreventieve middelen; 3° l'installation d'un équipement technique préventif;

4° het aanstellen van een contactambtenaar; 4° la désignation d'un fonctionnaire de contact; 5° het voorzien in een alarmprocedure; 5° l'élaboration d'une procédure d'alarme; 6° het verstrekken van psychologische bijstand; 6° l'octroi d'une assistance psychologique; 7° het preventief patrouilleren door de politiediensten; 7° l'organisation, à titre préventif, de patrouilles par

les services de police; 8° het registeren van in- en uitgaande gesprekken; 8° l'enregistrement des appels entrants et sortants; 9° het op regelmatige tijdstippen controleren van de raadplegingen van het rijksregister en/of het afschermen van de gegevens van de betrokkene;

9° le contrôle régulier des consultations du registre national et/ou la protection des données relatives à la personne concernée;

10° het ter beschikking stellen van een geheim telefoonnummer;

10° la mise à disposition d'un numéro de téléphone secret;

11° het ter beschikking stellen van een afgeschermde nummerplaat;

11° la mise à disposition d'une plaque d'immatriculation protégée;

12° het ter beschikking stellen van een GSM voor noodoproepen;

12° la mise à disposition d'un GSM pour les appels urgents;

13° het onmiddellijk en van nabij fysiek beveiligen van de betrokken persoon;

13° la protection physique rapprochée et immédiate de la personne concernée;

14° het elektronisch beveiligen van de betrokken persoon; 14° la protection électronique de la personne concernée;

15° het reloceren van de betrokken persoon gedurende maximaal 45 dagen;

15° la relocalisation de la personne concernée pendant maximum 45 jours;

Page 72: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

16° het plaatsen van de gedetineerde betrokken persoon in een bijzonder beveiligde AFDELING van de gevangenis.

16° le placement dans une SECTION spécialement protégée de la prison de la personne concernée détenue.

§ 2. Bovendien kan de Getuigenbeschermingscommissie, met inachtneming van de beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit, uitsluitend bijzondere beschermingsmaatregelen toekennen aan een bedreigde getuige wiens bescherming met gewone beschermingsmaatregelen niet kan worden verzekerd en wiens verklaringen betrekking hebben op een misdrijf zoals bedoeld in artikel 90ter , §§ 2, 3 of 4, een misdrijf gepleegd in het kader van een criminele organisatie zoals bedoeld in artikel 324bis van het Strafwetboek of een misdrijf zoals bedoeld in de wet van 16 juni 1993 betreffende de bestraffing van ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht, en, in voorkomend geval, aan zijn gezinsleden en, voorzover zij gevaar lopen als gevolg van de door hem afgelegde of af te leggen verklaringen, aan zijn andere bloedverwanten.

§ 2. En outre, la Commission de protection des témoins peut, compte tenu des principes de subsidiarité et de proportionnalité, octroyer exclusivement des mesures de protection spéciales à un témoin menacé dont la protection spéciale à un témoin menacé dont la protection ne peut être assurée par des mesures de protection ordinaires et dont les déclarations concernent une infraction visée à l'article 90ter , §§ 2, 3 ou 4, une infraction commise dans le cadre d'une organisation criminelle visée à l'article 324bis du Code pénal ou une infraction visée à la loi du 16 juin 1993 relative à la répression des violations graves du droit international humanitaire et, le cas échéant, aux membres de sa famille ainsi que, dans la mesure où ils courent un danger à la suite des ses déclarations faites ou à faire, à ses autres parents.

De bijzondere beschermingsmaatregelen kunnen omvatten :

Les mesures de protection spéciales peuvent comprendre :

1° het reloceren van de betrokken persoon gedurende meer dan 45 dagen;

1° la relocalisation de la personne concernée pour une période de plus de 45 jours;

2° het wijzigen van de identiteit van de betrokken persoon.

2° le changement d'identité de la personne concernée.

§ 3. De Getuigenbeschermingscommissie kan, rekening houdend met de specifieke situatie van de betrokken persoon, financiële hulpmaatregelen toekennen aan de bedreigde getuige aan wie bijzondere beschermingsmaatregelen worden toegekend.

§ 3. La Commission de protection des témoins peut, en tenant compte de la situation spécifique de la personne concernée, octroyer des mesures d'aide financière au témoin menacé qui bénéficie de mesures de protection spéciales.

De financiële hulpmaatregelen kunnen omvatten : Les mesures d'aide financière peuvent comprendre : 1° een maandelijkse uitkering om in het onderhoud van de bedreigde getuige en zijn samen met hem beschermde gezinsleden en andere bloedverwanten te voorzien, en waarvan bepaalde gedeelten kunnen bestemd worden voor specifieke doeleinden;

1° un versement mensuel destiné à assurer la subsistance du témoin menacé ainsi que des membres de sa famille et autres parents qui sont protégés avec lui, et dont certaines parties peuvent être destinées à des fins spécifiques;

2° de éénmalige uitkering van een bedrag voor het opstarten van een zelfstandige activiteit;

2° le versement en une seule fois d'un montant pour démarrer une activité indépendante;

3° een bijzondere financiële bijdrage voor specifieke doeleinden.

3° une contribution financière speciale réservée à des fins spécifiques.

Page 73: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 4. De persoon aan wie bijzondere beschermingsmaatregelen worden toegekend, heeft van rechtswege recht op psychologische begeleiding, op hulp bij het zoeken naar werk en op tussenkomst bij de uitoefening van verworven pecuniaire rechten, overeenkomstig de modaliteiten bepaald bij artikel 107, derde lid.

§ 4. La personne bénéficiant de mesures de protection spéciales a automatiquement droit à une assistance psychologique, à de l'aide dans la recherche d'un emploi et à une intervention lors de l'exercice des droits pécuniaires acquis, conformément aux modalités visées à l'article 107, alinéa 3.

Art. 105. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1. De procureur des Konings, de procureur-generaal, de federale procureur of de onderzoeksrechter, naar gelang van het geval, kan bij een met redenen omkleed verzoekschrift, waarbij een afschrift van het dossier is gevoegd, om de toekenning van beschermingsmaatregelen en van financiële hulpmaatregelen verzoeken.

Art. 105. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1er. Le procureur du Roi, le procureur général, le procureur fédéral ou le juge d'instruction, selon le cas, peut demander l'octroi de mesures de protection et de mesures d'aide financière par requête écrite motivée, accompagnée d'une copie du dossier.

Het verzoekschrift vermeldt : La requête mentionne : 1° de dag, de maand en het jaar; 1° les jour, mois et année; 2° de naam en de functie van de magistraat die het verzoekschrift indient;

2° les nom et fonction du magistrat qui dépose la requête;

3° de naam, de voornaam en de woon- of verblijfplaats van de personen voor wie de bedoelde maatregelen worden gevraagd;

3° les nom et prénom ainsi que le lieu de domicile ou de résidence des personnes pour lesquelles les mesures visées sont demandées;

4° of gewone, dan wel bijzondere beschermingsmaatregelen, en in voorkomend geval welke, en financiële hulpmaatregelen dienen te worden toegekend;

4° s'il convient d'octroyer des mesures de protection ordinaires ou spéciales, et le cas échéant lesquelles, et des mesures d'aide financière;

5° de gewone beschermingsmaatregelen bedoeld in § 3, en de bijzondere redenen die deze wettigen.

5° les mesures de protection ordinaires visées au § 3, et les motifs particuliers qui le justifient.

De procureur des Konings, de procureur-generaal en de federale procureur zenden het verzoekschrift over aan de voorzitter van de Getuigenbeschermingscommissie.

Le procureur du Roi, le procureur général et le procureur fédéral transmettent la requête au président de la Commission de protection des témoins.

De onderzoeksrechter zendt het verzoekschrift over aan de procureur des Konings, die het onverwijld doorstuurt naar de voorzitter van de Getuigenbeschermingscommissie.

Le juge d'instruction transmet la requête au procureur du Roi, lequel la transmet immédiatement au président de la Commission de protection des témoins.

Op schriftelijk en met redenen omkleed verzoek van de bedreigde getuige kan de procureur des Konings, de procureur-generaal, de federale procureur of de onderzoeksrechter in zijn verzoekschrift aanduiden aan welke andere personen dan degenen bedoeld in artikel 102 beschermingsmaatregelen kunnen worden toegekend. Deze beschermingsmaatregelen kunnen door de Commissie slechts worden toegekend voor zover deze personen effectief gevaar lopen.

Sur demande écrite et motivée du témoin menacé, le procureur du Roi, le procureur général, le procureur fédéral ou le juge d'instruction peut indiquer dans sa requête les personnes autres que celles visées à l'article 102 à qui il peut être octroyé des mesures de protection. Ces mesures de protection ne peuvent être octroyées par la Commission que si ces personnes courent effectivement un danger.

Page 74: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 2. Zodra de voorzitter van de Getuigenbeschermingscommissie het verzoekschrift tot het toekennen van beschermingsmaatregelen en desgevallend van financiële hulpmaatregelen heeft ontvangen, verzoekt hij de directeur-generaal Gerechtelijke Politie van de federale politie om een schriftelijk advies.

§ 2. Dès que le président de la Commission de protection des témoins a reçu la requête en vue de l'octroi de mesures de protection et, le cas échéant, de mesures d'aide financière, il demande au directeur général de la Police judiciaire de la police fédérale un avis écrit.

§ 3. Indien bij hoogdringendheid beschermingsmaatregelen noodzakelijk zijn, kan de voorzitter van de Getuigenbeschermingscommissie na ruggespraak met de directeur-generaal Gerechtelijke Politie van de federale politie en in afwachting van diens advies, bij voorlopige beslissing gewone beschermingsmaatregelen toekennen.

§ 3. Si des mesures de protection sont nécessaires en cas d'extrême urgence, le président de la Commission de protection des témoins peut, après concertation avec le directeur général de la Police judiciaire de la police fédérale et dans l'attente de l'avis de celui-ci, décider à titre provisoire d'octroyer des mesures de protection ordinaires.

De voorlopige beslissing is met redenen omkleed. Zij houdt precieze opgave in van de beschermingsmaatregelen die worden toegekend.

La décision provisoire est motivée. Elle contient une description précise des mesures de protection octroyées.

Van de voorlopige beslissing wordt schriftelijk kennis gegeven aan de bedreigde getuige.

Le témoin menacé est informé par écrit de la décision provisoire.

§ 4. De directeur-generaal Gerechtelijke Politie van de federale politie zendt, binnen een maand na ontvangst van het verzoek bepaald in § 2, een omstandig advies over nopens het voldaan zijn van de wettelijke voorwaarden voor de gevraagde beschermingsmaatregelen in hoofde van de personen waarvoor bescherming wordt gevraagd en, in voorkomend geval en indien bijzondere beschermingsmaatregelen worden gevraagd, nopens de persoonlijke geschiktheid van de betrokken personen voor de toekenning van de gevraagde beschermingsmaatregelen, alsook nopens in voorkomend geval gevraagde financiële hulpmaatregelen.

§ 4. Le directeur général de la Police judiciaire de la police fédérale rend dans le mois qui suit la réception de la demande visée au § 2, un avis circonstancié sur la réalisation des conditions légales pour l'octroi des mesures de protection dans le chef des personnes pour lesquelles une protection est demandée et, le cas échéant, si des mesures de protection spéciales sont demandées, sur l'aptitude personnelle des personnes concernées à pouvoir bénéficier des mesures de protection ainsi que des mesures d'aide financière demandées éventuellement.

Indien een persoon waarvoor bijzondere beschermingsmaatregelen worden gevraagd schuldig is bevonden aan een feit dat een gevangenisstraf van een jaar of een zwaardere straf tot gevolg kan hebben, of indien de strafvordering wegens dergelijk feit ten aanzien van hem vervallen is ingevolge toepassing van artikel 216bis of 216ter, houdt het advies nopens de persoonlijke geschiktheid van de betrokkene voor de toekenning van bijzondere beschermingsmaatregelen in elk geval een evaluatie in van het gevaar dat de betrokkene zon kunnen vormen voor de samenleving waarnaar hij wordt gereloceerd.

Si une personne pour laquelle des mesures de protection spéciales sont demandees, est déclarée coupable d'un fait passible d'une peine d'emprisonnement d'un an ou d'une peine plus lourde ou si l'action publique contre pareil fait s'est éteinte à son égard à la suite de l'application de l'article 216bis ou 216ter , l'avis relatif à la capacité personnelle de l'intéressé à pouvoir bénéficier de mesures de protection speciales contient en tout cas une évaluation du danger que l'intéressé pourrait représenter pour l'environnement dans lequel il sera relocalisé.

Page 75: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 5. Van zodra de voorzitter van de Getuigenbeschermingscommissie het advies van de directeur-generaal Gerechtelijke Politie van de federale politie heeft ontvangen, roept hij de Commissie samen om over het verzoek te beslissen.

§ 5. Dès que le président de la Commission de protection des témoins a reçu l'avis du directeur général de la Police judiciaire de la police fédérale, il convoque la Commission pour statuer sur la requête.

§ 6. De Getuigenbeschermingscommissie beslist bij meerderheid van stemmen.

§ 6. La Commission de protection des témoins statue à la majorité des voix.

§ 7. De beslissing van de Getuigenbeschermingscommissie is met redenen omkleed. Zij houdt precieze opgave in van de bijzondere beschermingsmaatregelen en de financiële hulpmaatregelen die in voorkomend geval worden toegekend.

§ 7. La décision de la Commission de protection des témoins est motivée. Elle mentionne les mesures de protection spéciales et les aides financières éventuellement octroyées.

Indien gewone beschermingsmaatregelen worden toegekend, wordt de Getuigenbeschermingsdienst ermee belast te bepalen welke beschermingsmaatregelen als bedoeld in artikel 104, § 1, concreet worden genomen.

Si des mesures de protection ordinaire sont octroyées, le Service de protection des témoins est chargé de déterminer quelles sont, parmi les mesures de protection énumérees à l'article 104, § 1er, celles qui seront concrètement prises.

§ 8. Wanneer de beslissing een wijziging van de identiteit betreft, wordt zij meegedeeld aan de minister van Justitie.

§ 8. La décision est communiquée au ministre de la Justice lorsqu'elle concerne un changement d'identité.

§ 9. De beslissing van de Getuigenbeschermingscommissie heft van rechtswege de door de voorzitter bij voorlopige beslissing toegekende beschermingsmaatregelen op.

§ 9. La décision de la Commission de protection des témoins leve le plein droit les mesures de protection octroyées par le président par décision provisoire.

§ 10. Tegen de beslissing van de Getuigenbeschermingscommissie staat geen rechtsmiddel open.

§ 10. La décision de la Commission de protection des témoins n'est susceptible d'aucun recours.

Art. 106. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1. In afwijking van de bepalingen van de wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen, kan de minister van Justitie een verandering van naam en van voornamen toestaan op voorstel van de Getuigenbeschermingscommissie.

Art. 106. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1er. Par dérogation aux dispositions de la loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms, le ministre de la Justice peut autoriser un changement de nom et de prénoms sur proposition de la Commission de protection des témoins.

De nieuwe identiteit wordt vastgesteld in overleg met de Getuigenbeschermingsdienst en de betrokken persoon of zijn wettelijke vertegenwoordiger.

La nouvelle identité est déterminée en concertation avec le Service de protection des témoins et avec la personne concernée, ou son représentant légal.

§ 2. Een afschrift van het ministerieel besluit dat de verandering van naam en voornamen toestaat, wordt binnen tien dagen na de ondertekening overgezonden aan de Getuigenbeschermingsdienst en aan de procureur des Konings. De Getuigenbeschermingsdienst neemt onmiddellijk contact op met de procureur des Konings met het oog op de overschrijving van het dispositief van het besluit in de registers van de burgerlijke stand.

§ 2. Dans les dix jours de la signature de l'arrêté ministériel autorisant le changement de nom et de prénoms, une copie de cet arrêté est transmise au Service de protection des témoins et au procureur du Roi. Le Service de protection des témoins prend immédiatement contact avec le procureur du Roi en vue de la transcription du dispositif de l'arrêté dans les registres de l'état civil.

Page 76: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De procureur des Konings vordert de overschrijving in de registers van de burgerlijke stand van :

Le procureur du Roi requiert la transcription dans les registres de l'état civil :

1° de plaats waar de begunstigde of een van de begunstigden is geboren;

1° du lieu de naissance du ou d'un des bénéficiaires;

2° de plaats waar de begunstigde of een van de begunstigden zijn gewone verblijfplaats heeft, wanneer geen van de begunstigden in België is geboren;

2° du lieu de résidence habituelle du ou d'un des bénéficiaires si aucun d'eux n'est né en Belgique;

3° van Brussel, wanneer geen van de begunstigden in België is geboren noch er zijn gewone verblijfplaats heeft.

3° de Bruxelles si aucun des bénéficiaires n'est né en Belgique et n'y a sa résidence habituelle.

De verandering van naam en de verandering van voornamen hebben gevolg op de dag van de overschrijving. De naamsverandering geldt vanaf die dag voor de minderjarige kinderen tot wie zij is uitgebreid.

Le changement de nom et le changement de prénoms produisent leurs effets à la date de la transcription. Le changement de nom s'applique dès cette date aux enfants mineurs à l'égard desquels il a été étendu.

Door toedoen van de procureur des Konings wordt melding gemaakt van de overschrijving op de kant van de akten van de burgerlijke stand die betrekking hebben op de begunstigden.

A la diligence du procureur du Roi, il est fait mention de la transcription en marge des actes de l'état civil relatifs aux bénéficiaires.

§ 3. De verandering van naam en de verandering van voornamen zijn vrij van zegelrecht en registratierecht.

§ 3. Le changement de nom et le changement de prénoms sont exemptés du droit de timbre et du droit d'enregistrement.

§ 4. In afwijking van artikel 45 van het Burgerlijk Wetboek mag een uittreksel of afschrift van een akte van de burgerlijke stand met betrekking tot een persoon die met toepassing van dit artikel een wijziging van identiteit heeft verkregen, slechts worden gegeven met uitdrukkelijke toestemming van de procureur des Konings, op eensluidend advies van de Getuigenbeschermingsdienst.

§ 4. Par dérogation à l'article 45 du Code civil, il ne peut être délivré un extrait ou une copie d'un acte de l'état civil concernant une personne qui a fait l'objet d'un changement d'identité en application du présent article, qu'avec l'autorisation expresse du procureur du Roi, sur l'avis conforme du Service de protection des témoins.

Art. 107. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> De bedreigde getuige aan wie de beslissing tot het toekennen van beschermingsmaatregelen wordt overhandigd, ondertekent een schriftelijk memorandum, waarin hij zich ertoe verbindt om oprechte en volledige verklaringen af te leggen betreffende de zaak waarin hij zal getuigen, en om te getuigen telkens als hij hierom verzocht wordt.

Art. 107. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> Le témoin menacé auquel la décision d'octroyer des mesures de protections est remise, signe un mémorandum écrit par lequel il s'engage à faire des déclarations sincères et complètes relatives à l'affaire dans laquelle il va témoigner et à témoigner chaque fois qu'on le lui demandera.

Ingeval bijzondere beschermingsmaatregelen worden toegekend, verbindt hij zich er in het memorandum bovendien toe om oprechte en volledige verklaringen af te leggen over alle burgerrechtelijke verplichtingen die hetzij op hemzelf, hetzij op de samen met hem te beschermen gezinsleden of andere bloedverwanten rusten, en verzekert hij de integrale nakoming van deze verplichtingen.

Si des mesures de protection spéciales sont octroyées, il s'engage en outre par le mémorandum à faire des déclarations sincères et complètes relatives à toutes les obligations civiles qui reposent sur lui ou sur les membres de sa famille ou sur d'autres parents qui sont également à protéger et il s'engage à respecter ces obligations dans leur entièreté.

Page 77: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Tevens verleent hij een algemene lastgeving aan de directeur-generaal Gerechtelijke Politie van de federale politie. Met instemming van de getuige kan de directeur-generaal Gerechtelijke Politie lastgevingsovereenkomsten sluiten met andere personen met het oog op het beheer van het vermogen van de getuige.

Il donne également un mandat général au directeur général de la Police judiciaire de la police fédérale. Avec l'accord du témoin, le directeur genéral de la Police judiciaire peut conclure des contrats avec des autres personnes en vue de la gestion, par procuration, du patrimoine du temoin.

AFDELING 4. - Wijziging en intrekking van de bescherming. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

SECTION 4. - De la modification et du retrait de la protection. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5; En vigueur : 20-08-2002>

Art. 108. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1. De Getuigenbeschermingsdienst toetst op aangifte van de politie, de procureur des Konings, de federale procureur, de onderzoeksrechter, de directeur-generaal der Strafinrichtingen, de bedreigde getuige of ambtshalve, doch minimaal om de zes maanden, of er een grond is tot wijziging of intrekking van de toegekende beschermingsmaatregelen en, desgevallend, van de toegekende financiële hulpmaatregelen.

Art. 108. <Insere par L 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1er. Le Service de protection des témoins vérifie au moins tous les six mois, à la demande de la police, du procureur du Roi, du procureur fédéral, du juge d'instruction, du directeur général des Etablissements pénitentiaires, du témoin menacé ou d'office, s'il y a des raisons de modifier ou de retirer les mesures de protection ainsi que les aides financières éventuellement octroyées.

§ 2. De toegekende beschermingsmaatregelen kunnen worden gewijzigd indien deze niet volstaan of indien minder verstrekkende maatregelen volstaan om de bescherming van de bedreigde getuige of de leden van zijn gezin of andere bloedverwanten te verzekeren, en in de gevallen waarin zijn kunnen worden ingetrokken.

§ 2. Les mesures de protection octroyées peuvent être modifiées si elles ne suffisent pas ou si des mesures moins importantes suffisent à assurer la protection du témoin menacé, des membres de sa famille ou d'autres parents et dans les cas où elles peuvent être retirées.

§ 3. De aan een persoon toegekende beschermingsmaatregelen kunnen worden ingetrokken indien :

§ 3. Les mesures de protection octroyées à une personne peuvent être retirées si :

1° hij ervan verdacht wordt een wanbedrijf of misdaad te hebben gepleegd na toekenning van de beschermingsmaatregelen;

1° elle est soupçonnée d'avoir commis un délit ou un crime après l'octroi des mesures de protection;

2° hij na toekenning van beschermingsmaatregelen schuldig is bevonden aan een feit dat een gevangenisstraf van een jaar of een zwaardere straf tot gevolg kan hebben, of indien de strafvordering wegens dergelijk feit ten aanzien van hem vervallen is ingevolge toepassing van artikel 216bis of 216ter,

2° après l'octroi des mesures de protection, elle est déclarée coupable d'un fait pouvant donner lieu à une peine d'emprisonnement d'un an ou à une peine plus lourde, ou si l'action publique est éteinte à son égard pour un fait semblable en application de l'article 216bis ou 216ter ;

3° hij enige handeling heeft gesteld die afbreuk doet aan de hem toegekende beschermingsmaatregelen;

3° elle a posé un quelconque acte portant préjudice aux mesures de protection qui lui ont été octroyées;

4° de toegekende beschermingsmaatregelen kunnen bovendien worden ingetrokken indien de bepalingen van het memorandum niet worden nageleefd.

4° les mesures de protection octroyées peuvent en outre être retirées si les dispositions du mémorandum ne sont pas respectées.

Page 78: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 4. De aan een persoon toegekende beschermingsmaatregelen worden in elk geval ingetrokken wanneer deze geen gevaar meer loopt, voor zover dit door de wet als een voorwaarde door toekenning van de toegekende beschermingsmaatregelen wordt omschreven.

§ 4. Les mesures de protection octroyées à une personne sont en tout cas retirées lorsque la personne n'est plus en danger, pour autant qu'il soit prévu par la loi que ce danger est une condition d'octroi des mesures de protection.

De aan een bedreigde getuige toegekende beschermingsmaatregelen worden in elk geval ingetrokken wanneer deze formeel in verdenking gesteld wordt of vervolgd wordt door het openbaar ministerie voor de feiten die het voorwerp uitmaken van zijn getuigenis.�

Les mesures de protection octroyées à un témoin menacé sont en tout cas retirées lorsqu'il est formellement inculpé ou poursuivi par le ministère public pour les faits sur lesquels il fait témoignage.

§ 5. De aan de bedreigde getuigde toegekende financiële hulpmaatregelen kunnen worden gewijzigd indien het bedrag ervan niet volstaat, dan wel een geringer bedrag volstaat om in het onderhoud van de bedreigde getuige en de samen met hem beschermde gezinsleden en andere bloedverwanten te voorzien, en in de gevallen waarin zij kunnen worden ingetrokken. De Getuigenbeschermingscommissie houdt rekening met de specifieke situatie van de betrokken persoon.

§ 5. Les aides financières octroyées au temoin menacé peuvent être modifiées si elles ne suffisent pas ou si un montant moins important suffit à subvenir aux besoins du témoin menacé, des membres de sa famille qui sont protégés avec lui et d'autres parents, et dans les cas où elles peuvent être retirées. La Commission de protection des témoins tient compte de la situation spécifique de la personne concernée.

§ 6. De aan de bedreigde getuige toegekende financiële hulpmaatregelen kunnen worden ingetrokken indien :

§ 6. Les aides financières octroyées au temoin menacé peuvent être retirées si :

1° de bedreigde getuige zelf in zijn onderhoud en dat van de samen met hem gereloceerde leden van zijn gezin en andere bloedverwanten kan voorzien of had kunnen voorzien, doch dit door eigen fout of nalatigheid heeft verhinderd;

1° le témoin menacé peut subvenir lui-même à ses propres besoins ainsi qu'à ceux des membres de sa famille et d'autres parents qui ont été déplacés avec lui ou s'il était capable d'y subvenir mais que son comportement fautif ou négligent l'en a empêché;�

2° in geval van aanwending van voor specifieke doeleinden bestemde gedeelten van de maandelijkse uitkering of van een bijzondere financiële bijdrage, voor andere dan de door de Getuigenbeschermingscommissie bepaalde doeleinden;

2° lorsque des parties de l'allocation mensuelle ou d'une contribution financière spéciale destinées à des fins spécifiques ont été utilisées à d'autres fins que celles fixées par la Commission de protection des témoins;

3° de bedreigde getuigde overleden is, en de samen met hem gereloceerde gezinsleden en andere bloedverwanten zelf in hun onderhoud kunnen voorzien.

3° le témoin menacé est décédé et les membres de sa famille ainsi que les autres parents qui ont été déplacés avec lui peuvent subvenir a leurs propres besoins.

Art. 109. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1. Indien de Getuigenbeschermingsdienst van oordeel is dan een grond tot wijziging of intrekking, zoals bepaald in het voorgaande artikel, van de toegekende beschermingsmaatregelen of financiële hulpmaatregelen voorhanden is, zendt de directeur-generaal Gerechtelijke Politie van de federale politie binnen een maand een met redenen omkleed advies ter zake over aan de voorzitter van de Getuigenbeschermingscommissie.

Art. 109. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1er. Si le Service de protection des témoins constate qu'il existe une raison de modifier ou de retirer les mesures de protection octroyées ou les aides financières, comme prévu à l'article précédent, le directeur général de la Police judiciaire de la police fédérale rend, dans le mois, un avis motivé au président de la Commission de protection des témoins.

Page 79: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Wordt de wijziging van de toegekende beschermingsmaatregelen geadviseerd, dan wordt het bepaalde in artikel 105, § 4, toegepast, met dien verstande dat de Getuigenbeschermingsdienst die een wijziging van gewone naar bijzondere beschermingsmaatregelen adviseert, zelf een voorstel tot financiële hulpmaatregelen kan formuleren.

Lorsqu'il est indiqué dans l'avis que les mesures de protection octroyées doivent être modifiées, les dispositions de l'article 105, § 4, sont d'application, étant entendu que le Service de protection des témoins qui a rendu un avis visant à modifier les mesures de protections ordinaires en mesures de protection spéciales peut formuler une proposition visant à octroyer une aide financière.

§ 2. Van zodra de voorzitter van de Getuigenbeschermingscommissie het advies van de directeur-generaal Gerechtelijke Politie van de federale politie heeft ontvangen, roept hij de Commissie samen om te beslissen.

§ 2. Dès que le président de la Commission de protection des témoins a reçu l'avis du directeur général de la Police judiciaire de la police fédéral, il convoque la Commission pour prendre une décision.

§ 3. De Getuigenbeschermingscommissie beslist bij meerderheid van stemmen.

§ 3. La Commission de protection des témoins statue à la majorité des voix.

§ 4. De Getuigenbeschermingscommissie beslist met inachtneming van de beginselen van subsidiariteit en van proportionaliteit over de wijziging of de intrekking van de toegekende beschermingsmaatregelen of de financiële hulpmaatregelen, en over de desgevallend door de Getuigenbeschermingsdienst in toepassing van § 1 voorgestelde financiële hulpmaatregelen.

§ 4. La Commission de protection des témoins se prononce compte tenu des principes de subsidiarité et de proportionnalité sur la modification ou le retrait des mesures de protection ou des aides financières octroyées et, le cas échéant, sur les aides financières proposées par le Service de protection des témoins en application du § 1er.

§ 5. De beslissing van de Getuigenbeschermingscommissie is met redenen omkleed. Zij houdt precieze opgave in van de bijzondere beschermingsmaatregelen en de financiële hulpmaatregelen die desgevallend worden toegekend.

§ 5. La décision de la Commission de protection des témoins est motivée. Elle contient une description précise des mesures de protection spéciales et des aides financières éventuellement octroyées.

Indien gewone beschermingsmaatregelen worden toegekend, wordt de Getuigenbeschermingsdienst ermee belast te bepalen welke beschermingsmaatregelen als bedoeld in artikel 104, § 1, concreet worden genomen.

Lorsque des mesures de protection ordinaires sont octroyées, le Service de protection des témoins est chargé de déterminer quelles sont, parmi les mesures de protection visées à l'article 104, § 1er, celles qui seront prises concrètement.

§ 6. Van de beslissing wordt schriftelijk kennis gegeven aan de bedreigde getuige.

§ 6. La décision est communiquée par écrit au témoin menacé.

§ 7. Tegen de beslissing van de Getuigenbeschermingscommissie staat geen rechtsmiddel open.

§ 7. La décision de la Commission de protection des témoins n'est susceptible d'aucun recours.

Art. 110. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1. De beslissing van intrekking van de aan de bedreigde getuige toegekende beschermingsmaatregelen leidt van rechtswege tot het verval van de aan zijn gezinsleden, andere bloedverwanten en de andere personen bedoeld in artikel 105, § 1, vijfde lid, toegekende beschermingsmaatregelen.

Art. 110. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> § 1er. La décision de retirer les mesures de protection octroyées au témoin menacé entraîne de plein droit l'extinction des mesures de protection octroyées aux membres de sa famille, à ses autres parents et aux autres personnes visées à l'article 105, § 1er, alinéa 5.

Page 80: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 2. De beslissing van intrekking van de aan de bedreigde getuigde toegekende bijzondere beschermingsmaatregelen leidt van rechtswege tot het verval van het recht op psychologische begeleiding, op hulp bij het zoeken naar werk en op tussenkomst bij de uitoefening van verkregen pecuniaire rechten, en van de toegekende financiële hulpmaatregelen.

§ 2. La décision de retirer des mesures de protection spéciales octroyées au témoin menacé entraîne de plein droit l'extinction du droit à bénéficier d'une assistance psychologique, d'une aide dans la recherche d'un emploi, d'une intervention lors de l'exercice des droits pécuniaires acquis et des aides financières octroyées.

§ 3. Voor de toepassing van dit artikel wordt de beslissing van wijziging van bijzondere beschermingsmaatregelen " naar gewone beschermingsmaatregelen " gelijkgesteld met een beslissing tot intrekking.

§ 3. Pour l'application du présent article, la décision de modifier les mesures de protection spéciales en mesures de protection ordinaires est assimilée à une décision de retrait.

Art. 111. <Ingevoegd bij W 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> Aan een persoon die een getuigenis heeft afgelegd met toepassing van de artikelen 86bis en 86ter , en van wie de identiteitsgegevens door omstandigheden onafhankelijk van zijn wil bekend zijn geraakt, kunnen gewone of bijzondere beschermingsmaatregelen worden toegekend in de mate dat aan de voorwaarden bepaald in de artikelen 102 en volgende is voldaan.

Art. 111. <Inséré par L 2002-07-07/42, Art. 5, 032; En vigueur : 20-08-2002> La personne qui a déposé conformément aux articles 86bis et 86ter et dont l'identité a été révélée par des circonstances indépendantes de sa volonté, peut bénéficier de mesures de protection ordinaires ou spéciales pour autant qu'il soit satisfait aux conditions prévues aux articles 102 et suivants.

HOOFDSTUK VIIquater. - Afnemen van verklaringen met behulp van audiovisuele media. <Ingevoegd bij L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

CHAPITRE VIIquater. - Du recueil de déclarations au moyen de médias audiovisuels. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

AFDELING I. - Het verhoor op afstand. <Ingevoegd bij L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

SECTION I. - De l'audition à distance. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

Art. 112. <Ingevoegd bij L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002> § 1. De procureur de Konings of de onderzoeksrechter kan beslissen om een bedreigde getuige aan wie de Getuigenbeschermingscommissie een beschermingsmaatregel heeft toegekend, of een in het buitenland verblijvende getuige, deskundige of verdachte wanneer ter zake wederkerigheid is gewaarborgd, met zijn instemming te horen via een videoconferentie, indien het niet wenselijk of mogelijk is dat de te horen persoon persoonlijk verschijnt.

Art. 112. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 2; ED : 22-09-2002> § 1er. Le procureur du Roi ou le juge d'instruction peut décider d'entendre par le biais d'une vidéoconférence un témoin menacé, à qui la Commission de protection des témoins a octroyé une mesure de protection, ou un témoin, un expert ou une personne soupçonnee résidant à l'étranger lorsque la réciprocité en la matière est garantie, avec son accord, s'il n'est pas souhaitable ou possible que la personne à entendre comparaisse en personne.

§ 2. De procureur des Konings of de onderzoeksrechter kan beslissen om een bedreigde getuige aan wie de Getuigenbeschermingscommissie een beschermingsmaatregel heeft toegekend, met zijn instemming te horen via een gesloten televisiecircuit, indien het niet wenselijk of mogelijk is dat de te horen persoon persoonlijk verschijnt.

§ 2. Le procureur du Roi ou le juge d'instruction peut décider d'entendre par le biais d'un circuit de télévision fermé un témoin menacé, à qui la Commission de protection des témoins a octroyé une mesure de protection, avec son accord, s'il n'est pas souhaitable ou possible que la personne à entendre comparaisse en personne.

Page 81: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 3. Bij de te horen persoon bevindt zich een officier van gerechtelijke politie of een politieambtenaar die bij name door de procureur des Konings of de onderzoeksrechter wordt aangewezen, of, wanneer de te horen persoon zich in het buitenland bevindt, een buitenlandse justitiële autoriteit. Deze stelt de identiteit van de te horen persoon vast en stelt daarvan een proces-verbaal op dat ondertekend wordt door de te horen persoon.

§ 3. Près de la personne à entendre se trouve un officier de police judiciaire ou un fonctionnaire de police, nominativement désigné par le procureur du Roi ou le juge d'instruction, ou, lorsque la personne à entendre se trouve à l'étranger, une autorité judiciaire étrangère. Cette personne vérifie l'identité de la personne à entendre et en dresse un procès-verbal qui est signé par la personne à entendre.

§ 4. De procureur des Konings of de onderzoeksrechter stelt van het verhoor een proces-verbaal op waarin hij, onverminderd de rechten bedoeld in artikel 47bis, de belangrijkste elementen van het onderhoud vermeldt en eventueel de meest relevante passages overschrijft.

§ 4. Le procureur du Roi ou le juge d'instruction dresse un procès-verbal de l'audition, dans lequel il reprend, sans préjudice des droits prévus à l'article 47bis , les principaux éléments de l'entretien et éventuellement une retranscription des passages les plus significatifs.

Tevens vermeldt het proces-verbaal de redenen waarom beslist werd om de betrokkene via een videoconferentie of een gesloten televisiecircuit te horen.

Il est également fait mention dans le procès-verbal des motifs pour lesquels il a été décide d'entendre l'intéressé par le biais d'une vidéoconférence ou d'un circuit de télévision fermé.

§ 5. Het verhoor maakt steeds het voorwerp uit van een audiovisuele opname in de zin van artikel 112ter.

§ 5. L'audition fait toujours l'objet d'un enregistrement audiovisuel au sens de l'article 112ter.

§ 6. De persoon die via een videoconferentie of gesloten televisiecircuit is gehoord, wordt geacht te zijn verschenen en aan de oproeping te hebben voldaan.

§ 6. La personne entendue par le biais d'une vidéoconférence ou d'un circuit de télévision fermé est censée avoir comparu et avoir répondu à la convocation.

Art. 112bis. <Ingevoegd bij L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002> § 1. De procureur des Konings of de onderzoeksrechter kan beslissen om een bedreigde getuige aan wie de Getuigenbeschermingscommissie een beschermingsmaatregel heeft toegekend, of een in het buitenland verblijvende getuige of deskundige wanneer ter zake wederkerigheid is gewaarborgd, met zijn instemming te horen via een teleconferentie, indien het niet wenselijk of mogelijk is dat de te horen persoon persoonlijk verschijnt of gehoord wordt via een videoconferentie of een gesloten televisiecircuit.

Art. 112bis. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002> § 1er. Le procureur du Roi ou le juge d'instruction peut décider d'entendre par le biais d'une conférence téléphonique un témoin menacé, à qui la Commission de protection des témoins a octroyé une mesure de protection, ou un témoin ou un expert résidant à l'étranger lorsque la réciprocité en la matière est garantie, avec son accord, s'il n'est pas souhaitable ou possible que la personne à entendre comparaisse en personne ou qu'elle soit entendue par le biais d'une vidéoconférence ou d'un circuit de télévision fermé.

§ 2. Bij de te horen persoon bevindt zich een officier van gerechtelijke politie of een politieambtenaar die bij name door de procureur des Konings of de onderzoeksrechter wordt aangeduid, of, wanneer de te horen persoon zich in het buitenland bevindt, een buitenlandse justitiële autoriteit. Deze stelt de identiteit van de te horen persoon vast en stelt daarvan een proces-verbaal op dat ondertekend wordt door de te horen persoon.

§ 2. Près de la personne à entendre se trouve un officier de police judiciaire ou un fonctionnaire de police, nominativement désigné par le procureur du Roi ou le juge d'instruction, ou, lorsque la personne à entendre se trouve à l'étranger, une autorité judiciaire étrangère. Cette personne vérifie l'identité de la personne à entendre et en dresse un procès-verbal qui est signé par la personne à entendre.

Page 82: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 3. De procureur des Konings of de onderzoeksrechter stelt van het verhoor een proces-verbaal op waarin hij, onverminderd de rechten bedoeld in artikel 47bis , de belangrijkste elementen van het onderhoud vermeldt en eventueel de meest relevante passages overschrijft.

§ 3. Le procureur du Roi ou le juge d'instruction dresse un procès-verbal de l'audition, dans lequel il reprend, sans préjudice des droits prévus à l'article 47bis , les principaux éléments de l'entretien et éventuellement une retranscription des passages les plus significatifs.

Tevens vermeldt het proces-verbaal de redenen waarom beslist werd om de betrokkene via een teleconferentie te horen.

Il est également fait mention dans le procès-verbal des motifs pour lesquels il a été décidé d'entendre l'intéressé par le biais d'une conférence téléphonique.

§ 4. Het verhoor maakt steeds het voorwerp uit van een auditieve opname in de zin van artikel 112ter.

§ 4. L'audition fait toujours l'objet d'un enregistrement audio au sens de l'article 112ter.

§ 5. De persoon die via een teleconferentie is gehoord, wordt geacht te zijn verschenen en aan de oproeping te hebben voldaan.

§ 5. La personne entendue par le biais d'une conférence téléphonique est censée avoir comparu et avoir répondu à la convocation.

§ 6. De via een teleconferentie afgelegde verklaringen kunnen door de vonnisrechter slechts in aanmerking genomen worden als bewijs op voorwaarde dat zij in afdoende mate steun vinden in andersoortige bewijsmiddelen.

§ 6. La juridiction de jugement ne peut prendre en considération à titre de preuve les déclarations faites par le biais d'une conférence téléphonique que si elles sont corroborées dans une mesure déterminante par d'autres moyens de preuve.

AFDELING II. - De audiovisuele opname en de auditieve opname van het verhoor. <Ingevoegd bij L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

SECTION II. - De l'enregistrement audiovisuel et enregistrement audio de l'audition. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002>

Art. 112ter. <Ingevoegd bij L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002> § 1. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 92 tot 103, kan de procureur des Konings of de onderzoeksrechter de audiovisuele of de auditieve opname van het verhoor bevelen. De te horen persoon wordt op voorhand van dit bevel op de hoogte gebracht.

Art. 112ter. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 2; En vigueur : 22-09-2002> § 1er. Sans préjudice des dispositions des articles 92 à 103, le procureur du Roi ou le juge d'instruction peut ordonner l'enregistrement audiovisuel ou audio d'une audition. La personne a entendre est préalablement mise au courant de cette décision.

§ 2. Het opgenomen verhoor wordt verricht door de procureur des Konings of de onderzoeksrechter, naargelang van het geval, of door een bij name door hem aangewezen politieambtenaar.

§ 2. L'audition enregistrée est effectuée par le procureur du Roi ou le juge d'instruction, selon le cas, ou par un fonctionnaire de police nominativement désigné par lui.

§ 3. De procureur des Konings of de onderzoeksrechter stelt van het verhoor een proces-verbaal op waarin hij, onverminderd de rechten bedoeld in artikel 47bis , de belangrijkste elementen van het onderhoud vermeldt en eventueel de meest relevante passages overschrijft.

§ 3. Le procureur du Roi ou le juge d'instruction dresse un procès-verbal de l'audition, dans lequel il reprend, sans préjudice des droits prévus à l'article 47bis , les principaux éléments de l'entretien et éventuellement une retranscription des passages les plus significatifs.

Tevens vermeldt het proces-verbaal de redenen waarom de audiovisuele of de auditieve opname werd bevolen.

Il est également fait mention dans le proces-verbal des motifs pour lesquels l'enregistrement audiovisuel ou audio a été ordonne.

Page 83: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 4. Onverminderd de toepassing van artikel 47bis , wordt tot de volledige en letterlijke overschrijving van het verhoor overgegaan op verzoek van de onderzoeksrechter, van de procureur des Konings, van de gehoorde persoon, of van de partijen die in het geding betrokken zijn. De overschrijving wordt zo spoedig mogelijk bij het dossier gevoegd.

§ 4. Sans préjudice de l'application de l'article 47bis , il est procédé, à la demande du juge d'instruction, du procureur du Roi, de la personne entendue ou des parties au procès, à la retranscription intégrale et littérale de l'audition. Elle est versée au dossier dans les plus brefs delais.

§ 5. De opname van het verhoor wordt in twee exemplaren gemaakt. Beide cassettes worden als originelen beschouwd en ter griffie als overtuigingsstuk neergelegd.

§ 5. L'enregistrement de l'audition est réalisé en deux exemplaires. Les deux cassettes ont le statut d'originaux et sont déposées au greffe à titre de pièces à conviction.

§ 6. De opname mag slechts worden bekeken of beluisterd, naar gelang van het geval, door de personen die in het kader van het gerechtelijk dossier beroepshalve betrokken zijn bij het opsporingsonderzoek, het gerechtelijk onderzoek of het vonnis, alsmede door de partijen in het geding en de gehoorde persoon.

§ 6. L'enregistrement ne peut être visionné ou écouté que par des personnes qui participent professionnellement à l'information, à l'instruction ou au jugement dans le cadre du dossier judiciaire, ainsi que par les parties au procès et par la personne entendue.

De niet aangehouden inverdenkinggestelde en de burgerlijke partij kunnen hiertoe overeenkomstig artikel 61ter bij de onderzoeksrechter een verzoek indienen.

L'inculpé non détenu et la partie civile peuvent introduire une demande en se sens auprès du juge d'instruction conformement à l'article 61ter.

Alle partijen hebben het recht om de opname te bekijken of te beluisteren, naargelang van het geval, nadat de procureur des Konings overeenkomstig artikel 127 de regeling van de rechtspleging heeft gevorderd.

Toutes les parties ont le droit de visionner ou, selon le cas, d'écouter l'enregistrement après que le procureur du Roi a pris des réquisitions en vue du règlement de la procédure, conformément à l'article 127.

§ 7. Voor de toepassing van artikel 341 wordt de opname van het verhoor van een getuige gelijkgesteld met de schriftelijke verklaring van een getuige.

§ 7. Pour l'application de l'article 341, l'enregistrement de l'audition d'un témoin est assimilé à une déclaration écrite.

HOOFDSTUK VIII. - VOORLOPIGE INVRIJHEIDSTELLING EN BORGSTELLING.

CHAPITRE VIII. - DE LA LIBERTE PROVISOIRE ET DU CAUTIONNEMENT.

Art. 113. De voorlopige invrijheidstelling kan nooit aan de verdachte verleend worden, wanneer op het ten laste gelegde feit een criminele straf gesteld is.

Art. 113. La liberté provisoire ne pourra jamais être accordée (à l'inculpé) lorsque le titre de l'accusation emportera une peine (criminelle). <L 10-07-1967, Art. 1, 65°>

Art. 114. (Indien op het feit een correctionele straf gesteld is), kan de raadkamer, op verzoek van de verdachte en op de conclusie van de procureur des Konings, de voorlopige invrijheidstelling van de verdachte bevelen, mits een gegoede borg gesteld wordt tot zekerheid van zijn verschijning bij alle proceshandelingen en ter tenuitvoerlegging van het vonnis, zodra zulks van hem gevorderd wordt. <W 10-07-1967, Art. 1, 66°>

Art. 114. (Si l'infraction est punissable d'une peine correctionnelle), la chambre du conseil pourra, sur la demande (de l'inculpé), et sur les conclusions du (procureur du Roi), ordonner que (l'inculpé) sera mis provisoirement en liberte, moyennant caution solvable de se représenter à tous les actes de la procédure, et pour l'exécution du jugement, aussitôt qu'il en sera requis. <L 10-07-1967, Art. 1, 66°>

De voorlopige invrijheidstelling tegen borgstelling kan in elke stand van de zaak gevraagd en verleend worden.

La mise en liberté provisoire avec caution pourra etre demandée et accordée en tout état de cause.

Page 84: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 115. Landlopers en vroeger zwaar veroordeelden kunnen in geen geval voorlopig in vrijheid gesteld worden.

Art. 115. Néanmoins, les vagabonds et les repris de justice ne pourront, en aucun cas, être mis en liberté provisoire.

Art. 116. Van het onderzoek tot voorlopige invrijheidstelling wordt kennis gegeven aan de burgerlijke partij, hetzij in haar woonplaats, hetzij in haar gekozen woonplaats.

Art. 116. La demande en liberté provisoire sera notifiée à la partie civile, à son domicile ou à celui qu'elle aura élu.

Art. 117. De gegoedheid van de voorgestelde borg kan worden betwist door de procureur des Konings en door de burgerlijke partij, behoorlijk opgeroepen zijnde.

Art. 117. La solvabilité de la caution offerte sera discutée par le (procureur du Roi), et par la partie civile dûment appelée.

Zij moet worden aangetoond door middel van vrije onroerende goederen, ten belope van de zekerheidstelling plus de helft ervan, tenzij de borg verkiest het bedrag van de zekerheidstelling in geld te storten in de (Deposito- en Consignatiekas).

Elle devra être justifiée par des immeubles libres, pour le montant du cautionnement et une moitié en sus, si mieux n'aime la caution déposer dans la (Caisse des dépôts et consignations) le montant du cautionnement en espèces. <L 10-07-1967, Art. 1, 67°>

Art. 118. De verdachte mag voor zichzelf als borg optreden, mits hij het bedrag van de zekerheidstelling in bewaring geeft of aantoont dat hij eigenaar is van vrije onroerende goederen ten belope van de zekerheidstelling plus de helft ervan, en mits hij in beide gevallen de hierna bepaalde verbintenis tot betaling aangaat.

Art. 118. (L'inculpé) sera admis à être sa propre caution, soit en déposant le montant du cautionnement, soit en justifiant d'immeubles libres pour le montant du cautionnement et une moitié en sus, et en faisant, dans l'un ou l'autre cas, la soumission dont il sera parlé ci-après. <L 10-07-1967, Art. 1, 68°>

Art. 119. De zekerheidstelling mag niet minder dan vijfhonderd frank bedragen.

Art. 119. Le cautionnement ne pourra être au-dessous de cinq cents francs.

Indien de correctionele straf tegelijk bestaat in gevangenisstraf en in een geldboete waarvan het dubbele vijfhonderd frank te boven gaat, mag geen hogere som als zekerheidstelling worden gevorderd dan het dubbel van die geldboete.

Si la peine correctionnelle était à la fois l'emprisonnement et une amende dont le double excéderait cinq cents francs, le cautionnement ne pourrait pas être exigé d'une somme plus forte que le double de cette amende.

Indien uit het misdrijf een burgerlijke, in geld waardeerbare schade is ontstaan, is de zekerheidstelling driemaal het bedrag van de schade, zoals deze door de onderzoeksrechter uitsluitend te dien einde wordt bepaald; in dat geval echter mag de zekerheidstelling niet lager zijn dan vijfhonderd frank.

S'il avait résulté du délit un dommage civil appréciable en argent, le cautionnement sera triple de la valeur du dommage, ainsi qu'il sera arbitre, pour cet effet seulement, par le juge d'instruction, sans néanmoins que dans ce cas le cautionnement puisse être au-dessous de cinq cents francs.

Art. 120. De aangenomen borg verklaart, hetzij ter griffie van de rechtbank, hetzij voor notaris, zich te verbinden het bedrag van de zekerheidstelling in handen van de ontvanger der registratie te betalen, ingeval de verdachte in gebreke blijft te verschijnen.

Art. 120. La caution admise fera sa soumission, soit au greffe du tribunal, soit devant notaires, de payer entre les mains du receveur de l'enregistrement le montant du cautionnement, en cas que (l'inculpé) soit constitué en défaut de se représenter.

(...) een uitgifte van de verklaring in uitvoerbare vorm wordt aan de burgerlijke partij afgegeven, voordat de verdachte voorlopig in vrijheid gesteld wordt. <W 10-07-1967, Art. 1, 69°>

(...) une expédition en forme exécutoire en sera remise à la partie civile, avant que le prévenu soit mis en liberté provisoire. <L 10-07-1967, Art. 1, 69°>

Page 85: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 121. De in bewaring gegeven gelden en de onroerende goederen, die tot zekerheidstelling dienen, blijven bij voorrecht verbonden : 1° voor de betaling van de burgerlijke schadevergoeding en van de kosten door de burgerlijke partij voorgeschoten; 2° voor de betaling van de geldboeten; een en ander evenwel onverminderd het voorrecht van de staatskas wegens de kosten door de openbare partij gemaakt.

Art. 121. Les espèces déposées et les immeubles servant de cautionnement seront affectés par privilège, 1° au payement des réparations civiles et des frais avancés par la partie civile; 2° aux amendes; le tout néanmoins sans préjudice du privilège du trésor public, à raison des frais faits par la partie publique.

De procureur des Konings en de burgerlijke partij kunnen een hypothecaire inschrijving nemen zonder het eindvonnis af te wachten. De inschrijving, op verzoek van een van hen genomen, komt aan beiden ten goede.

Le (procureur du Roi) et la partie civile pourront prendre inscription hypothécaire, sans attendre le jugement définitif. L'inscription prise à la requête de l'un ou de l'autre profitera à tous les deux. <L 10-07-1967, Art. 1, 70°>

Art. 122. De onderzoeksrechter geeft in voorkomend geval, op de conclusie van de procureur des Konings of op de eis van de burgerlijke partij, een bevelschrift tot betaling van de gewaarborgde som.

Art. 122. Le juge d'instruction rendra, le cas arrivant, sur les conclusions du (procureur du Roi) ou sur la demande de la partie civile, une ordonnance pour le payement de la somme cautionnée.

Deze betaling wordt op verzoek van de procureur des Konings en door de zorg van de directeur der registratie vervolgd. De ingevorderde sommen worden in de registratiekas gestort, onverminderd de vervolgingen en rechten van de burgerlijke partij.

Ce payement sera poursuivi à la requête du (procureur du Roi), et à la diligence du directeur de l'enregistrement. Les sommes recouvrées seront versées dans la caisse de l'enregistrement, sans préjudice des poursuites et des droit de la partie civile. <L 10-07-1967, Art. 1, 70°>

Art. 123. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 71°> Art. 123. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 71°> Art. 124. De verdachte wordt eerst dan tegen borgstelling voorlopig in vrijheid gesteld, wanneer hij in de gemeente waar de correctionele rechtbank haar zetel heeft, woonplaats heeft gekozen bij een akte, ter griffie van deze rechtbank verleden.

Art. 124. (L'inculpé) ne sera mis en liberté provisoire sous caution, qu'après avoir élu domicile dans le lieu où siège le tribunal correctionnel, par un acte recu au greffe de ce tribunal. <L 10-07-1967, Art. 1, 249°>

Art. 125. Onverminderd de vervolgingen tegen de borg, indien daartoe grond bestaat, wordt de verdachte gevat en in het huis van arrest opgesloten ter uitvoering van een bevel van de onderzoeksrechter.

Art. 125. Outre les poursuites contre la caution, s'il y a lieu (l'inculpé) sera saisi et écroué dans la maison d'arrêt, en exécution d'une ordonnance du juge d'instruction. <L 10-07-1967, Art. 1, 249°>

Art. 126. De verdachte die zijn borg laat dwingen tot betaling, is nadien in geen geval meer ontvankelijk om opnieuw zijn voorlopige invrijheidstelling tegen borgstelling aan te vragen.

Art. 126. (L'inculpé) qui aurait laissé contraindre sa caution au payement, ne sera plus, à l'avenir, recevable en aucun cas à demander de nouveau sa liberté provisoire moyennant caution. <L 10-07-1967, Art. 1, 249°>

HOOFDSTUK IX. - VERSLAG VAN DE ONDERZOEKSRECHTER NA VOLTOOIING VAN DE RECHTSPLEGING.

CHAPITRE IX. - DU RAPPORT DES JUGES D'INSTRUCTION QUAND LA PROCEDURE EST COMPLETE.

Art. 127. <W 1998-03-12/39, Art. 23, 016; En vigueur : 1998-10-02> Wanneer de onderzoeksrechter oordeelt dat zijn onderzoek voltooid is, zendt hij het dossier over aan de procureur des Konings.

Art. 127. <L 1998-03-12/39, Art. 23, 016; En vigueur : 1998-10-02> Lorsque le juge d'instruction juge son instruction terminée, il communique le dossier au procureur du Roi.

Page 86: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Indien de procureur des Konings geen andere onderzoekshandelingen vordert, vordert hij de regeling van de rechtspleging door de raadkamer.

Si le procureur du Roi ne requiert pas l'accomplissement d'autres devoirs, il prend des réquisitions en vue du règlement de la procédure par la chambre du conseil.

De griffier van de raadkamer stelt de inverdenkinggestelde de burgerlijke partij en hun advocaten per faxpost of bij een ter post aangetekende brief in kennis dat het dossier in origineel of in kopie neergelegd is ter griffie gedurende ten minste vijftien dagen, dat ze er inzage van kunnen hebben en er kopie van kunnen opvragen.

Le greffier de la chambre du conseil avertit l'inculpé, la partie civile et leurs conseils, par télécopie ou par lettre recommandée à la poste, que le dossier, en original ou en copie, est déposé au greffe pendant quinze jours au moins, qu'ils peuvent en prendre connaissance et en lever copie.

Binnen deze termijn kunnen de inverdenkinggestelde en de burgerlijke partij de onderzoeksrechter overeenkomstig artikel 61quinquies verzoeken bijkomende onderzoekshandelingen te verrichten.

L'inculpé et la partie civile peuvent demander au juge d'instruction, dans ce délai, l'accomplissement d'actes d'instruction complémentaires, conformément à l'article 61quinquies.

Deze termijn wordt teruggebracht tot drie dagen indien een van de inverdenkinggestelden zich in voorlopige hechtenis bevindt.

Ce délai est réduit à trois jours lorsqu'un des inculpés est en détention préventive.

Wanneer het onderzoek volledig is, laat de raadkamer, ten minste vijftien dagen vooraf in een daartoe bestemd register ter griffie melding maken van plaats, dag en uur van verschijning. De termijn wordt teruggebracht tot drie dagen indien een van de inverdenkinggestelden zich in voorlopige hechtenis bevindt. De griffier stelt de inverdenkinggestelde, de burgerlijke partij en hun advocaten in kennis per faxpost of bij een ter post aangetekende brief dat het dossier op de griffie in origineel of in kopie ter beschikking ligt.

Lorsque l'instruction est complète, la chambre du conseil fait indiquer, quinze jours au moins d'avance, dans un registre spécial tenu au greffe, les lieu, jour et heure de la comparution. Ce délai est réduit à trois jours lorsqu'un des inculpés est en détention préventive. Le greffier avertit, par télécopie ou par lettre recommandée à la poste, l'inculpé, la partie civile et leurs conseils, que le dossier est mis à leur disposition au greffe en original ou en copie.

De raadkamer doet uitspraak op verslag van de onderzoeksrechter na de procureur des Konings, de burgerlijke partij en de inverdenkinggestelde gehoord te hebben. De partijen kunnen bijgestaan of vertegenwoordigd worden door een advocaat.

La chambre du conseil statue sur le rapport du juge d'instruction, le procureur du Roi, la partie civile et l'inculpé entendus. Les parties peuvent se faire assister d'un conseil ou être représentées par lui.

De raadkamer kan evenwel de persoonlijke verschijning van de partijen bevelen. Tegen deze beschikking staat geen rechtsmiddel open.

La chambre du conseil peut neanmoins ordonner la comparution personnelle des parties. Cette ordonnance n'est pas susceptible de recours.

De beschikking wordt betekend aan de desbetreffende partij op vordering van de procureur des Konings en brengt dagvaarding mee om te verschijnen op de vastgestelde datum. Als deze partij niet verschijnt, wordt uitspraak gedaan en de beslissing geldt als op tegenspraak gewezen.

L'ordonnance est signifiée à la partie qu'elle concerne à la requête du procureur du Roi et emporte citation à comparaître à la date fixée. Si ladite partie ne comparaît pas, la chambre du conseil statue et la décision est réputée contradictoire.

Wanneer de raadkamer de zaak in beraad houdt om haar beschikking uit te spreken, bepaalt zij de dag voor die uitspraak.

Lorsque la chambre du conseil tient la cause en délibéré pour prononcer son ordonnance, elle fixe le jour de cette prononciation.

Page 87: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 128. <W 1998-03-12/39, Art. 24, 016; En vigueur : 1998-10-02> Indien de raadkamer van oordeel is dat het feit noch een misdaad, noch een wanbedrijf, noch een overtreding oplevert, of dat tegen de inverdenkinggestelde generlei bezwaar bestaat, verklaart zij dat er geen reden is tot vervolging.

Art. 128. <L 1998-03-12/39, Art. 24, 016; En vigueur : 1998-10-02>Si la chambre du conseil est d'avis que le fait ne présente ni crime, ni délit, ni contravention, ou qu'il n'existe aucune charge contre l'inculpé, elle déclare qu'il n'y a pas lieu à poursuivre.

Art. 129. ((Indien zij van oordeel is) dat het feit slechts een overtreding of een van de in artikel 138 bedoelde wanbedrijven is, wordt de (inverdenkinggestelde) naar de politierechtbank verwezen.) <W 1994-07-11/33, Art. 3, 008; En vigueur : 01-01-1995> <W 1998-03-12/39, Art. 25 en 26, 016; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 129. ((Si elle est) d'avis que le fait n'est qu'une simple contravention de police ou l'un des délits prévus à l'article 138, l'inculpé sera renvoyé devant le tribunal de police.) <L 1994-07-11/33, Art. 3, 008; En vigueur : 01-01-1995> <L 1998-03-12/39, Art. 25, 016; En vigueur : 1998-10-02>

De bepalingen van dit artikel en van het vorige artikel kunnen geen afbreuk doen aan de rechten van de burgerlijke partij of van de openbare partij, zoals hierna wordt bepaald.

Les dispositions du présent article et de l'article précédent ne pourront préjudicier aux droits de la partie civile ou de la partie publique, ainsi qu'il sera expliqué ci-après.

Art. 130. Indien het misdrijf blijkt strafbaar te zijn met correctionele straffen, wordt de (inverdenkinggestelde) (behoudens het geval bedoeld in artikel 129, eerste lid) naar de correctionele rechtbank verwezen. <W 1994-07-11/33, Art. 4, 008; En vigueur : 01-01-1995> <W 1998-03-12/39, Art. 27, 016; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 130. Si le délit est reconnu de nature a être puni par des peines correctionnelles (à l'exception du cas prévu à l'article 129, alinéa 1er), l'inculpé sera renvoyé au tribunal correctionnel. <L 1994-07-11/33, Art. 4, 008; En vigueur : 01-01-1995>

(lid 2 opgeheven) <WVH 1990-07-20/35, Art. 48, 1°, b), 002; En vigueur : 01-12-1990>

(Alinea 2 abrogé) <LDP 1990-07-20/35, Art. 48, 1°, b), 002; En vigueur : 01-12-1990>

Art. 131. <W 1998-03-12/39, Art. 28, 016; En vigueur : 1998-10-02> § 1. De raadkamer spreekt, als daartoe grond bestaat, de nietigheid uit van de handeling en van een deel of het geheel van de erop volgende rechtspleging, wanneer zij een onregelmatigheid, verzuim of nietigheid vaststelt die invloed heeft op :

Art. 131. <L 1998-03-12/39, Art. 28, 016; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. La. La chambre du conseil prononce, s'il y a lieu, la nullité de l'acte et de tout ou partie de la procédure subséquente lorsqu'elle constate une irrégularité, une omission ou une cause de nullité affectant :

1° een handeling van het onderzoek; 1° un acte d'instruction; 2° de bewijsverkrijging. 2° l'obtention de la preuve. § 2. Nietigverklaarde stukken worden uit het dossier verwijderd en neergelegd ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg, indien er geen hoger beroep is ingesteld binnen de bij artikel 135 bepaalde termijn. (De ter griffie neergelegde stukken mogen niet worden ingezien, en mogen niet in de strafprocedure worden aangewend.) <W 2001-07-04/40, Art. 6, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 2. Les pièces déclarées nulles sont retirées du dossier et déposées au greffe du tribunal de première instance, s'il n'y a pas eu d'appel dans le délai prévu à l'article 135. (Les pièces déposées au greffe ne peuvent pas être consultées, et ne peuvent pas être utilisées dans la procédure pénale.) <L 2001-07-04/40, Art. 6, 028; En vigueur : 03-08-2001>

<NOTA : Bij arrest nr 86/2002 van 24-05-2002, (B.S. 24-05-2002, p.22509), heeft het Arbitragehof in artikel 131, §2, de zin " De ter griffie neergelegde stukken mogen niet worden ingezien, en mogen niet in de strafprocedure worden aangewend " vernietigd; Abrogé : 24-05-2002>

<NOTE : par son arrêt n° 86/2002 du 08-05-2002, (M.B. 24-05-2002, p.22514), la Cour d'Arbitrage a annulé dans l' article 131, §2, la phrase : " Les pièces déposées au greffe ne peuvent pas être consultées, et ne peuvent pas être utilisées dans la procédure pénale " ; Abrogé : 24-05-2002>

Page 88: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 132. In alle gevallen van verwijzing, hetzij naar de politierechtbank, hetzij naar de correctionele rechtbank, is de procureur des Konings gehouden uiterlijk binnen vierentwintig uren alle stukken, na ze genummerd te hebben, te doen toekomen aan de griffie van de rechtbank die uitspraak moet doen.

Art. 132. (Dans tous les cas de renvoi soit au tribunal de police, soit au tribunal correctionnel, le procureur du Roi) est tenu d'envoyer, dans les vingt-quatre heures au plus tard, au greffe du tribunal qui doit prononcer, toutes les pièces, après les avoir cotées. <L 10-07-1967, Art. 1, 74°>

Art. 133. (Indien de raadkamer, op verslag van de onderzoeksrechter, van oordeel is dat het feit strafbaar is met criminele straffen en dat de tenlastelegging tegen de inverdenkinggestelde voldoende gegrond is), worden de stukken van het onderzoek, het proces-verbaal waarbij het bestaan van het misdrijf wordt vastgesteld, (...) een staat van overtuigingsstukken (en de beschikking tot gevangenneming) door de procureur des Konings onverwijld toegestuurd aan de procureur-generaal bij het hof van beroep, opdat zal worden gehandeld zoals bepaald is in het HOOFDSTUK Inbeschuldigingstelling. <WVH 1990-07-20/35, Art. 41, 002; En vigueur : 01-12-1990> <W 1998-03-12/39, Art. 29, 016; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 133. (Si sur le rapport du juge d'instruction, la chambre du conseil estime) que le fait est de nature à être puni de peines (criminelles), et que la prévention contre l'inculpé est suffisamment établie, les pièces d'instruction, le procès-verbal constatant le corps du délit, (...) un état des pièces servant à conviction (et l'ordonnance de prise de corps), seront transmis sans délai, par le (procureur du Roi), au (procureur général pres la cour d'appel), pour être procédé ainsi qu'il sera dit au CHAPITRE des Mises en accusation. <L 10-07-1967, Art. 1, 75°> <LDP 1990-07-20/35, Art. 41, 002; En vigueur : 01-12-1990> <L 1998-03-12/39, Art. 29, 016; En vigueur : 1998-10-02>

De overtuigingsstukken blijven berusten bij de rechtbank waar het onderzoek heeft plaatsgehad, behoudens hetgeen in de artikelen 248 en 291 wordt bepaald.

Les pièces de conviction resteront au tribunal d'instruction, sauf ce qui sera dit aux articles 248 et 291.

Art. 134. (Opgeheven) <WVH 1990-07-20/35, Art. 48, 1°, d), 002; En vigueur : 01-12-1990>

Art. 134. (Abrogé) <LDP 1990-07-20/35, Art. 48, 1°, d), 002; En vigueur : 01-12-1990>

Art. 135. <W 1998-03-12/39, Art. 30, 016; En vigueur : 1998-10-02> § 1. Het openbaar ministerie en de burgerlijke partij kunnen hoger beroep instellen tegen alle beschikkingen van de raadkamer.

Art. 135. <L 1998-03-12/39, Art. 30, 016 ; En vigueur : 1998-10-02> § 1er. Le ministère public et la partie civile peuvent interjeter appel de toutes les ordonnances de la chambre du conseil.

§ 2. De inverdenkinggestelde kan in geval van onregelmatigheden, verzuimen of nietigheden als bedoeld in artikel 131, § 1, of met betrekking tot de verwijzingsbeschikking, beroep instellen tegen de verwijzingsbeschikkingen bepaald in de artikelen 129 en 130, onverminderd het in artikel 539 van dit Wetboek beoogde hoger beroep. Hetzelfde geldt voor de gronden van niet-ontvankelijkheid of van verval van de strafvordering. Het hoger beroep is in geval van onregelmatigheden, verzuimen of nietigheden als bedoeld in artikel 131, § 1, slechts ontvankelijk indien het middel bij schriftelijke conclusie is ingeroepen voor de raadkamer. Hetzelfde geldt voor de gronden van niet-ontvankelijkheid of van verval van de strafvordering, behalve wanneer ze zijn ontstaan na de debatten voor de raadkamer.

§ 2. En cas d'irrégularités, d'omissions ou de causes de nullité visées à l'article 131, § 1er, ou relatives à l'ordonnance de renvoi, l'inculpé peut interjeter appel des ordonnances de renvoi prévues aux articles 129 et 130, sans préjudice de l'appel visé à l'article 539 du présent Code. Il en va de même pour les causes d'irrecevabilité ou d'extinction de l'action publique. En cas d'irrégularités, d'omissions ou de causes de nullité visées à l'article 131, § 1er, l'appel n'est recevable que si le moyen a été invoqué par conclusions écrites devant la chambre du conseil. Il en va de même pour les causes d'irrecevabilité ou d'extinction de l'action publique, sauf lorsque ces causes sont acquises postérieurement aux débats devant la chambre du conseil.

Page 89: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 3. Het hoger beroep moet worden ingesteld binnen een termijn van vijftien dagen door een verklaring ter griffie van de rechtbank die de beschikking heeft gewezen. Deze termijn gaat in op de dag waarop de beschikking is gewezen.

§ 3. L'appel est interjeté dans un délai de quinze jours par une déclaration faite au greffe du tribunal qui a rendu l'ordonnance. Ce délai court à compter du jour de l'ordonnance.

De procureur des Konings zendt de stukken over aan de procureur-generaal.

Le procureur du Roi transmet les pièces au procureur général.

De griffier stelt de partijen en hun advocaten per faxpost of bij een ter post aangetekende brief in kennis van plaats, dag en uur van de zitting. Het dossier wordt ten laatste vijftien dagen voor de zitting ter beschikking gesteld.

Le greffier donne avis aux parties et à leurs conseils, par télécopie ou par lettre recommandée à la poste, des lieu, jour et heure de l'audience. Le dossier est mis à leur disposition quinze jours au moins avant l'audience.

De kamer van inbeschuldigingstelling doet uitspraak over het hoger beroep, nadat de procureur-generaal, de partijen en hun advocaten zijn gehoord.

La chambre des mises en accusation statue sur l'appel, le procureur général, les parties et leurs conseils entendus.

Zij hoort, in openbare terechtzetting indien ze op vraag van een partij daartoe besluit, de opmerkingen van de procureur-generaal, de burgerlijke partij en de inverdenkinggestelde.

Elle entend, en audience publique si elle en décide ainsi à la demande de l'une des parties, le procureur général, la partie civile et l'inculpé en leurs observations.

§ 4. (Wanneer echter een van de inverdenkinggestelden van zijn vrijheid is beroofd, dan wordt het hoger beroep ingesteld binnen een termijn van vierentwintig uren, die ten aanzien van het openbaar ministerie en elk van de partijen, begint te lopen vanaf de dag waarop de beschikking is gewezen.) <W 2001-07-04/40, Art. 7, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 4. (Lorsque toutefois l'un des inculpés est détenu, l'appel est interjeté dans un délai de vingt-quatre heures, qui court contre le ministère public et contre chacune des parties, à compter du jour où la décision est rendue.) <L 2001-07-04/40, Art. 7, 028; En vigueur : 03-08-2001>

HOOFDSTUK X. TOEZICHT OP HET ONDERZOEK DOOR DE KAMER VAN INBESCHULDIGINGSTELLING <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 31; En vigueur : 1998-10-02>

CHAPITRE X. DU CONTROLE DE L'INSTRUCTION PAR LA CHAMBRE DES MISES EN ACCUSATION <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 31; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 136. <W 1998-03-12/39, Art. 31, 016; En vigueur : 1998-10-02> De kamer van inbeschuldigingstelling houdt ambtshalve toezicht op het verloop van de onderzoeken, kan verslag vragen over de stand van zaken en kan kennis nemen van de dossiers. Zij kan een van haar leden machtigen en uitspraak doen overeenkomstig de artikelen 235 en 235bis.

Art. 136. <L 1998-03-12/39, Art. 31, 016; En vigueur : 1998-10-02> La chambre des mises en accusation contrôle d'office le cours des instructions, peut demander des rapports sur l'état des affaires et peut prendre connaissance des dossiers. Elle peut déléguer un de ses membres et statuer conformément aux articles 235 et 235bis.

Page 90: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Als het gerechtelijk onderzoek na een jaar niet is afgesloten, kan de zaak bij de kamer van inbeschuldigingstelling worden aanhangig gemaakt door een aan de griffie van het hof van beroep gericht met redenen omkleed verzoekschrift uitgaande van de inverdenkinggestelde of de burgerlijke partij. De kamer van inbeschuldigingstelling treedt op overeenkomstig het vorige lid en artikel 136bis. De kamer van inbeschuldigingstelling doet over het verzoekschrift uitspraak bij een met redenen omkleed arrest dat wordt medegedeeld aan de procureur-generaal, de verzoekende partij en de gehoorde partijen. De verzoeker mag geen verzoekschrift met hetzelfde voorwerp indienen vooraleer een termijn van zes maanden is verstreken te rekenen van de laatste beslissing.

Si l'instruction n'est pas clôturée après une année, la chambre des mises en accusation peut être saisie par requête adressée au greffe de la cour d'appel par l'inculpé ou la partie civile. La chambre des mises en accusation agit conformément à l'alinea précédent et à l'article 136bis. La chambre des mises en accusation statue sur la requête par arrêt motivé, qui est communiqué au procureur général, à la partie requérante et aux parties entendues. Le requérant ne peut déposer de requête ayant le même objet avant l'expiration du délai de six mois à compter de la dernière décision.

Art. 136bis. <W 1998-03-12/39, Art. 31, 016; En vigueur : 1998-10-02> De procureur des Konings doet verslag aan de procureur-generaal omtrent alle zaken waarover de raadkamer geen uitspraak heeft gedaan binnen een jaar te rekenen van de eerste vordering.

