2008/3 limburgs erfgoed

8
LIMBURGS ERFGOED afgiftekantoor 3500 Hasselt 1 JULi—SePteMBer 2008 Jaargang 13 n° 3 3-maandelijks tijdschrift erkenningsnummer P 509 339 Begijnhof Sint-Truiden België - Belgique P.B. - P.P. 3500 HASSELT 1 BC 2630

Upload: provincie-limburg

Post on 05-Apr-2016

222 views

Category:

Documents


3 download

DESCRIPTION

Het tijdschrift "Limburgs Erfgoed" verschijnt driemaandelijks met actuele initiatieven binnen de erfgoedsector.

TRANSCRIPT

LIMBURGSERFGOED

afgiftekantoor 3500 Hasselt 1JULi—SePteMBer 2008Jaargang 13 n° 3—

3-maandelijks tijdschrift

erkenningsnummer P 509 339

Begijnhof Sint-Truiden

België - Belgique

P.B. - P.P.

3500 HASSELT 1

BC 2630

COLOFON

De deputatie van de provincie Limburg

Steve Stevaert, gouverneur-voorzitter

Marc Vandeput, Sylvain Sleypen, Gilbert Van Baelen, Frank Smeets,

Hilde Claes en Erika Thijs, gedeputeerden en Renata Camps, provinciegriffier

REDaCtIE Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed

Willekensmolenstraat 140, 3500 Hasselt

tel. 011 23 75 75, fax 011 23 75 85, e-mail: [email protected]

tEkSt Anne Milkers, Raf Schepers, Betty Simon en Bert Van Doorslaer

FOtOGRaFIE & tEkENINGEN Eddy Daniels, Anne Milkers, Willy Pee,

Tonny Schouteden, Heemkundige Kring Pelta Inferior, Neerpelt en

Monumentenwacht Limburg

Lay-OUt Geoffrey Brusatto

DRUkwERk drukkerij Paesen, Opglabbeek

VERaNtwOORDELIjkE UItGEVER

M. Laenen, Willekensmolenstraat 140, 3500 Hasselt

wEBSItE www.limburg.be

Op zondag 26 april 2009 vindt de negende editie van de Erfgoeddag

plaats met als thema “Uit vriendschap!?” Vriendschap: wat is het, hoe

werd (en wordt) het beleefd en welke sporen uit het verleden getuigen

erover? Kunnen we met kennis van het verleden reflecteren over het

heden? Dat is het verhaal dat Erfgoeddag 2009 wil brengen, maar hoe

begin je aan de voorbereidingen van jouw Erfgoeddagactiviteit? Om

je op weg te zetten organiseert de Coördinatie Erfgoeddag een inspi-

ratiedag en een infosessie per provincie. Op woensdag 1 oktober wordt

in aanwezigheid van Vlaams minister van Cultuur Bert Anciaux de of-

ficiële aftrap voor de voorbereiding van de Erfgoeddag gegeven. De in-

fosessie voor Limburg vindt plaats op 10 oktober in Beringen en biedt

antwoorden op zowel inhoudelijke als praktische vragen. Deze sessie

licht het thema diepgaand toe en biedt inspiratie en materiaal om mee

aan de slag te gaan. Ook de praktische kant komt uitgebreid aan bod,

zoals: “Welke mogelijkheden zijn er tot samenwerking?”, “Hoe schrijf

je in?” en “Hoe kom je aan promotiemateriaal?”. De infosessie is be-

doeld voor alle (erfgoed)organisaties en lokale coördinatoren die meer

willen weten over het thema “Uit vriendschap!?” en over de organi-

satie van de Erfgoeddag.

Inspiratiedag: woensdag 1 oktober 2008, Auditorium van FARO.

Vlaams steunpunt voor cultureel erfgoed vzw, Priemstraat 51, 1000

Brussel.

Infosessie Limburg vrijdag 10 oktober 2008, van 13.30 uur tot 16.30

uur in het Mijnstadion FC Beringen, Koolmijnlaan, 3582 Beringen.

