cxo webzine 88

Volgende gedrukte uitgave CxO Magazine verschijnt op 31 januari 2011

W E B Z I N EWebzine forexecutives &decision makers

JAN / FEB ISSUE

2011 88

| 14 | General Management Pro of contra privé als onderwijsinstelling

| 18 | Human Resources ING biedt expats one stop shop

| 20 | ICT Handige of leuke high-tech

| 24 | Finance & Legal International Risk Management

| 34 | Sales & Marketing Word communication manager

| 28 | Logistics & Manufacturing Haven van Antwerpen: Port Operator 2010

| 36 | Extra De terreur van de witte camionetten

| 37 | CxO Leadership Forum 2010 Congres report

Onderwijs beter aansluiten op noden van de markt

Saskia VAN UFFELEN - CEO Bull

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

U I T G A V E N Magazine Editie Webzine

31 januari 2011 89 90 28 februari 2011 31 maart 2011 91 92 30 april 2011 31 mei 2011 93 94 30 juni 2011 31 juli 2011 95 96 31 augustus 2011 30 september 2011 97 98 31 oktober 2011 30 november 2011 99 100 31 december 2011

Bart Van CoppenolleIk denk te weten wat grote namen als Apple en Google fout doen

Jean-Paul OosteromBij mobiel werken zijn beveiligde toegang tot het bedrijfsnetwerk en datasecurity cruciale factoren

Ivan NysRisicobepalingzou al moeten

gebeuren bij deprijsbepaling

Noë DeneckerIn weze geldt voor

‘basisopleiding’ het spreekwoordelijke ‘schoenmaker blijf

bij je leest’

4

Webzine forexecutives &decision makers

JAN / FEB ISSUE

2011 88

U wil reageren? Stuur een e-mail naar

[email protected]

Nu 2010 voorbij is, stromen de over-

zichten binnen. Ontegensprekelijk ver-

bonden met deze overzichten zijn de

conclusies die door specialisten worden

geformuleerd. Een eerste idee laat ons

denken dat het een desastreus jaar was.

Het woord crisis was meer in dan ooit te

voren en dat voorspelt niet veel goeds.

Dat het aantal faillissementen hoog lag

hoeft ons niet te verbazen. Maar we

kregen ook positieve signalen: 2010 is

het op twee na sterkste jaar ooit inzake

oprichting van ondernemingen. Ook

dat kan tellen.

Mogen wij u eerst en vooral het allerbeste toewensen voor

het nieuwe jaar. Mag u voldoende voorspoed ervaren om een

succesvolle koers te varen in alles wat u doet! Laat ons daarbij

ook hopen dat de sieraad die onze gezondheid is, bij u mag

schitteren als nooit te voren.

Volgens een rapport van handelsinformatiekantoor Graydon

Belgium, gingen in 2010 in ons land maar liefst 9.953 onder-

nemingen failliet. Dat is 4,6% meer dan in 2009 wat ook al

een recordjaar was. Het zijn hallucinante cijfers. Als je dan

weet dan vooral kleine en middelgrote ondernemingen de

boeken dienden neer te leggen, blijft een wrang gevoel ach-

ter. Als je daar dan nog het aantal verloren jobs (ruim 24.000)

aan toevoegt, wordt het duidelijk dat de gevolgen van de cri-

sis vooral in 2010 te merken waren. De uitdaging voor 2011 is

duidelijk: deze malaise moet gestopt worden.

Veel starters

In hetzelfde rapport maakte Graydon Belgium ook de cijfers

bekend over het aantal nieuw opgerichte bedrijven in 2010.

Ook daar mogen we spreken van een recordjaar. Met een

slordige 75.000 nieuwe ondernemingen haalt 2010 de top 3

na 2007 en 2006. Daarmee overschrijden we voor het eerst

de kaap van de 1 miljoen actieve entiteiten in ons land. Wal-

lonie doet het opmerkelijk goed inzake de oprichtingen.

Veel starters garanderen natuurlijk niets. In de komende jaren

wordt er in elk geval een natuurlijke selectie doorgevoerd,

maar we mogen toch wel een kleine hoop koesteren dat dit

een belangrijk signaal voor de toekomst kan genoemd wor-

den. Graydon verwacht dan ook een positieve trend wat de

actieve entiteiten betreft maar wijst eveneens op de tendens

Een zware uitdaging voor het nieuwe jaar

Werken aan een betere en mooiere toekomst

Jan CALLANT

Hoofdredacteur

www.cxonet.be

EDITORIAAL / EDITORIAL

5


JAN / FEB ISSUE

2011 88

dat er meer bvba’s actief zijn terwijl het aantal nv’s duidelijk

blijft dalen. Even opmerkelijk is dat de S-bvba (zeg maar de

light versie van de bvba) minder gegeerd was dan verwacht.

Eén van de doelstellingen werd echter wel bereikt, namelijk

het terugdringen van wat men de ‘exotische’ ondernemings-

vormen noemde.

De toekomst

Mochten we een glazen bol hebben, dan konden we ons mis-

schien een beter beeld vormen van de toekomst. Graydon

houdt het erop dat in 2011 de stijgende faillissementscijfers

een constante zullen vormen. Een angst die wel eens ge-

grond zou kunnen zijn, vrezen we. Een land dat al meer dan

6 maanden zonder een actieve regering zit en dat zich bezint

over zijn splitsing, biedt niet direct een goed klimaat voor

veel ondernemerschap. Hopelijk kunnen we met een stabiele

regering het pad daarvoor effenen zodat we ook het verlies

van banen kunnen beperken. Want dat pijnpunt is jammer

genoeg te uitdrukkelijk aanwezig.

Uiteraard kan je de toekomst ook zelf wat bepalen. Uit de

verschillende contacten die we voor CxO in 2010 hadden

met bedrijfsleiders en ondernemers vormen een aantal aan-

dachtspunten de basis voor een gestage vooruitgang. We

beperken ons tot een opsomming zodat u zelf kan invullen

wat het voor u betekent en wat je ermee aankan. Noteer in

uw agenda alvast volgende zaken: transparantie, communi-

catie, risicobeheersing en -management en innovatie. Rond

deze peilers zal een net moeten worden geweven waardoor

we niet te diep kunnen vallen, waarop we kunnen vertrouwen

ook al hebben we het niet nodig en waarmee we kunnen

Een zware uitdaging voor het nieuwe jaar

Werken aan een betere en mooiere toekomst

werken om nieuwe stappen te zetten

naar een (nog) betere toekomst. Het

zal immers vooral aan onszelf liggen of

de toekomst er al dan niet rooskleurig

uitziet.

Vernieuwing

Tot slot willen we uw aandacht vesti-

gen op de vernieuwing die we hebben

doorgevoerd in zowel ons magazine

als onze webzine. Hopelijk smaakt u

de nieuwe vormgeving en blijft u onze

uitgaven trouw. Wij voeren innovatie

hoog in het vaandel en daar zal u de

komende edities hopelijk de vruchten

van kunnen zien.

EDITORIAAL / EDITORIAL

6


JAN / FEB ISSUE

2011 88

www.cxonet.be

C x O - W E B Z I N E

14 - Raad der Wijzen : Privé wordt onderwijsinstelling: Pro of contra?

17 - ING biedt expats one stop shot.

20 - Handige of leuke high-tech.

24 - International Risk Management: andere approach van business vereist.

26 - Successierechten voor familiale ondernemingen: nieuwe voorwaarden inzake jaarrekening.

28 - Haven van Antwerpen: Port operator of the year.

31 - Barco & MÖBIUS winnen prestigieuze Supply Chain Award 2010.

32 - Transportlogistiek en inkoop hand in hand doorheen het inkoopproces.

GENERAL MANAGEMENT

HUMAN RESOURCES

ICT

FINANCE & LEGAL

LOGISTICS & MANUFACTURING

7


JAN / FEB ISSUE

2011 88

www.cxonet.be

I N H O U D S O P G A V E

34 - Word conversation manager.

04 - Editoriaal: Werken aan een betere toekomst.

07 - Opinie: Oorzaak en gevolg van slechte communicatie.

36 - De terreur van de witte camionetten.

37 - CxO Leadership Forum: Congres report.

42 - Moeilijkheden om krediet te verkrijgen: ONDD kan helpen.

44 - Rijtest met de Saab 9-5 2.0 TiD.

48 - Wanneer dromen vorm krijgen: Autosalon van 14 tot met 23 januari 2011.

50 - Ook meeting industry focust op duurzaamheid.

52 - IFMA lanceert met ‘I Behave’ een nieuwe bewustwording.

56 - Verbeter je visibiliteit bij de doelgroep door LinkedIn in te schakelen.

EXTRA

02 - Cofley - www.cofleyservices-gdfsuez.be.

17 - Accord - www.accordgroup.be.

19 - Vicre - www.vicre.be.

21 - Delsey Design - www.delsey.be.

22 - Nico Verdonck - www.nicoverdonck.be.

27 - MCI - www.mci-group.com/belgium.

30 - Irislink - www.iriscorporate.com/IRISLink2011.

38 - ING - www.ing.be/business.

43 - ONDD - www.ondd.be.

58 - OPT Meeting Point Belgium - www.meetingpointbelgium.be.

ADVERTENTIES

SALES & MARKETING

8


JAN / FEB ISSUE

2011 88


[email protected]

Als we een recente studie mogen gelo-

ven, moeten we ons zorgen maken over

één van onze belangrijkste communica-

tiemiddelen: onze taal.

Het gaat niet alleen niet goed met het

gebruik ervan, ook met de kennis ervan

loopt vanalles fout. De jeugd struikelt

over het meest praktische gebruik, ook

van een taal zoals het Engels. Angst-

aanjagend, zeker als we het communi-

catieverloop van het voorbije jaar 2010

onder ogen nemen.

2010 was inderdaad het jaar waarin de communicatie zware

tijden doormaakte. U herinnert zich ongetwijfeld Monseig-

neur Léonard, het toonbeeld van hoe communicatie alles ka-

pot kan maken. U herinnert zich ongetwijfeld ook zijn woord-

voerder Jürgen Mettepenningen, een krak in communicatie.

De persconferentie rond zijn ontslag toonde aan hoe sterk

die man in communicatie wel was. Jammer genoeg niet sterk

genoeg om de misstappen van zijn baas recht te zetten.

Maar ook bij de bedrijven liep het op communicatief vlak he-

lemaal fout. De oppergaai was wel voor de Opeldirectie die

de ene communicatiefout na de andere maakte in het dossier

rond de sluiting van de fabriek in Antwerpen. Maar ook Car-

refour was dicht bij de hoofdprijs. Een ontslagen werknemer

kreeg kort na zijn ontslag een brief waarin stond dat hij het

geschikte profiel had voor een openstaande betrekking bij

Carrefour. Het bleek te gaan om de job waaruit de man was

ontslagen. Een foutje bij een selectiebureau of koudweg een

zware communicatiefout? Het maakt eigenlijk niet uit.

En uiteraard was er het kluwen van miscommunicatie bij de

onderhandelingen voor onze federale regering. De blunders

alom zijn daar niet te tellen. De verkeerde woorden gebruiken

op het verkeerde moment, gewild of niet. Het was schering

en inslag en de gevolgen waren niet mis. En, zeer opvallend,

zowel Vlamingen als Walen bezondigden zich dat het geen

naam had.

En wat te denken van de voetbalbond. De trainerskwestie

met Dick Advocaat en Georges Leekens en de competitieher-

vorming gaven aanleiding tot verstoorde communicatie.

Jongeren vaker in de clinch met het basisproduct ‘taal’

Oorzaak en gevolg van slechte communicatie

Jan CALLANT

Hoofdredacteur

www.cxonet.be

OPINIE / OPINION

9


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Combinatie van technische problemen

Zoveel problemen moeten verschillende oorzaken hebben.

Vooral technische. Het beheersen van de taal is er één van.

Onze jongeren hebben het steeds moeilijker om de taal ter

dege onder de knie te krijgen en achteraf te gebruiken. Laat

taal nu net de basis zijn om goed te kunnen communice-

ren...

Ook het onderwijs helpt hen niet echt vooruit. Onlangs zelf

meegemaakt: tijdens een oudercontact in het hoger onder-

wijs word ik door een leerkracht te woord gestaan in een taal

die bol staat van het dialect. Hoezeer ik ook van dialect hou,

het lijkt me op zijn minst onaanvaardbaar. En als we ons de

bedenking maken dat dit het taaltje zou kunnen zijn waarin

les gegeven wordt, verwondert het ons geenszins dat jonge-

ren in de problemen komen met hun taal.