Art. 136bis. <L 1998-03-12/39, Art. 31, 016; En vigueur : 1998-10-02> Le procureur du Roi fait rapport au procureur général de toutes les affaires sur lesquelles la chambre du conseil n'aurait point statué dans l'année à compter du premier réquisitoire.

Indien hij oordeelt dat het noodzakelijk is voor het goede verloop van het onderzoek, de wettigheid of de regelmatigheid van de procedure, doet de procureur-generaal te allen tijde voor de kamer van inbeschuldigingstelling de vorderingen die hij nuttig acht.

S'il l'estime nécessaire pour le bon déroulement de l'instruction, la légalité ou la régularité de la procédure, le procureur général prend, à tout moment, devant la chambre des mises en accusation, les réquisitions qu'il juge utiles.

In dat geval kan de kamer van inbeschuldigingstelling, zelfs ambtshalve, de bij de artikelen 136, 235 en 235bis bepaalde maatregelen nemen.

Dans ce cas, la chambre des mises en accusation peut, même d'office, prendre les mesures prevues par les articles 136, 235 et 235bis.

De procureur-generaal wordt gehoord. Le procureur général est entendu. De kamer van inbeschuldigingstelling kan de onderzoeksrechter in zijn verslag horen, buiten de aanwezigheid van de partijen indien zij dat nuttig acht. Zij kan eveneens de burgerlijke partij, de inverdenkinggestelde en hun advocaten horen, na kennisgeving die hen door de griffier ten laatste achtenveertig uur voor de zitting per faxpost of bij een ter post aangetekende brief wordt gedaan.

La chambre des mises en accusation peut entendre le juge d'instruction en son rapport, hors la présence des parties si elle l'estime utile. Elle peut également entendre la partie civile, l'inculpé et leurs conseils, sur convocation qui leur est notifiée par le greffier, par télécopie ou par lettre recommandée à la poste, au plus tard quarante-huit heures avant l'audience.

19 NOVEMBER 1808. - WETBOEK VAN STRAFVORDERING. BOEK II, TITEL I. (Om technische redenen is het Wetboek van Strafvordering ingedeeld in 8 delen waarvan het derde deel Titel 1 van het Tweede Boek omvat.)

19 NOVEMBRE 1808. - CODE D'INSTRUCTION CRIMINELLE. LIVRE II, TITRE I. (Pour des raisons techniques, le Code d'Instruction Criminelle est divisé en 8 parties, dont le Titre I du deuxième Livre est la troisième partie.)

(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1990 en tekstbijwerking tot 12-09-2002)

(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 01-01-1990 et mise à jour au 12-09-2002)

BOEK II. - HET GERECHT. LIVRE II. - DE LA JUSTICE.

Page 91: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

TITEL I. - (POLITIERECHTBANKEN EN CORRECTIONELE RECHTBANKEN.) <W 10-07-1967, Art. 1, 78°>

TITRE I. - (DES TRIBUNAUX DE POLICE ET DES TRIBUNAUX CORRECTIONNELS.) <L 10-07-1967, Art. 1, 78°>

HOOFDSTUK I. - (POLITIERECHTBANKEN.) <W 10-07-1967, Art. 1, 79°>

CHAPITRE I. - (DES TRIBUNAUX DE POLICE.) <L 10-07-1967, Art. 1, 79°>

§ I. (BEVOEGDHEID VAN DE POLITIERECHTBANKEN). <W 10-07-1967, Art. 1, 80°>

§ I. (DE LA COMPETENCE DES TRIBUNAUX DE POLICE>. <L 10-07-1967, Art. 1, 80°>

Art. 137-155, 155bis, 155ter, 156-158, 158bis, 158ter, 158quater, 159-178

Art. 137-155, 155bis, 155ter, 156-158, 158bis, 158ter, 158quater, 159-178

HOOFDSTUK II. - (CORRECTIONELE RECHTBANKEN). <W 10-07-1967, Art. 1, 93°>

CHAPITRE II. - (DES TRIBUNAUX CORRECTIONNELS). <L 10-07-1967, Art. 1, 93°>

Art. 179-180, 180bis, 180ter, 181-184, 184bis, 185-189, 189bis, 190, 190bis, 190ter, 191-193, 193bis, 194-195, 195bis, 196-203, 203bis, 204-209, 209bis, 210-211, 211bis, 212-216

Art. 179-180, 180bis, 180ter, 181-184, 184bis, 185-189, 189bis, 190, 190bis, 190ter, 191-193, 193bis, 194-195, 195bis, 196-203, 203bis, 204-209, 209bis, 210-211, 211bis, 212-216

HOOFDSTUK III. - (BEPALINGEN BETREFFENDE HET VERVAL VAN DE STRAFVORDERING VOOR SOMMIGE MISDRIJVEN ONDER BEPAALDE VOORWAARDEN) <W 1994-02-10/43, Art. 2; En vigueur : indéterminée>

CHAPITRE III. - (DISPOSITIONS RELATIVES A L'EXTINCTION DE L'ACTION PUBLIQUE POUR CERTAINES INFRACTIONS, MOYENNANT LA REALISATION DE CERTAINES CONDITIONS) <L 1994-02-10/43, Art. 2, En vigueur : indéterminée>

Art. 216bis, 216ter Art. 216bis, 216ter HOOFDSTUK IV. - (Oproeping bij proces-verbaal). <Ingevoegd bij W 1994-07-11/33, Art. 13; En vigueur : 31-07-1994>

CHAPITRE IV. - (De la convocation par procès-verbaux). <Inséré par L 1994-07-11/33, Art. 13; En vigueur : 31-07-1994>

Art. 216quater Art. 216quater HOOFDSTUK V. - (Onmiddellijke verschijning). <Ingevoegd bij W 2000-03-28/31, Art. 6; En vigueur : 30-04-2000>

CHAPITRE V. - (De la comparution immédiate). <Inséré par L 2000-03-28/31, Art. 6; En vigueur : 30-04-2000>

Art. 216quinquies, 216sexies, 216septies Art. 216quinquies, 216sexies, 216septies Texte Table des matières Début Texte Table des matières Début BOEK II. - HET GERECHT. LIVRE II. - DE LA JUSTICE. TITEL I. - (POLITIERECHTBANKEN EN CORRECTIONELE RECHTBANKEN.) <W 10-07-1967, Art. 1, 78°>

TITRE I. - (DES TRIBUNAUX DE POLICE ET DES TRIBUNAUX CORRECTIONNELS.) <L 10-07-1967, Art. 1, 78°>

HOOFDSTUK I. - (POLITIERECHTBANKEN.) <W 10-07-1967, Art. 1, 79°>

CHAPITRE I. - (DES TRIBUNAUX DE POLICE.) <L 10-07-1967, Art. 1, 79°>

§ I. (BEVOEGDHEID VAN DE POLITIERECHTBANKEN). <W 10-07-1967, Art. 1, 80°>

§ I. (DE LA COMPETENCE DES TRIBUNAUX DE POLICE>. <L 10-07-1967, Art. 1, 80°>

Artikel 137. <W 10-10-1967, Art. 91, § 1> De politierechtbank neemt kennis van de overtredingen.

Article 137. <L 10-07-1967, Art. 91, § 1> Le tribunal de police connaît des contraventions.

Page 92: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 138. <KB 252 08-03-1936, Art. 1> (Onverminderd het recht van de procureur des Konings om een opsporingsonderzoek in te stellen of een gerechtelijk onderzoek te vorderen inzake wanbedrijven, neemt zij bovendien kennis :) <W 10-10-1967, Art. 91, § 2>�

Art. 138. <AR 252 08-03-1936, Art. 1> (Il connait en outre, et sans préjudice du droit du procureur du Roi de procéder à une information ou de requérir instruction sur les délits :) <L 10-10-1967, Art. 91, § 2>

1° Van de misdrijven in het Veldwetboek omschreven; 1° Des infractions prévues par le Code rural; 2° Van de misdrijven in het Boswetboek omschreven; 2° Des infractions prévues par le Code forestier; 3° (Van de misdrijven omschreven in de besluitwet betreffende de beteugeling van dronkenschap, met uitzondering van die van artikel 8 en van artikel 11, eerste en tweede lid); <B 14-11-1939, Art. 19>

3° (Des infractions à l'arrêté-loi relatif à la répression de l'ivresse, à l'exception de celles prévues par l'article 8 et par les deux premiers alinéas de l'article 11); <AL 14-11-1939, Art. 19>

4° Van de misdrijven omschreven in de wetten op de riviervisserij;

4° Des infractions aux lois sur la pêche fluviale;

5° (...); <W 03-06-1957, Art. 114, § 2, 3°> 5° (...); <L 03-06-1957, Art. 114, § 2, 3°> 6° (van de misdrijven omschreven in de wetten en verordeningen op de barelen, de openbare en geregelde diensten van gemeenschappelijk vervoer te land en te water, de wegen te land en te water en het wegverkeer;) <W 1994-07-11/33, Art. 5, 1°, 007; En vigueur : 01-01-1995>

6° (des infractions aux lois et règlements sur les barrières, les services publics et réguliers du transport en commun par terre ou par eau, la voirie par terre ou par eau, et le roulage;) <L 1994-07-11/33, Art. 5, 1°, 007; En vigueur : 01-01-1995>

6°bis (van de wanbedrijven omschreven in de artikelen 418 tot 420 van het Strafwetboek, wanneer de doding, de slagen of verwondingen het gevolg zijn van een verkeersongeval;) <W 1994-07-11/33, Art. 5, 2°, 007; En vigueur : 01-01-1995>

6°bis (des délits prévus aux articles 418 à 420 du Code pénal, lorsque l'homicide, les coups ou blessures résultent d'un accident de la circulation;) <L 1994-07-11/33, Art. 5, 2°, 007; En vigueur : 01-01-1995>

6°ter (van de wanbedrijven omschreven in artikel 22 van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen.) <W 1994-07-11/33, Art. 5, 3°, 007; En vigueur : 01-01-1995>

6°ter (des délits définis à l'article 22 de la loi du 21 novembre 1989 relative à l'assurance obligatoire de la responsabilité en matière de véhicules automoteurs;) <L 1994-07-11/33, Art. 5, 3°, 007; En vigueur : 01-01-1995>

7° Van de misdrijven omschreven in de provincieverordeningen, met uitzondering van de verordeningen door de provinciegouverneurs en de arrondissementscommissarissen vastgesteld krachtens de artikelen 128 en 139 van de provinciewet;

7° Des infractions aux règlements provinciaux, à l'exception de ceux pris par les gouverneurs de provinces et les commissaires d'arrondissement en vertu des articles 128 et 139 de la loi provinciale;

8° Van de misdrijven omschreven in de gemeenteverordeningen;

8° Des infractions aux règlements communaux;

9° (...); <W 10-07-1967, Art. 1, 81°> 9° (...); <L 10-07-1967, Art. 1, 81°> 10° Van de misdrijven omschreven in het koninklijk besluit van 6 december 1897 betreffende de politie over het militair domein;

10° Des infractions prévues par l'arrêté royal du 6 décembre 1897 relatif à la police du domaine de la guerre;

11° Van het misdrijf omschreven in artikel 4 van de wet van 30 juli 1922 waarbij een verlofbrief voor de vogelvangst met netten ingevoerd wordt;

11° Du délit puni par l'article 4 de la loi du 30 juillet 1922 instituant un permis de tenderie aux oiseaux;

Page 93: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

12° Van de misdrijven omschreven in de wet van 24 juli 1923 ter bescherming van militaire duiven en ter beteugeling van het aanwenden van duiven voor verspieding, met uitzondering van de misdrijven van artikel 11;

12° Des infractions punies par la loi du 24 juillet 1923 sur la protection des pigeons militaires et la répression de l'emploi des pigeons pour l'espionnage à l'exception de celles prévues par l'article 11;

13° (Van de misdrijven omschreven in de artikelen 77 tot 79 van de besluitwet van 25 februari 1947 tot coördinatie en wijziging van de wetten betreffende de pensioenregeling voor de mijnwerkers en de ermee gelijkgestelden); <W 10-07-1967, Art. 1, 81°>

13° (Des infractions punies par les articles 77 à 79 de l'arrêté-loi du 25 février 1947 coordonnant et modifiant les lois sur le régime de retraite des ouvriers mineurs et assimilés); <L 10-07-1967, Art. 1, 81°>

14° (Van de misdrijven omschreven in de artikelen 155 en 158 van de wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 19 december 1939); <W 10-07-1967, Art. 1, 81°>

14° (Des infractions punies par les articles 155 et 158 des lois relatives aux allocations familiales pour travailleurs salariés coordonnées le 19 décembre 1939); <L 10-07-1967, Art. 1, 81°>

15° Van de wanbedrijven waarvan de kennisneming hun door een bijzondere bepaling is opgedragen.

15° Des délits dont la connaissance leur est attribuée par une disposition spéciale.

Art. 139. <KB 59 10-01-1935, Art. 1> Gelijkelijk bevoegd zijn de politierechtbank van de plaats van het misdrijf, die van de verblijfplaats van de verdachte (, die van de maatschappelijke zetel van de rechtspersoon, die van de bedrijfszetel van de rechtspersoon) en die van de plaats waar de verdachte is gevonden. <W 1999-05-04/60, Art. 14, 010; En vigueur : 02-07-1999>

Art. 139. <AR 59 10-01-1935, Art. 1> Sont également compétents, le tribunal de police du lieu de l'infraction, celui de la résidence de (l'inculpé) (, celui du siège social de la personne morale, celui du siège d'exploitation de la personne morale) et celui du lieu où (l'inculpé) a été trouvé. <L 10-07-1967, Art. 1, 82°> <L 1999-05-04/60, Art. 14, 010; En vigueur : 02-07-1999>

Art. 140. <KB 59 10-01-1935, Art. 1> Wanneer de politierechtbank krachtens artikel 138 (...), kennis neemt van wanbedrijven, past zij op de beklaagden de straffen toe welke de wet op die wanbedrijven stelt, of kan zij die straffen verminderen onder vaststelling van de aanwezigheid van een verschoningsgrond of van verzachtende omstandigheden, voor zover die wettelijk aanvaardbaar zijn. <W 10-07-1967, Art. 1, 83°>

Art. 140. <AR 59 10-01-1935, Art. 1> Chaque fois qu'il est saisi de délits (en vertu de l'article 138), le tribunal de police applique aux prévenus les peines portées par la loi contre ces délits ou peut réduire ces peines en constatant l'existence d'une excuse ou de circonstances atténuantes, si elles sont légalement admissibles. <L 10-07-1967, Art. 1, 83°>

Art. 141. (Opgeheven) <KB 12-01-1970, Art. 2, 3°> Art. 141. (Abrogé) <AR 12-01-1970, Art. 2, 3°> Art. 142. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 85°> Art. 142. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 85°> Art. 143. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 85°> Art. 143. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 85°> Art. 144. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 85°> Art. 144. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 85°> Art. 145. (Dagvaardingen wegens overtreding of wegens wanbedrijf dat tot de bevoegdheid van de politierechtbank behoort, geschieden op verzoek van het openbaar ministerie of van de burgerlijke partij.) <W 1994-07-11/33, Art. 6, 007; En vigueur : 01-01-1995>

Art. 145. (Les citations pour contravention ou délit relevant de la compétence du tribunal de police seront faites à la requête du ministère public ou de la partie civile.) <L 1994-07-11/33, Art. 6, 007; En vigueur : 01-01-1995>

Zij worden betekend door een gerechtsdeurwaarder, aan de beklaagde (en, in voorkomend geval, aan de burgerrechtelijk aansprakelijke persoon) wordt afschrift gelaten. <W 10-07-1967, Art. 1, 86°>

Elles seront notifiées par un huissier (de justice); il en sera laissé copie au prévenu (et, le cas échéant, à la personne civilement responsable). <L 10-07-1967, Art. 1, 86°>

Page 94: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 146. <W 27-02-1956, Art. 1> Een termijn van ten minste tien dagen, die in voorkomend geval verlengd wordt wegens de afstand, moet tussen de dagvaarding en de verschijning gelaten worden, op straffe van nietigheid van de veroordeling die bij verstek tegen de gedaagde mocht worden uitgesproken.

Art. 146. <L 27-02-1956, Art. 1> Il y aura au moins un délai de dix jours, augmenté, s'il y a lieu, à raison de la distance, entre la citation et la comparution, à peine de nullité de la condamnation qui serait prononcée par défaut contre la personne citée.

Deze nietigheid kan echter niet worden ingeroepen dan op de eerste terechtzitting en vóór alle exceptie of verweer.

Néanmoins, cette nullité ne pourra être proposée qu'à la première audience et avant toutes exception ou défense.

In dringende gevallen kunnen de termijnen worden verkort en de partijen gedagvaard om nog op de dag zelf en op een bepaald uur te verschijnen, krachtens een door de (rechter in de politierechtbank) verleende cedel. <W 10-10-1967, Art. 91, § 3>

Dans les cas urgents, les délais pourront être abrégés, et les parties citées à comparaître même dans le jour, et à heure indiquée, en vertu d'une cédule délivrée par le (juge au tribunal de police). <L 10-10-1967, Art. 91, § 3>

Art. 147. Partijen kunnen vrijwillig en op een eenvoudige oproeping verschijnen, zonder dat een dagvaarding nodig is.

Art. 147. Les parties pourront comparaître volontairement et sur un simple avertissement, sans qu'il soit besoin de citation.

Art. 148. Vóór de dag van de terechtzitting kan de (rechter in de politierechtbank), op vordering van het openbaar ministerie of van de burgerlijke partij, de schade schatten of doen schatten, processen-verbaal opmaken of doen opmaken, alle spoedeisende handelingen verrichten of bevelen. <W 10-10-1967, Art. 91, § 3>

Art. 148. Avant le jour de l'audience, le (juge au tribunal de police) pourra sur, la réquisition du ministère public ou de la partie civile, estimer ou faire estimer les dommages, dresser ou faire dresser des procès-verbaux, faire ou ordonner tous actes requérant célérité. <L 10-10-1967, Art. 91, § 3>

Art. 149. Indien de gedaagde niet verschijnt op de dag en het uur in de dagvaarding bepaald, wordt hij bij verstek gevonnist.

Art. 149. Si la personne citée ne comparaît pas au jour et à l'heure fixés par la citation, elle sera jugée par défaut.

Art. 150. De bij verstek veroordeelde is niet meer ontvankelijk om zich tegen de tenuitvoerlegging van het vonnis te verzetten, indien hij niet verschijnt op de terechtzitting in het volgende artikel aangewezen, behoudens hetgeen hierna bepaald wordt inzake hoger beroep en beroep in cassatie.

Art. 150. La personne condamnée par défaut ne sera plus recevable à s'opposer à l'exécution du jugement, si elle ne se présente à l'audience indiquée par l'article suivant; sauf ce qui sera ci-après réglé sur l'appel et le recours en cassation.

(Lid 2 opgeheven) <W 2000-05-31/64, Art. 2, 015; En vigueur : 12-12-2000>

(Alinéa 2 abrogé) <L 2000-05-31/64, Art. 2, 015; En vigueur : 12-12-2000>

Art. 151. (Verzet tegen het verstekvonnis kan worden gedaan door een verklaring van antwoord, onderaan op de akte van betekening. Het kan ook worden gedaan door een akte betekend zoals bepaald is in artikel 187.) <W 09-03-1908, Art. 2>

Art. 151. (L'opposition au jugement par défaut pourra être faite par déclaration en réponse au bas de l'acte de signification. Elle pourra aussi être faite par acte notifié ainsi qu'il est dit à l'article 187.) <L 09-03-1908, Art. 2>

Het verzet brengt van rechtswege dagvaarding mee tegen de eerste terechtzitting na het verstrijken van de termijnen en wordt als ongedaan beschouwd, indien de eiser in verzet niet verschijnt.

L'opposition emportera de droit citation à la première audience, après l'expiration des délais, et sera réputée non avenue si l'opposant ne comparaît pas.

Page 95: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 152. <W 1994-07-11/33, Art. 7, 007; En vigueur : 01-01-1995> § 1. De beklaagde, de burgerrechtelijk aansprakelijke partij en de burgerlijke partij verschijnen persoonlijk of in de persoon van een advocaat.

Art. 152. <L 1994-07-11/33, Art. 7, 007; En vigueur : 01-01-1995> § 1. Le prévenu, la partie civilement responsable et la partie civile comparaîtront en personne ou par un avocat.

§ 2. De beklaagde verschijnt nochtans in persoon indien (hij een natuurlijk persoon is en) hij wordt vervolgd wegens : <W 1999-05-04/60, Art. 17, 010; En vigueur : 02-07-1999>

§ 2. Toutefois, le prévenu comparaît en personne (s'il est une personne physique et) s'il est poursuivi pour : <L 1999-05-04/60, Art. 17, 010; En vigueur : 02-07-1999>

1° onopzettelijke doding; 1° homicide involontaire, 2° het plegen van een vluchtmisdrijf na een ongeval waarbij aan een andere persoon slagen of verwondingen zijn toegebracht, of het veroorzaken van een ongeval met dezelfde gevolgen terwijl betrokkene in staat van dronkenschap of in een soortgelijke staat verkeerde ten gevolge van het gebruik van verdovende middelen, van hallucinogenen, van geneesmiddelen, of van alcoholhoudende dranken.

2° délit de fuite à l'occasion d'un accident ayant entraîné pour autrui des coups, des blessures, ou pour avoir causé ou occasionné un accident ayant eu les mêmes conséquences alors qu'il se trouvait en état d'ivresse ou dans un état analogue, résultant de l'usage de drogues, de produits hallucinogènes ou de médicaments, ou de la consommation de boissons alcooliques. "

De rechtbank kan altijd toestaan dat de beklaagde zich laat vertegenwoordigen wanneer hij aantoont dat het hem onmogelijk is persoonlijk te verschijnen.

Le tribunal pourra toujours autoriser la représentation du prévenu qui justifie de l'impossibilité de comparaître en personne.

§ 3. In elke stand van het geding kan de rechtbank de persoonlijke verschijning bevelen, zonder dat tegen haar beslissing enig rechtsmiddel kan worden ingesteld.

§ 3. En tout état de cause, le tribunal pourra, sans que sa décision puisse être l'objet d'aucun recours, ordonner la comparution en personne.

Het vonnis dat deze verschijning beveelt, wordt ten verzoeke van het openbaar ministerie, aan de betrokken partij betekend, met dagvaarding om te verschijnen op de door de rechtbank vastgestelde datum.

Le jugement ordonnant cette comparution sera signifiée à la partie qu'il concerne à la requête du ministère public, avec citation à comparaître à la date fixée par le tribunal.

§ 4. Onverminderd de bepalingen van § 2, tweede lid, wordt vonnis bij verstek gewezen indien niet voldaan is aan de in § 2 of § 3 bedoelde verplichting om persoonlijk te verschijnen.

§ 4. Sans préjudice des dispositions du § 2, alinéa 2, il sera statué par défaut s'il n'est pas déféré à l'obligation de comparaître en personne, prévue au § 2 ou au § 3.

Art. 153. De behandeling van iedere zaak is openbaar, op straffe van nietigheid.

Art. 153. L'instruction de chaque affaire sera publique à peine de nullité.

Zij geschiedt in de volgende orde : Elle se fera dans l'ordre suivant : De processen-verbaal, zo die er zijn, worden door de griffier voorgelezen;

Les procès-verbaux, s'il y en a, seront lus par le greffier;

De getuigen, indien het openbaar ministerie of de burgerlijke partij er heeft opgeroepen, worden gehoord zo daartoe grond bestaat; de burgerlijke partij neemt haar conclusie;

Les témoins, s'il en a été appelé par le ministère public ou la partie civile, seront entendus s'il y a lieu; la partie civile prendra ses conclusions;

De gedaagde draagt zijn verdediging voor en doet zijn getuigen horen, indien hij er heeft meegebracht of doen dagvaarden en indien hij overeenkomstig het volgende artikel gerechtigd is om die voor te brengen;

La personne citée proposera sa défense, et fera entendre ses témoins, si elle en a amené ou fait citer, et si, aux termes de l'article suivant, elle est recevable à les produire;

Page 96: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Het openbaar ministerie vat de zaak samen en neemt zijn conclusie; de gedaagde partij kan haar opmerkingen voordragen.

Le ministère public résumera l'affaire et donnera ses conclusions; la partie citée pourra proposer ses observations.

(...) <W 10-07-1967, Art. 1, 85°> (...) <L 10-07-1967, Art. 1, 85°> Art. 154. De overtredingen worden bewezen hetzij door processen-verbaal of verslagen, hetzij door getuigen bij ontstentenis van verslagen en processen-verbaal of tot staving ervan.

Art. 154. Les contraventions seront prouvées soit par procès-verbaux ou rapports, soit par témoins à défaut de rapports et procès-verbaux, ou à leur appui.

Niemand wordt op straffe van nietigheid, toegelaten om door getuigen bewijs te leveren boven of tegen de inhoud van de processen-verbaal of verslagen van de officieren van politie aan wie de wet bevoegdheid verleent om wanbedrijven of overtredingen vast te stellen zolang er geen betichting van valsheid is. De processen-verbaal en verslagen daarentegen, opgemaakt door agenten, aangestelden of officieren aan wie de wet niet het recht verleent om geloofd te worden zolang er geen betichting van valsheid is, kunnen bestreden worden met tegenbewijzen, hetzij door geschrift, hetzij door getuigen, indien de rechtbank het geraden oordeelt ze toe te laten.

Nul ne sera admis, à peine de nullité, à faire preuve par témoins outre ou contre le contenu aux procès-verbaux ou rapports des officiers de police ayant recu de la loi le pouvoir de constater les délits ou les contraventions jusqu'à inscription de faux. Quant aux procès-verbaux et rapports faits par des agents, préposés ou officiers auxquels la loi n'a pas accordé le droit d'en être crus jusqu'à inscription de faux, ils pourront être débattus par des preuves contraires, soit écrites, soit testimoniales, si le tribunal juge à propos de les admettre.

Art. 155. De getuigen doen ter terechtzitting, op straffe van nietigheid, de eed dat zij de gehele waarheid en niets dan de waarheid zullen zeggen; de griffier houdt daarvan aantekening, evenals van hun naam, voornamen, leeftijd, beroep en woonplaats, alsmede van hun voornaamste verklaringen.

Art. 155. Les témoins feront à l'audience, sous peine de nullité, le serment de dire toute la vérité, rien que la vérité; et le greffier en tiendra note, ainsi que de leurs noms, prénoms, âge, profession et demeure, et de leurs principales déclarations.�

Art. 155bis. <Ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 5; En vigueur : 01-11-2002> De rechtbank die een getuige wil verhoren die niet door de onderzoeksrechter gehoord is, kan hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek van de getuige, hetzij op vordering van het openbaar ministerie of op verzoek van de beklaagde, de burgerlijke partij of hun raadslieden, beslissen dat ter terechtzitting en in het proces-verbaal van de terechtzitting geen melding wordt gemaakt van bepaalde van de identiteitsgegevens bedoeld in artikel 155, indien er een redelijk vermoeden bestaat dat de getuige, of een persoon uit diens naaste omgeving, ingevolge het bekend worden van deze gegevens en ingevolge het afleggen van zijn verklaring een ernstig nadeel zou kunnen ondervinden. Van de redenen hiertoe wordt melding gemaakt in het proces-verbaal van de terechtzitting. Tegen de beslissing van de rechtbank waarbij zij de gedeeltelijke anonimiteit toekent of weigert, staat geen rechtsmiddel open.

Art. 155bis. <Inséré par L 2002-04-08/51, Art. 5; En vigueur : 01-11-2002> Le tribunal qui souhaite procéder à l'audition d'un témoin qui n'a pas été entendu par le juge d'instruction, peut décider, soit d'office, soit à la demande du témoin, soit sur réquisition du ministère public ou à la requête du prévenu, de la partie civile ou de leurs conseils, qu'il ne sera pas fait mention à l'audience et au procès-verbal de l'audience de certaines des données d'identité prévues à l'article 155, s'il existe une présomption raisonnable que le témoin, ou une personne de son entourage, pourrait subir un préjudice grave à la suite de la divulgation de ces données et de sa déposition. Les raisons qui ont incité le tribunal à prendre cette décision sont indiquées au procès-verbal de l'audience. La décision par laquelle le tribunal accorde ou refuse l'anonymat partiel n'est susceptible d'aucun recours.

Page 97: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De getuige aan wie reeds gedeeltelijke anonimiteit werd toegekend overeenkomstig artikel 75bis , behoudt zijn gedeeltelijke anonimiteit. De gedeeltelijke anonimiteit toegekend overeenkomstig artikel 75bis of overeenkomstig het eerste lid van dit artikel staat het verhoor van de getuige ter terechtzitting niet in de weg.

Le témoin à qui a été octroyé l'anonymat partiel conformément à l'article 75bis conserve son anonymat partiel. L'anonymat partiel octroyé conformément à l'article 75bis ou conformément au premier alinéa du présent article, n'empêche pas l'audition du témoin à l'audience.

De procureur des Konings houdt een register bij van alle getuigen van wie identiteitsgegevens overeenkomstig dit artikel niet zijn opgenomen in het proces-verbaal van de terechtzitting.

Le procureur du Roi tient un registre de tous les témoins dont des données d'identité, conformément à cet article, ne figurent pas au procès-verbal de l'audience.

De procureur des Konings en de rechtbank nemen ieder voor zich de maatregelen die redelijkerwijze nodig zijn om de onthulling van de in het eerste lid bedoelde identiteitsgegevens te voorkomen.

Le procureur du Roi et le tribunal prennent, chacun pour ce qui le concerne, les mesures raisonnablement nécessaires pour éviter la divulgation des données d'identité, visées au premier alinéa.

Art. 155ter. <Ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 6; En vigueur : 01-11-2002> In afwijking van artikel 155 dient geen melding te worden gemaakt van de woonplaats van de personen die in de uitoefening van hun beroepsactiviteit belast zijn met de vaststelling van en het onderzoek naar een misdrijf of naar aanleiding van de toepassing van de wet kennis nemen van omstandigheden waarin het misdrijf werd gepleegd, en die in die hoedanigheid als getuigen worden gehoord. In de plaats daarvan is het hun toegestaan hun dienstadres of het adres waarop zij gewoonlijk hun beroep uitoefenen op te geven. De dagvaarding om te getuigen ter terechtzitting kan regelmatig op dat adres worden betekend.

Art. 155ter. <Inséré par L 2002-04-08/51, Art. 6; En vigueur : 01-11-2002> Par dérogation à l'article 155, il ne faut pas faire état de la demeure des personnes qui, dans l'exercice de leurs activités professionnelles, sont chargées de la constatation et de l'instruction d'une infraction ou qui, à l'occasion de l'application de la loi, prennent connaissance des circonstances dans lesquelles l'infraction a été commise, et qui sont en cette qualité entendues comme témoins. En lieu et place, ils peuvent indiquer leur adresse de service ou l'adresse à laquelle ils exercent habituellement leur profession. La citation à témoigner à l'audience peut être régulièrement signifiée à cette adresse.

Art. 156. De bloedverwanten van de beklaagde in de opgaande of de nederdalende lijn, zijn broeders en zusters of aanverwanten in dezelfde graad, de vrouw of haar man, zelfs nadat echtscheiding is uitgesproken, worden niet opgeroepen of toegelaten om te getuigen, zonder dat evenwel het horen van de voormelde persoon nietigheid kan teweegbrengen, wanneer het openbaar ministerie, de burgerlijke partij noch de beklaagde zich ertegen hebben verzet dat zij gehoord werden.

Art. 156. Les ascendants ou descendants de la personne prévenue, ses frères et soeurs ou alliés en pareil degré, la femme ou son mari, même après le divorce prononcé, ne seront ni appelés ni recus en témoignage; sans néanmoins que l'audition des personnes ci-dessus désignées puisse opérer une nullité, lorsque, soit le ministère public, soit la partie civile, soit le prévenu, ne se sont pas opposés à ce qu'elles soient entendues.

Art. 157. De getuigen die aan de dagvaarding niet voldoen, kunnen ertoe gedwongen worden door de rechtbank, die, te dien einde en op vordering van het openbaar ministerie, hen op dezelfde terechtzitting wegens een eerste niet-verschijning veroordeelt tot geldboete en, in geval van een tweede niet-verschijning, tot lijfsdwang.

Art. 157. Les témoins qui ne satisferont pas à la citation pourront y être contraints par le tribunal, qui, à cet effet et sur la réquisition du ministère public, prononcera dans la même audience, sur le premier défaut, l'amende, et en cas d'un second défaut, la contrainte par corps.

Page 98: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 158. De getuige die aldus tot geldboete is veroordeeld wegens een eerste niet-verschijning, en die na een tweede dagvaarding wettige redenen van verschoning voor de rechtbank voorlegt, kan op de conclusie van het openbaar ministerie van de geldboete worden ontheven.

Art. 158. Le témoin ainsi condamné à l'amende sur le premier défaut, et qui, sur la seconde citation, produira devant le tribunal des excuses légitimes, pourra, sur les conclusions du ministère public, être déchargé de l'amende.

Indien de getuige niet opnieuw gedagvaard wordt, kan hij op de volgende terechtzitting in persoon of bij een bijzonder gemachtigde vrijwillig verschijnen om zijn redenen van verschoning voor te leggen en, zo daartoe grond bestaat, ontheffing van de geldboete te verkrijgen.

Si le témoin n'est pas cité à nouveau, il pourra volontairement comparaître par lui, ou par un fondé de procuration spéciale, à l'audience suivante, pour présenter ses excuses, et obtenir, s'il y a lieu, décharge de l'amende.

Art. 158bis. <Ingevoegd bij W 2002-08-02/71, Art. 3; En vigueur : 22-09-2002> § 1. De rechtbank kan op met redenen omklede vordering van de procureur des Konings beslissen om een bedreigde getuige aan wie de Getuigenbeschermingscommissie een beschermingsmaatregel heeft toegekend, of een in het buitenland verblijvende getuige of deskundige wanneer ter zake wederkerigheid is gewaarborgd, met zijn instemming te horen via een videoconferentie, indien het niet wenselijk of mogelijk is dat de te horen persoon in persoon ter zitting verschijnt.

Art. 158bis. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 3; En vigueur : 22-09-2002> § 1er. Le tribunal peut, sur réquisition motivée du procureur du Roi, décider d'entendre par le biais d'une vidéoconférence un témoin menacé, à qui la Commission de protection des témoins a octroyé une mesure de protection ou, un témoin, un expert résidant à l'étranger lorsque la réciprocité en la matière est garantie, avec son accord, s'il n'est pas souhaitable ou possible que la personne à entendre comparaisse en personne à l'audience.

§ 2. De rechtbank kan op met redenen omklede vordering van de procureur des Konings beslissen om een bedreigde getuige aan wie de Getuigenbeschermingscommissie een beschermingsmaatregel heeft toegekend, met zijn instemming te horen via een gesloten televisiecircuit, indien het niet wenselijk of mogelijk is dat de te horen persoon in persoon ter zitting verschijnt.

§ 2. Le tribunal peut, sur réquisition motivée du procureur du Roi, décider d'entendre par le biais d'un circuit de télévision fermé un témoin menacé, à qui la Commission de protection des témoins a octroyé une mesure de protection, avec son accord, s'il n'est pas souhaitable ou possible que la personne à entendre comparaisse en personne à l'audience.

§ 3. Bij de te horen persoon bevindt zich een officier van gerechtelijke politie of, wanneer de te horen persoon zich in het buitenland bevindt, een buitenlandse justitiële autoriteit. Deze stelt de identiteit van de te horen persoon vast en stelt daarvan een proces-verbaal op dat ondertekend wordt door de te horen persoon.

§ 3. Près de la personne à entendre se trouve un officier de police judiciaire, ou, lorsque la personne à entendre se trouve à l'étranger, une autorité judiciaire étrangère. Cette personne vérifie l'identité de la personne à entendre et en dresse un procès-verbal qui est signé par la personne à entendre.

§ 4. Het verhoor maakt steeds het voorwerp uit van een audiovisuele opname in de zin van artikel 158quater.

§ 4. L'audition fait toujours l'objet d'un enregistrement audiovisuel au sens de l'article 158quater.

§ 5. De persoon die via een videoconferentie of een gesloten televisiecircuit is gehoord, wordt geacht te zijn verschenen en aan de oproeping te hebben voldaan.

§ 5. La personne entendue par le biais d'une vidéoconférence ou d'un circuit de télévision fermé est censée avoir comparu et avoir répondu à la convocation.

Page 99: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 6. Op met redenen omklede vordering van de procureur des Konings kan de rechtbank beslissen om beeld- en stemvervorming toe te staan. In dat geval kunnen de via de videoconferentie of het gesloten televisiecircuit afgelegde verklaringen slechts in aanmerking genomen worden als bewijs op voorwaarde dat zij in afdoende mate steun vinden in andersoortige bewijsmiddelen.

§ 6. Sur réquisition motivée du procureur du Roi, le tribunal peut décider d'autoriser l'altération de l'image et de la voix. Dans ce cas, les déclarations faites par le biais d'une vidéoconférence ou d'un circuit de télévision fermé ne peuvent être prise en considération à titre de preuve que si elles sont corroborées dans une mesure déterminante par d'autres moyens de preuve.

Art. 158ter. <Ingevoegd bij W 2002-08-02/71, Art. 3; En vigueur : 22-09-2002> § 1. De rechtbank kan op met redenen omklede vordering van de procureur des Konings beslissen om een bedreigde getuige aan wie de Getuigenbeschermingscommissie een beschermingsmaatregel heeft toegekend of een in het buitenland verblijvende getuige of deskundige wanneer ter zake wederkerigheid is gewaarborgd, met zijn instemming te horen via een teleconferentie, indien het niet wenselijk of mogelijk is dat de te horen persoon in persoon ter zitting verschijnt of gehoord wordt via een videoconferentie of een gesloten televisiecircuit.

Art. 158ter. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 3; En vigueur : 22-09-2002> § 1er. Le tribunal peut, sur réquisition motivée du procureur du Roi, décider d'entendre par le biais d'une conférence téléphonique un témoin menacé, à qui la Commission de protection des témoins a octroyé une mesure de protection ou, un témoin, un expert résidant à l'étranger lorsque la réciprocité en la matière est garantie, avec son accord, s'il n'est pas souhaitable ou possible que la personne à entendre comparaisse en personne à l'audience ou, qu'elle soit entendue par le biais d'une vidéoconférence ou d'un circuit de télévision fermé.

§ 2. Bij de te horen persoon bevindt zich een officier van gerechtelijke politie of, wanneer de te horen persoon zich in het buitenland bevindt, een buitenlandse justitiële autoriteit. Deze stelt de identiteit van de te horen persoon vast en stelt daarvan een proces-verbaal op dat ondertekend wordt door de te horen persoon.

§ 2. Près de la personne à entendre se trouve un officier de police judiciaire ou, lorsque la personne à entendre se trouve à l'étranger, une autorité judiciaire étrangère. Cette personne vérifie l'identité de la personne à entendre et en dresse un procès-verbal qui est signé par la personne à entendre.

§ 3. Het verhoor maakt steeds het voorwerp uit van een auditieve opname in de zin van artikel 158quater.

§ 3. L'audition fait toujours l'objet d'un enregistrement audio au sens de l'article 158quater.

§ 4. De persoon die via een teleconferentie is gehoord, wordt geacht te zijn verschenen en aan de oproeping te hebben voldaan.

§ 4. La personne entendue par le biais d'une conférence téléphonique est censée avoir comparu et avoir répondu à la convocation.

§ 5. De via een teleconferentie afgelegde verklaringen kunnen slechts in aanmerking genomen worden als bewijs op voorwaarde dat zij in afdoende mate steun vinden in andersoortige bewijsmiddelen.

§ 5. Les déclarations faites par le biais d'une conférence téléphonique ne peuvent être prises en considération à titre de preuve que si elles sont corroborées dans une mesure déterminante par d'autres moyens de preuve.

§ 6. Op met redenen omklede vordering van de procureur des Konings kan de rechtbank beslissen om stemvervorming toe te staan.

§ 6. Sur réquisition motivée du procureur du Roi, le tribunal peut décider d'autoriser l'altération de la voix.

Art. 158quater. <Ingevoegd bij W 2002-08-02/71, Art. 3; En vigueur : 22-09-2002> De rechtbank kan op met redenen omklede vordering van de procureur des Konings de audiovisuele of de auditieve opname van een verhoor bevelen.

Art. 158quater. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 3; En vigueur : 22-09-2002> Le tribunal peut, sur réquisition motivée du procureur du Roi, ordonner l'enregistrement audiovisuel ou audio d'une audition.

Page 100: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

In het proces-verbaal van de terechtzitting wordt melding gemaakt van de opname en de redenen waarom deze wordt bevolen.

Il est fait mention dans le procès-verbal de l'audience de l'enregistrement ainsi que des motifs pour lesquels il a été ordonné.

De opname van het verhoor wordt in twee exemplaren gemaakt. Beide cassettes worden als originelen beschouwd en ter griffie als overtuigingsstuk neergelegd.

L'enregistrement de l'audition est réalisé en deux exemplaires. Les deux cassettes ont le statut d'originaux et sont déposées au greffe à titre de pièces à conviction.

Art. 159. Indien het feit noch een wanbedrijf, noch een overtreding oplevert, vernietigt de rechtbank de dagvaarding en alles wat erop gevolgd is, en zij beslist bij hetzelfde vonnis over de vorderingen tot schadevergoeding.

Art. 159. Si le fait ne présente ni délit ni contravention de police, le tribunal annulera la citation et tout ce qui aurait suivi, et statuera par le même jugement sur les demandes en dommages-intérêts.

Art. 160. Indien het feit een misdrijf oplevert, waarop een correctionele straf of een zwaardere straf gesteld is, verwijst de rechtbank de partijen naar de procureur des Konings (onverminderd de bevoegdheidsbepalingen van artikel 138). <W 1994-07-11/33, Art. 8, 007; En vigueur : 01-01-1995>

Art. 160. Si le fait est (une infraction) qui emporte une peine correctionnelle ou plus grave, le tribunal renverra les parties devant le (procureur du Roi) (sans préjudice des compétences prévues à l'article 138). <L 10-07-1967, Art. 1, 87°> <L 1994-07-11/33, Art. 8, 007; En vigueur : 01-01-1995>

Art. 161. Indien de beklaagde schuldig bevonden wordt aan een (misdrijf dat onder zijn bevoegdheid valt), spreekt de rechtbank de straf uit en beslist bij hetzelfde vonnis over de vorderingen tot teruggave en tot schadevergoeding. <W 1994-07-11/33, Art. 9, 007; En vigueur : 01-01-1995>

Art. 161. Si le prévenu est convaincu (d'infraction relevant de sa compétence), le tribunal prononcera la peine, et statuera par le même jugement sur les demandes en restitution et en dommages-intérêts. <L 1994-07-11/33, Art. 9, 007; En vigueur : 01-01-1995>

Art. 162. <W 25-10-1950, Art. 1, a> Ieder veroordelend vonnis, uitgesproken tegen de beklaagde en tegen de personen die voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijk zijn, verwijst hen in de kosten, zelfs jegens de openbare partij.

Art. 162. <L 25-10-1950, Art. 1, a> Tout jugement de condamnation rendu contre le prévenu et les personnes civilement responsables de l'infraction, les condamnera aux frais, même envers la partie publique.

De burgerlijke partij die in het ongelijk wordt gesteld, kan worden veroordeeld in de kosten jegens de Staat en jegens de beklaagde of in een gedeelte ervan. Zij wordt veroordeeld in alle kosten door de Staat en door de beklaagde gemaakt, wanneer zij het initiatief tot de rechtstreekse dagvaarding heeft genomen of wanneer een onderzoek is geopend ten gevolge van haar optreden als burgerlijke partij. De kosten worden door het vonnis bepaald.

La partie civile qui succombera pourra être condamnée à tout ou partie des frais envers l'Etat et envers le prévenu. Elle sera condamnée à tous les frais exposés par l'Etat et par le prévenu en cas de citation directe ou lorsque une instruction a été ouverte suite à la constitution de partie civile. Les frais seront liquidés par le jugement.

Art. 163. <W 27-04-1987, Art. 1> Ieder veroordelend eindvonnis wordt met redenen omkleed. Het vonnis vermeldt de toegepaste wetsbepaling.

Art. 163. <L 27-04-1987, Art. 1> Tout jugement définitif de condamnation sera motivé. Le jugement énonce la disposition de la loi dont il est fait application.

Page 101: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Wanneer het verval van het recht tot het besturen van een voertuig, een luchtschip en het geleiden van een rijdier wordt uitgesproken, vermeldt het vonnis eveneens nauwkeurig maar op een wijze die beknopt mag zijn, de redenen waarom deze straf wordt gekozen. Het rechtvaardigt bovendien de duur ervan.

Lorsque la déchéance du droit de conduire un véhicule, un aéronef et une monture est prononcée, le jugement indique également, d'une manière qui peut être succincte mais doit être précise, les raisons du choix de cette peine. Il justifie en outre sa durée.

Art. 164. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 88°> Art. 164. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 88°> Art. 165. Het openbaar ministerie en de burgerlijke partij vervolgen de tenuitvoerlegging van het vonnis, ieder wat hem betreft.

Art. 165. Le ministère public et la partie civile poursuivront l'exécution du jugement, chacun en ce qui le concerne.

(Indien het veroordelend vonnis de bijzondere verbeurdverklaring inhoudt van zaken die zich buiten het grondgebied van de Belgische Staat bevinden, stelt het openbaar ministerie de minister van Justitie daarvan in kennis en zendt het hem een afschrift van het strafdossier toe.) <W 1997-05-20/50, Art. 13, 008; En vigueur : 13-07-1997>

(Lorsque le jugement de condamnation emporte la confiscation spéciale de choses se trouvant hors du territoire de la Belgique, le ministère public en avise le ministre de la Justice et lui transmet copie du dossier répressif.) <L 1997-05-20/50, Art. 13, 008; En vigueur : 13-07-1997>

Art. 166. (Opgeheven) <W 28-06-1984> Art. 166. (Abrogé) <L 28-06-1984> Art. 167. (Opgeheven) <W 28-06-1984> Art. 167. (Abrogé) <L 28-06-1984> Art. 168. (Opgeheven) <W 28-06-1984> Art. 168. (Abrogé) <L 28-06-1984> Art. 169. (Opgeheven) <W 28-06-1984> Art. 169. (Abrogé) <L 28-06-1984> Art. 170. (Opgeheven) <KB 59 10-01-1935, Art. 4> Art. 170. (Abrogé) <AR 59 10-01-1935, Art. 4> Art. 171. (Opgeheven) <KB 59 10-01-1935, Art. 4> Art. 171. (Abrogé) <AR 59 10-01-1935, Art. 4> § III. - HOGER BEROEP VAN POLITIEVONNISSEN. § III. DE L'APPEL DES JUGEMENTS DE

POLICE. Art. 172. <W 31-05-1955> Tegen de vonnissen gewezen door de politierechtbanken staat in alle gevallen hoger beroep open.

Art. 172. <L 31-05-1955> Les jugements rendus par les (tribunaux de police) pourront, dans tous les cas, être attaqués par la voie de l'appel.

Het beroep wordt ingesteld, behandeld en gewezen in dezelfde vorm als het beroep tegen de correctionele vonnissen.

L'appel sera interjeté, poursuivi et jugé dans la même forme que les appels des jugements en matière (...) correctionnelle.

De termijn, bij artikel 174 van het Wetboek van Strafvordering gesteld, gaat in op de dag van de uitspraak van het vonnis, of van de betekening indien het vonnis bij verstek gewezen is.

Le délai fixé par l'article 174 du code d'instruction criminelle courra à dater de la prononciation du jugement, ou de la signification, si le jugement est par défaut. <L 10-07-1967, Art. 1, 89°>

Art. 173. Het hoger beroep schorst de tenuitvoerlegging. Art. 173. L'appel sera suspensif. (De vonnissen over de strafvordering, buiten die van veroordeling, vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging, alsook de vonnissen over de burgerlijke rechtsvordering kunnen echter bij een speciaal gemotiveerde beslissing uitvoerbaar verklaard worden bij voorraad niettegenstaande hoger beroep.) <KB 258 24-03-1936, Art. 3, § 1>

(Toutefois les jugements sur l'action publique autres que ceux qui portent condamnation, acquittement ou absolution et les jugements sur l'action civile peuvent être déclarés exécutoires provisoirement, nonobstant appel par une disposition spécialement motivée.) <AR 258 24-03-1936, Art. 3, § 1>

Art. 174. <W 31-05-1955, Art. 1> Het hoger beroep van de vonnissen, door de politierechtbank gewezen, wordt voor de correctionele rechtbank gebracht.

Art. 174. <L 31-05-1955, Art. 1> L'appel des jugements rendus par le tribunal de police sera porté devant le tribunal correctionnel.

Page 102: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Het wordt ingesteld binnen dezelfde termijnen, onder dezelfde voorwaarden en in dezelfde vorm als het hoger beroep van de vonnissen door de correctionele rechtbank gewezen.

Il sera interjeté dans les mêmes délais, conditions et formes que l'appel des jugements rendus par le tribunal correctionnel.

Art. 175. Wanneer de procureur des Konings of een van de partijen het in hoger beroep vordert, kunnen de getuigen opnieuw worden gehoord en kunnen zelfs andere getuigen gehoord worden.

Art. 175. Lorsque sur l'appel, le (procureur du Roi) ou l'une des parties le requerra, les témoins pourront être entendus de nouveau et il pourra même en être entendu d'autres. <L 10-07-1967, Art. 1, 90°>

Art. 176. De bepalingen van de voorgaande artikelen betreffende de wettelijke vorm van het onderzoek, de aard van de bewijzen, de vorm, de authenticiteit en de ondertekening van het eindvonnis, de veroordeling in de kosten, alsook de straffen in die artikelen bepaald, gelden eveneens voor de vonnissen in hoger beroep gewezen door de correctionele rechtbanken.

Art. 176. Les dispositions des articles précédents sur la solennité de l'instruction, la nature des preuves, la forme, l'authenticité et la signature du jugement définitif, la condamnation aux frais, ainsi que les peines que ces articles prononcent, seront communes aux jugements rendus, sur l'appel, par les tribunaux correctionnels.

Art. 177. Het openbaar ministerie en de partijen kunnen, indien daartoe grond bestaat, zich in cassatie voorzien tegen de vonnissen gewezen (...) door de correctionele rechtbank in hoger beroep van politievonnissen. <W 10-07-1967, Art. 1, 91°>

Art. 177. Le ministère public et les parties pourront, s'il y a lieu, se pourvoir en cassation contre les (...) jugements rendus par le tribunal correctionnel, sur l'appel des jugements de police. <L 10-07-1967, Art. 1, 91°>

De voorziening wordt ingesteld in de vorm en binnen de termijnen die zullen worden voorgeschreven.

Le recours aura lieu dans la forme et dans les délais qui seront prescrits.

Art. 178. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 32> Art. 178. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 32> HOOFDSTUK II. - (CORRECTIONELE RECHTBANKEN). <W 10-07-1967, Art. 1, 93°>

CHAPITRE II. - (DES TRIBUNAUX CORRECTIONNELS). <L 10-07-1967, Art. 1, 93°>

Art. 179. <W 10-07-1967, Art. 1, 94°> Onverminderd de bevoegdheid verleend aan andere rechtscolleges, nemen de rechtbanken van eerste aanleg, onder de naam van correctionele rechtbanken, kennis van alle misdrijven waarvan de straf hoger is dan gevangenisstraf van zeven dagen en geldboete van vijfentwintig frank.

Art. 179. <L 10-07-1967, Art. 1, 94°> Sans préjudice de la compétence attribuée à d'autres juridictions, les tribunaux de première instance connaissent, sous le titre de tribunaux correctionnels, de tous les délits dont la peine excède sept jours d'emprisonnement et vingt-cinq francs d'amende.

Art. 180. (Opgeheven) <W 28-06-1984, Art. 6, 2°> Art. 180. (Abrogé) <L 28-06-1984, Art. 6, 2°> Art. 180bis. (Opgeheven) <W 28-06-1984, Art. 6, 3°> Art. 180bis. (Abrogé) <L 28-06-1984, Art. 6, 3°> Art. 180ter. (Opgeheven) <W 28-06-1984, Art. 6, 4°> Art. 180ter. (Abrogé) <L 28-06-1984, Art. 6, 4°> Art. 181. Indien een wanbedrijf in de gehoorzaal begaan wordt gedurende de terechtzitting, maakt de voorzitter proces-verbaal op van het feit, hoort de beklaagde en de getuigen, en de rechtbank legt zonder verwijl de bij de wet bepaalde straffen op.

Art. 181. S'il se commet un délit correctionnel dans l'enceinte et pendant la durée de l'audience, le président dressera procès-verbal du fait, entendra le prévenu et les témoins, et le tribunal appliquera, sans désemparer, les peines prononcées par la loi.

Deze bepaling is van toepassing op de wanbedrijven in de gehoorzaal begaan gedurende de terechtzittingen van onze hoven, en zelfs gedurende de terechtzittingen van de burgerlijke rechtbank, onverminderd hoger beroep, als naar recht, van de vonnissen, in die gevallen gewezen door de burgerlijke of de correctionele rechtbanken.

Cette disposition aura son exécution pour les délits correctionnels commis dans l'enceinte et pendant la durée des audiences de nos cours, et même des audiences du tribunal civil, sans préjudice de l'appel de droit des jugements rendus dans ce cas par les tribunaux civils ou correctionnels.

Page 103: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 182. De zaken die tot de bevoegdheid van de correctionele rechtbank behoren, worden bij haar aanhangig gemaakt, hetzij door de verwijzing naar de rechtbank overeenkomstig de artikelen 130 en 160 hiervoren, hetzij door een dagvaarding, rechtstreeks aan de verdachte en aan de voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijke personen gedaan door de burgerlijke partij (...), en, in alle gevallen door de procureur des Konings (, hetzij door de oproeping van de verdachte bij proces-verbaal, conform artikel 216quater) (, hetzij door de oproeping met het oog op onmiddellijke verschijning overeenkomstig artikel 216quinquies). <W 10-07-1967, Art. 1, 95°> <W 1994-07-11/33, Art. 10, 007; En vigueur : 31-07-1994> <W 2000-03-28/31, Art. 3, 014; En vigueur : 2000-04-30>

Art. 182. Le tribunal sera saisi, en matière correctionnelle, de la connaissance des délits de sa compétence, soit par le renvoi qui lui en sera fait d'après les articles 130 et 160 ci-dessus, soit par la citation donnée directement (à l'inculpé) et aux personnes civilement responsables du délit par la partie civile, (...) et, dans tous les cas, par le (procureur du Roi), soit par la convocation de l'inculpé par procès-verbal, conformément à l'article 216quater) (, soit par la convocation aux fins de comparution immédiate, conformément à l'article 216quinquies). <L 10-07-1967, Art. 1, 95°> <L 1994-07-11/33, Art. 10, 007; En vigueur : 31-07-1994> <L 2000-03-28/31, Art. 3, 014; En vigueur : 2000-04-30>

Art. 183. De burgerlijke partij kiest bij de akte van dagvaarding woonplaats in de stad waar de rechtbank zitting houdt; de dagvaarding doet opgave van de feiten en geldt als klacht.

Art. 183. La partie civile fera, par l'acte de citation, élection de domicile dans la ville où siège le tribunal; la citation énoncera les faits, et tiendra lieu de plainte.

Art. 184. <W 27-02-1956, Art. 2> Een termijn van ten minste tien dagen, die in voorkomend geval verlengd wordt wegens de afstand, moet tussen de dagvaarding en de verschijning gelaten worden, op straffe van nietigheid van de veroordeling die bij verstek tegen de gedaagde mocht worden uitgesproken.

Art. 184. <L 27-02-1956, Art. 2> Il y aura au moins un délai de dix jours, augmenté, s'il y a lieu, en raison de la distance, entre la citation et la comparution, à peine de nullité de la condamnation qui serait prononcée par défaut contre la personne citée.

Deze nietigheid kan echter niet worden ingeroepen dan op de eerste terechtzitting en vóór alle exceptie of verweer.

Néanmoins, cette nullité ne pourra être proposée qu'à la première audience et avant toute exception ou défense.

Wanneer de verdachte of een der verdachten zich in voorlopige hechtenis bevindt, kunnen de termijnen worden verkort en de partijen gedagvaard om te verschijnen binnen een termijn die niet korter mag zijn dan drie dagen.

Lorsque (l'inculpé ou l'un des inculpés) est détenu préventivement, les délais pourront être abrégés et les parties citées à comparaître dans un délai qui ne pourra être moindre que trois jours.

In andere dringende gevallen kan dezelfde verkorting toegestaan worden krachtens een door de voorzitter van de rechtbank verleende cedel.

Dans les autres cas urgents la même réduction pourra être autorisée en vertu d'une cédule délivrée par le président du tribunal. <L 10-07-1967, Art. 1, 96°>

Art. 184bis. <W 10-10-1967, Art. 146> Indien de beklaagde die behoeftig is bevonden, zoals bepaald (in artikelen 508 tot 508/23), van het Gerechtelijk Wetboek, ten minste drie dagen vóór de dag van de terechtzitting de bijstand van een advocaat vraagt, zendt de voorzitter zijn verzoekschrift aan de gemachtigde van het (bureau voor juridische bijstand) en wordt door diens toedoen een verdediger aangewezen.) <W 22-01-1975, Art. 1> <W 1998-11-23/34, Art. 8, 011; En vigueur : 01-09-1999>

Art. 184bis. <L 10-10-1967, Art. 146> (Si le prévenu dont l'indigence est constatée, comme il est dit (aux articles 508 à 508/23) du Code judiciaire, demande l'assistance d'un avocat, trois jours au moins avant celui fixé pour l'audience, sa requête est transmise par le président au délégué du (bureau d'aide juridique), et par les soins de celui-ci un défenseur lui est désigné.) <L 22-01-1975, Art. 1> <L 1998-11-23/34, Art. 8, 011; En vigueur : 01-09-1999>

Page 104: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Is de zaak in onderzoek, dan kan het verzoek vanaf het eerste verhoor tot de onderzoeksrechter worden gericht.

Si l'affaire est en instruction, la demande peut être adressée au juge d'instruction à partir du premier interrogatoire.

Het wordt dadelijk doorgezonden aan de gemachtigde van het (bureau voor juridische bijstand). <W 1998-11-23/34, Art. 8, 011; En vigueur : 01-09-1999>

Elle est immédiatement transmise au délégué du (bureau d'aide juridique). <L 1998-11-23/34, Art. 8, 011; En vigueur : 01-09-1999>

(Indien de beklaagde of de verdachte geen van de landstalen spreekt, wijst het (bureau voor juridische bijstand) een verdediger aan die de taal van de beklaagde of verdachte kent of een andere taal die deze kent. Indien hieraan niet kan worden voldaan, voegt het (bureau voor juridische bijstand) aan de advocaat, ten einde hem in de mogelijkheid te stellen de verdediging voor te bereiden van de beklaagde of verdachte, een tolk toe, wiens emolumenten ten laste komen van 's Lands kas voor een prestatie van ten hoogste drie uren. De salarisstaten worden door het (bureau voor juridische bijstand) vastgesteld. De vergoedingen worden berekend met toepassing van het algemeen reglement op de gerechtskosten in strafzaken). <W 22-01-1975, Art. 1> <W 1998-11-23/34, Art. 8, 011; En vigueur : 01-09-1999>

(Si le prévenu ou l'inculpé ne parle aucune des langues nationales, le (bureau d'aide juridique) désigne un défenseur connaissant la langue du prévenu ou de l'inculpé ou une autre langue que celui-ci connaît. A défaut de pouvoir y satisfaire, le (bureau d'aide juridique) adjoint à l'avocat en vue de lui permettre de préparer la défense du prévenu ou de l'inculpé, un interprète dont les émoluments sont pris en charge par le Trésor, à concurrence au maximum d'une durée de vacation de trois heures. Les états d'honoraires sont arrêtés par le (bureau d'aide juridique). Les allocations sont calculées en application du règlement général sur les frais de justice en matière répressive.) <L 22-01-1975, Art. 1> <L 1998-11-23/34, Art. 8, 011; En vigueur : 01-09-1999>�

Art. 185. <W 16-02-1961, Art. 2> § 1. (Een beklaagde die rechtspersoon is, de burgerlijke en de burgerrechtelijk aansprakelijke partij verschijnen in persoon of bij advocaat.

Art. 185. <L 16-02-1961, Art. 2> § 1. (Le prévenu, personne morale, la partie civile et la partie civilement responsable comparaîtront en personne ou se feront représenter par un avocat.

§ 2. Een beklaagde die natuurlijke persoon is, verschijnt in persoon. Hij kan zich echter door een advocaat laten vertegenwoordigen in zaken betreffende misdrijven waarop geen hoofdgevangenisstraf is gesteld, of in debatten die slechts betrekking hebben op een exceptie, op een tussengeschil dat de zaak zelf niet raakt, of op de burgerlijke belangen.

§ 2. Le prévenue, personne physique, comparaîtra en personne. Il pourra cependant se faire représenter par un avocat dans les affaires relatives à des délits qui n'entraînent pas une peine de prison à titre principal, ou dans les débats qui ne portent que sur une exception, sur un incident étranger au fond ou sur les intérêts civils.

De rechtbank kan altijd toestaan dat de beklaagde zich laat vertegenwoordigen wanneer hij aantoont dat het hem onmogelijk is in persoon te verschijnen.) <W 1999-05-04/60, Art. 18, 010; En vigueur : 02-07-1999>

Le tribunal pourra toujours autoriser la représentation du prévenu qui justifie de l'impossibilité de comparaître en personne.) <L 1999-05-04/60, Art. 18, 010; En vigueur : 02-07-1999>

§ 3. In elke stand van het geding kan de rechtbank de persoonlijke verschijning bevelen, zonder dat tegen haar beslissing enig rechtsmiddel kan worden ingesteld.

§ 3. En tout état de cause, le tribunal pourra sans que sa décision puisse être l'objet d'aucun recours, ordonner la comparution en personne.

Het vonnis dat deze verschijning beveelt, wordt ten verzoeke van het openbaar ministerie aan de betrokken partij betekend, met dagvaarding om te verschijnen op de door de rechtbank vastgestelde datum. Verschijnt zij niet, dan wordt vonnis bij verstek gewezen.

Le jugement ordonnant cette comparution sera signifié à la partie qu'il concerne à la requête du ministère public, avec citation à comparaître à la date fixée par le tribunal. Si elle ne comparaît pas, le jugement sera rendu par défaut.

Page 105: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 186. Indien de beklaagde niet verschijnt, wordt hij bij verstek gevonnist.

Art. 186. Si le prévenu ne comparaît pas, il sera jugé par défaut.

Art. 187. <W 09-03-1908, Art. 1> Hij die bij verstek is veroordeeld, kan tegen het vonnis in verzet komen binnen een termijn van (vijftien) dagen (...) na de dag waarop het is betekend. <W 15-06-1981, Art. 1>

Art. 187. <L 09-03-1908, Art. 1> Le condamné par défaut pourra faire opposition au jugement dans les (quinze) jours (...), qui suivent celui de sa signification. <L 15-06-1981, Art. 1>

Is de betekening van het vonnis niet aan de beklaagde in persoon gedaan, dan kan deze, wat de veroordelingen tot straf betreft, in verzet komen binnen een termijn van (vijftien) dagen (...) na de dag waarop hij van de betekening kennis heeft gekregen en, indien het niet blijkt dat hij daarvan kennis heeft gekregen, totdat de termijnen van verjaring van de straf verstreken zijn. Wat de burgerrechtelijke veroordelingen betreft, kan hij in verzet komen tot de tenuitvoerlegging van het vonnis. <W 15-06-1981, Art. 1>

Lorsque la signification du jugement n'a pas été faite en parlant à sa personne, le prévenu pourra faire opposition, quant aux condamnations pénales, dans les (quinze) jours (...), qui suivent celui où il aura connu la signification et, s'il n'est pas établi qu'il en a eu connaissance, jusqu'à l'expiration des délais de prescription de la peine. Il pourra faire opposition, quant aux condamnations civiles, jusqu'à l'exécution du jugement. <L 15-06-1981, Art. 1>

De burgerlijke partij en de burgerrechtelijk aansprakelijke partij kunnen alleen in verzet komen overeenkomstig de bepaling van het eerste lid.

La partie civile et la partie civilement responsable ne pourront faire opposition que dans les conditions énoncées à l'alinéa 1.

Het verzet wordt betekend aan het openbaar ministerie en aan de andere partijen in de zaak.

L'opposition sera signifiée au ministère public et aux autres parties en cause.

Indien het verzet niet is betekend binnen een termijn van (vijftien) dagen na de betekening van het vonnis, (...) kunnen de veroordelingen ten uitvoer gelegd worden; ingeval hoger beroep is ingesteld door de vervolgende partijen of door een van hen, kan de behandeling in hoger beroep voortgang vinden. <W 15-06-1981, Art. 1>

Si l'opposition n'a pas été signifiée dans les (quinze) jours (...) qui suivent la signification du jugement, il pourra être procédé à l'exécution des condamnations et, en cas d'appel des parties poursuivantes ou de l'une d'elles, il pourra être procédé au jugement sur l'appel. <L 15-06-1981, Art. 1>

Ten gevolge van het verzet wordt de veroordeling voor niet bestaande gehouden; de door het verzet veroorzaakte kosten en uitgaven, met inbegrip van de kosten van uitgifte en van de betekening van het vonnis, blijven evenwel ten laste van de eiser in verzet, indien het verstek aan hem te wijten is.

La condamnation sera comme non avenue par suite de l'opposition; néanmoins, les frais et dépens causés par l'opposition, y compris le coût de l'expédition et de la signification du jugement, seront laissés à charge de l'opposant, si le défaut lui est imputable.

Art. 188. <W 27-02-1956, Art. 3> Het verzet brengt van rechtswege dagvaarding mee tegen de eerstkomende terechtzitting na het verstrijken van een termijn van (vijftien) dagen, of van drie dagen indien de eiser in verzet zich in hechtenis bevindt. <W 15-06-1981, Art. 1>

Art. 188. <L 27-02-1956, Art. 3> L'opposition emportera de droit citation à la première audience après l'expiration d'un délai de (quinze) jours ou de trois si l'opposant est détenu. <L 15-06-1981, Art. 1>

Het wordt als ongedaan beschouwd indien de eiser in verzet niet verschijnt, en het vonnis, op het verzet gewezen, kan door de partij die verzet heeft gedaan, alleen worden bestreden door hoger beroep, zoals verder wordt bepaald.

Elle sera non avenue si l'opposant n'y comparaît pas et le jugement qui interviendra sur l'opposition ne pourra être attaqué par la partie qui l'aura formée, si ce n'est par appel ainsi qu'il sera dit ci-après.

De rechtbank kan, indien daartoe grond bestaat, een voorschot verlenen, en die beslissing is uitvoerbaar niettegenstaande hoger beroep.

Le tribunal pourra, s'il y échet, accorder une provision, et cette disposition sera exécutoire nonobstant l'appel.

Page 106: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 189. Het bewijs van de wanbedrijven wordt geleverd op de wijze als bij (de artikelen 154 tot 156) bepaald is ten aanzien van de overtredingen. (De bepalingen van de artikelen 157, 158, 158bis , 158ter , 158quater , 159, 160 en 161) gelden ook voor de correctionele rechtbanken. <W 2002-04-08/51, Art. 7, 018; En vigueur : 01-11-2002> <W 2002-08-02/71, Art. 4, 003; En vigueur : 22-09-2002>

Art. 189. La preuve des délits correctionnels se fera de la manière prescrite (aux articles 154 à 156), concernant les contraventions de police. (Les dispositions des articles 157, 158, 158bis , 158ter , 158quater , 159, 160 et 161) sont communes aux (tribunaux correctionnels). <L 10-07-1967, Art. 1, 98°> <L 2002-04-08/51, Art. 7, 018; En vigueur : 01-11-2002> <L 2002-08-02/71, Art. 4, 003; En vigueur : 22-09-2002>

Art. 189bis. <Ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 14; En vigueur : 01-11-2002> De getuige wiens identiteit met toepassing van de artikelen 86bis en 86ter verborgen werd gehouden, kan niet ter terechtzitting worden gedagvaard, tenzij hij daarin toestemt. Indien de getuige erin toestemt ter terechtzitting te getuigen, behoudt hij zijn volledige anonimiteit. In dit geval neemt de rechtbank de nodige maatregelen om de anonimiteit van de getuige te waarborgen.

Art. 189bis. <Inséré par L 2002-04-08/51, Art. 14; ED : 01-11-2002> Le témoin dont l'identité a été tenue secrète en application des articles 86bis et 86ter , ne peut pas être cité comme témoin à l'audience, à moins qu'il n'y consente. Si le témoin consent à témoigner à l'audience, il conserve son anonymat complet. Dans ce cas, le tribunal prend les mesures nécessaires pour garantir l'anonymat du témoin.

De rechtbank kan hetzij ambtshalve, hetzij op vordering van het openbaar ministerie, hetzij op verzoek van de beklaagde, de burgerlijke partij of hun raadslieden, de onderzoeksrechter gelasten om deze getuige opnieuw te verhoren of om een nieuwe getuige te verhoren met toepassing van de artikelen 86bis en 86ter , teneinde de waarheid aan de dag te brengen. Tegen deze beslissing van de rechtbank staat geen rechtsmiddel open. De rechtbank kan beslissen dat zij aanwezig zal zijn bij het verhoor van de getuige door de onderzoeksrechter.

Le tribunal peut ordonner au juge d'instruction, soit d'office, soit sur réquisition du ministère public, soit à la demande du prévenu, de la partie civile ou de leurs conseils, de réentendre ce témoin ou d'entendre un nouveau témoin en application des articles 86bis et 86ter aux fins de manifestation de la vérité. Cette décision du tribunal n'est susceptible d'aucun recours. Le tribunal peut décider qu'il sera présent à l'audition du témoin par le juge d'instruction.

De veroordeling van een persoon mag niet uitsluitend of zelfs in overheersende mate gegrond zijn op anonieme getuigenverklaringen die met toepassing van de artikelen 86bis en 86ter zijn verkregen. Die laatste moeten in afdoende mate steun vinden in andere bewijsmiddelen.

La condamnation d'une personne ne peut être fondée de manière exclusive, ni dans une mesure déterminante, sur des témoignages anonymes obtenus en application des articles 86bis et 86ter . Ces derniers doivent être corroborés dans une mesure déterminante par des éléments recueillis par d'autres modes de preuve.

Art. 190. De behandeling geschiedt in het openbaar, op straffe van nietigheid.

Art. 190. L'instruction sera publique, à peine de nullité.

(Wanneer de vervolgingen zijn gegrond op de artikelen 372 tot 378 van het Strafwetboek, kan het vonnisgerecht bevelen dat de zaak met gesloten deuren wordt behandeld, indien een van de partijen of het slachtoffer het vraagt, namelijk met het oog op de bescherming van zijn persoonlijke levenssfeer.) <W 04-07-1989, Art. 5>

(Lorsque les poursuites sont fondées sur les articles 372 à 378 du Code pénal, la juridiction de jugement peut ordonner le huis clos à la demande de l'une des parties ou de la victime, notamment en vue de la protection de leur vie privée.) <L 04-07-1989, Art. 5>

Page 107: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De procureur des Konings, de burgerlijke partij of haar raadsman, (...) zetten de zaak uiteen; de processen-verbaal of verslagen, indien er opgemaakt zijn, worden door de griffier voorgelezen, de getuigen voor en tegen worden gehoord, indien daartoe grond bestaat, en de wrakingen worden voorgedragen en er wordt over beslist; de stukken die tot overtuiging of tot ontlasting kunnen dienen, worden aan de getuigen en aan de partijen vertoond; de beklaagde wordt ondervraagd; de beklaagde en de burgerrechtelijk aansprakelijke personen dragen hun verdediging voor; de procureur des Konings vat de zaak samen en neemt zijn conclusie; de beklaagde en de voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijke personen kunnen antwoorden. <W 10-07-1967, Art. 1, 99°>

Le (procureur du Roi), la partie civile ou son défenseur, (...) exposeront l'affaire; les procès-verbaux ou rapports, s'il en a été dressé, seront lus par le greffier; les témoins pour et contre seront entendus, s'il y a lieu, et les reproches proposés et jugés; les pièces pouvant servir à conviction ou à décharge seront représentées aux témoins et aux parties; le prévenu sera interrogé; le prévenu et les personnes civilement responsables proposeront leur défense; le (procureur du Roi) résumera l'affaire et donnera ses conclusions; le prévenu et les personnes civilement responsables du délit pourront répliquer. <L 10-07-1967, Art. 1, 99°>

Het vonnis wordt onmiddellijk of ten laatste op (de terechtzitting volgende op die waarop de debatten gesloten zijn verklaard), uitgesproken. <W 10-07-1967, Art. 1, 99°>

Le jugement sera prononcé de suite, ou, au plus tard, à (l'audience qui suivra celle où les débats ont été clos). <L 10-07-1967, Art. 1, 99°>

Art. 190bis. <W 2000-11-28/35, Art. 39, 016; En vigueur : 01-04-2001> Wat de minderjarige getuigen betreft, past de rechtbank, in voorkomend geval, de artikelen 92 tot 101 inzake het opgenomen verhoor toe.