Meer info en inschrijven: surf naar www.erfgoeddag.be . inschrijven

uiterlijk vóór 24 september 2008 bij de Coördinatie erfgoeddag,

p/a faro, Vlaams steunpunt voor cultureel erfgoed vzw, Priem-

straat 51, 1000 Brussel, fax 02 213 10 99, tel. 02 213 10 81/82,

e-mail: [email protected].

In dit herfstnummer van de nieuwsbrief “Limburgs Erfgoed”

besteden we aandacht aan “750 jaar begijnhof Sint-Truiden”.

Naar aanleiding van deze verjaardag heeft de Provincie Limburg

een gloednieuwe bezoekersgids “Het hof van Sint-Agnes” gepu-

bliceerd. Bovendien zal in de tweede helft van oktober in samen-

werking met het Vlaams Instituut voor Onroerend Erfgoed een

wetenschappelijke publicatie over het begijnhof van Sint-Truiden

verschijnen.

In het kader van ErfgoedLimburg.be plant het Provinciaal Cen-

trum voor Cultureel Erfgoed dit najaar een zestal vormingssessies

voor alle Limburgse kerkfabrieken. Deze sessies zijn in de eerste

plaats bedoeld voor de inventarisverantwoordelijken binnen de

kerkfabrieken.

Mondelinge geschiedenis is vandaag meer dan ooit een rele-

vante methode om het recente verleden te documenteren. Deze

methode is voor erfgoedorganisaties erg toegankelijk geworden.

Daarom stelt het Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed dan

ook gratis materiaal voor het registreren van interviews en andere

geluidsopnames ter beschikking van erfgoedorganisaties.

Jaarlijks nomineert Open Monumentendag Vlaanderen per

provincie één monument voor de monumentenprijs. Voor Lim-

burg werd de recente restauratie van de Sint-Trudokerk in Peer

genomineerd. Wij stellen dit project even aan u voor. Daarnaast

laten we u kennismaken met het nieuwe thema voor de erfgoed-

dag 2009 “Uit vriendschap”.

Tot slot nog even aandacht voor een artikel in het Vlaams-

Nederlands tijdschrift voor industriecultuur over “Vlaserfgoed”.

De geschiedenis en het erfgoed van de vlasvezelbereiding blijken

bijzonder rijk en fascinerend te zijn, maar in dit artikel wordt

vooral een oproep gedaan om de hiaten in de kennis van deze eeu-

wenoude nijverheid op termijn aan te vullen.

CULtUreeL erfgoed

door giLBert Van BaeLen,

gedePUteerde Van CULtUUr

Infosessies erfgoeddag 2009 “Uit vriendschap!?”

Woord Vooraf

02

Materiaal voor geluidsopnamen te ontlenen

Mondelinge geschiedenis is vandaag meer dan ooit een relevante

methode om het recente verleden te documenteren. De methode is

voor erfgoedorganisaties erg toegankelijk geworden. Deze interviews

kunnen historische onderzoeken, tentoonstellingen of publicaties op

een zinvolle manier documenteren. Het Provinciaal Centrum voor

Cultureel Erfgoed stelt daarom ook gratis materiaal voor het registre-

ren van interviews en andere geluidsopnames ter beschikking van erf-

goedorganisaties. Dit materiaal bestaat uit een digitale recorder

Marantz PMD 620, een flashcard, een externe microfoon, een hand-

leiding en een draagtas.

ontlenen (met uitleg) kan eenvoudig na aanmelding bij het Pro-

vinciaal Centrum voor Cultureel erfgoed op tel. 011 23 75 80 of

[email protected] Vraag ook naar andere te ontlenen mate-

rialen, zoals thermohygrografen, een museumstofzuiger en een

anoxiepakket om museumobjecten te behandelen tegen hout-

worm.

03

In het kader van ErfgoedLimburg.be zijn er dit najaar een zestal

praktische vormingssessies gepland voor alle Limburgse kerkfabrie-

ken, ongeacht hoe ver ze staan met hun inventaris. De sessies zullen

plaatsvinden in achtereenvolgens Peer (11 en 18 oktober), Genk (15 en

22 november) en Sint-Truiden (29 november en 13 december).