De snelheid waarmee de meeste communicatie moet gebeu-

ren en de snelheid waarmee de communicatie moet worden

begrepen en worden verwerkt, zet de deur wagenwijd open

voor misverstanden en fouten. Snelheid is nu éénmaal een

gegeven van deze tijd. En of we het willen of niet, het is een

factor die heel veel bepaalt.

Het delicate karakter van communicatie is een andere techni-

sche bedreiging. Terug naar Monseigneur Léonard: zijn com-

municatie wordt telkens (althans volgens hem) misbegrepen.

Wat hij zegt is steeds op het randje van het kwetsende, van

het choquerende. Een kleine letter misbegrijpen en het on-

heil is gebeurd. En dan hebben we het nog niet eens gehad

over het moedwillig misbegrijpen van een boodschap. Com-

municatie is balanceren op een dunne koord.

Jongeren vaker in de clinch met het basisproduct ‘taal’

Oorzaak en gevolg van slechte communicatie

Bedrijfspolitiek

Communicatie moet opgenomen wor-

den in de bedrijfspolitiek willen we

situaties als Opel en Carrefour vermij-

den. Maar ze zijn niet alleen. Wie de

communicatie van de Belgische Spoor-

wegen op de voet volgt, weet dat de

uitdaging om informatie te verstrekken,

vooral een opdracht is om veel te zeg-

gen zonder iets te zeggen. En dat is niet

voor iedereen weggelegd. We kunnen

alleen maar hopen dat het beterschap

komt van bij de basis. Het onderwijs

heeft daarin een belangrijke taak, maar

de bedrijfswereld draagt een al even

belangrijke eindverantwoordelijkheid.

OPINIE / OPINION

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

Hans WilmotsBDO

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

14


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Raad der wijzen

Redactie CxO

www.cxonet.be


[email protected]

Raad der wijzen geeft zijn mening

Privébedrijf wordt onderwijsinstelling: pro of contra

De stelling:

Op 8 december heeft Kris Peeters, de minister-president van de Vlaamse Regering, het nieuwe acade-

miejaar van inno.com geopend. Inno.com, een ICT-bedrijf dat zich vooral bezighoudt met Enterprise

Architecture, is sinds kort het eerste Vlaams privé-bedrijf dat als instelling voor hoger onderwijs een

master diploma zal uitreiken. Wat vindt u van dit initiatief? Is het de taak van een bedrijf om ook of-

ficiële diploma’s uit te reiken? En wat is uw visie over de relatie onderwijs-bedrijfswereld? Wat zijn de

opportuniteiten en de te volgen strategie?

Iedereen klaagt er al jaren over dat de kloof tussen onderwijs

en bedrijfsleven te groot is. Dat Inno.com een ‘master na mas-

ter’ rond ‘enterprise architecture’ inricht is zeker een goede

zaak, zo wordt een extra onderwijskanaal gecreëerd. Dit blijft

echter een druppel op een hete plaat. Niet ieder technologie-

bedrijf kan als onderwijsinstelling optreden. En een initiatief

als dat van Inno.com mag niet beletten dat vooral de over-

heid extra inspanningen moet doen om ons onderwijs beter

te laten aansluiten op de noden van de markt, én om jon-

geren richting technologiestudies te sturen. Een hoogstaand

kwalitatief technologisch onderwijs is de beste garantie om

België aan de top van innovatie te brengen.

Er zijn al veel privé-bedrijven die officiële ‘diploma’s’ uit-

reiken. Denk maar aan autorijscholen, het hele katholieke

onderwijsnet, enz. Zo lang de kwaliteit gewaarborgd wordt

door duidelijke vereisten en controles, is hier niets verkeerd

mee. Hoe gespecialiseerder de opleiding, hoe moeilijker het

wordt ze financieel draagbaar te maken voor het overheids-

onderwijs. Laat het bedrijfsleven dus maar bijspringen waar

mogelijk. De echte vraag wordt natuurlijk in hoeverre je zulke

opleidingen van subsidies zou moeten voorzien – want dat is

uiteraard de volgende vraag die je kunt verwachten...

Saskia VAN UFFELEN

CEO Bull

Marc LAMBOTTE

VP & GM Benelux & Nordics, Unisys

15


JAN / FEB ISSUE

2011 88

De basis opleidingen moeten de verantwoordelijkheid blijven

van het Onderwijs. Basisopleiding zijnde de voorbereiding

van mensen om ingezet te worden in de beroepswereld.

Anderzijds is het wel nodig dat, hoe dichter de opleiding bij

de finaliteit komt, hoe meer het curriculum afgestemd is op

de praktijk, dit via stages, via lezingen door mensen uit de

praktijk, edm. In dit kader kan het zinvol zijn om bedrijven in

te schakelen wanneer het om zeer gespecialiseerde materies

gaat, waarvoor onderwijsinstellingen onmogelijk kunnen in-

staan (wegens gebrek aan adequate middelen, mensen, too-

lings), zoals dit blijkbaar het geval is bij de Master na Master

opleiding ICT Enterprise Architecture.

Maar in wezen geldt voor het onderwerp ‘basis opleiding’ het

spreekwoordelijke “schoenmaker blijf bij je leest”. Bedrijven

zijn er om hun bedrijfsdoelstellingen te verwezenlijken en

dienen al hun beschikbare middelen daarop te concentreren,

wat in de realiteit al een hele uitdaging is. Onderwijs moet

ervoor zorgen dat ze via kennisoverdracht mensen voorbe-

reidt die breder inzetbaar zijn dan voor één bepaald bedrijf

of voor één bepaald beperkt kennisgebied. Als bedrijven die

taak toch op zich zouden nemen, dan is het risico reëel dat de

opleiding té specifiek en té nauw wordt, wat op lange termijn

noch het individu, noch het bedrijfsleven ten goede komt.

Het bedrijfsleven als partner van het Onderwijs dus, maar

niet als hoofdspeler.

Zelf ben ik voorstander van het idee dat een diploma-uit-

reiking door een bedrijf in de privésector een goede zaak is.

Vandaag de dag moet ik als bedrijfsleider tot de conclusie

komen dat afgestudeerden veel te weinig voeling hebben

met de bedrijfswereld. Als het bedrijf dat de diploma’s uitreikt

Raad der wijzen geeft zijn mening

Privébedrijf wordt onderwijsinstelling: pro of contra ?

Noë DENECKER

Bestuurder, Honda Europe NV

Mathieu VERWILGHEN

General Manager, Century 21

16


JAN / FEB ISSUE

2011 88


[email protected]

Raad der wijzen

Redactie CxO

www.cxonet.be

hiermee dan ook rekening houdt, en dus ook de sfeer van de

realiteit weergeeft, komt dat ten goede van alle partijen. Er

ontstaat hierdoor ook een gezondere competentie tussen de

Hogescholen en de bedrijfswereld, dewelke het niveau van

het onderwijs ten goede komt. De kloof tussen theorie en

praktijk zou moeten verkleind worden.

Jaren geleden heb ik al voorspeld dat onderwijs, zeker hoger

onderwijs, niet langer het monopolie zal zijn van de huidige

universiteiten en hogescholen. En dat het strakke diploma-

systeem diende vervangen door attestatie van verworven

kennis. Wat een hoge mate van flexibileit en vraag gestuurd-

heid toelaat, daar waar nu het nu vooral aanbod gestuurd is.

Er dus geen enkel bezwaar tegen het op die markt komen van

nieuwe spelers uit de bedrijfswereld. Maar om de attestatie

van verworven kennis te garanderen zal allicht externe kwali-

teitscontrole nodig zijn. En hoe dan ook zal de markt ranken.

En zal competitie rang en stand van de attesten bepalen.

Maar ook daar heb ik geen bezwaar.

Het Onderwijs is niet in alle opzichten in staat om studenten

klaar te stomen voor het Bedrijfsleven, want naast de taak van

“opleiden” heeft het ook die van “opvangen” en “opvoeden”

gekregen. Afgestudeerden hebben vaak niet de juiste hou-

ding wanneer ze zich op de arbeidsmarkt aanbieden, en zij

die gemotiveerd zijn om zich naast het werk bij te scholen,

worden zeldzamer.

Het bedrijfsleven zal daarom willens nillens “opleiding” moe-

ten organiseren. Zo heeft BDO België een BDO-Academy

opgericht om op een gestructureerde wijze, zowel intern

als extern, kennis op het vlak van Bedrijfsrevisoraat, Accoun-

tancy, fiscaal-juridisch en gespecialiseerd financieel gebied te

verspreiden.

Luc VAN DEN BOSSCHE

Gedelegeerd bestuurder BAC

Hans WILMOTS

CEO BDO Belgium

17


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Er is niets mis met onderwijsinstellingen die een statuut heb-

ben van privébedrijf of in ieder geval een wettelijk statuut dat

hen onafhankelijk maakt van de overheid. Denken we maar

aan top Amerikaanse universiteiten zoals Harvard, MIT, Stan-

ford en Chicago. Ook een aantal Europese business schools

zoals INSEAD, IMD en TiasNimbas zijn privébedrijven. Deze

voorbeelden hebben wel gemeen dat hun core business

onderwijs en onderzoek is dat ze in alle onafhankelijkheid

kunnen uitvoeren.

Helemaal anders is het wanneer een privébedrijf onderwijs-

instelling wordt. Want dan is de core business iets anders, bij

voorbeeld, consulting zoals in het geval van inno.com. Dan

kan de onafhankelijkheid van onderwijs en onderzoek niet

meer worden gegarandeerd en dat is geen goede zaak. In dat

geval is de kans groot dat het afleveren van diploma’s gebruikt

wordt om andere bedrijfsdoelstellingen na te streven, zoals

het binden van klanten voor consultancy. In interviews naar

aanleiding van de erkenning van inno.com als instelling voor

hoger onderwijs door de Vlaamse overheid werd de vergelij-

king gemaakt met corporate universities zoals bij voorbeeld

Heineken University, ABN AMRO Academy, Motorola Univer-

sity. En er bestaat zelfs een McDonald University! De vergelij-

Philippe NAERT

Dean Antwerp Management School

��

��

��

��

��

king gaat echter helemaal niet op. Het

betreft hier allemaal voorbeelden van

bedrijfsinterne opleidingsinstituten (dus

exclusief voor de eigen medewerkers).

En deze “universiteiten” hebben niet de

pretentie academische equivalenten te

zijn van instellingen van hoger onder-

wijs. Er is dus nooit sprake van uitreiken

van academische diploma’s.

18


JAN / FEB ISSUE

2011 88

25% van de expats blijft klant bij ons

ING biedt expats one stop shop

België en vooral Brussel zijn een mag-

neet op het gebied van internationale

organisaties en (Europese) hoofdkwar-

tieren. Zo wonen er heel wat lobbyisten

en consultants in de Brusselse rand. En

internationale mobiliteit blijft toene-

men.

Ook bedrijven blijven – ondanks de cri-

sis – hun zonen en dochters uitsturen.

De aard van de projecten verandert wel.

Meer en meer bedrijven kiezen voor

kortere opdrachten op projectbasis.

Dave Deruytter, Senior Manager bij ING Expatriates & Non-

Residents, is zelf expat geweest. Hij heeft drie keer een missie

als expat uitgevoerd: één keer in Peking en twee keer in Tokio.

“Dankzij die ervaring beschik ik over heel wat inlevingsver-

mogen. Ik ben op de hoogte van de gevoeligheden en moei-

lijkheden waarmee expats te maken krijgen.”

Niet alleen expats kunnen bij ING terecht voor banken

verzekeringsdiensten. Ook buitenlandse studenten en diplo-

manten die in België aan het werk zijn. ING heeft de ambitie

om alle buitenlanders in België te bedienen dus ook bijvoor-

beeld economische migranten, een Poolse arbeider of een

Franse industrieel.

Als expats of buitenlanders na een bepaalde periode terug-

keren naar hun thuisland, kunnen ze bij ING klant blijven.

“Ongeveer 25% van de vertrekkende expats blijft klant bij

ons”, zegt Dave Deruytter. “We gaan uit van onze bestaande

Stijn DOM

Redactie CxO

www.cxonet.be


[email protected]�

Dave Deruytter

Senior Manager

ING Expatriates & Non-Residents

19


JAN / FEB ISSUE

2011 88

producten en diensten en stemmen ze af op de specifieke

levenscyclus van expats.”