Art. 190bis. <L 2000-11-28/35, Art. 39, 016; En vigueur : 01-04-2001> En ce qui concerne les témoins mineurs, le tribunal fait, le cas échéant, application des articles 92 à 101 relativement à l'audition enregistrée.

Wanneer de rechtbank de verschijning van de minderjarige noodzakelijk vindt om de waarheid aan de dag te brengen, wordt deze verschijning bij wege van videoconferentie georganiseerd, tenzij de minderjarige de wil uitdrukt op de zitting te getuigen.

Lorsqu'il estime la comparution du mineur nécessaire à la manifestation de la vérité, celle-ci est organisée par vidéoconférence, à moins que le mineur n'exprime la volonté de témoigner à l'audience.

In geval van verhoor door middel van videoconferentie wordt de minderjarige gehoord in een afzonderlijk lokaal in aanwezigheid, in voorkomend geval, van de in artikel 91bis bedoelde persoon, zijn advocaat, een lid of leden van de technische dienst en een psychiater- of psycholoog-deskundige.

En cas d'audition par vidéoconférence, le mineur est entendu dans une pièce séparée, en présence, le cas échéant, de la personne visée à l'article 91bis, de son avocat, d'un ou de membres du service technique et d'un expert psychiatre ou psychologue.

Wanneer de rechtbank het noodzakelijk vindt voor de sereniteit van de getuigenis, kan zij het oogcontact tussen de minderjarige en de beklaagde in alle gevallen beperken of uitsluiten.

Si le tribunal l'estime nécessaire à la sérénité du témoignage, il peut, dans tous les cas, limiter ou exclure le contact visuel entre le mineur et le prévenu.

Dit artikel is van toepassing op minderjarigen van wie het verhoor werd opgenomen met toepassing van artikel 92 en die de leeftijd van de meerderjarigheid hebben bereikt op het moment van de zitting.

Cet article est applicable aux mineurs dont l'audition a été enregistrée en vertu de l'article 92 et qui ont atteint l'âge de la majorité au moment de l'audience.

Art. 190ter. <Artikelnummer ingevoegd bij W 2000-11-28/35, Art. 39, 016; En vigueur : 01-04-2001> (Voorheen artikel 190bis.) De processen-verbaal van de terechtzitting worden bij het dossier van het geding gevoegd.

Art. 190ter. <Numéro d'article inséré par L 2000-11-28/35, Art. 39; En vigueur : 01-04-2001> (Antérieurement Art. 190bis.) Les procès-verbaux d'audience sont joints au dossier de la procédure.

Page 108: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 191. Indien het feit noch een wanbedrijf noch een overtreding oplevert, vernietigt de rechtbank het onderzoek, de dagvaarding en alles wat erop gevolgd is, ontslaat de beklaagde van rechtsvervolging en beslist over de vorderingen tot schadevergoeding.

Art. 191. Si le fait n'est réputé ni délit ni contravention de police, le tribunal annulera l'instruction, la citation et tout ce qui aura suivi, renverra le prévenu, et statuera sur les demandes en dommages-intérêts.

Art. 192. (Indien het feit slechts een overtreding oplevert of een wanbedrijf waarvan de kennisneming bij artikel 138 (...) aan de politierechter is opgedragen, past de rechtbank de straf toe en beslist in voorkomend geval over de schadevergoeding.) <W 10-07-1967, Art. 1, 100°>

Art. 192. (Si le fait n'est qu'une contravention de police ou un délit dont la connaissance est attribuée au juge de police (par l'article 138), le tribunal applique la peine et statue, s'il y a lieu, sur les dommages-intérêts.) <L 10-07-1967, Art. 1, 100°>

(Lid 2 opgeheven) <KB 59 10-01-1935, Art. 2> (Alinéa 2 abrogé) <AR 59 10-01-1935, Art. 2> Art. 193. Indien het feit strafbaar is met een criminele straf, kan de rechtbank terstond het bevel tot bewaring of het bevel tot aanhouding verlenen : zij verwijst de beklaagde naar de bevoegde onderzoeksrechter.

Art. 193. Si le fait est de nature à mériter une (peine criminelle), le tribunal pourra décerner de suite le mandat de dépôt ou le mandat d'arrêt; et il renverra le prévenu devant le juge d'instruction compétent. <L 10-07-1967, Art. 1, 101°>

Art. 193bis. <W 10-10-1967, Art. 148, § 1> De beslissingen worden genomen bij volstrekte meerderheid van stemmen. Worden meer dan twee gevoelens uitgedrukt, dan zijn de rechters die zich het minst gunstig voor de beklaagde hebben uitgesproken, verplicht zich met een van de andere gevoelens te verenigen.

Art. 193bis. <L 10-10-1967, Art. 148, § 1> Les décisions sont prises à la majorité absolue des voix. S'il se forme plus de deux opinions, les juges qui ont émis l'opinion la moins favorable à l'inculpé sont tenus de se réunir à l'une des autres opinions.

Art. 194. <W 25-10-1950, Art. 1, b> Over de kosten wordt beslist overeenkomstig de regels gesteld in artikel 162.

Art. 194. <L 25-10-1950, Art. 1, b> Il sera statué sur les frais conformément aux règles établies par l'article 162.

Art. 195. <W 27-04-1987, Art. 2> Ieder veroordelend vonnis vermeldt de feiten waaraan de gedaagden schuldig of waarvoor zij aansprakelijk geoordeeld worden, de straf, de burgerlijke veroordelingen en de toegepaste wetsbepaling.

Art. 195. <L 27-04-1987, Art. 2> Tout jugement de condamnation énonce les faits dont les personnes citées sont jugées coupables ou responsables, la peine, les condamnations civiles et la disposition de la loi dont il est fait application.

Het vonnis vermeldt nauwkeurig, maar op een wijze die beknopt mag zijn, de redenen waarom de rechter, als de wet hem daartoe vrije beoordeling overlaat, dergelijke straf of dergelijke maatregel uitspreekt. Het rechtvaardigt bovendien de strafmaat voor elke uitgesproken straf of maatregel. (Wanneer hij veroordeelt tot een geldboete kan hij voor de vaststelling van het bedrag ervan rekening houden met de door de beklaagde aangevoerde elementen over zijn sociale toestand.) <W 1993-12-24/33, Art. 2, 004; En vigueur : 01-01-1994>

Le jugement indique, d'une manière qui peut être succincte mais doit être précise, les raisons du choix que le juge fait de telle peine ou mesure parmi celles que la loi lui permet de prononcer. Il justifie en outre le degré de chacune des peines ou mesures prononcées. (Lorsqu'il condamne à une peine d'amende, il peut tenir compte, pour la determination de son montant, des éléments invoqués par le prévenu eu égard à sa situation sociale.) <L 1993-12-24/33, Art. 2, 004; En vigueur : 01-01-1994>

Het tweede lid is niet van toepassing wanneer de rechtbank uitspraak doet in graad van beroep, behalve wanneer zij een verval van het recht tot het besturen van een voertuig, een luchtschip en het geleiden van een rijdier uitspreekt.

Le deuxième alinéa n'est pas applicable lorsque le tribunal statue en degré d'appel, sauf lorsqu'il prononce une déchéance du droit de conduire un véhicule, un aéronef et une monture.

Page 109: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 195bis. <W 10-10-1967, Art. 148, § 2> De griffier moet het vonnis binnen achtenveertig uren laten tekenen door de rechters die het hebben gewezen.

Art. 195bis. <L 10-10-1967, Art. 148, § 2> Le greffier est tenu de faire signer le jugement dans les quarante-huit heures par les juges qui l'ont rendu.

Indien een of meer rechters zich in de onmogelijkheid bevinden om te tekenen, dan tekenen alleen de anderen, onder vermelding van die onmogelijkheid.

Si l'un ou plusieurs des juges se trouvent dans l'impossibilité de signer, les autres signent seuls en faisant mention de cette impossibilité.

Bevindt de griffier zich in zulke onmogelijkheid, dan is het voldoende dat de rechters daarvan bij het ondertekenen melding maken.

Si l'impossibilité existe de la part du greffier, il suffit que les juges en fassent mention en signant.

Art. 196. (Lid 1 opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 102°>

Art. 196. (Alinéa 1 abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 102°>

De griffiers die een uitgifte van een vonnis afgeven voordat het ondertekend is, worden vervolgd als schriftvervalsers.

Les greffiers qui délivreront expédition d'un jugement avant qu'il ait été signé seront poursuivi comme faussaires.

(Lid 3 opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 102°> (Alinéa 3 abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 102°> Art. 197. Het vonnis wordt ten uitvoer gelegd op verzoek van de procureur des Konings en van de burgerlijke partij, ieder wat hem betreft.

Art. 197. Le jugement sera exécuté à la requete du (procureur du Roi) et de la partie civile, chacun en ce qui le concerne. <L 10-07-1967, Art. 1, 103°>

De vervolgingen tot invordering van geldboeten en van verbeurdverklaarde zaken worden evenwel in naam van de procureur des Konings gedaan door de (directeur van registratie en domeinen). <W 10-07-1967, Art. 1, 103°>

Néanmoins les poursuites pour le recouvrement des amendes et confiscations seront faites, au nom du (procureur du Roi), par le directeur de (l'enregistrement et des domaines). <L 10-07-1967, Art. 1, 103°>

(Indien het veroordelend vonnis de bijzondere verbeurdverklaring inhoudt van zaken die zich buiten het grondgebied van de Belgische Staat bevinden, stelt het openbaar ministerie de minister van Justitie daarvan in kennis en zendt het hem een afschrift van het strafdossier toe.) <W 1997-05-20/50, Art. 14, 008; En vigueur : 13-07-1997>

(Lorsque le jugement de condamnation emporte la confiscation spéciale de choses se trouvant hors du territoire de la Belgique, le ministère public en avise le ministre de la Justice et lui transmet copie du dossier répressif.) <L 1997-05-20/50, Art. 14, 008; En vigueur : 13-07-1997>

Art. 198. De procureur des Konings is gehouden binnen vijftien dagen na de uitspraak een uittreksel uit het vonnis te doen toekomen aan de procureur-generaal.

Art. 198. Le (procureur du Roi) sera tenu, dans les quinze jours qui suivront la prononciation du jugement, d'en envoyer un extrait (au procureur général). <L 10-07-1967, Art. 1, 104°>

Art. 199. Tegen de vonnissen gewezen in correctionele zaken staat hoger beroep open.

Art. 199. Les jugements rendus en matière correctionnelle pourront être attaqués par la voie de l'appel.

Art. 200. <W 01-05-1849, Art. 6> Het hoger beroep van de vonnissen gewezen door de correctionele rechtbanken wordt gebracht voor het hof van beroep van het rechtsgebied.

Art. 200. <L 01-05-1849, Art. 6> Les appels des jugements rendus par les (tribunaux correctionnels) seront tous portes devant la cour d'appel du ressort. <L 10-07-1967, Art. 1, 105°>

Art. 201. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 106°> Art. 201. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 106°> Art. 202. <W 01-05-1849, Art. 7> Het recht om hoger beroep in te stellen tegen de vonnissen gewezen door de politierechtbanken en de correctionele rechtbanken behoort :

Art. 202. <L 01-05-1849, Art. 7> La faculté d'appeler des jugements rendus par (les tribunaux de police et les tribunaux correctionnels) appartiendra : <L 10-07-1967, Art. 1, 107°>

Page 110: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

1° Aan de beklaagde en aan de burgerrechtelijk aansprakelijke partij;

1° aux parties prévenues ou responsables;

2° Aan de burgerlijke partij, alleen wat haar burgerlijke belangen betreft;

2° à la partie civile, quant à ses intérêts civils seulement;

3° Aan het bosbeheer; 3° a l'administration forestière; 4° Aan het openbaar ministerie bij het hof (...) die over het beroep uitspraak moet doen; <W 1994-07-11/33, Art. 11, 007; En vigueur : 01-01-1995>

4° au ministère public près la cour (...) qui doit prononcer sur l'appel; <L 1994-07-11/33, Art. 11, 007; En vigueur : 01-01-1995>

5° (naar gelang van het geval aan de procureur des Konings of aan de arbeidsauditeur.) <W 1994-07-11/33, Art. 12, 007; En vigueur : 01-01-1995>

5° (selon le cas au procureur du Roi ou à l'auditeur du travail.) <L 1994-07-11/33, Art. 12, 007; En vigueur : 01-01-1995>

Art. 203. <W 31-05-1955, Art. 2> § 1. Behoudens de uitzondering van artikel 205 hierna, vervalt het recht van hoger beroep, indien de verklaring van hoger beroep niet gedaan is op de griffie van de rechtbank die het vonnis heeft gewezen, uiterlijk (vijftien) dagen na de dag van die uitspraak en indien het vonnis bij verstek is gewezen, uiterlijk (vijftien) dagen na de dag van de betekening ervan aan de veroordeelde partij of aan haar woonplaats. <W 15-06-1981, Art. 1>

Art. 203. <L 31-05-1955, Art. 2> § 1. Il y aura, sauf l'exception portée en l'article 205 ci-après, dechéance de l'appel, si la declaration d'appeler n'a pas été faite au greffe du tribunal qui a rendu le jugement, (quinze) jours au plus tard après celui où il a été prononcé, et, si le jugement est rendu par défaut, (quinze) jours au plus tard après celui de la signification qui en aura été faite à la partie condamnée ou à son domicile. <L 15-06-1981, Art. 1>

§ 2. Is het hoger beroep tegen de burgerlijke partij gericht, dan beschikt deze over een bijkomende termijn van vijf dagen om hoger beroep in te stellen tegen de beklaagden en de burgerrechtelijk aansprakelijke personen die zij in de zaak wil doen blijven, onverminderd haar recht incidenteel beroep in te stellen overeenkomstig § 4.

§ 2. Lorsque l'appel sera dirigé contre la partie civile, celle-ci aura un délai supplémentaire de cinq jours pour interjeter appel contre les prévenus et les personnes civilement responsables qu'elle entend maintenir à la cause, sans préjudice de son droit de faire appel incident conformément au § 4.

§ 3. Gedurende die termijnen en gedurende de rechtspleging in hoger beroep wordt de tenuitvoerlegging van het vonnis geschorst. De vonnissen over de strafvordering, buiten die van veroordeling, vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging, alsook de vonnissen over de burgerlijke rechtsvordering kunnen echter bij een speciaal gemotiveerde beslissing uitvoerbaar verklaard worden bij voorraad niettegenstaande hoger beroep.

§ 3. Pendant ces délais et pendant l'instance d'appel, il sera sursis à l'exécution du jugement. Toutefois, les jugements sur l'action publique autres que ceux qui portent condamnation, acquittement ou absolution et les jugements sur l'action civile peuvent être déclarés exécutoires provisoirement nonobstant appel, par une disposition spécialement motivée.

§ 4. In alle gevallen waarin de burgerlijke rechtsvordering gebracht wordt voor de rechter in hoger beroep, kan de gedaagde bij een op de terechtzitting genomen conclusie incidenteel beroep instellen zolang de debatten in hoger beroep niet gesloten zijn.

§ 4. Dans tous les cas où l'action civile sera portée devant la juridiction d'appel, l'intimé pourra, jusqu'à clôture des débats sur l'appel, faire appel incident par conclusions prises à l'audience.

Art. 203bis. <W 16-02-1961, Art. 4> De beklaagde, de burgerrechtelijk aansprakelijke partij en de burgerlijke partij kunnen hoger beroep instellen, hetzij in persoon, hetzij (...) door een advocaat (...). <W 20-12-1974, Art. 3 en 4>

Art. 203bis. <L 16-02-1961, Art. 4> Le prévenu, la partie civilement responsable et la partie civile pourront interjeter appel, soit personnellement (...), soit par avocat (...). <L 20-12-1974, Art. 3 et 4>

Page 111: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 204. Het verzoekschrift dat de middelen van beroep inhoudt, kan binnen dezelfde termijn op dezelfde griffie ingediend worden; het wordt ondertekend door de eiser in beroep of door een pleitbezorger, of door een ander bijzonder gemachtigde.

Art. 204. La requête contenant les moyens d'appel pourra être remise, dans le même délai, au même greffe; elle sera signée de l'appelant, ou d'un avoué, ou de tout autre fondé de pouvoir spécial.

In dit laatste geval wordt de volmacht bij het verzoekschrift gevoegd.

Dans ce dernier cas, le pouvoir sera annexé à la requête.

Dit verzoekschrift kan ook rechtstreeks worden ingediend op de griffie van de rechtbank waarvoor het hoger beroep wordt gebracht.

Cette requête pourra aussi être remise directement au greffe du tribunal où l'appel sera porté.

Art. 205. <W 15-06-1981, Art. 2> Het openbaar ministerie bij het hof of de rechtbank die van het beroep kennis moet nemen, moet, op straffe van verval, binnen vijfentwintig dagen te rekenen van de uitspraak van het vonnis, zijn beroep betekenen, hetzij aan de beklaagde, hetzij aan de voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijke partij. Het exploot bevat dagvaarding binnen zestig dagen te rekenen van hetzelfde tijdstip (of binnen vijfenveertig dagen te rekenen van de uitspraak van het vonnis in het kader van de procedure van onmiddellijke verschijning bedoeld in artikel 216quinquies). <W 2000-03-28/31, Art. 4, 014; En vigueur : 2000-04-30>

Art. 205. <L 15-06-1981, Art. 2> Le ministère public près le tribunal ou la cour qui doit connaître de l'appel devra, à peine de déchéance, notifier son recours soit au prevenu, soit à la partie civilement responsable de l'infraction dans les vingt-cinq jours à compter du prononcé du jugement. L'exploit contiendra assignation dans les soixante jours à compter de la même époque (ou dans les quarante-cinq jours à compter du prononcé du jugement dans le cadre de la procédure de comparution immédiate prévue à l'article 216quinquies). <L 2000-03-28/31, Art. 4, 014; En vigueur : 2000-04-30>

Art. 206. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 109°> Art. 206. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 109°> Art. 207. Het verzoekschrift, indien het op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg is ingediend, en de stukken worden door de procureur des Konings aan de griffie van het hof (...) waarvoor het beroep gebracht zal worden, gezonden binnen vierentwintig uren na de verklaring op de griffie of na de afgifte van de betekening van het beroep. <W 10-07-1967, Art. 1, 110°>

Art. 207. La requête si elle a été remise au greffe du tribunal de première instance, et les pièces, seront envoyées, par le (procureur du Roi), au greffe de la cour (...), auquel l'appel sera porté, dans les vingt-quatre heures après la déclaration ou la remise de la notification d'appel. <L 10-07-1967, Art. 1, 110°>

Hij tegen wie het vonnis is gewezen, wordt, indien hij zich in hechtenis bevindt, binnen dezelfde termijn en op bevel van de procureur des Konings overgebracht naar het huis van arrest van de plaats waar de zetel van het hof (...) dat over het beroep uitspraak zal doen. <W 10-07-1967, Art. 1, 110°>

Si celui contre lequel le jugement a été rendu est en état d'arrestation, il sera, dans le même délai, et par ordre du (procureur du Roi), transféré dans la maison d'arrêt du lieu ou siège la cour (...) qui jugera l'appel. <L 10-07-1967, Art. 1, 110°>

Art. 208. <W 27-02-1956, Art. 3> Tegen de arresten, in hoger beroep bij verstek gewezen, kan in verzet worden gekomen in dezelfde vorm en binnen dezelfde termijnen als tegen de verstekvonnissen van de correctionele rechtbanken.

Art. 208. <L 27-02-1956, Art. 3> Les arrêts rendus par défaut sur l'appel pourront être attaqués par la voie de l'opposition dans la même forme et dans les mêmes délais que les jugements par défaut rendus par les tribunaux correctionnels.

Het verzet brengt van rechtswege dagvaarding mee tegen de eerstkomende terechtzitting na het verstrijken van een termijn van (vijftien) dagen, of van drie dagen indien de eiser in verzet zich in hechtenis bevindt. <W 15-06-1981, Art. 1>

L'opposition emportera de droit citation à la première audience après l'expiration d'un délai de (quinze) jours ou de trois jours si l'opposant est détenu. <L 15-06-1981, Art. 1>

Page 112: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Het wordt als ongedaan beschouwd indien de eiser in verzet niet verschijnt, en het arrest, op het verzet gewezen, kan door de partij die verzet heeft gedaan, alleen worden bestreden voor het Hof van Cassatie.

Elle sera non avenue si l'opposant n'y comparaît pas et l'arrêt qui interviendra sur l'opposition ne pourra être attaqué par la partie qui l'aura formée si ce n'est devant la Cour de cassation.

Art. 209. Over het hoger beroep wordt binnen een maand uitspraak gedaan ter terechtzitting, (...). <W 1990-12-28/31, Art. 3, 002; En vigueur : 08-01-1991>

Art. 209. L'appel sera jugé à l'audience, dans le mois, (...) <L 1990-12-28/31, Art. 3, 002; En vigueur : 08-01-1991>

Art. 209bis. <Ingevoegd bij W 2000-03-28/31, Art. 5; En vigueur : 2000-04-30> In de gevallen bedoeld in artikel 216quinquies, wordt het hoger beroep ingesteld binnen de termijn en in de vorm bepaald in de artikelen 203 en 205.

Art. 209bis. <Inséré par L 2000-03-28/31, Art. 5; En vigueur : 2000-04-30> Dans les cas visés a l'article 216quinquies, l'appel est introduit dans le délai et la forme prévus aux articles 203 et 205.

Onverminderd artikel 205, wordt de zaak vastgesteld binnen vijftien dagen na het verstrijken van de termijn gesteld voor de beklaagde in artikel 203, § 1.

Sans préjudice de l'article 205, la cause est fixée dans les quinze jours après l'expiration du délai visé pour le prévenu à l'article 203, § 1er.

De termijn van dagvaarding voor het Hof bedraagt twee dagen.

Le délai de citation devant la Cour est de deux jours.

Het Hof kan de zaak eenmaal of meermaals uitstellen op voorwaarde dat het deze uiterlijk vijftien dagen na de inleidingszitting in beraad neemt.

La Cour peut remettre à une ou plusieurs audiences la cause pour autant qu'elle la prenne en délibéré au plus tard quinze jours après l'audience d'introduction.

Het Hof doet uitspraak binnen vijf dagen nadat de zaak in beraad is genomen.

La Cour prononce sa décision dans les cinq jours après la mise en délibéré.

Wanneer het Hof van oordeel is dat de complexiteit van de zaak aanvullend onderzoek vereist, kan het Hof het dossier bij een met redenen omklede beslissing toezenden aan de procureur-generaal.

La Cour peut, si elle estime que la complexité de l'affaire nécessite des investigations supplémentaires, renvoyer le dossier au procureur général, par décision motivée.

Art. 210. (Voordat de rechters) hun gevoelen uiten, worden de beklaagde, onverschillig of hij vrijgesproken dan wel veroordeeld is, de voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijke personen, de burgerlijke partij en de procureur-generaal gehoord (over de nauwkeurig bepaalde grieven die tegen het vonnis worden ingebracht, en zulks in de door de rechter te bepalen volgorde. De beklaagde heeft, indien hij het vraagt, altijd het laatste woord.) <W 1990-12-28/31, Art. 4, 002; En vigueur : 08-01-1991> <KB 258 24-03-1936, Art. 4>

Art. 210. (Avant que les juges) émettent leur opinion, le prévenu, soit qu'il ait été acquitté, soit qu'il ait été condamné, les personnes civilement responsables du délit, la partie civile et le (procureur général) seront entendus (sur les griefs précis élevés contre le jugement et dans l'ordre qui sera réglé par le juge. (Le prévenu, s'il le demande), aura toujours le dernier la parole.) <L 1990-12-28/31, Art. 4, 002; En vigueur : 08-01-1991> <L 10-07-1967, Art. 1, 111°> <AR 258 24-03-1936, Art. 4>

Art. 211. De bepalingen van de voorgaande artikelen betreffende de wettelijke vormen van het onderzoek, de aard van de bewijzen, de vorm, de authenticiteit en de ondertekening van het eindvonnis in eerste aanleg, de veroordeling in de kosten, alsook de straffen in die artikelen bepaald, gelden eveneens voor de vonnissen in hoge beroep gewezen.

Art. 211. Les dispositions des articles précédents sur la solennité de l'instruction, la nature des preuves, la forme, l'authenticité et la signature du jugement définitif de premiere instance, la condamnation aux frais, ainsi que les peines que ces articles prononcent, seront communes aux jugements rendus sur l'appel.

Page 113: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 211bis. <W 10-10-1967, Art. 149> Is er een vrijsprekend vonnis of een beschikking tot buitenvervolgingstelling, dan kan het gerecht in hoger beroep geen veroordeling of verwijzing uitspreken dan met eenparige stemmen van zijn leden. Dezelfde eenstemmigheid is vereist voor het gerecht in hoger beroep om tegen beklaagde uitgesproken straffen te kunnen verzwaren. Dit geldt eveneens inzake voorlopige hechtenis om een voor de beklaagde gunstige beschikking te kunnen wijzigen.

Art. 211bis. <L 10-10-1967, Art. 149> S'il y a jugement d'acquittement ou ordonnance de non-lieu, la juridiction d'appel ne peut prononcer la condamnation ou le renvoi qu'à l'unanimité de ses membres. La même unanimité est nécessaire pour que la juridiction d'appel puisse aggraver les peines prononcées contre l'inculpé. Il en est de même en matière de détention préventive, pour réformer une ordonnance favorable à l'inculpé.

Art. 212. Indien het vonnis wordt teniet gedaan omdat het feit door geen enkele wet wordt beschouwd als wanbedrijf of overtreding, ontslaat het hof (...) de beklaagde van rechtsvervolging en beslist in voorkomend geval over de schadevergoeding te zijnen behoeve. <W 10-07-1967, Art. 1, 112°>

Art. 212. Si le jugement est réformé parce que le fait n'est réputé délit ni contravention de police par aucune loi, la cour (...) renverra le prévenu, et statuera, s'il y a lieu, sur ses dommages-intérêts. <L 10-07-1967, Art. 1, 112°>

Art. 213. Indien het vonnis wordt teniet gedaan, omdat het feit slechts een overtreding oplevert, en indien (de openbare of de burgerlijke partij) de verwijzing niet hebben gevraagd, spreekt het hof (...) de straf uit en beslist in voorkomend geval eveneens over de schadevergoeding. <W 10-07-1967, Art. 1, 113°>

Art. 213. Si le jugement est annulé parce que le fait ne présente qu'une contravention de police, et si (la partie publique ou la partie civile) n'ont pas demandé le renvoi, la cour (...) prononcera la peine, et statuera également, s'il y a lieu, sur les dommages-intérêts. <L 10-07-1967, Art. 1, 113°>

Art. 214. Indien het vonnis wordt teniet gedaan, omdat het misdrijf strafbaar is met een criminele straf, verleent het hof (...), zo daartoe grond bestaat, een bevel tot bewaring of zelfs een bevel tot aanhouding, en verwijst de beklaagde naar de bevoegde openbare ambtenaar, die echter een andere zal zijn dan degene die het vonnis heeft gewezen of het onderzoek heeft gedaan. <W 10-07-1967, Art. 1, 114°>

Art. 214. Si le jugement est annulé parce que le délit est de nature à mériter une (peine criminelle), la cour (...) décernera, s'il y a lieu, le mandat de dépôt, ou même le mandat d'arrêt, et renverra le prévenu devant le fonctionnaire public compétent, autre toutefois que celui qui aura rendu le jugement ou fait l'instruction. <L 10-07-1967, Art. 1, 114°>

Art. 215. Indien het vonnis wordt teniet gedaan wegens schending of niet hersteld verzuim van vormen, door de wet voorgeschreven op straffe van nietigheid, beslist het hof (...) mede over de zaak zelf. <W 10-07-1967, Art. 1, 112°>

Art. 215. Si le jugement est annulé pour violation ou omission non réparée de formes prescrites par la loi à peine de nullité, la cour (...) statuera sur le fond. <L 10-07-1967, Art. 1, 112°>

Art. 216. De burgerlijke partij, de beklaagde, de openbare partij, de voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijke personen kunnen zich tegen het vonnis in cassatie voorzien.

Art. 216. La partie civile, le prevenu, la partie publique, les personnes civilement responsables du délit, pourront se pourvoir en cassation contre le jugement.

HOOFDSTUK III. - (BEPALINGEN BETREFFENDE HET VERVAL VAN DE STRAFVORDERING VOOR SOMMIGE MISDRIJVEN ONDER BEPAALDE VOORWAARDEN) <W 1994-02-10/43, Art. 2; En vigueur : indéterminée>

CHAPITRE III. - (DISPOSITIONS RELATIVES A L'EXTINCTION DE L'ACTION PUBLIQUE POUR CERTAINES INFRACTIONS, MOYENNANT LA REALISATION DE CERTAINES CONDITIONS) <L 1994-02-10/43, Art. 2, En vigueur : indéterminée>

Page 114: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 216bis. <W 28-06-1984, Art. 1> § 1. (De procureur des Konings kan, indien hij meent voor een misdrijf dat hetzij met geldboete, hetzij met gevangenisstraf van ten hoogste vijf jaar, hetzij met die beide straffen, strafbaar is, enkel geldboete of enkel geldboete met verbeurdverklaring te moeten vorderen, de dader verzoeken een bepaalde geldsom te storten aan de Administratie van de Belasting over de Toegevoegde Waarde en de Registratie en Domeinen.) <W 1994-02-10/43, Art. 1, 006; En vigueur : indéterminée>

Art. 216bis. <L 28-06-1984, Art. 1> § 1. (Lorsque le procureur du Roi estime, pour une infraction punissable, soit d'une amende, soit d'une peine d'emprisonnement dont le maximum ne dépasse pas cinq ans, soit de l'une et l'autre de ces peines, ne devoir requérir qu'une amende ou une amende et la confiscation, il peut inviter l'auteur de l'infraction à verser une somme à l'Administration de la taxe sur la valeur ajoutee, de l'enregistrement et des domaines.) <L 1994-02-10/43, Art. 1 , 006; En vigueur : 01-11-1994>

De procureur des Konings bepaalt op welke wijze en binnen welke termijn de betaling geschiedt. (Die termijn is ten minste vijftien dagen en ten hoogste drie maanden; deze laatste termijn kan op zes maanden worden gebracht voor een wanbedrijf wanneer bijzondere omstandigheden het wettigen.) <W 1994-02-10/43, Art. 1, 006; En vigueur : indéterminée>

Le procureur du Roi fixe les modalités et le délai de paiement. (Ce délai est de quinze jours au moins et de trois mois au plus; ce dernier délai peut être porté à six mois en cas de délit lorsque des circonstances particulières le justifient.) <L 1994-02-10/43, Art. 1, 006; En vigueur : 01-11-1994>

Page 115: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De in het eerste lid bedoelde geldsom mag niet meer bedragen dan het maximum van de bij de wet bepaalde geldboete, verhoogd met de opdeciemen, en niet minder dan (10 frank, verhoogd met de opdeciemes.) (Voor de misdrijven bedoeld in artikel (12,1°, van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers), in artikel 175, 2°, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, in artikel 15, 2° of 16 van de wet van 16 november 1972 betreffende de arbeidsinspectie, in artikel 11, §§ 2, 3 en 4, van het koninklijk besluit nr. 5 van 23 oktober 1978 betreffende het bijhouden van sociale documenten en in artikel 172, §§ 1 en 2 van de programmawet van 22 december 1989, mag de in het eerste lid bedoelde geldsom niet minder bedragen dan het minimum vastgesteld voor de administratieve geldboeten bedoeld bij respectievelijk artikel 1bis, 1°, a), 2°, b), 3°, 5° en 6°, van de wet van 30 juni 1971 betreffende de administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op sommige sociale wetten. Voor de in voormelde zin bepaalde misdrijven, met uitzondering van de misdrijven bedoeld in artikel 15, 2° en 16, van de wet van 16 november 1972 betreffende de arbeidsinspectie, wordt het bedrag van de in het eerste lid bedoelde geldsom vermenigvuldigd met het aantal werknemers waarvoor een misdrijf werd vastgesteld.) (Voor de in de tweede zin van dit lid bepaalde misdrijven mag de in het eerste lid bedoelde geldsom niet minder bedragen dan 40 % van het minimum van de voormelde administratieve geldboeten of, wanneer het de misdrijven betreft bedoeld in artikel (12,1°, van de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers), niet minder dan 80 % van het minimum van de voormelde administratieve geldboete.) <W 22-12-1989, Art. 327> <W 1994-03-23/30, Art. 24, 005; En vigueur : 01-04-1994> <W 1998-02-13/32, Art. 79, 014; En vigueur : 01-03-1998> <W 1999-12-24/36, Art. 145, 013; En vigueur : 10-01-2000>

La somme prévue à l'alinéa premier ne peut être supérieure au maximum de l'amende prévue par la loi, majorée des décimes additionnels, ni être inferieure à (10 francs majorés des décimes additionnels.) (Pour les infractions visées à l'article (12, 1°, de la loi du 30 avril 1999 relative à l'occupation des travailleurs étrangers), à l'article 175, 2°, de l'arrêté royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du chômage, aux articles 15, 2° ou 16 de la loi du 16 novembre 1972 concernant l'inspection du travail, à l'article 11, §§ 2, 3 et 4, de l'arrêté royal n° 5 du 23 octobre 1978 relatif a la tenue des documents sociaux et à l'article 172, §§ 1er et 2, de la loi-programme du 22 décembre 1989, la somme prévue à l'alinéa 1er ne peut être inferieure au minimum prévu pour les amendes administratives, visées respectivement par l'article 1erbis, 1°, a), 2°, b), 3°, 5° et 6°, de la loi du 30 juin 1971 relative aux amendes administratives applicables en cas d'infraction à certaines lois sociales. Pour les infractions visées à la phrase précédente, à l'exception de celles visées aux articles 15, 2° et 16, de la loi du 16 novembre 1972 concernant l'inspection du travail, le montant de la somme prévue à l'alinéa 1er sera multiplié par le nombre de travailleurs pour lesquels une infraction a été constatée.) (La somme prévue à l'alinéa 1er ne peut, pour les infractions visées à la deuxieme phrase du présent alinéa, être inférieure à 40 % du minimum des amendes administratives précitées ou, lorsqu'il s'agit des infractions visées à l'article (12, 1°, de la loi du 30 avril 1999 relative à l'occupation des travailleurs étrangers), être inférieure à 80 % du minimum de l'amende administrative precitée.) <L 22-12-1989, Art. 327> <L 1994-03-23/30, Art. 24, 005; En vigueur : 01-04-1994> <L 1998-02-13/32, Art. 79, 014; En vigueur : 01-03-1998> <L 1999-12-24/36, Art. 145, 013; ED : 10-01-2000>

Wanneer het misdrijf kosten van analyse of van deskundig onderzoek heeft veroorzaakt, kan de bepaalde som worden verhoogd met het bedrag van die kosten of met een gedeelte ervan; het gedeelte van de som dat gestort is om die kosten te dekken, wordt toegewezen aan de instelling waaraan of aan de persoon wie ze verschuldigd zijn.

Lorsque l'infraction a donné lieu à des frais d'analyse ou d'expertise, la somme fixée pourra être augmentée du montant ou d'une partie du montant de ces frais; la partie de la somme versée pour couvrir ces frais sera attribuée à l'organisme ou à la personne qui les a exposés.

Page 116: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De procureur des Konings verzoekt de dader van het misdrijf waarop verbeurdverklaring staat, binnen een door hem bepaalde termijn afstand te doen van de in beslag genomen voorwerpen of, indien de voorwerpen niet in beslag genomen zijn, deze af te geven op de door hem bepaalde plaats.

Le procureur du Roi invite l'auteur de l'infraction passible de confiscation à abandonner dans un delai qu'il fixe les objets saisis ou, s'ils ne le sont pas, à les remettre à l'endroit qu'il fixe.

Betaling, afstand en afgifte doen de strafvordering vervallen, mits zij binnen de bepaalde termijn plaatshebben.

Les paiements, abandon et remise effectués dans le délai indiqué éteignent l'action publique.

De aangestelden van de Administratie van de Belasting over de toegevoegde waarde en van de Registratie en Domeinen geven de procureur des Konings kennis van de verrichte storting.

Les préposés de l'Administration de la Taxe sur la valeur ajoutée, de l'Enregistrement et des Domaines informent le procureur du Roi du versement effectué.

(...) <W 1994-02-10/43, Art. 1 006; En vigueur : indéterminée>

(...) <L 1994-02-10/43, Art. 2 006; En vigueur : 01-11-1994>

§ 2. Het recht, in paragraaf 1 aan de procureur des Konings toegekend, kan niet worden uitgeoefend wanneer de zaak reeds bij de rechtbank aanhangig is gemaakt of wanneer van de onderzoeksrechter het instellen van een onderzoek is gevorderd.

§ 2. La faculté accordée au procureur du Roi par le paragraphe 1er ne peut être exercée lorsque le tribunal est déjà saisi du fait ou lorsque le juge d'instruction est requis d'instruire.

§ 3. Het bij de eerste paragraaf bepaalde recht behoort ook, ten aanzien van dezelfde misdrijven, aan de arbeidsauditeur, aan de ambtenaren van het openbaar ministerie bij het militair gerecht en, ten aanzien van de personen bedoeld in de artikelen 479 en 483 van het Wetboek van Strafvordering, aan de procureur-generaal bij het hof van beroep.

§ 3. La faculté prévue au paragraphe 1 appartient aussi, pour les memes infractions, aux auditeurs du travail, aux officiers du ministère public près les juridictions militaires, et pour les personnes visées par les articles 479 et 483 du Code d'instruction criminelle, au procureur général près la cour d'appel.

(§ 4. De eventueel aan een ander veroorzaakte schade dient geheel vergoed te zijn vooraleer de schikking kan worden voorgesteld. De schikking kan evenwel ook worden voorgesteld op voorwaarde dat de dader in een geschrift zijn burgerlijke aansprakelijkheid voor het schadeverwekkende feit heeft erkend en hij het bewijs heeft geleverd van de vergoeding van het niet-betwiste gedeelte van de schade en de regeling ervan. In ieder geval kan het slachtoffer zijn rechten doen gelden voor de bevoegde rechtbank. In dat geval is het aanvaarden van de minnelijke schikking door de dader een onweerlegbaar vermoeden van fout.) <W 1994-02-10/43, Art. 1, 006; En vigueur : indéterminée>

(§ 4. Le dommage éventuellement causé à autrui doit être entièrement réparé avant que la transaction puisse être proposée. Toutefois, elle pourra aussi être proposée si l'auteur a reconnu par écrit, sa responsabilité civile pour le fait générateur du dommage, et produit la preuve de l'indemnisation de la fraction non contestée du dommage et des modalités de règlements de celui-ci. En tout état de cause, la victime pourra faire valoir ses droits devant le tribunal compétent. Dans ce cas, l'acceptation de la transaction par l'auteur constitue une présomption irréfragable de sa faute.) <L 1994-02-10/43, Art. 1, 006; ED : 01-11-1994>

(§ 5. De verzoeken bedoeld in dit artikel worden gedaan bij een ter post aangetekende brief of door middel van een waarschuwing afgegeven door een agent van de openbare macht) <W 1994-02-10/43, Art. 1, 006; En vigueur : indéterminée>

(§ 5. Les invitations prévues au présent article se font par lettre recommandée à la poste ou par un avertissement remis par un agent de la force publique) <L 1994-02-10/43, Art. 1, 006; En vigueur : 01-11-1994>

Page 117: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 216ter. <ingevoegd bij W 1994-02-10/43, Art. 2; En vigueur : indéterminée> § 1. De procureur des Konings kan, onverminderd de bevoegdheid hem toegekend door artikel 216bis, de dader van een misdrijf oproepen en, voor zover het feit niet van die aard schijnt te zijn dat het gestraft moet worden met een hoofdstraf van meer dan twee jaar correctionele gevangenisstraf of een zwaardere straf, hem verzoeken de door het misdrijf veroorzaakte schade te vergoeden of te herstellen en hem het bewijs hiervan voor te leggen. In voorkomend geval roept hij ook het slachtoffer op en bemiddelt hij over de schadevergoeding en de regeling ervan.

Art. 216ter. <inséré par L 1994-02-10/43, Art. 2; ED : 01-11-1994> § 1. Le procureur du Roi peut, sans préjudice des pouvoirs que lui attribue l'article 216bis, convoquer l'auteur d'une infraction et, pour autant que le fait ne paraisse pas être de nature à devoir être puni d'un emprisonnement correctionnel principal de plus de deux ans ou d'une peine plus lourde, l'inviter à indemniser ou réparer le dommage causé par l'infraction et a lui en fournir la preuve. Le cas échéant, le procureur du Roi convoque également la victime et organise une médiation sur l'indemnisation ainsi que sur ses modalités.

Wanneer de dader van het misdrijf zich voor het misdrijf op een ziekteverschijnsel beroept of op een drank- of drugsverslaving, kan de procureur des Konings hem verzoeken een geneeskundige behandeling of iedere andere passende therapie te volgen en hem hiervan op geregelde tijdstippen het bewijs te leveren gedurende een termijn die zes maanden niet mag overschrijden.

Lorsque l'auteur de l'infraction invoque comme cause de l'infraction la circonstance d'une maladie ou d'une assuétude à l'alcool ou aux stupéfiants, le procureur du Roi peut l'inviter à suivre un traitement médical ou tout autre thérapie adéquate, et a en fournir périodiquement la preuve durant un délai qui ne peut excéder six mois.

Hij kan ook nadat hij een maatschappelijk onderzoek heeft laten verrichten (door de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie) de dader verzoeken in te stemmen (...) met het volgen van een bepaalde vorming van ten hoogste 120 uren binnen een termijn die hij bepaalt. Deze termijn is ten minste een maand en ten hoogste zes maanden. <W 1999-05-07/61, Art. 3, 012; En vigueur : 01-07-1999> <W 2002-04-17/33, Art. 8, 017; En vigueur : indéterminée>

Il peut également, après avoir fait procéder à une enquête sociale (par le Service des maisons de Justice du Ministère de la Justice), inviter l'auteur de l'infraction (...) à suivre une formation déterminée d'une durée de 120 heures au plus dans le délai qu'il fixe. Ce délai est d'au moins un mois et de six mois au plus. <L 1999-05-07/61, Art. 3, 012; En vigueur : 01-07-1999> <L 2002-04-17/33, Art. 8, 017; En vigueur : indéterminée>

(Lid 4 opgeheven) <W 2002-04-17/33, Art. 8, 017; ED : indéterminée>

(Alinéa 4 abrogé) <L 2002-04-17/33, Art. 8, 017; En vigueur : indéterminée>

§ 2. Wanneer het misdrijf kosten van analyse of van deskundig onderzoek heeft veroorzaakt kunnen de maatregelen bedoeld in § 1 slechts worden voorgesteld mits de dader zich ook heeft verbonden deze kosten te zullen betalen binnen de termijn bepaald door de procureur des Konings.

§ 2. Lorsque l'infraction a donné lieu à des frais d'analyse ou d'expertise, les mesures visées au § 1er ne peuvent être proposées que si l'auteur s'engage à payer les frais dans le délai fixé par le procureur du Roi.

§ 3. Wanneer bijzondere verbeurdverklaring kan worden toegepast, verzoekt de procureur des Konings de dader van het misdrijf binnen een bepaalde termijn afstand te doen van de in beslag genomen voorwerpen die zijn eigendom zijn; indien bedoelde voorwerpen niet in beslag zijn genomen, kan de procureur des Konings de dader verzoeken deze af te geven op een bepaalde plaats.

§ 3. Lorsqu'une confiscation spéciale peut être appliquée, le procureur du Roi invite l'auteur de l'infraction à abandonner, dans un délai déterminé, les objets saisis qui lui appartiennent; si ceux-ci n'ont pas été saisis, le procureur du Roi peut inviter l'auteur à les remettre à un endroit déterminé.

§ 4. De strafvordering vervalt wanneer de dader voldaan heeft aan alle door hem aanvaarde voorwaarden.

§ 4. Lorsque l'auteur de l'infraction a satisfait à toutes les conditions, acceptées par lui, l'action publique est éteinte.

Page 118: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Het verval van de strafvordering doet geen afbreuk aan de rechten van gesubrogeerden in de rechten van het slachtoffer of van slachtoffers die niet betrokken werden in de procedure zoals voorzien in § 1 : tegenover hen wordt de fout van de dader als onweerlegbaar vermoed.

L'extinction de l'action publique ne porte pas préjudice aux droits des personnes subrogées dans les droits de la victime ou des victimes qui n'ont pas été associées à la procédure prévue au § 1er : à leur égard, la faute de l'auteur de l'infraction est présumée irréfragablement.

§ 5. De paragrafen 2 en 3 van artikel 216bis, zijn van toepassing.

§ 5. Les paragraphes 2 et 3 de l'article 216bis, sont d'application.

§ 6. Naar aanleiding van zijn oproeping door de procureur des Konings voor de toepassing van het huidige artikel, kan de dader zich laten bijstaan door een advocaat; hij kan zich niet laten vertegenwoordigen.

§ 6. L'auteur de l'infraction, convoqué par le procureur du Roi en exécution du présent article, peut se faire assister par un avocat; il ne peut pas se faire représenter.

Het slachtoffer kan zich laten bijstaan of laten vertegenwoordigen door een advocaat.

La victime peut se faire assister ou representer par un avocat.

(§ 7. De Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie staat de procureur des Konings bij in de verschillende fasen van de bemiddeling in strafzaken en meer bepaald bij de concrete uitvoering ervan. De ambtenaren van deze dienst voeren hun taak uit in nauwe samenwerking met de procureur des Konings, die toezicht uitoefent op de uitvoering van hun opdracht.

(§ 7. Le Service des Maisons de justice du Ministère de la Justice assiste le procureur du Roi dans les différentes phases de la médiation pénale et plus spécifiquement dans son exécution concrète. Les agents de ce service effectuent leur mission en collaboration étroite avec le procureur du Roi, qui a le contrôle de leurs activités.

Per rechtsgebied van het Hof van Beroep worden er ambtenaren van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie ingeschakeld voor het bijstaan van de procureur-generaal bij het uitvoeren van het strafrechtelijk beleid voor de bemiddeling in strafzaken, voor de evaluatie, de coördinatie en het toezicht op de toepassing van de bemiddeling in strafzaken in de verscheidene parketten van het ambtsgebied van de procureur-generaal en voor het bijstaan van de ambtenaren bedoeld in het eerste lid. Zij werken nauw samen met de procureur-generaal.) <W 1999-05-07/61, Art. 3, 012; En vigueur : 01-07-1999>

Par ressort de Cour d'Appel, des agents du Service des Maisons de justice du Ministère de la Justice interviennent pour assister le procureur général dans l'exécution d'une politique criminelle en médiation pénale, pour l'évaluation, la coordination et la supervision de l'application de la médiation pénale dans les différents parquets du ressort du procureur géneral et pour assister les agents, mentionnés dans l'alinéa 1er. Ils travaillent en collaboration étroite avec le procureur général.) <L 1999-05-07/61, Art. 3, 012; En vigueur : 01-07-1999>

HOOFDSTUK IV. - (Oproeping bij proces-verbaal). <Ingevoegd bij W 1994-07-11/33, Art. 13; En vigueur : 31-07-1994>

CHAPITRE IV. - (De la convocation par procès-verbaux). <Inséré par L 1994-07-11/33, Art. 13; En vigueur : 31-07-1994>

Art. 216quater. <Ingevoegd bij W 1994-07-11/33, Art. 13; En vigueur : 31-07-1994> De procureur des Konings kan een persoon die aangehouden is met toepassing van de artikelen 1 en 2 van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis of die zich bij hem meldt, oproepen om te verschijnen voor de politierechtbank of de correctionele rechtbank binnen een termijn die niet korter mag zijn dan tien dagen, noch langer dan twee maanden.

Art. 216quater. <Inséré par L 1994-07-11/33, Art. 13; En vigueur : 31-07-1994> Le procureur du Roi peut convoquer une personne qui est arrêtée en application des articles 1er et 2 de la loi du 20 juillet 1990 relative à la détention préventive ou qui se présente devant lui, à comparaître devant le tribunal de police ou le tribunal correctionnel dans un délai qui ne peut être inférieur à dix jours, ni supérieur à deux mois.

Page 119: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Hij stelt hem in kennis van de feiten die hem ten laste worden gelegd alsook van de plaats, de dag en het uur van de zitting en deelt hem mede dat hij het recht heeft een advocaat te kiezen.

Il lui notifie les faits retenus à sa charge ainsi que les lieu, jour et heure de l'audience et l'informe du fait qu'elle a le droit de choisir un avocat.

Deze kennisgeving en mededeling worden in een proces-verbaal vermeld, waarvan hem onmiddellijk een kopie wordt overhandigd.

Cette notification et cette information sont mentionnées dans un procès-verbal, dont copie lui est remise sur-le-champ.

De kennisgeving geldt als dagvaarding om te verschijnen. La notification vaut citation à comparaître. HOOFDSTUK V. - (Onmiddellijke verschijning). <Ingevoegd bij W 2000-03-28/31, Art. 6; En vigueur : 30-04-2000>

CHAPITRE V. - (De la comparution immédiate). <Inséré par L 2000-03-28/31, Art. 6; En vigueur : 30-04-2000>

Art. 216quinquies. <Ingevoegd bij W 2000-03-28/31, Art. 6; En vigueur : 30-04-2000> § 1. De procureur des Konings roept met het oog op onmiddellijke verschijning voor de correctionele Rechtbank eenieder op die, overeenkomstig artikel 20bis van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, in hechtenis wordt gehouden of in vrijheid is gesteld met inachtneming van de voorwaarden omschreven in de artikelen 35 en 36 van voornoemde wet.

Art. 216quinquies. <Inséré par L 2000-03-28/31, Art. 6; En vigueur : 30-04-2000> § 1er. Le procureur du Roi convoque, aux fins de comparution immédiate devant le Tribunal correctionnel, toute personne qui, en application de l'article 20bis de la loi du 20 juillet 1990 sur la détention préventive, est detenue ou a été laissée en liberté aux conditions des articles 35 et 36 de ladite loi.

(NOTA : bij arrest nr. 56/2002 van 28 maart 2002, heeft het Arbitragehof, in artikel 216quinquies, § 1, eerste lid, de woorden " of in vrijheid is gesteld met inachtneming van de voorwaarden omschreven in de artikelen 35 en 36 van voornoemde wet " vernietigd, zie B.S. 13-04-2002, p. 15224 - 15234)

(NOTE : par son arrêt n° 56/2002 du 28 mars 2002, la Cour d'arbitrage a annulé, dans l'article 216quinquies, § 1er, alinéa 1er, les mots " ou a été laissée en liberté aux conditions des articles 35 et 36 de ladite loi ", voir M.B. 13-04-2002, p. 15215 - 15224)

Wanneer het bevel tot aanhouding met het oog op onmiddellijke verschijning, als bedoeld in artikel 20bis van dezelfde wet, wordt uitgevaardigd, stelt de procureur des Konings elke persoon bedoeld in het eerste lid en zijn advocaat onmiddellijk in kennis van de plaats, de dag en het uur van de zitting.

Lorsque le mandat d'arrêt en vue de comparution immédiate, visé à l'article 20bis de la même loi, est décerné, le procureur du Roi notifie immédiatement à toute personne visée à l'alinéa 1er et a son avocat, les lieu, jour et heure de l'audience.

Deze kennisgeving wordt vermeld in een proces-verbaal waarvan aan betrokkene onmiddellijk een afschrift wordt overhandigd.

Cette notification est mentionnée dans un procès-verbal, dont copie est immédiatement remise à l'intéressé.

De kennisgeving bevat een omschrijving van de feiten die aan de beklaagde ten laste worden gelegd alsook de tekst van artikel 91 van het gerechtelijk Wetboek en geldt als dagvaarding om te verschijnen.

La notification contient une description des faits retenus à charge du prévenu ainsi que l'indication de l'article 91 du Code judiciaire et vaut citation à comparaître.

§ 2. Plaats, dag en uur van verschijning worden met alle passende middelen aan de gekende slachtoffers meegedeeld.

§ 2. Les lieu, jour et heure de la comparution sont communiqués par tout moyen approprié aux victimes connues.

Page 120: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Op schriftelijk verzoek van de benadeelde persoon dat voor de terechtzitting en op hetzelfde moment als de verklaring bedoeld in artikel 5bis van de voorafgaande Titel van het Wetboek van strafvordering kan worden ingediend, wordt het dossier te zijner beschikking en ter beschikking van zijn advocaat gesteld zodra het bevel tot aanhouding met het oog op onmiddellijke verschijning wordt gevorderd.

Après une demande écrite de la personne lésée, qui peut être introduite avant l'audience en même temps que la déclaration prévue à l'article 5bis du Titre préliminaire du Code de procédure pénale, le dossier est mis à sa disposition ainsi qu'à celle de son avocat dès la réquisition du mandat d'arrêt en vue de comparution immédiate.

Het dossier kan ter beschikking worden gesteld in de vorm van eensluidend verklaarde afschriften.

Cette mise à disposition du dossier peut se faire sous forme de copies certifiées conformes.

§ 3. De verschijning voor de rechtbank geschiedt na ten vroegste vier en ten hoogste zeven dagen te rekenen van de uitvaardiging van het bevel tot aanhouding met het oog op onmiddellijke verschijning.

§ 3. La comparution devant le tribunal a lieu au plus tôt après quatre jours mais dans les sept jours à compter de la délivrance du mandat d'arrêt en vue de comparution immédiate.

De rechtbank doet uitspraak tijdens de terechtzitting of binnen vijf dagen nadat de zaak in beraad is genomen.

Le tribunal statue soit séance tenante soit dans les cinq jours après la mise en délibéré.

Tegen dit vonnis kan geen verzet worden gedaan. Le jugement n'est pas susceptible d'opposition. (NOTA : bij arrest nr. 56/2002 van 28 maart 2002, heeft het Arbitragehof artikel 216quinquies, § 3 vernietigd, zie B.S. 13-04-2002, p. 15224 - 15234)

(NOTE : par son arret n° 56/2002 du 28 mars 2002, la Cour d'arbitrage a annulé l'article 216quinquies, § 3, voir M.B. 13-04-2002, p. 15215 - 15224)

Art. 216sexies. <Ingevoegd bij W 2000-03-28/31, Art. 6; En vigueur : 30-04-2000> Wanneer de rechtbank van oordeel is dat de complexiteit van de zaak aanvullend onderzoek vereist, kan zij bij een met redenen omklede beslissing het dossier terugzenden aan de procureur des Konings.

Art. 216sexies. <Inséré par L 2000-03-28/31, Art. 6; En vigueur : 30-04-2000> Le tribunal peut, s'il estime que la complexité de l'affaire nécessite des investigations supplémentaires, renvoyer le dossier au procureur du Roi, par décision motivée.

In dat geval beslist de rechtbank bij dezelfde beschikking over de handhaving van de beklaagde in hechtenis tot aan de eventuele betekening van een bevel tot aanhouding binnen vierentwintig uur. De beslissing tot handhaving wordt overeenkomstig artikel 16, §§ 1 en 5, eerste en tweede lid, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis met redenen omkleed.

Dans ce cas, le tribunal statue par la meme ordonnance sur le maintien du prévenu en détention jusqu'à la signification éventuelle d'un mandat d'arrêt dans les vingt-quatre heures. La décision de maintien est motivée conformément à l'article 16, §§ 1er et 5, alinéas 1er et 2, de la loi du 20 juillet 1990 relative à la détention préventive.

Tegen de beschikking bedoeld in dit artikel kan geen enkel rechtsmiddel worden aangewend.

L'ordonnance, visée par le présent article, n'est susceptible d'aucun recours.

Art. 216septies. <Ingevoegd bij W 2000-03-28/31, Art. 6; En vigueur : 30-04-2000> De rechtbank kan de zaak eenmaal of meermaals uitstellen op voorwaarde dat zij deze uiterlijk vijftien dagen na de inleidingszitting bedoeld in artikel 216quinquies, § 3, in beraad neemt. Tot dit uitstel wordt beslist ambtshalve of op verzoek van de beklaagde, van de burgerlijke partij of van de procureur des Konings om :

Art. 216septies. <Inséré par L 2000-03-28/31, Art. 6; En vigueur : 30-04-2000> Le tribunal peut remettre à une ou plusieurs audiences la cause pour autant qu'il la prenne en délibéré au plus tard quinze jours après l'audience d'introduction prévue à l'article 216quinquies, § 3. Cette remise est décidée d'office ou à la demande du prévenu, de la partie civile ou du procureur du Roi pour :

- de getuigen te horen die zij nuttig acht; - procéder a l'audition de tout témoin qu'il jugera utile;

- een maatschappelijke enquête te doen verrichten. - faire procéder a une enquête sociale.

Page 121: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

(NOTA : bij arrest nr. 56/2002 van 28 maart 2002, heeft het Arbitragehof, in artikel 216septies, tweede zin, de woorden " om :

(NOTE : par son arrêt n° 56/2002 du 28 mars 2002, la Cour d'arbitrage a annulé, dans l'article 216septies, 2ème phrase, les mots " pour :

- de getuigen te horen die zij nuttig acht; - procéder à l'audition de tout témoin qu'il jugera utile;

- een maatschappelijke enquête te doen verrichten " vernietigd, zie B.S. 13-04-2002, p. 15224 - 15234)

- faire procéder à une enquête sociale ", voir M.B. 13-04-2002, p. 15215 - 15224)

Indien een getuige moet worden gedagvaard om te verschijnen, wordt de termijn verminderd overeenkomstig artikel 184, vierde lid.

Si un témoin doit être cité à comparaître, le delai sera réduit conformément à l'alinéa 4 de l'article 184.

9 DECEMBER 1808. - WETBOEK VAN STRAFVORDERING. - BOEK II, TITEL II. (Om technische redenen is het Wetboek van Strafvordering ingedeeld in 8 delen waarvan het vierde deel Titel II van het tweede Boek omvat.)

9 DECEMBRE 1808. - CODE D'INSTRUCTION CRIMINELLE. - LIVRE II, TITRE II. (Pour des raisons techniques, le Code d'Instruction Criminelle est divisé en 8 parties, dont le Titre II du deuxième Livre est la quatrième partie.)

(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf de versie die aan 14-08-1990 onmiddellijk voorafgaat en tekstbijwerking tot 12-09-2002); HI:??2,(De parlementaire werkzaamheden werden gepubliceerd op 19 december 1808.)

(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir de la version immédiatement antérieure au 14-08-1990 et mise à jour au 12-09-2002)

TITEL II. - ZAKEN DIE AAN DE JURY MOETEN WORDEN ONDERWORPEN.

TITRE II. - DES AFFAIRES QUI DOIVENT ETRE SOUMISES AU JURY.

HOOFDSTUK I. - INBESCHULDIGINGSTELLING. CHAPITRE I. - DES MISES EN ACCUSATION. Art. 217-235, 235bis, 236-250 Art. 217-235, 235bis, 236-250 HOOFDSTUK II. - VORMING VAN DE HOVEN VAN ASSISEN.

CHAPITRE II. - DE LA FORMATION DES COURS D'ASSISES.

Art. 251-282, 282bis, 283-290 Art. 251-282, 282bis, 283-290 HOOFDSTUK III. - RECHTSPLEGING VOOR HET HOF VAN ASSISEN.

CHAPITRE III. - DE LA PROCEDURE DEVANT LA COUR D'ASSISES.

Art. 291-292, 292bis, 292ter, 294-306, 305-309 Art. 291-292, 292bis, 292ter, 293-309 HOOFDSTUK IV. - ONDERZOEK, (ARREST) EN TENUITVOERLEGGING. <W 2000-06-30/47, Art. 16, 010; En vigueur : 27-03-2001>

CHAPITRE IV. - DE L'EXAMEN, (DE L'ARRET) ET DE L'EXECUTION. <L 2000-06-30/47, Art. 16, 010; En vigueur : 27-03-2001>

AFDELING I. - ONDERZOEK. SECTION I. - DE L'EXAMEN. Art. 310-312, 312bis, 313-315, 315bis, 316-317, 317bis, 317ter, 317quater, 317quinquies, 318-327, 327bis, 328-356

Art. 310-312, 312bis, 313-315, 315bis, 316-317, 317bis, 317ter, 317quater, 317quinquies, 318-327, 327bis, 328-356

AFDELING II. - (ARREST) EN TENUITVOERLEGGING. <W 2000-06-30/47, Art. 32, 010; En vigueur : 27-03-2001>

SECTION II. - (DE L'ARRET) ET DE L'EXECUTION. <L 2000-06-30/47, Art. 32, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 357-364, 364bis, 365-380 Art. 357-364, 364bis, 365-380 HOOFDSTUK V. - (VERSTEKPROCEDURE EN VERZET.) <W 2000-06-30/47, Art. 35, 010; En vigueur : 27-03-2001>

CHAPITRE V. - (DE LA PROCEDURE PAR DEFAUT ET DE L'OPPOSITION.) <L 2000-06-30/47, Art. 35, 010; En vigueur : 27-03-2001>

AFDELING I. - DE JURY. SECTION I. - DU JURY.

Page 122: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 381-392 Art. 381-392 AFDELING II. - WIJZE WAAROP DE JURY GEVORMD EN BIJEENGEROEPEN WORDT.

SECTION II. - DE LA MANIERE DE FORMER ET DE CONVOQUER LE JURY.

Art. 393-406 Art. 393-406 Texte Table des matières Début Texte Table des matières Début TITEL II. - ZAKEN DIE AAN DE JURY MOETEN WORDEN ONDERWORPEN.

TITRE II. - DES AFFAIRES QUI DOIVENT ETRE SOUMISES AU JURY.

HOOFDSTUK I. - INBESCHULDIGINGSTELLING. CHAPITRE I. - DES MISES EN ACCUSATION. Artikel 217. De procureur-generaal bij het hof van beroep is gehouden de zaak in gereedheid te brengen binnen vijf dagen na ontvangst van de stukken die hem zijn toegezonden ter voldoening aan artikel 133 of aan artikel 135, en uiterlijk binnen de volgende vijf dagen verslag te doen.

Article 217. (Le procureur général près la cour d'appel) sera tenu de mettre l'affaire en état dans les cinq jours de la réception des pièces qui lui auront été transmises en exécution de l'article 133 ou de l'article 135, et de faire son rapport dans les cinq jours suivants, au plus tard.

Ondertussen kunnen de burgerlijke partij en de verdachte zodanige memories indienen als zij dienstig achten, zonder dat het uitbrengen van het verslag mag worden vertraagd.

Pendant ce temps, la partie civile et (l'inculpé) pourront fournir tels mémoires qu'ils estimeront convenables, sans que le rapport puisse être retardé. <L 10-07-1967, Art. 1, 115°>

Art. 218. Een kamer van het hof van beroep, daartoe bepaaldelijk samengesteld, is gehouden ten minste eens in de week in raadkamer te vergaderen om het verslag van de procureur-generaal te horen en over zijn vorderingen te beslissen.

Art. 218. (Une chambre de la cour d'appel), spécialement formée à cet effet, sera tenue de se réunir, au moins une fois par semaine, à la chambre du conseil, pour entendre le rapport du procureur général et statuer sur ses réquisitions. <L 10-07-1967, Art. 1, 116°>

(Wanneer de procureur-generaal het geraden acht, gezien de ernstige omstandigheden waarin een zaak zich voordoet of het groot aantal beklaagden, het verslag voor te leggen aan twee verenigde kamers van inbeschuldigingstelling, in de hoven waar er verscheidene kamers van inbeschuldigingstelling zijn, of in de hoven waar er maar één is, aan de kamer van inbeschuldigingstelling, verenigd met de kamer die moet kennis nemen van het hoger beroep in correctionele zaken, dan zijn de genoemde kamers gehouden bijeen te komen op verzoek van de procureur-generaal, nadat deze daarover met de eerste voorzitter overleg heeft gepleegd; zij horen het verslag en beslissen over de inbeschuldigingstelling, een en ander binnen de termijnen in artikel 219 bepaald.) <W 10-10-1967, Art. 150>

(Lorsque le procureur général estime qu'à raison de la gravité des circonstances dans lesquelles une affaire se présente ou à raison du grand nombre des prévenus, il est convenable que le rapport soit présenté à deux chambres des mises en accusation réunies, dans les cours où il y a plusieurs chambres des mises en accusation, ou à la chambre des mises en accusation dans les cours où il n'y en a qu'une, réunie à la chambre qui doit connaître des appels de police correctionnelle, lesdites chambres sont tenues de se réunir sur l'invitation qui leur en est faite par le procureur général, après en avoir conféré avec le premier président; elles entendent le rapport et délibèrent sur la mise en accusation, le tout dans les délais fixés par l'article 219.) <L 10-10-1967, Art. 150>

Art. 219. De voorzitter is gehouden zorg te dragen dat de kamer uiterlijk binnen drie dagen na het verslag van de procureur-generaal uitspraak doet.

Art. 219. Le président sera tenu de faire prononcer la (chambre) au plus tard dans les trois jours du rapport du procureur général. <L 10-07-1967, Art. 1, 117°>

Page 123: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 220. Indien de zaak behoort tot die welke voorbehouden zijn (...) aan het Hof van Cassatie, is de procureur-generaal gebonden de schorsing en de verwijzing te vorderen en is de kamer gehouden die te bevelen. <W 10-07-1967, Art. 1, 118°>

Art. 220. Si l'affaire est de la nature de celles qui sont réservées (...) à la Cour de cassation, le procureur général est tenu d'en requérir la suspension et le renvoi, et la (chambre) de l'ordonner. <L 10-07-1967, Art. 1, 118°>

Art. 221. Behoudens het geval van het vorige artikel, onderzoeken de rechters of er tegen de verdachte bewijzen of aanwijzingen bestaan omtrent een feit, door de wet misdaad genoemd, en of die bewijzen of aanwijzingen sterk genoeg zijn om de inbeschuldigingstelling uit te spreken.

Art. 221. Hors le cas prévu par l'article précédent, les juges examineront s'il existe contre (l'inculpé) des preuves ou des indices d'un fait qualifié crime par la loi, et si ces preuves ou indices sont assez graves pour que la mise en accusation soit prononcée. <L 10-07-1967, Art. 1, 119°>

Art. 222. De griffier doet aan de rechters, in tegenwoordigheid van de procureur-generaal, voorlezing van alle stukken van het geding; deze worden daarna ter tafel gelaten, met de door de burgerlijke partij en de verdachte ingediende memories.

Art. 222. Le greffier donnera aux juges, en présence du procureur général, lecture de toutes les pièces du procès; elles seront ensuite laissées sur le bureau, ainsi que les mémoires que la partie civile et (l'inculpé) auront fournis. <L 10-07-1967, Art. 1, 119°>

Art. 223. <W 19-08-1920, enig art.> De verdachte, de burgerlijke partij en hun raadslieden worden gehoord.

Art. 223. <L 19-08-1920, Art. unique> (L'inculpé), la partie civile et leurs conseils seront entendus.

Te dien einde wordt het dossier, ten minste tien dagen vóór de verschijning, te hunner beschikking gesteld op de griffie. Zij mogen een afschrift ervan doen nemen.

A cet effet, le dossier sera mis, au greffe, à leur disposition, au moins dix jours avant cette comparution. Ils pourront en faire prendre copie.

De getuigen zullen niet verschijnen. Les témoins ne comparaîtront pas. (De burgerlijke partij en de verdachte kunnen zich laten vertegenwoordigen met inachtneming van de regels die gelden inzake verschijning voor de raadkamer.) <W 16-02-1961, Art. 3, § 2>

(La partie civile et (l'inculpé) peuvent se faire représenter suivant les règles prévues pour la comparution devant la chambre du conseil.) <L 16-02-1961, Art. 3, § 2> <L 10-07-1967, Art. 1, 119°>

Art. 224. De procureur-generaal, na zijn schriftelijke en ondertekende vordering ter tafel te hebben neergelegd, verwijdert zich, evenals de griffier.

Art. 224. Le procureur général, après avoir déposé sur le bureau sa réquisition écrite et signée, se retirera, ainsi que le greffier.

Art. 225. De rechters beraadslagen zonder verwijl en zonder met iemand in verbinding te komen.

Art. 225. Les juges délibéreront entre eux sans désemparer, et sans communiquer avec personne.

Art. 226. Het hof beslist bij een en hetzelfde arrest over de samenhangende misdrijven waarvan de stukken terzelfdertijd zijn voorgelegd.

Art. 226. La cour statuera par un seul et même arrêt, sur les délits connexes dont les pièces se trouveront en même temps produites devant elle.

Art. 227. (Misdrijven zijn samenhangend : Art. 227. (Les délits sont connexes : 1° hetzij wanneer zij tegelijkertijd gepleegd zijn door verscheidene personen tezamen;

1° soit lorsqu'ils ont été commis en même temps par plusieurs personnes réunies;

2° hetzij wanneer zij gepleegd zijn door verschillende personen, zelfs op onderscheiden tijdstippen en op onderscheiden plaatsen, maar ten gevolge van een door hen tevoren gemaakte afspraak, hetzij wanneer de schuldigen het ene misdrijf hebben gepleegd om zich de middelen te verschaffen tot het plegen van het andere, om de uitvoering ervan te vergemakkelijken of te voltooien, of om de straffeloosheid ervan te verzekeren;

2° soit lorsqu'ils ont été commis par différentes personnes, même en différents temps et en divers lieux, mais par suite d'un concert formé à l'avance entre elles, soit lorsque les coupables ont commis les uns pour se procurer les moyens de commettre les autres, pour en faciliter, pour en consommer l'exécution, ou pour en assurer l'impunité;

Page 124: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

3° hetzij wanneer de band die bestaat tussen twee of meer misdrijven van zodanige aard is dat hij, met het oog op een goede rechtsbedeling en onder voorbehoud van de eerbiediging van de rechten van verdediging, vereist dat die misdrijven samen aan dezelfde strafrechtbank ter beoordeling worden voorgelegd.) <W 2001-06-21/42, Art. 58, 011; En vigueur : 21-05-2002>

3° soit lorsque le lien qui existe entre deux ou plusieurs délits est de telle nature qu'il exige, pour une bonne administration de la justice et sous réserve du respect des droits de la défense, que ces délits soient soumis en même temps pour jugement au même tribunal répressif.) <L 2001-06-21/42, Art. 58, 011; En vigueur : 21-05-2002>

Art. 228. De rechters kunnen zo nodig nieuwe onderzoekingen bevelen.

Art. 228. Les juges pourront ordonner, s'il y échet, des informations nouvelles;

Zij kunnen ook, indien daartoe redenen zijn, de overbrenging bevelen van de overtuigingsstukken die op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg in bewaring zijn gebleven.

Ils pourront également ordonner, s'il y a lieu, l'apport des pièces servant à conviction qui seront restées déposées au greffe du tribunal de première instance :

Alles binnen de kortst mogelijke tijd. Le tout dans le plus court délai. Art. 229. Indien het hof generlei spoor ontdekt van een door de wet bepaald misdrijf of indien het geen voldoende aanwijzingen van schuld vindt, beveelt het dat de verdachte in vrijheid zal worden gesteld; dit wordt duidelijk uitgevoerd, indien hij niet om een andere reden wordt gevangen gehouden.

Art. 229. Si la cour n'apercoit aucune trace d'un délit prévu par la loi, ou si elle ne trouve pas des indices suffisants de culpabilité, elle ordonnera la mise en liberté (de l'inculpé); ce qui sera exécuté sur-le-champ, s'il n'est retenu pour autre cause.

Wanneer het hof in hetzelfde geval beslist over een verzet tegen de invrijheidstelling van de verdachte, door de eerste rechters uitgesproken, bevestigt het hun beschikking; dit wordt uitgevoerd zoals in het vorige lid bepaald is.

Dans le même cas, lorsque la cour statuera sur une opposition à la mise en liberté (de l'inculpé) prononcée par les premiers juges, elle confirmera leur ordonnance; ce qui sera exécuté comme il est dit (à l'alinéa précédent). <L 10-07-1967, Art. 1, 120°>

Art. 230. Indien het hof oordeelt dat de verdachte moet worden verwezen naar een politierechtbank of naar een correctionele rechtbank, spreekt het de verwijzing uit en wijst de rechtbank aan die van de zaak kennis moet nemen.

Art. 230. Si la cour estime que (l'inculpé) doit être renvoyé à un (tribunal de police) ou à un (tribunal correctionnel), elle prononcera le renvoi et indiquera le tribunal qui doit en connaître.

Wordt de verdachte verwezen naar een politierechtbank, dan wordt hij in vrijheid gesteld.

(Dans le cas de renvoi à un tribunal de police), (l'inculpé) sera mis en liberté. <L 10-07-1967, Art. 1, 121°>

Art. 231. Indien het feit door de wet misdaad wordt genoemd, en het hof voldoende bezwaren aanwezig acht om de inbeschuldigingstelling te wettigen, (verwijst het de verdachte naar de assisen). <W 10-07-1967, Art. 1, 122°>

Art. 231. Si le fait est qualifié crime par la loi, et que la cour trouve des charges suffisantes pour motiver la mise en accusation, (elle ordonnera le renvoi de l'inculpé aux assises). <L 10-07-1967, Art. 1, 122°>

Indien het misdrijf in de beschikking tot gevangenneming verkeerd omschreven is, vernietigt het hof die beschikking en geeft een nieuwe.