Tijdens sessie 1 is er aandacht voor het benoemen, beschrijven

en opmeten van objecten. Er worden een aantal praktische tips voor

het fotograferen van voorwerpen (belichting, detailopnames …) ge-

geven en er wordt uitgelegd welke auteursrechten er op foto’s kun-

nen gelden, wanneer deze via het internet publiek gemaakt worden.

Tot slot wordt er gedemonstreerd hoe men inventarisnummers op de

voorwerpen kan aanbrengen. Na afloop ontvangt iedere deelnemer

een nummeringssetje waarmee men zelf aan de slag kan en worden

nog enkele tips meegegeven omtrent het onderhoud van het kerkelijk

erfgoed.

Sessie 2 vindt in een computerlokaal plaats. Onder begeleiding

maken de kerkfabrieken kennis met de mogelijkheden van de invoer-

module (hoe maak ik een nieuwe objectfiche aan, hoe sla ik mijn ge-

gevens op …), een krachtig en gebruiksvriendelijk werkinstrument om

hun inventaris in te voeren en/of te beheren. Een gedeelte van de in-

formatie die men met de module invoert (of al ingevoerd heeft), wordt

publiek gemaakt via de erfgoedwijzer, een website waarop iedere erf-

CULtUreeL erfgoed

ErfgoedLimburg.bevormingssessies voor kerkfabrieken

goedgeïnteresseerde het Limburgs erfgoed in al zijn facetten kan ont-

dekken. Hiervan worden de zoekmogelijkheden getoond. Verder leert

men hoe men eigen digitale foto’s aan de inventaris kan toevoegen en

hoe men bestaand (ouder) fotomateriaal kan inscannen en koppelen.

De sessie wordt afgesloten met het overlopen van de procedure voor

bruiklenen en iemand van de federale politie komt spreken over het

belang van een publiek toegankelijke inventaris in geval van diefstal.

Deze sessies zijn in de eerste plaats bedoeld voor de inventarisver-

antwoordelijken binnen de kerkfabrieken. Ze worden georganiseerd

door het Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed, met de steun

van het Bisdom Hasselt en in samenwerking met de Limburgse erf-

goedcellen.

Meer info: PCCe, raf Schepers, tel. 011 23 75 79,

e-mail: [email protected]

Genummerde liturgische voorwerpen

Het begijnhof van Sint-Truiden bestaat 750 jaar. Vandaag is deze

site nog altijd een unieke en intrigerende plek, gelegen net buiten de

historische stadskern van Sint-Truiden. In 1998 werd het begijnhof

samen met twaalf andere begijnhoven in Vlaanderen door Unesco als

werelderfgoed erkend. De 750ste verjaardag van het begijnhof is een

gelegenheid om historische objecten terug in het begijnhof te brengen

en tegelijk actuele kunstenaars aan het woord te laten. De bezoekers-

gids, uitgegeven door het Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed,

wil op een toegankelijke manier inzicht geven in de betekenis van het

begijnhof, vanaf haar ontstaan tot vandaag.

Sinds de 13de eeuw zochten spirituele en onafhankelijke vrouwen

veiligheid door te gaan samenwonen. Ze voorzagen in hun eigen le-

vensonderhoud en dat was voor die tijd nogal ongewoon. Ze konden

ook - in tegenstelling tot kloosterzusters - het hof verlaten en hun

bezittingen behouden. In Sint-Truiden was het abt Willem van Rijckel

die het begijnhof in 1258 stichtte. In ruil voor de schenking van gron-

den kreeg hij het recht om de pastoor en de grootmeesteres van het

begijnhof te benoemen. Van de 14de tot de 16de eeuw kampte het be-

gijnhof met heel wat moeilijkheden, maar tijdens de contrareformatie

herstelde de gemeenschap zich. In 1860 stierf de laatste begijn in Sint-

Truiden: Maria-Anna Van Odendael.