Bankieren in andere munten

Deruytter: “We zorgen ervoor dat alle bankdiensten in orde

zijn als de expat aankomt in België: de bankrekening, de

bankkaart, de huurgarantie en de huurderaansprakelijkheids-

verzekering. Daarna worden de domiciliëringen, doorlopende

opdrachten en eventueel een kredietkaart in orde gebracht.

Later komen daar ook andere diensten bij zoals sparen, een

hypothecair krediet en advies op het gebied van beleggen en

private banking.”

ING heeft voor expats en niet-residenten een contact center

dat ook op zaterdag bereikbaar is en waar klanten in vier

talen te woord worden gestaan. “Als een expat zijn of haar

bedrijf verlaat, kan hij of zij z’n zichtrekening, ook in andere

munten dan de Euro behouden”, vertelt Deruytter. “Bij inter-

net bankieren kunnen overschrijvingen dus ook in andere

munten dan de Euro uitgevoerd worden.”

ING is actief op zowel de B2B en de B2C markt. De bank heeft

relaties met relocators, een aantal net-

werken (zoals de buitenlandse Kamers

van Koophandel in België), de mutuali-

teiten en de ‘Big 4’. Het is een ‘one stop

shop’ voor klanten die – gespreid over

het volledige kantorennet in België – in

meer dan 18 talen worden bediend.

Dave DeruytterOnze bestaande

producten en diensten worden afgestemd op

de levencyclusvan de expats

20


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Bruno KONINCKX

Redactie CxO

www.cxonet.be


[email protected]

Voor een intelligente kijk op de zaken

Handige of leuke high-tech

Maak van de iPad een volwaardige netbook

Als je op de iPad iets langere teksten, notities of mails moet

schrijven, mis je een echt toetsenbord. Praktisch voor onder-

weg is een hoes waar een toetsenbord in zit. De webshop

Gadgets4evb is een van de weinig Belgische sites waar je zo’n

product kan kopen.

Het toetsenbord in hun hoes sluit je met een kabeltje aan op

de iPad, zodat je geen aparte batterij moet opladen.

Typen op het toetsenbordje loopt niet zo vlot als bij een

volwaardig toetsenbord, maar het valt erg goed mee. En er

staat een aantal extra functieknoppen op om bijvoorbeeld de

lichtsterkte aan te passen.

Enige nadeel aan dit model is dat het alleen in Qwerty-for-

maat beschikbaar is. Je kan op de iPad wel instellen dat het

volgens de Azerty-indeling werkt, maar voor een aantal te-

kens is het dan wel even zoeken naar de juiste toets.

Eindelijk volwaardige Microsoft Office voor Mac

Tot de vorige editie liepen de Office voor Windows en Mac

versies vrij ver uit elkaar. De nieuwe Office voor Mac 2011

volgt niet alleen relatief snel op Office 2010 voor Windows,

maar zit er ook wat uitzicht en technische aspecten dichter

bij.

De Mac-versie neemt bijvoorbeeld het lint (de ribbon) gro-

tendeels over van de Windows-variant, al kan je de klassieke

Mac-menu’s blijven gebruiken.

Belangrijker echter is dat de versies voor beide platformen nu

technisch beter compatibel zijn. Je zou nu ook ingewikkelde

bestanden zonder problemen tussen de twee moeten kun-

nen uitwisselen.

Andere belangrijke nieuwigheid is dat de duurste versie nu

ook een volwaardige Outlook heeft, en dat is momenteel

www.gadgets4evb.be

www.microsoft.be

21


JAN / FEB ISSUE

2011 88

zeker een van de beste e-mail programma’s voor Mac. Bo-

vendien heeft Office 2011 ook wel wat extra’s in vergelijking

met Office 2010.

Supertelefoon voor kleine kantoren

Voor kleine kantoor- of winkelomgevingen waar een te-

lefooncentrale net iets te hoog gegrepen is maar er toch

verschillende toestellen nodig zijn, is de Gigaset DX800A een

heel interessante oplossing.

Op zich is dit een geavanceerd en stijlvol telefoontoestel

met onder meer een groot kleurenscherm en veel moge-

lijkheden, waaronder een degelijke handenvrije-functie. Je

kan het toestel ook met een computer verbinden, om zo

bijvoorbeeld vanuit Outlook nummers te laten vormen of via

VOIP te telefoneren. Interessant is ook dat je vrij makkelijk je

gsm kan koppelen via bluetooth, zodat je bijvoorbeeld met

een aangesloten Dect-telefoon ook je gsm-gesprekken kan

aannemen. Er kunnen trouwens tot zes Dect-handsets aan-

gemeld worden.

www.gigaset.com/be

��

��

��

��

24


JAN / FEB ISSUE

2011 88


[email protected]

International Risk Management

Andere approach van business vereist

Internationaal handelen is in elk op-

zicht anders dan lokaal zaken doen.

Niet in het minst door de risico’s die

er aan verbonden zijn. Wie ineens over

de landsgrenzen heen gaat business

doen, hoort zijn manier van handelen

en denken aan te passen. Wij spraken

daarover met Ivan Nys van ING Trade

Finance Service.

International is anders

Het lijkt bijna voor de hand liggend, maar de praktijk bewijst

vaak het omgekeerde. Internationaal handelen vereist een

andere mentaliteit, een andere gedachtengang, een andere

aanpak. Het zorgt tevens voor andere zorgen, voor andere

bedreigingen, voor andere klemtonen.

Ivan Nys: “Internationale transacties staan bloot aan andere

risico’s dan nationale of Europese. In eigen regio kan men

de meeste risico’s behoorlijk goed inschatten, wat het ook

mogelijk maakt om zich er tegen in te dekken. Buiten de Eu-

ropese grenzen liggen de zaken vaak helemaal anders.

Bijvoorbeeld als goederen binnen Europa recupeerbaar zijn,

zijn ze dat daarbuiten vaak niet. Het is echter maar één van

de vele risico’s. Als men er dan rekening mee houdt dat elk

Jan CALLANT

Hoofdredacteur

www.cxonet.be

Ivan Nys, ING Trade Finance Service

25


JAN / FEB ISSUE

2011 88

risico een betaling in gevaar kan brengen, is voorzichtigheid

geboden.

Wil men deze risico’s indekken, dan moet men rekening hou-

den met het feit dat daar een kostenplaatje aan vasthangt.

Wordt dit niet meegenomen in de verkoopprijs, dan kan een

internationale transactie wel eens behoorlijk negatief uitval-

len.”

Waar starten?

Ivan Nys: “De risicobepaling zou al moeten gebeuren bij de

aanvang van de contacten, bij de sales, wanneer de prijsbe-

paling gebeurt. Een goede communicatie is daarbij niet te

versmaden en deze durft best nog wel eens te ontbreken.

De aanpak van risico’s loopt nogal uit elkaar. Wie raad inwint

bij een kredietverzekeraar, zal informatie verkrijgen over de

klant als tegenpartij. Is de bank een raadgever, dan gaan zij

uit van wie eigenlijk de bank van de tegenpartij is. Een lo-

gisch verschil in de kijk op deze zaken, maar een belangrijk

verschil.”

Hiermee duidt Ivan Nys duidelijk aan dat internationaal han-

delen heel overdacht moet gebeuren. Vooral voor KMO’s is

internationaal handelen geen evidente zaak. Grote bedrijven

met een uitgebreide structuur, kunnen vele risico’s laten op-

volgen door eigen diensten. (IT gaat over de informaticarisi-

co’s, de financiële dienst over de financiële, enz...) De bewust-

wording rond de vele risico’s is al de helft van de oplossing.

Bewust kiezen voor een andere benadering is al een stap in

de goede richting. Beiden samen zorgen ervoor dat ‘interna-

tionaal gaan’ geen strop om de nek moet worden.

Ivan NysRisicobepaling zou al

moeten gebeurenbij de aanvang

van de contacten,bij de sales, wanneer de

prijsbepaling gebeurt.

Ivan Nys was één van de gastsprekers op het CxO Leader-

shipforum op 26 & 27 oktober in Committee of the Regions

(Brussel).

Voor het verslag van dit congres verwijzen wij u graag naar

CxO Magzine 87 (dec/jan), naar pagina 37 in deze uitgave of

naar de website: www.cxoleadershipforum.com.

International Risk Management

Andere approach van business vereist

26


JAN / FEB ISSUE

2011 88


[email protected]

Vrijstelling successierechten voor familiale ondernemingen in Vlaanderen

Nieuwe voorwaarden inzake de jaarrekening

Bij decreet van 9 juli 2010 houdende

bepalingen tot begeleiding van de

aanpassing van de begroting 2010

werd de jaarrekeningvoorwaarde om

van de vrijstelling van successierechten

te genieten bij overerving van een fa-

miliale onderneming of vennootschap

bijgeschaafd.

In Vlaanderen kunnen erfgenamen van een familiale on-

derneming of vennootschap onder bepaalde voorwaarden

genieten van de vrijstelling van successierechten. Deze voor-

waarden zijn vervat in artikel 60bis Vl.W.Succ.

Eén van deze voorwaarden voorziet dat een familiale on-

derneming of vennootschap slechts wordt vrijgesteld van

successierechten voor zover zij een jaarrekening opmaakt die

tevens werd aangewend ter verantwoording van de aangifte

in de inkomstenbelasting gedurende een periode van drie

jaar vóór en vijf jaar na het overlijden.

Nieuw is dat voortaan de jaarrekening moet worden opge-

maakt en (indien verplicht) gepubliceerd volgens “de in Bel-

gië vigerende boekhoudwetgeving” op het ogenblik van het

overlijden daar waar deze voorheen moest worden opgesteld

“overeenkomstig het koninklijk besluit van 8 oktober 1976

met betrekking tot de jaarrekening van ondernemingen”

waarvan de bepalingen inmiddels zijn opgeheven of verwerkt

in het wetboek van vennootschappen (wijziging artikel 60bis

§8 Vl.W.Succ.).

Het grote verschil met de vorige regeling is dat familiale on-

dernemingen of vennootschappen die volgens de vigerende

boekhoudwetgeving niet verplicht zijn om een jaarrekening

op te maken, deze ook niet hoeven op te maken voor het

verkrijgen van de vrijstelling van successierechten. Ook de

verplichting tot publicatie van de jaarrekening geldt enkel

indien de boekhoudwetgeving dit op het ogenblik van het

overlijden voorziet.

Dirk HUYGENS

Kathy MOMMEN

Corbus Advocaten

www.corbus.be

27


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Het gebruik van de bewoordingen “de vigerende boekhoud-

wetgeving op het ogenblik van het overlijden” biedt het

voordeel dat de jaarrekeningvoorwaarde automatisch mee

zal evolueren met toekomstige wijzigingen in de (Europese)

wetgeving terzake.

Familiale ondernemingen of vennootschappen waarvan de

maatschappelijke zetel is gelegen buiten België maar bin-

nen de Europese Economische Ruimte zullen rekening moe-

ten houden met de vigerende boekhoudwetgeving van de

lidstaat waar de zetel is gevestigd op het ogenblik van het

overlijden.

De nieuwe voorwaarden zijn van toepassing vanaf 28 juli

2010.

Vrijstelling successierechten voor familiale ondernemingen in Vlaanderen

Nieuwe voorwaarden inzake de jaarrekening��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

28


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Haven van Antwerpen opnieuw bekroont

Port Operator of the Year


[email protected]

Karel DE DECKER

www.cxonet.be

De Antwerpse haven is recent tijdens

de uitreiking van de jaarlijkse Lloyd’s

List Awards uitgeroepen tot Port Ope-

rator of the Year. Antwerpen haalde het

in zijn categorie voor de drie andere

genomineerden: APM terminals, Krish-

napatnam Port Company en PD Ports.

De inspanningen die de Antwerpse ha-

ven heeft gedaan om zelfs tijdens een

van de moeilijkste jaren hoge normen

inzake operationaliteit en klantentevre-

denheid aan te houden, konden op dui-

delijke appreciatie van de jury rekenen.

Luc Arnouts, Chief Commercial Officer van het Gemeentelijk

Havenbedrijf Antwerpen : “We beschouwen deze award als

een ontegensprekelijke erkenning van de dynamiek van de

haven van Antwerpen in goede maar ook in moeilijke tijden.