Si le délit a été mal qualifié dans l'ordonnance de prise de corps, la cour l'annulera et en décernera une nouvelle.

Indien het hof bij het uitspreken van de inbeschuldigingstelling van de verdachte beslist over een verzet tegen zijn invrijheidstelling, vernietigt het de beschikking van de eerste rechters en geeft een beschikking tot gevangenneming.

Si la cour, en prononcant l'accusation (de l'inculpé) statue sur une opposition à sa mise en liberté, elle annulera l'ordonnance des premiers juges, et décernera une ordonnance de prise de corps. <L 10-07-1967, Art. 1, 249°>

Page 125: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 232. (Opgeheven) <WVH 1990-07-20/35, Art. 48, 1°, e), 002; En vigueur : 01-12-1990>

Art. 232. (Abrogé) <LDP 1990-07-20/35, Art. 48, 1°, e), 002; En vigueur : 01-12-1990>

Art. 233. De beschikking tot gevangenneming, door de eerste rechters of door het hof gegeven, wordt opgenomen in het arrest van inbeschuldigingstelling, welk arrest het bevel zal inhouden de beschuldigde te brengen naar het (huis van arrest) gevestigd bij het hof waarnaar hij verwezen wordt. <W 1999-05-07/61, Art. 4, 009; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 233. L'ordonnance de prise de corps, soit qu'elle ait été rendue par les premiers juges, soit qu'elle l'ait été par la cour, sera insérée dans l'arrêt de mise en accusation, lequel contiendra l'ordre de conduire l'accusé dans la (maison d'arrêt) établie près la cour, où il sera renvoyé. <L 1999-05-07/61, Art. 4, 009; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 234. De arresten worden ondertekend door alle rechters die ze hebben gewezen; zij vermelden, op straffe van nietigheid, zowel de vordering van het openbaar ministerie als de naam van iedere rechter.

Art. 234. Les arrêts seront signés par chacun des juges qui les auront rendus; il y sera fait mention, à peine de nullité, tant de la réquisition du ministère public que du nom de chacun des juges.

Art. 235. In alle zaken kunnen de hoven van beroep, zolang zij niet beslist hebben of de inbeschuldigingstelling dient te worden uitgesproken, om het even of de eerste rechters al dan niet een onderzoek hebben ingesteld, ambtshalve vervolgingen gelasten, zich de stukken doen overleggen, de zaak onderzoeken of doen onderzoeken, en daarna beschikken zoals het behoort.

Art. 235. Dans toutes les affaires, les (cours d'appel), tant qu'elles n'auront pas décidé s'il y a lieu de prononcer la mise en accusation, pourront d'office, soit qu'il y ait ou non une instruction commencée par les premiers juges, ordonner des poursuites, se faire apporter les pièces, informer ou faire informer, et statuer ensuite ce qu'il appartiendra. <L 10-07-1967, Art. 1, 124°>

Art. 235bis. <ingevoegd bij W 1998-03-12/39, Art. 32; En vigueur : 1998-10-02> § 1. Bij de regeling van de rechtspleging onderzoekt de kamer van inbeschuldigingstelling, op vordering van het openbaar ministerie of op verzoek van een van de partijen, de regelmatigheid van de haar voorgelegde procedure. Zij kan dit zelfs ambtshalve doen.

Art. 235bis. <inséré par L 1998-03-12/39, Art. 32; ED : 1998-10-02> § 1er. Lors du règlement de la procédure, la chambre des mises en accusation contrôle, sur la réquisition du ministère public ou à la requête d'une des parties, la régularité de la procédure qui lui est soumise. Elle peut même le faire d'office.

§ 2. De kamer van inbeschuldigingstelling handelt op dezelfde wijze in de andere gevallen waarin ze kennis neemt van de zaak.

§ 2. La chambre des mises en accusation agit de même, dans les autres cas de saisine.

§ 3. Wanneer de kamer van inbeschuldigingstelling ambtshalve de regelmatigheid van de rechtspleging onderzoekt en er een nietigheid, een grond van niet- ontvankelijkheid of van verval van de strafvordering kan bestaan, beveelt ze de debatten te heropenen.

§ 3. Lorsque la chambre des mises en accusation contrôle d'office la régularité de la procédure et qu'il peut exister une cause de nullité, d'irrecevabilité ou d'extinction de l'action publique, elle ordonne la réouverture des débats.

§ 4. De kamer van inbeschuldigingstelling hoort, in openbare terechtzitting indien ze op verzoek van een partij daartoe besluit, de opmerkingen van de procureur-generaal, de burgerlijke partij en de inverdenkinggestelde.

§ 4. La chambre des mises en accusation entend, en audience publique si elle en décide ainsi à la demande de l'une des parties, le procureur général, la partie civile et l'inculpé en leurs observations.

Page 126: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ 5. De onregelmatigheden, verzuimen of nietigheden als bedoeld in artikel 131, § 1, of met betrekking tot de verwijzingsbeschikking die door de kamer van inbeschuldigingstelling zijn onderzocht, kunnen niet meer opgeworpen worden voor de feitenrechter, behoudens de middelen die verband houden met de bewijswaardering of die de openbare orde aanbelangen. Hetzelfde geldt voor de gronden van niet-ontvankelijkheid of van verval van de strafvordering, behalve wanneer ze zijn ontstaan na de debatten voor de kamer van inbeschuldigingstelling. De bepalingen van deze paragraaf zijn niet van toepassing ten aanzien van de partijen die pas na de verwijzing naar het vonnisgerecht in de rechtspleging betrokken zijn, behalve indien de stukken uit het dossier worden verwijderd overeenkomstig artikel 131, § 2, of overeenkomstig § 6 van dit artikel.

§ 5. Les irrégularités, omissions ou causes de nullités visées à l'article 131, § 1er, ou relatives à l'ordonnance de renvoi, et qui ont été examinées devant la chambre des mises en accusation ne peuvent plus l'être devant le juge du fond, sans préjudice des moyens touchant à l'appréciation de la preuve ou qui concernent l'ordre public. Il en va de même pour les causes d'irrecevabilité ou d'extinction de l'action publique, sauf lorsqu'elles ne sont acquises que post» erieurement aux débats devant la chambre des mises en accusation. Les dispositions du présent paragraphe ne sont pas applicables à l'égard des parties qui ne sont appelées dans l'instance qu'après le renvoi à la juridiction de jugement, sauf si les pièces sont retirées du dossier conformément à l'article 131, § 2, ou au § 6 du présent article.

§ 6. Wanneer de kamer van inbeschuldigingstelling een onregelmatigheid, verzuim of nietigheid als bedoeld in artikel 131, § 1, of een grond van niet-ontvankelijkheid of van verval van de strafvordering vaststelt, spreekt zij, als daartoe grond bestaat, de nietigheid uit van de handeling die erdoor is aangetast en van een deel of het geheel van de erop volgende rechtspleging. Nietigverklaarde stukken worden uit het dossier verwijderd en neergelegd ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg, na het verstrijken van de termijn voor cassatieberoep. (De ter griffie neergelegde stukken mogen niet worden ingezien, en mogen niet in de strafprocedure worden aangewend.) <W 2001-07-04/40, Art. 8, 028; En vigueur : 03-08-2001>

§ 6. Lorsque la chambre des mises en accusation constate une irrégularité, omission ou cause de nullité visée à l'article 131, § 1er, ou une cause d'irrecevabilité ou d'extinction de l'action publique, elle prononce, le cas échéant, la nullité de l'acte qui en est entaché et de tout ou partie de la procédure ultérieure. Les pièces annulées sont retirées du dossier et déposées au greffe du tribunal de première instance, après l'expiration du délai de cassation. (Les pièces déposées au greffe ne peuvent pas être consultées, et ne peuvent pas être utilisées dans la procédure pénale.) <L 2001-07-04/40, Art. 8, 028; En vigueur : 03-08-2001>

<NOTA : Bij arrest nr 86/2002 van 24-05-2002, (B.S. 24-05-2002, p.22509), heeft het Arbitragehof in artikel 235bis, §6, de zin " De ter griffie neergelegde stukken mogen niet worden ingezien, en mogen niet in de strafprocedure worden aangewend " vernietigd; Abrogé : 24-05-2002>

<NOTE : par son arrêt n° 86/2002 du 08-05-2002, (M.B. 24-05-2002, p.22514), la Cour d'Arbitrage a annulé dans l' article 235bis, §6, la phrase : " Les pièces déposées au greffe ne peuvent pas être consultées, et ne peuvent pas être utilisées dans la procédure pénale " ; Abrogé : 24-05-2002>

Art. 236. In het geval van (artikel 235) treedt een van de leden van de kamer, waarvan sprake in artikel 218, als onderzoeksrechter op. <L 1998-03-12/39, Art. 33, 006; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 236. Dans le cas (de l'article 235), un des membres de la (chambre) dont il est parlé en l'article 218 fera les fonctions de juge instructeur. <L 10-07-1967, Art. 1, 249°> <L 1998-03-12/39, Art. 33, 006; En vigueur : 1998-10-02>

Page 127: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 237. De rechter hoort de getuigen of geeft aan een van de rechters in de rechtbank van eerste aanleg binnen wier rechtsgebied zij wonen, opdracht om hun getuigenissen af te nemen, ondervraagt de verdachte, doet alle bewijzen of aanwijzingen die kunnen worden ingewonnen, schriftelijk vaststellen en verleent naar gelang van de omstandigheden een bevel tot medebrenging, tot bewaring of tot aanhouding.

Art. 237. Le juge entendra les témoins, ou commettra, pour recevoir leurs dépositions, un des juges du tribunal de première instance dans le ressort duquel ils demeurent, interrogera (l'inculpé), fera constater par écrit toutes les preuves ou indices qui pourront être recueillis, et décernera, suivant les circonstances, les mandats d'amener, de dépôt ou d'arrêt. <L 10-07-1967, Art. 1, 125°>

Art. 238. De procureur-generaal brengt verslag uit binnen vijf dagen nadat de met het onderzoek belaste rechter hem de stukken heeft bezorgd.

Art. 238. Le procureur général fera son rapport dans les cinq jours de la remise que le juge instructeur lui aura faite des pièces.

Art. 239. Voordien wordt geen beschikking tot gevangenneming gegeven; indien uit het onderzoek blijkt dat de verdachte naar het hof van assisen (...) of naar de correctionele rechtbank moet worden verwezen, bevat het arrest die beschikking of, indien de verdachte onder borgtocht in vrijheid is gelaten, de beschikking tot verschijning. <W 10-07-1967, Art. 1, 126°>

Art. 239. Il ne sera décerné préalablement aucune ordonnance de prise de corps; et s'il résulte de l'examen qu'il y a lieu de (renvoyer l'inculpé à la cour d'assises ou au tribunal correctionnel), l'arrêt portera cette ordonnance, ou celle de se représenter si (l'inculpé) a été admis à la liberté sous caution. <L 10-07-1967, Art. 1, 126° et 1, 249°>

Art. 240. De overige bepalingen van dit wetboek die niet in strijd zijn met de vijf vorige artikelen, zijn mede van toepassing.

Art. 240. Seront, au surplus, observées les autres dispositions du présent Code qui ne sont point contraires aux cinq articles précédents.

Art. 241. In alle gevallen waarin de verdachte naar het hof van assisen (...) wordt verwezen, is de procureur-generaal gehouden een akte van beschuldiging op te stellen. <W 10-07-1967, Art. 1, 127°>

Art. 241. Dans tous les cas où (l'inculpé) sera renvoyé à la cour d'assises (...), le procureur général sera tenu de rédiger un acte d'accusation. <L 10-07-1967, Art. 1, 127°>

De akte van beschuldiging beschrijft : 1° de aard van het misdrijf dat aan de beschuldiging ten grondslag ligt; 2° het feit en alle omstandigheden die de straf komen verzwaren of verminderen; de beschuldigde wordt met name erin genoemd en duidelijk aangewezen.

L'acte d'accusation exposera : 1° la nature du délit qui forme la base de l'accusation; 2° le fait et toutes les circonstances qui peuvent aggraver ou diminuer la peine; (l'accusé) y sera dénommé et clairement désigné.

De akte van beschuldiging eindigt met de volgende samenvatting :

L'acte d'accusation sera terminé par le résumé suivant :

Bijgevolg wordt N... beschuldigd die bepaalde doodslag, die bepaalde diefstal, of die andere bepaalde misdaad, met die en die omstandigheid, te hebben gepleegd.

" En conséquence, N... est accusé d'avoir commis tel meurtre, tel vol, ou tel autre crime, avec telle et telle circonstance. " <L 10-07-1967, Art. 1, 249°>

Art. 242. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 2, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 242. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 2, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 243. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 2, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 243. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 2, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 244. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 2, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 244. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 2, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Page 128: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 245. De procureur-generaal geeft bericht van het arrest van verwijzing naar het hof van assisen (...) zowel aan de burgemeester van de woonplaats van de beschuldigde, indien zij bekend is, als aan die van de plaats waar het misdrijf is gepleegd. <W 10-07-1967, Art. 1, 128°>

Art. 245. Le procureur général donnera avis de l'arrêt de renvoi (à la cour d'assises, tant au bourgmestre) du lieu du domicile de l'accusé, s'il est connu, qu'à celui du lieu où le délit a été commis. <L 10-07-1967, Art. 1, 128°>

Art. 246. De verdachte te wiens aanzien het hof van beroep beslist heeft dat er geen grond is om hem naar het hof van assisen (...) te verwijzen, kan wegens hetzelfde feit niet meer voor dat hof worden gebracht, tenzij nieuwe bezwaren zijn ingekomen. <W 10-07-1967, Art. 1, 129°>

Art. 246. (L'inculpé à l'égard duquel la cour d'appel) aura décidé qu'il n'y a pas lieu au renvoi à l'une de ces cours, ne pourra plus y être traduit à raison du même fait, à moins qu'il ne survienne de nouvelles charges. <L 10-07-1967, Art. 1, 129°>

Art. 247. Als nieuwe bezwaren worden beschouwd de verklaringen van getuigen, de stukken en de processen-verbaal, die niet konden worden onderworpen aan het onderzoek van het hof van beroep en toch geschikt zijn om de bewijzen te versterken die het hof te zwak heeft bevonden, of om aangaande de feiten nadere gegevens te verstrekken die het vinden van de waarheid kunnen bevorderen.

Art. 247. Sont considérés comme charges nouvelles, les déclarations de témoins, pièces et procès-verbaux qui n'ayant pas pu être soumis à l'examen de la (cour d'appel), sont cependant de nature, soit à fortifier les preuves que la cour aurait trouvées trop faibles, soit à donner aux faits de nouveaux développements utiles à la manifestation de la vérité. <L 10-07-1967, Art. 1, 249°>

Art. 248. In dat geval zendt de officier van gerechtelijke politie of de onderzoeksrechter onverwijld afschrift van de stukken en bezwaren aan de procureur-generaal bij het hof van beroep; op vordering van de procureur-generaal wijst de voorzitter van de kamer van inbeschuldigingstelling de rechter aan, voor wie op vervolging van de ambtenaar van het openbaar ministerie een nieuw onderzoek zal plaatsvinden overeenkomstig hetgeen voorgeschreven is.

Art. 248. En ce cas, l'officier de police judiciaire ou de juge d'instruction adressera, sans délai, copie des pièces et charges au (procureur général près la cour d'appel); et sur la réquisition du procureur général (le président de la chambre des mises en accusation) indiquera le juge devant lequel il sera, à la poursuite de l'officier du ministère public, procédé à une nouvelle instruction, conformément à ce qui a été prescrit.

Evenwel kan de onderzoeksrechter, indien er reden toe is, op grond van de nieuwe bezwaren en vóór hun verzending aan de procureur-generaal een bevel tot bewaring uitvaardigen tegen de verdachte die reeds in vrijheid mocht zijn gesteld overeenkomstig de bepalingen van Art. 229.

Pourra toutefois le juge d'instruction décerner, s'il y a lieu, sur les nouvelles charges, et avant leur envoi au procureur général, un mandat de dépôt contre (l'inculpé) qui aurait été déjà mis en liberté d'après les dispositions de l'article 229. <L 10-07-1967, Art. 1, 130° et 1, 249°>

Art. 249. De procureur des Konings zendt om de acht dagen aan de procureur-generaal een staat van alle criminele, correctionele of politiezaken die zich hebben voorgedaan.

Art. 249. Le (procureur du Roi) enverra, tous les huit jours, au procureur général, une notice de toutes les affaires criminelles, (correctionnelles ou de police), qui seront survenues. <L 10-07-1967, Art. 1, 131°>

Page 129: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 250. Wanneer de procureur-generaal in die staat correctionele of politiezaken vindt die kenmerken van een zwaarder misdrijf vertonen, kan hij binnen vijftien dagen na de ontvangst van de staat de overbrenging van de stukken bevelen; daarna binnen een andere termijn van vijftien dagen na de dag van de ontvangst van de stukken doet hij zodanige vorderingen als hij geraden had, waarna het hof binnen drie dagen beschikt zoals het behoort.

Art. 250. Lorsque, dans la notice des causes (correctionnelles ou de police), le procureur général trouvera qu'elles présentent des caractères plus graves, il pourra ordonner l'apport des pièces dans la quinzaine seulement de la réception de la notice, pour ensuite être par lui fait, dans un autre délai de quinzaine du jour de la réception des pièces, telles réquisitions qu'il estimera convenables, et par la cour être ordonné, dans le délai de trois jours, ce qu'il appartiendra. <L 10-07-1967, Art. 1, 132°>

HOOFDSTUK II. - VORMING VAN DE HOVEN VAN ASSISEN.

CHAPITRE II. - DE LA FORMATION DES COURS D'ASSISES.

Art. 251. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 251. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 252. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 252. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 253. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 253. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 254. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 254. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 255. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 255. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 256. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 256. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 257. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 257. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 258. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 258. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 259. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 259. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 260. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 260. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 261. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 2, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 261. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 2, 010; ED : 27-03-2001>

Art. 262. De arresten van het hof van assisen kunnen slechts worden bestreden door het rechtsmiddel van cassatie en in de vorm bij de wet bepaald.

Art. 262. Les arrêts de la cour d'assises ne pourront être attaqués que par la voie de la cassation et dans les formes déterminées par la loi.

Art. 263. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 263. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 264. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 133° en W 10-10-1967, Art. 32>

Art. 264. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 133° et L 10-10-1967, Art. 32>

Art. 265. De procureur-generaal kan, zelfs indien hij tegenwoordig is, zijn ambtsverrichtingen opdragen aan een van zijn substituten.

Art. 265. Le procureur général pourra, même étant présent, déléguer ses fonctions à l'un de ses substituts.

Deze bepaling geldt voor het hof van beroep en voor het hof van assisen.

Cette disposition est commune à la (cour d'appel) et à la cour d'assises. <L 10-07-1967, Art. 1, 134°>

Page 130: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

§ I. AMBTSVERRICHTINGEN VAN DE VOORZITTER.

§ I. FONCTIONS DU PRESIDENT.

Art. 266. (Opgeheven) <W 10-10-1967, Art. 23> Art. 266. (Abrogé) <L 10-10-1967, Art. 23> Art. 267. Hij is er bovendien persoonlijk mee belast de gezworenen bij de uitoefening van hun taak te leiden, de zaak waarover zij moeten beraadslagen uiteen te zetten, zelfs hen op hun plicht te wijzen, het gehele onderzoek voor te zitten en te bepalen in welke volgorde het woord zal worden verleend aan hen die het vragen.

Art. 267. Il sera de plus chargé personnellement de diriger les jurés dans l'exercice de leurs fonctions, de leur exposer l'affaire sur laquelle ils auront à délibérer, même de leur rappeler leur devoir, de présider à toute l'instruction, et de déterminer l'ordre entre ceux qui demanderont à parler.

Hij is belast met de handhaving van de orde ter terechtzitting.

Il aura la police de l'audience.

(Hij mag evenwel op voorbehouden plaatsen geen personen toelaten waarvan de tegenwoordigheid niet is verantwoord, hetzij door het onderzoek van de zaak of door de dienst bij de terechtzitting, hetzij wegens hun ambt of beroep). <W 18-08-1907, enig art.>�

(Néanmoins, il ne pourra admettre à des places réservées les personnes dont la présence ne serait pas justifiée, soit par l'instruction de la cause ou le service de l'audience, soit à raison de leurs fonctions ou professions.) <L 18-08-1907, Art. unique>

Art. 268. De voorzitter bezit een discretionaire macht, krachtens welke hij alles vermag te doen wat hij nuttig acht om de waarheid te vinden; de wet schrijft hem voor naar eer en geweten al zijn krachten in te spannen om de waarheid aan de dag te brengen.

Art. 268. Le président est investi d'un pouvoir discrétionnaire, en vertu duquel il pourra prendre sur lui tout ce qu'il croira utile pour découvrir la vérité; et la loi charge son honneur et sa conscience d'employer tous ses efforts pour en favoriser la manifestation.

Art. 269. Hij kan in de loop van de debatten alle personen oproepen, zelfs bij bevel tot medebrenging, en hen verhoren, of zich alle nieuwe stukken doen brengen, die, volgens de nadere gegevens ter terechtzitting verstrekt door de beschuldigden of door de getuigen, naar zijn oordeel op het betwiste feit meer licht kunnen werpen.

Art. 269. Il pourra dans le cours des débats, appeler, même par mandat d'amener, et entendre toutes personnes, ou se faire apporter toutes nouvelles pièces qui lui paraîtraient, d'après les nouveaux développements donnés à l'audience, soit par les accusés, soit par les témoins, pouvoir répandre un jour utile sur le fait contesté.

(De aldus opgeroepen getuigen worden gehoord overeenkomstig de bij de artikelen 317 en volgende bepaalde voorschriften.) <W 2000-06-30/47, Art. 3, 010; En vigueur : 27-03-2001>

(Les témoins ainsi appelés seront entendus dans les formes prévues aux articles 317 et suivants.) <L 2000-06-30/47, Art. 3, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 270. Alles wat de debatten zou verlengen zonder hoop te geven op meer zekerheid omtrent de uitkomst, moet door de voorzitter worden afgewezen.

Art. 270. Le président devra rejeter tout ce qui tendrait à prolonger les débats sans donner lieu d'espérer plus de certitude dans les résultats.

§ II. (AMBTSVERRICHTINGEN VAN DE PROCUREUR-GENERAAL BIJ HET HOF VAN BEROEP). <W 10-07-1967, Art. 1, 135°>

§ II. (FONCTIONS DU PROCUREUR GENERAL PRES LA COUR D'APPEL). <L 10-07-1967, Art. 1, 135°>

Art. 271. De procureur-generaal vervolgt, hetzij zelf, hetzij door zijn substituut, elke persoon die in beschuldiging gesteld is in de vorm voorgeschreven in het eerste HOOFDSTUK van deze titel. Hij mag geen andere beschuldiging voor het hof brengen op straffe van nietigheid, en, indien daartoe grond bestaat, kan tegen hem verhaal op de rechter worden ingesteld.

Art. 271. Le (procureur général) poursuivra, soit par lui-même, soit par son substitut, toute personne mise en accusation suivant les formes prescrites au CHAPITRE 1er du présent titre. Il ne pourra porter à la cour aucune autre accusation, à peine de nullité, et, s'il y a lieu, de prise à partie. <L 10-07-1967, Art. 1, 136°>

Page 131: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 272. Zodra de procureur-generaal of zijn substituut de stukken ontvangen heeft, draagt hij er de grootste zorg voor dat de voorbereidende handelingen verricht worden en dat alles in gereedheid is om de debatten op het tijdstip van de opening van de assisen te kunnen beginnen.

Art. 272. Aussitôt que le procureur général ou son substitut aura recu les pièces, il apportera tous ses soins à ce que les actes préliminaires soient faits et que tout soit en état, pour que les débats puissent commencer à l'époque de l'ouverture des assises.

Art. 273. Hij woont de debatten bij; hij vordert de toepassing van de straf; hij is tegenwoordig bij de uitspraak van het arrest.

Art. 273. Il assistera aux débats; il requerra l'application de la peine; il sera présent à la prononciation de l'arrêt.

Art. 274. De procureur-generaal geeft aan de procureur des Konings ambtshalve of op bevel van de minister van Justitie opdracht om de misdrijven waarvan hij kennis draagt, te vervolgen.

Art. 274. Le procureur général, soit d'office, soit par les ordres du ministre de la justice, charge le (procureur du Roi) de poursuivre les délits dont il a connaissance. <L 10-07-1967, Art. 1, 137°>

Art. 275. Hij ontvangt de aangiften en de klachten die rechtstreeks bij hem ingediend worden, hetzij door het hof van beroep, hetzij door een openbaar ambtenaar, hetzij door een gewoon burger, en hij tekent ze op in een register.

Art. 275. Il recoit les dénonciations et les plaintes qui lui sont adressées directement soit par la (cour d'appel), soit par un fonctionnaire public, soit par un simple citoyen, et il en tient registre.

Hij doet ze aan de procureur des Konings toekomen. Il les transmet aux (procureurs du Roi). <L 10-07-1967, Art. 1, 138°>

Art. 276. Hij doet in naam van de wet alle vorderingen die hij nuttig oordeelt; het hof is gehouden hem akte ervan te verlenen en erover te beslissen.

Art. 276. Il fait, au nom de la loi, toutes les réquisitions qu'il juge utiles; la cour est tenue de lui en donner acte et d'en délibérer.

Art. 277. De vorderingen van de procureur-generaal moeten door hem getekend worden; die welke gedaan worden in de loop van de debatten, worden door de griffier in zijn proces-verbaal opgenomen en eveneens door de procureur-generaal getekend; alle beslissingen waartoe die vorderingen aanleiding hebben gegeven, worden getekend door de rechter die heeft voorgezeten en door de griffier.

Art. 277. Les réquisitions du procureur général doivent être de lui signées; celles faites dans le cours d'un débat seront retenues par le greffier sur son procès-verbal, et elles seront aussi signées par le procureur général; toutes les décisions auxquelles auront donné lieu ces réquisitions seront signées par le juge qui aura présidé et par le greffier.

Art. 278. Wanneer het hof de vordering van de procureur-generaal niet inwilligt, wordt noch het onderzoek noch de uitspraak gestuit of geschorst, met dien verstande evenwel dat de procureur-generaal na het arrest zich in cassatie kan voorzien, indien daartoe grond bestaat.

Art. 278. Lorsque la cour ne déférera pas à la réquisition du procureur général, l'instruction ni le jugement ne seront arrêtés ni suspendus, sauf après l'arrêt, s'il y a lieu, le recours en cassation par le procureur général.

Art. 279. (Alle officieren van gerechtelijke politie staan onder toezicht van, al naar gelang van het door de wet gemaakte onderscheid, de procureur-generaal bij het hof van beroep of de federale procureur.) <W 1998-12-22/48, Art. 27, 007; En vigueur : 21-05-2002>

Art. 279. (Tous les officiers de police judiciaire sont soumis à la surveillance, selon la distinction établie par la loi, du procureur général près la Cour d'appel ou du procureur fédéral.) <L 1998-12-22/48, Art. 27; 007; En vigueur : 21-05-2002>

Al degenen die, volgens artikel 9 van dit wetboek, uit hoofde van een ambt, zelfs van een bestuursambt, door de wet belast zijn met het verrichten van sommige daden van gerechtelijke politie, staan, doch alleen in dit verband, onder hetzelfde toezicht.

Tous ceux qui, d'après l'article 9 du présent Code, sont, à raison de fonctions, même administratives, appelés par la loi à faire quelques actes de la police judiciaire, sont, sous ce rapport seulement, soumis à la même surveillance.

Page 132: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 280. De officieren van gerechtelijke politie (...) worden, in geval van nalatigheid, door de procureur-generaal gewaarschuwd; hij tekent deze waarschuwing op in een daartoe gehouden register. <L 1998-03-12/39, Art. 35, 006; En vigueur : 1998-10-02>�

Art. 280. En cas de négligence des officiers de police judiciaire (...), le procureur général les avertira; cet avertissement sera consigné par lui sur un registre tenu à cet effet. <L 1998-03-12/39, Art. 35, 006; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 281. In geval van herhaling klaagt de procureur-generaal hen aan bij het hof.

Art. 281. En cas de récidive, le procureur général les dénoncera à la cour.

Met machtiging van het hof doet de procureur-generaal hen dagvaarden voor de raadkamer.

Sur l'autorisation de la cour, le procureur général les fera citer à la chambre du conseil.

Het hof maant hen aan in het vervolg nauwgezetter te zijn en veroordeelt hen in de kosten zowel van de dagvaarding als van de uitgifte en van de betekening van het arrest.

La cour leur enjoindra d'être plus exacts à l'avenir, et les condamnera aux frais tant de la citation que de l'expédition et de la signification de l'arrêt.

Art. 282. Herhaling bestaat wanneer de ambtenaar in enigerlei zaak opnieuw in gebreke wordt bevonden binnen een jaar te rekenen van de dag van de in het register opgetekende waarschuwing.

Art. 282. Il y aura récidive lorsque le fonctionnaire sera repris, pour quelque affaire que ce soit, avant l'expiration d'une année, à compter du jour de l'avertissement consigné sur le registre.

Art. 282bis. <KB 275 30-03-1936, enig art.> De aanmaning, krachtens artikel 281 door het hof gedaan, evenals elke nieuwe waarschuwing door de procureur-generaal gegeven aan een commissaris voor gerechtelijke opdrachten of een gerechtelijk officier bij het parket, (aan een lid van de gemeentepolitie, bekleed met de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings) of een adjunct-commissaris van politie, aan een officier van de rijkswacht, aan een veldwachter of aan een boswachter, zelfs na verloop van een jaar te rekenen van de eerste waarschuwing, hebben het verlies van acht dagen wedde ten gevolge. <KB 1991-08-05/67, Art. 6, 003; En vigueur : 01-11-1991>

Art. 282bis. <AR 275 30-03-1936, Art. unique> L'injonction faite par la cour en vertu de l'article 281, de même que tout nouvel avertissement donné par le procureur général à un commissaire aux délégations judiciaires ou officier judiciaire près le parquet, (à un membre de la police communale, revêtu de la qualité d'officier de police judiciaire auxiliaire du procureur du Roi), à un officier de gendarmerie, à un garde champêtre ou à un garde forestier, même après l'expiration d'une année à compter du premier avertissement, emporteront privation du traitement pendant une durée de huit jours. <AR 1991-08-05/67, Art. 6, 003; En vigueur : 01-11-1991>

Art. 283. In alle gevallen waarin de procureurs des Konings en de voorzitters gemachtigd zijn om de ambtsverrichtingen van officier van gerechtelijke politie of van onderzoeksrechter waar te nemen, kunnen zij aan de procureur des Konings, de onderzoeksrechter en de vrederechter, zelfs van een (rechterlijk arrondissement) gelegen nabij de plaats van het misdrijf, de ambtsverrichtingen waarmee zij onderscheidenlijk belast zijn, opdragen, met uitzondering van het verlenen tegen de verdachten van de bevelen tot medebrenging, tot bewaring en tot aanhouding. <W 10-07-1967, Art. 1, 139° en 1, 249°>

Art. 283. Dans tout les cas où les (procureurs du Roi) et les présidents sont autorisés à remplir les fonctions d'officier de police judiciaire ou de juge d'instruction, ils pourront déléguer au (procureur du Roi), au juge d'instruction et au juge de paix, même d'un (arrondissement judiciaire) voisin du lieu du délit, les fonctions qui leur sont respectivement attribuées, autres que le pouvoir de délivrer les mandats d'amener, de dépôt et d'arrêt contre les (inculpés). <L 10-07-1967, Art. 1, 139° et 1, 249°>

Art. 284. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 284. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 285. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 285. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 286. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 286. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 287. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 287. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 140°>

Page 133: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 288. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 288. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 289. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 289. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 290. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 140°> Art. 290. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 140°> HOOFDSTUK III. - RECHTSPLEGING VOOR HET HOF VAN ASSISEN.

CHAPITRE III. - DE LA PROCEDURE DEVANT LA COUR D'ASSISES.

Art. 291. <W 2000-06-30/47, Art. 4, 010; En vigueur : 27-03-2001> Het arrest van verwijzing naar het hof van assisen wordt aan de beschuldigde en aan de andere partijen betekend.

Art. 291. <L 2000-06-30/47, Art. 4, 010; En vigueur : 27-03-2001> L'arrêt portant renvoi à la cour d'assises est signifié à l'accusé et aux autres parties.

Die betekening moet aan de persoon worden gedaan indien de beschuldigde zich in hechtenis bevindt.

Cette signification doit être faite à personne si l'accusée est détenu.

Art. 292. <W 2000-06-30/47, Art. 5, 010; En vigueur : 27-03-2001> De procureur-generaal en de andere partijen hebben het recht een voorziening in cassatie in te stellen tegen het arrest van verwijzing naar het hof van assisen. Die voorziening moet in elk geval binnen vijftien dagen na de bij artikel 291 bepaalde betekening worden ingesteld, door een verklaring gedaan op de griffie van het hof van beroep in de bij artikel 417 bepaalde vorm.

Art. 292. <L 2000-06-30/47, Art. 5, 010; En vigueur : 27-03-2001> Le procureur général et les autres parties ont le droit de former un pourvoi en cassation contre l'arrêt portant renvoi à la cour d'assises. Dans tous les cas, ce pourvoi sera formé dans les quinze jours de la signification prévue à l'article 291, par une déclaration faite au greffe de la cour d'appel dans les formes prévues à l'article 417.

Art. 292bis. <ingevoegd bij W 2000-06-30/47, Art. 6; En vigueur : 27-03-2001> In de verklaring moet de grond van de voorziening worden opgeheven.

Art. 292bis. <inséré par L 2000-06-30/47, Art. 6; En vigueur : 27-03-2001> La déclaration doit énoncer l'objet du pourvoi.

Onverminderd artikel 416, tweede lid, kan de voorziening alleen worden ingesteld tegen het arrest van verwijzing naar het hof van assisen in een van de volgende gevallen :

Sans préjudice de l'article 416, alinéa 2, ce pourvoi ne peut être formé que contre l'arrêt de renvoi à la cour d'assises, et dans les cas suivants :

1° wanneer het feit geen misdaad is volgens de wet; 1° si le fait n'est pas qualifié crime par la loi; 2° wanneer het openbaar ministerie niet gehoord is; 2° si le ministère public n'a pas été entendu; 3° wanneer het arrest niet gewezen is door het bij de wet bepaalde aantal rechters;

3° si l'arrêt n'a pas été rendu par le nombre de juges fixé par la loi;

4° wanneer de wettelijke voorschriften betreffende het gebruik van de talen in gerechtszaken niet werden nageleefd;

4° si les dispositions légales relatives à l'emploi des langues en matière judiciaire n'ont pas été respectées;

5° wanneer de in artikel 223 voorgeschreven regels van de tegenspraak niet werden nageleefd.

5° si les règles de la procédure contradictoire prévues à l'article 223 n'ont pas été respectées.

Art. 292ter. <ingevoegd bij W 2000-06-30/47, Art. 7; En vigueur : 27-03-2001> Zodra de griffier de verklaring ontvangen heeft, doet de procureur-generaal bij het hof van beroep een uitgifte van het arrest toekomen aan de procureur-generaal bij het Hof van Cassatie, dat gehouden is, met voorrang boven alle andere zaken, uitspraak te doen.

Art. 292ter. <inséré par L 2000-06-30/47, Art. 7; ED : 27-03-2001> Aussitôt qu'elle aura été reçue par le greffier, l'expédition de l'arrêt sera transmise par le procureur général près la cour d'appel au procureur général près la Cour de cassation, laquelle sera tenue de se prononcer toutes affaires cessantes.

Page 134: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

1?31,Art. 293. <W 2000-06-30/47, Art. 8, 010; En vigueur : 27-03-2001> De voorzitter kan de beschuldigde ondervragen. In dat geval wordt de ondervraging vastgesteld bij een proces-verbaal dat wordt ondertekend door de voorzitter, de griffier, de beschuldigde en, in voorkomend geval, de tolk.

Art. 293. <L 2000-06-30/47, Art. 8, 010; En vigueur : 27-03-2001> Le président pourra interroger l'accusé. Dans ce cas, l'interrogatoire est constaté par un procès-verbal que signent le président, le greffier, l'accusé et s'il y a lieu, l'interprète.

Art. 294. <W 2000-06-30/47, Art. 9, 010; En vigueur : 27-03-2001> De procureur-generaal laat in één exploot de akte van beschuldiging en de dagvaarding om voor het hof van assisen te verschijnen aan de beschuldigde betekenen. Die betekening moet aan de persoon worden gedaan indien de beschuldigde zich in hechtenis bevindt.

Art. 294. <L 2000-06-30/47, Art. 9, 010; En vigueur : 27-03-2001> Le procureur général fait signifier à l'accusé par un seul exploit l'acte d'accusation et la citation à comparaître devant la cour d'assises. Cette signification doit être faite à personne si l'accusé est détenu.

Art. 295. <W 2000-06-30/47, Art. 10, 010; En vigueur : 27-03-2001> De termijn van dagvaarding is twee maanden, tenzij de partijen daar uitdrukkelijk afstand van doen. Bij niet-naleving van deze termijn en op voorwaarde dat een van de partijen die niet-naleving opwerpt uiterlijk bij de opening van de zitting en vóór alle exceptie of verweer, bepaalt de voorzitter van het hof van assisen bij beschikking ambtshalve een nieuwe datum en een nieuw uur voor de opening van de zitting.

Art. 295. <L 2000-06-30/47, Art. 10, 010; En vigueur : 27-03-2001> Le délai de citation est de deux mois, à moins que les parties y renoncent expressément. Si ce délai n'est pas respecté et qu'une des parties invoque ce non-respect au plus tard lors de l'ouverture de la session et avant toute exception ou défense, le président de la cour d'assises fixe d'office, par ordonnance, une nouvelle date et nouvelle heure pour l'ouverture de la session.

De beschuldigde kan vóór de opening van de zitting afzien van die termijn door een verklaring op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg van de plaats waar het hof van assisen zitting zal houden. Indien de beschuldigde zich in hechtenis bevindt, kan die verklaring worden gedaan in de vorm bepaald bij de wet van 25 juli 1893 betreffende de verklaringen van hoger beroep of van voorziening in cassatie van de gedetineerde of geïnterneerde personen.

L'accusé peut renoncer à ce délai avant l'ouverture de la session par une déclaration faite au greffe du tribunal de première instance du lieu où siégera la cour d'assises. Lorsque l'accusé est détenu, cette déclaration peut être faite dans les formes prévues par la loi du 25 juillet 1893 relative aux déclarations d'appel ou de recours en cassation des personnes détenues ou internées.

Art. 296. <W 2000-06-30/47, Art. 11, 010; En vigueur : 27-03-2001> Na de verwijzing behoudt de beschuldigde het recht om vrij verke er te hebben met zijn raadsman.

Art. 296. <L 2000-06-30/47, Art. 11, 010; En vigueur : 27-03-2001> Après le renvoi, l'accusé conserve le droit de communiquer librement avec son conseil.

Art. 297. <W 2000-06-30/47, Art. 12, 010; En vigueur : 27-03-2001> Ter griffie aan de beschuldigde en aan de burgerlijke partij inzage in het dossier verleend. De beschuldigde alsook de burgerlijke partij kunnen, op hun verzoek, kosteloos een afschrift van het dossier verkrijgen.

Art. 297. <L 2000-06-30/47, Art. 12, 010; En vigueur : 27-03-2001> L'accusé et la partie civile ont la faculté de consulter le dossier au greffe. S'ils en font la demande, l'accusé ainsi que la partie civile peuvent obtenir gratuitement une copie du dossier.

Page 135: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 298. <W 2000-06-30/47, Art. 13, 010; En vigueur : 27-03-2001> Zo de voorzitter het gerechtelijk onderzoek onvolledig acht of z o er sedert het afsluiten van het onderzoek nieuwe gegevens aan het licht zijn gekomen, kan hij alle onderzoeksdaden bevelen die hij nuttig acht, met uitzondering van een bevel tot aanhouding. De processen-verbaal en andere stukken of documenten die tijdens dat aanvullend gerechtelijk onderzoek worden verzameld, worden neergelegd ter griffie en bij het dossier van de rechtspleging gevoegd.

Art. 298. <L 2000-06-30/47, Art. 13, 010; En vigueur : 27-03-2001> Le président, s'il estime l'instruction incomplète ou si des éléments nouveaux ont été révélés depuis sa clôture, peut ordonner tous actes d'instruction qu'il estimera utiles, à l'exception d'un mandat d'arrêt. Les procès-verbaux et autres pièces ou documents réunis au cours de cette instruction supplémentaire sont déposés au greffe et joints au dossier de la procédure.

De griffier stelt de procureur-generaal en de partijen van die neerlegging in kennis en bezorgt aan elk van de partijen kosteloos een afschrift van het aanvullend dossier.

Le greffier informe le procureur général et les parties de ce dépôt et délivre à chacune des parties une copie gratuite du dossier complémentaire.

Art. 299. <W 2000-06-30/47, Art. 14, 010; En vigueur : 27-03-2001> Vóór de opening van de zitting kan de voorzitter van ambtswege of op verzoek van het openbaar ministerie, de beschuldigde of de burgerlijke partij bevelen een zaak die niet in staat van wijzen is, naar een latere zitting te verwijzen of het tijdstip waarop de debatten zullen aanvatten, uit te stellen.

Art. 299. <L 2000-06-30/47, Art. 14, 010; En vigueur : 27-03-2001> Avant l'ouverture de la session, le président peut, soit d'office, soit sur demande du ministère public, de l'accusé ou de la partie civile, ordonner le renvoi à une session ultérieure d'une affaire qui n'est pas en état d'être jugée ou proroger la date à laquelle débuteront les débats.

Art. 300. (Opgeheven) <W 1998-03-12/39, Art. 36, 006; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 300. (Abrogé) <L 1998-03-12/39, Art. 36, 006; ED : 1998-10-02>

Art. 301. (Opgeheven) <W 1998-03-12/39, Art. 36, 006; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 301. (Abrogé) <L 1998-03-12/39, Art. 36, 006; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 302. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 15, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 302. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 15, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 303. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 15, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 303. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 15, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 304. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 15, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 304. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 15, 010; ED : 27-03-2001>

Art. 305. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 15, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 305. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 15, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 306. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 15, 010; En vigueur : 27-03-2001>is af te leggen, worden door het hof van assisen gevonnist en overeenkomstig artikel 80 gestraft.

Art. 306. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 15, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 307. Wanneer wegens een zelfde misdrijf verscheidene akten van beschuldiging zijn opgemaakt tegen verschillende beschuldigden, kan de procureur-generaal de samenvoeging vorderen en kan de voorzitter deze zelfs ambtshalve bevelen.

Art. 307. Lorsqu'il aura été formé, à raison du même délit, plusieurs actes d'accusation contre différents accusés, le procureur général pourra en requérir la jonction, et le président pourra l'ordonner, même d'office.

Page 136: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 308. Wanneer de akte van beschuldiging verscheidene niet samenhangende misdrijven bevat, kan de procureur-generaal vorderen dat de beschuldigden vooralsnog slechts voor één of voor sommige van die misdrijven zullen terechtstaan, en de voorzitter kan dit ambtshalve bevelen.

Art. 308. Lorsque l'acte d'accusation contiendra plusieurs délits non connexes, le procureur général pourra requérir que les accusés ne soient mis en jugement, quant à présent, que sur l'un ou quelques-uns de ces délits, et le président pourra l'ordonner d'office.

Art. 309. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 15, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 309. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 15, 010; ED : 27-03-2001>

HOOFDSTUK IV. - ONDERZOEK, (ARREST) EN TENUITVOERLEGGING. <W 2000-06-30/47, Art. 16, 010; En vigueur : 27-03-2001>

CHAPITRE IV. - DE L'EXAMEN, (DE L'ARRET) ET DE L'EXECUTION. <L 2000-06-30/47, Art. 16, 010; En vigueur : 27-03-2001>

AFDELING I. - ONDERZOEK. SECTION I. - DE L'EXAMEN. Art. 310. De beschuldigde verschijnt ongeboeid en wordt slechts vergezeld door bewakers om te beletten dat hij ontvlucht. De voorzitter vraagt hem zijn naam, zijn voornamen, zijn leeftijd, zijn beroep, zijn woonplaats en zijn geboorteplaats.

Art. 310. L'accusé comparaîtra libre et seulement accompagné de gardes pour l'empêcher de s'évader. Le président lui demandera son nom, ses prénoms, son âge, sa profession, sa demeure et le lieu de sa naissance.

(Het bepaalde in artikel 190, eerste lid, geldt eveneens voor de hoven van assisen.) <W 04-07-1989, Art. 6>

(La disposition de l'article 190, alinéa premier, vaut également pour les cours d'assises.) <L 04-07-1989, Art. 6>

Art. 311. (Opgeheven) <W 21-12-1962, enig art.> Art. 311. (Abrogé) <L 21-12-1961, Art. unique> Art. 312. <W 27-05-1974, Art. 2> De voorzitter richt tot de gezworenen, die hem rechtstaand aanhoren, de volgende toespraak :

Art. 312. <L 27-05-1974, Art. 2> Le président adressera aux jurés debout le discours suivant :

" Gij zweert en belooft dat gij de aan N. ten laste gelegde feiten met de grootste aandacht zult onderzoeken; dat gij geen afbreuk zult doen aan de belangen van de beschuldigde of aan de belangen van de maatschappij, die hem beschuldigt; dat gij met niemand in verbinding zult komen voordat uw verklaring is afgelegd; dat gij geen gehoor zult geven aan haat of kwaadwilligheid, aan vrees of genegenheid; dat gij zult beslissen op grond van de aangevoerde bezwaren en de middelen van verdediging, naar uw geweten en uw innige overtuiging, met onpartijdigheid en vastberadenheid zoals het een vrij en rechtschapen mens betaamt ".

" Vous jurez et promettez d'examiner avec l'attention la plus scrupuleuse les charges qui seront portées contre N., de ne trahir ni les intérêts de l'accusé, ni ceux de la société qui l'accuse; de ne communiquer avec personne jusqu'après votre déclaration; de n'écouter ni la haine ou la méchanceté, ni la crainte ou l'affection; de vous décider d'après les charges et les moyens de défense, suivant votre conscience et votre intime conviction, avec l'impartialité et la fermeté qui conviennent à un homme probe et libre ".

of : ou :

Page 137: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

" Vous jurez et promettez d'examiner avec l'attention la plus scrupuleuse les charges qui seront portées contre N., de ne trahir ni les intérêts de l'accusé, ni ceux de la société qui l'accuse; de ne communiquer avec personne jusqu'après votre déclaration; de n'écouter ni la haine ou la méchanceté, ni la crainte ou l'affection; de vous décider d'après les charges et les moyens de défense, suivant votre conscience et votre intime conviction, avec l'impartialité et la fermeté qui conviennent à un homme probe et libre ".

" Gij zweert en belooft dat gij de aan N. ten laste gelegde feiten met de grootste aandacht zult onderzoeken; dat gij geen afbreuk zult doen aan de belangen van de beschuldigde of aan de belangen van de maatschappij, die hem beschuldigd; dat gij met niemand in verbinding zult komen voordat uw verklaring is afgelegd; dat gij geen gehoor zult geven aan haat of kwaadwilligheid, aan vrees of genegenheid; dat gij zult beslissen op grond van de aangevoerde bezwaren en de middelen van verdediging, naar uw geweten en uw innige overtuiging, met onpartijdigheid en vastberadenheid zoals het een vrij en rechtschapen mens betaamt ".

of : ou : " Sie schwören und versprechen, die gegen N. erhobenen Beschuldigungen mit grösster Aufmerksamkeit zu prüfen, weder das Interesse des Angeklagten noch das der menschlichen Gesellschaft, die Anklage gegen ihn erhebt, zu verletzen; mit niemandem bis zur Abgabe Ihrer Erklärung in Verbindung zu treten; sich weder von Hass noch Bosheit, Furcht oder Zuneigung leiten zu lassen; Ihre Entscheidung aufgrund der vorgebrachten Belastungs- und Entlastungsmittel zu füllen, und zwar nach Ihrem Gewissen und Ihrer festen Ueberzeugung, mit der Unparteilichkeit und Standhaftigkeit eines freien und anständigen Menschen ".

" Sie schwören und versprechen, die gegen N. erhobenen Beschuldigungen mit grösster Aufmerksamkeit zu prüfen, weder das Interesse des Angeklagten noch das der menschlichen Gesellschaft, die Anklage gegen ihn erhebt, zu verletzen; mit niemandem bis zur Abgabe Ihrer Erklärung in Verbindung zu treten; sich weder von Hass noch Bosheit, Furcht oder Zuneiging leiten zu lassen; Ihre Entscheidung aufgrund der vorgebrachten Belastungs- und Entlastungsmittel zu fällen, und zwar nach Ihrem Gewissen und Ihrer festen Ueberzeugung, mit der Unparteilichkeit und Standhaftigkeit eines freien und anständigen Menschen ".

De gezworenen, een voor een door de voorzitter genoemd, antwoorden met opgeheven hand " Ik zweer het ", op straffe van nietigheid.

Chacun des jurés, appelés individuellement par le président, répondra en levant la main : " Je le jure " à peine de nullité.

Art. 312bis. <ingevoegd bij W 2000-06-30/47, Art. 17; En vigueur : 27-03-2001> De partijen dienen, vooraleer tot de voorlezing bedoeld in artikel 313 wordt overgegaan, de middelen bedoeld in artikel 235bis die zij aan de feitenrechter kunnen onderwerpen bij conclusie te omschrijven. Het hof doet daarover onmiddellijk uitspraak. De eis tot cassatie tegen dit arrest wordt ingesteld samen met de eis tegen het eindarrest, bedoeld in artikel 373.

Art. 312bis. <inséré par L 2000-06-30/47, Art. 17; ED : 27-03-2001> Avant qu'il soit procédé à la lecture visée à l'article 313, les parties doivent préciser par conclusions les moyens visés à l'article 235bis qu'elles peuvent soumettre au juge du fond. La cour statue immédiatement sur ceux-ci. La demande en cassation de cet arrêt est formée en même temps que la demande en cassation de l'arrêt définitif visée à l'article 373.

Art. 313. <W 2000-06-30/47, Art. 18, 010; En vigueur : 27-03-2001> Onmiddellijk daarna kan de voorzitter de griffier bevelen het arrest van verwijzing voor te lezen.

Art. 313. <L 2000-06-30/47, Art. 18, 010; En vigueur : 27-03-2001> Immédiatement après, le président peut ordonner au greffier de lire l'arrêt de renvoi.

Page 138: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Hij doet aan elke gezworene een afschrift overhandigen van de akte van beschuldiging en van de akte van verdediging, zo er een bestaat.

Il fait distribuer à chaque juré une copie de l'acte d'accusation et, s'il en existe, de l'acte de défense.

De procureur-generaal leest de akte van beschuldiging voor en de beschuldigde of zijn raadsman de akte van verdediging.

Le procureur général lit l'acte d'accusation et l'accusé ou son conseil l'acte de défens. <L 10-07-1967, Art. 1, 143°>

Art. 314. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 19, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 314. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 19, 010; ED : 27-03-2001>

Art. 315. De procureur-generaal zet het onderwerp van de beschuldiging uiteen; daarna legt hij de lijst over van de getuigen die hetzij op zijn verzoek, hetzij op verzoek van de burgerlijke partij of op verzoek van de beschuldigde moeten worden gehoord.�

Art. 315. Le procureur général exposera le sujet de l'accusation; il présentera ensuite la liste des témoins qui devront être entendus, soit à sa requête, soit à la requête de la partie civile, soit à celle de l'accusé.

Die lijst wordt door de griffier luidop voorgelezen. Cette liste sera lue à haute voix par le greffier. Daarin mogen slechts voorkomen de getuigen wier namen, beroep en verblijfplaats ten minste vierentwintig uren vóór hun verhoor aan de beschuldigde zijn betekend door de procureur-generaal of de burgerlijke partij, en door de beschuldigde aan de procureur-generaal (evenals het aantal getuigen van wie bepaalde identiteitsgegevens overeenkomstig artikel 317bis ter terechtzitting niet zullen worden vermeld), onverminderd de bevoegdheid aan de voorzitter verleend bij artikel 269.

Elle ne pourra contenir que les témoins dont les noms, profession et résidence auront été notifiés, vingt-quatre heures au moins avant l'examen de ces témoins, à l'accusé, par le procureur général ou la partie civile, et au procureur général par l'accusé (de même que le nombre de témoins dont certaines données d'identité ne seront pas mentionnées à l'audience conformément à l'article 317bis); sans préjudice de la faculté accordée au président par l'article 269. <L 2002-04-08/51, Art. 8, 013; En vigueur : 01-11-2002>

De beschuldigde en de procureur-generaal kunnen zich dientengevolge verzetten tegen het horen van een getuige die niet vermeld of niet duidelijk aangewezen is in de akte van betekening.

L'accusé et le procureur général pourront, en conséquence, s'opposer à l'audition d'un témoin qui n'aurait pas été indiqué ou qui n'aurait pas été clairement désigné dans l'acte de notification.

Het hof doet over dat verzet duidelijk uitspraak. La cour statuera de suite sur cette opposition. Art. 315bis. <ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 15; En vigueur : 01-11-2002> De getuige wiens identiteit met toepassing van de artikelen 86bis en 86ter verborgen werd gehouden, kan niet ter terechtzitting worden gedagvaard, tenzij hij daarin toestemt. De voorzitter leest zijn getuigenverklaring voor ter terechtzitting en vermeldt dat de identiteitsgegevens van deze getuige verborgen werden gehouden met toepassing van de artikelen 86bis en 86ter . Indien de getuige erin toestemt ter terechtzitting te getuigen, behoudt hij zijn volledige anonimiteit. In dit geval neemt de voorzitter de nodige maatregelen om de anonimiteit van de getuige te waarborgen.

Art. 315bis. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 15; ED : 01-11-2002> Le témoin dont l'identité a été tenue secrète en application des articles 86bis et 86ter , ne peut pas être cité comme témoin à l'audience, à moins qu'il n'y consente. Le président fait la lecture de ce témoignage à l'audience et mentionne que les données d'identité du témoin ont été tenues secrètes en application des articles 86bis et 86ter . Si le témoin consent à témoigner à l'audience, il conserve son anonymat complet. Dans ce cas, le président prend les mesures nécessaires pour garantir l'anonymat du témoin.

Page 139: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De voorzitter kan, hetzij ambtshalve, hetzij op vordering van het openbaar ministerie, hetzij op verzoek van de beschuldigde, de burgerlijke partij of hun raadslieden, de onderzoeksrechter gelasten om deze getuige opnieuw te verhoren of om een nieuwe getuige te verhoren met toepassing van de artikelen 86bis en 86ter , teneinde de waarheid aan de dag te brengen. De voorzitter kan beslissen dat hij aanwezig zal zijn bij het verhoor van de getuige door de onderzoeksrechter.

Le président peut ordonner au juge d'instruction, soit d'office, soit sur réquisition du ministère public, soit à la demande de l'accusé, de la partie civile ou de leurs conseils, de réentendre ce témoin ou d'entendre un nouveau témoin en application des articles 86bis et 86ter aux fins de manifestation de la vérité. Le président peut décider qu'il sera présent à l'audition du témoin par le juge d'instruction.

Art. 316. De voorzitter beveelt aan de getuigen zich te begeven naar de voor hen bestemde kamer. Zij zullen die slechts verlaten om hun getuigenis af te leggen. Zo nodig neemt de voorzitter maatregelen om de getuigen te beletten zich vóór het afleggen van hun getuigenis met elkaar te onderhouden over het misdrijf en over de beschuldigde.

Art. 316. Le président ordonnera aux témoins de se retirer dans la chambre qui leur sera destinée. Ils n'en sortiront que pour déposer. Le président prendra des précautions, s'il en est besoin, pour empêcher les témoins de conférer entre eux du délit et de l'accusé, avant leur déposition.

Art. 317. De getuigen worden ieder afzonderlijk gehoord, (in de door de voorzitter bepaalde volgorde). Alvorens te getuigen leggen zij, op straffe van nietigheid, de eed af dat zij zullen spreken zonder haat en zonder vrees, dat zij de gehele waarheid en niets dan de waarheid zullen zeggen. <W 2000-06-30/47, Art. 20, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 317. Les témoins déposeront séparément l'un de l'autre, (dans l'ordre établi par le président). Avant de déposer, ils prêteront, à peine de nullité, le serment de parler sans haine et sans crainte, de dire toute la vérité et rien que la vérité. (Toutefois, le président peut autoriser ou inviter les personnes entendues en qualité d'expert ou de témoin à disposer, pendant leur déposition, de notes qui ont été déposées préalablement ou à l'audience et qui sont jointes au dossier.) <L 2000-06-30/47, Art. 20, 010; En vigueur : 27-03-2001>

De voorzitter vraagt ze hun naam, voornamen, leeftijd, beroep, woonplaats of verblijfplaats, of zij de beschuldigde kenden vóór het feit dat in de akte van beschuldigde vermeld is, of zij bloedverwant of aanverwant zijn, hetzij van de beschuldigde, hetzij van de burgerlijke partij, en zo ja in welke graad; hij vraagt hun ook of zij niet in dienst zijn van een van beiden; daarna leggen de getuigen mondeling hun verklaring af.

Le président leur demandera leurs noms, prénoms, âge, profession, leur domicile ou résidence, s'ils connaissaient l'accusé avant le fait mentionné dans l'acte d'accusation, s'ils sont parents ou alliés, soit de l'accusé, soit de la partie civile, et à quel degré; il leur demandera encore s'ils ne sont pas attachés au service de l'un ou de l'autre; cela fait, les témoins déposeront oralement.

(Getuigen van wie de identiteit veranderd is, overeenkomstig de toepassing van artikel 104, § 2, leggen hun verklaring steeds onder hun oude identiteit af.) <W 2002-07-07/42, Art. 6, 014; En vigueur : 20-08-2002> ED : 27-03-2001>

(Les témoins ayant obtenu un changement d'identité conformément à l'article 104, § 2, déposeront toujours sous leur ancienne identité.) <L 2002-07-07/42, Art. 6, 014; En vigueur : 20-08-2002>

Page 140: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 317bis. <ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 9; En vigueur : 01-11-2002> De voorzitter die een getuige wil verhoren die niet door de onderzoeksrechter gehoord is, kan, hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek van de getuige, hetzij op vordering van het openbaar ministerie of op verzoek van de beschuldigde, de burgerlijke partij of hun raadslieden, beslissen dat ter terechtzitting en in het proces-verbaal van de terechtzitting geen melding wordt gemaakt van bepaalde identiteitsgegevens bedoeld in artikel 317, indien er een redelijk vermoeden bestaat dat de getuige, of een persoon uit diens naaste omgeving, ingevolge het bekend geraken van deze gegevens en ingevolge het afleggen van zijn verklaring een ernstig nadeel zou kunnen ondervinden. De voorzitter vermeldt de redenen hiervan ter terechtzitting. Deze worden opgenomen in het proces-verbaal.

Art. 317bis. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 9; En vigueur : 01-11-2002> Le président qui souhaite procéder à l'audition d'un temoin qui n'a pas éte entendu par le juge d'instruction, peut décider, soit d'office, soit à la demande du témoin, soit sur réquisition du ministère public ou à la requete de l'accusé, de la partie civile ou de leurs conseils, qu'il ne sera pas fait mention à l'audience et au procès-verbal de l'audience de certaines données d'identité prévues à l'article 317, s'il existe une présomption raisonnable que le témoin, ou une personne de son entourage, pourrait subir un prejudice grave à la suite de la divulgation de ces données et de sa déposition. Le président mentionne à l'audience les raisons qui l'ont incité à prendre cette décision. Celles-ci sont reprises au procès-verbal.

De getuige aan wie reeds gedeeltelijke anonimiteit werd toegekend overeenkomstig artikel 75bis, behoudt zijn gedeeltelijke anonimiteit. De gedeeltelijke anonimiteit toegekend overeenkomstig artikel 75bis of overeenkomstig het eerste lid van dit artikel staat het verhoor van de getuige ter terechtzitting niet in de weg.

Le témoin à qui a été octroyé l'anonymat partiel conformément à l'article 75bis conserve son anonymat partiel. L'anonymat partiel octroyé conformément à l'article 75bis ou conformément au premier alinéa du présent article, n'empêche pas l'audition du témoin à l'audience.

De procureur-generaal houdt een register bij van alle getuigen waarvan identiteitsgegevens overeenkomstig dit artikel niet werden vermeld ter terechtzitting.

Le procureur général tient un registre de tous les témoins dont des données d'identité, conformément à cet article, n'ont pas été mentionnées à l'audience.

De procureur-generaal en de voorzitter nemen ieder voor zich de maatregelen die redelijkerwijze nodig zijn om de onthulling van de in het eerste lid bedoelde identiteitsgegevens te voorkomen.

Le procureur général et le président prennent, chacun pour ce qui le concerne, les mesures raisonnablement nécessaires pour éviter la divulgation des données d'identité, visées à l'alinéa 1.

Art. 317ter. <ingevoegd bij W 2002-04-08/51, Art. 10; ED : 01-11-2002> In afwijking van artikel 317 dient geen melding te worden gemaakt van de woonplaats of verblijfplaats van de personen die in de uitoefening van hun beroepsactiviteit belast zijn met de vaststelling van en het onderzoek naar een misdrijf of naar aanleiding van de toepassing van de wet kennis nemen van omstandigheden waarin het misdrijf werd gepleegd, en die in die hoedanigheid als getuigen worden gehoord. In de plaats daarvan is het hun toegestaan hun dienstadres of het adres waarop zij gewoonlijk hun beroep uitoefenen op te geven. De dagvaarding om te getuigen kan regelmatig op dit adres worden betekend.

Art. 317ter. <inséré par L 2002-04-08/51, Art. 10; En vigueur : 01-11-2002> Par dérogation à l'article 317, il ne faut pas faire état du domicile ou de la résidence des personnes qui, dans l'exercice de leurs activités professionnelles, sont chargées de la constatation et de l'instruction d'une infraction ou qui, à l'occasion de l'application de la loi, prennent connaissance des circonstances dans lesquelles l'infraction a été commise, et qui sont en cette qualité entendues comme témoins. En lieu et place, elles peuvent indiquer leur adresse de service ou l'adresse à laquelle elles exercent habituellement leur profession. La citation à témoigner à l'audience peut être régulièrement signifiée à cette adresse.

Page 141: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 317quater. <Ingevoegd bij W 2002-08-02/71, Art. 5; En vigueur : 22-09-2002> § 1. Het hof kan op met redenen omklede vordering van de procureur-generaal beslissen om een bedreigde getuige aan wie de Getuigenbeschermingscommissie een beschermingsmaatregel heeft toegekend of een in het buitenland verblijvende getuige of deskundige wanneer ter zake wederkerigheid is gewaarborgd, met zijn instemming te horen via een videoconferentie, indien het niet wenselijk of mogelijk is dat de te horen persoon in persoon ter zitting verschijnt.

Art. 317quater. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 5; En vigueur : 22-09-2002> § 1er. La cour peut, sur réquisition motivée du procureur général décider d'entendre par le biais d'une vidéoconference un témoin menacé, à qui la Commission de protection des témoins a octroyé une mesure de protection, ou un témoin ou un expert résidant à l'étranger lorsque la réciprocité en la matière est garantie, avec son accord s'il n'est pas souhaitable ou possible que la personne à entendre comparaisse en personne à l'audience.

§ 2. Het hof kan op met redenen omklede vordering van de procureur-generaal beslissen om een bedreigde getuige aan wie de Getuigenbeschermingscommissie een beschermingsmaatregel heeft toegekend, met zijn instemming te horen via een gesloten televisiecircuit, indien het niet wenselijk of mogelijk is dat de te horen persoon in persoon ter zitting verschijnt.

§ 2. La cour peut, sur réquisition motivée du procureur géneral décider d'entendre par le biais d'un circuit de télévision fermé un témoin menacé, à qui la Commission de protection des témoins a octroyé une mesure de protection, avec son accord, s'il n'est pas souhaitable ou possible que la personne à entendre comparaisse en personne à l'audience.

§ 3. Bij de te horen persoon bevindt zich een officier van gerechtelijke politie of, wanneer de te horen persoon zich in het buitenland bevindt, een buitenlandse justitiële autoriteit. Deze stelt de identiteit van de te horen persoon vast en stelt daarvan een proces-verbaal op dat ondertekend wordt door de te horen persoon.

§ 3. Près de la personne à entendre se trouve un officier de police judiciaire ou, lorsque la personne à entendre se trouve à l'étranger, une autorité judiciaire étrangère. Cette personne vérifie l'identité de la personne à entendre et en dresse un procès-verbal qui est signé par la personne à entendre.

§ 4. De persoon die via een teleconferentie is gehoord, wordt geacht te zijn verschenen en aan de oproeping te hebben voldaan.

§ 4. La personne entendue par le biais d'une vidéoconférence ou d'un circuit de télévision ferme, est censée avoir comparu et avoir répondu à la convocation.

§ 5. Op met redenen omklede vordering van de procureur-generaal kan de rechtbank beslissen om beeld- en stemvervorming toe te staan. In dat geval kunnen de via de videoconferentie of het gesloten televisiecircuit afgelegde verklaringen slechts in aanmerking genomen worden als bewijs op voorwaarde dat zij in afdoende mate steun vinden in andersoortige bewijsmiddelen.

§ 5. Sur réquisition motivée du procureur général, la cour peut décider d'autoriser l'altération de l'image et de la voix. Dans ce cas, les déclarations faites par le biais de la vidéoconférence ou du circuit de télévision fermé ne peuvent être prises en considération à titre de preuve que si elles sont corroborées dans une mesure déterminante par d'autres moyens de preuve.

Page 142: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 317quinquies. <Ingevoegd bij L 2002-08-02/71, Art. 5; En vigueur : 22-09-2002> § 1. Het hof kan op met redenen omklede vordering van de procureur-generaal beslissen om een bedreigde getuige aan wie de Getuigenbeschermingscommissie een beschermingsmaatregel heeft toegekend of een in het buitenland verblijvende getuige of deskundige wanneer ter zake wederkerigheid is gewaarborgd, met zijn instemming te horen via een teleconferentie, indien het niet wenselijk of mogelijk is dat de te horen persoon persoonlijk verschijnt of gehoord wordt via een videoconferentie of een gesloten televisiecircuit.

Art. 317quinquies. <Inséré par L 2002-08-02/71, Art. 5; En vigueur : 22-09-2002> § 1er. La cour peut, sur réquisition motivée du procureur général, décider d'entendre par le biais d'une conférence téléphonique un témoin menacé, à qui la Commission de protection des témoins a octroyé une mesure de protection ou, un témoin ou un expert résidant à l'etranger lorsque la réciprocité en la matière est garantie, avec son accord, s'il n'est pas souhaitable ou possible que la personne à entendre comparaisse en personne ou qu'elle soit entendue par le biais d'une vidéoconférence ou d'un circuit de télévision fermé.

§ 2. Bij de te horen persoon bevindt zich een officier van gerechtelijke politie of, wanneer de te horen persoon zich in het buitenland bevindt, een buitenlandse justitiële autoriteit. Deze stelt de identiteit van de te horen persoon vast en stelt daarvan een proces-verbaal op dat ondertekend wordt door de te horen persoon.

§ 2. Près de la personne à entendre se trouve un officier de police judiciaire ou, lorsque la personne à entendre se trouve à l'étranger, une autorité judiciaire étrangère. Cette personne vérifie l'identité de la personne à entendre et en dresse un procès-verbal qui est signé par la personne à entendre.

§ 3. De persoon die via een teleconferentie is gehoord, wordt geacht te zijn verschenen en aan de oproeping te hebben voldaan.

§ 3. La personne entendue par le biais d'une conférence teléphonique ou d'un est censée avoir comparu et avoir répondu à la convocation.

§ 4. De via een teleconferentie afgelegde verklaringen kunnen slechts in aanmerking genomen worden als bewijs op voorwaarde dat zij in afdoende mate steun vinden in andersoortige bewijsmiddelen.

§ 4. Les declarations faites par le biais d'une conférence téléphonique ne peuvent être prises en considération à titre de preuve que si elles sont corroborées dans une mesure déterminante par d'autres moyens de preuve.

§ 5. Op met redenen omklede vordering van de procureur-generaal kan het hof beslissen om stemvervorming toe te staan.

§ 5. Sur réquisition motivée du procureur général, la cour peut décider d'autoriser l'altération de la voix.

Art. 318. De voorzitter doet de griffier aantekening houden van de toevoegingen, veranderingen of verschillen die in het getuigenis mochten voorkomen ten opzichte van de vorige verklaringen van de getuige.

Art. 318. Le président fera tenir note par le greffier des additions changements ou variations qui pourraient exister entre la déposition d'un témoin et ses précédentes déclarations.

(De procureur-generaal, de burgerlijke partij en de beschuldigde) kunnen vorderen dat de voorzitter aantekening doet houden van die veranderingen, toevoegingen en verschillen. <W 2000-06-30/47, Art. 21, 010; En vigueur : 27-03-2001>

(Le procureur général, la partie civile et l'accusé) pourront requérir le président de faire tenir les notes de ces changements, additions et variations. <L 2000-06-30/47, Art. 21, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 319. <W 2000-06-30/47, Art. 22, 010; En vigueur : 27-03-2001>De voorzitter kan aan de getuigen en de beschuldigde alle ophelderingen vragen die hij nodig acht om de waarheid aan de dag te brengen.

Art. 319. <L 2000-06-30/47, Art. 22, 010; En vigueur : 27-03-2001> Le président peut demander aux témoins et à l'accusé tous les éclaircissements qu'il jugera nécessaires à la manifestation de la vérité.

Page 143: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De rechters en de gezworenen hebben hetzelfde recht, maar moeten aan de voorzitter het woord vragen. De beschuldigde en zijn raadsman kunnen, bij monde van de voorzitter, aan de getuige vragen stellen. De procureur- generaal, de burgerlijke partij en haar raadsman kunnen, bij monde van de voorzitter, vragen stellen aan de getuige of aan de beschuldigde.

Les juges et les jurés ont la même faculté, en demandant la parole au président. L'accusé et son conseil peuvent poser des questions au témoin par l'intermédiaire du président. Le procureur général, la partie civile et son conseil peuvent poser des question, soit au témoin, soit à l'accusé, par l'intermédiaire du président.

De voorzitter kan evenwel verbieden dat bepaalde vragen worden gesteld.

Le président peut toutefois interdire que certaines questions soient posees.

Art. 320. <W 2000-06-30/47, Art. 23, 010; En vigueur : 27-03-2001> Na elke getuigenis vraagt de voorzitter aan de getuige of deze bij zijn verklaringen blijft. Is dat het geval, dan vraagt hij aan de procureur-generaal, de beschuldigde en de burgerlijke partij of ze opmerkingen hebben in verband met hetgeen werd gezegd.

Art. 320. <L 2000-06-30/47, Art. 23, 010; En vigueur : 27-03-2001> Après chaque déposition, le président demandera au témoin s'il persiste dans ses déclarations. Si tel est le cas, il demandera au procureur général, à l'accusé et à la partie civile s'ils ont des observations à faire sur ce qui a éte declaré.

Nadat de getuige zijn getuigenis heeft afgelegd, kan de voorzitter hem bevelen ter beschikking van het hof van assisen te blijven totdat het hof zich in de beraadslagingskamer heeft teruggetrokken.

Le president peut ordonner au témoin, après sa déposition, de demeurer à la disposition de la cour d'assises jusqu'à ce que celle-ci se soit retirée dans la chambre des délibérations.

Art. 321. (Eerste lid opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 24, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 321. (Alinéa 1 abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 24, 010; En vigueur : 27-03-2001>

(De kosten van de dagvaardingen, op verzoek van de beschuldigde gedaan, komen te zijnen laste, evenals het loon van de gedagvaarde getuigen, indien zij loon verlangen; de procureur-generaal en de voorzitter kunnen evenwel de getuigen die de beschuldigde of de burgerlijke partij hen hebben aangewezen, op eigen verzoek doen dagvaarden, indien zij oordelen dat hun verklaring dienstig kan zijn om de waarheid aan de dag te brengen.) <W 2000-06-30/47, Art. 24, 010; En vigueur : 27-03-2001>

(Les citations faites à la requête des accusés seront à leurs frais, ainsi que les salaires des témoins cités, s'ils en requièrent; sauf au procureur géneral et au président de faire citer à leur requête les témoins qui leur seront indiqués par l'accusé ou la partie civile, dans les cas ou ils jugeront que leur déclaration pût être utile pour la manifestation de la verité.) <L 2000-06-30/47, Art. 24, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 322. (§ 1.) De volgende personen worden niet toegelaten om te getuigen : <W 2000-06-30/47, Art. 25, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 322. (§ 1.) Ne pourront être recues, les dépositions : <L 2000-06-30/47, Art. 25, 010; En vigueur : 27-03-2001>

1° De vader, de moeder, de grootvader, de grootmoeder en de andere bloedverwanten in de opgaande lijn van de beschuldigde of van een van de medebeschuldigden die aanwezig zijn en in hetzelfde debat betrokken zijn;

1° Du père, de la mère, de l'aïeul, de l'aïeule ou de tout autre ascendant de l'accusé ou de l'un des coaccusés présents et soumis au même début;

2° De zoon, de dochter, de kleinzoon, de kleindochter en de andere bloedverwanten in de nederdalende lijn;

2° Du fils, fille, petit-fils, petite-fille, ou de tout autre descendant;

3° De broeders en de zusters; 3° Des frères et soeurs; 4° De aanverwanten in dezelfde graden; 4° Des alliés aux mêmes degrés; 5° De man of de vrouw, zelfs nadat echtscheiding is uitgesproken;

5° Du mari ou de la femme, même après le divorce prononcé;

6° De aangevers wier aangifte door de wet met geld beloond wordt;

6° Des dénonciateurs dont la dénonciation est recompensée pécuniairement par la loi;

(7° De burgerlijke partij; (7° De la partie civile;

Page 144: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

8° Kinderen onder de leeftijd van vijftien jaar.) <W 2000-06-30/47, Art. 25,, 010; En vigueur : 27-03-2001>

8° Des enfants de moins de quinze ans. ) <L 2000-06-30/47, Art. 25, 010; En vigueur : 27-03-2001>

((§ 2.) Het horen van de personen vermeld in § 1, kan geen nietigheid teweeg brengen wanneer, noch de procureur-generaal, noch de burgerlijke partij, noch de beschuldigde zich ertegen verzet hebben dat zij gehoord worden.