De tentoonstelling biedt een inzicht in het wedervaren van deze

begijnengemeenschap doorheen de eeuwen: hoe ze zichzelf organi-

seerde, hun werkzaamheden uitbouwde en bezinning en devotie een

centrale plek gaf. De tentoonstelling biedt ook een unieke kans om de

historische beelden, schilderijen, relieken, zilver en textiel, ooit ver-

bonden met het begijnhof, te ontdekken. Dit roerend patrimonium

is eigendom van “De Vrienden van het Begijnhof van Sint-Truiden”

vzw. Het is voor het eerst sinds 1972 dat deze voorwerpen worden

tentoongesteld. Na de tentoonstelling worden ze opnieuw veilig on-

dergebracht in depot. Deze objecten hadden voor de begijnen door-

gaans een concrete betekenis, zoals de Christus in het graf of de piëta

herinnerden de begijnen aan de vergankelijkheid van het wereldse

leven en het 17de- eeuwse doek van “De jongeman en het begijntje” dat

een voorbeeld of “exempel” wilde stellen. Vormgeefster Linde Her-

mans, die onlangs de Henry van de Velde Design Award 2008 voor jong

talent kreeg, is op een verrassende manier aan de slag gegaan met dit

CULtUreeL erfgoed

Sint-Truiden, het hof van Sint-Agnes Tentoonstelling en bezoekersgids “750 jaar begijnhof Sint-Truiden”

04

Muurschilderingen Begijnhofkerk Sint-Truiden, begin 16de eeuw

Portret van de laatste Sint-Truidense begijn, Maria-Anna

Van Odendael, geboren in 1764, geprofest in 1790 en overleden in 1860.

Olieverf op doek, ca. 1845

eeuwenoude patrimonium. Ze betrok cartoonist Kim Duchateau erbij

die met spitsvondige cartoons vol “levenswijsheid” een hedendaagse

toets aan deze voorwerpen geeft.

Linde Hermans gaf ook enkele hedendaagse kunstenaars een po-

dium om zich door de site en haar geschiedenis te laten inspireren.

Nieuwe en bestaande werken van kunstenaars als Johan Tahon, Wien

Bogaert, Sarah Pillen en Louis Decordier, Joël Robijns, Geoffrey

Brusatto en Ick Reuvis zijn geïntegreerd in de kerk, de begijnhofschuur,

de huizen. Hugo Duchateau presenteert centraal in het schip van de

kerk het monumentale “Pinakel”, een torenhoge ladderconstructie

van aluminium ladders met 750 sporten. De tentoonstelling biedt de

bezoeker de gelegenheid om heel het begijnhof te ontdekken, zowel de

huizen, de schuur, de ommuring als de kerk.

Voor gezinnen met kinderen is er op de tentoonstelling “Mijn Hof =

Begijnhof” een doe-boekje voor kinderen voorzien. Hiermee kunnen

kinderen zelfstandig de tentoonstelling bezoeken. Door het oplossen

van verschillende opdrachten leren kinderen meer over het leven van

de begijnen met een link naar hun eigen leefwereld.

Wil je dieper ingaan op de bouwgeschiedenis van het begijnhof en

van de kerk en haar interieur en op het leven binnen de begijnenge-

meenschap van destijds, dan is er de bezoekersgids. Deze gids is geba-

seerd op (nieuw) historisch onderzoek dat door verschillende auteurs

is uitgevoerd. Dit onderzoek wordt nog uitgebreid gepubliceerd in een

wetenschappelijke uitgave die in het late najaar van 2008 verschijnt.

De bezoekersgids wil de resultaten van het onderzoek op een toegan-

kelijke manier vertalen. De gids werpt een licht op het wedervaren van

de begijnengemeenschap in Sint-Truiden, het alledaagse leven van

toen, de bouwfasen van de kerk, de betekenis van de muurschilderin-

gen in het interieur, de waarde van het Ancion-orgel en het gebruik

van natuursteen voor de bouw van de kerk.

de tentoonstelling “Mijn hof = Begijnhof” loopt tot 9 november 2008

en is open van woensdag tot zondag van 13.30 uur tot 17.00 uur,

gratis toegang. Voor het programma (concertenreeks, nocturnes,

lezingen en thema-activiteiten) kan je terecht op www.mijnhof.be of

[email protected]. Meer informatie: Bert flossie, cultuurbeleidscoör-

dinator Sint-truiden, tel. 011 70 17 12, Bert.flossie@sint-truiden.

be of de erfgoedcel Sint-truiden, tel. 011 70 18 33, e-mail: info.