De voor Antwerpen typische spirit om ervoor te gaan, de za-

ken gedaan te krijgen heeft zijn kracht opnieuw bewezen in

de voorbije crisisperiode. Deze prijs draag ik dan ook op aan

alle Antwerpse bedrijven die samen onze haven uitmaken en

dag na dag de klanten de best mogelijke service geven.”

Het Havenbedrijf nam een aantal maatregelen om de financi-

ele en economische crisis het hoofd te bieden. “Never waste

a good crisis”, zei CEO Eddy Bruyninckx daarover. Het enga-

gement van het Havenbedrijf om klanten en havengebrui-

kers tegemoet te komen in tijden van crisis resulteerde onder

meer in een bevriezing van de havenrechten en een verlaging

van de concessietarieven. In moeilijke tijden komt bovendien

het Antwerps havengemeenschapsgevoel onmiskenbaar bo-

vendrijven. Verschillende havenspelers toonden zich bereid

om ‘out of the box’ te denken en samen met het Havenbedrijf

en Alfaport de schouders te zetten onder een Totaalplan voor

een meer concurrentiële haven.

VIL wil inlandse terminals

als volwaardige schakels in Secured Trade Lanes.

Het Vlaams Instituut voor de Logistiek (VIL) gaf de kick-off

voor het project ‘Secured Inland Terminals’. Met dit project

wil het VIL nagaan welke strategie inland terminals moeten

volgen om aansluiting te vinden bij de trend van de beveili-

gingscertificering (AEO,ISPS,...) zodat ze volwaardige schakels

kunnen zijn in de toekomstige Secured Trade Lanes.

29


JAN / FEB ISSUE

2011 88

De beveiliging van de logistieke keten groeit steeds meer uit

tot een strategisch bedrijfsvoordeel. Hoewel beveiligingsini-

tiatieven (certificering ed.) bij bedrijven reeds hebben uitge-

wezen dat ze economische voordelen met zich meebrengen,

blijven de initiatieven van inland terminals – de knooppunten

die waterwegen met een landgebonden trasnportmodus

combineren – dikwijls achter in vergelijking met andere

marktdeelnemers.

De inland terminals spelen echter een belangrijke en groei-

ende rol in de verdere ontwikkeling van onze gateways en

het multimodaal vervoer in het algemeen. Het is cruciaal om

ervoor te zorgen dat ook deze terminals aansluiting vinden

bij deze initiatieven om deel te kunnen uitmaken van Secu-

red Trade Lanes. Verschillende inland terminals zijn overtuigd

van de noodzaak deze (Europese) beveiligingsnormen/

initiatieven op te nemen in hun bedrijfsvoering en stappen

dan ook mee in dit project. De deelnemers aan dit VIL-onder-

zoek zijn: Groep Gheys, Haven Genk, Volvo Logistics, Gosselin

Group en CFNR.

Concreet gaat dit onderzoek voor de deelnemende bedrijven

na welke vorm van beveiliging, maatregelen en certificatie

noodzakelijk zijn om ze te verankeren in de

gefaciliteerde supply chain van de toekomst,

en uiteindelijk in het ‘Green Lane Concept’.

Minister-President Kris Peeters onthult imago-

campagne voor transport en logistieke sector

De Beroepsvereniging Transport en Logistiek

Vlaanderen wil met een imagocampagne het

belang van haar sector onderstrepen. 200

vrachtwagens krijgen slogans en affiches op-

gekleefd. De Vlaamse overheid steunt de actie

die mooi aansluit bij de campagne ‘Zonder

logistiek is het paniek’ die vorig jaar werd ge-

lanceerd door de Vlaamse regering.

“Vlaanderen moet tegen 2020 de

slimme draaischijf worden van Europa;

die ambitie is een kernpunt van deze

Vlaamse regering”, aldus de Minister-

President. Transport en Logistiek Vlaan-

deren vertegenwoordigt meer dan

1500 bedrijven. Binnen een straal van

750 km van Vlaanderen liggen 227 mil-

joen potentiële consumenten en op dit

moment tellen we zo’n 800 distributie-

centra in Vlaanderen, samen goed voor

een toegevoegde waarde van ongeveer

8,6 miljard euro.

In het midden: laureaat Luc Arnouts (© Informa)

��

��

��

��

� ��

31


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Laureaten prestigieuze Supply Chain Award 2010

Barco samen met MÖBIUS

Adviesbureau MÖBIUS heeft samen met technologiebedrijf

Barco de belangrijke Supply Chain Award gewonnen. Dankzij

de samenwerking MÖBIUS/Barco kon Barco de omvang en

de kwaliteit van enkele produktielijnen gevoelig verhogen.

De Award wordt elk jaar toegekend door de verenigingen

van bedrijven actief in inkoop, produktie en logistiek en prijst

opvallende vernieuwingen en verbeteringen aan processen

en systemen.

MÖBIUS is een spin-off van de Universiteit Gent met 120

hooggekwalificeerde adviseurs. Het Barco/MÖBIUS team

won de award met het project ‘First Time Right: Enabling the

new Barco’. Barco heeft de strategische keuze gemaakt om

naast haar meest succesvolle technologische producten ook

de grotere onderliggende markt te bedienen. Dit heeft ingrij-

pende gevolgen op de organisatie en in het

bijzonder op het supply chain management.

MÖBIUS heeft met haar jarenlange ervaring en

expertise dit proces in goede banen geleid.

Bram Desmet, MÖBIUS: “Onze ondersteuning

leidde tot opvallende resultaten bij Barco.

De kwaliteit van twee productielijnen Digital

Cinema en Avionics werd verbeterd en de

doorlooptijd werd gehalveerd. Daardoor ligt

de productie nu gevoelig hoger.”

“De contributie van MÖBIUS in de realisatie

van dit project was aanzienlijk”, zegt Johan

Heyman, VP Operations bij Barco. “De MÖBIUS

consultants hebben ons projectteam

ondersteund met hun verregaande

expertise en ervaring in Lean, Supply

Chain en Quality best practices.”

De Supply Chain Award geeft nationale

erkenning voor de deskundigheid van

MÖBIUS op het vlak van vernieuwing

en verbetering van processen en sy-

stemen. Grote spelers zoals Colruyt,

bPost, VRT, Nationale Loterij en AZ Jan

Portaels dienden ook een project in

maar grepen naast de prijs. MÖBIUS is

dan ook trots om samen met Barco de

Award in ontvangst te mogen nemen.

Het winnende MÖBIUS/Barco-team : Danny Boeykens (MÖBIUS), Greet Cousaert (Barco) en Johan Heyman (Barco)

Karel DE DECKER

www.cxonet.be

32


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Twee vakgebieden hand in hand doorheen het inkoopproces

Transportlogistiek en inkoop

Nik DELMEIRE

Nationaal Voor-

zitter O.T.M.


[email protected]

Er is groeiende nood aan professionali-

sering van transporten logistieke pro-

ducten, merkt O.T.M. sinds enige tijd op

bij haar leden. In het huidige economi-

sche klimaat en het feit dat de overheid

steeds meer accent legt op duurzaam-

heid en milieuvriendelijkheid wordt het

preciezer kunnen beschrijven van zijn

transporten logistieke behoeften on-

vermijdelijk.

In een tijd waar voor transporten logistieke producten

meestal zo goed als steeds wordt gebruik gemaakt van

dienstverleners betekent dit ook dat verdere professionali-

sering van deze categorie van inkoop een noodzaak is. Via

het bewust gepland inkopen van transport en logistiek rea-

liseren die bedrijven besparingen, verbeteren zij de kosten-

beheersing en cashflow en reduceren zij hun werkkapitaal.

En, iedere bespaarde Euro is uiteindelijk een euro winst! Die

professionalisering is een garantie op business continuïteit

en hoeft niet ten nadele te zijn van de serviceverlening en de

rendabiliteit bij de logistieke dienstverleners.

Hoe slimmer je logistiek concept, hoe meer winst je maakt.

Nog meer winst maak je als je het ontwerp en de implemen-

tatie doet in samenwerking met (potentiële) dienstverleners.

Of anders gezegd breng het professionalisme in logistiek en

inkoop samen en je bereikt de beste resultaten. Hoe dit kan

werken proberen we in de opleiding “Transportlogistiek en

inkoop. Twee vakgebieden hand in hand doorheen het in-

koopproces” aan te tonen.

Wat is de toegevoegde waarde van transport en/of logistiek?

Wat is de jaarlijkse kost van het terugsturen van beschadigde

goederen? Wat is de jaarlijkse economische en commerci-

ele schade door laatleveringen? Welke zijn de contractuele

gevolgen of de jaarlijkse kosten van service levels die niet

gehaald worden omwille van transporten logistieke proble-

men? Hoeveel kan er bespaard worden in het bedrijf door

het bundelen van goederenstromen? Wat is de meerwaarde

van het investeren in tijd om degelijke RFI’s (Request For In-

formation) en RFP’s (Request For Price) op te stellen? Hebben

33


JAN / FEB ISSUE

2011 88

wij alternatieven indien onze logistieke continuïteit op het

spel staat?

Een typisch voorbeeld van wat velen vergeten of niet weten:

Sinds 1999 is elk ladend bedrijf, elke koper, elke klant als initi-

ele opdrachtgever van een transport, medeverantwoordelijk

is voor de veiligheid van zijn lading, voor de zekering van

zijn lading gedurende het transport, voor het respecteren

van de maximaal toegelaten gewichten, voor het respecteren

van de rij- en rusttijden, voor het respecteren van de maxi-

maal toegelaten snelheid, enz. (Wet van 3 mei 1999, art 37).

Sinds het in voege treden van de nieuwe verkeerswet per 10

september laatstleden is die medeverantwoordelijkheid nog

scherper omschreven en duidelijker toepasbaar. Dergelijke

incidenten onderweg hebben steevast een nefaste invloed

op het verkoopsproces.

Indien tijdens het inkopen van transport niet de juist ge-

detailleerd omschreven SLA’s (Service Level Agreements)

zijn afgesproken en/of onvoldoende zijn opgevolgd, zij het

door gebrek aan kennis, aan tijd of aan aandacht, resulteren

transportincidenten zonder uitzondering in niet-kwalitatieve

leveringen. Gevolgen zijn velerlei: tekorten, beschadigingen,

activering van boeteclausules, of erger; productiestilstand,

shut downs, directe commerciële schade, of nog de reputatie

van de onderneming bij de consument. Met andere woorden:

het belang verwaarlozen van een correct, professioneel aan-

gekocht transportproduct is een groot risico nemen voor de

bedrijfscontinuïteit.

O.T.M. ziet vandaag dat vanuit het hoger management de

behoefte ontstaat transport te gaan bekijken als ‘moneyma-

ker’. Op een creatieve manier duurzaam transport en/of lo-

gistieke concepten ontwikkelen, implementeren en bewaken

en de vertaling ervan in een professioneel inkoopcontract

met bijhorende KPI’s , werkt niet alleen winstverhogend,

maar garandeert ook continuïteit en

kwaliteit. Bovendien geeft deze aanpak

de mogelijkheid om te anticiperen op

(kostenverhogende) maatregelen die

de overheid vroeg of laat zal nemen ten

einde duurzaamheid af te dwingen.

34


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Web zorgt voor grotere angst voor boodschapvervorming en merkvervaging

Word Conversation Manager

Mijn garagist wordt elke keer weer nij-

dig als ik vertel wat er op een internet-

forum over zijn merk werd geschreven.

Terwijl de traditionele media (pers,...)

voor 48% afwijkt van de oorspronkelijke

commerciële boodschap, blijken blog-

gers dat voor 69% te doen, volgens een

recent onderzoek van Burson-Marstel-

ler. Merken concluderen dan ook dat

het probleem van boodschapvervor-

ming en merkvervaging alleen maar

groter zal worden door de groeiende

invloed van het web, net omdat het een

sterke impact heeft op de aankoopbe-

slissingen van consumenten.

Zelfs toen massamedia dominant waren, waren ervaringen

van medeconsumenten sturend. Maar nu het web is geëvo-

lueerd van informatiebron naar een sociaal platform waar

iedereen auteur is geworden, en dus iedereen online elkaars

aankoopgedrag beïnvloedt en merkboodschappen vervormt,

is dat zonder meer een ernstige bedreiging voor op allocutie

(eenrichtingsverkeer) gebaseerde merkcommunicatie.