((§ 2.) L'audition des personnes visées au § 1er ne peut être une cause de nullité lorsque ni le procureur général, ni la partie civile, ni l'accusé ne se sont opposés à cette audition.

In geval van verzet van de procureur-generaal of van één of meer partijen, kan de voorzitter die personen buiten eed horen. Hun verklaringen worden als gewone inlichtingen beschouwd.)) <W 2000-06-30/47, Art. 25, 010; En vigueur : 27-03-2001>

En cas d'opposition du procureur général ou d'une ou plusieurs des parties, le président peut entendre ces personnes hors serment. Leurs déclarations sont considérées comme de simples renseignements.)) <L 2000-06-30/47, Art. 25, 010; En vigueur : 27-03-2001>

(§ 3. Kinderen onder de leeftijd van vijftien jaar en wettelijk ontzetten mogen nooit onder eed worden gehoord.) <W 2000-06-30/47, Art. 25, 010; En vigueur : 27-03-2001>

(§ 3. Les enfants de moins de quinze ans et les interdits légaux ne peuvent jamais être entendus sous serment.) <L 2000-06-30/47, Art. 25, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 323. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 26, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 323. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 26, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 324. De getuigen, voorgebracht door de procureur-generaal of door de beschuldigde, worden bij de debatten gehoord, zelfs wanneer zij tevoren geen schriftelijk getuigenis hebben afgelegd en zelfs wanneer zij geen dagvaarding hebben ontvangen, mits die getuigen in elk geval op de in artikel 315 vermelde lijst voorkomen.

Art. 324. Les témoins produits par le procureur général ou par l'accusé seront entendus dans le débat, même lorsqu'ils n'auraient pas préalablement deposé par écrit, lorsqu'ils n'auraient recu aucune assignation, pourvu, dans tous les cas que ces témoins soient portés sur la liste mentionnée dans l'article 315.

Art. 325. De getuigen, door welke partij ook voorgebracht, mogen nooit tot elkaar het woord richten.

Art. 325. Les témoins, par quelque partie qu'ils soient produits, ne pourront jamais s'interpeller entre eux.

Art. 326. (De beschuldigde en de burgerlijke partij kunnen vragen dat de getuigen die zij aanwijzen), na hun getuigenis de gehoorzaal verlaten, en dat een of meer onder hen opnieuw binnengeroepen en, hetzij afzonderlijk, hetzij in elkaars bijzijn, gehoord worden.

Art. 326. (L'accusé et la partie civile pourront demander, après que les témoins auront déposés, que ceux qu'ils désigneront) se retirent de l'auditoire, et qu'un ou plusieurs d'entre eux soient introduits et entendus de nouveau, soit séparément, soit en présence les uns des autres. <L 2000-06-30/47, Art. 27, 010; En vigueur : 27-03-2001>

De procureur-generaal heeft hetzelfde recht. Le procureur général aura la même faculte. De voorzitter kan zulks ook ambtshalve bevelen. <W 2000-06-30/47, Art. 27, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Le président pourra aussi l'ordonner d'office.

Art. 327. De voorzitter kan voor, gedurende of na het verhoor van een getuige een of meer beschuldigden doen verwijderen en hen afzonderlijk ondervragen over bepaalde omstandigheden van de zaak; maar hij draagt zorg dat de algemene debatten niet worden hervat dan nadat hij elke beschuldigde heeft ingelicht over wat in zijn afwezigheid gedaan is en over wat eruit gevolgd is.

Art. 327. Le président pourra, avant, pendant ou après l'audition d'un témoin, faire retirer un ou plusieurs accusés, et les examiner séparément sur quelques circonstances du procès; mais il aura soin de ne reprendre la suite des débats généraux qu'après avoir instruit chaque accusé de ce qui sera fait en son absence, et de ce qui en sera résulté.

Page 145: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 327bis. <Ingevoegd bij W 2000-11-28/35, Art. 40; En vigueur : 01-04-2001> Wat de minderjarige getuigen betreft, past de voorzitter in voorkomend geval, de artikelen 92 tot 101 inzake het opgenomen verhoor toe.

Art. 327bis. <Inséré par L 2000-11-28/35, Art. 40; En vigueur : 01-04-2001> En ce qui concerne les témoins mineurs, le président fait, le cas échéant, application des articles 92 à 101 relativement à l'audition enregistrée.

Wanneer hij de verschijning van de minderjarige noodzakelijk vindt om de waarheid aan de dag te brengen, wordt deze verschijning bij wege van videoconferentie georganiseerd, tenzij de minderjarige de wil uitdrukt op de zitting te getuigen.

Lorsqu'il estime la comparution du mineur nécessaire à la manifestation de la vérite, celle-ci est organisée par vidéoconférence, à moins que le mineur n'exprime la volonté de témoigner à l'audience.

In geval van verhoor door middel van videoconferentie wordt de minderjarige gehoord in een afzonderlijk lokaal in aanwezigheid, in voorkomend geval, van de in artikel 91bis bedoelde persoon, zijn advocaat, een lid of leden van de technische dienst en een psychiater- of pycholoog-deskundige.

En cas d'audition par vidéoconférence, le mineur est entendu dans une pièce séparée, en presence, le cas échéant, de la personne visée à l'article 91bis, de son avocat, d'un ou de membres du service technique et d'un expert psychiatre ou psychologue.

Wanneer de voorzitter het noodzakelijk vindt voor de sereniteit van de getuigenis, kan hij het oogcontact tussen de minderjarige en de beschuldigde in alle gevallen beperken of uitsluiten.

Si le président l'estime nécessaire à la sérénité du témoignage, il peut dans tous les cas, limiter ou exclure le contact visuel entre le mineur et l'accusé.

Dit artikel is van toepassing op minderjarigen van wie het verhoor werd opgenomen met toepassing van artikel 92 en die de leeftijd van de meerderjarigheid hebben bereikt op het moment van de zitting.

Cet article est applicable aux mineurs dont l'audition a été enregistrée en vertu de l'article 92 et qui ont atteint l'âge de la majorité au moment de l'audience.

Art. 328. Gedurende het onderzoek kunnen de gezworenen, de procureur-generaal en de rechters optekenen wat hun gewichtig lijkt in de verklaringen van de getuigen of in de verdediging van de beschuldigde, mits het debat daardoor niet onderbroken wordt.

Art. 328. Pendant l'examen, les jurés, le procureur général et les juges pourront prendre note de ce qui leur paraîtra important, soit dans les dépositions des témoins, soit dans la défense de l'accusé, pourvu que la discussion n'en soit pas interrompue.

Art. 329. In de loop van het getuigenverhoor of daarna doet de voorzitter aan de beschuldigde alle stukken vertonen die op het misdrijf betrekking hebben en tot overtuiging kunnen dienen; hij vraagt hem om persoonlijk te antwoorden of hij die stukken herkent; de voorzitter doet ze ook aan de getuigen vertonen, indien daartoe redenen zijn.

Art. 329. Dans le cours ou à la suite des dépositions, le président fera représenter à l'accusé toutes les pièces relatives au délit, et pouvant servir à conviction; il l'interpellera de répondre personnellement s'il les reconnaît; le président les fera aussi représenter aux témoins, s'il y a lieu.

Art. 330. <W 21-12-1930, Art. 18> Indien volgens de debatten de verklaring van een getuige vals schijnt te zijn, kan de voorzitter, op vordering van de procureur-generaal, van de burgerlijke partij of van de beschuldigde en zelfs ambtshalve, de getuige terstond doen aanhouden en hij kan zelfs het ambt van onderzoeksrechter tegenover hem waarnemen, of hem in staat van aanhouding naar de bevoegde onderzoeksrechter verwijzen.

Art. 330. <L 21-12-1930, Art. 18> Si d'après les débats, la déposition d'un témoin paraît fausse, le président pourra, sur la requisition soit du procureur genéral, soit de la partie civile, soit de l'accusé, et même d'office, faire sur-le-champ mettre le témoin en état d'arrestation, et soit remplir à son égard les fonctions de juge d'instruction, soit le renvoyer dans cet état devant le juge d'instruction compétent.

Page 146: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Wanneer de voorzitter het ambt van onderzoeksrechter waarneemt, treedt de procureur-generaal op als officier van gerechtelijke politie en spreekt de kamer van inbeschuldigingstelling zich uit zowel over de bevestiging van het bevel tot aanhouding als over de inbeschuldigingstelling.

Si le président remplit les fonctions de juge d'instruction, le procureur général remplira celles d'officier de police judiciaire et la chambre des mises en accusation statuera tant sur la confirmation du mandat d'arrêt que sur la mise en accusation.

Art. 331. In het geval van het vorige artikel kan de procureur-generaal, de burgerlijke partij of de beschuldigde dadelijk vorderen, en het hof, zelfs ambtshalve, bevelen dat de zaak naar de eerstvolgende zitting verwezen wordt.

Art. 331. Dans le cas de l'article précédent, le procureur général, la partie civile ou l'accusé pourront immédiatement requérir, et la cour ordonner, même d'office, le renvoi de l'affaire à la prochaine session.

Art. 332. Ingeval de beschuldigde, de getuigen of een van hen niet dezelfde taal of hetzelfde idioom spreken, benoemt de voorzitter ambtshalve, op straffe van nietigheid, een tolk, ten minste eenentwintig jaar oud, en doet hem, eveneens op straffe van nietigheid, de eed afleggen dat hij trouw het gezegde zal vertalen, dat moet worden overgebracht aan degenen die een verschillende taal spreken.

Art. 332. Dans le cas où l'accusé, les témoins ou l'un d'eux ne parleraient pas la même langue ou le même idiome, le président nommera d'office, à peine de nullité, un interprète âgé de vingt et un ans au moins, et lui fera, sous la même peine, prêter serment de traduire fidèlement les discours à transmettre entre ceux qui parlent des langages différents.

(De beschuldigde, de Burgerlijke partij en de procureur-generaal) kunnen de tolk wraken, op voorwaarde dat zij de reden van hun wraking opgeven. <W 2000-06-30/47, Art. 28, 010; En vigueur : 27-03-2001>

(L'accuse, la partie civle et le procureur général) pourront récuser l'interprète, en motivant leur récusation. <L 2000-06-30/47, Art. 28, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Het hof doet uitspraak. La cour prononcera. Zelfs met instemming van de beschuldigde en van de procureur-generaal kan de tolk niet worden gekozen uit de getuigen, de rechters en de gezworenen, zulks op straffe van nietigheid.

L'interprète ne pourra, à peine de nullité, même du consentement de l'accusé ni du procureur géneral, être pris parmi les témoins, les juges et les jurés.

Art. 333. Indien de beschuldigde doofstom is en niet kan schrijven, benoemt de voorzitter ambtshalve tot zijn tolk de persoon die het meest gewoon is met hem om te gaan.

Art. 333. Si l'accusé est sourd-muet et ne sait pas écrire, le président nommera d'office pour son interprète la personne qui aura le plus d'habitude de converser avec lui.

Hetzelfde geschiedt ten aanzien van een doofstomme getuige.

Il en sera de même à l'égard du témoin sourd-muet.

De overige bepalingen van het vorige artikel zijn van toepassing.

Le surplus des dispositions du précédent article sera exécuté.

Ingeval de doofstomme kan schrijven, worden de tot hem gerichte vragen en opmerkingen door de griffier op schrift gesteld; zij worden overhandigd aan de beschuldigde of de getuige, die zijn antwoord of zijn verklaring schriftelijk geeft. De griffier leest alles voor.

Dans le cas où le sourd-muet saurait écrire, le greffier écrira les questions et observations qui lui seront faites; elles seront remises à l'accusé ou au témoin, qui donneront par écrit leurs réponses ou déclarations. Il sera fait lecture du tout par le greffier.

Art. 334. De voorzitter wijst uit de beschuldigden diegene aan die bij de debatten het eerst aan de beurt moet komen, te beginnen met de hoofdbeschuldigde, indien er een is.

Art. 334. Le président déterminera celui des accusés qui devra être soumis le premier aux débats, en commencant par le principal accusé, s'il y en a un.

Vervolgens wordt een bijzonder debat gehouden over elk van de andere beschuldigden.

Il se fera ensuite un débat particulier sur chacun des autres accusés.

Page 147: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 335. Na de verklaringen van de getuigen en de beweringen waartoe die over en weer aanleiding hebben gegeven, worden de burgerlijke partij of haar raadsman en de procureur-generaal gehoord en zij zetten de middelen tot staving van de beschuldiging uiteen.

Art. 335. A la suite des dépositions des témoins et des dires respectifs auxquels elles auront donné lieu, la partie civile ou son conseil et le procureur général seront entendus, et développeront les moyens qui appuient l'accusation.

De beschuldigde en zijn raadsman kunnen hun antwoorden.

L'accusé et son conseil pourront leur répondre.

De burgerlijke partij en de procureur-generaal hebben recht van repliek; maar de beschuldigde of zijn raadsman heeft altijd het laatste woord.

La réplique sera permise à la partie civile et au procureur général; mais l'accusé ou son conseil auront toujours la parole les derniers.

De voorzitter verklaart vervolgens de debatten gesloten. Le president déclarera ensuite que les débats sont terminés.

Art. 336. (Lid 1 en 2 opgeheven) <Dec. 19-07-1831, Art. 7>

Art. 336. (Alinéa 1 et 2 abrogé) <Déc. 19-07-1931, Art. 7>

De voorzitter herinnert de gezworenen aan de ambtsverrichtingen die zij te vervullen hebben.

(Le président rappellera aux jurés) les fonctions qu'ils auront à remplir. <L 10-07-1967, Art. 1, 145°>

Hij stelt de vragen zoals hierna bepaald is. Il posera les questions ainsi qu'il sera dit ci-après. Art. 337. De vraag die uit de akte van beschuldiging volgt, wordt gesteld in de volgende bewoordingen : " Is de beschuldigde schuldig aan die bepaalde doodslag, die bepaalde diefstal of die bepaalde andere misdaad? " (...) <W 10-07-1967, Art. 1, 146°>

Art. 337. La question résultant de l'acte d'accusation sera posée en ces termes : " L'accusé est-il coupable d'avoir commis tel meurtre, tel vol, ou tel autre crime? " (...) <L 10-07-1967, Art. 1, 146°>

Art. 338. Indien de debatten een of meer verzwarende omstandigheden naar voren doen komen, die niet vermeld zijn in de akte van beschuldiging, stelt de voorzitter nog de volgende vraag : " Heeft de beschuldigde de misdaad gepleegd met die of die omstandigheid ? "

Art. 338. S'il résulte des débats une ou plusieurs circonstances aggravantes, non mentionnées dans l'acte d'accusation, le président ajoutera la question suivante :" L'accusé a-t-il commis le crime avec telle ou telle circonstance? "

Art. 339. Wanneer de beschuldigde een verschonend feit heeft aangevoerd, dat als zodanig door de wet wordt aangemerkt, wordt de vraag aldus gesteld : " Staat dat feit vast ? "

Art. 339. Lorsque l'accusé aura proposé pour excuse un fait admis comme tel par la loi, la question sera ainsi posée : " Tel fait est-il constant? "

Art. 340. (Opgeheven) <W 15-05-1912, Art. 64> Art. 340. (Abrogé) <L 15-05-1912, Art. 64> Art. 341. Na de vragen gesteld te hebben, overhandigt de voorzitter die aan de gezworenen in de persoon van de hoofdman van de jury; hij overhandigt hun tevens de akte van beschuldiging, de processen-verbaal die het misdrijf vaststellen, en de processtukken, met uitzondering van de schriftelijke verklaringen van de getuigen.

Art. 341. Le président, après avoir posé les questions, les remettra aux jurés dans la personne du chef du jury; il leur remettra en même temps l'acte d'accusation, les procès-verbaux qui constatent le délit et les pièces du procès, autres que les déclarations écrites des témoins.

Hij waarschuwt de gezworenen dat, indien de beschuldigde bij eenvoudige meerderheid schuldig wordt verklaard aan het hoofdfeit, zij daarvan bovenaan in hun verklaring melding moeten maken.

Il avertira les jurés que si l'accusé est déclaré coupable du fait principal à la simple majorité, ils doivent en faire mention en tête de leur déclaration.

Page 148: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

(In voorkomend geval waarschuwt de voorzitter de gezworenen dat getuigenverklaringen die ingevolge de toepassing van de artikelen 86bis en 86ter werden verkregen slechts in aanmerking kunnen genomen worden als bewijs op voorwaarde dat zij in afdoende mate steun vinden in andere bewijsmiddelen.) <W 2002-04-08/51, Art. 16, 013; En vigueur : 01-11-2002>

(Le cas échéant, le président avertira les jurés que les témoignages qui ont été obtenus en application des articles 86bis et 86ter , ne peuvent être pris en considération comme preuve que pour autant qu'ils soient corroborés dans une mesure déterminante par d'autres moyens de preuve.) <L 2002-04-08/51, Art. 16, 013; En vigueur : 01-11-2002>

Hij doet de beschuldigde uit de gehoorzaal verwijderen. Il fera retirer l'accusé de l'auditoire. Art. 342. Nadat de vragen gesteld en overhandigd zijn aan de gezworenen, begeven dezen zich naar hun kamer om te beraadslagen.

Art. 342. Les questions étant posées et remises aux jurés, ils se rendront dans leur chambre pour y délibérer.

Hoofdman van de jury is de gezworene wiens naam de eerste uit de bus gekomen is, of hij die door de gezworenen wordt benoemd en de opdracht aanvaardt.

Leur chef sera le premier juré sorti par le sort, ou celui qui sera désigné par eux et du consentement de ce dernier.

Alvorens de beraadslaging te beginnen, leest de hoofdman van de jury de volgende aanwijzingen voor, die bovendien in grote letters op de meest in het oog vallende plaats van hun kamer worden opgehangen :

Avant de commencer la délibération, le chef des jurés leur fera lecture de l'instruction suivante, qui sera, en outre, affichée en gros caractères dans le lieu le plus apparent de leur chambre;

" De wet vraagt aan de gezworenen geen rekenschap van de middelen waardoor zij tot hun overtuiging zijn gekomen; zij schrijft hun geen bijzondere regels voor om uit te maken of een bewijs volkomen en genoegzaam is; zij schrijft hun voor, zich in stilte te bezinnen en in de oprechtheid van hun geweten na te gaan welke indruk de tegen de beschuldigde aangevoerde bewijzen en zijn middelen van verdediging op hun geest hebben gemaakt. De wet zegt hun niet, Gij zult voor waar houden alles wat door een bepaald aantal getuigen verklaard wordt; zij zegt hun evenmin, Gij zult niet als voldoende gegrond beschouwen een bewijs dat niet berust op dat bepaald proces-verbaal, op die bepaalde stukken, op zoveel getuigenissen of op zoveel aanwijzingen van schuld; zij stelt alleen deze vraag, waarin hun gehele plicht besloten is, Zijt gij in gemoede overtuigd? "

" La loi ne demande pas compte aux jurés des moyens par lesquels ils se sont convaincus; elle ne leur prescrit point de règles desquelles ils doivent faire particulièrement dépendre la plénitude et la suffisance d'une preuve; elle leur prescrit de s'interroger eux-mêmes dans le silence et le recueillement, et de chercher, dans la sincérité de leur conscience, quelle impression ont faite sur leur raison les preuves rapportées contre l'accusé, et les moyens de sa défense. La loi ne leur dit point : " Vous tiendrez pour vrai tout fait attesté par tel ou tel nombre de témoins "; elle ne leur dit pas non plus : " Vous ne regarderez pas comme suffisamment établie toute preuve, qui ne sera pas formée de tel procès-verbal, de telles pièces, de tant de témoins ou de tant d'indices "; elle ne leur fait que cette seule question, qui renferme toute la mesure de leurs devoirs : " Avez-vous une intime conviction ... ".

(Lid 5 opgeheven) <W 23-08-1919, Art. 4> (Alinéa 5 abrogé) <L 23-08-1919, Art. 4> Art. 343. De gezworenen mogen hun kamer eerst verlaten wanneer zij hun verklaring hebben opgemaakt.

Art. 343. Les jurés ne pourront sortir de leur chambre qu'après avoir formé leur déclaration.

Page 149: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

(Niemand heeft tijdens de beraadslaging, om welke reden ook, toegang tot die kamer, zonder schriftelijk verlof van de voorzitter. Deze zal er niet binnentreden, tenzij hij geroepen wordt door de hoofdman van de jury en vergezeld is door (zijn assessoren) de beschuldigde en zijn verdediger, door de burgerlijke partij en haar raadsman, door het openbaar ministerie en de griffier. Van het incident wordt melding gemaakt in het proces-verbaal.) <W 14-07-1931, enig art.> <W 2000-06-30/47, Art. 29, 010; En vigueur : 27-03-2001>

(Nul n'y pourra entrer pendant la délibération, pour quelque cause que ce soit, sans une autorisation écrite du président. Celui-ci ne devra y pénétrer que s'il est appelé par le chef du jury et accompagné (de ses assesseurs) de l'accusé et de son défenseur, de la partie civile et de son conseil, du ministère public et du greffier. Mention de l'incident sera faite au procès-verbal.) <L 14-07-1931, Art. unique> <L 2000-06-30/47, Art. 29, 010; En vigueur : 27-03-2001>

De voorzitter is gehouden aan de dienstdoende bevelhebber van (de betrokken politiedienst) schriftelijk het bepaalde bevel te geven om de uitgangen van hun kamer te doen bewaken; die bevelhebber wordt in het bevel met naam en hoedanigheid aangewezen. <W 1999-04-19/50, Art. 7, 008; En vigueur : 5555-55-55>

Le président est tenu de donner au chef (du service de police concerné) de service l'ordre spécial et par écrit de faire garder les issues de leur chambre; ce chef sera dénommé et qualifié dans l'ordre. <L 1999-04-19/50, Art. 7, 008; En vigueur : 5555-55-55>

(De voorzitter neemt de maatregelen die nodig zijn opdat de plaatsvervangende gezworenen gedurende de beraadslaging van de jury niet in betrekking komen met andere personen.) <W 10-10-1967, Art. 152, § 1>

(Le président prend les mesures nécessaires pour que pendant la délibération du jury les jurés suppléants ne puissent communiquer avec d'autres personnes.) <L 10-10-1967, Art. 152, § 1>

Het hof kan de gezworene die het bevel overtreedt, straffen met geldboete van ten hoogste vijfhonderd frank. Ieder ander die het bevel overtreedt, of hij die het niet doet uitvoeren, kan worden gestraft met gevangenisstraf van vierentwintig uren.

La cour pourra punir le juré contrevenant d'une amende de cinq cents francs au plus. Tout autre qui aura enfreint l'ordre, ou celui qui ne l'aura pas fait exécuter, pourra être puni d'un emprisonnement de vingt-quatre heures.

Art. 344. De gezworenen beraadslagen over het hoofdfeit en daarna over elke omstandigheid.

Art. 344. Les jurés délibéreront sur le fait principal, et ensuite sur chacune des circonstances.

Art. 345. <W 10-10-1967, Art. 152, § 2> Na iedere stemming neemt het hoofd van de jury de stemmen op in tegenwoordigheid van de gezworenen en tekent de beslissing onmiddellijk aan naast de vraag, zonder het aantal stemmen te vermelden, behalve in geval dat de bevestigende verklaring omtrent het hoofdfeit slechts bij eenvoudige meerderheid is tot stand gekomen.

Art. 345. <L 10-10-1967, Art. 152, § 2> Apres chaque scrutin, le chef du jury le dépouillera en présence des jurés et consignera immédiatement la résolution en marge de la question, sans exprimer le nombre de suffrages, si ce n'est dans le cas où la déclaration affirmative sur le fait principal n'aurait été formée qu'a la simple majorité.

Art. 346. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 147°> Art. 346. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 147°> Art. 347. De beslissing van de jury voor of tegen de beschuldigde wordt genomen bij meerderheid van stemmen, op straffe van nietigheid.

Art. 347. La décision du jury se formera, pour ou contre l'accusé, à la majorité, à peine de nullité.

Bij staking van stemmen is de beslissing ten gunste van de beschuldigde.

En cas d'égalité de voix, l'avis favorable à l'accusé prévaudra.

Art. 348. De gezworenen komen daarna in de gehoorzaal terug en nemen opnieuw hun plaats in.

Art. 348. Les jurés rentreront ensuite dans l'auditoire et reprendront leur place.

De voorzitter vraagt hun welke de uitslag is van hun beraadslaging.

Le président leur demandera quel est le résultat de leur délibération.

(De hoofdman van de jury staat op en zegt, met de hand op het hart :

(Le chef du jury se lèvera et, la main placée sur son coeur, il dira :

Page 150: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

" In eer en geweten, de verklaring van de jury is : Ja, de beschuldigde, enz.; Neen, de beschuldigde, enz. ".

" En honneur et conscience, la déclaration du jury est : Oui, l'accusé, etc.; Non l'accusé, etc. ".

of : ou : " En honneur et conscience, la déclaration du jury est : Oui, l'accusé, etc.; Non l'accusé, etc. ".

" In eer en geweten, de verklaring van de jury is : Ja, de beschuldigde, enz.; Neen, de beschuldigde, enz. ".

of : ou : " Auf Ehre und Gewissen, die Geschworenen erklären : Ja, der Angeklagte, usw.; Nein, der Angeklagte, usw. ".) <W 27-05-1974, Art. 3>

" Auf Ehre und Gewissen, die Geschworenen erklären : Ja, der Angeklagte, usw; Nein, der Angeklagte, usw. ".) <L 27-05-1974, Art. 3>

Art. 349. De verklaring wordt door de hoofdman van de jury ondertekend en door hem aan de voorzitter afgegeven, een en ander in tegenwoordigheid van de gezworenen.

Art. 349. La déclaration du jury sera signée par le chef et remise par lui au président, le tout en présence des jurés.

De voorzitter ondertekent de verklaring en doet ze ondertekenen door de griffier.

Le président la signera, et la fera signer par le greffier.

Art. 350. Tegen de verklaring van de jury kan in geen geval enig rechtsmiddel worden ingesteld.

Art. 350. La déclaration du jury ne pourra jamais être soumise à aucun recours.

Art. 351. <W 10-10-1967, Art. 152, § 3> Indien de beschuldigde slechts bij eenvoudige meerderheid aan het hoofdfeit schuldig wordt verklaard, beraadslagen de rechters onder elkaar over hetzelfde punt. Hij wordt vrijgesproken indien de meerderheid van het hof zich niet met de meerderheid van de jury verenigt.

Art. 351. <L 10-10-1967, Art. 152, § 3> Si l'accusé n'est déclaré coupable du fait principal qu'à la simple majorité, les juges délibèrent entre eux sur le même point. L'acquittement sera prononcé si la majorité de la cour ne se réunit à la majorité du jury.

Art. 352. Indien de rechters, buiten het geval van (artikel 118 van de wet van 18 juni 1869 op de rechtelijke organisatie), eenparig overtuigd zijn dat de gezworenen, al hebben zij de vormen in acht genomen, zich in de zaak zelf hebben vergist, verklaart het hof dat het vonnis uitgesteld wordt en het verwijst de zaak naar de volgende zitting, om te worden onderworpen aan een nieuwe jury, waarvan geen van de eerste gezworenen deel mag uitmaken. <W 10-07-1967, Art. 1, 148°>

Art. 352. Si hors le cas prévu par (l'article 118 de la loi du 18 juin 1869 sur l'organisation judiciaire) les juges sont unanimement convaincus que les jurés, tout en observant les formes, se sont trompés au fond, la cour déclarera qu'il est sursis au jugement, et renverra l'affaire à la session suivante, pour être soumise à un nouveau jury, dont ne pourra faire partie aucun des premiers jurés. <L 10-07-1967, Art. 1, 148°>

Niemand heeft het recht die maatregel uit te lokken; het hof kan hem slechts ambtshalve gelasten en wel dadelijk nadat de verklaring van de jury in het openbaar is afgelegd, maar alleen ingeval de beschuldigde schuldig is bevonden, nooit wanneer hij niet-schuldig verklaard is.

Nul n'aura le droit de provoquer cette mesure; la cour ne pourra l'ordonner que d'office, et immediatement après que la déclaration du jury aura été prononcée publiquement, et dans le cas où l'accuse aura été convaincu, jamais lorsqu'il n'aura pas été déclaré coupable.

Het hof zal dadelijk na de verklaring van de tweede jury uitspraak doen, zelfs wanneer deze verklaring met de eerste mocht overeenstemmen.

La cour sera tenue de prononcer immédiatement après la déclaration du second jury, même quand elle serait conforme à la première.

Page 151: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 353. Wanneer het onderzoek en de debatten eenmaal begonnen zijn, moeten zij worden voortgezet zonder onderbreking, en zonder enigerlei verbinding met de buitenwereld, tot na de verklaring van de jury. De voorzitter mag ze alleen schorsen voor de nodige rustpozen ten behoeve van de rechters, de gezworenen, de getuigen en de beschuldigden.

Art. 353. L'examen et les débats, une fois entamés, devront être continués sans interruption, et sans aucune espèce de communication au dehors, jusqu'après la déclaration du jury inclusivement. Le président ne pourra les suspendre que pendant les intervalles nécessaires pour le repos des juges, des jurés, des témoins et des accusés.

Art. 354. <W 2000-06-30/47, Art. 30, 010; En vigueur : 27-03-2001> Wanneer een gedagvaarde getuige niet verschijnt of wanneer een getuige overleden is, kan de voorzitter voorlezing doen van diens tijdens het onderzoek, zelfs onder eed, afgelegde verklaringen. De voorzitter kan, behoudens verzet van de partijen, beslissen dat een gedagvaarde getuige die verschijnt, niet in zijn getuigenis wordt gehoord.

Art. 354. <L 2000-06-30/47, Art. 30, 010; En vigueur : 27-03-2001> Lorsqu'un témoin qui aura été cité ne comparaît pas, ou lorsqu'un témoin est décédé, le président peut donner lecture des déclarations de ce témoin faites au cours de l'instruction, même de celles faites sous serment. Le président peut, sauf opposition des parties, décider qu'un témoin qui a été cité, et qui comparaît, ne sera pas entendu en sa déposition.

Hij kan, onder dezelfde voorwaarde, beslissen dat er geen grond is om de persoon die met toepassing van artikel 269, eerste lid, is opgeroepen om te getuigen, in zijn getuigenis te horen.

Il peut, sous la même condition, décider qu'il n'y a pas lieu d'entendre en sa déposition la personne appelée à témoigner par application de l'article 269, alinéa 1.

Art. 355. Indien de zaak naar de volgende zitting verwezen wordt omdat een getuige niet verschenen is, komen alle kosten van dagvaarding, akten, reizen van getuigen, en andere die strekken tot het vonnissen van de zaak, ten laste van die getuige; hij wordt in die kosten veroordeeld, (...), op vordering van de procureur-generaal, bij het arrest dat de debatten naar de volgende zitting verwijst. <W 2000-06-30/47, Art. 31, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 355. Si, à raison de la non-comparution du témoin l'affaire est renvoyée a la session suivante, tous les frais de citation, actes, voyages de temoins, et autres ayant pour objet de faire juger l'affaire, seront a la charge de ce témoin; et il y sera contraint, (...), sur la réquisition du procureur général, par l'arrêt qui renverra les débats à la session suivante. <L 2000-06-30/47, Art. 31, 010; En vigueur : 27-03-2001>

(tweede lid geschrapt) <W 2000-06-30/47, Art. 31,010; En vigueur : 27-03-2001>

(Alinéa 2 supprimé) <L 2000-06-30/47, Art. 31, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Niettemin wordt de getuige die niet verschijnt of die weigert hetzij de eed te doen, hetzij zijn getuigenis af te leggen, in alle gevallen veroordeeld tot de bij artikel 80 bepaalde straf.

Et néanmoins, dans tous les cas, le témoin qui ne comparaîtra pas, ou qui refusera soit de prêter serment, soit de faire sa déposition, sera condamné à la peine portée en l'article 80.

Art. 356. Tegen deze veroordeling staat verzet open gedurende tien dagen na de betekening ervan aan de veroordeelde getuige of aan zijn woonplaats (...); het verzet wordt ontvangen, indien hij bewijst dat hij wettig verhinderd was of dat de tegen hem uitgesproken geldboete moet worden verminderd. <W 10-07-1967, Art. 1, 149°>

Art. 356. La voie de l'opposition sera ouverte contre ces condamnations, dans les dix jours de la signification qui en aura été faite au témoin condamné ou à son domicile (...); et l'opposition sera recue s'il prouve qu'il a été légitimement empêché, ou que l'amende contre lui prononcée doit être modérée. <L 10-07-1967, Art. 1, 149°>

AFDELING II. - (ARREST) EN TENUITVOERLEGGING. <W 2000-06-30/47, Art. 32, 010; En vigueur : 27-03-2001>

SECTION II. - (DE L'ARRET) ET DE L'EXECUTION. <L 2000-06-30/47, Art. 32, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Page 152: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 357. De voorzitter doet de beschuldigde binnenkomen en de griffier leest in zijn tegenwoordigheid de verklaring van de jury voor.

Art. 357. Le président fera comparaître l'accusé, et le greffier lira en sa présence la déclaration du jury.

Art. 358. Wanneer de beschuldigde niet-schuldig verklaard wordt, spreekt de voorzitter hem vrij van de beschuldiging en beveelt dat hij in vrijheid zal worden gesteld, indien hij niet om een andere reden wordt gevangen gehouden.

Art. 358. Lorsque l'accusé aura été déclaré non coupable, le président prononcera qu'il est acquitté de l'accusation, et ordonnera qu'il soit mis en liberté, s'il n'est retenu pour autre cause.

(Lid 2 en 3 opgeheven) <W 21-12-1930, Art. 19> (Alinéa 2 et 3 abrogé) <L 21-12-1930, Art. 19> De vrijgesproken beschuldigde kan (...) ten laste van zijn aangevers schadevergoeding verkrijgen uit hoofde van laster, zonder dat echter de leden van de gestelde overheid op die wijze kunnen worden vervolgd ter oorzake van de berichten die zij gehouden zijn te geven aangaande de misdrijven waarvan zij in de uitoefening van hun ambt menen kennis gekregen te hebben, en behoudens het instellen tegen hen van verhaal op de rechter, indien daartoe grond bestaat. <W 21-12-1930, Art. 19>

L'accusé acquitté pourra aussi obtenir des dommages-intérêts contre ses denonciateurs, pour fait de calomnie; sans néanmoins que les membres des autorités constituées puissent être ainsi poursuivis à raison des avis qu'ils sont tenus de donner, concernant les délits dont ils ont cru acquérir la connaissance dans l'exercice de leurs fonctions, et sauf contre eux la demande en prise à partie, s'il y a lieu. <L 21-12-1930, Art. 19>

Op verzoek van de beschuldigde is de procureur-generaal verplicht hem zijn aangevers bekend te maken.

Le procureur général sera tenu, sur la réquisition de l'accusé, de lui faire connaître ses dénonciateurs.

Art. 359. De eisen tot schadevergoeding ingesteld hetzij door de beschuldigde tegen zijn aangevers of tegen de burgerlijke partij, hetzij door de burgerlijke partij tegen de beschuldigde of tegen de veroordeelde, worden voor het hof van assisen gebracht.

Art. 359. Les demandes en dommages-intérêts, formées soit par l'accusé contre ses dénonciateurs ou la partie civile, soit par la partie civile contre l'accusé ou le condamné, seront portées à la cour d'assises.

De burgerlijke partij is gehouden haar eis tot schadevergoeding in te stellen vóór het vonnis; later is die niet-ontvankelijk.

La partie civile est tenue de former sa demande en dommages-interêts avant le jugement; plus tard, elle sera non recevable.

Hetzelfde geldt voor de beschuldigde, indien zijn aangever hem bekend was.

Il en est de même de l'accusé, s'il a connu son dénonciateur.

Ingeval de beschuldigde eerst na het vonnis, doch vóór het einde van de zitting, te weten komt wie zijn aangever is, moet hij zijn eis, op straffe van verval, voor het hof van assisen brengen; indien hij het eerst na de sluiting van de zitting te wetten komt, wordt zijn eis voor de burgerlijke rechtbank gebracht.

Dans le cas où l'accusé n'aurait connu son dénonciateur que depuis le jugement, mais avant la fin de la session, il sera tenu, sous peine de déchéance, de porter sa demande à la cour d'assises : s'il ne l'a connu qu'apres la clôture de la session, sa demande sera portée au tribunal civil.

Ten aanzien van derde personen die geen partij in het geding geweest zijn, wenden zij zich tot de burgerlijke rechtbank.

A l'égard des tiers qui n'auraient pas été partie au procès, ils s'adresseront au tribunal civil.

Art. 360. <W 26-02-1981, enig art.> De beschuldigde die door een hof van assisen is vrijgesproken kan niet meer worden vervolgd wegens dezelfde feiten, ongeacht de juridische omschrijving daarvan.

Art. 360. <L 26-02-1981, Art. unique> L'accusé acquitté par une cour d'assises ne pourra plus être poursuivi pour les mêmes faits, quelle que soit la qualification juridique attribuée à ceux-ci.

Page 153: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 361. Wanneer in de loop van de debatten een ander feit aan de beschuldigde wordt ten laste gelegd, hetzij op grond van stukken, hetzij op grond van verklaringen van getuigen, geeft de voorzitter, na hem te hebben vrijgesproken van de beschuldiging, het bevel dat hij wegens het nieuwe feit zal worden vervolgd; dientengevolge verwijst hij hem, onder bevel tot verschijning of tot medebrenging, volgens de onderscheidingen in artikel 91 gemaakt, en zo nodig onder bevel tot aanhouding, naar de onderzoeksrechter van het arrondissement waar het hof zitting houdt, ten einde een nieuw onderzoek te doen plaatshebben.

Art. 361. Lorsque, dans le cours des débats, l'accusé aura été inculpé sur un autre fait, soit par des pièces, soit par les dépositions des témoins, le président, après avoir prononcé qu'il est acquitté de l'accusation, ordonnera qu'il soit poursuivi à raison du nouveau fait : en conséquence, il le renverra en état de mandat de comparution ou d'amener, suivant les distinctions établies par l'article 91, et même en état de mandat d'arrêt, s'il y échet, devant le juge d'instruction de l'arrondissement où siège la cour, pour être procédé à une nouvelle instruction.

Deze bepaling wordt alleen toegepast ingeval het openbaar ministerie, vóór het sluiten van de debatten, voorbehoud heeft gemaakt met het oog op vervolging.

Cette disposition ne sera toutefois exécutée que dans le cas où, avant la clôture des débats, le ministère public aura fait des réserves à fin de poursuite.

Art. 362. <W 23-08-1919, Art. 4> Wanneer de beschuldigde schuldig verklaard is, vordert de procureur-generaal de toepassing van de wet.

Art. 362. <L 23-08-1919, Art. 4> Lorsque l'accusé aura été déclaré coupable, le procureur général fera réquisition pour l'application de la loi.

De voorzitter vraagt aan de beschuldigde of hij niets tot zijn verdediging heeft in te brengen.

Le président demandera à l'accusé s'il n'a rien à dire pour sa défense.

De beschuldigde en zijn raadsman mogen niet meer pleiten dat het feit niet gepleegd is, maar alleen dat het door de wet niet verboden is of volgens de wet geen misdrijf is of nog dat het niet de straf verdient waarvan de procureur-generaal de toepassing heeft gevorderd.

L'accusé et son conseil ne pourront plus plaider que le fait est faux, mais seulement qu'il n'est pas défendu ou qualifié infraction par la loi, ou qu'il ne mérite pas la peine dont le procureur général a requis l'application.

Art. 363. <W 23-08-1919, Art. 4> Het hof ontslaat de beschuldigde van rechtsvervolging, indien het feit waaraan hij schuldig is verklaard, niet door een strafwet verboden is.

Art. 363. <L 23-08-1919, Art. 4> La cour prononcera l'absolution de l'accusé, si le fait dont il est déclaré coupable n'est pas défendu par une loi pénale.

Art. 364. <W 23-08-1919, Art. 4> Indien dit feit verboden is, zelfs wanneer het niet meer behoort tot de bevoegdheid van het hof van assisen, doet de voorzitter de beschuldigde verwijderen uit de gehoorzaal en het hof begeeft zich met de gezworenen naar hun kamer. Het aldus samengestelde college, door de voorzitter van het hof voorgezeten, beraadslaagt over de straf die overeenkomstig de strafwet moet worden uitgesproken.

Art. 364. <L 23-08-1919, Art. 4> Si ce fait est défendu, même s'il ne se trouve plus être de la compétence de la cour d'assises, le président fera retirer l'accusé de l'auditoire, et la cour se rendra, avec les jures, dans leur chambre. Le collège ainsi constitué, présidé par le président de la cour, délibérera sur la peine à prononcer conformément à la loi pénale.

De beslissingen worden genomen bij volstrekte meerderheid van stemmen.

Les décisions seront prises à la majorité absolue des voix.

De voorzitter doet hoofdelijke omvraag; eerst brengen de gezworenen hun gevoelen uit, te beginnen met de jongste, vervolgens de magistraten-assessoren, te beginnen met de jongstbenoemde, en tenslotte de voorzitter.

Le président recueillera les opinions individuellement; les jurés opineront les premiers, en commencant par le plus jeune, puis les magistrats assesseurs en commencant par le dernier nommé et, enfin, le président.

Indien verschillende gevoelens zijn uitgedrukt, wordt opnieuw gestemd.

Si différents avis sont ouverts, on ira une seconde fois aux voix.

Page 154: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Blijven na deze tweede stemming meer dan twee gevoelens bestaan zonder dat een ervan de volstrekte meerderheid heeft behaald, dan zijn de rechters of de gezworenen, die zich het minst gunstig ten aanzien van de beschuldigde hebben uitgesproken, verplicht zich met een van de andere gevoelens te verenigen.

Si, après ce second vote, plus de deux opinions subsistent sans qu'aucune ait recueilli majorité absolue, les juges ou les jurés qui auront émis l'opinion la moins favorable à (l'accusé) seront tenus de se réunir à l'une des autres opinions. <L 10-07-1967, Art. 1, 150°>

Blijven nadien nog meer dan twee meningen bestaan zonder dat een ervan de volstrekte meerderheid heeft behaald, dan wordt de bepaling van het vorige lid opnieuw toegepast, totdat een van de gevoelens de volstrekte meerderheid heeft behaald.

Si, après cela, plus de deux opinions subsistent encore sans qu'aucune ait recueilli la majorité absolue, la disposition prévue à l'alinéa précédent recevra à nouveau application jusqu'au moment où une opinion aura recueilli la majorité absolue.

(Op voorstel van de voorzitter wordt bij volstrekte meerderheid vervolgens beslist over de formulering van de redenen die geleid hebben tot de bepaling van de opgelegde straf.) <W 2000-06-30/47, Art. 33, 010; En vigueur : 27-03-2001>

(Sur proposition du président, il est ensuite décidé, à la majorité absolue, de la formulation des motifs ayant conduit à la détermination de la peine infligée.) <L 2000-06-30/47, Art. 33, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 364bis. <ingevoegd bij W 2000-06-30/47, Art. 34, 010; En vigueur : 27-03-2001> Ieder veroordelend arrest maakt melding van de redenen die geleid hebben tot de bepaling van de opgelegde straf.

Art. 364bis. <inseré par L 2000-06-30/47, Art. 34; ED : 27-03-2001> Tout arrêt de condamnation fera mention des motifs ayant conduit à la détermination de la peine infligée.

Art. 365. <W 23-08-1919, Art. 4> De beschuldigde die veroordeeld wordt, wordt verwezen in de kosten jegens de Staat.

Art. 365. <L 23-08-1919, Art. 4> L'accusé qui succombera sera condamné aux frais envers l'Etat.

Art. 366. <W 23-08-1919, Art. 4> Het hof en de gezworenen keren vervolgens naar de gehoorzaal terug en nemen opnieuw hun plaats in. De voorzitter doet de beschuldigde binnenkomen en leest luidop het arrest voor; hij (wijst ook de tekst aan van de wet) waarop de veroordeling gegrond is. <KB 252 08-03-1936, Art. 3>

Art. 366. <L 23-08-1919, Art. 4> La cour et les jures rentreront ensuite dans l'auditoire et reprendront leur place. Le président fera introduire l'accusé et donnera à haute voix lecture de l'arrêt; (il indiquera) également le texte de la loi sur laquelle est fondée la condamnation. <AR 252 08-03-1936, Art. 3>

Na uitspraak van het arrest kan de voorzitter naar gelang van de omstandigheden de beschuldigde aansporen tot moed, tot gelatenheid of tot verbetering van zijn gedrag. Hij deelt hem mee dat hij zich in cassatie kan voorzien en binnen welke termijn.

Après avoir prononcé l'arrêt, le président pourra, selon les circonstances, exhorter l'accusé à la fermeté, à la résignation ou à réformer sa conduite. Il l'avertira de la faculté qui lui est accordée de se pourvoir en cassation et du terme dans lequel l'exercice de cette faculté est circonscrit.

Art. 367. <W 23-08-1919, Art. 4> In geval van ontslag van rechtsvervolging zowel als in geval van veroordeling, doet het hof uitspraak over de schadevergoeding of de teruggaven waarop de burgerlijke partij aanspraak maakt.

Art. 367. <L 23-08-1919, Art. 4> Dans le cas d'absolution, comme dans celui de condamnation, la cour statuera sur les dommages-intérêts ou restitutions pretendus par la partie civile.

Deze stelt haar eis. De beschuldigde en zijn raadsman mogen slechts pleiten dat het feit geen grond oplevert tot schadevergoeding aan de burgerlijke partij of dat deze de haar verschuldigde schadevergoeding te hoog stelt. De procureur-generaal wordt gehoord in zijn advies.

Celle-ci fera sa réquisition. L'accusé et son conseil pourront plaider seulement que le fait n'emporte pas de dommages-intérêts au profit de la partie civile ou que celle-ci élève trop haut les dommages-intérêts qui lui sont dus. Le procureur général sera entendu en son avis.

Page 155: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 368. <W 23-08-1919, Art. 4> Vervolgens beraadslagen de rechters en brengen hun gevoelen uit met gedempte stem; zij kunnen zich te dien einde naar de raadkamer begeven, maar het arrest wordt door de voorzitter luidop uitgesproken in tegenwoordigheid van het publiek en de beschuldigde.

Art. 368. <L 23-08-1919, Art. 4> Les juges délibéreront ensuite et opineront à voix basse; ils pourront, pour cet effet, se retirer dans la chambre du conseil, mais l'arrêt sera prononcé à haute voix par le président, en présence du public et de l'accusé.

Het hof kan een van de rechters opdracht geven om partijen te horen, kennis te nemen van de stukken en over een en ander verslag uit te brengen zoals bepaald is in artikel 358.

La cour pourra commettre l'un des juges pour entendre les parties, prendre connaissance des pièces et faire du tout son rapport, ainsi qu'il est dit article 358.

Art. 369. <W 21-12-1930, Art. 20> Het hof veroordeelt de beschuldigde die in het ongelijk wordt gesteld, in de kosten jegens de burgerlijke partij; het kan de burgerlijke partij die in het ongelijk wordt gesteld, veroordelen in de kosten jegens de Staat en jegens de beschuldigde of in een gedeelte ervan.

Art. 369. <L 21-12-1930, Art. 20> La cour condamnera l'accusé qui succombe aux frais envers la partie civile; elle pourra condamner la partie civile qui succombe à tout ou à partie des frais envers l'Etat et envers l'accusé.

Art. 370. <W 23-08-1919, Art. 4> Het hof beveelt dat de in beslag genomen voorwerpen aan de eigenaar zullen worden teruggegeven.

Art. 370. <L 23-08-1919, Art. 4> La cour ordonnera que les effets pris seront restitués au propriétaire.

In geval van veroordeling evenwel geschiedt die teruggave slechts indien de eigenaar bewijst dat de veroordeelde de termijn heeft laten verstrijken zonder zich in cassatie te voorzien of, heeft hij zich wel voorzien, dat de zaak definitief afgedaan is.

Néanmoins, s'il y a eu condamnation, cette restitution ne sera faite qu'en justifiant, par le propriétaire, que le condamné a laissé passer les délais sans se pourvoir en cassation, ou, s'il s'est pourvu, que l'affaire est définitivement terminée.

Art. 371. <W 02-01-1924, enig art.> De arresten worden geschreven door de griffier en getekend door de voorzitter, of, indien deze verhinderd is te tekenen, door de oudstbenoemde rechter; zij vermelden, op straffe van geldboete van honderd frank ten laste van de griffier, (de aanwijzing) door de voorzitter van de tekst van de toegepaste strafwet. <KB 252 08-03-1936, Art. 3>

Art. 371. <L 02-01-1924, Art. unique> Les arrêts sont écrits par le greffier et signés par le président ou, s'il est empêché de signer, par le plus ancien juge; ils contiennent, à peine d'une amende de cent francs contre le greffier, (la mention de l'indication), faite par le président, du texte de la loi pénale appliquée. <AR 252 08-03-1936, Art. 3>

Art. 372. De griffier maakt een proces-verbaal van de terechtzitting op, ten einde vast te stellen dat de voorgeschreven vormen in acht genomen zijn.

Art. 372. Le greffier dressera un procès-verbal de la séance, à l'effet de constater que les formalités prescrites ont été observées.

In het proces-verbaal wordt geen melding gemaakt van de antwoorden der beschuldigden of van de inhoud der getuigenissen; onverminderd evenwel de toepassing van artikel 318 aangaande de veranderingen, verschillen en tegenstrijdigheden in de verklaringen van de getuigen.

Il ne sera fait mention au procès-verbal, ni des réponses des accusés, ni du contenu aux dépositions, sans préjudice toutefois de l'exécution de l'article 318, concernant les changements, variations et contradictions dans les déclarations des témoins.

Het proces-verbaal wordt getekend door de voorzitter en door de griffier.

Le procès-verbal sera signé par le president et par le greffier.

Ontbreekt het proces-verbaal, dan wordt de griffier gestraft met geldboete van vijfhonderd frank.

Le défaut de procès-verbal sera puni de cinq cents francs d'amende contre le greffier.

Page 156: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 373. <W 05-07-1939, Art. 1> De veroordeelde heeft (vijftien) vrije dagen na de dag waarop het arrest vóór hem is uitgesproken, om ter griffie te verklaren dat hij een eis tot cassatie instelt.

Art. 373. <L 05-07-1939, Art. 1> Le condamné aura (quinze) jours francs après celui où son arrêt lui aura été prononcé pour déclarer au greffe qu'il se pourvoit en cassation.

De procureur-generaal kan binnen dezelfde termijn ter griffie verklaren dat hij zich in cassatie voorziet tegen het arrest.

Le procureur général pourra, dans le même délai, déclarer au greffe qu'il demande la cassation de l'arrêt.

De burgerlijke partij beschikt ook over dezelfde termijn; maar zij kan de eis tot cassatie slechts instellen ten opzichte van de beschikkingen betreffende haar burgerlijke belangen.

La partie civile aura aussi le même délai; mais elle ne pourra se pourvoir que quant aux dispositions relatives à ses intérêts civils.

De tenuitvoerlegging van het arrest van het hof is geschorst gedurende die (vijftien) dagen en, indien er een voorziening in cassatie is ingesteld, tot de ontvangst van het arrest van het Hof van Cassatie. <W 15-06-1981, Art. 1>

Pendant ces (quinze) jours, et, s'il y a eu recours en cassation, jusqu'à la réception de l'arrêt de la Cour de cassation, il sera sursis à l'exécution de l'arrêt de la cour. <L 15-06-1981, Art. 1>

Art. 374. (Opgeheven) <W 05-07-1939, Art. 2> Art. 374. (Abrogé) <L 05-07-1939, Art. 2> Art. 375. De veroordeling wordt ten uitvoer gelegd binnen vierentwintig uren na de in artikel 373 vermelde termijnen, indien er geen voorziening in cassatie is, of, in geval van voorziening, binnen vierentwintig uren na de ontvangst van het arrest van het Hof van Cassatie waarbij de eis is verworpen.

Art. 375. La condamnation sera exécutée dans les vingt-quatre heures qui suivront les délais mentionnés en l'article 373, s'il n'y a point de recours en cassation; ou, en cas de recours, dans les vingt-quatre heures de la reception de l'arrêt de la Cour de cassation qui aura rejeté la demande.

Art. 376. De veroordeling wordt ten uitvoer gelegd op bevel van de procureur-generaal; hij heeft het recht te dien einde rechtstreeks de bijstand van de openbare macht te vorderen.

Art. 376. La condamnation sera exécutée d'après les ordres du procureur général; il aura le droit de requérir directement, pour cet effet, l'assistance de la force publique.

(Indien het veroordelend arrest de bijzondere verbeurdverklaring inhoudt van zaken die zich buiten het grondgebied van de Belgische Staat bevinden, stelt het openbaar ministerie de minister van Justitie daarvan in kennis en zendt het hem een afschrift van het strafdossier toe.) <W 1997-05-20/50, Art. 15, 004; En vigueur : 13-07-1997>

(Lorsque l'arrêt de condamnation emporte la confiscation spéciale de choses se trouvant hors du territoire de la Belgique, le ministère public en avise le ministre de la Justice et lui transmet copie du dossier répressif.) <L 1997-05-20/50, Art. 15, 004; En vigueur : 13-07-1997>

Art. 377. Indien de veroordeelde een verklaring wenst te doen, wordt deze afgenomen door een van de rechters van de plaats der tenuitvoerlegging, bijgestaan door de griffier.

Art. 377. Si le condamné veut faire une declaration, elle sera recue par un des juges du lieu de l'exécution, assisté du greffier.

Art. 378. Het proces-verbaal van tenuitvoerlegging wordt, op straffe van geldboete van honderd frank, door de griffier binnen vierentwintig uren opgemaakt en onderaan op de minuut van het arrest overgeschreven. De overschrijving wordt door hem getekend en hij maakt van alles, op straffe van een zelfde geldboete, melding op de kant van het proces-verbaal. Die vermelding wordt eveneens getekend en de overschrijving heeft bewijskracht zoals het proces-verbaal zelf.

Art. 378. Le procès-verbal d'exécution sera, sous peine de cent francs d'amende, dressé par le greffier, et transcrit par lui, dans les vingt-quatre heures, au pied de la minute de l'arrêt. La transcription sera signée par lui, et il fera mention du tout, sous la même peine, en marge du procès-verbal. Cette mention sera également signée, et la transcription fera preuve comme le procès-verbal même.

Page 157: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 379. Wanneer aan de beschuldigde, tijdens de debatten die het veroordelend arrest zijn voorafgegaan, andere misdaden dan die waarvan hij beschuldigd was, worden ten laste gelegd, hetzij op grond van stukken, hetzij op grond van verklaringen van getuigen, en indien op deze nieuw aan het licht gekomen misdaden een zwaardere straf staat dan op de eerste, of indien de beschuldigde aangehouden medeplichtigen heeft, beveelt het hof dat hij wegens deze nieuwe feiten zal worden vervolgd met inachtneming van de bij dit wetboek voorgeschreven vormen.

Art. 379. Lorsque, pendant les débats qui auront précédé l'arrêt de condamnation, l'accusé aura été inculpé, soit par des pièces, soit par des dépositions de témoins, sur d'autres crimes que ceux dont il était accusé, si ces crimes nouvellement manifestés méritent une peine plus grave que les premiers, ou si l'accusé a des complices en état d'arrestation, la cour ordonnera qu'il soit poursuivi, à raison de ces nouveaux faits, suivant les formes prescrites par le présent Code.

In beide gevallen schorst de procureur-generaal de tenuitvoerlegging van het arrest waarbij de eerste veroordeling is uitgesproken, totdat uitspraak is gedaan in het tweede geding.

Dans ces deux cas, le procureur général surseoira à l'exécution de l'arrêt qui a prononcé la première condamnation, jusqu'à ce qu'il ait été statué sur le second procès.

Art. 380. Alle minuten van de arresten, door de assisen gewezen, worden verzameld en neergelegd op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg in de hoofdplaats van de provincie.

Art. 380. Toutes les minutes des arrêts rendus aux assises seront réunies et déposées au greffe du tribunal de première instance du chef-lieu (de la province).

Dit geldt niet voor de minuten van de arresten, gewezen door het hof van assisen van de provincie waar het hof van beroep zijn zetel heeft; zij blijven op de griffie van dit hof berusten.

Sont exceptées les minutes des arrêts rendus par la cour d'assises du département où siège la (cour d'appel), lesquelles resteront déposées au greffe de ladite cour. <L 10-07-1967, Art. 1, 151°>

HOOFDSTUK V. - (VERSTEKPROCEDURE EN VERZET.) <W 2000-06-30/47, Art. 35, 010; En vigueur : 27-03-2001>

CHAPITRE V. - (DE LA PROCEDURE PAR DEFAUT ET DE L'OPPOSITION.) <L 2000-06-30/47, Art. 35, 010; En vigueur : 27-03-2001>

AFDELING I. - DE JURY. SECTION I. - DU JURY. Art. 381. <W 2000-06-30/47, Art. 36, 010; En vigueur : 27-03-2001> Wanneer de beschuldigde, die zich niet in hechtenis bevindt, zich niet aanmeldt op de voor de opening van de debatten vastgestelde datum, geeft de voorzitter van het hof van assisen terstond een beschikking houdende dat die beschuldigde bij verstek zal worden berecht.

Art. 381. <L 2000-06-30/47, Art. 36, 010; En vigueur : 27-03-2001> Lorsqu'à la date fixée pour l'ouverture des débats, l'accusé qui n'est pas en état de détention ne se présente pas, le président de la cour d'assises rend sur le champ une ordonnance portant que cet accusé sera jugé par défaut.

Vervolgens zal te werk worden gegaan zoals bepaald in HOOFDSTUK VI van deze titel.

Il sera ensuite procéde comme indiqué au CHAPITRE IV du présent titre.

Art. 382. <W 2000-06-30/47, Art. 37, 010; En vigueur : 27-03-2001> De arresten van het hof van assisen houdende veroordeling bij verstek van de beschuldigde worden aan deze laatste betekend.

Art. 382. <L 2000-06-30/47, Art. 37, 010; En vigueur : 27-03-2001> Les arrêts de la cour d'assises portant condamnation de l'accusé par défaut seront signifiés à celui-ci.

De bij verstek veroordeelde kan in verzet komen op de wijze bepaald in artikel 187.

Le condamné par défaut pourra faire opposition selon les modalités prévues à l'article187.

Art. 383. <W 2000-06-30/47, Art. 38, 010; En vigueur : 27-03-2001> Het verzet wordt betekend aan de procureur-generaal en aan de partijen tegen wie het gericht is.

Art. 383. <L 2000-06-30/47, Art. 38, 010; En vigueur : 27-03-2001> L'opposition sera signifiée au procureur général et aux parties contre lesquelles elle est dirigée.

Page 158: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 384. <W 2000-06-30/47, Art. 39, 010; En vigueur : 27-03-2001> Er wordt volgens de gewone vormvoorschriften een rechtsdag bepaald op een volgende zitting van het hof van assisen.

Art. 384. <L 2000-06-30/47, Art. 39, 010; En vigueur : 27-03-2001> L'affaire est fixée dans les formes ordinaires à une prochaine session de la cour d'assises.

Art. 385. <W 2000-06-30/47, Art. 40, 010; En vigueur : 27-03-2001> Het hof van assisen, dat zitting houdt zonder bijstand van de jury, doet uitspraak over de ontvankelijkheid van het verzet. Indien de eiser in verzet of de advocaat die hem vertegenwoordigt niet verschijnt, wordt het verzet ongedaan verklaard.

Art. 385. <L 2000-06-30/47, Art. 40, 010; En vigueur : 27-03-2001> La cour d'assises, siégeant sans l'assistance du jury, statue sur la recevabilité de l'opposition. Si l'opposant ou l'avocat qui le représente ne comparaît pas, l'opposition sera déclarée non avenue.

Zo het verzet ontvankelijk wordt verklaard, wordt de veroordeling nietig verklaard en wordt de zaak berecht overeenkomstig de bepalingen van HOOFDSTUK IV van deze titel.

Si l'opposition est reçue, la condamnation est declarée non avenue et l'affaire est jugée conformément aux disposition du CHAPITRE IV du présent titre.

10 DECEMBER 1808. - WETBOEK VAN STRAFVORDERING. - BOEK II, TITEL III. (Om technische redenen is het Wetboek van Strafvordering ingedeeld in 8 delen waarvan het vijfde deel Titel III van het tweede Boek omvat.)

10 DECEMBRE 1808. - CODE D'INSTRUCTION CRIMINELLE. - LIVRE II, TITRE III. (Pour des raisons techniques, le Code d'Instruction Criminelle est divisé en 8 parties, dont le Titre III du deuxième Livre est la cinqième partie.)

(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1990 en tekstbijwerking tot 19-12-2000)

(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 01-01-1990 et mis à jour au 19-12-2000)

TITEL III. - WIJZEN VAN VOORZIENING TEGEN ARRESTEN OF VONNISSEN.

TITRE III. - DES MANIERES DE SE POURVOIR CONTRE LES ARRETS OU JUGEMENTS.

HOOFDSTUK I. - NIETIGHEID VAN HET ONDERZOEK EN VAN HET VONNIS.

CHAPITRE I. - DES NULLITES DE L'INSTRUCTION ET DU JUGEMENT.

Art. 407 Art. 407 § 1. CRIMINELE ZAKEN. § 1. MATIERES CRIMINELLES. Art. 408-412 Art. 408-412 § 2. CORRECTIONELE ZAKEN EN POLITIEZAKEN. § 2. MATIERES CORRECTIONNELLES ET DE

POLICE. Art. 413-414 Art. 413-414 § 3. BEPALING AAN DE TWEE VORIGE PARAGRAFEN GEMEEN.

§ 3. DISPOSITION COMMUNE AUX DEUX PARAGRAPHES PRECEDENTS.

Art. 415 Art. 415 HOOFDSTUK II. - BEROEP IN CASSATIE. CHAPITRE II. - DES DEMANDES EN

CASSATION. Art. 416-420, 420bis, 420ter, 421-442 Art. 416-420, 420bis, 420ter, 421-442 HOOFDSTUK III. - AANVRAGEN TOT HERZIENING. CHAPITRE III. - DES DEMANDES EN

REVISION. Art. 443-447, 447bis Art. 443-447, 447bis Texte Table des matières Début Texte Table des matières Début TITEL III. - WIJZEN VAN VOORZIENING TEGEN ARRESTEN OF VONNISSEN.

TITRE III. - DES MANIERES DE SE POURVOIR CONTRE LES ARRETS OU JUGEMENTS.

HOOFDSTUK I. - NIETIGHEID VAN HET ONDERZOEK EN VAN HET VONNIS.

CHAPITRE I. - DES NULLITES DE L'INSTRUCTION ET DU JUGEMENT.

Page 159: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Artikel 407. De arresten en de vonnissen in laatste aanleg gewezen in criminele, correctionele of politiezaken, alsmede het onderzoek en de vervolgingen die daaraan zijn voorafgegaan, kunnen worden vernietigd in de volgende gevallen en op voorzieningen ingesteld volgens de hierna te maken onderscheidingen.

Article 407. Les arrêts et jugements rendus en dernier ressort, en matière criminelle, correctionnelle ou de police, ainsi que l'instruction et les poursuites qui les auront précédés, pourront être annulés dans les cas suivants, et sur des recours dirigés d'après les distinctions qui vont être établies.

(De vonnissen en arresten over de strafvordering, buiten die van veroordeling, vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging, alsook de vonnissen en arresten over de burgerlijke rechtsvordering kunnen, niettegenstaande die voorzieningen, bij voorraad ten uitvoer gelegd worden, indien de rechters die ze gewezen hebben, aldus bij een speciaal gemotiveerde beschikking hebben beslist.) <KB 258 24-03-1936, Art. 3, § 2>

(Les jugements et arrêts sur l'action publique autres que ceux qui portent condamnation, acquittement ou absolution et les jugements et arrêts sur l'action civile peuvent être exécutés provisoirement, nonobstant ces recours, si les juges qui les ont rendus en ont ainsi décidé par une disposition spécialement motivée.) <AR 258 24-03-1936, Art. 3, § 2>

(In strafzaken zijn de nietigheden voortkomend uit enige onregelmatigheid betreffende de eed van getuigen, deskundigen of tolken gedekt, wanneer een vonnis of arrest op tegenspraak, behalve datgene dat een maatregel van inwendige aard inhoudt, gewezen is zonder dat de nietigheid door een van de partijen is voorgedragen of door de rechter ambtshalve is uitgesproken.) <W 22-06-1976, enig art.>

(En matière pénale, les nullités résultant d'une irrégularité touchant le serment des témoins, experts et interprètes, sont couvertes lorsqu'un jugement ou arrêt contradictoire, autre que celui prescrivant une mesure d'ordre intérieur, a été rendu sans qu'elles aient été proposées par une des parties ou prononcées d'office par le juge.) <L 22-06-1976, Art. unique>

§ 1. CRIMINELE ZAKEN. § 1. MATIERES CRIMINELLES. Art. 408. Wanneer de beschuldigde een veroordeling heeft ondergaan en er schending of verzuim van enige door dit wetboek op straffe van nietigheid voorgeschreven vorm heeft plaatsgehad, hetzij in het arrest van het hof van beroep waarbij zijn verwijzing naar een hof van assisen is bevolen, hetzij in het onderzoek en de rechtspleging vóór het laatstgenoemde hof, hetzij in het veroordelend arrest zelf, dan wordt op grond van dat verzuim of die schending, op vordering van de veroordeelde partij of van het openbaar ministerie, het veroordelend arrest en hetgeen daaraan is voorafgegaan vernietigd, van de oudste nietige akte af.

Art. 408. Lorsque l'accusé aura subi une condamnation, et que, soit dans l'arrêt de la (cour d'appel) qui aura ordonné son renvoi devant une cour d'assises, soit dans l'instruction et la procédure qui auront été faites devant cette dernière cour, soit dans l'arrêt même de condamnation, il y aura eu violation ou omission de quelques-unes des formalités que le présent Code prescrit sous peine de nullité, cette omission ou violation donnera lieu, sur la poursuite de la partie condamnée ou du ministère public, à l'annulation de l'arrêt de condamnation, et de ce qui l'aura précédé, à partir du plus ancien acte nul. <L 10-07-1967, Art. 1, 155°>

Dit geldt ook in geval van onbevoegdheid, evenals in geval van verzuim of van weigering om uitspraak te doen over een of meer verzoeken van de beschuldigde of ove een of meer vorderingen van het openbaar ministerie, die strekken om gebruik te maken van een bevoegdheid of een recht door de wet verleend, hoewel de straf van nietigheid niet uitdrukkelijk door de tekst gesteld is op het ontbreken van de vorm waarvan de inachtneming verzocht of gevorderd wordt.

Il en sera de même, tant dans les cas d'incompétence que lorsqu'il aura été omis ou refusé de prononcer soit sur une ou plusieurs demandes de l'accusé, soit sur une ou plusieurs réquisitions du ministère public, tendant à user d'une faculté ou d'un droit accordé par la loi, bien que la peine de nullité ne fût pas textuellement attachée à l'absence de la formalité dont l'exécution aura été demandée ou requise.

Page 160: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 409. Wanneer de beschuldigde wordt vrijgesproken, kan het openbaar ministerie de vernietiging van de beschikking van vrijspraak en van hetgeen daaraan is voorafgegaan slechts vorderen in het belang van de wet en zonder nadeel voor de vrijgesproken partij.

Art. 409. Dans le cas d'acquittement de l'accusé, l'annulation de l'ordonnance, qui l'aura prononcé, et de ce qui l'aura précédée, ne pourra être poursuivie par le ministère public que dans l'intérêt de la loi et sans préjudicier à la partie acquittée.

Art. 410. Wanneer de nietigheid hieruit volgt dat het arrest op de misdaad een andere straf heeft toegepast dan die welke de wet op zodanige misdaad stelt, kan zowel het openbaar ministerie als de veroordeelde partij de vernietiging van het arrest vorderen.

Art. 410. Lorsque la nullité procédera de ce que l'arrêt aura prononcé une peine autre que celle appliquée par la loi à la nature du crime, l'annulation de l'arrêt pourra être poursuivie tant par le ministère public que par la partie condamnée.

Dezelfde vordering behoort aan het openbaar ministerie tegen de arresten van ontslag van rechtsvervolging, in artikel (363) vermeld, indien het ontslag uitgesproken is op grond van het niet bestaan van een strafwet, die echter wel bestond. <W 23-08-1919, Art. 5>

La même action appartiendra au ministère public contre les arrêts d'absolution mentionnés en l'article (363), si l'absolution a été prononcée sur le fondement de la non-existence d'une loi pénale qui pourtant aurait existé. <L 23-08-1919, Art. 5>

Art. 411. Wanneer de uitgesproken straf dezelfde is als die welke bepaald is door de op de misdaad toepasselijke wet, kan niemand de vernietiging van het arrest vorderen, onder voorgeven dat bij de vermelding van de tekst van de wet een vergissing is begaan.

Art. 411. Lorsque la peine prononcée sera la même que celle portée par la loi qui s'applique au crime, nul ne pourra demander l'annulation de l'arrêt, sous le prétexte qu'il y aurait erreur dans la citation du texte de la loi.

Art. 412. In geen geval kan de burgerlijke partij de vernietiging vorderen van een beschikking van vrijspraak of van een arrest van ontslag van rechtsvervolging; indien echter het arrest burgerlijke veroordelingen tegen haar heeft uitgesproken, waarvan het bedrag de eisen van de vrijgesproken of ontslagen partij te boven gaat, kan die beschikking van het arrest worden vernietigd op vordering van de burgerlijke partij.

Art. 412. Dans aucun cas la partie civile ne pourra poursuivre l'annulation d'une ordonnance d'acquittement ou d'un arrêt d'absolution; mais si l'arrêt a prononcé contre elle des condamnations civiles, supérieures aux demandes de la partie acquittée ou absoute, cette disposition de l'arrêt pourra être annulée sur la demande de la partie civile.

§ 2. CORRECTIONELE ZAKEN EN POLITIEZAKEN. § 2. MATIERES CORRECTIONNELLES ET DE POLICE.

Art. 413. In correctionele zaken en in politiezaken staan de middelen van vernietiging, in artikel 408 vermeld, onderscheidenlijk ter beschikking van de partij die wegens wanbedrijf of overtreding is vervolgd, van het openbaar ministerie en van de burgerlijke partij, indien er een is, tegen alle arresten of vonnissen in laatste aanleg, zonder onderscheid tussen die waarbij de partij is vrijgesproken of veroordeeld.

Art. 413. Les voies d'annulation exprimées en l'article 408 sont, en matière correctionnelle en de police, respectivement ouvertes à la partie poursuivie pour un délit ou une contravention, au ministère public, et à la partie civile, s'il y en a une, contre tous arrêts ou jugements en dernier ressort, sans distinction de ceux qui ont prononcé le renvoi de la partie ou sa condamnation.

Wanneer echter die partij is vrijgesproken, kan niemand tegen haar de schending of het verzuim aanvoeren van de vormen die voorgeschreven zijn om haar verdediging te verzekeren.

Néanmoins, lorsque le renvoi de cette partie aura été prononcé, nul ne pourra se prévaloir contre elle de la violation ou omission des formes prescrites pour assurer sa défense.

Page 161: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

(De termijn die aan het openbaar ministerie en aan de burgerlijke partij is verleend om beroep in cassatie in te stellen tegen een veroordelend vonnis of arrest dat bij verstek gewezen is, neemt een aanvang bij het verstrijken van de (vijftiende) dag na die van de betekening (...), indien de veroordeelde niet in verzet is gekomen.) <W 15-06-1981, Art. 3>

(Le délai accordé au ministère public et à la partie civile pour se pourvoir en cassation contre un jugement ou un arrêt de condamnation prononcé par défaut prendra cours à l'expiration du (quinzième) jour, qui suit celui de la signification (...), s'il n'est pas intervenu d'opposition de la part du condamné.) <L 15-06-1981, Art. 3>

Art. 414. De bepaling van artikel 411 is mede van toepassing op de arresten en vonnissen, in laatste aanleg gewezen in correctionele zaken en in politiezaken.