[email protected]

de publicatie “Het hof van Sint-agnes. Bezoekersgids voor het Be-

gijnhof van Sint-truiden en zijn kerk” is in de Begijnhofkerk te ver-

krijgen aan 15,00 euro of bij het Provinciaal Centrum voor Cultureel

erfgoed, tel. 011 23 75 75, [email protected]

05

De legende van de jongeman en

het begijntje van Sint-Truiden.

Olieverf op doek, 1610-1631?

Staande Onze-Lieve-Vrouw

met Kind, Luiks atelier, ca. 1300.

Eikenhout; resten van de oorspron-

kelijke vergulding en polychromie,

randen met kristalstenen bezet.

Het Vlaams-Nederlands tijdschrift voor industriecultuur “Erfgoed

van Industrie en Techniek” (inmiddels al aan zijn 17de jaargang toe)

wijdde in de lente een dubbelnummer aan het thema “Vlaserfgoed”

(in Europa). Het wil een overzicht geven over de kennis en toepassin-

gen van het vlas, maar vooral ook een oproep doen om de hiaten in

de kennis van deze eeuwenoude nijverheid op termijn aan te vullen

… of m.a.w. wat weten we vandaag over de vlasteelt en verwerking in

Limburg?

Het is precies de verdienste van dit opzet dat men de traditionele

lokale benadering overstijgt en een vergelijking mogelijk maakt van

deze bij uitstek en avant-la-lettre Europese nijverheidsteelt en haar

verwerking.

De betekenis van vlas voor onze Noordwestelijke samenleving

(vergelijkbaar met katoen uit het Zuiden) kan moeilijk overschat

worden. Het gebruik ervan gaat enkele duizenden jaren terug. Door-

dat nagenoeg elk onderdeel van de vlasplant uiteenlopende toepassin-

gen kende, kan de teelt ook aanzien worden als een synoniem voor

ecologie en duurzame ontwikkeling. Naast uiteraard textiel vinden we

toepassingen ervan terug in lijnolie, verven en vernissen, spaander-

platen, isolatiemateriaal, remschijven, binnenbekleding voor auto’s,

brandstof, meststoffen, dierenvoeding, geneesmiddelen, koorden,

papier (van dollarbiljetten tot sigarettenblaadjes).

Aanleiding van dit dubbelnummer (80 blz.) is het vertaalde rap-

port van de archeologe Lucie Maluta over “Behoud en herwaarde-

ring van vlaserfgoed in Europa”, dat ze tijdens haar stage bij de

Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie realiseerde, na haar

masterdiploma “Mise en valeur du patrimoine” aan de universiteit

van Arras (Frankrijk) waar Adriaan Linters “industrieel, wetenschap-

pelijk en technisch erfgoed” doceert. Zij stelt hierin vast dat we veel

vaker het traditionele alaam in de musea terugvinden, maar dat er

weinig aandacht gaat naar de grotere industriële be- en verwerkings-

machines en het gebouwde erfgoed voor de vlasverwerking, niet in

het minst bij gebrek aan esthetische kwaliteiten ervan. Vergelijkende

studies zijn nagenoeg onbestaande, wat des te meer opvalt daar er een

drukke Europese uitwisseling van technologieën plaatsvond inzake de

moeizame industrialisatie van de verwerking. De West-Vlaamse vlas-

regio (Leiestreek) speelde hierin een té weinig bestudeerde sleutelrol!