De kracht van de hedendaagse consument

Zo moest in oktober het Amerikaanse GAP zijn nieuwe logo

terugtrekken na massaal protest van klanten op Facebook.

GAP concludeerde dat het bedrijf een kans had gemist om

de dialoog met de online gemeenschap aan te gaan. On-

derzoek van het Interactive Advertising Bureau (IAB) en het

onderzoeksbureau Opinion Matters bevestigen dat bedrijven

nog niet gewend zijn aan een rechtstreekse dialoog met de

consument in sociale media. Het probleem is niet zozeer de

online consument. Gebruikers van sociale netwerken zijn

Geert VANHEES

Managing Partner

4Growth

Gastdocent

Vlerick Leuven

Gent Mgnt

School


[email protected]

35


JAN / FEB ISSUE

2011 88

meer volgelingen van merken dan van celebrities. En enkel

7,7% onder hen heeft al eens klachten gepost over een merk.

Slechts 40% kreeg snel een antwoord van het merk, al realise-

ren de reacties die wel kwamen een positieve merkimpressie

bij 77,8% van de klagers.

Consumenten, experts en fans bouwen vandaag de dag veel

meer dan vroeger mee aan het merk. Elk merk dat deelneemt

aan de conversatie, dat zijn klanten verwelkomt en laat par-

ticiperen, kan de merkidentiteit beter laten aansluiten bij de

gezochte identiteit van haar klanten. Wie de veranderde re-

latie, de boeiende interactie tussen merk en consument wil

begrijpen en ook wil leren hoe daar efficiënt mee om te gaan,

moet zeker het boek van Steven van Belleghem (Managing

Partner van het onderzoeksbureau InSites Consulting) lezen,

‘De conversation manager’ (Lannoo, ISBN 978 90 815 16303).

Verplichte lectuur voor iedereen die het nieuwe merkenpara-

digma wil meester zijn.

Geert Vanhees‘De Conversation Manager’

is gebaseerd op 4 jaaronderzoek door

Steven Van Belleghembij het onderzoeksbureau

InSites Consulting.Een authentiek werk datpraktische oplossingen

beschrijft vooreen echte dialoog

met de nieuwe consument.

Het Amerikaanse Gap mispakte zich bij de invoering

van het nieuwe bedrijfslogo. Via Facebook zetten de

klanten druk op de firma, die uiteindelijk het oude logo

in ere herstelde.

Web zorgt voor grotere angst voor boodschapvervorming en merkvervaging

Word Conversation Manager

36


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Nog geen snelheidsbegrenzer ondanks stijging ongevallen

De terreur van de witte camionetten


[email protected]

Wij roepen het al jààààren: “Weg met

de terreur van de (witte, rode, zwarte,

blauwe, grijze, …) camionetten!” Ieder-

een die een beetje onderweg is met de

auto zal allicht méér dan eens gecon-

fronteerd zijn met véél te snel rijdende

camionettes? En vaak met hun aggres-

sieve chauffeurs, al dan niet met petje?

Er stelt zich inderdaad een dubbel probleem. Enerzijds steken

de constructeurs alsmaar krachtiger motoren onder de mo-

torkap van hun lichte bestelwagens opdat die gemakkelijker,

comfortabeler en zuiniger méér en zwaardere cargo zouden

kunnen vervoeren. Daar staat tegenover dat wanneer die din-

gen niet of weinig geladen zijn, zij over een power beschik-

ken waar de ophanging noch de remsystemen op afgestemd

zijn.

Wij zijn ervan overtuigd dat vele chauffeurs camionetten

zich niet eens bewust zijn van de precaire wegligging van

hun voertuig bij hoge snelheid, om nog maar te zwijgen

van de remafstand bij noodstop. Anderzijds gaan heel wat

bestelwagenchauffeurs de weg op onder tijdsdruk omdat de

werkgever het aan de chauffeur overlaat om overal tijdig te

leveren, op welke manier dan ook.

Overleg, reglementering, sensibilisering en vorming zijn dus

broodnodig. Vorig jaar waren er in ons land zo’n 13.400 on-

gevallen met bestelwagens. Dertienduizend vierhonderd!!!

Dat is 30% méér dan 3 jaar geleden zoals mag blijken uit

cijfers van de federale politie. Ook het aantal doden bij onge-

vallen met bestelwagens is toegenomen. Vaak is overdreven

snelheid de oorzaak.

Momenteel bekijkt het Europees Parlement een voorstel om

een snelheidsbegrenzer in te voeren, zoals voor vrachtwagens

en autobussen. In de commissie Vervoer werd eerder al pro

gestemd maar later werd het voorstel in de commissie Milieu-

beheer verworpen. De liberale en christendemocratische frac-

tie en de Britse conservatieven lagen dwars. Het is nu aan het

voltallige Europees Parlement om de knoop door te hakken.

Erwin DE WEERDT

www.cxonet.be

EXTRA

37


JAN / FEB ISSUE

2011 88

EXTRA

��

��

��

��

��

��

��

��

��

38


JAN / FEB ISSUE

2011 88

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

Roger BOUVRIE - Chief Technological Advisor Puratos

Met een centraal gegevensbestand wordt het mogelijk om wereldwijd met dezelfde gegevens te werken.

Patryk WEZOWSKI - Body Language Expert Belgium

Non-verbale communicatie maakt 93% uit van het volledige communicatie-plaatje.

Denise LAROS - HR Senior Manager Isabel

In HR kijken we te veel naar de zwakheden van de mensen, om die dan te verbeteren. Het is echter beter om naar de sterke kanten van mensen te kijken, en in functie daarvan te zien waar we hen het best kunnen inzetten.

Sven VERSTREPEN - Managing Partner Tri-Vizor

Het doorbreken van de mentale barrière blijft dus de grootste uitdaging.


JAN / FEB ISSUE

2011 88

HET BEHEER VAN IT IN EEN WERELDWIJDE OMGEVINGEen bedrijf dat zijn vleugels ook

wil uitslaan in het buitenland

staat al snel voor een uitdaging.

Laat het elke vestiging in elk

land zijn eigen IT uitbouwen op

maat van de eigen plaatselijke behoeften? Of verkiest het

een gecentraliseerd- en gestandaardiseerd systeem?

Centralisering is niet voor ieder bedrijf aangewezen, maar

volgens Roger Bouvrie was het voor zijn bedrijf, Puratos,

de best mogelijke oplossing. Het bedrijf bezit ruim 120

vestigingen, verspreid over een 50-tal landen. Een 10-tal

vrij grote en complexe dochterondernemingen goed voor

twee derden van de verkoop en kleintjes met soms slechts

een handvol medewerkers. Zij zijn vragende partij voor een

doorgedreven automatisering. De totaliteit van de functies

geboden door een volledig beheerspakket (zoals een ERP)

zal dan weer de efficiëntie bij de kleintjes verminderen. Deze

kleine firma’s zijn maar al te blij te kunnen terugvallen op een

centrale IT.

Responsabilisering

De Puratosgroep ging voor centralisering en standaardise-

ring. De ‘lights out’-aanpak (geen uitbouw van lokale infor-

matica en beheerders) is voor Puratos heilzaam gebleken.

“Neem het centrale gegevensbestand voor onze producten”,

zegt Bouvrie. “Daardoor wordt het mogelijk om wereldwijd

met dezelfde gegevens te werken. Vroeger, bij onze eerste

ERP-implementatie, hadden identieke producten in ver-

schillende dochterbedrijven vaak een andere naam wat een

grote handicap was.” Ook heeft de Puratosgroep selectief

bepaalde taken aan de buitenwereld uitbesteed. “Essentieel

is echter: een toename in kwaliteit ‘en’, niet ‘of’, een verlaging

in kost”, aldus Bouvrie. “Voorts is responsabilisering cruciaal.

Elke afdeling in elk land moet beseffen wat IT kost en draait

er ook voor op. Doorfacturatie is hier de boodschap.”

EEN EERSTE INDRUK MAAK JE MAAR EEN KEERPatryk Wezowski, body langu-

age expert, had het over de

manier waarop we met ons li-

chaam communiceren en welke

invloed dat uitoefent op onze

relaties met anderen. Body language neemt immers een

aanzienlijk deel in tijdens het communicatieproces.

De manier waarop je bijvoorbeeld iemand de hand schudt,

geeft een indicatie over de relatie tussen de twee betrok-

ken partijen: superieur, overtuigend of gelijk. De eerste vier

seconden dat je iemand ontmoet, vel je voor een groot deel

een oordeel over diegene die je tegenover je hebt. Kom je

intelligent over, ben je aantrekkelijk en ga je de persoon een

kans geven? Mensen maken een beslissing op basis van

emotionele argumenten. Non-verbale communicatie maakt

93% uit van het volledige communicatie-plaatje. Het gaat

om micro-processen die op ons gelaat zichtbaar worden.

Ogen en lippen

Culturele verschillen zorgen ervoor dat sommige tekens

andere dingen betekenen in verschillende landen. Toch is er

sowieso sprake van een interculturele lichaamstaal en heb-

ben alle mensen eender waar ter wereld een universele vorm

van lichaamstaal gemeen. Zo zijn grote pupillen een teken

van liefde, interesse en ‘good feelings’. Alle emoties kan je

afleiden van de bewegingen van de ogen en de lippen. Als

een glimlach oprecht is, verschijnen er kleine rimpels rond

de ogen. In het andere geval is het die niet. Als iemand

kwaad is, duwt de persoon in kwestie de lippen op elkaar.

Dames hebben meer dan mannen een intuïtie voor li-

chaamstaal. Ze kunnen beter detecteren of iemand al dan

niet liegt en hun buikgevoel laat hen niet dikwijls in de

steek. Dat betekent dat ze op het gebied van body langu-

age een voorsprong hebben als ze bijvoorbeeld actief zijn in

de politiek of sales.


JAN / FEB ISSUE

2011 88

NADRUK OP TALENT IN PLAATS VAN OP GEBREKENDe sessie van Michel Vander-

meulen en Denise Laros was er

vooral op gericht aan te tonen

dat er een verandering in het

denken moet komen bij HR-

mensen als het er op aankomt met talent om te gaan. Zij

zijn bezig aan een onderzoek rond verandering, en lichten

al de eerste resultaten toe.

Denise Laros nam meteen positie in: “In HR kijken we te

veel naar de zwakheden van de mensen, om die dan te

verbeteren. Het is echter beter om naar de sterke kanten

van mensen te kijken, en in functie daarvan te zien waar

we hen het best kunnen inzetten.”

Om een verandering van mentaliteit door te voeren, moet

er echter een en ander gebeuren, en dat ligt niet altijd

voor de hand. Iedereen in het bedrijf moet er immers

bij betrokken worden: van het top- over het middenka-

der tot de mensen op de vloer, om de HR-afdeling niet

te vergeten. En om verandering door te kunnen voeren

in je omgeving, moet je vaak eerst zelf je eigen mindset

veranderen.

CARPOOLING VOOR VRACHTHet bundelen van goe-

derenstromen is in de

logistieke sector een ‘hot

item’. De voordelen van

deze werkwijze zijn intus-

sen bekend: kostenreductie, minder verbruik en minder

CO2-uitstoot.

Hindernissenrace

Maar om tot bundeling van de goederenstromen te ko-

men, moeten enkele hindernissen worden genomen. Dat

bleek uit de presentatie van Sven Verstrepen, managing

partner bij Tri-Vizor. Het thema: focussen op de goede-

renstromen. De belangrijkste hindernis in het verhaal van

de bundeling van de goederenstromen is samenwerken

in vertrouwen. De voorzichtige opstelling van verladers

tegenover het bundelen van goederenstromen is te be-

grijpen. Hoe ga je met partners in zee die je nauwelijks

kent? En wie zijn die concurrenten? Weten met wie je te

doen hebt, is de drempel die moet overschreden worden

alvorens de stap te zetten om goederenstromen te gaan

bundelen. Daarbij kan de hulp van een neutrale partij een

belangrijke rol spelen. Deze partij zal de verantwoorde-

lijkheden vastleggen in geval van volumevariaties en

regels uitwerken voor het verdelen van de winsten. Het

doorbreken van de mentale barrière blijft dus de grootste

uitdaging.