Art. 414. La disposition de l'article 411 est applicable aux arrêts et jugements en dernier ressort rendus en matière correctionnelle et de police.

§ 3. BEPALING AAN DE TWEE VORIGE PARAGRAFEN GEMEEN.

§ 3. DISPOSITION COMMUNE AUX DEUX PARAGRAPHES PRECEDENTS.

Art. 415. Ingeval het Hof van Cassatie of een hof van beroep een onderzoek vernietigt, kan het bevelen dat de kosten van de opnieuw te beginnen rechtspleging ten laste komen van de ambtenaar of de onderzoeksrechter die de nietigheid begaan heeft.

Art. 415. Dans le cas où, soit la Cour de cassation, soit une (cour d'appel), annulera une instruction, elle pourra ordonner que les frais de la procédure à recommencer seront à la charge de l'officier ou juge instructeur qui aura commis la nullité. <L 10-07-1967, Art. 1, 157°>

Deze bepaling geldt evenwel slechts voor zeer grove tekortkomingen (...) <W 10-07-1967, Art. 1, 157°>

Néanmoins la présente disposition n'aura lieu que pour des fautes très graves (...). <L 10-07-1967, Art. 1, 157°>

HOOFDSTUK II. - BEROEP IN CASSATIE. CHAPITRE II. - DES DEMANDES EN CASSATION.

Art. 416. Beroep in cassatie tegen voorbereidende arresten en arresten van onderzoek of tegen in laatste aanleg gewezen vonnissen van dezelfde soort staat eerst open na het eindarrest of het eindvonnis; de vrijwillige tenuitvoerlegging van die voorbereidende arresten of vonnissen kan in geen geval als middel van niet-ontvankelijkheid worden ingeroepen.

Art. 416. Le recours en cassation contre les arrêts préparatoires et d'instruction, ou les jugements en dernier ressort de cette qualité, ne sera ouvert qu'après l'arrêt ou le jugement définitif; l'exécution volontaire de tels arrêts ou jugements préparatoires ne pourra, en aucun cas, être opposée comme fin de non-recevoir.

(Het vorige lid is niet van toepassing op arresten of vonnissen inzake bevoegdheid of met toepassing van de artikelen 135 en 235bis, noch op arresten of vonnissen inzake de burgerlijke rechtsvordering die uitspraak doen over het beginsel van aansprakelijkheid.) <W 1998-03-12/39, Art. 37, 006; En vigueur : 1998-10-02>

(L'alinéa précédent ne s'applique pas aux arrêts ou jugements rendus sur la compétence ou en application des articles 135 et 235bis, ni aux arrêts ou jugements relatifs à l'action civile qui statuent sur le principe d'une responsabilité.) <L 1998-03-12/39, Art. 37, 006; En vigueur : 1998-10-02>

Art. 417. De verklaring van beroep in cassatie wordt door de veroordeelde partij gedaan op de griffie en door haar en door de griffier getekend; indien hij die de verklaring doet niet kan of niet wil tekenen, maakt de griffier daarvan melding.

Art. 417. La déclaration de recours sera faite au greffier par la partie condamnée, et signée d'elle et du greffier; et si le déclarant ne peut ou ne veut signer, le greffier en fera mention.

(Deze verklaring kan in dezelfde vorm gedaan worden (...) door een advocaat, (...)) <W 16-02-1961, Art. 5> <W 20-12-1974, Art. 1 en 4>

(Cette déclaration pourra être faite, dans la même forme (...) par avocat (...)) <L 16-02-1961, Art. 5> <L 20-12-1974, Art. 1 et 4>

Page 162: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Deze verklaring wordt in een daartoe bestemd register ingeschreven; dat register is openbaar en een ieder heeft het recht zich uittreksels daaruit te doen afgeven.

Elle sera inscrite sur un registre à ce destiné; ce registre sera public, et toute personne aura le droit de s'en faire délivrer des extraits.

Art. 418. Wanneer het beroep in cassatie tegen een arrest of een vonnis in laatste aanleg gewezen in criminele, correctionele of politiezaken, ingesteld wordt, hetzij door de burgerlijke partij, indien er een is, hetzij door het openbaar ministerie, wordt dit beroep niet alleen ingeschreven zoals bepaald in het vorig artikel, maar tevens binnen een termijn van drie dagen betekend aan de partij tegen wie het gericht is.

Art. 418. Lorsque le recours en cassation contre un arrêt ou jugement en dernier ressort, rendu en matière criminelle, correctionnelle ou de police, sera exercé soit par la partie civile, s'il y en a une, soit par le ministère public, ce recours, outre l'inscription énoncée dans l'article précédent, sera notifié à la partie contre laquelle il sera dirigé, dans le délai de trois jours.

Wanneer deze partij zich op dat tijdstip in hechtenis bevindt, wordt de akte die de verklaring van beroep in cassatie inhoudt, haar door de griffier voorgelezen; zij tekent de akte en, indien zij niet kan of niet wil tekenen, maakt de griffier daarvan melding.

Lorsque cette partie sera actuellement détenue, l'acte contenant la déclaration de recours lui sera lu par le greffier; elle le signera, et si elle ne le peut ou ne le veut, le greffier en fera mention.

Wanneer de partij in vrijheid is, betekent de eiser haar zijn beroep in cassatie door tussenkomst van een (gerechtsdeurwaarder), hetzij aan haar persoon, hetzij aan de door haar gekozen woonplaats; (...). <W 05-07-1963, Art. 48, § 4> <W 10-07-1967, Art. 1, 158°>

Lorsqu'elle sera en liberté, le demandeur en cassation lui notifiera son recours, par le ministère d'un huissier de justice soit à sa personne, soit au domicile par elle élu; (...) <L 05-07-1963, Art. 48, § 4> <L 10-07-1967, Art. 1, 158°>

Art. 419. (Opgeheven) <W 20-06-1953, Art. 7> Art. 419. (Abrogé) <L 20-06-1953, Art. 7> Art. 420. <W 10-10-1967, Art. 153> De eerste voorzitter stelt een verslaggever aan zodra de processtukken op de griffie zijn ingekomen.

Art. 420. <L 10-10-1967, Art. 153> Le premier président nomme un rapporteur aussitôt que les pièces de la procédure seront arrivées au greffe.

Art. 420bis. <W 10-10-1967, Art. 154> De eiser in cassatie die de zaak wenst te bepleiten, geeft zijn middelen aan in een memorie, welke ten minste acht dagen voor de terechtzitting aan het openbaar ministerie wordt medegedeeld.

Art. 420bis. <L 10-10-1967, Art. 154> Le demandeur en cassation qui veut plaider l'affaire indique ses moyens dans un mémoire qui est préalablement communiqué au ministère public, huit jours au moins avant l'audience.

Na verloop van twee maanden sedert de dag waarop de zaak op de algemene rol is ingeschreven, mag hij echter geen memories of stukken meer indienen, behalve akten van afstand of hervatting van het geding of akten waaruit blijkt dat de voorziening doelloos geworden is (of de noten bedoeld in artikel 1107 van het Gerechtelijk Wetboek). <W 2000-11-14/36, Art. 10, 049; En vigueur : 29-12-2000>

Il ne peut toutefois plus produire ni mémoires, ni pièces autres que les désistements, les actes de reprise d'instance ou ceux qui révèlent que le pourvoi est devenu sans objet (ou les notes visées à l'article 1107 du Code judiciaire), après que deux mois se sont écoulés depuis le jour où la cause a été inscrite au rôle général. <L 2000-11-14/36, Art. 10, 049; En vigueur : 29-12-2000>

Ter vaststelling dat partijen memories of stukken hebben ingediend, brengt de griffier daarop kanttekeningen aan, die hij tekent onder vermelding van de datum van ontvangst.

Le greffier constate la remise par les parties de mémoires ou pièces au moyen de notes marginales qu'il signe en indiquant la date de réception.

Desgevraagd geeft hij aan de indiener een ontvangstbewijs af.

Il délivre récépissé au déposant s'il en est requis.

Page 163: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 420ter. <W 10-10-1967, Art. 155> De rechtspleging wordt geregeld zoals bepaald is in de artikelen 1105 tot 1109 van het Gerechtelijk Wetboek.

Art. 420ter. <L 10-10-1967, Art. 155> La procédure est réglée ainsi qu'il est dit aux articles 1105 à 1109 du Code judiciaire.

(tweede en derde lid opgeheven) <w 2000-11-14/36, Art. 11, 049; En vigueur : 29-12-2000>

(Alinéas 2 et 3 abrogés) <L 2000-11-14/36, Art. 11, 049; En vigueur : 29-12-2000>

Art. 421. Zij die tot een vrijheidstraf, zelfs in correctionele zaken of in politiezaken, zijn veroordeeld, kunnen zich niet in cassatie voorzien, wanneer zij zich op dat tijdstip niet in hechtenis bevinden noch onder borgtocht in vrijheid zijn gesteld.�

Art. 421. Les condamnés, même en matière correctionnelle ou de police, à une peine emportant privation de la liberté, ne seront pas admis à se pourvoir en cassation, lorsqu'ils ne seront pas actuellement en état, ou lorsqu'ils n'auront pas été mis en liberté sous caution.

De akte van hun opsluiting of van hun invrijheidstelling onder borgtocht wordt gehecht aan de akte van voorziening in cassatie.

L'acte de leur écrou, ou de leur mise en liberté sous caution, sera annexé à l'acte de recours en cassation.

Wanneer echter het beroep in cassatie gegrond is op onbevoegdheid, is het voor de ontvankelijkheid ervan voldoende dat de eiser aantoont dat hij zich op dat tijdstip gevangen gegeven heeft in het (huis van arrest) van de plaats waar het Hof van Cassatie zijn zetel heeft. De bewaarder van dat huis kan hem daarin opnemen op vertoon van zijn aanvraag aan de procureur-generaal bij dit Hof en door deze voor gezien getekend. <W 1999-05-07/61, Art. 6, 004; En vigueur : 01-07-1999>

Néanmoins, lorsque le recours en cassation sera motivé sur l'incompétence, il suffira au demandeur, pour que son recours soit recu, de justifier qu'il s'est actuellement constitué dans la (maison d'arrêt) du lieu où siège la Cour de cassation; le gardien de cette maison pourra l'y recevoir, sur la représentation de sa demande adressée au procureur général près la Cour, et visée par ce magistrat. <L 1999-05-07/61, Art. 6, 004; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 422. De veroordeelde of de burgerlijke partij kan, hetzij bij het doen van de verklaring van beroep in cassatie, hetzij binnen de (vijftien) volgende dagen, op de griffie van het hof of de rechtbank die het bestreden arrest of vonnis gewezen heeft, een verzoekschrift indienen, houdende de middelen van cassatie. De griffier geeft aan de betrokkene een ontvangstbewijs en overhandigt het verzoekschrift dadelijk aan de magistraat belast met het openbaar ministerie. <W 15-06-1981, Art. 1>

Art. 422. Le condamné ou la partie civile, soit en faisant sa déclaration, soit dans les (quinze) jours suivants, pourra déposer, au greffe de la cour ou du tribunal qui aura rendu l'arrêt ou le jugement attaqué, une requête contenant ses moyens de cassation. Le greffier lui en donnera reconnaissance, et remettra sur-le-champ cette requête au magistrat chargé du ministère public. <L 15-06-1981, Art. 1>

Art. 423. <W 20-06-1953, Art. 6, § 2> Binnen vijf dagen na het verstrijken van de termijn van (vijftien) dagen in het vorige artikel bepaald, doet de griffier de processtukken, de verzoekschriften van de partijen indien zij er ingediend hebben en de uitgifte van het bestreden arrest of vonnis toekomen aan de magistraat belast met het openbaar ministerie. <W 15-06-1981, Art. 1>

Art. 423. <L 20-06-1953, Art. 6, § 2> Dans les cinq jours qui suivront l'expiration du délai de (quinze) jours prévu à l'article précédent, le greffier fera passer au magistrat chargé du ministère public, les pièces du procès, les requêtes des parties si elles en ont déposé, et l'expédition de l'arrêt ou du jugement attaqué. <L 15-06-1981, Art. 1>

Hij moet daarvan vooraf kosteloos een inventaris opmaken en die erbij voegen, op straffe van geldboete van honderd frank, die door het Hof van Cassatie wordt uitgesproken.

Il en aura, au préalable, rédigé sans frais et joint inventaire, sous peine de 100 francs d'amende, laquelle sera prononcée par la Cour de cassation.

Page 164: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 424. <W 20-06-1953, Art. 6, § 2> De magistraat, belast met het openbaar ministerie bij het hof of de rechtbank die het bestreden arrest of vonnis gewezen heeft, zendt het dossier onverwijld aan de procureur-generaal bij het Hof van Cassatie; deze stelt het in handen van de griffier van het Hof van Cassatie, die de zaak onmiddellijk op de algemene rol brengt.

Art. 424. <L 20-06-1953, Art. 6, § 2> Le magistrat chargé du ministère public près la cour ou le tribunal qui a rendu l'arrêt ou le jugement attaqué remettra sans désemparer le dossier au procureur général près la Cour de cassation; celui-ci le transmettra au greffier de la Cour de cassation, qui inscrira immédiatement la cause au rôle général.

Art. 425. <W 20-06-1953, Art. 6, § 2> De eisers kunnen hun memories en stukken ook rechtstreeks aan de griffie van het Hof van Cassatie doen toekomen. (...). <W 1997-05-06/38, Art. 26, 002; En vigueur : 05-07-1997>

Art. 425. <L 20-06-1953, Art. 6, § 2> Les demandeurs pourront aussi transmettre directement leurs mémoires et pièces au greffe de la Cour de cassation. (...). <L 1997-05-06/38, Art. 26, 002; En vigueur : 05-07-1997>

Art. 426. Het Hof van Cassatie verwerpt de eis of vernietigt het arrest of het vonnis (...) <W 10-07-1967, Art. 1, 160°>

Art. 426. La Cour de cassation rejettera la demande ou annulera l'arrêt ou le jugement (...). <L 10-07-1967, Art. 1, 160°>

Art. 427. Wanneer het Hof van Cassatie een arrest of een vonnis in correctionele zaken of in politiezaken vernietigt, verwijst het de zaak en de partijen naar een hof of naar een rechtbank van dezelfde hoedanigheid als het hof of de rechtbank die het vernietigd arrest of vonnis gewezen heeft.

Art. 427. Lorsque la Cour de cassation annulera un arrêt ou un jugement rendu soit en matière correctionnelle, soit en matière de police, elle renverra le procès et les parties devant une cour ou un tribunal de même qualité que celui qui aura rendu l'arrêt ou le jugement annulé.

Art. 428. Wanneer het Hof van Cassatie een arrest in criminele zaken vernietigt, wordt gehandeld zoals bepaald is in de zeven volgende artikelen.

Art. 428. Lorsque la Cour de cassation annulera un arrêt rendu en matière criminelle, il sera procédé comme il est dit aux sept articles suivants.

Art. 429. Het Hof van Cassatie verwijst de zaak als volgt : Art. 429. La Cour de cassation prononcera le renvoi du procès, savoir :

Naar een ander hof van beroep dan het hof van beroep dat de bevoegdheid heeft geregeld en de inbeschuldigingstelling heeft uitgesproken, indien het arrest vernietigd wordt op een van de gronden in artikel 299 genoemd;

Devant une (cour d'appel) autre que celle qui aura réglé la compétence et prononcé la mise en accusation, si l'arrêt est annulé pour l'une des causes exprimées en l'article 299; <L 10-07-1967, Art. 1, 161°>

Naar een ander hof van assisen dan het hof van assisen dat het arrest gewezen heeft, indien het arrest en het onderzoek vernietigd worden wegens enige nietigheid, bij het hof van assisen begaan;

Devant une cour d'assises autre que celle qui aura rendu l'arrêt, si l'arrêt et l'instruction sont annulés pour cause de nullités commises à la cour d'assises.

Naar een andere rechtbank van eerste aanleg dan die waartoe de onderzoeksrechter behoorde, indien het arrest en het onderzoek alleen vernietigd worden ten aanzien van de beschikkingen die burgerlijke belangen betreffen (...).

Devant un tribunal de première instance autre que celui auquel aura appartenu le juge d'instruction, si l'arrêt et l'instruction sont annulés aux chefs seulement qui concernent les intérêts civils (...). <L 10-07-1967, Art. 1, 161°>

Page 165: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Indien het arrest en de rechtspleging vernietigd worden op grond van onbevoegdheid, verwijst het Hof van Cassatie de zaak naar de rechters die kennis ervan moeten nemen en wijst die aan; indien echter de bevoegdheid behoorde aan de rechtbank van eerste aanleg waarin de rechter die het eerste onderzoek heeft gedaan, zitting heeft, dan wordt de zaak verwezen naar een andere rechtbank van eerste aanleg.

Si l'arrêt et la procédure sont annulés pour cause d'incompétence, la cour de cassation renverra le procès devant les juges qui en doivent connaître, et les désignera : toutefois, si la compétence se trouvait appartenir au tribunal de première instance où siège le juge qui aurait fait la première instruction, le renvoi sera fait à un autre tribunal de première instance.

Wanneer het arrest vernietigd wordt omdat het feit dat tot de veroordeling aanleiding gegeven heeft, geen misdrijf blijkt te zijn volgens de wet, geschiedt de verwijzing, indien er een burgerlijke partij is, naar een andere rechtbank van eerste aanleg dan die waartoe de onderzoeksrechter behoorde; indien er geen burgerlijke partij is, wordt geen verwijzing uitgesproken.

Lorsque l'arrêt sera annulé parce que le fait qui aura donné lieu à une condamnation se trouvera n'être pas un délit qualifié par la loi, le renvoi, s'il y a une partie civile, sera fait devant un tribunal de première instance autre que celui auquel aura appartenu le juge d'instruction; et, s'il n'y a pas de partie civile, aucun renvoi ne sera prononcé.

Art. 430. In alle gevallen waarin het Hof van Cassatie gerechtigd is een hof of een rechtbank aan te wijzen om over een verwezen zaak uitspraak te doen, moet die aanwijzing blijken uit een bijzondere beslissing, die in raadkamer dadelijk na de uitspraak van het cassatiearrest genomen wordt en waarvan in dit arrest uitdrukkelijk melding wordt gemaakt.

Art. 430. Dans tous les cas où la Cour de cassation est autorisée à choisir une cour ou un tribunal pour le jugement d'une affaire renvoyée, ce choix ne pourra résulter que d'une délibération spéciale, prise en la chambre du conseil, immédiatement après la prononciation de l'arrêt de cassation, et dont il sera fait mention expresse dans cet arrêt.

Art. 431. De nieuwe onderzoeksrechters aan wie opdracht zou worden gegeven om het onderzoek van de verwezen zaken aan te vullen, mogen niet worden gekozen uit de onderzoeksrechters van het rechtsgebied van het hof wiens arrest is vernietigd.

Art. 431. Les nouveaux juges d'instruction auxquels il pourrait être fait des délégations pour compléter l'instruction des affaires renvoyées, ne pourront être pris parmi les juges d'instruction établis dans le ressort de la cour dont l'arrêt aura été annulé.

Art. 432. Het hof van beroep waarnaar een zaak verwezen is, herstelt, wat hem betreft, de gebreken van het onderzoek en wijst binnen zijn rechtsgebied het hof van assisen aan dat over de zaak uitspraak moet doen.

Art. 432. Lorsque le renvoi sera fait à une (cour d'appel), celle-ci, après avoir réparé l'instruction en ce qui la concerne, désignera, dans son ressort, la cour d'assises par laquelle le procès devra être jugé. <L 10-07-1967, Art. 1, 162°>

Art. 433. Wanneer de zaak naar een hof van assisen verwezen is en er medeplichtigen zijn die zich niet in staat van beschuldiging bevinden, geeft dat hof aan een onderzoeksrechter en de procureur-generaal aan een van zijn substituten opdracht om, ieder wat hem betreft, het onderzoek te doen; de stukken van het onderzoek worden vervolgens toegezonden aan het hof van beroep, dat beslist of er al dan niet grond is tot inbeschuldigingstelling.

Art. 433. Lorsque le procès aura été renvoyé devant une cour d'assises, et qu'il y aura des complices qui ne seront pas en état d'accusation, cette cour commettra un juge d'instruction, et le procureur général l'un de ses substituts, pour faire, chacun en ce qui le concerne, l'instruction dont les pièces seront ensuite adressées à la (cour d'appel), qui prononcera s'il y a lieu ou non à la mise en accusation. <L 10-07-1967, Art. 1, 161°>

Page 166: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 434. (Indien het arrest vernietigd is omdat het op de misdaad een andere straf heeft toegepast dan die welke de wet op zodanige misdaad stelt, wijst het hof van assisen waarnaar de zaak wordt verwezen, op de reeds door de jury gedane schuldigverklaring, zijn arrest overeenkomstig de (...) artikelen 362 en volgende (...) <W 23-08-1919, Art. 5> <W 10-07-1967, Art. 1, 163°>

Art. 434. (Si l'arrêt a été annulé pour avoir prononcé une peine autre que celle que la loi applique à la nature du crime, la cour d'assises à qui le procès sera renvoyé rendra son arrêt conformément aux articles 362 et suivants (...), sur la déclaration de culpabilité déjà faite par le jury.) <L 23-08-1919, Art. 5> <L 10-07-1967, Art. 1, 163°>

Indien het arrest op een andere grond vernietigd is, worden nieuwe debatten gehouden voor het hof van assisen waarnaar de zaak verwezen wordt.

Si l'arrêt a été annulé pour autre cause, il sera procédé à de nouveaux débats devant la cour d'assises à laquelle le procès sera renvoyé.

Het Hof van Cassatie vernietigt enkel een gedeelte van het arrest, wanneer de nietigheid slechts een of enige van de beschikkingen treft.

La Cour de cassation n'annulera qu'une partie de l'arrêt, lorsque la nullité ne viciera qu'une ou quelques-unes de ses dispositions.

Art. 435. De beschuldigde wiens veroordeling vernietigd is en die een nieuwe criminele berechting moet ondergaan, wordt, hetzij in staat van hechtenis, hetzij ter uitvoering van de beschikking tot gevangenneming, gebracht voor het hof van beroep of van assisen, waarnaar zijn zaak verwezen wordt.

Art. 435. L'accusé dont la condamnation aura été annulée, et qui devra subir un nouveau jugement au criminel, sera traduit soit en état d'arrestation, soit en exécution de l'ordonnance de prise de corps, devant la (cour d'appel) ou d'assises à qui son procès sera renvoyé. <L 10-07-1967, Art. 1, 161°>

Art. 436. <W 20-06-1953, Art. 5, § 2> De burgerlijke partij wier eis tot cassatie hetzij in criminele zaken, hetzij in correctionele zaken of in politiezaken wordt verworpen, wordt veroordeeld in de kosten.

Art. 436. <L 20-06-1953, Art. 5, § 2> La partie civile qui succombera dans son recours, soit en matière criminelle, soit en matière correctionnelle ou de police, sera condamnée aux frais.

Art. 437. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 164°> Art. 437. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 164°> Art. 438. Wanneer een eis tot cassatie verworpen wordt, kan de partij die hem heeft ingesteld, zich onder geen enkel voorwendsel en op grond van geen enkel middel nogmaals in cassatie voorzien tegen hetzelfde arrest of vonnis.

Art. 438. Lorsqu'une demande en cassation aura été rejetée, la partie qui l'avait formée ne pourra plus se pourvoir en cassation contre le même arrêt ou jugement, sous quelque prétexte et par quelque moyen que ce soit.

Art. 439. Het arrest dat de eis tot cassatie verworpen heeft, wordt binnen drie dagen aan de procureur-generaal bij het Hof van Cassatie afgegeven in de vorm van een eenvoudig uittreksel, door de griffier getekend. Dit uittreksel wordt toegezonden aan de minister van Justitie, die het doorzendt aan de magistraat belast met het ambt van het openbaar ministerie bij het hof of de rechtbank die het bestreden arrest of vonnis gewezen heeft.

Art. 439. L'arrêt qui aura rejeté la demande en cassation sera délivré dans les trois jours au procureur général près la Cour de cassation, par simple extrait signé du greffier, lequel sera adressé au (...) ministre de la justice, et envoyé par celui-ci au magistrat chargé du ministère public près la cour ou le tribunal qui aura rendu l'arrêt ou le jugement attaqué. <L 10-07-1967, Art. 1, 165°>

Art. 440. Wanneer na een eerste vernietiging, het tweede arrest of vonnis over de zaak zelf met dezelfde middelen wordt bestreden, wordt gehandeld met inachtneming van de vormen bij (de wet van 7 juli 1865) voorgeschreven. <W 10-07-1967, Art. 1, 166°>

Art. 440. Lorsque, après une première cassation, le second arrêt ou jugement sur le fond sera attaqué par les mêmes moyens, il sera procédé, selon les formes prescrites par la loi du (7 juillet 1865). <L 10-07-1967, Art. 1, 166°>

Page 167: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 441. Wanneer de procureur-generaal bij het Hof van Cassatie, op vertoon van een uitdrukkelijk bevel, hem door de minister van Justitie gegeven, bij (de kamer die kennis neemt van het cassatieberoep in criminele, correctionele en politiezaken), aangifte doet van gerechtelijke akten, arresten of vonnissen die strijdig zijn met de wet, kunnen deze akten, arresten of vonnissen worden vernietigd en de officieren van politie of de rechters kunnen, indien daartoe grond bestaat, vervolgd worden op de wijze bepaald in HOOFDSTUK III, titel IV, van dit boek. <W 10-07-1967, Art. 1, 167°>

Art. 441. Lorsque, sur l'exhibition d'un ordre formel à lui donné par le ministre de la justice, le procureur général près la cour de cassation dénoncera, à la (chambre qui connaît des pourvois en matière criminelle, correctionnelle ou de police), des actes judiciaires, arrêts ou jugements contraires à la loi, ces actes, arrêts ou jugements pourront être annulés, et les officiers de police ou les juges poursuivis, s'il y a lieu, de la manière exprimée au CHAPITRE III du titre IV du présent livre. <L 10-07-1967, Art. 1, 167°>

Art. 442. Wanneer een hof van beroep of van assisen, of een correctionele rechtbank of politierechtbank een arrest of een vonnis in laatste aanleg heeft gewezen, dat vatbaar is voor cassatie, maar waartegen geen van de partijen binnen de gestelde termijn is opgekomen, kan de procureur-generaal bij het Hof van Cassatie ook ambtshalve, en niettegenstaande het verstrijken van de termijn, aan het Hof van Cassatie kennis ervan geven; het arrest of het vonnis zal vernietigd worden, zonder dat partijen zich erop kunnen beroepen om zich tegen de tenuitvoerlegging te verzetten.

Art. 442. Lorsqu'il aura été rendu par une (cour d'appel ou une cour d'assises), ou par un tribunal correctionnel ou de police, un arrêt ou jugement en dernier ressort, sujet à cassation, et contre lequel néanmoins aucune des parties n'aurait réclamé dans le délai déterminé, le procureur général près la cour de cassation pourra aussi d'office, et nonobstant l'expiration du délai, en donner connaissance à la Cour de cassation : l'arrêt ou le jugement sera cassé, sans que les parties puissent s'en prévaloir pour s'opposer à son exécution. <L 10-07-1967, Art. 1, 168°>

HOOFDSTUK III. - AANVRAGEN TOT HERZIENING.

CHAPITRE III. - DES DEMANDES EN REVISION.

Art. 443. <W 18-06-1894, enig art.> Herziening van in kracht van gewijsde gegane veroordelingen kan in criminele of correctionele zaken, onverschillig welk gerecht uitspraak heeft gedaan en al is de veroordeling voorwaardelijk, aangevraagd worden op de volgende gronden :1° Wanneer onverenigbaarheid bestaat tussen veroordelingen die wegens een zelfde feit bij onderscheidene arresten of vonnissen tegen verschillende beschuldigden of beklaagden al dan niet op tegenspraak zijn uitgesproken, en het bewijs van de onschuld van een der veroordeelden uit de tegenstrijdigheid van de beslissingen volgt;

Art. 443. <L 18-06-1894, Art. unique> La revision des condamnations passées en force de chose jugée pourra, en matière criminelle ou correctionnelle, quelle que soit la juridiction qui ait statué, et alors même que la condamnation serait conditionnelle, être demandée pour les causes ci-après : 1° Si des condamnations prononcées, contradictoirement ou non, à raison d'un même fait, par des arrêts ou jugements distincts, contre des accusés ou prévenus différents, ne peuvent se concilier et que la preuve de l'innocence de l'un des condamnés résulte de la contrariété des décisions;

2° Wanneer een getuige die op de terechtzitting gehoord is in een geding door het hof van assisen op tegenspraak behandeld, of die, hetzij op de terechtzitting, hetzij in de loop van het vooronderzoek, gehoord is in een geding behandeld door een andere rechter of door een hof van assisen uitspraak doende bij weerspannigheid aan de wet, naderhand een in kracht van gewijsde gegane veroordeling heeft ondergaan wegens vals getuigenis tegen de veroordeelde;

2° Si un témoin entendu à l'audience, dans le cas d'un procès jugé contradictoirement par une cour d'assises ou entendu, soit à l'audience, soit au cours de l'instruction préparatoire, dans le cas d'un procès jugé par une autre juridiction ou par une cour d'assises statuant par contumace, a subi ultérieurement, pour faux témoignage contre le condamné, une condamnation passée en force de chose jugée;

Page 168: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

3° Wanneer het bewijs dat de veroordeelde onschuldig is of dat een strengere strafwet is toegepast dan die welke hij werkelijk heeft overtreden, schijnt te volgen uit een feit dat zich voorgedaan heeft sedert zijn veroordeling, of uit een omstandigheid waarvan hij het bestaan niet heeft kunnen aantonen ten tijde van het geding.

3° Si la preuve de l'innocence du condamné ou de l'application d'une loi pénale plus sévère que celle à laquelle il a réellement contrevenu paraît résulter d'un fait survenu depuis sa condamnation ou d'une circonstance qu'il n'a pas été à même d'établir lors du procès.

De aanvraag tot herziening is evenwel niet-ontvankelijk : Toutefois, la demande en revision ne sera pas recevable :

Indien de aanvrager bij zijn verzoekschrift geen met redenen omkleed gunstig advies voegt van drie advocaten bij het Hof van Cassatie of van drie advocaten bij het hof van beroep, die tien jaar ingeschreven zijn op de tabel;

Si le demandeur ne joint pas à sa requête un avis motivé en faveur de celle-ci, de trois avocats à la Cour de cassation ou de trois avocats à la cour d'appel ayant dix années d'inscription au tableau;

Indien de uitgesproken veroordeling niet zwaarder is dan de straf of het minimum van de straf door de minder strenge wet gesteld op het werkelijk gepleegde misdrijf;

Si la condamnation infligée ne dépasse pas la peine ou le minimum de la peine comminée, par la loi moins sévère, contre l'infraction qui a été effectivement commise;

Indien meer dan vijf jaren verlopen zijn sedert de definitieve veroordeling van de valse getuige (...) <W 10-07-1967, Art. 1, 169°>

S'il s'est écoulé plus de cinq ans depuis la condamnation définitive du faux témoin (...). <L 10-07-1967, Art. 1, 169°>

Wanneer de tweede veroordeling, in het geval voorzien onder 1°, of de veroordeling van de getuige, in het geval voorzien onder 2°, uitgesproken is bij weerspannigheid aan de wet, kan de herziening worden aangevraagd zowel vóór als na de verjaring van de straf.

Lorsque la seconde condamnation, dans le cas prévu au 1°, ou la condamnation encourue par le témoin, dans le cas du 2°, aura été prononcée par contumace, la revision pourra être demandée avant comme après la prescription de la peine.

Art. 444. <W 18-06-1894, enig art.> Het recht om herziening aan te vragen behoort :

Art. 444. <L 18-06-1894, Art. unique> Le droit de demander la revision appartient :

1° Aan de veroordeelde; 1° Au condamné; 2° Indien de veroordeelde overleden is, indien hij onbekwaam of afwezig verklaard is, aan zijn echtgenoot, aan zijn bloedverwanten in de nederdalende en de opgaande lijn, aan zijn broeders en zusters;

2° Si le condamné est décédé, si son interdiction a été prononcée ou s'il se trouve en état d'absence déclarée, à son conjoint, à ses descendants, à ses ascendants, à ses frères et soeurs;

3° Aan de minister van Justitie. 3° Au Ministre de la justice. Het Hof van Cassatie neemt kennis van de aanvragen tot herziening.

La Cour de cassation connaît des demandes en revision.

Deze worden bij het Hof aanhangig gemaakt, hetzij door een vordering van de procureur-generaal, hetzij door een verzoekschrift dat getekend is door een advocaat bij het Hof, een omstandige opgave van de feiten bevat en de grond tot herziening bepaalt.

Elle en est saisie, soit par le réquisitoire du procureur général, soit par une requête, signée d'un avocat à la Cour, détaillant les faits et spécifiant la cause de revision.

Na kennisneming van de vordering van de procureur-generaal of van het in behoorlijke vorm ingediende verzoekschrift, benoemt het Hof van Cassatie, indien de veroordeelde overleden, afwezig of onbekwaamverklaard is, een curator voor zijn verdediging, die hem vertegenwoordigt bij de rechtspleging in herziening.

Sur le vu du réquisitoire du procureur général ou de la requête présentée en due forme, la Cour de cassation, si le condamné est décédé, absent ou interdit, nommera un curateur à sa défense, lequel le représentera dans la procédure en revision.

Page 169: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De burgerlijke partij is gehouden in het geding tot herziening tussen te komen bij wege van een verzoekschrift aan het Hof van Cassatie, ingediend binnen twee maanden na aanmaning; bij gebreke daarvan, is het arrest van het Hof van Cassatie over de ontvankelijkheid van de aanvraag tot herziening ook voor haar bindend.

La partie civile sera tenue d'intervenir dans l'instance en revision, par requête à la Cour de cassation formulée au plus tard dans les deux mois de la sommation, faute de quoi l'arrêt de la Cour de cassation sur la recevabilité de la demande en revision lui sera commun.

De burgerlijke partij zal in dat geval, evenals ingeval zij wel is tussengekomen, in de zaak betrokken worden voor de rechter die moet beslissen over de herziening zelf, en het arrest zal, onverschillig of zij al dan niet verschijnt, voor haar bindend zijn.

Elle sera dans ce cas, comme aussi, si elle est intervenue, mise en cause devant la juridiction saisie du jugement au fond de la revision et, soit qu'elle comparaisse, soit qu'elle ne comparaisse pas, l'arrêt lui sera commun.

Wordt de herziening toegestaan, dan verliest de burgerlijke partij het voordeel van de te haren gunste verkregen veroordelingen en zij wordt veroordeeld tot zodanige teruggaven als naar recht; zij kan echter, behalve wanneer zij zelf bedrog heeft gepleegd, niet worden veroordeeld tot teruggave van de vruchten en de interest dan te rekenen van het arrest waarbij de herziening wordt toegestaan.

Si la revision est admise, la partie civile perdra le bénéfice des condamnations obtenues à son profit et sera condamnée à telles restitutions que de droit, sans néanmoins qu'elle puisse, sauf le cas de dol personnel, être condamnée à la restitution des fruits et intérêts, si ce n'est à partir de l'arrêt qui admettra la revision.

Behalve wanneer zij zelf bedrog heeft gepleegd, kan zij niet worden veroordeeld tot schadevergoeding jegens de aanvrager van de herziening; zij draagt noch de kosten van het eerste geding, noch de kosten van het geding tot herziening, die ten laste komen van de Staat indien de herziening wordt toegestaan.

Hors le cas de dol personnel, elle ne pourra être condamnée à des dommages-intérêts envers le demandeur en revision; elle n'aura à supporter ni les frais du procès primitif, ni les frais du procès en revision, qui seront à charge de l'Etat, si la revision est admise.

Art. 445. <W 18-06-1894, enig art.> Wanneer de aanvraag tot herziening steunt op de in artikel 443, 1°, vermelde grond, vernietigt het Hof van Cassatie de veroordelingen, indien het erkent dat zij onverenigbaar zijn, en naar gelang van het geval verwijst het de zaken, in de staat waarin de rechtspleging zich bevindt, en ondanks verjaring van de rechtsvordering of van de straf, naar een hof van beroep of een hof van assisen dat er vroeger geen kennis van genomen heeft. In geval van overlijden, onbekwaamverklaring, afwezigheid, weerspannigheid aan de wet of verstek van de veroordeelde te wiens behoeve geen verzoekschrift als vermeld in artikel 444 is ingediend, benoemt het Hof van Cassatie een curator voor zijn verdediging, die hem bij de rechtspleging in herziening zal vertegenwoordigen.

Art. 445. <L 18-06-1894, Art. unique> Lorsque la demande en revision sera formée pour la cause exprimée au 1° de l'article 443, la Cour de cassation, si elle reconnaît que les condamnations ne peuvent se concilier, les annulera et, selon les cas, renverra les affaires, dans l'état des procédures, nonobstant toute prescription de l'action ou de la peine, devant une cour d'appel ou une cour d'assises qui n'en aura pas primitivement connu. En cas de décès, d'interdiction, d'absence, de contumace ou de défaut du condamné pour lequel la requête mentionnée à l'article 444 n'aura pas été présentée, la Cour de cassation nommera un curateur à sa défense, lequel le représentera dans la procédure en revision.

Page 170: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Wanneer de aanvraag tot herziening steunt op de in artikel 443, 2°, vermelde grond en het bestaan hiervan voor het Hof van Cassatie gebleken is, vernietigt het hof de veroordeling en verwijst de zaak naar een hof van beroep of een hof van assisen, zoals in het eerste lid van dit artikel bepaald is. De veroordeelde getuige mag in de nieuwe debatten niet worden gehoord.

Lorsque la cause invoquée à l'appui de la demande en revision sera celle qui est exprimée au 2° de l'article 443, la Cour de cassation, s'il en est justifié devant elle, annulera la condamnation et renverra l'affaire devant une cour d'appel ou une cour d'assises, ainsi qu'il est dit au premier alinéa du présent article. Le témoin condamné ne pourra être entendu dans les nouveaux débats.

Wanneer de aanvraag tot herziening steunt op een van de in artikel 443, 3°, vermelde gronden en het Hof van Cassatie de aanvraag niet dadelijk als niet-ontvankelijk verwerpt, beveelt het Hof dat deze zal worden onderzocht door een hof van beroep dat het daarmee belast, ten einde na te gaan of de tot staving van de aanvraag aangevoerde feiten beslissend genoeg schijnen om de zaak te herzien.

Lorsque la revision sera demandée pour l'une des causes prévues au 3° de l'article 443, la Cour de cassation, si elle ne rejette pas immédiatement la demande comme n'étant pas recevable, ordonnera qu'il sera instruit sur la demande en revision par une cour d'appel qu'elle en chargera, aux fins de vérifier si les faits articulés à l'appui de la demande en revision paraissent suffisamment concluants pour qu'il y ait lieu de procéder à la revision.

Dit onderzoek heeft plaats op de openbare terechtzitting van de burgerlijke kamer, voorgezeten door de eerste voorzitter, op verslag gedaan door een van de raadsheren van de kamer en gehoord de procureur-generaal, de veroordeelde of de curator voor zijn verdediging en de burgerlijke partijen, indien die er zijn in het geding. Over de uitkomst van het onderzoek wordt bij een met redenen omkleed arrest uitspraak gedaan en, naargelang het hof van beroep advies voor of tegen herziening uitbrengt, vernietigt het Hof van Cassatie de veroordeling en verwijst de zaak naar een hof van beroep of een hof van assisen, zoals in het eerste lid van dit artikel bepaald is, ofwel verwerpt het de aanvraag tot herziening. Indien het onderzoek niet geschied is overeenkomstig de wet, verklaart het Hof van Cassatie het nietig, beveelt dat het opnieuw zal worden begonnen en verwijst de zaak, voor verder onderzoek, naar een ander hof van beroep.

Il sera procédé à cette instruction à l'audience publique de la chambre civile présidée par le premier président, après rapport fait par l'un des conseillers de la chambre et après avoir entendu le procureur général, le condamné ou le curateur à sa défense et les parties civiles, s'il y en a au procès. Il sera statué, par arrêt motivé, sur les résultats de l'instruction et, selon que la cour d'appel émettra l'avis qu'il y a lieu ou qu'il n'y a pas lieu à revision, la Cour de cassation annulera la condamnation et renverra l'affaire devant une cour d'appel ou une cour d'assises, ainsi qu'il est dit au premier alinéa du présent article, ou rejettera la demande en revision. Si l'instruction n'est pas conforme à la loi, la Cour de cassation la déclarera nulle, ordonnera qu'elle soit recommencée et renverra l'affaire en état d'instruction, à une autre cour d'appel.

Page 171: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Wanneer de aanvraag tot herziening betrekking heeft op een veroordeling wegens het doden van iemand en het blijkt dat het beweerde slachtoffer na de datum van de veroordeling nog in leven was, en indien de veroordeelde nog leeft en de bevindingen van het onderzoek genoegzame bezwaren voor een correctionele of criminele tenlastelegging tegen hem laten bestaan, verklaart het hof van beroep zulks in zijn arrest; het Hof van Cassatie vernietigt de veroordeling en verwijst de zaak naar een hof van beroep of een hof van assisen, zoals in het eerste lid van dit artikel bepaald is; bij ontstentenis van die verklaring, vernietigt het Hof van Cassatie de veroordeling zonder verwijzing.

Lorsque la demande en revision portera sur une condamnation pour homicide et que l'existence de la prétendue victime de l'homicide, à une date postérieure à celle de la condamnation, sera établie, si le condamné est vivant et si les constatations faites, dans l'instruction, laissent subsister contre lui des charges suffisantes pour une inculpation correctionnelle ou criminelle, la cour d'appel le déclarera dans son arrêt, et la Cour de cassation, en annulant la condamnation, renverra l'affaire à une cour d'appel ou une cour d'assises, ainsi qu'il est dit au premier alinéa du présent article; à défaut de cette déclaration, la Cour de cassation annulera la condamnation sans renvoi.

Art. 446. <W 18-06-1894, enig art.> De verwijzing naar een hof van assisen heeft krachtens het vorige artikel slechts plaats, indien de aan herziening onderworpen veroordeling of een van de met elkaar onverenigbaar erkende veroordelingen uitgesproken is door een hof van assisen. In geval van verwijzing naar een hof van assisen wordt een nieuwe akte van beschuldiging opgemaakt.

Art. 446. <L 18-06-1894, Art. unique> Le renvoi à une cour d'assises n'a lieu, en vertu de l'article précédent, que si la condamnation à reviser ou l'une des condamnations reconnues inconciliables a été prononcée par une cour d'assises. En cas de renvoi à une cour d'assises, un nouvel acte d'accusation sera dressé.

Het hof van assisen doet uitspraak met bijstand van de jury, zelfs in geval van weerspannigheid aan de wet.

La cour d'assises statuera avec l'assistance du jury, nonobstant contumace.

Art. 447. <W 18-06-1894, enig art.> Het hof waarnaar de zaak verwezen wordt, spreekt de beschuldigde of de beklaagde vrij, of bevestigt de wegens herziening vernietigde veroordeling, behoudens vermindering van de door deze veroordeling opgelegde straf, indien daartoe grond bestaat.

Art. 447. <L 18-06-1894, Art. unique> La cour de renvoi prononcera l'acquittement de l'accusé ou du prévenu, ou confirmera la condamnation annulée pour cause de revision, sauf à réduire, le cas échéant, la peine infligée par cette condamnation.

Wanneer het Hof van Cassatie een veroordeling wegens het doden van iemand vernietigt zonder verwijzing of wanneer het hof waarnaar een zaak verwezen wordt, de beschuldigde of de beklaagde vrijspreekt, wordt in het arrest verklaard dat de onschuld van de beschuldigde of van de beklaagde erkend is. Het arrest wordt, op verzoek van de betrokkene of van zijn rechthebbenden en door de zorg van de procureur-generaal, bij uittreksel bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad en in een blad uit de provincie waar de vernietigde veroordeling is uitgesproken. Het wordt bovendien onder dezelfde voorwaarden aangeplakt in de gemeente waar het misdrijf is vastgesteld zowel als in die waar de eerste beslissing is gewezen. Een uitgifte van het arrest wordt toegezonden aan de minister van Justitie, en een andere wordt afgegeven aan de veroordeelde of aan de curator voor zijn verdediging.

Lorsque la cour de cassation annulera, sans renvoi, une condamnation pour homicide et lorsque la cour de renvoi prononcera l'acquittement de l'accusé ou du prévenu, il sera déclaré, dans l'arrêt, que l'innocence de l'accusé ou du prévenu a été reconnue. L'arrêt sera publié, par extrait, à la demande de l'intéressé ou de ses ayants droit et à la diligence du procureur général, dans le Moniteur belge et dans un journal de la province où la condamnation annulée aura été prononcée. Il sera de plus, dans les mêmes conditions, affiché tant dans la commune où l'infraction a été relevée, que dans celle où la décision primitive a été rendue. Une expédition en sera transmise au ministre de la justice et une autre expédition en sera délivrée au condamné ou au curateur à sa défense.

Page 172: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

In de gevallen van het vorige lid wordt een vergoeding ten laste van de Staatskas toegekend, hetzij aan de veroordeelde, hetzij aan zijn rechthebbenden. Het bedrag wordt door de regering bepaald.

Dans les cas prévus à l'alinéa précédent, une indemnité sera allouée, à charge du trésor public, soit au condamné, soit à ses ayants droit. Le montant en sera fixé par le gouvernement.

Een dergelijke vergoeding kan toegekend worden wanneer de straf verminderd wordt.

Semblable indemnité pourra être allouée lorsque la peine aura été réduite.

De aanvrager van de herziening die in het ongelijk wordt gesteld, wordt veroordeeld in de kosten.

Le demandeur en revision, qui succombe, sera condamné aux dépens.

De ten onrechte geïnde geldboete wordt terugbetaald, met de wettelijke interest te rekenen van de inning.

L'amende, percue indûment, sera remboursée avec les intérêts légaux depuis la perception.

(Indien de in de leden 3 en 4 bedoelde vergoeding geweigerd wordt, indien het bedrag ervan onvoldoende wordt geacht, of indien de regering niet binnen zes maanden heeft beslist op het door de veroordeelde of zijn rechtverkrijgenden te dien einde ingediend verzoekschrift, kunnen dezen zich binnen zestig dagen na de beslissing van de regering, of na het verstrijken van de termijn waarbinnen moest worden beslist, wenden tot de commissie ingesteld overeenkomstig artikel 28, § 4, van de wet van 20 april 1874 op de voorlopige hechtenis.) <W 18-03-1973, Art. 6>

(Si l'indemnité prévue par les alinéas 3 et 4 est refusée, si le montant en est jugé insuffisant ou si le gouvernement n'a pas statué dans les six mois d'une requête introduite à cette fin par le condamné ou par ses ayants droit, ceux-ci pourront, dans les soixante jours de la décision du gouvernement ou à l'expiration du délai dans lequel il aurait dû statuer, s'adresser à la commission instituée conformément à l'article 28, § 4, de la loi du 20 avril 1874 relative à la détention préventive.) <L 18-03-1973, Art. 6>

Art. 447bis. <W 09-04-1930, Art. 30> De beslissingen, uitgesproken krachtens de wet tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers en waarbij internering wordt gelast van verdachten en beschuldigden die zich in staat van krankzinnigheid, geestesstoornis of zwakzinnigheid bevinden, kunnen worden herzien overeenkomstig de artikelen 443 tot 447.

Art. 447bis. <L 09-04-1930, Art. 30> Sont susceptibles de revision, conformément aux articles 443 à 447, les décisions ordonnant l'internement des inculpés et accusés en état de démence, de déséquilibre mental ou de débilité mentale, prononcées en vertu de la loi de défense sociale à l'égard des anormaux et des délinquants d'habitude.

12 DECEMBER 1808. - WETBOEK VAN STRAFVORDERING. - BOEK II, TITEL IV. (Om technische redenen is het Wetboek van Strafvordering ingedeeld in 8 delen waarvan het zesde deel Titel IV van het tweede Boek omvat.)

12 DECEMBRE 1808. - CODE D'INSTRUCTION CRIMINELLE. - LIVRE II, TITRE IV. (Pour des raisons techniques, le Code d'Instruction Criminelle est divisé en 8 parties, dont le Titre IV du deuxième Livre est la sixième partie.)

(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1990 en tekstbijwerking tot 24-07-2001)

(NOTE : Consultation des versions antérieur à partir du 01-01-1990 et mis à jour au 24-07-2001)

TITEL IV. - ENIGE RECHTSPLEGINGEN VAN BIJZONDERE AARD.

TITRE IV. - DE QUELQUES PROCEDURES PARTICULIERES.

HOOFDSTUK I. - VALSHEID. CHAPITRE I. - DU FAUX. Art. 448-464 Art. 448-464 HOOFDSTUK II. - WEERSPANNIGHEID AAN DE WET.

CHAPITRE II. - DES CONTUMACES. <L 2000-06-30/47, Art. 41, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 465-478 Art. 465-478 HOOFDSTUK III. - MISDADEN DOOR RECHTERS GEPLEEGD BUITEN HUN AMBT EN IN DE UITOEFENING VAN HUN AMBT.

CHAPITRE III. - DES CRIMES COMMIS PAR DES JUGES, HORS DE LEURS FONCTIONS ET DANS L'EXERCICE DE LEURS FONCTIONS.

Page 173: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

AFDELING I. - VERVOLGING EN ONDERZOEK TEGEN RECHTERS WEGENS MISDADEN EN WANBEDRIJVEN DOOR HEN BUITEN HUN AMBT GEPLEEGD.

SECTION I. - DE LA POURSUITE ET INSTRUCTION CONTRE DES JUGES, POUR CRIMES ET DELITS PAR EUX COMMIS HORS DE LEURS FONCTIONS.

Art. 479-482, 482bis Art. 479-482, 482bis AFDELING II. - (VERVOLGING EN ONDERZOEK, WEGENS MISDADEN OF WANBEDRIJVEN IN VERBAND MET HUN AMBT, TEGEN SOMMIGE RECHTERS EN RECHTBANKEN.) <W 10-07-1967, Art. 1, 188°>

SECTION II. - (DE LA POURSUITE ET DE L'INSTRUCTION CONTRE CERTAINS JUGES ET TRIBUNAUX POUR CRIMES ET DELITS RELATIFS A LEURS FONCTIONS.) <L 10-07-1967, Art. 1, 188°>

Art. 483-503, 503bis Art. 483-503, 503bis HOOFDSTUK IV. - MISDRIJVEN TEGEN DE EERBIED AAN DE GESTELDE OVERHEDEN VERSCHULDIGD.

CHAPITRE IV. - DES DELITS CONTRAIRES AU RESPECT DU AUX AUTORITES CONSTITUEES.

Art. 504-509 Art. 504-509 HOOFDSTUK V. - WIJZE WAAROP GETUIGENISSEN VAN DE PRINSEN EN VAN SOMMIGE STAATSAMBTENAREN WORDEN AFGENOMEN IN CRIMINELE, CORRECTIONELE EN POLITIEZAKEN.

CHAPITRE V. - DE LA MANIERE DONT SERONT RECUES, EN MATIERE CRIMINELLE, CORRECTIONNELLE ET DE POLICE, LES DEPOSITIONS DES PRINCES ET DE CERTAINS FONCTIONNAIRES DE L'ETAT.

Art. 510-517 Art. 510-517 HOOFDSTUK VI. - VASTSTELLING VAN DE IDENTITEIT VAN ONTVLUCHTE EN OPNIEUW AANGEHOUDEN VEROORDEELDEN.

CHAPITRE VI. - DE LA RECONNAISSANCE DE L'IDENTITE DES INDIVIDUS CONDAMNES, EVADES ET REPRIS.

Art. 518-520 Art. 518-520 HOOFDSTUK VII. - RECHTSPLEGING IN GEVAL VAN VERNIELING OF WEGNEMING VAN HET VONNIS OF VAN DE STUKKEN VAN EEN ZAAK.

CHAPITRE VII. - MANIERE DE PROCEDER EN CAS DE DESTRUCTION OU D'ENLEVEMENT DES PIECES OU DU JUGEMENT D'UNE AFFAIRE.

Art. 521-524 Art. 521-524 Texte Table des matières Début Texte Table des matières Début TITEL IV. - ENIGE RECHTSPLEGINGEN VAN BIJZONDERE AARD.

TITRE IV. - DE QUELQUES PROCEDURES PARTICULIERES.

HOOFDSTUK I. - VALSHEID. CHAPITRE I. - DU FAUX. Artikel 448. In alle gedingen ter zake van valsheid in geschrifte wordt het van valsheid betichte stuk, zodra het is ingebracht, neergelegd op de griffie, getekend en geparafeerd op elke bladzijde door de griffier, die een omstandig proces-verbaal opmaakt van de materiële toestand van het stuk, alsook door degene die het heeft neergelegd, indien hij kan tekenen, waarvan melding wordt gemaakt; een en ander op straffe van geldboete van vijftig frank tegen de griffier die het stuk in ontvangst heeft genomen zonder dat die formaliteit vervuld is.

Article 448. Dans tous les procès pour faux en écriture, la pièce arguée de faux, aussitôt qu'elle aura été produite, sera déposée au greffe, signée et paraphée à toutes les pages par le greffier, qui dressera un procès-verbal détaillé de l'état matériel de la pièce, et par la personne qui l'aura déposée, si elle sait signer, ce dont il sera fait mention; le tout à peine de cinquante francs d'amende contre le greffier qui l'aura recue sans que cette formalité ait été remplie.

Page 174: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 449. Indien het van valsheid betichte stuk uit een openbare bewaarplaats wordt genomen, wordt het ook door de ambtenaar die het uit handen geeft, getekend en geparafeerd zoals hiervoren bepaald is, op straffe van dezelfde geldboete.

Art. 449. Si la pièce arguée de faux est tirée d'un dépôt public, le fonctionnaire qui s'en dessaisira la signera aussi et la paraphera, comme il vient d'être dit, sous peine d'une pareille amende.

Art. 450. Het van valsheid betichte stuk wordt bovendien getekend door de officier van gerechtelijke politie, en door de burgerlijke partij of haar pleitbezorger indien dezen zich aanmelden.

Art. 450. La pièce arguée de faux sera de plus signée par l'officier de police judiciaire, et par la partie civile ou son avoué, si ceux-ci se présentent.

Het wordt ook getekend door de verdachte op het ogenblik dat hij verschijnt.

Elle le sera également par (l'inculpé), au moment de sa comparution. <L 10-07-1967, Art. 1, 171°>

Indien de verschijnende personen of enige onder hen niet kunnen of niet willen tekenen, maakt het proces-verbaal daarvan melding.

Si les comparants, ou quelques-uns d'entre eux, ne peuvent pas ou ne veulent pas signer, le procès-verbal en fera mention.

In geval van nalatigheid of van verzuim wordt de griffier gestraft met geldboete van vijftig frank.

En cas de négligence ou d'omission, le greffier sera puni de cinquante francs d'amende.

Art. 451. Aan de klachten en aangiften ter zake van valsheid kan altijd gevolg gegeven worden, zelfs wanneer de van valsheid betichte stukken tot grondslag hebben gediend van gerechtelijke of burgerlijke akten.

Art. 451. Les plaintes et dénonciations en faux pourront toujours être suivies, lors même que les pièces qui en sont l'objet auraient servi de fondement à des actes judiciaires ou civils.

Art. 452. Ieder openbaar of bijzonder bewaarder van stukken die van valsheid beticht worden, is verplicht (...) die af te geven op bevelschrift van de ambtenaar van het openbaar ministerie of van de onderzoeksrechter. <W 10-07-1967, Art. 1, 172°>

Art. 452. Tout dépositaire public ou particulier de pièces arguées de faux est tenu (...) de les remettre, sur l'ordonnance donnée par l'officier du ministère public ou par le juge d'instruction. <L 10-07-1967, Art. 1, 172°>

Dit bevelschrift en de akte van neerlegging strekken hem tot ontlasting jegens allen die bij het stuk belang hebben.

Cette ordonnance et l'acte de dépôt lui serviront de décharge envers tous ceux qui auront intérêt à la pièce.

Art. 453. De stukken die overgebracht worden om tot vergelijking te dienen, worden getekend en geparafeerd, zoals in de eerste drie artikelen van dit HOOFDSTUK bepaald is betreffende het van valsheid betichte stuk, en onder dezelfde straffen.

Art. 453. Les pièces qui seront fournies pour servir de comparaison seront signées et paraphées, comme il est dit aux trois premiers articles du présent CHAPITRE pour la pièce arguée de faux, et sous les mêmes peines.

Art. 454. Alle openbare bewaarders kunnen worden genoodzaakt (...) de stukken van vergelijking die zij in hun bezit hebben, over te brengen; het bevelschrift en de akte van neerlegging strekken hun tot ontlasting jegens hen die bij die stukken belang mochten hebben. <W 10-07-1967, Art. 1, 173°>

Art. 454. Tous dépositaires publics pourront être contraints (...) à fournir les pièces de comparaison qui seront en leur possession : l'ordonnance par écrit et l'acte de dépôt leur serviront de décharge envers ceux qui pourraient avoir intérêt à ces pièces. <L 10-07-1967, Art. 1, 173°>

Page 175: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 455. (Indien het nodig is dat een openbaar bewaarder een authentiek stuk uit handen geeft, wordt het vooraf gefotografeerd en een fotocopie wordt na verificatie door de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg van het arrondissement, die daarvan proces-verbaal opmaakt, door de bewaarder bij zijn minuten gelegd om in de plaats te treden van het stuk totdat het wordt teruggezonden, en hij mag grossen of uitgiften daarvan afgeven met vermelding van het proces-verbaal dat is opgemaakt.) <KB 246 22-02-1936, Art. 4>

Art. 455. (S'il est nécessaire de dessaisir un dépositaire public d'une pièce authentique, la pièce sera préalablement photographiée et une copie photographique, après vérification par le président du tribunal de première instance de son arrondissement, qui en dressera procès-verbal, sera mise par le dépositaire au rang de ses minutes, pour en tenir lieu jusqu'au renvoi des pièces, et il pourra en délivrer grosse ou expédition, en faisant mention du procès-verbal qui aura été dressé.) <AR 246 22-02-1936, Art. 4>

Indien het stuk evenwel deel uitmaakt van een register zodat het daarvan niet voor een tijd kan worden afgescheiden, kan de rechtbank de overbrenging van het register bevelen en van de bij dit artikel vastgestelde formaliteit vrijstellen.

Néanmoins, si la pièce se trouve faire partie d'un registre de manière à ne pouvoir en être momentanément distraite, le tribunal pourra, en ordonnant l'apport du registre, dispenser de la formalité établie par le présent article.

Art. 456. Onderhandse geschriften kunnen eveneens als stukken van vergelijking overgelegd en als zodanig aangenomen worden, indien de belanghebbende partijen ze erkennen.

Art. 456. Les écritures privées peuvent aussi être produites pour pièces de comparaison, et être admises à ce titre, si les parties intéressées les reconnaissent.

Evenwel kunnen bijzondere personen die zodanige geschriften, zelfs volgens eigen bekentenis, in hun bezit hebben, niet onmiddellijk worden genoodzaakt die af te geven; doch indien zij voor de rechtbank die met de kennisneming van de zaak is belast, gedagvaard worden om die afgifte te doen of om de redenen van hun weigering voor te dragen, en zij in het ongelijk worden gesteld, kan het arrest of het vonnis bevelen dat zij daartoe (...) zullen worden genoodzaakt. <W 10-07-1967, Art. 1, 174°>

Néanmoins, les particuliers qui, même de leur aveu, en sont possesseurs, ne peuvent être immédiatement contraints à les remettre; mais si, après avoir été cités devant le tribunal saisi pour faire cette remise ou déduire les motifs de leur refus, ils succombent, l'arrêt ou le jugement pourra ordonner qu'ils y seront contraints (...). <L 10-07-1967, Art. 1, 174°>

Art. 457. Wanneer de getuigen zich verklaren omtrent een stuk van het geding, paraferen en tekenen zij het; kunnen zij niet tekenen, dan maakt het proces-verbaal daarvan melding.

Art. 457. Lorsque les témoins s'expliqueront sur une pièce du procès, ils la parapheront et la signeront; et s'ils ne peuvent signer, le procès-verbal en fera mention.

Art. 458. Indien een van de partijen in de loop van een onderzoek of van een rechtspleging een overgelegd stuk van valsheid beticht, maant zij de andere partij aan te verklaren of zij zich van het stuk wil bedienen.

Art. 458. Si, dans le cours d'une instruction ou d'une procédure, une pièce produite est arguée de faux par l'une des parties, elle sommera l'autre de déclarer si elle entend se servir de la pièce.

Art. 459. Indien de partij verklaart zich van het stuk niet te willen bedienen of indien zij binnen acht dagen geen verklaring doet, wordt het stuk buiten het geding gehouden en wordt overgegaan tot het onderzoek en de uitspraak.

Art. 459. La pièce sera rejetée du procès, si la partie déclare qu'elle ne veut pas s'en servir, ou si, dans le délai de huit jours, elle ne fait aucune déclaration; et il sera passé outre à l'instruction et au jugement.

Indien de partij verklaart dat hij zich van het stuk wil bedienen, wordt de valsheid als tussengeschil behandeld voor het hof of de rechtbank waarvoor de hoofdzaak aanhangig is.

Si la partie déclare qu'elle entend se servir de la pièce, l'instruction sur le faux sera suivie incidemment devant la cour ou le tribunal saisi de l'affaire principale.

Page 176: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 460. Indien de partij die het stuk van valsheid beticht heeft, staande houdt dat hij die het overgelegd heeft, dader van of medeplichtige aan de valsheid is, of indien uit de rechtspleging blijkt dat de dader of de medeplichtige nog in leven is en de vervolging van de misdaad nog niet vervallen is door verjaring, zal de strafvervolging plaatshebben in de hierboven voorgeschreven vorm.

Art. 460. Si la partie qui a argué de faux la pièce soutient que celui qui l'a produite est l'auteur ou le complice du faux, ou s'il résulte de la procédure que l'auteur ou le complice du faux soit vivant, et la poursuite du crime non éteinte par la prescription, l'accusation sera suivie criminellement dans les formes ci-dessus prescrites.

Indien het geding ingesteld is voor de burgerlijke rechter, wordt de berechting geschorst totdat over de valsheid is beslist.

Si le procès est engagé au civil, il sera sursis au jugement jusqu'à ce qu'il ait été prononcé sur le faux.

Indien het een misdaad, een wanbedrijf of een overtreding betreft, moet het hof of de rechtbank waarvoor de zaak aanhangig is, vooraf beslissen, na de ambtenaar belast met het openbaar ministerie te hebben gehoord, of er al dan niet reden is tot schorsing.

S'il s'agit de crimes, délits ou contraventions, la cour ou le tribunal saisi est tenu de décider préalablement, et après avoir entendu l'officier chargé du ministère public, s'il y a lieu ou non à surseoir.

Art. 461. Van de beklaagde of de beschuldigde kan worden gevorderd dat hij een geschreven stuk overlegt of een schrijfproef aflegt; bij weigering of stilzwijgen maakt het proces-verbaal daarvan melding.

Art. 461. Le prévenu ou l'accusé pourra être requis de produire et de former un corps d'écriture; en cas de refus ou de silence, le procès-verbal en fera mention.

Art. 462. Indien het hof of een rechtbank, bij het onderzoek van een geding, zelfs van een burgerlijk geding, aanwijzingen vindt omtrent een valsheid en omtrent de persoon die ze gepleegd heeft, doet de ambtenaar belast met het openbaar ministerie of de voorzitter de stukken toekomen aan (de procureur des Konings) bij de onderzoeksrechter, hetzij van de plaats waar het misdrijf schijnt gepleegd te zijn, hetzij van de plaats waar de verdachte mocht worden gevat, en hij kan zelfs een bevel tot medebrenging verlenen. <W 10-10-1967, Art. 156>

Art. 462. Si une cour ou un tribunal trouve dans la visite d'un procès, même civil, des indices sur un faux et sur la personne qui l'a commis, l'officier chargé du ministère public ou le président transmettra les pièces (au procureur du Roi) près le juge d'instruction, soit du lieu où le délit paraîtra avoir été commis, soit du lieu où (l'inculpé) pourra être saisi, et il pourra même délivrer le mandat d'amener. <L 10-10-1967, Art. 156> <L 10-07-1967, Art. 1, 175°>

Art. 463. Wanneer authentieke akten geheel of ten dele vals verklaard zijn, beveelt het hof of de rechtbank die van de valsheid heeft kennis genomen, dat zij zullen worden hersteld, doorgehaald of verbeterd; van alles wordt proces-verbaal opgemaakt.

Art. 463. Lorsque des actes authentiques auront été déclarés faux en tout ou en partie, la cour ou le tribunal qui aura connu du faux ordonnera qu'ils soient rétablis, rayés ou déformés, et du tout il sera dressé procès-verbal.

De stukken van vergelijking worden teruggezonden naar de bewaarplaatsen waaruit zij zijn genomen, of terugbezorgd aan de personen die ze hebben meegedeeld, een en ander binnen een termijn van vijftien dagen te rekenen van de dag van het arrest of het vonnis, op straffe van geldboete van vijftig frank tegen de griffier.

Les pièces de comparaison seront renvoyées dans les dépôts d'où elles auront été tirées, ou seront remises aux personnes qui les auront communiquées; le tout dans le délai de quinzaine à compter du jour de l'arrêt ou jugement, à peine d'une amende de cinquante francs contre le greffier.

Art. 464. Voor het overige geschiedt het onderzoek omtrent de valsheid zoals voor de andere misdrijven, behoudens de volgende uitzondering.

Art. 464. Le surplus de l'instruction sur le faux se fera comme sur les autres délits, sauf l'exception suivante :

Page 177: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De voorzitters van de hoven van assisen (...), de procureurs-generaal of de procureur des Konings), de onderzoeksrechters en de (rechters in de politierechtbank) kunnen de nodige opsporingen buiten hun rechtsgebied voortzetten bij personen die verdacht worden (valse biljetten aan toonder door de Staatskas uitgegeven of valse bankbiljetten aan toonder waarvan de uitgifte door of krachtens een wet is toegelaten), te hebben vervaardigd, ingevoerd of verspreid. <W 10-07-1967, Art. 1, 176°> <W 10-10-1967, Art. 91, § 3 en 156, § 2>

Les présidents des cours d'assises, (les procureurs généraux ou les procureurs du Roi), les juges d'instruction et les (juges au tribunal de police) pourront continuer, hors de leur ressort, les visites nécessaires chez les personnes soupconnées d'avoir fabriqué, introduit, distribué de faux papiers nationaux, (de faux billets au porteur émis par le Trésor public ou de faux billets de banque au porteur dont l'émission est autorisée par une loi ou en vertu d'une loi). <L 10-07-1967, Art. 1, 176°> <L 10-10-1967, Art. 91, § 3 et 156, § 2>

Deze bepaling geldt ook voor de misdaad van valsmunterij of van namaking van 's Lands zegel.

La présente disposition a lieu également pour le crime de fausse monnaie, ou de contrefacon du sceau de l'Etat.

HOOFDSTUK II. - WEERSPANNIGHEID AAN DE WET.

CHAPITRE II. - DES CONTUMACES. <L 2000-06-30/47, Art. 41, 010; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 465. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 465. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 466. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 466. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; ED : 27-03-2001>

Art. 467. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 467. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 468. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 468. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 469. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 469. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 470. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 470. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; ED : 27-03-2001>

Art. 471. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 471. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 472. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 472. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 473. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 473. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 474. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 474. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; ED : 27-03-2001>

Art. 475. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 475. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 476. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 476. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 477. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 477. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 478. (Opgeheven) <W 2000-06-30/47, Art. 41, 005; En vigueur : 27-03-2001>

Art. 478. (Abrogé) <L 2000-06-30/47, Art. 41, 005; ED : 27-03-2001>

Page 178: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

HOOFDSTUK III. - MISDADEN DOOR RECHTERS GEPLEEGD BUITEN HUN AMBT EN IN DE UITOEFENING VAN HUN AMBT.

CHAPITRE III. - DES CRIMES COMMIS PAR DES JUGES, HORS DE LEURS FONCTIONS ET DANS L'EXERCICE DE LEURS FONCTIONS.

AFDELING I. - VERVOLGING EN ONDERZOEK TEGEN RECHTERS WEGENS MISDADEN EN WANBEDRIJVEN DOOR HEN BUITEN HUN AMBT GEPLEEGD.

SECTION I. - DE LA POURSUITE ET INSTRUCTION CONTRE DES JUGES, POUR CRIMES ET DELITS PAR EUX COMMIS HORS DE LEURS FONCTIONS.

Art. 479. <W 10-10-1967, Art. 156, § 3> Wanneer een vrederechter, een rechter in de politierechtbank, een rechter in de rechtbank van eerste aanleg, in de arbeidsrechtbank of in de rechtbank van koophandel, een raadsheer in het hof van beroep of in het arbeidshof, een raadsheer in het Hof van cassatie, een magistraat van het parket bij een rechtbank of een hof, (een referendaris bij het Hof van Cassatie,) een lid van het Rekenhof, een lid van de Raad van State (van het auditoraat of van het coördinatiebureau) bij de Raad van State, (een lid van het Arbitragehof, een referendaris bij dat Hof), een generaal die het bevel voert over een divisie, een provinciegouverneur, ervan beschuldigd wordt buiten zijn ambt een misdrijf gepleegd te hebben dat een correctionele straf meebrengt, laat de procureur-generaal bij het hof van beroep hem dagvaarden voor dat hof, dat uitspraak doet, zonder dat beroep kan worden ingesteld. <W 1997-05-06/38, Art. 27, 003; En vigueur : 05-07-1997> <W 03-06-1971, Art. 42, § 2> <W 28-06-1983, Art. 109>

Art. 479. <L 10-10-1967, Art. 156, § 3> Lorsqu'un juge de paix, un juge au tribunal de police, un juge au tribunal de première instance, au tribunal du travail ou au tribunal de commerce, un conseiller à la cour d'appel ou à la cour du travail, un conseiller à la Cour de cassation, un magistrat du parquet près un tribunal ou une cour (, un référendaire près la Cour de cassation), un membre de la Cour des comptes, un membre du Conseil d'Etat (de l'auditorat ou du bureau de coordination) près le Conseil d'Etat, (un membre de la Cour d'arbitrage, un référendaire près cette Cour), un général commandant une division, un gouverneur de province est prévenu d'avoir commis, hors de ses fonctions, un délit emportant une peine correctionnelle, le procureur général près la cour d'appel le fait citer devant cette cour, qui prononce sans qu'il puisse y avoir appel. <L 1997-05-06/38, Art. 27, 003; En vigueur : 05-07-1997> <L 03-06-1971, Art. 42, § 2> <L 28-06-1983, Art. 109>

Art. 480. Indien het een misdrijf betreft waarop een criminele straf is gesteld, wijst de procureur-generaal bij het hof van beroep de magistraat aan die het ambt van officier van gerechtelijke politie zal waarnemen en de eerste voorzitter van dat hof de magistraat die het ambt van onderzoeksrechter zal waarnemen.

Art. 480. (S'il s'agit d'une infraction punissable d'une peine criminelle), le (procureur général près la cour d'appel) et le premier président de cette cour désigneront, le premier, le magistrat qui exercera les fonctions d'officier de police judiciaire; le second, le magistrat qui exercera les fonctions de juge d'instruction. <L 10-07-1967, Art. 1, 185°>

Art. 481. Indien echter een lid van een hof van beroep of een ambtenaar die bij het hof het openbaar ministerie uitoefent, ervan verdacht wordt buiten zijn ambt een wanbedrijf of een misdaad te hebben gepleegd, is de ambtenaar die de aangiften of de klachten ontvangen heeft, gehouden daarvan dadelijk afschriften te doen toekomen aan de minister van Justitie, zonder enige vertraging van het onderzoek, dat voortgezet zal worden zoals in voorgaande bepalingen is geregeld, en hij zal eveneens aan de minister een afschrift zenden van de stukken.

Art. 481. Si c'est un (membre de cour d'appel) ou un officier exercant près d'elle le ministère public, qui soit inculpé d'avoir commis un délai ou un crime hors de ses fonctions, l'officier qui aura recu les dénonciations ou les plaintes sera tenu d'en envoyer de suite des copies au (Ministre de la Justice), sans aucun retard de l'instruction qui sera continuée comme il est précédemment réglé, et il adressera pareillement au grand juge une copie des pièces. <L 10-07-1967, Art. 1, 186°>

Page 179: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 482. De minister van Justitie zendt de stukken door aan het Hof van Cassatie, dat, indien daartoe grond bestaat, de zaak verwijst hetzij naar een correctionele rechtbank, hetzij naar een onderzoeksrechter, de ene zowel als de andere aan te wijzen buiten het rechtsgebied van het hof waartoe het verdachte lid behoort.

Art. 482. Le (Ministre de la Justice) transmettra les pièces à la Cour de cassation, qui renverra l'affaire, s'il y a lieu, soit à un tribunal de police correctionnelle, soit à un juge d'instruction, pris l'un et l'autre hors du ressort de la cour à laquelle appartient le membre inculpé.