Adriaan Linters schetst precies de overgang en betekenis van de pro-

to-industriële naar een industriële ontwikkeling in deze regio. Gerrit

Herrema doet een gelijkaardige poging voor Friesland. Aan de evo-

lutie, het roten van het vlas, het losmaken van de vlasvezels rond de

houterige stengels, wijdt Adriaan een afzonderlijk artikel (Vlas roten

… tussen wetenschap, techniek en milieuhygiëne), omdat dit proces

de uiteindelijke kwaliteit van het vlas bepaalt. Hierin wordt o.m. een

CULtUreeL erfgoed

Vlaserfgoed en industriecultuur

06

kortstondig vlasbedrijf in Neerpelt (1892-1906) van Deswarte en Lop-

pens vermeld. Deze konden met de toepassing van hun gepatenteerd

systeem van tankroten blijkbaar een gelijkwaardig vlas produceren

als de internationaal gerenommeerde vlasvezels uit de Leiestreek.

Vervolgens wordt door Luc Soens de historiek geschetst van de be-

scherming van de unieke vlaszwingelmolen “Preetjesmolen” in Heule.

Aan de hand van een interview met ereconservator en pionier Bert

Dewilde wordt een beeld geschetst van het Nationaal Vlasmuseum van

Kortrijk dat als het moedermuseum beschouwd wordt door de andere

Europese vlasmusea. Ook het Nationaal Vlasserij-Suikermuseum in

Klundert (Nederland) wordt besproken. Tot slot is er nog een over-

zicht van websites i.v.m. vlas en een bibliografie.

In Limburg is vlas blijkbaar - met uitzondering van de kortston-

dige vlasfabriek in Neerpelt – een lokale teelt geweest voor lokaal ge-

bruik in de Kempense gemeenten (o.m. in Houthalen en Opoeteren).

Door de arme bodem (vlas is bovendien een nogal bodemuitputtend

gewas) zou het aan de hand van een interview met ereconservator en

pionier Bert Dewilde hier steeds om minderwaardig (kort) vlas gaan.

De laatste jaren komt er in de rijke Droog-Haspengouwse leemvelden

steeds vaker vlasteelt voor. Het zou gaan om zogenaamde contract-

teelt waarbij grote vlasboeren uit West-Vlaanderen gronden afhuren

voor een seizoen.

Pas gesleten vlasveld in Lauw (Tongeren)

—Vlasfabriek Neerpelt (1892-1906)© Heemkundige Kring Pelta Inferior, Neerpelt

07

Jaarlijks nomineert Open Monumentendag Vlaanderen per pro-

vincie één monument voor de Monumentenprijs. Elke laureaat krijgt

een bedrag van 2 500 €. De winnaar van de Monumentenprijs krijgt

daarbovenop nog eens een bedrag van 12 500 €. Uit de 95 kandidaten

van 2008 werden vijf laureaten geselecteerd: de Antwerpse ruien of

het riolen- en grachtenstelsel van de stad (voor de provincie Antwer-

pen), de sacramentstoren van de Sint-Leonarduskerk Zoutleeuw (voor

Vlaams-Brabant), zaal Gillade in Aalst (voor Oost-Vlaanderen) en de

villa L’Escale in De Panne (voor West-Vlaanderen). Voor Limburg werd

de recente restauratie van de Sint-Trudokerk in Peer genomineerd.

De motivatie voor die nominatie is het feit dat de restauratie een

totaalproject is geworden met een aantal merkwaardige accenten. De

Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen vindt het

lovenswaardig dat na de restauratie élke verdieping van de toren een

eigen bestemming gekregen heeft. Twee verdiepingen zijn ingericht

als museum. Eén museum herbergt de kerkschatten, het andere een

oude gerestaureerde klokkenstoel - de oude Mariaklok uit 1641 - en

een reeks oude torenuurwerken van andere kerken uit Groot Peer. De

bovenste verdieping huisvest een beiaard.