Bundeling is een noodzaak

Ondernemingen hebben er, hoe dan ook, alle belang bij

om tot bundeling over te gaan. Het is zelfs zo dat ze op

termijn aangewezen zullen zijn om voor dit model te kie-

zen. Mettertijd zal er dan ook een echte bundelingsmarkt

ontstaan. Vandaag is iedereen nog te veel bezig met zijn

eigen supply chain. Bij veel bedrijven stellen we nu al een

wijziging in hun EDC-structuur vast, die momenteel een

meer hybride karakter krijgt. In plaats van rechtstreeks

te gaan leveren aan winkelpunten, gaat men de proces-

sen van lange transporten en fijndistributie lostrekken.

Eerst gaat men volumetransporten naar een regionaal

distributiecentrum uitvoeren, waarbij aan bundelingen

kan worden gedaan, en pas daarna volgt de fijnmazige

distributie.


JAN / FEB ISSUE

2011 88

MOEILIJKHEDEN OM KREDIET TE VERKRIJGEN?

De Nationale Delcrederedienst (ONDD) is de Belgische

openbare kredietverzekeraar die tot opdracht heeft de

internationale economische betrekkingen te bevorderen.

ONDD verzekert bedrijven en banken tegen de risico’s die

zich voordoen bij de export van kapitaalgoederen, aan-

nemingswerken en diensten alsook bij directe Belgische

investeringen in het buitenland.

ONDD

Erwin DE WEERDT

www.cxonet.be

KAN UHELPEN!

Financiële Garanties

ONDD biedt ook ‘Financiële Garanties’

aan. Dit product werd ontwikkeld om

de toegang tot krediet te vergemak-

kelijken voor Belgische bedrijven die

internationaal actief zijn. Nogal wat on-

dernemingen, of het nu gaat om kmo’s

of grote bedrijven, hebben het vandaag

moeilijk om (bijkomende) kredieten te

krijgen bij hun bank. Deze kredieten

zijn vaak nochtans essentieel voor de

ontwikkeling of het voortbestaan van

de onderneming.

Met zijn Financiële Garanties verstrekt

ONDD een garantie aan banken voor

kredieten die zij verstrekken aan bedrij-

ven. Hierdoor krijgen ondernemingen

makkelijker toegang tot de financiering

die nodig is voor hun ontwikkeling.

Over het algemeen garandeert ONDD

50% van het geleende bedrag. In be-

paalde gevallen kan dit oplopen tot

80%. Het kan gaan om nieuwe kredie-

ten of om de verhoging van bestaande

kredieten.

Drie soorten Financiële Garanties

Drie grote categorieën van kredieten komen in aanmer-

king voor de Financiële Garanties van ONDD

- kredieten voor het stellen van bankgaranties

(bonds) zoals vooruitbetalings- of uitvoeringsga-

ranties;

- investeringskredieten: hiermee kan de aankoop van

machines of gebouwen worden gefinancierd maar

ook de overname of de oprichting van een onder-

neming in België of in het buitenland;

- kredieten voor werkkapitaal: het kan gaan om een

lening die bestemd is voor een welbepaalde inter-

nationale transactie of om een algemene krediet-

lijn. In het laatste geval moet wel een rechtstreeks

verband worden aangetoond met de internationale

activiteiten van het bedrijf.

Voor wie zijn deze Financiële Garanties bestemd?

Alle Belgische bedrijven, zowel klein als groot, die interna-

tionaal actief zijn, kunnen op ONDD een beroep doen.

Hoeveel kosten deze Financiële Garanties?

De onderneming betaalt geen extra kosten. Als ONDD


JAN / FEB ISSUE

2011 88

een garantie verstrekt, krijgt het volgens het aandeel in

het risico dat werd gegarandeerd een deel van de vergoe-

ding die de bank aanrekent.

Concreet voorbeeld

Een Belgische kmo sluit een groot exportcontract af. In het

kader hiervan dient een voorschot- en uitvoeringsgarantie

te worden gesteld en dit voor aanzienlijke bedragen. Door

de beperkte omvang van de kmo zijn de banken weiger-

achtig om de garanties uit te geven, waardoor de kmo het

contract alsnog dreigt te verliezen. Kmo en bank wenden

zich tot ONDD dat, na een gunstige analyse van het dos-

sier, een Financiële Garantie verstrekt aan de bank. Hier-

door kan de kmo de vereiste garanties uitgeven en haar

internationale expansie aanvatten/voortzetten.

From getting by to flying high We support your export

As an export credit agency, we offer SMEs, large companies, multinationals and banks:

� Insurance of export transactions� Insurance of supplier and buyer credits� Insurance of cash payable transactions� Insurance of investments abroad� Forfaiting for supplier credits� Financial guarantees

Our activities are guaranteed by the Belgian State, resulting in Standard & Poor�s AA+ rating.

For an extended overview of the ONDD service product portfolio and its European branches and afÞ liates, visit www.ondd.be or call +32 2 788 85 37.

Your export enabled by our expertise.� � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � �

��

� � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � �

29841_ONDD_CxO_175x123.indd 1 13/10/10 10:00

meer info op

www.ondd.be

onder de rubriek

‘Producten en diensten’


JAN / FEB ISSUE

2011 88

44


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Het wachten duurde lang, maar het was de moeite waard

Rijtest Saab 9-5 2.0 TiD


[email protected]

Een nieuwe Saab is altijd een beetje

feest. Het merk heeft op dit moment

weer drie modellen in het gamma en

het is de laatste jaren niet vaak gebeurd

dat een nieuw model werd geïntrodu-

ceerd. Dat gebeurde nu dus met de 9-5,

en wees maar zeker dat het feest was.

De laatste maanden kwam Saab vooral in het nieuws van-

wege de overnameberichten. Daardoor leek het wat alsof ze

vergaten dat het gamma langzaam maar zeker verouderde.

De Saab 9-5 ging intussen 13 jaar mee en voor een goede

vervanger zouden ze bij Saab wel stevig uit hun pijp moeten

komen. Dat deden ze dan ook en voor ons staat nu een nieu-

we 9-5 te blinken. En al deelt de Saab heel wat organen met

ex-zusjes uit de General Motors-groep, wat voor ons staat is

onmiskenbaar Saab.

De herkenbaarheid begint bij de A-stijl, die zwart werd gelakt

zodat de voorruit en zijruiten één geheel lijken te vormen,

net als bij de cockpit uit een vliegtuig. Volgen we de glooi-

ende daklijn, dan komen we bij de erg gestrekte kofferklep

uit. Deze refereert dan weer naar de Saab 99 uit de jaren

’70. De aluminium ringen rond de koplampen zijn de enige

elementen die ons doen terugdenken aan de iets te lang le-

vende vorige generatie, al vergeet je die associatie snel eens

je de grote grille ziet. Achteraan is het

de doorlopende rode lijn die de hoof-

den laat draaien, op onze testwagen

in combinatie met LED-verlichting.

Dankzij dit detail herken je de nieuwe

9-5 in het donker al van mijlenver.

Branden de lampen niet, dan zet de

aluminium strip de achterpartij van de

Zweed wat extra in de kijker.

Vliegtuiggeschiedenis niet veraf

Instappen doe je tegenwoordig met

een Passive Entry systeem, waarbij

Sven Geiregat

www.autofans.be

EXTRA

45


JAN / FEB ISSUE

2011 88

je de sleutel op zak kan houden. Ook binnenin is de vlieg-

tuiggeschiedenis nooit veraf. Het dashboard is volledig op

de bestuurder georiënteerd. Zo verregaand zelfs, dat de

middenconsole asymmetrisch is afgeboord waardoor je

als bestuurder echt het idee krijgt dat jij alle controle hebt.

Onmiskenbaar is ook de start-toets die zich niet achter het

stuur, maar wel midden op de console naast de bestuurder

bevindt.

Ook de Nightpanel-toets vind je bij geen enkel ander merk

dan Saab terug. Door deze knop in te drukken, worden alle

overbodige prikkels van het dashboard gedimd zodat enkel

je snelheidsmeter zichtbaar blijft en je je beter op de Zweed-

se donkere wegen kan concentreren. In dat opzicht is het

geen slecht idee van onze overheid om de verlichting langs

de snelwegen ’s nachts te doven. De bediening van de boord-

computer bevindt zich op de hendel van de richtingaanwijzer,

één van de enige zichtbare zaken die de wagen met ex-zus

Opel Insignia deelt in het interieur. Daar is die nogal onhan-

dig opgesteld en ook het doorlopen van de menu’s vraagt

wat tijd. Toch geeft Saab ook hier een eigen draai aan, door

een ‘hoogtemeter’-functie in te bouwen. Daarop lees je de

snelheid af, zoals je in een vliegtuig de hoogte zou aflezen.

Head Up Display

De wagen waarmee wij reden was uit-

gerust met een Head Up Display (HUD).

Daarop lees je de huidige snelheid af,

maar ook de richtlijnen van de naviga-

tie kunnen erop geprojecteerd worden.

De projectie is in de hoogte instelbaar,

al hadden we in de laagste stand wel

wat last van storende schaduwen. Ook

bij ’s nachts rijden, werden de lampen

op de wegen via de HUD in de voorruit

geprojecteerd. Bij snelheden van 100

km/u zorgt dat voor flitsen die de con-

centratie van de bestuurder verstoren.

Ook vonden we de info op de tellers

voldoende zodat we zelf niet zouden

EXTRA

ww

w.a

utof

ans.

beDe nieuwe Saab 9-5 liet een tijd op zich wachten, maar

zoals steeds neemt de constructeur uit met een dege-

lijk vernieuwd en geactualiseerd uiterlijk.

46


JAN / FEB ISSUE

2011 88

opteren voor de HUD. Een leuke optie

in de periode waarin deze wagen getest

werd (dat was bij temperaturen van -

5°C en lager) is het Quick Heat-systeem

dat er samen met de zetelverwarming

voor zorgt dat je niet àl te lang in een

koude wagen moet rondrijden.

Onze wagen was uitgerust met een

handig navigatiesysteem met touchs-

creen en knopbediening. Al werd het

soms wat moeilijk leesbaar wanneer het

scherm werd opgedeeld om radio-info

en wegenkaart tegelijk weer te geven.

Tot slot houdt Saab ook vast aan de

rechttoe-rechtaan luchtroosters. De

bediening ervan verloopt vrij stroef en de dingen zien er erg

jaren ’80 uit. Al passen ze mooi in het geheel, een modernere

interpretatie hadden we hier op zijn plaats gevonden. Wie

achterin plaatsneemt, moet rekening houden met de dalende

daklijn. Grote personen kunnen zich het hoofd stoten bij het

instappen en ook de hoofdruimte achteraan is niet royaal.

Uiterlijk en innerlijk

De klanten die Saab met het verleidelijke uiterlijk en het

degelijke innerlijk aantrekt, kunnen enkel nog afknappen op

de gebruikte motorisatie. Als vroeger GM-familielid maakte

Saab bij de ontwikkeling handig gebruik van de beschikbare

motoren. Dat het aanbod voor de 9-5 gelijkopend is aan de

steviger motoren van de Opel Insignia is dan ook voor de

hand liggend. Toch is dit niet de beste keuze, aangezien we

de 2.0 TiD met 160 pk ook in de Insignia al wat tekort vonden

schieten. In deze Saab hebben we echter geen last van de

hakerige versnellingsbak en daardoor lijkt ook de motor iets

soepeler over te komen. Toch voelt de motor zich bij lagere

toeren niet in zijn sas en pas bij het aanspreken van de turbo

(rond de 2.000 toeren) heeft de motor wat meer vertrouwen.

Gevolg daarvan is dat de motor niet graag onder de 1.750

toeren werkt, zoals dat bij de concurrenten wel gebeurt. Dat

vertaalt zich lichtjes in het verbruik, al is 6,5 liter per 100

kilometer bij normale rijstijl wel te verantwoorden voor dit

kaliber wagen en ook de Insignia in ecoFLEX-outfit dronk een

goeie 6 liter.

Het motorgeluid klinkt echter rauwer dan je zou verwach-

ten voor dit soort wagen en we vroegen ons dan ook af of

een V6-diesel op het programma staat. Enerzijds klinkt die

mooier, anderzijds zet dat de Saab 9-5 op het niveau van de

Duitse concurrentie, want die viseert hij uiteindelijk toch. De

vermelding ‘TiD4’ op de het kofferdeksel laat ons hopen dat

er op termijn ook een 'TiD6' op de markt zal verschijnen.