Indien een inbeschuldigingstelling moet worden uitgesproken, geschiedt de verwijzing naar een ander hof van beroep.

S'il s'agit de prononcer la mise en accusation, le renvoi sera fait à une autre (cour d'appel). <L 10-07-1967, Art. 1, 187°>

Art. 482bis. <Ingevoegd bij W 2001-07-04/40, Art. 9; En vigueur : 03-08-2001> De mededaders van en de medeplichtigen aan het misdrijf waarvoor de ambtenaar van de hoedanigheid als vermeld in artikel 479 wordt vervolgd en de daders van samenhangende misdrijven worden samen met de ambtenaar vervolgd en berecht.

Art. 482bis. <Inséré par L 2001-07-04/40, Art. 9; En vigueur : 03-08-2001> Les coauteurs et les complices de l'infraction pour laquelle un fonctionnaire de la qualité exprimée à l'article 479 est poursuivi, et les auteurs des infractions connexes sont poursuivis et jugés en même temps que le fonctionnaire.

Het eerste lid is evenwel niet van toepassing op de daders van misdaden en van politieke misdrijven en drukpersmisdrijven die samenhangen met het misdrijf waarvoor de ambtenaar wordt vervolgd.

L'alinéa 1er ne s'applique toutefois pas aux auteurs de crimes et de délits politiques et délits de presse qui sont connexes avec l'infraction pour laquelle le fonctionnaire est poursuivi.

AFDELING II. - (VERVOLGING EN ONDERZOEK, WEGENS MISDADEN OF WANBEDRIJVEN IN VERBAND MET HUN AMBT, TEGEN SOMMIGE RECHTERS EN RECHTBANKEN.) <W 10-07-1967, Art. 1, 188°>

SECTION II. - (DE LA POURSUITE ET DE L'INSTRUCTION CONTRE CERTAINS JUGES ET TRIBUNAUX POUR CRIMES ET DELITS RELATIFS A LEURS FONCTIONS.) <L 10-07-1967, Art. 1, 188°>

Art. 483. <W 10-10-1967, Art. 156, § 4> Wanneer een vrederechter, een rechter in politierechtbank, een rechter in de rechtbank van eerste aanleg, in de arbeidsrechtbank of in de rechtbank van koophandel, een raadsheer in het hof van beroep of in het arbeidshof, een raadsheer in het Hof van cassatie, een magistraat van het parket bij een rechtbank of een hof, (een referendaris bij het Hof van Cassatie,) een lid van het Rekenhof, een lid van de Raad van State (van het auditoraat of van het coördinatiebureau) bij de Raad van State, (een lid van het Arbitragehof, een referendaris bij dat Hof), een generaal die het bevel voert over een divisie, een provinciegouverneur, ervan beschuldigd wordt in zijn ambt een misdrijf gepleegd te hebben dat een correctionele straf meebrengt, dan wordt dat misdrijf vervolgd en gevonnist zoals in artikel 479 is bepaald. <W 1997-05-06/38, Art. 27, 003; En vigueur : 05-07-1997> <W 03-06-1971, Art. 42, § 2> <W 28-06-1983, Art. 109>

Art. 483. <L 10-10-1967, Art. 156, § 4> Lorsqu'un juge de paix, un juge au tribunal de police, un juge au tribunal de première instance, au tribunal du travail ou au tribunal de commerce, un conseiller à la cour d'appel ou à la cour du travail, un conseiller à la Cour de cassation, un magistrat du parquet près un tribunal ou une cour (, un référendaire près la Cour de cassation), un membre de la Cour des comptes, un membre de Conseil d'Etat (de l'auditorat ou du bureau du coordination) près le Conseil d'Etat, (un membre de la Cour d'arbitrage, un référendaire près cette Cour), un général commandant une division, un gouverneur de province est prévenu d'avoir commis, dans l'exercice de ses fonctions, un délit emportant une peine correctionnelle, ce délit est poursuivi et jugé comme il est dit à l'article 479. <L 1997-05-06/38, Art. 27, 003; En vigueur : 05-07-1997> <L 03-06-1971, Art. 42, § 2> <L 28-06-1983, Art. 109>

Page 180: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 484. Wanneer ambtenaren van de hoedanigheid als vermeld in het vorige artikel ervan verdacht worden een misdaad te hebben gepleegd (...), worden de ambtsverrichtingen die in de regel behoren tot de bevoegdheid van de onderzoeksrechter en van de procureur des Konings, onmiddellijk waargenomen door de eerste voorzitter en de procureur-generaal bij het hof van beroep, ieder wat hem betreft, of door andere ambtenaren die zij onderscheidenlijk en bepaaldelijk daartoe aanwijzen. <W 10-07-1967, Art. 1, 189°>

Art. 484. Lorsque des fonctionnaires de la qualité exprimée en l'article précédent seront prévenus d'avoir commis un crime, les fonctions ordinairement dévolues au juge d'instruction et au (procureur du Roi) seront immédiatement remplis par le premier président et le (procureur général près la cour d'appel), chacun en ce qui le concerne, ou par tels autres officiers qu'ils auront respectivement et spécialement désignés à cet effet. <L 10-07-1967, Art. 1, 189°>

Totdat die opdracht is gegeven en ingeval er een voorwerp van het misdrijf aanwezig is, kan ieder officier van gerechtelijke politie dit vaststellen; voor de verdere rechtspleging worden de algemene bepalingen van dit wetboek toegepast.

Jusqu'à la délégation, et dans le cas où il existerait un corps de délit, il pourra être constaté par tout officier de police judiciaire; et pour le surplus de la procédure, on suivra les dispositions générales du présent Code.

Art. 485. Wanneer de misdaad die in de uitoefening van het ambt gepleegd is, (...) ten laste gelegd wordt hetzij aan een (gehele rechtbank van eerste aanleg, arbeidsrechtbank of rechtbank van koophandel), hetzij individueel aan een of meer leden van de hoven van beroep en aan de procureurs-generaal en substituten bij de hoven, dan wordt gehandeld als volgt. <W 10-07-1967, Art. 1, 190°> <W 10-10-1967, Art. 156, § 5>

Art. 485. Lorsque le crime commis dans l'exercice des fonctions (...), sera imputé (soit à un tribunal entier de première instance, à un tribunal du travail ou à un tribunal de commerce), soit individuellement à un ou plusieurs (membres des cours d'appels), et aux procureurs généraux et substituts près ces cours, il sera procédé comme il suit. <L 10-07-1967, Art. 1, 190°> <L 10-10-1967, Art. 156, § 5>

Art. 486. De misdaad wordt aangegeven bij de minister van Justitie, die, indien daartoe grond bestaat, aan de procureur-generaal bij het Hof van Cassatie bevel geeft om ze op de aangifte te vervolgen.

Art. 486. Le crime sera dénoncé au (...) ministre de la justice, qui donnera, s'il y a lieu, ordre au procureur général (...) près la cour de cassation, de le poursuivre sur la dénonciation. <L 10-07-1967, Art. 1, 191°>

De misdaad kan ook rechtstreeks bij het Hof van Cassatie aangegeven worden door de personen die beweren benadeeld te zijn, maar alleen dan wanneer zij een aanvraag tot verhaal op de rechtbank of op de rechter indienen of wanneer de aangifte incidenteel gedaan wordt in een zaak die voor het Hof van Cassatie aanhangig is.

Le crime pourra aussi être dénoncé directement à la Cour de cassation par les personnes qui se prétendront lésées, mais seulement lorsqu'elles demanderont à prendre le tribunal ou le juge à partie, ou lorsque la dénonciation sera incidente à une affaire pendante à la Cour de cassation.

Art. 487. Indien de procureur-generaal bij het Hof van Cassatie in de stukken, hem door de minister van Justitie toegezonden of door de partijen overgelegd, niet alle inlichtingen vindt die hij nodig acht, wijst op zijn vordering de eerste voorzitter van dit hof een van de leden aan voor het verhoor van de getuigen en voor alle verdere daden van onderzoek die moeten worden verricht in de stad waar het Hof van Cassatie zijn zetel heeft.

Art. 487. Si le procureur général près la Cour de cassation ne trouve pas dans les pièces à lui transmises par le (Ministre de la Justice), ou produites par les parties, tous les renseignements qu'il jugera nécessaires, il sera, sur son réquisitoire, désigné par le premier président de cette cour un de ses membres pour l'audition des témoins, et tous autres actes d'instruction qu'il peut y avoir lieu de faire dans la ville où siège la cour de cassation. <L 10-07-1967, Art. 1, 192°>

Page 181: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 488. Wanneer er getuigen moeten worden gehoord of daden van onderzoek verricht buiten de stad waar het Hof van Cassatie zijn zetel heeft, geeft de eerste voorzitter van dit hof dienaangaande alle nodige opdrachten aan een onderzoeksrechter, zelfs in (...) een ander arrondissement dan dat van de verdachte rechtbank of rechter. <W 10-07-1967, Art. 1, 193°>

Art. 488. _ Lorsqu'il y aura des témoins à entendre ou des actes d'instruction à faire hors de la ville où siège la Cour de cassation, le premier président de cette Cour fera, à ce sujet, toutes délégations nécessaires à un juge d'instruction, (même d'un arrondissement autre que celui du tribunal ou du juge inculpé). <L 10-07-1967, Art. 1, 193°>

Art. 489. Nadat de in het vorige artikel vermelde onderzoeksrechter de getuigen heeft gehoord en het hem opgedragen onderzoek heeft voltooid, zendt hij de processen-verbaal en de andere akten, gesloten en verzegeld, terug aan de eerste voorzitter van het Hof van Cassatie.

Art. 489. Après avoir entendu les témoins et terminé l'instruction qui lui aura été déléguée, le juge d'instruction mentionné en l'article précédent renverra les procès-verbaux et les autres actes, clos et cachetés, au premier président de la Cour de cassation.

Art. 490. Nadat de eerste voorzitter inzage heeft genomen hetzij van de stukken die door de minister van Justitie zijn gezonden of door de partijen overgelegd, hetzij van de nadere inlichtingen die hij heeft ingewonnen, verleent hij, indien daartoe grond bestaat, het bevel tot bewaring.

Art. 490. Sur le vu, soit des pièces qui auront été transmises par le (Ministre de la Justice), ou produites par les parties, soit des renseignements ultérieurs qu'il se sera procurés, le premier président décernera, s'il y a lieu, le mandat de dépôt.

Dit bevel wijst het huis van arrest aan waarin de verdachte zal worden opgenomen.

Ce mandat désignera la maison d'arrêt dans laquelle (l'inculpé) devra être déposé. <L 10-07-1967, Art. 1, 194°>

Art. 491. De eerste voorzitter van het Hof van Cassatie geeft dadelijk bevel de processtukken mee te delen aan de procureur-generaal, (die zijn vordering, waarin de aangifte tegen de verdachte is opgenomen), binnen de vijf volgende dagen (indient bij de kamer die kennis neemt van het cassatieberoep in criminele, correctionele en politiezaken). <W 10-07-1967, Art. 1, 195°>

Art. 491. Le premier président de la Cour de cassation ordonnera de suite la communication de la procédure au procureur général, qui, dans les cinq jours suivants, (adressera son réquisitoire contenant la dénonciation de l'inculpé à la chambre qui connaît des pourvois en matière criminelle, correctionnelle ou de police). <L 10-07-1967, Art. 1, 195°>

Art. 492. Over de aangifte aangebracht bij (de kamer aangeduid in artikel 491), onverschillig of zij al dan niet door een bevel tot bewaring is voorafgegaan, beslist de kamer met voorrang boven alle andere zaken. <W 10-07-1967, Art. 1, 196°>

Art. 492. Soit que la dénonciation portée à (la chambre désignée à l'article 491) ait été ou non précédée d'un mandat de dépôt, cette (chambre) y statuera, toutes affaires cessantes. <L 10-07-1967, Art. 1, 196°>

Indien zij de aangifte afwijst, beveelt zij de invrijheidstelling van de verdachte.

Si elle la rejette, elle ordonnera la mise en liberté (de l'inculpé). <L 10-07-1967, Art. 1, 196°>

Indien zij de aangifte aanneemt, verwijst zij de verdachte rechtbank of rechter naar de rechters van (de kamer die kennis neemt van het cassatieberoep in burgerlijke zaken), en die uitspraak zullen doen over de inbeschuldigingstelling. <W 10-07-1967, Art. 1, 196°>

Si elle l'admet, elle renverra le tribunal ou le juge (inculpé) devant les juges de la (chambre) civile, qui prononceront sur la mise en accusation. <L 10-07-1967, Art. 1, 196°>

Page 182: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 493. De aangifte die incidenteel gedaan wordt in een zaak die bij het Hof van Cassatie aanhangig is, wordt gebracht voor de kamer die van de zaak kennis heeft; wordt zij aangenomen, dan wordt zij (van de kamer die kennis neemt van het cassatieberoep in criminele, correctionele en politiezaken) verwezen (naar de kamer die kennis neemt van het cassatieberoep in burgerlijke zaken, en omgekeerd). <W 10-07-1967, Art. 1, 197°>

Art. 493. La dénonciation incidente à une affaire pendante à la Cour de cassation sera portée devant la (chambre) saisie de l'affaire; et si elle est admise, elle sera renvoyée (de la chambre qui connaît des pourvois en matière criminelle, correctionnelle ou de police à la chambre qui connaît des pourvois en matière civile et réciproquement). <L 10-07-1967, Art. 1, 197°>

Art. 494. Wanneer een van de kamers van het Hof van Cassatie, bij het onderzoek van een aanvraag tot verhaal op de rechter of enige andere zaak, een misdrijf ontdekt waarvoor een rechtbank of een rechter van de hoedanigheid in artikel 479 omschreven strafrechtelijk kan worden vervolgd, dan kan zij, zonder dat er een rechtstreekse of een incidentele aangifte bestaat, ambtshalve de verwijzing bevelen overeenkomstig het vorige artikel.

Art. 494. Lorsque, dans l'examen d'une demande en prise à partie ou de toute autre affaire, et sans qu'il y ait de dénonciation directe ni incidente, l'une des (chambres) de la cour de cassation apercevra quelque délit de nature à faire poursuivre criminellement un tribunal ou un juge de la qualité exprimée en l'article 479, elle pourra d'office ordonner le renvoi, conformément à l'article précédent. <L 10-07-1967, Art. 1, 198°>

Art. 495. Wanneer het onderzoek van een voor de verenigde kamers gebrachte zaak aanleiding geeft tot de verwijzing van ambtswege, in het vorige artikel vermeld, geschiedt die verwijzing naar (de kamer, die kennis neemt van het cassatieberoep in burgerlijke zaken). <W 10-07-1967, Art. 1, 199°>

Art. 495. Lorsque l'examen d'une affaire portée devant les (chambres) réunies donnera lieu au renvoi d'office exprimé dans l'article qui précède, ce renvoi sera fait à la (chambre qui connaît des pourvois en matière civile). <L 10-07-1967, Art. 1, 199°>�

Art. 496. De kamer waarnaar de verwijzing op aangifte of van ambtswege gedaan wordt, doet in alle gevallen uitspraak over de inbeschuldigingstelling.

Art. 496. Dans tous les cas, la (chambre) à laquelle sera fait le renvoi sur dénonciation ou d'office, prononcera sur la mise en accusation. <L 10-07-1967, Art. 1, 200°>

Haar voorzitter vervult de taak die wettelijk tot de bevoegdheid van de onderzoeksrechter behoort.

Son président remplira les fonctions que la loi attribue aux juges d'instruction.

Art. 497. Deze voorzitter kan het verhoor van de getuigen en de ondervraging van de verdachten opdragen aan een andere onderzoeksrechter, zelfs van buiten het rechterlijk arrondissement (...) waar de verdachte zich bevindt. <W 10-07-1967, Art. 1, 201°>

Art. 497. Ce président pourra déléguer l'audition des témoins et l'interrogatoire (des inculpés) à un autre juge d'instruction, pris (même hors de l'arrondissement judiciaire) où se trouvera (l'inculpé). <L 10-07-1967, Art. 1, 201°>

Art. 498. Het bevel tot aanhouding, dat door de voorzitter gegeven wordt, wijst het huis van arrest aan waarin de verdachte zal worden opgenomen.

Art. 498. Le mandat d'arrêt que délivrera le président désignera la maison d'arrêt dans laquelle (l'inculpé) devra être conduit. <L 10-07-1967, Art. 1, 202°>

Art. 499. De kamer van het Hof van Cassatie, waarbij de zaak aanhangig is, beraadslaagt over de inbeschuldigingstelling in een niet openbare terechtzitting; de rechters moeten in oneven getal zijn.

Art. 499. La (chambre) de la cour de cassation, saisie de l'affaire, délibérera sur la mise en accusation, en séance non publique; les juges devront être en nombre impair.

Page 183: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Indien de meerderheid van de rechters oordeelt dat de inbeschuldigingstelling niet moet geschieden, wordt de aangifte bij arrest afgewezen, en de procureur-generaal doet de verdachte in vrijheid stellen.

Si la majorité des juges trouve que la mise en accusation ne doit pas avoir lieu, la dénonciation sera rejetée par un arrêt, et le procureur général fera mettre (l'inculpé) en liberté. <L 10-07-1967, Art. 1, 203°>

Art. 500. Indien de meerderheid van de rechters oordeelt dat de inbeschuldigingstelling wel moet geschieden, wordt deze uitgesproken bij een arrest, dat tevens een beschikking tot gevangenneming inhoudt.

Art. 500. Si la majorité des juges est pour la mise en accusation, cette mise en accusation sera prononcée par un arrêt, qui portera en même temps ordonnance de prise de corps.

Ter uitvoering van dat arrest wordt de beschuldigde overgebracht naar het (huis van arresten) bij het hof van assisen dat door het Hof van Cassatie in het arrest zelf wordt aangewezen. <W 1999-05-07/61, Art. 7, 004; En vigueur : 01-07-1999>

En exécution de cet arrêt, l'accusé sera transféré dans la (maison d'arrêt) de la cour d'assises qui sera désignée par celle de cassation, dans l'arrêt même. <L 1999-05-07/61, Art. 7, 004; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 501. Het onderzoek dat aldus voor het Hof van Cassatie gedaan wordt, kan niet worden bestreden wat de vorm betreft. Dit onderzoek strekt zich uit tot de medeplichtigen van de vervolgde rechtbank of van de vervolgde rechter, zelfs wanneer die geen rechterlijk ambt vervullen.

Art. 501. L'instruction, ainsi faite devant la Cour de cassation, ne pourra être attaquée quant à la forme. Elle sera commune aux complices du tribunal ou du juge poursuivi, lors même qu'ils n'exerceraient point de fonctions judiciaires.

Art. 502. De overige bepalingen van dit wetboek, die niet in strijd zijn met de procesvormen bij dit HOOFDSTUK voorgeschreven, worden bovendien nagekomen.

Art. 502. Seront, au surplus, observées les autres dispositions du présent Code qui ne sont pas contraires aux formes de procéder prescrites par le présent chapitre.

Art. 503. Indien er in (de kamer die kennis neemt van het cassatieberoep in criminele, correctionele en politiezaken), wanneer zij kennis moet nemen van het cassatieberoep tegen het arrest van het hof van assisen waarnaar de zaak is verwezen, rechters zijn die (in de andere kamer) deelgenomen hebben aan de inbeschuldigingstelling, moeten die rechters zich onthouden. <W 10-07-1967, Art. 1, 204°>

Art. 503. Lorsqu'il se trouvera, dans la (chambre qui connaît des pourvois en matière criminelle, correctionnelle et de police) saisie du recours en cassation dirigé contre l'arrêt de la cour d'assises à laquelle l'affaire aura été renvoyée, des juges qui auront concouru à la mise en accusation (dans l'autre chambre), ils s'abstiendront.

In het geval van een tweede cassatieberoep, dat tot behandeling in verenigde kamers aanleiding geeft, kunnen evenwel alle rechters daarvan kennis nemen.

Et néanmoins, dans le cas d'un second recours qui donnera lieu à la réunion des (chambres), tous les juges en pourront connaître. <L 10-07-1967, Art. 1, 204°>

Art. 503bis. <Ingevoegd bij W 2001-07-04/40, Art. 10; En vigueur : 03-08-2001> De mededaders van en de medeplichtigen aan het in deze AFDELING bedoelde misdrijf waarvoor een ambtenaar van de hoedanigheid als vermeld in artikel 483 of een in artikel 485 bepaalde rechtbank wordt vervolgd, en de daders van samenhangende misdrijven worden samen met de ambtenaar of de rechtbank vervolgd en berecht.

Art. 503bis. <Inséré par L 2001-07-04/40, Art. 10; En vigueur : 03-08-2001> Les coauteurs et les complices de l'infraction visée à la présente section, pour laquelle un fonctionnaire de la qualité exprimée à l'article 483 ou un tribunal visé à l'article 485, est poursuivi, et les auteurs des infractions connexes sont poursuivis et jugés en même temps que le fonctionnaire ou le tribunal.

Page 184: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Het eerste lid is evenwel niet van toepassing op de daders van misdaden en van politieke misdrijven en drukpersmisdrijven die samenhangen met het misdrijf waarvoor de ambtenaar of de rechtbank worden vervolgd.

L'alinéa 1er ne s'applique toutefois pas aux auteurs de crimes et de délits politiques et délits de presse qui sont connexes avec l'infraction pour laquelle le fonctionnaire ou le tribunal est poursuivi.

HOOFDSTUK IV. - MISDRIJVEN TEGEN DE EERBIED AAN DE GESTELDE OVERHEDEN VERSCHULDIGD.

CHAPITRE IV. - DES DELITS CONTRAIRES AU RESPECT DU AUX AUTORITES CONSTITUEES.

Art. 504. (Opgeheven) <W 10-10-1967, Art. 32> Art. 504. (Abrogé) <L 10-10-1967, Art. 32> Art. 505. (Opgeheven) <W 10-10-1967, Art. 32> Art. 505. (Abrogé) <L 10-10-1967, Art. 32> Art. 506. Betreft het een misdaad gepleegd ter terechtzitting van een enkele rechter of van een rechtbank waartegen hoger beroep openstaat, dan verwijst de rechter of de rechtbank, na de dader te hebben doen aanhouden en van de feiten proces-verbaal te hebben opgemaakt, de stukken en de verdachte naar de bevoegde rechters.

Art. 506. S'il s'agit d'un crime commis à l'audience d'un juge seul, ou d'un tribunal sujet à appel, le juge ou le tribunal, après avoir fait arrêter le délinquant et dressé procès-verbal des faits, enverra les pièces et (l'inculpé) devant les juges compétents. <L 10-07-1967, Art. 1, 206°>

Art. 507. Ten aanzien van de feitelijkheden die tot misdaad zijn geworden, of van alle andere op heterdaad vastgestelde misdaden, gepleegd ter terechtzitting van het Hof van Cassatie, van een hof van beroep of van een hof van assisen (...), gaat het hof onmiddellijk en bij voorrang tot het berechten daarvan over. <W 10-07-1967, Art. 1, 207°>

Art. 507. A l'égard des voies de fait qui auraient dégénéré en crimes, ou de tous autres crimes flagrants et commis à l'audience de la Cour de cassation, (d'une cour d'appel ou d'une cour d'assises), la cour procédera au jugement de suite et sans désemparer. <L 10-07-1967, Art. 1, 207°>

Het hoort de getuigen, de dader en de raadsman die hij gekozen heeft of die de voorzitter hem heeft toegevoegd; na de feiten te hebben vastgesteld en de procureur-generaal of zijn substituut te hebben gehoord, alles in het openbaar, legt het de straf op bij een met redenen omkleed arrest.

Elle entendra les témoins, le délinquant et le conseil qu'il aura choisi ou qui lui aura été désigné par le président; et, après avoir constaté les faits et ouï le procureur général ou son substitut, le tout publiquement, elle appliquera la peine par un arrêt qui sera motivé.

Art. 508. Indien er in het geval van het vorige artikel vijf of zes rechters tegenwoordig zijn op de terechtzitting, zijn vier stemmen vereist voor de veroordeling.

Art. 508. Dans le cas de l'article précédent, si les juges présents à l'audience sont au nombre de cinq ou de six, il faudra quatre voix pour opérer la condamnation.

Zijn er zeven tegenwoordig, dan zijn vijf stemmen vereist voor de veroordeling.

S'ils sont au nombre de sept, il faudra cinq voix pour condamner.

Zij er acht of meer tegenwoordig, dan wordt het veroordelend arrest uitgesproken met drie vierden van de stemmen, met dien verstande, dat indien er na de berekening van die drie vierden een breuk overblijft, deze ten voordele komt van de vrijspraak.

Au nombre de huit et au delà, l'arrêt de condamnation sera prononcé aux trois quarts des voix, de manière toutefois que, dans le calcul de ces trois quarts, les fractions, s'il s'en trouve, soient appliquées en faveur de l'absolution.

Page 185: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 509. Wanneer de provinciegouverneurs, arrondissementscommissarissen, burgemeesters en schepenen, officieren van administratieve of van gerechtelijke politie, in het openbaar enige handeling van hun ambt verrichten, oefenen ook zij de bij artikel 504 geregelde politiebevoegdheden uit; en na de rustverstoorders te hebben doen vatten, maken zij proces-verbaal op van het misdrijf en verwijzen dit proces-verbaal, indien daartoe grond bestaat, alsmede de verdachten naar de bevoegde rechters.

Art. 509. (Les gouverneurs de province, commissaires d'arrondissement, bourgmestres et échevin), officiers de police administrative ou judiciaire, lorsqu'ils rempliront publiquement quelques actes de leur ministère, exerceront aussi les fonctions de police réglées par l'article 504; et, après avoir fait saisir les perturbateurs, ils dresseront procès-verbal du délit, et enverront ce procès-verbal, s'il y a lieu, ainsi que les (inculpés), devant les juges compétents. <L 10-07-1967, Art. 1, 208°>

HOOFDSTUK V. - WIJZE WAAROP GETUIGENISSEN VAN DE PRINSEN EN VAN SOMMIGE STAATSAMBTENAREN WORDEN AFGENOMEN IN CRIMINELE, CORRECTIONELE EN POLITIEZAKEN.

CHAPITRE V. - DE LA MANIERE DONT SERONT RECUES, EN MATIERE CRIMINELLE, CORRECTIONNELLE ET DE POLICE, LES DEPOSITIONS DES PRINCES ET DE CERTAINS FONCTIONNAIRES DE L'ETAT.

Art. 510. De prinsen of prinsessen van koninklijken bloede, (...) en de minister van Justitie kunnen nooit als getuige worden gedagvaard, zelfs niet voor de debatten die ten overstaan van de jury worden gehouden, tenzij de Koning, op verzoek van een partij en op verslag van de minister van Justitie, bij een bijzonder besluit die verschijning toelaat. <W 10-07-1967, Art. 1, 209°>

Art. 510. Les princes ou princesses du sang (royal, et le Ministre de la Justice) ne pourront jamais être cités comme témoins, même pour les débats qui ont lieu en présence du jury, si ce n'est dans le cas où (le Roi), sur la demande d'une partie et le rapport du (Ministre de la Justice), aurait, par un (arrêté) spécial, autorisé cette comparution. <L 10-07-1967, Art. 1, 209°>

Art. 511. De getuigenissen van de personen van die hoedanigheid worden, behoudens de hierboven bepaalde uitzondering, schriftelijk opgemaakt en afgenomen door de eerste voorzitter van het hof van beroep, indien de in het vorige artikel genoemde personen in de hoofdplaats van een hof van beroep verblijven of zich aldaar bevinden; anders door de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg van het arrondissement waar zij hun woonplaats hebben of waar zij zich toevallig bevinden.

Art. 511. Les dépositions des personnes de cette qualité seront, sauf l'exception ci-dessus prévue, rédigées par écrit et recues par le premier président de la (cour d'appel), si les personnes dénommées en l'article précédent résident ou se trouvent au chef-lieu d'une (cour d'appel); sinon par le président du tribunal de première instance de l'arrondissement dans lequel elles auraient leur domicile, ou se trouveraient accidentellement. <L 10-07-1967, Art. 1, 210°>

Te dien einde zendt het hof of de onderzoeksrechter waarbij de zaak aanhangig is, aan de voornoemde voorzitter een opgave van de feiten en vraagpunten waarover het getuigenis gevorderd wordt.

Il sera, à cet effet, adressé par la cour ou le juge d'instruction saisi de l'affaire, au président ci-dessus nommé, un état des faits, demandes et questions, sur lesquels le témoignage est requis.

Deze voorzitter begeeft zich naar de woning van de bedoelde personen om hun getuigenis af te nemen.

Ce président se transportera aux demeures des personnes dont il s'agit, pour recevoir leurs dépositions.

Art. 512. De aldus afgenomen getuigenissen worden dadelijk op de griffie neergelegd of gesloten en verzegeld toegezonden aan de griffie van het hof of van de rechter die ze heeft gevorderd, en onverwijld meegedeeld aan de ambtenaar belast met het openbaar ministerie.

Art. 512. Les dépositions ainsi recues seront immédiatement remises au greffe, ou envoyées closes et cachetées à celui de la cour ou du juge requérant, et communiquées sans délai à l'officier chargé du ministère public.

Page 186: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Bij het onderzoek voor de jury worden zij aan de gezworenen in het openbaar voorgelezen en aan de debatten onderworpen, op straffe van nietigheid.

Dans l'examen devant le jury, elles seront lues publiquement aux jurés et soumises aux débats, sous peine de nullité.

Art. 513. Ingeval de Koning een besluit neemt waarbij de verschijning van enige van de voormelde personen voor de jury wordt bevolen of toegelaten, wijst hetzelfde koninklijk besluit het ceremonieel aan dat te hunnen opzichte in acht zal worden genomen.�

Art. 513. Dans le cas où (le Roi aurait pris un arrêté) ordonnant ou autorisant la comparution de quelques-unes des personnes ci-dessus désignées, devant le jury, le même (arrêté royal) désignera le cérémonial à observer à leur égard. <L 10-07-1967, Art. 1, 211°>

Art. 514. Ten opzichte van andere ministers dan de minister van Justitie, (...), ambassadeurs of andere agenten van de Koning bij de vreemde staatshoofden geaccrediteerd, wordt gehandeld als volgt : <W 10-07-1967, Art. 1, 212°>

Art. 514. A l'égard des ministres (autres que le Ministre de la Justice) ambassadeurs ou autres agents (du Roi accrédités près les chefs d'Etat étrangers), il sera procédé comme suit : <L 10-07-1967, Art. 1, 212°>

Indien hun getuigenis gevorderd wordt hetzij voor het hof van assisen, hetzij voor de onderzoeksrechter van de plaats van hun verblijf of van de plaats waar zij zich toevallig bevinden, moeten zij getuigenis afleggen in de gewone vorm.

Si leur déposition est requise devant la cour d'assises ou devant le juge d'instruction du lieu de leur résidence ou de celui où ils se trouveraient accidentellement, ils devront la fournir dans les formes ordinaires.

Indien het een getuigenis betreft in een zaak die vervolgd wordt buiten de plaats waar zij voor de uitoefening van hun ambt verblijven en buiten de plaats waar zij zich toevallig bevinden, en indien het getuigenis niet gevorderd wordt voor de jury, doet de voorzitter of de onderzoeksrechter bij wie de zaak aanhangig is, aan zijn ambtgenoot van de plaats waar die ambtenaren uit hoofde van hun ambt verblijven, een opgave toekomen van de feiten en vraagpunten waarover het getuigenis wordt gevorderd.

S'il s'agit d'une déposition relative à une affaire poursuivie hors du lieu où ils résident pour l'exercice de leurs fonctions et de celui où ils se trouveraient accidentellement, et si cette déposition n'est pas requise devant le jury, le président ou le juge d'instruction saisi de l'affaire adressera à celui du lieu où résident ces fonctionnaires à raison de leurs fonctions, un état des faits, demandes et questions sur lesquels leur témoignage est requis.

Indien het een getuigenis betreft van een bij een vreemde regering residerend agent, wordt die opgave gezonden aan de minister van Justitie, die ze te bestemder plaatse laat bezorgen en de persoon aanwijst die het getuigenis zal afnemen.

S'il s'agit du témoignage d'un agent résidant auprès d'un gouvernement étranger, cet état sera adressé au ministre de la justice, qui en fera le renvoi sur les lieux, et désignera la personne qui recevra la déposition.

Art. 515. De voorzitter of de onderzoeksrechter aan wie de in het vorige artikel vermelde opgave wordt toegezonden, doet de ambtenaar voor zich dagvaarden en laat hem schriftelijk getuigenis afleggen.

Art. 515. Le président ou le juge d'instruction auquel sera adressé l'état mentionné en l'article précédent fera assigner le fonctionnaire devant lui, et recevra sa déposition par écrit.

Art. 516. Dit getuigenis wordt gesloten en verzegeld toegezonden aan de griffie van het hof of van de rechter die het gevorderd heeft, alsook meegedeeld en voorgelezen zoals in artikel 512 is bepaald en onder dezelfde straffen.

Art. 516. Cette déposition sera envoyée close et cachetée au greffe de la cour du juge requérant, communiquée et lue, comme il est dit en l'article 512, et sous les mêmes peines.

Page 187: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 517. Wanneer ambtenaren van de hoedanigheid als vermeld in artikel 514, gedagvaard worden om als getuige te verschijnen voor een jury die vergaderd is buiten de plaats waar zij voor de uitoefening van hun ambt verblijven of waar zij zich toevallig bevinden, kunnen zij daarvan bij een koninklijk besluit worden vrijgesteld.

Art. 517. Si les fonctionnaires de la qualité exprimée dans l'article 514 sont cités à comparaître comme témoins devant un jury assemblé hors du lieu où ils résident pour l'exercice de leurs fonctions, ou de celui où ils se trouveraient accidentellement, ils pourront en être dispensés par un (arrêté royal). <L 10-07-1967, Art. 1, 213°>

In dat geval leggen zij schriftelijk getuigenis af en de voorschriften van de artikelen 514, 515 en 516 worden in acht genomen.

Dans ce cas, ils déposeront par écrit et l'on observera les dispositions prescrites par les articles 514, 515 et 516.

HOOFDSTUK VI. - VASTSTELLING VAN DE IDENTITEIT VAN ONTVLUCHTE EN OPNIEUW AANGEHOUDEN VEROORDEELDEN.

CHAPITRE VI. - DE LA RECONNAISSANCE DE L'IDENTITE DES INDIVIDUS CONDAMNES, EVADES ET REPRIS.

Art. 518. De vaststelling van de identiteit van een veroordeelde die ontvlucht is en opnieuw aangehouden, geschiedt door het hof dat hem veroordeeld heeft.

Art. 518. La reconnaissance de l'identité d'un individu condamné, évadé et repris sera faite par la cour qui aura prononcé sa condamnation.

(Lid 2 opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 214°> (Alinéa 2 abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 214°> Art. 519. De desbetreffende vonnissen worden gewezen zonder bijstand van gezworenen, nadat het hof de getuigen gehoord heeft die opgeroepen zijn zowel op verzoek van de procureur-generaal als van de aangehoudene, indien deze getuigen heeft doen dagvaarden.

Art. 519. Tous ces jugements seront rendus sans assistance de jurés, après que la cour aura entendu les témoins appelés tant à la requête du procureur général qu'à celle de l'individu repris, si ce dernier en a fait citer.

De terechtzitting is openbaar en de aangehoudene moet tegenwoordig zijn, op straffe van nietigheid.

L'audience sera publique, et l'individu repris sera présent, à peine de nullité.

Art. 520. De procureur-generaal en de aangehoudene kunnen zich, in de vorm en binnen de termijn bij dit wetboek bepaald, in cassatie voorzien tegen het arrest dat op de vordering tot vaststelling van identiteit gewezen is.

Art. 520. Le (procureur général) et l'individu repris pourront se pourvoir en cassation, dans la forme et dans le délai déterminés par le présent Code, contre l'arrêt rendu sur la poursuite en reconnaissance d'identité. <L 10-07-1967, Art. 1, 215°>

HOOFDSTUK VII. - RECHTSPLEGING IN GEVAL VAN VERNIELING OF WEGNEMING VAN HET VONNIS OF VAN DE STUKKEN VAN EEN ZAAK.

CHAPITRE VII. - MANIERE DE PROCEDER EN CAS DE DESTRUCTION OU D'ENLEVEMENT DES PIECES OU DU JUGEMENT D'UNE AFFAIRE.

Art. 521. Wanneer ten gevolge van brand, overstroming of enige andere buitengewone oorzaak minuten van nog niet ten uitvoer gelegde arresten in criminele of correctionele zaken, of stukken van nog niet afgedane processen vernield, weggenomen of zoekgeraakt zijn en het niet mogelijk is die weer op te maken, wordt gehandeld als volgt.

Art. 521. Lorsque, par l'effet d'un incendie, d'une inondation ou de toute autre cause extraordinaire, des minutes d'arrêts rendus en matière criminelle ou correctionnelle, et non encore exécutés, ou des procédures encore indécises, auront été détruites, enlevées, ou se trouveront égarées, et qu'il n'aura pas été possible de les rétablir, il sera procédé ainsi qu'il suit.

Art. 522. Indien er een uitgifte of een authentiek afschrift van het arrest bestaat, wordt die uitgifte of dat afschrift als minuut beschouwd en derhalve in de bewaarplaats van de arresten neergelegd.

Art. 522. S'il existe une expédition ou copie authentique de l'arrêt, elle sera considérée comme minute, et en conséquence remise dans le dépôt destiné à la conservation des arrêts.

Page 188: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Te dien einde is ieder openbaar ambtenaar of ieder persoon die een uitgifte of een authentiek afschrift van het arrest in bewaring heeft, verplicht (...) die uitgifte of dat afschrift op de griffie van het hof dat het arrest gewezen heeft, neer te leggen, op het bevel door de voorzitter van dat hof daartoe gegeven. <W 10-07-1967, Art. 1, 216°>

A cet effet, tout officier public ou tout individu dépositaire d'une expédition ou d'une copie authentique de l'arrêt est tenu, de la remettre au greffe de la cour qui l'a rendu, sur l'ordre qui en sera donné par le président de cette cour.

Dit bevel strekt hem tot ontlasting jegens hen die bij het stuk belang hebben.

Cet ordre lui servira de décharge envers ceux qui auront intérêt à la pièce.

De bewaarder van de uitgifte of het authentiek afschrift van de vernielde, weggenomen of zoekgeraakte minuut is gerechtigd om zich daarvan, bij het neerleggen in de openbare bewaarplaats, kosteloos een uitgifte te doen uitleveren.

Le dépositaire de l'expédition ou copie authentique de la minute détruite, enlevée ou égarée, aura la liberté, en la remettant dans le dépôt public, de s'en faire délivrer une expédition sans frais.

Art. 523. Wanneer er in criminele zaken geen uitgifte en ook geen authentiek afschrift van het arrest meer bestaat, en indien de verklaring van de jury in minuut of in authentiek afschrift nog voorhanden is, wordt op grond van die verklaring een nieuw vonnis gewezen.

Art. 523. Lorsqu'il n'existera plus, en matière criminelle, d'expédition ni de copie authentique de l'arrêt, si la déclaration du jury existe encore en minute ou en copie authentique, on procédera, d'après cette déclaration, à un nouveau jugement.

Art. 524. Wanneer de verklaring van de jury niet meer kan worden overgelegd of wanneer de zaak gevonnist is zonder gezworenen en er geen schriftelijke akte van bestaat, wordt het onderzoek opnieuw begonnen van waar de stukken, zowel in minuut als in uitgifte of authentiek afschrift, ontbreken.

Art. 524. Lorsque la déclaration du jury ne pourra plus être représentée, ou lorsque l'affaire aura été jugée sans jurés, et qu'il n'en existera aucun acte par écrit, l'instruction sera recommencée, à partir du point où les pièces se trouveront manquer tant en minute qu'en expédition ou copie authentique.

14 DECEMBER 1808. - WETBOEK VAN STRAFVORDERING. - BOEK II, TITELS V EN VI. (Om technische redenen is het Wetboek van Strafvordering ingedeeld in 8 delen waarvan het zevende deel Titels V en VI van het tweede Boek omvat.)

14 DECEMBRE 1808. - CODE D'INSTRUCTION CRIMINELLE. - LIVRE II, TITRES V ET VI. (Pour des raisons techniques, le Code d'Instruction Criminelle est divisé en 8 parties, dont les Titres V et VI du deuxième Livre sont la septième partie.)

(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1985 en tekstbijwerking tot 07-05-2002)

(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 01-01-1990 et mise à jour au 07-05-2002).

TITEL V. - REGELING VAN RECHTSGEBIED EN VERWIJZING VAN DE ENE RECHTBANK NAAR DE ANDERE.

TITRE V. - DES REGLEMENTS DE JUGES ET DES RENVOIS D'UN TRIBUNAL A UN AUTRE.

HOOFDSTUK I. - REGELING VAN RECHTSGEBIED. CHAPITRE I. - DES REGLEMENTS DE JUGES. Art. 525-526, 526bis, 527, 527bis, 528, 528bis, 529-541 Art. 525-526, 526bis, 527, 527bis, 528, 528bis, 529-

541 HOOFDSTUK II. - VERWIJZING VAN DE ENE RECHTBANK NAAR DE ANDERE.

CHAPITRE II. - DES RENVOIS D'UN TRIBUNAL A UN AUTRE.

Art. 542-552 Art. 542-552 TITEL VI. - (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> TITRE VI. - (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 553-599 Art. 553-599 Texte Table des matières Début Texte Table des matières Début

Page 189: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

TITEL V. - REGELING VAN RECHTSGEBIED EN VERWIJZING VAN DE ENE RECHTBANK NAAR DE ANDERE.

TITRE V. - DES REGLEMENTS DE JUGES ET DES RENVOIS D'UN TRIBUNAL A UN AUTRE.

HOOFDSTUK I. - REGELING VAN RECHTSGEBIED. CHAPITRE I. - DES REGLEMENTS DE JUGES. Artikel 525. Ieder verzoek tot regeling van rechtsgebied wordt summier en op enkele memorie behandeld en uitgewezen.

Article 525. Toutes demandes en règlement de juges seront instruites et jugées sommairement, et sur simples mémoires.

Art. 526. Er is grond tot regeling van rechtsgebied door het Hof van Cassatie in criminele, correctionele of politiezaken, wanneer onderscheidene hoven, rechtbanken of onderzoeksrechters, die niet tot elkaars rechtsgebied behoren, kennis nemen van een zelfde misdrijf of van samenhangende misdrijven of van een zelfde overtreding.

Art. 526. Il y aura lieu à être réglé de juges par la Cour de cassation, en matière criminelle, correctionnelle ou de police, lorsque des cours, tribunaux, ou juges d'instruction, ne ressortissant point les uns des autres, seront saisis de la connaissance du même délit ou de délits connexes, ou de la même contravention.

Art. 526bis. <Ingevoegd bij W 2001-06-21/42, Art. 59; En vigueur : 21-05-2002> Er is eveneens grond tot regeling van rechtsgebied door het Hof van Cassatie wanneer onderscheiden onderzoeksrechters kennis nemen van eenzelfde misdrijf of samenhangende misdrijven waarvoor de uitoefening van de strafvordering geschiedt door de federale procureur.

Art. 526bis. <Inséré par L 2001-06-21/42, Art. 59; En vigueur : 21-05-2002> Il y aura lieu également au règlement de juges par la Cour de cassation, lorsque différents juges d'instruction prennent connaissance d'un même délit ou de délits connexes pour lesquels le procureur fédéral est chargé de l'exercice de l'action publique.

Art. 527. Er is eveneens grond tot regeling van rechtsgebied door het Hof van Cassatie, wanneer enerzijds een militaire rechtbank (...) of een officier van militaire politie of enige andere uitzonderingsrechtbank, en anderzijds een hof van beroep, een hof van assisen (...(, een correctionele rechtbank, een politierechtbank of een onderzoeksrechter kennis nemen van eenzelfde misdrijf of van samenhangende misdrijven of van eenzelfde overtreding. <W 10-07-1967, Art. 1, 217°>

Art. 527. Il y aura lieu également à être réglé de juges par la Cour de cassation, lorsqu'un tribunal militaire, ou un officier de police militaire, ou tout autre tribunal d'exception, d'une part, (une cour d'appel ou une cour d'assises), un tribunal jugeant correctionnellement, un tribunal de police, ou un juge d'instruction, d'autre part, seront saisis de la connaissance du même délit ou de délits connexes, ou de la même contravention. <L 10-07-1967, Art. 1, 217°>

Art. 527bis. <W 10-10-1967, Art. 157> De vorderingen tot regeling van rechtsgebied worden ingediend op verzoek van de vervolgende partij of bij een met bewijsstukken gestaafde memorie van de burgerlijke partij.

Art. 527bis. <L 10-10-1967, Art. 157> Les demandes en règlement de juges sont introduites par requête de la partie poursuivante, ou par un mémoire de la partie civile, appuyé des pièces justificatives.

(De vordering tot regeling van rechtsgebied, zoals bedoeld in artikel 526bis wordt ingediend door de federale procureur, na overleg met de procureur des Konings.) <W 2001-06-21/42, Art. 60, 003; En vigueur : 21-05-2002>

(Les demandes en règlement de juges visées à l'article 526bis sont introduites par le procureur fédéral après concertation avec le procureur du Roi.) <L 2001-06-21/42, Art. 60, 003; En vigueur : 21-05-2002>

De eerste voorzitter benoemt een verslaggever, zonder vooraf mededeling van de stukken te bevelen; voor de mededeling aan de procureur-generaal en de bepaling van de rechtsdag worden de in de artikelen 420 tot 420ter voorgeschreven regels gevolgd.

Le premier président nomme un rapporteur, sans ordonner préalablement la communication des pièces, et on suit quant à la communication à faire au procureur général et à la fixation de l'audience, les règles prescrites par les articles 420 à 420ter.

Page 190: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 528. Na inzage van het verzoekschrift en van de stukken beveelt (de kamer van het Hof van Cassatie die kennis neemt van de cassatieberoepen in criminele, correctionele en politiezaken) dat alles aan partijen zal worden meegedeeld, of doet einduitspraak, behoudens verzet. <W 10-07-1967, Art. 1, 218°>

Art. 528. Sur le vu de la requête et des pièces, (la chambre de la Cour de cassation qui connaît des pourvois en matière criminelle, correctionnelle ou de police), ordonnera que le tout soit communiqué aux parties, ou statuera définitivement, sauf l'opposition. <L 10-07-1967, Art. 1, 218°>

Art. 528bis. <W 10-10-1967, Art. 158> De verzoeker tot regeling van rechtsgebied kan zijn zaak bepleiten zoals in burgerlijke zaken. Na het openbaar ministerie te hebben gehoord, doet het hof de einduitspraak of beveelt naar gelang van de omstandigheden bij een voorbereidend arrest, dat de memorie vooraf aan de tegenpartij zal worden meegedeeld.

Art. 528bis. <L 10-10-1967, Art. 158> Le demandeur en règlement de juges peut plaider sa cause comme en matière civile. La cour, après avoir entendu le ministère public, prononce définitivement, ou ordonne suivant les circonstances par un arrêt préparatoire que le mémoire sera préalablement communiqué à la partie adverse.

Art. 529. Ingeval de mededeling wordt bevolen op de voorziening tot regeling van rechtsgebied ingesteld door de beklaagde, de beschuldigde of de burgerlijke partij, beveelt het arrest aan de twee ambtenaren belast met het openbaar ministerie bij de rechterlijke instanties waarbij de zaak gelijktijdig aanhangig is, de processtukken in te zenden onder bijvoeging van een met redenen omkleed advies omtrent het geschil.

Art. 529. Dans le cas où la communication serait ordonnée sur le pourvoi en conflit du prévenu, de l'accusé ou de la partie civile, l'arrêt enjoindra à l'un et à l'autre des officiers chargés du ministère public près les autorités judiciaires, concurremment saisies, de transmettre les pièces du procès et leur avis motivé sur le conflit.

Art. 530. Wanneer de mededeling wordt bevolen op de voorziening van een van die ambtenaren, beveelt het arrest aan de andere de stukken en zijn met redenen omkleed advies in te zenden.

Art. 530. Lorsque la communication sera ordonnée sur le pourvoi de l'un de ces officiers, l'arrêt ordonnera à l'autre de transmettre les pièces et son avis motivé.

Art. 531. Het arrest houdende bevel tot mededeling vermeldt in het kort de akten die aanleiding geven tot het geschil, en bepaalt al naar de afstanden de termijn waarbinnen de stukken en de met redenen omklede adviezen op de griffie moeten worden neergelegd.

Art. 531. L'arrêt de " soit communiqué " fera mention sommaire des actes d'où naîtra le conflit, et fixera, selon la distance des lieux, le délai dans lequel les pièces et les avis motivés seront apportés au greffe.

De betekening van dit arrest aan de partijen schorst van rechtswege de berechting van de zaak en in criminele zaken de inbeschuldigingstelling, of, indien deze reeds uitgesproken is, de samenstelling van de jury in de hoven van assisen, (...), doch zij schorst noch de daden en procedures tot bewaring van recht noch die van onderzoek. <W 10-07-1967, Art. 1, 218°>

La notification qui sera faite de cet arrêt aux parties emportera de plein droit sursis au jugement du procès, et, en matière criminelle, à la mise en accusation, ou, si elle a déjà été prononcée, à la formation du jury dans les cours d'assises (...), mais non aux actes et aux procédures conservatoires ou d'instruction. <L 10-07-1967, Art. 1, 218°>

De beklaagde of de beschuldigde en de burgerlijke partij kunnen hun middelen betreffende het geschil van rechtsgebied voordragen in de vorm in HOOFDSTUK II, titel III van dit boek bepaald, voor het cassatieberoep.

Le prévenu ou l'accusé et la partie civile pourront présenter leurs moyens sur le conflit, dans la forme réglée par le CHAPITRE II du titre III du présent livre, pour le recours en cassation.

Page 191: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 532. Wanneer op enkel verzoekschrift een arrest gewezen wordt over het verzoek tot regeling van rechtsgebied, wordt dat arrest door de zorg van de procureur-generaal bij het Hof van Cassatie en door bemiddeling van de minister van Justitie, betekend aan de ambtenaar belast met het openbaar ministerie bij het hof, de rechtbank of de magistraat, aan wie de zaak onttrokken wordt.

Art. 532. Lorsque, sur la simple requête, il sera intervenu arrêt qui aura statué sur la demande en règlement de juges, cet arrêt sera à la diligence du procureur général près la Cour de cassation, et par l'intermédiaire du (...) ministre de la justice, notifié à l'officier chargé du ministère public près la cour, le tribunal ou le magistrat dessaisi. <L 10-07-1967, Art. 1, 22°>

Het wordt mede betekend aan de beklaagde of aan de beschuldigde en aan de burgerlijke partij, indien er een is.

Il sera notifié de même au prévenu ou à l'accusé, et à la partie civile, s'il y en a une.

Art. 533. <W 10-10-1967, Art. 159> De beklaagde of beschuldigde en de burgerlijke partij kunnen tegen het arrest dat zonder voorafgaande mededeling is gewezen, in verzet komen binnen een maand te rekenen van de betekening en in de vormen die HOOFDSTUK II van titel III van dit boek voorschrijft voor het beroep in cassatie.

Art. 533. <L 10-10-1967, Art. 159> Le prévenu ou l'accusé et la partie civile peuvent former opposition à l'arrêt rendu sans communication préalable, dans le délai d'un mois à compter de la signification, et dans les formes prescrites par le CHAPITRE II du titre III du présent livre pour le recours en cassation.

Art. 534. Het in het vorige artikel vermelde verzet schorst van rechtswege de berechting van de zaak, zoals in artikel 531 bepaald is.

Art. 534. L'opposition dont il est parlé au précédent article entraînera de plein droit sursis au jugement du procès, comme il est dit en l'article 531.

Art. 535. De beklaagde die niet in hechtenis is, de beschuldigde die zich niet in het huis van justitie bevindt, en de burgerlijke partij kunnen niet in verzet komen, tenzij zij tevoren of binnen de bij artikel 533 bepaalde termijn woonplaats hebben gekozen in de gemeente waar een van de rechterlijke instanties tussen wie het geschil bestaat, haar zetel heeft.

Art. 535. Le prévenu qui ne sera pas en arrestation, l'accusé qui ne sera pas retenu dans la maison de justice, et la partie civile, ne seront point admis au bénéfice de l'opposition, s'ils n'ont antérieurement, ou dans le délai fixé par l'article 533, élu domicile dans le lieu où siège l'une des autorités judiciaires en conflit.

Bij gebreke van die keuze kunnen zij ook niet tegenwerpen dat hun geen mededeling is gedaan, waartoe in dat geval de verzoeker te hunnen opzichte niet verplicht is.

A défaut de cette élection, ils ne pourront non plus exciper de ce qu'il ne leur aurait été fourni aucune communication, dont le poursuivant sera dispensé à leur égard.

Art. 536. Het hof van Cassatie doet, bij de beslissing van het geschil van rechtsgebied, uitspraak over alle handelingen die mochten verricht zijn door het hof, de rechtbank of de rechter, aan wie het de zaak onttrekt.

Art. 536. La Cour de cassation, en jugeant le conflit, statuera sur tous les actes qui pourraient avoir été faits par la cour, le tribunal ou le magistrat qu'elle dessaisira.

Art. 537. De arresten over geschillen van rechtsgebied kunnen niet door verzet worden bestreden, wanneer zij voorafgegaan zijn door een behoorlijk ten uitvoer gelegd arrest houdende bevel tot mededeling.

Art. 537. Les arrêts rendus sur des conflits ne pourront pas être attaqués par la voie de l'opposition, lorsqu'ils auront été précédés d'un arrêt de " soit communiqué ", dûment exécuté.

Art. 538. Het arrest, gewezen na een arrest houdende bevel tot mededeling of gewezen op verzet, wordt aan dezelfde partijen en in dezelfde vorm betekend als het arrest dat eraan voorafgegaan is.

Art. 538. L'arrêt rendu, ou après un " soit communiqué ", ou sur une opposition, sera notifié aux mêmes parties et dans la même forme que l'arrêt qui l'aura précédé.

Page 192: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 539. Wanneer (de verdachte, de beklaagde of de beschuldigde,) de ambtenaar belast met het openbaar ministerie of de burgerlijke partij hetzij de exceptie van onbevoegdheid van een rechtbank van eerste aanleg of van een onderzoeksrechter, hetzij een declinatoire exceptie heeft opgeworpen, kan niemand zich tot het Hof van Cassatie wenden om regeling van rechtsgebied te verkrijgen, onverschillig of de exceptie aangenomen dan wel verworpen is; onverminderd het recht om voor het hof van beroep hoger beroep in te stellen tegen de beslissing van de rechtbank van eerste aanleg of van de onderzoeksrechter, en het recht om zich in cassatie te voorzien tegen het arrest van het hof van beroep, indien daartoe grond bestaat.

Art. 539. Lorsque (l'inculpé, le prévenu ou l'accusé), l'officier chargé du ministère public, ou la partie civile, aura excipé de l'incompétence d'un tribunal de première instance, ou d'un juge d'instruction, ou proposé un déclinatoire, soit que l'exception ait été admise ou rejetée, nul ne pourra recourir à la Cour de cassation pour être réglé de juges; sauf à se pourvoir devant la (cour d'appel) contre le décision portée par le tribunal de première instance ou le juge d'instruction, et à se pourvoir en cassation, s'il y a lieu, contre l'arrêt rendu par la (cour d'appel). <L 10-07-1967, Art. 1, 222°>

Art. 540. Wanneer twee onderzoeksrechters of twee rechtbanken van eerste aanleg, in het rechtsgebied van een zelfde hof van beroep gevestigd, kennis nemen van een zelfde misdrijf of van samenhangende misdrijven, beslist dit hof over de regeling van rechtsgebied in de vorm bepaald in dit hoofdstuk, behoudens voorziening in cassatie, indien daartoe grond bestaat.

Art. 540. Lorsque deux juges d'instruction ou deux tribunaux de première instance, établis dans le ressort de la même (cour d'appel), seront saisis de la connaissance du même délit ou de délits connexes, les parties seront réglées de juges par cette cour, suivant la forme prescrite au présent chapitre, sauf le recours, s'il y a lieu, à la Cour de cassation.

Wanneer twee politierechtbanken kennis nemen van een zelfde overtreding of van samenhangende overtredingen, wordt over de regeling van rechtsgebied beslist door de rechtbank tot wier rechtsgebied beide rechtbanken behoren; indien zij tot het rechtsgebied van verschillende rechtbanken behoren, wordt over het geschil beslist door het hof van beroep, behoudens voorziening in cassatie, indien daartoe grond bestaat.

Lorsque deux (tribunaux de police) seront saisis de la connaissance de la même contravention ou de contraventions connexes, les parties seront réglées de juges par le tribunal auxquels ils ressortissent l'un et l'autre; et s'ils ressortissent à différents tribunaux, elles seront réglées par la (cour d'appel), sauf le recours, s'il y a lieu, à la cour de cassation. <L 10-07-1967, Art. 1, 223°>

Art. 541. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 224°> Art. 541. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 224°> HOOFDSTUK II. - VERWIJZING VAN DE ENE RECHTBANK NAAR DE ANDERE.

CHAPITRE II. - DES RENVOIS D'UN TRIBUNAL A UN AUTRE.

Art. 542. In criminele, correctionele en politiezaken kan het Hof van Cassatie, op vordering van de procureur-generaal bij dit hof, een zaak verwijzen van een hof van beroep of van een hof van assisen (...) naar een ander, van een correctionele rechtbank of van een politierechtbank naar een andere rechtbank van dezelfde hoedanigheid, (...), om reden van openbare veiligheid of op grond van gewettigde verdenking. <W 10-07-1967, Art. 1, 225°> <W 1998-03-12/38, Art. 9, 002, En vigueur : 1998-04-12>

Art. 542. En matière criminelle, correctionnelle et de police, la Cour de cassation peut, sur la réquisition du procureur général près cette Cour, renvoyer la connaissance d'une affaire (d'une cour d'appel et d'une cour d'assises) à une autre, d'un tribunal correctionnel ou de police à un autre tribunal de même qualité, (...), pour cause de sûreté publique ou de suspicion légitime. <L 10-07-1967, Art. 1, 225°> <L 1998-03-12/38, Art. 9, 002, En vigueur : 1998-04-12>

Die verwijzing kan ook bevolen worden op vordering van de belanghebbende partijen, doch alleen op grond van gewettigde verdenking.

Ce renvoi peut aussi être ordonné sur la réquisition des parties intéressées, mais seulement pour cause de suspicion légitime.

Page 193: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 543. De belanghebbende partij die vrijwillig heeft geprocedeerd voor een hof, een rechtbank of een onderzoeksrechter, is in haar verzoek tot verwijzing niet ontvankelijk dan op grond van omstandigheden die zich nadien hebben voorgedaan en die van zodanige aard zijn dat zij een gewettigde verdenking doen ontstaan.

Art. 543. La partie intéressée qui aura procédé volontairement devant une cour, un tribunal ou un juge d'instruction, ne sera recue à demander le renvoi qu'à raison des circonstances survenues depuis, lorsqu'elles seront de nature à faire naître une suspicion légitime.

Art. 544. De ambtenaren belast met het openbaar ministerie kunnen zich rechtstreeks wenden tot het Hof van Cassatie om de verwijzing te vorderen op grond van gewettigde verdenking; betreft het echter een verzoek tot verwijzing om redenen van openbare veiligheid, dan zijn zij gehouden hun vorderingen, hun beweegredenen en de stukken tot staving te bezorgen aan de minister van Justitie, die ze aan het Hof van Cassatie doet toekomen, indien daartoe grond bestaat.

Art. 544. Les officiers chargés du ministère public pourront se pourvoir immédiatement devant la Cour de cassation, pour demander le renvoi pour cause de suspicion légitime; mais lorsqu'il s'agira d'une demande en renvoi pour cause de sûreté publique, ils seront tenus d'adresser leurs réclamations, leurs motifs et les pièces à l'appui, au (...) ministre de la justice, qui les transmettra, s'il y a lieu, à la Cour de cassation. <L 10-07-1967, Art. 1, 226°>

Art. 545. <W 1998-03-12/38, Art. 10, 002, En vigueur : 1998-04-12> Na inzage van het verzoekschrift en van de bewijsstukken doet de kamer van het Hof van Cassatie die kennis neemt van het cassatieberoep in criminele, correctionele en politiezaken, onmiddellijk einduitspraak indien het verzoek kennelijk onontvankelijk is.

Art. 545. <L 1998-03-12/38, Art. 10, 002, En vigueur : 1998-04-12> Sur le vu de la requête et des pièces justificatives, la chambre de la Cour de cassation qui connaît des pourvois en matière criminelle, correctionnelle ou de police, statue immédiatement et définitivement lorsque la requête est manifestement irrecevable.

(Indien daarenboven een geldboete wegens kennelijk onontvankelijk verzoek verantwoord kan zijn, wordt, bij dezelfde beslissing, een rechtsdag bepaald op een nabije datum, waarop alleen dit punt zal worden behandeld. De griffier roept de partijen bij gerechtsbrief op om tegen die datum hun opmerkingen schriftelijk mee te delen.

(Si, en outre, une amende pour requête manifestement irrecevable peut se justifier, ce point seul sera traité à une audience fixée par la même décision à une date rapprochée. Le greffier convoque les parties par pli judiciaire afin qu'elles fassent connaître leurs observations par écrit pour cette date.

De geldboete bedraagt 125 EUR tot 2 500 EUR. De Koning mag het minimum- en maximumbedrag om de vijf jaar aanpassen aan de kosten van het levensonderhoud. De geldboete wordt geïnd door de Administratie der Registratie en Domeinen met aanwending van alle middelen van recht.) <W 2001-06-10/75, Art. 9, 005; En vigueur : 02-10-2001> (NOTA : tot 31 december 2001 gelden in de plaats van de bedragen van " 125 EUR " en " 2 500 EUR " de bedragen van " 5 000 Belgische frank " en " 100 000 Belgische frank " <W 2001-06-10/75, Art. 11>)

L'amende est de 125 EUR à 2 500 EUR. Tous les cinq ans, le Roi peut adapter les montants minimums et maximums au coût de la vie. Le recouvrement de l'amende est poursuivi par toutes voies de droit à la diligence de l'Administration de l'enregistrement et des domaines.) <L 2001-06-10/75, Art. 9, 005; En vigueur : 02-10-2001> (NOTE : jusqu'au 31 décembre 2001, les montants " 5 000 francs belges" et " 100 000 francs belges " remplacent les montants " 125 EUR " et " 2 500 EUR ". <L 2001-06-10/75, Art. 11>)

Wanneer het verzoek niet kennelijk onontvankeIijk is, beveelt het Hof van Cassatie ten spoedigste en uiterlijk binnen acht dagen :

Lorsque la requête n'est pas manifestement irrecevable, la Cour de cassation ordonne dans le plus bref délai et au plus tard dans les huit jours :

Page 194: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

1° (a) dat van het arrest, het verzoekschrift en de bijgevoegde stukken mededeling wordt gedaan aan de rechter in de politierechtbank tegen wie onttrekking wordt gevorderd, teneinde binnen de door het Hof bepaalde termijn een verklaring op de uitgifte van het arrest te stellen;

1° (a) la communication de l'arrêt, de la requête et des pièces y annexées au juge au tribunal de police dont le dessaisissement est demandé, pour qu'il fasse, dans le délai fixé par la Cour, une déclaration sur l'expédition de l'arrêt;

b) dat van het arrest, het verzoekschrift en de bijgevoegde stukken mededeling wordt gedaan aan de eerste voorzitter of de voorzitter, naargelang van het gerecht waartegen onttrekking wordt gevorderd, teneinde binnen de door het hof bepaalde termijn, een verklaring op de uitgifte van het arrest te stellen in overleg met de leden van het gerecht die met naam worden vermeld en deze verklaring mede ondertekenen;) <W 2001-06-10/75, Art. 9, 005; En vigueur : 02-10-2001>

b) la communication de l'arrêt, de la requête et des pièces y annexées au premier président ou au président, selon la juridiction dont le dessaisissement est demandé, pour qu'il fasse, dans le délai fixé par la Cour, une déclaration sur l'expédition de l'arrêt, et ce, en concertation avec les membres de la juridiction nommément désignés, qui contresigneront ladite déclaration;) <L 2001-06-10/75, Art. 9, 005; En vigueur : 02-10-2001>

2° dat van het arrest, het verzoekschrift en de bijgevoegde stukken mededeling wordt gedaan aan de niet-verzoekende partijen en dat hun de termijn wordt meegedeeld voor de neerlegging van hun conclusies ter griffie en de dag van verschijning voor het Hof; deze dag van verschijning vindt plaats uiterlijk binnen twee maanden na het indienen van het verzoekschrift;

2° la communication de l'arrêt, de la requête et des pièces y annexées aux parties non requérantes ainsi que la communication du délai dont celles-ci disposent pour le dépôt de leurs conclusions au greffe et du jour de comparution devant la Cour; cette comparution a lieu au plus tard dans les deux mois du dépôt de la requête;

3° dat van het arrest, het verzoekschrift en de bijgevoegde stukken mededeling wordt gedaan aan het openbaar ministerie bij het gerecht waartegen de verwijzing wordt gevorderd en dat de termijn wordt meegedeeld voor de neerlegging van een advies, indien het Hof van Cassatie dit nodig acht;

3° la communication de l'arrêt, de la requête et des pièces y annexées au ministère public près la juridiction contre laquelle la demande en renvoi est formée ainsi que la communication du délai dans lequel doit être déposé son avis, si la Cour de cassation le juge nécessaire;

4° dat een van de raadsheren die in het arrest wordt aangewezen, op een bepaalde dag verslag uitbrengt.

4° le rapport, à jour indiqué, par l'un des conseillers nommé par l'arrêt.

De conclusies en, in voorkomend geval, het advies van het openbaar ministerie worden ten laatste op de dag van de neerlegging ter griffie meegedeeld aan de partijen.

Les conclusions et, le cas échéant, l'avis du ministère public sont communiqués aux parties au plus tard le jour du dépôt au greffe.

Art. 546. (Opgeheven) <W 1998-03-12/38, Art. 14, 002, En vigueur : 1998-04-12> belast met het openbaar ministerie bij het hof, de rechtbank of de onderzoeksrechter, die van het misdrijf kennis neemt, en het gelast deze ambtenaar de stukken in te zenden onder bijvoeging van een met redenen omkleed advies over het verzoek tot verwijzing; in voorkomend geval beveelt het arrest bovendien de mededeling aan de andere partij. <W 10-07-1967, Art. 1, 227°>

Art. 546. (Abrogé) <L 1998-03-12/38, Art. 14, 002, En vigueur : 1998-04-12>

Art. 547. <W 1998-03-12/38, Art. 11, 002, En vigueur : 1998-04-12> Het Hof van Cassatie neemt de voorbereidende beslissingen die het nodig acht.

Art. 547. <L 1998-03-12/38, Art. 11, 002, En vigueur : 1998-04-12> La Cour de cassation prononcera les dispositions préparatoires qu'elle jugera nécessaires.

Page 195: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 548. <W 1998-03-12/38, Art. 12, 002, En vigueur : 1998-04-12> De griffier van het Hof van Cassatie zendt bij aangetekende brief aan de rechter bedoeld in artikel 545, tweede lid, 1°, aan de verzoeker, alsook aan de niet-verzoekende partijen bedoeld in artikel 545 of, in voorkomend geval, aan hun advocaten, een niet-ondertekend afschrift van de einduitspraak over het verzoek tot verwijzing.

Art. 548. <L 1998-03-12/38, Art. 12, 002, En vigueur : 1998-04-12> Le greffier de la Cour de cassation adresse, par lettre recommandée, au juge visé à l'article 545, alinéa 2, 1°, au requérant et aux parties non requérantes visées à l'article 545, ou, le cas échéant, à leurs avocats, une copie non signée de la décision définitive sur la demande en renvoi.l ou le juge d'instruction dessaisi, soit à la partie civile, (à l'inculpé, au prévenu ou à l'accusé) en personne ou au domicile élu. <L 10-07-1967, Art. 1, 228°>

Art. 549. (Opgeheven) <W 1998-03-12/38, Art. 14, 002, En vigueur : 1998-04-12>

Art. 549. (Abrogé) <L 1998-03-12/38, Art. 14, 002, En vigueur : 1998-04-12>

Art. 550. (Opgeheven) <W 1998-03-12/38, Art. 14, 002, En vigueur : 1998-04-12>

Art. 550. (Abrogé) <L 1998-03-12/38, Art. 14, 002, En vigueur : 1998-04-12>

Art. 551. <W 1998-03-12/38, Art. 13, 002, En vigueur : 1998-04-12> De artikelen 525, 531 en 536 zijn van overeenkomstige toepassing op het verzoek tot verwijzing van de ene rechtbank naar een andere.

Art. 551. <L 1998-03-12/38, Art. 13, 002, En vigueur : 1998-04-12> Les articles 525, 531 et 536 s'appliquent par analogie aux demandes en renvoi d'un tribunal à un autre.

Art. 552. Het arrest waarbij een verzoek tot verwijzing wordt verworpen, vormt geen beletsel voor een nieuw verzoek tot verwijzing op grond van feiten die zich nadien hebben voorgedaan.

Art. 552. L'arrêt qui aura rejeté une demande en renvoi n'exclura pas une nouvelle demande en renvoi fondée sur des faits survenus depuis.

TITEL VI. - (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> TITRE VI. - (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 553. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 553. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 554. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 554. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 555. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 555. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 556. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 556. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 557. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 557. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 558. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 558. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 559. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 559. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 560. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 560. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 561. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 561. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 562. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 562. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 563. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 563. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 564. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 564. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 565. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 565. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 566. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 566. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 567. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 567. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 568. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 568. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 569. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 569. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 570. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 570. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 571. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 571. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 572. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 572. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 573. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 573. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 574. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 574. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°>

Page 196: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 575. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 575. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 576. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 576. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 577. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 577. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 578. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 578. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 579. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 579. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 580. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 580. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 581. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 581. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 582. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 582. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 583. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 583. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 584. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 584. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 585. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 585. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 586. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 586. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 587. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 587. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 588. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 588. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 229°> Art. 589. <W 1997-08-08/14, Art. 3, 004; En vigueur : 03-09-2001> Het Centraal Strafregister, hierna " Strafregister " genoemd, is een systeem van geautomatiseerde verwerking gehouden onder het gezag van de Minister van Justitie waarin, overeenkomstig de bepalingen van dit hoofdstuk, gegevens betreffende beslissingen genomen in strafzaken of ter bescherming van de maatschappij worden geregistreerd, bewaard en gewijzigd.

Art. 589. <L 1997-08-08/14, Art. 3, 004; En vigueur : 03-09-2001> Le Casier judiciaire central, dénommé ci-après " le Casier judiciaire ", est un système de traitement automatisé tenu sous l'autorité du Ministre de la Justice, qui assure, conformément aux dispositions du présent chapitre, l'enregistrement, la conservation et la modification des données concernant les décisions rendues en matière pénale et de défense sociale.

De doelstelling van het Strafregister bestaat erin de daarin geregistreerde gegevens mede te delen aan :

La finalité du Casier judiciaire est la communication des renseignements qui y sont enregistrés :

1° de overheden belast met de uitvoering van de opdrachten van de rechterlijke macht in strafzaken;

1° aux autorités chargées de l'exécution des missions judiciaires en matière pénale;

2° de administratieve overheden met het oog op de toepassing van bepalingen waarvoor kennis is vereist van het gerechtelijk verleden van de personen op wie administratieve maatregelen betrekking hebben;

2° aux autorités administratives afin d'appliquer des dispositions nécessitant la connaissance du passé judiciaire des personnes concernées par des mesures administratives;

3° particulieren ingeval zij een uittreksel uit het Strafregister moeten voorleggen;

3° aux particuliers lorsqu'ils doivent produire un extrait de Casier judiciaire;

4° buitenlandse overheden in de gevallen omschreven in internationale overeenkomsten.

4° aux autorités étrangères dans les cas prévus par des conventions internationales.

De gegevens worden geregistreerd door de griffies van de hoven en rechtbanken of door de dienst van het Strafregister van het Ministerie van Justitie.

L'enregistrement des informations est effectué par les greffes des cours et tribunaux ou par le service du Casier judiciaire du Ministère de la Justice.

Overeenkomstig artikel 8, § 1, van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens kunnen deze gegevens dienen als grondslag voor statistieken uitgewerkt en verspreid op initiatief van het Ministerie van Justitie.

En application de l'article 8, § 1er de la loi du 8 décembre 1992 relative à la protection de la vie privée à l'égard des traitements de données à caractère personnel, ces informations peuvent servir de base à des statistiques établies et diffusées à l'initiative du Ministère de la Justice.