De jongste restauratie legde op de plaats van de huidige kerk de

funderingen vrij van de eerste preromaanse kerk uit de 10de-11de eeuw

en de daaropvolgende kerken. De huidige kerk met haar indrukwek-

kende toren - de “Reus der Kempen” - is een baken in het Noord-

Limburgse landschap. Merkwaardig is dat de toren, waarvan de bouw

vermoedelijk in 1392 begon, in eerste instantie een verdedigingstoren

was voor de inwoners van Peer en omgeving, één van de tien stadjes

uit het graafschap Loon. Aan de voet van de indrukwekkende toren

werd de Sint-Trudokerk gebouwd.

De restauratie van de buitenzijde van kerk en toren werd aangevat

in juni 1995 en was voltooid einde 1996. De restauratie van de bin-

nenzijde, met inbegrip van het befaamde Clerinxorgel, werd aangevat

in juni 2002 en was voltooid midden december 2004. In januari 2005

werd de kerk officieel terug ingezegend door bisschop Hoogmartens.

De winnaar van de Vlaamse Monumentenprijs 2008 zijn de

Antwerpse ruien, het eeuwenoude riolen- en grachtenstelsel van de

stad. De toeristische dienst van de stad nam het initiatief om een deel

van dit ondergrondse erfgoed (1,6 km) voor het publiek te ontsluiten.

CULtUreeL erfgoed

Nominatie “Monumentenprijs 2008”: restauratie van de Sint-Trudokerk in Peer

Sint-Trudokerk in Peer

M. ORLENt, G. SCHaLLEy en L. VaN DE

SIjPE, Sint-Ursulakerk kleine-Brogel

1908 – 2008. Neogotische kerkenbouw

van V. Lenertz (1864-1914) Leuven en

H. Martens (1847-1919) Stevoort,

kleine-Brogel, 2008, 332 p. (ISBN 978-

90-8127-351-0)

Uitvoerig geïllustreerde en gedocumenteerde

uitgave over de Sint-Ursulakerk in Kleine-

Brogel met aandacht voor de geschiedenis

van de parochie, de beschrijving van het

monument en zijn betekenis en een overzicht

van personalia en werking van de religieuze

gemeenschap. De ziekenzorg, processies

en missiewerking doorheen de jaren zijn

opgenomen. Achteraan vindt u een fraai geïl-

lustreerde inventaris van het roerend patri-

monium van de kerk. Voor elk van de objec-

ten (roerend en onroerend door bestemming)

zijn naast een foto ook de basisgegevens ver-

meld, met aandacht voor de restauraties van

de objecten (zelfs met kostprijs!). Niettemin

het resultaat van een modelwerking door een

lokale erfgoedgemeenschap.

k. MOtMaNS, 20 jaar Open Monumen-

tendag Vlaanderen. 20 markante monu-

menten van de 20ste eeuw, Davidsfonds/

Leuven, 2008, 167 p. (ISBN 978-90-

5826-568-5)

Open Monumentendag Vlaanderen viert zijn

20ste verjaardag met een prachtig in kleur

geïllustreerd boek dat u verrast met twintig

monumenten uit de eeuw van de vooruit-

gang. De 20ste eeuw heeft inderdaad tal van

pareltjes voortgebracht. Voor de provincie

Limburg worden het hoofdgebouw van de

mijn van Waterschei, het TIKB van Hout-

halen-Mijn, het bezinningscentrum in Gods-

heide en de Duitse militaire begraafplaats in

Lommel geselecteerd. Dit boek laat u even

meekijken en vooral meegenieten achter de

gevels van ons ontzettend rijk patrimonium.

Boeiende teksten en prachtige foto’s van

Stefan Dewickere!

C. DE MaEGD, Hex een prinselijk land-

goed ontsluierd, Mercatorfonds Brussel,

2007, 223 p. (ISBN 978 90 6153 774 1)

Hex is bekend om de tuinen met hun indruk-

wekkende collectie oude en wilde rozen,

de uitgestrekte moestuin met traditionele

groentekelder en het park met zijn eeuwen-

oude bomen en prachtige doorzichten. Dit

boek biedt u een schat aan informatie over de

ontstaansgeschiedenis van Hex, de aanleg en

de ontwikkeling van het park en de tuinen –

vanaf de oorsprong door de bloeiende en

roerige tijden van de 19de en 20ste eeuw, tot de

situatie van vandaag. Deze diepgaande studie

zorgt voor een beter begrip van het landgoed,

de gebouwen, de tuinen en het park. Het is

een prachtig geïllustreerd naslagwerk met

een uitgebreide bibliografie.