[email protected]

Sven Geiregat

www.autofans.be

EXTRA

47


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Het chassis van de Saab 9-5 komt uit de GM-stal al is de

wielbasis is iets verlengd tegenover die van de Insignia. Het

rijgedrag is neutraal te noemen, al wordt hier en daar licht

onderstuur uitgelokt. De sturing is wat weinig communica-

tief en voelt vrij licht aan. Je krijgt niet het gevoel dat je een

1.700 kg zware wagen bestuurt. De Sport-ophanging (stan-

daar vanaf het Vector-uitrustingsniveau) is comfortabel, de

demping van oneffenheden is voldoende, al zou deze bij de

standaard ophanging iets minder zacht gebeuren. Inparkeren

met deze Saab gaat in combinatie met een Park Assist, die je

visueel begeleidt. Het parkeren zelf neemt de auto niet van je

over zoals bij de Skoda Superb. Ook moet je het doen met de

biepjes van het parkeersysteem aangezien een achteruitrijca-

mera niet beschikbaar is.

Wie in onze koffer kijkt, treft daar het U-rail bagagesysteem

aan. Een optie van 300 euro, die ervoor zorgt dat kleinere

bagage niet doorheen de kofferruimte zeilt tijdens de rit. We

vonden dit een handige optie en eigenlijk ziet deze er nog

vrij gestileerd uit dankzij het aluminium materiaalgebruik. De

kofferruimte is met zijn 515 liter gemiddeld in deze klasse, al

is hij uitbreidbaar door het neerklappen van de achterzetels

(voorzien van skiluik).

Zeer goed, maar...

Saab werkte met deze 9-5 een grote reisberline uit. Daarmee

willen ze zich op een ‘premium’niveau plaatsen, al zijn er nog

wel wat stappen te gaan alvorens ze dat niveau bereiken.

Onder andere de motor, die zich graag laat horen, doet het

luxegevoel wat teniet. Daartegenover staat dat Saab biedt

wat Duitse merken de dag van vandaag niet kunnen bieden.

De wagen doet hoofden draaien en ook zelf blijf je kijken

naar de wagen. Eigenzinnig is een woord dat je nog steeds

samen met Saab in één zin moet vernoemen, liever dan voor

eenheidsworst te kiezen gaan de Zweden voor een aparte

vormgeving met de nodige referenties naar het verleden. De

Saab 9-5 zal zeker klanten gaan weg-

snoepen bij de Duitse premiummerken,

met name klanten die de Duitse con-

currentie te saai en steriel vinden of die

iets extra willen bovenop de karakte-

ristieken van de Opel Insignia willen.

Ook vanuit de Italiaanse merken zal een

beweging waar te nemen zijn, al zal die

iets minder fel zijn vanwege een grotere

passie voor de merken. Van Volvo-kant

denken we niet dat velen zich door een

Saab zullen laten verleiden aangezien

beide karakters erg ver uit elkaar lig-

gen, hoewel het landgenoten zijn.

EXTRA

ww

w.a

utof

ans.

be

48


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Autosalon van 14 tot en met 23 januari 2011

Wanneer dromen vorm krijgen


[email protected]

Sinds 20 december ondergaan de Hei-

zelpaleizen hun jaarlijkse gedaantever-

wisseling; dat is het werk van meer dan

2000 vaklui. Vrijdag 14 januari opent het

89e salon voor bedrijfs- en vrijetijdsvoer-

tuigen en moto’s officieel zijn deuren.

Bezoekers krijgen liefst een honderdtal

premières voorgeschoteld, waaronder

twee wereldpremières en vijf Europese

premières. De slogan van het salon luidt

niet voor niets “Drive your dream”.

Op vrijdag 14 januari opent het Salon van Lichte bedrijfs- en

vrijetijdsvoertuigen en moto’s de deuren voor de pers, de

professionals uit de autosector en de genodigden van de vip-

avond. Vanaf zaterdag 15 januari gaan de deuren open voor

het grote publiek, dat er negen dagen lang het volledige aan-

bod auto’s, bedrijfsvoertuigen, vrachtwagens en tweewielers

kan ontdekken.

Bij het overlopen van de lijst van tentoongestelde modellen

hebben wij kunnen vaststellen hoe groot het aanbod wel is.

Naast een groot aantal Belgische premières onthullen ver-

scheidene constructeurs ook enkele Europese en zelfs wereld-

premières. Zo stelt Alfa Romeo in wereldpremière zijn Mito 1.3

JTDm voor, met een CO2-uitstoot van slechts 95 g/km. BMW

doet hetzelfde en onthult voor het eerst de Touringversie van

zijn 320d EfficientDynamics. De stand van de Beierse construc-

teur wordt bijzonder aantrekkelijk want er is ook de Europese

primeur te zien van de 1 Reeks M Coupé. Andere Europese

premières vinden we bij Audi, dat de A6 berline voorstelt, bij

Hyundai, dat de Europese versie van zijn Genesis coupé lan-

ceert, en bij Saab, dat het doek over de sportieve cross-over

9-4X wegneemt.

Twee wielen, twee paleizen, zevenendertig premières

Scooters en moto’s worden alsmaar populairder en komen

ruimschoots aan bod in paleizen 1 en 3. Daar zijn ze terug te

vinden in alle vormen en maten, van de stadsscooter tot de

echt zware motoren. Bezoekers vinden er ook uitrusting voor

moto’s en motorrijders, wisselstukken, accessoires en services.

Het Salon blijft ook een niet te versmaden afspraak voor lief-

hebbers van tweewielers, die dit jaar maar liefst zevenendertig

Belgische premières kunnen ontdekken bij Aprilia, Benelli,

Erwin DE WEERDT

www.cxonet.be

EXTRA

49


JAN / FEB ISSUE

2011 88

BMW, Ducati, Kymco, LML, Mini, Moto Guzzi, Nipponia, Peu-

geot, Philco, Piaggio, Suzuki, SYM, Vespa en Yamaha.

20.000 paarden als orgelpunt,

met merken die nooit eerder op het Salon waren.

De organisatoren van het 89e salon van lichte bedrijfs- en

vrijetijdsvoertuigen en moto’s hebben nog een mooie verras-

sing voor liefhebbers van mooie wagens. Het tweede weekend

van het salon, na de sluiting van de tentoonstelling Truck &

Transport, wordt een bijkomende tentoonstelling opengesteld:

‘Dream Cars for Wishes’. Meer dan vijftig GT’s, echte bolides

met een totaal vermogen van bijna 20.000 pk, worden tentoon-

gesteld in Paleis 11. Daarbij ook enkele merken die nooit eerder

op het Salon te zien waren : Artega, Exagon, Fisker, McLaren en

het Belgische Imperia dat na lange jaren zijn terugkeer maakt.

Een absolute must voor de liefhebbers van exclusieve wagens.

Een ticket voor deze extra tentoonstelling kost 7 euro. En door

u dit pleziertje te gunnen, maakt u ook heel wat kinderen ge-

lukkig want de opbrengst van Dream Cars for Wishes wordt

volledig doorgestort aan de liefdadigheidsinstelling Make a

Wish. De tentoonstelling Dream Cars for Wishes wordt op

vrijdag 21 januari geopend met een exclusieve gala-avond

waarvoor nog enkele tickets beschikbaar zijn bij de toeristische

dienst van de stad Brussel (02 511 90 00 – www.sibp.be). In de

loop van deze avond kunnen vip-genodigden de bolides be-

wonderen in Paleis 11 terwijl ze zich tegoed doen aan enkele

gerechten samengesteld door sterrenchefs. Een mix van luxe

en zingenot om het zo te zeggen…

Truck & Transport: vrachtwagens in de spots

De vakbeurs Truck & Transport, die plaatsvindt van 15 tot 18

januari, vormt een platform dat volledig in het teken staat van

goederentransport en logistiek. Vier dagen lang wordt het sa-

lon een ontmoetingsplaats voor exposanten en bezoekers, de

uitgelezen kans om waardevolle commerciële contacten aan te

knopen. Net als bij de vorige edities wordt ook deze Truck &

Transport 2011 een onmisbaar en uiterst

doeltreffend B2B-evenement. De merken

Iveco, MAN, Mercedes-Benz, Renault,

Scania en Volvo zijn in Brussel verte-

genwoordigd, net als een groot aantal

koetswerkbouwers, leveranciers van uit-

rusting en accessoires en logistieke dien-

sten. Toch is deze manifestatie veel meer

dan een eenvoudige tentoonstelling. De

doeltreffendheid die centraal staat in

het project en in de doelstellingen van

Truck & Transport 2011, wordt naar een

hoger niveau getild door middel van

workshops en nuttige infosessies voor

professionele bezoekers. Het is maar dat

u het weet…

PRAKTISCHE INFORMATIE

Zaterdag 15 tot en met zondag 23 januari 2011

telkens van 10u tot 18u30.Salon open voor het grote publiek

Maandag 17 & vrijdag 21 januari 2011.Nocturne tot 22u

INKOMPRIJS:

11.00 EUR aan de kassa

10.00 EUR via de e-shop op www.autosalon.be.

Gratis voor kinderen jonger dan zes jaar

6,25 EUR voor kinderen van zes tot twaalf.

Een groepskaart voor tien personen kost 62,50 euro.

EXTRA

50


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Op zoek naar de economische relevantie van ‘groen’

Ook meeting industry focust op duurzaamheid


[email protected]

Uit een recent gepubliceerde studie

van Imex America, de wereldbeurs voor

incentive travel, meetings en business

events, blijkt dat de ‘meeting industry

chief executives’ resoluut kiezen voor

groene én technologisch vooruitstre-

vende events. Hoe het er in eigen land

voor staat, komen we binnenkort te we-

ten op het BEA-congres in Lint.

Hybride events

De Amerikaanse captains of meeting industry zijn van me-

ning dat in 2011 milieubewust meeting management voor

het voetlicht zal treden. Organisatoren plaatsen het ‘groene’

karakter van events bovenaan de prioriteitenlijst en proberen

op die manier het verschil te maken. Aansluitend daarop

stijgt ook de belangstelling voor de ‘locavore’ beweging die

focust op de consumptie van verse en lokaal geteelde levens-

middelen tijdens de events. Ondanks het accent op de natuur

verwachten de specialisten dat moderne technologieën hun

opmars verderzetten. Nieuwe ontwikkelingen zoals ‘tele-

presence’ (het neusje van de zalm in videoconferencing) en

‘Eyeliner’ (een HD video projectiesysteem dat werkt met ho-

logrammen) raken steeds beter ingeburgerd en liggen mee

aan de basis van hybride events, die een mix vormen van live

en virtuele elementen.

Imex America noteerde ook dat sociale media een stra-

tegische rol gaan spelen in de meeting industry. Daarbij

gaat het niet zozeer om het massa-effect, maar eerder om

doelgerichte acties waarbij Twitter en Facebook aangewend

worden om gepersonaliseerde communicatiestrategieën te

ondersteunen. Verder verwacht Imex ook de integratie van

‘mobile meeting applications’ – hoewel de concrete toepas-

sing daarvan niet meteen duidelijk is – en de terugkeer van

internationale reisbestemmingen als incentive travel.

BEA-congres

De USA is één zaak, maar hoe staat het er vandaag in ons land

voor? Wie dat onderwerp graag dieper uitspit, is welkom op

10 en 11 februari 2011 in het Eurocam Media Center in Lint

voor de vierde editie van het BEA-congres. Met onder meer

Wim Vander Haegen

www.cxonet.be

EXTRA

51


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Op zoek naar de economische relevantie van ‘groen’

Ook meeting industry focust op duurzaamheid

EXTRA

interactieve sectordebatten, de voorstelling van een studie

over de Belgische event catering industrie en een rist profes-

sionele lezingen focust het congresprogramma op de onder-

werpen die vandaag hot zijn in de evenementensector. Het

congres richt zich tot alle professionals in de evenementen-

sector en vormt een breed platform om de vakkennis van de

deelnemers bij te spijkeren. Het BEA-congres reikt niet alleen

de mogelijkheid aan om de knowhow van de professionals in

de event industrie te verrijken, maar wil ook opdrachtnemer

en opdrachtgever dichter bij elkaar brengen. Net als op de

voorbije edities komen prominente gasten lezingen geven en

met collega’s en publiek debatteren over actuele pijnpunten

zoals de economische en commerciële relevantie van groen,

(digital) crowd management, (in)correct(e) pitches en de

nieuwe Europese btw-wetgeving binnen de event-industrie.

