Vragen over de schoolregels

Everything you want to know, but you’re afraid to ask

1. Mag een leerling drinken en/of eten in de les?

A. eten niet, maar drinken welB. eten niet en alleen water drinkenC. allebei niet

2. Wat gebeurt er als een leerling vaak te laat komt?

A. moet de leerling nakomen

B. niks

C. ambtenaar leerplicht wordt ingeschakeld

3. Mag een leerling binnen de school met een mobiel telefoneren?

A. alleen in de kantineB. ja,overalC. nee, nergens

4. Mag een leerling een mobiel als rekenmachine gebruiken in de les?

A. ja

B. nee

C. soms

5. Mag een leerling een mobiel als horloge gebruiken?

A. ja

B. nee

C. soms

6. Wie mogen er hun fiets stallen aan de Lyceumlaan?

A. de bovenbouw

B. iedereen

C. examenklassen

7. Wat moet een leerling doen als hij/zij de schoolpas kwijt is?

A. briefje halen bij je teamleider en dan in de mediatheek een nieuwe pas regelen

B. briefje halen bij je teamleider en bij de conciërge een nieuwe pas regelen

C. bij de conciërge een nieuwe halen

8. Wie zijn de vertrouwenspersonen op school?

A. Dhr. Dormans en Mevr. Oversluizen

B. Mevr. Dunweg en Mevr. Vermeulen

C. Dhr. Wesselius en Mevr. Vermeulen

9. Wanneer gaat iemand naar een vertrouwenspersoon?

• als een personeelslid seksueel geïntimideerd wordt

• als een leerling seksueel geïntimideerd wordt

• A en B zijn beide goed

10.Wie is de zorgcoördinator?

A. Mevr. Dunweg

B. Mevr.Vermeulen

C. Dhr. Wesselius

11.Wat moet een leerling doen als hij/zij uit de les gestuurd wordt?

A. melden bij zijn/haar teamleider

B. melden bij het leerlingenloket

C. in de studieruimte gaan werken

12.Hoe laat begint het 5e uur?

A. 11.10 uur

B. 12.00 uur

C. 12.50 uur

13.Waar moet een leerling zich afmelden als hij/zij op school ziek wordt?

A. bij de administratie

B. bij de conciërge

C. bij het leerlingenloket

14.Hoeveel lokalen zijn er op school?

A. 50

B. 45

C. 55

15.Hoeveel klassen zijn er?

A. 52

B. 55

C. 51

16.Hoeveel leerlingen telt onze school?

A. 1340

B. 1310

C. 1330

17.Mag een leerling een I-pod o.i.d. gebruiken in de les?

A. ja

B. nee

C. in uitzonderlijke gevallen

18.Mag een leerling naar een tandarts tijdens proefwerken en tentamens?

A. ja

B. ja, maar dan mag je niet inhalen

C. nee

19.Wat moet een docent doen, als een leerling te laat komt?

A. met een briefje toelaten en de naam van de leerling in Vocus noteren

B. in Vocus noteren is genoeg

C. toelaten, want een docent is ook weleens te laat bij zijn lokaal

20.Mag een leerling door de voordeur?

A. ja, altijd

B. nee, alleen als hij naar buiten gaat

C. nee

21.Wanneer mag een leerling met de lift?

A. als de leerling geblesseerd of gehandicapt is

B. nooit

C. als hulpje van een hulpbehoevende leerling (max. 1)

D. A en C zijn goed

22.Hoeveel docenten heeft onze school?

A. 100

B. 105

C. 110

23.Hoeveel personeelsleden werken er op onze school?

A. 140

B. 130

C. 120

24.Wat is een Zorg Advies Team? (ZAT)

A. een overleg met externe en interne deskundigen

B. een overleg met interne deskundigen

C. een overleg met externe deskundigen

25.Wat moet een leerling doen als hij/zij naar de ortho moet?

A. achteraf een briefje inleveren bij het leerlingenloket

B. vooraf per telefoon of brief melden

C. niks, het is een legale reden

26.Wat moet een leerling doen als hij/zij ’s ochtends ‘opeens’ naar de dokter

moet?

A. achteraf een briefje inleveren bij het leerlingenloket

B. ouders de absentielijn laten bellen en dezelfde dag een briefje inleveren

C. ouders de absentielijn laten bellen

27.Wat betekent een 0 in Vocus?

A. de leerling moet de toets nog inhalen

B. de leerling mag de toets inhalen

C. de leerling heeft het proefwerk zeer slecht gemaakt

28.Als een leerling een toets heeft gemist, wie moet dan zorgen dat de toets door de leerling wordt ingehaald?

A. de leerling

B. de docent

C. de leerling en de docent

29. Is er een verschil tussen herkansing en hertentamen?

A. ja

B. nee

30.Hoeveel repetities mag een leerling herkansen?

A. 4 in de onderbouw, 6 in de vierde klassen en 5 VWO

B. 6 in de onderbouw,4 in de vierde klassen en 5 VWO

C. 6 in de onderbouw, 2 in de vierde klassen en 5 VWO

31.Wanneer mag een leerling een toets herkansen?

A. als hij/zij dat bij het leerlingenloket en de docent aangeeft en hij/zij geen fraude heeft gepleegd en 2 uur op school heeft gestudeerd

B. als hij/zij dat bij het leerlingenloket en de docent aangeeft en hij/zij geen fraude heeft gepleegd

C. als hij/zij dat bij het leerlingenloket en de docent aangeeft

32.Op welk moment mag een leerling toetsen herkansen?

A. ieder gewenst moment

B. 1e dag na een vakantie

C. op de in de jaarplanning vastgestelde data

33.Op welk moment mag een leerling een gemiste toets inhalen?

A. op ma en do het 8e en 9e uur en op vrijdag het 7e en 8e uur

B. ieder gewenst moment

C. 1e dag na een vakantie

34.Binnen hoeveel dagen moet een repetitie nagekeken en het cijfer teruggegeven worden?

A. binnen 5 werkdagen

B. binnen 6 werkdagen

C. binnen 2 weken

35.Hoeveel hertentamens mag een bovenbouwleerling doen?

A. 4 in H5 en V6 en 6 in M4, H4, V4 en V5

B. 3 in H5 en V6 en 4 in M4, H4, V4 en V5

C. 6 in H5 en V6 en 4 in M4, H4, V4 en V5

36.Als een leerling tijdens de herkansingen of de hertentamens ziek is, mag hij/zij ze dan inhalen?

A. ja

B. nee

C. soms

37.Hoe lang van te voren moet een repetitie opgegeven worden?

A. 1 dag

B. 1 week

C. 1 maand

38.Hoelang van te voren moet een spreekbeurt worden opgegeven?

A. 1 maand

B. 3 weken

C. 1 week

39.Binnen hoeveel schooldagen moet de docent het cijfer van een toets in Vocus zetten?

A. binnen 8 dagen

B. binnen 5 dagen

C. binnen 3 dagen

40.Wanneer mag een leerling spullen uit zijn kluisje halen?

A. voor en na elke les en in de pauzes

B. voor het begin van zijn/haar lessen en in de pauzes

C. aan het begin van de les en in de pauzes

41.Mag de directie in de kluisjes kijken?

A. ja

B. nee

De Antwoorden

1b 8a 15b 22a 29a 36b

2c 9c 16a 23b 30c 37b

3a 10b 17b 24a 31a 38b

4b 11b 18b 25b 32c 39c

5c 12b 19a 26c 33a 40b

6a 13c 20b 27a 34b 41a

7b 14c 21d 28c 35b