P. DE RyNCk (red.), achter traditie. Op

zoek naar een levend verleden. Leven

en werk van jozef weyns, Provincie-

bestuur antwerpen, 2008, 288 p. (ISBN

9789066251106)

Deze biografische publicatie is het resultaat

van enkele belangrijke voorbereidende fasen

in het kader van het “Weyns-project Volks-

kunde Provincie Antwerpen”. In een eerste

fase werden de archieven van het echtpaar

Weyns-Mijlemans geïnventariseerd. Vervol-

gens werd hun bibliotheek (ca. 9 000 volu-

mes) ontsloten. Deze bibliografie werd in dit

boek opgenomen. Ze telt drie delen: deel één

bevat de publicaties van Weyns zelf, deel twee

vermeldt de publicaties over Weyns en deel

drie brengt de lijst van de recensies gewijd

aan Weyns’ artikels en boeken. Deze rijkdom

aan archief en bibliotheek gaf aanleiding tot

een studie over het leven en het werk van het

echtpaar Weyns-Mijlemans. Deze biografie

wordt in drie delen ingedeeld: het eerste

hoofdstuk handelt over het persoonlijke

leven van Weyns, het tweede hoofdstuk

schetst zijn inbreng in en de betekenis

voor heemkunde in Vlaanderen en het

laatste hoofdstuk belicht hem als geestelijke

vader en conservator van Bokrijk. Dit boek

nodigt uit tot verder onderzoek over een

aantal opgeworpen hypothesen, tot nieuwe

interpretaties, aanvulling en tegenspraak,

zeker over thema’s die ten tijde van Weyns

al controversieel waren en vandaag nog niets

aan de actualiteit ingeboet hebben.

k. NaUDtS, Steengoed! 40 verrassende

erfgoedwandelingen door Vlaanderen,

Erfgoed Vlaanderen en Davidsfonds

Leuven, 2008, 260 p. (ISBN 978-90-

5826-515-9)

Deze praktische wandelgids wijst je de weg

naar en langs honderden monumenten in

Vlaanderen: burgerlijke en religieuze gebou-

wen, gildehuizen en stadhuizen, particuliere

woningen, kloosters en kapellen, industriële

archeologie en veel meer onbekend fraais dat

bouwmeesters en architecten doorheen de

eeuwen (en tot vandaag) in Vlaanderen heb-

ben nagelaten. Deze gids heeft niet de pre-

tentie volledig te zijn, noch in zijn geografi-

sche spreiding, noch in het aantal behandelde

gebouwen per gemeente. De keuze bleef om

praktische redenen beperkt tot veertig steden

en gemeenten. Acht wandelingen per pro-

vincie! De meeste wandelingen zijn vijf tot

zes kilometer lang, enkele een paar kilome-

ter langer. Via een handig plannetje en langs

historische paden word je tot bij de bekende

en onbekende monumenten geleid. Je komt

steeds terug bij je vertrekpunt, op twee uit-

zonderingen na. Het boek is prachtig geïllus-

treerd en wordt afgesloten met een register

waarin per gemeente of stad de bezienswaar-

digheden vermeld worden. Veel wandel-

plezier!

dienSt doCUMentatie

provincie LimburgUniversiteitslaan 1B-3500 Hasselt

limburg.be

V.U

. M. L

aene

n, W

illek

ensm

olen

stra

at 1

40

, 35

00

Has

selt

Nieuwe aanwinsten over het cultureel erfgoed

De onderstaande werken kunnen geraadpleegd worden in het

Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed, Willekensmolenstraat 140

te Hasselt, tel. 011 23 75 83, op werkdagen van 9 tot 12 uur en van 13.30

tot 17 uur. Ze kunnen er tevens gefotokopieerd worden.