Transcript
Page 1: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 2: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Er kwamen drie koningen met ene ster

Zij kwamen van bij en zij kwamen van ver

Page 3: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Zij kwamen de hoge berg opgegaan

Zij vonden de sterre daar stille staan

Page 4: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Wel sterre, gij moet er zo stille niet staan

Gij moet met ons naar Bethlehem gaan

Page 5: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Naar Bethlehem binnen die schone stad

Waar Maria met haar kindetje zat

Page 6: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Zij gaven dat kindetje menigvoud

Van wierook en mirre en rode fijn goud

Page 7: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 8: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 9: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 10: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Eer zij God die onze Vader en die on - ze Koning is.

Eer zij God die op de aarde naar ons toe ge – komen is.

Page 11: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 12: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Nu zijt wellekome, Jesu, lieve Heer,Gij komt van alzo hoge, van al zo veer.Nu zijt wellekome van de hoge hemel neer.Hier al in dit aardrijk zijt Gij gezien nooit meer.Kyrieleis!

Page 13: Driekoningen / Openbaring Des Heren

D’heilige Driekoongen uit zo verre land,

zij zochten onze Here met offerand.

Z’offerden ootmoedelijk: mir, wierook ende goud

t’ere van den Kindedat alledingbehoudt.

Kyrieleis!

Page 14: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 15: Driekoningen / Openbaring Des Heren

pr. God, ik had het niet verwacht

dat Jij als een gewone mens

zou geboren worden,

in een grot zonder privacy,

waar iedereen kon binnenvallen.

Geloofsbelevenis

Page 16: Driekoningen / Openbaring Des Heren

a. God,ik had het niet verwacht

dat Jij als een kind

onder ons zou komen,

weerloos en klein.

Je was van geen tel.

en Jouw leven

was al bedreigd van de eerste dag.

Page 17: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Pr.God,ik had het niet verwacht

dat wijzen uit het Oosten

Jou op het spoor zouden komen

en niet de priesters van de tempels dichtbij

Dat Jij toen reeds ontdekt werd

door onbekende heidenen

en miskend

door het volk van Jouw eigen voorkeur.

Page 18: Driekoningen / Openbaring Des Heren

a. God, ik had het niet verwacht..

omdat ik Jou niet heb verwacht,

toch heb ik in mijn hart

altijd naar Jou uitgekeken,

want ik ben een sprankel

ontsprongen uit Jouw vuur.

Een kleine sprankel,

met een hart en een geweten

gelukkig om alles... gelukkig om Hem...

Page 19: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 20: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 21: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 22: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Wij komen van Oosten, wij komen van ver

A la berline postiljon

Wij zijn er drie koningen met éne ster

A la berline postiljon

Van cher ami,

tot in de knie

Wij zijn drie koningskinderen

Sa, pater trok naar Vendelo, van cher ami

Page 23: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Gij sterre, gij moet er zo stille niet staan

A la berline postiljon

Gij moet er met ons naar Bethlehem gaan

A la berline postiljon

Van cher ami,

tot in de knie

Wij zijn drie koningskinderen

Sa, pater trok naar Vendelo, van cher ami

Page 24: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Te Bethlehem in die schone stad

A la berline postiljon

Maria met haar klein kindeken zat

A la berline postiljon

Van cher ami,

tot in de knie

Wij zijn drie koningskinderen

Sa, pater trok naar Vendelo, van cher ami

Page 25: Driekoningen / Openbaring Des Heren

En 't kindeken heeft er zo lange geleefd

A la berline postiljon

Dat 't hemel en aarde geschapen heeft

A la berline postiljon

Van cher ami,

tot in de knie

Wij zijn drie koningskinderen

Sa, pater trok naar Vendelo, van cher ami

Page 26: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 27: Driekoningen / Openbaring Des Heren

p. Jij, God van alle tijden

van begin tot einde van hier en overal.

Page 28: Driekoningen / Openbaring Des Heren

a. Jij die met ons bent

van de moederschoot af

tot voorbij het graf.

Jij die in ons brandt

als een vuur niet te blussen

als leven niet te stuiten.

Page 29: Driekoningen / Openbaring Des Heren

p. Jij die Jouw naam

in ons binnenste heb geschreven,

onuitwisbaar in ons hart gegrift.

Page 30: Driekoningen / Openbaring Des Heren

a. Jij, door wijzen beleden

door kinderen gevierd

door deemoedigen beleefd.

Jouw openbaring kwam ten volle

in Jezus:

Page 31: Driekoningen / Openbaring Des Heren

p. kind van mensen,

roep om het liefste

blijk van het diepste;

kind van belofte

sprekend de Vader.

Page 32: Driekoningen / Openbaring Des Heren

a. Ver van huis, onderweg amper onderdak,

is Hij geboren in het veld.

Door simpele zielen, door koningen,

door kleinen en machtigen die wijs zijn,

is Hij gevonden.

Een engel van een mens,

een ster in de nacht

is Hij geworden voor mens en wereld;

één en al vertrouwen in wie God is.[ RECHTSTAAN ]

Page 33: Driekoningen / Openbaring Des Heren

p. Kind is Hij gebleven, zoon van zijn Vader, door niets

en niemand klein te krijgen, door de dood niet eens.

Gods eigen woord over wat leven is, de mens zoals

bedoeld. Hij laat zich vinden in het brood dat Hij

zegende op die laatste avond…

Jezus, dat kind van Betlehem

zag Jou midden in het leven:

in vogels en bloemen,

in woestijn en water,

in de vruchten van de boom.

Page 34: Driekoningen / Openbaring Des Heren

a. Hij vond Jou in mensen

onmachtig staande te blijven,

in mensen te min om mee te tellen,

in kinderen en kleinen het meest.

Hij vond Jou in de stilte

alleen, in de woestijn,

op de berg naar U opgeklommen,

aan het kruis door alle lijden heen.

Page 35: Driekoningen / Openbaring Des Heren

p. Niet in het graf

heeft Hij zijn einde gevonden,

maar in Jou,

zijn God en Vader

zijn voltooiing bereikt.

Page 36: Driekoningen / Openbaring Des Heren

a. Door Hem en met Hem en in Hem

zal Jouw Naam geprezen zijn,

Heer, onze God, almachtige Vader,

in de eenheid van de heilige Geest,

hier en nu en tot in eeuwigheid.

Page 37: Driekoningen / Openbaring Des Heren

p. In het spoor van de Ster

die ons de weg toonde,

mogen wij dan ook bidden

tot God, onze Vader:

Page 38: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 39: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 40: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 41: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 42: Driekoningen / Openbaring Des Heren
Page 43: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Zolang er mensen zijn

is er nog tijd genoeg

om hem de hand te reiken

die ons vergeving vroeg.

Page 44: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Zolang er mensen zijn

is het nog niet te laat

om hem de weg te wijzen

die haast verloren gaat.

Page 45: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Zolang er mensen zijn

weet al wie eenzaam is:

er kan een morgen komen

na nachten vol gemis.

Page 46: Driekoningen / Openbaring Des Heren

Top Related