Nieuwe ontwikkelingen zoals ‘telepresence’ raken steeds meer ingeburgerd

en liggen mee aan debasis van hybride events, die een mix vormen van

live en virtuele elementen.

52


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Fleetmanagement in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemenen

IFMA lanceert met ‘I Behave’ een nieuwe bewustwording

Een bedrijfswagen behoort in België

tot één van de belangrijkste items in

de verloningspolitiek. Daarbij komt het

feit dat het beheer van de wagens in de

voorbije jaren een duidelijke gedaan-

teverwisseling heeft ondergaan. Niet

alleen is fleet management vaak onder

de noemer facility management terecht

gekomen; het heeft ook een duidelijke

link naar ecologie en economie meege-

kregen. ‘I behave’ is een project opge-

start door IFMA (International Facility

Management Association), Drivolution

en Toyota/Lexus, dat hier een woordje

uitleg verdient.

Het project ‘I behave’

Fleetmanagement is een on the move item in de bedrijfsvoe-

ring. Niet alleen is er de financiële impact van een bedrijfs-

vloot; er is ook het ecologische vraagstuk waarop vanuit vele

hoeken druk wordt gezet. Ook de bedrijfswagen vormt een

onderdeel van de verloning en speelt een belangrijke rol in

het verhaal van een modern bedrijf. ‘I behave’ probeert deze

drie benaderingen onder één noemer te vatten. Daabrbij

krijgt een 10-tal bedrijven de kans om kennis te maken met

de hybride-technologie en worden de betrokkenen begeleid

om zo economisch en ecologisch mogelijk om te springen

met het ‘fenomeen’ bedrijfswagen.

Yves Stevens, business development & marketing manager

bij IFMA (International Facility Management Association) ver-

duidelijkt: ‘De laatste jaren merken we meer en meer dat fleet

management heel vaak onder facility management wordt ge-

catalogeerd. Naast het financiële aspect is er de invloed van

EXTRAU wil reageren? Stuur een e-mail naar

[email protected]

Jan CALLANT

Hoofdredacteur

www.cxonet.be

Yves Stevens, IFMA

Fleetmanagement resorteert steeds

vaker onder facility management

53


JAN / FEB ISSUE

2011 88

maatschappelijk verantwoord ondernemen. Voor ons is het

belangrijk dat wij onze leden kunnen aantonen dat deze drie

componenten verenigbaar zijn in het fleet management van

morgen. Zo is er de druk die uitgeoefend wordt op onderne-

mingen om een zo ecologisch mogelijk beleid te voeren. De

ecologische voetafdruk wordt stilaan een waardemeter.

Daarnaast is er ook de druk vanuit economisch standpunt.

Een vloot in beweging houden is een dure onderneming en,

rekening houdend met de ecologische aspecten, een sterk af

te wegen onderwerp. En er is de gebruiker, wiens wensen in

lijn gebracht kunnen worden met een voertuig dat de hierbo-

ven aangehaalde aspecten positief benadert.

Yves Stevens: “Als beroepsvereniging willen wij onze leden

helpen om de correcte beslissingen te nemen door hen ge-

controleerde en onderbouwde informatie aan te leveren.”

Praktische begeleiding

Om een optimaal resultaat te

verkrijgen, moet men vooral re-

kening houden met hoe de ge-

bruiker van een wagen daarmee

gaat omspringt. Kostenbespa-

ring is immers nauw verbonden

met de rijstijl van de gebruiker.

Jan De Strooper, zaakvoerder

DrivOlution: “Met onze orga-

nisatie zijn we al verschillende

jaren actief in het praktisch

begeleiden van chauffeurs van

Fleetmanagement in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen

IFMA lanceert met ‘I Behave’ een nieuwe bewustwording

personen- en vrachtwagens om hun

rijgedrag in die mate te gaan aan te

passen zodat ze minder risico lopen op

ongevallen en dat ze de kosten voor het

gebruik van een wagen (verbruik, boe-

tes, leaseschade) kunnen verminderen.

Iemand bewust maken van zijn rijge-

drag lukt het makkelijst door argumen-

ten die verbonden liggen aan verbruik.

We willen echter verder gaan en hen

ook aanzetten na te denken over het

nemen van risico’s en de gevolgen

daarvan. Op die manier hopen we hen

te helpen de fleetkosten drastisch te

doen dalen.”

EXTRA

54


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Onderliggend is er uiteraard ook het

aspect van het laten kennismaken

met de nieuwe technologiën. Jan De

Strooper: “De constructeurs hebben

belangrijke inspanningen geleverd om

de ecologische impact van bedrijfs-

wagens, te beperken. De bouw van

‘schonere’ motoren is er één van, maar

ook het aanpassen van onder meer de

dieselmotoren was een belangrijke stap

voor deze sector. Wij willen de gebrui-

ker van deze voertuigen helpen om op

een correcte manier te leren omgaan

met deze nieuwe technologie. Elke wa-

gen is anders en elke theorie heeft een

optimaal klimaat voor een optimaal re-

sultaat. Onze know-how op dat vlak moet fleet management

een stuk dichter bij de oorspronkelijke doelstellingen helpen

brengen.”

Nieuw technologie

Derde partner in het project is Toyota/Lexus, die voor ‘I Be-

have’ 10 voertuigen uit 3 segmenten ter beschikking stelde.

Constante was het feit dat het allemaal om hybride voertui-

gen gaat. Stefano Petralia, Fleetmanager Toyota Belgium, ver-

duidelijkt waarom: “De positionering van hybride voertuigen

in fleet management loopt niet makkelijk. In eerste instantie

gaat het hier om benzinemotoren en die liggen niet zo goed

in fleet. Willen we echter de ecologische vraag mee in acht

nemen, dan zullen we een mentaliteitsverandering moet on-

dergaan. Belangrijk is natuurlijk dat men gaat bekijken of een

hybride voertuig gepast is voor het profiel van de chauffeur.

Iemand die de meeste kilometers doet op een autosnelweg

waar men meer stilstaat dan rijdt, heeft weinig baat bij een

hybride wagen. Daar zal het enorme voordeel van een laag

verbruik snel wegvallen. Omgekeerd is het natuurlijk zo dat

bij optimale omstandigheden het resultaat van de hybride-

technologie verbluffend is.


[email protected]

Jan CALLANT

Hoofdredacteur

www.cxonet.be

Jan De Strooper, DrivOlution

De coaching van een bestuurder begint bij

het bewust wijzigen van hun rijgedrag.

EXTRA

55


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Naast de technologie op zich is er natuurlijk ook het aspect

van de manier waarop men met materiaal omspringt. Eind

2010 maakte het VRT-programma Volt werk van een verge-

lijkende test tussen een Toyota Prius en een conventionele

Mercedes. Zonder meer kon daar aangetoond worden dat

de hybride wagen evenveel verbruikte als de Mercedes. De

enige kanttekening die moet gemaakt worden is uiteraard

dat bij het gebruik van de hybride wagen een onaangepaste

stijl werd gehanteerd, terwijl met de Mercedes de instructeur

van DrivOlution tester Kobe Ilsen in bedwang hield om een

verbluffende prestatie neer te zetten. Dit geeft duidelijk de

doelstelling van het project ‘I behave’ weer. Onaangepast rij-

gedrag, zowel aan het voertuig als aan de bereden weg, zorgt

voor een verbruik dat vele malen hoger is dan nodig. Rijden

met een hybride wagen heeft een aantal vereisten waarvan

men zich ter dege bewust moet zijn, als men de aankoop/

leasing van een hybride voertuig wil overwegen.”

Proefproject

Voor het proefproject rijden op dit

ogenblik 10 chauffeurs van evenveel

bedrijven gedurende zes maanden

rond met een hybride voertuig. In deze

periode worden zij in een paar ses-

sies ook geoacht door de mensen van

DrivOlution. Aan het einde van de zes

maanden wordt de balans opgemaakt.

Zo wil men typeren welke auto bij welke

bestuurder past, wat de economische

invloed is en vooral wat de gevolgen

zijn op ecologisch vlak. Dit kortlopende

project van 6 maanden moet voldoen-

de stof geven om een aantal trends te

kunnen uitzetten.

Stefano Petralia, Toyota Belgium

De hybridewagen is dan ecologisch

misschien wel verantwoord, in fleet ligt

hij moeilijk omdat het eigenlijk om een

bezinemotor gaat.

EXTRA

56


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Verbeter je visibiliteit bij de doelgroep

Schakel LinkedIn in!


[email protected]

LinkedIn is een heel krachtige tool om

als verkoper succesvol te zijn. In dit ar-

tikel focussen we op hoe de visibiliteit,

reputatie en online branding van je zelf

en je organisatie te verhogen door ge-

bruik te maken van LinkedIn.

Dit zijn enkele tips:

1. Zorg voor een goede Professional Headline. Dit is het

belangrijkste stuk van je Profile. De reden? Dit wordt ge-

toond in zoekresultaten en wanneer je een bijdrage levert

aan een Discussion of in Answers. Dit zal mensen stimule-

ren om door te klikken om je hele Profile te lezen.

2. Lever bijdragen in Discussions. Denk er aan mensen ver-

der te helpen door je ervaring te delen, links naar nuttige

websites te plaatsen en experten te vermelden waarbij ze

terecht kunnen. Het gaat dus niet om je product of dienst

verkopen, maar om anderen verder te helpen.

3. Geef antwoorden op vragen in Answers. Hiervoor geldt

hetzelfde als voor Discussions: het gaat om anderen ver-

der helpen, niet om je dienst of product verkopen.

4. Applications. In je Profile heb je plaats om via een Ap-

plication je eigen blog posts of die van je organisatie te

tonen, PowerPoint slides te delen met anderen en tips te

delen met Box.net files. Als je zelf goede tips in je blog

posts schrijft, interessante tips deelt en duidelijke slides

maakt die mensen verder helpen, dan kan dit je snel veel

credibiliteit bij je doelgroep opleveren!

5. Stel mensen aan elkaar voor. De beste netwerkactie die

tevens gratis is en niet veel tijd kost, is het introduceren

van mensen aan elkaar. Als je bv. twee klanten hebt die

van elkaar iets zouden kunnen leren, breng hen in contact

met elkaar.

EXTRA

Jan VERMEIREN

Oprichter

Netwerk Coach

Na “Let’s Connect!” is “Hoe LinkedIn nu ECHT gebrui-

ken” het tweede boek van Jan Vermeiren dat aantoont

wat de kracht is van een netwerk. Vraag je gratis light

versie van “Hoe LinkedIn nu ECHT gebruiken” aan via

www.hoe-linkedin-nu-echt-gebruiken.com

57


JAN / FEB ISSUE

2011 88

Redactie CXO

www.cxonet.be

Wie is Wie?

Het CxO Team

Uitgeverij/Maison d’éditions - Redactie/Rédaction

Administratie/Administration - Regie/Régie

CxO Europe bvba - Wielstraat 12, B-2880 Bornem

Tel.: +32 (0)3 889 52 59 - Fax: +32 (0)3 899 03 78

e-mail: [email protected] - Internet: www.cxonet.be

Redactie/Rédaction

Sam Bishop, Jan Callant, Karel De Decker, Jan De Kimpe,

Erwin De Weerdt, Stijn Dom, Guido Fonteyn, Frans Godden,

Marc Honnay, Dirk Huygens, Bruno Koninckx, Jan Lagast,

Dominik Malfait, Jean-Luc Manise, Steve Mertens,

Paul Muys, Jens Pas, Solange Tastenoye, Michel Visart.

Verantwoordelijke Uitgever/Editeur Responsable

Dirk Vermant

Wielstraat 12

B-2880 Bornem

e-mail: [email protected]

CxO WebZine is een digitale uitgave

van CxO Europe bvba en verschijnt 6

maal per jaar.

In de maanden tussenin verschijnt

CxO Magazine, een gedrukt magazine

met een totaal andere inhoud dan de

Webzine.


[email protected]

COLOFON

Jan Callant - Hoofdredacteur/Rédacteur en chef

Dirk Vermant - Uitgever-Directeur/Editeur-Directeur

Stijn Dom - Coordinatie/Coördination

Sylvie Scherrens - Sales Manager

Gerda Van Keer - Marketing Officer

Dirk Vackier - Business Relations Manager

Irmin Persy - Secretariaat/Secrétariat

Jan Callant - Lay-out/Mise en page

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

��

CHIEN_DVD_NL_A4_2010.indd 1 03/08/10 14:20

cxo webzine 88

Documents