Page 197: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 590. <W 1997-08-08/14, Art. 4, 004; En vigueur : 03-09-2001> Volgende persoonsgegevens worden in het Strafregister opgenomen :

Art. 590. <L 1997-08-08/14, Art. 4, 004; En vigueur : 03-09-2001> Pour chaque personne, le Casier judiciaire enregistre les informations suivantes :

1° veroordelingen tot criminele, correctionele of politiestraffen;

1° les condamnations à une peine criminelle, correctionnelle ou de police;

2° beslissingen tot opschorting van de uitspraak van de veroordeling of tot probatie-opschorting, beslissingen tot herroeping van de opschorting of van de probatie-opschorting, alsook beslissingen waarbij een gewone opschorting wordt vervangen door een probatie-opschorting, overeenkomstig de artikelen 3 tot 6 en 13 van de wet van 29 juni 1964 betreffende het uitstel, de opschorting en de probatie;

2° les décisions ordonnant la suspension du prononcé de la condamnation ou la suspension probatoire, constatant la révocation de la suspension ou prononçant la révocation de la suspension probatoire, ou remplaçant la suspension simple par la suspension probatoire, prises par application des articles 3 à 6 et 13 de la loi du 29 juin 1964 concernant la suspension, le sursis et la probation;

3° beslissingen tot herroeping van het probatie-uitstel, overeenkomstig artikel 14 van dezelfde wet;

3° les décisions prononçant la révocation du sursis probatoire, prises par application de l'article 14 de la même loi;

4° beslissingen tot internering, tot definitieve invrijheidstelling of invrijheidstelling op proef, tot wederopneming in de maatschappij, die zijn genomen ten aanzien van abnormalen overeenkomstig de artikelen 7 en 18 tot 20 van de wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers;

4° les décisions d'internement, de mise en liberté définitive ou à l'essai et de réintégration, prises à l'égard des anormaux par application des articles 7 et 18 à 20 de la loi du 1er juillet 1964 de défense sociale à l'égard des anormaux et des délinquants d'habitude;

5° beslissingen tot terbeschikkingstelling van de regering en internering die overeenkomstig de artikelen 22, 23, 23bis, 25bis en 26 van dezelfde wet zijn genomen ten aanzien van recidivisten, gewoontemisdadigers en plegers van bepaalde seksuele misdrijven;

5° les décisions de mise à la disposition du gouvernement et d'internement prises à l'égard des récidivistes, des délinquants d'habitude et des auteurs de certains délits sexuels, par application des articles 22, 23, 23bis, 25bis et 26 de la même loi;

6° beslissingen tot internering van de veroordeelden bedoeld in artikel 21 van dezelfde wet, alsook beslissingen op grond waarvan hun terugkeer naar de strafinrichting wordt gelast;

6° les décisions d'internement des condamnés visés à l'article 21 de la même loi, et celles ordonnant leur retour au centre pénitentiaire;

7° ontzettingen uit de ouderlijke macht en herstel ervan, de maatregelen opgesomd in artikel 63 van de wet van 8 april 1965 op de jeugdbescherming die worden uitgesproken ten aanzien van minderjarigen, alsook opheffingen en wijzigingen van die maatregelen welke overeenkomstig artikel 60 van dezelfde wet door de jeugdrechtbank worden uitgesproken;

7° les déchéances de l'autorité parentale et les réintégrations, les mesures prononcées à l'égard des mineurs, énumérées à l'article 63 de la loi du 8 avril 1965 relative à la protection de la jeunesse, de même que les levées ou modifications de ces mesures décidées par le tribunal de la jeunesse par application de l'article 60 de la même loi;

8° vernietigingsarresten uitgesproken op grond van de artikelen 416 tot 442 of van de artikelen 443 tot 447bis van dit wetboek;

8° les arrêts d'annulation rendus par application des articles 416 à 442 ou des articles 443 à 447bis du présent code;

9° intrekkingsbeslissingen genomen op grond van de artikelen 10 tot 14 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof;

9° les décisions de rétractation rendues par application des articles 10 à 14 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage;

10° beslissingen tot uitlegging of verbetering; 10° les décisions interprétatives ou rectificatives;

Page 198: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

11° arresten van herstel in eer en rechten uitgesproken op grond van de artikelen 621 tot 634 van dit wetboek;

11° les arrêts de réhabilitation rendus par application des articles 621 à 634 du présent code;

12° besluiten tot herstel in eer en rechten uitgevaardigd overeenkomstig de besluitwet van 9 december 1943 op het herstel in eer en rechten van zeelieden en op het verdwijnen van strafvervolgingen en straffen voor bepaalde maritieme inbreuken;

12° les arrêtés de réhabilitation pris par application de l'arrêté-loi du 9 décembre 1943 sur la réhabilitation des gens de mer et sur l'extinction des poursuites répressives et des peines relatives à certaines infractions maritimes;

13° besluiten tot herstel in eer en rechten uitgevaardigd overeenkomstig de besluitwet van 22 april 1918 op het militair eerherstel;

13° les arrêtés de réhabilitation pris par application de l'arrêté-loi du 22 avril 1918 relatif à la réhabilitation militaire;

14° genadebesluiten; 14° les arrêtés de grâce; 15° beslissingen tot toekenning of herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling;

15° les décisions d'octroi ou de révocation de la libération conditionnelle;

16° beslissingen in strafzaken genomen door buitenlandse rechtscolleges ten aanzien van Belgen, die krachtens internationale overeenkomsten ter kennis van de Belgische regering worden gebracht, alsook maatregelen tot amnestie, uitwissing van de veroordeling of herstel in eer en rechten, genomen door een buitenlandse overheid, welke een invloed kunnen hebben op die beslissingen en aan de Belgische Regering zijn medegedeeld.

16° les décisions rendues en matière pénale par des juridictions étrangères à charge de Belges, qui sont notifiées au Gouvernement belge en vertu de conventions internationales, ainsi que les mesures d'amnistie, d'effacement de condamnation ou de réhabilitation prises par une autorité étrangère, susceptibles d'affecter ces dernières décisions, qui sont portées à la connaissance du Gouvernement belge.

In het Strafregister worden ook bijkomende straffen, vervangende straffen en veiligheidsmaatregelen geregistreerd, alsook het gewone of het probatie-uitstel verbonden aan veroordelingen.

Le Casier judiciaire enregistre également les peines accessoires ou subsidiaires et les mesures de sûreté, ainsi que le sursis, simple ou probatoire, assortissant les condamnations.

Reeds geregistreerde veroordelingen vernietigd ingevolge een verzet aangetekend tijdens de buitengewone verzetstermijn of een verwijzing na nietigverklaring, worden uit het Strafregister gewist.

Les condamnations qui auraient déjà été enregistrées et qui feraient l'objet d'une décision d'acquittement prononcée à la suite d'un recours en opposition introduit durant le délai extraordinaire d'opposition ou d'un renvoi après annulation, sont effacées du Casier judiciaire.

Art. 591. <W 1997-08-08/14, Art. 5, 004; En vigueur : 01-02-2002> De schriftelijk bij naam aangewezen ambtenaren van niveau 1 van de dienst van het Strafregister van het Ministerie van Justitie, alsook de hoofdgriffiers, de griffiers-hoofden van de griffie en de griffiers-hoofden van dienst van de hoven en rechtbanken van de rechterlijke orde hebben, uitsluitend in het kader van het beheer van het Strafregister, toegang tot de gegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, 1° tot 8°, en tweede lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van natuurlijke personen.

Art. 591. <L 1997-08-08/14, Art. 5, 004; En vigueur : 01-02-2002> Les agents de niveau 1 du service du Casier judiciaire du Ministère de la Justice, nommément désignés par écrit, et les greffiers en chef, greffiers-chefs de greffe et greffiers-chefs de service des cours et tribunaux de l'ordre judiciaire ont, uniquement dans le cadre de la gestion du Casier judiciaire, accès aux informations visées à l'article 3, alinéa 1er, 1° à 8° et alinéa 2, de la loi du 8 août 1983 organisant un Registre national des personnes physiques.

Page 199: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Voornoemde overheidspersonen mogen de identificatienummers van het Rijksregister van natuurlijke personen alleen gebruiken voor de identificatie van de in het Strafregister opgenomen personen.

Ces autorités sont autorisées à utiliser le numéro d'identification du Registre national des personnes physiques à seule fin d'identification des personnes inscrites dans le Casier judiciaire.

Zij kunnen de bevoegdheden bedoeld in de vorige leden overdragen aan één of meer, schriftelijk bij naam aangewezen personen, die ermee worden belast de gegevens in het Strafregister in te voeren. Dergelijke delegaties moeten met redenen zijn omkleed en verantwoord door de behoeften van de dienst.

Elles peuvent déléguer les facultés visées aux alinéas précédents à une ou plusieurs personnes chargées d'introduire les données du Casier judiciaire, désignées nommément et par écrit. Ces délégations doivent être motivées et justifiées par les nécessités du service.

De personen bedoeld in artikel 593 hebben in het kader van de raadpleging van het Strafregister toegang tot de gegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, 1° tot 9° en tweede lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van natuurlijke personen.

Les personnes visées à l'article 593 ont, dans le cadre de la consultation du Casier judiciaire, accès aux informations visées à l'article 3, alinéa 1er, 1° à 9° et alinéa 2, de la loi du 8 août 1983 organisant un Registre national des personnes physiques.

De Koning bepaalt de voorwaarden waaronder die machtigingen worden verleend.

Le Roi fixe les conditions dans lesquelles ces autorisations sont données.

Art. 592. <W 1997-08-08/14, Art. 6, 004; En vigueur : 03-09-2001> De griffiers maken de in artikel 590 opgesomde beslissingen over aan het Strafregister, binnen de drie dagen volgend op de dag waarop die in kracht van gewijsde zijn gegaan.

Art. 592. <L 1997-08-08/14, Art. 6, 004; En vigueur : 03-09-2001> Les greffiers transmettent au Casier judiciaire les décisions visées à l'article 590 dans les trois jours qui suivent celui où celles-ci sont passées en force de chose jugée.

Ze zijn verantwoordelijk voor de conformiteit van de overgezonden gegevens met de door de rechtscolleges uitgesproken beslissingen.

Ils sont responsables de la conformité des informations transmises aux décisions rendues par les juridictions.

Page 200: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 593. <W 1997-08-08/14, Art. 7, 004; En vigueur : 03-09-2001> De magistraten van het openbaar ministerie, de onderzoeksrechters, de schriftelijk bij naam aangewezen ambtenaren van niveau 1 van de administratieve overheden belast met de tenuitvoerlegging van beslissingen in strafzaken en van maatregelen ter bescherming van de maatschappij, de politieambtenaren bekleed met de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie voorzien in artikel 3 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt, de schriftelijk bij naam aangewezen ambtenaren van niveau 1 van de inlichtingendiensten in de zin van de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten, de leden van de Cel voor de verwerking van financiële informatie alsook de personeelsleden ervan die bekleed zijn met een graad welke overeenstemt met niveau 1 bij de ambtenaren, schriftelijk bij naam aangewezen, hebben steeds en uitsluitend in het kader van hun bij wet bepaalde opdrachten waarvoor kennis van gegevens uit het Strafregister is vereist, toegang tot de daarin opgenomen persoonsgegevens, met uitzondering van :

Art. 593. <L 1997-08-08/14, Art. 7, 004; En vigueur : 03-09-2001> Les magistrats du ministère public, les juges d'instruction, les agents de niveau 1 des autorités administratives chargées de l'exécution des décisions rendues en matière pénale et des mesures de défense sociale nommément désignés par écrit, les fonctionnaires de police revêtus de la qualité d'officier de police judiciaire visés à l'article 3 de la loi du 5 août 1992 sur la fonction de police, les agents de niveau 1 des services de renseignements au sens de la loi du 18 juillet 1991 organique du contrôle des services de police et de renseignements, nommément désignés par écrit, et les membres de la Cellule de traitement des informations financières ainsi que les membres du personnel de celle-ci revêtus d'un grade équivalent à celui du niveau 1 des agents de l'Etat, nommément désignés par écrit, ont accès en permanence, uniquement dans le cadre de leurs missions prévues par la loi qui requièrent la connaissance du casier judiciaire, aux informations enregistrées dans le Casier judiciaire concernant chaque personne, à l'exception :

1° veroordelingen waarvoor amnestie is verleend; 1° des condamnations ayant fait l'objet d'une mesure d'amnistie;

2° beslissingen vernietigd op grond van artikel 416 tot 442 of artikel 443 tot 447bis van dit wetboek;

2° des décisions annulées par application des articles 416 à 442 ou des articles 443 à 447bis du présent code;

3° beslissingen tot intrekking genomen op grond van de artikelen 10 tot 14 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof;

3° des décisions de rétractation rendues par application des articles 10 à 14 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage;

4° veroordelingen en beslissingen uitgesproken op grond van een opgeheven wetsbepaling, op voorwaarde dat de strafbaarheid van het feit is opgeheven.

4° des condamnations et des décisions prononcées sur la base d'une disposition ayant fait l'objet d'une abrogation, à la condition que l'incrimination pénale du fait soit supprimée.

De magistraten van het openbaar ministerie kunnen deze bevoegdheid binnen het parket overdragen aan één of meer schriftelijk bij naam aangewezen personen. De onderzoeksrechters kunnen deze bevoegdheid overdragen aan hun griffier.

Les magistrats du ministère public peuvent déléguer cette faculté, au sein du parquet, à une ou plusieurs personnes désignées nommément et par écrit. Les juges d'instruction peuvent déléguer cette faculté à leur greffier.

Page 201: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 594. <W 1997-08-08/14, Art. 8, 004; En vigueur : 03-09-2001> De Koning kan bij in Ministerraad overlegd besluit en na advies van de Commissie ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer aan bepaalde administratieve overheden toegang verlenen tot in het Strafregister opgenomen gegevens, zulks uitsluitend in het kader van door of krachtens de wet bepaalde doeleinden, en met uitzondering van :

Art. 594. <L 1997-08-08/14, Art. 8, 004; En vigueur : 03-09-2001> Le Roi peut autoriser certaines administrations publiques, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres et après avis de la Commission de la protection de la vie privée, à accéder aux informations enregistrées dans le Casier judiciaire, uniquement dans le cadre d'une fin déterminée par ou en vertu de la loi, à l'exception :

1° de veroordelingen en beslissingen bedoeld in artikel 593, 1° tot 4°;

1° des condamnations et décisions énumérées à l'article 593, 1° à 4°;

2° arresten van herstel in eer en rechten en veroordelingen waarop dat herstel in eer en rechten betrekking heeft;

2° des arrêts de réhabilitation et des condamnations visées par cette réhabilitation;

3° beslissingen tot opschorting van de uitspraak van de veroordeling en tot probatie-opschorting;

3° des décisions ordonnant la suspension du prononcé de la condamnation et la suspension probatoire;

(4° de beslissingen die veroordelen tot een werkstraf overeenkomstig artikel 37ter van het Strafwetboek.) <W 2002-04-17/33, Art. 9, 006; En vigueur : 07-05-2002>

(4° les décisions condamnant à une peine de travail conformément à l'article 37ter du Code pénal.) <L 2002-04-17/33, Art. 9, 006; En vigueur : 07-05-2002>

Zij hebben geen toegang meer tot gegevens betreffende veroordelingen tot gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden, tot geldboete van ten hoogste 500 frank en tot geldboete, ongeacht het bedrag ervan, die is opgelegd krachtens het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer, na een termijn van drie jaar te rekenen van de dag van de rechterlijke beslissing waarbij zij zijn uitgesproken, behalve indien deze veroordelingen een vervallenverklaring of een ontzetting inhouden waarvan de gevolgen zich over meer dan drie jaar uitstrekken, uitgesproken in het vonnis of waarvan die overheden absoluut kennis moeten hebben om een wets- of verordeningsbepaling te kunnen toepassen.

Elles n'ont plus accès aux condamnations à des peines d'emprisonnement de six mois au plus, à des peines d'amende ne dépassant pas 500 francs et à des peines d'amende infligées en vertu des lois coordonnées par l'arrêté royal du 16 mars 1968 relatives à la police de la circulation routière quel que soit leur montant, après un délai de trois ans à compter de la date de la décision judiciaire définitive qui les prononce, sauf si ces condamnations comportent des déchéances ou des interdictions dont les effets dépassent une durée de trois ans, prononcées dans le jugement ou dont la connaissance leur est indispensable pour l'application d'une disposition légale ou réglementaire.

Zij hebben wel toegang tot gegevens inzake de ontzettingen en maatregelen bedoeld in artikel 63 van de wet van 8 april 1965 op de jeugdbescherming, onder de voorwaarden vastgesteld in dat artikel

Elles ont accès aux déchéances et mesures énumérées par l'article 63 de la loi du 8 avril 1965 relative à la protection de la jeunesse, selon les conditions fixées par cet article.

Art. 595. <W 1997-08-08/14, Art. 9, 004; En vigueur : indéterminée> Een ieder die zijn identiteit bewijst, kan een uittreksel uit het Strafregister verkrijgen, dat een overzicht bevat van de daarin opgenomen persoonsgegevens die op hem betrekking hebben, met uitzondering van :

Art. 595. <L 1997-08-08/14, Art. 9, 004; En vigueur : indéterminée> Toute personne justifiant de son identité peut obtenir un extrait du Casier judiciaire comportant le relevé des informations enregistrées dans le Casier judiciaire qui la concernent personnellement, à l'exception :

1° (de in artikel 594, 1° tot 4° bedoelde veroordelingen, beslissingen en maatregelen); <L 2002-04-17/33, Art. 10, 006; En vigueur : 07-05-2002>

1° (les condamnations, décisions ou mesures énumérées à l'article 594, 1° à 4°); <L 2002-04-17/33, Art. 10, 006; En vigueur : 07-05-2002>

Page 202: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

2° maatregelen getroffen ten aanzien van abnormalen op grond van de wet van 1 juli 1964;

2° des mesures prises à l'égard des anormaux par application de la loi du 1er juillet 1964;

3° de ontzettingen en maatregelen bedoeld in artikel 63 van de wet van 8 april 1965 op de jeugdbescherming.

3° des déchéances et mesures énumérées par l'article 63 de la loi du 8 avril 1965 relative à la protection de la jeunesse.

Veroordelingen tot gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden, tot geldboete van ten hoogste 500 frank en tot geldboete, ongeacht het bedrag ervan, die is opgelegd krachtens het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer, worden niet meer op dit uittreksel vermeld na een termijn van drie jaar te rekenen van de dag van de definitieve rechterlijke beslissing waarbij zij zijn uitgesproken, behalve als ze in het vonnis, voorzien in een ontzetting of een vervallenverklaring waarvan de gevolgen de duur van 3 jaar overstijgen.

Les condamnations à des peines d'emprisonnement de six mois au plus, à des peines d'amende ne dépassant pas 500 francs et à des peines d'amende infligées en vertu des lois coordonnées par l'arrêté royal du 16 mars 1968 relatives à la police de la circulation routière quel que soit leur montant, ne sont plus mentionnées dans cet extrait après un délai de trois ans à compter de la date de la décision judiciaire définitive qui les prononce, sauf si elles prévoient, dans le jugement, une déchéance ou une interdiction dont les effets dépassent une durée de trois ans.

Dit uittreksel wordt uitgereikt door het gemeentebestuur van de woon- of verblijfplaats van betrokkene onder de voorwaarden vastgesteld door de Koning. Indien de betrokkene in België geen woon- of verblijfplaats heeft, wordt het uittreksel uitgereikt door de dienst van het Strafregister van het Ministerie van Justitie.

Cet extrait est délivré, selon les modalités fixées par le Roi, par l'intermédiaire de l'administration de la commune où la personne a son domicile ou sa résidence. Si elle n'a pas de domicile ou de résidence en Belgique, l'extrait est délivré par le service du Casier judiciaire du Ministère de la Justice.

Een ieder die zijn identiteit bewijst, geniet het recht op mededeling van de rechtstreeks op hem betrekking hebbende gegevens uit het Strafregister, conform artikel 10 van de wet van de 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens.

Toute personne justifiant de son identité bénéficie du droit de communication des données du Casier judiciaire qui la concernent directement, conformément à l'article 10 de la loi du 8 décembre 1992 relative à la protection de la vie privée à l'égard des traitements de données à caractère personnel.

Art. 596. <W 1997-08-08/14, Art. 10, 004; En vigueur : indéterminée> Wanneer het uittreksel evenwel wordt aangevraagd teneinde toegang te krijgen tot een activiteit waarvan de toegangs- of uitoefeningsvoorwaarden bij wets- of verordeningsbepalingen zijn vastgesteld, worden de veroordelingen bedoeld in artikel 595, tweede lid vermeld indien zij een ontzetting of een vervallenverklaring inhouden waarvan de gevolgen zich over meer dan drie jaar uitstrekken en die de betrokkene verbieden deze activiteit uit te oefenen.

Art. 596. <L 1997-08-08/14, Art. 10, 004; En vigueur : indéterminée> Lorsque la demande d'extrait est effectuée en vue d'accéder à une activité dont les conditions d'accès ou d'exercice ont été définies par des dispositions légales ou réglementaires, l'extrait mentionne les décisions visées à l'article 595 alinéa 2 lorsqu'elles comportent des déchéances ou des interdictions dont les effets dépassent une durée de trois ans, ayant pour effet d'interdire à la personne concernée d'exercer cette activité.

Page 203: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Wanneer het uittreksel wordt aangevraagd ten einde toegang te krijgen tot een activiteit die onder opvoeding, psycho-medisch-sociale begeleiding, hulpverlening aan de jeugd, kinderbescherming, animatie of begeleiding van minderjarigen valt, worden alle veroordelingen en de beslissingen bedoeld in artikel 590, 4° en 5°, voor feiten voorzien in de artikelen 354 tot 360, 368, 369, 372 tot 386ter, 398 tot 410, 422bis en 422ter van het Strafwetboek vermeld indien zij gepleegd werden ten aanzien van een minderjarige en dit een constitutief element van de inbreuk is of de straf verzwaart.

Lorsque la demande d'extrait est effectuée en vue d'accéder à une activité qui relève de l'éducation, de la guidance psycho-médico-sociale, de l'aide à la jeunesse, de la protection infantile, de l'animation ou de l'encadrement de mineurs, l'extrait mentionne toutes les condamnations et les décisions visées à l'article 590, 4° et 5°, pour des faits prévus aux articles 354 à 360, 368, 369, 372 à 386 ter, 398 à 410, 422bis et 422ter du Code pénal lorsqu'ils sont commis à l'égard d'un mineur et que cet élément est constitutif de l'infraction ou qu'il en aggrave la peine.

Deze uittreksels worden uitgereikt door het gemeentebestuur van de woon- of verblijfplaats van de betrokkene onder de voorwaarden vastgesteld door de Koning. Indien de betrokkene in België geen woon- of verblijfplaats heeft, worden deze uittreksels uitgereikt door de dienst van het Strafregister van het Ministerie van Justitie.

Ces extraits sont délivrés, selon les modalités fixées par le Roi, par l'intermédiaire de l'administration de la commune où la personne a son domicile ou sa résidence. Si elle n'a pas de domicile ou de résidence en Belgique, ces extraits sont délivrés par le service du Casier judiciaire du Ministère de la Justice.

Art. 597. <W 1997-08-08/14, Art. 11, 004; En vigueur : 03-09-2001> Uittreksels uit het Strafregister worden aan buitenlandse overheden uitgereikt in de gevallen omschreven in internationale overeenkomsten.

Art. 597. <L 1997-08-08/14, Art. 3, 004; En vigueur : 03-09-2001> Des extraits du Casier judiciaire sont délivrés aux autorités étrangères dans les cas prévus par des conventions internationales.

Art. 598. <W 1997-08-08/14, Art. 12, 004; En vigueur : 03-09-2001> De gegevens van het Strafregister die betrekking hebben op overleden personen, worden éénmaal per jaar aan het Algemeen Rijksarchief toegezonden.

Art. 598. <L 1997-08-08/14, Art. 12, 004; En vigueur : 03-09-2001> Les renseignements enregistrés dans le Casier judiciaire au sujet de personnes décédées sont transmis une fois par an aux Archives générales du Royaume.

Art. 599. <W 1997-08-08/14, Art. 13, 004; En vigueur : 03-09-2001> De raadpleging van het Strafregister en de afgifte van uittreksels kunnen aanleiding geven tot vergoedingen vastgesteld door de Koning.

Art. 599. <L 1997-08-08/14, Art. 13, 004; En vigueur : 03-09-2001> La consultation du Casier judiciaire et la délivrance des extraits peuvent donner lieu à des rétributions fixées par le Roi.

16 DECEMBER 1808. - WETBOEK VAN STRAFVORDERING. - BOEK II, TITEL VII. (Om technische redenen is het Wetboek van Strafvordering ingedeeld in 8 delen waarvan het achtste deel Titel VII van het tweede Boek omvat.)

16 DECEMBRE 1808. - CODE D'INSTRUCTION CRIMINELLE. - LIVRE II, TITRE VII. (Pour des raisons techniques, le Code d'Instruction Criminelle est divisé en 8 parties, dont le Titre VII du deuxième Livre est la huitième partie.)

(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 31-08-1984 en tekstbijwerking tot 24-08-2001)

(NOTE : Consultation des versions antérieures à partir du 31-08-1984 et mise à jour au 24-08-2001)

TITEL VII. - ENIGE ZAKEN VAN OPENBAAR BELANG EN VAN ALGEMENE VEILIGHEID.

TITRE VII. - DE QUELQUES OBJETS D'INTERET PUBLIC ET DE SURETE GENERALE.

HOOFDSTUK I. - (OVER HET CENTRAAL STRAFREGISTER.) <W 1997-08-08/14, Art. 2, 006; En vigueur : 03-09-2001>

CHAPITRE I. - (DU CASIER JUDICIAIRE CENTRAL.) <L 1997-08-08/14, Art. 2, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 600-602 Art. 600-602

Page 204: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

HOOFDSTUK II. - (GEVANGENISSEN EN HUIZEN VAN ARREST). <W 1999-0-07/61, Art. 8, 005; En vigueur : 01-07-1999>

CHAPITRE II. - (DES PRISONS ET MAISONS D'ARRET.) <L 1999-05-07/61, Art. 8, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 603-614 Art. 603-614 HOOFDSTUK III. - MIDDELEN OM DE PERSOONLIJKE VRIJHEID TE VERZEKEREN TEGEN WEDERRECHTELIJKE VRIJHEIDSBEROVING OF ANDERE DADEN VAN WILLEKEUR.

CHAPITRE III. - DES MOYENS D'ASSURER LA LIBERTE INDIVIDUELLE CONTRE LES DETENTIONS ILLEGALES OU D'AUTRES ACTES ARBITRAIRES.

Art. 615-618 Art. 615-618 HOOFDSTUK IV. - (UITWISSING VAN VEROORDELINGEN EN HERSTEL IN EER EN RECHTEN IN STRAFZAKEN.) <W 07-04-1964, Art. 1>

CHAPITRE IV. - (DE L'EFFACEMENT DES CONDAMNATIONS ET DE LA REHABILITATION EN MATIERE PENALE.) <L 07-04-1964, Art. 1>

AFDELING I. - UITWISSING VAN VEROORDELINGEN.

SECTION I. - DE L'EFFACEMENT DES CONDAMNATIONS.

Art. 619-620 Art. 619-620 AFDELING II. - HERSTEL IN EER EN RECHTEN IN STRAFZAKEN.

SECTION II. - DE LA REHABILITATION EN MATIERE PENALE.

Art. 621-634 Art. 621-634 HOOFDSTUK V. - VERJARING. CHAPITRE V. - DE LA PRESCRIPTION. Art. 635-643 Art. 635-643 HOOFDSTUK VI. - BIJZONDERE BEPALING. CHAPITRE VI. - DISPOSITION PARTICULIERE. Art. 644 Art. 644 Texte Table des matières Début Texte Table des matières Début TITEL VII. - ENIGE ZAKEN VAN OPENBAAR BELANG EN VAN ALGEMENE VEILIGHEID.

TITRE VII. - DE QUELQUES OBJETS D'INTERET PUBLIC ET DE SURETE GENERALE.

HOOFDSTUK I. - (OVER HET CENTRAAL STRAFREGISTER.) <W 1997-08-08/14, Art. 2, 006; En vigueur : 03-09-2001>

CHAPITRE I. - (DU CASIER JUDICIAIRE CENTRAL.) <L 1997-08-08/14, Art. 2, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 600. (De door het Strafregister meegedeelde gegevens vormen geen bewijs van de rechterlijke of administratieve beslissingen waarop zij betrekking hebben.) <W 1997-08-08/14, Art. 14, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Article 600. (Les informations communiquées par le Casier judiciaire ne constituent pas la preuve des décisions judiciaires ou administratives auxquelles elles se rapportent.) <L 1997-08-08/14, Art. 14, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 601. (De personen die in de uitoefening van hun ambt meewerken aan het verzamelen, het verwerken of het toezenden van de in artikel 590 bedoelde gegevens, zijn gebonden door het beroepsgeheim. Artikel 458 van het Strafwetboek is op hen van toepassing.

Art. 601. (Les personnes qui, dans l'exercice de leurs fonctions, interviennent dans la collecte, le traitement ou la transmission des informations visées par l'article 590 sont tenues au secret professionnel. L'article 458 du Code pénal leur est applicable.

Zij moeten alle maatregelen nemen die nodig zijn om de veiligheid van de geregistreerde gegevens te waarborgen, waarbij zij inzonderheid moeten verhinderen dat zij worden vervalst, beschadigd of meegedeeld aan personen die geen machtiging hebben om kennis ervan te nemen.

Elles prennent toutes mesures utiles afin d'assurer la sécurité des informations enregistrées et empêchent notamment qu'elles soient déformées, endommagées, ou communiquées à des personnes qui n'ont pas obtenu l'autorisation d'en prendre connaissance.

Page 205: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Zij moeten nagaan of de programma's voor de geautomatiseerde verwerking van de gegevens geschikt zijn en rechtmatig worden toegepast.

Elles s'assurent du caractère approprié des programmes servant au traitement automatique des informations ainsi que de la régularité de leur application.

Zij moeten ervoor zorgen dat de gegevens op rechtmatige wijze worden overgezonden.

Elles veillent à la régularité de la transmission des informations.

De identiteit van de personen die om raadpleging van het Strafregister verzoeken, wordt geregistreerd in een controlesysteem. Deze gegevens worden gedurende zes maanden bewaard.) <W 1997-08-08/14, Art. 15, 006; En vigueur : 03-09-2001>

L'identité des auteurs de toute demande de consultation du Casier judiciaire est enregistrée dans un système de contrôle. Ces informations sont conservées pendant six mois.) <L 1997-08-08/14, Art. 15, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 602. (De Koning kan maatregelen vaststellen die erop zijn gericht de veiligheid van de gegevens opgenomen in het Strafregister te waarborgen.) <W 1997-08-08/14, Art. 16, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 602. (Le Roi peut fixer des mesures propres à assurer la sécurité de l'information relative au Casier judiciaire.) <L 1997-08-08/14, Art. 16, 006; ED : 03-09-2001>

HOOFDSTUK II. - (GEVANGENISSEN EN HUIZEN VAN ARREST). <W 1999-0-07/61, Art. 8, 005; En vigueur : 01-07-1999>

CHAPITRE II. - (DES PRISONS ET MAISONS D'ARRET.) <L 1999-05-07/61, Art. 8, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 603. <W 1999-05-07/61, Art. 9, 005; En vigueur : 01-07-1999> Behalve de gevangenissen, bestemd voor de uitvoering van de straffen, zal er in ieder arrondissement bij de Rechtbank van eerste aanleg een Huis van arrest zijn om er de verdachten in op te nemen. Eveneens zal er bij ieder Hof van Assisen een Huis van arrest zijn om er degenen in op te nemen tegen wie een beschikking tot gevangenneming is uitgevaardigd.

Art. 603. <L 1999-05-07/61, Art. 9, 005; En vigueur : 01-07-1999> Excepté les prisons, destinées à l'exécution des peines, il y aura, dans chaque arrondissement près le Tribunal de première instance, une Maison d'arrêt pour y admettre les inculpés. De même, il y aura près de chaque Cour d'Assises une Maison d'arrêt pour y admettre ceux contre lesquels une ordonnance de prise de corps a été décernée.

Art. 604. De huizen van arrest (...) zijn volkomen onderscheiden van de gevangenissen bestemd voor de uitvoering van de straffen. <W 1999-0-07/61, Art. 10, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 604. Les maisons d'arrêt (...) seront entièrement distinctes des prisons établies pour peines. <L 1999-05-07/61, Art. 10, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 605. De gouverneurs dragen zorg dat die verschillende huizen niet alleen veilig, maar ook zindelijk zijn, en in zodanige staat dat de gezondheid van de gevangenen generlei schade kan lijden.

Art. 605. Les (gouverneurs) veilleront à ce que ces différentes maisons soient non seulement sûres, mais propres, et telles que la santé des prisonniers ne puisse être aucunement altérée. <L 10-07-1967, Art. 1, 234°>

Art. 606. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 235°> Art. 606. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 235°> Art. 607. De bewaarders van de huizen van arrest, (...) en van de gevangenissen zijn verplicht een register te bezitten. <W 1999-05-07/61, Art. 11, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 607. Les gardiens des maisons d'arrêt, (...) et des prisons, seront tenus d'avoir un registre. <L 1999-05-07/61, Art. 11, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Page 206: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

(Dit register wordt op alle bladzijden getekend en geparafeerd door de onderzoekrechter voor de huizen van arrest bij de rechtbanken van eerste aanleg, door de voorzitter van de Rechtbank van eerste aanleg voor de huizen van arrest bij de hoven van assisen en door de provinciegouverneur voor de gevangenissen bestemd voor de uitvoering van de straffen.) <W 1999-05-07/61, Art. 11, 005; En vigueur : 01-07-1999>

(Ce registre sera signé sur toutes les pages et paraphé par le juge d'instruction pour les maisons d'arrêt près des tribunaux de première instance, par le président du Tribunal de première instance pour les maisons d'arrêt près les cours d'assises et par le gouverneur de province pour les prisons destinées à l'exécution des peines.) <L 1999-05-07/61, Art. 11, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 608. Ieder uitvoerder van een bevel tot aanhouding, van een beschikking tot gevangenneming, van een veroordelend arrest of vonnis is verplicht de akte waarvan hij houder is, op het register te doen inschrijven, voordat hij de door hem opgebrachte persoon aan de bewaarder overgeeft; de akte van overgifte wordt in zijn bijzijn geschreven.

Art. 608. Tout exécuteur de mandat d'arrêt, d'ordonnance de prise de corps, d'arrêt ou de jugement de condamnation, est tenu, avant de remettre au gardien la personne qu'il conduira, de faire inscrire sur le registre l'acte dont il sera porteur; l'acte de remise sera écrit devant lui.

Een en ander wordt door hem en door de bewaarder getekend.

Le tout sera signé tant par lui que par le gardien.

De bewaarder geeft hem, te zijner ontlasting, een afschrift dat hij ondertekent.

Le gardien lui en remettra une copie signée de lui, pour sa décharge.

Art. 609. Geen bewaarder mag, op straffe van vervolging en veroordeling wegens willekeurige vrijheidsberoving, iemand in de gevangenis opnemen of vasthouden dan uit kracht hetzij van een bevel tot bewaring, hetzij van een bevel tot aanhouding in de bij de wet vereiste vorm uitgevaardigd, hetzij van een arrest van verwijzing naar het hof van assisen (...), van een arrest of vonnis van veroordeling tot een criminele straf of een gevangenisstraf, en zonder dat de overschrijving ervan op zijn register gedaan is. <W 10-07-1967, Art. 1, 237°>

Art. 609. Nul gardien ne pourra, à peine d'être poursuivi et puni comme coupable de détention arbitraire, recevoir ni retenir aucune personne qu'en vertu soit d'un mandat de dépôt, soit d'un mandat d'arrêt décerné selon les formes prescrites par la loi, soit d'un arrêt de renvoi devant une cour d'assises (...) d'un arrêt ou jugement de condamnation (à une peine criminelle), ou à un emprisonnement et, sans que la transcription en ait été faite sur son registre. <L 10-07-1967, Art. 1, 237°>

Art. 610. Het voormelde register bevat eveneens, op de kant van de akte van overgifte van de gevangene, de datum van zijn ontslag, alsook de beschikking, het arrest of het vonnis uit kracht waarvan het ontslag geschiedt.

Art. 610. Le registre ci-dessus mentionné contiendra également, en marge de l'acte de remise, la date de la sortie du prisonnier, ainsi que l'ordonnance, l'arrêt ou le jugement en vertu duquel elle aura lieu.

Art. 611. De onderzoeksrechter is verplicht ten minste eens in de maand de in het huis van arrest (bij de rechtbank van eerste aanleg) van het arrondissement opgesloten personen te bezoeken. <W 1999-05-07/61, Art. 12, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 611. Le juge d'instruction est tenu de visiter au moins une fois par mois, les personnes retenues dans la maison d'arrêt (près du tribunal de première instance) de l'arrondissement. <L 1999-0-07/61, Art. 12, 005; En vigueur : 01-07-1999>

De voorzitter van het hof van assisen is verplicht ten minste eenmaal in de loop van elke zitting de in het (huis van arrest bij het hof van assisen) opgesloten personen te bezoeken. <W 1999-05-07/61, Art. 12, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Une fois au moins dans le cours de chaque session de la cour d'assises, le président de cette cour est tenu de visiter les personnes retenues dans la (Maison d'arrêt près la Cour d'Assises). <L 1999-05-07/61, Art. 12, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Page 207: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

De gouverneur is verplicht ten minste eens in het jaar alle (huizen van arrest bij de hoven van assisen en alle gevangenissen) en alle gevangenen van de provincie te bezoeken. <W 1999-05-07/61, Art. 12, 005; En vigueur : 01-07-1999>

(Le gouverneur) est tenu de visiter au moins une fois par an, toutes les (maisons d'arrêt près des cours d'assises et toutes les) prisons, et tous les prisonniers (de la province). <L 10-07-1967, Art. 1, 238°> <L 1999-05-07/61, Art. 12, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 612. Bovendien is ook de burgemeester van elke gemeente waar een huis van arrest, (...), of een gevangenis bestaat (...) verplicht die huizen ten minste eens in de maand te bezoeken. <W 10-07-1967, Art. 1, 239°> <W 1999-05-07/61, Art. 13, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 612. Indépendamment des visites ordonnées par l'article précédent, le (bourgmestre) de chaque commune où il y aura soit une maison d'arrêt, (...), soit une prison, (...) est tenu de faire, au moins une fois par mois, la visite de ces maisons. <L 10-07-1967, Art. 1, 239°> <L 1999-05-07/61, Art. 13, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 613. De burgemeester (...) waakt ervoor dat de gevangenen voldoende en gezond voedsel krijgen; de handhaving van de orde in die huizen behoort tot zijn bevoegdheid. <W 10-07-1967, Art. 1, 240°>

Art. 613. (Le bourgmestre) veillera à ce que la nourriture des prisonniers soit suffisante et saine : la police de ces maisons lui appartiendra. <L 10-07-1967, Art. 1, 240°>

De onderzoeksrechter en de voorzitter van het hof van assisen kunnen evenwel onderscheidenlijk alle bevelen geven die in de huizen van arrest (bij de rechtbank van eerste aanle en bij de hoven van assisen) moeten worden uitgevoerd, en die zij voor het onderzoek, of voor de berechting nodig achten. <W 1999-05-07/61, Art. 14, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Le juge d'instruction et le président des assises pourront néanmoins donner respectivement tous les ordres qui devront être exécutés dans les maisons d'arrêt (près des tribunaux de première instance et près des cours d'assises), et qu'ils croiront nécessaires, soit pour l'instruction, soit pour le jugement. <L 1999-05-07/61, Art. 14, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 614. De gevangene die zich schuldig maakt aan bedreigingen, beledigingen of gewelddaden hetzij tegen (het personeel van de strafinrichtingen), hetzij tegen andere gevangenen, wordt, op bevel van wie daartoe bevoegd is, strenger bewaakt (of afgezonderd), onverminderd de vervolgingen waartoe zijn gedrag aanleiding kan geven. <W 10-07-1967, Art. 1, 241°>

Art. 614. Si quelque prisonnier use de menaces, injures ou violences, soit à l'égard (du personnel des établissements pénitentiaires), soit à l'égard des autres prisonniers, il sera, sur les ordres de qui il appartiendra, resserré plus étroitement, (ou enfermé seul), sans préjudice des poursuites auxquelles il pourrait avoir donné lieu. <L 10-07-1967, Art. 1, 241°>

HOOFDSTUK III. - MIDDELEN OM DE PERSOONLIJKE VRIJHEID TE VERZEKEREN TEGEN WEDERRECHTELIJKE VRIJHEIDSBEROVING OF ANDERE DADEN VAN WILLEKEUR.

CHAPITRE III. - DES MOYENS D'ASSURER LA LIBERTE INDIVIDUELLE CONTRE LES DETENTIONS ILLEGALES OU D'AUTRES ACTES ARBITRAIRES.

Art. 615. (...) Ieder die ervan kennis draagt dat iemand gevangen gehouden wordt in een plaats welke niet bestemd is om tot huis van arrest, (...) of gevangenis te dienen, is verplicht daarvan bericht te geven aan de (rechter in de politierechtbank), aan de procureur des Konings (...) of aan de onderzoeksrechter, of aan de procureur-generaal bij het hof van beroep. <W 10-07-1967, Art. 1, 242°> <W 10-10-1967, Art. 91, § 3> <W 1999-05-07/61, Art. 15, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 615. (...) Quiconque aura connaissance qu'un individu est détenu dans un lieu qui n'a pas été destiné à servir de maison d'arrêt, (...) ou de prison, est tenu d'en donner avis au (juge au tribunal de police), au (procureur du Roi), ou au juge d'instruction, ou au (procureur général près la cour d'appel). <L 10-07-1967, Art. 1, 242°> <L 10-10-1967, Art. 91, § 3> <L 1999-05-07/61, Art. 15, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Page 208: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 616. Ieder (rechter in de politierechtbank), ieder ambtenaar belast met het openbaar ministerie, ieder onderzoeksrechter is gehouden, op straffe van te worden vervolgd als medeplichtig aan willekeurige vrijheidsberoving, zich ambtshalve of na ontvangen bericht dadelijk ter plaatse te begeven en de gevangen gehouden persoon in vrijheid te doen stellen, of, indien er een wettelijke grond tot hechtenis aangevoerd wordt, hem terstond voor de bevoegde magistraat te doen brengen. <W 10-10-1967, Art. 91, § 3>

Art. 616. Tout (juge au tribunal de police), tout officier chargé du ministère public, tout juge d'instruction, est tenu d'office, ou sur l'avis qu'il en aura recu, sous peine d'être poursuivi comme complice de détention arbitraire, de s'y transporter aussitôt, et de faire mettre en liberté la personne détenue, ou, s'il est allégué quelque cause légale de détention, de la faire conduire sur-le-champ devant le magistrat compétent. <L 10-10-1967, Art. 91, § 3>

Hij maakt van alles proces-verbaal op. Il dressera du tout son procès-verbal. Art. 617. Desnoods geeft hij een beschikking in de vorm bij artikel 95 van dit wetboek voorgeschreven.

Art. 617. Il rendra, au besoin, une ordonnance dans la forme prescrite par l'article 95 du présent Code.

Ingeval hij weerstand ondervindt, kan hij zich door de nodige macht doen bijstaan en ieder die wordt opgevorderd, is verplicht hulp te bieden.

En cas de résistance, il pourra se faire assister de la force nécessaire; et toute personne requise est tenue de prêter main-forte.

Art. 618. Als schuldig of medeplichtig aan willekeurige vrijheidsberoving wordt vervolgd ieder bewaarder die weigert hetzij, op de daartoe gedane vordering, de gevangene te vertonen aan de houder van het bevel van de burgerlijke officier die belast is met het toezicht op het huis van arrest, (...) of de gevangenis, hetzij het bevel te vertonen dat hem zulks verbiedt, hetzij aan de (rechter in de politierechtbank) zijn registers over te leggen of hem van een gedeelte van zijn registers zodanig afschrift te laten nemen als deze nodig oordeelt. <W 10-10-1967, Art. 91, § 3> <W 1999-05-07/61, Art. 16, 005; En vigueur : 01-07-1999>

Art. 618. Tout gardien qui aura refusé, ou de montrer au porteur de l'ordre de l'officier civil ayant la police de la maison d'arrêt, (...), ou de la prison, la personne du détenu, sur la réquisition qui en sera faite, ou de montrer l'ordre qui le lui défend ou de faire au (juge au tribunal de police) l'exhibition de ses registres, ou de lui laisser prendre telle copie que celui-ci croira nécessaire de partie de ses registres, sera poursuivi comme coupable ou complice de détention arbitraire. <L 10-10-1967, Art. 91, § 3> <L 1999-05-07/61, Art. 16, 005; En vigueur : 01-07-1999>

HOOFDSTUK IV. - (UITWISSING VAN VEROORDELINGEN EN HERSTEL IN EER EN RECHTEN IN STRAFZAKEN.) <W 07-04-1964, Art. 1>

CHAPITRE IV. - (DE L'EFFACEMENT DES CONDAMNATIONS ET DE LA REHABILITATION EN MATIERE PENALE.) <L 07-04-1964, Art. 1>

AFDELING I. - UITWISSING VAN VEROORDELINGEN.

SECTION I. - DE L'EFFACEMENT DES CONDAMNATIONS.

Art. 619. <W 07-04-1964, Art. 2> (Veroordelingen tot een politiestraf worden uitgewist na een termijn van drie jaar te rekenen van de dag van de definitieve rechterlijke beslissing waarbij zij zijn uitgesproken.

Art. 619. <L 07-04-1964, Art. 2> (Les condamnations à des peines de police sont effacées après un délai de trois ans à compter de la décision judiciaire définitive qui les prononce. ".

Page 209: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Het vorige lid is niet van toepassing op veroordelingen die een vervallenverklaring of ontzetting inhouden uitgesproken volgens het vonnis waarvan de gevolgen zich over meer dan drie jaar uitstrekken, tenzij het gaat om een verval van het recht tot sturen wegens lichamelijke ongeschiktheid, uitgesproken op grond van de bepalingen van het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer.) <W 1997-08-08/14, Art. 17, 006; En vigueur : 03-09-2001>

L'alinéa précédent n'est pas applicable aux condamnations qui comportent une déchéance ou une interdiction prononcée lors du jugement dont les effets dépassent une durée de trois ans, sauf s'il s'agit d'une déchéance du droit de conduire prononcée pour incapacité physique du conducteur en vertu des dispositions de l'arrêté royal du 16 mars 1968 portant coordination des lois relatives à la police de la circulation routière.) <L 1997-08-08/14, Art. 17, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 620. <W 07-04-1964, Art. 3> Uitwissing van veroordelingen heeft de gevolgen van herstel in eer en rechten.

Art. 620. <L 07-04-1964, Art. 3> L'effacement des condamnations produit les effets de la réhabilitation.

AFDELING II. - HERSTEL IN EER EN RECHTEN IN STRAFZAKEN.

SECTION II. - DE LA REHABILITATION EN MATIERE PENALE.

Art. 621. <W 12-07-1984, Art. 1> Iedere veroordeelde tot straffen die niet kunnen worden uitgewist overeenkomstig artikel 619, kan in eer en rechten hersteld worden, indien hij sedert ten minste tien jaar geen zodanig herstel heeft genoten. (...). <W 1991-01-09/33, Art. 4, 002; En vigueur : 15-02-1991>

Art. 621. <L 12-07-1984, Art. 1> Tout condamné à des peines non susceptibles d'être effacées conformément à l'article 619 peut être réhabilité s'il n'a pas bénéficié de la réhabilitation depuis dix ans au moins. (...) <L 1991-01-09/33, Art. 4, 002; En vigueur : 15-02-1991>

(Indien het herstel in eer en rechten sedert minder dan tien jaar is verleend en alleen betrekking heeft op de veroordelingen bedoeld in artikel 627, kan het Hof evenwel beslissen dat zulks geen beletsel vormt voor een nieuw herstel in eer en rechten voor het verstrijken van deze termijn.) <W 1997-08-08/14, Art. 18, 006; En vigueur : 03-09-2001>

(Toutefois, si la réhabilitation accordée depuis moins de dix ans ne porte que sur des condamnations visées à l'article 627, la Cour peut décider qu'elle ne fait pas obstacle à une nouvelle réhabilitation avant l'expiration de ce délai.) <L 1997-08-08/14, Art. 18, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 622. <W 07-04-1964, Art. 5> De veroordeelde moet de vrijheidsstraffen hebben ondergaan en de geldstraffen hebben gekweten, tenzij die straffen krachtens het recht van genade kwijtgescholden zijn, of, indien zij voorwaardelijk zijn uitgesproken of voorwaardelijk zijn geworden bij genademaatregel, als niet bestaande worden beschouwd. Is de straf verjaard, dan kan de veroordeelde alleen in eer en rechten hersteld worden wanneer de niet-uitvoering niet aan hem te wijten is.

Art. 622. <L 07-04-1964, Art. 5> Le condamné doit avoir subi les peines privatives de liberté et acquitté les peines pécuniaires, à moins que ces peines aient été remises en vertu du droit de grâce ou que, si elles ont été prononcées conditionnellement ou rendues conditionnelles par voie de grâce, elles soient considérées comme non avenues. Lorsque la peine est prescrite, le condamné ne peut être réhabilité que si le défaut d'exécution ne lui est pas imputable.

Art. 623. <W 07-04-1964, Art. 6> De veroordeelde moet voldaan hebben aan de in het vonnis bepaalde verplichting tot teruggave, schadevergoeding en betaling van kosten, en (indien hij veroordeeld is wegens overtreding van artikel 489ter van het Strafwetboek) moet hij het passief van het faillissement, hoofdsom, interesten en kosten, hebben gekweten. <W 1997-08-08/80, Art. 125, 003; En vigueur : 01-01-1998>

Art. 623. <L 07-04-1964, Art. 6> Le condamné doit être libéré des restitutions, des dommages-intérêts et des frais auxquels il a été condamné et, (s'il a été condamné pour infraction à l'article 489ter du Code pénal), il doit être libéré du passif de la faillite, en principal, intérêts et frais. <L 1997-08-08/80, Art. 125, 003; En vigueur : 01-01-1998>

Page 210: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Het hof dat over het verzoek tot eerherstel moet beslissen, kan de veroordeelde evenwel van deze voorwaarde ontslaan, indien hij aantoont dat hij in de onmogelijkheid verkeerde om aan de verplichtingen te voldoen hetzij wegens zijn onvermogen, hetzij wegens enig ander feit waaraan hij geen schuld heeft. Het hof kan in dat geval, onverminderd de rechten van de schuldeisers, ook het gedeelte bepalen van de teruggave, de schadevergoeding, de gerechtskosten en het passief, dat de veroordeelde moet hebben voldaan alvorens hem herstel in eer en rechten kan worden toegestaan.

Toutefois, la cour appelée à statuer sur la demande en réhabilitation peut affranchir de ces conditions le condamné qui justifie s'être trouvé dans l'impossibilité de se libérer, soit en raison de son indigence, soit en raison de toute autre cause qui ne lui est pas imputable. Elle peut aussi, dans ce cas et sans préjudice des droits des créanciers, fixer la partie des restitutions, des dommages-intérêts, des frais de justice et du passif dont le condamné doit être libéré avant qu'il puisse être admis à la réhabilitation.

Art. 624. <W 07-04-1964, Art. 7> Herstel in eer en rechten is afhankelijk van een proeftijd gedurende welke de verzoeker een vaste verblijfplaats in België of in het buitenland moet hebben gehad, blijk moet hebben gegeven van verbetering en van goed gedrag moet zijn geweest.

Art. 624. <L 07-04-1964, Art. 7> La réhabilitation est subordonnée à un temps d'épreuve au cours duquel le requérant doit avoir eu une résidence certaine en Belgique ou à l'étranger, avoir fait preuve d'amendement et avoir été de bonne conduite.

Het hof moet bij zijn beoordeling inzonderheid rekening houden met de moeite door de verzoeker gedaan om de uit de misdrijven voortvloeiende schade die niet gerechtelijk mocht zijn vastgesteld, te herstellen.

La cour doit notamment tenir compte dans son appréciation des efforts faits par le requérant pour réparer les dommages résultant des infractions, qui n'auraient pas été établis judiciairement.

(...) <W 1997-08-08/14, Art. 19, 006; En vigueur : 03-09-2001>

(...) <L 1997-08-08/14, Art. 19, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 625. <W 07-04-1964, Art. 8> De proeftijd, (die voortduurt tot de dag waarop het arrest van eerherstel wordt gewezen), loopt <W 1991-01-09/33, Art. 5, 002; En vigueur : 15-02-1991> :

Art. 625. <L 07-04-1964, Art. 8> Le temps d'épreuve, (qui se prolonge jusqu'à l'arrêt prononçant la réhabilitation), prend cours à compter <L 1991-01-09/33, Art. 5, 002; En vigueur : 15-02-1991> :

1° Van de dag van de voorwaardelijke veroordeling; 1° du jour de la condamnation conditionnelle; 2° Van de dagtekening van het koninklijk genadebesluit waarbij de straf voorwaardelijk wordt gemaakt;

2° du jour de la date de l'arrêté royal de grâce qui a rendu la peine conditionnelle;

3° Van de dag van de voorwaardelijke invrijheidstelling, mits de definitieve invrijheidstelling verkregen is ten tijde van het indienen van de aanvraag;

3° du jour de la libération conditionnelle, à condition que la libération définitive soit acquise au moment de l'introduction de la demande;

4° In de overige gevallen bedoeld bij artikel 622, van de dag van het verval van de straffen of van de dag waarop zij verjaren, voor zover de niet-uitvoering niet te wijten is aan de verzoeker.

4° dans les autres cas visés à l'article 622, du jour de l'extinction des peines ou du jour où leur prescription est acquise, à condition que leur non-exécution ne soit pas imputable au requérant.

Page 211: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Art. 626. <W 07-04-1964, Art. 9> (De minimumduur van de proeftijd is bepaald op drie jaar voor veroordelingen tot politiestraffen of correctionele straffen die een gevangenisstraf van vijf jaar niet te boven gaan. Die termijn wordt echter op ten minste zes jaar gebracht), indien de verzoeker wegens wettelijke herhaling veroordeeld is overeenkomstig de artikelen 54 tot 57 van het Strafwetboek of indien hij ter beschikking van de Regering is gesteld ingevolge artikel 23, tweede lid, van de wet van 9 april 1930, zoals deze is gewijzigd bij de wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers. <W 10-07-1967, Art. 1, 243°> <W 1991-01-09/33, Art. 2,1° en 2°, 002; En vigueur : 15-02-1991>

Art. 626. <L 07-04-1964, Art. 9> (La durée minimum du temps d'épreuve est de trois années pour les condamnations à des peines de police ou à des peines correctionnelles n'excédant pas un emprisonnement de cinq ans.) Toutefois, (ce délai est porté à six ans au minimum) si le requérant a été condamné en état de récidive légale, conformément aux articles 54 à 57 du code pénal ou s'il a été mis à la disposition du gouvernement par application de l'article 23, alinéa 2, de la loi du 9 avril 1930 telle qu'elle a été modifiée, par la loi du 1 juillet 1964 de défense sociale à l'égard des anormaux et des délinquants d'habitude. <L 10-07-1967, Art. 1, 243°> <L 1991-01-09/33, art . 2,1° et 2°, 002; ED : 15-02-1991>

(De minimumduur van de proeftijd is bepaald op vijf jaar voor veroordelingen tot criminele straffen of tot correctionele straffen die een gevangenisstraf van vijf jaar te boven gaan. Die termijn wordt echter op ten minste tien jaar gebracht, indien de verzoeker wegens wettelijke herhaling veroordeeld is overeenkomstig de artikelen 54 tot 57 van het Strafwetboek of indien hij ter beschikking van de regering is gesteld ingevolge artikel 23, tweede lid, van de wet van 9 april 1930, als gewijzigd bij de wet van 1 juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers.

(La durée minimum du temps d'épreuve est de cinq années pour les condamnations à des peines criminelles ou à des peines correctionnelles excédant un emprisonnement de cinq ans. Toutefois, ce délai est porté à dix ans au minimum si le requérant a été condamné en état de récidive légale, conformément aux articles 54 à 57 du Code pénal, ou s'il a été mis à la disposition du gouvernement par application de l'article 23, alinéa 2, de la loi du 9 avril 1930, telle qu'elle a été modifiée par la loi du 1er juillet 1964 de défense sociale à l'égard des anormaux et des délinquants d'habitude.

Wat de voorwaardelijke veroordelingen betreft, mag de duur van de proeftijd niet minder bedragen dan de duur van het uitstel, tenzij deze bij genademiddel werd verminderd.) <W 1991-01-09/33, Art. 2,3°, 002; En vigueur : 15-02-1991>

En ce qui concerne les condamnations conditionnelles, la durée du temps d'épreuve ne peut être inférieure à la durée du sursis sauf si celle-ci a été réduite par voie de grâce.) <L 1991-01-09/33, Art. 2,3°, 002; En vigueur : 15-02-1991>

Art. 627. <W 1997-08-08/14, Art. 20, 006; En vigueur : 03-09-2001> Indien de verzoeker tijdens de proeftijd bedoeld in de vorige artikelen veroordeeld is tot een politiestraf, tot een correctionele geldboete of tot een correctionele hoofdgevangenisstraf van ten hoogste een maand wegens overtreding van :

Art. 627. <L 1997-08-08/14, Art. 20, 006; En vigueur : 03-09-2001> Si, au cours du temps d'épreuve prévu aux articles précédents, le requérant a été condamné, soit à des peines de police, soit à des peines d'amende correctionnelle, soit à des peines d'emprisonnement correctionnel principal ne dépassant pas un mois pour infraction :

de artikelen 242, 263, 283, 285, 294, 295, tweede lid, 361, 362, 419, 420, 421, 422 en 519 van het Strafwetboek;

aux articles 242, 263, 283, 285, 294, 295, alinéa 2, 361, 362, 419, 420, 421, 422 et 519 du Code pénal;

de artikelen 333 en 334 van hetzelfde Wetboek, die betrekking hebben op gevallen van nalatigheid;

aux articles 333 et 334 du même Code en tant qu'ils se rapportent au cas de négligence;

bijzondere wetten en verordeningen, aux lois et règlements particuliers,

Page 212: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

kan het Hof beslissen dat deze veroordelingen geen beletsel vormen voor de toekenning van het herstel in eer en rechten.

la Cour peut décider que ces condamnations ne font pas obstacle à l'octroi de la réhabilitation.

Art. 628. <W 07-04-1964, Art. 11> (De verzoeker richt zijn aanvraag tot herstel in eer en rechten aan de procureur des Konings van het arrondissement waarin hij verblijft, waarbij hij de veroordelingen waarop de aanvraag betrekking heeft, de plaatsen waar hij gedurende de proeftijd heeft verbleven en, in voorkomend geval, de in artikel 627 bedoelde veroordelingen moet vermelden.) <W 1997-08-08/14, Art. 21, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 628. <L 07-04-1964, Art. 11> (Le requérant adresse sa demande en réhabilitation au procureur du Roi de l'arrondissement dans lequel il réside, en lui faisant connaître les condamnations que vise la demande, les lieux où il a résidé pendant le délai d'épreuve et, le cas échéant, les condamnations visées à l'article 627.) <L 1997-08-08/14, Art. 21, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Verblijft hij in het buitenland, dan wordt de aanvraag gericht aan de procureur des Konings van het arrondissement Brussel.

Lorsqu'il réside à l'étranger, la demande est adressée au procureur du roi de l'arrondissement de Bruxelles.

(De aanvraag kan ten vroegste een jaar vóór het verstrijken van de in artikel 626 bedoelde termijn worden ingediend.) <W 1991-01-09/33, Art. 6,2°, 002; En vigueur : 15-02-1991>

(La demande ne pourra être adressée plus d'un an avant l'expiration du délai visé par l'article 626.) <L 1991-01-09/33, Art. 6,2°, 002; En vigueur : 15-02-1991>

Art. 629. <W 07-04-1964, Art. 12> De procureur des Konings laat zich afgeven :

Art. 629. <L 07-04-1964, Art. 12> Le procureur du Roi se fait délivrer :

1° Een uittreksel uit het strafregister van de verzoeker; 1° un extrait du casier judiciaire du requérant; 2° Een voor eensluidend verklaard uittreksel uit alle arresten en vonnissen in strafzaken de verzoeker betreffende.

2° un extrait certifié conforme de tous arrêts ou jugements en matière répressive qui concernent le requérant.

Die uittreksels vermelden, benevens de juiste aard der feiten en de uitgesproken straffen of maatregelen, iedere veroordeling tot teruggave, tot schadevergoeding jegens een burgerlijke partij en in de proceskosten.

Ces extraits mentionnent, outre la nature précise des faits et les peines ou mesures prononcées, toute condamnation à des restitutions, à des dommages-intérêts envers une partie civile et aux frais de l'instance;

3° Een uittreksel uit het moraliteitsregister van de verzoeker gehouden tijdens de uitvoering van de vrijheidsstraffen of de maatregelen van vrijheidsbeneming die hij heeft ondergaan;

3° un extrait du registre de comptabilité morale du requérant tenu pendant l'exécution des peines ou mesures privatives de liberté qu'il a subies;

4° De verklaringen van de burgemeesters der gemeenten waar de verzoeker gedurende de proeftijd heeft verbleven, betreffende het tijdstip en de duur van zijn verblijf in elke gemeente, zijn beroepsarbeid, zijn middelen van bestaan en zijn gedrag gedurende die tijd.

4° les attestations des bourgmestres, des communes où le requérant a résidé pendant le délai d'épreuve, faisant connaître l'époque et la durée de sa résidence dans chaque commune, son activité professionnelle, ses moyens de subsistance et sa conduite pendant le même temps.

Wanneer de verzoeker in het buitenland verblijft of heeft verbleven, bepaalt de procureur des Konings welke verklaringen moeten worden overgelegd ter vervanging van de hierboven bedoelde, of verschaft zich de nodige bescheiden.

Lorsque le requérant réside ou a résidé à l'étranger, le procureur du Roi détermine les attestations à produire pour tenir lieu de celles prévues ci-dessus, ou se procure les documents nécessaires.

Page 213: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

(De procureur des Konings wint ambtshalve of op verzoek van de procureur-generaal alle nodig geachte inlichtingen in. Hij zendt het dossier met de stukken en zijn advies aan de procureur-generaal. Wanneer de veroordeelde een straf heeft ondergaan voor feiten bedoeld bij de artikelen 372 tot 378 van het Strafwetboek of voor feiten bedoeld bij de artikelen 379 tot 386ter van hetzelfde Wetboek indien ze gepleegd werden op minderjarigen of met hun deelneming, moet het dossier het advies van een dienst die gespecialiseerd is in de begeleiding of de behandeling van seksuele delinquenten bevatten.) <W 1997-08-08/14, Art. 22, 006; En vigueur : 03-09-2001>

(Le procureur du Roi prend d'office ou à la demande du procureur général toutes informations jugées nécessaires. Il transmet le dossier de la procédure avec son avis au procureur général. Si le condamné a subi une peine pour des faits visés aux articles 372 à 378 du Code pénal, ou pour des faits visés aux articles 379 à 386 ter du même Code lorsque ceux-ci ont été accomplis sur des mineurs ou ont impliqué leur participation, le dossier doit contenir l'avis d'un service spécialisé dans la guidance ou le traitement des délinquants sexuels.) <L 1997-08-08/14, Art. 22, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 630. <W 07-04-1964, Art. 13> Binnen twee maanden na ontvangst van de aanvraag legt de procureur-generaal de processtukken voor aan de kamer van inbeschuldigingstelling die binnen een maand de zaak behandelt en beslist met gesloten deuren.

Art. 630. <L 07-04-1964, Art. 13> Dans les deux mois de la réception de la requête, le procureur général soumet le dossier de la procédure à la chambre des mises en accusation qui procède et statue à huis clos dans le mois.

Oordeelt de procureur-generaal dat het verschijnen van de verzoeker niet onontbeerlijk is en dat er grond bestaat om de aanvraag in te willigen, dan kan het hof zonder verdere formaliteiten herstel in eer en rechten verlenen.

Si le procureur général estime que la comparution du requérant n'est pas indispensable et qu'il y a lieu de faire droit à la demande, la cour peut accorder la réhabilitation sans autres formalités.

In de overige gevallen worden de procureur-generaal, de verzoeker en zijn raadsman gehoord.

Dans les autres cas, le procureur général, le requérant et son conseil sont entendus.

Het dossier wordt gedurende ten minste vijf dagen ter beschikking gesteld van de verzoeker en van zijn raadsman.

Le dossier est mis à la disposition du requérant et de son conseil pendant cinq jours au moins.

De verzoeker verschijnt op een dagvaarding die hem door de procureur-generaal ten minste acht vrije dagen vóór de vastgestelde dag wordt gedaan.

Le requérant comparaît sur citation donnée par le procureur général huit jours francs avant la date fixée.

Oordeelt het hof, na de verschijning, dat een onderzoek nodig is, dan bepaalt het de feiten waarop dit moet slaan, wijst het de getuigen aan en stelt een dag vast voor hun verhoor.

Si après la comparution, la cour juge une enquête nécessaire, elle indique les faits sur lesquels celle-ci portera, désigne les témoins et fixe le jour pour l'audition de ceux-ci.

Dadelijk na het verhoor van de getuigen worden de procureur-generaal, de verzoeker en zijn raadsman opnieuw gehoord.

Immédiatement après l'audition des témoins, le procureur général, le requérant et son conseil sont entendus à nouveau.

De getuigen worden opgeroepen door de zorg van de procureur-generaal. Hun verschijning, verhoor en vergoedingen worden geregeld als voor de getuigen in correctionele zaken.

Les témoins sont appelés à la diligence du procureur général. Leur comparution, leur audition et leurs indemnités seront réglées comme celles des témoins en matière correctionnelle.

De verzoeker moet in persoon verschijnen op elke terechtzitting, behalve op die waarop het arrest wordt uitgesproken.

Le requérant doit comparaître en personne à chaque audience sauf à celle où l'arrêt est prononcé.

Indien hij niet verschijnt zonder een wettige reden van verschoning aan te voeren, wijst het hof zijn aanvraag af.

S'il fait défaut sans justifier d'une excuse légitime, la cour rejette la demande.

Page 214: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Voert hij zodanige reden wel aan, dan zet het hof, na de raadsman te hebben gehoord, de behandeling van de zaak voort of stelt deze uit.

S'il justifie de pareille excuse, la cour passe outre, après audition du conseil, ou remet la cause.

Art. 631. <W 07-04-1964, Art. 14> Indien het hof de aanvraag afwijst, mag deze pas worden hernieuwd na verloop van twee jaren na de dagtekening van het arrest. In het afwijzend arrest mag het hof een kortere termijn stellen, behalve wanneer het herstel in eer en rechten geweigerd wordt wegens gemis van verbetering of van goed gedrag.

Art. 631. <L 07-04-1964, Art. 14> Si la cour rejette la demande, celle-ci ne peut être renouvelée avant l'expiration de deux années depuis la date de l'arrêt. Sauf si la réhabilitation est refusée pour défaut d'amendement ou de bonne conduite, la cour peut dans l'arrêt de rejet fixer un délai plus court.

Indien het hof het herstel verleent, wordt het arrest door de zorg van de procureur-generaal ten uitvoer gelegd.

Si la cour prononce la réhabilitation, l'arrêt est exécuté à la diligence du procureur général.

Art. 632. <W 07-04-1964, Art. 15> Van het herstel in eer en rechten wordt melding gemaakt op de kant van de eindarresten of -vonnissen waarvoor het wordt verleend; een uittreksel uit het arrest wordt gezonden aan de minister van Justitie, aan de procureur des Konings die verslag heeft gedaan, aan de burgemeester van de gemeente waar de verzoeker zijn woonplaats heeft en, wanneer deze laatste nog dienstplichtig is, aan de auditeur-generaal.

Art. 632. <L 07-04-1964, Art. 15> Mention de la réhabilitation est faite en marge des arrêts ou jugements définitifs pour lesquels elle est accordée; un extrait de l'arrêt est adressé au Ministre de la Justice, au procureur du Roi qui a fait rapport, au bourgmestre de la commune où le requérant est domicilié et, s'il est encore soumis à des obligations militaires, à l'auditeur général.

De in eer en rechten herstelde kan zich een uitgifte van het arrest van herstel doen afgeven.

Le réhabilité peut se faire délivrer une expédition de l'arrêt de réhabilitation.

Art. 633. <W 07-04-1964, Art. 16> (De kosten van de rechtspleging tot herstel in eer en rechten komen ten laste van de verzoeker. Zij worden geregeld zoals in correctionele zaken.

Art. 633. <L 07-04-1964, Art. 16>(Les frais de la procédure en réhabilitation sont à charge du requérant. Ils sont réglés comme en matière correctionnelle.

De griffier van het Hof stelt de verzoeker bij een ter post aangetekende brief in kennis van het bedrag van de procedurekosten, waarbij aan betrokkene wordt gevraagd daarvan binnen twee maanden na de uitspraak ter griffie betaling te doen.

Par lettre recommandée à la poste, le greffier de la Cour avise le requérant du montant des frais de la procédure et l'invite à les verser au greffe dans les deux mois du prononcé.

Een kopie van de kwitantie wordt bij het dossier gevoegd en het arrest wordt vervolgens ten uitvoer gelegd overeenkomstig artikel 631, tweede lid.) <W 1997-08-08/14, Art. 23, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Copie de la quittance est jointe au dossier et l'arrêt est alors exécuté comme dit à l'article 631 alinéa 2.) <L 1997-08-08/14, Art. 23, 006; En vigueur : 03-09-2001>

Art. 634. <W 07-04-1964, Art. 17> Herstel in eer en rechten doet voor het toekomende alle gevolgen van de veroordeling ophouden in de persoon van de veroordeelde, onverminderd de rechten door derden verkregen.

Art. 634. <L 07-04-1964, Art. 17> La réhabilitation fait cesser, pour l'avenir, dans la personne du condamné, tous les effets de la condamnation, sans préjudice des droits acquis aux tiers.

en met name : Notamment : Het doet in de persoon van de veroordeelde de onbekwaamheden ophouden die uit de veroordeling zijn voortgevloeid;

elle fait cesser dans la personne du condamné les incapacités qui résultaient de la condamnation;

Page 215: WETBOEK VAN STRAFVORDERING - users.skynet.beusers.skynet.be/rolandfabian/codes/Instrcr.pdf · WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE 17 NOVEMBER 1808. - WETBOEK

WETBOEK VAN STRAFVORDERING - CODE D’INSTRUCTION CRIMINELLE

Het verhindert dat die beslissing als grondslag dient voor de herhaling, een beletsel vormt voor de voorwaardelijke veroordeling of in de uittreksels uit het strafregister of uit het militair stamboek wordt vermeld;

elle empêche que cette décision serve de base à la récidive, fasse obstacle à la condamnation conditionnelle ou soit mentionnée dans les extraits du casier judiciaire et du registre matricule militaire;

Het herstelt de veroordeelde niet in de titels, graden, openbare ambten, bedieningen en betrekkingen die hij door afzetting verloren heeft;

elle ne restitue pas au condamné les titres, grades, fonctions, emplois et offices publics dont il a été destitué;

Het ontheft hem niet van de onwaardigheid om te erven; elle ne le relève pas de l'indignité successorale; Het verhindert noch de rechtsvordering tot echtscheiding of tot scheiding van tafel en bed, noch de rechtsvordering tot schadevergoeding, die op de rechterlijke beslissing gegrond is.

elle n'empêche ni l'action en divorce ou en séparation de corps, ni l'action en dommages-intérêts fondée sur la décision judiciaire.

HOOFDSTUK V. - VERJARING. CHAPITRE V. - DE LA PRESCRIPTION. Art. 635. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 635. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 636. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 636. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 637. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 637. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 638. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 638. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 639. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 639. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 640. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 640. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 244°> Art. 641. In geen geval kunnen de bij verstek of bij weerspannigheid aan de wet veroordeelden wier straf verjaard is, toegelaten worden om zich te zuiveren van het verstek of de weerspannigheid.

Art. 641. En aucun cas, les condamnés par défaut ou par contumace, dont la peine est prescrite, ne pourront être admis à se présenter pour purger le défaut ou la contumace.

Art. 642. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 245°> Art. 642. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 245°> Art. 643. (Opgeheven) <W 10-07-1967, Art. 1, 245°> Art. 643. (Abrogé) <L 10-07-1967, Art. 1, 245°> HOOFDSTUK VI. - BIJZONDERE BEPALING. CHAPITRE VI. - DISPOSITION PARTICULIERE. Art. 644. <W 23-12-1963, enig art.> Wanneer de wettelijke termijn om een proceshandeling in strafzaken te verrichten, eindigt op een zaterdag, op een zondag of een andere wettelijke feestdag, wordt hij verlengd tot de eerstvolgende werkdag.

Art. 644. <L 23-12-1963, Art. unique> Lorsque pour faire un acte de procédure en matière répressive, le délai légal expire un samedi, un dimanche ou un autre jour férié légal, il est prorogé jusqu'au plus prochain jour ouvrable.

Wanneer de wettelijke termijn om een handeling in strafzaken op een griffie te verrichten, eindigt op een dag dat deze gesloten is, wordt de handeling er op geldige wijze verricht, de eerstvolgende dag dat de griffie geopend is.

Lorsque, pour faire à un greffe un acte en matière répressive, le délai expire un jour où ce greffe est fermé, l'acte y est valablement recu le plus prochain jour d'ouverture de ce greffe.


Top Related